Nice Automation TT6 de handleiding

Type
de handleiding
TT6
EN - Instructions and warnings for
installation and use
IT - Istruzioni ed avvertenze per
l’installazione e l’uso
FR - Instructions et avertissements
pour l’installation et l’utilisation
ES - Instrucciones y advertencias
para la instalación y el uso
DE - Installierungs-und Gebrauchsan-
leitungen und Hinweise
PL - Instrukcje i ostrzeżenia do
instalacji i użytkowania
NL - Aanwijzingen en aanbevelingen
voor installatie en gebruik
Control unit for tubular motors
RS232 interface
Nederlands - 1
NL
Originele instructies
NEDERLANDS
1 WAARSCHUWINGEN
Let op! - Voor de veiligheid van de betrokken perso-
nen is het belangrijk deze aanwijzingen op te volgen.
Let op! - Belangrijke aanwijzingen voor de veilig-
heid: bewaar deze aanwijzingen.
Let op! - Alle werkzaamheden in verband met de
installatie, de aansluiting, de programmering en het
onderhoud van het product mogen uitsluitend wor-
den uitgevoerd door een gekwalificeerde en bekwa-
me technicus!
Geen enkel onderdeel van het product mag gewij-
zigd worden, tenzij dergelijke wijzigingen in deze
handleiding zijn voorzien. Werkzaamheden waar-
voor de fabrikant geen toestemming heeft verleend,
kunnen een bron van gevaar vormen en storingen
veroorzaken. De fabrikant aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid voor schade die het gevolg is van
op willekeurige wijze gewijzigde producten.
Belangrijk! - Gebruik geen vloeistoffen die alcohol, ben-
zeen, verdunningsmiddelen of andere ontvlambare sub-
stanties bevatten. Gebruik van dergelijke substanties kan
het product beschadigen.
Bewaar deze handleiding zorgvuldig, om eventuele toe-
komstige programmeer- of onderhoudswerkzaamheden
te vergemakkelijken.
Het verpakkingsmateriaal van het product moet overeen-
komstig de plaatselijk van kracht zijnde voorschriften als
afval worden verwerkt.
Om de buitenkant van het product te reinigen gebruikt u
een zachte, iets bevochtigde (maar niet natte!) lap.
2 BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT EN
GEBRUIKSBESTEMMING
De besturingseenheid TT6 is bestemd voor het gebruik in
automatiseringsinstallaties voor zonneschermen, rolluiken,
daklichten, verticale elementen, zonweringen en om projec-
tieschermen te bedienen. Ieder ander gebruik dient als
oneigenlijk en dus als verboden te worden beschouwd!
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die het
gevolg is van een oneigenlijk gebruik van het product,
anders dan in deze handleiding is voorzien.
Het product biedt:
- een uitgang om een tweefasenmotor (bijvoorbeeld One-Max,
To-Max of NeoM) te besturen. De uitgang kan direct geacti-
veerd worden door de twee toetsen: Pup () en Pdown ();
- TTBus-interface om Nice-motoren met bussysteem te
besturen
- RS232-interface voor aansluiting aan PC
- activeringsingang (trigger) om een reeks motoren te active-
ren of deactiveren (in overeenstemming met de trigger op
de stijgende of dalende flank).
De radiointerface vergroot de besturingsmogelijkheden van
het product op afstand via de Nice-radiotechnologie.
3 INSTALLATIE
01. Verwijder het bovendeksel van de besturingseenheid
(afb. 1)
2 - Nederlands
NL
02. Boor in de houder op de aanwezige merktekens gaten
voor de kabeldoorvoer en gaten voor de bevestiging
van de besturingseenheid aan de wand. Let op! -
Neem de maatregelen die nodig zijn om de door
het installatietype vereiste IP beschermingsklasse
te waarborgen. Er dient met name te worden
gezorgd voor kabelklemmen (niet bijgeleverd) die
de voedings- en stuurkabels moeten beschermen
tegen mogelijke tractie of torsie.
03. Bevestig de houder van de besturingseenheid aan de
wand (afb. 2). Let op! – De ontvanger moet zodanig
geplaatst worden dat de kabels uitsluitend van onde-
ren af de houder binnenkomen.
4 ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
Waarschuwingen
Om de meegeleverde antenne aan te sluiten moet het
snoer zijn gehele lengte behouden en recht en zonder te
veel bochten geplaatst worden.
Als de besturingseenheid zich op een ongunstige plaats
bevindt en het radiosignaal zwak is, kan de ontvangst ver-
beterd worden door de geleverde antenne te vervangen
door een externe antenne (mod. ABF of ABFKIT). De
nieuwe antenne moet zo hoog mogelijk worden geplaatst,
boven eventuele structuren van metaal of gewapend
beton die zich in de nabijheid bevinden.
4.1 Ingangen (afb. 3 en Tabel 1)
L Elektrische fase
N Nul
TTBUS: (TTBUS, GND)
RS232 met specifiek protocol
Trigger 5-24 Vdc met programmeerbare aan- en uit-
schakeling (On en Off)
30+30 programmeerbare gebeurtenissen
Gebeurtenis: Adres, instructie
2 Ingangen voor open- en sluitinstructies voor mechani-
sche motor van 85-265 Vac 50/60 Hz
Werking Open-STOP, Sluit-STOP
Activering “ON-PRESS”
4.2 Uitgangen
Vermogensrelaisuitgangen voor de besturing van een me -
cha nische/elektronische motor met programmeerbare ma -
1
2
Nederlands - 3
NL
TABEL 1
Schema van de elektrische aansluitingen
1 Elektrische fase
2 Nul
3 Aarde
4 Toets voor omhoog gekoppeld aan de aansluitbare
mechanische motor
5 Toets voor omlaag gekoppeld aan de aansluitbare
mechanische motor
6 Aarde mechanische motor
7 Fase van neergang mechanische motor
8 Gemeenschappelijke aarde van de mechanische
motor
9 Fase van opgang van de mechanische motor
10 TX-signaal van de RS232-interface
11 RX-signaal van de RS232-interface
12 Gemeenschappelijke aarde (GND) van het seriële
signaal RS232
13 Signaal van de motor met TTBUS (witte draad)
14 Gemeenschappelijke aarde van de motor met
TTBUS (zwartwitte draad)
15 Signaal van de externe activeringstrigger (ingang
met positieve pool)
16 Gemeenschappelijke aarde van de externe active-
ringstrigger (ingang met negatieve pool)
ANT Antenne-ingang
noeuvres (omhoog en omlaag), geactiveerd door twee toetsin -
gangen Pup () en Pdown () van de 12V trigger of via radio.
Middels seriële poort met interne instructie kan de active-
ringstimer ingesteld worden van 1 s tot 240 s.
Het default-adres van de motor die aan de besturingseen-
heid is aangesloten is 1.
Om de aanwezige leds te verifiëren, raadpleeg Tabel 2.
16
P
POWER
SUPPLY
100 - 240 V
50 - 60 Hz
TTBUS
TRIGGER 12 V
AERIAL
P
SG
DL7 RL1
PP
DL8 RL2
DL5 P
DL4 TRG
DL6 P
DL3 DL2 DL1
23
RS232
5
SG
3
4 - Nederlands
NL
TABEL 2 - Signaleringsleds
Led Beschrijving
DL1 Rode led Voedingsindicator.
DL2 Gele led Als de led brandt is de geheugen-
opslag van de zenders actief.
DL3 Groene led Signaleringen.
DL4 Led indicatie 12V trigger aan.
DL5, DL6 Rode led Indicator externe open-sluittoetsen
voor mechanische motor.
DL7, DL8 Rode led Activering relais open en sluit.
3- Sluit
4- Stop
5- Sluit na 10 s
6- Open na 10 s
7- Sluit na 20 s
8- Open na 20 s
9 - Sluit als er iemand aanwezig is
10- Open als er iemand aanwezig is
11- Activeer scenario Trigger Up
12- Activeer scenario Trigger Down
13- Uitgang radiocode op RS232
5.1 Een zender in het geheugen opslaan volgens
“Procedure I”
01. Op de besturingseenheid houdt u de toets P1 ingedrukt
tot de groene led DL1 gaat branden (na circa 4 secon-
den), waarna u de toets weer loslaat en ook de gele led
DL2 zal gaan branden.
02. Binnen 10 seconden houdt u een willekeurige toets van
de zender, die moet worden opgeslagen, ingedrukt, tot
de groene led DL1 van de besturingseenheid de eerste
van 3 knipperingen laat zien die aangeven dat de zender
in het geheugen werd opgeslagen. Wanneer de led klaar
is met knipperen dient u, als u een andere zender wilt
opslaan volgens “Procedure I”, binnen 10 seconden op
een willekeurige toets van deze nieuwe zender te druk-
ken. Wacht dan tot de gele led DL2 uitgaat.
Let op! – Als u probeert een zender op te slaan die reeds in
het geheugen zit, zal de groene led DL1 één keer knipperen
om dit aan te geven
5 PROGRAMMERING
De besturingseenheid kan de zenders op twee manieren in
haar geheugen opslaan, namelijk volgens Procedure I of
Procedure II:
Procedure I
de toets 1 bestuurt de opening voor de ingestelde duur
(maximaal 240 sec.) van de manoeuvre (Tm);
de toets 2 bestuurt de stop;
de toets 3 bestuurt de sluiting voor de ingestelde duur
(maximaal 240 sec.) van de manoeuvre (Tm);
de toets 4 bestuurt opnieuw de stop.
Procedure II
De toets van de zender kan aan een van de volgende func-
ties gekoppeld worden:
1- Stap-voor-stap
2- Open
Nederlands - 5
NL
5.2 Een zender in het geheugen opslaan volgens
“Procedure II”
01. Kies uit de lijst van de “Procedure II” de functie die u
wilt programmeren (bijv. “Functie 8”).
02. Druk op de ontvanger net zo vaak op toets P1 als het
identificatienummer van de gekozen functie (in ons voor-
beeld, 8 maal). Na afloop zal de groene led DL1 net zo
vaak kort knipperen als er op de toets werd gedrukt (in
ons voorbeeld, 8 korte knipperingen);
03. Binnen 10 seconden dient u op de zender de toets inge-
drukt te houden die u wilt opslaan, totdat de groene led
DL1 van de ontvanger de eerste van 3 lange knipperin-
gen laat zien, die aangeven dat de zender in het geheu-
gen werd opgeslagen. Wanneer de led klaar is met knip-
peren dient u, als u met dezelfde functie een nieuwe
toets wilt opslaan (ook van een andere zender), binnen
10 seconden (gele led DL2 brandt) op deze nieuwe
toets te drukken.
04. Als u probeert een zender op te slaan die reeds in het
geheugen zit, zal de groene led DL1 één keer knipperen
om dit aan te geven.
5.3 Alle opgeslagen zenders annuleren
01. Houd de toets P1 van de besturingseenheid lang inge-
drukt en observeer de statusveranderingen van de groe-
ne Led DL1.
02. Na circa 4 seconden gaat hij aan...
03. Na circa 4 seconden gaat hij uit...
04. Na circa 4 seconden begint hij te knipperen
...
Op dit punt:
05. Om de opgeslagen zenders te annuleren laat u de toets
van de ontvanger precies tijdens de 3de knippering van
de groene led DL1 los;
06. Om het volledige geheugen te wissen (inclusief de confi-
guraties en de coderingsfamilie van de zenders), laat u
de toets precies tijdens de 5de knippering
van de groe-
ne led DL1 los.
07. Om een afzonderlijke zender te annuleren laat u de toets
precies tijdens de 7de knippering
los. Op dit punt drukt u op
een toets (*) van de zender die u uit het geheugen wilt ver-
wijderen. Binnen tien seconden (gele led DL2 brandt) na de
annulering zal de groene led DL1 5 keer snel knipperen.
08. Herhaal de werkwijze binnen tien seconden (gele led
DL2 brandt) om een andere zender te annuleren.
(*) Opmerking – Als de zender wordt opgeslagen volgens “Proce-
dure I”, drukt u op een willekeurige toets; als de zender echter wordt
opgeslagen volgens “Procedure II”, drukt u op de opgeslagen
toets; als er meerdere toetsen worden opgeslagen, dient u de proce-
dure voor elk van deze toetsen te herhalen.
5.4 Communicatieprotocol
CMD [XX] [YY] [AA] [Veld optionele gegevens] [Carriage Return]
Opmerking – De velden zijn met een spatie van elkaar ge -
scheiden.
[CMD] Veld van 3 karakters. Volgens de stan-
daardregels zullen deze in het geval van
versturing van instructies naar de T4-
bus/TTBUS altijd “CMD” zijn.
[XX] [YY] Dit zijn twee velden van twee karakters
die elk in volgorde het adres en het
6 - Nederlands
NL
5.5 Lijst met instructies
CMD Beschrijving
45 LEZING VAN DE POSITIE percentage 0 - 255
0 = Eindaanslag laag 255 = Eindaanslag hoog
04 Omlaag
40 Instructie OPEN percentage percentage 0 - 255
0 = Eindaanslag laag 255 = Eindaanslag hoog
50 Lees zender in geheugen
51 In geheugen opslaan
60 Uit geheugen verwijderen
65 Alle opgeslagen zenders uit het geheugen verwij-
deren
66 Parameters motor annuleren
20 Eindeloop 0 in actuele positie opslaan
21 Eindeloop 1 in actuele positie opslaan
22 Deelafstandswaarde 1 in actuele positie opslaan
23 Deelafstandswaarde 2 in actuele positie opslaan
24 Deelafstandswaarde 3 in actuele positie opslaan
25 Deelafstandswaarde 4 in actuele positie opslaan
26 Deelafstandswaarde 5 in actuele positie opslaan
27 Deelafstandswaarde 6 in actuele positie opslaan
30 Eindaanslag 0 annuleren
31 Eindaanslag 1 annuleren
32 Deelafstandswaarde 1 annuleren
33 Deelafstandswaarde 2 annuleren
34 Deelafstandswaarde 3 annuleren
35 Deelafstandswaarde 4 annuleren
36 Deelafstandswaarde 5 annuleren
37 Deelafstandswaarde 6 annuleren
knooppunt van de inrichting aangeven.
Deze twee velden zijn verplicht en moe-
ten in hexadecimalen worden geschre-
ven.
[AA] Veld dat de te versturen instructie aan-
geeft. Het is verplicht en heeft een leng-
te van 2 karakters. Het vertegenwoor-
digt de ID van de instructie die volgens
de reeds vermelde lijst met instructies
verstuurd kan worden (bijvoorbeeld: 04
open, 05 sluit...).
[Veld gegevens] Optioneel veld met een variabele lengte.
De lengte hangt af van het soort instruc-
tie dat naar de inrichting wordt ver-
stuurd: er zijn instructies die geen gege-
vens vereisen (bijvoorbeeld de instructie
Open), en andere juist wel (bijvoorbeeld
Open percentage).
[Carriage Return] Decimale code 13, hexadecimaal 0D;
moet altijd aanwezig zijn, iedere string
moet met dat karakter eindigen.
Op elke verstuurde instructie moet de interface een bevesti-
gingsantwoord van de inrichting geven (dit betekent echter
niet dat de instructie door de automatisering uitgevoerd is).
Het betreft een melding die momenteel een zeer eenvoudige
opbouw heeft, zoals deze:
RSP [XX] [YY] [ZZ] [Veld optionele gegevens [Carriage Return]
Antwoord
5.5.2 Instructie voor STOP
Stopt de motor.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Antwoord
Nederlands - 7
NL
05 Omhoog
12 Beweeg in kleine stappen omhoog
03 STOP
13 Beweeg in kleine stappen omlaag
06 Beweeg naar deelafstandswaarde 1
07 Beweeg naar deelafstandswaarde 2
08 Beweeg naar deelafstandswaarde 3
09 Beweeg naar deelafstandswaarde 4
10 Beweeg naar deelafstandswaarde 5
11 Beweeg naar deelafstandswaarde 6
Opmerking – De beschikbare instructies moeten ook voor de motor
beschikbaar zijn.
5.5.1 Instructie Beweeg naar deelafstandswaarde
1, 2, 3, 4, 5, 6
Na het instellen van de deelafstandswaarde beweegt de
motor naar de ingestelde afstandswaarde.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 06
Start
TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 06
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 06
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 03
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 06
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 06
8 - Nederlands
NL
5.5.3 Instructie voor OMHOOG
Instructie voor het omhooggaan van de motor tot de inge-
stelde eindaanslag.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Antwoord
5.5.4 Instructie voor OMLAAG
Instructie voor het omlaaggaan van de motor tot de ingestel-
de eindaanslag.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Antwoord
5.5.5 Instructie voor Beweeg in kleine stappen
omlaag
Stuurt een instructie voor omlaaggaan. De versie “step”
beweegt de motor in kleine stappen, ook voorbij de eind-
aanslag.
Let op
: de richtingen van de op- en neergang worden
correct bepaald nadat de eindaanslag is ingesteld.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 05
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 05
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 05
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 04
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 04
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 13
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 04
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 13
Nederlands - 9
NL
5.5.7 Deelafstandswaarde 1, 2, 3, 4, 5, 6 en
eindaanslagwaarde 0 en 1 opslaan
Wijst de huidige afstandswaarde aan een variabele toe.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Antwoord
5.5.8 Deelafstandswaarde 1, 2, 3, 4, 5, 6 en
eindaanslagwaarde 0 en 1 annuleren
Annuleert de ingevulde waarde.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Antwoord
5.5.6 Instructie voor Beweeg in kleine stappen
omhoog
Stuurt een instructie voor omhooggaan. De versie “step”
beweegt de motor in kleine stappen, ook voorbij de eind-
aanslag.
Let op
: de richtingen van de op- en neergang worden
correct bepaald nadat de eindaanslag is ingesteld.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Antwoord
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 13
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 12
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 12
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 12
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 20
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 20
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04
Voorbeeld
Antwoord
5.5.9 Lezing van de positie percentage 0 - 255 0
= Eindaanslag laag 255 = Eindaanslag hoog
Leest de actuele positie van de motor in de vorm van een
percentage.
PP in het veld gegevens is de positie uitgedrukt in een per-
centage.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
10 - Nederlands
NL
Antwoord
5.5.10 Beweeg naar de positie percentage 0 - 255
0 = Eindaanslag laag 255 = Eindaanslag
hoog
Beweegt de motor naar de positie X.
PP in het veld gegevens is de positie uitgedrukt in een per-
centage.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Antwoord
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 30
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 45 128
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 30
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 45
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 45
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 40 PP
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 40 25
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 40 25
Nederlands - 11
NL
5.5.11 Instructie Alle opgeslagen zenders uit het
geheugen verwijderen
Annuleert alle radio-instructies van de motor.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Antwoord
5.5.12 Instructie Parameters motor annuleren
Annuleert alle gegevens van de eindaanslag van de motor.
Structuur
Het veld gegevens is leeg.
Voorbeeld
Antwoord
5.6 Instructies voor geheugenopslag en
weergave van de lijsten
Er kunnen twee lijsten met instructies (max. 30) worden
opgeslagen. De instructies worden uitgevoerd wanneer een
overgang van de 12V triggerinput plaatsvindt of de gebeur-
tenis trigger up of down van de zender.
De instructie van de seriële poort om de instructies op te
slaan die moeten worden uitgevoerd wanneer het signaal
van laag naar hoog gaat, is:
MEM_ON [XX] [YY] [XX1] [YY1] [...] [...] [Carriage Return]
Opmerking – De velden zijn met een spatie van elkaar
gescheiden en de string eindigt met Carriage Return.
Belangrijk! – Het adres 1 wordt gebruikt om instructies
naar de mechanische motor te sturen.
De velden zijn:
MEM_ON Dit is de string die de instructies in de eerste lijst
opslaat.
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 65
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 65
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 65
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD IND 04 66
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
CMD 01 04 66
Start TT ADR
[XX]
TT ENDPOINT
[YY]
Instructie
[AA]
Gegevens CR
RISP 01 04 66
12 - Nederlands
NL
Gebruikmakend van het voorgaande voorbeeld wordt het:
MEM_OFF 02 05 03 04 05 12 [Carriage Return]
Het antwoord zal zoiets zijn als:
MEM_OFF 02 05 03 04 05 12
LIST TRIGGER OFF:
CMD 1--> addr: 2, cmd: 5
CMD 2--> addr: 3, cmd: 4
CMD 3--> addr: 5, cmd: 12
5.7 De lijsten met instructies weergeven
Het is mogelijk om de twee opgeslagen lijsten op beeld
weer te geven. Het volstaat om de instructie LIST te
geven en te verzenden om de complete lijsten te krijgen.
De instructie is:
LIST [Carriage Return]
Bijvoorbeeld, door List in te toetsen na de twee voorgaande
instructies te hebben gegeven, krijgen we:
LIST
LIST TRIGGER ON:
CMD 1--> addr: 2, cmd: 5
CMD 2--> addr: 3, cmd: 4
CMD 3--> addr: 5, cmd: 12
LIST TRIGGER OFF:
CMD 1--> addr: 2, cmd: 5
[XX] Het adres van de inrichting waarnaar de instruc-
tie wordt gestuurd. Dit bestaat verplicht uit twee
hexadecimale cijfers.
[YY] De instructie die naar de inrichting wordt
gestuurd. Deze bestaat verplicht uit twee cijfers
volgens de hiervoor weergegeven tabel van de
instructies.
De achtereenvolgende paren [XX] en [YY] vertegenwoordi-
gen de andere N instructies die naar de motoren gestuurd
kunnen worden, met 30 als limiet.
Bijvoorbeeld, om naar inrichting 2 de instructie omhoog,
naar de inrichting 3 de instructie sluit en naar 5 de instructie
beweeg in kleine stappen omhoog te sturen, is de instructie
MEM_ON 02 05 03 04 05 12 [Carriage Return]
Het antwoord zal zoiets zijn als:
MEM_ON 02 05 03 04 05 12
LIST TRIGGER ON:
CMD 1--> addr: 2, cmd: 5
CMD 2--> addr: 3, cmd: 4
CMD 3--> addr: 5, cmd: 12
De lijst die de gebeurtenis van de dalende flank van de trig-
ger beheert, heeft een analoge werking behalve voor de
instructie. In dit geval wordt het:
MEM_OFF [XX] [YY] [XX1] [YY1] [...] [...] [Carriage Return]
De velden zijn:
[XX] Actuele adres van de motor. Het adres wordt
verplicht met twee hexadecimale cijfers ge sch -
reven.
[YY] Nieuwe adres van de motor. Het adres wordt
verplicht met twee hexadecimale cijfers gesch -
reven.
Om bijvoorbeeld het adres van de motor van 03 in 07 te wij-
zigen, gebruikt u de instructie
ADR 03 07 [Carriage Return]
5.10 Informatie over opgeslagen zenders
weergeven
Het is mogelijk om informatie over opgeslagen zenders weer
te geven met de instructie:
TLC_STATUS [Carriage Return]
De informatie betreft het aantal opgeslagen zenders en de
werkingswijze.
Het antwoord zal zoiets zijn als:
tlc_status
Number of remote control in mem: 3
Number of free position in mem: 29
TLC 1 : Mode 2 - Function number 1 - Key UP
TLC 2 : Mode 1
TLC 3 : Mode 2 - Function number 2 - Key DOWN
Nederlands - 13
NL
CMD 2--> addr: 3, cmd: 4
CMD 3--> addr: 5, cmd: 12
5.8 Instructie om de duur van de bewegingen
van de mechanische motor in te stellen
De mechanische motor heeft een instelbare tijd voor de duur
van de bewegingen. De instructie die hiervoor gebruikt
wordt, is:
SET_TIME [XXX] [Carriage Return]
De velden zijn met een spatie van elkaar gescheiden en de
string eindigt met Carriage Return.
De velden zijn:
SET_TIME Instructie om de tijd in te stellen.
[XXX] Waarde in seconden (max 240).
De defaultwaarde bij de eerste inschakeling is 10 seconden
en wordt bij elke wijziging in het geheugen opgeslagen.
Bij de volgende inschakeling wordt de laatst opgeslagen
waarde gebruikt.
5.9 Het adres van een inrichting wijzigen
Het adres van een motor kan worden ingesteld met de
instructie:
ADR [XX] [YY] [Carriage Return]
De velden zijn met een spatie van elkaar gescheiden en de
string eindigt met Carriage Return.
14 - Nederlands
NL
ingedrukte toets en zijn de laatste 6 voor toekomstig
gebruik.
5.11.2 Instructie procentuele motorbeweging
Om de motoren over een percentage van hun totale bewe-
gingsbereik te laten bewegen (na instelling van de eindaan-
slagen) gebruikt men de instructie:
POS > [XX] [YY] [PPPP] [ZZZZ] [TT] [Carriage Return]
Waarbij:
[XX] Het adres van de motor is.
[YY] Het knooppunt is (voor screenmotoren is de
standaard 04).
[PPPP] De procentuele waarde is die bereikt moet
worden, uitgedrukt in duizendsten.
[ZZZZ] [TT] De laatste twee parameters in de screenmoto-
ren voor toekomstige toepassingen op FFFF
en FF zijn ingesteld.
Om motor nummer 02 bijvoorbeeld naar de middenwaarde
(0500) van zijn bewegingsbereik te brengen, moet de
instructie als volgt worden samengesteld:
POS # 02 04 0500 FFFF FF
Tijdens de beweging worden de tekenreeksen met de actu-
ele positie van de motor als asynchrone berichten verzon-
5.11 Activeerbare instructies voor domoticasystemen
De instructie activeert op de besturingseenheid de bidirecti-
onele verzending van gegevens, weergave van de seriële
radiocodes en verzending van de positie van de automatise-
ring tijdens de manoeuvre.
Invoeren:
WEB_ON [Carriage Return]
Op deze wijze wordt de weergave van seriële radiocodes
geactiveerd, indien deze in de besturingseenheid zijn opge-
slagen, en kan de instructie pos worden gebruikt om de
motoren procentueel te bewegen en de manoeuvre te vol-
gen.
Instructie voor deactivering:
WEB_OFF [Carriage Return]
Op deze wijze wordt de weergave van codes geactiveerd.
5.11.1 Weergave van seriële radiocodes
Als de TT6 een radiosignaal van een van de opgeslagen
afstandsbedieningen ontvangt, worden de volgende gege-
vens over de zender serieel verzonden.
RAD * 0003E965 0000 0100000000
De eerste 8 cijfers staan voor de code van de afstandsbe-
diening, de 4 volgende cijfers staan voor het variabele deel
van de code van de afstandsbediening (gemaskeerd als
nullen). Van de laatste 10 cijfers staan de eerste 4 voor de
Nederlands - 15
NL
den, totdat de motor de gewenste positie bereikt; de nota-
tie is:
POS * 02 04 xxxx FFFF FF
Waarbij xxxx de instantpositie van de motor is.
In geval van een fout in de syntaxis van de opdracht wordt
het foutveld toegevoegd aan het antwood met waarde 01;
de velden worden gevuld tot aan het eerste foute veld, en
de navolgende velden worden gevuld met 0xF, bijvoor-
beeld:
POS ! 02 04 FFFF FFFF FF 01
In geval van time-out zal het foutbericht als foutcode de
waarde 00 hebben, bijvoorbeeld:
POS ! 02 04 0800 FFFF FF 00
Waarbij xxxx de instantpositie van de motor is.
De automatisering heeft niet op de verzonden instructie
gereageerd.
5.11.3 Instructie actuele positie motor lezen
Om de actuele positie van de automatisering te lezen,
gebruikt men de instructie:
POS < [XX] [YY] [AAAA] [ZZZZ] [TT] [Carriage Return]
Waarbij:
[XX] Het adres van de motor is.
[YY] Het knooppunt is (voor screenmoto-
ren is de standaard 04).
[PPPP] [ZZZZ] [TT] Allemaal gevuld met 0xF in geval van
lezen.
Het antwoord is van het type:
POS * 02 04 0500 FFFF FF
Waarbij de actuele positie van de motor wordt aangegeven.
5.11 Instructies voor hulp
De twee instructies voor hulp zijn:
HELP Instructie om een beschrijving van de
beschikbare instructies via seriële poort weer
te geven.
HELP_TTBUS Instructie om de tabel met instructies voor
de TTBus weer te geven.
HELP_TLC Instructie om de lijst van de functies van pro-
cedure 2 weer te geven.
16 - Nederlands
NL
6 AFVALVERWERKING VAN HET PRODUCT
Dit product maakt integraal deel uit van de automati-
sering die het aanstuurt en moet dus samen daarmee
naar de afvalverwerking worden gestuurd.
Wanneer de levensduur van dit product ten einde is, dienen,
zoals dit ook bij de installatiewerkzaamheden het geval is, de
ontmantelingswerkzaamheden door gekwalificeerd personeel
te worden uitgevoerd. Dit product bestaat uit verschillende
soorten materialen: sommige daarvan kunnen opnieuw ge-
bruikt worden, terwijl andere als afval verwerkt dienen te wor-
den. Win inlichtingen in over de methoden van hergebruik of
afvalverwerking in en houd u aan de plaatselijk voor dit soort
producten van kracht zijnde voorschriften.
Let op! – Sommige onderdelen van het product kunnen
vervuilende of gevaarlijke stoffen bevatten: indien die in het
milieu zouden verdwijnen, zouden ze schadelijke gevolgen
voor het milieu en de menselijke gezondheid kunnen ople-
veren.
Zoals dat door het symbool hiernaast is aan-
gegeven, is het verboden dit product met
het gewone huisafval weg te gooien. Scheid
uw afval voor verwerking op een manier
zoals die in de plaatselijke regelgeving is
voorzien of lever het product bij uw leveran-
cier in wanneer u een nieuw gelijksoortig
product koopt.
Let op! – De plaatselijk geldende regelgeving kan in zware
straffen voorzien in geval van illegale dumping van dit pro-
duct.
7 TECHNISCHE GEGEVENS
Voeding: 110 ÷ 240 Vac 50/60 Hz
Max. opgenomen stroom: 80 mA in stand-by, 3 A bij
maximale belasting
Coderingen: FloR (rolling code)
Frequentie: 433.92 MHz
Impedantie antenne: 52 ohm
Gevoeligheid: beter dan 0,5V voor volledig verzonden
signaal
• Bereik: geschat op 200 m in open ruimtes en 35 m in
gebouwen
• Aantal zenders dat kan worden opgeslagen: 30
• Uitgangen: nr. 1 uitgang voor de besturing van een twee-
fasenmotor
• Vermogen van de contacten: 3 A - 250 V
• Beschermingsklasse: IP44 (met intacte houder)
• Bedrijfstemperatuur: -20 ÷ +55° C
• Afmetingen / gewicht: 128 x 112 x 43 mm / 260 g
Opmerkingen:
– De werkingsafstand tussen zenders en ontvangers (bereik)
wordt sterk beïnvloed door andere inrichtingen die in hetzelf-
de gebied en op dezelfde frequentie werken (bijvoorbeeld:
alarmsystemen, hoofdtelefoons etc.). In dergelijke gevallen
kan Nice geen enkele garantie bieden met betrekking tot het
effectieve bereik van haar inrichtingen.
– Alle vermelde technische gegevens hebben betrekking op
een omgevingstemperatuur van 20° C (± 5° C).
– Nice behoudt zich het recht voor om, op elk moment dat
dit noodzakelijk geacht wordt, wijzigingen aan het product
aan te brengen, waarbij hoe dan ook de gebruiksbestem-
ming en de functionaliteit ervan gelijk blijven.
NL - EG-VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
Verklaring in overeenstemming met de Richtlijn 1999/5/EG
Opmerking - De inhoud van deze verklaring stemt overeen met hetgeen verklaard is in
het officiële document dat is neergelegd bij de vestiging van Nice S.p.a., en in het bijzon-
der aan de laatste revisie hiervan die voor het afdrukken van deze handleiding beschikbaar
was. De hier beschreven tekst werd om uitgeversredenen opnieuw aangepast.
Een kopie van de originele verklaring kan worden aangevraagd bij Nice S.p.A. (TV) I.
Nummer: 400/TT6 Revisie: 0 Taal: NL
Ondergetekende Luigi Paro in de hoedanigheid van Gedelegeerd Bestuur-
der, verklaart onder zijn eigen verantwoordelijkheid dat het product:
Naam fabrikant: NICE s.p.a.
Adres: Via Pezza Alta 13, Z.I. Rustignè,
31046 Oderzo (TV), Italië
Type Besturingseenheid voor rolluiken, zonneweringen
en dergelijke
Modellen: TT6
Accessoires:
voldoet aan de essentiële vereisten zoals vermeld in artikel 3 van de volgende
communautaire richtlijn, voor het gebruik waarvoor de producten bestemd zijn:
Richtlijn 1999/5/EG VAN HET EUROPESE PARLEMENT EN VAN DE
RAAD van 9 maart 1999 betreffende radioapparatuur en telecommunica-
tie-eindapparatuur en de wederzijdse erkenning van hun conformiteit, vol-
gens de volgende geharmoniseerde normen
· Bescherming van de gezondheid (art. 3(1)(a)): EN 50371:2002
· Veiligheid van elektrische apparatuur (art. 3(1)(a)):
EN 60950-1:2006+A11:2009
· Elektromagnetische compatibiliteit (art. 3(1)(b)):
EN 301 489-1 V1.8.1:2008, EN 301 489-3 V1.4.1:2002
· Radiospectrum (art. 3(2)): EN 300 220-2 V2.3.1:2010
Daarnaast is het product in overeenstemming met de bepalingen van de
volgende communautaire richtlijnen:
Richtlijn 2006/95/EG VAN HET EUROPESE PARLEMENT EN VAN DE
RAAD van 12 december 2006 betreffende de onderlinge aanpassing van
de wettelijke voorschriften der lidstaten inzake elektrisch materiaal
bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen, volgens de vol-
gende geharmoniseerde normen
EN 60335-1:2002 + A1:2004 + A11:2004 + A12:2006 + A2:2006 +
A13:2008, EN 60335-2-97:2006+A11:2008, EN50366:2003+A1:2006
Oderzo, 9 mei 2011 Ing. Luigi Paro (Gedelegeerd Bestuurder)

Documenttranscriptie

EN - Instructions and warnings for installation and use IT - Istruzioni ed avvertenze per l’installazione e l’uso FR - Instructions et avertissements pour l’installation et l’utilisation ES - Instrucciones y advertencias para la instalación y el uso DE - Installierungs-und Gebrauchsanleitungen und Hinweise PL - Instrukcje i ostrzeżenia do instalacji i użytkowania NL - Aanwijzingen en aanbevelingen voor installatie en gebruik TT6 Control unit for tubular motors RS232 interface Originele instructies 1 – WAARSCHUWINGEN • Let op! - Voor de veiligheid van de betrokken personen is het belangrijk deze aanwijzingen op te volgen. • Let op! - Belangrijke aanwijzingen voor de veiligheid: bewaar deze aanwijzingen. • Let op! - Alle werkzaamheden in verband met de installatie, de aansluiting, de programmering en het onderhoud van het product mogen uitsluitend worden uitgevoerd door een gekwalificeerde en bekwame technicus! • Geen enkel onderdeel van het product mag gewijzigd worden, tenzij dergelijke wijzigingen in deze handleiding zijn voorzien. Werkzaamheden waarvoor de fabrikant geen toestemming heeft verleend, kunnen een bron van gevaar vormen en storingen veroorzaken. De fabrikant aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade die het gevolg is van op willekeurige wijze gewijzigde producten. • Belangrijk! - Gebruik geen vloeistoffen die alcohol, benzeen, verdunningsmiddelen of andere ontvlambare substanties bevatten. Gebruik van dergelijke substanties kan het product beschadigen. • Bewaar deze handleiding zorgvuldig, om eventuele toekomstige programmeer- of onderhoudswerkzaamheden te vergemakkelijken. • Het verpakkingsmateriaal van het product moet overeen- komstig de plaatselijk van kracht zijnde voorschriften als afval worden verwerkt. • Om de buitenkant van het product te reinigen gebruikt u een zachte, iets bevochtigde (maar niet natte!) lap. 2 – BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT EN GEBRUIKSBESTEMMING De besturingseenheid TT6 is bestemd voor het gebruik in automatiseringsinstallaties voor zonneschermen, rolluiken, daklichten, verticale elementen, zonweringen en om projectieschermen te bedienen. Ieder ander gebruik dient als oneigenlijk en dus als verboden te worden beschouwd! De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die het gevolg is van een oneigenlijk gebruik van het product, anders dan in deze handleiding is voorzien. Het product biedt: - een uitgang om een tweefasenmotor (bijvoorbeeld One-Max, To-Max of NeoM) te besturen. De uitgang kan direct geactiveerd worden door de twee toetsen: Pup () en Pdown (); - TTBus-interface om Nice-motoren met bussysteem te besturen - RS232-interface voor aansluiting aan PC - activeringsingang (trigger) om een reeks motoren te activeren of deactiveren (in overeenstemming met de trigger op de stijgende of dalende flank). De radiointerface vergroot de besturingsmogelijkheden van het product op afstand via de Nice-radiotechnologie. 3 – INSTALLATIE 01. Verwijder het bovendeksel van de besturingseenheid (afb. 1) Nederlands - 1 NL NEDERLANDS 02. Boor in de houder op de aanwezige merktekens gaten voor de kabeldoorvoer en gaten voor de bevestiging van de besturingseenheid aan de wand. Let op! Neem de maatregelen die nodig zijn om de door het installatietype vereiste IP beschermingsklasse te waarborgen. Er dient met name te worden gezorgd voor kabelklemmen (niet bijgeleverd) die de voedings- en stuurkabels moeten beschermen tegen mogelijke tractie of torsie. 03. Bevestig de houder van de besturingseenheid aan de wand (afb. 2). Let op! – De ontvanger moet zodanig geplaatst worden dat de kabels uitsluitend van onderen af de houder binnenkomen. 1 NL 2 4 – ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN Waarschuwingen • Om de meegeleverde antenne aan te sluiten moet het snoer zijn gehele lengte behouden en recht en zonder te veel bochten geplaatst worden. • Als de besturingseenheid zich op een ongunstige plaats bevindt en het radiosignaal zwak is, kan de ontvangst verbeterd worden door de geleverde antenne te vervangen door een externe antenne (mod. ABF of ABFKIT). De nieuwe antenne moet zo hoog mogelijk worden geplaatst, boven eventuele structuren van metaal of gewapend beton die zich in de nabijheid bevinden. 4.1 – Ingangen (afb. 3 en Tabel 1) • L Elektrische fase • N Nul • TTBUS: (TTBUS, GND) • RS232 met specifiek protocol • Trigger 5-24 Vdc met programmeerbare aan- en uitschakeling (On en Off) – 30+30 programmeerbare gebeurtenissen – Gebeurtenis: Adres, instructie • 2 Ingangen voor open- en sluitinstructies voor mechanische motor van 85-265 Vac 50/60 Hz – Werking Open-STOP, Sluit-STOP – Activering “ON-PRESS” 4.2 – Uitgangen • Vermogensrelaisuitgangen voor de besturing van een mechanische/elektronische motor met programmeerbare ma- 2 - Nederlands 3 DL5 P DL4 TRG DL6 P DL3 DL2 DL1 DL7 RL1 PP DL8 RL2 16 2 3 RS232 5 AERIAL P SG TRIGGER 12 V POWER SUPPLY 100 - 240 V 50 - 60 Hz P TTBUS SG TABEL 1 Schema van de elektrische aansluitingen 1 2 3 4 Elektrische fase Nul Aarde Toets voor omhoog gekoppeld aan de aansluitbare mechanische motor 5 Toets voor omlaag gekoppeld aan de aansluitbare mechanische motor 6 Aarde mechanische motor 7 Fase van neergang mechanische motor 8 Gemeenschappelijke aarde van de mechanische motor 9 Fase van opgang van de mechanische motor 10 TX-signaal van de RS232-interface 11 RX-signaal van de RS232-interface 12 Gemeenschappelijke aarde (GND) van het seriële signaal RS232 13 Signaal van de motor met TTBUS (witte draad) 14 Gemeenschappelijke aarde van de motor met TTBUS (zwartwitte draad) 15 Signaal van de externe activeringstrigger (ingang met positieve pool) 16 Gemeenschappelijke aarde van de externe activeringstrigger (ingang met negatieve pool) ANT Antenne-ingang Nederlands - 3 NL noeuvres (omhoog en omlaag), geactiveerd door twee toetsingangen Pup () en Pdown () van de 12V trigger of via radio. – Middels seriële poort met interne instructie kan de activeringstimer ingesteld worden van 1 s tot 240 s. – Het default-adres van de motor die aan de besturingseenheid is aangesloten is 1. Om de aanwezige leds te verifiëren, raadpleeg Tabel 2. TABEL 2 - Signaleringsleds Beschrijving Rode led Voedingsindicator. Gele led Als de led brandt is de geheugenopslag van de zenders actief. DL3 Groene led Signaleringen. DL4 Led indicatie 12V trigger aan. DL5, DL6 Rode led Indicator externe open-sluittoetsen voor mechanische motor. DL7, DL8 Rode led Activering relais open en sluit. Led DL1 DL2 5 – PROGRAMMERING NL De besturingseenheid kan de zenders op twee manieren in haar geheugen opslaan, namelijk volgens Procedure I of Procedure II: Procedure I – de toets 1 bestuurt de opening voor de ingestelde duur (maximaal 240 sec.) van de manoeuvre (Tm); – de toets 2 bestuurt de stop; – de toets 3 bestuurt de sluiting voor de ingestelde duur (maximaal 240 sec.) van de manoeuvre (Tm); – de toets 4 bestuurt opnieuw de stop. Procedure II De toets van de zender kan aan een van de volgende functies gekoppeld worden: 1- Stap-voor-stap 2- Open 4 - Nederlands 3- Sluit 4- Stop 5- Sluit na 10 s 6- Open na 10 s 7- Sluit na 20 s 8- Open na 20 s 9 - Sluit als er iemand aanwezig is 10- Open als er iemand aanwezig is 11- Activeer scenario Trigger Up 12- Activeer scenario Trigger Down 13- Uitgang radiocode op RS232 5.1 – Een zender in het geheugen opslaan volgens “Procedure I” 01. Op de besturingseenheid houdt u de toets P1 ingedrukt tot de groene led DL1 gaat branden (na circa 4 seconden), waarna u de toets weer loslaat en ook de gele led DL2 zal gaan branden. 02. Binnen 10 seconden houdt u een willekeurige toets van de zender, die moet worden opgeslagen, ingedrukt, tot de groene led DL1 van de besturingseenheid de eerste van 3 knipperingen laat zien die aangeven dat de zender in het geheugen werd opgeslagen. Wanneer de led klaar is met knipperen dient u, als u een andere zender wilt opslaan volgens “Procedure I”, binnen 10 seconden op een willekeurige toets van deze nieuwe zender te drukken. Wacht dan tot de gele led DL2 uitgaat. Let op! – Als u probeert een zender op te slaan die reeds in het geheugen zit, zal de groene led DL1 één keer knipperen om dit aan te geven 5.2 – Een zender in het geheugen opslaan volgens “Procedure II” 01. Kies uit de lijst van de “Procedure II” de functie die u wilt programmeren (bijv. “Functie 8”). 02. Druk op de ontvanger net zo vaak op toets P1 als het identificatienummer van de gekozen functie (in ons voorbeeld, 8 maal). Na afloop zal de groene led DL1 net zo vaak kort knipperen als er op de toets werd gedrukt (in ons voorbeeld, 8 korte knipperingen); 03. Binnen 10 seconden dient u op de zender de toets ingedrukt te houden die u wilt opslaan, totdat de groene led DL1 van de ontvanger de eerste van 3 lange knipperingen laat zien, die aangeven dat de zender in het geheugen werd opgeslagen. Wanneer de led klaar is met knipperen dient u, als u met dezelfde functie een nieuwe toets wilt opslaan (ook van een andere zender), binnen 10 seconden (gele led DL2 brandt) op deze nieuwe toets te drukken. 04. Als u probeert een zender op te slaan die reeds in het geheugen zit, zal de groene led DL1 één keer knipperen om dit aan te geven. van de ontvanger precies tijdens de 3de knippering van de groene led DL1 los; 06. Om het volledige geheugen te wissen (inclusief de configuraties en de coderingsfamilie van de zenders), laat u de toets precies tijdens de 5de knippering van de groene led DL1 los. 07. Om een afzonderlijke zender te annuleren laat u de toets precies tijdens de 7de knippering los. Op dit punt drukt u op een toets (*) van de zender die u uit het geheugen wilt verwijderen. Binnen tien seconden (gele led DL2 brandt) na de annulering zal de groene led DL1 5 keer snel knipperen. 08. Herhaal de werkwijze binnen tien seconden (gele led DL2 brandt) om een andere zender te annuleren. 5.3 – Alle opgeslagen zenders annuleren 01. Houd de toets P1 van de besturingseenheid lang ingedrukt en observeer de statusveranderingen van de groene Led DL1. 02. Na circa 4 seconden gaat hij aan... 03. Na circa 4 seconden gaat hij uit... 04. Na circa 4 seconden begint hij te knipperen... Op dit punt: 05. Om de opgeslagen zenders te annuleren laat u de toets Opmerking – De velden zijn met een spatie van elkaar gescheiden. (*) Opmerking – Als de zender wordt opgeslagen volgens “Procedure I”, drukt u op een willekeurige toets; als de zender echter wordt opgeslagen volgens “Procedure II”, drukt u op de opgeslagen toets; als er meerdere toetsen worden opgeslagen, dient u de procedure voor elk van deze toetsen te herhalen. 5.4 – Communicatieprotocol [CMD] Veld van 3 karakters. Volgens de standaardregels zullen deze in het geval van versturing van instructies naar de T4bus/TTBUS altijd “CMD” zijn. [XX] [YY] Dit zijn twee velden van twee karakters die elk in volgorde het adres en het Nederlands - 5 NL CMD [XX] [YY] [AA] [Veld optionele gegevens] [Carriage Return] NL knooppunt van de inrichting aangeven. Deze twee velden zijn verplicht en moeten in hexadecimalen worden geschreven. [AA] Veld dat de te versturen instructie aangeeft. Het is verplicht en heeft een lengte van 2 karakters. Het vertegenwoordigt de ID van de instructie die volgens de reeds vermelde lijst met instructies verstuurd kan worden (bijvoorbeeld: 04 open, 05 sluit...). [Veld gegevens] Optioneel veld met een variabele lengte. De lengte hangt af van het soort instructie dat naar de inrichting wordt verstuurd: er zijn instructies die geen gegevens vereisen (bijvoorbeeld de instructie Open), en andere juist wel (bijvoorbeeld Open percentage). [Carriage Return] Decimale code 13, hexadecimaal 0D; moet altijd aanwezig zijn, iedere string moet met dat karakter eindigen. Op elke verstuurde instructie moet de interface een bevestigingsantwoord van de inrichting geven (dit betekent echter niet dat de instructie door de automatisering uitgevoerd is). Het betreft een melding die momenteel een zeer eenvoudige opbouw heeft, zoals deze: RSP [XX] [YY] [ZZ] [Veld optionele gegevens [Carriage Return] 6 - Nederlands 5.5 – Lijst met instructies CMD 45 04 40 50 51 60 65 66 20 21 22 23 24 25 26 27 30 31 32 33 34 35 36 37 Beschrijving LEZING VAN DE POSITIE percentage 0 - 255 0 = Eindaanslag laag 255 = Eindaanslag hoog Omlaag Instructie OPEN percentage percentage 0 - 255 0 = Eindaanslag laag 255 = Eindaanslag hoog Lees zender in geheugen In geheugen opslaan Uit geheugen verwijderen Alle opgeslagen zenders uit het geheugen verwijderen Parameters motor annuleren Eindeloop 0 in actuele positie opslaan Eindeloop 1 in actuele positie opslaan Deelafstandswaarde 1 in actuele positie opslaan Deelafstandswaarde 2 in actuele positie opslaan Deelafstandswaarde 3 in actuele positie opslaan Deelafstandswaarde 4 in actuele positie opslaan Deelafstandswaarde 5 in actuele positie opslaan Deelafstandswaarde 6 in actuele positie opslaan Eindaanslag 0 annuleren Eindaanslag 1 annuleren Deelafstandswaarde 1 annuleren Deelafstandswaarde 2 annuleren Deelafstandswaarde 3 annuleren Deelafstandswaarde 4 annuleren Deelafstandswaarde 5 annuleren Deelafstandswaarde 6 annuleren Omhoog Beweeg in kleine stappen omhoog STOP Beweeg in kleine stappen omlaag Beweeg naar deelafstandswaarde 1 Beweeg naar deelafstandswaarde 2 Beweeg naar deelafstandswaarde 3 Beweeg naar deelafstandswaarde 4 Beweeg naar deelafstandswaarde 5 Beweeg naar deelafstandswaarde 6 Antwoord Start RISP Start 5.5.1 – Instructie Beweeg naar deelafstandswaarde 1, 2, 3, 4, 5, 6 Na het instellen van de deelafstandswaarde beweegt de motor naar de ingestelde afstandswaarde. Structuur CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 06 CMD – 04 CMD 06 06 – – – TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 03 – CR – Het veld gegevens is leeg. Voorbeeld Start TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] CMD 01 04 06 – CR – Antwoord – Start RISP TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 CR Het veld gegevens is leeg. Voorbeeld Start 01 CR 5.5.2 – Instructie voor STOP Stopt de motor. Structuur Opmerking – De beschikbare instructies moeten ook voor de motor beschikbaar zijn. Start TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 06 – CR – NL 05 12 03 13 06 07 08 09 10 11 CR – Nederlands - 7 5.5.3 – Instructie voor OMHOOG Instructie voor het omhooggaan van de motor tot de ingestelde eindaanslag. Structuur Start CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 05 – CR – Het veld gegevens is leeg. Voorbeeld Start 01 04 05 – CR – Antwoord Start RISP TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 Start 05 – CR – NL Start CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 Het veld gegevens is leeg. 8 - Nederlands 04 – CR – 01 04 04 – CR – Antwoord Start TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 04 – CR – 5.5.5 – Instructie voor Beweeg in kleine stappen omlaag Stuurt een instructie voor omlaaggaan. De versie “step” beweegt de motor in kleine stappen, ook voorbij de eindaanslag. Let op: de richtingen van de op- en neergang worden correct bepaald nadat de eindaanslag is ingesteld. Structuur Start 5.5.4 – Instructie voor OMLAAG Instructie voor het omlaaggaan van de motor tot de ingestelde eindaanslag. Structuur TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] CMD RISP TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] CMD Voorbeeld CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 13 – CR – Het veld gegevens is leeg. Voorbeeld Start CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 13 – CR – Start TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] RISP 01 04 13 – CR – 5.5.7 – Deelafstandswaarde 1, 2, 3, 4, 5, 6 en eindaanslagwaarde 0 en 1 opslaan Wijst de huidige afstandswaarde aan een variabele toe. Structuur Start 5.5.6 – Instructie voor Beweeg in kleine stappen omhoog Stuurt een instructie voor omhooggaan. De versie “step” beweegt de motor in kleine stappen, ook voorbij de eindaanslag. Let op: de richtingen van de op- en neergang worden correct bepaald nadat de eindaanslag is ingesteld. Structuur Start CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 12 – CR CMD 01 04 12 – CR – RISP 01 04 12 – – – 01 04 20 – CR – TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 20 – CR – 5.5.8 – Deelafstandswaarde 1, 2, 3, 4, 5, 6 en eindaanslagwaarde 0 en 1 annuleren Annuleert de ingevulde waarde. Structuur CR CMD – – Antwoord Start TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 04 TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] CMD – Antwoord Start Start RISP TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND CR Het veld gegevens is leeg. Voorbeeld Start Het veld gegevens is leeg. Voorbeeld Start CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 – – NL Antwoord CR – Het veld gegevens is leeg. Nederlands - 9 Voorbeeld Start Antwoord TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] CMD 01 04 30 – CR Start – RISP TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 45 128 CR – Antwoord Start RISP TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 30 – CR – 5.5.9 – Lezing van de positie percentage 0 - 255 0 = Eindaanslag laag 255 = Eindaanslag hoog Leest de actuele positie van de motor in de vorm van een percentage. PP in het veld gegevens is de positie uitgedrukt in een percentage. Structuur Start NL CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 45 – CR CMD 10 - Nederlands 04 CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 40 PP CR – Het veld gegevens is leeg. Voorbeeld Start TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] CMD 01 04 40 25 CR – Antwoord TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 Start – Het veld gegevens is leeg. Voorbeeld Start 5.5.10 – Beweeg naar de positie percentage 0 - 255 0 = Eindaanslag laag 255 = Eindaanslag hoog Beweegt de motor naar de positie X. PP in het veld gegevens is de positie uitgedrukt in een percentage. Structuur 45 – CR Start – RISP TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 40 25 CR – Voorbeeld Start CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 65 – Start CMD CR – Het veld gegevens is leeg. Voorbeeld Start CMD 01 04 65 – CR – Antwoord Start RISP TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 65 – CR – 5.5.12 – Instructie Parameters motor annuleren Annuleert alle gegevens van de eindaanslag van de motor. Structuur Start CMD TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] IND 04 Het veld gegevens is leeg. 66 – CR – 01 04 66 – CR – Antwoord Start RISP TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] TT ADR TT ENDPOINT Instructie Gegevens [XX] [YY] [AA] 01 04 66 – CR – 5.6 – Instructies voor geheugenopslag en weergave van de lijsten Er kunnen twee lijsten met instructies (max. 30) worden opgeslagen. De instructies worden uitgevoerd wanneer een overgang van de 12V triggerinput plaatsvindt of de gebeurtenis trigger up of down van de zender. De instructie van de seriële poort om de instructies op te slaan die moeten worden uitgevoerd wanneer het signaal van laag naar hoog gaat, is: MEM_ON [XX] [YY] [XX1] [YY1] [...] [...] [Carriage Return] Opmerking – De velden zijn met een spatie van elkaar gescheiden en de string eindigt met Carriage Return. Belangrijk! – Het adres 1 wordt gebruikt om instructies naar de mechanische motor te sturen. De velden zijn: MEM_ON Dit is de string die de instructies in de eerste lijst opslaat. Nederlands - 11 NL 5.5.11 – Instructie Alle opgeslagen zenders uit het geheugen verwijderen Annuleert alle radio-instructies van de motor. Structuur [XX] [YY] Het adres van de inrichting waarnaar de instructie wordt gestuurd. Dit bestaat verplicht uit twee hexadecimale cijfers. De instructie die naar de inrichting wordt gestuurd. Deze bestaat verplicht uit twee cijfers volgens de hiervoor weergegeven tabel van de instructies. De achtereenvolgende paren [XX] en [YY] vertegenwoordigen de andere N instructies die naar de motoren gestuurd kunnen worden, met 30 als limiet. Bijvoorbeeld, om naar inrichting 2 de instructie omhoog, naar de inrichting 3 de instructie sluit en naar 5 de instructie beweeg in kleine stappen omhoog te sturen, is de instructie MEM_ON 02 05 03 04 05 12 [Carriage Return] Het antwoord zal zoiets zijn als: NL MEM_ON 02 05 03 04 05 12 LIST TRIGGER ON: CMD 1--> addr: 2, cmd: 5 CMD 2--> addr: 3, cmd: 4 CMD 3--> addr: 5, cmd: 12 De lijst die de gebeurtenis van de dalende flank van de trigger beheert, heeft een analoge werking behalve voor de instructie. In dit geval wordt het: MEM_OFF [XX] [YY] [XX1] [YY1] [...] [...] [Carriage Return] 12 - Nederlands Gebruikmakend van het voorgaande voorbeeld wordt het: MEM_OFF 02 05 03 04 05 12 [Carriage Return] Het antwoord zal zoiets zijn als: MEM_OFF 02 05 03 04 05 12 LIST TRIGGER OFF: CMD 1--> addr: 2, cmd: 5 CMD 2--> addr: 3, cmd: 4 CMD 3--> addr: 5, cmd: 12 5.7 – De lijsten met instructies weergeven Het is mogelijk om de twee opgeslagen lijsten op beeld weer te geven. Het volstaat om de instructie LIST te geven en te verzenden om de complete lijsten te krijgen. De instructie is: LIST [Carriage Return] Bijvoorbeeld, door List in te toetsen na de twee voorgaande instructies te hebben gegeven, krijgen we: LIST LIST TRIGGER ON: CMD 1--> addr: 2, cmd: 5 CMD 2--> addr: 3, cmd: 4 CMD 3--> addr: 5, cmd: 12 LIST TRIGGER OFF: CMD 1--> addr: 2, cmd: 5 5.8 – Instructie om de duur van de bewegingen van de mechanische motor in te stellen De mechanische motor heeft een instelbare tijd voor de duur van de bewegingen. De instructie die hiervoor gebruikt wordt, is: SET_TIME [XXX] [Carriage Return] De velden zijn met een spatie van elkaar gescheiden en de string eindigt met Carriage Return. De velden zijn: SET_TIME Instructie om de tijd in te stellen. [XXX] Waarde in seconden (max 240). De defaultwaarde bij de eerste inschakeling is 10 seconden en wordt bij elke wijziging in het geheugen opgeslagen. Bij de volgende inschakeling wordt de laatst opgeslagen waarde gebruikt. 5.9 – Het adres van een inrichting wijzigen Het adres van een motor kan worden ingesteld met de instructie: ADR [XX] [YY] [Carriage Return] De velden zijn met een spatie van elkaar gescheiden en de string eindigt met Carriage Return. De velden zijn: [XX] Actuele adres van de motor. Het adres wordt verplicht met twee hexadecimale cijfers geschreven. [YY] Nieuwe adres van de motor. Het adres wordt verplicht met twee hexadecimale cijfers geschreven. Om bijvoorbeeld het adres van de motor van 03 in 07 te wijzigen, gebruikt u de instructie ADR 03 07 [Carriage Return] 5.10 – Informatie over opgeslagen zenders weergeven Het is mogelijk om informatie over opgeslagen zenders weer te geven met de instructie: TLC_STATUS [Carriage Return] De informatie betreft het aantal opgeslagen zenders en de werkingswijze. Het antwoord zal zoiets zijn als: tlc_status Number of remote control in mem: 3 Number of free position in mem: 29 TLC 1 : Mode 2 - Function number 1 - Key UP TLC 2 : Mode 1 TLC 3 : Mode 2 - Function number 2 - Key DOWN Nederlands - 13 NL CMD 2--> addr: 3, cmd: 4 CMD 3--> addr: 5, cmd: 12 5.11 – Activeerbare instructies voor domoticasystemen De instructie activeert op de besturingseenheid de bidirectionele verzending van gegevens, weergave van de seriële radiocodes en verzending van de positie van de automatisering tijdens de manoeuvre. Invoeren: WEB_ON [Carriage Return] Op deze wijze wordt de weergave van seriële radiocodes geactiveerd, indien deze in de besturingseenheid zijn opgeslagen, en kan de instructie pos worden gebruikt om de motoren procentueel te bewegen en de manoeuvre te volgen. Instructie voor deactivering: WEB_OFF [Carriage Return] Op deze wijze wordt de weergave van codes geactiveerd. NL 5.11.1 – Weergave van seriële radiocodes Als de TT6 een radiosignaal van een van de opgeslagen afstandsbedieningen ontvangt, worden de volgende gegevens over de zender serieel verzonden. RAD * 0003E965 0000 0100000000 De eerste 8 cijfers staan voor de code van de afstandsbediening, de 4 volgende cijfers staan voor het variabele deel van de code van de afstandsbediening (gemaskeerd als nullen). Van de laatste 10 cijfers staan de eerste 4 voor de 14 - Nederlands ingedrukte toets en zijn de laatste 6 voor toekomstig gebruik. 5.11.2 – Instructie procentuele motorbeweging Om de motoren over een percentage van hun totale bewegingsbereik te laten bewegen (na instelling van de eindaanslagen) gebruikt men de instructie: POS > [XX] [YY] [PPPP] [ZZZZ] [TT] [Carriage Return] Waarbij: [XX] Het adres van de motor is. [YY] Het knooppunt is (voor screenmotoren is de standaard 04). [PPPP] De procentuele waarde is die bereikt moet worden, uitgedrukt in duizendsten. [ZZZZ] [TT] De laatste twee parameters in de screenmotoren voor toekomstige toepassingen op FFFF en FF zijn ingesteld. Om motor nummer 02 bijvoorbeeld naar de middenwaarde (0500) van zijn bewegingsbereik te brengen, moet de instructie als volgt worden samengesteld: POS # 02 04 0500 FFFF FF Tijdens de beweging worden de tekenreeksen met de actuele positie van de motor als asynchrone berichten verzon- POS * 02 04 xxxx FFFF FF Waarbij xxxx de instantpositie van de motor is. In geval van een fout in de syntaxis van de opdracht wordt het foutveld toegevoegd aan het antwood met waarde 01; de velden worden gevuld tot aan het eerste foute veld, en de navolgende velden worden gevuld met 0xF, bijvoorbeeld: POS ! 02 04 FFFF FFFF FF 01 In geval van time-out zal het foutbericht als foutcode de waarde 00 hebben, bijvoorbeeld: POS ! 02 04 0800 FFFF FF 00 Waarbij xxxx de instantpositie van de motor is. De automatisering heeft niet op de verzonden instructie gereageerd. 5.11.3 – Instructie actuele positie motor lezen Om de actuele positie van de automatisering te lezen, gebruikt men de instructie: Waarbij: [XX] [YY] Het adres van de motor is. Het knooppunt is (voor screenmotoren is de standaard 04). [PPPP] [ZZZZ] [TT] Allemaal gevuld met 0xF in geval van lezen. Het antwoord is van het type: POS * 02 04 0500 FFFF FF Waarbij de actuele positie van de motor wordt aangegeven. 5.11 – Instructies voor hulp De twee instructies voor hulp zijn: HELP Instructie om een beschrijving van de beschikbare instructies via seriële poort weer te geven. HELP_TTBUS Instructie om de tabel met instructies voor de TTBus weer te geven. HELP_TLC Instructie om de lijst van de functies van procedure 2 weer te geven. NL den, totdat de motor de gewenste positie bereikt; de notatie is: POS < [XX] [YY] [AAAA] [ZZZZ] [TT] [Carriage Return] Nederlands - 15 NL 6 – AFVALVERWERKING VAN HET PRODUCT 7 – TECHNISCHE GEGEVENS Dit product maakt integraal deel uit van de automatisering die het aanstuurt en moet dus samen daarmee naar de afvalverwerking worden gestuurd. Wanneer de levensduur van dit product ten einde is, dienen, zoals dit ook bij de installatiewerkzaamheden het geval is, de ontmantelingswerkzaamheden door gekwalificeerd personeel te worden uitgevoerd. Dit product bestaat uit verschillende soorten materialen: sommige daarvan kunnen opnieuw gebruikt worden, terwijl andere als afval verwerkt dienen te worden. Win inlichtingen in over de methoden van hergebruik of afvalverwerking in en houd u aan de plaatselijk voor dit soort producten van kracht zijnde voorschriften. Let op! – Sommige onderdelen van het product kunnen vervuilende of gevaarlijke stoffen bevatten: indien die in het milieu zouden verdwijnen, zouden ze schadelijke gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid kunnen opleveren. Zoals dat door het symbool hiernaast is aangegeven, is het verboden dit product met het gewone huisafval weg te gooien. Scheid uw afval voor verwerking op een manier zoals die in de plaatselijke regelgeving is voorzien of lever het product bij uw leverancier in wanneer u een nieuw gelijksoortig product koopt. Let op! – De plaatselijk geldende regelgeving kan in zware straffen voorzien in geval van illegale dumping van dit product. • Voeding: 110 ÷ 240 Vac 50/60 Hz • Max. opgenomen stroom: 80 mA in stand-by, 3 A bij maximale belasting • Coderingen: FloR (rolling code) • Frequentie: 433.92 MHz • Impedantie antenne: 52 ohm • Gevoeligheid: beter dan 0,5μV voor volledig verzonden signaal • Bereik: geschat op 200 m in open ruimtes en 35 m in gebouwen • Aantal zenders dat kan worden opgeslagen: 30 • Uitgangen: nr. 1 uitgang voor de besturing van een tweefasenmotor • Vermogen van de contacten: 3 A - 250 V • Beschermingsklasse: IP44 (met intacte houder) • Bedrijfstemperatuur: -20 ÷ +55° C • Afmetingen / gewicht: 128 x 112 x 43 mm / 260 g 16 - Nederlands Opmerkingen: – De werkingsafstand tussen zenders en ontvangers (bereik) wordt sterk beïnvloed door andere inrichtingen die in hetzelfde gebied en op dezelfde frequentie werken (bijvoorbeeld: alarmsystemen, hoofdtelefoons etc.). In dergelijke gevallen kan Nice geen enkele garantie bieden met betrekking tot het effectieve bereik van haar inrichtingen. – Alle vermelde technische gegevens hebben betrekking op een omgevingstemperatuur van 20° C (± 5° C). – Nice behoudt zich het recht voor om, op elk moment dat dit noodzakelijk geacht wordt, wijzigingen aan het product aan te brengen, waarbij hoe dan ook de gebruiksbestemming en de functionaliteit ervan gelijk blijven. NL - EG-VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING Verklaring in overeenstemming met de Richtlijn 1999/5/EG Opmerking - De inhoud van deze verklaring stemt overeen met hetgeen verklaard is in het officiële document dat is neergelegd bij de vestiging van Nice S.p.a., en in het bijzonder aan de laatste revisie hiervan die voor het afdrukken van deze handleiding beschikbaar was. De hier beschreven tekst werd om uitgeversredenen opnieuw aangepast. Een kopie van de originele verklaring kan worden aangevraagd bij Nice S.p.A. (TV) I. Nummer: 400/TT6 Revisie: 0 Taal: NL Ondergetekende Luigi Paro in de hoedanigheid van Gedelegeerd Bestuurder, verklaart onder zijn eigen verantwoordelijkheid dat het product: Naam fabrikant: NICE s.p.a. Adres: Via Pezza Alta 13, Z.I. Rustignè, 31046 Oderzo (TV), Italië Type Besturingseenheid voor rolluiken, zonneweringen en dergelijke Modellen: TT6 Accessoires: voldoet aan de essentiële vereisten zoals vermeld in artikel 3 van de volgende communautaire richtlijn, voor het gebruik waarvoor de producten bestemd zijn: • Richtlijn 1999/5/EG VAN HET EUROPESE PARLEMENT EN VAN DE RAAD van 9 maart 1999 betreffende radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur en de wederzijdse erkenning van hun conformiteit, volgens de volgende geharmoniseerde normen · Bescherming van de gezondheid (art. 3(1)(a)): EN 50371:2002 · Veiligheid van elektrische apparatuur (art. 3(1)(a)): EN 60950-1:2006+A11:2009 · Elektromagnetische compatibiliteit (art. 3(1)(b)): EN 301 489-1 V1.8.1:2008, EN 301 489-3 V1.4.1:2002 · Radiospectrum (art. 3(2)): EN 300 220-2 V2.3.1:2010 Daarnaast is het product in overeenstemming met de bepalingen van de volgende communautaire richtlijnen: • Richtlijn 2006/95/EG VAN HET EUROPESE PARLEMENT EN VAN DE RAAD van 12 december 2006 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke voorschriften der lidstaten inzake elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen, volgens de volgende geharmoniseerde normen EN 60335-1:2002 + A1:2004 + A11:2004 + A12:2006 + A2:2006 + A13:2008, EN 60335-2-97:2006+A11:2008, EN50366:2003+A1:2006 Oderzo, 9 mei 2011 Ing. Luigi Paro (Gedelegeerd Bestuurder)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120

Nice Automation TT6 de handleiding

Type
de handleiding