EXTRA FUNCTIES
Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld om
de oppervlakken van het apparaat koel te
houden. Na het uitschakelen van het appa-
raat blijft de ventilatie door werken totdat de
temperatuur in het apparaat is afgekoeld.
Veiligheidsthermostaat
Een onjuiste bediening van het apparaat of
defecte componenten kunnen gevaarlijke
oververhitting veroorzaken. Om dit te voor-
komen is de oven voorzien van een veilig-
heidsthermostaat die de stroomtoevoer on-
derbreekt. Zodra de temperatuur is ge-
daald, wordt de oven automatisch weer in-
geschakeld.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Binnenzijde van de deur
Bij bepaalde modellen vindt u het
volgende aan de binnenkant van de
deur:
• De nummers van de ovenniveaus.
• Informatie over de verwarmingsfuncties,
aanbevolen rekstanden en temperaturen
voor karakteristieke gerechten.
De temperaturen en baktijden in de ta-
bellen zijn slechts als richtlijn bedoeld.
Deze zijn afhankelijk van de recepten
en de kwaliteit en de hoeveelheid van
de gebruikte ingrediënten.
• Het apparaat heeft vijf inzetniveaus. Tel
de inzetniveaus vanaf de bodem van het
apparaat.
• Het apparaat heeft een speciaal systeem
dat de lucht circuleert en voor doorlopen-
de recycling van stoom zorgt. Dankzij dit
systeem is het mogelijk om voedsel te
bereiden in een atmosfeer met stoom en
worden de gerechten zacht van binnen
en knapperig van buiten. Bovendien wor-
den de bereidingstijd en het energiever-
bruik tot een minimum beperkt.
• Vocht kan in het apparaat of op de gla-
zen deurpanelen condenseren. Dit is nor-
maal. Ga altijd iets terug staan van het
apparaat als u de deur van het apparaat
tijdens de werking opent. Om de con-
dens te verminderen, dient u het appa-
raat 10 minuten te laten voorverwarmen.
• Veeg na elk gebruik het vocht van het
apparaat.
• Plaats geen voorwerpen direct op de bo-
dem van het apparaat en bedek de bo-
dem tijdens de bereiding niet met alumi-
niumfolie. Dit kan de bakresultaten veran-
deren en de emaillelaag beschadigen.
Voor de bereiding van gebak
• De ovendeur mag pas worden geopend
als driekwart van de baktijd is verstreken.
• Als u twee bakplaten tegelijkertijd ge-
bruikt, dient u één niveau ertussen leeg te
laten.
Voor de bereiding van vlees en vis
• Gebruik een diepe bak voor erg vet voed-
sel om te oven te behoeden voor blijven-
de vetvlekken.
• Laat het vlees ongeveer 15 minuten rus-
ten voordat u het aansnijdt, zodat het
vleessap er niet uit stroomt.
• Om te veel rook tijdens het braden in de
oven te vermijden, kunt u een beetje wa-
ter in de lekbak gieten. Om rook te ver-
mijden, voegt u water toe wanneer het is
opgedroogd.
Bereidingstijden
De bereidingsduur is afhankelijk van het
soort voedsel, de samenstelling en het volu-
me.
Houd in eerste instantie het bereidingspro-
ces in de gaten. Zoek bij het gebruik van dit
apparaat de beste instellingen (tempera-
tuur, bereidingsduur, etc.) voor uw kookge-
rei, recepten en hoeveelheden.
Bak- en braadtabel
GEBAK
8