ZANKER ZKB7630X Handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Handleiding
Gebruiks-
aanwijzing
Oven
User manual
Oven
Notice
d'utilisation
Four
Benutzer-
information
Backofen
ZKB7630
Inhoud
Veiligheidsinformatie _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 2
Beschrijving van het product _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 5
Voor het eerste gebruik _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 5
Dagelijks gebruik _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 6
Klokfuncties _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 8
Extra functies _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 9
Nuttige aanwijzingen en tips _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 9
Onderhoud en reiniging _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 14
Problemen oplossen _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 17
Montage _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 18
Milieubescherming _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 19
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie
Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens het appa-
raat te installeren of te gebruiken:
Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw ei-
gendommen
Uit respect voor het milieu
Voor de correcte werking van het apparaat.
Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook
wanneer u het verplaatst of verkoopt.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade ver-
oorzaakt door een foutieve installatie of foutief ge-
bruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare
mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen
van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermo-
gens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien
zij onder toezicht staan of instructies hebben gekre-
gen over het veilig gebruiken van het apparaat en
indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Kinderen
mogen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van
kinderen. Gevaar voor verstikking of lichamelijk let-
sel.
Houd kinderen en dieren uit de buurt van het appa-
raat als de deur openstaat of als het apparaat in ge-
bruik is. Gevaar voor letsel of ander permanent li-
chamelijk letsel.
Gebruik het kinderslot of de toetsblokkering als het
apparaat hiermee uitgerust is. Dit voorkomt dat kin-
deren en dieren het apparaat per ongeluk aanzet-
ten.
Algemene veiligheid
Verander de specificaties van dit product niet. Risi-
co op letsel en beschadiging van het apparaat.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbe-
heerd achter.
Schakel het apparaat na elk gebruik uit.
Montage
Alleen een bevoegd elektriciën mag het apparaat
installeren en aansluiten. Neem contact op met een
erkend servicecentrum. Dit om lichamelijk letsel of
structurele schade te voorkomen.
Controleer of het apparaat niet is beschadigd tij-
dens het transport Sluit geen beschadigd apparaat
aan. Neem indien nodig contact op met de leveran-
cier.
Verwijder al het verpakkingsmateriaal, stickers en
folie van het apparaat voordat u het voor het eerst
in gebruik neemt. Verwijder niet het typeplaatje. Dit
kan de garantie ongeldig maken.
De wetten, voorschriften, richtlijnen en normen die
van kracht zijn in het land waar het apparaat wordt
gebruikt dienen in acht genomen te worden (veilig-
heidsvoorschriften, recyclingvoorschriften, veilig-
heidsvoorschriften met betrekking tot elektra of gas,
etc.).
Zorg ervoor dat de stekker van het apparaat uit het
stopcontact is getrokken tijdens de installatie.
Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het appa-
raat. Het apparaat is zwaar. Gebruik altijd veilig-
heidshandschoenen. Trek het apparaat nooit aan
de handgreep van zijn plaats.
De elektrische installatie moet een isolatieapparaat
bevatten waardoor het apparaat volledig van het
lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat
2
moet een contactopening hebben met een minima-
le breedte van 3mm.
U dient te beschikken over de juiste isolatievoorzie-
ningen: stroomonderbrekers, zekeringen (schroef-
zekeringen moeten uit de houder worden verwij-
derd), aardlekschakelaars en contactgevers.
De schokbeschermingsonderdelen moeten zo wor-
den bevestigd dat zij niet kunnen worden verwijderd
zonder gereedschap.
Sommige delen van het apparaat staan onder
stroom. Sluit het apparaat aan op de meubels en
zorg dat er geen vrije ruimtes zijn. Dit voorkomt
elektrische schokken, omdat u niet per ongeluk ge-
vaarlijke onderdelen kunt aanraken.
Zorg dat de keukenkast de benodigde afmetingen
heeft voordat u met de installatie begint.
Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige
installaties wordt geïnstalleerd.
Houd de minimumafstanden naar andere apparaten
en units in acht.
Installeer het apparaat met de achterkant en één
zijkant tegen het hogere apparaat. De andere kant
moet worden geplaatst tegen een apparaat met de-
zelfde hoogte.
Het apparaat kan niet op een voetstuk worden ge-
plaatst.
Ingebouwde ovens en ingebouwde fornuizen wor-
den bevestigd met een speciaal aansluitsysteem.
Om schade aan het apparaat te voorkomen dient u
alleen een apparaat te gebruiken met apparaten
van dezelfde fabrikant.
Elektrische aansluiting
Dit apparaat moet geaard worden.
Zorg er voor dat het voltage en de frequentie op het
typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in
uw huis.
Informatie over het voltage vindt u op het typepla-
tje.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd schokvrij
stopcontact.
Houd kabels bij het aansluiten van elektrische ap-
paraten op stopcontacten uit de buurt van de hete
deur van het apparaat.
Gebruik geen meerwegsstekkers, -aansluitingen en
verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
Vervang of verander de hoofdkabels niet zelf.
Neem contact op met de service-afdeling.
Zorg ervoor dat de stroomsnoeren (indien van toe-
passing) en kabel niet knakken of beschadigd ra-
ken achter het apparaat.
Zorg ervoor dat de aansluiting op het net toeganke-
lijk is na de installatie.
Trek niet aan het snoer om het apparaat los te kop-
pelen van de netvoeding. Trek altijd aan de stekker
- indien van toepassing.
Gebruik
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoude-
lijk gebruik. Gebruik het apparaat niet voor com-
merciële of industriële doeleinden.
Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoude-
lijk gebruik. Zo voorkomt u lichamelijk letsel of
schade aan eigendommen.
Het apparaat mag niet worden gebruikt als werk-
blad of aanrecht.
Plaats geen ontvlambare producten of items die
vochtig zijn door ontvlambare producten, en/of on-
stekingsproducten (gemaakt van plastic of alumini-
um) in, bij of op het apparaat. Er kan brand of een
explosie ontstaan.
De binnenkant van het apparaat wordt heet tijdens
gebruik. Er kunnen brandwonden ontstaan. Gebruik
handschoenen wanneer u toebehoren of potten
plaatst of verwijdert.
Wees voorzichtig bij het verwijderen of installeren
van toebehoren om schade aan de emaille van de
oven te voorkomen.
Sta niet te dicht bij het apparaat als u de deur van
het apparaat opent als deze aan staat. Er kan hete
stoom ontsnappen. Er kunnen brandwonden ont-
staan.
Verkleuring van het emaille heeft geen effect op de
werking van het apparaat, het is dus geen defect in
de zin van het recht op garantie.
Om schade of verkleuring van het emaille te voor-
komen:
plaats geen voorwerpen direct op de bodem van
het apparaat en bedek het niet met aluminiumfo-
lie;
plaats heet water niet direct in het apparaat;
3
haal vochtige schotels en eten uit het apparaat
als u klaar bent met koken.
Gebruik dit apparaat niet als het contact maakt met
water. Bedien het apparaat niet met natte handen.
Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
De deur dient altijd gesloten te worden bij het ko-
ken, ook tijdens het grillen.
Onderhoud en reiniging
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen ver-
richt.
Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld voordat u
onderhoud verricht. Er kunnen brandwonden ont-
staan. Er bestaat een risico dat de glasplaten kun-
nen breken.
Houd het apparaat altijd schoon. Opeenhopingen
van vetten of andere voedselresten kunnen brand
veroorzaken.
Regelmatig reinigen voorkomt dat het oppervlakte-
materiaal van de oven achteruitgaat.
Gebruik een diep bakblik voor vochtige taarten om
te voorkomen dat het fruitsap permanente vlekken
maakt.
Voor uw persoonlijke veiligheid en de veiligheid van
uw eigendommen dient u het apparaat alleen met
water en zeep te reinigen. Gebruik geen ontvlam-
bare producten of bijtende producten.
Reinig het apparaat niet met stoomreinigers, hoge-
drukreinigers, scherpe voorwerpen, schuurmidde-
len, schuursponzen en vlekverwijderaars
Volg de aanwijzingen van de ovenfabrikant op als u
een ovenspray gebruikt.
Reinig de glazen ovendeur niet met schurende rei-
nigingsmiddelen of een metalen schraper. Het hitte-
bestendige oppervlak van de binnenruit kan hier-
door breken en versplinteren.
Als de glasplaten beschadigd raken, worden ze
zwak en kunnen ze breken. U dient ze te vervan-
gen. Neem contact op met het servicecentrum.
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit
het apparaat. De deur is zwaar!
Reinig het katalytisch emaille niet (indien van toe-
passing).
Pyrolytische reiniging
Laat het apparaat tijdens het Pyrolytisch reinigen
niet onbeheerd achter.
Probeer de deur niet te openen en schakel de
stroom niet uit tijdens de pyrolytische reiniging.
Houd kinderen uit de buurt tijdens de pyrolytische
reiniging. Het apparaat wordt zeer heet Er kunnen
brandwonden ontstaan.
Tijdens de pyrolytische reiniging kan hardnekkig
vuil het email verkleuren. Verkleuring van het email
heeft geen ongewenst effect op de werking van het
apparaat.
Brandgevaar
Open de deur voorzichtig. Als u alcoholische toe-
voegingen gebruikt, kan er een licht ontvlambaar al-
cohol-luchtmengsel ontstaan. Er kan brand ont-
staan.
Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het
apparaat bij het openen van de deur.
Plaats geen ontvlambare producten of items die
vochtig zijn door ontvlambare producten, en/of on-
stekingsproducten (gemaakt van plastic of alumini-
um) in, bij of op het apparaat.
Ovenlampje
De gloeilampen in dit apparaat zijn speciaal gese-
lecteerd en uitsluitend bedoeld voor gebruik in huis-
houdelijke apparaten. Ze kunnen niet worden ge-
bruikt om een ruimte in het huis volledig of gedeel-
telijk te verlichten.
Als de lamp moet worden vervangen, moet u een
lamp gebruiken die hetzelfde vermogen heeft en
uitsluitend is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke
apparaten.
Haal de stekker van het apparaat uit het stopcon-
tact voordat u de ovenlamp vervangt. Er bestaat ri-
sico op een elektrische schok.
Service-afdeling
Alleen een bevoegd servicemonteur mag dit appa-
raat repareren. Neem contact op met de service-af-
deling.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Afvalverwerking van het apparaat
Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen
Trek de stekker uit het stopcontact.
4
Snijd het netsnoer door en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat
kinderen of kleine huisdieren in het apparaat op-
gesloten raken. Er bestaat een gevaar voor ver-
stikking.
Beschrijving van het product
Algemeen overzicht
1
6
7
3
2
4
5
1 Bedieningspaneel
2 Elektronische tijdschakelklok
3 Ventilatie-openingen
4 Grill
5 Ovenlampje
6 Ventilator
7 Typeplaatje
Ovenaccessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Vlakke bakplaat
Voor gebak en koekjes
Braadpan
Om te bakken en te braden of om vet op te vangen.
Voor het eerste gebruik
Waarschuwing! Zie het hoofdstuk
'Veiligheidsinformatie'.
Eerste reiniging
Verwijder alle onderdelen van het apparaat.
Reinig het apparaat voor het eerste gebruik
Let op! Gebruik geen schuurmiddelen! De
oppervlakken zouden beschadigd kunnen
worden. Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Dagtijd instellen en wijzigen
Stel eerst de tijd in voordat u de oven gebruikt.
Als de oven wordt aangesloten op de stroomtoevoer
of na een stroomonderbreking, gaat het symbool voor
de tijd
en automatisch knipperen.
Stel de juiste tijd in met
of .
Tijd veranderen
1.
Blijf op
drukken tot het symbool en
knippert.
2.
Stel de juiste tijd in met
of .
5
12
De klok geeft de tijd weer en het knipperen stopt na
ongeveer 5 seconden.
Voorverwarmen
1.
Stel de functie
en de maximumtemperatuur in.
2. Laat de lege oven ongeveer 45 minuten werken.
3.
Stel de functie
en de maximumtemperatuur
in.
4. Laat de lege oven ongeveer 15 minuten werken.
Dit is om eventuele restanten van het ovenoppervlak
weg te branden. De accessoires kunnen heter worden
dan bij normaal gebruik. Gedurende deze periode
kunnen geurtjes en rook worden afgegeven. Dit is nor-
maal. Zorg dat er voldoende luchtcirculatie is.
Dagelijks gebruik
Waarschuwing! Zie het hoofdstuk
'Veiligheidsinformatie'.
Het display
1 2 3
1 Bereidingsfunctie
2 Temperatuur
3 Tijd
Toets Functie Beschrijving
AAN/UIT Het apparaat in- of uitschakelen.
FUNCTIEKNOP Ovenfunctie instellen.
SNELWARMFUNCTIE Snelwarmfunctie inschakelen.
PYROLYTISCHE REINIGING Het starten van de pyrolytische reiniging.
/
PLUS, MINUS Om de (temperatuur- en tijd)waarden in te stellen.
KLOK Klokfunctie instellen.
De ovenfunctie instellen
12
1.
Blijf op
drukken tot het symbool voor de beno-
digde ovenfunctie knippert.
In het display verschijnt automatisch de tempera-
tuur. Als u deze temperatuur niet wijzigt binnen
ongeveer 5 seconden, begint het apparaat te wer-
ken.
2.
Om de temperatuur te wijzigen, drukt u op
of
6
Indien er een stroomonderbreking is, onthoudt
het apparaat alle instellingen voor ongeveer 3
minuten. Indien het apparaat na 3 minuten nog zonder
stroom is, moet u de instellingen (ook het tijdstip van
de dag) opnieuw instellen.
Als u een ovenfunctie start, knippert het symbool
van de temperatuur
.
Het symbool geeft aan dat de temperatuur in het ap-
paraat toeneemt.
Wanneer het apparaat de ingestelde temperatuur
heeft bereikt, weerklinkt er een geluidsignaal en houdt
het symbool van de temperatuur op met knipperen.
Ovenfuncties
Ovenfunctie Toepassing
Hetelucht
Voor het braden of braden en bakken van gerechten
waarvoor dezelfde bereidingstemperatuur nodig is, op
meer dan één steunhoogte, zonder dat er smaken
worden overgebracht van het ene naar het andere ge-
recht.
Boven- en onderwarmte
Verwarmt de oven met zowel het bovenste als het on-
derste verwarmingselement. Bakken en braden op
één ovenniveau.
Onderste ovenelement
Verwarmt alleen van de onderkant van de oven. Voor
het bakken van taarten met een knapperige bodem.
Grillen met hete lucht
Het grillelement en de ventilator van de oven circule-
ren hete lucht rond de gerechten. Voor het bakken
van grote stukken vlees.
Belangrijk! Maximale temperatuur voor deze functie:
200 °C.
Grill
Voor het grillen van plat voedsel in kleine hoeveelhe-
den op het midden van de rooster. Voor het maken
van toast.
Ontdooien
Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Geschikt voor het ontdooien van kwetsbaar voedsel,
bijv. taarten met roomvulling, ijstaarten, gebak, brood
en ander eten dat met gist is bereid.
Pyrolytische reiniging Hardnekkig vuil verwijderen.
Restwarmtefunctie
Met de Tijdsduurfunctie schakelt de oven automatisch
enkele minuten voor de tijdsperiode is verstreken, uit.
De oven maakt gebruik van de restwarmte om het ge-
recht te voltooien zonder energie te verbruiken.
Belangrijk! De Restwarmtefunctie is alleen
beschikbaar als de Tijdsduur langer dan 15 minuten
is.
Snelwarmfunctie
Met de extra snelwarmfunctie verkort u de opwarmtijd.
U kunt deze functie bij alle bereidingsfuncties gebrui-
ken.
Belangrijk! Leg te bereiden levensmiddelen pas in de
oven, als het snelverwarmen beëindigd is.
1. Ovenfunctie instellen.
Wijzig de aanbevolen temperatuur indien nodig.
7
2.
Druk op de toets
. Op het display verschijnt
'FHU' en de snelwarmfunctie treedt in werking.
3. Wanneer het snel verwarmen is voltooid, klinkt er
een geluidssignaal en gaat "FHU" uit.
De oven verwarmt nu in de vooraf ingestelde
ovenfunctie en temperatuur verder.
4. Gerecht in de oven plaatsen.
Klokfuncties
Klokfunctie Toepassing
Tijdstip van de dag Toont de tijd. Met deze functie kunt u de tijd instellen, veranderen of opvra-
gen.
Kookwekker Voor het instellen van een afteltijd.
Als de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal.
Deze functie is niet van invloed op de werking van de oven.
Duur Om in te stellen hoelang de oven gebruikt moet worden.
Einde Hier stelt u de tijd in waarna u wilt dat de oven uitschakelt.
Bereidingsduur en Einde kunnen gelijktij-
dig worden gebruikt, wanneer de oven op een la-
ter tijdstip automatisch wordt in- en uitgeschakeld. Stel
in dit geval eerst de Bereidingsduur
in en daarna
Einde
.
De klokfuncties instellen
12
1. Stel een ovenfunctie en temperatuur in (niet nodig
voor de kookwekker). Zie "Ovenfunctie instellen".
2.
Blijf op
drukken tot het symbool voor de beno-
digde klokfunctie knippert.
3.
Om de tijd in te stellen voor de kookwekker
,
bereidingsduur
of einde , drukt u op de
knop
of .
De desbetreffende klokfunctie gaat branden.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het klok-
functiesymbool en klinkt er gedurende 2 minuten
een geluidsignaal. Druk op een willekeurige toets
om het signaal uit te zetten.
Bij de functies Bereidingsduur
en Einde
schakelt het apparaat automatisch uit.
4. Schakel het apparaat uit.
De klokfunctie annuleren
1.
Blijf op
drukken tot het symbool voor de beno-
digde klokfunctie knippert en
knippert.
2.
Druk meerdere malen op de toets "
" tot de tijd
"00:00" is.
8
Extra functies
Kinderslot
Wanneer het kinderslot ingeschakeld is, kunt u
de oven niet bedienen.
Het kinderslot activeren
1.
Druk op
om het apparaat uit te schakelen.
2.
Druk tegelijkertijd op
en tot het display
“SAFE” weergeeft. Het kinderslot is geactiveerd.
Het kinderslot uitschakelen
Voer dezelfde stappen uit om het kinderslot uit te
schakelen.
Geluidsignaal
Het geluidsignaal uitschakelen
1.
Druk op
om het apparaat uit te schakelen.
2.
De toets
en tegelijk ingedrukt houden tot
er een signaal klinkt (ongeveer 2 seconden).
Het geluidsignaal werkt niet.
het geluidsignaal inschakelen
1.
De toets
en tegelijk ingedrukt houden tot
er een signaal klinkt (ongeveer 2 seconden).
2. Het geluidsignaal werkt weer.
Automatische uitschakeling
De oven wordt na enige tijd automatisch uitge-
schakeld:
Als u het apparaat niet uitschakelt
Als u de oventemperatuur niet verandert.
De oven wordt uitgeschakeld bij een oventempe-
ratuur van:
30 - 115 °C na 12 uur
120 - 195 °C na 8,5 uur
200 - 245 °C na 5,5 uur
250 - max °C na 3 uur
Schakel de oven na een automatische uitschakeling
volledig uit. Vervolgens schakelt u de oven opnieuw
in.
Foutcode
Als sommige parameters niet correct zijn, zal de con-
trole-eenheid de geactiveerde functies uitschakelen en
wordt de overeenkomstige foutcode weergegeven op
het display. Raadpleeg "Problemen oplossen".
Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de koelventilator auto-
matisch ingeschakeld om de oppervlakken van het ap-
paraat koel te houden. Als u het apparaat uitschakelt,
blijft de koelventilator werken tot de oven is afgekoeld.
Veiligheidsthermostaat
Om te voorkomen dat de oven oververhit raakt (door
onjuist gebruik van het apparaat of vanwege defecte
onderdelen), heeft de oven een veiligheidsthermostaat
die indien nodig de stroomtoevoer onderbreekt. Zodra
de temperatuur is gedaald, wordt de oven automatisch
weer ingeschakeld.
Nuttige aanwijzingen en tips
Het apparaat heeft vier inzetniveaus. Tel de inzetni-
veaus vanaf de bodem van het apparaat.
Het apparaat heeft een speciaal systeem dat de
lucht circuleert en voor doorlopende recycling van
stoom zorgt. Dankzij dit systeem is het mogelijk om
voedsel te bereiden in een atmosfeer met stoom en
worden de gerechten zacht van binnen en knappe-
rig van buiten. Bovendien worden de bereidingstijd
en het energieverbruik tot een minimum beperkt.
Vocht kan in het apparaat of op de glazen deuren
condenseren. Dit is normaal. Ga altijd iets terug
staan van het apparaat als u de deur van het appa-
raat tijdens de werking opent. Om de condens te
verminderen, dient u het apparaat 10 minuten te la-
ten voorverwarmen.
Veeg na elk gebruik het vocht van het apparaat.
Plaats geen voorwerpen direct op de bodem van
het apparaat en bedek het niet met aluminiumfolie
als u kookt. Dit kan de bakresultaten veranderen en
de emaillelaag beschadigen.
Taarten bakken
De beste temperatuur voor het bereiden van gebak
is tussen de 150 °C en 200 °C.
9
Verwarm de oven ongeveer 10 minuten voor.
Doe de ovendeur niet open voordat driekwart van
de ingestelde baktijd is verstreken.
Als u twee bakplaten tegelijk gebruikt, houd dan
één niveau vrij tussen de platen.
Vlees en vis bereiden
Bereid geen vlees met een gewicht van minder dan
1 kg. Het bereiden van te kleine hoeveelheden
maakt het vlees droog.
Om rood vlees aan de buitenkant goed gaar en
toch sappig te krijgen, dient u de temperatuur in te
stellen op 200 °C-250 °C.
Voor wit vlees, gevogelte en vis dient u de tempera-
tuur tussen de 150°C-175°C in te stellen.
Gebruik een lekbak voor zeer vet voedsel, om te
voorkomen dat er vlekken op de oven komen die
mogelijk permanent zijn.
Laat het vlees ongeveer 15 minuten rusten voordat
u het aansnijdt, zodat het vleesvocht niet wegloopt.
Giet een beetje water in de lekbak om te veel rook-
vorming in de oven te voorkomen tijdens roosteren.
Om rookcondensatie te voorkomen dient u telkens
een beetje water toe te voegen als dit opgedroogd
is.
Bereidingstijden
Bereidingstijden zijn afhankelijk van het soort voedsel,
de structuur en het volume.
Houd de werking van de oven in de gaten tijdens de
eerste keren dat u het apparaat gebruikt. Op die ma-
nier ontdekt u de beste instellingen (warmte-instelling,
bereidingstijd etc.) voor uw ovenschalen, recepten en
hoeveelheden wanneer u dit apparaat gebruikt.
Bak- en braadtabel
GEBAK
SOORT GE-
RECHT
Boven- en onder-
warmte
Hetelucht
Bereidings-
tijd [min]
Opmerkingen
Niveau
Temp
[°C]
Niveau
Temp
[°C]
Schuimtaart 2 170 2 (1 en
3)
165 45-60 In cakevorm
Zandtaartdeeg 2 170 2 (1 en
3)
160 24-34 In cakevorm
Kwarktaart met
karnemelk
1 170 2 165 60-80 In cakevorm 26 cm
Appelgebak (ap-
peltaart)
1 170 2 (1 en
3)
160 100-120 2 cakevormen van 20 cm op
het bakrooster
Strudel 2 175 2 150 60-80 Op bakplaat
Geleitaart 2 170 2 (1 en
3)
160 30-40 In cakevorm 26 cm
Fruitcake 2 170 2 155 60-70 In cakevorm 26 cm
Biscuittaart (bo-
tervrije biscuit-
taart)
2 170 2 160 35-45 In cakevorm 26 cm
Kerstcake/rijke
fruitcake
2 170 2 160 50-60 In cakevorm 20 cm
10
SOORT GE-
RECHT
Boven- en onder-
warmte
Hetelucht
Bereidings-
tijd [min]
Opmerkingen
Niveau
Temp
[°C]
Niveau
Temp
[°C]
Pruimentaart 2 170 2 165 50-60
In broodvorm
1)
Kleine cakes 3 170 3 (1 en
3)
165 20-30 Op vlakke bakplaat
Koekjes 3 150 3 (1 en
3)
140 20-30
Op vlakke bakplaat
1)
Schuimgebak 3 100 3 115 90-120 Op vlakke bakplaat
Broodjes 3 190 3 180 15-20
Op vlakke bakplaat
1)
Soesjes 3 190 3 (1 en
3)
180 25-35
Op vlakke bakplaat
1)
Taartjes 3 180 2 170 45-70 In cakevorm 20 cm
Victoriataart 1 of 2 180 2 170 40-55 Links + rechts in cakevorm
van 20 cm
1) Warm de oven 10 minuten voor.
BROOD EN PIZZA
SOORT GE-
RECHT
Boven- en onder-
warmte
Hetelucht
Bereidings-
tijd [min]
Opmerkingen
Niveau
Temp
[°C]
Niveau
Temp
[°C]
Wit brood 1 190 1 195 60-70
1-2 stukken, 500 gr per stuk
1)
Roggebrood 1 190 1 190 30-45 In broodvorm
Broodjes 2 190 2 (1 en
3)
180 25-40 6 - 8 broodjes op een vlakke
bakplaat
1)
Pizza 1 190 1 190 20-30
In een diepe braadpan
1)
Scones 3 200 2 190 10~20
Op vlakke bakplaat
1)
1) Warm de oven 10 minuten voor.
FLANS
SOORT GE-
RECHT
Boven- en onder-
warmte
Hetelucht
Bereidings-
tijd [min]
Opmerkingen
Niveau
Temp
[°C]
Niveau
Temp
[°C]
Pastaflan 2 180 2 180 40-50 In vorm
Groenteflan 2 200 2 200 45-60 In vorm
11
SOORT GE-
RECHT
Boven- en onder-
warmte
Hetelucht
Bereidings-
tijd [min]
Opmerkingen
Niveau
Temp
[°C]
Niveau
Temp
[°C]
Quiches 1 190 1 190 40-50 In vorm
Lasagne 2 200 2 200 25-40 In vorm
Cannelloni 2 200 2 200 25-40 In vorm
Yorkshire pud-
ding
2 220 2 210 20-30
6 puddingvormen
1)
1) Warm de oven 10 minuten voor.
VLEES
SOORT GE-
RECHT
Boven- en onder-
warmte
Hetelucht
Bereidings-
tijd [min]
Opmerkingen
Niveau
Temp
[°C]
Niveau
Temp
[°C]
Rundvlees 2 200 2 190 50-70 Op ovenrooster en in de
braadpan
Varkensvlees 2 180 2 180 90-120 Op ovenrooster en in de
braadpan
Kalfsvlees 2 190 2 175 90-120 Op ovenrooster en in de
braadpan
Engelse rosbief
(rood)
2 210 2 200 44-50 Op ovenrooster en in de
braadpan
Engelse rosbief
(medium)
2 210 2 200 51-55 Op ovenrooster en in de
braadpan
Engelse rosbief
(doorbakken)
2 210 2 200 55-60 Op ovenrooster en in de
braadpan
Varkensschouder 2 180 2 170 120-150 In een diepe braadpan
Varkensschenkel 2 180 2 160 100-120 2 stukken in een diepe braad-
pan
Lamsvlees 2 190 2 190 110-130 Bout
Kip 2 200 2 200 70-85 Geheel in een diepe braad-
pan
Kalkoen 1 180 1 160 210-240 Geheel in een diepe braad-
pan
Eend 2 175 2 160 120-150 Geheel in een diepe braad-
pan
12
SOORT GE-
RECHT
Boven- en onder-
warmte
Hetelucht
Bereidings-
tijd [min]
Opmerkingen
Niveau
Temp
[°C]
Niveau
Temp
[°C]
Gans 1 175 1 160 150-200 Geheel in een diepe braad-
pan
Konijn 2 190 2 175 60-80 In stukken gesneden
Haas 2 190 2 175 150-200 In stukken gesneden
Fazant 2 190 2 175 90-120 Geheel in een diepe braad-
pan
VIS
SOORT GE-
RECHT
Boven- en onder-
warmte
Hetelucht
Bereidings-
tijd [min]
Opmerkingen
Niveau
Temp
[°C]
Niveau
Temp
[°C]
Forel/Zeebrasem 2 190 2 (1 en
3)
175 40-55 3-4 vissen
Tonijn/zalm 2 190 2 (1 en
3)
175 35-60 4-6 filets
Grillen
Verwarm de lege oven 10 minuten voor.
Hoeveelheid Grillen Bereidingstijd (minuten)
GERECHT Stuks gr
niveau
Temp.
(°C)
1e kant 2e kant
Tournedos 4 800 3 250 12-15 12-14
Biefstuk 4 600 3 250 10-12 6-8
Worstjes 8 / 3 250 12-15 10-12
Varkenskotelet 4 600 3 250 12-16 12-14
Kip (in 2 helften) 2 1000 3 250 30-35 25-30
Spiesen 4 / 3 250 10-15 10-12
Kippenborst 4 400 3 250 12-15 12-14
Hamburger 6 600 3 250 20-30
Visfilet 4 400 3 250 12-14 10-12
13
Hoeveelheid Grillen Bereidingstijd (minuten)
GERECHT Stuks gr
niveau
Temp.
(°C)
1e kant 2e kant
Geroosterde sand-
wiches
4-6 / 3 250 5-7 /
Geroosterd brood 4-6 / 3 250 2-4 2-3
Grillen met hete lucht
Waarschuwing! Gebruik deze functie met een
maximale temperatuur van 200°C.
Hoeveelheid Grillen Bereidingstijd (minuten)
GERECHT Stuks gr
niveau
Temp. (°C) 1e kant 2e kant
Rollade (kalkoen) 1 1000 3 200 30-40 20-30
Kip (in twee helften) 2 1000 3 200 25-30 20-30
Kippenpoten 6 - 3 200 15-20 15-18
Kwartel 4 500 3 200 25-30 20-25
Groentegratin - - 3 200 20-25 -
stuks Jakobsschelpen - - 3 200 15-20 -
Makreel 2-4 - 3 200 15-20 10-15
Vismoten 4-6 800 3 200 12-15 8-10
Informatie over acrylamides
Belangrijk! Volgens recente wetenschappelijke
informatie kan het intensief bruinen van
levensmiddelen (met name in producten die zetmeel
bevatten), een gezondheidsrisico vormen tengevolge
van acrylamides. Om die reden adviseren wij
levensmiddelen zoveel mogelijk bij lage temperaturen
gaar te laten worden en de gerechten niet te veel te
bruinen.
Onderhoud en reiniging
Waarschuwing! Zie het hoofdstuk
'Veiligheidsinformatie'.
Maak de voorkant van het apparaat schoon met
een zachte doek en een warm sopje.
Gebruik voor de metalen oppervlakken een univer-
seel reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van de oven na elk gebruik.
Verontreinigingen laten zich dan het makkelijkst
verwijderen en kunnen dan niet aanbranden.
Verwijder hardnekkig vuil met een speciale ovenrei-
niger.
Maak alle oventoebehoren na elk gebruik schoon
met een zachte doek en een warm sopje en een
reinigingsmiddel en laat ze drogen.
Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet wor-
den schoon gemaakt met een agressieve reini-
gingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of af-
wasautomaat. Hierdoor kan de antiaanbaklaag on-
herstelbaar worden beschadigd!
14
De afdichting van de deur schoonmaken
Voer regelmatig een controle van de afdichting van
de deur uit. De afdichting van de deur bevindt zich
rondom het frame van de binnenkant van de oven.
Gebruik het apparaat niet als de afdichting van de
deur is beschadigd. Neem contact op met de servi-
ce-afdeling.
Voor meer informatie over het schoonmaken van
de afdichting van de deur, raadpleegt u de algeme-
ne informatie over reiniging.
Pyrolytische reiniging
Waarschuwing! Het apparaat wordt zeer heet.
Er kunnen brandwonden ontstaan.
Belangrijk! Gebruik de functie pyrolysereiniging en de
kookplaat niet op hetzelfde moment (als dit bij het
apparaat is geïnstalleerd). Dit kan het apparaat
beschadigen.
Voor pyrolysereiniging:
1. Verwijder alle onderdelen van het apparaat die los
kunnen worden gemaakt.
Voor het verwijderen van de geleiders (indien
aanwezig), raadpleegt u "Verwijderen van de ge-
leiders".
2. Grof vuil dient handmatig te worden verwijderd.
3. Sluit de ovendeur op de juiste wijze.
Pyrolysereiniging gebruiken
1.
Druk herhaaldelijk op
tot het display
toont.
Het display geeft " Pyro " en
weer.
Er klinkt een geluidsignaal om u eraan te herin-
neren dat u alle onderdelen die los kunnen ko-
men, uit de oven moet verwijderen.
Het temperatuurdisplay toont 'P1' of 'P2'.
Het klokdisplay toont '2:00' of '2:30'.
Bereidingsduur
knippert ongeveer 5 secon-
den.
2.
Druk terwijl Bereidingsduur
knippert op of
om de duur voor de pyrolysereiniging in te
stellen.
2:00 voor een lage vuilgraad,
2:30 voor een hoge vuilgraad.
3.
Druk op
om met de pyrolysereiniging te begin-
nen.
De balkjes op het symbool
gaan een voor een
aan, om aan te duiden dat de temperatuur in het
apparaat hoger wordt.
Als het apparaat de vooringestelde temperatuur
heeft bereikt, wordt de deur vergrendeld en ver-
schijnt
op het display.
Na afloop van de pyrolysereiniging geeft het display
de tijd van de dag aan. De ovendeur blijft vergrendeld.
Wanneer de oven is afgekoeld, klinkt een geluidsig-
naal en wordt de ovendeur ontgrendeld.
Om de pyrolysereiniging op een willekeurig mo-
ment te onderbreken, drukt u op toets
.
Eindtijd voor pyrolysereiniging
U kunt de eindtijd voor de pyrolysereiniging in-
stellen met de klokfunctie Einde
.
1. Herhaal stap 1, 2 en 3 uit de bovenstaande proce-
dure.
2.
Druk op
.
Op het display verschijnt een pijl en het symbool
. Op het display verschijnt de tijd voor het ein-
de van de pyrolysereiniging.
3.
Druk op
of om de eindtijd voor de pyroly-
sereiniging aan te passen.
Verwijderbare geleiders en katalytische
platen
Als u de binnenkant van de oven wilt reinigen, verwij-
dert u de geleiders en katalytische platen.
Waarschuwing! Wees voorzichtig bij het
verwijderen van de geleiders. De katalytische
platen zijn niet aan de binnenkant van de oven
bevestigd en kunnen eruit vallen wanneer u de
geleiders verwijdert.
Waarschuwing! Zorg ervoor dat het apparaat is
afgekoeld voordat u onderhoud verricht. U loopt
risico op brandwonden als gevolg van restwarmte.
15
1
Trek de voorkant van
de geleiders uit de zij-
wand.
Houd de geleiders en de
katalytische plaat met de
andere hand op hun
plaats.
1
2
2
Trek de achterkant
van de geleiders uit de
zijwand en verwijder de
geleiders.
Installeren van de geleiders
Installeer de geleiders in omgekeerde volgorde.
De afgeronde uiteinden van de geleiders moeten
naar voren wijzen!
Ovenlampje
Waarschuwing! Wees voorzichtig! Er bestaat
risico op elektrische schokken!
Voordat u het ovenlampje vervangt:
De oven uitschakelen
Verwijder de zekeringen in de zekeringenkast of
schakel de stroomonderbreker uit.
Leg een doek op de bodem van de oven om het
ovenlampje en het afdekglaasje te beschermen.
1. Draai het afdekglas naar rechts en verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang het ovenlampje door een geschikt 300
°C hittebestendig ovenlampje.
Gebruik hetzelfde ovenlamptype.
4. Plaats het afdekglas terug.
De ovendeur reinigen
De ovendeur heeft drie glasplaten. U kunt de oven-
deur en de interne glasplaat uit de oven verwijderen
om ze schoon te maken.
De ovendeur kan dichtslaan als u de glasplaat
probeert te verwijderen voordat u de ovendeur
hebt verwijderd.
De ovendeur en de glasplaat verwijderen
1
Open de deur volle-
dig en houd de twee
deurscharnieren vast.
2
Til de hendels op de
twee scharnieren omhoog
en draai ze.
3
Sluit de ovendeur in
de eerste openings-
stand (halfopen). Trek
hem daarna naar voren
en haal hem uit zijn zit-
ting.
4
Leg de deur op een
zachte doek op een stabi-
ele ondergrond.
5
Maak het vergren-
delingssysteem open
om de glasplaten te ver-
wijderen.
90°
6
Draai de twee beves-
tigingen 90° en verwijder
ze uit hun zittingen.
16
2
1
7
Til de glasplaten
voorzichtig op (stap 1)
en verwijder ze een
voor een uit de deur
(stap 2). Begin bij de
bovenste glasplaat.
Reinig de glasplaten met een sopje. Droog de glaspla-
ten voorzichtig af.
De deur en de glasplaten terugplaatsen
Als u de glasplaten en de ovendeur hebt schoonge-
maakt, plaatst u ze terug Volg de bovenstaande stap-
pen in de omgekeerde volgorde.
De middelste glasplaat heeft een decoratief frame.
Wanneer u deze glasplaat monteert, moet u zorgen
dat de bedrukte zijde naar de binnenkant van de deur
is gericht. Zorg ervoor dat het oppervlak van de glas-
plaat op de bedrukte zijde na de installatie niet ruw
aanvoelt.
Zorg dat u de bovenste glasplaat correct in de zitting
plaatst. Raadpleeg de illustratie.
Problemen oplossen
Waarschuwing! Zie het hoofdstuk
'Veiligheidsinformatie'.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat wordt niet
warm.
Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in.
De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
De benodigde kookstanden zijn niet in-
gesteld.
Controleer de instellingen.
De automatische veiligheidsuitschake-
ling is actief.
Raadpleeg "Automatisch uitschake-
len"
Het kinderslot is geactiveerd. Raadpleeg "Uitschakelen van het kin-
derslot".
De zekering in de zekeringkast is door-
gebrand.
Controleer de zekering.
Als de zekering meer dan een keer
doorslaat, moet u contact opnemen
met een bevoegde elektricien.
Het ovenlampje brandt niet. Het ovenlampje is kapot. Vervang het ovenlampje.
17
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en in
de ovenruimte.
Het gerecht heeft te lang in de oven
gestaan.
Laat gerechten na afloop van de be-
reiding niet langer dan 15-20 minuten
in de oven staan
Het display toont of ,
het apparaat warmt niet op
en er is geen luchtcirculatie.
Demo-functie is aan.
Schakel het apparaat uit. Druk op
gedurende ongeveer 2 seconden. Er
klinkt een geluidssignaal. Houd de
toetsen
en gelijktijdig ingedrukt
tot er een geluidssignaal klinkt en het
indicatielampje uit gaat.
Het display toont de foutco-
de "F..".
Er is een elektronicafout. Schrijf de foutcode op en neem con-
tact op met de klantenservice.
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan
contact op met uw verkoper of de klantenservice.
De contactgegevens van het servicecentrum staan op
het typeplaatje. Het typeplaatje bevindt zich aan de
voorkant van de binnenkant van de oven.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
Montage
Waarschuwing! Zie het hoofdstuk
'Veiligheidsinformatie'.
Inbouw
594
2
20
570
590
540
560
50
550
min
587
560-570
550 min
600
560-570
80÷100
A
B
18
Elektrische installatie
Waarschuwing! De elektrische installatie mag
uitsluitend worden uitgevoerd door een
gekwalificeerd en deskundig persoon.
De fabrikant is niet verantwoordelijk in het geval
dat u de veiligheidsmaatregelen uit het hoofdstuk
'Veiligheidsinformatie' niet opvolgt.
Dit apparaat wordt geleverd met stekker en netsnoer.
De kabel
Kabeltypes die van toepassing zijn op de installatie of
vervanging: H07 RN-F, H05 RN-F, H05 RRF, H05 VV-
F, H05 V2V2-F (T90), H05 BB-F.
Voor het deel van de kabel raadpleegt u het totale ver-
mogen (op het typeplaatje) en de tabel:
Totaal vermogen Deel van de kabel
maximaal 1380 W 3 x 0,75 mm²
maximaal 2300 W 3 x 1 mm²
maximaal 3680 W 3 x 1,5 mm²
De massakabel (groene/gele kabel) moet 2 cm langer
zijn dan de fase- en neutrale kabels (blauwe en bruine
kabels).
Milieubescherming
Het symbool op het product of op de verpakking
wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag
worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij
een verzamelpunt waar elektrische en elektronische
apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd,
voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens
en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval
van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere
informatie over het recyclen van dit product, kunt u
contact opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het product
hebt gekocht.
Verpakkingsmateriaal
Het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en
geschikt voor hergebruik Kunststofonderdelen worden
aangeduid met internationale afkortingen, zoals PE,
PS, etc. Gooi het verpakkingsmateriaal weg in de
daarvoor bestemde containers van uw vuilnisophaal-
dienst.
19

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing User manual Notice d'utilisation Benutzerinformation Oven Oven Four Backofen ZKB7630 Inhoud Veiligheidsinformatie _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Beschrijving van het product _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Voor het eerste gebruik _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Dagelijks gebruik _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Klokfuncties _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Extra functies _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 2 5 5 6 8 9 Nuttige aanwijzingen en tips _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 9 Onderhoud en reiniging _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 14 Problemen oplossen _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 17 Montage _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 18 Milieubescherming _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 19 Wijzigingen voorbehouden Veiligheidsinformatie Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens het apparaat te installeren of te gebruiken: • Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen • Uit respect voor het milieu • Voor de correcte werking van het apparaat. Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of verkoopt. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installatie of foutief gebruik. Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. • Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking of lichamelijk letsel. • Houd kinderen en dieren uit de buurt van het apparaat als de deur openstaat of als het apparaat in gebruik is. Gevaar voor letsel of ander permanent lichamelijk letsel. • Gebruik het kinderslot of de toetsblokkering als het apparaat hiermee uitgerust is. Dit voorkomt dat kinderen en dieren het apparaat per ongeluk aanzetten. 2 Algemene veiligheid • Verander de specificaties van dit product niet. Risico op letsel en beschadiging van het apparaat. • Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter. • Schakel het apparaat na elk gebruik uit. Montage • Alleen een bevoegd elektriciën mag het apparaat installeren en aansluiten. Neem contact op met een erkend servicecentrum. Dit om lichamelijk letsel of structurele schade te voorkomen. • Controleer of het apparaat niet is beschadigd tijdens het transport Sluit geen beschadigd apparaat aan. Neem indien nodig contact op met de leverancier. • Verwijder al het verpakkingsmateriaal, stickers en folie van het apparaat voordat u het voor het eerst in gebruik neemt. Verwijder niet het typeplaatje. Dit kan de garantie ongeldig maken. • De wetten, voorschriften, richtlijnen en normen die van kracht zijn in het land waar het apparaat wordt gebruikt dienen in acht genomen te worden (veiligheidsvoorschriften, recyclingvoorschriften, veiligheidsvoorschriften met betrekking tot elektra of gas, etc.). • Zorg ervoor dat de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken tijdens de installatie. • Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat. Het apparaat is zwaar. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen. Trek het apparaat nooit aan de handgreep van zijn plaats. • De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat • • • • • • • • • moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3mm. U dient te beschikken over de juiste isolatievoorzieningen: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers. De schokbeschermingsonderdelen moeten zo worden bevestigd dat zij niet kunnen worden verwijderd zonder gereedschap. Sommige delen van het apparaat staan onder stroom. Sluit het apparaat aan op de meubels en zorg dat er geen vrije ruimtes zijn. Dit voorkomt elektrische schokken, omdat u niet per ongeluk gevaarlijke onderdelen kunt aanraken. Zorg dat de keukenkast de benodigde afmetingen heeft voordat u met de installatie begint. Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd. Houd de minimumafstanden naar andere apparaten en units in acht. Installeer het apparaat met de achterkant en één zijkant tegen het hogere apparaat. De andere kant moet worden geplaatst tegen een apparaat met dezelfde hoogte. Het apparaat kan niet op een voetstuk worden geplaatst. Ingebouwde ovens en ingebouwde fornuizen worden bevestigd met een speciaal aansluitsysteem. Om schade aan het apparaat te voorkomen dient u alleen een apparaat te gebruiken met apparaten van dezelfde fabrikant. Elektrische aansluiting • Dit apparaat moet geaard worden. • Zorg er voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. • Informatie over het voltage vindt u op het typeplatje. • Gebruik altijd een correct geïnstalleerd schokvrij stopcontact. • Houd kabels bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten uit de buurt van de hete deur van het apparaat. • Gebruik geen meerwegsstekkers, -aansluitingen en verlengkabels. Er kan brand ontstaan. • Vervang of verander de hoofdkabels niet zelf. Neem contact op met de service-afdeling. • Zorg ervoor dat de stroomsnoeren (indien van toepassing) en kabel niet knakken of beschadigd raken achter het apparaat. • Zorg ervoor dat de aansluiting op het net toegankelijk is na de installatie. • Trek niet aan het snoer om het apparaat los te koppelen van de netvoeding. Trek altijd aan de stekker - indien van toepassing. Gebruik • Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Gebruik het apparaat niet voor commerciële of industriële doeleinden. • Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk gebruik. Zo voorkomt u lichamelijk letsel of schade aan eigendommen. • Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht. • Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten, en/of onstekingsproducten (gemaakt van plastic of aluminium) in, bij of op het apparaat. Er kan brand of een explosie ontstaan. • De binnenkant van het apparaat wordt heet tijdens gebruik. Er kunnen brandwonden ontstaan. Gebruik handschoenen wanneer u toebehoren of potten plaatst of verwijdert. • Wees voorzichtig bij het verwijderen of installeren van toebehoren om schade aan de emaille van de oven te voorkomen. • Sta niet te dicht bij het apparaat als u de deur van het apparaat opent als deze aan staat. Er kan hete stoom ontsnappen. Er kunnen brandwonden ontstaan. • Verkleuring van het emaille heeft geen effect op de werking van het apparaat, het is dus geen defect in de zin van het recht op garantie. • Om schade of verkleuring van het emaille te voorkomen: – plaats geen voorwerpen direct op de bodem van het apparaat en bedek het niet met aluminiumfolie; – plaats heet water niet direct in het apparaat; 3 – haal vochtige schotels en eten uit het apparaat als u klaar bent met koken. • Gebruik dit apparaat niet als het contact maakt met water. Bedien het apparaat niet met natte handen. • Oefen geen kracht uit op een geopende deur. • De deur dient altijd gesloten te worden bij het koken, ook tijdens het grillen. Onderhoud en reiniging • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. • Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld voordat u onderhoud verricht. Er kunnen brandwonden ontstaan. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken. • Houd het apparaat altijd schoon. Opeenhopingen van vetten of andere voedselresten kunnen brand veroorzaken. • Regelmatig reinigen voorkomt dat het oppervlaktemateriaal van de oven achteruitgaat. • Gebruik een diep bakblik voor vochtige taarten om te voorkomen dat het fruitsap permanente vlekken maakt. • Voor uw persoonlijke veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen dient u het apparaat alleen met water en zeep te reinigen. Gebruik geen ontvlambare producten of bijtende producten. • Reinig het apparaat niet met stoomreinigers, hogedrukreinigers, scherpe voorwerpen, schuurmiddelen, schuursponzen en vlekverwijderaars • Volg de aanwijzingen van de ovenfabrikant op als u een ovenspray gebruikt. • Reinig de glazen ovendeur niet met schurende reinigingsmiddelen of een metalen schraper. Het hittebestendige oppervlak van de binnenruit kan hierdoor breken en versplinteren. • Als de glasplaten beschadigd raken, worden ze zwak en kunnen ze breken. U dient ze te vervangen. Neem contact op met het servicecentrum. • Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar! • Reinig het katalytisch emaille niet (indien van toepassing). Pyrolytische reiniging • Laat het apparaat tijdens het Pyrolytisch reinigen niet onbeheerd achter. • Probeer de deur niet te openen en schakel de stroom niet uit tijdens de pyrolytische reiniging. • Houd kinderen uit de buurt tijdens de pyrolytische reiniging. Het apparaat wordt zeer heet Er kunnen brandwonden ontstaan. • Tijdens de pyrolytische reiniging kan hardnekkig vuil het email verkleuren. Verkleuring van het email heeft geen ongewenst effect op de werking van het apparaat. Brandgevaar • Open de deur voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er een licht ontvlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Er kan brand ontstaan. • Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de deur. • Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten, en/of onstekingsproducten (gemaakt van plastic of aluminium) in, bij of op het apparaat. Ovenlampje • De gloeilampen in dit apparaat zijn speciaal geselecteerd en uitsluitend bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. Ze kunnen niet worden gebruikt om een ruimte in het huis volledig of gedeeltelijk te verlichten. • Als de lamp moet worden vervangen, moet u een lamp gebruiken die hetzelfde vermogen heeft en uitsluitend is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. • Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u de ovenlamp vervangt. Er bestaat risico op een elektrische schok. Service-afdeling • Alleen een bevoegd servicemonteur mag dit apparaat repareren. Neem contact op met de service-afdeling. • Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Afvalverwerking van het apparaat • Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen – Trek de stekker uit het stopcontact. 4 – Snijd het netsnoer door en gooi het weg. – Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat kinderen of kleine huisdieren in het apparaat op- gesloten raken. Er bestaat een gevaar voor verstikking. Beschrijving van het product Algemeen overzicht 2 1 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6 7 Bedieningspaneel Elektronische tijdschakelklok Ventilatie-openingen Grill Ovenlampje Ventilator Typeplaatje 7 Ovenaccessoires • Bakrooster Voor kookgerei, bak- en braadvormen. • Vlakke bakplaat Voor gebak en koekjes • Braadpan Om te bakken en te braden of om vet op te vangen. Voor het eerste gebruik Waarschuwing! Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'. Eerste reiniging • Verwijder alle onderdelen van het apparaat. • Reinig het apparaat voor het eerste gebruik Let op! Gebruik geen schuurmiddelen! De oppervlakken zouden beschadigd kunnen worden. Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging". Als de oven wordt aangesloten op de stroomtoevoer of na een stroomonderbreking, gaat het symbool voor en automatisch knipperen. de tijd of . Stel de juiste tijd in met Tijd veranderen 1. Blijf op drukken tot het symbool knippert. 2. Stel de juiste tijd in met of . en Dagtijd instellen en wijzigen Stel eerst de tijd in voordat u de oven gebruikt. 5 2 1 De klok geeft de tijd weer en het knipperen stopt na ongeveer 5 seconden. 2. Laat de lege oven ongeveer 45 minuten werken. 3. Stel de functie en de maximumtemperatuur in. 4. Laat de lege oven ongeveer 15 minuten werken. Dit is om eventuele restanten van het ovenoppervlak weg te branden. De accessoires kunnen heter worden dan bij normaal gebruik. Gedurende deze periode kunnen geurtjes en rook worden afgegeven. Dit is normaal. Zorg dat er voldoende luchtcirculatie is. Voorverwarmen 1. Stel de functie en de maximumtemperatuur in. Dagelijks gebruik Waarschuwing! Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'. Het display 1 2 1 Bereidingsfunctie 2 Temperatuur 3 Tijd 3 Toets Functie Beschrijving AAN/UIT Het apparaat in- of uitschakelen. FUNCTIEKNOP Ovenfunctie instellen. SNELWARMFUNCTIE PYROLYTISCHE REINIGING / PLUS, MINUS Klokfunctie instellen. De ovenfunctie instellen 6 Het starten van de pyrolytische reiniging. Om de (temperatuur- en tijd)waarden in te stellen. KLOK 1 Snelwarmfunctie inschakelen. 2 1. Blijf op drukken tot het symbool voor de benodigde ovenfunctie knippert. In het display verschijnt automatisch de temperatuur. Als u deze temperatuur niet wijzigt binnen ongeveer 5 seconden, begint het apparaat te werken. 2. Om de temperatuur te wijzigen, drukt u op of Indien er een stroomonderbreking is, onthoudt het apparaat alle instellingen voor ongeveer 3 minuten. Indien het apparaat na 3 minuten nog zonder stroom is, moet u de instellingen (ook het tijdstip van de dag) opnieuw instellen. Het symbool geeft aan dat de temperatuur in het apparaat toeneemt. Wanneer het apparaat de ingestelde temperatuur heeft bereikt, weerklinkt er een geluidsignaal en houdt het symbool van de temperatuur op met knipperen. Als u een ovenfunctie start, knippert het symbool van de temperatuur . Ovenfuncties Ovenfunctie Toepassing Hetelucht Voor het braden of braden en bakken van gerechten waarvoor dezelfde bereidingstemperatuur nodig is, op meer dan één steunhoogte, zonder dat er smaken worden overgebracht van het ene naar het andere gerecht. Boven- en onderwarmte Verwarmt de oven met zowel het bovenste als het onderste verwarmingselement. Bakken en braden op één ovenniveau. Onderste ovenelement Verwarmt alleen van de onderkant van de oven. Voor het bakken van taarten met een knapperige bodem. Grillen met hete lucht Het grillelement en de ventilator van de oven circuleren hete lucht rond de gerechten. Voor het bakken van grote stukken vlees. Belangrijk! Maximale temperatuur voor deze functie: 200 °C. Grill Voor het grillen van plat voedsel in kleine hoeveelheden op het midden van de rooster. Voor het maken van toast. Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel. Geschikt voor het ontdooien van kwetsbaar voedsel, bijv. taarten met roomvulling, ijstaarten, gebak, brood en ander eten dat met gist is bereid. Pyrolytische reiniging Hardnekkig vuil verwijderen. Restwarmtefunctie Snelwarmfunctie Met de Tijdsduurfunctie schakelt de oven automatisch enkele minuten voor de tijdsperiode is verstreken, uit. De oven maakt gebruik van de restwarmte om het gerecht te voltooien zonder energie te verbruiken. Met de extra snelwarmfunctie verkort u de opwarmtijd. U kunt deze functie bij alle bereidingsfuncties gebruiken. Belangrijk! De Restwarmtefunctie is alleen beschikbaar als de Tijdsduur langer dan 15 minuten is. Belangrijk! Leg te bereiden levensmiddelen pas in de oven, als het snelverwarmen beëindigd is. 1. Ovenfunctie instellen. Wijzig de aanbevolen temperatuur indien nodig. 7 2. Druk op de toets . Op het display verschijnt 'FHU' en de snelwarmfunctie treedt in werking. 3. Wanneer het snel verwarmen is voltooid, klinkt er een geluidssignaal en gaat "FHU" uit. De oven verwarmt nu in de vooraf ingestelde ovenfunctie en temperatuur verder. 4. Gerecht in de oven plaatsen. Klokfuncties Klokfunctie Tijdstip van de dag Kookwekker Toepassing Toont de tijd. Met deze functie kunt u de tijd instellen, veranderen of opvragen. Voor het instellen van een afteltijd. Als de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal. Deze functie is niet van invloed op de werking van de oven. Duur Om in te stellen hoelang de oven gebruikt moet worden. Einde Hier stelt u de tijd in waarna u wilt dat de oven uitschakelt. Bereidingsduur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt, wanneer de oven op een later tijdstip automatisch wordt in- en uitgeschakeld. Stel in en daarna in dit geval eerst de Bereidingsduur . Einde De klokfuncties instellen 3. Om de tijd in te stellen voor de kookwekker , of einde , drukt u op de bereidingsduur of . knop De desbetreffende klokfunctie gaat branden. Wanneer de tijd is verstreken, knippert het klokfunctiesymbool en klinkt er gedurende 2 minuten een geluidsignaal. Druk op een willekeurige toets om het signaal uit te zetten. en Einde Bij de functies Bereidingsduur schakelt het apparaat automatisch uit. 4. Schakel het apparaat uit. 2 1 1. Stel een ovenfunctie en temperatuur in (niet nodig voor de kookwekker). Zie "Ovenfunctie instellen". 2. Blijf op drukken tot het symbool voor de benodigde klokfunctie knippert. 8 De klokfunctie annuleren 1. Blijf op drukken tot het symbool voor de benoknippert. digde klokfunctie knippert en 2. Druk meerdere malen op de toets " " tot de tijd "00:00" is. Extra functies Kinderslot Wanneer het kinderslot ingeschakeld is, kunt u de oven niet bedienen. Het kinderslot activeren 1. Druk op om het apparaat uit te schakelen. 2. Druk tegelijkertijd op en tot het display “SAFE” weergeeft. Het kinderslot is geactiveerd. Het kinderslot uitschakelen Voer dezelfde stappen uit om het kinderslot uit te schakelen. Geluidsignaal Het geluidsignaal uitschakelen 1. Druk op om het apparaat uit te schakelen. 2. De toets en tegelijk ingedrukt houden tot er een signaal klinkt (ongeveer 2 seconden). Het geluidsignaal werkt niet. het geluidsignaal inschakelen 1. De toets en tegelijk ingedrukt houden tot er een signaal klinkt (ongeveer 2 seconden). 2. Het geluidsignaal werkt weer. Automatische uitschakeling De oven wordt na enige tijd automatisch uitgeschakeld: • Als u het apparaat niet uitschakelt • Als u de oventemperatuur niet verandert. De oven wordt uitgeschakeld bij een oventemperatuur van: 30 - 115 °C na 12 uur 120 - 195 °C na 8,5 uur 200 - 245 °C na 5,5 uur 250 - max °C na 3 uur Schakel de oven na een automatische uitschakeling volledig uit. Vervolgens schakelt u de oven opnieuw in. Foutcode Als sommige parameters niet correct zijn, zal de controle-eenheid de geactiveerde functies uitschakelen en wordt de overeenkomstige foutcode weergegeven op het display. Raadpleeg "Problemen oplossen". Koelventilator Als de oven in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Als u het apparaat uitschakelt, blijft de koelventilator werken tot de oven is afgekoeld. Veiligheidsthermostaat Om te voorkomen dat de oven oververhit raakt (door onjuist gebruik van het apparaat of vanwege defecte onderdelen), heeft de oven een veiligheidsthermostaat die indien nodig de stroomtoevoer onderbreekt. Zodra de temperatuur is gedaald, wordt de oven automatisch weer ingeschakeld. Nuttige aanwijzingen en tips • Het apparaat heeft vier inzetniveaus. Tel de inzetniveaus vanaf de bodem van het apparaat. • Het apparaat heeft een speciaal systeem dat de lucht circuleert en voor doorlopende recycling van stoom zorgt. Dankzij dit systeem is het mogelijk om voedsel te bereiden in een atmosfeer met stoom en worden de gerechten zacht van binnen en knapperig van buiten. Bovendien worden de bereidingstijd en het energieverbruik tot een minimum beperkt. • Vocht kan in het apparaat of op de glazen deuren condenseren. Dit is normaal. Ga altijd iets terug staan van het apparaat als u de deur van het appa- raat tijdens de werking opent. Om de condens te verminderen, dient u het apparaat 10 minuten te laten voorverwarmen. • Veeg na elk gebruik het vocht van het apparaat. • Plaats geen voorwerpen direct op de bodem van het apparaat en bedek het niet met aluminiumfolie als u kookt. Dit kan de bakresultaten veranderen en de emaillelaag beschadigen. Taarten bakken • De beste temperatuur voor het bereiden van gebak is tussen de 150 °C en 200 °C. 9 • Verwarm de oven ongeveer 10 minuten voor. • Doe de ovendeur niet open voordat driekwart van de ingestelde baktijd is verstreken. • Als u twee bakplaten tegelijk gebruikt, houd dan één niveau vrij tussen de platen. • Laat het vlees ongeveer 15 minuten rusten voordat u het aansnijdt, zodat het vleesvocht niet wegloopt. • Giet een beetje water in de lekbak om te veel rookvorming in de oven te voorkomen tijdens roosteren. Om rookcondensatie te voorkomen dient u telkens een beetje water toe te voegen als dit opgedroogd is. Vlees en vis bereiden • Bereid geen vlees met een gewicht van minder dan 1 kg. Het bereiden van te kleine hoeveelheden maakt het vlees droog. • Om rood vlees aan de buitenkant goed gaar en toch sappig te krijgen, dient u de temperatuur in te stellen op 200 °C-250 °C. • Voor wit vlees, gevogelte en vis dient u de temperatuur tussen de 150°C-175°C in te stellen. • Gebruik een lekbak voor zeer vet voedsel, om te voorkomen dat er vlekken op de oven komen die mogelijk permanent zijn. Bereidingstijden Bereidingstijden zijn afhankelijk van het soort voedsel, de structuur en het volume. Houd de werking van de oven in de gaten tijdens de eerste keren dat u het apparaat gebruikt. Op die manier ontdekt u de beste instellingen (warmte-instelling, bereidingstijd etc.) voor uw ovenschalen, recepten en hoeveelheden wanneer u dit apparaat gebruikt. Bak- en braadtabel GEBAK SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd [min] Opmerkingen 165 45-60 In cakevorm 2 (1 en 3) 160 24-34 In cakevorm 170 2 165 60-80 In cakevorm 26 cm 1 170 2 (1 en 3) 160 100-120 2 cakevormen van 20 cm op het bakrooster Strudel 2 175 2 150 60-80 Op bakplaat Geleitaart 2 170 2 (1 en 3) 160 30-40 In cakevorm 26 cm Fruitcake 2 170 2 155 60-70 In cakevorm 26 cm Biscuittaart (botervrije biscuittaart) 2 170 2 160 35-45 In cakevorm 26 cm Kerstcake/rijke fruitcake 2 170 2 160 50-60 In cakevorm 20 cm Niveau Temp [°C] Niveau Temp [°C] Schuimtaart 2 170 2 (1 en 3) Zandtaartdeeg 2 170 Kwarktaart met karnemelk 1 Appelgebak (appeltaart) 10 SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd [min] Opmerkingen 165 50-60 In broodvorm 1) 3 (1 en 3) 165 20-30 Op vlakke bakplaat 150 3 (1 en 3) 140 20-30 Op vlakke bakplaat 1) 3 100 3 115 90-120 Op vlakke bakplaat Broodjes 3 190 3 180 15-20 Op vlakke bakplaat 1) Soesjes 3 190 3 (1 en 3) 180 25-35 Op vlakke bakplaat 1) 3 180 2 170 45-70 In cakevorm 20 cm 1 of 2 180 2 170 40-55 Links + rechts in cakevorm van 20 cm Niveau Temp [°C] Niveau Temp [°C] Pruimentaart 2 170 2 Kleine cakes 3 170 Koekjes 3 Schuimgebak Taartjes Victoriataart 1) Warm de oven 10 minuten voor. BROOD EN PIZZA SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd [min] Opmerkingen 195 60-70 1-2 stukken, 500 gr per stuk 1) 1 190 30-45 In broodvorm 190 2 (1 en 3) 180 25-40 6 - 8 broodjes op een vlakke bakplaat 1) 1 190 1 190 20-30 In een diepe braadpan 1) 3 200 2 190 10~20 Op vlakke bakplaat 1) Bereidingstijd [min] Opmerkingen Niveau Temp [°C] Niveau Temp [°C] Wit brood 1 190 1 Roggebrood 1 190 Broodjes 2 Pizza Scones 1) Warm de oven 10 minuten voor. FLANS SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Hetelucht Niveau Temp [°C] Niveau Temp [°C] Pastaflan 2 180 2 180 40-50 In vorm Groenteflan 2 200 2 200 45-60 In vorm 11 SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd [min] Opmerkingen 190 40-50 In vorm 2 200 25-40 In vorm 200 2 200 25-40 In vorm 220 2 210 20-30 6 puddingvormen 1) Bereidingstijd [min] Opmerkingen Niveau Temp [°C] Niveau Temp [°C] Quiches 1 190 1 Lasagne 2 200 Cannelloni 2 Yorkshire pudding 2 1) Warm de oven 10 minuten voor. VLEES SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Hetelucht Niveau Temp [°C] Niveau Temp [°C] Rundvlees 2 200 2 190 50-70 Op ovenrooster en in de braadpan Varkensvlees 2 180 2 180 90-120 Op ovenrooster en in de braadpan Kalfsvlees 2 190 2 175 90-120 Op ovenrooster en in de braadpan Engelse rosbief (rood) 2 210 2 200 44-50 Op ovenrooster en in de braadpan Engelse rosbief (medium) 2 210 2 200 51-55 Op ovenrooster en in de braadpan Engelse rosbief (doorbakken) 2 210 2 200 55-60 Op ovenrooster en in de braadpan Varkensschouder 2 180 2 170 120-150 In een diepe braadpan Varkensschenkel 2 180 2 160 100-120 2 stukken in een diepe braadpan Lamsvlees 2 190 2 190 110-130 Bout Kip 2 200 2 200 70-85 Geheel in een diepe braadpan Kalkoen 1 180 1 160 210-240 Geheel in een diepe braadpan Eend 2 175 2 160 120-150 Geheel in een diepe braadpan 12 SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd [min] Opmerkingen Niveau Temp [°C] Niveau Temp [°C] Gans 1 175 1 160 150-200 Geheel in een diepe braadpan Konijn 2 190 2 175 60-80 In stukken gesneden Haas 2 190 2 175 150-200 In stukken gesneden Fazant 2 190 2 175 90-120 Geheel in een diepe braadpan VIS SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd [min] Opmerkingen Niveau Temp [°C] Niveau Temp [°C] Forel/Zeebrasem 2 190 2 (1 en 3) 175 40-55 3-4 vissen Tonijn/zalm 2 190 2 (1 en 3) 175 35-60 4-6 filets Grillen Verwarm de lege oven 10 minuten voor. Hoeveelheid GERECHT Stuks gr Tournedos 4 800 Biefstuk 4 600 Worstjes 8 Varkenskotelet Kip (in 2 helften) Grillen Bereidingstijd (minuten) Temp. (°C) 1e kant 2e kant 3 250 12-15 12-14 3 250 10-12 6-8 / 3 250 12-15 10-12 4 600 3 250 12-16 12-14 2 1000 3 250 30-35 25-30 Spiesen 4 / 3 250 10-15 10-12 Kippenborst 4 400 3 250 12-15 12-14 Hamburger 6 600 3 250 20-30 Visfilet 4 400 3 250 12-14 niveau 10-12 13 Hoeveelheid GERECHT Stuks gr Geroosterde sandwiches 4-6 / Geroosterd brood 4-6 / Grillen Bereidingstijd (minuten) Temp. (°C) 1e kant 2e kant 3 250 5-7 / 3 250 2-4 2-3 niveau Grillen met hete lucht Waarschuwing! Gebruik deze functie met een maximale temperatuur van 200°C. Hoeveelheid GERECHT Stuks gr Rollade (kalkoen) 1 1000 Kip (in twee helften) 2 Kippenpoten Kwartel Groentegratin stuks Jakobsschelpen Grillen Bereidingstijd (minuten) Temp. (°C) 1e kant 2e kant 3 200 30-40 20-30 1000 3 200 25-30 20-30 6 - 3 200 15-20 15-18 4 500 3 200 25-30 20-25 - - 3 200 20-25 - niveau - - 3 200 15-20 - Makreel 2-4 - 3 200 15-20 10-15 Vismoten 4-6 800 3 200 12-15 8-10 Informatie over acrylamides Belangrijk! Volgens recente wetenschappelijke informatie kan het intensief bruinen van levensmiddelen (met name in producten die zetmeel bevatten), een gezondheidsrisico vormen tengevolge van acrylamides. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel mogelijk bij lage temperaturen gaar te laten worden en de gerechten niet te veel te bruinen. Onderhoud en reiniging Waarschuwing! Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'. • Maak de voorkant van het apparaat schoon met een zachte doek en een warm sopje. • Gebruik voor de metalen oppervlakken een universeel reinigingsmiddel. • Reinig de binnenkant van de oven na elk gebruik. Verontreinigingen laten zich dan het makkelijkst verwijderen en kunnen dan niet aanbranden. 14 • Verwijder hardnekkig vuil met een speciale ovenreiniger. • Maak alle oventoebehoren na elk gebruik schoon met een zachte doek en een warm sopje en een reinigingsmiddel en laat ze drogen. • Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet worden schoon gemaakt met een agressieve reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of afwasautomaat. Hierdoor kan de antiaanbaklaag onherstelbaar worden beschadigd! De afdichting van de deur schoonmaken • Voer regelmatig een controle van de afdichting van de deur uit. De afdichting van de deur bevindt zich rondom het frame van de binnenkant van de oven. Gebruik het apparaat niet als de afdichting van de deur is beschadigd. Neem contact op met de service-afdeling. • Voor meer informatie over het schoonmaken van de afdichting van de deur, raadpleegt u de algemene informatie over reiniging. Pyrolytische reiniging Waarschuwing! Het apparaat wordt zeer heet. Er kunnen brandwonden ontstaan. Belangrijk! Gebruik de functie pyrolysereiniging en de kookplaat niet op hetzelfde moment (als dit bij het apparaat is geïnstalleerd). Dit kan het apparaat beschadigen. Voor pyrolysereiniging: 1. Verwijder alle onderdelen van het apparaat die los kunnen worden gemaakt. Voor het verwijderen van de geleiders (indien aanwezig), raadpleegt u "Verwijderen van de geleiders". 2. Grof vuil dient handmatig te worden verwijderd. 3. Sluit de ovendeur op de juiste wijze. Pyrolysereiniging gebruiken 1. Druk herhaaldelijk op tot het display toont. – Het display geeft " Pyro " en weer. – Er klinkt een geluidsignaal om u eraan te herinneren dat u alle onderdelen die los kunnen komen, uit de oven moet verwijderen. – Het temperatuurdisplay toont 'P1' of 'P2'. – Het klokdisplay toont '2:00' of '2:30'. – Bereidingsduur knippert ongeveer 5 seconden. 2. Druk terwijl Bereidingsduur knippert op of om de duur voor de pyrolysereiniging in te stellen. – 2:00 voor een lage vuilgraad, – 2:30 voor een hoge vuilgraad. 3. Druk op om met de pyrolysereiniging te beginnen. De balkjes op het symbool gaan een voor een aan, om aan te duiden dat de temperatuur in het apparaat hoger wordt. Als het apparaat de vooringestelde temperatuur heeft bereikt, wordt de deur vergrendeld en verop het display. schijnt Na afloop van de pyrolysereiniging geeft het display de tijd van de dag aan. De ovendeur blijft vergrendeld. Wanneer de oven is afgekoeld, klinkt een geluidsignaal en wordt de ovendeur ontgrendeld. Om de pyrolysereiniging op een willekeurig moment te onderbreken, drukt u op toets . Eindtijd voor pyrolysereiniging U kunt de eindtijd voor de pyrolysereiniging instellen met de klokfunctie Einde . 1. Herhaal stap 1, 2 en 3 uit de bovenstaande procedure. 2. Druk op . Op het display verschijnt een pijl en het symbool . Op het display verschijnt de tijd voor het einde van de pyrolysereiniging. 3. Druk op of om de eindtijd voor de pyrolysereiniging aan te passen. Verwijderbare geleiders en katalytische platen Als u de binnenkant van de oven wilt reinigen, verwijdert u de geleiders en katalytische platen. Waarschuwing! Wees voorzichtig bij het verwijderen van de geleiders. De katalytische platen zijn niet aan de binnenkant van de oven bevestigd en kunnen eruit vallen wanneer u de geleiders verwijdert. Waarschuwing! Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld voordat u onderhoud verricht. U loopt risico op brandwonden als gevolg van restwarmte. 15 De ovendeur en de glasplaat verwijderen 2 1 1 Trek de voorkant van de geleiders uit de zijwand. Houd de geleiders en de katalytische plaat met de andere hand op hun plaats. 2 Trek de achterkant van de geleiders uit de zijwand en verwijder de geleiders. 1 Open de deur volledig en houd de twee deurscharnieren vast. 2 Til de hendels op de twee scharnieren omhoog en draai ze. 3 Sluit de ovendeur in de eerste openingsstand (halfopen). Trek hem daarna naar voren en haal hem uit zijn zitting. 4 Leg de deur op een zachte doek op een stabiele ondergrond. Installeren van de geleiders Installeer de geleiders in omgekeerde volgorde. De afgeronde uiteinden van de geleiders moeten naar voren wijzen! Ovenlampje Waarschuwing! Wees voorzichtig! Er bestaat risico op elektrische schokken! Voordat u het ovenlampje vervangt: • De oven uitschakelen • Verwijder de zekeringen in de zekeringenkast of schakel de stroomonderbreker uit. Leg een doek op de bodem van de oven om het ovenlampje en het afdekglaasje te beschermen. 1. Draai het afdekglas naar rechts en verwijder het. 2. Reinig het afdekglas. 3. Vervang het ovenlampje door een geschikt 300 °C hittebestendig ovenlampje. Gebruik hetzelfde ovenlamptype. 4. Plaats het afdekglas terug. De ovendeur reinigen De ovendeur heeft drie glasplaten. U kunt de ovendeur en de interne glasplaat uit de oven verwijderen om ze schoon te maken. De ovendeur kan dichtslaan als u de glasplaat probeert te verwijderen voordat u de ovendeur hebt verwijderd. 16 90° 6 Draai de twee beves5 Maak het vergrentigingen 90° en verwijder delingssysteem open om de glasplaten te ver- ze uit hun zittingen. wijderen. 1 De middelste glasplaat heeft een decoratief frame. Wanneer u deze glasplaat monteert, moet u zorgen dat de bedrukte zijde naar de binnenkant van de deur is gericht. Zorg ervoor dat het oppervlak van de glasplaat op de bedrukte zijde na de installatie niet ruw aanvoelt. Zorg dat u de bovenste glasplaat correct in de zitting plaatst. Raadpleeg de illustratie. 2 7 Til de glasplaten voorzichtig op (stap 1) en verwijder ze een voor een uit de deur (stap 2). Begin bij de bovenste glasplaat. Reinig de glasplaten met een sopje. Droog de glasplaten voorzichtig af. De deur en de glasplaten terugplaatsen Als u de glasplaten en de ovendeur hebt schoongemaakt, plaatst u ze terug Volg de bovenstaande stappen in de omgekeerde volgorde. Problemen oplossen Waarschuwing! Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'. Probleem Het apparaat wordt niet warm. Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in. De benodigde kookstanden zijn niet in- Controleer de instellingen. gesteld. De automatische veiligheidsuitschakeling is actief. Raadpleeg "Automatisch uitschakelen" Het kinderslot is geactiveerd. Raadpleeg "Uitschakelen van het kinderslot". De zekering in de zekeringkast is door- Controleer de zekering. gebrand. Als de zekering meer dan een keer doorslaat, moet u contact opnemen met een bevoegde elektricien. Het ovenlampje brandt niet. Het ovenlampje is kapot. Vervang het ovenlampje. 17 Probleem Mogelijke oorzaak Stoom en condens slaan neer op de gerechten en in de ovenruimte. Oplossing Het gerecht heeft te lang in de oven gestaan. Laat gerechten na afloop van de bereiding niet langer dan 15-20 minuten in de oven staan Het display toont of , Demo-functie is aan. het apparaat warmt niet op en er is geen luchtcirculatie. Schakel het apparaat uit. Druk op gedurende ongeveer 2 seconden. Er klinkt een geluidssignaal. Houd de en gelijktijdig ingedrukt toetsen tot er een geluidssignaal klinkt en het indicatielampje uit gaat. Het display toont de foutcode "F..". Schrijf de foutcode op en neem contact op met de klantenservice. Er is een elektronicafout. Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de klantenservice. De contactgegevens van het servicecentrum staan op het typeplaatje. Het typeplaatje bevindt zich aan de voorkant van de binnenkant van de oven. Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren: Model (MOD.) ......................................... Productnummer (PNC) ......................................... Serienummer (S.N.) ......................................... Montage Waarschuwing! Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'. 50 540 560 570 in 2 550m 594 18 560-5 70 587 590 20 560 -570 A B 600 in 550 m Inbouw 00 ÷1 80 Elektrische installatie Waarschuwing! De elektrische installatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door een gekwalificeerd en deskundig persoon. De fabrikant is niet verantwoordelijk in het geval dat u de veiligheidsmaatregelen uit het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie' niet opvolgt. Dit apparaat wordt geleverd met stekker en netsnoer. De kabel Kabeltypes die van toepassing zijn op de installatie of vervanging: H07 RN-F, H05 RN-F, H05 RRF, H05 VVF, H05 V2V2-F (T90), H05 BB-F. Voor het deel van de kabel raadpleegt u het totale vermogen (op het typeplaatje) en de tabel: Totaal vermogen Deel van de kabel maximaal 1380 W 3 x 0,75 mm² maximaal 2300 W 3 x 1 mm² maximaal 3680 W 3 x 1,5 mm² De massakabel (groene/gele kabel) moet 2 cm langer zijn dan de fase- en neutrale kabels (blauwe en bruine kabels). Milieubescherming Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht. Verpakkingsmateriaal Het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en geschikt voor hergebruik Kunststofonderdelen worden aangeduid met internationale afkortingen, zoals PE, PS, etc. Gooi het verpakkingsmateriaal weg in de daarvoor bestemde containers van uw vuilnisophaaldienst. 19
1 / 1

ZANKER ZKB7630X Handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Handleiding