Rain Bird DV and DVF 9vdc Solenoid Valves de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NLNL
Symptoom Oplosslng
Klep sluit niet
volledig af.
Sproeiers “lekken.”
Draai de magneetspoel volledig vast. Gebruik de solenoid hendel, welke speciaal ontworpen is
om de klep volledig af te sluiten en haar te weerhouden van “lekken.” Draai ook de schroef om de
klep extern te openen en de dekselschroeven goed vast.
Gebruik de externe openingsschroef om de klep door te spoelen. Als het probleem niet minder
wordt sluit dan de watertoevoer af. Schroef de dekselschroeven los en verwijder de deksel.
Verwijder het membraan en maak dit in helder water schoon. Breng het membraan en de deksel
weer terug op hun plaats. Indien nodig vervang dan het membraan met kit nummer 210746-03.
Klep gaat niet open. Verzeker u ervan dat watertoevoer, stroomtoevoer naar de automaat en debietregeling geopend
zijn.
Sluit de watertoevoer af. Schroef de dekselschroeven los en verwijder de deksel. Inspecteer het
huis van de klep voor vuil. Als het filter van het membraan mist, vervang dan het membraan met
kit nummer 210746-03.
Sluit de watertoevoer af. Verwijder de magneetspoel en vervang deze met een spoel waarvan u
zeker bent dat deze werkt.
Klep klapt aan/uit
(water hamer).
Kijk de waterdruk van het systeem na. Als de druk groter is dan 80 psi (5,5 Bars), installeer dan
een drukregelaar in de leiding voor de klep om de druk te verminderen.
Reikwijdte van werking
Opsporen van problemen
LET OP: Bij het winterklaar maken moet het systeem gedraineerd worden om de DV kleppen tegen bevriezing te beschrermen. Niet goed
watervrij maken van de leidingen kan de kleppen beschadigen. Zorg ervoor dat u aan alle plaatselijke voorschriften voldoet.
075-DV 100-DV, 100-DVF, 100-DV-MM
1
,100-DV-MB
1
, 100-DVF-MB
1
,
100-DV-A, 100-DVF-A, 100-DV-SS, 100-DVF-SS
Flow
2
(0,05 - 5,0 m
3
/h or
0,01 - 1,39 l/s)
(0,05 - 9,08 m
3
/h or
0,O1 - 2,52 I/s)
Pressure (1 - 10 bar) (1 - 10 bar)
13
1
DV/DVF bu.dr x bu.dr. (MM) en bu.dr. x slangtule (MB) worden niet aanbevolen voor debieten groter dan 30 GPM (6,8 m
3
/h or 1,9 I/s).
2
Voor debieten onder 3 GPM (0,75 m
3
/h or 0,21 l/s), of Landscape Drip toepassingen, installeer een RBY-100-200MX filter bovenstrooms.
4. Wikkel om een waterdichte afdichting te verkrijgen 1½ tot
2 maal Teflon tape om de buitendraad op de twee draadein-
den (bu.dr. x inw. Lijm) (A) of om de buitendraad van de klep
(B; MM and MB modellen)
5. Draai de draadeinden handvast in de klep.
Voor Installatie
1. Verzeker u ervan dat u voldoende watertoevoer, druk en
debiet heeft. Verbind het leidingstelsel met de hoofdwater-
bron.
2. Installeer hoofdkleppen, drukregelaars en terugslagkleppen
als vereist. Voor informatie aangaande ontwerp zie de Rain
Bird Irrigation Design Guide. Let op locale ouwvoorschriften
voor andere vereisten.
3. Spoel het systeem grondig door totdat het water helder uit
de leiding komt.
Draai de hulpstukken aan de klep
Verbind de klep aan het leidingstelsel
6. Draai de draadeinden voorzichtig nog een tot twee maal
rond, voorbij handvast.
VOORZICHTIG: Draai de draadeinden niet te vast. De klep
kan beschadigd worden of de waterpassages kunnen
geblokkerd worden.
7. Doe voorzichtig een kleine hoeveelheid lijm op de binnenk-
ant van het draadeinde (A, draad x inw. Lijm) of klepinlaat (B,
inw. lijm). Doe een kleine hoeveelheid lijm op de buitenkant
van de watertoevoerbuis. Verbind de klep dan met de buis.
De magneetspoel MOET zich aan de benedenstroomse kant
bevinden.(C). Bij DV-A en DVF-A modellen moet de toevoer-
buis aan de onderingang worden aangesloten.(D).
VOORZICHTIG: Gebruik slechts een kleine hoeveelheid lijm.
Teveel lijm kan de klep van binnen beschadigen.
8. Lijm de buis aan het draadeinde (A) of uitgang van de klep
(B, lijmverbinding), als beschreven in stap 7.
9. Om een MB model klep te verbinden met Iow-density
polyethyleen slang, moet eerst de slang recht afgesneden
worden en schoongemaakt. Schuif een of twee klemmen
over de slang.
Indien nodig kunt u de slang voorzichtig verwarmen voor
een gemakkelijker installatie. Schuif de slang volledig over
de slangtule (A). Maak dan de klemmen (B) goed vast om
een waterdichte afdichting te verkrijgen.
Aansluiten van de bedrading
10. Kies een draaddikte die aan de elektrische specificaties
voldoet. Meerdradige kabel bestemd voor ondergrondse
installatie is aanbevolen. Raadpleeg plaatselijke bou-
wvoorschriften voor aanvullende vereisten.
11. Gebruik een waterdichte verbinder om een draad van iedere
klep te verbinden met de gemeenschappelijke aarde. (A).
Het maakt niet uit welke draad hiervoor gebruikt wordt. Alle
kleppen op dezelfde automaat kunnen dezelfde aardeleiding
gebruiken.
Gebruik een waterdichte verbinder om de tweede draad van
iedere klep te verbinden met een stroomdraad (B). Ledere
stroomdraad moet apart naar de automaat gevoerd worden.
12. Verbind de gedeelde gemeenschappelijke draad (A) aan
decommon” aardeklem in de automaat. Verbind een
stroomdraad van iedere klep (B) met een stationsklem in de
automaat.
Met de hand bedienen van de klep
13. Draai om de klep zonder lekkage te openen, de hendel
aan de magneetspoel (A) 1⁄4 tot 1⁄2 draai tegen de klok in.
Verzeker u ervan dat u de magneetspoel weer goed vast-
draait. Gebruik altijd de hendel van de magneetspoel, welke
ontworpen is om de klep volledig af te sluiten en deze te
weerhouden van “lekkage.
Om het debiet te reduceren (alleen DVF modellen), dient de
debietcontrole hendel (B) met de klok mee gedraaid te wor-
den. Doe dit met uw vingers of met een schroevendraaier.
Om het debiet te vermeerderen moet de hendel tegen de
klok in gedraaid worden.
Draai, om de klep via de externe waterpassage te openen,
de schroef (C) tweemaal rond tegen de klok in. Gebruik de
externe opening om de klep door te spoelen wneer LI hei
systeem voor het eerst opstart. Draai de schroef tegen de
klok in om de klep te sluiten.
3
4
5
7
8
9
11
13
6
12
12

Documenttranscriptie

12 13 Voor Installatie 1. Verzeker u ervan dat u voldoende watertoevoer, druk en debiet heeft. Verbind het leidingstelsel met de hoofdwaterbron. 2. Installeer hoofdkleppen, drukregelaars en terugslagkleppen als vereist. Voor informatie aangaande ontwerp zie de Rain Reikwijdte van werking Bird Irrigation Design Guide. Let op locale ouwvoorschriften voor andere vereisten. 3.3 Spoel het systeem grondig door totdat het water helder uit de leiding komt. Pressure Draai de hulpstukken aan de klep 4.4 Wikkel om een waterdichte afdichting te verkrijgen 1½ tot 2 maal Teflon tape om de buitendraad op de twee draadeinden (bu.dr. x inw. Lijm) (A) of om de buitendraad van de klep (B; MM and MB modellen) 5.5 Draai de draadeinden handvast in de klep. 6.6 Draai de draadeinden voorzichtig nog een tot twee maal rond, voorbij handvast. VOORZICHTIG: Draai de draadeinden niet te vast. De klep kan beschadigd worden of de waterpassages kunnen geblokkerd worden. Verbind de klep aan het leidingstelsel 7.7 Doe voorzichtig een kleine hoeveelheid lijm op de binnenkant van het draadeinde (A, draad x inw. Lijm) of klepinlaat (B, inw. lijm). Doe een kleine hoeveelheid lijm op de buitenkant van de watertoevoerbuis. Verbind de klep dan met de buis. De magneetspoel MOET zich aan de benedenstroomse kant bevinden.(C). Bij DV-A en DVF-A modellen moet de toevoerbuis aan de onderingang worden aangesloten.(D). VOORZICHTIG: Gebruik slechts een kleine hoeveelheid lijm. Teveel lijm kan de klep van binnen beschadigen. Flow2 8.8 Lijm de buis aan het draadeinde (A) of uitgang van de klep (B, lijmverbinding), als beschreven in stap 7. 9.9 Om een MB model klep te verbinden met Iow-density polyethyleen slang, moet eerst de slang recht afgesneden worden en schoongemaakt. Schuif een of twee klemmen over de slang. Indien nodig kunt u de slang voorzichtig verwarmen voor een gemakkelijker installatie. Schuif de slang volledig over de slangtule (A). Maak dan de klemmen (B) goed vast om een waterdichte afdichting te verkrijgen. 11 Gebruik een waterdichte verbinder om een draad van iedere 11. klep te verbinden met de gemeenschappelijke aarde. (A). Het maakt niet uit welke draad hiervoor gebruikt wordt. Alle kleppen op dezelfde automaat kunnen dezelfde aardeleiding gebruiken. (0,05 - 5,0 m3/h or 0,01 - 1,39 l/s) (0,05 - 9,08 m3/h or 0,O1 - 2,52 I/s) (1 - 10 bar) (1 - 10 bar) DV/DVF bu.dr x bu.dr. (MM) en bu.dr. x slangtule (MB) worden niet aanbevolen voor debieten groter dan 30 GPM (6,8 m3/h or 1,9 I/s). 2 Voor debieten onder 3 GPM (0,75 m3/h or 0,21 l/s), of Landscape Drip toepassingen, installeer een RBY-100-200MX filter bovenstrooms. Opsporen van problemen Symptoom Oplosslng Klep sluit niet volledig af. Draai de magneetspoel volledig vast. Gebruik de solenoid hendel, welke speciaal ontworpen is om de klep volledig af te sluiten en haar te weerhouden van “lekken.” Draai ook de schroef om de klep extern te openen en de dekselschroeven goed vast. Sproeiers “lekken.” Gebruik de externe openingsschroef om de klep door te spoelen. Als het probleem niet minder wordt sluit dan de watertoevoer af. Schroef de dekselschroeven los en verwijder de deksel. Verwijder het membraan en maak dit in helder water schoon. Breng het membraan en de deksel weer terug op hun plaats. Indien nodig vervang dan het membraan met kit nummer 210746-03. Klep gaat niet open. Verzeker u ervan dat watertoevoer, stroomtoevoer naar de automaat en debietregeling geopend zijn. Sluit de watertoevoer af. Schroef de dekselschroeven los en verwijder de deksel. Inspecteer het huis van de klep voor vuil. Als het filter van het membraan mist, vervang dan het membraan met kit nummer 210746-03. Gebruik een waterdichte verbinder om de tweede draad van iedere klep te verbinden met een stroomdraad (B). Ledere stroomdraad moet apart naar de automaat gevoerd worden. 12 Verbind de gedeelde gemeenschappelijke draad (A) aan 12. de “common” aardeklem in de automaat. Verbind een stroomdraad van iedere klep (B) met een stationsklem in de automaat. 100-DV, 100-DVF, 100-DV-MM1,100-DV-MB1, 100-DVF-MB1, 100-DV-A, 100-DVF-A, 100-DV-SS, 100-DVF-SS 1 Aansluiten van de bedrading 10. Kies een draaddikte die aan de elektrische specificaties voldoet. Meerdradige kabel bestemd voor ondergrondse installatie is aanbevolen. Raadpleeg plaatselijke bouwvoorschriften voor aanvullende vereisten. 075-DV Sluit de watertoevoer af. Verwijder de magneetspoel en vervang deze met een spoel waarvan u zeker bent dat deze werkt. Klep klapt aan/uit (water hamer). Kijk de waterdruk van het systeem na. Als de druk groter is dan 80 psi (5,5 Bars), installeer dan een drukregelaar in de leiding voor de klep om de druk te verminderen. LET OP: Bij het winterklaar maken moet het systeem gedraineerd worden om de DV kleppen tegen bevriezing te beschrermen. Niet goed watervrij maken van de leidingen kan de kleppen beschadigen. Zorg ervoor dat u aan alle plaatselijke voorschriften voldoet. Met de hand bedienen van de klep 13 Draai om de klep zonder lekkage te openen, de hendel 13. aan de magneetspoel (A) 1⁄4 tot 1⁄2 draai tegen de klok in. Verzeker u ervan dat u de magneetspoel weer goed vastdraait. Gebruik altijd de hendel van de magneetspoel, welke ontworpen is om de klep volledig af te sluiten en deze te weerhouden van “lekkage”. Om het debiet te reduceren (alleen DVF modellen), dient de debietcontrole hendel (B) met de klok mee gedraaid te wor- NL den. Doe dit met uw vingers of met een schroevendraaier. Om het debiet te vermeerderen moet de hendel tegen de klok in gedraaid worden. Draai, om de klep via de externe waterpassage te openen, de schroef (C) tweemaal rond tegen de klok in. Gebruik de externe opening om de klep door te spoelen wneer LI hei systeem voor het eerst opstart. Draai de schroef tegen de klok in om de klep te sluiten. NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11

Rain Bird DV and DVF 9vdc Solenoid Valves de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor