NLD-7
3.De belichting instellen
Vergroting en effectief f-getal
Bij het diafragma dat de camera aangeeft, wordt
verondersteld dat er op oneindig is
scherpgesteld. Het feitelijke diafragma (het
effectieve f-getal) wordt donkerder (het effectieve
f-getal wordt hoger) naarmate de
scherpstelafstand korter is (de vergroting neemt
toe). Dit veroorzaakt geen belichtingsproblemen
bij normale fotografie.
Bij close-upfotografie kunt u de verandering in
het effectieve f-getal echter niet negeren.
Wanneer u een handbelichtingsmeter gebruikt
om de belichting in te stellen, dient u rekening te
houden met de belichtingsfactor die in de
volgende tabel is vermeld.
Gebruik de volgende formule om het effectief f-
getal te berekenen:
Effectief f-getal = f-getal x (Vergroting + 1)
Als bijvoorbeeld het diafragma dat door de
camera wordt aangegeven f/2,8 is en de
vergroting is 1x, zal het effectief f-getal f/5,6 zijn.
De belichting instellen
De juiste belichting voor een close-upfoto hangt in belangrijke
mate van het onderwerp af. Probeer daarom de belichting
gelijk te maken aan die voor eenzelfde onderwerp.
Met de EOS-1Ds Mark III, 1Ds Mark II, 1Ds, 1D Mark III,
1D Mark II N, 1D Mark II, 1D, 1, 1N/DP/HS, en 1V/HS
TTL-lichtmeting voor AE automatische belichting is mogelijk
van 1x tot 5x. Selecteer de gewenste fotografeermodus en
controleer de sluitertijd en het diafragma.
Met andere EOS-camera's
Aangezien er een kleine belichtingsfout zal zijn, wordt het
gebruik van de AE-lichtmeetmethode afgeraden. Maak eerst een
paar testopnamen of gebruik een handbelichtingsmeter om de
juiste belichting te bepalen op basis van het effectief f-getal. Als
u het f-getal gebruikt dat door de camera wordt aangegeven,
gebruik dan de belichtingsfactor uit de onderstaande tabel om
de waarde om te zetten.
Vergroting 1× 2× 3× 4× 5×
Belichtingsfactor +2 +3 +4 +4 +5
(stops)* +2 +3 +4 +4 +5
1
2
1
3
2
3
1
3
* Bovenste waarden: 1/3 stops.
Onderste waarden 1/2 stops.
Vergroting 1× 2× 3× 4× 5×
Effectief f-getal 5,6 8,4 11,2 14,0 16,8