Nilfisk-Advance SR 1100S, SR 1100S P, SR 1100S P LSB Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Nilfisk-Advance SR 1100S Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
EC Machinery Directive 98/37/EC EN 12100-1, EN 12100-2, EN 294, EN 349
EC Low Voltage Directive 73/23/EEC EN 60335-1, EN 60335-2-72
EC EMC Directive 89/336/EEC EN 61000, EN 50366
FAC-SIMILE
FA
FA
FA
FA
EC Machinery DirectivEC Machinery Dir
EC Low Voltage DireLow Voltage Dire
EC EMC Directive 8C EMC Directive 8
Manufacturer: Nil¿ sk-Advance S.p.a.
Authorized signatory: Franco Mazzini, General Mgr
Date: Signature:
Address: Strada Comunale della Braglia, 18, 26862 GUARDAMIGLIO (LO) - ITALY
Tel: +39 (0)377 451124, Fax: +39 (0)377 51443
Ⱦɨɥɭɩɨɞɩɢɫɚɧɢɹɬ ɩɨɬɜɴɪɠɞɚɜɚ, ɱɟ
ɝɨɪɟɫɩɨɦɟɧɚɬɢɹɬ ɦɨɞɟɥ ɟ ɩɪɨɢɡɜɟɞɟɧ ɜ
ɫɴɨɬɜɟɬɫɬɜɢɟ ɫɴɫ ɫɥɟɞɧɢɬɟ ɞɢɪɟɤɬɢɜɢ ɢ
ɫɬɚɧɞɚɪɬɢ.
Níže podepsaný stvrzuje, že výše
uvedený model byl vyroben v souladu s
následujícími smČrnicemi a normami.
Der Unterzeichner bestätigt hiermit dass
die oben erwähnten Modelle gemäß
den folgenden Richtlinien und Normen
hergestellt wurden.
Undertegnede attesterer herved, at
ovennævnte model er produceret i
overensstemmelse med følgende direktiver
og standarder.
El abajo ¿ rmante certi¿ ca que los modelos
arriba mencionados han sido producidos
de acuerdo con las siguientes directivas y
estandares.
Allakirjutanu kinnitab, et ülalnimetatud
mudel on valmistatud kooskõlas järgmiste
direktiivide ja normidega.
Je soussigné certi¿ e que les modèles ci-
dessus sont fabriqués conformément aux
directives et normes suivantes.
Allekirjoittaia vakuuttaa että yllämainittu
malli on tuotettu seuraavien direktiivien ja
standardien mukaan.
The undersigned certify that the above
mentioned model is produced in
accordance with the following directives
and standards.
ȅ țȐIJȦșȚ ȣʌȠȖİȖȡĮȝȝȑȞȠȢ ʌȚıIJȠʌȠȚİȓ ȩIJȚ Ș
ʌĮȡĮȖȦȖȒ IJȠȣ ʌȡȠĮȞĮijİȡșȑȞIJȠȢ ȝȠȞIJȑȜȠȣ
ȖȓȞİIJĮȚ ıȪȝijȦȞĮ ȝİ IJȚȢ ĮțȩȜȠȣșİȢ ȠįȘȖȓİȢ
țĮȚ ʌȡȩIJȣʌĮ.
Alulírottak igazoljuk, hogy a fent említett
modellt a következĘ irányelvek és
szabványok alapján hoztuk létre.
Il sottoscritto dichiara che i modelli sopra
menzionati sono prodotti in accordo con le
seguenti direttive e standard.
Toliau pateiktu dokumentu patvirtinama,
kad minơtas modelis yra pagamintas
laikantis nurodytǐ direktyvǐ bei standartǐ.
Ar šo tiek apliecinƗts, ka augstƗkminƝtais
modelis ir izgatavots atbilstoši šƗdƗm
direktƯvƗm un standartiem.
Undertegnede attesterer att ovennevnte
modell är produsert i overensstemmelse
med fölgende direktiv og standarder.
Ondergetekende verzekert dat de
bovengenoemde modellen geproduceerd
zijn in overeenstemming met de volgende
richtlijnen en standaards.
A presente assinatura serve para declarar
que os modelos supramencionados
são produtos em conformidade com as
seguintes directivas e normas.
NiĪej podpisany zaĞwiadcza, Īe
wymieniony powyĪej model produkowany
jest zgodnie z nastĊpującymi dyrektywami
i normami.
Subsemnatul atest că modelul sus-
menĠionat este produs în conformitate cu
următoarele directive úi standarde.
ɇɚɫɬɨɹɳɢɦ ɭɞɨɫɬɨɜɟɪɹɟɬɫɹ, ɱɬɨ ɦɚɲɢɧɚ
ɜɵɲɟɭɤɚɡɚɧɧɨɣ ɦɨɞɟɥɢ ɢɡɝɨɬɨɜɥɟɧɚ
ɜ ɫɨɨɬɜɟɬɫɬɜɢɢ ɫɨ ɫɥɟɞɭɸɳɢɦɢ
ɞɢɪɟɤɬɢɜɚɦɢ ɢ ɫɬɚɧɞɚɪɬɚɦɢ.
Undertecknad intygar att ovannämnda
modell är producerad i överensstämmelse
med följande direktiv och standarder.
Dolu podpísaný osvedþuje, že hore
uvedený model sa vyrába v súlade s
nasledujúcimi smernicami a normami.
Spodaj podpisani potrjujem, da je zgoraj
omenjeni model izdelan v skladu z
naslednjimi smernicami in standardi.
Aúa÷ıda ømzası olan kiúi, yukarıda
bahsedilen model cihazın aúa÷ıda verilen
direktiÀ ere ve standartlara uygunlukta imal
edildi÷ini onaylar.
Ɇɨɞɟɥ / Model / Modell / Model / Modelo / Mudel / Modèle / Malli /
Model / ȂȠȞIJȑȜȠ / Modell / Modello / Modelis / Modelis / Modell / Model
/ Modelo / Model / Model / Ɇɨɞɟɥɶ / Modell / Model / Model / Model :
Ɍɢɩ / Typ / Typ / Type / Tipo / Tüüp / Type / Tyyppi / Type / ȉȪʌȠȢ /
Típus / Tipo / Tipas / Tips / Type / Type / Tipo / Typ / Tip / Ɍɢɩ / Typ /
Typ / Tip / Tip :
ɋɟɪɢɟɧ ɧɨɦɟɪ / Výrobní þíslo / Seriennummer / Serienummer / Número de serie / Seerianumber / Numéro de série / Sarjanumero / Serial number
/ ȈİȚȡȚĮțȩȢ ĮȡȚșȝȩȢ / Sorozatszám / Numero di serie / Serijos numeris / SƝrijas numurs / Serienummer / Serienummer / Número de série / Numer
seryjny / Număr de serie / ɋɟɪɢɣɧɵɣ ɧɨɦɟɪ / Serienummer / Výrobné þíslo / Serijska številka / Seri Numarası :
Ƚɨɞɢɧɚ ɧɚ ɩɪɨɢɡɜɨɞɫɬɜɨ / Rok výroby / Baujahr / Fabrikationsår / Año de fabricación / Väljalaskeaasta / Année de fabrication / Valmistusvuosi / Year
of construction / DzIJȠȢ țĮIJĮıțİȣȒȢ / Gyártási év / Anno di costruzione / Pagaminimo metai / Izgatavošanas gads / Byggeår / Bauwjaar / Ano de fabrico
/ Rok produkcji / Anul fabricaĠiei / Ƚɨɞ ɜɵɩɭɫɤɚ / Tillverkningsår / Rok výroby / Leto izdelave / Leto izdelave/ømal yılı :
ɋɟɪɬɢɮɢɤɚɬ ɡɚ ɫɴɨɬɜɟɬɫɬɜɢɟ
OsvČdþení o shodČ
Konformitätserklärung
Overensstemmelsescerti¿ kat
Declaración de conformidad
Vastavusserti¿ kaat
Déclaration de conformité
Yhdenmukaisuustodistus
Conformity certi¿ cate
ȆȚıIJȠʌȠȚȘIJȚțȩ ıȣȝȝȩȡijȦıȘȢ
MegfelelĘsségi nyilatkozat
Dichiarazione di conformità
Atitikties deklaracija
AtbilstƯbas deklarƗcija
Konformitetsserti¿ sering
Conformiteitsverklaring
Declaração de conformidade
Deklaracja zgodnoĞci
Certi¿ cat de conformitate
Ɂɚɹɜɥɟɧɢɟ ɨ ɫɨɨɬɜɟɬɫɬɜɢɢ
Överensstämmelsecerti¿ kat
Certi¿ kát súladu
Certi¿ kat o ustreznosti
Uyumluluk serti¿ kası
SWEEPER
SR 1100S P
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
2
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
INLEIDING
OPMERKING
De nummers tussen haakjes verwijzen naar de onderdelen die worden weergegeven in het hoofdstuk Beschrijving van
de machine.
DOEL EN INHOUD VAN DEZE HANDLEIDING
Deze handleiding heeft tot doel de bediener te voorzien van alle informatie die nodig is om deze machine op de juiste en veiligste
manier te gebruiken. Er staat informatie in over technische aspecten, de veiligheid, de werking, het stoppen, het onderhoud, de
vervangingsonderdelen en het verwijderen van de machine.
De bedieners en bevoegde monteurs die met deze machine werken, moeten de instructies in deze handleiding zorgvuldig lezen,
voordat ze met de machine aan het werk gaan. Neem bij twijfel over de juiste interpretatie van de instructies contact op met Nilfi sk-
Advance voor meer uitleg.
BETREFFENDE PERSONEN
Deze handleiding is bestemd voor de bediener van de machine en de technici die verantwoordelijk zijn voor het onderhoud van de
machine.
De bedieners mogen geen handelingen uitvoeren die alleen door bevoegde monteurs uitgevoerd mogen worden. Nilfi sk-Advance is
niet verantwoordelijk voor schade die is ontstaan uit het negeren van dit verbod.
OPBERGEN VAN DE HANDLEIDING
De instructiehandleiding moet in de juiste houder bij de machine worden opgeborgen. Er mogen geen vloeistoffen of andere
materialen bij komen zodat de handleiding goed leesbaar blijft.
CONFORMITEITSVERKLARING
De conformiteitsverklaring die bij de machine wordt geleverd is een verklaring dat de machine voldoet aan de geldende wetgeving.
OPMERKING
Twee kopieën van de oorspronkelijke EG verklaring van overeenstemming zijn verstrekt samen met de
machinedocumentatie.
IDENTIFICATIEGEGEVENS
Het serienummer en model van de machine staan op het plaatje (37).
Het productiejaar van de machine wordt in de conformiteitsverklaring aangegeven. Het productiejaar kan ook worden afgeleid uit de
eerste twee cijfers van het serienummer van de machine.
Het serienummer en het model van de benzinemotor staan op het plaatje (70).
Deze informatie heeft u nodig om vervangingsonderdelen voor de machine en de benzinemotor te bestellen. Gebruik de
onderstaande ruimte om de identifi catiegegevens van de machine en de benzinemotor op te schrijven.
Model MACHINE ...............................................................................
Serienummer MACHINE ...................................................................
Model MOTOR ..................................................................................
Serienummer MOTOR .......................................................................
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
3
ANDERE GEBRUIKERSHANDLEIDINGEN
Bij de machine worden de volgende handleidingen geleverd:
Handleiding van de benzinemotor; deze vormt een integraal onderdeel van deze handleiding.
Catalogus met vervangingsonderdelen van de veegmachine
Andere beschikbare handleidingen:
Werkplaatshandleiding (te raadplegen bij de servicecentra van Nilfi sk-Advance)
VERVANGINGSONDERDELEN EN ONDERHOUD
Als er onderhouds- of reparatiewerkzaamheden aan de machine nodig zijn, moet u deze door bevoegd personeel of bij de
servicecentra van Nilfi sk-Advance laten uitvoeren. Er mogen alleen originele vervangingsonderdelen en accessoires worden
gebruikt.
Als u hulp nodig heeft of vervangingsonderdelen en accessoires wilt bestellen bij Nilfi sk-Advance, zorg dan dat u het model en het
serienummer altijd bij de hand heeft.
MODIFICATIES EN VERBETERINGEN
Nilfi sk-Advance streeft naar een constante perfectie van onze producten en we behouden ons het recht voor modifi caties en
aanpassingen aan te brengen indien wij die nodig achten. U bent niet verplicht deze modifi caties of verbeteringen door te voeren op
een eerder aangeschafte machine.
Eventuele aanpassingen en/of toevoeging van accessoires moeten expliciet worden goedgekeurd en uitgevoerd door Nilfi sk-
Advance.
BEDRIJFSCAPACITEIT
Deze veegmachine is ontwikkeld en gebouwd voor het reinigen/vegen van gladde, solide vloeren en voor het verzamelen van stof
en kleine vuildeeltjes in privé- en bedrijfsruimten onder gecontroleerde veilige omstandigheden door een bevoegde bediener.
ALGEMENE OPMERKINGEN
Alle verwijzingen naar voorwaarts, achterwaarts, vóór, rechts, links of achter in deze handleiding zijn vanuit de bediener in zijn
rijpositie op de stoel bekeken (25).
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
4
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
VERPAKKING VERWIJDEREN/AFLEVERING
Volg bij het verwijderen van de verpakking de instructies op de verpakking zorgvuldig op.
Controleer bij afl evering van de machine zorgvuldig of de verpakking en de machine niet zijn beschadigd tijdens het transport.
Als u beschadigingen heeft aangetroffen, bewaart u de verpakking dan zoals u deze van de transporteur heeft ontvangen. Neem
onmiddellijk contact op met de transporteur om een verzoek tot schadevergoeding in te vullen.
Controleer of de uitrusting van de machine overeenkomt met de volgende lijst:
Technische documentatie:
Gebruiksaanwijzing van de veegmachine
Handleiding van de benzinemotor
Catalogus met vervangingsonderdelen van de veegmachine
Zekering Nr. 1 van 70 A
VEILIGHEID
De volgende symbolen worden gebruikt om mogelijk gevaarlijke situaties aan te geven. Lees deze informatie altijd aandachtig door
en neem de nodige voorzorgsmaatregelen om personen en voorwerpen te beschermen.
Samenwerking met de bediener is van essentieel belang om ongelukken te voorkomen. Geen enkel preventieplan ter voorkoming
van ongevallen is effectief zonder de volledige medewerking van de persoon die direct verantwoordelijk is voor de werking van de
machine. De meeste ongevallen die zich binnen een bedrijf, op de werkvloer of op locatie voordoen, worden veroorzaakt door het
niet naleven van enkele elementaire veiligheidsmaatregelen. Een oplettende en voorzichtige bediener is de beste garantie tegen
ongevallen en is het meest effectief in elk preventieplan.
GEBRUIKTE SYMBOLEN
GEVAAR!
Dit symbool geeft een gevaar met mogelijk dodelijk afl oop voor de bediener aan.
LET OP!
Dit symbool geeft een mogelijk risico op letsel voor personen of schade aan voorwerpen aan.
WAARSCHUWING!
Dit symbool geeft een waarschuwing of opmerking aan over de werking van de sleutel of van de
gebruiksfuncties. Lees de blokken tekst die met dit symbool zijn gemarkeerd zorgvuldig door.
OPMERKING
Dit symbool geeft een waarschuwing aan over de werking van de sleutel of van de gebruiksfuncties.
ADVIES
Dit geeft aan dat de bedienershandleiding moet worden geraadpleegd voordat er een handeling wordt uitgevoerd.
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
5
ALGEMENE INSTRUCTIES
Hierna volgen waarschuwingen en specifi eke aandachtspunten om mogelijke schade aan de machine of letsel bij personen te
voorkomen.
GEVAAR!
Zet de contactsleutel in de stand '0' en ontkoppel de accu's voordat u onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden gaat uitvoeren.
Deze machine mag alleen worden gebruikt door speciaal opgeleid en bevoegd personeel. De machine mag
niet worden gebruikt door kinderen of mensen met een handicap.
Zorg dat er geen vonken, vlammen of rokende/gloeiende materialen bij de accu's in de buurt kunnen
komen. Bij normaal gebruik van de machine kunnen er explosieve gassen vrij komen.
Wanneer u in de buurt van elektrische onderdelen werkt, verwijder dan al uw sieraden.
Werk nooit onder een omhoog gebrachte machine als deze niet voldoende wordt ondersteund door
veiligheidssteunen.
Telkens als er werkzaamheden worden verricht onder de geopende motorkap, moet u ervoor zorgen dat de
motorkap niet per ongeluk dicht kan vallen.
Gebruik deze machine niet in ruimten waar schadelijke, gevaarlijke, ontvlambare en/of explosieve stoffen,
vloeistoffen of dampen aanwezig zijn.
Let op: de brandstof is zeer licht ontvlambaar.
Roken en open vuur in ruimten waar brandstof wordt bijgevuld of opgeslagen is verboden.
Giet de brandstoftank niet helemaal vol. De brandstof gaat uitzetten en daarom mag de tank niet verder dan
25 mm onder de rand van de vulmond worden bijgevuld.
Controleer na het bijvullen van de brandstof of de dop van de brandstoftank goed is afgesloten.
Wanneer er tijdens het tanken brandstof naar buiten loopt, moet u alle brandstof verwijderen en de dampen
laten oplossen voordat u de motor start.
Zorg dat er geen brandstof op de huid komt en dat u de dampen niet inademt. Hou buiten bereik van
kinderen.
Laat de motor niet meer dan 20° kantelen; als de motor verder wordt gekanteld, kan er brandstof uit de tank
lopen.
Zet geen voorwerpen op de motor.
Schakel de motor uit voordat u er werkzaamheden aan uitvoert. Om te voorkomen dat de motor per ongeluk
aan gaat, moet u altijd het dopje van de bougie ontkoppelen.
Als de machine van loodaccu's (WET) is voorzien, mag de machine zelf niet meer dan 30° ten opzichte
van de vlakke grond worden gekanteld. Anders kan de uiterst corroderende vloeistof uit de accu lopen.
Als de machine bij onderhoudswerkzaamheden moet worden gekanteld, moeten eerst de accu's worden
verwijderd.
LET OP!
Koolmonoxide (CO) kan hersenletsel of zelfs dodelijk letsel veroorzaken.
De interne verbrandingsmotor van deze machine stoot koolmonoxide uit.
Adem geen uitlaatgassen in.
Gebruik alleen in afgesloten ruimte wanneer er voldoende ventilatie en een tweede persoon aanwezig zijn.
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
6
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
LET OP!
Lees voordat u onderhouds- of reparatiewerkzaamheden aan de machine uitvoert alle instructies zorgvuldig
door.
Neem alle nodige voorzorgsmaatregelen om te voorkomen dat haar, sieraden en losse kledingstukken vast
komen te zitten in de bewegende delen van de machine.
Laat de machine nooit onbeheerd staan met de sleutel in de contactschakelaar en controleer altijd of de
machine niet uit zichzelf kan bewegen.
Gebruik de machine niet op oppervlakken met een grotere hellingshoek dan gespecifi ceerd.
Gebruik de machine niet in bijzonder stoffi ge ruimten.
Was de machine niet met directe waterstralen, een hogedrukspuit of met bijtende materialen. Gebruik geen
perslucht om de machine te reinigen, met uitzondering van de fi lters (zie het betreffende deel).
Let er bij het gebruik van de machine op dat er zich geen mensen, met name kinderen, in het werkgebied
van de machine bevinden.
Zet geen fl essen vloeistof op de machine.
De temperatuur moet bij opslag van de machine tussen de 0°C en +40°C liggen.
De temperatuur moet bij gebruik van de machine tussen de 0°C en +40°C liggen.
De vochtigheidsgraad moet tussen 30% en 95% liggen.
Zorg altijd dat de machine niet in de zon, regen of andere weersomstandigheden staat, zowel in werking als
bij stilstand.
Gebruik de machine niet als vervoermiddel of voor slepen/duwen.
Laat de borstels niet werken als de machine stilstaat om schade aan de vloer te voorkomen.
Gebruik bij brand een poederbrandblusser. Gebruik geen water.
Stoot niet tegen kasten of stellingen, zeker als de kans bestaat dat er voorwerpen kunnen omvallen.
Pas de bedrijfssnelheid aan de oppervlakken aan.
Gebruik de machine niet op hellingen of schuine oppervlakken met een grotere hellingshoek dan
gespecifi ceerd.
Deze machine is niet geschikt voor gebruik op straat of openbare wegen.
Verwijder om geen enkele reden de beschermingen van de machine.
Houd u strikt aan de aanwijzingen bij gewone onderhoudswerkzaamheden.
Verwijder of verander geen plaatjes van de fabrikant op de machine.
Als u afwijkingen in de werking van de machine vermoedt, controleer dan of deze niet worden veroorzaakt
door gebrek aan dagelijks onderhoud. Als dat niet het geval is, roept u de hulp in van bevoegd personeel of
van een bevoegd servicecentrum.
Vraag bij vervanging van onderdelen om ORIGINELE vervangingsonderdelen bij een bevoegd leverancier
en/of bevoegde detailhandelaar.
Uit veiligheidsoverwegingen en voor een correcte werking van de machine moet het onderhoud dat in
het betreffende hoofdstuk in deze handleiding wordt aangegeven voor bevoegd personeel of bij een
servicecentrum worden uitgevoerd.
Laat de machine als hij wordt afgedankt niet onbemand staan vanwege de giftige en/of schadelijke
materialen (accu, kunststof, etc.). Deze moeten volgens de voorschriften naar de daarvoor bestemde
verzamelplaatsen worden gebracht (zie het hoofdstuk Verwijdering).
Bij normaal gebruik veroorzaken de trillingen van de machine geen gevaarlijke situaties. Het trillingsniveau
van de machine is minder dan 2,5 m/s
2
(EN 1033-1995-08; EN 1032/A1-1998)
Lees voordat u onderhouds- of reparatiewerkzaamheden aan de machine uitvoert alle instructies zorgvuldig
door.
Tijdens de werking van de motor wordt de demper warm; raak de demper nooit aan als hij warm is om
brandwonden of brand te voorkomen.
Laat de motor nooit draaien met onvoldoende olie, want dat kan ernstige schade veroorzaken. Controleer
het oliepeil bij een uitgeschakelde motor terwijl de machine horizontaal staat.
Laat de motor nooit zonder luchtfi lter draaien, omdat dit schade kan veroorzaken.
Technische werkzaamheden aan de motor moeten altijd door een bevoegd dealer worden uitgevoerd.
Gebruik voor de motor alleen originele vervangingsonderdelen of equivalenten ervan. Het gebruik van
vervangingsonderdelen van een mindere kwaliteit kan de motor ernstig beschadigen.
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
7
BESCHRIJVING VAN DE MACHINE
BOUW VAN DE MACHINE
Stuur
Pedaal voor voorwaartse/achterwaartse beweging
Servicerempedaal
Hendel voor inschakeling parkeerrem
Druk het rempedaal (3) in en schakel daarna de hendel (4)
in om de servicerem om te zetten in de parkeerrem.
Pedaal voor omhoog brengen voorfl ap
Opbergvak
Motorklep
Aandrijfwielen achter op vaste as
Sturend voorwiel
Zijborstel rechts
Zijborstel links (optioneel)
Hoofdborstel
Zijfl ap links
Zijfl ap rechts
Voorfl ap
Achterfl ap
Afvalcontainer (legen bij volle container)
Bevestiging afvalcontainer
Handgreep voor afvalcontainer
Linkerklep (alleen voor onderhoud openen)
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
18.
19.
20.
Knoppen klep
Rechterklep (voor verwijdering van de hoofdborstel)
Knoppen klep
Knipperlicht (altijd in werking als de sleutel in 'I' staat)
(optioneel)
Bestuurdersstoel met beveiligingsmicroschakelaar
Extra contact voor de handmatige aanzuiger (optioneel)
Stuurkolom (naar voren en naar achteren verstelbaar)
Bedrijfsverlichting (optioneel)
Stelknop voor de afstelling in hoogte van de zijborstel
rechts
Knop voor afstelling van de hoogte van de zijborstel links
(optioneel)
Bedieningshendel voor lengteverplaatsing van de stoel
Afdekking van de aanzuigfi lterruimte
Knop voor de afdekking
Handmatige aanzuiging (optioneel)
Houders voor de handmatige aanzuiging
Interne containers met handgreep voor afval (optioneel)
Plaatje met serienummer / technische gegevens /
conformiteitsmarkering
Hendels voor opening van de motorklep
Verankeringen voor het omhoog brengen van de machine
21.
22.
23.
24.
25.
26.
27.
28.
29.
30.
31.
32.
33.
34.
35.
36.
37.
38.
39.
36
36
17
18
16
12
19
33
32
33
22
23
14
35
34
37
26
35
34
6
7
24
25
1
31
27
2
3
4
5
8
21
20
13
15
11
30
9
28
10
29
38
38
39
39
39
8
39
S311385
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
8
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
OPBOUW VAN DE MACHINE (vervolg)
Motorklep (open)
Steunstangen van de motorklep
Accu's
Aansluitschema's voor accu's
Accudoppen
Kastje met smeltzekeringen
Herbruikbare zekering voor de motor van de hoofdborstel
Herbruikbare zekering voor de motoren van de zijborstels
Led voor alarm defect in aandrijfsysteem
Wanneer de LED brandt, werkt het aandrijfsysteem;
wanneer de LED knippert, is er een storing in het
aandrijfsysteem.
Kastje voor elektrische onderdelen
Elektronische installatie aandrijfsysteem
Ventilatieklep
Accuhouder
Handmatige aanzuiging (optioneel)
Stelknop voor afstelling van de hoogte van de hoofdborstel
41.
42.
43.
44.
45.
46.
47.
48.
49.
50.
51.
52.
53.
54.
55.
Benzinemotor
Dop voor bijvullen en controleren oliepeil van de motor
Aftapdop motorolie
Luchtfi lter motor
Brandstofreservoir
Brandstoftankdop
Dynamomotor (startmotor en dynamo)
Zekering oplaadsysteem
Schakelaar motor
Diode
Gashendel (niet gebruiken!)
Kraantje voor openen/afsluiten van de brandstoftoevoer
(niet gebruiken!)
Luchthendel (starter) (niet gebruiken!)
Snoer voor handmatige start van de motor (niet
gebruiken!)
Model en serienummer van de benzinemotor
Microschakelaar opening motorklep
56.
57.
58.
59.
60.
61.
62.
63.
64.
65.
66.
67.
68.
69.
70.
71.
44
58
59
61
60
70
62
66
69
67
68
56
57
56
42
41
52
50
51
42
55
65
64
63
46
47
48
49
45
43
71
53
S311386
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
9
BEDIENINGSPANEEL EN KNOPPEN
Bedieningspaneel links
Contactsleutel
stand '0': machine uitgeschakeld en alle functies uitgeschakeld
stand 'I': elektrisch systeem ingeschakeld (voor het starten van de benzinemotor)
motor in werking (na het starten van de benzinemotor)
inschakeling van het knipperlicht
stand 'II': inschakeling van de startmotor
Urenteller
Schakelaar voor akoestisch waarschuwingssignaal
Schakelaar voor de aanzuigventilator/fi lterschudder
Knop voor activering van extra contact voor handmatige aanzuiging (optioneel)
Schakelaar voor inschakeling bedrijfsverlichting (optioneel)
Noodknop. Druk hierop in noodsituaties om alle functies van de machine te stoppen. U kunt hem weer resetten na het
inschakelen door hem in de richting van de pijl op de knop zelf te drukken.
Bevestigingsschroeven panelen
Bedieningspaneel rechts
Hendel voor omhoog/omlaag van de zijborstels rechts en links
Hendel voor het omhoog/omlaag brengen van de hoofdborstel
Stelhendel voor de stuurwielstand
92
83
90
84
91
88
81
85
87
86
89
93
89
82
S311387
ACCESSOIRES / OPTIES
Naast de onderdelen van de standaarduitvoering kan de machine worden uitgerust met de volgende accessoires, volgens het
gebruik van de machine:
Hoofd- en zijborstels met hardere of zachtere haren dan de standaardborstel
Stoffi lter in antistatisch polyester en in polyester BIA C
Zijborstel links
Handmatige aanzuiging
Bedrijfslampje
Knipperlampje
Flaps van verschillende materialen
Beschermkap bediener
Neem voor meer informatie over de hierboven genoemde optionele accessoires contact op met uw leverancier.
81.
82.
83.
84.
85.
86.
87.
88.
89.
90.
91.
92.
93.
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
10
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN
Algemeen Waarden
Lengte machine 1.480 mm
Breedte van de machine (zonder zijborstels) 930 mm
Maximale hoogte van de machine (bij het stuur) 1.220 mm
Breedte van het reinigingsvlak (zonder zijborstels) 700 mm
Breedte van het reinigingsvlak (met een zijborstel) 980 mm
Breedte van het reinigingsvlak (met twee zijborstels) 1.260 mm
Minimale hoogte van de grond (zonder fl aps) 55 mm
Afmetingen hoofdborstel (diameter x lengte) 300 mm x 700 mm
Diameter zijborstels 420 mm
Diameter sturend voorwiel 250 mm
Diameter achterste aandrijfwielen 250 mm
Totaalgewicht in beweging 320 kg
Inhoud afvalcontainer 70 liter
Motor hoofdborstel 500 W
Motoren zijborstels 60 W
Motor aandrijfsysteem 600 W, 110 omw/min
Motor aanzuigsysteem 310 W
Motor fi lterschudder 90 W, 6.000 omw/min
Startmotor en dynamo (dynamomotor) 1.100 W
Geluidsniveau (A Lpa) 78,3 dB(A)
Trillingsniveau op de armen van de bediener (*) Minder dan 2,5 m/s
2
Trillingsniveau op het lichaam van de bediener (*) 0,6 m/s
2
(*) Bij normale werkomstandigheden op een vlakke ondergrond van asfalt.
Prestaties Waarden
Maximale snelheid (vooruit) 6 km/h
Maximale snelheid (achteruit) 3 km/h
Maximale hellingshoek 20%
Minimale draaicirkel 1.310 mm
Accu's Waarden
Accuspanning 24 V
Standaardaccu's Met lood, met elektrolyt (WET)
Capaciteit accu's 80 Ah C5, 12 V
Maximale afmetingen houder accu's (breedte x lengte x hoogte) 280 x 375 x 385 mm
Aanzuiging en stoffi ltering Waarden
Stoffi lter van karton van 5-10 m 4,3 m
2
Drukverlaging hoofdborstelruimte 11 mm H
2
O
Benzinemotor (*) Waarden
Merk HONDA
Model GX120
Cilinderinhoud 118 cc
Maximaal vermogen 2,9 kW bij 3.600 toeren/min
Kalibratie motor 2,3 kW bij 3.400 toeren/min
Maximaal koppel 0,75 kgm bij 2.500 toeren/min
Inhoud brandstoftank 2,5 liter
Type benzine Zonder lood voor auto's
(*) Zie voor de overige gegevens/waarden van de benzinemotor de betreffende gebruikershandleiding.
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
11
ELEKTRISCH SCHEMA
Legende
BAT Accu's
BE1 Knipperlamp (optioneel)
BLK Frame motor
BZ1 Akoestisch signaal bij achteruitrijden/akoestisch signaal
EBD Diode
EB1 Elektronische installatie aandrijfsysteem
ES0 Veiligheidsrelais motor
ES1 Relais hoofdborstel
ES2 Relais fi lterschudder
ES3 Relais aanzuigsysteem
ES4 Relais handmatige aanzuiging (optioneel)
ES5 Relais zijborstels
ES6 Relais starten benzinemotor
FA Herbruikbare zekering hoofdborstel
FB Herbruikbare zekering zijborstels
FR Zekering oplaadsysteem (70 A)
FT Zekering aandrijfsysteem (70 A)
F1 Algemene zekering (circuit sleutel) (15 A)
F2 Zekering motor fi lterschudder (25 A)
F3 Zekering handmatige aanzuiging (40 A) (optioneel)
F4 Zekering voor motor aanzuigsysteem (30 A)
F5 Zekering akoestisch signaal en knipperlicht (10 A)
F6 Zekering bedrijfsverlichting (10 A) (optioneel)
HM Urenteller
K1 Contactsleutel
LD1 Diagnoselampje elektronische installatie aandrijfsysteem
L1 Bedrijfsverlichting (optioneel)
M1 Motor hoofdborstel
M2 Motor aandrijfsysteem
M3 Motor fi lterschudder
M4 Motor zijborstel rechts
M5 Motor zijborstel links (optioneel)
M6 Motor aanzuigsysteem
M7 Motor handmatige aanzuiging (optioneel)
M8 Dynamotor
P1 Schakelaar voor akoestisch waarschuwingssignaal
R1 Potentiometer aandrijfsnelheid (pedaal)
R2 Weerstand LED
SPK Inspuitsysteem motor
SWS Noodknop
SW1 Microschakelaar voor hoofdborstel
SW2 Schakelaar aanzuigsysteem/fi lterschudder
SW3 Schakelaar handmatige aanzuiging (optioneel)
SW4 Beveiligingsmicroschakelaar in de bestuurdersstoel
SW5 Microschakelaar zijborstels
SW6 Schakelaar bedrijfsverlichting (optioneel)
SW8 Microschakelaar opening motorklep
Kleurcodering
BK Zwart
BU Blauw
BN Bruin
GN Groen
GY Grijs
OG Oranje
PK Roze
RD Rood
VT Paars
WH Wit
YE Geel
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
13
GEBRUIK
LET OP!
Op de machine zijn enkele plaatjes aangebracht met de volgende woorden:
GEVAAR
LET OP
WAARSCHUWING
ADVIES
Bij het lezen van deze handleiding moet de bediener de betekenis van de symbolen op deze plaatjes goed kennen.
Dek de plaatjes niet af en vervang ze onmiddellijk als ze beschadigd zijn.
CONTROLE / VOORBEREIDINGEN VOOR ACCU'S OP EEN NIEUWE MACHINE
De machine heeft twee loodaccu's van 12 V nodig, die volgens het schema zijn aangesloten (44).
De machine kan op een van de volgende manieren worden geleverd:
Met accu's op de machine gemonteerd, klaar voor gebruik
De accu’s zijn op de machine gemonteerd, maar bevatten geen elektrolyt
Zonder accu’s
Ga op basis van de confi guratie als volgt te werk.
Met accu's op de machine gemonteerd, klaar voor gebruik
Open de motorklep van de machine (7) en controleer of de accu's op de dynamotor zijn aangesloten met de betreffende
klemmen.
Sluit de motorklep (7).
De machine is klaar voor gebruik.
Wanneer bij het starten van de benzinemotor blijkt dat de accu's leeg zijn, dan moeten ze met een externe acculader worden
opgeladen.
De accu’s zijn op de machine gemonteerd, maar bevatten geen elektrolyt
Open de motorklep van de machine (7).
Verwijder de doppen (45) van de accu’s.
LET OP!
Het loodzwavelzuur is zeer corrosief dus wees bijzonder voorzichtig. Als de vloeistof in contact komt met de
huid of de ogen, spoel dan overvloedig uit met water en raadpleeg een arts.
De accu’s moeten worden gevuld in een goed geventileerde ruimte.
Draag werkhandschoenen.
Vul de cellen van de accu's met loodzwavelzuur voor accu’s (densiteit van 1,27 op 1,29 kg bij 25°C) aan de hand van de
instructies in de gebruikershandleiding van de accu.
De juiste hoeveelheid loodzwavelzuur staat in de handleiding van de accu's.
Laat de accu’s even staan en vul de cellen daarna met loodzwavelzuur aan de hand van de instructies in de handleiding van
de accu’s.
Laad de accu's op met een externe acculader.
Zonder accu’s
Schaf geschikte accu’s aan [zie het hoofdstuk Technische eigenschappen en het schema (44)].
Raadpleeg voor de keuze en montage een gekwalifi ceerde leverancier.
Monteer de accu's.
Laad de accu's op met een externe acculader.
a)
b)
c)
a)
1.
2.
3.
b)
1.
2.
3.
4.
5.
c)
1.
2.
3.
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
14
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
VOOR HET STARTEN VAN DE MACHINE
WAARSCHUWING!
Controleer of er geen deurtjes of kleppen open staan op de machine en of de arbeidsomstandigheden normaal
zijn.
Controleer of de afvalcontainer (17) goed is gesloten.
Als de machine na het transport nog niet is gebruikt, moet u eerst controleren of alle blokken en
blokkeermiddelen die bij het transport zijn gebruikt wel zijn verwijderd.
Open waar nodig de motorklep (7), draai de dop (61) los en vul brandstof bij; sluit daarna de motorklep (7) weer.
WAARSCHUWING!
Giet de brandstoftank niet helemaal vol. De brandstof gaat uitzetten en daarom mag de tank niet verder dan 25
mm onder de rand van de vulmond worden bijgevuld.
Voer wanneer nodig de onderhoudswerkzaamheden uit die in het onderhoudsschema worden aangegeven (zie het
betreffende deel).
DE MACHINE STARTEN EN STOPPEN
Starten van de machine
Ga op de bestuurdersstoel (25) zitten.
Stel waar nodig de stand van de stoel naar wens af met de hendel (31).
Stel waar nodig de helling, naar voren of naar achteren, van de stuurkolom (1) naar wens af met de hendel (93).
WAARSCHUWING!
Sluit de hendel van de starter niet, maar laat deze altijd open voordat u de benzinemotor start: voor het
ontstekingssysteem op deze machine is het gebruik van de starter niet nodig.
WAARSCHUWING!
Start de benzinemotor niet met de handmatige trekstarter: de motor heeft een elektrische ontsteking die via de
startmotor wordt geactiveerd.
Draai de contactsleutel (82) op 'I', daarna op 'II' om de benzinemotor te starten. Als de motor is gestart, laat u de contactsleutel
meteen los; deze sleutel gaat naar 'I'.
WAARSCHUWING!
Druk tijdens het starten van de motor met de contactsleutel (82) het gaspedaal (2) niet in.
WAARSCHUWING!
Na het starten blijft de motor niet stationair draaien, maar gaat meteen naar het ingestelde toerental.
De gashendel is door de fabrikant gekalibreerd: deze mag niet met de hand worden aangeraakt of worden
gebruikt om het toerental van de motor te wijzigen!
WAARSCHUWING!
De motor mag niet worden gestart als de motorkap (7) open staat. Een veiligheidssysteem voorkomt dan dat er
kan worden gestart.
Laat de motor enkele minuten opwarmen, tot de omgevingstemperatuur.
Schakel de parkeerrem uit door het pedaal (3) in te drukken en weer los te laten.
Ga op de werkplek zitten en start de machine met de handen op het stuur (2). Druk op het voorste deel van het pedaal om de
machine voorwaarts te bewegen en op het achterste deel om de machine achterwaarts te bewegen.
De bewegingssnelheid is instelbaar van nul tot de maximale waarde via de druk op het pedaal (2).
OPMERKING
De stoel (25) is uitgerust met een veiligheidssensor waardoor de machine alleen via het pedaal (2) kan worden verplaatst
als de bediener op de bestuurdersstoel zit.
1.
2.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
15
Zet de hoofdborstel omlaag met de hendel (92); de borstel begint dan ook te draaien.
Druk de schakelaar (85) naar achteren om het aanzuigsysteem in te schakelen.
OPMERKING
Het aanzuigsysteem kan alleen worden geactiveerd wanneer de hoofdborstel omlaag staat.
Zet de zijborstels (10 en 11) met de hendel (91) omlaag.
OPMERKING
De zijborstels (10 en 11) kunnen ook als de machine beweegt omlaag en omhoog worden gebracht.
De zijborstels draaien niet wanneer ze omhoog staan en ook niet wanneer de hoofdborstel omhoog staat.
Als u met de veegwerkzaamheden wilt beginnen, manoeuvreert u het stuur (1) met uw handen en drukt u op het pedaal (2) om
de machine te verplaatsen.
De machine stoppen
Laat het pedaal (2) los om de machine te stoppen.
Als u de machine snel tot stilstand wilt brengen, drukt u ook het pedaal van de servicerem (3) in.
Als u de machine in een noodgeval meteen stil wilt zetten, drukt u op de noodknop (88). U kunt de noodknop (88) na de
activering uitschakelen door deze in de richting van het pijltje op de knop zelf te draaien.
Zet de zijborstels (10 en 11) met de hendel (91) omhoog.
Druk de schakelaar (85) naar het midden om het aanzuigsysteem uit te schakelen.
Zet de hoofdborstel (12) omhoog met de hendel (92).
Schakel de machine uit door de contactsleutel (82) op '0' te zetten.
Schakel de parkeerrem in door op het pedaal (3) te drukken en de hendel (4) in te schakelen.
MACHINE IN BEDRIJF
LET OP!
We raden aan bij gebruik van de machine goed op te letten wanneer de machine met hogere snelheden
rijdt, omdat schokkerige stuurbewegingen instabiele situaties met de verspreiding van het gewicht kunnen
veroorzaken mede door de opbouw van de machine (3 wielen).
Breng de snelheid altijd omlaag voordat u een bocht maakt.
Zorg dat u niet te lang op een plaats blijft staan met de machine terwijl de borstels draaien: dan kunnen er markeringen op de
vloer achterblijven.
Bij het verzamelen van lichte, maar omvangrijke stukken moet u de voorfl ap door middel van de hendel (5) omhoog brengen.
Let op: als de voorfl ap omhoog blijft staan, is de aanzuigcapaciteit van de machine kleiner.
WAARSCHUWING!
Als u op een natte ondergrond werkt, moet het aanzuigsysteem door middel van de hendel (85) worden
uitgeschakeld om het stoffi lter te beschermen.
Voor een goed veegresultaat moet het stoffi lter altijd zo schoon mogelijk zijn. U kunt het fi lter tijdens het vegen reinigen door
de fi lterschudder in te schakelen; druk de schakelaar (85) hiervoor enkele seconden naar voren.
Tijdens deze handeling wordt de aanzuigventilator automatisch stilgezet.
Wanneer het fi lter is gereinigd, drukt u de schakelaar (85) naar achteren om het aanzuigsysteem weer in te schakelen. U kunt
daarna weer verder met uw werkzaamheden.
Herhaal deze handeling gemiddeld elke 10 minuten tijdens de werkzaamheden (dit is afhankelijk van de hoeveelheid stof in de
te reinigen zone).
OPMERKING
Als het stoffi lter verstopt en/of de afvalcontainer vol is, kan de machine geen stof en vuil meer verzamelen.
Als de werkzaamheden zijn voltooid en telkens als de afvalcontainer (17) vol is, moet u deze legen (zie hiervoor het volgende
deel).
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
1.
2.
3.
4.
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
16
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
DE AFVALCONTAINER LEGEN
Stop de machine en laat het gaspedaal los.
Zet de contactsleutel (2) in stand '0'.
Schakel de parkeerrem in door op het pedaal (3) te drukken en de hendel (4) in te schakelen.
Haal de haak (18) los door aan het kortste uiteinde te trekken.
Verwijder de afvalcontainer (17) met de handgreep (19) en koppel deze los uit de binnengeleiders.
Stort het vuil in de daarvoor bestemde verzamelbakken. In de afvalcontainer kunnen twee containers (optioneel) met
handgreep (36) aanwezig zijn om het legen van het afval gemakkelijker te maken.
Plaats waar van toepassing de containers met handgreep (36) terug.
Monteer de afvalcontainer (17) door deze uit de binnengeleiders te ontkoppelen en daarna weer met de haak (18) te
bevestigen.
De machine is weer klaar voor gebruik.
NA GEBRUIK VAN DE MACHINE
Na de werkzaamheden en voordat u de machine achterlaat moeten de volgende handelingen worden uitgevoerd.
Breng de zijborstels omhoog met behulp van de hendel (91).
Zet de hoofdborstel omhoog met de hendel (92).
Schakel de fi lterschudder in door middel van de schakelaar (85).
Leeg de afvalcontainer (17) (zie de procedure in het vorige deel).
Verwijder de contactsleutel (82).
Schakel de parkeerrem in door op het pedaal (3) te drukken en de hendel (4) in te schakelen.
DUW-/TREKBEWEGING VAN DE MACHINE
Voor duw-/trekbewegingen bij een uitgeschakelde machine hoeft er geen verdere handeling te worden uitgevoerd.
LANGE PERIODE VAN STILSTAND
Als de machine langer dan 30 dagen niet wordt gebruikt, is het raadzaam de volgende handelingen uit te voeren:
Controleer of de opbergruimte van de machine schoon en droog is.
Ontkoppel de minkabel van de accu's (43).
Behandel de benzinemotor zoals wordt beschreven in de betreffende handleiding.
EERSTE GEBRUIKSPERIODE
Na de eerste gebruiksperiode (de eerste 8 uur) moet u de volgende handelingen uitvoeren:
Controleer de bevestiging van de bevestigings- en aansluitingsonderdelen.
Controleer of de zichtbare onderdelen intact zijn en geen vloeistof lekken.
Na de eerste 20 bedrijfsuren of na de eerste maand moet de olie van de motor worden ververst (zie de handleiding van de
benzinemotor).
ONDERHOUD
De levensduur van de machine en de optimale veilige werking ervan worden geholpen door nauwkeurig en regelmatig onderhoud.
Hieronder staat het verkorte schema voor regelmatig onderhoud. De aangegeven perioden zijn afhankelijk van de specifi eke
werkomstandigheden en worden bepaald door de verantwoordelijke persoon voor onderhoud.
Alle regelmatige of buitengewone onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door bevoegd personeel of bij een
bevoegd servicecentrum.
In deze handleiding staan na het onderhoudsschema alleen de eenvoudigste en meest voorkomende onderhoudsprocedures.
De procedures voor de onderhoudswerkzaamheden die niet in het schema voor normaal en buitengewoon onderhoud staan, vindt
u in de servicehandleiding, die bij de verschillende servicecentra ligt.
LET OP!
De onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd op een uitgeschakelde machine (sleutel verwijderd)
en, wanneer hierom wordt gevraagd, met ontkoppelde accu's.
Lees eerst aandachtig de instructies in het hoofdstuk Veiligheid door, voordat u de onderhoudswerkzaamheden
uitvoert.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
1.
2.
3.
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
17
ONDERHOUDSSCHEMA
Procedure Bij afl evering
Elke 10
uur
Elke 50
uur
Elke 100
uur
Elke 200
uur
Elke 300
uur
Elke 400
uur
Controle van het peil van de vloeistof in de accu's
Controle en afstelling van de hoogte van de zij- en
hoofdborstels
Reiniging en controle van de integriteit van het
stoffi lter
Controle van het motoroliepeil (**)
Controle van reiniging van het luchtfi lter voor de motor (**)
Controle van de hoogte en de werking van de fl aps
Controle van de werking van de fi lterschudder (*)
Controle van de werking van de veiligheidsschakelaar
voor opening van de motorkap
(*)
Visuele controle van de aandrijfriem van de
hoofdborstel
(*)
Reiniging luchtfi lter van de motor (**)(4)(9)
Controle van de bevestiging van de moeren en
schroeven
(*)(1)
Controle en afstelling van de servicerem en de
parkeerrem
(*)
Verversing van de motorolie (**)(2)(4)
Reiniging van de verzamelbak voor afzettingen in de
brandstof
(**)(4)
Controle van de reiniging/afstelling van de bougie (**)(4)
Reiniging van de tank en van het brandstoffi lter (4)(8)
Controle van de spanner voor de riem tussen motor
en dynamotor
(*)
Controle en reiniging stuurketting (*)
Vervanging van de aandrijfriem van de hoofdborstel (*)
Vervanging luchtfi lter motor (**)(5)(10)
Vervanging van de bougie (**)(5)
Controle/afstelling van de speling van de kleppen (5)(8)
Controle of vervanging van de koolborstels van de
hoofdmotor en van de motor van het aandrijfsysteem
(*)
Vervanging van de riem tussen motor en dynamotor (*)
Reiniging verbrandingskamer motor (6)(8)
Controle (en eventuele vervanging) van de
toevoerslang voor de brandstof
(7)(8)
Controle van het motortoerental (*)
(*) Zie voor de betreffende procedure de werkplaatshandleiding.
(**) Zie voor de betreffende procedure de handleiding van de benzinemotor.
(1) En na de eerste 8 inloopuren.
(2) De eerste keer na 20 uur of na een maand.
(3) Of elke 3 maanden.
(4) Of elke 6 maanden.
(5) Of elk jaar.
(6) Elke 500 uur.
(7) Elke 2 jaar.
(8) Onderhoud door gekwalifi ceerd technisch personeel van Honda, tenzij de gebruiker de benodigde uitrusting en kennis
heeft. Raadpleeg hiervoor de werkplaatshandleiding van Honda.
(9) Reinig vaker in stoffi ge ruimten.
(10) Vervang alleen het deel van karton.
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
18
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
DE HOOGTE VAN DE HOOFDBORSTEL
CONTROLEREN EN AFSTELLEN
OPMERKING
Er zijn verschillende soorten borstels leverbaar. Deze
procedure is van toepassing op alle soorten borstels.
Controleer of de hoofdborstel de juiste hoogte van de vloer
heeft. Ga hierbij als volgt te werk:
Zet de machine op een vlakke ondergrond.
Zet de machine stil en laat de hoofdborstel zakken en
laat deze enkele seconden draaien.
Zet de hoofdborstel stil en breng deze omhoog voordat
u de machine verplaatst en uitschakelt.
Controleer of de indruk (A, Afb. 1) van de hoofdborstel
over de hele lengte 2-4 cm breed is.
Als de indruk (A) hiervan afwijkt, kunt u de hoogte van de
borstel afstellen. Ga te werk als in punt 2.
Activeer de parkeerrem met het pedaal (3) en de hendel
(4).
Zet de contactsleutel (82) in stand '0'.
Open de motorklep (7).
Draai de knop (A, Afb. 2) op de linkerzijde van de machine
los.
Draai de knop (B, Afb. 2), houd daarbij rekening met het
volgende:
losdraaien betekent dat de borstel omhoog komt;
vastdraaien betekent dat de borstel omlaag gaat.
Wanneer de afstelling is voltooid, sluit u de knop (B) en
draait u de knop vast (A).
Voer punt 1 opnieuw uit om te controleren of de
hoofdborstel nu de juiste hoogte van de grond heeft.
Als de borstel door overmatige slijtage niet meer kan
worden afgesteld, moet de borstel zoals in het volgende
deel worden vervangen.
WAARSCHUWING!
Als de indruk van de hoofdborstel op de grond te
groot is (meer dan 4 cm), dan kan dit problemen
opleveren voor de werking van de machine en
kunnen de bewegende delen oververhitten.
Hierdoor kan de levensduur van de machine
aanzienlijk afnemen.
Wees nauwkeurig bij het uitvoeren van de
bovenstaande controle en laat de machine
nooit werken als hij niet aan de genoemde
voorwaarden voldoet.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
S311389
Afbeelding 1
A
B
S311390
Afbeelding 2
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
19
DE HOOFDBORSTELVERVANGEN
OPMERKING
Er zijn verschillende soorten borstels leverbaar. Deze
procedure is van toepassing op alle soorten borstels.
WAARSCHUWING!
Wij raden u aan werkhandschoenen te dragen als
u de borstel vervangt omdat er scherpe deeltjes
tussen de haren van de borstel kunnen blijven
hangen.
Zet de machine op een vlakke ondergrond en schakel de
parkeerrem door middel van het pedaal (3) en de hendel
(4) in.
Zet de contactsleutel (82) in stand '0'.
Draai de knoppen (23) los en verwijder de rechterklep (22).
Draai de knop (A, Afb. 3) los.
Draai de knoppen (B, Afb. 3) los en verwijder de afdekking
van de borstelruimte (C).
Verwijder de borstel (A, Afb. 4).
Controleer of de naaf (A, Afb. 5) geen vuil of voorwerpen
(draden, etc.) bevat die per ongeluk zijn meegedraaid.
Monteer de nieuwe hoofdborstel en zorg dat de haren (B,
Fig. 5) in dezelfde richting als in de afbeelding staan.
Zet de nieuwe borstel (C, Afb. 5) in de machine en
controleer of het contact (D) in de betreffende naafdrager
(A) valt.
Plaats de afdekking van de borstelruimte (C, Afb. 3) terug
en draai de knoppen (B) en (A) weer vast.
Monteer de rechterklep (22) en draai de knoppen (23)
vast.
Controleer de hoogte van de hoofdborstel en stel
eventueel af, zoals wordt beschreven in het vorige deel.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
A
B
C
B
S311391
Afbeelding 3
S311392
Afbeelding 4
S311393
Afbeelding 5
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
20
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
DE HOOGTE VAN DE ZIJBORSTELS
CONTROLEREN EN AFSTELLEN
OPMERKING
Er zijn verschillende soorten borstels leverbaar. Deze
procedure is van toepassing op alle soorten borstels.
Controleer of de zijborstels de juiste hoogte van de vloer
hebben. Ga als volgt te werk:
Zet de machine op een vlakke ondergrond en laat de
zijborstels zakken.
Zet de machine stil en laat de zijborstels enkele
seconden draaien.
Breng de zijborstels omhoog voordat u de machine
verplaatst en uitschakelt.
Controleer of de indruk van de zijborstels, zowel in
de breedte als in de richting, is zoals afgebeeld in de
afbeelding (A en B, Afb. 6).
Als de indruk hiervan afwijkt, kunt u de hoogte van de
borstels afstellen. Ga te werk als in punt 2.
Activeer de parkeerrem met het pedaal (3) en de hendel
(4).
Zet de contactsleutel (82) in stand '0'.
Draai de knop (A, Afb. 7) op de borstel los.
Draai de knop (B, Afb. 7), houd daarbij rekening met het
volgende:
losdraaien betekent dat de borstel omhoog komt;
vastdraaien betekent dat de borstel omlaag gaat.
Wanneer de afstelling is voltooid, sluit u de knop (B) en
draait u de knop vast (A).
Voer punt 1 opnieuw uit om te controleren of de zijborstels
nu de juiste hoogte van de grond hebben.
Als de borstels door overmatige slijtage niet meer kunnen
worden afgesteld, moeten de borstels zoals beschreven in
het specifi eke deel worden vervangen.
DE ZIJBORSTELS VERVANGEN
OPMERKING
Er zijn verschillende soorten borstels leverbaar. Deze
procedure is van toepassing op alle soorten borstels.
WAARSCHUWING!
Wij raden u aan werkhandschoenen te dragen
als u de zijborstels vervangt omdat er scherpe
deeltjes tussen de haren van de borstels kunnen
blijven hangen.
Zet de machine op een vlakke ondergrond en schakel de
parkeerrem door middel van het pedaal (3) en de hendel
(4) in.
Zet de contactsleutel (82) in stand '0'.
Steek uw hand in de zijborstel en druk de lipjes (A, Afb. 8)
naar binnen. Verwijder de borstel (A) door deze uit de vier
pennen (C) te verwijderen.
Monteer de nieuwe borstel in de machine en zorg dat deze
in de pennen (C, Afb. 8) en de lipjes (A) vastgrijpt.
Controleer de hoogte van de zijborstel en stel eventueel af,
zoals wordt beschreven in het vorige deel.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
1.
2.
3.
4.
5.
S311394
Afbeelding 6
S311395
Afbeelding 7
S311396
Afbeelding 8
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
21
REINIGING EN CONTOLE OP INTEGRITEIT VAN
HET STOFFILTER
OPMERKING
Naast het kartonnen standaardfi lter zijn er ook
optioneel polyester fi lters verkrijgbaar. Deze
procedure is van toepassing op alle typen.
Zet de machine op een vlakke ondergrond en schakel de
parkeerrem door middel van het pedaal (3) en de hendel
(4) in.
Zet de contactsleutel (82) in stand '0'.
Haal de haak (18) los door aan het kortste uiteinde te
trekken.
Verwijder de afvalcontainer (17) met de handgreep (19) en
koppel deze los uit de binnengeleiders.
Draai de knoppen (33) los en verwijder de afdekking van
de lterruimte (32).
Draai de knoppen (A, Afb. 9) los.
Koppel de stekker (B, Afb. 9) van de motor van de
lterschudder (C) los.
Verwijder het bevestigingsframe (D, Afb. 9) van het
stoffi lter.
Verwijder het stoffi lter (E, Afb. 9).
Reinig het fi lter buiten door het op een vlak en schoon
oppervlak uit te schudden, sla met de zijkant (A, Afb. 11)
die tegenover de zijde met het rooster (B) staat.
Voltooi de reiniging door haaks met perslucht (C. Afb. 11)
van maximaal 6 bar te spuiten, maar alleen vanaf de kant
van het rooster (B), op een minimale afstand van 30 cm.
Hou bij de verschillende typen fi lters de volgende
aanwijzingen aan:
Kartonnen fi lter (standaard): gebruik geen water of
schoonmaakmiddelen om het te reinigen omdat het
dan onherstelbaar beschadigd kan raken.
Polyester fi lter (optioneel): om het fi lter grondig te
reinigen kunt u het fi lter met water en eventueel
een niet schuimende schoonmaakmiddel reinigen.
Hoewel het fi lter hierdoor schoner wordt, wordt
de levensduur van het fi lter korter en zal dus
vaker moeten worden vervangen. Het gebruik van
ongeschikte schoonmaakmiddelen kan de functionele
eigenschappen van het fi lter verminderen.
Controleer of de behuizing van het fi lter geen scheuren
vertoont. Vervang waar nodig het fi lter.
Reinig de rubberen pakking (A, Afb. 10) van de afdekking
(32) en controleer of deze heel is en goed werkt, anders
moet hij worden vervangen.
Monteer de onderdelen in de omgekeerde volgorde van de
demontage, let daarbij op het volgende:
Monteer het fi lter (E, Afb. 9) met het rooster (B, Afb. 11)
naar boven gedraaid.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
B
C
E
A
D
A
S311397
Afbeelding 9
A
S311398
Afbeelding 10
S311399
Afbeelding 11
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
22
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
CONTROLE VAN DE HOOGTE EN WERKING
VAN DE FLAPS
Zet de machine op een vlakke, geschikte ondergrond die
als referentieoppervlak kan dienen om de hoogte van de
aps te controleren.
Activeer de parkeerrem met het pedaal (3) en de hendel
(4).
Zet de contactsleutel (82) in stand '0'.
Controle van de zijfl aps
Draai de knoppen (23) en (21) los en verwijder de kleppen
rechts (22) en links (20).
Controleer of de zijfl aps (13 en 14) heel zijn. Vervang
de fl aps als er scheuren (A, Afb. 12) van meer dan 20
mm of breuken (B) van meer dan 10 mm in zitten (zie de
werkplaatshandleiding voor vervanging van de fl aps).
Controleer of de zijfl aps (13 en 14) 0 tot 3 mm van de
grond staan (A, Afb. 13). Stel eventueel de hoogte van de
aps af met behulp van de openingen op de schroeven (A,
Afb. 16).
Monteer de onderdelen weer in de omgekeerde volgorde
van demontage.
Controle van de voor- en achterfl ap
Verwijder de hoofdborstel, zie het betreffende deel.
Controleer of de voorfl aps (15) en de achterfl aps (16)
intact zijn. Vervang de fl aps als er scheuren (A, Afb. 12)
van meer dan 20 mm of breuken (B) van meer dan 10 mm
in zitten (zie de werkplaatshandleiding voor vervanging
van de fl aps).
Controleer of:
De voorfl ap (A, Afb. 17) licht contact maakt met de
vloer en of hij niet los komt van de vloer (A, Afb. 14).
De achterfl ap (B, Afb. 17) 0 tot 3 mm van de grond zit
(A, Afb. 13).
Stel eventueel de hoogte van de fl aps af met behulp van
de openingen op de schroeven (C en D, Afb. 17).
Gebruik het pedaal voor het omhoog brengen van
de voorfl ap (5) en controleer of de voorfl ap (A, Afb.
15) ongeveer 90° omhoog draait (zie de afbeelding);
laat het pedaal los en controleer of de fl ap in de
beginpositie gaat en niet blijft hangen. Zie indien nodig de
werkplaatshandleiding voor de afstelling of vervanging van
de bedieningskabel voor de voorfl ap.
Monteer de onderdelen weer in de omgekeerde volgorde
van demontage.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
S311400 S311401
Afbeelding 12 Afbeelding 13
S311402 S311403
Afbeelding 14 Afbeelding 15
A
A
S311404
Afbeelding 16
S311405
Afbeelding 17
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
SR 1100S P 146 2559 000(2)2007-02 A
23
CONTROLE VAN DE WERKING VAN DE
BEVEILIGINGSSCHAKELAAR VOOR OPENING
VAN DE MOTORKAP
Breng de motorklep (7) iets omhoog terwijl de motor is
ingeschakeld en controleer of de motor meteen stopt.
Als de motor bij het openen van de motorkap (7) niet
meteen stopt, moet u onmiddellijk contact opnemen met
een bevoegd servicecentrum of een bevoegde leverancier.
CONTROLE / VERVANGING / RESETTEN VAN
DE ZEKERINGEN
Zet de machine op een vlakke ondergrond en schakel de
parkeerrem door middel van het pedaal (3) en de hendel
(4) in.
Zet de contactsleutel (82) in stand '0'.
Open de motorklep (7).
Ontkoppel de minklem van de accu's (43).
Controle/vervanging van de smeltzekeringen
Verwijder de afdekking van het zekeringenkastje (46).
Controleer/vervang de betreffende zekering tussen de
volgende onderdelen (Afb. 18):
F1: Algemene zekering (circuit sleutel) (15 A)
F2: Zekering motor fi lterschudder (25 A)
F3: Zekering handmatige aanzuiging (40 A) (optioneel)
F4: Zekering voor motor aanzuigsysteem (30 A)
F5: Zekering akoestisch signaal en knipperlicht (10 A)
F6: Zekering bedrijfsverlichting (10 A) (optioneel)
Verwijder de afdekking van het kastje met elektrische
onderdelen (50).
Controleer/vervang de volgende zekering (Afb. 19):
FT: Zekering aandrijfsysteem (70 A)
Verwijder en controleer/vervang de volgende zekering
(63):
FR: Zekering oplaadsysteem (70 A)
Controle van de herbruikbare zekeringen
Controleer of de betreffende zekering tussen de volgende
zekeringen is uitgeschakeld; reset de zekering nadat u
heeft gewacht totdat de betreffende motor was afgekoeld:
FA: Herbruikbare zekering voor motor hoofdborstel (30 A)
(47)
FB: Herbruikbare zekering voor motoren zijborstels (10 A)
(48)
Montage
Monteer de onderdelen weer in de omgekeerde volgorde
van demontage.
1.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
F1
F2
F3
F6
F5
F4
S311406
Afbeelding 18
FT
S311407
Afbeelding 19
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
24
146 2559 000(2)2007-02 A SR 1100S P
STORINGEN LOKALISEREN
Probleem Waarschijnlijke oorzaak Oplossing
Wanneer de contactsleutel in stand 'I' wordt
gedraaid, dan start de benzinemotor niet.
De stekker van de accu's (46) is ontkoppeld. Sluit de stekker van de accu's weer aan.
Het motoroliepeil is niet voldoende. Vul het motoroliepeil bij. (1)
Geen brandstof in de tank. Vul brandstof bij. (1)
De brandstof komt niet bij de carburateur. Controleer de aansluitslang. (1)
De motorklep is niet goed gesloten. Sluit de motorklep.
De bougie vonkt niet. Reinig/vervang de bougie. (1)
De motor stopt tijdens de werkzaamheden.
Het motoroliepeil is niet voldoende. Vul het motoroliepeil bij. (1)
Geen brandstof in de tank. Vul brandstof bij. (1)
U trapt het gaspedaal in (2), maar de machine
beweegt niet.
De parkeerrem is ingeschakeld. Schakel de parkeerrem uit.
Wanneer de motor met de sleutel (82)
wordt gestart, moet het gaspedaal (2)
worden ingedrukt of moet de bediener op de
bestuurdersstoel zitten.
Start de machine met de sleutel (82) nadat
u op de bestuurdersstoel bent gaan zitten
en zonder gelijktijdig het gaspedaal (2) in te
drukken.
De hoofdborstel werkt niet.
De herbruikbare zekering (47) is
uitgeschakeld.
Reset de zekering (47) door op de
betreffende uitstekende knop te drukken.
De zijborstels werken niet.
De hoofdborstel gaat niet omlaag. Laat de hoofdborstel zakken.
De herbruikbare zekering (48) is
uitgeschakeld.
Reset de zekering (48) door op de
betreffende uitstekende knop te drukken.
De LED voor signalering van storingen in het
aandrijfsysteem (49) knippert.
Het aandrijfsysteem is defect.
U kunt de storing lokaliseren aan de hand
van de servicehandleiding (deze vindt u bij
de servicecentra van Nilfi sk-Advance).
(1) Zie voor de juiste instructies de handleiding voor de benzinemotor.
Neem voor meer informatie contact op met de servicecentra van Nilfi sk-Advance. Zij beschikken over de werkplaatshandleiding.
VERWIJDERING
Als de machine wordt afgedankt, moet hij naar een bevoegd verwijderingbedrijf worden gebracht.
Voordat de machine wordt afgedankt, moeten de volgende materialen worden verwijderd en gescheiden en vervolgens volgens de
geldende milieunormen naar de betreffende afvalverwerkingsbedrijven worden gebracht:
Accu's
Motorolie
Polyester stoffi lter
Hoofdborstel en zijborstels
Kunststof leidingen en onderdelen
Elektrische en elektronische onderdelen (*)
(*) Raadpleeg met name voor het afdanken van elektrische en elektronische onderdelen uw plaatselijke Nilfi sk-Advance-kantoor.
1/100