35
ES IT FR NL DE FI DA NO SV GB ILL.
Praktisch gebruik
MultiGlide kan onder drukpunten worden geplaatst, d.w.z. de
punten waar de druk van de gebruiker op de ondergrond het
grootst is.
Positionering
Gebruik
MultiGlide positioneren voor draaien:
Vouw de MultiGlide dubbel; rol de gebruiker iets op diens zij
en schuif MultiGlide onder het lichaam van de gebruiker (zie
afbeelding 1). Het draaien van de gebruiker gaat makkelijker als
u een glijlaken gebruikt (zie afbeelding 2). Aan de andere zijde
kan de MultiGlide volledig worden uitgevouwen. Als de gebruiker
enkel op de zij hoeft te worden gedraaid, hoeft de MultiGlide
slechts onder één heup te worden geplaatst.
MultiGlide kan ook onder het dijbeen van de gebruiker worden
geplaatst, met de gevouwen rand naar de gebruiker gericht.
Vouw de vleugels van MultiGlide een voor een uit.
De gebruiker kan nu naar wens worden verplaatst of gedraaid.
Alternatieve methode 1: Vouw de MultiGlide losjes op. Verzorger
A pakt het laken aan verzorger B’s kant van het bed vast en rolt
de gebruiker voorzichtig om. De MultiGlide wordt onder de zware
drukpunten (gewoonlijk de schouders en heupen) geschoven.
De gebruiker wordt vervolgens teruggerold op zijn/haar rug.
Indien nodig kan verzorger B de gebruiker net als eerder
omrollen. Verzorger A strijkt de MultiGlide glad (zie afbeelding 2)
Draaien met hulp van 1 of 2 verzorgers:
De gebruiker kan ook als volgt worden gedraaid: een verzorger
staat met de ene voet naar voren en pakt het laken vast door
middel van de ‘meelzakgreep’ of ‘bijlgreep’. Vervolgens trekt
de verzorger ter hoogte van de schouders en heupen van de
gebruiker, met de armen gestrekt en door zijn/haar gewicht
te verplaatsen, de gebruiker naar de rand van het bed (zie
afbeelding 3). De verzorger gaat licht door de knieën en pakt
het laken vast, terwijl hij/zij de ellebogen dicht bij het lichaam
houdt. Wanneer de verzorger weer rechtop gaat staan, draait
de gebruiker op de zij. Indien nodig kan de verzorger aan de
andere kant van het bed helpen door tegen het glijlaken met
de MultiGlide te duwen en door de gebruiker te ondersteunen
wanneer die de zijligging heeft bereikt. Alternatieve methode
1: verzorger B rolt de gebruiker om, terwijl verzorger A aan het
laken trekt, waardoor de gebruiker op de zij wordt gedraaid.
Alternatieve methode 2: Verzorger B pakt het glijlaken aan de
tegenoverliggende zijde vast en draait de gebruiker d.m.v. het
verplaatsen van zijn/haar gewicht.De MultiGlide verwijderen:
De verzorger schuift één hand tussen de twee lakenlagen, zoekt
en pakt de tegenoverliggende hoek en trekt die langzaam naar
zich toe, waarbij de MultiGlide binnenstebuiten wordt gekeerd.
De MultiGlide hoger in bed plaatsen:
De gebruiker is omlaag geschoven (zie afbeelding 4).
Plaats het kussen en de MultiGlide onder het hoofd van
de patiënt.
Trek de MultiGlide omlaag tot onder de schouderbladen van de
gebruiker (zie afbeelding 5 en 6).
Als de gebruiker in staat is om de heupen omhoog te duwen
(indien mogelijk met het voeteneind van het bed iets hoger
gezet), kunnen de voeten van de gebruiker op een stuk
antislipstof worden geplaatst, zodat de gebruiker hoger in bed
kan schuiven. Zo nodig kan een verzorger lichte tegendruk
geven tegen de knieën van de gebruiker.
Er kan ook een Sling of een OneManSling worden gebruikt om
de gebruiker hoger in bed te helpen (zie afbeelding 7).
Als alternatief kan er een tillift worden gebruikt: til de heupen
iets van het bed af, zodat de gebruiker langzaam in het bed
omhoog komt (zie afbeelding 8).
Om de MultiGlide te verwijderen trekt een verzorger de hoek
naar de tegenoverliggende zijde. De verzorger pakt hier de
hoek vast en trekt hier langzaam aan, zodat de MultiGlide
binnenstebuiten wordt gekeerd (zie afbeelding 9).
In/uit bed:
Wanneer een gebruiker in of uit bed moet stappen, moet de
afstand tussen de MultiGlide en de rand van het bed minimaal
15 cm bedragen.
In buikligging leggen
Om makkelijker te kunnen werken en voor een betere grip,
wordt aanbevolen om een treklaken of bedlaken over de
MultiGlide te leggen. Gebruik een brede MultiGlide of twee
brede open versies voor het beste resultaat.
Plaats aan de kant waar de gebruiker heen wordt gedraaid een
hand onder de heup met de handpalm naar boven. Verwijder
het hoofdeinde van het bed. Leg indien nodig normale kussens
of steunkussens boven op het lichaam van de patiënt. Leg
een treklaken of bedlaken bovenop, en stop het laken in
rondom de gebruiker om een soort cocon te vormen. Eén
zorgverlener houdt het hoofd van de patiënt vast en aan elke
kant van de gebruiker staat een zorgverlener om de gebruiker
te ondersteunen tijdens het duwen en trekken. Duw en trek de
patiënt naar de andere kant van het bed, waar de hand onder
de heup is geplaatst (afbeelding 10). Draai de gebruiker naar
buikligging (afbeelding 11+12). Controleer of de gebruiker
correct is gepositioneerd (afbeelding 13).