36
©
2021 DJI. Alle rechten voorbehouden.
DJI Mini 2 Gebruikshandleiding
thuisbasis en de thuisbasis aan te passen.
Sensoren: bekijk de IMU- en kompasstatus en kalibreer indien nodig.
Geavanceerde instellingen: onder andere noodstop van de propellers en laadstand. ‘Emergency only’
(Alleen noodgeval) geeft aan dat de motoren halverwege de vlucht alleen in een noodsituatie kunnen worden
gestopt, bijvoorbeeld als er een botsing is, een motor is vastgelopen, de drone in de lucht rolt of de drone
onbestuurbaar is en zeer snel stijgt of daalt. ‘Altijd’ (Anytime) geeft aan dat de motoren op elk gewenst
moment halverwege de vlucht kunnen worden gestopt zodra de gebruiker een combinatie-stickopdracht
(CSC) uitvoert. Als u de motoren tijdens het vliegen uitschakelt, zal de drone neerstorten.
Als er accessoires op de DJI Mini 2 zijn gemonteerd, wordt het aanbevolen om de laadstand in te schakelen
voor meer veiligheid. Na het opstijgen wordt de laadstand automatisch ingeschakeld als een lading wordt
gedetecteerd. Denk eraan dat het maximale bedieningsplafond 2.000 m boven zeeniveau is en dat de
maximale vliegsnelheid beperkt is wanneer de laadstand is ingeschakeld.
De functie Find My Drone helpt bij het vinden van de locatie van de drone op de grond.
Besturing
Drone-instellingen: tik hierop om het meetsysteem in te stellen.
Gimbal-instellingen: tik hierop om de gimbalmodus in te stellen, gimbalrotatie naar boven toe te staan, de
gimbal opnieuw te centreren en de gimbal te kalibreren. Geavanceerde gimbalinstellingen zijn onder andere
snelheid en soepelheid voor pitch en yaw.
Instellingen van de afstandsbediening: tik hierop om de functie van de aanpasbare knop in te stellen, de
afstandsbediening te kalibreren, de telefoon op te laten laden wanneer er een iOS-apparaat is aangesloten
en tussen joystickmodi te wisselen. Zorg ervoor dat u de werking van een joystick-stand begrijpt voordat u
de joystickmodus wijzigt.
Vlieginstructie voor beginners: bekijk de tutorial.
Verbinden met de drone: wanneer de drone geen verbinding met de afstandsbediening heeft, tikt u hierop
om te beginnen met koppelen.
Camera
Foto: tik om het fotoformaat in te stellen.
Algemene instellingen: tik hierop om histogram, waarschuwing voor overbelichting, rasterlijnen, witbalans, en
automatisch synchroniseren van HD-foto’s te bekijken en in te stellen.
Opslag: tik op om de capaciteit en het formaat van de microSD-kaart te controleren.
Cache-instellingen: stel in op cache bij het opnemen en de maximale videocachecapaciteit.
Reset camera-instellingen: tik om alle camera-instellingen terug te zetten naar de standaardinstelling.
Transmissie
Instellingen voor frequentie en kanaalmodus.
Informatie
Bekijk apparaatgegevens, firmwaregegevens, app-versie, batterijversie en meer.
7. Shooting Mode
Foto: Single, AEB, en Timed Shot.
Video: videoresolutie kan worden ingesteld op 4K 24/25/30 fps, 2,7K 24/25/30/48/50/60 fps en 1080p
24/25/30/48/50/60 fps.
Pano: Sphere, 180°, en groothoek. De drone maakt automatisch verschillende foto’s volgens het geselecteerde
type pano en genereert een panoramische foto in DJI Fly.
QuickShots: kies uit Dronie, Circle, Helix, Rocket en Boomerang.
8. Sluiter-/opnameknop
: tik hierop om een foto te maken of een video op te nemen of te stoppen.
Tijdens de video-opname wordt tot 4x digitale zoom ondersteund. Tik op
1x
om de zoomfactor te
veranderen. 1080P ondersteunt 4x digitale zoom, 2,7K ondersteunt 3x digitale zoom en 4K ondersteunt 2x
digitale zoom. Gebruikers kunnen ook 2x zoom gebruiken in de fotostand.
9. Afspelen
tik hierop om foto's en video's af te spelen en te bekijken zodra ze zijn opgenomen.
Na het invoeren van het album, tikt u op om tussen de QuickTransfer-modus (wifi-verbinding) en de
vliegmodus (OcuSync 2.0-video-transmissieverbinding) te schakelen.