Velleman CS100 Data papier

Categorie
Koptelefoons
Type
Data papier
CS100 VELLEMAN - 9 -
7. Care & Maintenance
Keep the metal detector dry. If it gets wet, wipe it dry immediately. Liquids might contain minerals that
corrode the electronic circuits.
Handle the detector gently and carefully. Dropping it can damage circuit boards and cases and can
cause the detector to not work properly.
Use and store the detector only in normal temperature environments. Temperature extremes can
shorten the life of electronic devices, damage batteries, and distort or melt plastic parts.
Keep the detector away from dust and dirt, which can cause premature wear of parts.
Wipe the detector with a damp cloth occasionally to keep it looking new. Do not use harsh chemicals,
cleaning solvents or strong detergents to clean the detector.
Modifying or tampering with the detector's internal parts can cause a malfunction and might invalidate its warranty.
The search coil supplied with the detector is waterproof and can be submerged in either fresh or salt water.
However, do not let water enter the detector's control housing. After using the search coil in salt water, rinse it with
fresh water to prevent corrosion of the metal parts.
For more info concerning this product, please visit our website www.velleman.eu.
The information in this manual is subject to change without prior notice.
CS100 – METAALDETECTOR
1. Eigenschappen
Aan alle ingezetenen van de Europese Unie
Belangrijke milieu-informatie betreffende dit product
Dit symbool op het toestel of de verpakking geeft aan dat, als het na zijn levenscyclus wordt weggeworpen,
dit toestel schade kan toebrengen aan het milieu.
Gooi dit toestel (en eventuele batterijen) niet bij het gewone huishoudelijke afval; het moet bij een
gespecialiseerd bedrijf terechtkomen voor recyclage.
U moet dit toestel naar uw verdeler of naar een lokaal recyclagepunt brengen.
Respecteer de plaatselijke milieuwetgeving.
Hebt u vragen, contacteer dan de plaatselijke autoriteiten inzake verwijdering.
Dank u voor uw aankoop! Lees deze handleiding grondig voor u het toestel in gebruik neemt. Werd het toestel
beschadigd tijdens het transport, installeer het dan niet en raadpleeg uw dealer. Met uw Velleman Discriminator
Metaaldetector kunt u haast overal muntstukken, relikwieën, juwelen, goud en zilver opsporen.
De Discriminator Metaaldetector is veelzijdig en eenvoudig in gebruik.
CS100 VELLEMAN - 10 -
Eigenschappen van de Discriminator Metaaldetector:
Hoofdtelefoonaansluiting - om een hoofdtelefoon (niet meegeleverd) aan te sluiten.
Vu-meter - om aan te geven welke metaalsoort vermoedelijk gevonden is..
Waterdichte zoekspoel - om ook onder water metalen voorwerpen op te sporen.
Opmerking: alleen de zoekspoel is waterdicht; de rest van de behuizing niet.
Opmerking: uw metaaldetector werkt uitsluitend met 6 AA-batterijen van 1.5V (niet meegeleverd).
2. Ethische code voor schattenjagers
Denk eraan dat uw eigen gedrag als voorbeeld gesteld kan worden voor dat van alle andere schatjagers. Daarom
volgen hier een aantal basisregels die elke gebruiker van de detector zou moeten naleven.
Vraag altijd om toestemming voor u een plaats doorzoekt met uw detector.
Houd hierbij altijd rekening met andermans rechten en eigendom.
Houd ook rekening met mogelijke nationale, regionale en plaatselijke wetsbepalingen met betrekking tot het
schatgraven.
Vernietig geen voorwerpen van historische of archeologische waarde. Als u twijfels heeft over de oorsprong van
een gevonden voorwerp, neem dan contact op met een museum of een historische vereniging bij u in de buurt.
Laat de doorzochte grond en de begroeiing achter in hun oorspronkelijke staat. Vul een kuil steeds weer op.
Gebruik uw detector slechts op veilige plaatsen.
Laat gevonden afval uitsluitend achter op daartoe voorziene afvalbelten. Laat het niet achter voor de
eerstvolgende schatgraver.
3. Voorbereiding
a. De zoekspoel instellen
Draai de knoppen aan het uiteinde van de zoekspoel los om de gewenste hoek in te
stellen. (U dient ervoor te zorgen dat de zoekspoel evenwijdig loopt met de grond).
Draai de knoppen weer vast, maar niet te strak zodanig dat de draai- en
slingerbewegingen van de zoekspoel niet belet worden.
b. Batterijen plaatsen
Let op:
Gebruik slechts ongebruikte batterijen van de aanbevolen grootte en type.
Gebruik geen nieuwe en oude batterijen of batterijen van verschillende types door elkaar (standaard, alkaline of
oplaadbare batterijen van verschillende capaciteit).
1. Als de detector nog aan staat, zet dan de VOLUME-regelaar (op de controlebehuizing)
op stand OFF. (U hoort een klik).
2. Druk op het deksel van het batterijvak
en schuif het deksel open in de richting van de pijl.
3. Plaats de 6 AA-batterijen in het batterijvak en let hierbij op de
polariteitsymbolen (+ en -) aan de binnenkant van het batterijvak.
4. Plaats het deksel terug.
CS100 VELLEMAN - 11 -
Bijzondere maatregelen:
Verwijder onmiddellijk oude of afgezwakte batterijen; batterijen bevatten immers chemicaliën die de elektronische
deeltjes van uw detector kunnen beschadigen.
Indien u van plan bent de detector voor een week of langer niet te gebruiken, raden we u aan deze te ontladen.
Gooi oude batterijen onmiddellijk weg op een daartoe voorziene plek.
U kunt uw batterijen langer doen meegaan door een hoofdtelefoon te gebruiken ipv de ingebouwde luidspreker.
c. Batterijen testen
De detector werkt niet of het volume is te zwak of moeilijk te regelen, of het apparaat werkt
niet goed of wijkt af: ga in dit geval eerst na of de batterijen niet ontladen zijn.
Zet het toestel aan (met de volumeknop) en stel OPERATE/BATT TEST in op BATT TEST. Als de wijzer van de VU-
meter zich tussen 3 en 6 (groene zone) bevindt, zijn de batterijen OK. Zoniet dient u de batterijen te vervangen.
d. Een hoofdtelefoon gebruiken
U kunt een stereo koptelefoon (niet meegeleverd) aansluiten op de detector zodat u er zonder
hinder voor anderen naar kunt luisteren. Op die manier spaart u niet alleen de batterijen maar
kunt u ook beter kleine geluidsverschillen horen, zodat u nog efficnter kunt zoeken.
U kunt de hoofdtelefoon aansluiten door de 3,5 mm-stekker aan te sluiten op de daarvoor
voorziene EAR-jack.
Opmerking: Bij gebruik van een hoofdtelefoon, wordt de interne luidspreker vanzelf uitgeschakeld.
e. Luisterveiligheid
Om uw oren te sparen, raden we u aan igv gebruik van een hoofdtelefoon de volgende regels na te leven:
Voordat u begint te luisteren, stel het volume eerst op het minimum af. Stel het volume pas af op een voor u
comfortabel volume, nadat u de hoofdtelefoon op uw oren geplaatst heeft.
Vermijd extreem hoge volumeniveaus: deze kunnen blijvende gehoorstoornissen veroorzaken.
Verhoog het volume niet meer na de initiële regeling. Het oor went aan het gekozen volumeniveau, met als
gevolg dat een voor het oor aanvaardbaar volumeniveau alsnog schadelijk kan zijn.
f. Verkeersveiligheid
Draag geen hoofdtelefoon terwijl u zich in de verkeersdrukte bevindt.
Hoewel sommige modellen van hoofdtelefoons u tot in zekere mate ook het externe geluid laten horen (voorzover u
het volume op een normale stand houdt), blijft het gevaarlijk om ze in het verkeer te gebruiken.
4. Buiten testen en zoeken
1. Probeer buiten op de grond een plek vrij van metaal te vinden.
2. Plaats een staal van het testmateriaal (vb. gouden ring, muntstuk) op de grond. (Als u van plan bent waardevol
metaal zoals goud voor de test te gebruiken, markeer dan de plek waar u het voorwerp legt op de een of andere
manier, zodat u het later gemakkelijk terugvindt. Vermijd dan ook plaatsen met
hoog gras of onkruid).
3. Draai de VOLUME-regelaar ongeveer twee derden in de richting van de wijzers
van de klok.
4. Hou de rode knop op het handvat ingedrukt en laat de knop vervolgens weer los.
Draai langzaam de TUNE-regelaar tot de wijzer 0 benadert. U zou amper nog een
CS100 VELLEMAN - 12 -
toon mogen horen.
5. Houd de zoekspoel in de horizontale stand op ongeveer 2 à 5 cm afstand van de grond en onderzoek langzaam
de plek waar u het metalen voorwerp heeft achtergelaten dmv een zijdelingse, slingerende beweging.
6. Dezelfde plek op meerdere metalen voorwerpen doorzoeken
Heeft u metaal gevonden, wacht dan enkele seconden na het signaal vooraleer verder te zoeken om de detector
toe te laten terug te keren naar de nulstand. (Of druk op de rode knop van het handvat om de wijzer weer naar
het midden van de vu-meter te brengen).
a. Slingertips:
Anders dan bij een slinger bijvoorbeeld mag de detector bij
het slingeren of meteen daarna niet opgeheven worden want
dat zou aanleiding kunnen geven tot foutieve interpretaties
Maak een langzame slingerbeweging - haast doet u uw
doel missen.
Bij het vinden van het gezochte voorwerp klinkt een toon en de
wijzer geeft aan welk soort metaal aanwezig is.
Het lukt de detector niet het staaltje te identificeren: verzeker u
ervan dat u de zoekspoel op de juiste manier beweegt.
Opmerkingen:
Wanneer u waardevolle metalen voorwerpen vindt, klinkt een intens signaal. Wordt het signaal niet herhaald,
ook niet nadat u de zoekspoel enkele keren over en weer boven het doel heeft laten gaan, dan is de vondst
waarschijnlijk waardeloos.
Vervuilde grond, elektrische interferenties of grote, grove stukken afvalmetaal kunnen misleidende signalen
veroorzaken. Deze herkent u meestal aan de gebroken of niet reproduceerbare signalen die vanuit de detector
afgaan.
b. Fijnafstelling
Zodra u met de werking van uw detector vertrouwd bent geraakt, kunt u de detector zo fijnafstellen dat hij selectiever
wordt ten opzichte van de gevonden voorwerpen.
Discriminatie heeft betrekking tot de mogelijkheid om verschillende soorten
metaal te kunnen onderscheiden. De DISCRIMINATION-regelaar van de
detector heeft tot doel te bepalen of de detector het onderscheid moet kunnen
maken tussen verschillende soorten ijzer- en niet-ijzerhoudende metalen.
U kunt de DISCRIMINATION-knop op de minimumstand (tot het einde tegen de richting in van de wijzers van de
klok), op de maximumstand (tot het einde in de richting van de wijzers van de klok) of op een stand tussenin zetten.
Met DISCRIMINATION op een hoge stand, laat de detector - in deze volgorde - kleine stukjes zilverpapier, dan
dikkere folio’s en metalen voorwerpen zoals treklipjes afkomstig van aluminium blikjes links liggen.
Opmerking: Stel DISCRIMINATION telkens opnieuw af als u van plaats verandert ; elk terrein biedt nieuwe
uitdagingen.
c. Misleidende signalen
De overgevoeligheid van uw detector kan soms aanleiding geven tot misleidende interferenties met afvalmateriaal
en andere bronnen. De beste manier om aan dit soort misleidende signalen het hoofd te bieden, is alleen te graven
naar doelwitten die een sterk, herhaald signaal uitzenden terwijl u de zoekspoel heen en weer slingert boven de
grond. De ervaring zal u leren hoe u toevallige signalen van vaste, reproduceerbare signalen kunt onderscheiden.
CS100 VELLEMAN - 13 -
U kunt dit soort problemen sterk reduceren door slechts kleine oppervlakten tegelijkertijd te scannen. Voer hierbij
trage en korte, elkaar overlappende slingerbewegingen uit.
d. Zoektips
Geen enkele metaaldetector is 100% betrouwbaar. Talrijke factoren kunnen de reacties van de detector bij het
opsporen van metaal beïnvloeden, zoals:
De hoek waarin het voorwerp zich in de grond bevindt.
De diepte waarop het voorwerp zich bevindt.
Het aandeel aan ijzer dat het voorwerp bevat.
De omvang van het voorwerp.
5. Werking
Uw Velleman Discriminator Metaaldetector maakt het onderscheid tussen ijzerhoudende en niet-ijzerhoudende
metalen. IJzerhoudende metalen bevatten ijzer, terwijl niet-ijzerhoudende metalen zoals goud, zilver, koper, platina,
aluminium, lood en zink, geen ijzer bevatten.
a. De detector klaarmaken
De detector aanzetten
Houd de detector in een comfortabele positie en draai de volumeknop weg van
OFF tot het gewenste volumeniveau. Zet OPERATE/BATT TEST op OPERATE.
Afstellen
TUNE regelt de fijnafstelling van de balans tussen het schakelsysteem van de ontvanger en de zender van de
detector en zorgt voor een consistente wijzer- en toonaflezing.
Volg de hieronder omschreven stappen.
1. Draai de VOLUME-regelaar in de “11 uur”- positie.
2. Draai de DISCRIMINATION-knop naar het midden toe.
3. Houd de zoekspoel op een afstand van ongeveer 30 cm van het grondoppervlak en van het metalen voorwerp
vandaan, terwijl u de rode knop op het handvat ingedrukt houdt en de TUNE-knop langzaam naar links en naar
rechts draait totdat de vu-wijzer (ongeveer) de nulstand bereikt heeft. Laat dan de rode knop los.
Tijdens het zoeken kunt u de detector fijnafstellen met de DISCRIMINATION-knop (zie “De detector fijnafstellen”).
Opmerking: U kunt tijdens het zoeken op elk moment op de rode knop van het handvat drukken om de wijzer terug
op 0 te zetten.
b. De detector testen en gebruiken
We raden u aan de detector voor de ingebruikneming eerst uit te proberen op verschillende metaalsoorten, zodat u
kunt zien hoe de detector daarop reageert. U kunt de detector zowel binnen als buiten uitproberen.
BELANGRIJK: Herbegin de instelprocedure indien het toestel een signaal geeft voor non-ferrometalen en
geen voor ferrometalen. Doe dit traag zodat u zeker kunt zijn dat u de procedure correct uitvoert.
1. Verwijder alle mogelijke metalen juwelen die u draagt zoals horloges, ringen enz. en plaats de detector op een
houten of plastic tafel.
2. Plaats de zoekspoel zodanig dat de vlakke kant van de zoekspoel evenwijdig loopt
met het plafond.
Opmerking: Test de detector binnenshuis nooit op een vloer, aangezien die in de
CS100 VELLEMAN - 14 -
meeste gebouwen een of ander metaal bevat, wat interferenties kan veroorzaken met de geteste voorwerpen of
het signaal zelfs compleet afdekken.
3. Draai de VOLUME-regelaar tot u de “11 uur”- stand bekomt.
4. Zet de DISCRIMINATION-knop in het midden. Houd de rode knop op het handvat ingedrukt en draai de TUNE
knop langzaam naar links en naar rechts tot de wijzer de nulstand benadert. Laat vervolgens de rode knop los.
5. Beweeg een staal van het materiaal (zoals een gouden ring of een muntstuk) dat u met de detector wilt
opsporen op ongeveer 5 cm hoogte boven de zoekspoel heen en weer.
Opmerkingen:
Zonder beweging zal de zoekspoel niets vinden. U moet het voorwerp bewegen aangezien de detector in dit
geval op dezelfde plaats blijft staan.
Indien u de test met behulp van een muntstuk uitvoert, zal het gemakkelijker gevonden worden indien u het met
de vlakke kant evenwijdig aan de zoekspoel houdt.
Zodra de detector het voorwerp gevonden heeft, hoort u een toon en wijkt de wijzer uit naar links (niet ijzerhoudend)
of naar rechts (ijzerhoudend) en bepaalt de detector welk soort metaal gevonden is.
Indien de detector geen metaal vindt, ga dan eerst even na of de batterijen opgeladen zijn en of de zoekspoel
behoorlijk is aangesloten. Soms is het bijstellen van de detector al voldoende (zie ook “De detector fijnafstellen”).
c. Een doelwit bepalen
Door uw doelwit zo precies mogelijk te bepalen, maakt u het opgraven makkelijker.
Een precieze bepaling vergt enige ervaring. We raden dan ook deze praktijkervaring op te doen door te zoeken en
opgravingen te doen op uw eigendom voor u andere plekken gaat ontdekken.
Soms wordt de precieze bepaling van het doelwit bemoeilijkt door de slingerrichting. Om het doelwit preciezer te
kunnen bepalen, kunt u proberen de richting van de slingerbeweging te veranderen.
Volg de volgende stappen om het doelwit te bepalen.
1. Wanneer de detector een begraven doelwit ontdekt, blijf de zoekspoel
dan over het doel bewegen met steeds kleinere zijdelingse
slingerbewegingen.
2. Markeer de exacte plek op de grond waar de detector een
geluidssignaal geeft.
3. Houd de zoekspoel onmiddellijk stil boven deze plek. Beweeg de
zoekspoel vervolgens in een voorwaartse beweging van u vandaan
en keer dan terug. Herhaal dit een aantal keren.
Markeer terug de exacte plek waar de detector een geluidssignaal laat
horen.
4. Herhaal stappen 1 tot en met 3 nu in een hoek van 90° ten opzichte
van de oorspronkelijke zoekrichting, waardoor u een patroon in de
vorm van een X beschrijft. Het doelwit zal zich onmiddellijk onder de
CS100 VELLEMAN - 15 -
X bevinden daar waar het signaal het luidst klinkt.
Opmerkingen:
Indien een plek zoveel afval bevat dat dit aanleiding geeft tot misleidende signalen, vertraag en verkort dan de
slingerbewegingen.
Recent begraven muntstukken kunnen anders reageren dan reeds langer begraven muntstukken omwille van de
oxidatie bij deze laatste.
Bepaalde soorten spijkers, schroeven, bouten en andere ijzeren voorwerpen (zoals oude flesdoppen) oxideren
en creëren een “kringlicht”-effect. Dit “kringlicht”-effect wordt veroorzaakt door een mengeling van natuurlijke
stoffen in de grond en van de oxidatie van verschillende metalen. Door deze mengeling van metalen kan het
voorkomen dat signalen niet op een ‘vaste’ plaats weerklinken. Dit effect maakt het dan ook bijzonder moeilijk om
dergelijke voorwerpen precies te situeren. (Zie “De detector fijnafstellen”).
6. Storingen verhelpen
Indien uw detector niet naar behoren functioneert, volg dan onderstaande suggesties om de problemen te
verhelpen.
PROBLEEM SUGGESTIE
De detector toont of laat een verkeerd
signaal horen
Misschien beweegt u de zoekspoel te snel of niet in de juiste positie. Maak
tragere slingerbewegingen en houd de zoekspoel in de juiste positie. Zie “De
detector testen en gebruiken” en “Het doelwit bepalen”.
De detector kan valse signalen geven als hij geoxideerde metalen vindt.
Probeer het doelwit vanuit verschillende zoekhoeken (zie “Het doelwit
bepalen”) nader te bepalen. Indien de detector niet elke keer hetzelfde
signaal toont en laat horen, dan bestaat het doelwit waarschijnlijk uit zeer
zwaar geoxideerd metaal.
Er kunnen zich meerdere doelwitten bevinden op de plek die u doorzoekt.
Het doelwit kan gemaakt zijn uit een metaal dat de detector niet kent.
Wanneer de detector het doelwit
ontdekt, toont de detector niet de
juiste metaalsoort op het scherm, of
laat hij meer dan een soort toon
horen.
Indien het doelwit erg geoxideerd is, kan het gebeuren dat de detector niet de
juiste metaalsoort weergeeft. Dit is geen foutieve werking van de detector.
7. Zorg en onderhoud
Hou de metaaldetector droog. Indien de detector toch nat wordt, droog hem dan onmiddellijk af.
Vloeistoffen kunnen mineralen bevatten die de elektronische circuits aantasten.
Behandel de detector met zorg en voorzichtigheid. Door de detector te laten vallen, kunnen de circuits en
behuizingen beschadigd raken waardoor de detector niet meer naar behoren functioneert.
Gebruik en berg de detector enkel op plaatsen met een normale temperatuur op.
Extreme temperaturen kunnen de levensduur van elektronische onderdelen verminderen, de batterijen
beschadigen, en plastic onderdelen vervormen of doen smelten.
Hou de detector uit de buurt van stof en vuil, aangezien dit vervroegde slijtage van onderdelen kan
veroorzaken.
Maak de detector af en toe schoon met een vochtige doek zodat hij er nieuw blijft uitzien. Gebruik geen
bijtende chemische producten, reinigingsoplossingen of sterke detergenten om de detector te reinigen.

Documenttranscriptie

7. Care & Maintenance Keep the metal detector dry. If it gets wet, wipe it dry immediately. Liquids might contain minerals that corrode the electronic circuits. Handle the detector gently and carefully. Dropping it can damage circuit boards and cases and can cause the detector to not work properly. Use and store the detector only in normal temperature environments. Temperature extremes can shorten the life of electronic devices, damage batteries, and distort or melt plastic parts. Keep the detector away from dust and dirt, which can cause premature wear of parts. Wipe the detector with a damp cloth occasionally to keep it looking new. Do not use harsh chemicals, cleaning solvents or strong detergents to clean the detector. Modifying or tampering with the detector's internal parts can cause a malfunction and might invalidate its warranty. The search coil supplied with the detector is waterproof and can be submerged in either fresh or salt water. However, do not let water enter the detector's control housing. After using the search coil in salt water, rinse it with fresh water to prevent corrosion of the metal parts. For more info concerning this product, please visit our website www.velleman.eu. The information in this manual is subject to change without prior notice. CS100 – METAALDETECTOR 1. Eigenschappen Aan alle ingezetenen van de Europese Unie Belangrijke milieu-informatie betreffende dit product Dit symbool op het toestel of de verpakking geeft aan dat, als het na zijn levenscyclus wordt weggeworpen, dit toestel schade kan toebrengen aan het milieu. Gooi dit toestel (en eventuele batterijen) niet bij het gewone huishoudelijke afval; het moet bij een gespecialiseerd bedrijf terechtkomen voor recyclage. U moet dit toestel naar uw verdeler of naar een lokaal recyclagepunt brengen. Respecteer de plaatselijke milieuwetgeving. Hebt u vragen, contacteer dan de plaatselijke autoriteiten inzake verwijdering. Dank u voor uw aankoop! Lees deze handleiding grondig voor u het toestel in gebruik neemt. Werd het toestel beschadigd tijdens het transport, installeer het dan niet en raadpleeg uw dealer. Met uw Velleman Discriminator Metaaldetector kunt u haast overal muntstukken, relikwieën, juwelen, goud en zilver opsporen. De Discriminator Metaaldetector is veelzijdig en eenvoudig in gebruik. CS100 -9- VELLEMAN Eigenschappen van de Discriminator Metaaldetector: Hoofdtelefoonaansluiting - om een hoofdtelefoon (niet meegeleverd) aan te sluiten. Vu-meter - om aan te geven welke metaalsoort vermoedelijk gevonden is.. Waterdichte zoekspoel - om ook onder water metalen voorwerpen op te sporen. Opmerking: alleen de zoekspoel is waterdicht; de rest van de behuizing niet. Opmerking: uw metaaldetector werkt uitsluitend met 6 AA-batterijen van 1.5V (niet meegeleverd). 2. Ethische code voor schattenjagers Denk eraan dat uw eigen gedrag als voorbeeld gesteld kan worden voor dat van alle andere schatjagers. Daarom volgen hier een aantal basisregels die elke gebruiker van de detector zou moeten naleven. • Vraag altijd om toestemming voor u een plaats doorzoekt met uw detector. • Houd hierbij altijd rekening met andermans rechten en eigendom. • Houd ook rekening met mogelijke nationale, regionale en plaatselijke wetsbepalingen met betrekking tot het schatgraven. • Vernietig geen voorwerpen van historische of archeologische waarde. Als u twijfels heeft over de oorsprong van een gevonden voorwerp, neem dan contact op met een museum of een historische vereniging bij u in de buurt. • Laat de doorzochte grond en de begroeiing achter in hun oorspronkelijke staat. Vul een kuil steeds weer op. • Gebruik uw detector slechts op veilige plaatsen. • Laat gevonden afval uitsluitend achter op daartoe voorziene afvalbelten. Laat het niet achter voor de eerstvolgende schatgraver. 3. Voorbereiding a. De zoekspoel instellen Draai de knoppen aan het uiteinde van de zoekspoel los om de gewenste hoek in te stellen. (U dient ervoor te zorgen dat de zoekspoel evenwijdig loopt met de grond). Draai de knoppen weer vast, maar niet te strak zodanig dat de draai- en slingerbewegingen van de zoekspoel niet belet worden. b. Batterijen plaatsen Let op: • Gebruik slechts ongebruikte batterijen van de aanbevolen grootte en type. • Gebruik geen nieuwe en oude batterijen of batterijen van verschillende types door elkaar (standaard, alkaline of oplaadbare batterijen van verschillende capaciteit). 1. Als de detector nog aan staat, zet dan de VOLUME-regelaar (op de controlebehuizing) op stand OFF. (U hoort een klik). 2. Druk op het deksel van het batterijvak en schuif het deksel open in de richting van de pijl. 3. Plaats de 6 AA-batterijen in het batterijvak en let hierbij op de polariteitsymbolen (+ en -) aan de binnenkant van het batterijvak. 4. Plaats het deksel terug. CS100 - 10 - VELLEMAN Bijzondere maatregelen: • Verwijder onmiddellijk oude of afgezwakte batterijen; batterijen bevatten immers chemicaliën die de elektronische deeltjes van uw detector kunnen beschadigen. • Indien u van plan bent de detector voor een week of langer niet te gebruiken, raden we u aan deze te ontladen. • Gooi oude batterijen onmiddellijk weg op een daartoe voorziene plek. U kunt uw batterijen langer doen meegaan door een hoofdtelefoon te gebruiken ipv de ingebouwde luidspreker. c. Batterijen testen De detector werkt niet of het volume is te zwak of moeilijk te regelen, of het apparaat werkt niet goed of wijkt af: ga in dit geval eerst na of de batterijen niet ontladen zijn. Zet het toestel aan (met de volumeknop) en stel OPERATE/BATT TEST in op BATT TEST. Als de wijzer van de VUmeter zich tussen 3 en 6 (groene zone) bevindt, zijn de batterijen OK. Zoniet dient u de batterijen te vervangen. d. Een hoofdtelefoon gebruiken U kunt een stereo koptelefoon (niet meegeleverd) aansluiten op de detector zodat u er zonder hinder voor anderen naar kunt luisteren. Op die manier spaart u niet alleen de batterijen maar kunt u ook beter kleine geluidsverschillen horen, zodat u nog efficiënter kunt zoeken. U kunt de hoofdtelefoon aansluiten door de 3,5 mm-stekker aan te sluiten op de daarvoor voorziene EAR-jack. Opmerking: Bij gebruik van een hoofdtelefoon, wordt de interne luidspreker vanzelf uitgeschakeld. e. Luisterveiligheid Om uw oren te sparen, raden we u aan igv gebruik van een hoofdtelefoon de volgende regels na te leven: • Voordat u begint te luisteren, stel het volume eerst op het minimum af. Stel het volume pas af op een voor u comfortabel volume, nadat u de hoofdtelefoon op uw oren geplaatst heeft. • Vermijd extreem hoge volumeniveaus: deze kunnen blijvende gehoorstoornissen veroorzaken. • Verhoog het volume niet meer na de initiële regeling. Het oor went aan het gekozen volumeniveau, met als gevolg dat een voor het oor aanvaardbaar volumeniveau alsnog schadelijk kan zijn. f. Verkeersveiligheid Draag geen hoofdtelefoon terwijl u zich in de verkeersdrukte bevindt. Hoewel sommige modellen van hoofdtelefoons u tot in zekere mate ook het externe geluid laten horen (voorzover u het volume op een normale stand houdt), blijft het gevaarlijk om ze in het verkeer te gebruiken. 4. Buiten testen en zoeken 1. Probeer buiten op de grond een plek vrij van metaal te vinden. 2. Plaats een staal van het testmateriaal (vb. gouden ring, muntstuk) op de grond. (Als u van plan bent waardevol metaal zoals goud voor de test te gebruiken, markeer dan de plek waar u het voorwerp legt op de een of andere manier, zodat u het later gemakkelijk terugvindt. Vermijd dan ook plaatsen met hoog gras of onkruid). 3. Draai de VOLUME-regelaar ongeveer twee derden in de richting van de wijzers van de klok. 4. Hou de rode knop op het handvat ingedrukt en laat de knop vervolgens weer los. Draai langzaam de TUNE-regelaar tot de wijzer 0 benadert. U zou amper nog een CS100 - 11 - VELLEMAN toon mogen horen. 5. Houd de zoekspoel in de horizontale stand op ongeveer 2 à 5 cm afstand van de grond en onderzoek langzaam de plek waar u het metalen voorwerp heeft achtergelaten dmv een zijdelingse, slingerende beweging. 6. Dezelfde plek op meerdere metalen voorwerpen doorzoeken Heeft u metaal gevonden, wacht dan enkele seconden na het signaal vooraleer verder te zoeken om de detector toe te laten terug te keren naar de nulstand. (Of druk op de rode knop van het handvat om de wijzer weer naar het midden van de vu-meter te brengen). a. Slingertips: • Anders dan bij een slinger bijvoorbeeld mag de detector bij het slingeren of meteen daarna niet opgeheven worden want dat zou aanleiding kunnen geven tot foutieve interpretaties • Maak een langzame slingerbeweging - haast doet u uw doel missen. Bij het vinden van het gezochte voorwerp klinkt een toon en de wijzer geeft aan welk soort metaal aanwezig is. Het lukt de detector niet het staaltje te identificeren: verzeker u ervan dat u de zoekspoel op de juiste manier beweegt. Opmerkingen: • Wanneer u waardevolle metalen voorwerpen vindt, klinkt een intens signaal. Wordt het signaal niet herhaald, ook niet nadat u de zoekspoel enkele keren over en weer boven het doel heeft laten gaan, dan is de vondst waarschijnlijk waardeloos. • Vervuilde grond, elektrische interferenties of grote, grove stukken afvalmetaal kunnen misleidende signalen veroorzaken. Deze herkent u meestal aan de gebroken of niet reproduceerbare signalen die vanuit de detector afgaan. b. Fijnafstelling Zodra u met de werking van uw detector vertrouwd bent geraakt, kunt u de detector zo fijnafstellen dat hij selectiever wordt ten opzichte van de gevonden voorwerpen. Discriminatie heeft betrekking tot de mogelijkheid om verschillende soorten metaal te kunnen onderscheiden. De DISCRIMINATION-regelaar van de detector heeft tot doel te bepalen of de detector het onderscheid moet kunnen maken tussen verschillende soorten ijzer- en niet-ijzerhoudende metalen. U kunt de DISCRIMINATION-knop op de minimumstand (tot het einde tegen de richting in van de wijzers van de klok), op de maximumstand (tot het einde in de richting van de wijzers van de klok) of op een stand tussenin zetten. Met DISCRIMINATION op een hoge stand, laat de detector - in deze volgorde - kleine stukjes zilverpapier, dan dikkere folio’s en metalen voorwerpen zoals treklipjes afkomstig van aluminium blikjes links liggen. Opmerking: Stel DISCRIMINATION telkens opnieuw af als u van plaats verandert ; elk terrein biedt nieuwe uitdagingen. c. Misleidende signalen De overgevoeligheid van uw detector kan soms aanleiding geven tot misleidende interferenties met afvalmateriaal en andere bronnen. De beste manier om aan dit soort misleidende signalen het hoofd te bieden, is alleen te graven naar doelwitten die een sterk, herhaald signaal uitzenden terwijl u de zoekspoel heen en weer slingert boven de grond. De ervaring zal u leren hoe u toevallige signalen van vaste, reproduceerbare signalen kunt onderscheiden. CS100 - 12 - VELLEMAN U kunt dit soort problemen sterk reduceren door slechts kleine oppervlakten tegelijkertijd te scannen. Voer hierbij trage en korte, elkaar overlappende slingerbewegingen uit. d. Zoektips Geen enkele metaaldetector is 100% betrouwbaar. Talrijke factoren kunnen de reacties van de detector bij het opsporen van metaal beïnvloeden, zoals: • De hoek waarin het voorwerp zich in de grond bevindt. • De diepte waarop het voorwerp zich bevindt. • Het aandeel aan ijzer dat het voorwerp bevat. • De omvang van het voorwerp. 5. Werking Uw Velleman Discriminator Metaaldetector maakt het onderscheid tussen ijzerhoudende en niet-ijzerhoudende metalen. IJzerhoudende metalen bevatten ijzer, terwijl niet-ijzerhoudende metalen zoals goud, zilver, koper, platina, aluminium, lood en zink, geen ijzer bevatten. a. De detector klaarmaken De detector aanzetten Houd de detector in een comfortabele positie en draai de volumeknop weg van OFF tot het gewenste volumeniveau. Zet OPERATE/BATT TEST op OPERATE. Afstellen TUNE regelt de fijnafstelling van de balans tussen het schakelsysteem van de ontvanger en de zender van de detector en zorgt voor een consistente wijzer- en toonaflezing. Volg de hieronder omschreven stappen. 1. Draai de VOLUME-regelaar in de “11 uur”- positie. 2. Draai de DISCRIMINATION-knop naar het midden toe. 3. Houd de zoekspoel op een afstand van ongeveer 30 cm van het grondoppervlak en van het metalen voorwerp vandaan, terwijl u de rode knop op het handvat ingedrukt houdt en de TUNE-knop langzaam naar links en naar rechts draait totdat de vu-wijzer (ongeveer) de nulstand bereikt heeft. Laat dan de rode knop los. Tijdens het zoeken kunt u de detector fijnafstellen met de DISCRIMINATION-knop (zie “De detector fijnafstellen”). Opmerking: U kunt tijdens het zoeken op elk moment op de rode knop van het handvat drukken om de wijzer terug op 0 te zetten. b. De detector testen en gebruiken We raden u aan de detector voor de ingebruikneming eerst uit te proberen op verschillende metaalsoorten, zodat u kunt zien hoe de detector daarop reageert. U kunt de detector zowel binnen als buiten uitproberen. BELANGRIJK: Herbegin de instelprocedure indien het toestel een signaal geeft voor non-ferrometalen en geen voor ferrometalen. Doe dit traag zodat u zeker kunt zijn dat u de procedure correct uitvoert. 1. Verwijder alle mogelijke metalen juwelen die u draagt zoals horloges, ringen enz. en plaats de detector op een houten of plastic tafel. 2. Plaats de zoekspoel zodanig dat de vlakke kant van de zoekspoel evenwijdig loopt met het plafond. Opmerking: Test de detector binnenshuis nooit op een vloer, aangezien die in de CS100 - 13 - VELLEMAN meeste gebouwen een of ander metaal bevat, wat interferenties kan veroorzaken met de geteste voorwerpen of het signaal zelfs compleet afdekken. 3. Draai de VOLUME-regelaar tot u de “11 uur”- stand bekomt. 4. Zet de DISCRIMINATION-knop in het midden. Houd de rode knop op het handvat ingedrukt en draai de TUNE knop langzaam naar links en naar rechts tot de wijzer de nulstand benadert. Laat vervolgens de rode knop los. 5. Beweeg een staal van het materiaal (zoals een gouden ring of een muntstuk) dat u met de detector wilt opsporen op ongeveer 5 cm hoogte boven de zoekspoel heen en weer. Opmerkingen: • Zonder beweging zal de zoekspoel niets vinden. U moet het voorwerp bewegen aangezien de detector in dit geval op dezelfde plaats blijft staan. • Indien u de test met behulp van een muntstuk uitvoert, zal het gemakkelijker gevonden worden indien u het met de vlakke kant evenwijdig aan de zoekspoel houdt. Zodra de detector het voorwerp gevonden heeft, hoort u een toon en wijkt de wijzer uit naar links (niet ijzerhoudend) of naar rechts (ijzerhoudend) en bepaalt de detector welk soort metaal gevonden is. Indien de detector geen metaal vindt, ga dan eerst even na of de batterijen opgeladen zijn en of de zoekspoel behoorlijk is aangesloten. Soms is het bijstellen van de detector al voldoende (zie ook “De detector fijnafstellen”). c. Een doelwit bepalen Door uw doelwit zo precies mogelijk te bepalen, maakt u het opgraven makkelijker. Een precieze bepaling vergt enige ervaring. We raden dan ook deze praktijkervaring op te doen door te zoeken en opgravingen te doen op uw eigendom voor u andere plekken gaat ontdekken. Soms wordt de precieze bepaling van het doelwit bemoeilijkt door de slingerrichting. Om het doelwit preciezer te kunnen bepalen, kunt u proberen de richting van de slingerbeweging te veranderen. Volg de volgende stappen om het doelwit te bepalen. 1. Wanneer de detector een begraven doelwit ontdekt, blijf de zoekspoel dan over het doel bewegen met steeds kleinere zijdelingse slingerbewegingen. 2. Markeer de exacte plek op de grond waar de detector een geluidssignaal geeft. 3. Houd de zoekspoel onmiddellijk stil boven deze plek. Beweeg de zoekspoel vervolgens in een voorwaartse beweging van u vandaan en keer dan terug. Herhaal dit een aantal keren. Markeer terug de exacte plek waar de detector een geluidssignaal laat horen. 4. Herhaal stappen 1 tot en met 3 nu in een hoek van 90° ten opzichte van de oorspronkelijke zoekrichting, waardoor u een patroon in de vorm van een X beschrijft. Het doelwit zal zich onmiddellijk onder de CS100 - 14 - VELLEMAN X bevinden daar waar het signaal het luidst klinkt. Opmerkingen: • Indien een plek zoveel afval bevat dat dit aanleiding geeft tot misleidende signalen, vertraag en verkort dan de slingerbewegingen. • Recent begraven muntstukken kunnen anders reageren dan reeds langer begraven muntstukken omwille van de oxidatie bij deze laatste. • Bepaalde soorten spijkers, schroeven, bouten en andere ijzeren voorwerpen (zoals oude flesdoppen) oxideren en creëren een “kringlicht”-effect. Dit “kringlicht”-effect wordt veroorzaakt door een mengeling van natuurlijke stoffen in de grond en van de oxidatie van verschillende metalen. Door deze mengeling van metalen kan het voorkomen dat signalen niet op een ‘vaste’ plaats weerklinken. Dit effect maakt het dan ook bijzonder moeilijk om dergelijke voorwerpen precies te situeren. (Zie “De detector fijnafstellen”). 6. Storingen verhelpen Indien uw detector niet naar behoren functioneert, volg dan onderstaande suggesties om de problemen te verhelpen. PROBLEEM SUGGESTIE De detector toont of laat een verkeerd Misschien beweegt u de zoekspoel te snel of niet in de juiste positie. Maak signaal horen tragere slingerbewegingen en houd de zoekspoel in de juiste positie. Zie “De detector testen en gebruiken” en “Het doelwit bepalen”. De detector kan valse signalen geven als hij geoxideerde metalen vindt. Probeer het doelwit vanuit verschillende zoekhoeken (zie “Het doelwit bepalen”) nader te bepalen. Indien de detector niet elke keer hetzelfde signaal toont en laat horen, dan bestaat het doelwit waarschijnlijk uit zeer zwaar geoxideerd metaal. Wanneer de detector het doelwit Er kunnen zich meerdere doelwitten bevinden op de plek die u doorzoekt. ontdekt, toont de detector niet de Het doelwit kan gemaakt zijn uit een metaal dat de detector niet kent. juiste metaalsoort op het scherm, of Indien het doelwit erg geoxideerd is, kan het gebeuren dat de detector niet de laat hij meer dan een soort toon juiste metaalsoort weergeeft. Dit is geen foutieve werking van de detector. horen. 7. Zorg en onderhoud Hou de metaaldetector droog. Indien de detector toch nat wordt, droog hem dan onmiddellijk af. Vloeistoffen kunnen mineralen bevatten die de elektronische circuits aantasten. Behandel de detector met zorg en voorzichtigheid. Door de detector te laten vallen, kunnen de circuits en behuizingen beschadigd raken waardoor de detector niet meer naar behoren functioneert. Gebruik en berg de detector enkel op plaatsen met een normale temperatuur op. Extreme temperaturen kunnen de levensduur van elektronische onderdelen verminderen, de batterijen beschadigen, en plastic onderdelen vervormen of doen smelten. Hou de detector uit de buurt van stof en vuil, aangezien dit vervroegde slijtage van onderdelen kan veroorzaken. Maak de detector af en toe schoon met een vochtige doek zodat hij er nieuw blijft uitzien. Gebruik geen bijtende chemische producten, reinigingsoplossingen of sterke detergenten om de detector te reinigen. CS100 - 15 - VELLEMAN
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35

Velleman CS100 Data papier

Categorie
Koptelefoons
Type
Data papier