HP Compaq dc5800 Microtower PC Snelstartgids

Type
Snelstartgids
Snel aan de slag
Zakelijke personal computers
© Copyright 2007 Hewlett-Packard Development
Company, L.P. De informatie in deze publicatie
kan zonder voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd.
Microsoft, Windows en Windows Vista zijn
handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van Microsoft Corporation in
Verenigde Staten en/of andere landen.
De enige garanties die gelden voor HP producten
en diensten zijn de garanties die worden
beschreven in de garantievoorwaarden
behorende bij deze producten en diensten. Geen
enkel onderdeel van dit document mag als extra
garantie worden opgevat. HP aanvaardt geen
aansprakelijkheid voor technische fouten of
redactionele fouten, drukfouten of weglatingen in
deze publicatie.
De informatie in dit document valt onder het
auteursrecht. Geen enkel deel van dit document
mag worden gekopieerd, vermenigvuldigd of
vertaald in een andere taal, zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van Hewlett-Packard
Company.
Snel aan de slag
Zakelijke personal computers
Tweede editie, oktober 2007.
Artikelnummer van document: 451270-332
Over deze handleiding
Toegang tot gebruikershandleidingen en HP Insight Diagnostics
De HP gebruikershandleidingen en HP Insight Diagnostics zijn beschikbaar op de
vaste schijf (sommige modellen) en op
http://www.hp.com/support.
U opent als volgt de HP gebruikershandleidingen:
Selecteer Start > Alle programma's > HP User Manuals (HP
gebruikershandleidingen).
U opent als volgt HP Insight Diagnostics:
Raadpleeg Toegang tot gebruikershandleidingen en HP Insight Diagnostics
in deze handleiding.
Kennisgevingen
WAARSCHUWING! Als u de aanwijzingen na dit kopje niet opvolgt, kan dit leiden
tot persoonlijk letsel of levensgevaar.
VOORZICHTIG: Als u de aanwijzingen na dit kopje niet opvolgt, kan dit
beschadiging van de apparatuur of verlies van gegevens tot gevolg hebben.
OPMERKING: De tekst na dit kopje biedt belangrijke aanvullende informatie.
NLWW iii
iv Over deze handleiding NLWW
Inhoudsopgave
Snel aan de slag
Software installeren en configureren .............................................................. 1
Besturingssysteem installeren ...................................................... 1
Microsoft Windows updates downloaden ..................................... 1
Stuurprogramma's installeren of upgraden .................................. 2
Beeldscherminstellingen aanpassen ............................................ 2
Software beschermen ..................................................................................... 2
HP Backup and Recovery Manager ............................................................... 3
HP Insight Diagnostics .................................................................................... 3
HP Insight Diagnostics starten ..................................................... 4
Tabblad Survey (Verkenning) ....................................................... 5
Tabblad Test ................................................................................ 6
Tabblad Status ............................................................................. 7
Tabblad Log (Logboek) ................................................................ 7
Tabblad Help ................................................................................ 8
Informatie opslaan en afdrukken in HP Insight Diagnostics ......... 8
De nieuwste versie van HP Insight Diagnostics
downloaden .................................................................................. 9
Computer uitschakelen ................................................................................... 9
Meer informatie ............................................................................................. 10
HP gebruikershandleidingen openen ......................................... 10
Voordat u belt voor technische ondersteuning ............................................. 11
Tips ............................................................................................................... 13
Problemen oplossen ..................................................................................... 14
Algemene problemen oplossen .................................................. 14
Problemen bij de installatie van hardware oplossen .................. 19
Betekenis van POST-meldingen via lampjes op het
voorpaneel en via geluidssignalen ............................................. 22
NLWW v
vi NLWW
Snel aan de slag
Software installeren en configureren
OPMERKING: Als Windows Vista vooraf op de computer is geladen, zult u
worden gevraagd de computer te registreren bij HP Total Care alvorens het
besturingssysteem te installeren. Een kort filmpje wordt afgespeeld, en vervolgens
wordt een online-registratieformulier weergegeven. Vul het formulier in, klik op de
knop Beginnen en volg de instructies op het scherm.
VOORZICHTIG: Voeg geen optionele hardware of apparatuur van andere
leveranciers aan de computer toe voordat het besturingssysteem volledig is
geïnstalleerd. Als u dit wel doet, kan dit leiden tot fouten en een onjuiste installatie
van het besturingssysteem.
OPMERKING: Laat ruim 10 cm ruimte vrij aan de achterkant van de systeemkast
en boven de monitor voor de benodigde ventilatie.
Besturingssysteem installeren
De eerste keer dat u de computer inschakelt, wordt automatisch het
besturingssysteem geïnstalleerd. Dit duurt ongeveer 5 tot 10 minuten, afhankelijk
van het besturingssysteem. Volg zorgvuldig de instructies op het scherm om de
installatie te voltooien.
VOORZICHTIG: Wanneer de automatische installatie is gestart, mag u DE
COMPUTER NIET UITSCHAKELEN TOTDAT DE PROCEDURE IS VOLTOOID.
Als u de computer tijdens de installatie uitschakelt, kan de besturingssoftware van
de computer beschadigd raken of niet op de juiste manier worden geïnstalleerd.
OPMERKING: Als de computer werd geleverd met meer dan één taal voor het
besturingssysteem op de vaste schijf, kan de installatie tot 60 minuten in beslag
nemen.
Als er geen besturingssysteem van Microsoft bij uw computer is meegeleverd, zijn
bepaalde delen van deze documentatie voor u niet van toepassing. Nadat u het
besturingssysteem heeft geïnstalleerd, is aanvullende informatie beschikbaar via
de online Help-functie.
Microsoft Windows updates downloaden
1. Selecteer Start > Internet Explorer en volg de instructies op het scherm om
de internetverbinding te configureren.
2. Nadat de internetverbinding tot stand is gebracht, klikt u op Start.
3. Selecteer de optie Alle programma's.
4. Klik op de koppeling Windows Update.
NLWW
Software installeren en configureren
1
In Windows Vista wordt het scherm Windows Update weergegeven. Klik op
Beschikbare updates weergeven en zorg ervoor dat alle essentiële updates
zijn geselecteerd. Klik op de knop Installeren en volg de instructies op het
scherm.
In Windows XP wordt u doorgeleid naar de website Microsoft Windows
Update. Een of meer popupvensters worden geopend, waarin u wordt
gevraagd een programma van
http://www.microsoft.com te installeren. Klik op
Ja om het programma te installeren. Volg de aanwijzingen op de website van
Microsoft om naar updates te zoeken en essentiële updates en servicepacks
te installeren.
U wordt aangeraden alle essentiële updates en service packs te installeren.
5. Nadat de updates zijn geïnstalleerd, wordt u door Windows XP gevraagd de
computer opnieuw op te starten. Zorg dat u eventuele geopende bestanden
en documenten opslaat voordat u de computer opnieuw opstart. Klik
vervolgens op Ja om de computer opnieuw op te starten.
Stuurprogramma's installeren of upgraden
Wanneer u extra hardwareapparaten installeert nadat de installatie van het
besturingssysteem is voltooid, is het noodzakelijk ook de stuurprogramma's voor
deze apparaten te installeren.
Als u wordt gevraagd de directory i386 op te geven, vervangt u het pad door C:
\i386, of gebruikt u de knop Bladeren in het dialoogvenster om de map i386 te
zoeken. Hierdoor kan het besturingssysteem het pad naar de vereiste
stuurprogramma's vinden.
U kunt de nieuwste ondersteuningssoftware, ook voor het besturingssysteem,
downloaden van
http://www.hp.com/support. Specificeer uw land en de gewenste
taal, selecteer Download drivers and software (Stuurprogramma’s en software
downloaden), typ het modelnummer van de computer en druk op Enter.
Beeldscherminstellingen aanpassen
U kunt desgewenst het model, de verversingsfrequentie, de schermresolutie, de
kleurinstellingen, de tekengrootte en de instellingen voor energiebeheer van de
monitor handmatig selecteren of wijzigen. Klik met de rechtermuisknop op het
bureaublad van Windows en vervolgens op Eigenschappen in Windows XP, of op
Aan persoonlijke voorkeur aanpassen in Windows Vista om de weergave-
instellingen te wijzigen. Voor meer informatie raadpleegt u de online documentatie
bij de grafische kaart of de documentatie bij de monitor.
Software beschermen
Maak backups van alle systeemsoftware, applicaties en bijbehorende bestanden
die op de vaste schijf zijn opgeslagen, zodat u de software en bestanden kunt
herstellen als deze verloren zijn gegaan of zijn beschadigd. Raadpleeg de
documentatie bij het besturingssysteem of bij het backupprogramma voor
informatie over het maken van backups van gegevensbestanden.
2 Snel aan de slag NLWW
HP Backup and Recovery Manager
HP Backup and Recovery Manager is een eenvoudig te gebruiken, veelzijdige
toepassing waarmee u backups kunt maken van de primaire vaste schijf van de
computer en deze kunt herstellen. De toepassing werkt onder Windows en maakt
backups van Windows, alle toepassingen en alle gegevensbestanden. U kunt
backups automatisch met regelmatige tussenpozen laten uitvoeren of backups
handmatig starten. Belangrijke bestanden kunnen afzonderlijk van de reguliere
back-ups worden gearchiveerd.
HP Backup and Recovery Manager is vooraf geïnstalleerd op de herstelpartitie van
de vaste schijf.
Herstelpunten en backups van bestanden kunnen naar cd's of dvd's worden
gekopieerd, terwijl alle backups naar een netwerk of secundaire vaste schijven
kunnen worden gekopieerd.
HP raadt u sterk aan herstelschijven te maken voordat u de computer in gebruik
neemt en regelmatig automatische backups van herstelpunten te plannen.
U maakt als volgt herstelschijven:
1. Klik op Start > HP Backup and Recovery > HP Backup and Recovery
Manager om de wizard Backup and Recovery te openen en klik vervolgens
op Next (Volgende).
2. Selecteer Create a set of recovery discs (Recommended) (Herstelschijven
maken (aanbevolen)) en klik op Next (Volgende).
3. Volg de instructies in de wizard op.
Raadpleeg voor meer informatie over het gebruik van HP Backup and Recovery
Manager de HP Backup and Recovery Manager User Guide
(Gebruikershandleiding HP Backup and Recovery Manager). Klik hiervoor op
Start > HP Backup and Recovery > HP Backup and Recovery Manager
Manual (Handleiding HP Backup and Recovery Manager).
OPMERKING: Bel met de klantenondersteuning van HP om een set
herstelschijven te bestellen. Ga naar de volgende website, selecteer uw land/regio
en klik op de koppeling Technical support after you buy (Technische
ondersteuning na aankoop) onder het kopje Call HP (Bel HP) voor het
telefoonnummer van de klantenondersteuning in uw land/regio.
http://welcome.hp.com/country/us/en/wwcontact_us.html
HP Insight Diagnostics
OPMERKING: Bij sommige modellen wordt een cd meegeleverd met het
hulpprogramma HP Insight Diagnostics.
HP Insight Diagnostics stelt u in staat informatie over de hardwareconfiguratie op
te vragen en diagnostische tests uit te voeren op de hardwaresystemen in de
NLWW
HP Backup and Recovery Manager
3
computer. Met dit hulpprogramma kunt u hardwareproblemen effectief en
eenvoudig detecteren, diagnosticeren en isoleren.
Wanneer u HP Insight Diagnostics start, wordt het tabblad Survey (Verkenning)
weergegeven. Dit tabblad toont informatie over de huidige configuratie van de
computer. Vanuit het tabblad Survey (Verkenning) heeft u toegang tot verschillende
categorieën van informatie over de computer. Aanvullende informatie wordt
weergegeven op andere tabbladen, met onder meer opties voor diagnostische tests
en testresultaten. De informatie op de schermen van het hulpprogramma kan
worden opgeslagen in een HTML-bestand op een diskette of een HP USB Drive
Key.
Gebruik HP Insight Diagnostics als u wilt bepalen of alle in de computer
geïnstalleerde apparaten door het systeem worden herkend en correct
functioneren. Het is niet per se noodzakelijk om tests uit te voeren na het installeren
of aansluiten van een nieuw apparaat, maar dit wordt wel aanbevolen.
Voer de tests uit, sla de resultaten op en druk deze af, zodat u de testresultaten op
papier bij de hand heeft wanneer u contact opneemt met de technische
ondersteuning.
OPMERKING: Apparaten van externe leveranciers worden mogelijk niet herkend
door HP Insight Diagnostics.
HP Insight Diagnostics starten
U start HP Insight Diagnostics door een set herstelschijven te maken en vervolgens
op te starten vanaf de cd met het hulpprogramma. U kunt het programma ook
downloaden van
http://www.hp.com. Raadpleeg De nieuwste versie van HP Insight
Diagnostics downloaden op pagina 9 voor meer informatie.
OPMERKING: Bij sommige modellen wordt het hulpprogramma HP Insight
Diagnostics meegeleverd als onderdeel van de herstelschijven.
Als u al een set herstelschijven heeft gemaakt, begint u de volgende procedure bij
stap 4.
1. Klik op Start > HP Backup and Recovery > HP Backup and Recovery
Manager om de wizard Backup and Recovery te openen en klik vervolgens
op Next (Volgende).
2. Selecteer Create a set of recovery discs (Recommended) (Herstelschijven
maken (aanbevolen)) en klik op Next (Volgende).
3. Volg de instructies van de wizard om herstelschijven te maken.
4. Zoek met Windows Verkenner in de herstelschijven naar de cd met de map
compaq\hpdiags.
5. Zorg dat de computer is ingeschakeld en plaats de cd in een optische-
schijfeenheid.
6. Sluit het besturingssysteem af en zet de computer uit.
4 Snel aan de slag NLWW
7. Zet de computer aan. De computer wordt opgestart vanaf de cd.
OPMERKING: Als het systeem niet wordt opgestart vanaf de cd in de
optische-schijfeenheid, moet u mogelijk de opstartvolgorde in het
hulpprogramma Computer Setup (Computerinstellingen) zodanig aanpassen
dat de optische-schijfeenheid in de opstartvolgorde vóór de vaste schijf wordt
genoemd. Raadpleeg de handleiding Computerinstellingen voor meer
informatie over Computer Setup (Computerinstellingen).
8. Selecteer de gewenste taal en klik op Continue (Doorgaan).
OPMERKING: U wordt aangeraden akkoord te gaan met de
standaardwaarde voor het toetsenbord van uw taal, tenzij u tests wilt uitvoeren
met een specifiek toetsenbord.
9. Klik op de pagina met de licentieovereenkomst voor eindgebruikers op
Agree (Akkoord) om aan te geven dat u instemt met de voorwaarden. Het
hulpprogramma HP Insight Diagnostics wordt gestart. In eerste instantie wordt
het tabblad Survey (Verkenning) weergegeven.
Tabblad Survey (Verkenning)
Het tabblad Survey (Verkenning) bevat belangrijke informatie over de
systeemconfiguratie.
In het veld View level (Weergaveniveau) kunt u kiezen tussen de weergave
Summary (Samenvatting) voor een beknopt overzicht van de
configuratiegegevens en de weergave Advanced (Geavanceerd) voor de
weergave van alle gegevens in de geselecteerde categorie.
In het veld Category (Categorie) kunt u de volgende informatiecategorieën
selecteren voor weergave:
All (Alle): een overzicht van alle categorieën van informatie over de computer.
Overview (Overzicht): een overzicht van algemene informatie over het
computersysteem.
Architecture (Architectuur): informatie over het systeem-BIOS en de PCI-
apparaten.
Asset Control (Inventarisbeheer): informatie over de productnaam,
inventariscode, serienummer en processor.
Communication (Communicatie): informatie over de instellingen voor de parallelle
(LPT) en seriële (COM) poorten en gegevens over USB-poorten en
netwerkadapters.
Graphics (Beeldscherm): informatie over de grafische kaart in de computer.
Input Devices (Invoerapparatuur): gegevens over het toetsenbord, de muis en
andere invoerapparaten die op de computer zijn aangesloten.
Memory (Geheugen): gegevens over al het geheugen in de computer. Dit betreft
zowel de geheugenslots op de systeemkaart als de geïnstalleerde
geheugenmodules.
NLWW
HP Insight Diagnostics
5
Miscellaneous (Diversen): informatie over de versie van HP Insight Diagnostics,
het CMOS (het configuratiegeheugen), BIOS-gegevens over het systeembeheer
en informatie over de systeemkaart.
Storage (Opslag): gegevens over de opslagmedia die op de computer zijn
aangesloten (alle vaste schijven, diskettedrives en optische-schijfeenheden).
System (Systeem): informatie over computermodel, processor, chassis en BIOS,
plus gegevens over de interne luidspreker en de PCI-bus.
Tabblad Test
Op het tabblad Test specificeert u welke onderdelen van het systeem u wilt testen.
U kunt bovendien het type test en de gewenste testmethode instellen.
U kunt kiezen uit drie testtypen:
Quick Test (Snelle test): er wordt een gedeelte van elk hardwareonderdeel
getest volgens een vooraf gedefinieerd script. Een snelle test vereist geen
interactie met de gebruiker, ook niet als u kiest voor de interactieve
testmethode.
Complete Test (Volledige test): alle hardwarecomponenten worden volledig
getest volgens een vooraf gedefinieerd script. Bij interactieve uitvoering zijn
er meer tests beschikbaar, maar hierbij is interactie vereist.
Custom Test (Aangepaste test): deze test biedt de meeste flexibiliteit bij het
bepalen hoe de systeemtest moet worden uitgevoerd. Bij een aangepaste test
kunt u specifieke apparaten, diagnostische tests en testparameters
selecteren.
U kunt bij elk type test kiezen uit twee testmethoden:
Interactive Mode (Interactief): bij interactieve uitvoering heeft u optimale
controle over de testprocedure. Tijdens het uitvoeren van het
diagnoseprogramma wordt om invoer gevraagd bij tests waarvoor interactie
nodig is. U kunt ook bepalen of een apparaat door de test is gekomen.
Unattended Mode (Onbeheerd): er wordt niet om invoer of interactie
gevraagd. Als er fouten optreden, worden deze na afloop van de test gemeld.
U voert als volgt een test uit:
1. Selecteer het tabblad Test.
2. Klik op het tabblad van het type test dat u wilt uitvoeren. Quick (Snel),
Complete (Volledig) of Custom (Aangepast).
3. Selecteer de gewenste Test Mode (Testmethode): Interactive (Interactief) of
Unattended (Onbeheerd).
4. Specificeer met de optie Number of Loops (Aantal uitvoeringen) of de optie
Total Test Time (Totale testduur) hoe lang de test moet worden uitgevoerd.
Als u de test een bepaald aantal keren wilt uitvoeren, voert u het gewenste
aantal keren in. Als u de test gedurende een bepaalde tijd wilt uitvoeren, geeft
u het gewenste aantal minuten op.
6 Snel aan de slag NLWW
5. Als u een snelle test of een volledige test uitvoert, selecteert u het apparaat
dat u wilt testen in het vervolgkeuzelijst. Als u een sangepaste test uitvoert,
klikt u op de knop Expand (Uitbreiden) en selecteert u de apparaten die u wilt
testen. Klik op Check All (Alle selecteren) om alle apparaten te selecteren.
6. Klik rechtsonder in het scherm op Begin Testing (Test starten) om de test te
starten. Tijdens de testprocedure wordt het tabblad Status weergegeven,
waarop u de voortgang van de test kunt volgen. Na afloop van de test wordt
op het tabblad Status aangegeven of de apparaten door de test zijn gekomen.
7. Als er fouten zijn aangetroffen, opent u het tabblad Log (Logboek) en klikt u
op Error Log (Foutenlogboek) voor gedetailleerde informatie over de fouten
en de aanbevolen maatregelen.
Tabblad Status
Op het tabblad Status ziet u de status van de geselecteerde tests. Bovendien wordt
aangegeven welk type test is of wordt uitgevoerd: Quick Test (Snelle test),
Complete Test (Volledige test) of Custom Test (Aangepaste test). Via de
voortgangsindicatie kunt u volgen welk percentage van de huidige testreeks is
voltooid. Tijdens de uitvoering van een test kunt u op de knop Cancel Testing (Test
annuleren) klikken als u de test wilt afbreken.
Na afloop van de test wordt de knop Cancel Testing (Test annuleren) vervangen
door de knop Retest (Test herhalen). Als u op Retest (Test herhalen) klikt, wordt
de laatste testreeks nogmaals uitgevoerd. Hierdoor kunt u dezelfde tests eenvoudig
herhalen zonder dat u de gegevens op het tabblad Test opnieuw hoeft in te voeren.
Het tabblad Status toont bovendien informatie over:
De apparaten die worden getest
De teststatus (in uitvoering, geslaagd of mislukt) van elk apparaat dat wordt
getest
De algehele voortgang van de test voor alle apparaten
De voortgang van de test voor elk afzonderlijk apparaat
De verstreken tijd per test voor elk afzonderlijk apparaat
Tabblad Log (Logboek)
Het tabblad Log (Logboek) bevat een tabblad Test Log (Testlogboek) een een
tabblad Error Log (Foutenlogboek).
Het testlogboek toont alle uitgevoerde tests, het aantal keren dat de tests zijn
uitgevoerd, het aantal keren dat de apparaten niet door de test zijn gekomen en de
tijd die het heeft gekost om elke test uit te voeren. Als u op de knop Clear Test
Log (Testlogboek wissen) klikt, wordt de inhoud van het testlogboek gewist.
NLWW
HP Insight Diagnostics
7
Het foutenlogboek toont informatie over de apparaten waarvoor de diagnostische
test fouten heeft voorgesteld. De volgende kolommen met informatie worden
weergegeven:
Device (Apparaat): het apparaat dat is getest.
Test: het type test dat is uitgevoerd.
Description (Beschrijving): een omschrijving van de opgetreden fout.
Recommended Repair (Aanbevolen maatregel): een aanbeveling die u kunt
opvolgen om de defecte hardware te herstellen.
Failed Count (Aantal fouten): het aantal malen dat de test voor dit apparaat
fouten heeft opgeleverd.
Error Code (Foutcode): een numerieke code voor de fout. De foutcodes
worden toegelicht op het tabblad Help.
Als u op de knop Clear Error Log (Foutenlogboek wissen) klikt, wordt de inhoud
van het foutenlogboek gewist.
Tabblad Help
Het tabblad Help bevat een tabblad HP Insight Diagnostics, een tabblad Error
Codes (Foutcodes) en een tabblad Test Components (Testonderdelen).
Het tabblad HP Insight Diagnostics bevat Help-onderwerpen en zoek- en
indexeringsfuncties.
Op het tabblad Error Codes (Foutcodes) vindt u een beschrijving van de numerieke
foutcodes die u kunt tegenkomen op het tabblad Error Log (Foutenlogboek) van
het tabblad Log (Logboek). Elke code heeft een bijbehorend Foutbericht en een
Recommended Repair (Aanbevolen oplossing) waarmee u het probleem mogelijk
kunt oplossen. Voer de code in het vak bovenaan het tabblad in en klik op Find
Error Codes (Foutcodes zoeken) om snel de beschrijving te vinden.
Op het tabblad Test Components (Testonderdelen) wordt beknopte informatie
weergegeven over de tests die worden uitgevoerd.
Informatie opslaan en afdrukken in HP Insight Diagnostics
U kunt de informatie op de tabbladen Survey (Verkenning) en Log (Logboek) van
HP Insight Diagnostics opslaan op een diskette of een HP USB 2.0 Drive Key (met
een minimale capaciteit van 64 MB). De informatie kan niet op de vaste schijf
worden opgeslagen. Er wordt automatisch een HTML-bestand gegenereerd waarin
de informatie op dezelfde manier is opgemaakt als op het scherm.
1. Plaats een diskette of een HP USB 2.0 Drive Key (capaciteit minimaal 64 MB).
USB 1.0 Drive Keys worden niet ondersteund.
2. Klik rechtsonder in het tabblad op Save (Opslaan).
3. Selecteer Save to floppy (Opslaan op diskette) of Save to USB key (Opslaan
op USB Drive Key).
8 Snel aan de slag NLWW
4. Typ een naam voor het bestand in het vak File Name (Bestandsnaam) en klik
op Save (Opslaan). De informatie wordt opgeslagen in een HTML-bestand op
de diskette of de HP USB Drive Key.
OPMERKING: Verwijder de diskette of de USB Drive Key pas als een bericht
wordt weergegeven dat het HTML-bestand naar het medium is geschreven.
5. U kunt de informatie afdrukken vanaf het opslagapparaat waarop u het
bestand heeft opgeslagen.
OPMERKING: U sluit HP Insight Diagnostics af door rechtsonder in het scherm
op Exit Diagnostics (Diagnoseprogramma afsluiten) te klikken. Verwijder
vervolgens de cd uit de optische-schijfeenheid.
De nieuwste versie van HP Insight Diagnostics downloaden
1. Ga naar http://www.hp.com.
2. Klik op de koppeling Software & Driver Downloads.
3. Typ het productnummer (bijvoorbeeld dc7700) in het tekstvak en druk op
Enter.
4. Selecteer het model van uw computer.
5. Selecteer het besturingssysteem.
6. Klik op de koppeling Diagnostic.
7. Klik op HP Insight Diagnostics Offline Edition.
8. Selecteer een taal en klik op Download.
OPMERKING: Het gedownloade bestand bevat instructies over de manier
waarop u een opstart-cd maakt.
Computer uitschakelen
U schakelt de computer op de juiste manier uit door eerst het besturingssysteem
af te sluiten. In Windows Vista klikt u op Start en vervolgens op de pijl rechtsonder
in het menu Start en selecteert u Afsluiten. De computer wordt automatisch
afgesloten. In Windows XP Professional klikt u op Start > Afsluiten. In Windows
XP Home klikt u op Start > Computer uitschakelen.
Als u op de aan/uit-knop drukt, schakelt u (afhankelijk van het besturingssysteem)
mogelijk niet de voeding uit, maar activeert u een energiezuinige standbystand,
waarin de computer minder energie verbruikt. Hierdoor kunt u energie besparen
zonder dat u applicaties hoeft te sluiten. De computer is later onmiddellijk weer
beschikbaar zonder dat u het besturingssysteem opnieuw hoeft te starten en
zonder dat er gegevens verloren gaan.
VOORZICHTIG: Wanneer u de computer handmatig uitschakelt, gaan alle niet-
opgeslagen gegevens verloren.
NLWW
Computer uitschakelen
9
Als u de computer handmatig helemaal wilt uitschakelen zonder de standbystand
te activeren, houdt u de aan/uit-knop vier seconden lang ingedrukt.
Op bepaalde modellen kunt u via Computer Setup de aan/uit-knop configureren
voor het in- en uitschakelen van de computer, in plaats van voor het activeren en
deactiveren van de standbystand. Raadpleeg de handleiding
Computerinstellingen voor meer informatie over het gebruik van het
hulpprogramma Computer Setup (Computerinstellingen).
Meer informatie
Op de vaste schijf van de computer vindt u de volgende publicaties:
Snel aan de slag (ook beschikbaar in gedrukte vorm). Hierin vindt u informatie
over het aansluiten van de computer en de randapparatuur en het installeren
van de meegeleverde software. Bovendien vindt u hier informatie waarmee u
eenvoudige problemen kunt oplossen die zich tijdens de installatie eventueel
kunnen voordoen.
Naslaggids voor de hardware. Bevat een overzicht van de hardware,
instructies voor het upgraden van deze serie computers en informatie over het
geheugen, de voeding en de batterij van de real-timeklok.
Computer Setup (F10) Handleiding. Bevat instructies voor het gebruik van het
hulpprogramma Computer Setup (Computerinstellingen) om de
standaardinstellingen te wijzigen in verband met onderhoud of de installatie
van nieuwe hardware.
Desktop Management. Bevat definities en instructies voor het gebruik van de
voorzieningen voor beveiliging en Intelligent Manageability (Intelligent
beheer), die op bepaalde modellen vooraf zijn geïnstalleerd.
Problemen oplossen. Een uitgebreide gebruikershandleiding met nuttige tips
en scenario's voor het oplossen van eventuele problemen met de hardware
of software van deze computer. Bevat informatie over foutcodes en instructies
voor het werken met het diagnoseprogramma.
Informatie over veiligheid en voorschriften. Bevat veiligheidsvoorschriften en
kennisgevingen conform de richtlijnen in de Verenigde Staten, Canada en
andere landen.
HP gebruikershandleidingen openen
De HP gebruikershandleidingen en HP Insight Diagnostics zijn beschikbaar op de
vaste schijf (sommige modellen) en op
http://www.hp.com/support.
U opent als volgt de HP gebruikershandleidingen:
Selecteer Start > Alle programma's > HP User Manuals (HP
gebruikershandleidingen).
U opent als volgt HP Insight Diagnostics:
Raadpleeg Toegang tot gebruikershandleidingen en HP Insight Diagnostics
in deze handleiding.
10 Snel aan de slag NLWW
U opent als volgt de HP Backup and Recovery Manager User Guide
(Gebruikershandleiding HP Backup and Recovery):
Selecteer Start > HP Backup and Recovery > HP Backup and Recovery
Manager Manual (Handleiding HP Backup and Recovery).
U opent als volgt de Handleiding voor veiligheid en comfort
Selecteer Start > Alle programma's > Handleiding voor veiligheid en
comfort.
Het menu en de publicaties worden weergegeven in de taal die u heeft gekozen bij
het installeren van het systeem of die u later in Windows bij Landinstellingen heeft
opgegeven. Als bij Landinstellingen een taal is geselecteerd die niet wordt
ondersteund, worden het menu en de handleidingen in het Engels weergegeven.
Voordat u belt voor technische ondersteuning
Als er een probleem met de computer is, probeert u aan de hand van de
onderstaande maatregelen de oorzaak van het probleem te achterhalen vóórdat u
belt om technische ondersteuning te vragen.
Voer het diagnoseprogramma uit. Raadpleeg de handleiding Problemen
oplossen voor meer informatie.
Voer de DPS-zelftest (Drive Protection System) uit vanuit het hulpprogramma
Computer Setup (Computerinstellingen). Raadpleeg de handleiding
Computerinstellingen voor meer informatie over Computer Setup
(Computerinstellingen).
OPMERKING: De DPS-zelftestsoftware (Drive Protection System) is alleen op
bepaalde modellen beschikbaar.
Controleer of het aan/uit-lampje aan de voorkant van de computer rood
knippert. Deze knipperende lampjes geven foutcodes aan, waarmee u een
diagnose van het probleem kunt stellen. Zie
Betekenis van POST-meldingen
via lampjes op het voorpaneel en via geluidssignalen op pagina 22 in deze
handleiding voor meer informatie.
Als er geen beeld op het scherm wordt weergegeven, sluit u de monitor aan
op een andere monitorconnector op de computer (indien aanwezig). U kunt
ook tijdelijk een andere monitor aansluiten waarvan u weet dat deze goed
functioneert.
Als u gebruikmaakt van een netwerk, sluit u een andere computer met een
andere kabel aan op de netwerkaansluiting. Misschien is er een probleem met
de netwerkaansluiting of de netwerkkabel.
Als u onlangs nieuwe hardware heeft geïnstalleerd, verwijdert u deze
hardware om te zien of de computer dan wel goed werkt.
Als u onlangs nieuwe software heeft geïnstalleerd, verwijdert u deze software
om te zien of de computer dan wel goed werkt.
NLWW
Voordat u belt voor technische ondersteuning
11
Start de computer op in de Veilige modus van Windows om te zien of de
computer kan worden opgestart wanneer niet alle stuurprogramma's worden
geladen. Kies bij het opstarten van het besturingssysteem de optie om gebruik
te maken van de laatste bekende juiste configuratie.
Raadpleeg de uitgebreide online technische ondersteuning op de website
http://www.hp.com/support.
Zie
Tips op pagina 13 in deze handleiding voor meer informatie.
Raadpleeg voor meer informatie de uitgebreide handleiding Problemen
oplossen.
Herstel het systeem met behulp van de herstelschijven die u heeft gemaakt
of herstel de fabrieksinstellingen van het systeem met behulp van de HP
Backup and Recovery Manager.
VOORZICHTIG: Als u het systeem herstelt, worden alle gegevens op de vaste
schijf gewist. Maak reservekopieën van alle gegevensbestanden voordat u het
systeem herstelt.
HP Instant Support Professional Edition biedt u de mogelijkheid om problemen met
de computer zelf online op te lossen. Als u contact wilt opnemen met een
ondersteuningsmedewerker van HP, gebruikt u de online chatfunctie van HP
Instant Support Professional Edition via:
http://www.hp.com/go/ispe.
Bezoek het Business Support Center (BSC) op
http://www.hp.com/go/bizsupport
voor actuele online informatie, software, stuurprogramma's en aankondigingen en
een wereldwijde gemeenschap van HP gebruikers en HP experts.
Als het noodzakelijk is dat u telefonisch contact opneemt met HP voor
ondersteuning, houd dan rekening met de volgende punten om te zorgen dat u goed
geholpen kunt worden:
Zorg dat u aan de computer zit wanneer u belt.
Noteer tevoren de serienummers van de computer en de monitor, alsmede
het productidentificatienummer.
Reserveer voldoende tijd om het probleem samen met de
ondersteuningsmedewerker op te lossen.
Verwijder desgevraagd alle hardware die onlangs aan het systeem is
toegevoegd.
Verwijder desgevraagd alle software die onlangs is geïnstalleerd.
Herstel het systeem met behulp van de herstelschijven die u heeft gemaakt
of herstel de fabrieksinstellingen van het systeem met behulp van de HP
Backup and Recovery Manager.
VOORZICHTIG: Als u het systeem herstelt, worden alle gegevens op de vaste
schijf gewist. Maak reservekopieën van alle gegevensbestanden voordat u het
systeem herstelt.
12 Snel aan de slag NLWW
OPMERKING: Voor verkoopinformatie en garantie-uitbreidingen (HP Care
Packs) neemt u contact op met uw HP Business of Service Partner.
Tips
Raadpleeg bij kleinere problemen met de computer, de monitor of de software de
onderstaande lijst met algemene suggesties voordat u verdere actie onderneemt:
Controleer of de computer en de monitor op een goed werkend stopcontact
zijn aangesloten.
Controleer of de spanningsschakelaar (alleen op bepaalde modellen) is
ingesteld op het juiste voltage voor uw land (115V of 230V).
Controleer of de computer is ingeschakeld en of het groene aan/uit-lampje
brandt.
Controleer of de monitor is ingeschakeld en of het groene aan/uit-lampje van
de monitor brandt.
Controleer of het aan/uit-lampje aan de voorkant van de computer knippert.
Deze knipperende lampjes geven foutcodes aan, waarmee u een diagnose
van het probleem kunt stellen. Zie
Betekenis van POST-meldingen via lampjes
op het voorpaneel en via geluidssignalen op pagina 22 in deze handleiding
voor meer informatie.
Zet de helderheid en het contrast van de monitor hoger als het scherm te
donker is.
Druk op een willekeurige toets en houd deze ingedrukt. Als u een
geluidssignaal hoort, werkt het toetsenbord goed.
Controleer of alle kabels goed op de juiste connectoren zijn aangesloten.
Activeer de computer door op een willekeurige toets op het toetsenbord te
drukken of door de aan/uit-knop in te drukken. Als het systeem in de
standbystand blijft, schakelt u de computer uit door de aan/uit-knop gedurende
minimaal vier seconden ingedrukt te houden. Start de computer vervolgens
opnieuw op door nogmaals op de aan/uit-knop te drukken. Als het systeem
niet kan worden uitgeschakeld, koppelt u het netsnoer los. Na enkele
seconden sluit u het netsnoer weer aan. De computer start nu automatisch
opnieuw op, als in Computer Setup de optie voor automatisch starten na
stroomuitval is ingesteld. Als de computer niet automatisch opnieuw opstart,
drukt u op de aan/uit-knop om de computer te starten.
Configureer de computer opnieuw nadat u een uitbreidingskaart of een andere
optie heeft geïnstalleerd die niet compatibel is met Plug and Play. Zie
Problemen bij de installatie van hardware oplossen op pagina 19 voor meer
informatie.
Controleer of alle noodzakelijke stuurprogramma's zijn geïnstalleerd.
Wanneer u bijvoorbeeld een printer gebruikt, moet er een
printerstuurprogramma voor deze printer zijn geïnstalleerd.
NLWW
Tips
13
Verwijder alle media waarmee de computer kan worden opgestart (diskette,
cd of USB-apparaat) voordat u de computer inschakelt.
Als u een ander besturingssysteem gebruikt dan het besturingssysteem dat
in de fabriek is geïnstalleerd, controleert u of dit wordt ondersteund door uw
systeem.
Als er op het systeem meerdere videobronnen zijn geïnstalleerd (geïntegreerd
of een PCI- of PCI-Express-adapter; geïntegreerde video is alleen op
bepaalde modellen beschikbaar) en er één monitor aanwezig is, moet de
monitor worden aangesloten op de monitorconnector van de videobron die als
primaire VGA-adapter is geconfigureerd. Tijdens het opstarten worden de
overige monitorconnectoren uitgeschakeld. Als de monitor op een van deze
connectoren is aangesloten, zal de monitor niet werken. U kunt in Computer
Setup (Computerinstellingen) instellen welke bron de standaard VGA-adapter
is.
VOORZICHTIG: Wanneer de computer is aangesloten op een stopcontact, is er
altijd spanning aanwezig op de systeemkaart. Neem de stekker uit het stopcontact
voordat u de computer opent, zodat u het risico van schade aan de systeemkaart
en andere onderdelen beperkt.
Problemen oplossen
In dit gedeelte komen problemen aan de orde die zich tijdens de eerste configuratie
kunnen voordoen. Een uitgebreide handleiding Problemen oplossen vindt u op de
vaste schijf en onder Reference Library (Referentiebibliotheek) op de website
http://www.hp.com/support. Selecteer uw land en taal, selecteer See support and
troubleshooting information (Ondersteuning en informatie over
probleemoplossing raadplegen), typ het modelnummer van de computer en druk
op Enter.
Algemene problemen oplossen
Het is mogelijk dat u de algemene problemen die in dit gedeelte worden
beschreven, gemakkelijk zelf kunt oplossen. Neem contact op met een Business
of Service Partner als het probleem blijft optreden en u niet in staat bent het te
verhelpen, of als u dit liever niet zelf doet.
WAARSCHUWING! Wanneer de computer is aangesloten op een stopcontact,
wordt de systeemkaart altijd van stroom voorzien. Beperk het risico van persoonlijk
letsel ten gevolge van elektrische schokken of hete oppervlakken, door de stekker
van het netsnoer uit het stopcontact te halen en de interne onderdelen van het
systeem te laten afkoelen voordat u deze aanraakt.
14 Snel aan de slag NLWW
Tabel 1 Algemene problemen oplossen
De computer is vastgelopen en kan niet worden uitgeschakeld door op de aan/uit-knop te
drukken.
Oorzaak
Oplossing
De softwarematige besturing van de aan/uit-knop
werkt niet.
1. Houd de aan/uit-knop gedurende minimaal
vier seconden ingedrukt, totdat de computer
wordt uitgeschakeld.
2. Neem het netsnoer uit het stopcontact.
De computer reageert niet op het USB-toetsenbord of de USB-muis.
Oorzaak
Oplossing
De computer staat in de standbystand. Druk op de aan/uit-knop of op een willekeurige
toets om de standby stand te beëindigen en de
computer te activeren.
VOORZICHTIG: Als u probeert de computer te
activeren vanuit de standbystand, houdt u de aan/
uit-knop niet langer dan vier seconden ingedrukt.
Anders wordt de computer uitgeschakeld, waarbij
alle niet-opgeslagen gegevens verloren gaan.
Het systeem is vastgelopen. Start de computer opnieuw op.
De weergave van datum en tijd is niet juist.
Oorzaak
Oplossing
De batterij van de real-timeklok moet wellicht
worden vervangen.
OPMERKING: Als u de computer op een
werkend stopcontact aansluit, kunt u de
levensduur van de batterij van de real-timeklok
verlengen.
Stel eerst de datum en de tijd opnieuw in via het
Configuratiescherm (u kunt hiervoor ook
Computer Setup (Computerinstellingen)
gebruiken). Als het probleem blijft optreden,
vervangt u de batterij van de real-timeklok.
Raadpleeg de Naslaggids voor de hardware voor
informatie over het vervangen van de batterij of
neem contact op met een geautoriseerde Business
of Service Partner om de batterij te vervangen.
De cursor kan niet worden verplaatst met de pijltoetsen op het toetsenbord.
Oorzaak
Oplossing
Mogelijk is Num Lock ingeschakeld. Druk op de Num Lock-toets. Het Num Lock-lampje
moet uit zijn als u de pijltoetsen wilt gebruiken. De
NLWW
Problemen oplossen
15
De cursor kan niet worden verplaatst met de pijltoetsen op het toetsenbord.
Oorzaak
Oplossing
Num Lock-toets kan met Computer Setup
(Computerinstellingen) worden uitgeschakeld (of
ingeschakeld).
Er is geen geluid of het volume is te laag.
Oorzaak
Oplossing
Mogelijk staat het volume van het systeemgeluid
laag of is het gedempt.
1. Controleer in de BIOS-instellingen (F10) of de
interne systeemluidspreker niet is gedempt
(deze instelling heeft geen invloed op de
externe luidsprekers).
2. Zorg dat de externe luidsprekers goed zijn
aangesloten en ingeschakeld, en dat de
volumeregeling van de luidsprekers goed is
ingesteld.
3. Gebruik de volumeregeling van het
besturingssysteem om te controleren of de
luidsprekers niet zijn gedempt, of om het
volume te verhogen.
Kap of toegangspaneel van de computer kan niet worden verwijderd.
Oorzaak
Oplossing
Smart Cover Lock, een functie op een aantal
modellen, is vergrendeld.
Ontgrendel Smart Cover Lock met behulp van
Computer Setup (Computerinstellingen).
U kunt bij HP een Smart Cover FailSafe-sleutel
aanschaffen, waarmee u de Smart Cover Lock
handmatig kunt uitschakelen. U heeft deze sleutel
nodig als u het wachtwoord bent vergeten, bij
stroomuitval of bij een computerstoring. Bestel een
moersleutel (bestelnummer PN 166527-001) of
een schroevendraaierbitsleutel (bestelnummer PN
166527-002).
Tabel 1 Algemene problemen oplossen (vervolg)
16 Snel aan de slag NLWW
Het prestatieniveau is erg laag.
Oorzaak
Oplossing
De processor is te heet. 1. Zorg dat de luchtaanvoer naar de computer
niet wordt geblokkeerd. Laat voor de
benodigde ventilatie aan alle geventileerde
zijden van de computer en boven de monitor
ruim 10 cm ruimte vrij.
2. Zorg ervoor dat de ventilatoren zijn
aangesloten en goed werken (sommige
ventilatoren werken alleen wanneer dat nodig
is).
3. Controleer of het koelelement van de
processor goed is bevestigd.
De vaste schijf is vol. Verplaats gegevens van de vaste schijf naar een
ander opslagmedium om ruimte op de vaste schijf
vrij te maken.
Er is weinig geheugen beschikbaar. Voeg extra geheugen toe.
De vaste schijf is gefragmenteerd. Defragmenteer de vaste schijf.
Een eerder uitgevoerd programma heeft het
toegewezen geheugen niet vrijgegeven.
Start de computer opnieuw op.
Er is een virus aanwezig op de vaste schijf. Voer een antivirusprogramma uit.
Er zijn teveel applicaties geopend. 1. Sluit overbodige applicaties om geheugen vrij
te maken.
2. Voeg extra geheugen toe.
Sommige applicaties, met name spellen, vormen
een zware belasting voor het grafische
subsysteem.
1. Verlaag de beeldschermresolutie voor de
actieve applicatie of raadpleeg de
documentatie bij de applicatie voor
mogelijkheden om de prestaties te verhogen
door bepaalde parameters in de applicatie te
wijzigen.
2. Voeg extra geheugen toe.
3. Voer een upgrade uit op het grafische
subsysteem.
Onbekende oorzaak. Start de computer opnieuw op.
Tabel 1 Algemene problemen oplossen (vervolg)
NLWW
Problemen oplossen
17
De computer is automatisch uitgeschakeld en het aan/uit-lampje knippert twee keer in de kleur
rood met tussenpozen van een seconde, gevolgd door een pauze van twee seconden, en de
computer laat twee keer een geluidssignaal horen. (De geluidssignalen worden in totaal vijf keer
herhaald. De lampjes blijven knipperen.)
Oorzaak
Oplossing
De hittebeveiliging van de processor is
geactiveerd:
een ventilator is geblokkeerd of werkt niet
OF
het koelelement is niet goed bevestigd aan de
processor.
1. Controleer of de ventilatieopeningen van de
computer niet worden geblokkeerd en of de
processorventilator werkt.
2. Open het chassis, druk op de aan/uit-knop en
controleer of de ventilator draait. Als de
ventilator van de processor niet draait,
controleert u of de kabel van de ventilator is
aangesloten op de systeemkaart.
3. Als de ventilator is aangesloten en stevig op
zijn plaats zit, maar toch niet draait, vervangt
u het geheel van koelelement en ventilator.
4. Neem contact op met een HP Business
Partner.
De computer kan niet worden ingeschakeld en de lampjes aan de voorkant van de computer
branden niet.
Oorzaak
Oplossing
Het systeem kan niet worden gestart. Druk op de aan/uit-knop en houd deze kort (minder
dan 4 seconden) ingedrukt. Als het lampje van de
vaste schijf groen gaat branden, doet u het
volgende:
1. Controleer aan de achterkant van de
voedingseenheid of de spanningsschakelaar
(aanwezig op bepaalde modellen) op het
juiste voltage is ingesteld. Welk voltage juist
is, hangt af van het land waar u zich bevindt.
2. Verwijder de uitbreidingskaarten een voor
een, totdat het lampje 5V_aux op de
systeemkaart gaat branden.
3. Vervang de systeemkaart.
OF
Druk op de aan/uit-knop en houd deze kort (minder
dan 4 seconden) ingedrukt. Als het lampje van de
vaste schijf nu NIET groen gaat branden, doet u
het volgende:
1. Controleer of de computer is aangesloten op
een werkend stopcontact.
2. Open het chassis en controleer of de eenheid
met de aan/uit-knop goed is aangesloten op
de systeemkaart.
Tabel 1 Algemene problemen oplossen (vervolg)
18 Snel aan de slag NLWW
De computer kan niet worden ingeschakeld en de lampjes aan de voorkant van de computer
branden niet.
Oorzaak
Oplossing
3. Controleer of beide voedingskabels goed op
de systeemkaart zijn aangesloten.
4. Controleer of het lampje 5V_aux op de
systeemkaart brandt. Als dit lampje brandt,
vervangt u de eenheid met de aan/uit-knop.
5. Als het lampje 5V_aux op de systeemkaart
niet brandt, vervangt u de voedingseenheid.
6. Vervang de systeemkaart.
Problemen bij de installatie van hardware oplossen
Wanneer u een extra schijfeenheid, een uitbreidingskaart of andere hardware
toevoegt of verwijdert, kan het nodig zijn de computer opnieuw te configureren.
Wanneer u een Plug and Play-apparaat installeert, wordt het apparaat automatisch
door Windows herkend en wordt de configuratie van de computer automatisch
aangepast. Als u een apparaat installeert dat niet compatibel is met Plug and Play,
moet u de computer opnieuw configureren nadat de installatie van de nieuwe
hardware is voltooid. In Windows gebruikt u hiervoor de Wizard Hardware
toevoegen. Volg de instructies van de wizard die op het scherm worden
weergegeven.
WAARSCHUWING! Wanneer de computer is aangesloten op een stopcontact,
wordt de systeemkaart altijd van stroom voorzien. Beperk het risico van persoonlijk
letsel ten gevolge van elektrische schokken of hete oppervlakken, door de stekker
van het netsnoer uit het stopcontact te halen en de interne onderdelen van het
systeem te laten afkoelen voordat u deze aanraakt.
Tabel 2 Problemen bij de installatie van hardware oplossen
Nieuwe apparatuur wordt niet herkend als onderdeel van het systeem.
Oorzaak
Oplossing
Een apparaat is niet goed geïnstalleerd of
aangesloten.
Controleer of het apparaat goed is aangesloten en
of de pinnen van de connector niet verbogen zijn.
Kabels van nieuwe externe apparatuur zitten los of
netsnoeren zijn niet aangesloten.
Controleer of alle kabels goed zijn aangesloten en
of de pinnen van de kabel of de connector niet
verbogen zijn.
Het nieuwe apparaat is niet ingeschakeld. Schakel de computer uit, schakel het externe
apparaat in en schakel vervolgens de computer
weer in om het apparaat in het systeem te
integreren.
Tabel 1 Algemene problemen oplossen (vervolg)
NLWW
Problemen oplossen
19
Nieuwe apparatuur wordt niet herkend als onderdeel van het systeem.
Oorzaak
Oplossing
U heeft de wijzigingen in de configuratie niet
geaccepteerd toen het systeem u hierover
informeerde.
Start de computer opnieuw op en volg de
instructies voor het accepteren van de wijzigingen.
Een Plug and Play-kaart wordt mogelijk niet
automatisch geconfigureerd als de
standaardconfiguratie een conflict met andere
apparaten veroorzaakt.
Gebruik Apparaatbeheer van Windows om de
automatische instellingen voor de kaart uit te
schakelen en een basisconfiguratie te kiezen die
geen conflict met systeembronnen veroorzaakt. U
kunt ook Computer Setup (Computerinstellingen)
gebruiken om apparaten opnieuw te configureren
of uit te schakelen en zodoende het conflict op te
lossen.
De USB-poorten van de computer zijn
uitgeschakeld in Computer Setup
(Computerinstellingen).
Open Computer Setup (Computerinstellingen) en
schakel de USB-poorten in.
De computer start niet op.
Oorzaak
Oplossing
Er zijn verkeerde geheugenmodules geïnstalleerd
of er zijn geheugenmodules op de verkeerde
locatie geplaatst.
1. Raadpleeg de documentatie bij de computer
om te controleren of u de juiste
geheugenmodules gebruikt en of deze
modules op de juiste manier zijn
geïnstalleerd.
OPMERKING: DIMM 1 moet altijd
worden geïnstalleerd.
2. Let op de geluidssignalen en op de lampjes
aan de voorkant van de computer. Met
knipperende lampjes en geluidssignalen
worden codes voor specifieke problemen
aangegeven.
3. Als u het probleem ondanks de voorgaande
tips niet kunt oplossen, neemt u contact op
met een HP Business Partner.
Tabel 2 Problemen bij de installatie van hardware oplossen (vervolg)
20 Snel aan de slag NLWW
Het aan/uit-lampje knippert vijf keer in de kleur rood met tussenpozen van een seconde, gevolgd
door een pauze van twee seconden, en u hoort vijf geluidssignalen. (De geluidssignalen worden
in totaal vijf keer herhaald. De lampjes blijven knipperen.)
Oorzaak
Oplossing
Het geheugen is verkeerd geïnstalleerd of defect.
VOORZICHTIG: Verwijder het netsnoer van
de computer voordat u een DIMM-module opnieuw
plaatst, verwijdert of installeert om schade aan de
DIMM's of de systeemkaart te voorkomen.
1. Verwijder de DIMM's en plaats deze opnieuw.
Zet de computer aan.
2. Vervang de DIMM's een voor een om te
bepalen welke module defect is.
OPMERKING: DIMM 1 moet altijd
worden geïnstalleerd.
3. Vervang geheugen van andere leveranciers
door HP geheugen.
4. Vervang de systeemkaart.
Het aan/uit-lampje knippert zes keer in de kleur rood met tussenpozen van een seconde, gevolgd
door een pauze van twee seconden, en u hoort zes geluidssignalen. (De geluidssignalen worden
in totaal vijf keer herhaald. De lampjes blijven knipperen.)
Oorzaak
Oplossing
De grafische kaart is niet goed geïnstalleerd of
defect, of de systeemkaart is defect.
Bij een computer met een afzonderlijke grafische
kaart:
1. Verwijder de grafische kaart en plaats deze
opnieuw. Zet de computer aan.
2. Vervang de grafische kaart.
3. Vervang de systeemkaart.
Bij een computer met een geïntegreerde grafische
controller vervangt u de systeemkaart.
Tabel 2 Problemen bij de installatie van hardware oplossen (vervolg)
NLWW
Problemen oplossen
21
Het aan/uit-lampje knippert tien keer in de kleur rood met tussenpozen van een seconde, gevolgd
door een pauze van twee seconden, en u hoort tien geluidssignalen. (De geluidssignalen worden
in totaal vijf keer herhaald. De lampjes blijven knipperen.)
Oorzaak
Oplossing
Defecte optiekaart. 1. Controleer de optiekaarten door deze een
voor een te verwijderen (wanneer er
meerdere kaarten aanwezig zijn). Zet
vervolgens de computer aan om te
controleren of het probleem hiermee
verholpen is.
2. Wanneer duidelijk wordt dat het probleem
door een bepaalde optiekaart wordt
veroorzaakt, vervangt u de defecte kaart.
3. Vervang de systeemkaart.
Betekenis van POST-meldingen via lampjes op het voorpaneel en via
geluidssignalen
Als u lampjes ziet knipperen aan de voorkant van de computer of geluidssignalen
hoort, raadpleegt u de handleiding Problemen oplossen voor de betekenis ervan
en de aanbevolen handelingen.
Tabel 2 Problemen bij de installatie van hardware oplossen (vervolg)
22 Snel aan de slag NLWW
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30

HP Compaq dc5800 Microtower PC Snelstartgids

Type
Snelstartgids