Genius BRAIN17 Handleiding

Type
Handleiding
BRAIN 17
BRAIN 17
BRAIN 17 2 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
CE VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
Fabrikant: FAAC S.p.A.
Adres: Via Calari, 10 - 40069 Zola Predosa BOLOGNA - ITALIË
Verklaart dat: De elektronische apparatuur BRAIN 17
voldoet aan de fundamenteleveiligheidseisen van de volgende EEG-
richtlijnen
2006/95/EG Laagspanningsrichtijn
2004/108/EG richtlijn Elektromagnetische Compatibiliteit
Aanvullende opmerking:
dit product is getest in een gebruikelijke, homogene configuratie
(alle producten gebouwd door FAAC S.p.A.).
Bologna, 01 januari 2013
De Algemeen Directeur
A. Marcellan
BRAIN 17 3 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
WAARSCHUWINGEN VOOR DE INSTALLATEUR
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
een differentieelschakelaar is geplaatst met
een limiet van 0,03 A.
13. Controleer of de aardingsinstallatie vakkundig is
aangelegd en sluit er de metalen delen van
het sluitsysteem op aan.
14. Bij automatische systemen met een intrinsieke
beknellingsbeveiliging moet de werking
daarvan worden gecontroleerd volgens de
voorschriften in punt 9.
15. De veiligheidsvoorzieningen (norm EN 12978)
maken het mogelijk eventuele gevaarlijke
gebieden te beschermen tegen Mechanische
gevaren door beweging, zoals bijvoorbeeld
inklemming, meesleuren of amputatie of
opheffen.
16. Het wordt voor elke installatie geadviseerd min-
stens één lichtsignaal te gebruiken (bijvoorbe-
eld: Waarschuwingslamp) alsook een waar-
schuwingsbord dient te worden bevestigd.
17. FAAC S.p.A. aanvaardt geen enkele aansprake-
lijkheid voor wat betreft de veiligheid en de go-
ede werking van het automatische systeem,
als er in de installatie gebruik gemaakt wordt
van componenten die niet door FAAC S.p.A.
zijn geproduceerd.
18. Gebruik voor het onderhoud uitsluitend originele
FAAC S.p.A.-onderdelen.
19. Verricht geen wijzigingen op componenten die
deel uitmaken van het automatische systeem.
20. De installateur dient alle informatie te verstrekken
over de handbediening van het systeem in
noodgevallen, en moet de gebruiker van de
installatie.
21. Sta het niet toe dat kinderen of volwassenen zich
ophouden in de buurt van het product terwijl
dit in werking is.
22. Houd radio-afstandsbedieningen of alle andere
impulsgevers buiten het bereik van kinderen,
om te voorkomen dat het automatische syste-
em onopzettelijk kan worden aangedreven.
23. De doorvoer is alleen toegestaan wanneer de
automatisering is volledig open.
24. De gebruiker mag zelf geen pogingen onderne-
men tot reparaties of andere directe ingrepen,
en dient zich uitsluitend te wenden tot gekwa-
lificeerd personeel.
25. Alles wat niet uitdrukkelijk in deze instructies
wordt aangegeven, is niet toegestaan.
1. LET OP! Het is belangrijk voor de veiligheid
dat deze hele instructie zorgvuldig wordt
opgevolgd. Een onjuiste installatie of foutief
gebruik van het product kunnen ernstig per-
soonlijk letsel veroorzaken.
2. Lees de instructies aandachtig door alvorens te
beginnen met de installatie van het product.
3. IDe verpakkingsmaterialen (plastic, polystyreen,
enz.) mogen niet binnen het bereik van kin-
deren worden gelaten, want zij vormen een
mogelijke bron van gevaar.
4. Bewaar de instructies voor raadpleging in de
toekomst.
5. Dit product is uitsluitend ontworpen en gebouwd
voor het doel dat in deze documentatie wordt
aangegeven. Elk ander gebruik, dat niet
uitdrukkelijk wordt vermeld, zou het product
kunnen beschadigen en/of een bron van
gevaar kunnen vormen.
6. FAAC S.p.A. aanvaardt geen enkele aanspra-
kelijkheid voor schade die ontstaat uit onei-
genlijk gebruik of ander gebruik dan waarvoor
het automatische systeem is bedoeld.
7. Installeer het apparaat niet in een explosiege-
vaarlijke omgeving: de aanwezigheid van
ontvlambare gassen of dampen vormt een
ernstig gevaar voor de veiligheid.
8. FAAC S.p.A. is niet aansprakelijk als de regels der
goede techniek niet in acht genomen zijn bij
de bouw van het sluitwerk dat gemotoriseerd
moet worden, noch voor vervormingen die
zouden kunnen ontstaan bij het gebruik.
9. De installatie dient te geschieden in overeenstem-
ming met de normen EN 12453 en EN 12445.
Voor niet-EEG landen moeten, om een goed
veiligheidsniveau te bereiken, behalve de
nationale voorschriften ook de bovenstaande
normen in acht worden genomen.
10. Alvorens ingrepen te gaan verrichten op de
installatie moet de elektrische voeding wor-
den weggenomen en moeten de eventuele
batterijen worden afgekoppeld.
11. Zorg op het voedingsnet van het automatische
systeem voor een meerpolige schakelaar met
een opening tussen de contacten van 3 mm
of meer. Het wordt geadviseerd een magne-
tothermische schakelaar van 6A te gebruiken
met meerpolige onderbreking.
12. Controleer of er bovenstrooms van de installatie
VERKLARING VAN GEBRUIKTE TEKENS
opmerkingen voor de veiligheid van personen
en om het automatische systeem in goede staat
te houden.
opmerkingen over de eigenschappen of de wer-
king van het product.
BRAIN 17 4 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
INHOUDSOPGAVE
CE VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING ........................................................................2
WAARSCHUWINGEN VOOR DE INSTALLATEUR ...................................................................3
1. TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN ........................................................................................5
2. VOORBEREIDINGEN VOOR DE INSTALLATIE ..................................................................6
3. LAY-OUT KAART ..................................................................................................................6
4. ELEKTRICITEITSAANSLUITINGEN .....................................................................................8
4.1 J1 - PRIMAIRE VOEDING VANAF ELEKTRICITEITSNET ..............................................8
4.2 J2 - MOTOREN EN WAARSCHUWINGSLAMP ...............................................................8
4.3 J3 - ACCESSOIRES OP LAAGSPANNING - INGANGEN/UITGANGEN .........................9
4.4 J12 - PROGRAMMEERBARE UITGANGEN - ELEKTROSLOTEN .................................10
4.5 J6 - EINDSCHAKELAARS EN TIMECODER ...................................................................10
4.6 J10 - BUS G-WAY-ACCESSOIRES ..................................................................................11
4.7 J5 - SNELAANSLUITING MODULE RQFZ ............................................................................... 14
4.8 TRADITIONELE FOTOCELLEN .......................................................................................15
5. PROGRAMMERING ..............................................................................................................18
5.1 BASISPROGRAMMERING ...............................................................................................19
5.2 GEAVANCEERDE PROGRAMMERING ...........................................................................24
5.3 INSTALLATIE BUS G-WAY-VOORZIENINGEN ................................................................27
5.3.1 REGISTRATIE BUS G-WAY-VOORZIENINGEN .......................................................27
5.4 ZELFLERENDE PROCEDURE SET-UPTIJDEN ..............................................................29
5.5 TEST VAN HET AUTOMATISCH SYSTEEM ....................................................................30
6. GEHEUGENOPSLAG EN RADIOCODERING ......................................................................31
6.1 GEHEUGENOPSLAG JLC-RADIOAFSTANDSBEDIENINGEN ......................................31
6.2 GEHEUGENOPSLAG RC-RADIOAFSTANDSBEDIENINGEN (ALLEEN 433 MHZ) ......32
6.2.1 GEHEUGENOPSLAG OP AFSTAND
RC-RADIOAFSTANDSBEDIENINGEN ..........33
6.3 RADIOAFSTANDSBEDIENINGEN WISSEN ....................................................................33
7. INBEDRIJFSTELLING ...........................................................................................................34
7.1 CONTROLE VAN DE LEDS ..............................................................................................34
8. SIGNALERING STORING EN ALARM .................................................................................35
8.1 STORINGEN ......................................................................................................................35
8.2 ALARMMELDINGEN .........................................................................................................36
9. PROBLEMEN OPSPOREN ...................................................................................................36
10. BEHEER CONFIGURATIEBESTANDEN – J8 USB ............................................................37
11. BEDRIJFSLOGICA’S ...........................................................................................................40
BRAIN 17 5 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
ELEKTRONISCHE KAART BRAIN 17
Wij danken u dat u een van onze producten heeft gekozen. GENIUS is er zeker van dat het alle
prestaties zal verrichten die u voor uw gebruik nodig heeft. Al onze producten zijn het resultaat van
jarenlange ervaring op het gebied van automatische systemen.
Primaire voeding vanaf elektriciteitsnet
Met switching-voeding 230 V~ ± 15% 50/60Hz
Opgenomen vermogen elektriciteitsnet Stand By = 4W ; MAX ongeveer 800 W
MAX. belasting motor
800 W
Voeding accessoires
24 V
"
MAX. stroom accessoires
+24V MAX 500 mA BUS G-WAY MAX 500 mA
LOCK (GENIUS) 12 V~ / 24 V
"
Bedrijfstemperatuur
van -20°C tot +55°C
Veiligheidszekeringen voeding
F1 =2,5 A
Werkingstijd
Zelflerende procedure via SET-UP - (Max. 4 min en
10 sec)
Pauzetijd
Programmeerbaar (van 0 tot 9 min. en 50 sec.)
Kracht motor
Programmeerbaar op 50 niveaus
Ingangen op connector
Module RQFZ433/868, USB
Ingangen op klemmenbord
Netvoeding, BUS G-WAY, OPEN-A, OPEN-B, STOP,
Fotocellen voor het sluiten, Fotocellen voor het openen,
Eindschakelaars
Uitgangen op klemmenbord
Waarschuwingslamp, Motoren, Elektroslot (LOCK),
W.L. (programmeerbaar), Voeding accessoires, Min-
pool failsafe (TX FSW)
1. TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN
BEDOELD GEBRUIK: deze elektronische kaart is ontworpen en vervaardigd voor het beheer van
vleugel- en/of schuifpoorten, bedoeld voor de toegangsregeling van voertuigen en voetgangers.
Er kan d.m.v. de programmering uit verschillende bedrijfslogica’s worden gekozen.
De kaart heeft 2 programmeerniveaus (BASIS en GEAVANCEERD), beschikbaar via toetsen en
LCD-display.
Tab. Technische eigenschappen
BRAIN 17 6 732788 - Rev. A_1
VOLTAGE
USB
USB-A
BUS MON.
RADIO2RADIO1
ERROR
HIGH
AREA
STOPLAMP OP-ACOMAC MAIN 24V
1110
OP-B
8
7
CL
M2
OP
M1
COM
BUS
212018171615
24V5V
96543
CL
2
OP
1LNPE
J10
LOCK
8.8.
RADIO 433-868
J5
PE N L
1 2 3 4 5 6 7 8
9 10
11
15 16 17 18
19
20 21
RL1 RL2 RL3 RL4 RL5
TH2 TH1
QC4 QC3
IC1
C52
TF1
F1
FL1
LCD1
DB1
+
-
/R1
F
/R2
OP-A
OP-B
STOP
DL7DL8
DL9
DL14
DL15
DL16
DL11 DL12
DL10
DL17
DL13
SW3SW1 SW2
12 13 14
12 13 14
CL FSW OP
W.L.
TX FSW
19
FSW CL
FSW OP
DL5DL6
22
23 24
25
FCA1
DL4
FCC1
DL3
FCA2
DL2
FCC2
DL1
22 23 24 25
FCA1
FCC1
FCA2
FCC2
F1
SW1 SW2 SW3
J1 J2 J3 J11 J8
J5
J6
J10
DL7 DL6 DL5
DL1
DL10
DL11 DL12
DL13
DL14
DL15
DL16
DL17
LCD
DL8DL9
DL2DL3DL4
NEDERLANDS
2. VOORBEREIDINGEN VOOR DE INSTALLATIE
Het is belangrijk voor de veiligheid van personen dat alle waarschuwingen en instructies
in dit boekje in acht worden genomen. Als het product verkeerd wordt geïnstalleerd of
gebruikt, kan dit ernstig lichamelijk letsel tot gevolg hebben. Lees alvorens het pro-
duct te installeren deze hele handleiding aandachtig door. Bewaar de instructies voor
toekomstige raadpleging.
Alvorens een willekeurige ingreep op de elektronische apparatuur uit te voeren (aan-
sluitingen, onderhoud) moet de elektrische voeding altijd worden losgekoppeld.
Houd de voedingskabels altijd gescheiden van de kabels voor de bediening en de be-
veiliging (drukknop, ontvanger, encoder BUS G-WAY, fotocellen enz.). Om elektrische
storingen te vermijden moeten gescheiden kabelbuizen of afgeschermde kabels (met
bescherming aangesloten op de massa) worden gebruikt.
Controleer of er stroomopwaarts van de installatie een geschikte magnetothermische differentieelschakelaar
met alpolige stroomonderbreker aanwezig is, conform de geldende veiligheidsvoorschriften.
Controleer of er een geschikte aardingsinstallatie is.
3. LAY-OUT KAART
BRAIN 17 7 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
LCD Display signaleringen / programmering
SW1 Programmeerknop “+/R1
SW2 Programmeerknop “-/R2
SW3 Programmeerknop “F
DL1 Controleled status ingang “FCC2
DL2 Controleled status ingang “FCA2
DL3 Controleled status ingang “FCC1
DL4 Controleled status ingang “FCA1
DL5 Controleled status ingang “FSW OP
DL6 Controleled status ingang “FSW CL
DL7 Controleled status ingang “STOP
DL8 Controleled status ingang “OP-B
DL9 Controleled status ingang “OP-A
DL10 Signaleringsled “USB
DL11 Signaleringsled “RADIO1
DL12
Signaleringsled “
RADIO2
DL13 Signaleringsled fout/alarm “ERROR
DL14
Signaleringsled diagnostiek BUS G-WAY
BUS MON
DL15
Signaleringsled BUS G-WAY-voorziening
ACTIEF
DL16 Led voeding Microprocessor aanwezig
DL17 Led voeding accessoires +24V
"
aanwezig
J1 Connector voeding 230V
~
J2
Connector voeding motoren en waar-
schuwingslamp
J3 Connector ingangen/uitgangen
J5
Connector ontvangstmodule
RQFZ433/RQFZ868
Kanaal 1 - OPEN A (Volledige Opening)
Kanaal 2 - OPEN B (Gedeeltelijke Opening)
J6 Connector ingangen eindschakelaars
J8
Connector HOST USB-A voor Massa-
geheugens
J10
Connector aansluiting BUS G-WAY-voor-
zieningen
J11
Connector uitgangen
W.L. (programmeer-
baar), Elektroslot (LOCK)
F1 Veiligheidszekering motoren en voeding
BRAIN 17 8 732788 - Rev. A_1
C1 C2
J11J3J2
J1
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
20 21
PE N L
1 2 3 4 5 6 7 8
AC MAIN
PE N L M1123 212019
LAMP
78
230V~
MAX 60W
Mot1 Mot2
COM OP CL
OP-A OP-B STOP CL
FSW
OP
-
14
-
15
-
16
+
17
+
18910111213
24V
TX FSW
W.L.
LOCK
M2456
COM OP CL
230V~ ±15%
50/60 Hz
24V
3W
12V~
24V
MAX
100 mA
{
* *
J1 J2 J3
J11
{
MAX
500 mA
{
NEDERLANDS
4. ELEKTRICITEITSAANSLUITINGEN
4.1 J1 - PRIMAIRE VOEDING VANAF ELEKTRICITEITSNET
PE Aardingsaansluiting
Voor een goede werking is het
noodzakelijk de switching-voeding
op de aardgeleider in de instal-
latie aan te sluiten. Zorg dat er
bovenstrooms van het systeem
een geschikte magnetothermische
differentieelschakelaar wordt ge-
monteerd.
N Aansluiting voeding 230 V~ ± 15% Nulleider
L Aansluiting voeding 230 V~ ± 15% Lijn
4.2 J2 - MOTOREN EN WAARSCHUWINGSLAMP
1 M1 - COM Gemeenschappelijk contact motor 1
M1 = eerst opengaande of enkele vleu-
gel
M2 = als tweede opengaande vleugel
- NIET gebruiken voor enkele vleugel
Controleer of de motoren correct zijn
aangesloten en de draairichting van
de motoren (zie 5.4 ZELFLERENDE
PROCEDURE TIJDEN - SET-UP)
2 M1 - OP Openingsfase motor 1
3 M1 - CL Sluitingsfase motor 1
4 M2 - COM Gemeenschappelijk contact motor 2
5 M2 - OP Fase Opening motor 2
6 M2 - CL Fase Sluiting motor 2
7
LAMP Aansluiting waarschuwingslamp (MAX. 60 W)
8
Motor voor ENKELE VLEUGEL
of EERST OPEN GAANDE (als
tweede sluitende) vleugel
OPEN A
Volledige opening
poort (N.O-contact)
OPEN B
Gedeeltelijke opening
poort (N.O-contact)
STOP
Blokkering poort
(N.C.-contact)
*
Blauw of grijs
Fotocellen en veiligheidsvoorzienin-
gen: zie voor de aansluitingen de
betreffende paragraaf.
BRAIN 17 9 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
4.3 J3 - ACCESSOIRES OP LAAGSPANNING - INGANGEN/UITGANGEN
9 OP-A
Contact OPEN A - N.O.
VOLLEDIGE opening
Sluit een drukknop of een andere impulsgever aan die, door
het contact te sluiten, het commando geeft voor VOLLEDIGE
opening van beide vleugels.
10 OP-B
Contact OPEN B - N.O.
GEDEELTELIJKE opening
Sluit een drukknop of een andere impulsgever aan die, door
het contact te sluiten, het commando geeft voor GEDEEL-
TELIJKE opening.
installatie met twee motoren = vleugel 1 100% open;
installatie met twee motoren = vleugel 1 50% open.
Als een logica wordt gekozen waarvoor een CLOSE-ingang
is vereist (
b
,
C
), dan wordt ingang OPEN B automatisch
CLOSE - N.O. (commando vleugels sluiten).
Om meerdere impulsgevers OPEN A of OPEN B te installeren, moeten de N.O.-contacten
parallel worden geschakeld (zie bijbehorende Fig.).
11 STOP
Contact STOP - N.C.
Sluit een drukknop of een andere impulsgever aan die, door
het contact te openen, het commando geeft het automatisch
systeem te stoppen.
Om meerdere STOP-impulsgevers te installeren, moeten de N.C.-contacten in serie worden
geschakeld (zie bijbehorende Fig.). Als er GEEN STOP-inrichtingen worden aangesloten,
moeten de klemmen STOP en GND worden doorverbonden.
12
FSWCL
Contact FSW CL - N.C.
veiligheidsinrichtingen
voor het sluiten
Sluit een fotocel of een andere voorziening aan die, door een
contact te openen, de beweging van het automatisch systeem
tijdens opening (FSW OP) of sluiting (FSW CL) omkeert.
13
FSWOP
Contact FSW OP - N.C.
veiligheidsvoorzieningen
openen
Om meerdere veiligheidsvoorzieningen te installeren, moeten de N.C.-contacten in serie
worden geschakeld (zie bijbehorende Fig 12). Als er geen veiligheidsvoorzieningen worden
aangesloten, moeten de klemmen FSW CL en FSW OP en GND worden doorverbonden als de be-
veiliging FAIL-SAFE niet actief is; verbind anders FSW OP en FSW CL en TXFSW (FAIL SAFE) door.
14
- GND Minpool voeding accessoires15
16
17
+ +24 Pluspool voeding accessoires (belasting MAX. = 500mA)
18
19
TXFSW
Minpool FAILSAFE
Fig. Aansluiting van 2 parallel geschakelde N.O.-
contacten.
Fig. Aansluiting van 2 in serie geschakelde N.C.-
contacten
BRAIN 17 10 732788 - Rev. A_1
FCC2
FCC1
FCA2
FCA1
22 23 24 25
J6
J6
FCC2
FCC1
FCA2
FC
A1
22 23 24 25
J6
TIMECODER 2
TIMECODER 1
J6
FC
C2
FCC1
FCA2
FC
A1
22 23 24 25
J6
TIMECODER 2
TIMECODER 1
J6
NEDERLANDS
FCA1, FCC1 en TIMECODER1 hebben betrekking op VLEUGEL 1
FCA2, FCC2 en TIMECODER2 hebben betrekking op VLEUGEL 2
4.4 J12 - PROGRAMMEERBARE UITGANGEN - ELEKTROSLOTEN
20 W.L.
24 V
"
(Open Collector) programmeerbaar d.m.v. functie
SP
(geavanceerde program-
mering); default: indicatielampje
21 LOCK
Elektroslot (12 V~ o 24 V
"
)
2 sec.
ingeschakeld vòòr het openen van
vleugel 1
Met de BUS G-WAY-encoder gedeactiveerd, wordt
het elektroslot vòòr iedere opening geactiveerd
(in een willekeurige positie waarin de stilstaande
vleugel zich bevindt).
Met de
BUS G-WAY-encoder geactiveerd wordt
het elektroslot pas voor het openen van de gesloten
vleugel geactiveerd.
4.5 J6 - EINDSCHAKELAARS EN TIMECODER
De contacten voor eindschakelaars FCC1, FCA1, FCC2, FCA2 zijn van het N.C.-type.
Programmeerbaar d.m.v. de functies
FA
en
FC
(basisprogrammering); default: gedeactiveerd.
Als GEEN enkele eindschakelaar wordt gebruikt, hoeven de eindschakelaarcontacten
FCC1, FCA1, FCC2, FCA2 NIET te worden doorverbonden.
Er kan evenwel één TIMECODER worden gebruikt (alleen bij een enkele vleugel): in dat
geval hoeven de niet-gebruikte ingangen niet met de massa te worden doorverbonden.
Fig. Aansluitingen eindaanslagen en TIMECODER (maximale configuratie:
).
BRAIN 17 11 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
4.6 J10 - BUS G-WAY-ACCESSOIRES
Deze kaart heeft een BUS G-WAY-circuit, zodat een groot aantal BUS G-WAY-hulpvoorzieningen
(MAX. 16 paar fotocellen), encoders en bedieningsvoorzieningen eenvoudig kan worden aangesloten.
Als er geen enkele BUS G-WAY-accessoire wordt gebruikt, laat de BUS G-WAY-connector
dan vrij.
Fotocellen voor het sluiten:
grijpen alleen in
tijdens het sluiten van het automatisch systeem -
geschikt om het sluitingsgebied tegen stootgevaar
te beschermen.
Fotocellen voor het openen:
grijpen alleen in
tijdens het openen van het automatisch systeem -
geschikt om het openingsgebied tegen stootgevaar
te beschermen.
Fotocellen voor het openen/sluiten:
grijpen in
tijdens zowel het sluiten als het openen van het
automatisch systeem - geschikt om het hele gebied
tegen stootgevaar te beschermen.
Impulsgevers:
worden gebruikt als impulsgevers
voor het openen van het automatisch systeem.
Veiligheidsvoor-
zieningen sluiten
Veiligheidsvoor-
zieningen openen
Veiligheidsvoorzieningen
openen/sluiten
BUS G-WAY-fotocellen
Geeft de fotocellen alvorens hen aan te sluiten een correcte adressering naar gelang de positie en
het type werking:
BRAIN 17 12 732788 - Rev. A_1
BUS G-WAY
NEDERLANDS
Dip1 Dip2 Dip3 Dip4 TYPE FOTOCELLEN
OFF OFF OFF OFF
OPENEN (max. 6 paar)
OFF OFF OFF ON
OFF OFF ON OFF
OFF OFF ON ON
OFF ON ON OFF
OFF ON ON ON
ON OFF OFF OFF
SLUITEN (max. 7 paar)
ON OFF OFF ON
ON OFF ON OFF
ON OFF ON ON
ON ON OFF OFF
ON ON OFF ON
ON ON ON OFF
OFF ON OFF OFF
OPENEN EN SLUITEN (max. 2 paar)
OFF ON OFF ON
ON ON ON ON
OPEN-IMPULS (1 paar)
Aansluiting BUS G-WAY-fotocellen
Gebruik voor de aansluiting twee kabels zonder polariteit (zie specifieke instructies van de voorziening).
Adressering BUS G-WAY-fotocellen
Adresseer elk paar fotocellen door de vier dipschakelaars (DS1) op zowel de zender als de bijbeho-
rende ontvanger in te stellen.
De dipschakelaars van de zender en de ontvanger van een paar fotocellen moeten
hetzelfde zijn ingesteld.
Er mogen geen twee of meer paren fotocellen met dezelfde dipschakelaar-instelling zijn.
DL1
= Uitlijning
DL2
= Status BUS G-WAY/
Voeding
DS1
= Dipschakelaars voor
programmering
BRAIN 17 13 732788 - Rev. A_1
DL 2
DL 1
DL 2
DL 1
DL 2
DL 1
DL 3
DL 2
DL 1
DL 3
NEDERLANDS
VLEUGEL 2
VLEUGEL 1
VLEUGEL 1
VLEUGEL 2
1 led aan.
Controleer op vleugel 1 of
de leds DL1 en DL2 aan zijn
wanneer de motor stilstaat.
Controleer op vleugel 2 of
led DL1 aan is wanneer de
motor stilstaat.
Kabels
Encoder
omgedraaid
Encoder
Vleugel 1
Encoder
Vleugel 2
Controleer op vleugel 1 of
de leds DL1 en DL2 aan zijn
wanneer de motor stilstaat.
2 leds aan.
2 leds aan.
1 led aan.
BUS G-WAY-encoder
De BUS G-WAY-encoder moet worden aangesloten met gebruikmaking van de bijgeleverde bipolaire
kabels.
Aansluiting - Adressering BUS G-WAY-encoder
De polariteit van de BUS G-WAY-lijn bepaalt of de encoder bij de ene of bij de andere
vleugel hoort.
Let goed op welke status de leds op de behuizing van iedere encoder aangeven.
VLEUGEL 1 gaat als eerste open en sluit als tweede.
Opmerking: als de draden van de encoder
worden omgedraaid, worden de met vleugel
1 en met vleugel 2 geassocieerde encoders
met elkaar verwisseld.
Controleer op vleugel 2 of
led DL1 aan iis wanneer de
motor stilstaat. 1 led aan.
BRAIN 17 14 732788 - Rev. A_1
RADIO2RADIO1
ERROR
24V5V
RADIO 433-868
J5
DL16
DL11 DL12
DL17
DL13
NEDERLANDS
LED AAN KNIPPERT UIT
DL1
Voeding aanwezig
Communicatie aanwezig
Voeding aanwezig
Geen communicatie
Geen voeding
Geen communicatie
DL1 moet altijd branden, ter garantie van een correcte aansluiting encoder/kaart.
DL2
Vleugel 1 / Vleugel 2
DL2 geeft aan op welke vleugel de encoder is gemonteerd; op vleugel 1 moet hij aan zijn,
en op vleugel 2 uit.
DL3
Vleugel staat stil Vleugel in beweging Vleugel staat stil
DL3 geeft met regelmatig knipperen aan dat tijdens de beweging van de vleugel de impulsen
worden gelezen. Wanneer de vleugel stilstaat kan DL3 zowel aan als uit zijn.
In geval van een verkeerde aansluiting (DL2 aan of uit op beide encoders), KNIPPEREN
tijdens de zelflerende procedure van de BUS G-WAY-accessoires de leds DL1 van beide
encoders .
Tab. Status led BUS G-WAY-encoder
4.7 J5 - SNELAANSLUITING MODULE RQFZ
Snelaansluiting voor de tweekanaals-decoderings-
module RQFZ.
Schakel ALTIJD de spanning naar de
kaart uit ALVORENS de module te
plaatsen/verwijderen.
BRAIN 17 15 732788 - Rev. A_1
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12
13
14
15 16 17 18
19
20 21
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12
13
14
15 16 17 18
19
20 21
NEDERLANDS
4.8 TRADITIONELE FOTOCELLEN
Met deze apparatuur kunnen fotocellen van het traditionele type worden gebruikt (N.C.-contact met
relais). Alvorens de fotocellen aan te sluiten, is het beter het soort werking te kiezen op grond van het
bewegingsgebied dat ze moeten beschermen.
Fotocellen voor het sluiten:
grijpen alleen in
tijdens het sluiten van het automatisch systeem -
geschikt om het sluitingsgebied tegen stootgevaar
te beschermen.
Fotocellen voor het openen:
grijpen alleen in
tijdens het openen van het automatisch systeem -
geschikt om het openingsgebied tegen stootgevaar
te beschermen.
Fotocellen voor het openen/sluiten:
grijpen in
tijdens zowel het sluiten als het openen van het
automatisch systeem - geschikt om het hele bewe-
gingsgebied tegen stootgevaar te beschermen.
Impulsgevers: worden gebruikt als impulsgevers
voor het openen van het automatisch systeem.
Veiligheidsvoorziening Fail Safe
Met deze functie kan voor iedere beweging worden nagegaan of de fotocellen correct zijn uitgelijnd en
goed werken. Om de Fai Safe te activeren moet in de GEAVANCEERDE programmering de functie
SP
SP
=
01
01
worden ingesteld.
Met Fail Safe gedeactiveerd: sluit de voeding van de zenders (TX) op de klemmen 15
en 18 van J3 aan.
Met Fail Safe geactiveerd: sluit de minpool van de voeding van de zenders (TX) op
TXFSW
aan. Verbind daarnaast de niet gebruikte ingangen voor veiligheidsvoorzieningen door
met
TXFSW
.
Hieronder staan de schema’s van een aantal aansluitvoorbeelden.
Veiligheidsvoorzieningen
sluiten
Veiligheidsvoorzieningen
openen
Veiligheidsvoorzieningen
openen/sluiten
Geen veiligheids- en STOP-voorzieningen
FAIL SAFE gedeactiveerd
Geen veiligheids- en STOP-voorzieningen
FAIL SAFE geactiveerd
BRAIN 17 16 732788 - Rev. A_1
+
+
TX CL
RX CL
1
2
5
4
3
1
2
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12
13
14
15 16 17 18
19
20 21
+
+
+
+
+
+
TX CL
RX CL
1
2
5
4
3
1
2
TX OP/CL RX OP/CL
1
2
5
4
3
1
2
TX OP
RX OP
1
2
5
4
3
1
2
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12
13 14
15 16 17 18
19
20 21
+
+
TX CL
RX CL
1
2
5
4
3
1
2
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12
13 14
15 16 17 18
19
20 21
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12
13 14
15 16 17 18 19
20 21
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12
13 14
15 16 17 18 19
20 21
NEDERLANDS
Andere
veiligheidsvoorzieningen
ANDERE
VEILIGHEIDSVO
-
ORZIENINGEN
ANDERE
VEILIGHEIDSVO
-
ORZIENINGEN
Een veiligheidsvoorziening voor het sluiten,
voor het openen, een stop-voorziening.
FAIL SAFE gedeactiveerd
Een paar fotocellen voor het sluiten.
FAIL SAFE gedeactiveerd
Een paar fotocellen voor het sluiten.
FAIL SAFE geactiveerd
Een veiligheidsvoorziening voor het sluiten,
voor het openen, een stop-voorziening.
FAIL SAFE geactiveerd
Een paar fotocellen voor het sluiten, één voor
het openen en één voor het openen/sluiten.
FAIL SAFE gedeactiveerd
BRAIN 17 17 732788 - Rev. A_1
+
+
TX OP
RX OP
1
2
5
4
3
1
2
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11 12
13 14
15 16 17 18 19
20 21
+
+
+
+
TX CL1
RX CL1
1
2
5
4
3
1
2
TX CL2 RX CL2
1
2
5
4
3
1
2
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12
13
14
15 16 17 18
19
20 21
+
+
+
+
TX CL
RX CL
1
2
5
4
3
1
2
TX OP RX OP
1
2
5
4
3
1
2
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12
13
14
15 16 17 18 19
20 21
+
+
+
+
TX CL
RX CL
1
2
5
4
3
1
2
TX OP/CL RX OP/CL
1
2
5
4
3
1
2
LOCK
STOPOP-A
W.L.
24V
1110
OP-B
2120181716159
LOCK
STOPOP-A 24V
1110
OP-B
2120181716159
TX FSW
19
1412 13
CL FSW OP
9 10 11
12 13
14
15 16 17 18 19
20 21
NEDERLANDS
ANDERE
VEILIGHEIDSVO
-
ORZIENINGEN
ANDERE
VEILIGHEIDSVO
-
ORZIENINGEN
Twee paar fotocellen voor het sluiten.
FAIL SAFE gedeactiveerd
Een paar fotocellen voor het openen.
FAIL SAFE gedeactiveerd
Eén paar fotocellen voor het openen en één
voor het sluiten.
FAIL SAFE gedeactiveerd
Eén paar fotocellen voor het sluiten en één
voor het openen/sluiten.
FAIL SAFE gedeactiveerd
BRAIN 17 18 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
5. PROGRAMMERING
De programmering is verdeeld in twee niveaus:
• Basisprogrammering
• GEAVANCEERDE programmering
De programmeringsfasen zijn (zie Tab.):
1. programmering openen;
2. ingestelde waarden weergeven en indien gewenst wijzigen. De wijziging van de waarden heeft meteen
effect, terwijl definitieve geheugenopslag pas plaatsvindt bij het verlaten van het programma (
St).
3. programmering verlaten d.m.v. functie
St. Selecteer Y om de zojuist uitgevoerde configuratie OP
TE SLAAN, of
no om de programmering te VERLATEN ZONDER OPSLAG van de wijzigingen.
U kunt de programmering op ieder moment VERLATEN:
• houd F ingedrukt en drukt vervolgens ook op
-
tegelijk in om rechtstreeks naar St te gaan.
.
F
+
-
/
R2
Tab. BASIS programmeringsfasen.
Tab. GEAVANCEERDE Programmeringsfasen.

HOUD
INGEDRUKT
F : DE EERSTE
FUNCTIE
VERSCHIJNT
1
F
LAAT F LOS:
DE WAARDE
VAN DE FUNCTIE
VERSCHIJNT
F
LOOP MET BEHULP
VAN
+
OF
-
LANGS DE MOGELIJKE
WAARDEN TOT AAN DE
GEWENSTE WAARDE
-/
R2
+/
R1
DRUK OP F:
OM NAAR DE
VOLGENDE
FUNCTIE TE
GAAN
1
F
FUNCTIE St
(LAATSTE FUNCTIE)
KIES Y OM DE
PROGRAMMERING OP
TE SLAAN OF
KIES no OM DE
PROGRAMMERING
ZONDER
GEHEUGENOPSLAG TE
VERLATEN
DRUK OP TOETS F
VOOR BEVESTIGING;
NA AFLOOP TOONT
HET DISPLAY WEER
DE STATUS VAN
HET AUTOMATISCH
SYSTEEM
F

HOUD F
INGEDRUKT
EN DRUKT
VERVOLGENS OOK
OP
+
:
DE EERSTE
FUNCTIE
VERSCHIJNT
1
F
+
+/
R1
LAAT DE
TOETSEN LOS:
DE WAARDE
VAN DE FUNCTIE
VERSCHIJNT
F
+
+/
R1
LOOP MET BEHULP
VAN
+
OF
-
LANGS DE MOGELIJKE
WAARDEN TOT AAN DE
GEWENSTE WAARDE
-/
R2
+/
R1
DRUK OP F:
OM NAAR DE
VOLGENDE
FUNCTIE TE
GAAN
1
F
FUNCTIE St
(LAATSTE FUNCTIE)
KIES Y OM DE
PROGRAMMERING OP
TE SLAAN OF
KIES no OM DE
PROGRAMMERING
ZONDER
GEHEUGENOPSLAG TE
VERLATEN
DRUK OP
TOETS F VOOR
BEVESTIGING; NA
AFLOOP TOONT
HET DISPLAY WEER
DE STATUS VAN
HET AUTOMATISCH
SYSTEEM
F
1
1
DE FUNCTIE BLIJFT WEERGEGEVEN ZO LANG HIJ INGEDRUKT WORDT GEHOUDEN
BRAIN 17 19 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
5.1 BASISPROGRAMMERING
Display Basisfunctie
Default
dF
DEFAULT:
Y geeft aan dat alle ingestelde waarden met de defaultwaarden over-
eenkomen.
no geeft aan dat een of meer waarden van de defaultwaarden afwijken.
Selecteer
Y als u de defaultconfiguratie wilt herstellen.
Y
LO
BEDRIJFSLOGICA’S
E Halfautomatisch
EP Halfautomatisch Stap voor stap
SP Automatisch Veiligheid Stap voor stap
A Automatisch
AP Automatisch Stap voor stap
B Halfautomatisch “b”
C Dead man
Als een logica word geselecteerd waarvoor een CLOSE-ingang
vereist is (
b,C), worden de ingangen OPEN B automatisch in
CLOSE omgezet. Omgekeerd, als een logica wordt gekozen
waarvoor geen CLOSE-ingangen vereist is, worden deze ingangen
omgezet in OPEN B.
Zie voor de werking van de logica’s de speciale paragraaf.
E
BRAIN 17 20 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
Display Basisfunctie
Default
PA
PAUZETIJD A en PAUZETIJD B (alleen weergegeven bij Automatische
logica’s)
Dit is de pauzetijd bij de VOLLEDIGE en GEDEELTELIJKE opening (alleen
geactiveerd bij logica’s met pauzetijd).
Regelbaar van
00 tot 59 sec. in stappen van 1 sec.
Indien de waarde 59 wordt overschreden, wordt de tijd weergegeven in minuten
en tientallen seconden (gescheiden door een punt), regelbaar in stappen van
10 sec., tot maximaal
9.5 minuten.
Bijv.: als het display
2.5, 5 aangeeft, correspondeert de tijd met 2 min.
en 50 sec.
30
Mn
AANTAL MOTOREN:
Hiermee kan het aantal motoren op de installatie worden geselecteerd:
1 = 1 motor
2 = 2 motoren
Als de SET-UP wordt uitgevoerd met een motor en vervolgens wordt
overgegaan op twee motoren, signaleert de kaart fout
14 configu-
ratiefout, die kan worden verholpen door de SET-UP opnieuw met
twee motoren uit te voeren of door weer één motor te selecteren.
Als de SET-UP met twee motoren wordt uitgevoerd en vervolgens
wordt overgegaan naar slechts een motor, zal de kaart geen fouten
signaleren. Alleen de op ingang M1 aangesloten motor zal bewegen.
2
(vleugel-
poorten)
BRAIN 17 21 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
Display Basisfunctie
Default
F1
KRACHT MOTOR 1:
Hiermee kan de maximale kracht van motor 1 worden ingesteld, die tijdens
opening en sluiting hetzelfde is.
01 = minimale kracht
50 = maximale kracht
Als de waarde van de kracht wordt gewijzigd, wordt aangeraden een
nieuwe SET-UP uit te voeren, zie de betreffende paragraaf.
Als hydraulische aandrijvingen worden gebruikt, moet de maximale
kracht worden ingesteld (
50).
25
F2
KRACHT MOTOR 2 (alleen weergegeven als functie Mn = 2):
Hiermee kan de maximale kracht van motor 2 worden ingesteld, die tijdens
opening en sluiting hetzelfde is.
01 = minimale kracht
50 = maximale kracht
Als de waarde van de kracht wordt gewijzigd, wordt aangeraden een
nieuwe SET-UP uit te voeren, zie de betreffende paragraaf.
Als hydraulische aandrijvingen worden gebruikt, moet de maximale
kracht worden ingesteld (
50).
25
En
GEBRUIK ENCODER:
Hiermee kan het gebruik van de encoder worden geactiveerd/gedeactiveerd
(zowel BUS-encoder als TIMECODER):
Y = encoder op beide motoren
no = encoders gedeactiveerd
no
FA
EINDSCHAKELAAR VOOR HET OPENEN
Hiermee kunnen de eindschakelaars voor het openen op de vleugels van
vleugelpoorten worden ingesteld of gedeactiveerd.
no = eindschakelaars voor openen gedeactiveerd
01 = de eindschakelaar zorgt dat de beweging wordt gestopt
02 = de eindschakelaar zorgt dat de vertraging begint
Na de waarde van deze functie te hebben gewijzigd moet een SET-
UP worden uitgevoerd: de kaart signaleert fout
14 (configuratiefout)
tot de SET-UP wordt uitgevoerd of de eerdere waarde wordt hersteld.
no
BRAIN 17 22 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
Display Basisfunctie
Default
FC
EINDSCHAKELAAR VOOR HET SLUITEN
Hiermee kunnen de eindschakelaars voor het sluiten op de vleugels van
vleugelpoorten worden ingesteld of gedeactiveerd.
no = eindschakelaars voor sluiten gedeactiveerd
01 = de eindschakelaar zorgt dat de beweging wordt gestopt
02 = de eindschakelaar zorgt dat de vertraging begint
Na de waarde van deze functie te hebben gewijzigd moet een SET-
UP worden uitgevoerd: de kaart signaleert fout
14 (configuratiefout)
tot de SET-UP wordt uitgevoerd of de eerdere waarde wordt hersteld..
no
Cd
VERTRAGING VLEUGEL TIJDENS SLUITEN (alleen weergegeven als
functie
Mn = 2):
Hiermee wordt bepaald hoeveel later vleugel 1 dicht begint te gaan ten opzichte
van vleugel 2. Zo kunnen de twee vleugels elkaar beter overlappen.
Regelbaar va
00 tot 59 sec., in stappen van 1 sec.
Indien de waarde 59 wordt overschreden, wordt de tijd weergegeven in minuten
en tientallen seconden (gescheiden door een punt), regelbaar in stappen van
10 sec., tot maximaal
1.3 minuten.
Bijv.: als het display
1.2, aangeeft, correspondeert de tijd met 1 min. en
20 sec.
05
bu
REGISTRATIE BUS G-WAY-VOORZIENINGEN:
Zie de betreffende paragraaf.
no
BRAIN 17 23 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
Display Basisfunctie
Default
M2
INSCHAKELING dead man MOTOR 2 (alleen weergegeven als functie
Mn = 2)
+/
R1
GAAT OPEN (terwijl oP wordt weergegeven) zo lang de knop ingedrukt
wordt gehouden
-/
R2
GAAT DICHT (terwijl
cL wordt weergegeven) zo lang de knop ingedrukt
wordt gehouden
--
M1
INSCHAKELING dead man MOTOR 1
+/
R1
GAAT OPEN (terwijl oP wordt weergegeven) zo lang de knop ingedrukt
wordt gehouden
-/
R2
GAAT DICHT (terwijl
cL wordt weergegeven) zo lang de knop ingedrukt
wordt gehouden
--
tL
ZELFLERENDE PROCEDURE WERKINGSTIJDEN (SET_UP):
Zie de betreffende paragraaf.
--
St
STATUS VAN HET AUTOMATISCH SYSTEEM:
Hiermee kan de programmering worden verlaten, waarbij wordt bepaald of
de zojuist uitgevoerde configuratie al dan niet wordt opgeslagen.
1. stel de keuze in:
Y voor OPSLAAN en programmering VERLATEN
no voor programmering VERLATEN ZONDER OPSLAAN
2. druk op toets F voor bevestiging; na afloop toont het display weer de
status van het automatisch systeem:
Y
00 = GESLOTEN
01 = OPEN
02 = Staat stil en vervolgens
“GAAT OPEN”
03 = Staat stil en vervolgens
“GAAT DICHT”
04 = In “PAUZE”
05 = In openingsfase
06 = In sluitingsfase
07 = FAILSAFE in uitvoering
08 = controle BUS G-WAY-voorzieningen in
uitvoering
09 = Voorknipperen en vervolgens “GAAT
OPEN”
10 = Voorknipperen en vervolgens “GAAT DICHT”
LET OP: Als de voeding naar de kaart wegvalt voor dat de bev-
estiging is gegeven (stap 2), gaan alle wijzigingen verloren.
F
+
-
/
R2
De programmering kan op ieder moment worden VERLATEN
door: houd F ingedrukt en drukt vervolgens ook op
-
tegelijk in
om rechtstreeks naar
St te gaan.
BRAIN 17 24 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
5.2 GEAVANCEERDE PROGRAMMERING
Display Geavanceerde Functie
Default
rS
KORTE TEGENGESTELDE BEWEGING TIJDENS OPENING en SLUI-
TINGSSTOOT TIJDENS SLUITING (NIET weergegeven als functie
FC = 1):
Hiermee kunnen de tegengestelde beweging en de sluitingsstoot op de vleu-
gels van vleugelpoorten worden geactiveerd/gedeactiveerd.
Met de korte tegengestelde beweging komt de vleugel makkelijker uit het
elektroslot: met het automatisch systeem dicht geven de motoren voordat de
openingsbeweging begint een korte stoot in de sluitingsrichting.
De sluitingsstoot zorgt ervoor dat de vleugel beter in het elektroslot valt,
doordat de motoren aan het einde van de sluiting maximale kracht geven.
Y = geactiveerd (2 sec. lang)
no = gedeactiveerd
In geval van installaties met een absolute encoder moet om deze
functie te kunnen activeren de set-up worden uitgevoerd, door de
vleugel automatisch op de mechanische aanslag te laten stoppen.
no
Od
VERTRAGING VLEUGEL TIJDENS OPENEN (alleen weergegeven als
functie
Mn = 2):
Hiermee kan de vertraging van het begin van de openingsbeweging van
vleugel 2 ten opzichte van vleugel 1 worden geactiveerd/gedeactiveerd, om
te voorkomen dat de twee vleugels tegen elkaar komen.
Y = geactiveerd (2 sec. lang)
no = gedeactiveerd
Y
r1
VERTRAGING VLEUGEL 1:
Hiermee kan de vertragingsafstand worden geregeld als percentage van de
hele slag van vleugel 1.
Regelbaar van
00
tot 99
%, in stappen van 1%.
00 = geen vertraging
01 = minimale vertragingsafstand
99 = maximale vertragingsafstand
20
r2
VERTRAGING MOTOR 2 (alleen weergegeven als functie Mn = 2):
Hiermee kan de vertragingsafstand worden geregeld als percentage van de
hele slag van vleugel 2.
Regelbaar van
00
tot 99%, in stappen van 1%.
00
= geen vertraging
01 = minimale vertragingsafstand
99
= maximale vertragingsafstand
20
BRAIN 17 25 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
Display Geavanceerde Functie
Default
PF
VOORKNIPPERFUNCTIE:
Hiermee kan het voorknipperen worden geactiveerd/gedeactiveerd. Duur
voorknipperen = 3 sec.
Y = voorknipperen vòòr iedere beweging
no = gedeactiveerd
no
EC
GEVOELIGHEID BEKNELLINGSBEVEILIGING (alleen weergegeven als
functie
En = Y):
Deze functie bepaalt hoe veel tijd moet verlopen voordat de kaart in geval
van een obstakel het commando geeft de beweging van de vleugels om te
keren, of te stoppen indien zij zich in de fase bevinden waar zij de aanslag
zoeken (zie functie
rB).
Het vierde obstakel dat achter elkaar bij dezelfde beweging en op dezelfde
plaats wordt gedetecteerd wordt als aanslag beschouwd, en de vleugel stopt
op die plaats.
00 = minimale gevoeligheid (maximale tijd voor omkering)
10 = maximale gevoeligheid (minimale tijd voor omkering)
05
r8
HOEK AANSLAG ZOEKEN (alleen weergegeven als functie En = Y en
de functies
Fc en FA = no of = 02):
Hiermee kan worden ingesteld binnen welke hoek de kaart, wanneer hij een
obstakel of aanslag detecteert, de beweging stopt zonder haar om te keren.
Regelbaar op twee wijzen:
01 = Kleine ruimte aanslag zoeken (ongeveer 1 graad)
02 = Grote ruimte aanslag zoeken (ongeveer 4 graden)
02
SP
UITGANG WL:
Hiermee kan de uitgang W.L. (open collector N.O.) worden ingesteld op een
van de volgende functies:
00 = INDICATIELAMPJE (uit = gesloten, aan = gaat open en open/in
pauze, knippert = gaat dicht)
01 = VERLICHTING (blijft 90 sec. branden)
00
BRAIN 17 26 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
Display Geavanceerde Functie
Default
FS
FAILSAFE:
Hiermee kan de functie FAILSAFE voor de werkingscontrole van de fotocellen
worden geactiveerd.
00 = FAILSAFE gedeactiveerd
01 = FAILSAFE geactiveerd
00
St
STATUS VAN HET AUTOMATISCH SYSTEEM:
Hiermee kan de programmering worden verlaten, waarbij wordt bepaald of
de zojuist uitgevoerde configuratie al dan niet wordt opgeslagen.
1. stel de keuze in:
Y voor OPSLAAN en programmering VERLATEN
no voor programmering VERLATEN ZONDER OPSLAAN
2. druk op toets F voor bevestiging; na afloop toont het display weer de
status van het automatisch systeem:
Y
00 = GESLOTEN
01 = OPEN
02 = Staat stil en vervolgens
“GAAT OPEN”
03 = Staat stil en vervolgens
“GAAT DICHT”
04 = In “PAUZE”
05 = In openingsfase
06 = In sluitingsfase
07 = FAILSAFE in uitvoering
08 = controle BUS G-WAY-voorzieningen in
uitvoering
09 = Voorknipperen en vervolgens “GAAT
OPEN”
10 = Voorknipperen en vervolgens “GAAT DICHT”
LET OP: Als de voeding naar de kaart wegvalt voor dat de bev-
estiging is gegeven (stap 2), gaan alle wijzigingen verloren.
F
+
-
/
R2
De programmering kan op ieder moment worden VERLATEN
door: houd F ingedrukt en drukt vervolgens ook op
-
tegelijk in
om rechtstreeks naar
St te gaan.
BRAIN 17 27 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
5.3 INSTALLATIE BUS G-WAY-VOORZIENINGEN
Op ieder willekeurig moment kunnen er BUS G-WAY-voorzieningen aan de installatie worden toege-
voegd zoals hieronder beschreven.
1. Schakel de voeding naar de kaart uit.
2. Installeer en configureer de BUS G-WAY-accessoires volgens de bijbehorende instructies.
3. Sluit de BUS G-WAY-accessoires aan volgens de instructies in Hst. ELEKTRICITEITSAANSLUI-
TINGEN
4. Schakel de voeding naar de kaart in.
5. Voer de registratieprocedure voor de BUS G-WAY-voorzieningen uit.
5.3.1 REGISTRATIE BUS G-WAY-VOORZIENINGEN
1. Open de BASISprogrammering en ga naar de functie
bu
. Wanneer
F
F
wordt losgelaten, toont het
display de status van de BUS G-WAY-voorzieningen (zie figuur).
2. Voer de registratie uit: houd de knoppen
+
en
-
minstens 5 seconden tegelijk ingedrukt (gedu-
rende deze tijd knippert het display).
3. Ter bevestiging dat registratie heeft plaatsgevonden, verschijnt
Y
.
4. Laat de knoppen
+
en
-
los. Het display toont de status van de BUS G-WAY-voorzieningen.
Als geen enkele BUS-voorziening ooit geregistreerd is geweest, toont het display
no
.
Encoder 1: aan = correct aangesloten
en geregistreerd
Encoder 2:
aan = correct aangesloten
en geregistreerd
Status BUS: altijd aan
Fotocel OPEN:
aan = geregistreerd en bezet
Fotocellen gaat open:
aan = geregistreerd en bezet
Fotocellen gaat dicht:
aan = geregistreerd en bezet
Fig. Weergave status BUS G-WAY door functie
bu
: ieder segment van het display signaleert een type
voorziening.
Fotocellen gaat open
en Fotocellen gaat dicht:
aan = geregistreerd en bezet
BRAIN 17 28 732788 - Rev. A_1
+/
R1
NEDERLANDS
In STAND-BY (poort gesloten en in ruststand) met
BUS G-WAY-encoder op vleugel 1 en vleugel 2 en
BUS G-WAY-fotocellen correct aangesloten en ge-
registreerd.
Indien BUS G-WAY-encoder op vleugel 1 en vleugel
2 en BUS G-WAY-fotocellen correct aangesloten en
geregistreerd en met fotocellen voor het sluiten bezet:
Encoder op vleugel 1 cor-
rect geregistreerd
Encoder op vleugel 2 cor-
rect geregistreerd
minstens een paar fotocellen voor het ope-
nen correct geregistreerd
minstens een paar fotocellen voor het sluiten
correct geregistreerd
Fig. voorbeelden van weergave op display van de status BUS G-WAY.
Controle van de op de kaart geregistreerde voorzieningen.
Om de door middel van de registratieprocedure erkende typen BUS-voorzieningen te controleren:
1. Houd de toets
+
ingedrukt tijdens weergave stand-by: de bij minstens een geregistreerde voorziening
horende segmenten gaan branden. Voorbeeld:
Controleer om na te gaan of de BUS G-WAY-aansluiting goed werkt, de leds op de kaart:
Led DL15 (Rood)
Aan Veiligheidsvoorziening bezet of impulsgever actief
Uit GEEN ENKELE veiligheidsvoorziening bezet of impulsgever actief
Led DL14 (Groen)
Blijft aan Normale activiteit (led aan, ook als er geen voorzieningen zijn)
Knippert langzaam
(flash iedere 2,5 sec.)
Kortsluiting lijn BUS G-WAY.
Knippert snel (flash
iedere 0,5 sec.)
Fout aansluiting BUS G-WAY.
Herhaal registratie voorzieningen. Indien de fout zich opnieuw voordoet,
controleer dan:
- Of er in de installatie niet meer dan een accessoire met hetzelfde adres is.
- Fout fotoceltest (aantal > o < aangesloten BUS-voorzieningen).
- Fout FAIL SAFE op BUS-voorziening.
Uit Kaart in Sleep-stand (indien voorzien).
BRAIN 17 29 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
5.4 ZELFLERENDE PROCEDURE SET-UPTIJDEN
Als de voeding naar de kaart wordt ingeschakeld, knippert op het display, als er nog nooit een SET-
UP is uitgevoerd of als de kaart dat vereist, de code
S0 om aan te geven dat een SET-UP moet
worden uitgevoerd.
Tijdens de SET-UP worden de aangesloten BUS G-WAY-accessoires altijd geregistreerd.
De door de SET-UP geregistreerde BUS G-WAY-encoders moeten vervolgens worden ge-
activeerd d.m.v. de functie
En (BASIS-programmering).
Voer de SET-UP-procedure als volgt uit:
Tijdens de SET-UP zijn de veiligheidsvoorzieningen gedeactiveerd! Zorg er dus voor dat
tijdens deze handeling geen toegang tot het bewegingsgebied van de vleugels mogelijk is.
Indien geen encoder in de installatie wordt gebruikt, zijn de mechanische aanslagen van de
vleugels noodzakelijk.
1. Ga in de BASIS-programmering naar de functie
tL, waar als de knop F wordt losgelaten het
symbool
--
-- verschijnt.
2. Controleer of de vleugels van de poort gesloten zijn. Als dat niet het geval is, handel dan als volgt:
- Houd de toets -/R2 ingedrukt om vleugel 2 te sluiten
- Houd de toets -/R1 ingedrukt om vleugel 1 te sluiten
Als wanneer op de toetsen +/R1 en/of -/R2 wordt gedrukt de bijbehorende vleugel open
gaat, schakel dan de spanning uit en draai op klemmenbord J2 de kabels van de fasen van
de bijbehorende motor om (klemmen 2-3 voor motor vleugel 1 en klemmen 5-6 voor motor
vleugel 2).
3. Start met de vleugels van de poort gesloten de SET-UP-procedure door de knoppen
+
en
-
in-
gedrukt te houden tot de code
S1 op het display verschijnt (circa 3 sec.).
4. Laat de knoppen
+
en
-
los. Vleugel 1 start een openingsbeweging.
Werking ZONDER Encoder
Stop de beweging door zodra vleugel 1
de aanslag bereikt een OPEN A-impuls
te geven.
Werking MET Encoder
Vleugel 1 stopt zodra hij de aanslag heeft bereikt.
De beweging van de vleugel kan evenwel op
ieder moment en op het gewenste punt worden
gestopt door een OPEN A-impuls te geven.
5. Op het display knippert
S2
(alleen indien 2 motoren zijn geselecteerd): vleugel 2 begint open te gaan.
Werking ZONDER Encoder
Stop de beweging door zodra vleugel 2
de aanslag bereikt een OPEN A-impuls
te geven.
Werking MET Encoder
Vleugel 2 stopt zodra hij de aanslag heeft bereikt.
De beweging van de vleugel kan evenwel op
ieder moment en op het gewenste punt worden
gestopt door een OPEN A-impuls te geven.
Stap 4 en 5 met functie
FA
FA
:
FA
FA
=
01
01
(de eindschakelaar zorgt dat de beweging wordt gestopt) de impuls OPEN A om de
beweging te stoppen wordt genegeerd.
FA
FA
=
02
02
(de eindschakelaar zorgt dat de vertraging begint) geef de impuls OPEN A pas
nadat de eindschakelaar voor het openen bezet is.
BRAIN 17 30 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
6. Op het display knippert S3 (alleen indien 2 motoren zijn geselecteerd): vleugel 2 begint dicht te gaan.
Werking ZONDER Encoder
Stop de beweging door zodra vleugel 2
de aanslag bereikt een OPEN A-impuls
te geven.
Werking MET Encoder
Vleugel 2 stopt zodra hij de aanslag heeft bereikt.
De beweging van de vleugel kan evenwel op
ieder moment en op het gewenste punt worden
gestopt door een OPEN A-impuls te geven.
7. Op het display knippert
S4
: vleugel 1 begint dicht te gaan.
Werking ZONDER Encoder
Stop de beweging door zodra vleugel 1
de aanslag bereikt een OPEN A-impuls
te geven.
Werking MET Encoder
Vleugel 1 stopt zodra hij de aanslag heeft bereikt.
De beweging van de vleugel kan evenwel op
ieder moment en op het gewenste punt worden
gestopt door een OPEN A-impuls te geven.
Stap 6 en 7 met functie
FC
FC
:
FC
FC
=
01
01
(de eindschakelaar zorgt dat de beweging wordt gestopt) de impuls OPEN A om de
beweging te stoppen wordt genegeerd.
FC
FC
=
02
02
(de eindschakelaar zorgt dat de vertraging begint) geef de impuls OPEN A pas
nadat de eindschakelaar voor het sluiten bezet is.
8. De kaart verlaat automatisch het programmeringsmenu en geeft de status van het automatisch
systeem weer (code
00) ter bevestiging dat de SET-UP-procedure correct is uitgevoerd. Indien
de procedure niet volgens de regels is voltooid, knippert op het display de code S0 om aan te
geven dat een nieuwe SET-UP-procedure moet worden uitgevoerd.
De vertragingsafstanden kunnen worden geconfigureerd en gewijzigd door op het display
de parameters
r1 en r2 in te stellen (zie Geavanceerde Programmering), zonder de SET-UP te
hoeven herhalen.
5.5 TEST VAN HET AUTOMATISCH SYSTEEM
Controleer na het installeren en programmeren of de installatie goed werkt. Controleer met name of de
veiligheidsvoorzieningen correct ingrijpen en of de installatie aan de geldende veiligheidsvoorschriften
voldoet. Zet het deksel met de afdichting op zijn plaats.
BRAIN 17 31 732788 - Rev. A_1
OK
OK
1”
P1 + P2
> 5”
+/
R1
+/
R1
2 x 2”
RADIO 1
DL11
> 30 cm
RX
TX
OK
OK
1”
MAX
MAX
5
5”
MAX
MAX
20
20”
2”
NEDERLANDS
6. GEHEUGENOPSLAG EN RADIOCODERING
De elektronische kaart heeft een integraal tweekanaals decoderingssysteem. Met dit systeem kunnen
d.m.v. een aanvullende ontvangstmodule (op connector
J5) meerdere radioafstandsbedieningen met
verschillende technologieën maar met dezelfde frequentie worden opgeslagen. Daarmee kan een com-
mando voor zowel volledige opening (OPEN A) als gedeeltelijke opening (OPEN B) worden gegeven.
De verschillende coderingstypes (JLC, RC) kunnen naast elkaar bestaan op de twee kanalen.
Er kunnen maximaal 255 radiocodes worden opgeslagen, verdeeld over OPEN A en OPEN
B/CLOSE.
Om verschillende coderingssystemen op hetzelfde kanaal te gebruiken moet de zelflerende
procedure van elk systeem worden voltooid, en vervolgens de procedure voor het andere
systeem worden herhaald.
Houd de afstandsbediening op minstens 30 cm van de ontvanger.
6.1 GEHEUGENOPSLAG JLC-RADIOAFSTANDSBEDIENINGEN
1. Houd de toets +/R1 - SW1 (programmering OPEN A) of -/R2 - SW2 (programmering OPEN B/CLOSE)
ingedrukt.
Na de toets ongeveer 5 sec. ingedrukt te hebben gehouden gaat de bijbehorende radio-led (DL11
of DL12) gedurende 20 sec. langzaam knipperen.
2. Laat de toets los.
3. Houd op de JLC-radioafstandsbediening (alleen MASTER-radioafstandsbediening) de knoppen P1
en P2 tegelijkertijd ingedrukt.
De led van de radioafstandsbediening begint te knipperen.
4. Laat beide knoppen los.
Controleer of led DL11 of DL12 op de kaart nog knippert (zie punt 2) en druk, terwijl de led van
de radioafstandsbediening nog knippert, op de gewenste knop op de radioafstandsbediening, en
houd hem ingedrukt (de led van de radioafstandsbediening blijft branden).
De bijbehorende led op de kaart (DL11 of DL12) brandt 1 sec. lang om vervolgens te doven,
waarmee wordt aangegeven dat geheugenopslag heeft plaatsgevonden.
5. Laat de knop van de radioafstandsbediening los.
6. Druk 2 keer kort achter elkaar op de knop van de opgeslagen radioafstandsbediening om de
geheugenopslag te voltooien.
Het automatisch systeem zal een openingsbeweging uitvoeren.
Zorg ervoor dat er tijdens de beweging van het automatisch systeem geen obstakels
zijn (mensen of voorwerpen).
BRAIN 17 32 732788 - Rev. A_1
MAX
MAX
5
5”
P1 + P2
2
x
2”
> 30 cm
RX
TX
> 5”
+/
R1
+/
R1
RADIO 1
DL11
> 30 cm
RX
TX
OK
OK
1”
OK
OK
1”
RADIO 1
DL11
MAX
MAX
20
20”
MAX
MAX
20
20”
2”
+
OK
OK
NEDERLANDS
Om andere radioafstandsbedieningen met dezelfde installatiecode te activeren, moet de installatiecode
van de knop van de opgeslagen radioafstandsbediening worden overgezet op de knop van de toe te
voegen radioafstandsbedieningen:
1. Houd op de in het geheugen opgeslagen radioafstandsbediening de knoppen P1 en P2 tegelijkertijd ingedrukt.
De led van de radioafstandsbediening begint te knipperen.
2. Laat beide knoppen los.
3. Druk, terwijl de led van de radioafstandsbediening nog knippert, op de opgeslagen knop en houd hem
ingedrukt (de led van de radioafstandsbediening gaat branden).
4. Houd de radioafstandsbedieningen in de buurt, druk de knop voor de toe te voegen radioafstandsbediening
in en laat hem pas los nadat de led van de radioafstandsbediening twee keer heeft geknipperd,
waarmee wordt aangegeven dat geheugenopslag heeft plaatsgevonden.
5. Druk 2 keer achter elkaar op de knop van de zojuist opgeslagen radioafstandsbediening.
Het automatisch systeem zal een openingsbeweging uitvoeren.
Zorg ervoor dat er tijdens de beweging van het automatisch systeem geen obstakels
zijn (mensen of voorwerpen).
6.2 GEHEUGENOPSLAG RC-RADIOAFSTANDSBEDIENINGEN (ALLEEN 433 MHZ)
1. Houd de toets +/R1 - SW1 (programmering OPEN A) of -/R2 - SW2 (programmering OPEN B/
CLOSE) ingedrukt.
Na de toets ongeveer 5 sec. ingedrukt te hebben gehouden gaat de bijbehorende radio-led (DL11
of DL12) gedurende 20 sec. langzaam knipperen.
2. Laat de ingedrukte toets los.
3. Druk terwijl de radio-led knippert op de gewenste knop van de RC-radioafstandsbediening.
De bijbehorende led op de kaart (DL11 of DL12) brandt 1 sec. lang, waarmee wordt aangegeven
dat de geheugenopslag heeft plaatsgevonden, om vervolgens 20 sec. lang te knipperen, gedurende
welk tijdsbestek er nog een radioafstandsbediening kan worden opgeslagen.
Na deze 20 sec. dooft de led, waarmee wordt aangegeven dat de procedure beëindigd is.
4. Om verdere radioafstandsbedieningen toe te voegen moet de handeling vanaf punt 1 worden herhaald.
BRAIN 17 33 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
6.2.1 GEHEUGENOPSLAG OP AFSTAND RC-RADIOAFSTANDSBEDIENINGEN
Bij RC-radioafstandsbedieningen kunnen andere radioafstandsbedieningen op afstand in het geheugen
worden opgeslagen, d.w.z. zonder rechtstreeks op de kaart in te grijpen, maar met gebruikmaking van
een eerder opgeslagen radioafstandsbediening.
1. Neem een reeds op een van de 2 kanalen (OPEN A of OPEN B/CLOSE) opgeslagen
radioafstandsbediening en houd haar in de buurt van de kaart.
2. Druk de knoppen P1 en P2 tegelijk in en houd ze ingedrukt tot beide leds gedurende 5 sec. langzaam
knipperen.
3. Druk binnen 5 sec. op de eerder in het geheugen opgeslagen knop van de radioafstandsbediening
om de zelflerende procedure op het gekozen kanaal te activeren.
4. De led op de kaart die bij het kanaal in de zelflerende fase hoort knippert langzaam gedurende 20
sec., binnen welk tijdsbestek de code van een nieuwe radioafstandsbediening moet worden
verzonden door op de toets te drukken.
De bijbehorende led op de kaart brandt 2 sec. lang (waarmee wordt aangegeven dat geheugenopslag
heeft plaatsgevonden) om vervolgens nog eens 20 sec. lang te knipperen (gedurende welk tijdsbestek er
nog andere radioafstandsbedieningen in het geheugen kunnen worden opgeslagen) en tot slot te doven.
6.3 RADIOAFSTANDSBEDIENINGEN WISSEN
Deze handeling kan NIET ongedaan worden gemaakt. ALLE codes van de radioafstandsbedieningen
die als OPEN A of OPEN B in het geheugen zijn opgeslagen zullen worden gewist. De pro-
cedure voor het wissen is alleen actief wanneer de status van de poort wordt weergegeven.
1. Houd de toets -/R2 ingedrukt
-/
R2
.
Na de toets ongeveer 5 sec. ingedrukt te hebben gehouden begint de led DL12 langzaam te
knipperen; na 5 sec. knipperen met de toets ingedrukt beginnen de leds DL11 en DL12 sneller te
knipperen (het wissen begint).
Na het snel knipperen blijven de leds DL11 en DL12 branden ter bevestiging dat alle in het geheu-
gen van de kaart opgeslagen radiocodes (OPEN A/OPEN B/CLOSE) zijn gewist.
2. Laat de toets -/R2 los
-
/
R2
.
De leds doven, waarmee wordt aangegeven dat de codes correct zijn gewist.
BRAIN 17 34 732788 - Rev. A_1
VOLTAGE
USB
USB-A
BUS MON.
RADIO2RADIO1
ERROR
HIGH
AREA
LAMP OP-ACOMAC MAIN V
8
7
CL
M2
OP
M1
COM
21201817
24V5V
96543
CL
2
OP
1LNPE
LOCK
8.8.
RADIO 433-868
J5
PE N L
1 2 3 4 5 6 7 8
9 10
15 16 17 18 19
20 21
RL1 RL2 RL4 RL5
TH2 TH1
QC4 QC3
IC1
C52
TF1
F1
FL1
LCD1
DB1
+
-
/R1
F
/R2
OP-A
OP-B
STOP
DL7DL8
DL9
DL14
DL16
DL11 DL12
DL10
DL17
DL13
SW1 SW2
W.L.
TX FSW
19
22
23 24
25
FCA1
FCC1
FCA2
FCC2
22 23 24 25
FCA1
FCC1
FCA2
FCC2
VO
LTAG
E
USB
US
B
-
H
I
G
H
A
RE
A
L
AM
P
O
P
-
CO
M
A
C
MAI
N
V
8
7
C
L
M
2
O
P
M
1
CO
M
2
1
2
0
1
8
1
7
9
6
5
4
3
C
L
2
O
P
1
L
N
P
E
LO
C
K
8
.
8.
PE
N
L
1
2 3 4 5 6 7
8
9 1
0
1
5 16 17 1
8
1
9
20
21
RL1
RL2
RL4
RL5
TH2
TH1
QC4
QC3
IC1
C52
TF1
F1
FL1
LCD1
DB1
+
-
/R1
++
F
/R2
-
DL7
DL8
DL9
DL
DL
DL
S
W
1
S
W
2
W.L.
T
X F
SW
W
19
2222
22
2
22
22
22
22
22
22
2
22
22
2
22
22
22
22
22
2
2
22
22
22
22
22
22
22
22
2
2
FCA1
USB
D
L1
0
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
23
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
24
24
24
24
24
24
2
2
2
3
3
3
3
2
2
2
2
2
2
2
2
4
4
2
2
22
2
55
5
5
5
FCC1
A2
2
2
2
2
2
2
A2
A2
2
2
A2
A2
A2
A2
2
2
A2
A2
2
CA2
FCA
FCC2
FC
FC
FCC2
FC
FC
FC
FC
FC
F
FC
FC
F
F
F
F
F
F
F
F
F
F
F
4
25
25
25
25
25
5
25
25
25
5
5
5
5
5
25
25
25
5
5
25
25
25
5
25
25
25
25
25
25
5
25
23
23
23
23
2
2
4
CC2
4
25
R
ADI
O
2
RADI
O
1
R
R
RADI
R
O 43
3-868
J5
D
L1
1
DL1
DL1
DL12
DL12
L12
L12
L12
L12
12
12
2
L
1
12
2
2
2
L
1
2
2
STOP
STOP
P
STOP
STOP
STOP
STO
DL7
DL7
DL7
5
5
5
5
6
6
6
6
1
1
L
5
5
6
6
7
7
7
1
1
L
24
2
24
4
4
4
4
4
4
4
4
4
24
4
4
24
4
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
V
5
5
5
5
V
V
V
V
6
6
6
6
16
1
L1
2
2
2
2
2
5
6
7
7
2424
4
V
V
V
V
V
2
2
BUS MON
BUS MON
BUS MON
US MON
US MO
US MO
SMO
.
D
D
DL14
DL14
DL14
DL14
DL14
L14
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
R
R
RO
RO
RO
RO
O
RO
RO
R
RO
RO
O
O
RO
RO
RO
RO
R
R
R
R
R
R
R
R
R
R
R
3
3
3
3
13
1
L1
E
ERR
ERR
ER
R
R
E
ER
ERR
ERR
ERR
RR
ERR
E
R
ER
ERR
ERR
E
ERR
ER
1
1
1
C1
C
CC
C
C
CC
CC
C
C
C
FC
C
FC
C
C
F
F
F
F
F
F
F
F
F
F
F
F
A1
A
A
A
CA
C
C
C
C
C
C
C
C
F
F
F
1
1
1
C1
C1
C
C
C
C
C
CC
CC
C
C
C
C
C
C
C
C
C
C
C
FC
FC
C
C
C
F
C
FC
F
F
F
F
F
F
F
F
2
C2
C2
C2
C2
FCC
FCC
FCCF
F
C
C
C
A2
CA
C
C
C
FF
F
F
F
F
F
C
C
C
OP-A
OP-A
OP A
OP-A
OP-A
OP-A
OP A
DL9
DL9
DL9
DL9
OP-B
OP-B
OP B
OP-B
OP B
OP B
OP
DL8
DL8
DL8
NEDERLANDS
7. INBEDRIJFSTELLING
7.1 CONTROLE VAN DE LEDS
Controleer, na alle kabels te hebben aangesloten en de voeding naar de kaart te hebben ingescha-
keld, de status van de leds in relatie tot de status van de ingangen (de figuur toont de conditie van
het automatisch systeem in gesloten toestand).
Betekenis leds:
zie “LAY-OUT
KAART”
Betekenis leds:
zie “REGI-
STRATIE-
PROCEDURE
BUS G-WAY-VO-
ORZIENINGEN”
Alleen als
eindschakelaars
aanwezig zijn
STOP - In de default-configuratie is de STOP-ingang een veiligheidsingang met een N.C.-contact
(Normaal Gesloten). De bijbehorende led moet AAN zijn wanneer het automatisch systeem in de
ruststand staat, en doven zodra de aangesloten voorziening wordt ingeschakeld.
OPEN A, OPEN B - In de default-configuratie zijn de ingangen OPEN A en OPEN B ingangen met een
N.O.-contact (Normaal Open) De bijbehorende leds moeten UIT zijn wanneer het automatisch systeem
in de ruststand staat, en gaan branden zodra de aangesloten voorziening wordt bezet.
Led ERROR - Als hij knippert betekent dit dat er alarm actief is (deze situatie verhindert de werking
van de poort niet) - zie “ALARMMELDINGEN”. - als hij blijft branden betekent dit dat er een storing
is, (in deze situatie wordt de werking geblokkeerd tot de storing is verholpen). Zie ”STORINGEN”.
Leds FCA1, FCC1, FCA2, FCC2 - geven de status van de N.C.-contacten van de eindschakelaars aan.
LED Naam
AAN
(contact gesloten)
UIT
(contact open)
met TIMECODER
DL4 FCA1
Eindschakelaar
openen vrij
Eindschakelaar openen
bezet
Knipperen samen tijdens de
beweging van de vleugel 1.
Wanneer de vleugel stilstaat
kunnen ze beide aan of uit zijn.
DL3 FCC1
Eindschakelaar
sluiten vrij
Eindschakelaar sluiten
bezet
DL2 FCA2
Eindschakelaar
openen vrij
Eindschakelaar openen
bezet
Knipperen samen tijdens de
beweging van de vleugel 2.
Wanneer de vleugel stilstaat
kunnen ze beide aan of uit zijn.
DL1 FCC2
Eindschakelaar
sluiten vrij
Eindschakelaar sluiten
bezet
LED AAN = contact gesloten LED UIT = contact open
BRAIN 17 35 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
8. SIGNALERING STORING EN ALARM
In geval van STORINGEN (condities die de werking van de poort blokkeren) of ALARMMELDINGEN
(condities die de werking van de poort niet beïnvloeden), kan op het display het nummer van de be-
treffende conditie worden afgelezen door de toetsen
+
en
-
tegelijk in te drukken.
Deze signaleringen verdwijnen bij de daarop volgende cyclus pas als de oorzaak ervan is
verwijderd.
8.1 STORINGEN
Als er zich een STORING voordoet, gaat de led ERROR branden. Door de toetsen
+
en
-
tegelijk in te drukken wordt op het display het bij de betreffende storing horende nummer
weergegeven.
In de onderstaande tabel staan alle soorten storingen die op het display kunnen worden weergegeven.
STORING OPLOSSING
01
Kaart defect Vervang de kaart
05
SET-UP niet geldig Herhaal de SET-UP van de kaart
08
Storing BUS G-WAY-
voorziening
Controleer of er geen twee of meer paren voorzieningen met
hetzelfde adres zijn
09
Kortsluiting uitgang
BUS G-WAY
Controleer de aansluitingen van de aangesloten en geregistre-
erde BUS G-WAY- voorzieningen
12
Fotoceltest BUS G-WAY
Controleer of de BUS-voorzieningen goed werken en herhaal
eventueel de procedure voor het opnemen van BUS-voorzie-
ningen
13
FAILSAFE
Controleer of de veiligheidsvoorzieningen (fotocellen) goed
werken
14
Configuratiefout
Controleer of de kaart goed is geconfigureerd (geavanceerde en
basisprogrammering) en herhaal eventueel de SET-UP
17
Encoder motor 1 defect Controleer aansluitingen of vervang encoder motor 1
18
Encoder motor 2 defect Controleer aansluitingen of vervang encoder motor 2
19
Fout geheugengegevens
Registreer de BUS G-WAY-voorzieningen opnieuw en/of her-
programmeer de kaart
BRAIN 17 36 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
8.2 ALARMMELDINGEN
Als er zich een ALARM voordoet, gaat de led ERROR knipperen. Door de toetsen + en - tegelijk
in te drukken wordt op het display het bij de betreffende storing horende nummer weergegeven
In de onderstaande tabel staan alle alarmmeldingen die op het display kunnen worden weergegeven.
ALARM Oplossing / Beschrijving
20
Obstakel bij MOTOR 1 (alleen met
encoder)
Verwijder ieder obstakel bij vleugel 1
21
Obstakel bij MOTOR 2 (alleen met
encoder)
Verwijder ieder obstakel bij vleugel 2
25
Kortsluiting uitgang LOCK1 Verwijder de oorzaak van de kortsluiting
27
Aantal achtereenvolgende obsta-
kels bij opening overschreden
Verwijder ieder obstakel. Indien de situatie zich blijft voor-
doen, voer dan een nieuwe SET-UP uit
28
Aantal achtereenvolgende obsta-
kels bij sluiting overschreden
Verwijder ieder obstakel. Indien de situatie zich blijft voor-
doen, voer dan een nieuwe SET-UP uit
30
Geheugen radiocodes RQFZ vol Verwijder de radio codes
31
Alarm Doorbreking
Er werd een verplaatsing uitgevoerd met de automatisering
in status St = 00 of 01.
Voer een manoeuvrecyclus uit.
9. PROBLEMEN OPSPOREN
Beschrijving Oplossing
A De kaart schakelt niet in.
Controleer of de kaart onder 230V~ staat
Controleer of zekering F1 intact is
B
De poort beweegt niet wan-
neer een OPEN-impuls wordt
gegeven
Controleer of de veiligheidsvoorzieningen en de STOP op de
minpool zijn aangesloten en controleer of de bijbehorende
leds branden
Controleer de fotocellen (uitlijning, bezet)
Controleer of de SET-UP goed is uitgevoerd, voer deze
eventueel opnieuw uit
C
De beweging van de poort
wordt niet omgekeerd wanne-
er de fotocellen worden bezet
Controleer of de traditionele fotocellen correct zijn bekabeld en
of de BUS-fotocellen (indien aanwezig) correct zijn bekabeld.
Herhaal, indien nodig, de opname van de BUS G-WAY-vo-
orzieningen
D
De beweging van de poort
wordt in geval van een obsta-
kel niet omgekeerd
Controleer of de encoders op de motoren zijn geactiveerd
Controleer de gevoeligheid van de obstakeldetectie
E De poort gaat niet weer dicht
Controleer of de fotocellen goed zijn aangesloten en uitgelijnd
Controleer of er nergens een OPEN-signaal actief is
Controleer welke bedrijfslogica is geselecteerd (automatisch
of halfautomatisch)
BRAIN 17 37 732788 - Rev. A_1
BRN17SW.bin
BRN17.prg
BRN17.rad
NEDERLANDS
10. BEHEER CONFIGURATIEBESTANDEN – J8 USB
Via de USB-poort J8 kunnen zowel configuratie- en beheerbestanden vanuit een USB-geheugen op de
kaart worden overgezet, als bestanden vanuit de kaart naar het USB-geheugen worden gekopieerd.
Indien de bestanden vanuit het USB-geheugen op de kaart worden overgezet, moeten de bestanden
in de hoofddirectory van zijn opgeslagen, zoals weergegeven op het onderstaande scherm:
Daarnaast moeten de verschillende bestanden de volgende namen en extensies hebben:
• BRN17SW.bin - Updatebestand SOFTWARE van de kaart
• BRN17.prg - Updatebestand PROGRAMMERING van de kaart
• BRN17.rad - Updatebestand RADIO van de kaart
Deze bestanden worden gecreëerd, een naam gegeven en opgeslagen zoals in de figuur, indien zij
vanuit de kaart naar het USB-geheugen worden overgezet.
Indien wanneer de kaart wordt ingeschakeld een USB-geheugen op aansluiting J8 van de kaart wordt
waargenomen, zal de kaart, na op het display de code
bo, te hebben weergegeven, naar het menu
voor het beheer van updatebestanden gaan (zie onderstaande tabel) (druk op toets F om langs de
functies te lopen):
Display Functie
Default
US
UPGRADE SOFTWARE KAART:
Met deze functie kan de softwaretoepassing van de kaart worden geüpdatet
(bestand BRN17SW.bin).
Door de toetsen + en - tegelijk minstens 5 seconden ingedrukt te houden
wordt de kaart geüpdatet. De code
no verdwijnt van het display, en in plaats
daarvan beginnen het symbool
-- en de led USB DL10 te knipperen.
Na afloop van de update wordt op het display
Y weergegeven indien deze
correct heeft plaatsgevonden, zo niet, dan wordt weer
noweergegeven.
De upgrade wordt alleen correct uitgevoerd indien het USB-
geheugen een geldig bestand bevat met exact de naam
BRN17SW.bin
--
BRAIN 17 38 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
Display Functie
Default
Uc
UPGRADE CONFIGURATIE KAART:
Met deze functie kan de configuratie op de kaart worden overgebracht
(bestand BRN17.prg).
Door de toetsen + en - tegelijk minstens 5 seconden ingedrukt te houden
wordt de configuratie van de kaart geüpdatet. De code
no verdwijnt van
het display en in plaats daarvan beginnen het symbool
-- en de led USB
DL10 te knipperen.
Na afloop van de update wordt op het display
Y weergegeven indien deze
correct heeft plaatsgevonden, zo niet, dan wordt weer
noweergegeven.
De upgrade wordt alleen correct uitgevoerd indien het USB-
geheugen een geldig bestand bevat met exact de naam
BRN17.prg
--
Ur
UPGRADE LIJST RADIOCODESCODICI RADIO:
Met deze functie kan de lijst met radiocodes op de kaart worden geüpdatet
(bestand BRN17.rad).
Door de toetsen + en - tegelijk minstens 5 seconden ingedrukt te houden
wordt de kaart geüpdatet. De code
no verdwijnt van het display en in plaats
daarvan beginnen het symbool
-- en de led USB DL10 te knipperen.
Na afloop van de update wordt op het display
Y weergegeven indien deze
correct heeft plaatsgevonden, zo niet, dan wordt weer
no weergegeven.
De upgrade wordt alleen correct uitgevoerd indien het USB-
geheugen een geldig bestand bevat met exact de naam
BRN17.rad
--
BRAIN 17 39 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
Display Functie
Default
dc
DOWNLOAD CONFIGURATIE KAART:
Met deze functie kan de configuratie van de kaart in het USB-geheugen wor-
den opgeslagen om haar te archiveren (parameter
01) of op andere installa-
ties te dupliceren (parameter
00). Als de toetsen + en - tegelijk minstens 5 se-
conden ingedrukt worden gehouden verschijnen de volgende keuzewaarden:
01 = Archivering: het configuratiebestand wordt opgeslagen in het formaat
BRN17_xxx.prg,waar xxx=000/001/002 enz. afhankelijk van het aantal
configuratiebestanden in het USB-geheugen.
00 = Duplicatie: het configuratiebestand wordt opgeslagen in het formaat
BRN17.prg; een eventueel eerder configuratiebestand met deze naam
wordt overschreven, zodat het voor een upgrade op een andere installatie
kan worden gebruikt.
Kies door op de toetsen + en - te drukken de gewenste parameter, en
door op toets F te drukken slaat de kaart het bestand op, waarbij
Y wordt
weergegeven indien hij correct is opgeslagen, en
no als er zich tijdens het
opslaan problemen hebben voorgedaan.
--
dr
DOWNLOAD RADIOCODES KAART:
Met deze functie kunnen de radiocodes van de kaart in het USB-geheugen
worden opgeslagen om ze te archiveren (parameter
01) of op andere installa-
ties te dupliceren (parameter
00). Als de toetsen + en - tegelijk minstens 5 se-
conden ingedrukt worden gehouden verschijnen de volgende keuzewaarden:
01 = Archivering: het bestand met de radiocodes wordt opgeslagen in het
formaat BRN17_xxx.rad, waar xxx=000/001/002 enz. afhankelijk van het
aantal bestanden met radiocodes in het USB-geheugen.
00 = Duplicatie: het bestand met radiocodes wordt opgeslagen in het
formaat
BRN17.rad; een eventueel eerder bestand met radiocodes met deze naam
wordt overschreven, zodat het voor een upgrade op een andere installatie
kan worden gebruikt. Kies door op de toetsen + en - te drukken de gewen-
ste parameter, en door op toets F te drukken slaat de kaart het bestand op.
waarbij
Y wordt weergegeven indien hij correct is opgeslagen, en no als
er zich tijdens het opslaan problemen hebben voorgedaan.
--
BRAIN 17 40 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
11. BEDRIJFSLOGICA’S
Deze tabel bevat een samenvatting van de bedrijfslogica’s.
Raadpleeg voor een nadere beschrijving van elk daarvan de volgende tabellen.
LOGICA Status automatisch
systeem: staat stil
Status automatisch
systeem: in beweging
Status:
ingrijpen fotocellen
E
Halfautoma-
tisch
een OPEN-impuls
opent de poort en een
volgende impuls sluit
hem weer
een OPEN-impuls
tijdens het openen
blokkeert de poort, en
tijdens het sluiten opent
de poort
ingrijpen fotocellen
tijdens beweging keert
de beweging om
EP
Halfautoma-
tisch Stap voor
stap
een OPEN-impuls
opent de poort en een
volgende impuls sluit
hem weer
een OPEN-impuls
tijdens de beweging
blokkeert de beweging
ingrijpen fotocellen
tijdens beweging keert
de beweging om
SP
Automatisch
Veiligheid stap
voor stap
een OPEN-impuls
opent de poort en sluit
hem automatisch na de
pauzetijd
een OPEN-impuls
tijdens de pauze sluit
de poort, en tijdens de
beweging blokkeert
hem
ingrijpen fotocellen voor
het sluiten tijdens de
pauze sluit de poort
weer; tijdens het ope-
nen bestelt een sluiting;
tijdens het sluiten keert
de beweging om en sluit
de poort onmiddellijk
A
Automatisch een OPEN-impuls
opent de poort en sluit
hem automatisch na de
pauzetijd
een OPEN-impuls
tijdens het openen
wordt genegeerd,
tijdens de pauze maakt
dat de pauzetijd op-
nieuw begint te lopen;
en tijdens het sluiten
opent de poort weer
door ingrijpen fotocellen
voor het sluiten begint
de pauzetijd opnieuw te
lopen
AP
Automatisch
stap voor stap
een OPEN-impuls
opent de poort en sluit
hem automatisch na de
pauzetijd
een OPEN-impuls
tijdens het openen en
de pauze blokkeert de
poort; tijdens het sluiten
keert de beweging om
door ingrijpen fotocellen
voor het sluiten begint
de pauzetijd opnieuw te
lopen
b Halfautoma-
tisch “b”
(de OPEN-B-in-
gangen worden
CLOSE)
logica met twee afzon-
derlijke commando’s:
OPEN-A-impuls opent
de poort; CLOSE-
impuls sluit hem
een OPEN-A-impuls
tijdens het sluiten opent
de poort, een CLOSE-
impuls tijdens het
openen sluit hem
ingrijpen fotocellen
tijdens beweging keert
de beweging om
C Dead man
(de OPEN-B-in-
gangen worden
CLOSE)
logica met twee afzon-
derlijke commando’s:
OPEN-A ingedrukt
gehouden opent de
poort; CLOSE ingedrukt
gehouden sluit hem
een OPEN-A-comman-
do tijdens het sluiten
opent de poort, een
CLOSE-commando
tijdens het openen sluit
hem
ingrijpen fotocellen
tijdens beweging keert
de beweging om
BRAIN 17 41 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
1
als de cyclus is begonnen met “OPEN-B”, gaat hij helemaal open
2
werking wijzigbaar door programmering
EP
EP
HALFAUTOMATISCHE LOGICASTAP VOOR STAP
IMPULSEN
STATUS
AUTOMATISCH
SYSTEEM
OPEN
A OPEN B CLOSE STOP FSW OP FSW CL FSW CL/OP
GESLOTEN OPENT
OPENT
GEDEELTELIJK
GEEN
EFFECT
GEEN
EFFECT (OPEN
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT (OPEN
ONDERDRUKT)
GAAT OPEN
STAAT
STIL*
1
STAAT STIL* SLUIT STAAT STIL*
KEERT
BEWEGING
GEEN
EFFECT
STAAT
STIL; EN GAAT
NA VRIJKOMEN OPEN
(
OPEN STAAT STIL* -
OPSLAG CLOSE)
GEOPEND
SLUIT
1
SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT
(
CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT (OPEN/
CLOSE ONDERDRUKT)
GAAT DICHT STAAT STIL* GEEN EFFECT STAAT STIL* GEEN EFFECT
KEERT
BEWEGING
2
STAAT STIL; EN GAAT
NA VRIJKOMEN OPEN
(
OPEN STAAT STIL* -
OPSLAG CLOSE)
STAAT STIL*
HERVAT DE BEWEGING IN
OMGEKEERDE RICHTING.
SLUIT ALTIJD NA STOP
SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT (OPEN
STAAT STIL* - OPSLAG
CLOSE)
IMPULSEN
STATUS
AUTOMATISCH
SYSTEEM
OPEN
A OPEN B CLOSE STOP FSW OP FSW CL FSW CL/OP
GESLOTEN OPENT
OPENT
GEDE-
ELTELIJK
GEEN
EFFECT
GEEN
EFFECT (OPEN ONDER-
DRUKT)
GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT
(
OPEN ONDER-
DRUKT)
GAAT OPEN
STAAT
STIL*
1
STAAT STIL* SLUIT STAAT STIL*
KEERT BEWE-
GING
GEEN
EFFECT
STAAT
STIL; EN
GAAT NA VRIJKO-
MEN OPEN
(
OPEN STAAT STIL*
-
OPSLAG CLOSE)
GEOPEND
SLUIT
1
SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT
(
CLOSE ON-
DERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GAAT DICHT OPENT GEEN EFFECT STAAT STIL* GEEN EFFECT
KEERT
BEWE-
GING
2
STAAT STIL;
EN GAAT NA
VRIJKOMEN OPEN
(
OPEN STAAT STIL*
-
OPSLAG CLOSE)
*
STAAT STIL SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN ONDER-
DRUKT)
GEEN EFFECT
(
CLOSE ON-
DERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN STAAT STIL*
-
OPSLAG CLOSE)
E
HALFAUTOMATISCHE LOGICA
BRAIN 17 42 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
1
als de cyclus is begonnen met “OPEN-B”, gaat hij helemaal open
2
werking wijzigbaar door programmering
SP
SP
AUTOMATISCHE LOGICAVEILIGHEIDSINRICHTINGEN” “STAP VOOR STAP
IMPULSEN
STATUS
AUTOMATISCH
SYSTEEM
OPEN
A OPEN B CLOSE STOP FSW OP FSW CL FSW CL/OP
GESLOTEN
OPENT
; SLUIT
WEER NA DE
PAUZETIJD
OPENT
GEDEELTE-
LIJK; SLUIT WEER
NA DE PAUZETIJD
GEEN
EFFECT
GEEN
EFFECT
(
OPEN ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT (OPEN
ONDERDRUKT)
GAAT OPEN
STAAT
STIL*
1
STAAT STIL* SLUIT STAAT STIL*
KEERT BEWE-
GING
VOLTOOIT
OPENING EN
SLUIT ZONDER
PAUZETIJD
STAAT
STIL; EN
GAAT NA VRIJKOMEN
OPEN, EN SLUIT
VERVOLGENS ZON-
DER PAUZETIJD
(
OPEN STAAT STIL* -
OPSLAG CLOSE)
GEOPEND IN
PAUZE
SLUIT
1
SLUIT STAAT STIL* GEEN EFFECT
STAAT
STIL;
EN GAAT NA VRIJKOMEN SLUIT
GAAT
DICHT STAAT STIL* GEEN EFFECT STAAT STIL* GEEN EFFECT
KEERT
BEWE-
GING
2
STAAT STIL; EN GAAT
NA VRIJKOMEN OPEN
(
OPSLAG CLOSE)
*
STAAT STIL
HERVAT
DE BEWEGING IN OMGEKE-
ERDE.
SLUIT ALTIJD NA STOP
SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN ONDER-
DRUKT)
GEEN EFFECT
(
CLOSE ON-
DERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
IMPULSEN
STATUS
AUTOMATISCH
SYSTEEM
OPEN
A OPEN B CLOSE STOP FSW OP FSW CL FSW CL/OP
GESLOTEN
OPENT
; SLUIT
WEER NA DE
PAUZETIJD
OPENT
GEDEELTELIJK;
SLUIT WEER NA
DE PAUZETIJD
GEEN
EFFECT
GEEN
EFFECT (OPEN
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT
(
OPEN
ONDERDRUKT)
GAAT OPEN
GEEN
EFFECT
1
GEEN EFFECT SLUIT STAAT STIL*
KEERT
BEWEGING
GEEN
EFFECT
STAAT
STIL; EN
GAAT NA VRIJKOMEN
OPEN (OPSLAG
CLOSE)
GEOPEND IN
PAUZE
DE
PAUZETIJD
BEGINT
OPNIEUW TE
LOPEN
1
DE PAUZETIJD
BEGINT
OPNIEUW TE
LOPEN
SLUIT STAAT
STIL* GEEN EFFECT
DE
PAUZETIJD BEGINT OPNIEUW TE
LOPEN
(CLOSE ONDERDRUKT)
GAAT DICHT OPENT GEEN EFFECT STAAT STIL* GEEN EFFECT
KEERT
BEWEGING
2
STAAT STIL; EN
GAAT NA VRIJKOMEN
OPEN (OPSLAG
CLOSE)
*
STAAT STIL SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
A
AUTOMATISCHE LOGICA
BRAIN 17 43 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
1
als de cyclus is begonnen met “OPEN-B”, gaat hij helemaal open
2
werking wijzigbaar door programmering
AP
AP
AUTOMATISCHE LOGICASTAP VOOR STAP
IMPULSEN
STATUS
AUTOMATISCH
SYSTEEM
OPEN
A OPEN B CLOSE STOP FSW OP FSW CL FSW CL/OP
GESLOTEN
OPENT
; SLUIT
WEER NA DE
PAUZETIJD
OPENT
GEDE-
ELTELIJK; SLUIT
WEER NA DE
PAUZETIJD
GEEN
EFFECT
GEEN
EFFECT (OPEN ONDER-
DRUKT)
GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT (OPEN
ONDERDRUKT)
GAAT OPEN
STAAT
STIL*
1
STAAT STIL* SLUIT STAAT STIL*
KEERT BEWE-
GING (OPSLAG
OPEN)
GEEN EFFECT
STAAT
STIL; EN GAAT NA
VRIJKOMEN OPEN
(
OPEN STAAT STIL* -
OPSLAG CLOSE)
GEOPEND IN
PAUZE
STAAT
STIL*
1
STAAT STIL* SLUIT STAAT STIL* GEEN EFFECT
DE
PAUZETIJD BEGINT OPNIEUW TE
LOPEN
(CLOSE ONDERDRUKT)
GAAT DICHT OPENT
GEEN
EFFECT
STAAT
STIL* GEEN EFFECT
KEERT
BEWE-
GING
2
STAAT STIL; EN GAAT
NA VRIJKOMEN OPEN
(
OPEN STAAT STIL* -
OPSLAG CLOSE)
STAAT STIL* SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN ONDER-
DRUKT)
GEEN EFFECT
(
CLOSE ON-
DERDRUKT)
GEEN EFFECT (OPEN/
CLOSE ONDERDRUKT)
b
HALFAUTOMATISCHEBLOGICA (DE INGANGENOPEN -BWORDENCLOSE”)
IMPULSEN
STATUS
AUTOMATISCH
SYSTEEM
OPEN
A OPEN B CLOSE STOP FSW OP FSW CL FSW CL/OP
GESLOTEN OPENT GEEN
EFFECT GEEN EFFECT (OPEN ONDERDRUKT) GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT (OPEN
ONDERDRUKT)
GAAT OPEN GEEN EFFECT SLUIT STAAT STIL*
KEERT
BEWEGING
GEEN
EFFECT
STAAT
STIL; EN GAAT NA
VRIJKOMEN SLUIT
(
OPSLAG OPEN/CLOSE)
GEOPEND GEEN EFFECT SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT
(
CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT (OPEN/
CLOSE ONDERDRUKT)
GAAT DICHT OPENT GEEN EFFECT STAAT STIL* GEEN EFFECT
KEERT
BEWEGING
2
STAAT STIL; EN GAAT
NA VRIJKOMEN OPEN
(
OPSLAG OPEN/CLOSE)
*
STAAT STIL OPENT SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT (OPEN/
CLOSE ONDERDRUKT)
BRAIN 17 44 732788 - Rev. A_1
NEDERLANDS
1
als de cyclus is begonnen met “OPEN-B”, gaat hij helemaal open
2
werking wijzigbaar door programmering
C
DEAD MAN LOGICA (DE INGANGENOPEN -BWORDENCLOSE”)
COMMANDOS INGEDRUKT GEHOUDEN IMPULSEN
STATUS
AUTOMATISCH
SYSTEEM
OPEN
A OPEN B CLOSE STOP FSW OP FSW CL FSW CL/OP
GESLOTEN OPENT GEEN
EFFECT GEEN EFFECT (OPEN ONDERDRUKT) GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT (OPEN
ONDERDRUKT)
GAAT OPEN GEEN EFFECT SLUIT STAAT STIL*
KEERT
BEWEGING
GEEN
EFFECT
STAAT
STIL; EN GAAT
NA VRIJKOMEN SLUIT
(
OPSLAG
OPEN/CLOSE)
GEOPEND GEEN EFFECT SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
GEEN
EFFECT
(
CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT (OPEN/
CLOSE ONDERDRUKT)
GAAT DICHT OPENT GEEN EFFECT STAAT STIL* GEEN EFFECT
KEERT
BEWEGING
2
STAAT STIL; EN
GAAT NA VRIJKOMEN
OPEN (OPSLAG
OPEN/CLOSE)
*
STAAT STIL OPENT SLUIT
GEEN
EFFECT
(
OPEN/CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
OPEN
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT
(
CLOSE
ONDERDRUKT)
GEEN EFFECT (OPEN/
CLOSE ONDERDRUKT)
732788 - Rev. A_1
Sede legale / Registered of ce: FAAC SpA - Via Calari, 10
40069 Zola Predosa (BO) - Italy Tel. + 39 051 61724 - Fax. +39 051 758518
Supporto tecnico Italia : 051 6172505
www.geniusg.com
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45

Genius BRAIN17 Handleiding

Type
Handleiding