Plaats het apparaat niet in de buurt van een warmtebron. De netkabel •
mag niet aan rechtstreekse hittewerking (bijv. heet fornuisplaat, open
vlammen, hete strijkzool of kachel) worden blootgesteld, netkabel tegen
olie beschermen.
Let erop dat het apparaat bij het gebruik een goede stabiliteit heeft en •
men niet over de netkabel kan struikelen.
Het apparaat is niet tegen spattend water beschermd. •
Het apparaat niet in de buitenlucht bewaren of in gebruik nemen. •
Het apparaat op een droge en voor kinderen niet toegankelijke plaats be- •
waren (inpakken).
Inbedrijfstelling en bediening
Plaats de TOM op de gewenste plaats op een vlakke bodem. Steek het 1.
netsnoer (18) in een geschikte contactdoos.
Verwijder het deksel naar de watertank (1) en vul de watertank tot aan 2.
de maximum markering (6 liter) met water. Plaats de tank aansluitend in
het apparaat.
Belangrijk: Transporteer Tom niet zolang deze met water is gevuld. Het
water zou via de binnenste kuip kunnen uitlopen.
Neem Tom aansluitend in bedrijf door het bedieningselement (14) in het 3.
midden (aan/uit) te drukken. Daarna zou de display (15) te branden en het
apparaat zou moeten starten. Brandt het rode lampje in de display (15) is
er geen water in het apparaat.
De bevochtingingsprestatie hangt af van de snelheid van de ventilator 4.
(13). U kunt in handmatig bedrijf tussen 4 prestatiestappen kiezen: Sym-
bool ventilator op het bedieningselement (14) drukken om het gewenste
vermogen in te stellen (low, medium, high, turbo).
In de handmatige modus kan de gewenste luchtvochtigheid (40-75% en 5.
duurzame werking «Co») worden gekozen. Op het bedieningselement (14)
het symbool luchtvochtigheid (%) drukken en de gewenste vochtigheid
door meermaals drukken selecteren (gedurende de invoer knippert het
%-teken). Een paar seconden na de invoer toont de display weer de actu-
eel gemeten luchtvochtigheid aan.
Informatie: Als het apparaat de gewenste luchtvochtigheid heeft be-
reikt, stopt het apparaat en de weergave van de luchtvochtigheid knippert
op de display (15). De luchtvochtigheid van het apparaat wordt alle 30
minuten gemeten (de ventilator loopt hiervoor gedurende 1-2 minuten).
Daalt de gemeten luchtvochtigheid onder de ingestelde waarde, begint
het apparaat opnieuw te bevochtigen.
Modus «M», het apparaat beschikt over 3 verschillende voorgeprogram-6.
meerde modi: Clean, Auto, Sleep. De modi kunnen door het drukken van
het «M»-symbool op het bedieningselement (14) worden veranderd.
Clean: Deze modus is ideaal om het apparaat te reinigen en te ontkalken.
Het schijvenpakket wordt aangedreven maar de ventilator loopt niet en
zodoende wordt er geen lucht in de ruimte geblazen.
Auto-modus: Tom houdt de luchtvochtigheid automatisch bij 45%. Hoe
lager de actuele luchtvochtigheid is, hoe hoger de snelheid van de venti-
lator automatisch wordt ingesteld. (bijv. onder 35% - trap III, van 35% tot
40% - trap II, van 40% tot 45% - trap I).
Sleep modus: Ideaal als u rust wenst of gedurende de nacht. De verlich-
ting wordt tot om een minimum gereduceerd en het apparaat is op een