Installatie
133
NL
Aansluiting op LPG
Gebruik een drukregelaar, en realiseer de
aansluiting op de gasfles volgens de
voorschriften die bepaald worden door de
geldende normen.
De toevoerdruk moet de waarden
respecteren die worden aangeduid in de
tabel “Type van gas en toebehorende
landen”.
Ventilatie van de vertrekken
Het apparaat mag enkel in permanent
geventileerde ruimten worden
geïnstalleerd, zoals voorzien wordt door
de toepasselijke normen. In de ruimte waar
het apparaat geïnstalleerd is, moet
voldoende luchttoevoer aanwezig zijn die
nodig is voor de regelmatige
gasverbranding en de luchtverversing van
de ruimte zelf. De luchtinlaatopeningen, die
beschermd worden door roosters, moeten
afmetingen hebben in overeenstemming
met de van kracht zijnde normen en moeten
zodanig geplaatst zijn dat ze niet, ook niet
gedeeltelijk, geblokkeerd zijn.
De ruimte moet goed geventileerd worden
zodat de hitte en de vochtigheid, die door
de bereidingen geproduceerd worden,
geëlimineerd kunnen worden: vooral nadat
het apparaat lang niet gebruikt is, wordt
aanbevolen om een venster te openen of
om de snelheid van eventuele ventilatoren
te verhogen.
Afvoer van de verbrandingsproducten
De afvoer van de verbrandingsproducten
kan verzekerd worden door middel van
afzuigkappen, die aangesloten zijn op een
rookkanaal met een efficiënte natuurlijke
trek of met een geforceerde afzuiging. Een
efficiënt afzuigsysteem moet zorgvuldig
ontworpen worden door een daarvoor
bevoegde specialist, in overeenstemming
met de in de normen aangegeven posities
en afstanden.
Na de handeling moet de installateur een
conformiteitscertificaat afgeven.
Dit apparaat is niet aangesloten op
een apparaat voor afvoer van de
verbrandingsproducten. Het moet
geïnstalleerd en aangesloten
worden in overeenstemming met de
geldende installatievoorschriften. Er
moet speciale aandacht worden
besteed aan de ventilatie-eisen.