Roche CoaguChek XS Short Guide

Type
Short Guide
CoaguChek
®
XS
Beknopte gebruiksaanwijzing
QRG version: 1.0 • Revision date: 2009-09 • Change: New document
Bepaling van de INR/Quick-waarde in capillair bloed
Let op!: Deze beknopte gebruiksaanwijzing dient
niet als vervanging van de informatie in de
gebruiksaanwijzing. Lees voor de eerste meting de
gebruiksaanwijzing goed door voor informatie over de eerste
ingebruikname, instellingen en bediening van de
CoaguChek XS-meter.
Het voorbereiden en uitvoeren van een meting
3
Het voorbereiden en uitvoeren van een
meting
Voorbereiden van een meting
1 Leg de teststrokenflacon gereed.
2 Controleer of de codechip, die bij deze teststroken hoort, zich
in de meter bevindt.
Maak de prikpen gereed door een nieuwe lancet te plaatsen.
Voer de vingerprik echter pas uit, als dit verderop in deze beschrij-
ving gevraagd wordt.
De CoaguChek Softclix-prikpen is uitsluitend bedoeld voor
gebruik bij zelfcontrole door één persoon.
De prikpen mag
niet worden gebruikt voor het afnemen van bloed bij
verschillende personen, omdat hiervoor geen speciale
voorzieningen ter voorkoming van infectiegevaar
getroffen zijn.
Het voorbereiden en uitvoeren van een meting
4
Uitvoeren van een meting
1 Was uw handen met zeep en warm water. Droog uw handen
goed af.
Op de huid achtergebleven water kan de bloeddruppel
verdunnen en hierdoor tot onjuiste meetwaarden leiden.
2 Plaats de meter op een vlakke, stabiele ondergrond of houd
hem
horizontaal in de hand
. Zet de meter aan door op de
Aan/Uit-toets te drukken.
3 Controleer of alle elementen correct op de display worden
weergegeven en of de datum en de tijd juist zijn.
Opmerking:
De betekenis van de op de display weergegeven sym-
bolen vindt u verderop in deze beknopte gebruiksaanwijzing.
code
pm
am
mem
error
set
%Q
Sec
INR
28:88 88
--
8888
888
QC C
18:88
Het voorbereiden en uitvoeren van een meting
5
4 Het knipperende teststrooksymbool geeft aan, dat u nu een
teststrook in de meter moet schuiven. Neem een teststrook uit
de flacon.
De teststrokenflacon moet direct, nadat hieruit een
teststrook is genomen, weer met de dop worden
afgesloten. Als de teststrokenflacon gedurende lan-
gere tijd niet afgesloten is geweest, kan dit leiden tot
beschadiging van de teststrook en hierdoor tot fout-
meldingen.
5 Schuif de teststrook (in de richting van de opgedrukte pijlen)
zo ver mogelijk in de meter. Een akoestisch signaal (indien dit
in de instellingen van de meter is ingesteld) geeft aan, dat de
meter de teststrook heeft gedetecteerd.
11:23 09
--
0812
Het voorbereiden en uitvoeren van een meting
6
6 Op de display wordt nu het codenummer van de codechip, die
zich in de meter bevindt, knipperend weergegeven. Controleer
of dit nummer overeenkomt met het codenummer op de test-
strokenflacon. Als het codenummer juist is, bevestigt u dit door
op de
M
-toets te drukken.
7 Als het opwarmen van de teststrook is afgesloten (weergegeven
door het zandlopersymbool), kan het bloed worden opgebracht.
8 Het bloeddruppelsymbool en de opbrengzone beginnen te
knipperen. De meter is gereed voor het uitvoeren van een
meting. Gelijktijdig begint de meter van 180 seconden naar nul
terug te tellen (countdown). Binnen deze tijd moet u de bloed-
druppel hebben opgebracht, anders wordt er een foutmelding
weergegeven.
De CoaguChek Softclix-prikpen is uitsluitend bedoeld voor
gebruik bij zelfcontrole door één persoon.
De prikpen
mag niet worden gebruikt voor het afnemen van
bloed bij verschillende personen, omdat hiervoor
geen speciale voorzieningen ter voorkoming van
infectiegevaar getroffen zijn.
Sec
11:25 09
--
0812
107
Het voorbereiden en uitvoeren van een meting
7
9 Prik nu met de prikpen aan de zijkant van een vingertop. Mas-
seer uw vinger direct na het prikken zachtjes in de richting van
de vingertop tot er zich een bloeddruppel heeft gevormd. Hier-
bij niet in de vinger drukken of knijpen.
Breng de eerste bloeddruppel van de vinger op.
10 Breng het bloed direct van de vinger op de halfronde, door-
zichtige monsteropbrengzone van de teststrook op. Het is ook
mogelijk om de bloeddruppel tegen de zijkant van de opbreng-
zone te houden (in plaats van deze van bovenaf in het midden
op te brengen). Hierbij wordt het bloed door capillaire werking
in de teststrook opgezogen. Hierbij moet u de bloeddruppel
zolang tegen de teststrook houden, tot het knipperende test-
strooksymbool van de display is verdwenen en er een akoes-
tisch signaal klinkt (indien ingeschakeld).
De bloeddruppel moet
binnen 15 seconden
na het prikken
van de vingertop op de teststrook worden opgebracht.
Het voorbereiden en uitvoeren van een meting
8
11 Als er voldoende bloed is opgebracht, verdwijnt het bloed-
druppelsymbool en wordt de meting gestart.
Voeg geen extra bloed toe (nadoseren). Raak de test-
strook niet aan tot het resultaat op de display wordt
weergegeven.
12 Na de succesvolle uitvoering van de automatische kwaliteits-
controle (weergegeven door een vinkje achter de letters ”QC”)
wordt de eigenlijke meetprocedure uitgevoerd. De zandloper
knippert tot het meetresultaat wordt weergegeven.
11:27 09
--
0812
QC
11:28 09
--
0812
Het voorbereiden en uitvoeren van een meting
9
13 Het resultaat wordt in de door u geselecteerde eenheid weer-
gegeven en automatisch opgeslagen. Noteer het meetresul-
taat in uw patiëntendagboek.
14 Verwijder de teststrook uit de meetkamer en zet de meter uit.
Er wordt een ”c” bij het resultaat weergegeven.
Dit gebeurt, als de hematocrietwaarde zeer laag is of als het bloed
op onjuiste wijze is verkregen (b.v. natte handen). Herhaal de meting
en zorg ervoor, dat uw handen goed droog zijn. Als deze melding
opnieuw wordt weergegeven, moet u contact opnemen met uw
medische beroepsbeoefenaar om uw hematocrietwaarde te laten
controleren.
INR
11:29 09
--
0812
30
C
INR
11:29 09
--
0812
25
Displayweergaven en symbolen
10
Displayweergaven en symbolen
De volgende symbolen kunnen bij de meting op de display worden
weergegeven. Let op!: Dit overzicht is niet volledig. Een volledig
overzicht van alle op de display weergegeven meldingen en symbo-
len vindt u in de gebruiksaanwijzing op pagina 94 en verder.
Symbool Betekenis
Batterijenstatus:
Als de batterijen volledig zijn geladen, zijn
alle segmenten verlicht.
Naarmate de lading van de batterijen
verder afneemt, verdwijnen er ook steeds
meer verlichte segmenten.
Als er geen segmenten meer zichtbaar zijn,
kunnen er geen metingen meer worden uit-
gevoerd. De opgeslagen waarden kunnen
echter nog wel worden opgeroepen.
Teststrook (zonder monsteropbrengzone)
Teststrook (met monsteropbrengzone)
De automatische kwaliteitscontrole is succes-
vol uitgevoerd
Breng het monster op
De gebruiker moet wachten tot de meter een
handeling heeft uitgevoerd.
Meetresultaten in de geselecteerde
eenheid
Foutnummers
QC
888
Displayweergaven en symbolen
11
De meetresultaten worden in %Quick weer-
gegeven.
De meetresultaten worden in seconden weer-
gegeven.
De meetresultaten worden in INR-eenheden
weergegeven.
De meetwaarde ligt boven het ingestelde
therapeutische bereik (alleen bij weergave in
INR-eenheden).
De meetwaarde ligt beneden het ingestelde
therapeutische bereik (alleen bij weergave in
INR-eenheden).
Het meetresultaat ligt boven het meetbereik.
Het meetresultaat ligt beneden het meetbe-
reik.
De meter bevindt zich in de instelmodus.
Geeft het codenummer van de in de meter
geplaatste codechip weer.
De meter bevindt zich in de geheugenmodus.
Geeft aan, dat er een fout is opgetreden (zie
gebruiksaanwijzing)
De kamertemperatuur resp. de temperatuur
van de meter ligt buiten het toegestane
bereik.
De klep van de meetkamer is open.
Symbool Betekenis
%Q
Sec
INR
set
code
error
0123
COAGUCHEK en SOFTCLIX
zijn merken van Roche.
Roche Diagnostics GmbH
Sandhofer Strasse 116
68305 Mannheim
Germany
www.roche.com
www.coaguchek.com
0 5528950001 (01) 2009-09 NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

Roche CoaguChek XS Short Guide

Type
Short Guide