Boss RC-202 de handleiding

Type
de handleiding
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
Lees zorgvuldig de hoofdstukken “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN” en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (infoblad “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN”
en gebruikershandleiding (p. 20)) voordat u het apparaat gaat gebruiken. Bewaar na het lezen het document (de documenten) inclusief de voornoemde
hoofdstukken op een direct toegankelijke plaats.
© 2016 ROLAND CORPORATION
* De RC-202 bevat demogegevens (bank 8). Als u deze
demogegevens verwijdert, kunnen deze niet worden
hersteld. Maak, voordat u verder gaat, een back-up van
deze gegevens volgens de beschrijving in “Een back-up
naar uw computer maken (p. 15).
* Dit apparaat wordt automatisch uitgeschakeld na een
vooraf ingestelde tijdsspanne sinds het apparaat voor het
laatst werd gebruikt om muziek af te spelen of sinds de
knoppen of bedieningselementen van het apparaat voor
het laatst werden gebruikt (Auto O-functie).
Als u niet wilt dat de stroom automatisch wordt
uitgeschakeld, schakelt u de Auto O-functie uit (p. 7).
5 Instellingen die worden bewerkt op het moment dat het
apparaat wordt uitgeschakeld, gaan verloren. Als u instellingen
hebt gemaakt die u wilt behouden, moet u deze eerst opslaan.
5 Als u het apparaat opnieuw wilt inschakelen, schakelt u de
stroom opnieuw in (p. 7).
Hoofdfuncties
De RC-202 wordt gebruikt bij liveoptredens waarbij u uw stem- of gitaarpartij kunt opnemen en vervolgens onmiddellijk kunt
afspelen. U kunt de mogelijkheden tijdens uw liveoptredens maximaliseren door geluiden in real time in lagen over elkaar te
plaatsen en op te bouwen.
5 Voor opnamen kunt u Input FX gebruiken met eecten zoals Pitch Shifter of Lo-Fi voor een grotere verscheidenheid aan fraseloops.
5 Track FX worden gebruikt voor de afspeelsporen zodat u uw liveoptredens kunt verbeteren en verder ontwikkelen door
eecten toe te passen die het veranderen van de rotatiesnelheid van een draaitafel simuleren of het stottereect” van
herhaalde noten op een sampler.
5 U kunt uw realtimeopname combineren met een loopfrase die u op voorhand hebt opgenomen. WAV-bestanden van uw
computer kunnen ook worden geladen als loops.
Gebruikershandleiding (dit document)
Lees dit eerst. Het bevat de basisinformatie die u moet weten
voordat u de RC-202 begint te gebruiken.
PDF-handleiding (te downloaden vanaf internet)
5 Parameter Guide (Engels)
Hierin vindt u uitleg over de parameters van de RC-202 en een
overzicht van de ingebouwde ritmepatronen.
Om de PDF-handleiding te verkrijgen
1. Voer de volgende URL op de
computer in.
http://www.boss.info/manuals/
I
2. Kies “RC-202” als de productnaam.
Gebruikershandleiding
2
Belangrijkste specicaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Overzicht van de RC-202
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Basisbewerkingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Opgeven hoe overdubben optreedt. . . . . . . . . . . . . . 4
Het tempo instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Een ritme laten klinken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Opnemen/afspelen/overdubben/wissen. . . . . . . . . . 4
Instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Het ingangsniveau afstellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Een frasegeheugen en bank selecteren . . . . . . . . . . . 5
Display . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Trackinstellingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Een frasegeheugen opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Input FX, Track FX . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Aansluitingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Het ingangsniveau afstellen . . . . . . . . . . . . . . . 6
Aansluiten op externe pedalen. . . . . . . . . . . . . 6
De stroom inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Auto O-instellingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Instellen van fantoomvoeding . . . . . . . . . . . . . 7
Voorbeeld van herhaaldelijk opnemen . . . . . . . . . . . 8
Opnemen op één spoor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Opnemen op meerdere sporen. . . . . . . . . . . . . 9
Opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Een frasegeheugen opslaan. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Een frasegeheugen opslaan (Write) . . . . . . . . . . . . . . 10
Een frasegeheugen verwijderen (Delete). . . . . . . . . . 10
Instellingen voor sporen 1/2 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het afspeelniveau van het spoor afstellen. . . . . . . . . 11
De afspeelmethode van het spoor opgeven. . . . . . . 11
Een spoor achterstevoren afspelen
(Reverse) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Opnemen/overdubben annuleren (Undo) . . . 11
De afspeelmethode van het spoor opgeven
(Loop/One-Shot) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Bankinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Een bank opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Instellingen voor de hele RC-202
(Systeeminstellingen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Het uitgangsvolume van de OUTPUT-aansluitingen
en de hoofdtelefoon aanpassen . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset) . . . 13
Aansluiten op uw computer via USB . . . . . . . . . . . . 14
Het USB-stuurprogramma installeren. . . . . . . . . . . . . 14
De RC-202 op een computer aansluiten. . . . . . . . . . . 14
USB-functie-instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
USB gebruiken om bestanden uit te wisselen met
uw computer (USB-massaopslag) . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Een extern MIDI-apparaat aansluiten . . . . . . . . . . . 16
MIDI-aansluitingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
MIDI-instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Een extern MIDI-apparaat bedienen vanaf de
RC-202 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
De RC-202 bedienen vanaf een extern MIDI-
apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Twee RC-202-apparaten aansluiten . . . . . . . . . . . . . . 17
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Overzicht van foutmeldingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN. . . . . . . . . . . . . . 20
BELANGRIJKE OPMERKINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Inhoudsopgave
Belangrijkste specicaties
BOSS RC-202: Loop Station
Opnemen/afspelen
Maximale opnametijd: Circa 3 uur (stereo)
Maximale frasegeheugen: 8 geheugens x 8 banken
Aantal sporen: 2
Gegevensindeling: WAV (44,1 kHz, 16-bits lineair,
stereo)
Stroomtoevoer Netstroomadapter
Stroomverbruik 400 mA
Afmetingen 239 (B) x 175 (D) x 55 (H) mm
Gewicht
0,95 kg
(exclusief de netstroomadapter)
Accessoires
Netstroomadapter
Gebruikershandleiding
Infoblad “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN
Opties (apart
verkrijgbaar)
Voetschakelaar: FS-5U, FS-6, FS-7
Expressiepedaal: Roland EV-5, FV-500L, FV-500H
* Met het oog op productverbetering kunnen de specicaties en/of
het uitzicht van dit apparaat worden gewijzigd zonder voorafgaande
kennisgeving.
3
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
Overzicht van de RC-202
Bank 1
Bank 8
Hoe de RC-202 is
geordend
Systeeminstellingen (instellingen die gebruikelijk zijn voor de hele RC-202)
Input FX Track FX
Bankinstellingen
Frasegeheugen 1
Frasegeheugen 2
Frasegeheugen 3
Frasegeheugen 4
Frasegeheugen 5
Frasegeheugen 6
Frasegeheugen 7
Frasegeheugen 8
Spoor 1
Spoor 2
Ritme
Externe pedalen
Looper
Eecten
Wat zijn sporen 1 en 2 (p. 11) en frasegeheugens?
Met de RC-202 kunt u instrumentgeluiden of stemmen op twee “sporen opnamen en afspelen.
Een set van deze twee sporen wordt een “frasegeheugen” genoemd. U kunt maximaal acht frasegeheugens opslaan in elke
bank.
Wat is een ritme? (p. 4)
Naast het afspelen van de twee sporen kan de RC-202 ook “ritmes afspelen. U kunt een opname maken terwijl
u naar een ritme luistert aan het tempo dat u opgeeft.
Wat is Input FX en Track FX? (p. 11)
U kunt eecten toepassen op het invoergeluid en het geluid van de sporen.
Naar deze eecten wordt verwezen als “Input FX” en Track FX”.
Wat is een bank?
Een bank bevat frasegeheugens, Input FX-instellingen, Track FX-instellingen en bankinstellingen.
De RC-202 heeft acht banken.
Wat zijn bankinstellingen? (p. 12)
Dit zijn de instellingen van elke bank voor het ritme, de looper, externe pedalen en eecten.
Wat zijn systeeminstellingen? (p. 13)
Instellingen die gemeenschappelijk zijn voor de hele RC-202 zoals Auto O (automatisch uitschakelen), USB en MIDI worden
systeeminstellingen genoemd.
“Opnemen versus “overdubben
In deze handleiding wordt met opnemen” het voor de eerste keer opnemen naar een leeg spoor bedoeld. Met
overdubben bedoelen we alle volgende opnames die boven op de bestaande opname worden toegevoegd.
4
Instellen
U kunt bankinstellingen en systeeminstellingen maken.
Bankinstellingen
U kunt voor elke bank instellingen maken voor het
ritme, de afspeelmethode en externe pedalen.
Systeeminstellingen
U kunt instellingen maken die gemeenschappelijk
zijn voor de hele RC-202, zoals Auto O (automatisch
uitschakelen), USB en MIDI.
Basisbewerkingen
Het ingangsniveau afstellen
Met deze regelaar kunt u het ingangsniveau
van uw microfoon afstellen.
Opgeven hoe overdubben optreedt
U kunt de overdubmethode instellen.
Overdubben
(Gedoofd)
De nieuwe partij wordt gelaagd op vooraf opgenomen sporen.
Als het overdubben wordt herhaald, wordt de volgende partij
bovenop het vorige materiaal gelaagd, zodat u een ensemble
kunt maken binnen één spoor.
Vervangen
(Rood opgelicht)
Sporen met bestaande opnamen worden overschreven door
nieuw opgenomen sporen.
Het tempo instellen
Hier leest u hoe u het tempo van het ritme (het tempo dat gemeenschappelijk
is voor alle frasegeheugens) kunt opgeven.
Tiktempo
Druk enkele malen op de [TAP
TEMPO]-knop op intervallen van
het gewenste tempo.
Waarde 40.0–250.0
Het tempo wijzigen
1. Druk op de [TAP TEMPO]-knop.
2. Draai de [VALUE]-regelaar om
het tempo te wijzigen.
Opnemen/afspelen/overdubben/wissen
Voor opnemen, afspelen en overdubben drukt u op de [
p
/
t
]-knop zoals aangegeven in het schema.
indicator
Groen Frase bestaat
Gedoofd Geen frase
indicator
Rood Opnemen
Oranje Overdubben
Groen Afspelen
Gedoofd Gestopt
Opnemen
Het opnemen start wanneer
u op de [
p
/
t
]-knop drukt.
Als u op de [
p
/
t
]-knop
drukt op het punt waarop u
de loop wilt starten, schakelt
u over naar afspelen.
* Als u op de [
p
/
t
]-knop drukt, wordt de status van
de RC-202 normaal gewijzigd in deze volgorde:
opnemen
0
afspelen
0
overdubben. Indien
gewenst kunt u deze volgorde wijzigen naar
opnemen
0
overdubben
0
afspelen.
Voor meer
informatie raadpleegt u de “Parameter Guide (PDF).
Afspelen in loops treedt op als een frase bestaat.
Overdubben
Neem extra lagen op
terwijl de
loop wordt
afgespeeld.
Afspelen
Speel de loop af.
Gedurende minstens
twee seconden
ingedrukt houden
Wissen
Het spoor wordt gewist.
Stop
Door de [
q
]-knop in te drukken, wordt het
huidige spoor gestopt, ongeacht de timing.
Een ritme laten klinken
Naast het afspelen van de twee sporen kan de RC-202 ook “ritmes”
afspelen. Als u een ritme laat klinken op een opgegeven tempo
terwijl u opneemt, zal dit u helpen om een nauwkeurige timing aan te
houden.
Een ritme laten klinken
Druk op de [RHYTHM START/STOP]-knop.
Het volume of de instellingen van het ritme wijzigen
5 Maak instellingen volgens de beschrijving in “Bankinstellingen” (p. 12).
5 Houd de [RHYTHM START/STOP]-knop lang ingedrukt.
Het oorspronkelijke tempo herstellen
Als u de [TAP TEMPO]-knop gedurende twee seconden of langer ingedrukt houdt,
schakelt u om naar het tempo dat in het frasegeheugen is opgeslagen.
MEMO
Door de [VALUE]-regelaar te draaien terwijl u deze ingedrukt houdt, kunt u de
waarde onder de decimale punt regelen.
pagina
12
pagina
13
pagina
6
pagina
12
Basisbewerkingen
5
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
Trackinstellingen
Hier kunt u het afspeelniveau en de afspeelmethode
van de sporen opgeven.
Het afspeelniveau afstellen
1. Druk op de [TRACK]-knop.
2. Draai de [VALUE]-regelaar om het
afspeelniveau af te stellen.
De afspeelmethode opgeven
1. Druk op de knop van de functie die u wilt
instellen.
[REVERSE]-knop
Geeft normaal afspelen of
omgekeerd afspelen op.
[UNDO/REDO]-
knop
U kunt als volgt het opnemen/
overdubben voor een spoor
annuleren.
[LOOP/1 SHOT]-
knop
Geeft normaal afspelen in
loops of eenmalig afspelen op.
2. Druk op de [TRACK]-knop om de instelling te
wisselen.
Display
Hierop ziet u
diverse informatie
afhankelijk van de
bewerking die u
uitvoert.
1-1
Startscherm (afspeelscherm)
Nummer van het
frasegeheugen
Banknummer
Een frasegeheugen en bank selecteren
Een frasegeheugen selecteren
1. Druk op de [MEMORY]-knop.
2. Gebruik de [P. SHIFT] (1)–[DELAY] (8)-knoppen om een
frasegeheugen te selecteren.
Of:
Draai in het afspeelscherm de [VALUE]-regelaar om een
frasegeheugen te selecteren.
Een bank selecteren
1. Druk op de [MEMORY]-knop.
2. Draai de [VALUE]-regelaar om een bank te selecteren.
3. Gebruik de [P. SHIFT] (1)–[DELAY] (8)-knoppen om een
frasegeheugen te selecteren.
Of:
Selecteer in het afspeelscherm een bank door de [VALUE]-
regelaar te draaien terwijl u deze ingedrukt houdt.
Een frasegeheugen opslaan
Als u een ander frasegeheugen selecteert of na het opnemen of bewerken van de
instellingen de stroom uitschakelt, gaan de opgenomen inhoud of de bewerkte
instellingen verloren. Als u de gegevens wilt behouden, moet u deze opslaan.
1. Druk op de [WRITE]-knop.
2. Gebruik de [P. SHIFT] (1)–[DELAY] (8)-knoppen om het frasegeheugen op
de opslaglocatie te selecteren.
3. Druk op de [WRITE]-knop om het frasegeheugen op te
slaan.
Input FX, Track FX
U kunt respectievelijk eecten toepassen op de audio-invoer en het
geluid van de sporen.
Een eect inschakelen
Druk op de [P. SHIFT]–[DELAY]-knop om
deze te doen oplichten.
Een eect uitschakelen
Druk op de opgelichte [P. SHIFT]–
[DELAY]-knop om deze te laten doven.
Een eect controleren
Draai de [INPUT FX] / [TRACK FX]-regelaar.
Een eect bewerken
1. Druk op de [P. SHIFT]–[DELAY]-knop om deze te doen knipperen.
2. Draai de [VALUE]-regelaar om het type te selecteren.
3. Druk op de [VALUE]-regelaar om een parameter te selecteren en draai
de [VALUE]-regelaar om de waarde te bewerken.
4. Om de track te selecteren waarop het eect wordt toegepast, drukt u op
een [TRACK]-knop om deze te doen knipperen (alleen voor Track FX).
5. Druk op de [SETUP] (EXIT)-knop om terug te gaan naar het
afspeelscherm.
Input FX
P. SHIFT
Met dit eect kunt u de
toonhoogte wijzigen.
LO-FI
Met dit eect wordt het geluid
opzettelijk vervormd om het
een distinctief karakter te
geven.
RING
MOD
Geeft een geluid een
metaalachtig karakter,
waardoor het lijkt alsof het
geluid onscherp wordt.
DELAY
Voegt een vertraagd geluid toe
aan het oorspronkelijke geluid,
wat het meer diepte geeft of
speciale eecten creëert.
Track FX
BEAT
Het spoor wordt herhaaldelijk
afgespeeld en loopt synchroon
met de maat.
FILTER
Een lter verandert de
helderheid of zwaarte van
het geluid door een speciek
frequentiebereik af te snijden.
SLICER
Onderbreekt het geluid
herhaaldelijk, waardoor een
conventioneel geluid wordt
omgezet om de indruk van een
ritmische backing te maken.
DELAY
Voegt een vertraagd geluid toe
aan het oorspronkelijke geluid,
wat het meer diepte geeft of
speciale eecten creëert.
Referentie
Voor meer informatie over de parameters raadpleegt u de “Parameter Guide (PDF).
Indicaties van de eectknoppen
Paars knipperend * Bewerken
Paars opgelicht * Aan
Rood opgelicht Aan
Gedoofd Uit
*: Eecten waarvoor de [INPUT
FX]/[TRACK FX]-regelaars
functioneren
pagina
10
pagina
11
Basisbewerkingen
6
Het ingangsniveau afstellen
Stel de [MIC LEVEL]-regelaar zodanig in dat de PEAK-
indicator af en toe oranje oplicht wanneer het volume
het luidst is.
Om het ingangsniveau aan te passen van een apparaat
dat is aangesloten op de INPUT INST-aansluitingen of de
AUX IN-aansluiting, gebruikt u de volumeregeling van
het aangesloten apparaat.
Aansluitingen
* Zet het volume altijd op nul en schakel alle
apparaten uit voordat u aansluitingen maakt
om defecten of storingen aan de apparatuur te
voorkomen.
* Gebruik alleen het opgegeven expressiepedaal
(Roland EV-5, FV-500H/L, apart verkrijgbaar). Als u
andere expressiepedalen aansluit, kunt u defecten
en/of schade aan het apparaat veroorzaken.
OUTPUT-aansluitingen
Sluit deze aansluitingen aan op
de versterker of monitorspeakers.
Als uw systeem een
monosysteem is, gebruikt u
alleen de L-aansluiting. Geluid
dat als stereo wordt ingevoerd,
wordt ook als mono uitgestuurd.
Als u hier een expressiepedaal (Roland EV-5, FV-500H/L,
apart verkrijgbaar) of voetschakelaar (FS-5U, FS-7, FS-6, apart
verkrijgbaar) aansluit, kunt u deze gebruiken om diverse
parameters te bedienen.
Voor meer informatie raadpleegt u de “Parameter Guide (PDF).
Aansluiten op externe pedalen
FS-7
FS-5U
1/4”-aansluiting
10
1/4”-aansluiting
Stereo 1/4”-aansluiting
10
Stereo
1/4”-aansluiting
FS-6FS-5U
Stereo 1/4”-aansluiting
10
1/4”-aansluiting x 2
* Als u een monokabel gebruikt om één FS-5U aan te sluiten, zal dat CTL 1 zijn.
Kleur Ingangsniveau
Groen
Low
Oranje
Geschikt
Rood
Te hoog
DC IN-aansluiting
Sluit de meegeleverde
netstroomadapter hier aan.
* Gebruik alleen
de meegeleverde
netstroomadapter.
Het gebruik van
andere adapters kan
oververhitting en
defecten veroorzaken.
USB-poort
U kunt de RC-202 op uw computer
aansluiten met een in de handel
verkrijgbare USB-kabel en de computer
gebruiken voor het lezen/schrijven van
RC-202-sporen (WAV-bestanden).
U kunt de RC-202 ook gebruiken om
geluid van uw computer af te spelen
via USB AUDIO, en USB MIDI gebruiken
om het tempo te synchroniseren met
een DAW dat op uw computer wordt
uitgevoerd.
INPUT INST-aansluitingen
Sluit hier uw eectapparaat aan.
Gebruik de L-aansluiting en de
R-aansluiting voor het aansluiten van
een eectapparaat met stereo-uitgang.
Gebruik alleen de L-aansluiting als u een
monobron gebruikt.
MIDI-aansluitingen
Voor het aansluiten van MIDI-
apparatuur.
INPUT MIC-aansluiting
Sluit hier de microfoon aan.
&”Instellen van fantoomvoeding (p. 7)
* Positie van de pennen van de INPUT MIC-
aansluiting
[POWER]-schakelaar
Met deze schakelaar schakelt u de
stroom in/uit.
CTL 1, 2/EXP-aansluiting
pagina
7
pagina
14
pagina
16
Basisbewerkingen
7
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
AUX IN-aansluiting
Gebruik een kabel met stereo-ministekker om
hier uw audiospeler aan te sluiten.
Als u het ingangsniveau van de AUX-ingang
wilt wijzigen, gebruikt u de volumeregeling
van het aangesloten apparaat (bijvoorbeeld
audiospeler).
Phones-aansluiting
Sluit hier een hoofdtelefoon (apart verkrijgbaar) aan.
MEMO
U kunt het volume van de hoofdtelefoon afstellen (p. 13).
Het ritme alleen naar een hoofdtelefoon uitzenden
U kunt het ritme gebruiken als een kliktoon en het alleen naar de
hoofdtelefoon verzenden. Voor meer informatie raadpleegt u de
“Parameter Guide” (PDF).
Auto O-instellingen
De stroom wordt automatisch uitgeschakeld na tien uur sinds u de
RC-202 voor het laatst hebt gebruikt om muziek af te spelen of sinds u
het apparaat hebt bediend (volgens de fabrieksinstellingen).
Als u niet wilt dat de stroom automatisch wordt uitgeschakeld, stelt u
de Auto O”-instelling in op “OFF”.
1. Druk op de [SETUP]-knop.
2. Druk op de [DELAY] (GENERAL)-knop.
3. Druk op de [VALUE]-regelaar om AOF te selecteren.
4. Draai de [VALUE]-regelaar om de waarde te wijzigen.
OFF
De stroom wordt niet automatisch
uitgeschakeld.
ON
De stroom wordt automatisch uitgeschakeld na
10 uur sinds u de RC-202 voor het laatst hebt
gebruikt om muziek af te spelen of sinds u het
apparaat hebt bediend.
5. Druk op de [SETUP] (EXIT)-knop om de instelling te
voltooien.
Instellen van fantoomvoeding
Als u een condensatormicrofoon gebruikt die fantoomvoeding
vereist, schakelt u de fantoomvoeding in volgens de
onderstaande instructies.
1. Druk op de [SETUP]-knop.
2. Druk op de [BEAT] (I/O)-knop.
3. Druk op de [VALUE]-regelaar om V48 te selecteren.
4. Draai de [VALUE]-regelaar om ON te selecteren.
5. Druk op de [SETUP] (EXIT)-knop om de instelling te
voltooien.
* WAARSCHUWING: Voorzorgsmaatregelen met
betrekking tot het gebruik van fantoomvoeding
Schakel fantoomvoeding altijd uit als u andere
apparaten dan condensatormicrofoons die
fantoomvoeding vereisen, aansluit.
U loopt kans op schade als u per ongeluk fantoomvoeding
levert aan dynamische microfoons, audioweergaveapparaten of
andere apparaten die geen fantoomvoeding vereisen. Controleer
de specicaties van microfoons die u wilt gebruiken door de
bijhorende handleiding te raadplegen. (De fantoomvoeding van dit
instrument: 48 V DC, max. 10 mA)
Let op bij het uitschakelen van de stroom
De stroom mag nooit worden uitgeschakeld wanneer de
RC-202 zich in een van de volgende toestanden bevindt. Als
u dit doet, kunnen alle opgeslagen gegevens verloren gaan.
5 Tijdens het opnemen/overdubben/afspelen
5 Tijdens het ongedaan maken/opnieuw uitvoeren
5 Tijdens het wisselen/opslaan/verwijderen van een
frasegeheugen
5 Tijdens het uitvoeren van Factory Reset
5 Tijdens de aansluiting op een computer
Let op bij het gebruik van een microfoon
Als de luidsprekers en de microfoon zich te dicht bij elkaar
bevinden, kan geluid van de luidsprekers worden opgepikt
door de microfoon. Als u onder dergelijke omstandigheden
iets opneemt of overdubt, wordt ook het geluid van
de luidsprekers dat wordt opgepikt door de microfoon
opgenomen. Plaats de luidsprekers en de microfoon uit
elkaar zodat geluid van de luidsprekers niet wordt opgepikt
door de microfoon.
De stroom inschakelen
Bij het inschakelen
Schakel de stroom naar de versterker als
laatste in.
Bij het uitschakelen
Schakel de stroom naar de versterker als
eerste uit.
1. Zet de [POWER]-schakelaar op ON.
MEMO
U kunt het uitgangsvolume aanpassen (
p. 13).
Basisbewerkingen
8
Voorbeeld van herhaaldelijk opnemen
Laten we de volgende eenvoudige frase met 8 beats van vocale percussie (de geluiden van een drumstel imiteren met
behulp van de stem) herhaaldelijk opnemen via een microfoon.
Bassdrum
Dun!
Snaredrum
Pah!
Hi-hat
Chi!
Voorbereidingen
1. Sluit uw microfoon aan en wijzig het ingangsniveau (“Het ingangsniveau afstellen (p. 6)).
2. Selecteer een leeg frasegeheugen (één waarvoor de [TRACK]-knop niet is opgelicht voor alle sporen) (p. 5).
Beschikbare sporen voor opnemen/overdubben
Opnemen/overdubben kan slechts op één spoor tegelijk worden uitgevoerd.
Als bijvoorbeeld alle sporen in het frasegeheugen leeg zijn en u opneemt op spoor 1, en u op de [
p
/
t
]-knop van spoor 2
drukt, schakelt spoor 1 over naar afspelen en wordt de opname uitgevoerd op spoor 2.
Spoor 1
Spoor 2
Opnemen
Opnemen
Afspelen
Knop van spoor 1 Knop van spoor 2
Frasegeheugens wisselen tijdens het afspelen
U kunt frasegeheugens wisselen tijdens het afspelen.
Frasegeheugen
Nieuw geselecteerd
frasegeheugen
Afspelen
Afspelen
Selecteer tijdens het afspelen het
frasegeheugen dat u wilt horen
(p. 5).
Wanneer het afspelen stopt, zal het frasegeheugen dat u
tijdens het afspelen hebt geselecteerd, worden afgespeeld.
Eecten toepassen tijdens het opnemen of afspelen
Met de RC-202 kunt u eecten in- en uitschakelen tijdens het opnemen of afspelen en kunt u de eecten
in realtime bepalen.
Als u bijvoorbeeld FX FILTER van het spoor inschakelt, kunt u vervolgens de [TRACK FX]-regelaar draaien
om de afsnijfrequentie te wijzigen.
Basisbewerkingen
9
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
Opnemen op één spoor
Met deze methode overdubt u alle geluiden op spoor 1.
Druk op de [
p
/
t
]-knop van
spoor 1 om de opname te
starten.
Neem uw stem op via de
microfoon: “Dun! Dun!
Dun!...
1 2
5
6
Overdub uw zang in de
microfoon: Pah! Pah! Pah!
Afspelen in loops
Druk aan het einde van de
tweede maat op de [
p
/
t
]-
knop van spoor 1 zodat het
afspelen in loops vanaf dit
punt wordt gestart.
3
Opnemen
Overdubben
Het geluid wordt
automatisch
opnieuw afgespeeld
aan het einde van
de tweede maat.
Druk op de [
p
/
t
]-knop
van spoor 1 om het
overdubben te starten.
4
7
Overdub uw zang in de
microfoon: Chi! Chi! Chi!
Druk op de [
p
/
t
]-knop
van spoor 1 om over te
schakelen op het afspelen
in loops.
Opnemen op meerdere sporen
Neem het geluid van de bassdrum en de snaredrum op op spoor 1 en het geluid van de hi-hat op spoor 2. Door meerdere
sporen op te nemen, kunt u speeltechnieken gebruiken zoals het stoppen van alleen de hi-hat (spoor 2).
Spoor 1
Spoor 2
6
8
Druk op de [
p
/
t
]-
knop van spoor 2.
Spoor 2 wordt het
opnamespoor.
Druk op de [
p
/
t
]-knop van
spoor 2 om het afspelen vanaf
dit punt in een loop te zetten.
Druk op de [
p
/
t
]-knop
van spoor 1 om de
opname te starten.
Neem uw stem op via de
microfoon: “Dun! Dun! Dun!...
1 2
Druk aan het einde van de
tweede maat op de [
p
/
t
]-
knop van spoor 1 zodat het
afspelen in loops vanaf dit
punt wordt gestart.
3
5
7
Overdub uw zang in de
microfoon: Pah! Pah!
Pah!
Overdub uw zang in
de microfoon: Chi! Chi!
Chi!
4
Druk op de
[
p
/
t
]-knop van
spoor 1 om het
overdubben te
starten.
Opslaan
Sla het frasegeheugen op wanneer u klaar bent met opnemen.
pagina
10
10
Een frasegeheugen opslaan
Een frasegeheugen opslaan (Write)
Als u een ander frasegeheugen selecteert of na het
opnemen of bewerken van de instellingen de stroom
uitschakelt, gaan de opgenomen inhoud of de bewerkte
instellingen verloren. Als u de gegevens wilt behouden,
moet u deze opslaan.
MEMO
5 Wanneer u een frasegeheugen opslaat, worden de
bankinstellingen ook automatisch opgeslagen.
5 U kunt ook opslaan tijdens het afspelen.
1. Druk op de [WRITE]-knop.
2. Gebruik de [P. SHIFT] (1)–[DELAY] (8)-knoppen
om het frasegeheugen op de opslaglocatie te
selecteren.
5 Dit is niet vereist als het nummer van het
frasegeheugen beschikbaar is zoals het is.
5 U kunt niet overschrijven/opslaan naar een
frasegeheugennummer waarin al gegevens zijn
opgeslagen (een frasegeheugen waarvan de knop is
opgelicht).
5 U kunt bank voor de opslaglocatie wisselen door de
[VALUE]-regelaar te draaien.
5 Als er onvoldoende geheugen is om een
frasegeheugen op te slaan, wordt E04
weergegeven op de display. Als dit gebeurt,
verwijdert u een ongewenst frasegeheugen en voert
u de opname opnieuw uit.
3. Druk op de [WRITE]-knop om het frasegeheugen
op te slaan.
Als u de bewerking wilt annuleren zonder op te slaan,
drukt u op de [SETUP] (EXIT)-knop.
Een frasegeheugen verwijderen (Delete)
Hier leest u hoe u het geselecteerde frasegeheugen kunt
verwijderen.
* De RC-202 bevat demogegevens (bank 8). Als
u deze gegevens verwijdert, kunnen deze niet
worden hersteld. Maak, voordat u verder gaat,
een back-up van deze gegevens volgens de
beschrijving in “Een back-up naar uw computer
maken (p. 15).
1. Houd de [WRITE]-knop minstens twee seconden
ingedrukt.
2. Gebruik de [P. SHIFT] (1)–[DELAY] (8)-knoppen
om het frasegeheugen dat u wilt verwijderen, te
selecteren.
3. Druk op de [WRITE]-knop om het frasegeheugen
te verwijderen.
Als u de bewerking wilt annuleren zonder te verwijderen,
drukt u op de [SETUP] (EXIT)-knop.
OPMERKING
* Houd er rekening mee dat de inhoud van het geheugen onherstelbaar verloren kan gaan door defecten of onjuiste
bediening van het apparaat. Maak een back-up van belangrijke gegevens volgens de beschrijving in “Een back-up
naar uw computer maken (p. 15).
* Bij reparaties wordt alle nodige zorgvuldigheid betracht om gegevensverlies te voorkomen. In bepaalde gevallen,
bijvoorbeeld bij beschadiging van het geheugen, kunnen de gegevens echter mogelijk niet worden hersteld.
* Helaas kan het onmogelijk zijn om gegevens die in het apparaatgeheugen waren opgeslagen, te herstellen nadat
deze verloren zijn gegaan. Roland Corporation kan niet aansprakelijk worden gesteld voor dergelijk gegevensverlies.
11
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
Instellingen voor sporen 1/2
Het afspeelniveau van het spoor afstellen
1. Druk op de [TRACK]-knop van het spoor dat u wilt afstellen.
De knop knippert groen.
Spoor 1 Spoor 2
2. Draai de [VALUE]-regelaar om het afspeelniveau af te stellen.
De afspeelmethode van het spoor opgeven
1. Druk op de knop van de gewenste functie.
2. Druk op de [TRACK]-knop van het spoor dat u wilt opgeven.
Knop [TRACK]-knop Uitleg
[REVERSE]-knop
Een spoor achterstevoren afspelen (Reverse)
Geeft op of het spoor normaal of omgekeerd wordt afgespeeld.
* Als omgekeerd afspelen wordt opgegeven, kunt u niet overschakelen naar overdubben wanneer de opname
stopt.
Gedoofd Normaal afspelen.
Paars Omgekeerd afspelen.
[UNDO/REDO]-knop
Opnemen/overdubben annuleren (Undo)
U kunt als volgt het opnemen/overdubben voor een spoor annuleren.
1. Druk op de [UNDO/REDO]-knop.
2. Druk op de [TRACK]-knop van het spoor dat u wilt ongedaan maken/opnieuw uitvoeren.
* “Redo” (opnieuw uitvoeren) is alleen beschikbaar voor overdubben.
3. Druk nogmaals op de [UNDO/REDO]-knop om terug te gaan naar de normale stand.
Oranje “Undo” (ongedaan maken) is beschikbaar
Rood “Redo” (opnieuw uitvoeren) is beschikbaar
Gedoofd “Undo/Redo” zijn niet beschikbaar
[LOOP/1 SHOT]-knop
De afspeelmethode van het spoor opgeven (Loop/One-Shot)
Geeft op of het spoor normaal in loops wordt afgespeeld of eenmalig wordt afgespeeld.
One-Shot: ON
One-Shot: OFF
Spoor 1
Spoor 2
Als One-Shot is ingesteld
op ON, stopt het afspelen
wanneer het einde van de
frase wordt bereikt.
Gedoofd Normaal afspelen in loops.
Blauw
De frase wordt eenmaal van het begin tot het einde van het spoor afgespeeld en stopt
vervolgens automatisch (One-Shot Playback).
Als u tijdens het afspelen op de [
p
/
t
]-knop drukt, start het afspelen opnieuw vanaf het
begin van het spoor (Retrigger Playback). Overdubben kan niet worden uitgevoerd.
Het spoor selecteren dat wordt
bediend door een extern pedaal
Druk tweemaal na elkaar op de [TRACK]-
knop.
Het spoor waarvan u de knop indrukt, is het
spoor dat wordt bediend door een extern
pedaal.
Referentie
Voor meer informatie over de functies die door
een extern pedaal kunnen worden bediend,
raadpleegt u de “Parameter Guide (PDF).
12
U kunt voor elke bank instellingen maken voor het ritme, de looper, externe pedalen en eecten.
1. Selecteer de bank waarvoor u instellingen wilt maken.
1. Druk op de [MEMORY]-knop.
2. Draai de [VALUE]-regelaar.
3. Gebruik de [P. SHIFT] (1)–[DELAY] (8)-knoppen om een frasegeheugen te selecteren.
Of:
Draai in het afspeelscherm de [VALUE]-regelaar terwijl u deze ingedrukt houdt.
4. Druk op de [SETUP]-knop.
5. Druk op een knop om de categorie van instellingen die u wilt maken, te selecteren.
LOOP
Maak instellingen met
betrekking tot de looper,
zoals de opname- en
afspeelmethode.
FX
Maak eectinstellingen.
RHYTHM
Maak instellingen met betrekking
tot het ritme.
CTL
Maak instellingen met betrekking
tot de controller, bijvoorbeeld
voor externe pedalen.
6. Druk op de [VALUE]-regelaar om een parameter te selecteren en draai de [VALUE]-regelaar om de waarde te
bewerken.
Referentie
Voor meer informatie over parameters en ritmepatronen raadpleegt u de “Parameter Guide (PDF).
7. Druk op de [SETUP] (EXIT)-knop om terug te gaan naar het afspeelscherm.
Een bank opslaan
Als u een andere bank selecteert of het apparaat wordt uitgeschakeld nadat de bankinstellingen zijn bewerkt, gaan uw
wijzigingen verloren. Zorg ervoor dat u belangrijke gegevens opslaat.
1. Sla een frasegeheugen in die bank op (p. 10).
Wanneer u een frasegeheugen opslaat, worden de bankinstellingen ook automatisch opgeslagen.
Bankinstellingen
OPMERKING
* Houd er rekening mee dat de inhoud van het geheugen onherstelbaar verloren kan gaan door defecten of onjuiste
bediening van het apparaat. Maak een back-up van belangrijke gegevens volgens de beschrijving in “Een back-up
naar uw computer maken (p. 15).
* Bij reparaties wordt alle nodige zorgvuldigheid betracht om gegevensverlies te voorkomen. In bepaalde gevallen,
bijvoorbeeld bij beschadiging van het geheugen, kunnen de gegevens echter mogelijk niet worden hersteld.
* Helaas kan het onmogelijk zijn om gegevens die in het apparaatgeheugen waren opgeslagen, te herstellen
nadat deze verloren zijn gegaan. Roland Corporation kan niet aansprakelijk worden gesteld voor dergelijk
gegevensverlies.
13
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
Instellingen voor de hele RC-202 (Systeeminstellingen)
Instellingen die van toepassing zijn op de hele RC-202 zoals Auto O (automatisch uitschakelen), USB en MIDI worden
systeeminstellingen genoemd.
1. Druk op de [SETUP]-knop.
2. Druk op een knop om de categorie van instellingen die u wilt maken, te selecteren.
MIDI
Maak instellingen met betrekking
tot MIDI.
GENERAL
Maak instellingen zoals Auto O.
I/O
Maak instellingen met
betrekking tot in- en uitvoer.
USB
Maak instellingen met
betrekking tot USB.
3. Druk op de [VALUE]-regelaar om een parameter te selecteren en draai de [VALUE]-regelaar om de waarde te
bewerken.
Referentie
Voor meer informatie over de parameters raadpleegt u de “Parameter Guide (PDF).
4. Druk op de [SETUP] (EXIT)-knop om terug te gaan naar het afspeelscherm.
“Factory Reset is een bewerking waarmee de
systeeminstellingen van de RC-202 worden
teruggezet naar de fabrieksinstellingen.
Factory Reset kan de fabrieksinstellingen van de
systeeminstellingen herstellen en ook alle banken
initialiseren.
* De RC-202 bevat demogegevens (bank 8). Als u
Factory Reset “ALL of “B8 uitvoert, worden
de demogegevens ook gewist en kunnen deze
niet worden hersteld. Maak, voordat u verder
gaat, een back-up van deze gegevens volgens
de beschrijving in “Een back-up naar uw
computer maken (p. 15).
1. Houd tegelijk de [SETUP] (EXIT)-knop en de
[MEMORY]-knop lang ingedrukt.
Het Factory Reset-scherm verschijnt.
2. Gebruik de [VALUE]-regelaar om de
verschillende instellingen op te geven waarvan
u de fabrieksinstellingen wilt herstellen.
Waarde Uitleg
ALL
De fabrieksinstellingen van de systeeminstellingen
worden hersteld en alle banken worden gewist
(geïnitialiseerd).
SYS
De fabrieksinstellingen van de systeeminstellingen
worden hersteld.
B1B8
De geselecteerde bank wordt gewist (geïnitialiseerd).
* Als u “ALL of “B1B8 uitvoert, worden de
banken van de RC-202 geïnitialiseerd. U kunt deze
dan niet meer terugzetten naar hun vorige stand.
3. Als u wilt doorgaan met de Factory Reset,
drukt u op de [WRITE]-knop.
Als de Factory Reset is voltooid, keert u terug naar het
afspeelscherm.
Het uitgangsvolume van de OUTPUT-aansluitingen en de hoofdtelefoon aanpassen
Hier leest u hoe u het uitgangsvolume van de RC-202 kunt regelen.
1. Druk op de [SETUP]-knop.
2. Druk op de [BEAT] (I/O)-knop.
3. Druk op de [VALUE]-regelaar om de parameter te selecteren en draai de [VALUE]-regelaar om de
waarde aan te passen.
Parameter Waarde Uitleg
OLV
0–100 Het uitgangsvolume van de OUTPUT-aansluitingen wordt geregeld.
PLV
0–100 Het volume van de hoofdtelefoon wordt geregeld.
4. Druk op de [SETUP] (EXIT)-knop om terug te gaan naar het afspeelscherm.
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset)
14
Aansluiten op uw computer via USB
Als u een USB-kabel gebruikt om de USB-
poort van de RC-202 aan te sluiten op een
USB-poort op uw computer, kunt u de
volgende dingen doen.
USB-massaopslag
U kunt een back-up op uw computer maken van
de sporen op de RC-202 (WAV-bestanden) of WAV-
bestanden vanaf uw computer naar de RC-202 laden.
USB-audio/MIDI
U kunt de geluiden op uw computer afspelen via de
RC-202 of de geluiden van de RC-202 op uw computer
opnemen. U kunt ook USB MIDI gebruiken om het tempo
van de RC-202 te synchroniseren met een DAW dat op
uw computer wordt uitgevoerd.
Referentie
Voor meer informatie over de USB-instellingen van de
RC-202 raadpleegt u de “Parameter Guide” (PDF).
Het USB-stuurprogramma installeren
Om de USB-audio/MIDI-functionaliteit van de RC-202 te
gebruiken, moet u eerst het USB-stuurprogramma op
uw computer installeren (USB-massaopslag kan worden
gebruikt zelfs als het USB-stuurprogramma niet is
geïnstalleerd).
1. Installeer het USB-stuurprogramma op de
computer.
U kunt het speciale stuurprogramma van de RC-202
downloaden van de BOSS-website.
BOSS-website
http://www.boss.info/support/
Voor meer informatie over de bedieningsvereisten raadpleegt
u de BOSS-website. Het programma en de procedure voor
het installeren van het stuurprogramma is afhankelijk van het
systeem dat u gebruikt. Lees zorgvuldig het gedownloade
Readme.htm-bestand voordat u verder gaat.
De RC-202 op een computer aansluiten
1. Gebruik een USB-kabel om de USB-poort van
de RC-202 aan te sluiten op de USB-poort van
uw computer (een connector die ondersteuning
biedt voor USB 2.0 Hi-Speed).
OPMERKING
5 Dit werkt mogelijk niet goed op bepaalde
typen computers. Raadpleeg de BOSS-website
voor meer informatie over de ondersteunde
besturingssystemen.
5 Gebruik een USB-kabel die ondersteuning biedt
voor USB 2.0 Hi-Speed.
USB-functie-instellingen
U kunt de uitvoerbestemming voor USB opgeven. Voor
meer informatie raadpleegt u de “Parameter Guide (PDF).
USB-audioow
RC-202
USB-audioroutering
LINE OUT
LOOP IN
SUB MIX
Hetzelfde uitgangsgeluid als de
OUTPUT-aansluitingen
Naar Looper
USB gebruiken om bestanden uit te wisselen
met uw computer (USB-massaopslag)
U kunt de RC-202 op uw computer aansluiten met
een USB-kabel en op de computer back-ups van
RC-202-sporen (WAV-bestanden) maken of WAV-
bestanden van de computer naar de RC-202 laden.
Afspeelbare WAV-bestandsindelingen
Gegevensindeling WAV
Bitdiepte 16-bits lineair, stereo
Samplefrequentie 44,1 kHz
De maximale grootte is 2 GB per WAV-bestand, de
maximale tijd is circa 3 uur.
1. Druk op de [SETUP]-knop.
2. Druk op de [SLICER] (USB)-knop.
3. Druk op de [VALUE]-regelaar om MD” te
selecteren.
4. Draai de [VALUE]-regelaar om msg” te
selecteren.
5. Druk op de [SETUP] (EXIT)-knop.
6. Gebruik een USB-kabel om de USB-poort van
de RC-202 aan te sluiten op de USB-poort van
uw computer (een connector die ondersteuning
biedt voor USB 2.0 Hi-Speed).
Wanneer de verbinding met de computer is voltooid,
verschijnt het bericht . . .”.
* Er kunnen geen USB-verbindingen tot stand worden
gebracht als de RC-202 niet is gestopt of als er een
frase is die niet is opgeslagen.
Aansluiten op uw computer via USB
15
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
7. Maak back-ups van de gegevens volgens
onderstaande instructies.
Windows-gebruikers
Open in Computer (of Deze computer) de map
“BOSS_RC-202” (of Verwijderbare schijf).
Mac OS-gebruikers
Klik op het bureaublad op het pictogram
“BOSS_RC-202”.
Een back-up naar uw computer maken
Kopieer de hele “ROLAND”-map van het BOSS_RC-202-
station naar uw computer.
Gegevensback-ups van uw computer
herstellen naar de RC-202
* Met deze bewerking worden alle frasegeheugens
die momenteel op de RC-202 zijn opgeslagen,
gewist. Maak een back-up voordat u verder gaat.
Verwijder op het BOSS_RC-202-station de “ROLAND-
map en kopieer vervolgens de “ROLAND”-back-upmap
van uw computer naar het BOSS_RC-202-station.
Afzonderlijke WAV-bestanden van uw computer
naar het frasegeheugen van de RC-202 schrijven
U kunt WAV-bestanden van uw computer naar de
mappen “001_1”, “001_2””064_1”, “064_2” binnen
de “ROLAND””WAVE”-map op het BOSS_RC-202-
station kopiëren. (In de mapnaam “0XX_Y” staat XX
voor het nummer van het frasegeheugen en de Y voor
het spoornummer.)
OPMERKING
* Verwijder de mappen op het BOSS_RC-202-station
alleen wanneer u een herstelbewerking uitvoert.
* In bestandsnamen kunnen de volgende tekens
worden gebruikt: A–Z (hoofdletters), 0–9 (cijfers), _
(liggend streepje)
* Plaats niet meer dan één WAV-bestand in een map.
Als een map al een WAV-bestand bevat, overschrijf dit
dan niet. Sla uw WAV-bestanden op in lege mappen.
8. Als u klaar bent met het kopiëren van WAV-
bestanden, koppelt u het USB-station als volgt los.
Gebruikers van Windows
Klik in het [
]
0
[ ]-pictogram in de
rechterbenedenhoek van het scherm op “BOSS_RC-202
uitwerpen”.
Mac OS-gebruikers
Sleep het “BOSS_RC-202”-pictogram naar de
Prullenbak (pictogram “Verwijderen”).
9. Druk op de [SETUP]-knop van de RC-202.
Op de display wordt W/E weergegeven.
10. Druk op de [WRITE]-knop van de RC-202 om de
verbinding los te koppelen.
OPMERKING
* Gebruik nooit uw computer voor het formatteren
van het “BOSS_RC-202”-station. Hierdoor
functioneert de RC-202 mogelijk niet goed meer.
Als dit gebeurt, kunt u de normale werking van
de RC-202 herstellen door “De fabrieksinstellingen
herstellen (Factory Reset)” (p. 13) uit te voeren, maar
hierdoor worden alle frasegeheugens, inclusief de
demogegevens, onherstelbaar gewist.
* Voer de volgende bewerkingen nooit uit totdat het
USB-station is losgekoppeld. Doet u dat wel, dan kan
de computer vastlopen of kunnen alle gegevens op de
RC-202 verloren gaan.
5 De USB-kabel loskoppelen.
5 De computer in de onderbroken modus (stand-by)
of slaapstand laten komen, hem opnieuw opstarten
of afsluiten.
5 De stroom naar de RC-202 uitschakelen.
* Helaas kan het onmogelijk zijn om gegevens die in het
apparaatgeheugen waren opgeslagen, te herstellen
nadat deze verloren zijn gegaan. Roland Corporation
kan niet aansprakelijk worden gesteld voor dergelijk
gegevensverlies.
16
Een extern MIDI-apparaat aansluiten
MIDI-aansluitingen
De hieronder beschreven MIDI-aansluitingen worden gebruikt om MIDI-gegevens over te dragen. Sluit MIDI-kabels aan op
deze aansluitingen afhankelijk van de manier waarop u de RC-202 gebruikt.
Aansluiting Uitleg
MIDI IN Ontvangt berichten van een ander MIDI-apparaat.
MIDI OUT Verzendt berichten vanaf dit apparaat.
MEMO
U kunt een USB-kabel gebruiken om de USB-poort op uw computer aan te sluiten en om MIDI-gegevens van en naar de
computer over te dragen via USB MIDI. Raadpleeg Aansluiten op uw computer via USB” (p. 14) voor meer informatie.
MIDI-instellingen
Referentie
Voor meer informatie over de MIDI-instellingen van de RC-202 raadpleegt u de “Parameter Guide (PDF).
* As u MIDI wilt gebruiken, moeten de MIDI-kanalen overeenstemmen met de kanalen van het aangesloten apparaat. Het
MIDI-kanaal van de RC-202 is “1” (volgens de fabrieksinstellingen). Gegevens kunnen niet worden verzonden naar of
ontvangen van een ander MIDI-apparaat als de MIDI-kanalen niet correct zijn ingesteld.
Een extern MIDI-apparaat bedienen vanaf de RC-202
Bewerking Overzicht Uitleg
Tempogegevens en gegevens
om het afspelen te starten en te
stoppen, verzenden
De tempogegevens van de RC-202
worden verzonden naar externe
MIDI-apparaten als MIDI-klok.
Een extern MIDI-apparaat instellen op hetzelfde tempo als de RC-202
De RC-202 verzendt voortdurend MIDI-klokberichten.
Stel het externe MIDI-apparaat op voorhand zodanig in dat dit MIDI-
klok-, MIDI-start- en MIDI-stopberichten kan ontvangen. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van het apparaat dat u gebruikt, voor meer informatie.
Bewerkingen om het afspelen te
starten en te stoppen met behulp
van de knoppen van de RC-202,
kunnen worden verzonden als
MIDI-start- en MIDI-stopberichten.
Start-/stopberichten verzenden
Het MIDI-startbericht wordt verzonden op het moment dat het afspelen van de
track begint terwijl de track is gestopt.
Het MIDI-stopbericht wordt verzonden op het moment dat het spoor wordt
gestopt.
* Sporen waarvan de One-Shot-instelling (p. 11) op “ON” staat, verzenden
geen start- en stopgegevens.
Programmawijzigingsberichten
verzenden
Als een frasegeheugen
wordt geselecteerd met de
RC-202, wordt tegelijk een
programmawijzigingsbericht
verzonden dat overeenkomt
met het geselecteerde
frasegeheugennummer.
Programmawijzigingen verzenden
Als u op de RC-202 schakelt tussen frasegeheugens, wordt een MIDI-
programmawijzigingsbericht verzonden naar het aangesloten externe MIDI-
apparaat. De RC-202 kan programmawijzigingsberichten met nummers 1–64
verzenden die overeenstemmen met de 64 frasegeheugens 1-1–8-8.
* Zet “MIDI Program Change Out” (&PDF) op voorhand op ON”.
* Programmawijzigingsnummers 65–128 kunnen niet worden verzonden.
* MIDI-berichten voor het selecteren van banken (Control Change #0, #32)
kunnen niet worden verzonden.
Een extern MIDI-apparaat aansluiten
17
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
De RC-202 bedienen vanaf een extern MIDI-apparaat
Bewerking Overzicht Uitleg
Tempogegevens en
gegevens om het afspelen
te starten en te stoppen,
ontvangen
De RC-202 wordt
gesynchroniseerd met
het tempo van de MIDI-
klokgegevens van een extern
MIDI-apparaat.
De RC-202 instellen op hetzelfde tempo als een extern MIDI-apparaat
Maak instellingen op uw extern MIDI-apparaat, zodat dit MIDI-klok-, MIDI-start- en
MIDI-stopgegevens zal verzenden. Raadpleeg de gebruikershandleiding van het
apparaat voor meer informatie.
Zet de MIDI Sync (&PDF) van de RC-202 op “AUTO”.
* U kunt het tempo niet verwisselen tijdens het opnemen.
Start- en stopgegevens worden
ontvangen vanaf een extern
MIDI-apparaat om de RC-202 te
starten of te stoppen.
MIDI-start ontvangen
Wanneer een MIDI-startbericht (FA) wordt ontvangen, worden alle sporen afgespeeld.
Wanneer een MIDI-stopbericht (FC) wordt ontvangen, worden alle sporen gestopt.
Nummers van
frasegeheugens verwisselen
De frasegeheugens van
de RC-202 worden tegelijk
met de ontvangst van
de overeenstemmende
programmawijzigingsberichten
van externe MIDI-apparaten
verwisseld.
Frasegeheugens verwisselen
U kunt de frasegeheugens van de RC-202 verwisselen met programmawijzigingsberichten
van externe MIDI-apparaten.
De RC-202 kan programmawijzigingsberichten met nummers 1–64 ontvangen die
overeenstemmen met de 64 frasegeheugens 1-1–8-8.
* Er gebeurt niets als een programmawijzigingsnummer 65–128 wordt ontvangen.
* MIDI-berichten voor het selecteren van banken (Control Change #0, #32) worden
genegeerd, zelfs als deze worden ontvangen.
Controlewijzigingsberichten
ontvangen
De RC-202 kan worden
gecontroleerd met
controlewijzigingsberichten
van externe MIDI-apparaten.
Controlewijzigingsberichten ontvangen
U kunt controlewijzigingsberichten van een extern MIDI-apparaat gebruiken om
functies te bedienen die moeilijk kunnen worden bediend met de eigen controllers
van de RC-202.
Selecteer in “Controller Settings (CTL Source)” (&PDF) de optie “CC#80–#84” en
gebruik “Specify Control Target (CTL Target)” (&PDF) om de parameter op te geven
die u wilt controleren.
Twee RC-202-apparaten aansluiten
U kunt twee RC-202-apparaten synchroniseren nadat u deze met elkaar hebt verbonden via een MIDI-kabel.
5 Gebruik een in de handel verkrijgbare MIDI-kabel om de volgende verbinding te maken.
RC-202 (master-apparaat) RC-202 (slave-apparaat)
MIDI OUT-aansluiting MIDI IN-aansluiting
5 Start de opname op de sporen van de RC-202 die als master-apparaat dient.
18
Problemen oplossen
Probleem Controle-items Handeling Pagina
Problemen met geluid
Geen geluid/laag volume
Zijn de verbindingskabels kortgesloten? Probeer de verbindingskabel te vervangen.
Is de RC-202 correct aangesloten op de
andere apparaten?
Controleer de verbindingen met de andere apparaten. p. 6
Is de stroom naar de verbonden versterker of
mixer niet ingeschakeld of staat het volume
te laag?
Controleer de instellingen voor de aangesloten apparaten.
Staan de volgende niveaus te laag?
5 Afspeelniveau van het spoor
5 Uitgangsniveau
Regel elk van de niveaus.
Controleer of een extern expressiepedaal werd gebruikt om het
niveau te regelen.
p. 11
p. 13
&
PDF
Is er iets opgenomen op de sporen?
Bekijk de [TRACK]-knop van het spoor om te controleren of er een
opname is gemaakt. Als de [TRACK]-knop gedoofd is, is er geen
opname gemaakt van het spoor.
p. 4
Geen ritmegeluid
Is Rhythm Line Out correct ingesteld? Controleer de Rhythm Line Out-instelling.
&
PDF
Staat het Rhythm Level te laag? Regel het Rhythm Level.
&
PDF
Het begin en het einde
van het opgenomen
spoor ontbreken
Om ruis te voorkomen, worden een fade-in en een fade-out toegepast op het begin en het einde van een
opname. In sommige gevallen klinkt het alsof het geluid is weggelaten.
Kan geen geluiden horen
van een apparaat dat is
aangesloten op de AUX/
INST/MIC-aansluitingen
Staat de [MIC LEVEL]-regelaar te laag? Stel de schuifregelaars in op de gewenste posities. p. 6
Is het volume van het aangesloten apparaat
gedempt?
Pas het niveau op de juiste manier aan.
Staat de Input Line Out-systeeminstelling op
“OFF”?
Stel Input Line Out in op “ON”.
&
PDF
Problemen met werking
Kan niet schakelen
tussen frasegeheugens
Verschijnt er iets anders dan het
afspeelscherm op de display?
De RC-202 kan alleen schakelen tussen frasegeheugens wanneer
het afspeelscherm geactiveerd is. Druk op de [SETUP] (EXIT)-knop
om terug te gaan naar het afspeelscherm.
p. 5
Opnemen/overdubben
stopt voordat de
bewerking is voltooid
Is er onvoldoende vrij geheugen
beschikbaar?
Als er onvoldoende vrij geheugen beschikbaar is, verwijdert u
onnodige frasegeheugens voordat u begint met opnemen of
overdubben.
p. 10
Het afspeeltempo kan
niet worden aangepast
Is het apparaat bezig met opnemen of
overdubben?
U kunt het frasegeheugentempo niet wijzigen tijdens het
opnemen of overdubben. Wijzig het tempo wanneer het spelen is
gestopt of tijdens het afspelen.
p. 4
Is de RC-202 gesynchroniseerd via MIDI?
Als MIDI-klokberichten worden ontvangen via de MIDI
IN-aansluiting of de USB-poort, wordt het tempo van de RC-202
gesynchroniseerd met de MIDI-klok. Als u geen synchronisatie
wilt uitvoeren met een extern apparaat, stelt u MIDI Sync in op
“INTERNAL.
&
PDF
MIDI-berichten kunnen
niet worden verzonden/
ontvangen
Stemmen de MIDI-kanalen overeen met de
kanalen van het externe MIDI-apparaat?
Controleer of beide apparaten zijn ingesteld op dezelfde MIDI-
kanalen.
Als u verzendt vanaf de RC-202, hebt u dan
de nodige instellingen voor het verzenden
gemaakt?
Controleer de aan/uit-instelling voor het verzenden van
programmawijzigingsberichten.
Problemen met USB
Kan niet communiceren
met de computer
Is de USB-kabel correct aangesloten? Controleer de verbinding. p. 14
Is USB Mode ingesteld op MSG (als u
bestanden via USB uitwisselt met uw
computer)?
Stel volgens de beschrijving in “USB gebruiken om bestanden
uit te wisselen met uw computer (USB-massaopslag)” (p. 14) USB
Mode in op MSG”.
p. 14
Kan geen WAV-bestand
importeren
Zijn de bestandsnaam en -indeling van het
WAV-bestand correct?
Controleer de bestandsnaam en -indeling van het WAV-bestand. p. 15
Problemen oplossen
19
Deutsch
Français Italiano Español
Português
Nederlands
EnglishEnglish
Overzicht van foutmeldingen
Display Betekenis Handeling
E01
Afspelen is niet mogelijk omdat de opnametijd of het WAV-
bestand te lang is.
De opnametijd of het WAV-bestand mag niet langer zijn dan drie
uur.
E02
Afspelen is niet mogelijk omdat de opnametijd of het WAV-
bestand te kort is.
De opnametijd of het WAV-bestand moet minstens 0,1 seconde
lang zijn.
E03
Verder overdubben is niet mogelijk. Sla de frase opnieuw op.
E04
De maximale opnametijd is circa drie uur (totaal van alle
frasegeheugens).
Als de maximale opnametijd is overschreden, wordt het
opnemen of overdubben mogelijk onderbroken vanwege
onvoldoende intern geheugen.
Verwijder onnodige frasegeheugens (p. 10) en probeer de
opname opnieuw.
E05
Er zijn te veel MIDI-berichten ontvangen en deze konden niet
correct worden verwerkt.
Verminder het aantal of de grootte van de MIDI-berichten die naar
de RC-202 worden verzonden.
E06
MIDI-berichten konden niet correct worden ontvangen.
Controleer of er geen beschadigde MIDI-berichten worden
verzonden.
Verminder het aantal of de grootte van de MIDI-berichten die naar
de RC-202 worden verzonden.
E07
Er is een probleem opgetreden met de MIDI-kabelverbinding.
Controleer of de kabel niet is losgekoppeld en of de kabel niet is
kortgesloten.
E08
Als u een frasegeheugen opslaat, kunt u geen frasegeheugen
overschrijven dat al opgeslagen gegevens bevat.
Selecteer een leeg frasegeheugen en sla vervolgens uw werk op
(p. 10).
E09
De procedure kan niet worden uitgevoerd als het apparaat niet
is gestopt.
Stop het apparaat en probeer de procedure opnieuw uit te voeren.
E10
Het spoor wordt mogelijk niet correct afgespeeld omdat het
wordt afgespeeld aan een veel hoger tempo dan toen het werd
opgenomen.
Wijzig het tempo.
E11
Het spoor wordt mogelijk niet correct afgespeeld omdat het
wordt afgespeeld aan een veel lager tempo dan toen het werd
opgenomen.
E12
Dit WAV-bestand kan niet worden afgespeeld. Controleer de indeling van het WAV-bestand.
E90
De RC-202 kon de gegevens niet volledig verwerken.
Verlaag het speeltempo.
Sla de huidige inhoud op naar een frasegeheugen.
Verminder het aantal veranderingen of wijzigingen die zijn gemaakt
met de regelaars van de RC-202 en de externe pedalen.
Verminder het aantal of de grootte van de MIDI-berichten die naar
de RC-202 worden verzonden.
Zorg ervoor dat de frase niet korter is dan 0,1 seconde.
E91
Er is mogelijk een ongeldig bestand geschreven terwijl
verbinding is gemaakt in de USB-modus voor massaopslag
(bijvoorbeeld tijdens het schrijven van een WAV-bestand).
Of u hebt uw computer gebruikt om het “BOSS_RC-202”-station
te formatteren terwijl verbinding is gemaakt in de USB-modus
voor massaopslag, waardoor de RC-202 niet meer goed werkt.
Selecteer in Factory Reset (p. 13) de optie ALL om de RC-202
terug in te stellen op de fabrieksinstellingen.
E97
E98
Er is een probleem opgetreden met de inhoud van het geheugen
van de RC-202.
Neem contact op met uw Roland-dealer of uw lokale Roland
Service.
E99
Er is een probleem opgetreden in het systeem.
Neem contact op met uw Roland-dealer of uw lokale Roland
Service.
20
HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Plaatsing
Afhankelijk van het materiaal en
de temperatuur van het oppervlak
waarop u het apparaat plaatst, kunnen
de rubberen voetstukken mogelijk het
oppervlak verkleuren of ontsieren.
Reparatie en gegevens
Voordat u het apparaat verzendt voor
herstelling, moet u een back-up maken
van de gegevens die op het apparaat
zijn opgeslagen. U kunt uw belangrijke
gegevens ook op papier noteren.
Hoewel we tijdens herstellingen al
het mogelijke doen om de gegevens
op uw apparaat te behouden, is het
in sommige gevallen, zoals wanneer
het geheugen fysiek is beschadigd,
echter niet mogelijk om de opgeslagen
inhoud te herstellen. Roland kan niet
aansprakelijk worden gesteld voor het
herstel van opgeslagen inhoud die
verloren is gegaan.
Extra voorzorgsmaatregelen
Gegevens die op het apparaat zijn
opgeslagen, kunnen verloren gaan
als gevolg van storingen aan het
apparaat, onjuiste bediening van
het apparaat enzovoort. Om uzelf te
beschermen tegen het onherstelbare
verlies van gegevens, zorgt u ervoor
dat u regelmatig back-ups maakt van
de gegevens die op het apparaat zijn
opgeslagen.
Roland kan niet aansprakelijk
worden gesteld voor het herstel van
opgeslagen inhoud die verloren is
gegaan.
Gebruik alleen het opgegeven
expressiepedaal (Roland EV-5, FV-
500H/L, apart verkrijgbaar). Als u
andere expressiepedalen aansluit,
kunt u defecten en/of schade aan het
apparaat veroorzaken.
Gebruik geen verbindingskabels met
een ingebouwde weerstand.
Intellectueel eigendomsrecht
Het opnemen met geluids- of
beeldmateriaal, het kopiëren of
reviseren van materiaal (muziek,
beelden, uitzendingen, liveoptredens
enzovoort) dat geheel of gedeeltelijk
eigendom is van een derde,
en het distribueren, verkopen,
leasen, uitvoeren of uitzenden
ervan is wettelijk niet toegestaan
zonder de toestemming van de
auteursrechteigenaar.
Gebruik dit apparaat niet voor
doeleinden die kunnen leiden tot een
inbreuk op de auteursrechten van een
derde. Wij zijn niet verantwoordelijk
voor inbreuken op auteursrechten van
derden die ontstaan uit uw gebruik
van dit apparaat.
Het auteursrecht op inhoud van
dit product (de geluidsgegevens,
stijlgegevens, begeleidingspatronen,
frasegegevens, audioloops
en afbeeldingsgegevens) is
voorbehouden aan Roland
Corporation.
Personen die dit product kopen,
kunnen deze inhoud (behalve
gegevens van liedjes zoals Demo
Songs) gebruiken voor het maken,
uitvoeren, opnemen en distribueren
van hun eigen originele muziek.
Ze hebben niet het recht deze
inhoud in de oorspronkelijke of
een gewijzigde vorm te extraheren
met als doel het distribueren van
opgenomen media van deze inhoud
of het beschikbaar maken ervan op
een computernetwerk.
MMP (Moore Microprocessor
Portfolio) verwijst naar een
patentportfolio in verband met de
architectuur van microprocessoren,
die werd ontwikkeld door
Technology Properties Limited (TPL).
Roland heeft deze technologie in
licentie genomen van de TPL Group.
Het SD-logo (
) en het SDHC-logo
( ) zijn handelsmerken van SD-3C,
LLC.
ASIO is een handelsmerk en software
van Steinberg Media Technologies
GmbH.
Dit product bevat het geïntegreerde
eParts-softwareplatform van eSOL
Co.,Ltd. eParts is een handelsmerk
van eSOL Co., Ltd. in Japan.
Roland, BOSS en LOOP STATION
zijn gedeponeerde handelsmerken
of handelsmerken van Roland
Corporation in de Verenigde Staten
en/of andere landen.
Bedrijfs- en productnamen in dit
document zijn gedeponeerde
handelsmerken of handelsmerken
van hun respectieve eigenaars.
WAARSCHUWING
De Auto O-functie
Dit apparaat wordt automatisch uitgeschakeld
na een vooraf ingestelde tijdsspanne sinds
het apparaat voor het laatst werd gebruikt om
muziek af te spelen of sinds de knoppen of
bedieningselementen van het apparaat voor het laatst
werden gebruikt (Auto O-functie). Als u niet wilt dat de
stroom automatisch wordt uitgeschakeld, schakelt u de
Auto O-functie uit (p. 7).
Gebruik alleen de meegeleverde netstroomadapter
en het correcte voltage
Gebruik alleen de netstroomadapter die bij het
apparaat wordt geleverd. Ga na of het lijnvoltage
van het elektriciteitsnet overeenkomt met het
ingangsvoltage dat op de netstroomadapter
wordt weergegeven. Andere netstroomadapters
gebruiken mogelijk een andere polariteit of zijn ontworpen
voor een ander voltage. Het gebruik van dergelijke adapters
kan resulteren in schade, defecten of elektrische schokken.
OPGELET
Voorzorgsmaatregelen met betrekking tot het
gebruik van fantoomvoeding
Schakel fantoomvoeding altijd uit als u andere
apparaten dan condensatormicrofoons
die fantoomvoeding vereisen, aansluit.
U loopt kans op schade als u per ongeluk
fantoomvoeding levert aan dynamische microfoons,
audioweergaveapparaten of andere apparaten die geen
fantoomvoeding vereisen. Controleer de specicaties
van microfoons die u wilt gebruiken door de bijhorende
handleiding te raadplegen.
(De fantoomvoeding van dit instrument: 48 V DC,
max. 10 mA)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

Boss RC-202 de handleiding

Type
de handleiding