Canon XL2 de handleiding

Categorie
Camcorders
Type
de handleiding
0019X717
0804PS/PS3.0
© CANON INC. 2004
CANON INC.
Canon Europa N.V.
P. O. Box 2262
1180 EG Amstelveen
The Netherlands
Nederland:
Canon Nederland N.V.
Neptunusstraat 1
2132 JA Hoofddorp
Tel: 023-567 01 23
Fax: 023-567 01 24
www.canon.nl
België:
Canon België N.V./S.A.
Bessenveldstraat 7
1831 Diegem (Machelen)
Tel: (02)-7220411
Fax: (02)-7213274
España:
Canon España S.A.
c/Joaquín Costa 41
28002 Madrid
Tel: 901 301 301
Portugal:
Seque-Soc. Nac. de Equip., Lda.
Praça da Alegria, 58, 2°-C
1269-149 Lisboa
Tel: 21-324 28 30
Fax: 21-347 27 51
www.seque.pt
Dit is gedrukt op 70% gerecycled papier.
El papel aquí utilizado es 70% reciclado.
O papel impresso contém 70% de papel reciclado.
Nederlands
Español
Português
DIGITALE VIDEO CAMCORDER
Gebruiksaanwijzing
VIDEOCÁMARA Y GRABADORA DIGITAL
Manual de instrucciones
CÂMARA DE VIDEO DIGITAL
Manual de instruções
Mini
D
igital
Video
Cassette
PAL
PRINTED IN THE EU
2
Belangrijke aanwijzingen
WAARSCHUWING:
HET DEKSEL (OF DE ACHTERWAND) NIET VERWIJDEREN OM HET GEVAAR VAN ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN.
IN HET APPARAAT BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER KUNNEN WORDEN GEREPAREERD. LAAT
REPARATIES OVER AAN DESKUNDIG ONDERHOUDSPERSONEEL.
WAARSCHUWING:
OM HET RISICO VAN BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN, MAG DIT APPARAAT NIET WORDEN
BLOOTGESTELD AAN REGEN OF VOCHT.
LET OP:
OM HET RISICO VAN ELEKTRISCHE SCHOKKEN EN STORENDE INTERFERENTIES TE VOORKOMEN, DIENT ALLEEN GEBRUIK
TE WORDEN GEMAAKT VAN DE AANBEVOLEN ACCESSOIRES.
LET OP:
ALS HET APPARAAT NIET WORDT GEBRUIKT, HAAL DAN DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT.
Voor gebruikers in het Verenigd Koninkrijk
Als de zekering moet worden vervangen, gebruik dan alleen een goedgekeurd type met de juiste nominale capaciteit en zorg ervoor dat de
zekeringafdekking wordt teruggeplaatst.
• Het gebruik van de DV-kabel CV-150F/CV-250F is nodig om te voldoen aan de technische vereisten van de EMC-richtlijnen.
De identificatieplaat CA-920 bevindt zich aan de onderzijde.
3
Ne
Inleiding
Gebruik van deze handleiding
Bedankt dat u gekozen heeft voor de Canon XL2. Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u de
camcorder gebruikt en bewaar deze zodat u de handleiding later na kunt slaan.
Symbolen en conventies die in deze handleiding worden gebruikt
: Voorzorgsmaatregelen die betrekking hebben op de bediening van de camcorder.
: Aanvullende onderwerpen die de basishandelingen complementeren.
: Paginanummer waarnaar wordt verwezen.
Hoofdletters worden gebruikt om toetsen op de camcorder of de draadloze afstandsbediening aan te
duiden.
[ ] worden gebruikt om menu-onderdelen aan te duiden die op het scherm worden weergegeven.
Het meegeleverde 20× L IS zoomobjectief XL 5.4-108 mm wordt aangeduid als het “20× L IS objectief”.
De afbeeldingen tonen de camcorder met een aangesloten 20× L IS objectief.
Welke functies beschikbaar zijn, hangt af van de bedieningsstand. Dit wordt als volgt aangeduid:
: Functie kan in deze stand worden gebruikt.
: Functie kan in deze stand niet worden gebruikt.
Handelsmerken
Canon is een gedeponeerd handelsmerk van Canon Inc.
D is een handelsmerk.
m is een handelsmerk.
•Windows
®
is een gedeponeerd handelsmerk of een handelsmerk van Microsoft Corporation in de
Verenigde Staten en/of andere landen.
Overige namen en producten die hierboven niet zijn genoemd, kunnen gedeponeerde handelsmerken of
handelsmerken van de betreffende ondernemingen zijn.
Bedieningsstanden
Menu-onderdeel dat wordt getoond in de
standaardinstelling
4
Inleiding
Belangrijke gebruiksinstructies............................................................................................................................2
Gebruik van deze handleiding ............................................................................................................................3
De meegeleverde accessoires controleren ..........................................................................................................6
Overzicht bedieningselementen..........................................................................................................................7
Voorbereiding
Voeding voorbereiden........................................................................................................................................11
De ondersteuningsbatterij plaatsen..................................................................................................................14
De camcorder voorbereiden ..............................................................................................................................15
Het objectief voorbereiden................................................................................................................................20
Gebruik van de draadloze afstandsbediening ................................................................................................22
Een cassette plaatsen/verwijderen ....................................................................................................................23
Menu's en instellingen ......................................................................................................................................24
De tijdzone, datum en tijd instellen ................................................................................................................28
Opnemen
Opnemen ............................................................................................................................................................30
Einde zoeken ......................................................................................................................................................35
Zoomen ..............................................................................................................................................................36
Scherp stellen ......................................................................................................................................................38
Het ND-filter gebruiken (bij objectieven met ingebouwd ND-filter) ............................................................41
De beeldfrequentie selecteren ..........................................................................................................................42
Opnemen in het 16:9 formaat ..........................................................................................................................43
De tijdcode instellen ..........................................................................................................................................44
De User Bit instellen ..........................................................................................................................................45
Geluid opnemen ................................................................................................................................................46
Beeldstabilisator (bij objectieven die zijn uitgerust met een beeldstabilisator)............................................50
AE-programma's gebruiken ..............................................................................................................................51
Opnemen met sluitertijdvoorkeuze (Tv) ..........................................................................................................54
Opnemen met diafragmavoorkeuze (Av) ........................................................................................................55
Opnemen in de handmatige stand ..................................................................................................................56
De belichting instellen ......................................................................................................................................57
AE Shift gebruiken ............................................................................................................................................58
De versterking instellen ....................................................................................................................................59
De witbalans instellen ........................................................................................................................................60
Het zebrapatroon gebruiken ............................................................................................................................62
De huiddetailfunctie gebruiken ........................................................................................................................63
Voorkeuze-instellingen gebruiken ....................................................................................................................64
Clear Scan gebruiken voor het opnemen van computerschermen ................................................................69
Voorkeuzetoetsen gebruiken ............................................................................................................................70
Het korreleffect gebruiken ................................................................................................................................73
Kleurenbalken/audioreferentiesignaal opnemen ............................................................................................74
Opnemen met de intervaltimer ........................................................................................................................75
Opnemen met de zelfontspanner ....................................................................................................................77
De DV-regeling gebruiken ................................................................................................................................78
Overige camcorderfuncties/instellingen............................................................................................................79
Inhoudsopgave
5
Ne
Inleiding
Afspelen
Een cassette afspelen ........................................................................................................................................81
Afspelen op een tv-scherm ................................................................................................................................83
Audio-uitvoer......................................................................................................................................................86
Terugkeren naar een eerder gemarkeerde positie ..........................................................................................87
Indexsignaal zoeken ..........................................................................................................................................88
Datum zoeken ....................................................................................................................................................89
De datacodering weergeven ............................................................................................................................90
De stand van de afstandsbedieningssensor wijzigen ......................................................................................92
Videobeelden monteren
Opnamen kopiëren naar een videorecorder of digitaal videoapparaat ........................................................93
Opnemen vanaf analoge videoapparaten (videorecorder, TV of camcorder) ..............................................94
Opnemen vanaf digitale videoapparaten (DV dubben) ..................................................................................95
Analoge signalen omzetten in digitale signalen (analoog-digitaal omzetter)..............................................97
De camcorder aansluiten op een computer met een DV (IEEE1394)-kabel ..................................................99
Aanvullende informatie
Instellingen die behouden blijven nadat de camcorder wordt uitgeschakeld of tijdens STANDBY ..........100
Camera-informatie op het scherm ..................................................................................................................102
Overzicht van berichten ..................................................................................................................................105
Onderhoud/overig ............................................................................................................................................106
Problemen oplossen ........................................................................................................................................111
Systeemschema ................................................................................................................................................113
Optionele accessoires ......................................................................................................................................114
Specificaties ......................................................................................................................................................117
Index ..................................................................................................................................................................119
Audioblokschema ............................................................................................................................................120
6
De meegeleverde accessoires controleren
Compacte netadapter
CA-920
Koppelstuk DC-920 Accu BP-930 Lithium knoopbatterij
CR2025
Draadloze
afstandsbediening
WL-D4000
Twee AAA (R03)
batterijen
Kleurenzoeker Microfooneenheid
Adapterhouder Stereovideokabel STV-
150
SCART-adapter PC-A10*
Objectiefdop Stofkap objectief Zonnekap
S-videokabel S-150
20× L IS zoomobjectief XL
5.4-108 mm (met zachte
tas)
Stofkap camcorder Schouderriem SS-1000
* Niet geleverd in Oceanië en China.
7
Ne
Inleiding
Overzicht bedieningselementen
XL2
Borgschroef zoeker ( 15)
Geavanceerde
accessoireschoen ( 48)
Borgschroef
microfoon ( 18)
Zoekerkabel ( 15)
Stereomicrofoon
( 18)
Scherpstelring
( 38)
Zonnekap ( 21)
Zoomring ( 36)
Belichtingsvergrendelings
toets (EXP. LOCK) ( 57)
Ontgrendelingsschakelaar
objectief (LENS RELEASE) ( 20)
MENU-toets ( 24)
Irisdiafragmaregelaar/keuzeschijf
(IRIS/SET) ( 24, 55)
Beeldfrequentieschakelaar
(FRAME RATE) ( 42)
Toets "einde zoeken"
(END SEARCH) ( 35)
Hoogte/breedte
verhoudingsschakelaar
(ASPECT RATIO) ( 43)
Audioregelingstoets (AUDIO
MONITOR) ( 49, 86)
Verlichtingstoets
(LIGHT) ( 7)
Voedingslampje
Opnameniveauschakelaar
(REC LEVEL) (CH1, CH2)
( 49)
Invoerkeuzeschakelaar
(INPUT SELECT) (CH1,
CH2) ( 47)
CH1/CH2-regelaars
( 49)
Dempingsschakelaar
frontmicrofoon (FRONT
MIC ATT.) (CH1, CH2)
( 47)
Keuzeschakelaar
opnamekanaal (REC CH
SELECT) (CH1, CH2) ( 47)
CH3/CH4-regelaars ( 49)
Opnameniveauschakelaar
(REC LEVEL) (CH3, CH4)
( 49)
Invoerkeuzeschakelaar
(INPUT SELECT) (CH3,
CH4) ( 48)
Oogschelp ( 16)
LIGHT-toets
Druk op de LIGHT-toets om het zijpaneel
ongeveer 10 seconden lang te verlichten. Als u
de toets ten minste 3 seconden ingedrukt houdt,
blijft het paneel verlicht totdat u de toets
nogmaals indrukt om de achtergrondverlichting
uit te zetten.
8
Over de m aansluiting
m (LANC) staat voor Local Application Control Bus System. De m aansluiting stelt u in staat apparaten aan te sluiten
en aangesloten apparaten te bedienen.
Sluit alleen apparaten met het m teken op de m aansluiting aan.
Een goede werking kan niet worden gegarandeerd als apparaten zonder het m teken worden aangesloten.
Het is mogelijk dat sommige toetsen van aangesloten apparaten niet werken of anders functioneren dan de
toetsen van de camcorder.
Voorkeuzetoetsen
(CUSTOM KEYS) ( 70)
Toets voor camera-
informatie (EVF DISPLAY)
( 33)
S-video
aansluiting
( 83)
Afstands-
bedieningssensor
( 22, 92)
Statuslampje
( 79)
Schroefgat voor
adapterhouder ( 19)
Video-
aansluiting
(BNC) ( 85)
RCA/BNC-
kiezer
( 84)
Video-
aansluiting
(RCA) ( 85)
AUDIO 2
RCA-
aansluitingen
( 48)
AUDIO 1 RCA-
aansluitingen ( 47)
XLR-
ingangsaansluitingen
( 47, 48)
Schroefgaten
voor adapterhouder ( 19)
Batterijcompartiment ( 11) /
Serienummer
Ontgrendelingstoets accu
(BATT. RELEASE) ( 11)
Cassettecompartiment ( 23)
Compartiment
ondersteuningsbatterij ( 14)
* Gebruik geen statieven met montageschroeven die langer zijn dan 5,5 mm, omdat deze de camcorder kunnen beschadigen.
Aansluitpunt statief*
Handgreepriem ( 19)
Borgschroef zonnekap
( 21)
Start/stop-toets ( 30)
Zoomsnelheidsschakelaar
(ZOOM SPEED) ( 36)
Afstandsbedieningssensor
( 22, 92)
Zoomknop handgreep
( 36)
Zoomsnelheidsregelaar
( 36)
Statuslampje ( 79) /
Afstandsbedieningssensor
( 22, 92)
Aansluitpunten frontmicrofoon
(FRONT MIC) ( 18)
Microfoonkabel ( 18)
AE SHIFT-regelaar ( 58)
Toets "voorkeuze selecteren"
(CUSTOM PRESET SELECT) ( 66)
Toets "voorkeuze in/uitschakelen"
(CUSTOM PRESET ON/OFF) ( 66)
Uitwerpschakelaar (EJECT) ( 23)
9
Ne
Inleiding
Start/stop-toets ( 31)
Zoomknop draaghendel ( 36)
Oogcorrectieregelaar
( 17)
Zoeker ( 15-18)
Ontgrendelingstoets
( 17)
Grendel ( 16)
Ontgrendelingstoets
ND-filter ( 41)
Schakelaar "stabilisator
in/uitschakelen" (STABILIZER
ON/OFF" ( 50)
Zoomvoorkeuzeschakelaar
(POSITION PRESET)
( 37, 39)
Bedieningsring ND-filter ( 41)
Scherpstellingskiezer ( 39)
Aansluitpunt zwart/wit-
zoeker FU-1000 ( 115)
Plustoets
"opname zoeken" (REC
SEARCH +) ( 34, 81)
Keuzetoets
balken/korrel
(BARS/F.GRAIN SELECT)
( 77, 78)
Aan/uit-toets
balken/korrel
(BARS/F.GRAIN ON/OFF)
( 77, 78)
r sluitertijdtoets (SHUTTER)
( 54)
Versterkingsregelaar (GAIN) ( 57)
Witbalansregelaar (WHITE
BALANCE) ( 60)
W witbalanstoets (WHITE
BALANCE) ( 60)
STANDBY-toets ( 31)
Zijpaneel ( 104)
Instelwiel (POWER) ( 51)
Microfoondempingsschakela
ar (MIC ATT.) ( 47, 48)
+48V schakelaar ( 47, 48)
m aansluiting
DV-aansluiting ( 95, 99)
H Hoofdtelefoonaansluiting
Regelaar hoofdtelefoonniveau
(PHONES LEVEL)
Bevestigingspunt riem ( 19)
Bevestigingspunt
riem ( 19)
Aansluitpunt
kleurenzoeker
( 15)
e afspeeltoets ( 81)
1 vooruitspoeltoets ( 81)
2 toets ( 94, 95)
` terugspoeltoets ( 81)
3 stoptoets ( 81)
a pauzetoets ( 81)
Grendel (LOCK) ( 31)
t sluitertijdtoets (SHUTTER)
( 54)
Stand voor externe aansturing
VCR-stand
Camcorder uitschakelen
Automatisch
Sluitertijdvoorkeuze
Diafragmavoorkeuze
Handmatig
Spotlight
Weinig licht
Gemakkelijk opnemen
Opname-
programma
e AF-schakelaar ( 38) /
Schakelaar "zoomvoorkeuze
inschakelen/instellen" (POSITION
PRESET ON/SET) ( 37, 39)
Mintoets "opname
zoeken" (REC SEARCH –)
/ c toets "opname
bekijken" ( 34, 81)
10
Draadloze afstandsbediening WL-D4000
TV-schermtoets (TV SCREEN)
( 102)
Start/stop-toets ( 30)
Audioregelingstoets
(AUDIO MONITOR)
( 49, 86)
Zelfontspannertoets
(SELF TIMER) ( 77)
MENU-toets ( 24
)
Keuzetoetsen ( 24)
Opnamepauzetoets
(REC PAUSE) ( 94, 95)
Zoekkeuzetoets (SEARCH SELECT)
( 88, 89)
` terugspoeltoets
(REW) ( 81)
Keuzetoets
afstandsbedieningssensor
(REMOTE SET) ( 92)
e afspeeltoets (PLAY)
( 81)
3 stoptoets (STOP)
( 81)
a pauzetoets (PAUSE)
( 81)
Slow motion/
beeldspoelschijf ( 82)
M slow motion-toets
(SLOW) ( 81)
×2 toets ( 81)
+/ae toets ( 81)
FF 1 toets ( 81)
Toets "einde zoeken" (END SEARCH)
( 35)
-/+ toetsen ( 88, 89)
AVÆDV toets ( 98)
Insteltoets (SET) ( 24)
Indexeringstoets (INDEX WRITE)
( 71)
Mengbalanstoetsen (MIX
BALANCE) ( 86)
Nulstelgeheugentoets (ZERO SET
MEMORY) ( 87)
Datacoderingstoets (DATA CODE)
( 90)
Zoomknoppen ( 36)
Zender
-
/
4a toets ( 81)
11
Ne
Voorbereiding
Voeding voorbereiden
De accu opladen
Verwijder het DC-koppelstuk uit de netadapter voordat u de accu oplaadt. Verwijder het afdekplaatje
van de accu.
1. Sluit het netsnoer aan op de adapter.
2. Steek de stekker van het netsnoer in
een stopcontact.
3. Plaats de accu in de adapter.
Oefen lichte druk uit op de accu en schuif deze
in de richting van de pijl totdat de accu
vastklikt.
• De oplaadindicator begint te knipperen. Als de
accu opgeladen is, gaat de indicator continu
branden.
4. Verwijder de accu uit de adapter
wanneer het opladen is voltooid.
5. Haal de stekker uit het stopcontact en koppel het netsnoer los van de adapter.
De accu plaatsen
1. Draai het instelwiel naar OFF.
2. Plaats de accu in de camcorder.
Oefen lichte druk uit op de accu en schuif deze
in de richting van de pijl totdat de accu vastklikt.
3. Verwijder de accu na gebruik.
Druk de BATT. RELEASE-toets in om de batterij te
verwijderen.
q
e
w
Oplaadindicator (CHARGE)
q
w
12
Een stopcontact gebruiken
1. Draai het instelwiel naar OFF.
2. Sluit het DC-koppelstuk aan op de
camcorder.
Oefen lichte druk uit op de accu en schuif deze
in de richting van de pijl totdat de accu vastklikt.
3. Sluit het netsnoer aan op de netadapter.
4. Steek de stekker van het netsnoer in
een stopcontact.
5. Sluit het DC-koppelstuk aan op de
adapter.
6. Verwijder het DC-koppelstuk na gebruik.
Druk op de ontgrendelingstoets van de accu
(BATT. RELEASE) om het DC-koppelstuk los te
koppelen.
Verwijder het DC-koppelstuk uit de netadapter voordat u een accu oplaadt.
Schakel de camcorder uit voordat u de netadapter aansluit of loskoppelt.
Als de adapter dicht in de buurt van een TV wordt gebruikt, kunnen er storingen in het beeld
verschijnen. Haal de adapter uit de buurt van de TV of antennekabel.
Sluit op de netadapter geen apparaten aan als die niet expliciet voor gebruik met de netadapter
worden aanbevolen.
Wanneer de netadapter of accu defect is, gaat de oplaadindicator uit en wordt gestopt met
opladen.
De oplaadindicator laat zien in hoeverre de accu is opgeladen.
0-50%: Knippert eenmaal per seconde
50-75%: Knippert tweemaal per seconde
Meer dan 75%: Knippert driemaal per seconde
100%: Brandt continu
q
e
t
r
w
13
Ne
Voorbereiding
Oplaad-, opname- en afspeelduur
De tijden hieronder zijn bij benadering gegeven en kunnen variëren al naargelang de
omstandigheden waaronder wordt opgeladen, opgenomen of afgespeeld.
*Tijden bij benadering voor opnamen met herhaalde bedieningshandelingen zoals starten/stoppen, zoomen,
voeding in/uitschakelen. De feitelijke tijd kan korter zijn.
Het verdient aanbeveling om de accu op te laden bij een temperatuur tussen 10 ˚C en 30 ˚C. Als
de temperatuur lager wordt dan 0 ˚C of hoger dan 40 ˚C, gaat de oplaadindicator uit en wordt
gestopt met opladen.
Een lithium-ion accu kunt u altijd opladen, ongeacht in hoeverre de accu opgeladen is. Anders dan
bij conventionele accu's hoeft u de accu niet eerst volledig te gebruiken of te ontladen voordat u
deze weer mag opladen.
Het verdient aanbeveling om meerdere accu's mee te nemen als u gaat filmen.
De accu kunt u langer gebruiken als u de camcorder uitschakelt in plaats van deze in de
opnamepauzestand te laten staan.
Accu BP-930 BP-945
Oplaadduur met de CA-920 145 min. 220 min.
Met 20× Maximale opnameduur Met meegeleverde 155 min. 230 min.
L IS objectief kleurenzoeker
Met optionele FU-1000 120 min. 185 min.
zwart/wit-zoeker
Typische opnameduur* Met meegeleverde 90 min. 135 min.
kleurenzoeker
Met optionele FU-1000 65 min. 100 min.
zwart/wit-zoeker
Met 16× Maximale opnameduur Met meegeleverde 185 min. 280 min.
handmatig kleurenzoeker
zoomobjectief Met optionele FU-1000 135 min. 205 min
zwart/wit-zoeker 135 min. 205 min.
Typische opnameduur* Met meegeleverde 105 min. 160 min.
kleurenzoeker
Met optionele FU-1000 75 min. 115 min.
zwart/wit-zoeker
Afspeelduur 235 min. 360 min.
14
De ondersteuningsbatterij plaatsen
De ondersteuningsbatterij (lithium-knoopbatterij CR2025) zorgt ervoor dat de camcorder de datum,
tijd ( 28) en andere camcorderinstellingen kan onthouden als de voedingsbron ontkoppeld is. Sluit
de camcorder aan op een voedingsbron als u de ondersteuningsbatterij vervangt. U behoudt daarmee
de ingevoerde instellingen.
1. Open het afdekplaatje van de
ondersteuningsbatterij.
Schroef het afdekplaatje naar links (gebruik
hiervoor bijvoorbeeld een munt).
2. Plaats de ondersteuningsbatterij in de
camera met de + zijde naar buiten
gericht.
3. Sluit het afdekplaatje.
Zorg ervoor dat de markering op het
afdekplaatje op één lijn staat met de onderste
markering op de camcorder en schroef het
afdekplaatje naar rechts totdat het vastklikt.
WAARSCHUWING!
•Verkeerde behandeling van de bij dit toestel gebruikte batterij kan leiden tot brandgevaar of
chemische brandwonden. U mag de batterij niet opladen, demonteren, verhitten boven 100°C of
verbranden.
•Vervang de batterij door een CR2025 van Panasonic, Hitachi Maxell, Sony, Sanyo, of door Duracell
DL2025. Gebruik van andere batterijen kan brand of een explosie tot gevolg hebben.
De gebruikte batterij moet aan de leverancier teruggegeven worden voor een veilige verwerking.
Haal de batterij niet uit de camcorder met een pincet of ander metalen gereedschap, omdat
hierdoor kortsluiting ontstaat.
Maak de batterij schoon met een schone droge doek, zodat goed contact wordt gemaakt.
Houd de batterij buiten bereik van kinderen. Als de batterij wordt ingeslikt, moet onmiddellijk
medische hulp worden ingeroepen. De batterijhuls kan breken en de batterijvloeistoffen kunnen
schade toebrengen aan maag en darmen.
Demonteer of verhit de batterij niet en dompel deze niet onder in water. Anders kan de batterij
exploderen.
De ondersteuningsbatterij heeft een levensduur van ongeveer een jaar. “j” knippert in rood om u
te informeren dat de batterij moet worden vervangen.
q
w
e
15
Ne
Voorbereiding
De camcorder voorbereiden
De kleurenzoekereenheid aansluiten en ontkoppelen
De kleurenzoekereenheid aansluiten
1. Schuif de zoekereenheid op de beugel
en draai de borgschroef vast.
2. Sluit de zoekerkabel aan op het
bovenste aansluitpunt van het
camcorderhuis.
3. Haak de zoekerkabel vast aan de
kabelklem.
De zoekereenheid loskoppelen
1. Koppel de zoekerkabel los.
2. Draai de borgschroef los en schuif de zoekereenheid van de beugel af.
q
w
e
16
De oogschelp ontkoppelen en aansluiten
De stand van de oogschelp kunt u zodanig wijzigen dat u deze met het linkeroog of het rechteroog
kunt gebruiken. Ontkoppel de oogschelp en sluit deze weer aan als u de oogschelp wilt gebruiken met
het linkeroog.
De oogschelp loskoppelen
Koppel de oogschelp los zoals wordt
getoond in de afbeelding.
De oogschelp aansluiten
Lijn de opening voor de oogcorrectieregelaar uit met de regelaar en trek de oogschelp in
de gewenste stand.
De stand van de zoeker instellen
De stand van de zoeker kan worden gewijzigd (rechts/links, naar voren/achteren).
Gebruik met het rechteroog Gebruik met het linkeroog
Naar rechts/links verplaatsen
Draai de borgschroef los, verplaats de zoeker naar
rechts/links en draai de schroef vast.
Naar voren/achteren verplaatsen
Maak de grendel los, verplaats de zoeker naar
voren of achteren en maak de grendel weer vast.
17
Ne
Voorbereiding
De zoeker gebruiken als LCD-paneel
U kunt de zoeker gebruiken als LCD-paneel door de oculairadapter te openen.
Druk op de ontgrendelingstoets en open
de oculairadapter.
Zorg ervoor dat u de oculairadapter sluit wanneer u de zoeker niet als LCD-paneel gebruikt.
Wanneer u de oculairadapter opent, wordt het scherm iets lichter.
Oogcorrectie
Zet de camcorder aan en stel de
oogcorrectieregelaar in.
Stel de zoeker niet bloot aan direct zonlicht. De LCD van de zoeker kan beschadigd raken doordat
het objectief inbrandt. Let vooral op als u de camcorder op een statief plaatst, of tijdens transport.
18
De zoeker instellen
U kunt de helderheid, het contrast, de kleur en scherpte van de zoeker instellen. Deze instellingen zijn
niet van invloed op het beeld van uw opname.
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
2. Draai de keuzeschijf naar [DISPLAY SET UP/ ] en druk op de keuzeschijf.
3. Draai de keuzeschijf naar [EVF SET UP] en druk op de keuzeschijf.
4. Draai de keuzeschijf naar [BRIGHTNESS], [CONTRAST], [COLOR] of [SHARPNESS] en druk
op de keuzeschijf.
5. Draai de keuzeschijf naar boven of beneden om de instelling aan te passen en druk op
de keuzeschijf.
6. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
De microfooneenheid aansluiten
1. Draai op de zoekereenheid de
borgschroef van de microfoon los, open
de microfoonklem en steek de
microfoon in de microfoonklem.
2. Zorg ervoor dat de markering op de
microfoon op één lijn staat met de
markering op de klem en draai de
schroef vast.
3. Steek de microfoonkabel in de FRONT
MIC-aansluitingen van de camcorder.
Wanneer u een andere microfoon gebruikt dan de meegeleverde microfoon, sluit deze dan aan op
de geavanceerde accessoireschoen.
EVF SETUP BRIGHTNESS•••
CONTRAST•••••
COLOR••••••••
SHARPNESS••••
DISPLAY SETUP/
( 24)
w
q
e
19
Ne
Voorbereiding
De handgreepriem vastmaken
Houd de camcorder met uw rechterhand
vast en stel de riem bij met uw linkerhand.
Stel de handgreepriem zo af dat u met uw wijs- en
middelvinger de zoomregelaar en met uw duim de
start/stop-toets kunt bereiken.
De schouderriem bevestigen
Haal de uiteinden door de
bevestigingspunten en stel de lengte bij
zoals aangegeven.
Let erop dat de camcorder niet valt als u de riem afstelt.
De adapterhouder bevestigen
Bevestig de adapterhouder voor gebruik met de optionele tweevoudige batterijlader/houder CH-910
of een in de handel verkrijgbare draadloze microfoonontvanger.
1. Sluit de adapterhouder aan en draai
deze met de schroeven vast.
2. Stel de stand van de steunen af.
Als u gebruik maakt van de optionele CH-910,
haak deze dan aan de steunen en zet hem vast
met de grendel. Om de CH-910 te verwijderen,
duwt u de grendel in de richting van de pijl en
trek de CH-910 vervolgens uit de steunen.
Grendel
Steunen
20
Het objectief voorbereiden
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van het objectief.
Het objectief monteren
1. Draai het instelwiel naar OFF.
2. Verwijder de stofkappen van de
camcorder en het objectief.
3. Zorg ervoor dat de rode markering op
het objectief op één lijn staat met de
rode markering op de camcorder en
draai het objectief vervolgens rechtsom
totdat u een klik hoort.
Het objectief verwijderen
1. Draai het instelwiel naar OFF.
2. Verschuif de LENS RELEASE-schakelaar,
draai het objectief vervolgens linksom
totdat dit niet verder kan en verwijder
het objectief.
3. Sluit de stofkappen aan op de
camcorder en objectief.
Let erop dat u bij het aansluiten of verwijderen van het objectief de camcorder of het objectief niet
laat vallen.
Zorg ervoor dat bij het aansluiten of verwijderen van het objectief deze niet wordt blootgesteld
aan direct zonlicht of een sterke lichtbron.
De XL-vatting is niet compatibel met de VL-vatting.
Raak het objectief, de objectiefvatting en de binnenzijde van de vatting niet aan, en stel deze niet
bloot aan stof of vuil. Maak deze, indien nodig, schoon met een zachte droge doek (zet de
camcorder uit voordat u dit doet).
w
e
q
e
w
q
21
Ne
Voorbereiding
De zonnekap aansluiten
Sluit de zonnekap aan om het objectief af te schermen van strooilicht en het objectief te beschermen.
1. Plaats de zonnekap op de voorzijde van
het objectief en schroef deze rechtsom
vast totdat aan de bovenzijde het
Canon-logo verschijnt.
Let erop dat u de zonnekap niet verwringt.
Zorg ervoor dat de zonnekap in de
schroefdraad past.
2. Draai de borgschroef vast.
w
q
22
Gebruik van de draadloze afstandsbediening
Als u de knoppen van de
afstandsbediening indrukt, richt de
afstandsbediening dan op de sensor van
de camcorder.
De camcorder is uitgerust met drie
afstandsbedieningssensors, twee aan de voorzijde
en één aan de achterzijde.
Batterijen plaatsen
De draadloze afstandsbediening werkt op twee
AAA (R03) batterijen.
1. Open het afdekplaatje van de batterijen.
2. Plaats twee AA-batterijen en zorg
ervoor dat de aanduidingen + en - op de
batterijen overeenstemmen met de
aanduidingen in de afstandsbediening.
3. Sluit het afdekplaatje.
De camcorder en draadloze afstandsbediening zijn uitgerust met 2 standen voor de
afstandsbedieningssensor ( 92). Als de afstandsbediening niet werkt, controleer dan of de
camcorder en de afstandsbediening in dezelfde stand staan.
Wanneer de camcorder niet met de draadloze afstandsbediening of alleen dichtbij kan worden
bediend,vervang dan de batterijen. Zorg ervoor dat u beide batterijen tegelijkertijd vervangt.
De draadloze afstandsbediening werkt mogelijk niet naar behoren wanneer de
afstandsbedieningssensor wordt blootgesteld aan een sterke lichtbron of direct zonlicht.
23
Ne
Voorbereiding
Gebruik alleen videocassettes met het D logo.
1. Verschuif de EJECT-schakelaar om de
afdekking van het cassettecompartiment
te openen.
Het cassettecompartiment gaat automatisch
open.
2. De cassette plaatsen/verwijderen.
Plaats de cassette met het venster naar buiten
gericht.
•Verwijder de cassette door deze recht naar
buiten te trekken.
3. Druk op de
P
markering van het
cassettecompartiment totdat u een klik
hoort.
4. Wacht totdat het cassettecompartiment
zich automatisch intrekt en sluit de
afdekking.
Laat het cassettecompartiment ongemoeid terwijl dit automatisch wordt geopend of gesloten.
Probeer ook niet de afdekking te sluiten voordat het cassettecompartiment volledig ingetrokken is.
Let erop dat uw vingers niet bekneld raken in de afdekking van het cassettecompartiment.
Als de camcorder aangesloten is op een voedingsbron, kunt u ook cassettes plaatsen of verwijderen
wanneer het instelwiel op OFF gezet is.
Een cassette plaatsen/verwijderen
q
e
w
r
24
Veel geavanceerde functies van de camcorder worden geselecteerd via menu's die op het scherm
verschijnen.
Menu's en instellingen selecteren
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
2. Draai de keuzeschijf naar het gewenste submenu en druk op de keuzeschijf.
3. Draai de keuzeschijf naar het gewenste menu-onderdeel en druk op de keuzeschijf.
4. Draai de keuzeschijf naar een insteloptie en druk op de keuzeschijf.
5. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
Op elk moment kunt u het menu sluiten door op de MENU-toets te drukken.
Onderdelen die niet beschikbaar zijn verschijnen in purper.
Wellicht vindt u het comfortabeler om voor bediening van het menu de draadloze
afstandsbediening te gebruiken. Druk op de MENU-toets van de afstandsbediening om het menu
te openen of te sluiten. Gebruik op de afstandsbediening de keuzetoetsen in plaats van de
keuzeschijf op de camcorder en druk op de SET-toets in plaats van op de keuzeschijf.
Menu's en instellingen
MENU-toets
Keuzeschijf
25
Ne
Voorbereiding
Submenu Menu-item Instelopties
TIME CODE COUNT-UP REC-RUN, REC-RUN PS., FREE-RUN 44
START VALUE SET, RESET
CAMERA SETUP ZEBRA ON, OFF 62
ZEBRA LEVEL 80, 85, 90, 95, 100
SKIN D.SET HUE 63
CHROMA
AREA
Y LEVEL
SKIN DETAIL OFF, HIGH , MIDDLE , LOW
ZOOM HANDLE LOW, MIDDLE, HIGH 36
F SPEED PSET* LOW, MIDDLE, HIGH 40
CLEAR SCAN 69
SELF TIMER ON , OFF 77
INTERVAL T. ON, OFF 75
INTERVAL 30sec, 1min, 5min, 10min
INT. REC TIME 0.5sec, 1sec, 1.5sec, 2sec
CUSTOM PRESET PRESET SETUP SEL PRESET
1 PRESET_A, 2 PRESET_B, 3 PRESET_C
66
/CLEAR CANCEL, PROTECT , CLEAR
GAMMA NORMAL, CINE
KNEE HIGH, MIDDLE, LOW
BLACK STRETCH, MIDDLE, PRESS
COLOR MATRIX NORMAL, CINE
COLOR GAIN
COLOR PHASE
R GAIN
G GAIN
B GAIN
V DETAIL NORMAL, LOW
SHARPNESS
CORING
SETUP LEVEL
MASTER PED.
NR
OFF, HIGH, MIDDLE, LOW
READ PRESET SEL PRESET
1 PRESET_A, 2 PRESET_B, 3 PRESET_C
67
SEL POSITION
VCR SETUP REC MODE SP, LP 79
POWER SAVE SHUT OFF, VCR STOP 31
USR BIT DATA SET, CLEAR 45
CAMERA MENU
Menu- en standaardinstellingen
De standaardinstellingen staan vetgedrukt weergegeven.
* Kan alleen worden geselecteerd wanneer een objectief met scherpstelvoorkeuzefunctie is aangesloten.
26
Submenu Menu-item Instelopties
AUDIO SETUP AUDIO MODE 16bit, 12bit CH , 12bit CH , 46
1kHz TONE OFF, -12dB, -20dB 74
AUD.M.SET NORMAL, LINE OUT 49
R-XLR GAINUP OFF, 12dB 47
DISPLAY SETUP/ EVF SETUP BRIGHTNESS 18
CONTRAST
COLOR
SHARPNESS
CENTER MARK ON, OFF 33
TV SCREEN ON, OFF 102
AUDIO LEVEL ON, OFF 49
GUIDE INFO OFF, CUSTOM KEYS, D/T DISPLAY
29, 70
LANGUAGE ENGLISH, ,
80
DATE FORMAT 80
USR BIT DISP ON, OFF 45
SYSTEM CUSTOM KEY 1 TIME CODE, INDEX WRITE, ZEBRA, VCR STOP, TV SCREEN, 71
ZOOM HANDLE, AUDIO LEVEL, (NONE)
CUSTOM KEY 2 TIME CODE, INDEX WRITE, ZEBRA, VCR STOP, TV SCREEN,
ZOOM HANDLE, AUDIO LEVEL, (NONE)
WL.REMOTE A1, A2, OFF B 92
TALLY LAMP ON, OFF 79
T.ZONE/DST 28
D/TIME SET 28
CHAR.REC ON, OFF 79
DV CONTROL ON, OFF 78
1/2 1/2 3/4
27
Ne
Voorbereiding
VCR MENU
Submenu Menu-item Instelopties
TIME CODE COUNT-UP REC-RUN, REC-RUN PS., FREE-RUN 44
START VALUE SET, RESET
VCR SETUP REC MODE SP, LP 79
AVaDV ON, OFF 98
USR BIT DATA SET, CLEAR 45
AUDIO SETUP SEL AUDIO CH CH /CH , CH /CH , CH /CH 86
MIX SELECT VARIABLE, FIXED 86
AUDIO MODE 16bit, 12bit CH , 12bit CH , 46
R-XLR GAINUP OFF, 12dB 47
DISPLAY SETUP/ EVF SETUP BRIGHTNESS 18
CONTRAST
COLOR
SHARPNESS
TV SCREEN ON, OFF 102
AUDIO LEVEL ON, OFF 49
DISPLAYS ON, OFF <PLAYBK> 102
6SEC.DATE ON, OFF 91
DATA CODE DATE/TIME, CAMERA DATA, CAM. D/T 90
D/TIME SEL. DATE, TIME, DATE & TIME 90
CUSTOM KEYS ON, OFF 70
LANGUAGE ENGLISH, , 80
DATE FORMAT 80
USR BIT DISP ON, OFF 45
SYSTEM CUSTOM KEY 1
TIME CODE, TV SCREEN, DATA CODE, AUDIO LEVEL, (NONE)
71
CUSTOM KEY 2
TIME CODE, TV SCREEN, DATA CODE, AUDIO LEVEL, (NONE
)
WL.REMOTE A1, A2, OFF B 92
TALLY LAMP ON, OFF 79
T.ZONE/DST 28
D/TIME SET 28
1/2 1/2 3/4
1/3 1/3 1/3 2/4 2/42/4
28
Stel de tijdzone, datum en tijd in wanneer u voor de eerste keer de camcorder gebruikt of wanneer u
de ondersteuningsbatterij heeft vervangen.
Tijdzone/zomertijd instellen
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
2. Draai de keuzeschijf naar [SYSTEM] en druk op de keuzeschijf.
3. Draai de keuzeschijf naar [T.ZONE/DST] en druk op de keuzeschijf.
De instelling van de tijdzone verschijnt (zie de tabel op de volgende pagina). De standaardinstelling is
Paris.
4. Draai de keuzeschijf naar de insteloptie die overeenkomt met uw tijdzone en druk op
de keuzeschijf.
Als u de camcorder wilt instellen op de zomertijd, selecteer dan de betreffende tijdzone met het teken U
ernaast.
Datum en tijd instellen
5. Draai de keuzeschijf naar [D/TIME SET] en druk op de keuzeschijf.
Het jaardisplay begint te knipperen.
6. Draai de keuzeschijf naar het jaar en druk op de keuzeschijf.
Het volgende gedeelte van het display begint te knipperen.
• Stel de maand, dag, uren en minuten op dezelfde wijze in.
7. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten en de klok te starten.
De tijdzone, datum en tijd instellen
SYSTEM T.ZONE/DST•••PARIS
( 24)
SYSTEM
D/TIME SET••• 1.JAN.2004
12:00 PM
( 24)
29
Ne
Voorbereiding
1
24 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 1314 15 16 17 18 19 20 21 22 23
2
3
5
6
7
9
8
10
4
12
11
13
24
19
20
18
17
21
23
22
15
14
16
Als u eenmaal de tijdzone, datum en tijd heeft ingesteld, hoeft u de klok niet steeds opnieuw in te
stellen als u naar een andere tijdzone reist. U hoeft alleen maar de tijdzone te wijzigen in de tijdzone
van uw bestemming, en de camcorder stelt vervolgens automatisch de klok bij.
Datum en tijd weergeven tijdens het opnemen
U kunt de datum en tijd laten weergeven in de linkerbenedenhoek van het scherm.
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [GUIDE INFO], stel dit in op
[D/T DISPLAY] en sluit het menu.
GUIDE INFO•••OFFDISPLAY SETUP/
( 24)
LONDON
PARIS
CAIRO
MOSCOW
DUBAI
KARACHI
DACCA
BANGKOK
H. KONG (Hong Kong)
TOKYO
SYDNEY
SOLOMON
WELLGTN (Wellington)
SAMOA
HONOLU. (Honolulu)
ANCHOR. (Anchorage)
L.A. (Los Angeles)
DENVER
CHICAGO
N.Y. (New York)
CARACAS
RIO (Rio de Janeiro)
FERNAN. (Fernando de Noronha)
AZORES
Tijdzone
Tijdzone
Nr. Nr.
30
Opnemen
Voordat u met opnemen begint
Om te controleren of de camcorder juist opneemt kunt u beter eerst een testopname maken. Reinig,
indien nodig, de videokoppen. ( 108).
Opnemen
1. Verwijder de lensdop.
2. Druk op de toets en draai het instelwiel
naar een opnameprogramma.
3. Druk op de start/stop-toets om te
beginnen met opnemen.
Het statuslampje begint te knipperen en het
REC-lampje op de zoeker gaat branden.
• Wilt u tijdens het opnemen een pauze inlassen,
druk dan nogmaals op de start/stop-toets.
Nadat u klaar bent met opnemen
1. Draai het instelwiel naar OFF.
2. Breng de lensdop weer aan op zijn plaats.
3. Verwijder de cassette.
4. Verwijder de stroombron.
Wacht totdat de bandteller volledig is gestopt voordat u met opnemen begint.
Als u de cassette niet verwijdert, kunt u de volgende scène opnemen zonder dat er tussen de
opnamen ruis of lege gedeelten worden geproduceerd. Dit is ook het geval wanneer u de
camcorder uitzet.
e
q
w
31
Ne
Opnemen
Opnemen in een lage hoek
De draaghendel is uitgerust met een tweede set
opname- en zoomregelaars, ideaal voor
het opnemen in een lage hoek. Schuif de grendel
naar rechts om te voorkomen dat de regelaars
ongewild worden geactiveerd.
Stroombesparingsfuncties
STANDBY-toets
Door in de opnamepauzestand of VCR STOP-stand langer dan 1 seconde op de STANDBY-toets te
drukken, wordt de stroombesparingsstand geactiveerd (het bericht "ENTERING POWER STANDBY”
verschijnt). Hierdoor wordt de stroomtoevoer naar de camera en VCR-gedeelten uitgeschakeld terwijl
de camera-instellingen behouden blijven. De camcorder behoudt de instellingen voor
belichtingsvergrendeling, kleurenbalken en filmkorrel. Druk opnieuw op de STANDBY-toets om de
camcorder weer aan te zetten.
Stroombesparingsfunctie
In de opnamepauzestand wordt na 5 minuten door de camcorder de stroombesparingsfunctie
geactiveerd om de band en videokoppen beschermen. U kunt ervoor kiezen om de camcorder uit te
schakelen (SHUT OFF) of het VCR-gedeelte uit te zetten terwijl de camera ingeschakeld blijft (VCR
STOP). In de VCR STOP-stand behoudt de camcorder de camera-instellingen zoals diafragma en
sluitertijd, zodat u het cameragedeelte kunt aanpassen zonder dat u zorgen hoeft te maken over de
automatische uitschakeling. De VCR STOP-functie kan ook worden toegewezen aan een
voorkeuzetoets ( 70).
Open het menu en selecteer [VCR SETUP]. Selecteer [POWER SAVE], selecteer een
instellingsoptie en sluit het menu.
Wanneer de camera ingesteld is op [SHUT OFF]: Om de camcorder in te schakelen, drukt u op de
STANDBY-toets of draai het instelwiel naar OFF en dan terug naar een opnameprogramma.
Wanneer de camera ingesteld is op [VCR STOP]: Om met opnemen te starten drukt u op de
start/stop-toets. Om naar de opnamepauzestand te gaan, gebruikt u de voorkeuzetoets ( 70).
VCR SETUP POWER SAVE•••SHUT OFF
( 24)
Start/stop-
toets
Grendel
(LOCK)
Zoomregelaar
32
Camera-informatie op het scherm tijdens het opnemen
t Herinnering opnameduur
r Wanneer "j" knippert
q Tijdcode
w Resterende opnameduur
e Resterende batterijcapaciteit
De camcorder telt van 1 tot 10 seconden wanneer
u begint op te nemen. Dit komt van pas om scènes
te vermijden die te kort zijn.
Geeft de opnametijd aan in uren, minuten,
seconden en beeldjes ( 44).
Geeft in minuten de resterende opnameduur aan. “b
END” knippert wanneer de band het einde bereikt.
•Wanneer de resterende opnameduur minder is dan
15 seconden, is het mogelijk dat de resterende
opnameduur niet meer wordt weergegeven.
Het is mogelijk dat niet precies wordt weergegeven
hoeveel tijd nog resteert. Dit hangt af van het
cassettetype dat u gebruikt.
j” knippert in een rode kleur wanneer de
lithium-knoopbatterij niet geplaatst is, of wanneer
deze moet worden vervangen.
Het accusymbool geeft aan in hoeverre de accu
nog opgeladen is.
k begint in rood te knipperen wanneer de accu
leeg is.
Als u een lege accu aansluit, wordt de camera
mogelijk uitgeschakeld zonder dat “k” wordt
weergegeven.
Het is mogelijk dat niet precies aangegeven wordt in
hoeverre de accu nog opgeladen is. Dit kan
afhangen van de omstandigheden waaronder de
accu en camcorder worden gebruikt.
y Middelste markering
Gebruik de middelste markering om onderwerpen
nauwkeurig uit te kaderen ( 33).
i Opnamelampje (REC)
Gaat branden tijdens het opnemen.
Het opnamelampje begint te knipperen wanneer de
resterende opnameduur van de band minder dan 5
minuten bedraagt (dit lampje gaat niet knipperen
wanneer de informatie met betrekking tot de
resterende opnameduur van de band niet op het
scherm wordt weergegeven)
o Versterkingslampje (GAIN)
Gaat branden wanneer de AGC (automatische
versterkingsregeling) wordt ingesteld op –3 dB of
+3 dB of hoger.
u Sluiter-lampje (SHUTTER)
Gaat branden wanneer van de hieronder
genoemde standaardinstelling wordt afgeweken:
50i 1/50 seconde
25p 1/25 seconde
U kunt kiezen hoeveel informatie u op het display wilt weergeven en heeft hierbij de keus uit een
volledige of gedeeltelijke weergave, of helemaal geen weergave.
De instelling verandert telkens wanneer u de EVF DISPLAY-toets indrukt.
* Wanneer [GUIDE INFO] op [D/T DISPLAY] ingesteld is.
De middelste markering weergeven
Gebruik de middelste markering om onderwerpen nauwkeurig uit te kaderen.
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [CENTER MARK], stel dit in op
[ON] en sluit het menu.
Normale weergave
Indicator audioniveau, middelste markering, opnameprogramma, belichtingsvergrendeling, ND-filter,
voorkeuze-instelling, sluitertijd, diafragma, AE SHIFT, versterking, witbalans, huiddetail,
waarschuwing, datum/tijd*
Datum/tijd*
Geen camera-informatie
////
33
Ne
Opnemen
CENTER MARK••OFFDISPLAY SETUP/
( 24)
34
Opnamen bekijken en zoeken tijdens het opnemen
Opname bekijken
In de opnamepauzestand kunt u met deze functie de laatste paar seconden van uw opname bekijken
om te controleren of deze goed opgenomen is.
Druk op de c toets "opname bekijken" en laat deze los.
De camcorder spoelt de band terug, speelt de laatste paar seconden af en keert terug naar de
opnamepauzestand.
Opname zoeken
In de opnamepauzestand kunt u met deze functie de band (vooruit of achteruit) afspelen om het punt
te lokaliseren waar u met opnemen wilt beginnen.
Druk de plustoets (+) of mintoets (-) "opname zoeken" (REC SEARCH + of -) in en houd
deze ingedrukt om vooruit respectievelijk achteruit te zoeken.
Laat de toets los als u het punt bereikt waar u met opnemen wilt beginnen.
De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand.
Mintoets (-) "opname zoeken" (REC SEARCH -) /
v Toets "opname bekijken"
Plustoets (+) "opname zoeken" (REC SEARCH +)
35
Ne
Opnemen
Einde zoeken
U kunt deze functie gebruiken om het einde van de laatst opgenomen scène te lokaliseren.
Druk op de END SEARCH-toets.
"END SEARCH" verschijnt.
De camcorder spoelt de band terug/vooruit, speelt de laatste paar seconden van de opname af en zet de
band stil.
Als u nogmaals op de toets drukt, wordt het zoeken geannuleerd.
De functie "einde zoeken" kan niet worden gebruikt als u de cassette eenmaal heeft verwijderd.
De functie "einde zoeken" werkt mogelijk niet correct als er op de band een leeg gedeelte
aanwezig is.
Toets "einde zoeken" (END SEARCH)
36
Zoomen
U kunt de zoom instellen vanaf de zijhandgreep of de draaghendel. U kunt ook de zoomring op het
zoomobjectief of de zoomtoetsen op de draadloze afstandsbediening gebruiken.
Zet de zoomregelaar naar W om uit te zoomen (groothoek). Zet de regelaar naar T om in
te zoomen (telefoto).
Informatie over de variabele zoomsnelheden
Zoomregelaar op de zijhandgreep:
Wanneer de ZOOM SPEED-schakelaar op CONSTANT staat ingesteld, is de zoomsnelheid constant. U
kunt de zoomsnelheid echter met de bovengenoemde regelaar wijzigen (naast de zoomindicator geeft
een getal het niveau aan).
Wanneer de ZOOM SPEED-schakelaar op VARIABLE staat ingesteld, wordt de zoomsnelheid gekoppeld
aan hoe snel u de zoomregelaar verplaatst.
Zoomsnelheid met 20x L IS objectief (van groothoek tot telefoto):
CONSTANT: Niveau 1: ongeveer 60 seconden
Niveau 16: ongeveer 3,5 seconde
VARIABLE: Tot ongeveer 10 seconden
Zoomsnelheid is afhankelijk van het objectief.
Zoomregelaar op de draaghendel:
De zoomsnelheid kunt u kiezen uit laag, middelhoog en hoog.
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [ZOOM HANDLE], selecteer de
zoomsnelheid en sluit het menu.
Zoomregelaar
Zoomring
Zoomsnelheidsschakelaar (ZOOM SPEED)
Zoomtoetsen
CAMERA SETUP ZOOM HANDLE••MIDDLE
( 24)
37
Ne
Opnemen
Zoomring:
De zoomsnelheid is gekoppeld aan de snelheid waarmee u de zoomring verdraait.
Zoomtoetsen op de draadloze afstandsbediening:
De zoomsnelheid is constant en kan niet worden gewijzigd.
Zoomvoorkeuze (bij objectieven die zijn uitgerust met de
zoomvoorkeuzefunctie)
Met deze functie kan elke zoominstelling worden onthouden en kunt u onmiddellijk hiernaar
teruggaan.
De zoomvoorkeuze instellen
1. Zet de POSITION PRESET-schakelaar op ZOOM.
2. Zet de POSITION PRESET ON/SET schakelaar op SET.
De zoomvoorkeuze-instelling verschijnt in geel op de zoomindicator.
Terugkeren naar de zoomvoorkeuze-instelling
Zet de POSITION PRESET ON/SET-schakelaar op ON.
De camcorder keert vervolgens terug naar de zoomvoorkeuze-instelling.
De voorkeuze-instelling wordt geannuleerd wanneer u de optionele Extender XL 1.6× aansluit of
een objectief monteert met een andere vergroting.
De camcorder gebruikt de zoomsnelheid van de instelling CONSTANT wanneer u terugkeert naar
de zoomvoorkeuze-instelling.
Schakelaar "zoomvoorkeuze
inschakelen/instellen"
(POSITION PRESET ON/SET)
Zoomvoorkeuzeschakelaar
(POSITION PRESET)
38
Scherp stellen
Autofocus (bij objectieven die zijn uitgerust met de autofocus-functie)
Autofocus wordt ingesteld wanneer de scherpstellingskiezer op het objectief op AF wordt gezet. De
camcorder gebruikt het TTL-autofocussysteem met een scherpstelbereik van 2 cm (bij groothoek vanaf
de voorzijde van de lenscilinder) tot
. De camcorder stelt scherp op het onderwerp in het midden van
het scherm.
Scherpstelling tijdelijk negeren
Draai tijdens autofocus aan de scherpstelring om handmatig scherp te stellen.
Autofocus wordt weer hervat zodra u de scherpstelring loslaat.
Wanneer u opneemt onder heldere omstandigheden, wordt door de camcorder een kleine
diafragmawaarde gekozen en kan het beeld enigszins wazig worden. Dit kan sterker zijn bij
groothoekopnamen. Gebruikt u een objectief met ingebouwd ND-filter, zet dit dan aan/uit al
naargelang wat op het scherm wordt weergegeven ( 41).
Wanneer u opneemt onder donkere omstandigheden, wordt het scherpstelbereik versmald en kan
het beeld enigszins wazig worden.
In de 25p-stand duurt autofocus langer dan in de 50i-stand.
Autofocus werkt mogelijk niet goed met de volgende onderwerpen. Stel in een dergelijk geval
handmatig scherp.
- Reflecterende oppervlakken
- Onderwerpen met weinig contrast of zonder verticale lijnen
- Snel bewegende objecten
- Via vuile of natte ramen
- Nachtopnamen
Scherpstelring
Scherpstellingskiezer
e AF-schakelaar
39
Ne
Opnemen
Handmatige scherpstelling
1. Objectieven die zijn uitgerust met de autofocus-functie: Schuif de scherpstellingskiezer
op het objectief naar M.
2. Zoom naar telefoto.
3. Draai aan de scherpstelring om scherp te stellen.
4. Activeer de zoom om het onderwerp opnieuw uit te kaderen.
Als u handmatig scherp stelt en vervolgens de camcorder ingeschakeld achterlaat, is het mogelijk dat u de
scherpstelling verliest. Deze mogelijke kleine verschuiving van de scherpstelling is te wijten aan een
stijging van de temperatuur in het binnenste van de camcorder en het objectief. Controleer daarom eerst
de scherpstelling voordat u weer opnamen gaat maken.
Tijdelijke autofocus
Duw op het objectief de e AF-schakelaar in de richting van AF en houd deze vast.
Autofocus blijft geactiveerd zolang u de e AF-schakelaar vasthoudt.
Wanneer u de e AF-schakelaar gebruikt, zorg er dan voor dat de POSITION PRESET-schakelaar op
OFF staat.
Scherpstellingskiezer
e AF-schakelaar/
Schakelaar "zoomvoorkeuze
inschakelen/instellen"
(POSITION PRESET ON/SET)
40
Scherpstellingsvoorkeuze (bij objectieven die zijn uitgerust met de
scherpstellingsvoorkeuzefunctie)
Met deze functie kan elke instelling van de scherpstelling worden onthouden en kunt u onmiddellijk
hiernaar teruggaan. U kunt ook de snelheid selecteren waarmee de camcorder terugkeert naar de
voorkeuze-instelling van de scherpstelling.
De voorkeuze voor de scherpstelling instellen
1. Zet de scherpstellingskiezer op M.
"MF" verschijnt.
2. Zet de POSITION PRESET-schakelaar op FOCUS.
3. Draai aan de scherpstelring om scherp te stellen.
4. Zet de POSITION PRESET ON/SET schakelaar op SET.
“MF” en de snelheid van de scherpstellingsvoorkeuze verschijnen in een gele kleur.
De snelheid van de scherpstellingsvoorkeuze instellen
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [F SPEED PSET], selecteer een
instellingsoptie en sluit het menu.
De geselecteerde snelheid verschijnt naast “MF”.
Terugkeren naar de instelling van de scherpstellingsvoorkeuze
Zet de POSITION PRESET ON/SET-schakelaar op ON.
De camcorder keert vervolgens terug naar de voorkeuze-instelling van de scherpstelling..
De voorkeuze-instelling wordt teruggezet en op OFF ingesteld wanneer u de camcorder uitschakelt
of het objectief verwijdert.
CAMERA SETUP F SPEED PSET•HIGH
( 24)
41
Ne
Opnemen
Wanneer u opneemt onder heldere omstandigheden, wordt door de camcorder een kleine
diafragmawaarde gekozen en kan het beeld enigszins wazig worden. Gebruikt u een objectief met
ingebouwd ND-filter, zet dit dan aan/uit al naargelang wat op het scherm wordt weergegeven.
Bij gebruik van het 20× L IS objectief: Druk op de ontgrendelingstoets van het ND-filter en
draai aan de bedieningsring van het ND-filter.
Als de camcorder ingesteld is op het programma Gemakkelijk opnemen of Automatisch, verschijnt de
volgende informatie op het scherm:
* Als u geen extern ND-filter ter beschikking heeft, gebruik dan de Tv-stand en kies een hoge sluitertijd, of
gebruik de Av-stand en kies een kleine diafragmawaarde.
Door het ND-filter aan of uit te zetten, wordt de diafragmawaarde gewijzigd. Wijzig voor zover
nodig in de Av-stand de diafragmawaarde.
Afhankelijk van de scène kan de kleur een wijziging ondergaan als het ND-filter wordt in- of
uitgeschakeld. In een dergelijk geval kan het effectief zijn om een aangepaste witbalans in te
stellen.
Het ND-filter gebruiken (bij objectieven met
ingebouwd ND-filter)
Weergave op het scherm Wat het betekent Wat u moet doen
Geen weergave ND-filter is niet geactiveerd -
”ND“ weergegeven ND-filter is geactiveerd -
”ND “ knippert ND-filter vereist Schakel het ND-filter in
ND ” “ knippert Objectieven met ND-filter aan/uit: Extern Selecteer een ingebouwd ND-filter met hogere
ND-filter vereist densiteit
Objectieven met instelbare densiteit of sluit een extern ND-filter aan op het objectief*
van het ND-filter:
ND-filter met hogere densiteit of extern ND-filter
vereist
ND ” “ knippert Ingebouwd ND-filter niet vereist Schakel het ND-filter uit
Ontgrendelingstoets ND-filter
Bedieningsring ND-filter
42
Maak een keuze uit standaard 50i en 25p.
50i-stand
Maakt opname in 50 fps interlace mode, zelfde als TV-signalen.
25p-stand
Maakt opnamen in 25 fps progressive mode en voert
signalen uit die zijn omgezet in 50 fps interlace.
Zet de FRAME RATE-schakelaar in de gewenste stand.
De geselecteerde beeldfrequentie verschijnt.
De beeldfrequentie verandert niet wanneer u tijdens het opnemen de FRAME RATE-schakelaar
bedient. Wel wordt deze gewijzigd zodra u in de opnamepauzestand gaat.
De beeldfrequentie selecteren
A B C D E F G H IJ
aabbccddeeffgghh iijj
Beeldfrequentieschakelaar (FRAME RATE)
25p (camera)
50i (band)
43
Ne
Opnemen
De camcorder maakt gebruik van de volledige breedte van de CCD, waarbij de beeldkwaliteit blijft
behouden en een grotere horizontale beeldhoek wordt verkregen.
Zet de ASPECT RATIO-schakelaar op 16:9.
Het scherm verandert in het “letterbox”-formaat.
Als u op een normale TV een 16:9-opname afspeelt, verschijnt het beeld horizontaal
samengedrukt.
De hoogte/breedteverhouding verandert niet wanneer u tijdens het opnemen de ASPECT RATIO-
schakelaar bedient. Wel wordt deze gewijzigd zodra u in de opnamepauzestand gaat.
Opnemen in het 16:9 formaat
Hoogte/breedteverhoudingsschakelaar
(ASPECT RATIO)
44
De activeringsopties (RUN) instellen
U kunt voor de tijdcode kiezen uit de activeringsopties REC-RUN, REC-RUN PS. en FREE-RUN. Bij REC-
RUN wordt de tijdcode alleen tijdens het opnemen geactiveerd. Bij FREE RUN wordt de tijdcode
onafhankelijk van de bediening van de camcorder geactiveerd. Bij REC-RUN PS. en FREE RUN kunt u
het startpunt selecteren.
De normale instelling is REC-RUN. Selecteer FREE-RUN als u wilt opnemen met meerdere camcorders
die op dezelfde tijdcode zijn ingesteld.
1. Open het menu en selecteer [TIME CODE]. Selecteer [COUNT-UP] en stel dit in op [REC-
RUN], [REC-RUN PS.] of [FREE-RUN].
Als u [REC-RUN] heeft geselecteerd: Sluit het menu.
Als u [REC-RUN PS.] of [FREE-RUN] heeft geselecteerd: De opties voor instelling/terugstelling van het
startpunt verschijnen.
Als u [REC-RUN PS.] of [FREE-RUN] heeft geselecteerd:
2. Selecteer [SET].
Het uurdisplay knippert.
3. Draai aan de keuzeschijf om het uur te selecteren en druk op de keuzeschijf.
Het volgende gedeelte van het display begint te knipperen.
• Stel de minuten, seconden en beeldjes op dezelfde wijze in.
4. Sluit het menu.
Wanneer u FREE RUN selecteert, begint de tijdcode te lopen wanneer u in het midden van de
instelling de MENU-toets indrukt, of wanneer u de keuzeschijf indrukt nadat u de laatste cijfers
heeft ingesteld.
Om de tijdcode terug te stellen naar [00:00:00:00], selecteert u [RESET] bij stap 2.
Als u over bestaande scènes heen opnamen maakt: Wanneer bij het startpunt van de opname een
onderbreking van de tijdcode heeft plaatsgevonden, kan de tijdcode bij de start van de opname
onderbroken zijn.
Wanneer de ondersteuningsbatterij is geplaatst, blijft ook wanneer u de accu verwijdert de
tijdcode-activering FREE RUN doorlopen.
De tijdcode instellen
TIME CODE COUNT-UP•••••REC-RUN
( 24)
45
Ne
Opnemen
Het User Bit-display werkt op basis van het hexadecimale systeem dat uit een samenstel van acht cijfers
of letters bestaat. Er zijn zestien mogelijke karakters, de getallen 0 t/m 9 en de letters A t/m F.
Deze functie kan handig zijn voor het aanbrengen van labels op banden.
1. Open het menu en selecteer [VCR SETUP] en [USR BIT DATA].
De opties voor instelling/terugstelling van de User Bit verschijnen.
2. Selecteer [SET].
Het eerste gedeelte van het display knippert.
3. Draai aan de keuzeschijf om het getal/alfabet te selecteren en druk op de keuzeschijf.
Het volgende gedeelte van het display begint te knipperen.
Stel de rest van het display op dezelfde wijze in.
4. Sluit het menu.
Om de User Bit terug te stellen naar [00 00 00 00], selecteert u [CLEAR] bij stap 2.
De User Bit kan worden opgenomen wanneer u opnamen maakt met de camcorder of vanaf
analoge apparaten. De User Bit van uw camcorder kan niet worden opgenomen wanneer u
opnamen maakt vanaf digitale apparaten.
De User Bit weergeven
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [USR BIT DISP], stel dit in op
[ON] en sluit het menu.
De User Bit kan niet worden weergegeven tijdens de speciale afspeelstanden.
De User Bit instellen
VCR SETUP USR BIT DATA•SET
( 24)
DISPLAY SETUP/
USR BIT DISP•OFF
( 24)
46
U kunt de audiostand instellen op 16 bit of 12 bit. Bij 12 bit kunt u op twee kanalen opnemen, waarbij
twee kanalen vrij blijven zodat u daar later geluid aan kunt toevoegen (12bit CH ), of tegelijkertijd
op vier kanalen opnemen (12bit CH , ).
De bemonsteringsfrequentie bij 16 bit is 48 kHz en bij 12 bit is dat 32 kHz. De 16 bit-stand geeft een
hogere geluidskwaliteit.
Audio dubben kan met deze camcorder niet worden uitgevoerd.
16bit
12bit CH
De kanalen naast kanaal 1 en 2 worden niet
gebruikt.
12bit CH ,
De kanalen 1, 2, 3 en 4 worden tegelijkertijd
opgenomen.
De audiostand selecteren (16bit, 12bit CH , 12bit CH , )
Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [AUDIO MODE], selecteer een
instellingsoptie en sluit het menu.
3/41/21/2
3/4
1/2
1/2
3/41/2
1/2
Geluid opnemen
AUDIO SETUP AUDIO MODE•••16bit
( 24)
kanaal 1 kanaal 2 kanaal 1 kanaal 2
kanaal 1 kanaal 1
kanaal 2 kanaal 2
kanaal 1 kanaal 3 kanaal 1 kanaal 3
kanaal 2 kanaal 4 kanaal 2 kanaal 4
47
Ne
Opnemen
Opnemen op kanaal 1 en 2
Selecteer de audio-ingang. Kies hierbij tussen FRONT MIC (meegeleverde microfooneenheid), AUDIO1
(RCA-aansluitingen) of REAR (XLR-aansluitingen). Raadpleeg ook het audioblokschema ( 120).
Bij gebruik van de frontmicrofoon
Zet de INPUT SELECT-schakelaar op FRONT MIC.
Schakel desgewenst de microfoondemper (20 dB) in door de FRONT MIC ATT.-schakelaar op ATT. te zetten.
Bij aansluiting op de RCA-aansluitingen van AUDIO1
1. Sluit het apparaat aan op de RCA-aansluitingen van AUDIO1.
2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op AUDIO1.
Bij aansluiting op de XLR-aansluitingen
1. Sluit een microfoon aan op de XLR-aansluitingen.
Gebruikt u een microfoon met fantoomvoeding, zet de +48V-schakelaar dan op ON. Zorg ervoor dat u
eerst de microfoon aansluit voordat u de fantoomvoeding inschakelt. Houd de microfoon aangesloten
wanneer u de fantoomvoeding uitschakelt.
2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op REAR.
3. Zet de REC CH SELECT-schakelaar op CH1 of CH·CH2.
4. Schakel desgewenst de microfoondemper (20 dB) in door de FRONT MIC ATT.-
schakelaar op ATT. te zetten.
5. Voor 12dB versterking: Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [R-XLR
GAINUP], stel dit in op [12dB] en sluit het menu.
Ingangsaan
sluiting Stand van de REC CH SELECT-schakelaar Opgenomen kanaal
CH1/3 CH1 Kanaal 1
CH1·CH2 Kanaal 1+ Kanaal 2
CH2/4 CH1 Kanaal 2
CH1·CH2 – – –
48
Opnemen op kanaal 3 en 4
Selecteer de audio-ingang. Kies hierbij uit SHOE (optionele microfoonadapter MA-300), AUDIO2 (RCA-
aansluitingen) of REAR (XLR-aansluitingen). Raadpleeg ook het audioblokschema ( 120).
Zorg ervoor dat [AUDIO MODE] op [12bit CH , ] wordt ingesteld.
Bij aansluiting op de geavanceerde accessoireschoen
1. Sluit de optionele microfoonadapter MA-300 aan op de geavanceerde
accessoireschoen.
Met de MA-300 kunt u symmetrische microfoons aansluiten op alle 4 kanalen.
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de MA-300.
2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op SHOE.
Fantoomvoeding kan niet worden gebruikt met de MA-300.
MA-100 en MA-200 kunnen niet worden gebruikt.
Bij aansluiting op de RCA-aansluitingen van AUDIO2
1. Sluit het apparaat aan op de RCA-aansluitingen van AUDIO2.
2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op AUDIO2.
Bij aansluiting op de XLR-aansluitingen
1. Sluit een microfoon aan op de XLR-aansluitingen.
Gebruikt u een microfoon met fantoomvoeding, zet de +48V-schakelaar dan op ON. Zorg ervoor dat u
eerst de microfoon aansluit voordat u de fantoomvoeding inschakelt. Houd de microfoon aangesloten
wanneer u de fantoomvoeding uitschakelt.
2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op REAR.
3. Schakel desgewenst de microfoondemper (20 dB) in door de FRONT MIC ATT.-
schakelaar op ATT. te zetten.
4. Voor 12dB versterking: Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [R-XLR
GAINUP], stel dit in op [12dB] en sluit het menu.
Wanneer u een microfoon aansluit die geen fantoomvoeding ondersteunt, zorg er dan voor dat de
+48V-schakelaar op OFF staat. De microfoon kan anders beschadigd raken.
1/2 3/4
49
Ne
Opnemen
Het opnameniveau van de audio instellen
Op het scherm de indicator van het audioniveau verbergen/weergeven
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [AUDIO LEVEL], selecteer een
instellingsoptie en sluit het menu.
De indicator van het audioniveau kan ook met de voorkeuzetoets worden in- of uitgeschakeld ( 70).
Automatische audio-instellingen
Zet de REC LEVEL-schakelaar op A.
Handmatige audio-instellingen
1. Zet de REC LEVEL-schakelaar op M.
2. Als u op 4 kanalen opneemt, druk dan op de AUDIO MONITOR-toets en selecteer CH1/2
of CH3/4.
De instelling verandert telkens wanneer u op de toets drukt, in de volgorde CH1/2, CH3/4, CH1+3/2+4.
Selecteer CH1+3/2+4 niet wanneer u het niveau instelt.
3. Draai aan de betreffende CH1-, CH2-, CH3- of CH4-regelaar om het audioniveau in te
stellen.
Het verdient aanbeveling een hoofdtelefoon te gebruiken wanneer u het audioniveau instelt. Als
het ingangsniveau te hoog is, kan de audio vervormd raken, zelfs wanneer de indicator van het
audioniveau een juist niveau aangeeft.
U kunt het audiosignaal synchroniseren met het videosignaal door een gelijke hoeveelheid
vertraging aan de audio toe te voegen. Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer
[AUD. M. SET], stel dit in op [LINE OUT] en sluit het menu. Als u audio wilt regelen in real time,
selecteer dan [NORMAL]. In beide instellingen worden audio- en videosignalen gesynchroniseerd
op een band opgenomen.
AUDIO LEVEL••ON
DISPLAY SETUP/
( 24)
Wanneer u een microfoon aansluit die geen fantoomvoeding ondersteunt, zorg er dan voor dat de
+48V-schakelaar op OFF staat. De microfoon kan anders beschadigd raken.
CH1-, CH2-, CH3- en CH4-
regelaar
Audioregelingstoets
(AUDIO MONITOR)
Opnameniveauschakelaar
(REC LEVEL)
50
Beeldstabilisator (bij objectieven die zijn uitgerust met
een beeldstabilisator)
De beeldstabilisator kan worden uitgeschakeld.
Zet de STABILIZER ON/OFF-schakelaar op OFF.
De beeldstabilisator kan niet worden uitgeschakeld bij gebruik van het programma Gemakkelijk
opnemen.
De beeldstabilisator is zo ontworpen dat een normale mate van cameratrilling wordt
gecompenseerd.
De beeldstabilisator is mogelijk niet effectief als u een optionele Extender aansluit.
Het verdient aanbeveling de beeldstabilisator uit te schakelen als u de camcorder op een statief
plaatst.
Schakelaar "stabilisator
in/uitschakelen" (STABILIZER
ON/OFF)
51
Ne
Opnemen
Programma's met automatische belichting bieden automatische geavanceerde opnametechnieken
waarmee onder verschillende opnameomstandigheden een professioneel resultaat wordt bereikt.
AE-programma's selecteren
Druk op de toets en draai aan het
instelwiel.
Het symbool van het geselecteerde programma
verschijnt.
Wijzig de stand niet tijdens het opnemen, omdat hierdoor de helderheid van het beeld abrupt kan
veranderen.
Automatisch
Zoals met het programma Gemakkelijk opnemen worden door de camera
automatisch camera-instellingen verricht, zodat u alleen maar hoeft te richten
en op te nemen. Met het programma Automatisch kunt u de instellingen
echter ook handmatig verrichten.
Sluitertijdvoorkeuze ( 54)
Gebruik dit programma om de sluitertijd te selecteren. De camcorder kiest
automatisch een passende diafragma-instelling.
Diafragmavoorkeuze ( 55)
Gebruik dit programma om te kiezen uit 7 diafragma-instellingen - van f/1.6
tot f/11 (of tot volledig sluiten van het irisdiafragma) - en de camcorder kiest
automatisch een passend sluitertijd. Met dit programma kunt u de meeste
invloed uitoefenen op de scherptediepte.
AE-programma's gebruiken
Tv 2000Tv 2000
Instelwiel (POWER)
Av F2. 0Av F2. 0
52
Handmatig ( 56)
Met dit programma heeft u volledige creatieve vrijheid, omdat u alle
instellingen handmatig kunt verrichten. Met het programma Handmatig
beschikt u over belichtingsopties bij elke combinatie van sluitertijd en
diafragmawaarde.
Spotlight
Het programma Spotlight regelt automatisch de juiste belichting voor
opnames van beelden en/of onderwerpen die worden verlicht door een
spotlight of een andere geconcentreerde lichtbron.
Weinig licht
Met dit programma kunt u ook wanneer het lichtniveau afneemt doorgaan
met opnemen. Het programma Weinig licht selecteert langere sluitertijden
(50i: 1/6-1/49, 25p: 1/6-1/24) om een juiste belichting te produceren.
Bewegende onderwerpen kunnen een nabeeld met sporen achterlaten.
De beeldkwaliteit is mogelijk niet zo goed als bij andere programma's.
Op het scherm kunnen witte punten verschijnen.
Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet zo goed als bij andere programma's. In dat geval moet u
handmatig scherpstellen.
Gemakkelijk opnemen
De camcorder regelt automatisch de scherpstelling, sluitertijd, het diafragma,
de versterking, witbalans en AE SHIFT, waardoor u alleen maar hoeft te richten
en op te nemen. Met dit programma worden al deze functies en opties
vergrendeld, zodat ze niet te wijzigen en in te stellen zijn.
MANUAL
1
/
100
F2. 0
+
MANUAL
1
/
100
F2. 0
+
[
53
Ne
Opnemen
Welke functies in elk opnameprogramma beschikbaar zijn.
Opnameprogramma's
EXP. LOCK-toets
IRIS-regelaar
SHUTTER-toets
AE SHIFT-regelaar
GAIN-regelaar
WHITE BALANCE-regelaar
Voorkeuze-instellingen
CUSTOM PRESET SELECT-toets
CUSTOM PRESET ON/OFF-
toets
Huiddetail
Frequentieselectie van Clear
Scan
Clear Scan
Filmkorrel
i
i
i
i (0)
i(automatisch)
i(automatisch)
i
i
i
i
i
i
i
i *
1
i *
1
i
i
h
i *
1
h
h *
2
h *
3
h *
2
h
i *
1
i
i
h
h
h
h
h
h
h
i
h
h
i
h *
3
h
i
i
i
i
i (0 dB)
i
i
i
i
i
i (0)
i(automatisch)
i
i
h: Beschikbaar i: Niet beschikbaar
*1: Beschikbaar wanneer de belichting vergrendeld is.
*2: Niet beschikbaar wanneer de belichting vergrendeld is.
*3: Beschikbaar tijdens Clear Scan.
20× L IS, 16× IS II en 3× zoomobjectief
Opnameprogramma
Handmatige
scherpstelring
Zoomring
Beeldstabilisator*
ND-filter
Scherpstelstand
eAF-schakelaar/
PUSH AF-toets
Andere programma's dan
h
h
i (ingeschakeld) h
h
i (autofocus) h
ih
* Niet beschikbaar met het 3× zoomobjectief.
54
Beschikbare sluitertijden:
1/6, 1/12, 1/25, 1/50, 1/120, 1/250, 1/500, 1/1000, 1/2000, 1/4000, 1/8000, 1/16000, CS (Clear Scan)
1. Draai het instelwiel naar Tv.
2. Selecteer de sluitertijd met de SHUTTER-toets r of t.
Andere instellingen zoals diafragma worden automatisch ingesteld.
De sluitertijd verandert wanneer u de belichting vergrendelt en wijzigt.
Wanneer de versterking op automatisch is gezet, knippert op het scherm het getal van de
sluitertijd wanneer de geselecteerde sluitertijd voor de opnameomstandigheid te hoog of te laag
is. Stel in dat geval de sluitertijd opnieuw in. Als u een ND-filter gebruikt, schakel dit dan eerst uit
en stel daarna opnieuw de sluitertijd in.
De beeldkwaliteit kan enigszins achteruitgaan wanneer u een lange sluitertijd gebruikt.
Autofocus werkt mogelijk niet bij gebruik van lange sluitertijden.
Opnemen met sluitertijdvoorkeuze (Tv)
Instelwiel (POWER)
Sluitertoets (SHUTTER) r
Sluitertoets (SHUTTER) t
55
Ne
Opnemen
Opnemen met diafragmavoorkeuze (Av)
Beschikbare diafragmawaarden (met 20× L IS objectief):
F1.6, F2.0, F2.8, F4.0, F5.6, F8.0, F11, CLOSE
1. Draai het instelwiel naar Av.
2. Selecteer het diafragma met de IRIS-regelaar.
Andere instellingen zoals sluitertijd worden automatisch ingesteld.
Het diafragma verandert wanneer u de belichting vergrendelt en wijzigt.
Wanneer de versterking op automatisch is ingesteld, knippert op het scherm het diafragmagetal
wanneer het geselecteerde diafragma voor de opnameomstandigheid niet geschikt is. Stel in dat
geval het diafragma opnieuw in.
Wanneer het ingebouwde ND-filter van een objectief is geactiveerd, kan het beeld donker worden
wanneer u een hoog F-getal kiest. Schakel in dat geval eerst het ND-filter uit en stel opnieuw het
diafragma in.
Instelwiel (POWER)
IRIS-regelaar
56
U kunt de belichting instellen bij elke combinatie van sluitertijd en diafragma.
1. Draai het instelwiel naar M.
De belichtingsindicator verschijnt.
2. Selecteer het diafragma met de IRIS-regelaar.
3. Selecteer de sluitertijd met de SHUTTER-toets r of t.
Opnemen in de handmatige stand
Beschikbare instellingen
Sluitertijd 1/6, 1/12, 1/25, 1/50, 1/60, 1/75, 1/90, 1/100, 1/120, 1/150, 1/180, 1/210, 1/250,
1/300, 1/350, 1/400, 1/500, 1/600, 1/700, 1/800, 1/1000, 1/1200, 1/1400, 1/1600,
1/2000, 1/2400, 1/2800, 1/3200, 1/4000, 1/8000, 1/16000, CS (Clear Scan)
Diafragma F1.6, F1.8, F2.0, F2.2, F2.4, F2.6, F2.8, F3.2, F3.4, F3.7, F4.0, F4.4, F4.8, F5.2, F5.6,
(met 20× L IS objectief)
F6.2, F6.7, F7.3, F8.0, F8.7, F9.5, F10, F11, CLOSE
Instelwiel
(POWER)
IRIS-regelaar
Sluitertoets (SHUTTER) r
Sluitertoets (SHUTTER) t
57
Ne
Opnemen
De belichting instellen
Belichtingsvergrendeling
1. Draai het instelwiel naar n, Tv of Av.
2. Druk op de EXP. LOCK-toets
De belichtingsindicator verschijnt.
Het diafragma wijzigen na belichtingsvergrendeling
U kunt kiezen uit 23 diafragma-instellingen (met 20× L IS objectief). Het diafragma kan in stappen van
1/4 worden ingesteld. Op het scherm worden echter alleen de volgende getallen weergegeven: F1.6,
F2.0, F2.8, F4.0, F5.6, F8.0, F11, CLOSE.
Selecteer het diafragma met de IRIS-regelaar.
De sluitertijd wijzigen na belichtingsvergrendeling
U kunt kiezen uit 12 sluitertijden (met 20× L IS objectief).
Selecteer de sluitertijd met de SHUTTER-toets r of t.
De versterking wijzigen na belichtingsvergrendeling
U kunt kiezen uit 6 versterkingsniveaus.
1. Druk op de GAIN-regelaar zodat deze naar buiten springt.
2. Draai aan de GAIN-regelaar om het niveau in te stellen.
Het geselecteerde niveau verschijnt.
+18 dB is niet beschikbaar in de 25p-stand. Wanneer u +18 dB selecteert, wordt automatisch +12 dB
gekozen (“12dB” verschijnt in een gele kleur).
Sluitertoetsen
(SHUTTER) rt
Instelwiel
(POWER)
Belichtingsvergrendelings-
toets (EXP. LOCK)
IRIS-regelaar
Versterkingsregelaar
(GAIN)
58
U kunt de AE SHIFT-regelaar gebruiken om handmatig het automatische belichtingssysteem te negeren
om het beeld donkerder of lichter te maken. Maak een keuze uit 13 AE-niveaus (+2.0, +1.5, +1.0, +0.75,
+0.5, +0.25, ±0, -0.25, -0.5, -0.75, -1.0, -1.5, -2.0).
1. Draai het instelwiel naar n, Tv of Av.
2. Draai aan de AE SHIFT-regelaar om het niveau in te stellen.
Het geselecteerde niveau verschijnt.
AE SHIFT gebruiken
AE SHIFT-regelaar
Instelwiel (POWER)
59
Ne
Opnemen
De versterkinginstelling regelt de hoeveelheid videosignalen die worden gegenereerd, afhankelijk van
de verlichtings- en opnameomstandigheden. U kunt kiezen tussen automatische versterkingsregeling
en voorkeuzeniveaus die variëren van -3 tot +18 dB.
1. Draai het instelwiel naar n, Tv, Av of M.
2. Druk op de GAIN-regelaar zodat deze naar buiten springt.
3. Draai aan de GAIN-regelaar om het niveau in te stellen.
Het geselecteerde niveau verschijnt.
Als u een hoog versterkingsniveau kiest, kan er op het beeld ruis ontstaan.
De versterking instellen
-3 dB Voor opnamen met de minste ruis voor scènes binnenshuis, met weinig licht of
met weinig contrast.
Auto Automatische afstelling van de versterking.
0 dB Levensechte nachtscènes en scènes met kunstlicht.
+3 dB/+6 dB/ Verhoogt de helderheid bij scènes binnenshuis of met weinig licht.
Verhoogt de
scherptediepte
.
+12 dB/+18 dB*
* +18 dB is niet beschikbaar in de 25p-stand. Wanneer u +18 dB selecteert, wordt automatisch +12 dB gekozen
(“12dB” verschijnt in een gele kleur).
Instelwiel (POWER)
Versterkingsregelaar (GAIN)
60
De witbalans instellen
De camcorder maakt gebruik van een elektronisch witbalansproces om het beeld te kalibreren voor
een nauwkeurige kleurweergave onder verschillende verlichtingsomstandigheden (d.w.z. zonlicht
versus licht van gloeilampen binnenshuis).
De automatische witbalans kan worden ingesteld in een volledig automatische stand, een stand voor
binnenshuis en een stand voor buitenshuis. Bovendien kunt u de witbalans ook handmatig instellen en
drie handmatige instellingen opslaan die steeds kunnen worden gebruikt voor afzonderlijke opnamen.
Een automatische witbalansinstelling selecteren
1. Druk op de WHITE BALANCE-regelaar zodat deze naar buiten springt.
2. Stel de WHITE BALANCE-regelaar in op A, U of
T
.
Auto Automatische instelling van de witbalans.
U
(Buitenshuis) Helder zonlicht - 5600ºKB
T
(Binnenshuis) Licht van gloeilampen - 3200ºK
Voorkeuze 1, 2, 3 Handmatige witbalansinstelling die variabel is tussen 3200 en 5600ºK.
Witbalansregelaar
(WHITE BALANCE)
Zoomregelaar
Zoomring
Instelwiel (POWER)
Witbalanstoets
(WHITE BALANCE) W
Wit vel papier
61
Ne
Opnemen
Een witbalans handmatig instellen
1. Druk op de WHITE BALANCE-regelaar zodat deze naar buiten springt.
2. Stel de WHITE BALANCE-regelaar in op 1, 2 of 3.
3. Richt de camcorder op een wit object en zoom in totdat het gehele beeld door het
object wordt gevuld.
Houd de camcorder ingezoomd op het witte object totdat stap 4 voltooid is.
4. Druk op de WHITE BALANCE W toets.
W“ knippert en stopt met knipperen wanneer de instelling is voltooid.
De camcorder onthoudt de handmatig ingestelde witbalans ook als u de camcorder uitzet.
Wanneer u een witbalans handmatig heeft ingesteld:
- Al naargelang de lichtbron blijft "W" mogelijk knipperen. Toch zal het resultaat beter zijn dan
met de automatische instelling.
-Wanneer u het ingebouwde ND-filter van het objectief heeft in- of uitgeschakeld, stel de
witbalans dan handmatig opnieuw in.
Een handmatig ingestelde witbalans geeft mogelijk een beter resultaat onder de volgende
omstandigheden:
- Bij veranderende lichtomstandigheden
- Close-ups
- Onderwerpen met één kleur (lucht, zee of bos)
- Bij verlichting met kwiklampen of bepaalde typen TL-verlichting
Opnemen met een eerder ingestelde aangepaste witbalans
1. Draai het instelwiel naar een ander opnameprogramma dan [.
2. Draai aan de WHITE BALANCE-regelaar om een eerder ingesteld nummer te selecteren.
De eerder ingestelde aangepaste witbalans wordt nu geactiveerd.
De voorkeuze-instellingen [R GAIN], [G GAIN] en [B GAIN] ( 65) zullen de witbalansinstelling
negeren die met bovengenoemde procedure is ingesteld.
62
Het zebrapatroon gebruiken
Deze camcorder is uitgerust met een zebrapatroonfunctie die zwarte en witte diagonale strepen toont
in het gebied dat overbelicht is. Het zebrapatroon wordt alleen op het scherm weergegeven. Gebruik
deze functie als richtlijn bij de instelling van het diafragma en de sluitertijd. Beschikbare
zebrapatrooninstellingen: 80 IRE, 85 IRE, 90 IRE, 95 IRE en 100 IRE.
Het niveau van het zebrapatroon selecteren
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [ZEBRA LEVEL], selecteer een
instellingsoptie en sluit het menu.
Het zebrapatroon activeren
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [ZEBRA], stel dit in op [ON] en
sluit het menu.
CAMERA SETUP ZEBRA LEVEL••90
( 24)
CAMERA SETUP ZEBRA••••••••OFF
( 24)
MENU-toets
Keuzeschijf (SET)
Instelwiel (POWER)
63
Ne
Opnemen
U kunt met de instellingen voor tint, chroma, gebied en Y-niveau het huidgebied definiëren en de
details verzachten om imperfecties van de huid te verminderen. Er verschijnt een zebrapatroon dat het
huidgebied definieert, afgewisseld door het normale beeld (op een aangesloten TV- of
computerscherm verschijnt een wit patroon).
De huiddetailfunctie activeren
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP] en [SKIN D.SET]. Selecteer [SKIN DETAIL],
stel dit in op [HIGH], [MIDDLE] of [LOW] en sluit het menu.
"" verschijnt.
Het huidgebied definiëren
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP] en [SKIN D.SET]. Selecteer [HUE],
[CHROMA], [AREA] of [Y LEVEL], stel de niveaus in en sluit het menu.
HUE: Stel de tint in voor definiëring van het huidgebied. Een instelling naar [R] definieert een roodachtige
huidkleur en naar [G] een groenachtige huidkleur.
CHROMA: Stel de verzadiging in voor definiëring van het huidgebied. Een instelling naar [R] definieert een
helderder huidkleur en naar [G] een lichtere huidkleur.
AREA: Stel het kleurbereik in voor definiëring van het huidgebied. Een instelling naar [+] definieert een
breed kleurbereik en naar [-] een smal kleurbereik.
•Y LEVEL: Stel de helderheid in voor definiëring van het huidgebied. Een instelling naar [+] definieert een
helderder huidkleur en naar [-] een donkerder huidkleur.
U kunt geen opnamen maken op de band als u het huidgebied definieert.
De huiddetailfunctie gebruiken
CAMERA SETUP SKIN D.SET SKIN DETAIL••OFF
( 24)
CAMERA SETUP SKIN D.SET HUE••••••••••G R
CHROMA•••••••
+
-
+
-
+
-
AREA•••••••••
Y LEVEL••••••
( 24)
64
Voorkeuze-instellingen gebruiken
U kunt drie voorkeuze-registraties instellen voor de volgende 15 camerafuncties: gamma curve, knee,
black stretch/press, colour matrix, colour gain, colour phase, R gain, G gain, B gain, V detail, sharpness,
coring, setup level, master pedestal en NR.
U kunt ook voorkeuze-instellingen importeren uit een andere XL2 en deze opslaan in uw camcorder.
Gamma Curve
Kies tussen een standaard gammacurve ([NORMAL])
en cinema-achtige gammacurve ([CINE]).
Knee Point
Stel het dynamisch bereik (knee point) af in het
geaccentueerde gebied van het beeld om
overbelichting te voorkomen. U kunt kiezen uit
[HIGH], [MIDDLE] of [LOW].
Black Stretch/Black Press
Stel het dynamisch bereik af in het zwarte gebied
van het beeld. U kunt kiezen uit [STRETCH],
[MIDDLE] of [PRESS]. [STRETCH] benadrukt contrast
in het donkere gebied, terwijl [PRESS] de zwartheid
versterkt of verdiept.
Colour Matrix
Kies uit twee kleurenmatrix-instellingen: [NORMAL] en [CINE]. Als u gamma en colour matrix op [CINE]
instelt, worden cinema-achtige kleuren geproduceerd.
Colour Gain
Stel de verzadiging van de kleur in tussen uitgeschakeld (-) en oververzadigd (+).
Output
Input
Uitbeelding van de instelling
[NORMAL]
[CINE]
Output
Input
Uitbeelding van de instelling
[HIGH]
[MIDDLE]
[MIDDLE]
[PRESS]
[STRETCH]
[LOW]
KNEE
BLACK
65
Ne
Opnemen
Colour Phase
Stel af naar [G] om meer groen aan het beeld toe te voegen en naar [R] voor meer rood.
R GAIN
Stel af naar [-] voor een witbalans naar cyaan en naar [+] voor een witbalans naar rood.
G GAIN
Stel af naar [-] voor een witbalans naar magenta en naar [+] voor een witbalans naar groen.
B GAIN
Stel af naar [-] voor een witbalans naar geel en naar [+] voor een witbalans naar blauw.
Vertical Detail
Stel de verticale detailfrequentie af voor opnamen in de 25p-stand. Kies tussen [NORMAL] en [LOW].
•Wanneer u een opname afspeelt op een interlaced TV terwijl [V DETAIL] op [NORMAL] is
ingesteld, kunnen horizontale lijnen gaan flikkeren.
Selecteer [NORMAL] als u opnamen non-interlaced wilt afspelen of bewerken op een computer,
of wanneer u opnamen wilt kopiëren naar een DVD.
De beeldresolutie verandert niet in de 50i-stand.
•Wanneer u een voorkeuze-instelling selecteert terwijl in de 50i-stand de optie [V DETAIL] op
[LOW] staat ingesteld, dan verschijnt “CP” in een gele kleur.
SHARPNESS
Stel de mate van scherpte in het beeld af. Stel af naar [-] voor een zachter beeld en naar [+] voor een
scherper beeld. Wanneer u afstelt naar de [+] zijde, kan de ruis toenemen.
CORING
Stel het detailniveau van de ruis in. Stel af naar [-] om ruis toe te voegen en naar [+] om ruis te
verminderen.
SETUP LEVEL
Stel het zwartniveau van het videosignaal in. Stel af naar [-] om het beeld donkerder te maken en naar
[+] om het schaduwgebied helderder te maken.
Master Pedestal
Stel het niveau van master pedestal af. Stel af naar [-] om donkere gebieden donkerder te maken en
het contrast te verhogen en naar [+] om donkere gebieden lichter te maken en het contrast te
verlagen.
Ruisreductie (NR)
Selecteer het variabele bereik van de ruisreductie. Kies hierbij uit [OFF], [HIGH], [MIDDLE] of
[LOW]. Bij [HIGH], [MIDDLE] en [LOW] wordt de ruisreductie afgesteld in overeenstemming met
de versterking. Selecteer [HIGH] voor een maximaal variabel bereik.
Wanneer [HIGH] wordt gekozen, kunnen onderwerpen een nabeeld met sporen achterlaten.
Bij een lage, op de versterking gebaseerde ruis is het ruisreductie-effect mogelijk niet
waarneembaar.
66
Voorkeuzes instellen
1. Open het menu en selecteer [CUSTOM PRESET].
2. Selecteer [PRESET SETUP].
De voorkeuze-onderdelen verschijnen.
3. Selecteer [SEL PRESET] en selecteer het voorkeuzebestand dat u wilt wijzigen.
4. Selecteer de voorkeuze-onderdelen, selecteer de instelopties en sluit het menu.
Het voorkeuzemenu bestaat uit 5 pagina's. De onderdelen [SEL PRESET] en [ /CLEAR] kunnen op
elke pagina worden geselecteerd.
Wanneer u een beveiligde instelling probeert te wijzigen, begint ” “ te knipperen.
Een voorkeuzebestand beveiligen
Open het menu en selecteer [CUSTOM PRESET], gevolgd door [PRESET SETUP]. Selecteer
[ /CLEAR], stel dit in op [PROTECT ] en sluit het menu.
Om de beveiliging op te heffen, selecteer u opnieuw de optie [PROTECT ].
Een voorkeuzebestand resetten
1. Open het menu en selecteer [CUSTOM PRESET], gevolgd door [PRESET SETUP].
2. Selecteer [ /CLEAR] en stel dit in op [CLEAR].
Er verschijnt een bevestigingsbericht.
3. Selecteer [YES] en sluit het menu.
Een beveiligd voorkeuzebestand kan niet worden gereset.
CUSTOM PRESET PRESET SETUP SEL PRESET
( 24)
MENU-toets
Keuzeschijf (SET)
Toets "voorkeuze in/uitschakelen"
(CUSTOM PRESET ON/OFF)
Toets "voorkeuze selecteren"
(CUSTOM PRESET SELECT)
67
Ne
Opnemen
Voorkeuze-instellingen activeren
1. Druk op de CUSTOM PRESET SELECT-toets.
De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt, in de volgorde “CP1”, “CP2”, “CP3” en
“CP|”.
Als u de voorkeuze-instelling niet gebruikt, stel de camcorder dan in op “CP|”.
2. Druk op de CUSTOM PRESET ON/OFF-toets.
De instelling is nu geactiveerd.
Een voorkeuze-instelling importeren uit een andere XL2
U kunt een voorkeuze-instelling importeren uit een andere XL2 en deze opslaan in uw camcorder.
Gebruik de optionele DV-kabel CV-150F (4 pennen–4 pennen).
Voorbereidingen
1. Sluit de camcorders op elkaar aan met een DV-kabel.
2. XL2 waaruit u de instelling wilt importeren: Draai het instelwiel naar EXT. CONT.
XL2 waarnaar u de instelling wilt importeren: Draai het instelwiel naar een ander
opnameprogramma dan [.
DV-kabel (optioneel)
Signaalstroom
Instelwiel (POWER)
Keuzeschijf (SET)
MENU-toets
68
Importeren (Bediening op de XL2 waarnaar u de instelling importeert)
1. Open het menu en selecteer [CUSTOM PRESET], gevolgd door [READ PRESET].
Het menu IMPORT PRES. verschijnt.
2. Selecteer [SEL PRESET] en stel dit in op het voorkeuzebestand dat u wilt importeren.
3. Selecteer [SEL POSITION].
Het menu SEL POSITION verschijnt.
4. Selecteer [SEL PRESET] en stel dit in op het voorkeuzebestand dat u wilt overschrijven.
5. Selecteer [OVERWRITE].
Er verschijnt een bevestigingsbericht.
6. Selecteer [YES].
Het voorkeuzebestand wordt vervolgens geïmporteerd.
Let erop dat de beveiliging is geannuleerd wanneer u een voorkeuze-instelling opslaat.
U kunt de voorkeuze-instellingen van de aangesloten XL2 bekijken maar niet wijzigen.
[READ PRESET] kan alleen worden geselecteerd wanneer een andere XL2 aangesloten is.
69
Ne
Opnemen
Met deze functie kunt u CRT-computerschermen of andere apparaten opnemen zonder dat op het
scherm een zwarte band of flikkering verschijnt. U kunt de frequentie instellen tussen 50.0 Hz en
200.7 Hz.
1. Draai het instelwiel naar Tv of M.
2. Druk op de sluitertoets (SHUTTER) r om “CS” weer te geven.
3. Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [CLEAR SCAN], stel de
frequentie in en sluit het menu.
Selecteer een frequentie waarmee de zwarte band niet verschijnt.
Clear Scan gebruiken voor het opnemen van
computerschermen
CAMERA SETUP CLEAR SCAN•••50.0Hz
( 24)
Instelwiel (POWER)
Sluitertoets (SHUTTER) r
70
Voorkeuzetoetsen gebruiken
Aan de voorkeuzetoetsen (CUSTOM KEYS) kunt u vaak gebruikte functies toewijzen (afzonderlijk voor
de opnamestand en VCR-stand).
De volgende functies kunnen aan de voorkeuzetoetsen worden toegewezen:
* Functie die alleen met de voorkeuzetoetsen kan worden geactiveerd.
De huidige instellingen van de voorkeuzetoetsen controleert u als volgt:
In de opnamestand: Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [GUIDE INFO], stel
dit in op [CUSTOM KEYS] en sluit het menu.
In de VCR-stand: Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [CUSTOM KEYS], stel
dit in op [ON] en sluit het menu.
Stand CAMERA
Tijdcode
Indexering
Zebrapatroon
VCR STOP*
TV-scherm
Zoomsnelheid draaghendel
Indicator audioniveau
VCR-stand
Tijdcode
TV-scherm
Datacodering
Indicator audioniveau
Standaardinstellingen:
Opnamestand VCR-stand
CUSTOM KEY 1 TIME CODE TV SCREEN
CUSTOM KEY 2 INDEX WRITE DATA CODE
71
Ne
Opnemen
De instelling van de voorkeuzetoetsen wijzigen
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [CUSTOM KEY 1] of [CUSTOM KEY 2],
selecteer de functie die u aan de voorkeuzetoets wilt toewijzen en sluit het menu.
Wanneer u de voorkeuzetoetsen niet wilt gebruiken, selecteert u [(NONE)].
De functies activeren met de voorkeuzetoetsen
Tijdcode ( 44)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
Het instelmenu van de tijdcode verschijnt.
Indexering
Aan uw opname kunt u een indexsignaal toevoegen om de opname in de VCR-stand gemakkelijk op
te kunnen zoeken.
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
Het indexsignaal wordt ongeveer 6 seconden lang opgenomen.
•Wanneer de camcorder in de opnamepauzestand staat, wordt het indexsignaal geregistreerd wanneer u de
opname start.
Een indexsignaal kan niet later worden toegevoegd of gewist.
Indexering kan niet worden gebruikt tijdens een opname met de intervaltimer.
Zebrapatroon ( 62)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
Het zebrapatroon wordt nu geactiveerd. Druk nogmaals op de toets om het zebrapatroon te deactiveren.
SYSTEM CUSTOM KEY 1•INDEX WRITE
( 24)
72
VCR STOP ( 31)
In de VCR STOP-stand behoudt de camcorder de camera-instellingen zoals diafragma en sluitertijd,
zodat u het cameragedeelte kunt aanpassen zonder dat u zorgen hoeft te maken over de
automatische uitschakeling.
VCR STOP kan alleen worden geactiveerd met de voorkeuzetoetsen.
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
De VCR STOP-stand wordt nu geactiveerd. Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar de
opnamepauzestand.
TV-scherm ( 102)
U kunt het camcorderdisplay weergeven op een aangesloten TV.
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
Zoomsnelheid draaghendel ( 36)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
Het menu ZOOM HANDLE verschijnt. Selecteer een insteloptie met de keuzeschijf.
Indicator audioniveau ( 49)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
De indicator van het audioniveau verschijnt. Druk nogmaals op de toets om de indicator te verbergen.
Datacodering ( 90)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
De datacodering verschijnt. Druk nogmaals op de toets om de datacodering te verbergen.
73
Ne
Opnemen
1. Druk op de F.GRAIN SELECT-toets om “FILM GRAIN” weer te geven.
De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt. “FILM GRAIN” knippert.
2. Druk op de F.GRAIN ON/OFF-toets.
“FILM GRAIN” stopt met knipperen en het filmkorreleffect wordt geactiveerd. Druk nogmaals op de toets
om het effect te deactiveren.
Het korreleffect gebruiken
Aan/uit-toets korrel (F.GRAIN ON/OFF)
Keuzetoets korrel (F. GRAIN SELECT)
74
Kleurenbalken/audioreferentiesignaal opnemen
Kleurenbalken
U kunt EBU-balken (European Broadcast Union) genereren en opnemen.
1. Druk op de BARS SELECT-toets om “COLOR BARS” weer te geven.
De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt. “COLOR BARS” knippert.
2. Druk op de BARS ON/OFF-toets.
“COLOR BARS” stopt met knipperen en de kleurenbalken verschijnen. Druk nogmaals op de toets om de
kleurenbalken te deactiveren.
Audioreferentiesignaal
U kunt samen met de kleurenbalken een audioreferentiesignaal van 1kHz (-12 dB of -20 dB) opnemen.
Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [1kHz TONE], selecteer het
audiosignaal en sluit het menu.
Het geselecteerde audioreferentiesignaal klinkt.
AUDIO SETUP 1kHz TONE••••OFF
( 24)
Aan/uit-toets balken (BARS ON/OFF)
Keuzetoets balken (BARS SELECT)
75
Ne
Opnemen
Opnemen met de intervaltimer
Met de intervaltimer kunt u gedurende een geselecteerde tijdsduur met een geselecteerde interval
(tussenpoos) beelden opnemen. Deze functie is handig als u opnamen maakt van bloemen, dieren en
andere natuurverschijnselen.
U kunt een interval kiezen uit 30 seconden, 1 minuut, 5 minuten en 10 minuten, en een opnameduur
van 0,5 seconde, 1 seconde, 1,5 seconde en 2 seconden.
Voorbeeld: 2 seconden opnameduur met een interval van 5 minuten
(= standby-tijd van 5 minuten inclusief de opnameduur van 2 seconden)
Intervaltijd en opnameduur selecteren
1. Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP].
2. Selecteer [INTERVAL T.] en stel dit in op [ON].
3. Selecteer [INTERVAL] en selecteer een interval.
4. Selecteer [INT.REC.TIME] en selecteer een opnameduur.
5. Sluit het menu.
“INT T.” knippert.
CAMERA SETUP INTERVAL T.••OFF
INTERVAL•••••30sec
INT.REC.TIME•0.5sec
( 24)
Opname Opname
2SEC.
5 min. 5 min.
2SEC.
4 min. 58 sec. 4 min. 58 sec.
Intervaltijd Intervaltijd
76
Opnemen met de intervaltimer
Druk op de start/stop-toets om te beginnen met opnemen.
De intervalopname wordt gestart en “INT T.” stopt met knipperen.
•Wanneer het interval ingesteld is op 30 seconden of 1 minuut, gaat de camcorder tussen de opnamen in
de opnamepauzestand. Wanneer het interval op 5 of 10 minuten wordt ingesteld, wordt de camcorder
tussen de opnamen stopgezet.
Een pauze inlassen tijdens intervalopnamen
Druk op de start/stop-toets.
De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand en “INT T.” begint te knipperen.
•Druk op de start/stop-toets om het opnemen te hervatten.
Intervalopnamen stopzetten
1. Druk op de start/stop-toets.
2. Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [INTERVAL.T], stel dit in op
[OFF] en sluit het menu.
Wanneer u een lange opname maakt (meer dan 12 uur), dan verdient het aanbeveling de camera-
informatie op het scherm uit te zetten door op de EVF DISPLAY-toets te drukken.
Wanneer de camera-informatie op het scherm blijft weergegeven, zet de camcorder dan uit.
Binnen enkele uren verdwijnt de informatie.
De resterende opnameduur wordt mogelijk niet weergegeven.
77
Ne
Opnemen
Opnemen met de zelfontspanner
1. Druk op de SELF TIMER-toets op de draadloze afstandsbediening.
"" verschijnt.
2. Druk op de start/stop-toets.
• De camcorder begint na 10 seconden aftellen op te nemen (of na 2 seconden bij gebruik van de
afstandsbediening). Op het scherm ziet u dat wordt afgeteld.
Om het gebruik van de zelfontspanner te annuleren, drukt u op de SELF TIMER-toets. Zodra het
aftellen is begonnen, kunt u het gebruik van de zelfontspanner ook annuleren door op de
start/stop-toets te drukken.
Het aftellen van de zelfontspanner wordt geannuleerd wanneer u de camcorder uitzet.
De zelfontspanner kan ook worden geactiveerd via het menu: Open het menu en selecteer
[CAMERA SETUP]. Selecteer [SELF TIMER], stel dit in op [ON] en sluit het menu.
Start/stop-toets
Zelfontspannertoets (SELF
TIMER)
Start/stop-toets
Start/stop-toets
78
De DV-regeling gebruiken
Met deze functie kan de XL2 de opname- en stopfunctie van een aangesloten IEEE1394
opslag/opname-apparaat regelen. Het apparaat moet voldoen aan het IEEE1394 AV/C protocol.
Gebruikers van Windows XP kunnen ook de DV-PC Recorder downloaden vanaf de homepage van
Canon om naar de harde schijf van de computer video/audio op te nemen. Raadpleeg voor
bijzonderheden de brochure DV-PC Recorder Software.
1. Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [DV CONTROL], stel dit in op [ON] en
sluit het menu.
2. Druk op de start/stop-toets.
Wanneer de XL2 in de opnamepauzestand staat:
XL2: Opnemen geactiveerd Aangesloten apparaat: Opnemen geactiveerd
Wanneer de XL2 bezig is met opnemen:
XL2: Opnamepauzestand Aangesloten apparaat: Opnamepauzestand
Wanneer de XL2 niet gereed is voor een opname (geen cassette geplaatst, etc.)
Aangesloten apparaat: Opnemen geactiveerd/opnamepauzestand
Nadat een cassette is geplaatst terwijl het aangesloten apparaat bezig is met opnemen:
XL2: Opnemen geactiveerd Aangesloten apparaat: Vervolgt met opnemen
Als nogmaals op de start/stop-toets wordt gedrukt:
XL2: Opnamepauzestand Aangesloten apparaat: Opnamepauzestand
De status van het aangesloten apparaat wordt als volgt aangegeven:
2 Aangesloten apparaat is bezig met opnemen
3 Aangesloten apparaat staat in de opnamepauzestand of is stopgezet.
– – – Aangesloten apparaat staat in een andere stand dan de opnamepauze- of
stopstand.
[DV CONTROL] is ingesteld op [ON] maar er is geen DV-apparaat aangesloten
Wanneer de XL2 stopt met opnemen zonder dat u de start/stop-toets heeft bediend (bijvoorbeeld
wanneer de band het einde heeft bereikt) terwijl zowel de XL2 als het aangesloten apparaat bezig
is met opnemen, dan gaat het aangesloten apparaat door met opnemen.
Wanneer u twee XL2's via een DV-kabel aansluit, zorg er dan voor dat [DV CONTROL] van het
aangesloten apparaat op [OFF] wordt gezet.
U kunt voor DV-regeling op de XL2 slechts één apparaat aansluiten.
De DV-regeling werkt mogelijk niet naar behoren, afhankelijk van het - niet door Canon gemaakte
- aangesloten apparaat.
De instelling van de DV-regeling wordt door de camcorder ook onthouden als u de stroom
uitschakelt. Zorg ervoor dat u de instelling controleert nadat u de DV-regeling heeft gebruikt,
omdat het risico bestaat dat de band in het aangesloten apparaat wordt overschreven.
Gebruik geen DV-kabel die langer is dan 4,5 m.
SYSTEM DV CONTROL•••OFF
( 24)
79
Ne
Opnemen
De opnamemodus wijzigen (SP/LP)
U kunt kiezen tussen SP (standaardweergave) en LP (langere weergave). Met LP kan de cassette 1,5
keer langer worden gebruikt.
Om de LP-modus in te stellen, opent u het menu en selecteert u [VCR SETUP]. Selecteer
vervolgens [REC MODE], zet dit op [LP] en sluit het menu.
Het kan gebeuren dat beeld en geluid dat opgenomen is in de LP-modus, vervormd raakt.
Dit hangt af van de aard en gebruiksomstandigheden van de band. Wij raden u aan voor
belangrijke opnamen de SP-modus te gebruiken.
Als u op dezelfde cassette opneemt in zowel de SP-modus als de LP-modus, dan raakt het
weergegeven beeld mogelijk vervormd en wordt de tijdcode mogelijk niet goed weergegeven.
Als u op deze camcorder een band afspeelt die met een ander digitaal apparaat in de LP-modus
opgenomen is, of vice versa, kan het beeld en geluid vervormd raken.
Beeldgegevens opnemen
Opnemen van beeldgegevens is een functie waarmee metagegevens - maand, dag, uur, minuut en
seconden - permanent op de video kunnen worden vastgelegd. Dit is ideaal voor bewakings- en
wetshandhavingsdoeleinden.
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [CHAR. REC], stel dit in op [ON] en sluit
het menu.
Zorg ervoor dat [CHAR. REC] op [OFF] staat wanneer u de beeldgegevens niet wilt opnemen.
Permanente beeldgegevens kunnen later niet worden gewist.
De statuslampjes uitschakelen
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [TALLY LAMP], stel dit in op [OFF] en sluit
het menu.
De statuslampjes gaan echter nog wel branden als de camcorder een signaal ontvangt vanaf de draadloze
afstandsbediening, of tijdens het aftellen van de zelfontspanner.
Overige camcorderfuncties/instellingen
VCR SETUP REC MODE•••••SP
( 24)
SYSTEM CHAR. REC••••OFF
( 24)
SYSTEM TALLY LAMP•••ON
( 24)
80
De taal van de displays wijzigen
De taal die wordt gebruikt in de informatieschermen van de camcorder en menu-onderdelen, kan
worden gewijzigd in Chinees of Japans.
Om de displaytaal te wijzigen, opent u het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ].
Selecteer [LANGUAGE ], selecteer een taal en sluit het menu.
Als u per abuis de taal heeft gewijzigd, volg dan de markering naast het menu-onderdeel om
de instelling te wijzigen.
De symbolen “ ” en “ ” aan de onderzijde van het scherm hebben betrekking op de
toetsnamen op de camcorder en veranderen niet wanneer u de taal wijzigt.
De datumnotatie wijzigen
U kunt kiezen uit drie datumnotaties. Voorbeeld: [1. JAN. 2004], [JAN. 1, 2004] en [2004. 1. 1].
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [DATE FORMAT], selecteer een
notatie en sluit het menu.
LANGUAGE •••ENGLISHDISPLAY SETUP/
( 24)
DATE FORMAT•• 1.JAN.2004DISPLAY SETUP/
( 24)
81
Ne
Afspelen
Een cassette afspelen
Als het beeld vervormd raakt, reinig de videokoppen dan met een Canon Head Cleaning Cassette of
een in de handel verkrijgbare reinigingscassette voor digitale videokoppen ( 108).
1. Draai het instelwiel naar VCR.
2. Druk op de ` toets om de band terug te spoelen.
3. Druk op de e toets om te beginnen met afspelen.
4. Druk op de 3 toets om de band stop te zetten.
Speciale afspeelstanden
a (Afspeelpauze)
Om tijdens het afspelen een pauze in te lassen, drukt u tijdens normaal afspelen op de a toets.
1 (vooruit versneld afspelen) / ` (achteruit versneld afspelen)
Speelt de band 11,5 zo snel af (vooruit of achteruit). Druk tijdens normaal afspelen of vooruitspoelen
de toets in en houd deze ingedrukt.
–/4a (Achteruit afspelen)
Druk tijdens normaal afspelen op deze toets van de draadloze afstandsbediening. Druk op e
(afspelen) om terug te keren naar normaal afspelen.
+/ae (Beeld voor beeld vooruit afspelen) / –/4a (Beeld voor beeld achteruit afspelen)
Speelt de band beeld voor beeld af. Druk tijdens afspeelpauze herhaaldelijk op deze toets van de
draadloze afstandsbediening. Druk de toets in en houd deze ingedrukt om ononderbroken de band
beeld voor beeld vooruit of achteruit af te spelen.
Plus/mintoets "opname zoeken" (REC SEARCH +/–)
82
SLOW M (langzaam vooruit afspelen)/(langzaam achteruit afspelen)
Speelt de band met 1/3 van de normale snelheid af. Druk tijdens normaal of achteruit afspelen op deze
toets van de draadloze afstandsbediening. Druk op e (afspelen) om terug te keren naar normaal
afspelen.
× 2 (× 2 vooruit afspelen)/( ×2 achteruit afspelen)
Speelt de band tweemaal zo snel als normaal af. Druk tijdens normaal of achteruit afspelen op deze
toets van de draadloze afstandsbediening. Druk op e (afspelen) om terug te keren naar normaal
afspelen.
Zoeken en markeren
Druk tijdens de afspeelpauzestand op de REC SEARCH +/– toets en houd deze ingedrukt. Als u de toets
loslaat, keert de camcorder terug naar de afspeelpauzestand.
Tijdens de speciale afspeelstanden is er geen geluid mogelijk.
Bij sommige speciale afspeelstanden kan het beeld vervormd raken.
Om de band en videokoppen te beschermen, schakelt de camcorder zichzelf uit als u deze 5
minuten in de afspeelpauzestand heeft laten staan.
Beeldspoelschijf
Gebruik de beeldspoelschijf tijdens afspelen of de
afspeelpauzestand om de afspeelsnelheid en
afspeelrichting te regelen. Draai aan de
beeldspoelschijf om slow motion, ×1 en ×2
afspelen (zowel vooruit als achteruit), evenals
versneld vooruit of achteruit afspelen te
selecteren. Draai de schijf volledig naar
links/rechts om de band terug/vooruit te spoelen
als de band gestopt is.
Slow motion-schijf
Draai tijdens het afspelen of de
afspeelpauzestand aan de slow motion-schijf om
beeld voor beeld vooruit/achteruit of in slow
motion vooruit/achteruit af te spelen (afhankelijk
van hoe ver u de schijf verdraait).
Wanneer u niet langer aan de schijf draait, keert de
camcorder terug naar de afspeelpauzestand.
Versneld achteruit
afspelen
Achteruit afspelen
In slow motion
achteruit afspelen
Afspeelpauze
In slow motion
vooruit afspelen
×2 vooruit
afspelen
Versneld vooruit
afspelen
Achteruit (REVERSE)
Vooruit (FORWARD)
Achteruit (REVERSE) Vooruit (FORWARD)
×1 vooruit afspelen
×2 achteruit
afspelen
83
Ne
Afspelen
Afspelen op een TV-scherm
TV's met een S (S1)-video-ingangsaansluiting
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder.
1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen.
2. Sluit de S-videokabel S-150 aan op de S-video-aansluitingen.
3. Sluit de stereovideokabel STV-150 aan op de AUDIO1-aansluitingen van de camcorder
en de audio-aansluitingen van de TV/videorecorder.
4. Als u aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO. Als u aansluit
op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op LINE.
Wij raden u aan de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien.
De beeldkwaliteit is hoger wanneer de camcorder wordt aangesloten op een TV met een
S (S1)-aansluiting.
R
L
VIDEO
AUDIO
S(S1)-VIDEO
INPUT
S-videokabel S-150 (meegeleverd)
Stereovideokabel STV-
150N (meegeleverd)
Signaal
Signaal
84
TV's met een SCART-aansluiting
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder.
1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen.
2. Sluit de SCART-adapter PC-A10 aan op de SCART-aansluiting van de TV of videorecorder.
3. Sluit de stereovideokabel STV-150 aan op de VIDEO- en AUDIO1-aansluitingen van de
camcorder en de audio/video-aansluitingen op de SCART-adapter.
4. Als u aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO. Als u aansluit
op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op LINE.
De meegeleverde SCART-adapter PC-A10 is alleen bestemd voor uitgangssignalen. Voor opnamen
via de analoge ingang of analoog/digitaal omzetting dient gebruik te worden gemaakt van een
SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel verkrijgbaar).
Wanneer u een verbinding maakt met de RCA-aansluiting, stel de RCA/BNC-kiezer dan in op RCA.
Wanneer u een verbinding maakt met de BNC-aansluiting, stel de RCA/BNC-kiezer dan in op BNC.
AUDIO
(L/MONO)
AUDIO
(R)
VIDEO
Stereovideokabel STV-
150N (meegeleverd)
Signaal
SCART-adapter
PC-A10
85
Ne
Afspelen
TV's met audio/videoaansluitingen
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder.
1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen.
2. Sluit de stereovideokabel STV-150 aan op de VIDEO- en AUDIO1-aansluitingen van de
camcorder en de audio/video-aansluitingen op de TV/videorecorder.
3. Als u aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO. Als u aansluit
op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op LINE.
Wanneer u een verbinding maakt met de RCA-aansluiting, stel de RCA/BNC-kiezer dan in op RCA.
Wanneer u een verbinding maakt met de BNC-aansluiting, stel de RCA/BNC-kiezer dan in op BNC.
VIDEO
R
L
INPUT
AUDIO
Stereovideokabel STV-150N
(meegeleverd)
Signaal
86
Audio-uitgang
AUDIO MONITOR-
toets
AUDIO2 RCA-aansluitingen
AUDIO1 RCA-aansluitingen
De audio-uitgang van de RCA-aansluitingen selecteren
Druk op de AUDIO MONITOR-toets.
De instelling verandert telkens wanneer u op de toets drukt, in de volgorde CH , CH en CH
+CH .
De audiokanalen selecteren
Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [SEL AUDIO CH], selecteer een
instellingsoptie en sluit het menu.
De audiomix selecteren
1. Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [MIX SELECT], stel dit in op
[VARIABLE] of [FIXED] en sluit het menu.
2. Wanneer u [VARIABLE] heeft geselecteerd, stel de mengbalans dan af met MIX
BALANCE CH1/2 en CH3/4 toetsen op de draadloze afstandsbediening.
SEL AUDIO CH•CH1/CH2AUDIO SETUP
( 24)
MIX SELECT•••VARIABLEAUDIO SETUP
( 24)
1/2 1/23/4
3/4
87
Ne
Afspelen
Terugkeren naar een eerder gemarkeerde
positie
Als u later naar een bepaalde scène wilt teruggaan, markeer dan dit punt met het nulstelgeheugen en
de band zal dan op dit punt stoppen wanneer u de band terug- of vooruitspoelt.
Deze functie wordt uitgevoerd met de draadloze afstandsbediening.
1. Druk de ZERO SET MEMORY-toets in op het punt waar u later naar wilt terugkeren.
“0:00:00 ” verschijnt.
Om deze functie te annuleren, drukt u nogmaals op de ZERO SET MEMORY-toets.
2. Wanneer u klaar bent met afspelen, spoel de band dan terug.
•“` RTN” verschijnt.
De band stopt automatisch bij "0:00:00".
De bandteller verandert in de tijdcode.
Het nulstelgeheugen werkt mogelijk niet naar behoren als de tijdcode niet opeenvolgend is
opgenomen.
Nulstelgeheugentoets
(ZERO SET MEMORY)
Afspeeltoets (PLAY)e button
Terugspoeltoets (REW)`
STOP 3 toets
88
Index zoeken
U kunt het punt lokaliseren waar u het indexsignaal heeft opgenomen ( 71).
Deze functie wordt uitgevoerd met de draadloze afstandsbediening.
1. Druk op de SEARCH SELECT-toets om “INDEX SEARCH” weer te geven.
2. Druk op de + of - toets om met zoeken te beginnen.
•Druk meer dan eenmaal op de toets om te zoeken naar verdere indexsignalen (tot 10 keer).
•Druk op de STOP 3 toets om de stoppen met zoeken.
Het is mogelijk dat het afspelen iets voor of na het indexsignaal wordt gestart.
- toets
+ toets
Zoekkeuzetoets (SEARCH SELECT)
STOP 3 toets
89
Ne
Afspelen
Datum zoeken
Met de functie "datum zoeken" kunt u de wijziging van de datum/tijdzone lokaliseren.
Deze functie wordt uitgevoerd met de draadloze afstandsbediening.
1. Druk op de SEARCH SELECT-toets om “DATE SEARCH” weer te geven.
2. Druk op de + of - toets om met zoeken te beginnen.
•Druk meer dan eenmaal op de toets om te zoeken naar verdere datumwijzigingen (tot 10 keer).
•Druk op de STOP 3 toets om de stoppen met zoeken.
Een opname van langer dan een minuut per datum/gebied is vereist.
Datum zoeken werkt mogelijk niet als de datacodering niet correct wordt weergegeven.
- toets
+ toets
Zoekkeuzetoets (SEARCH SELECT)
STOP 3 toets
90
De datacodering weergeven
De camcorder houdt een datacodering bij. Deze datacodering omvat de opnamedatum en opnametijd
en andere cameragegevens zoals sluitertijd, versterking en belichting (f-stop). Wanneer u een cassette
afspeelt, kunt u selecteren welke gegevens moeten worden getoond.
Datum of tijd selecteren
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [D/TIME], zet dit op [DATE] of
[TIME] en sluit het menu.
Cameragegevens met of zonder datum/tijd selecteren
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [DATA CODE], stel dit in op
[CAMERA DATA] of [CAM. & D/T (cameragegevens en datum/tijd), en sluit het menu.
Datacoderingstoets
Keuzetoets (SET)
MENU-toets
Keuzeschijf
MENU-toets
DISPLAY SETUP/ D/TIME SEL.••DATE & TIME
( 24)
DISPLAY SETUP/ DATA CODE••••DATE/TIME
( 24)
91
Ne
Afspelen
De datacodering weergeven
Druk op de draadloze afstandsbediening op de DATA CODE-toets.
De datacodering wordt niet getoond wanneer u de volgende keer de camcorder inschakelt.
6-seconden automatische datering
De datum en de tijd verschijnen gedurende 6 seconden als u met afspelen begint, of om aan te geven
dat de datum/tijdzone is gewijzigd.
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [6SEC.DATE], zet dit op [ON]
en sluit het menu.
DISPLAY SETUP/ 6SEC.DATE••••OFF
( 24)
92
De stand van de afstandsbedieningssensor
wijzigen
De afstandsbedieningssensor kan in twee standen worden ingesteld en kan worden uitgeschakeld
zodat de camcorder niet onbedoeld reageert op andere afstandsbedieningen van Canon die in de
directe omgeving worden gebruikt.
De afstandsbedieningssensor uitschakelen.
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [WL. REMOTE], stel dit in op [OFF B]
en sluit het menu.
B“ verschijnt.
De stand van de afstandsbedieningssensor wijzigen
1. Open het menu op de camcorder en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [WL. REMOTE], stel
dit in op [A 2] en sluit het menu.
De geselecteerde stand wordt enkele seconden lang getoond.
2. Druk op de REMOTE SET-toets van de afstandsbediening en houd deze ingedrukt. Druk
op de ZOOM-toets T voor stand 2. Houd de toets gedurende meer dan 2 seconden
ingedrukt.
Als u de camcorder heeft ingesteld op stand 1, druk dan op de ZOOM-toets W voor stand 1.
De draadloze afstandsbediening keert terug naar stand 1 wanneer u de batterijen vervangt. Wijzig
de stand indien nodig.
Zorg ervoor dat de camcorder en de draadloze afstandsbediening op dezelfde stand ingesteld
staan. De stand van de camcorder wordt weergegeven als u op een willekeurige toets van de
afstandsbediening drukt (met uitzondering van de REMOTE SET-toets). Stel de
afstandsbedieningssensor in op dezelfde stand. Vervang de batterijen als de afstandsbediening
nog steeds niet werkt.
SYSTEM WL.REMOTE
••••
1
( 24)
SYSTEM WL.REMOTE
••••
1
( 24)
93
Ne
Videobeelden
monteren
Opnamen kopiëren naar een videorecorder
of digitaal videoapparaat
U kunt uw opnamen kopiëren vanaf uw camcorder naar een videorecorder of een digitaal
videoapparaat. Als u een digitaal videoapparaat aansluit, kunt u vrijwel zonder verlies van beeld- en
geluidskwaliteit opnamen kopiëren.
De apparatuur aansluiten
q Aansluiten op een videorecorder
Zie Afspelen op een TV-scherm ( 83).
w Een digitaal videoapparaat aansluiten
Gebruik de optionele DV-kabel CV-150F (4-pens - 4-pens) of CV-250F (4-pens - 6-pens).
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van het digitale videoapparaat.
Opnemen
1. Draai het instelwiel naar VCR en plaats een opgenomen cassette.
2. Aangesloten apparaat: Plaats een lege band en schakel op het apparaat de
opnamepauzestand in.
3. Lokaliseer de scène die u wilt kopiëren en las kort vóór de scène een afspeelpauze in.
4. Start het afspelen van de cassette.
5. Aangesloten apparaat: Begin op te nemen wanneer de scène verschijnt die u wilt
kopiëren. Stop met opnemen wanneer het kopiëren voltooid is.
6. Stop met afspelen.
Wanneer u een videorecorder aansluit, zal de kwaliteit van de gemonteerde band iets lager zijn
dan dat van het origineel.
Wanneer u een digitaal videoapparaat aansluit:
- Als het beeld niet verschijnt, sluit dan opnieuw de DV-kabel aan of zet de camcorder uit en weer
aan.
- Er kan niet worden gegarandeerd dat alle soorten digitale videoapparaten met een DV-
aansluiting goed werken. Als het kopieerproces niet werkt, gebruik dan de S-video- of de audio-
en videoaansluitingen.
DV-kabel (optioneel)
Signaalstroom
94
Opnemen vanaf analoge videoapparaten
(videorecorder, TV of camcorder)
U kunt op de cassette in de camcorder video's of TV-programma's opnemen vanaf een videorecorder
of analoge camcorder.
1. Sluit de camcorder aan op het analoge videoapparaat.
Zie Afspelen op een TV-scherm ( 83).
2. Draai het instelwiel naar VCR en plaats een lege cassette.
3. Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [AUDIO MODE], selecteer een
instellingsoptie en sluit het menu.
4. Selecteer de audio-ingang.
Opnemen op 2 kanalen: Selecteer de ingang met de INPUT SELECT-schakelaar van AUDIO1 (kies AUDIO1
voor analoge invoer).
Opnemen op 4 kanalen: Selecteer de ingang met de INPUT SELECT-schakelaar van AUDIO1 en AUDIO2
(kies AUDIO1 en AUDIO2 voor analoge invoer).
5. Aangesloten apparaat: Plaats de opgenomen cassette.
6. Druk tegelijkertijd op de 2 en a toets (of de REC PAUSE-toets op de draadloze
afstandsbediening).
U kunt tijdens de opnamepauzestand en tijdens het opnemen op het scherm het beeld controleren.
7. Aangesloten apparaat: Start het afspelen van de cassette.
8. Druk op de a toets (of de PAUSE a toets op de draadloze afstandsbediening) wanneer
de scène verschijnt die u wilt opnemen.
De opname begint.
9. Druk op de 3 toets om de band stop te zetten.
•Druk op de a toets om tijdens het opnemen een pauze in te lassen.
•Druk nogmaals op de a toets om het opnemen te hervatten.
10
.Aangesloten apparaat: Stop met afspelen.
Wanneer u bij stap 6 alleen op de 2 toets drukt, wordt onmiddellijk met opnemen gestart.
Wanneer u een verbinding maakt met een TV/videorecorder met een SCART-aansluiting, gebruik
dan een SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel verkrijgbaar). De meegeleverde
SCART-adapter PC-A10 is alleen voor uitgangssignalen.
95
Ne
Videobeelden
monteren
Opnemen vanaf digitale videoapparaten
(DV dubben)
U kunt vrijwel zonder verlies van beeld- en geluidskwaliteit beelden opnemen vanaf andere digitale
videoapparaten die uitgerust zijn met een DV-aansluiting.
1. Sluit de camcorder aan op het digitale videoapparaat.
Zie Een digitaal videoapparaat aansluiten ( 93).
2. Draai het instelwiel naar VCR en plaats een lege cassette.
Zorg ervoor dat [AV\DV OUT] op [OFF] ingesteld is ( 98).
3. Aangesloten apparaat: Plaats de opgenomen cassette.
4. Druk tegelijkertijd op de 2 en a toets (of de REC PAUSE-toets op de draadloze
afstandsbediening).
U kunt tijdens de opnamepauzestand en tijdens het opnemen op het scherm het beeld controleren.
5. Aangesloten apparaat: Start het afspelen van de cassette.
6. Druk op de a toets (of de PAUSE a toets op de draadloze afstandsbediening) wanneer
de scène verschijnt die u wilt opnemen.
De opname begint.
7. Druk op de 3 toets om de band stop te zetten.
•Druk op de a toets om tijdens het opnemen een pauze in te lassen.
•Druk nogmaals op de a toets om het opnemen te hervatten.
8. Aangesloten apparaat: Stop met afspelen.
Lege gedeelten worden mogelijk opgenomen als een abnormaal beeld.
Als het beeld niet verschijnt, sluit dan opnieuw de DV-kabel aan of zet de camcorder uit en weer
aan.
U kunt alleen signalen opnemen vanaf apparaten met het logo voor opnamen met het SD-
systeem in de SP- of LP-modus.
Wanneer u bij stap 4 alleen op de 2 toets drukt, wordt onmiddellijk met opnemen gestart.
96
Betreffende auteursrechten
Bescherming van auteursrechten
Sommige voorbespeelde videobanden, films en ander materiaal, en tevens sommige
televisieprogramma’s zijn auteursrechtelijk beschermd. Ongeoorloofd opnemen van deze materialen
kan inbreuk plegen op de wet ter bescherming van auteursrechten.
Auteursrechtsignalen
Tijdens weergave: Als u een band probeert af te spelen die auteursrechtsignalen bevat ter bescherming
van software, dan verschijnt gedurende enkele seconden het bericht "COPYRIGHT PROTECTED
PLAYBACK IS RESTRICTED" en laat de camcorder een leeg blauw scherm zien. De inhoud van de
cassette kan dan niet worden bekeken.
Tijdens opnemen: Als u een opname probeert te maken vanaf software waarop auteursrechtsignalen
staan ter bescherming van de software, verschijnt het bericht “COPYRIGHT PROTECTED DUBBING
RESTRICTED”. De inhoud van de software kan dan niet worden opgenomen.
Met deze camcorder kunt u signalen voor bescherming van auteursrechten niet op een band
opnemen.
97
Ne
Videobeelden
monteren
Analoge signalen omzetten in digitale
signalen (analoog-digitaal converter)
Door de camcorder aan te sluiten op een videorecorder of 8mm-videocamcorder kunt u analoge
video/audiosignalen omzetten in digitale signalen en de digitale signalen uitvoeren via de DV-
aansluiting. De DV-aansluiting functioneert alleen als een uitgangsaansluiting.
De apparatuur aansluiten
Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen. Haal de cassette uit de camcorder.
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van het aangesloten apparaat. Gebruik de optionele DV-
kabel CV-150F (4-pens - 4-pens) of CV-250F (4-pens - 6-pens).
U kunt ook een verbinding maken met de VIDEO-aansluiting ( 85).
R
L
AUDIO
VIDEO
S(S1)
-VIDEO
S-videokabel S-150 (meegeleverd)
Stereovideokabel STV-150N
(meegeleverd)
DV-kabel (optioneel)
Signaal
Signaal
98
De analoog-digitaal omzetter inschakelen
Open het menu en selecteer [VCR SETUP]. Selecteer [AV\DV OUT], stel dit in op [ON] en
sluit het menu.
Het kan voorkomen dat de omzetting van analoge in digitale signalen niet naar behoren werkt.
Dit is afhankelijk van het signaal dat wordt verzonden vanaf het aangesloten apparaat
(bijvoorbeeld bij signalen die vergezeld gaan van signalen voor bescherming van auteursrechten of
abnormale signalen zoals echosignalen).
Wanneer u een aansluiting verricht op een TV/videorecorder met een SCART-aansluiting, gebruik
dan een SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel verkrijgbaar). De meegeleverde
SCART-adapter PC-A10 is alleen voor uitgangssignalen.
Stel bij normaal gebruik de optie [AV\DV OUT] in op [OFF]. Als [ON] wordt gekozen, kunnen
geen digitale signalen via de DV-aansluiting van de camcorder worden ingevoerd.
Het kan voorkomen dat u via de DV-aansluiting geen omgezette signalen kunt verzenden. Dit is
afhankelijk van de software en de specificaties van uw computer.
Het verdient aanbeveling de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien.
U kunt ook de AV/DV toets van de draadloze afstandsbediening indrukken. De instelling
verandert telkens wanneer u de toets indrukt.
VCR SETUP AV DV••••••••OFF
( 24)
99
Ne
Videobeelden
monteren
U kunt opnamen naar een computer kopiëren via een IEEE1394 (DV) aansluiting of een IEEE1394
capture board. Gebruik de bewerkingssoftware die is meegeleverd met uw computer/capture board
om video-opnamen te kopiëren vanaf de band naar uw computer. Raadpleeg de instructiehandleiding
van de software.
Op Windows-besturingssystemen later dan Windows 98 Second Edition en op Mac-besturingssystemen
later dan Mac OS 9 is al een stuurprogramma aanwezig dat automatisch wordt geïnstalleerd.
Gebruikers van Windows XP kunnen ook de DV-PC Recorder downloaden vanaf de homepage van
Canon om hiermee op de harde schijf van de computer video/audio op te nemen. Raadpleeg voor
bijzonderheden de brochure DV-PC Recorder Software.
Gebruik de optionele DV-kabel CV-150F (4-pens - 4-pens) of CV-250F (4-pens - 6-pens).
Het is mogelijk dat deze functie niet goed werkt. Dit hangt af van de software en
specificaties/instellingen van uw computer.
Als de computer "bevriest" terwijl de camcorder aangesloten is, verwijder dan de DV-kabel en sluit
deze opnieuw aan. Als het probleem aanhoudt, verwijder dan de interfacekabel, zet de camcorder
en computer uit en weer aan, en sluit beide apparaten opnieuw op elkaar aan.
De XL2 kan niet worden gebruikt in combinatie met DV Messenger.
Raadpleeg ook de instructiehandleiding van de computer.
IEEE1394 (DV)-aansluiting
DV-kabel (optioneel)
6-pens
4-pens
De camera aansluiten op een computer
met een DV (IEEE1394)-kabel
100
Diafragma-instelling in de Av-stand
Sluitertijdinstelling in de Tv-stand
Diafragma- en sluitertijdinstelling in de stand
Handmatig
Handmatig ingestelde witbalans
Aan/uit belichtingsvergrendeling
Diafragma- en sluitertijdinstelling tijdens
belichtingsvergrendeling
Instelling kleurenbalken
Kleurenbalken aan/uit
Filmkorrelinstelling
Filmkorrel aan/uit
CAMERA MENU-instellingen*
Zelfontspanner aan/uit
Intervaltimer aan/uit
TV SCREEN aan/uit
EVF-display (camera-informatie)
Zijpaneelverlichting
Nulstelgeheugen
h
h
h
h
h
Keert terug naar de UIT-stand
Keert terug naar de UIT-stand
h
Keert terug naar normaal display
Keert terug naar de UIT-stand
h
In de volgende lijst worden de instellingen getoond die behouden blijven als u de camcorder uitschakelt
of op de STANDBY-toets drukt terwijl de ondersteuningsbatterij in de camcorder aanwezig is.
Opname-instelling
Uitschakeling van de
camcorder
Keert terug naar de UIT-stand
Reset
Reset
Reset
Reset
Reset
STANDBY-stand
h
h
h
h
h
h
* Behalve voor aan/uit van de zelfontspanner en intervaltimer.
Instellingen die behouden blijven nadat de
camcorder wordt uitgeschakeld of tijdens STANDBY
101
Ne
Overige
informatie
Diafragma-instelling in de
stand Av
Sluitertijdinstelling in de
Tv-stand
Diafragma- en
sluitertijdinstelling in de
stand Handmatig
Handmatig ingestelde
witbalans
Aan/uit
belichtingsvergrendeling
Diafragma- en
sluitertijdinstelling tijdens
belichtingsvergrendeling
Instelling kleurenbalken
Kleurenbalken aan/uit
Filmkorrelinstelling
Filmkorrel aan/uit
CAMERA MENU-instelling
Zelfontspanner aan/uit
Intervaltimer aan/uit
TV SCREEN aan/uit
EVF-display (camera-
informatie)
Zijpaneelverlichting
Nulstelgeheugen
h
h
h
h
h
h
Opname-instelling
Wanneer u overgaat
op een ander AE-
programma dan
Gemakkelijk opnemen
h
h
Wanneer u overgaat
op de stand
Gemakkelijk opnemen
Keert terug naar de
UIT-stand
Reset
h
h
h
h
h
h
h
Wanneer u de
beeldfrequentie
wijzigt
Reset
Reset
Reset
h
Reset
Reset
Reset
Reset
In de volgende lijst worden de instellingen getoond die behouden blijven wanneer u de stand van het
AE-programma of de beeldfrequentie wijzigt.
102
Camera-informatie op het camcorderscherm verbergen
U kunt de displays (symbolen) op het LCD-scherm verbergen. Tijdens het afspelen is het beeld dan
overzichtelijker.
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [DISPLAYS], stel dit in op [OFF
<PLAYBK>] en sluit het menu.
•Waarschuwingsberichten verschijnen nog wel, en de datacodering verschijnt indien deze is ingeschakeld.
Het banddisplay verschijnt 2 seconden.
Displays op het TV-scherm verbergen/weergeven
Als u voor het opnemen een TV aansluit, kunt u ervoor kiezen de camcorderdisplays op het TV-scherm
te verbergen. Bij het afspelen van de band kunt u op het TV-scherm de camera-informatie weergeven.
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer vervolgens [TV SCREEN], zet
dit op [OFF] en sluit het menu.
De displays verdwijnen van het TV-scherm.
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer vervolgens [TV SCREEN], zet
dit op [ON] en sluit het menu.
De displays verschijnen op het TV-scherm.
Schermdisplays
DISPLAY SETUP/ DISPLAYS•••••ON
( 24)
DISPLAY SETUP/ TV SCREEN••••ON
( 24)
DISPLAY SETUP/ TV SCREEN••••OFF
( 24)
103
Ne
Overige
informatie
Schermsymbolen tijdens het opnemen
Zie ook 32.
Zoomstand /
zoomsnelheid ( 36) /
belichtingsniveau ( 56)
Versterking ( 59)
Zelfontspanner
( 77)
Opnamemodus ( 79)
Condenswaarschuwing ( 108)
Stand
afstandsbedieningssensor ( 92)
Intervaltimer ( 75)
Beeldfrequentie ( 42)
DV-regeling ( 78)
Audiostand ( 46)
Accessoire die aangesloten
is op de geavanceerde
accessoireschoen
Indicator audioniveau ( 49)
Cassettebediening
REC
PAUSE
STOP
EJECT
Witbalans ( 60)
Handmatig scherpstellen
( 39)
* In de stand Handmatig.
Opnemen van
beeldgegevens ( 79) /
End search ( 35)
AE-programma ( 51)
Sluitertijd* ( 54, 56)
Diafragma* ( 55, 56)
Belichtingsvergrendeling
( 57) / AE SHIFT ( 58)
Details van de huid ( 63)
Kleurenbalken ( 74)
/ filmkorrel ( 73)
Voorkeuze-instelling ( 64)
Voorkeuzetoetsen ( 70) /
datum en tijd ( 28)
104
Camera-informatie tijdens het afspelen
/
2 2
/
1 1
/
/
/
e
FF 1
` REW
:
:
:
:
:
Afspeelmethodes ( 81)
Datum zoeken ( 91) /
index zoeken ( 88)
0Beeldfrequentie ( 42)
Audiostand ( 46)
User Bit ( 45)
Indicator audioniveau ( 49)
Audio-uitgang ( 86)
Mengbalans ( 86)
Zijpaneel
Opname-instelling
Tijdcode
De band heeft het
einde bereikt
Resterende batterijcapaciteit
Audio-uitgang tijdens
afspelen
Indicator audioniveau
Audiostand
[AUDIO LEVEL] is
ingesteld op
[MANUAL]
REC
PAUSE
STOP
EJECT
Versneld vooruit afspelen /
versneld achteruit afspelen
×2 afspelen
×1 afspelen
Beeld voor beeld vooruit
afspelen / beeld voor beeld
achteruit afspelen
Afspeelpauze
Voorkeuzetoetsen ( 70)
Datacodering ( 90)
105
Ne
Overige
informatie
Overzicht van berichten
Bericht Uitleg
SET THE TIME ZONE,
DATE AND TIME
CHANGE THE BATTERY
PACK
THE TAPE IS SET FOR
ERASURE PREVENTION
REMOVE THE CASSETTE
CHECK THE INPUT
CONDENSATION HAS
BEEN DETECTED
TAPE END
HEADS DIRTY, USE
CLEANING CASSETTE
ENTERING “POWER
STANDBY”
CHECK THE LENS
COPYRIGHT PROTECTED
PLAYBACK IS RESTRICTED
COPYRIGHT PROTECTED
DUBBING RESTRICTED
U heeft de tijdzone, datum en tijd niet ingesteld. Verschijnt telkens
wanneer u de stroom inschakelt totdat u de tijdzone, datum en tijd
instelt.
De accu is vrijwel leeg. Vervang de accu of laad deze op.
De cassette is wisbeveiligd. Vervang de cassette of wijzig de stand
van het wisbeveiligingsschuifje.
De camcorder is gestopt om de cassette te beschermen. Verwijder
de cassette en plaats deze weer terug.
De DV-kabel is niet aangesloten, of het aangesloten digitale
apparaat is uitgeschakeld.
In de camcorder is condens ontdekt.
De band heeft het einde bereikt. Spoel de band terug of vervang de
cassette.
De videokoppen zijn vuil. Reinig de videokoppen.
Verschijnt gedurende 1 seconde wanneer u de STANDBY-toets
indrukt.
Het objectief is niet goed aangesloten. Draai aan het objectief
totdat u een klik hoort. Als het bericht niet verdwijnt, verwijder dan
het objectief en sluit het weer aan.
U heeft geprobeerd een auteursrechtelijk beveiligde band af te
spelen.
U heeft geprobeerd een auteursrechtelijk beveiligde band te
kopiëren. Verschijnt mogelijk ook wanneer tijdens het opnemen via
de analoge ingang een abnormaal signaal wordt ontvangen, of
tijdens analoog/digitaal omzetting van een auteursrechtelijk
beveiligde band.
28
11
110
23
95
108
108
31
20
96
96
106
Onderhoud/overig
Voorzorgsmaatregelen bij het omgaan met de camcorder
Draag de camcorder niet met u mee door de zoeker of microfoon vast te houden.
Laat de camcorder niet achter op plaatsen die blootstaan aan hoge temperaturen, zoals een auto in
de zon, en aan hoge vochtigheid.
Gebruik de camcorder niet op plaatsen die blootstaan aan magnetische of elektrische velden zoals in
de buurt van TV-zenders of draagbare communicatie-apparaten.
Richt het objectief of de zoeker niet op sterke lichtbronnen. Laat de camcorder niet gericht op een
helder onderwerp.
Gebruik de camcorder niet op stoffige of zanderige plaatsen. Als er stof of zand in de cassette of
camcorder komt, kan er schade ontstaan. Stof en zand kunnen ook de lens beschadigen. Bevestig na
gebruik de lensdop.
De camcorder is niet waterdicht. Als er water, modder of zout in de cassette of camcorder komt, kan
er schade ontstaan.
Let op hitte die afkomstig is van verlichtingsapparatuur.
Demonteer de camcorder niet. Als de camcorder niet naar behoren werkt, neem dan contact op met
een deskundige reparateur.
Ga voorzichtig met de camcorder om. Stel de camcorder niet bloot aan schokken of trillingen, omdat
hierdoor schade kan ontstaan.
Voorkom plotselinge temperatuurveranderingen. Als de camcorder snel wordt verplaatst tussen
gebieden met koude en hete temperaturen, kan er op de interne oppervlakken condens ontstaan.
( 108).
Opslag
Als u van plan bent de camcorder langere tijd niet te gebruiken, bewaar deze dan op een plaats die
vrij is van stof, bij een lage vochtigheid en bij temperaturen die niet hoger worden dan 30 ˚C.
Als u de camcorder daarna weer wilt gebruiken, controleer dan de functies van de camcorder om er
zeker van te zijn dat deze nog goed werkt.
Reinigen
Camcorderbehuizing en lens
Gebruik een zachte, droge doek om het camcorderhuis en het objectief te reinigen. Gebruik nooit
met chemicaliën behandelde doeken of vluchtige oplosmiddelen zoals verfverdunner.
LCD-scherm
Reinig het LCD-scherm met een in de winkel verkrijgbaar brillendoekje.
Op het oppervlak van het scherm kan condens ontstaan wanneer de temperatuur plotseling
verandert. Veeg het vocht weg met een zachte, droge doek.
107
Ne
Overige
informatie
Zoeker
1. Trek de oogschelp naar boven en open
het afdekplaatje (bijvoorbeeld met een
schroevendraaier met platte kop).
2. Reinig het glas met een wattenstaafje.
3. Sluit het afdekplaatje weer aan.
Let erop dat u het glas niet bekrast als u dit reinigt.
108
Videokoppen
Wanneer het bericht “HEADS DIRTY, USE CLEANING CASSETTE” verschijnt, of wanneer het
afspeelbeeld vervormd raakt, moeten de videokoppen worden gereinigd.
Om een optimale beeldkwaliteit te handhaven, verdient het aanbeveling om de videokoppen
regelmatig met de Canon DVM-CL Digital Video Head Cleaning Cassette of een in de winkel
verkrijgbaar droog reinigende cassette te gebruiken.
Banden die opgenomen zijn met vuile videokoppen, worden mogelijk niet goed afgespeeld, ook
niet als u de videokoppen reinigt.
Gebruik geen nat reinigende cassettes, omdat deze de camcorder kunnen beschadigen.
Condens
Als de camcorder snel van een hete naar een koude plaats of vice versa wordt gebracht, kan op de
interne oppervlakken condens (waterdruppels) ontstaan. Gebruik de camcorder niet als condens wordt
gesignaleerd. Als u de camcorder blijft gebruiken, kan deze beschadigd raken.
Condens kan zich in de volgende situaties voordoen:
Wanneer de camcorder vanuit een kamer met
actieve airconditioning wordt meegenomen naar
een warme, vochtige plaats
Wanneer u de camcorder van een koude plaats
meeneemt naar een warme kamer
Wanneer de camcorder wordt achtergelaten in
een vochtige kamer
Wanneer een koude kamer snel wordt
verwarmd
109
Ne
Overige
informatie
Hoe kunt u condens voorkomen:
Haal de cassette uit de camcorder, plaats de camcorder in een luchtdichte zak en laat deze langzaam
aan een temperatuursverandering wennen voordat u de camcorder uit de zak haalt.
Wanneer condens wordt gesignaleerd:
De camcorder stopt te werken en ongeveer 4 seconden lang verschijnt het waarschuwingsbericht
“CONDENSATION HAS BEEN DETECTED” en h” begint te knipperen.
Als een cassette geplaatst is, verschijnt het waarschuwingsbericht “REMOVE THE CASSETTE” en
begint “v” te knipperen. Verwijder in dit geval de cassette onmiddellijk en laat het
cassettecompartiment openstaan. Als u de cassette in de camcorder laat zitten, kan de band
beschadigd raken.
Een cassette kan niet worden geplaatst als condens ontdekt is.
Gebruik van de camcorder hervatten:
Het duurt ongeveer 1 uur totdat de waterdruppeltjes verdampen. Als de condenswaarschuwing met
knipperen stopt, wacht dan nóg een uur voordat u de camcorder weer gaat gebruiken.
Voorzorgsmaatregelen bij het omgaan met accu's
GEVAAR!
Behandel de accu met de nodige voorzichtigheid.
Houd de accu uit de buurt van open vuur (de accu kan exploderen).
Stel de accu niet bloot aan een temperatuur die hoger is dan 60 ºC. Houd de accu uit de buurt
van verwarmingsapparaten, en laat de accu bij heet weer niet achter in een afgesloten auto.
•Probeer de accu niet uit elkaar te halen of er aan te knutselen.
Laat de accu niet vallen en stoot er niet tegen aan.
Laat de accu niet nat worden.
Opgeladen accu's ontladen zich op natuurlijke wijze. Zorg er daarom voor dat u de accu op de dag
van gebruik, of de dag ervoor, oplaadt. U bent dan verzekerd van een volle accu.
Sluit het afdekplaatje aan wanneer een accu niet wordt gebruikt. Contact met metalen objecten kan
tot kortsluiting leiden en de accu beschadigen.
Vuile polen kunnen tot gevolg hebben dat tussen de accu en de camcorder geen goed contact
wordt gemaakt. Veeg de polen schoon met een zachte, droge doek.
Als een opgeladen accu langere tijd (ongeveer 1 jaar) wordt opgeborgen, is het mogelijk dat de
levensduur hierdoor wordt bekort of de prestatie achteruitgaat. Daarom verdient het aanbeveling
om de accu in een dergelijk geval volledig te ontladen en deze op een droge plaats op te slaan bij
temperaturen die niet hoger worden dan 30 ˚C. Als u de accu langere periodes niet gebruikt, dan
bevelen wij aan om de accu ten minste eenmaal per jaar volledig op te laden en te ontladen. Doe dit
bij alle accu's die u gebruikt.
Hoewel de accu kan worden gebruikt tussen 0 ˚C en 40 ˚C, is het optimale temperatuurbereik 10 ˚C
tot 30 ˚C. Bij koude temperaturen zal de prestatie tijdelijk achteruitgaan. Verwarm de accu eerst in
uw zak voordat u deze gebruikt.
Vervang de accu als de gebruiksduur bij normale temperaturen sterk afneemt nadat de accu volledig
is opgeladen.
110
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de cassette
Spoel de band na gebruik terug. Als de band slap en beschadigd raakt, kunnen er storingen
ontstaan in het beeld en geluid.
Plaats cassettes terug in de doos en bewaar deze rechtop.
Laat de cassette na gebruik niet in de camcorder achter.
Gebruik geen gespleten banden of afwijkende cassettes, omdat deze de camcorder kunnen
beschadigen.
Gebruik geen banden die vastgelopen zijn geweest, omdat videokoppen vuil kunnen worden.
Steek geen voorwerpen in de kleine openingen van de cassette en bedek deze niet met plakband.
Ga voorzichtig met cassettes om. Laat cassettes niet vallen en stel ze niet bloot aan schokken. Dit kan
tot beschadiging van de cassettes leiden.
Spoel banden van tijd tot tijd terug als deze lange tijd zijn opgeslagen.
Bij cassettes die zijn uitgerust met een geheugenfunctie kunnen tijdens gebruik de met metaal
beklede contactpunten vuil worden. Maak de contactpunten schoon met een wattenstaafje nadat
cassettes ongeveer 10x zijn geplaatst en verwijderd. De geheugenfunctie wordt door de camcorder
niet ondersteund.
Beveiligen van cassettes tegen abusievelijk wissen
Om uw opnamen tegen abusievelijk wissen te
beschermen, verplaatst u het schuifje op de
cassette naar links. (Deze stand wordt gewoonlijk
aangeduid als SAVE (behouden) of ERASE OFF
(wissen uitgeschakeld.)
Als u in de opnamestand een beveiligde cassette
plaatst, verschijnt ongeveer 4 seconden lang het
bericht “THE TAPE IS SET FOR ERASURE PREVENTION” en begint “v” te knipperen. Als u op die
cassette wilt opnemen, verplaats het schuifje dan eerst naar rechts.
De camcorder gebruiken in het buitenland
Stroombronnen
U kunt de compacte netadapter in elk land gebruiken met een netvoeding tussen 100 en 240 V
wisselstroom en 50/60 Hz om de camcorder te bedienen en de accu op te laden. Raadpleeg het Canon
Service Center voor informatie over stekkeradapters voor gebruik in het buitenland.
Afspelen op een TV-scherm
U kunt uw opnamen alleen afspelen op TV's met het PAL-systeem. Het PAL-systeem wordt in de
volgende landen gebruikt:
Algerije, Australië, Bangladesh, België, Brunei, China, Denemarken, Duitsland, Finland, Hongkong,
Ierland, IJsland, India, Indonesië, Italië, voormalig Joegoslavië, Jordanië, Kenia, Koeweit, Liberia,
Maleisië, Malta, Mozambique, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noord-Korea, Noorwegen, Oeganda, Oman,
Oostenrijk, Pakistan, Portugal, Qatar, Sierra Leone, Singapore, Spanje, Sri Lanka, Swaziland, Tanzania,
Thailand, Turkije, Verenigde Arabische Emiraten, Verenigd Koninkrijk, Jemen, Zambia, Zuid-Afrika,
Zweden, Zwitserland.
SAVE
REC
SAVE
REC
111
Ne
Overige
informatie
Problemen oplossen
Loop eerst door deze lijst wanneer u problemen ondervindt bij het gebruik van uw camcorder. Neem
contact op met uw dealer of een Canon Service Center als het probleem aanhoudt.
Stroombron
Opnemen/afspelen
Opnemen
Probleem
De camcorder schakelt niet
in.
De camcorder schakelt
zichzelf uit.
De zoeker gaat aan en uit.
De accu is niet goed geplaatst.
De energiebesparingsfunctie is
geactiveerd.
De accu is vrijwel leeg.
Plaats de accu op de juiste wijze
in de camcorder.
Schakel de camcorder in.
Vervang de accu of laad deze
op.
Oorzaak Oplossing
11
30
11
De toetsen werken niet.
"h" knippert op het scherm.
Op het scherm verschijnt
"REMOVE THE CASSETTE".
De draadloze
afstandsbediening werkt
niet.
Er is geen cassette geplaatst.
Er is condens gesignaleerd.
De camcorder is gestopt om de
cassette te beschermen.
De stand van de
afstandsbedieningssensor van
de camcorder en de draadloze
afstandsbediening komt niet
overeen.
De batterijen van de draadloze
afstandsbediening zijn vrijwel
leeg.
Plaats een cassette.
Zie betreffende pagina.
Verwijder de cassette en plaats
deze weer terug.
Verander de stand van de
afstandsbedieningssensor.
Vervang de batterijen.
23
109
23
92
22
Het beeld verschijnt niet op
het scherm.
Op het scherm verschijnt
"SET THE TIME ZONE, DATE
AND TIME".
Opnemen lukt niet door op
de start/stop-toets
te drukken.
De camcorder stelt niet
scherp.
Het statuslampje gaat niet
branden.
Het instelwiel is niet ingesteld
op een opnameprogramma.
De tijdzone, datum en tijd zijn
niet ingesteld, of de
ondersteuningsbatterij is leeg.
Er is geen cassette geplaatst.
Het instelwiel is niet ingesteld
op een opnameprogramma.
De grendel op de draaghendel
is geactiveerd.
De automatische scherpstelling
werkt niet op het onderwerp.
De zoeker is niet afgesteld.
De lens is vuil.
[TALLY LAMP] staat in het menu
ingesteld op [OFF].
Draai het instelwiel naar een
opnameprogramma.
Stel de tijdzone, datum en tijd
in, of vervang de
ondersteuningsbatterij en reset
de datum en tijd.
Plaats een cassette.
Draai het instelwiel naar een
opnameprogramma.
Schuif de grendel naar links om
de vergrendeling te deactiveren.
Stel handmatig scherp.
Stel de zoeker af met de
oogcorrectieregelaar.
Reinig de lens.
Zet [TALLY LAMP] op [ON].
30
28
23
30
31
39
17
106
79
112
Opnemen
Afspelen
Overig
Probleem
Er verschijnt een verticale
lichtbalk op het scherm.
Het beeld in de zoeker is
vaag.
Er wordt geen audio
opgenomen.
Audio wordt op een zeer
laag niveau opgenomen.
Als u opneemt op donkere
plaatsen, kan een helder licht in
het tafereel tot gevolg hebben
dat een verticale lichtbalk
verschijnt. Dit is normaal en
duidt niet op een storing.
De zoeker is niet afgesteld.
De INPUT SELECT-schakelaar
staat niet in de juiste stand.
De REC LEVEL-schakelaar staat
ingesteld op M en het
opnameniveau is te laag
ingesteld.
De microfoon die op de XLR-
aansluiting is aangesloten moet
worden gevoed door de
fantoomvoeding.
De microfoondemper is
ingeschakeld.
Neem op in de Av-stand met
F5.6–F8.0.
Stel de zoeker af met de
oogcorrectieregelaar.
Zet de INPUT SELECT-schakelaar
in de juiste stand.
Stel het audioniveau juist in.
Zet de +48V-schakelaar op ON.
Zet de MIC ATT.-schakelaar op
OFF.
Oorzaak Oplossing
55
17
47
48
49
47
48
47
48
Probleem
De band speelt niet af als op
de afspeeltoets wordt
gedrukt.
De band loopt, maar op het
TV-scherm verschijnt geen
beeld.
De camcorder staat uit of is niet
ingesteld op de VCR-stand.
Er is geen cassette geplaatst.
De videokoppen zijn vuil.
U heeft geprobeerd om een
auteursrechtelijk beveiligde
band af te spelen of te
kopiëren.
Zet de camcorder in de VCR-
stand.
Plaats een cassette.
Reinig de videokoppen.
Stop met afspelen/kopiëren.
Oorzaak Oplossing
81
23
108
Objectieven met
ingebouwde
beeldstabilisator:
Gedetecteerde luchtbelletjes
binnen in het objectief.
Soms kunnen zich in een
vliegtuig of op hoge bergen
binnen in het objectief
luchtbelletjes vormen. Dit is
normaal en duidt niet op een
storing. De luchtbelletjes
verdwijnen na ongeveer 1 week.
– – –
113
Ne
Overige
informatie
Systeemschema (Beschikbaarheid verschilt van gebied tot gebied)
Zoomafstandsbediening
ZR-1000
Microfoonadapter MA-300
Extender XL 1.6× *
Filterset
FS-72U
16× IS II
zoomobjectief XL 5,5-
88 mm
3× zoomobjectief XL
3,4-10, 2 mm
16× objectief met hand-
bediende zoom
XL 5,4-86,4 mm
20× L IS zoomobjectief
XL 5,4-108 mm
EF-objectief **
EF-Adapter XL
Systeemkoffer
HC-3200
Statiefadapter TA-100
DV-kabel CV-150F/CV-250F
Stereovideokabel
STV-150
S-videokabel S-150
Tweevoudige
acculader/houder
CH-910
Accu BP-930,
BP-945
Compacte
netadapter CA-920
Adapter CB-920
voor auto-accu
MiniDV
videocassette
Draadloze
afstands-
bediening
WL-D4000
Schouderriem
SS-1000
Zwart/wit CRT-zoekereenheid
FU-1000
Accu BP-930,
BP-945
DC-koppelstuk
DC-920
Digitaal apparaat
TV
Videorecorder
SCART-
adapter
PC-A10
* Kan worden aangesloten op de 20× L IS, 16× IS II en 16× objectieven met handbediende zoom.
** EF-S objectieven kunnen niet gebruikt worden.
114
3× zoomobjectief XL 3,4–10,2 mm
Een objectief met superbrede hoek gelijk aan
32,1 tot 96,3 mm bij een 35 mm-camera.
Systeemkoffer HC-3200
Een solide, vergrendelbare en stijlvolle koffer
waarin u de camcorder tijdens transport en
opslag veilig kunt opbergen.
Filterset FS-72U
Met ultravioletfilters, filters voor neutrale
densiteit en ronde polarisatiefilters kunt u
moeilijke verlichtingsomstandigheden de baas.
Accu's
De BP-930 is ook verkrijgbaar als een optionele
accessoire.
De optionele BP-945 biedt 50% meer
opnametijd dan de BP-930.
Adapter CB-920 voor auto-accu
Gebruik de adapter voor de auto-accu om
onderweg de camcorder van stroom te voorzien
of accu's op te laden. De auto-accukabel moet
op de sigarettenaanstekerbus in de auto worden
aangesloten en werkt op een 12-24 V negatief-
geaarde accu.
BP-930 BP-945
Gebruik van Canon-accessoires wordt aanbevolen.
Dit product is ontworpen om een uitstekende prestatie neer te zetten wanneer het wordt gebruikt
in combinatie met Canon-accessoires. Canon is niet aansprakelijk voor eventuele schade aan dit
product en/of ongelukken zoals brand etc., die worden veroorzaakt door de slechte werking van
niet-Canon-accessoires (bv., lekkage en/of explosie van een batterij). Opmerking: deze garantie is
niet van toepassing op reparaties die voortkomen uit een slechte werking van niet-Canon-
accessoires, hoewel u deze reparaties wel tegen betaling kunt laten uitvoeren.
Optionele accessoires
115
Ne
Overige
informatie
Extender XL 1.6×
Sluit deze Extender aan tussen een Canon XL-
objectief en de XL2 om de brandpuntsafstand
van het objectief met 1.6× te versterken.
EF-Adapter XL
Hiermee kunt u EF-objectieven van Canon
aansluiten op de XL2. Het verschil in grootte tussen
de 1/3-inch CCD’s van de XL2 en 35mm-film houdt
in dat de effectieve brandpuntsafstand van
fotocamera-objectieven wordt vermenigvuldigd
met 9.4x (4:3)/7.7x (16:9).
Neem contact op met uw plaatselijke leverancier om
te informeren of er met het door u gekozen objectief
geen compatibiliteitsproblemen ontstaan.
Zwart/wit CRT-zoekereenheid FU-1000
Professionele zwart/wit-zoeker met een CRT van
1,5-inch.
Wanneer u met de XL2 gebruik maakt van de
FU-1000, kunt u stroom leveren vanaf de CA-920 of
de optionele CB-920. Het is niet vereist dat u gebruik
maakt van de accu-adapter die met de FU-1000
wordt meegeleverd. Sluit het DC-koppelstuk direct
aan op de XL2 en op de CA920/CB-920.
16× objectief met handbediende zoom XL
5,4–86,4 mm
Een zoomobjectief met hoge resolutie met twee
zoomstanden (handbediend en aangedreven),
ingebouwd ND-filter en AE-functies.
Statiefadapter TA-100
Met de TA-100 kunt u de XL2 snel op een statief
monteren en weer snel demonteren.
Microfoonadapter MA-300
Met de MA-300 kunt u op alle 4 kanalen
symmetrische microfoons gebruiken.
Fantoomvoeding kan niet worden gebruikt met
de MA-300.
116
Zoomafstandsbediening ZR-1000
Wanneer dit apparaat wordt aangesloten op de
LANC m aansluiting van een Canon-camcorder,
dan is het mogelijk om functies zoals het starten
of stoppen van de opname en de zoom- en
scherpstelfuncties te regelen terwijl de
camcorder op een statief is geplaatst, zonder dat
u het camcorderhuis zelf hoeft aan te raken.
Dit merkteken is het symbool van originele Canon-videoaccessoires. Als u gebruik maakt
van Canon-videoapparatuur, dan raden wij u ten zeerste aan om gebruik te maken van
accessoires of producten van Canon met hetzelfde merkteken.
Tweevoudige acculader/houder CH-910
De CH-910 kan achtereenvolgens twee accu's
opladen. U kunt ook de camcorder van stroom
voorzien door de CH-910 met opgeladen accu's
aan te sluiten op de camcorder. Wanneer u twee
accu's aansluit, kan een accu worden verwisseld
zonder de stroomvoorziening te onderbreken.
Accu Oplaadtijd*
BP-930 240 min.
BP-945 280 min.
De oplaadtijd varieert al naargelang de
oplaadomstandigheden.
117
Ne
Overige
informatie
XL2
Systeem
Video-opnamesysteem 2 roterende koppen, spiraalvormig DV-scansysteem (digitale videocamcorder
voor de consument), digitale componentenregistratie
Geluidsopnamesysteem Digitaal PCM-geluid: 16-bits (48 kHz/2 kanalen); 12-bits (32 kHz/4 kanalen);
Televisiesysteem CCIR-standaard (625 lijnen, 50 velden) PAL-kleurensignaal
Beeldsensor 1/3-inch CCD x 3 (horizontale pixelverschuiving), ongeveer. 800.000 pixels
Effectief aantal pixels: 4:3 ongeveer 410.000 pixels
16:9 ongeveer 550.000 pixels
Bandformaat Videocassettes met het “MiniDV” logo
Bandsnelheid SP: 18,83 mm/s, LP: 12,57 mm/s
Maximale opnametijd SP: 80 min., LP: 120 min.
(cassette van 80 min.):
Duur vooruit spoelen/terugspoelen Ongeveer 2 min. 20 sec. (met een cassette van 60 min.)
Zoeker 2 inch. TFT-kleur, ongeveer 200.000 pixels, RGB delta-configuratie
Microfoon Stereo electret condensor microfoon
Objectiefvatting Systeem van verwisselbare XL-objectieven
AF-systeem TTL autofocus, handmatige scherpstelling met scherpstelring (met 20× L IS
objectief)
Witbalans Automatische witbalans, een witbalans voor binnenshuis of buitenshuis en
een handmatig ingestelde witbalans.
Minimale verlichtingssterkte 0,8 lx (met 20× L IS objectief, 50i-stand, Handmatige stand, 1/6 sluiter, F1.6,
Versterking 18dB)
Recommended Illumination Meer dan 100 lx
Ingangs/uitgangsaansluitingen
S-video-aansluiting 1 Vp-p/75 Ohm (Y-signaal), 0.3 Vp-p/75 Ohm (C-signaal)
Video-aansluiting RCA-plug/BNC-plug
1 Vp-p/asymmetrische belasting van 75 Ohm
Aansluitingen voor audio-uitvoer RCA-plug (L, R) 2 sets
-10 dBv (47 Kohm belasting, maximaal vermogen -12 dB)/3 Kohm of minder,
asymmetrisch
Aansluitingen voor audio-invoer FRONT MIC (voor): ø3.5 stereo miniplug (asymmetrisch) ATT: 20 dB
-55 dBv (stand Automatisch)/600 Ohm
Max: -67 dBv (stand Handmatig, max. volume)
AUDIO 1, 2: RCA-plug (asymmetrisch)
-10 dBv/47 Kohm
REAR (achter): XLR-plug (pen1: aarde, pen2: plus, pin3: min) ATT: 20 dB
-54 dBv (stand Automatisch)/600 Ohm
Max 1: -66 dBv (stand Automatisch, extra versterking van
12 dB voor REAR MIC)
Max 2: -66 dBv (stand Handmatig, max. volume)
Max 3: -78 dBv (stand Handmatig, max. volume, extra
versterking van 12 dB voor REAR MIC)
DV-aansluiting Speciale 4-pens connector (compatibel met IEEE1394)
Hoofdtelefoonaansluiting ø3.5 mm stereo miniplug
-23.5 dBv (16 Ohm belasting/50 Ohm
LANC-aansluiting ø2.5 mm stereo miniplug
Specificaties
118
Voeding/overig
Voeding (nominaal) 7,2 V DC
Opgenomen vermogen 7.1 W (opname met autofocus, met 20× L IS objectief)
Bedrijfstemperatuur 0 – 40 ˚C
Afmetingen (B × H × D) 225 × 220 × 496 mm
Gewicht (alleen camcorderhuis) 2410 g
(volledige uitrusting) 3545 g
Objectief
Een aantal objectiefspecificaties veranderen als hieronder aangegeven wanneer de objectieven op de
XL2 worden aangesloten.
Compacte netadapter CA-920
Voeding 100 – 240 V AC, 50/60 Hz
Opgenomen vermogen 24 W
Nominale spanning Adapter: 7.2 V DC, 2.0 A
Oplader: 8.4 V DC, 1.5 A
Bedrijfstemperatuur 0°– 40 ˚C
Afmetingen 75 × 99 × 51 mm
Gewicht 215 g zonder netsnoer
Accu BP-930
Accutype Oplaadbare lithium ion-accu
Nominale spanning 7,2 V DC
Bedrijfstemperatuur 0°– 40°C
Accucapaciteit 3,000 mAh
Afmetingen 38,2 × 39,0 × 70,5 mm
Gewicht 190 g
Gewicht en afmetingen zijn bij benadering. Fouten en omissies voorbehouden. Specificaties kunnen zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
20× L IS
objectief
16× IS II
zoomobjectief
XL-objectief
met 3× zoom
16× objectief
met hand-
bediende zoom
Groothoek
37° 54’ × 28° 6’ (4:3)
49° 18’ × 28° 6’ (16:9)
37° 18’ × 27° 42’ (4:3)
48° 30’ × 27° 42’ (16:9)
57° 12’ × 43° 24’ (4:3)
72° 12’ × 43° 24’ (16:9)
37° 54’ × 28° 6’ (4:3)
49° 18’ × 28° 6’ (16:9)
Telefoto
0’ × 1° 24’ (4:3)
36’ × 1° 24’ (16:9)
24’ × 1° 48’ (4:3)
12’ × 1° 48’ (16:9)
20° 36’ × 15° 6’ (4:3)
27° 18’ × 15° 6’ (16:9)
30’ × 1° 48’ (4:3)
18’ × 1° 48’ (16:9)
Groothoek
[20 mm]
45,0 × 32,5 mm (4:3)
61,2 × 32,5 mm (16:9)
[20 mm]
42,8 × 30,9 mm (4:3)
58,3 × 30,9 mm (16:9)
[20 mm]
55,7 × 40,6 mm (4:3)
74,3 × 40,6 mm (16:9)
[50 mm]
56,7 × 40,9 mm (4:3)
77,3 × 40,9 mm (16:9)
Telefoto
[1 m]
50,1 × 36,5 mm (4:3)
66,9 × 36,5 mm (16:9)
[1 m]
56,3 × 41,1 mm (4:3)
75,2 × 41,1 mm (16:9)
[0,5 m]
192,3 × 140,5 mm (4:3)
256,5 × 140,5 mm (16:9)
[1 m]
39,8 × 29,2 mm (4:3)
53,0 × 29,2 mm (16:9)
Veldgrootte bij dichtstbijzijnde
scherpstelafstand
Beeldhoek
119
Ne
Overige
informatie
16:9 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Accessoires . . . . . . . . . . . . . 6, 114:
Accu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
AE-programma . . . . . . . . . . . . . 51
AE SHIFT . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81
Afstandsbediening . . . . . . . . . . 22
Afstandsbedieningssensor . . . . 22
Analoge ingang . . . . . . . . . . . . 94
Analoog/digitaal omzetter . . . . 97
Audiostand . . . . . . . . . . . . . . . . 46
Audio-uitgang . . . . . . . . . . . . . 86
Audioreferentiesignaal. . . . . . . 74
Automatisch . . . . . . . . . . . . . . . 51
Automatische scherpstelling. . . 38
Av-stand . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Beeldfrequentie . . . . . . . . . . . . 42
Beeldgegevens opnemen . . . . . 79
Belichting . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Breedbeeld . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Camera-informatie. . . . . . 102-104
Clear Scan . . . . . . . . . . . . . . . . . 69
Colour gain . . . . . . . . . . . . . . . . 64
Colour matrix . . . . . . . . . . . . . . 64
Colour phase. . . . . . . . . . . . . . . 65
Condens . . . . . . . . . . . . . . . . . 108
Coring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65
Datacodering . . . . . . . . . . . . . . 90
DATE FORMAT . . . . . . . . . . . . . 80
Datum zoeken . . . . . . . . . . . . . 89
Datum en tijd . . . . . . . . . . . . . . 28
DC-koppelstuk . . . . . . . . . . . . . 12
Details van de huid. . . . . . . . . . 63
DV-aansluiting . . . . . . . . . . 95, 99
DV dubben . . . . . . . . . . . . . . . . 95
DV-regeling. . . . . . . . . . . . . . . . 78
Einde zoeken . . . . . . . . . . . . . . 35
Filmkorrrel . . . . . . . . . . . . . . . . 73
Gamma . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
Gebruik van de
camcorder in het buitenland 110
Geluid opnemen . . . . . . . . . . . . 46
Gemakkelijk opnemen . . . . . . . 51
Handgreepriem. . . . . . . . . . . . . 19
Handmatig scherpstellen . . . . . 39
Handmatig, stand . . . . . . . . . . . 51
Index zoeken 88
Indexering. . . . . . . . . . . . . . . . . 71
Indicator audioniveau. . . . . . . . 49
Intervaltimer . . . . . . . . . . . . . . . 75
Kleurenbalken . . . . . . . . . . . . . 74
Knee . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
LCD-paneel . . . . . . . . . . . . . . . . 17
LP-modus . . . . . . . . . . . . . . . . . 79
Master pedestal . . . . . . . . . . . . 65
Mengbalans . . . . . . . . . . . . . . . 86
Menu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Microfoon . . . . . . . . . . . . . . 18, 47
Middelste markering . . . . . . . . 32
ND-filter . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Netadapter . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Nulstelgeheugen. . . . . . . . . . . . 87
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . 106
Ondersteuningsbatterij. . . . . . . 14
Opname bekijken . . . . . . . . . . . 34
Opname zoeken . . . . . . . . . . . . 34
Opnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Opnemen in een lage hoek . . . 31
Opnameprogramma's. . . . . . . . 51
Optionele accessoires . . . . . . . 114
Problemen oplossen . . . . . . . . 111
Ruisreductie . . . . . . . . . . . . . . . 65
Setup level . . . . . . . . . . . . . . . . 65
Scherp stellen . . . . . . . . . . . . . . 39
Scherpstellingsvoorkeuze . . . . . 40
Schouderriem . . . . . . . . . . . . . . 19
Sharpness . . . . . . . . . . . . . . . . . 65
Sluitertijd . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
SP-modus . . . . . . . . . . . . . . . . . 79
Spotlight . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Statuslampje . . . . . . . . . . . . . . . 79
Stroombesparingsfunctie . . . . . 31
Taal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 80
Tijdcode . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Tint . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
TV-scherm . . . . . . . . . . . . . . . . . 83
Tv-stand . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
User Bit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
VCR STOP . . . . . . . . . . . . . . 31, 70
Versterking . . . . . . . . . . . . . . . . 59
Videokoppen . . . . . . . . . . . . . 108
Voorkeuze-instelling. . . . . . . . . 64
Voorkeuzetoetsen. . . . . . . . . . . 70
Weinig licht-programma. . . . . . 52
Wisbeveiliging cassette. . . . . . 110
Witbalans . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
XL-objectief. . . . . . . . . . . . 20, 114
Zebra-patroon. . . . . . . . . . . . . . 62
Zelfontspanner . . . . . . . . . . . . . 77
Zoeken en markeren . . . . . . . . 82
Zoeker . . . . . . . . . . . . . . . . . 15-18
Zoom draaghendel . . . . . . . . . . 36
Zoom handgreep . . . . . . . . . . . 36
Zoomen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Zoomvoorkeuze . . . . . . . . . . . . 37
Zonnekap . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Zwartniveau . . . . . . . . . . . . . . . 64
Z
X
W
V
U
T
S
R
P
O
N
M
L
K
I
H
G
F
E
D
C
B
A
Index
120
Audioblokschema
REAR
Invoer
Uitvoer
R-XLR GAINUP (menu)
Pre Amp
A / D
Digital
Process
Filters
ALC
EVR
48kHz : CH 1/ CH 2
32kHz : CH 1/ CH 2
48kHz : – / –
32kHz : CH 3/ CH 4
D / A
Line Amp
SEL AUDIO
CH (menu)
VOL
PHONE
OUT
Pre Amp
A / D
Digital
Process
Filters
ALC
EVR
D / A
Line Amp
SEL AUDIO
CH (menu)
VOL
PHONE
OUT
R-XLR GAINUP (menu)
Audio process 1
Phantom
48V
ON/OFF
ATT : Rear MIC ATT SW
ATT : FRONT MIC ATT SW
Head Amp
AT T
Head Amp
AT T
Head Amp
AT T
Head Amp
AT T
Phone
Amp
Phone
Amp
Head Amp
Head Amp
balance /
unbalance
balance /
unbalance
INPUT
SELECT SW
INPUT
SELECT SW
FRONT
PHONES
Geavanceerde
accessoireschoen
CH 1/ CH 3 CH 2/ CH 4
PUSHPUSH
Microfoonvoeding
CH 3 CH 4
CH 1/ 3 CH 2/ 4
1 MVX35i: aarde
2 : plus
3 : min
121
Ne
Overige
informatie
Audio process 2
AUD. M. SET (menu)
AUD. M. SET (menu)
AUDIO
MONITOR
AUDIO
MONITOR
REC CH
SELECT SW
vanaf cassette
vanaf 1394
naar cassette
naar 1394
CH1
DELAY
DELAY
DELAY
DELAY
CH3
CH2
CH4
CH1
normal
Line Out
Line Out
normal
PB
PB
normal
Line Out
Line Out
normal
PB
PB
CH3
CH4
MUTE
MUTE
MUTE
MUTE
MIX
MIX
CH1–CH2
CH 1
CH 2
CH 3
CH 4
CVF display
RCA CH 3
RCA CH 4
Driver
RCA CH 1/CH 3
PHONE Lch
METER Lch
RCA CH 2/CH 4
PHONE Rch
METER Rch
0019X717
0804PS/PS3.0
© CANON INC. 2004
CANON INC.
Canon Europa N.V.
P. O. Box 2262
1180 EG Amstelveen
The Netherlands
Nederland:
Canon Nederland N.V.
Neptunusstraat 1
2132 JA Hoofddorp
Tel: 023-567 01 23
Fax: 023-567 01 24
www.canon.nl
België:
Canon België N.V./S.A.
Bessenveldstraat 7
1831 Diegem (Machelen)
Tel: (02)-7220411
Fax: (02)-7213274
España:
Canon España S.A.
c/Joaquín Costa 41
28002 Madrid
Tel: 901 301 301
Portugal:
Seque-Soc. Nac. de Equip., Lda.
Praça da Alegria, 58, 2°-C
1269-149 Lisboa
Tel: 21-324 28 30
Fax: 21-347 27 51
www.seque.pt
Dit is gedrukt op 70% gerecycled papier.
El papel aquí utilizado es 70% reciclado.
O papel impresso contém 70% de papel reciclado.
Nederlands
Español
Português
DIGITALE VIDEO CAMCORDER
Gebruiksaanwijzing
VIDEOCÁMARA Y GRABADORA DIGITAL
Manual de instrucciones
CÂMARA DE VIDEO DIGITAL
Manual de instruções
Mini
D
igital
Video
Cassette
PAL
PRINTED IN THE EU
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122

Canon XL2 de handleiding

Categorie
Camcorders
Type
de handleiding