Gebruikershandleiding DJI Mavic 3
57
© 2022 DJI. Alle rechten voorbehouden.
Vliegbescherming: Tik om de max. hoogte, max. afstand, hoogte voor automatische RTH (standaardhoogte
is 100 m), en de thuisbasis aan te passen.
Sensoren: Tik om de IMU- en kompasstatus te bekijken en begin indien noodzakelijk met kalibreren.
Accu: Tik hierop om de accugegevens te bekijken, zoals de status van de accucel, het serienummer, de
oplaadtijden en de productiedatum.
Hulpled: Tik hierop om de hulpled in te stellen op automatisch, aan of uit. Schakel de LED voor
hulpapparatuur niet in voordat het apparaat opstijgt.
LED's voorste arm vliegtuig: In de automatische modus worden de LED's aan de voorkant van de drone
tijdens de opname uitgeschakeld om ervoor te zorgen dat de kwaliteit niet wordt beïnvloed.
GEO-zone ontgrendelen: Tik hierop om de informatie over het ontgrendelen van GEO-zones weer te geven.
De functie Find My Drone helpt bij het vinden van de locatie van de drone op de grond.
Geavanceerde veiligheidsinstellingen omvatten de gedragsinstellingen van de drone wanneer het signaal
van de afstandsbediening wegvalt, wanneer de propellers tijdens de vlucht kunnen worden gestopt en de
AirSense-schakelaar.
Het gedrag van de drone wanneer het signaal van de afstandsbediening wegvalt, kan worden ingesteld op
Terug naar thuisbasis, Dalen, en Zweven.
‘Emergency only’ (Alleen noodgeval) geeft aan dat de motoren halverwege de vlucht alleen in een
noodsituatie kunnen worden gestopt, bijvoorbeeld als er een botsing is, een motor is vastgelopen, de drone
in de lucht rolt of de drone onbestuurbaar is en zeer snel stijgt of daalt. ‘Anytime’ (Altijd) geeft aan dat de
motoren op elk gewenst moment halverwege de vlucht kunnen worden gestopt zodra de gebruiker een
gecombineerde joystickopdracht (CSC) uitvoert. Als u de motoren tijdens het vliegen uitschakelt, zal de
drone neerstorten.
Er verschijnt een waarschuwing in DJI Fly wanneer er een bemand vliegtuig wordt gedetecteerd als AirSense
is ingeschakeld. Lees de disclaimer in de DJI Fly-melding voordat u AirSense gebruikt.
Besturing
Drone-instellingen: Instellingen eenheden.
Instellingen voor de gimbal: Tik hierop om de gimbalmodus in te stellen, geavanceerde instellingen,
gimbalhoek, en rotatie van de gimbal.
Instellingen voor de afstandsbediening: Tik hierop om de functie van de aanpasbare knop in te stellen, de
afstandsbediening te kalibreren, telefoon opladen voor het verbonden iOS-apparaat in te schakelen en
joystick-standen te wisselen. Zorg ervoor dat u de werking van een joystick-stand begrijpt voordat u de
joystick-stand wijzigt.
Vlieginstructie voor beginners: Bekijk de vlieginstructie.
Verbinden met drone: Tik hierop om de koppeling te starten als het vliegtuig niet aan de afstandsbediening is
gekoppeld.
Camera
Parameterinstellingen van de camera: Geeft verschillende instellingen weer volgens de opnamestand.
Algemene instellingen: Tik hierop om histogram, waarschuwing voor overbelichting, rasterlijnen, piekniveau,
witbalans, automatisch synchroniseren van HD-foto’s en cache tijdens het opnemen te bekijken en in te
stellen.
Opslaglocatie: De beelden kunnen worden opgeslagen in de drone of op een microSD-kaart. Interne opslag
en microSD-kaarten kunnen worden geformatteerd. De instellingen voor de max. videocachecapaciteit en de
camera-reset kunnen ook worden aangepast.
USB-modus: De Mavic 3 Cine ondersteunt de USB-modus, zodat gebruikers beelden kunnen kopiëren
wanneer het accuniveau van de drone laag is. Schakel de USB-modus in, schakel de drone in en maak
verbinding met een computer om de USB-modus te gebruiken. Gedurende deze tijd kan de interne opslag
van de drone worden geopend, maar de SD-kaart niet.