44
NL
8. Reiniging, onderhoud en bestellen
van wisselstukken
Zet voor begin van onderhoudswerkzaamheden
steeds de motor van het toestel af en trek de
bougiestekker eraf.
8.1 Vervangen van draadspoel/snijdraad
1. De draadspoel (13) demonteren zoals
beschreven in hoofdstuk 6.1.6. De spoel
samendrukken (fig. 12a) en één helft van de
behuizing wegnemen (fig. 12b).
2. Spoelcilinder (K) uit de behuizing van de
draadspoel verwijderen (fig. 12c).
3. Verwijder de eventueel nog aanwezig zijnde
snijdraad.
4. De 2 snijdraden telkens tot een haak vormen en
vasthaken in het oog voorzien in de spoelcilinder
zoals getoond in fig. 12d. De 2 draden moeten
met 180° verplaatst worden vastgehaakt.
5. Draad onder spanning tegen de richting van de
wijzers van de klok in opwinden. De
draadverdeelplaat scheidt daarbij de beide
helften van de nylondraad. (Fig. 12e).
6. De laatste 15 cm van de beide draadeinden in de
tegenoverliggende draadhouders van de
spoelcilinder vasthaken. (Fig. 12f).
7. De beide draadeinden doorheen de metalen
ogen in de behuizing van de draadspoel leiden
(fig. 12c).
8. Spoelcilinder de behuizing van de draadspoel in
drukken.
9. Trek flink met een ruk aan de beide draadeinden
om die uit de draadhouders van de draadspoel
los te maken.
10. Overtollige draad op ca. 13 cm inkorten.
Daardoor zal de motor bij het starten en
opwarmen minder zwaar worden belast.
11. Draadspoel hermonteren (zie punt 6.1.6). Als de
complete draadspoel wordt vernieuwd slaat u de
punten 3 tot 6 over.
8.2 Onderhoud van de luchtfilter
Door verontreinigde luchtfilters gaat het
motorvermogen achteruit omdat te weinig lucht naar
de carburator wordt toegevoerd. Regelmatige
controle is dan ook absoluut noodzakelijk. De
luchtfilter (35) dient om de 25 bedrijfsuren te worden
gecontroleerd en, indien nodig, schoongemaakt. Bij
zeer stoffige lucht dient de luchtfilter vaker te worden
gecontroleerd.
1. Verwijder het luchtfilterdeksel (fig. 10a).
2. Verwijder de luchtfilter (fig. 10b/10c).
3. Maak de luchtfilter door uitkloppen of uitblazen
schoon.
4. De assemblage gebeurt in omgekeerde volgorde.
Let op: Luchtfilter nooit met benzine of brandbare
oplosmiddelen schoonmaken.
8.3 Onderhoud van de bougie
Vonkafstand van de bougie = 0,6 mm. Haal de bougie
met 12 tot 15 Nm aan. Controleer de bougie voor het
eerst na 10 bedrijfsuren op vervuiling en reinig haar,
indien nodig, m.b.v. een koperen draadborstel.
Daarna de bougie om de 50 bedrijfsuren
onderhouden.
1. Demonteer de beschermkap (fig. 11a, pos. 21)
m.b.v. een schroevendraaier.
2. Trek er de bougiestekker (fig. 11b) af.
3. Verwijder de bougie (fig. 11b) m.b.v. de
bijgaande bougiesleutel (27).
4. De assemblage gebeurt in omgekeerde volgorde.
8.4 Slijpen van het mes van de beschermkap
Het mes van de beschermkap kan mettertijd bot
worden. Mocht u dit vaststellen, draait u de 2
schroeven los waarmee het mes van de
beschermkap op de beschermkap is vastgemaakt.
Zet het mes in een bankschroef vast. Slijp het mes
met een platte vijl en let er goed op dat u de hoek van
de snijkant niet verandert. Vijl enkel in één richting.
8.5 Carburator afstellingen
LET OP! Afstellingen van de carburator mogen
slechts door de geautoriseerde klantenservice
worden uitgevoerd.
Voor alle werkzaamheden op de carburator dient
eerst de luchtfilterafdekking te worden gedemonteerd
zoals getoond in fig. 10a en 10c.
Afstellen van de gastrekkabel:
Mocht het maximumtoerental van het toestel
mettertijd niet meer worden behaalt en alle andere
oorzaken volgens hoofdstuk 11 ”verhelpen van
fouten” uitgesloten zijn, kan het nodig zijn de
gastrekkabel bij te regelen.
Controleer daarvoor eerst of de carburator bij volledig
doorgedrukte gashendel helemaal opengaat. Dit is
het geval als de carburatorschuif (fig. 13a) bij vol gas
volledig geopend is.
Fig. 13a toont de correcte afstelling. Mocht de
carburatorschuif niet helemaal geopend zijn moet er
een bijregeling gebeuren.
Om de gastrekkabel bij te regelen zijn volgende
stappen vereist:
Draai de contramoer (fig. 13b, pos. C) met enkele
slagen los.
Draai er de afstelschroef (fig. 13b, pos. D) uit tot
de schuif van de carburator bij volledig ingedrukte
gashendel, zoals in fig. 13a getoond, helemaal
open staat.