NEDERLANDS
14
4) Bevestig de ijsmachine aan de
opslagbak met behulp van de
bijgeleverde twee montagebeugels en
twee bouten: zie Fig.4.
5) Sluit de naad tussen de ijsmachine en
de opslagbak met een voor voedsel
goedgekeurd afdichtmiddel.
7) Zet de zijpanelen weer in hun juiste
stand.
8) Stel de vier steunpoten in de bodem
bij (regelbaar van 0-25,4 mm) om de
ijsmachine een perfect horizontale
positie te geven: zie Fig.6.
4. ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
WAARSCHUWING
DIT APPARAAT MOET GEAARD WORDEN
Deze ijsmachine moet worden geaard overeenkomstig de
nationale en plaatselijke voorschriften. Om elektrocutie van
personen of schade aan de apparatuur te voorkomen moet een
geschikte aardingsdraad worden aangebracht. Voordat met
onderhoud, reparatie of reiniging wordt begonnen moet de
stekker uit het stopcontact worden genomen.
* Installeer de ijsmachine niet op plaatsen:
a) waar de netvoeding buiten 220 - 240 V ligt.
b) waar de ijsmachine niet direct op de netvoeding aangesloten kan
worden, zonder verlengsnoer of gedeelde contactdoos.
* De zekering in de hoofdschakelkast is nominaal 5A en mag alleen
door een gekwalificeerde onderhoudsmonteur worden vervangen.
* Gewoonlijk is een vergunning nodig en moet een bevoegde elektricien
worden geraadpleegd.
* Indien het elektrische snoer en de stekker moeten worden
vervangen, dient dit te worden gedaan door een gekwalificeerde
onderhoudsmonteur.
* De draden in de voedingskabel zijn gekleurd overeenkomstig de
volgende code:
Groen en geel = aarde
Blauw = neutraal
Bruin = fase
Omdat de kleuren van de draden in de voedingskabel van dit apparaat
een andere kleur kunnen hebben dan die van de klemmen in uw
stekker, moet als volgt te werk worden gegaan:
De geel met groene draad moet op de klem in de stekker worden
aangesloten die is gemerkt met de letter E, of met het symbool ,
of die groen of groen/geel gekleurd is. De blauwe draad moet worden
aangesloten op de klem die is gemerkt met de letter N, of die zwart
gekleurd is. De bruine draad moet op de klem worden aangesloten
die is gemerkt met de letter L, of die rood gekleurd is.
* Indien het stopcontact op de plaats van installatie niet geschikt is
voor de bijgeleverde stekker, moet de stekker worden verwijderd
(afsnijden indien het een gegoten stekker is) en door een passende
stekker worden vervangen.
Een gegoten stekker die van het snoer is afgesneden moet worden
weggegooid en mag niet opnieuw gebruikt worden. Het aanbrengen
van zo’n stekker in een stopcontact ergens anders houdt een ernstig
risico op elektrocutie in.
5. AANSLUITINGEN VOOR WATERTOEVOER EN
WATERAFVOER
* Er mag alleen drinkwater worden gebruikt voor de ijsmachine.
* De toegevoerde waterdruk moet ten minste 0,5 bar en maximaal 8
bar bedragen. Indien de waterdruk meer is dan 8 bar, moet gebruik
gemaakt worden van een reduceerventiel. De watertoevoerkraan
mag voor dit doel NIET gedeeltelijk worden dichtgedraaid.
* In sommige gebieden is een loodgietersvergunning nodig, en de
diensten van een bevoegde loodgieter.
* Het afvoerwater van de ijsmachine stroomt onder natuurlijk verval;
zorg voor een afvoerbuis op een geschikte hoogte en een goed
verval.
* Het water moet worden afgevoerd in een open waterslot.
* De voorraadbunker heeft twee waterafvoeren. De bovenste/
buitenste is voor afval van de ijsmachine, en onderste/binnenste is
voor de bunker. De twee afvoerleidingen moeten worden
gescheiden om terugstromen in de opslagbunker te voorkomen.
* Bij het watergekoelde model kan het nodig zijn een terugslagklep in
het koelwatercircuit te plaatsen.
[Luchtgekoeld model]
1) Bevestig het gebogen uiteinde van de witte buigzame toevoerbuis
(accessoire) aan de G3/4 aansluiting aan de achterkant van de
ijsmachine zoals aangegeven. Zorg er daarbij voor dat de rubber
afdichtingsring goed is aangebracht. Draai voldoende aan met de
hand voor een lekvrije aansluiting. (Fig. 7.)
2) Bevestig het andere uiteinde van de toevoerslang aan de
watertoevoer (Fig. 8) en let op of de afdichtingsring goed is
aangebracht voordat u die volgens bovenstaande instructies met
de hand aandraait. Houd als voorzorgsmaatregel een afsluiter binnen
handbereik.
3) Draai de grijze buigzame afvoerslang (accessoire) op de R3/4
aansluiting aan de achterkant van de voorraadbunker zoals
aangegeven, en zorg ervoor dat de rubber afdichtingsring goed is
aangebracht voor een lekvrije aansluiting. De slang kan zonodig op
lengte worden gesneden voor een passende aansluiting op de
hoofdafvoer.
Fig. 5
Bunkerschakelaar
Bout
Afvoerpijpje
Pakkingring
Lekbak
Sluitring
Trekbandje
Montageframe
Machineframe
IJsglijgoot
Fig. 6
Afstelling steunpoten
Fig. 4
IJsmachine
Bout
Opslagbak
Montagebeugel
6) Verwijder het afvoerpijpje en de lekbak. Bevestig de bunker-
schakelaar aan het montageframe met de twee meegeleverde
bouten en platte sluitringen. Bevestig de bedrading van de bunker-
schakelaar met de twee kunststof trekbandjes. Plaats de ijsglijgoot
op het machineframe en plaats de lekbak terug. Zie afb. 5.