Electrolux EKM90450X Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Electrolux EKM90450X Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
ALGEMENE INFORMATIE
BESTEMD VOOR DE GEBRUIKER
INFORMATIE BETREFFENDE HET MILIEU
Verpakkingsmateriaal
Zet de verpakking van uw apparaat niet zomaar bij het
afval, maar scheid de verschillende materialen (bijv. laminaat,
karton, polystyreenschuim) volgens de plaatselijke voor
schriften voor afvalverwerking.
Dit product beantwoordt aan de voorschriften van de communau
taire richtlijnen:
- 73/23/EEG met betrekking tot de "laagspanning".
- 89/336/EEG met betrekking tot de "elektromagnetische storingen".
- 90/396/EEG met betrekking tot "gastoestellen"
- 89/109/EEG met betrekking tot "materialen die met levensmid
delen in aanraking komen".
- De bovengenoemde richtlijnen beantwoorden daarnaast aan de
richtlijn 93/68/EEG.
- Dit toestel mag uitsluitend worden bestemd voor het gebruik
waarvoor het uitdrukkelijk is ontworpen, namelijk "kooktoestel"
voor huishoudelijk gebruik.
GEACHTE KLANT,
 Wij verzoeken u vriendelijk om deze gebruiksaanwijzing aandacht
door te lezen en goed te bewaren om hem, indien noodzakelijk,
te kunnen raadplegen.
 De verpakkingselementen (plastic zakjes, polystyreenschuim,
enz.) zijn potentieel gevaarlijk en moeten buiten het bereik van
kinderen worden gehouden.
DE GARANTIE
Uw nieuwe toestel wordt gedekt door een garantie.
U vindt het betreffende garantiecertificaat in de bijlage.
Als dit certificaat mocht ontbreken moet u het aan de wederverkoper
vragen onder vermelding van de koopdatum, het model en het
serienummer zoals vermeld op het typeplaatje van het toestel
(fig A ).
Bewaar het voor u bestemde gedeelte en toon het, indien nood
zakelijk, aan het personeel van de technische dienst samen met
de factuur/kassabon. Als u zich niet aan deze procedure houdt is
het technische personeel genoodzaakt om u eventuele reparaties
in rekening te brengen.
U kunt de originele vervangingsdelen vinden bij onze Erkende
Servicecentra en Winkels met Vervangingsonderdelen.
ALGEMENE TIPS EN
WAARSCHUWINGEN
LET OP:
- Alvorens het toestel in gebruik te nemen moet u niet vergeten
om de plastic afschermingen van sommige onderdelen (bedie
ningspaneel, roestvrijstalen delen enz..), te verwijderen.
- Gebruik het toestel niet voor het opwarmen van de ruimte.
- Wij raden u dringend aan om, als u het toestel niet gebruikt
de
elektrische verbinding te verbreken en de gaskraan te sluiten.
IN GEVAL VAN BRAND:
In geval van brand, moet
u de hoofdkraan van het gas sluiten
en de elektrische verbinding verbreken; gooi nooit water op
brandende of kokendhete olie.
Bewaar geen brandbare producten of spuitbussen in de buurt
van het toestel en spuit nooit in de buurt van de aangestoken
branders.
VOOR DE VEILIGHEID VAN UW KINDEREN EN UZELF
Plaats geen voor kinderen aantrekkelijke voorwerpen op het
toestel.
Houd kinderen uit de buurt van het toestel; houd er rekening
mee dat sommige onderdelen van het toestel of de gebruikte
pannen heel heet en gevaarlijk worden, zowel tijdens het gebruik
als gedurende de voor de afkoeling na het doven noodzakelijke
tijd.
Let goed op de handvatten van de pannen, draai ze zo dat
kinderen de pannen niet kunnen omgooien.
Draag geen wijde kleding en dergelijke als de branders zijn
aangestoken; brandend textiel kan ernstige wonden veroorzaken.
WAARSCHUWINGEN MET BETREKKING TOT DE OVEN:
Bij gebruik van de oven of de grill worden de bereikbare delen
zeer heet, het verdient aanbeveling om kinderen uit de buurt
van het toestel te houden.
Tijdens het gebruik wordt het apparaat erg heet. Let goed op
dat u de verwarmingselementen in de oven niet aanraakt.
- Kook geen voedsel op de bodem van de oven.
- Let goed op als u in de buurt van de scharnieren van de ovendeur
bezig bent, u kunt zich er gemakkelijk aan verwonden.
- Sta niet toe dat kinderen op de ovendeur zitten of ermee spelen.
Gebruik de ovendeur niet als kruk.
LADE ONDER (Fig. A)
Plaats nooit ontvlambaar materiaal of plastic gerei in de bordenwar
mer (onder de ovenruimte).
ASSISTENTIE
Dit toestel is vóór het verlaten van de fabriek door deskundig en
gespecialiseerd personeel uitgetest en afgesteld voor de beste
werkingsresultaten.
Iedere latere eventueel noodzakelijke reparatie of afstelling moet
zo zorgvuldig mogelijk en met de grootst mogelijke aandacht
worden uitgevoerd.
Om deze reden bevelen wij aan om u altijd tot uw concessionaris
of ons dichtstbijzijnde Service Center te wenden onder specificatie
van de aard van de storing en het model van het apparaat in uw
bezit.
11
Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese
richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte elektrische en elektronische
apparaten (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat dit product op de juiste manier als afval
wordt verwerkt, helpt u mogelijk negatieve consequenties voor
het milieu en de menselijke gezondheid te voorkomen die anders
zouden kunnen worden veroorzaakt door onjuiste verwerking van
dit product als afval.
Het symbool op het product of op de bijbehorende documentatie
geeft aan dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden
behandeld. In plaats daarvan moet het worden afgegeven bij
een verzamelpunt voor recycling van elektrische en elektronische
apparaten.
Afdanking moet worden uitgevoerd in overeenstemming met de
plaatselijke milieuvoorschriften voor afvalverwerking.
Voor nadere informatie over de behandeling, terugwinning en
recycling van dit product wordt u verzocht contact op te nemen
met het stadskantoor in uw woonplaats, uw afvalophaaldienst of
de winkel waar u het product heeft aangeschaft.
NL
*
Fig. A
GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT
GEBRUIK VAN DE ELEKTRISCHE OVEN
Bij de eerste ontsteking van de oven kan zich een scherpe lucht
verspreiden, als gevolg van de eerste verwarming van de lijm van
de isolatiepanelen die de ovenruimte omringen (het verdient
aanbeveling om hem bij een gesloten deur 30-40 minuten lang
op de maximumtemperatuur op te warmen). Dit is een absoluut
normaal fenomeen en, als dit zich mocht voordoen, moet u
wachten tot de rook verdwijnt alvorens er etenswaren in te zetten.
De oven is gewoonlijk uitgerust met: een rooster om rechtstreeks
voedsel op te koken of om ovenschalen met voedsel op te zetten,
een druippan voor gebak, koekjes, of om de sappen en vetten van
het rechtstreeks op het rooster geplaatste voedsel in op te vangen.
Opmerking: In de onderstaande tabellen vindt u de belangrijkste
aanwijzingen voor het klaarmaken van enkele van de meest
gangbare gerechten De in de tabel aanbevolen baktijden dienen
uitsluitend ter indicatie. Al na een paar keer proberen zult u de
noodzakelijke wijzigingen kunnen aanbrengen om de gewenste
resultaten te bereiken.
Kooktabel traditioneel systeem
Kooktabel met warme lucht
Brander diameter diameter
minimale maximale
Groot (snel) 180 mm. 220 mm.
Medium (halfsnel) 120 mm. 200 mm.
Klein (Hulpbrander) 80 mm. 160 mm.
Driedubbele
vlamkroon 220 mm. 260 mm.
GEBRUIK VAN DE GASBRANDERS
Op de lijst vindt u bij elke knop de volgende symbolen afgebeeld:
- Schijf vol kraantje gesloten
- Grote vlam maximumopening
- Kleine vlam minimumopening
De minimumstand bevindt zich op het eind van de draaiing linksom
van de knop. Alle functiestanden moeten worden gekozen uit de
standen tussen het maximum en het minimum, nooit tussen het
maximum en de gesloten stand.
AUTOMATISCHE ELEKTRISCHE ONTSTEKING
Om een brander te ontsteken moet u de knop ervan indrukken en
linksom draaien tot in de maximumstand. Als u de knop ingedrukt
houdt zal de automatische ontsteking van de brander worden
ingeschakeld.
Als de elektrische stroom ontbreekt, kan de brander ook met een
lucifer worden aangestoken.
TOESTELLEN MET VEILIGHEIDSKLEP
Om de branders te ontsteken moet u de bovenstaand beschreven
handelingen uitvoeren. In dit geval echter moet u de knoppen, na
ze in de openingsstand te hebben gezet, circa 10 seconden lang
ingedrukt houden.
Indien, om een willekeurige reden de vlam van de brander uit
mocht gaan, zal de veiligheidsklep automatisch ingrijpen en de
passage van het gas naar de betrokken brander onderbreken.
ENERGIEBESPARING
De doorsnede van de bodem van de pan moet geschikt zijn
voor de diameter van de brander. De vlam van de brander mag
nooit voorbij de pandiameter reiken.
Gebruik pannen met een platte bodem.
Gebruik, indien mogelijk een deksel. Dit maakt het mogelijk om
lagere standen te gebruiken.
Kook groente, aardappelen, enz., met weinig water om de
kooktijden te beperken.
Gerecht Temp. °C. Minuten
Vis 180-240 sec. afmetingen
Vlees
Ossengebraad 250 30 per kg.
Kalfsgebraad 200-220 60 per kg.
Kip 200-240 50 circa
Eend of gans 220 sec. gewicht
Schapenbout 250 30 per kg.
Varkensgebraad 250 60 per kg.
Soufflés 200 60 per kg.
Gebak (banket)
Lange vingers 160 30-50
Zandtaartdeeg 200 15
Bladerdeeg 250 15
Vruchtentaart 200-220 30
Schuimpjes 100 60
Soufflé 220 30
4 Quarts 120-140 60
Croissants 160-180 45
Gerecht Temp. °C. Minuten Gewicht kg.
Voorgerechten
Lasagne uit de oven 200-220 20-25 0,5
Pasta uit de oven 200-220 25-30 0,5
Creoolse rijst 200-230 20-25 0,5
Pizza 210-230 30-45 0,5
Vlees
Kalfsgebraad 160-180 65-90 1-1,2
Varkensgebraad 160-170 70-100 1-1,2
Ossengebraad 170-190 40-60 1-1,2
Rundergebraad 170-180 65-90 1-1,2
Rosbief 180-190 40-45 1-1,5
Lamsgebraad 140-160 100-130 1,5
Gebraden kip 180 70-90 1-1,2
Gebraden eend 170-180 100-160 1,5-2
Gebraden gans 160-180 120-160 3-3,5
Gebraden kalkoen 160-170 160-240 5 ca.
Gebraden konijn 160-170 80-100 2 ca.
Gebraden haas 170-180 30-50 2 ca.
Vis 160-180 sec. gewicht
Gebak (banket)
Vruchtentaart 180-200 40-50
Tulband 160-180 35-45
Bisquitdeeg 200-220 40-45
Cake 200-230 25-35
Druivenfocaccia 230-250 30-40
Croissants 170-180 40-60
Strüdel 160 25-35
Zoet bladerdeeggebak 180-200 20-30
Appelflappen 180-200 18-25
Langevingerpudding 170-180 30-40
Lange vingers 150-180 50-60
Toasts 230-250 7
Brood 200-220 40
12
NL
Als de bedieningsknop in deze stand is gedraaid, zal het lampje
gedurende alle volgende handelingen blijven branden.
Ontdooien met de ventilator
In deze stand kunt u de lucht bij de omgevingstemperatuur om
het diepvriesvoedsel laten circuleren om het te laten ontdooien
zonder wijziging of alteratie van het proteïnegehalte.
Natuurlijke convectie
In deze stand zullen de weerstanden onder en boven functioneren.
Dit is de traditionele kookwijze, bij uitstek geschikt voor het braden
van schapenbouten, wild, ideaal voor koekjes, ovenappels en om
het voedsel heel krokant te krijgen. Goede resultaten worden
verkregen bij het bakken op een plaat met een regeling van de
temperatuur vanaf 60°C tot MAX°C.
Geventileerde oven
In deze stand zullen de ventilator en de ronde weerstand functioneren.
De tussen de 60°C en MAX°C regelbare warme lucht wordt gelijk
matig over de verschillende niveaus verspreid. Deze functie is ideaal
voor het gelijktijdig bereiden van verschillende soorten voedsel
(vlees, vis) zonder menging van smaken en luchten. Delicate
kookwijze, geschikt voor cake
, bisquitdeeg bladerdeeg enz.,
Inschakeling halve grill (+ Braadspit)
In deze stand wordt de weerstand van de halve grill met infrarode
stralen ingeschakeld. Deze functie dient voor het roosteren of
gratineren van kleine traditionele gerechten.
Inschakeling volledige grill (+ Braadspit)
In deze stand wordt de weerstand van de grill met infrarode stralen
ingeschakeld. Deze functie dient voor het roosteren of gratineren
van traditionele gerechten.De thermostaat moet tussen de 180÷200°C
worden gezet.
Volledige geventileerde grill (+ Braadspit)
De, door de grillweerstand verwarmde lucht wordt door de ventilator
aangezogen om over het voedsel te verspreiden. De geventileerde grill
is een uitstekende vervanging van het braadspit en een garantie voor
goede resultaten met kip, worstjes en rood vlees, ook in grote hoeve
elheden.De thermostaat moet tussen de 180÷200°C worden gezet.
Geventileerde weerstand onder
De, door de weerstand onder verwarmde lucht, wordt door de
ventilator aangezogen om over het voedsel te verspreiden. Deze
functie is ook geschikt voor het steriliseren van voedsel en kan
worden gebruikt tussen de 60 en MAX°C.
Gebruik van de oven
Tijdens het gebruik moet de oven deur altijd gesloten zijn.
Opmerking: ovens met gescheiden thermostaat en functiekeuzeknop.
Bij gebruik van de functies, moet u de thermostaatknop
tussen de 180 ÷ 200°C als maximumtemperatuur zetten.
MULTIFUNCTIE-OVEN
de oven is uitgerust met:
 een weerstand onder;
 een weerstand boven;
 een ronde weerstand om de ventilator heen.
N.B.: Voordat u een functie instelt moet u eerst met de thermostaatknop
de gewenste temperatuur hebben ingesteld.
Thermostaatknop oven (fig. 1A)
Als u deze knop rechtsom draait kunt u een oventemperatuur instellen
van 60°C tot MAX°C.
Oven-functiekeuzeknop (fig. 1B)
Als u de knop van de schakelaar rechtsom draait, kunt u één van de
onderstaand vermelde functies selecteren.
Opmerking:
Voor alle onderstaand beschreven handelingen zal de ovenverlichting
worden ingeschakeld.
Op het bedieningspaneel zal een controlelampje blijven branden tot
de gewenste temperatuur is bereikt, om vervolgens met onderbrekin
gen te gaan branden.
LET OP:
Tijdens het gebruik wordt het apparaat erg heet. Let goed op
dat u de verwarmingselementen in de oven niet aanraakt.
De op het bedieningspaneel vermelde temperatuur zal uitsluitend
met de in het midden van de oven gehandhaafde temperatuur
overeenstemmen als de geselecteerde functies of zijn.
13
NL
Fig. 1A
Fig. 1B
60
80
100
125
150
175
200
225
MAX
0
0
GEBRUIK VAN DE ELEKTRISCHE GRILL
Het gebruik van de grill
De grill moet gebruikt worden met het rooster in de derde stand
van onderen, op ongeveer 12 cm van het oppervlak. U kunt de
hoogte aanpassen aan de persoonlijke smaak en de verschillende
vereisten van het voedsel. Alvorens het voedsel in de oven te
plaatsen moet u hem 5 minuten laten voorverwarmen.
- Steek de kip of het te roosteren gedeelte op het spit L en zet
het stevig en goed uitgebalanceerd vast tussen de twee vorkjes
F, om een onnodige overbelasting van de motortje R (fig. 2)
te vermijden.
- Plaats het spit op support G, na het andere uiteinde ervan in
het gat P van het motortje R te hebben gestoken.
- Zet de druippan met een beetje water erin onder het spit.
- Om het spit te verwijderen moet u andersom te werk gaan een
handschoen van isolerende wol gebruiken .
"LED" KLOK (Fig. 3)
Specificaties
24 Uur klok met automatisch programma en kookwekker.
Functies
Duur kooktijd, einde kooktijd, manuele stand, klok, kookwekker.
Tijden instelbaar tot 23 uur en 59 minuten.
Weergave
Fluorescerende display met 4 cijfers van 7 segmenten voor de
afbeelding van de juiste tijd en de kooktijden.
Duur van de kooktijd of manuele werking = pansymbool
Automatische werking = AUTO
Kookwekker, = kloksymbool
Afhankelijk van de ingestelde functie zal het bijbehorende symbool
oplichten.
Instellen van de juiste tijd
Als u gelijktijdig twee willekeurige toetsen (duur kooktijd, einde kooktijd,
kookwekker) en de toets + of - indrukt kunt u de gewenste tijd instellen.
Deze handeling zal de eventueel eerder ingestelde programma's wissen,
de contacten uitschakelen en het symbool AUTO doen gaan knipperen.
Manueel gebruik
Bij het indrukken van de manuele toets, worden de contacten van het
relais ingeschakeld, gaat het AUTO symbool uit en gaat het pansymbool
branden. De manuele werking is alleen mogelijk op het eind van de
automatische programmering of na het wissen ervan.
Automatische werking
Bij het indrukken van de duur of einde kooktijd toets, wordt de
programmering automatisch overgeschakeld van de manuele naar
de automatische werking.
Halfautomatische werking met duur van de kooktijd
Druk de duur kooktijd toets in en stel de gewenste tijd in met toets
+ of -. Het AUTO symbool zal ononderbroken gaan branden, evenals
dat van de duur van de kooktijd. Het relais wordt onmiddellijk
ingeschakeld. Als het tijdstip van het einde van de kooktijd overe
enstemt met de juiste tijd, worden het relais en het symbool van de
duur van de kooktijd uitgeschakeld, gaat het geluidssignaal af en
begint het AUTO symbool te knipperen.
Halfautomatische werking met einde kooktijd
Druk de einde kooktijd toets in. Op de display zal de juiste tijd worden
weergegeven. Selecteer het gewenste tijdstip voor het einde van de kooktijd
met toets +. De symbolen AUTO en duur kooktijd zullen ononderbroken
gaan branden. De contacten van het relais worden ingeschakeld.
Als het tijdstip van het eind van de kooktijd overeenstemt met de
juiste tijd, worden het relais en het symbool van de duur van de
kooktijd uitgeschakeld. Op het moment dat de tijd is verstreken zal
het AUTO symbool gaan knipperen, gaat het geluidssignaal af en
zullen zowel het duur kooktijd symbool als het relais uitgaan.
Programmering
Voor de programmering moet u de gewenste functietoets ingedrukt
houden en moet u binnen 5 seconden nadat u hem heeft losgelaten,
beginnen met het instellen van de tijd met de toetsen + en -.
Toets + en -
Als u de toetsen + en - indrukt zal de tijd toe- of afnemen met een
snelheid die zal toenemen naarmate u de toets langer ingedrukt houdt.
AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE
CONTROLEVOORZIENINGEN
14
NL
Braadspit
Draai voor de werking van het draaispit aan de knop met het
symbool .
L
F
R
P
G
Fig. 2
Automatische werking met duur en einde kooktijd
Druk de duur kooktijd toets in en selecteer de gewenste duur met
de toets + of -. De symbolen AUTO en duur kooktijd zullen onon
derbroken gaan branden. Het relais wordt ingeschakeld. Druk de
einde kooktijd toets in. Op de display verschijnt het dichtstbijzijnde
tijdstip voor het einde van de kooktijd. Selecteer het gewenste
tijdstip voor het einde van de kooktijd met toets +. Het relais en
het symbool van de duur van de kooktijd worden uitgeschakeld.
Het symbool gaat weer branden als de juiste tijd overeenstemt
met de begintijd van het koken. Na het verstrijken van de kooktijd
zal het AUTO symbool gaan knipperen. Het geluidssignaal gaat
af en zowel het duur kooktijd symbool als het relais zullen uitgaan.
Kookwekker
Druk de kookwekker toets in en selecteer de gewenste kooktijd
met toets + of -. Tijdens de werking van de kookwekker zal het
kloksymbool branden. Na het verstrijken van de ingestelde tijd
gaat het geluidssignaal af en het kloksymbool uit.
Geluidssignaal
Het geluidssignaal gaat af na het verstrijken van een programmering
of de kookwekkerfunctie en heeft een duur van 15 minuten. Om
het eerder te onderbreken, zult u één willekeurige functietoets
moeten indrukken.
Begin programma en controle
Het programma zal circa 4 seconden na de instelling beginnen.
Het ingestelde programma kan op ieder moment worden gecon
troleerd door het indrukken van de bijbehorende knop.
Programmeringsfout
Er zal een programmeringsfout optreden als de op de klok afge
beelde tijd zich tussen het begin en het eind van de kooktijd bevindt.
U kunt de instellingsfout corrigeren door de duur of het einde van
de kooktijd te veranderen. Bij een instellingsfout zijn de relais
uitgeschakeld.
Een programma annuleren
U kunt een programma annuleren door de duur kooktijd toets en
vervolgens toets - in te drukken tot op de display 00 00 verschijnt.
Een ingesteld programma zal na voltooiing automatisch worden
verwijderd.
Kookwekker
Kooktijd
Einde kooktijd
Manueel
Tijd verkorten
Tijd verlengen
Fig. 3
A
U
T
O
A
BC
Sluit, alvorens met het schoonmaken te beginnen, de hoo
fdkraan van de gasleiding en haal de stekker uit het stopcon
tact of onderbreek de netspanning met behulp van de hoofd
schakelaar van het elektriciteitsnet.
Maak de oppervlakken van het toestel niet schoon als ze nog
warm zijn.
GEËMAILLEERDE OPPERVLAKKEN
Maak ze schoon met een met water en zeep bevochtigde spons.
Vetvlekken kunnen gemakkelijk worden verwijderd met warm
water of een specifiek, voor het reinigen van email bestemd middel,
verkrijgbaar in de handel. Vermijd het gebruik van schuurmiddelen.
Laat geen zure of alkalische substanties (citroensap, azijn, zout,
enz.) op het email achter. Roestvrijstalen toestellen moeten met
speciale detergenten voor roestvrijstalen oppervlakken worden
schoongemaakt. Deze detergenten moeten met een zachte doek
worden aangebracht.
ROOSTERS EN BRANDERS
Om de branders van de kookplaat schoon te maken moet u ze uit
hun zetel verwijderen door ze naar boven te trekken en ze ongeveer
tien minuten lang in een oplossing van warm water onder toevoeging
van een niet schurend reinigingsmiddel laten staan. Na het
schoonmaken moet u de branders zorgvuldig afdrogen.
Controleer altijd of geen van de branderopeningen verstopt
is. Wij bevelen aan om deze handeling tenminste éénmaal per
week uit te voeren en iedere keer als dit noodzakelijk mocht blijken.
Zorg ervoor dat u de branders weer op de juiste wijze terugplaatst.
SCHOONMAKEN EN ONDERHOUD
fig. 5B fig. 5C
fig. 5D
.
LET OP
Gebruik bij apparaten met een glazen ovendeur geen ruwe
materialen, schuurmiddelen of metalen schuursponsjes om de
deur schoon te maken, omdat deze krassen op het oppervlak
kunnen veroorzaken en het glas kunnen beschadigen.
Reiniging van het glas aan de binnenkant van de ovendeur.
Verwijderen van het glas aan de binnenkant van de ovendeur:
open de deur (afb. 5B).
Haal met twee handen het glas uit de zijrails, zoals aangegeven
in de afbeeldingen 5C - 5D.
Plaats het glas na de reiniging op de juiste manier terug door de
instructies in omgekeerde volgorde uit te voeren.
15
OVENDEUR
Bij bepaalde modellen kan de ovendeur als volgt worden verwijderd:
Haal met twee handen het glas uit de zijrails, zoals aangegeven
in de afbeeldingen
5B-5C-5D. De scharnieren A zijn hiervoor
uitgerust met mobiele veerbeugels B die, indien vastgehaakt aan
de sectoren van de scharnieren C ze, bij een volledig geopende
deur, blokkeren. Als u dit heeft gedaan kunt u de deur naar buiten
optillen met de twee in de tekening afgebeelde bewegingen. Om
deze handeling uit te voeren moet u de deur aan beide zijden, in
de buurt van de scharnieren, vastpakken . Om de deur weer terug
te plaatsen moet u de scharnieren in de speciale zetels steken.
Alvorens de deur te sluiten moet u niet vergeten om eerst de
mobiele beugels B te verwijderen.
Pas op voor de deurscharnieren; u kunt u er gemakkelijk aan
bezeren.
OVEN
Maak de geëmailleerde delen ervan schoon met een met water
en zeep bevochtigde spons. Vetvlekken kunnen gemakkelijk
worden verwijderd met warm water of een specifiek voor het
reinigen van email bestemd middel, verkrijgbaar in de handel.
Vermijd het gebruik van schuurmiddelen.
NL
VENTILATIE VAN DE RUIMTEN
GASFORNUIZEN
Deze fornuizen zijn niet aangesloten op een systeem voor de
afvoer van de verbrandingsgassen en moeten daarom worden
geònstalleerd en aangesloten in overeenstemming met de geldende
normen. Er moet vooral aandacht worden geschonken aan de
normen m.b.t. de luchtverversing in het vertrek waar het fornuis
wordt geplaatst.
LUCHTVERVERSING IN HET VERTREK
Wij herinneren eraan dat dit apparaat, in overeenstemming met
de geldende normen, uitsluitend mag worden geònstalleerd en
gebruikt in eed goed geventileerd vertrek met openingen in de
muur of met speciale buizen die voortdurend voor voldoende
natuurlijke of aangedreven ventilatie zorgen met zowel de aanvoer
van de verse lucht die nodig is voor de verbranding als de afvoer
van verbrandingsgassen.
Als het gasfornuis het enige gasapparaat is in het vertrek, dan is
er een wasemkap nodig boven het gasfornuis voor de natuurlijke
en rechtstreekse afvoer van de verbrandingsgassen via een
vertikale en rechte afvoerbuis met een lengte die minstens tweemaal
zo groot is als de middellijn en met een doorsnede van minstens
100 cm
2.
Voor de onmisbare aanvoer van verse lucht in het vertrek moet
er eveneens een opening in de muur worden gemaakt van minstens
100 cm
2
(5,16 cm
2
x kW) die het vertrek rechtsreeks in verbinding
stelt met de buitenlucht.
Deze inlaatopening moet dicht bij de vloer liggen, mag niet verstopt
komen te zitten, mag de gasbranders niet storen, de afvoer van
de verbrandingsgassen niet storen en moet minstens 180 cm
lager liggen dan de uitlaatopening.
De luchtstroomcapaciteit voor de verbranding moet tenminste
2m
3
/h/uur per kW bedragen (zie het dentificatieplaatje voor het
totale vermogen).
GASAANSLUITING
OK NO
Als het gasfornuis met andere gasapparaten in hetzelfde vertrek
staat, of als het nietmogelijk is om te zorgen voor een rechtstreekse
natuurlijke ventilatie en het dus nodig is om te voorzien in een
indirekte natuurlijke ventilatie of in een aangedreven ventilatie,
dan moet men zich wenden tot een bevoegde vakman voor de
installatie van een ventilatiesysteem dat voldoet aan de geldende
normen. De plaats voor de in- en uitlaatopeningen moet zo worden
gekozen dat er geen hinderlijke tocht ontstaat.
AANWIJZINGEN BESTEMD VOOR DE
INSTALLATEUR
Het fornuis is uitgerust met 4 voetjes waarmee het in de hoogte
met de meubels kan worden uitgelijnd (zie fig. 8).
Fig. 8
min. 180 cm.
min. 100cm
2
.
min. 180 cm.
BUITENAFMETINGEN
WAARSCHUWINGEN
Vóór elke reparatie of ingreep moet u
de stekker uit het
stopcontact halen en de gaskraan sluiten.
De erkende monteur is verantwoordelijk voor de correcte instal
latie in overeenstemming met de geldende veiligheidsnormen.
Het toestel moet volgens de wet worden geaard.
De fabrikant onthoudt zich van iedere aansprakelijkheid voor
schade aan personen, dieren of zaken als gevolg van het niet
nakomen van de bovengenoemde normen. De technische speci
ficaties staan vermeld op het typeplaatje
van het toestel
(fig. A )
.
De toegepaste regelingen staan weergegeven op een op de
verpakking aangebrachte sticker. Gebruik de handgreep van de
ovenhendel niet om de oven mee te verplaatsen, of mee uit de
verpakking te halen.
Het toestel behoort tot klasse 1 of klasse 2 sub-klasse 1.
BELANGRIJK: De bekleding van het meubel moet uit warmtebe
stendig materiaal bestaan (minimaal 90°C).
Als het toestel in de nabijheid van meubels moet worden
geïnstalleerd moet u de minimale ruimten aanhouden, zoals
afgebeeld in de onderstaande tekening.
LET OP
Het fornuis mag niet op een voetstuk worden gezet
min.100 mm
min. 50 mm
min. 650 mm
min. 400 mm
"0" mm "0" mm
min. 50 mm
16
NL
X = reg. (h 115 / 165)
895
1355
600
X
755
815
*
elektroventilator
min. 100cm
2
.min. 100cm
2
. min. 100cm
2
.
Z
REGELINGEN GAS
GASAANSLUITINGEN
Fig. 11 Fig. 12
Indien het toestel afgesteld blijkt te zijn voor een ander type dan
het beschikbare type gas, moet u de inspuiters vervangen, de
minimumcapaciteit regelen en de slangtuit vervangen.
Voor het vervangen van de inspuiters van de kookplaat moet u
als volgt te werk gaan: verwijder de roosters; verwijder de branders,
de vlamverdelers (zie fig. 10A); verwissel de inspuiter (zie figuur
10B) met een voor het nieuwe type gas geschikt model (zie tab.
D). Monteer alles weer andersom terug waarbij u ervoor moet
opletten dat u de vlamverdeler weer correct op de brander plaatst.
MINIMUMCAPACITEIT KRAANTJES KOOKPLAAT
Voor de regeling van de minimumcapaciteit moet u als volgt te
werk gaan:
- Ontsteek de brander en draai de knop in de minimumstand ;
verwijder de knop van de kraan. Steek een kleine
schroevendraaier in de staaf van het kraantje (fig. 11).
Let op: bij de kraantjes met klep vindt u de regelschroef "Z" voor het
minimum aan de buitenkant van de staaf van het kraantje (fig. 12).
Draai de regelschroef linksom om de capaciteit te vergroten, of
rechtsom om de capaciteit te verkleinen. Bij een correcte regeling
zal de vlam ongeveer 3 à 4 cm hoog zijn.
Bij butaan/propaan moet de regelschroef volledig worden vastge
draaid.
Verzeker u ervan dat de vlam niet uitgaat als u het kraantje
plotseling van de maximumstand , naar de minimumstand
draait en andersom.
Plaats de knop weer terug.
TAB. D
Cat. II 2E+3+
Hs - 15°C - 1013,13mbar
ALGEMENE TABEL INJECTIESI
Type gas mbar
Inspuiter Brander Verm. kW Verbruik
Nr type max. min. max. min.
128 Sterk 3,00 0,75 286 l/h 72 l/h luc.
G 20 / G 25 20/25 101 Normal 1,75 0,48 167 l/h 46 l/h luc.
77 Sudder 1,00 0,33 95 l/h 31 l/h luc.
141 Wok 3,80 1,50 363 l/h 143 l/h luc.
G 30 28/30 87 Sterk 3,00 0,75 219 g/h 55 g/h 42
66 Normal 1,75 0,48 128 g/h 35 g/h 31
50 Sudder 1,00 0,33 73 g/h 24 g/h 27
G 31 37 96 Wok 3,80 1,50 277 g/h 109 g/h 65
By pass
Fig. 10A Fig. 10B
SLANGTUIT SLUITDOP
Sommige modellen fornuizen kunnen worden aangepast voor een
de gasaansluiting links of rechts. Om de gasinlaat te verplaatsen
hoeft u slechts de sluitdop en de slangtuit te verwisselen. Als u
hiermee klaar bent moet u controleren of er geen gaslekken zijn.
Het wordt aanbevolen om te controleren of het gas is afgesteld op
het beschikbare type gas. De aansluiting op het gasnet moet worden
uitgevoerd volgens de regelen der kunst en in overeenstemming
met de geldende normen die de plaatsing van een veiligheidskraan
op het uiteinde van de netleiding voorschrijven. Bij gebruik van
butaan en propaan kan een drukregelaar, overeenkomstig de
normen, deze functie overnemen. De sluitpakkingen moeten
overeenstemmen met de normen.
Na voltooiing van de werkzaamheden voor het aansluiten van het gas
moet u de dichting van de verbindingen met water en zeep controleren.
Het uiteinde van de aansluitpijp heeft een schroefdraad.
De mogelijke aansluitingen zijn:
- met behulp van een stijve ijzeren of koperen buis
- met behulp van een flexibele buis van roestvrij staal met ononderbroken
wand en mechanische aansluiting in overeenstemming met de normen
De buis moet rechtstreeks op het kniestuk van het inlaatstuk
(zie fig. 9) worden aangesloten.
Fig. 9
17
NL
C =
Inspuiter
Wok
1/2
C
C
ELEKTRISCHE AANSLUITING
2
1
3
4
5
L
N
A
Type toestel Enkelfasige voeding 230 V~
Type kabel Doorsnede
Gaskookplaat met elektrische oven Rubber H05 RR-F of 3 x 1,5 mm
2
Rubber H05 RN-F
De aansluiting van het toestel op het elektriciteitsnet moet worden
uitgevoerd door gespecialiseerd personeel dat op de hoogte is
van de geldende veiligheidsnormen.
Het toestel moet volgens de wet worden geaard. Alvorens de
elektrische aansluiting tot stand te brengen moet u de
efficiëntie van de aarding controleren.
Controleer of de afslagschakelaar en de elektrische installatie
thuis geschikt zijn voor de belasting van het toestel.
Indien een vast apparaat niet uitgerust is met een voedingskabel
en stekker, dient de voedingsbron voorzien te worden van een
stroomverbreker waarin de afstand tussen de contacten volledige
uitschakeling mogelijk maakt in overeenstemming met overspan
ningscategorie III, zoals vereist is in de installatievoorschriften.
De geel/groende aardgeleider mag niet door de schakelaar
worden onderbroken.
Belangrijk: de geleiders van de kabel hebben de volgende kleuren:
- geel/groen = voor de aarding " " (E)
- blauw = voor neutraal "N"
- bruin = voor de fase "L"
- De elektrische kabel mag niet in aanraking komen met delen met
temperaturen van meer dan 50°C boven de omgevingstemperatuur.
- Bij gebruik van een stekker voor de aansluiting, moeten de op
de voedingskabel te monteren stekker en het stopcontact waarin
die zal worden gestoken van hetzelfde type zijn (in overeenstem
ming met de normen).
Soorten voedingskabel
VERVANGING VAN DE KABEL
Bij beschadiging van de kabel moet u hem als volgt vervangen:
- open de aansluitdoos zoals afgebeeld in de onderstaande
figuur;
- draai schroef "A" die de kabel blokkeert, los;
- vervang de kabel met een andere, even lange, kabel en ove
reenkomstig de in de tabel beschreven karakteristieken;
- de "geel/groene" aardgeleider moet op klem " " worden
aangesloten en circa 10 mm langer zijn dan de stroomgeleiders;
- de neutrale "blauwe" geleider moet op de klem met de letter
"N" worden aangesloten;
- de stroomgeleider moet worden aangesloten op de klem met
de letter "L".
18
NL
ONDERHOUD VAN HET TOESTEL
A
19
NL
Fig. 14
Fig. 13
15
7
D
V
Maak de kegel en diens behuizing schoon met een met een
oplosmiddel bevochtigde doek. Vet de kegel in met het speciale
vet, plaats hem weer terug in zijn behuizing en draai hem een
paar keer. Verwijder de kegel weer en veeg al het overtollige vet
weg, waarbij u ervoor moet zorgen dat de gaspassages niet
worden verstopt door restjes vet. Monteer alles weer zorgvuldig
in omgekeerde volgorde terug.
Na voltooiing moet u de dichting van de verbindingen controleren
met water en zeep.
VERVANGING VAN DE KRAANTJES
Open de kookplaat en verwijder ook het bedieningspaneel zoals
beschreven in de vorige paragraaf. Draai moer D van het pijpje
dat het gas naar de brander voert, los. Draai schroef V waarmee
het kraantje op de flens is bevestigd, los, en verwijder deze laatste
(zie figuur).
Opmerking: Bij iedere vervanging van een kraantje moet u ook de
sluitpakking van het kraantje vervangen.
Na voltooiing moet u met water en zeep de dichting van de
verbindingen controleren.
WAARSCHUWINGEN
Vóór elke reparatie of ingreep moet u
de stekker uit het
stopcontact halen en de gaskraan sluiten.
De fabrikant onthoudt zich van iedere aansprakelijkheid voor
schade aan personen, dieren of zaken als gevolg van het niet
nakomen van de bovengenoemde normen.
De gebruikte ovenlamp is van een speciaal type dat bestendig
is tegen hoge temperaturen. Om hem te vervangen moet u als
volgt te werk gaan: demonteer het beschermende glas (A) en
vervang de verbrande lamp met een vergelijkbaar type en plaats
vervolgens het glas weer terug.
DEMONTAGE VAN DE KOOKPLAAT
Indien u vanwege reparaties of vervangingen bij de componenten
in het toestel moet komen, moet u:
de roosters verwijderen, de branders en vlamverdelers verwijderen
(zie fig. 13), de, aan de bovenkant van de kookplaat zichtbare schroeven
"V" losdraaien (zie fig. 14). De kookplaat demonteren door de 4
schroeven "A" aan de achterkrant los te draaien (zie fig. 15). Vervolgens
kunt de kookplaat optillen en bij de componenten aan de binnenkant
komen.
- Als u ook het bedieningspaneel wilt verwijderen hoeft u alleen
maar de 4 schroeven B aan de binnenkant, waarmee het paneel
aan de voorkant van de oven is bevestigd, los te draaien (Fig.16).
INVETTEN VAN DE KRAANTJES
Als een kraantje zwaar begint te draaien moet u hem invetten met
een speciaal, tegen hoge temperaturen bestand vet. Hiertoe moet
u als volgt te werk gaan:
Open de kookplaat en verwijder ook het bedieningspaneel zoals
beschreven in de vorige paragraaf.
Draai de twee bevestigingsschroeven van het lichaam van het
kraantje los (zie figuur) en trek de kegel er uit.
E 14
25 W - 230 V~
T300°C
A
Fig. 16
B
Fig. 15
1/28