Dell Inspiron 1501 de handleiding

Type
de handleiding
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Opmerkingen, kennisgevingen en waarschuwingen
Afkortingen en acroniemen
Zie voor een volledige lijst van afkortingen en acroniemen de Verklarende woordenlijst.
AlsueenDell™computeruitden-serie hebt aangeschaft, zijn de verwijzingen naar de Microsoft
®
Windows
®
-besturingssystemen in dit document niet van
toepassing.
De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
©20052007DellInc.Allerechtenvoorbehouden.
Reproductie in welke vorm dan ook zonder de schriftelijke toestemming van Dell Inc. is strikt verboden.
Merken in dit document: Dell, het DELL-logo, Inspiron, Dell Precision, Dimension, DellNet, OptiPlex, Latitude, PowerEdge, PowerConnect, PowerVault, PowerApp, XPS, YOURS IS HERE, en
Strike Zone zijn handelsmerken van Dell Inc.; Microsoft, Outlook en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation; Bluetooth is een gedeponeerd
handelsmerk en vormt het eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en wordt door Dell gebruikt op basis van een licentieovereenkomst; IBM is een gedeponeerd handelsmerk van IBM
Corporation; EMC is een gedeponeerd handelsmerk van EMC Corporation; ENERGY STAR is een gedeponeerd handelsmerk van het U.S. Environmental Protection Agency.
Andere merken en handelsnamen die mogelijk in dit document worden gebruikt, dienen ter aanduiding van de rechthebbenden met betrekking tot de merken en namen of ter
aanduiding van hun producten. Dell Inc. claimt op geen enkele wijze enig eigendomsrecht ten aanzien van andere merken of handelsnamen dan haar eigen merken en
handelsnamen.
Model PP23LA
December2007P/NJP515Rev.A04
Over de computer
De computer instellen
De monitor gebruiken
Het toetsenbord en de touchpad gebruiken
Batterijen gebruiken
Multimedia gebruiken
Kaarten gebruiken
Een netwerk instellen
De computer beveiligen
Problemen oplossen
Onderdelen toevoegen en vervangen
Dell™QuickSet-functies
Reizen met uw computer
Contact opnemen met Dell
Specificaties
Bijlage
Verklarende woordenlijst
OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van de computer.
KENNISGEVING: Een KENNISGEVING duidt mogelijke beschadiging van de hardware of gegevensverlies aan en geeft aan hoe u dergelijke problemen
kunt voorkomen.
LET OP: Een WAARSCHUWING duidt het risico aan van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden.
Terug naar inhoudspagina
Over de computer
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
De configuratie van uw computer bepalen
Vooraanzicht
Linkerzijaanzicht
Rechterzijaanzicht
Achteraanzicht
Onderaanzicht
De configuratie van uw computer bepalen
Uw computer heeft op basis van keuzes die u tijdens de aankoop van de computer hebt gemaakt, een uit verscheidene verschillende configuraties voor de
videocontroller. U bepaalt als volgt de videocontrollerconfiguratie voor uw computer:
1. Open Microsoft®Windows®Help en ondersteuning. Voor instructies, zie Windows Help en ondersteuning.
2. Onder Kies een taak klikt u op Gebruik Hulpprogramma's als u gegevens over deze computer wilt weergeven en problemen wilt onderzoeken.
3. Selecteer Hardware onder Gegevens over deze computer.
In het venster Gegevens over deze computer - Hardwarekuntuhettypevideocontrollerziendatinuwcomputerisgeïnstalleerd,evenalsdeandere
hardwarecomponenten.
Vooraanzicht
schermontgrendeling Druk hierop om de beeldschermvergrendeling lost te maken en het beeldscherm te openen.
1
2
schermvergrendelingen
(2)
3
beeldscherm
4
5
apparaatstatuslampjes
6
touchpad
7
8
knoppen voor touchpad
9
toetsenbord
10
beeldschermvergrendelingen Het beeldscherm gesloten houden.
beeldscherm Zie De monitor gebruiken voor meer informatie over uw beeldscherm.
aan/uit-knop Druk op de aan/uit-knop om de computer uit te zetten of een energiebeheermodus te activeren of deactiveren. Zie Energiebeheermodi.
apparaatstatuslichtjes
Als de computer is aangesloten op een stopcontact, werkt het lampje als volgt:
l Ononderbroken groen: De batterij wordt opgeladen.
l Knipperend groen: De batterij is bijna volledig opgeladen.
Als de computer door een batterij wordt gevoed, zal het lampje als volgt werken:
l Uit: De batterij is voldoende opgeladen (of de computer staat uit).
l Knipperend oranje: De batterij begint leeg te raken.
l Ononderbroken oranje: De batterij is vrijwel geheel leeg.
touchpad Biedt dezelfde functionaliteit als een muis. Het randje op de touchpad geeft aan dat u kunt schuiven (scrollen).
Gaat aan wanneer u de computer aanzet en knippert wanneer de computer in een
energiebeheermodus staat.
Gaat branden als de computer gegevens leest of wegschrijft.
KENNISGEVING: Als u gegevensverlies wilt voorkomen, mag u nooit de
computer uitzetten wanneer het lampje knippert.
Gaat aan en brandt ononderbroken/knippert om de status van de batterij-inhoud aan
te geven.
speakers Als u het volume van de ingebouwde speakers wilt aanpassen, drukt u op de mediaknoppen of op de sneltoetsen voor speakervolume op het
toetsenbord. Zie Speakerfuncties voor meer informatie.
touchpad-knoppen De knoppen van een touchpad bieden dezelfde functionaliteit als muisknoppen.
toetsenbord Het toetsenbord bevat een numeriek toetsenbord en een toets met het logo van Microsoft Windows. Voor informatie over ondersteunde
sneltoetsen kunt u Toetsencombinaties raadplegen.
statuslampjes toetsenbord en draadloze verbinding
De groene lampjes bovenin het toetsenbord geven het volgende aan:
Linkerzijaanzicht
Gaat branden als het numeriek toetsenbord is geactiveerd.
Gaat branden als de hoofdletterfunctie is geactiveerd.
Gaat branden als de scroll lock-functie is geactiveerd.
Gaat aan wanneer draadloze netwerkfunctionaliteit is ingeschakeld. Druk op <Fn><F2>
als u de draadloze netwerkfunctionaliteit wilt in- of uitschakelen.
1
ventilatieopeningen
2
sleuf voor
beveiligingskabel
3
compartiment voor
optisch station
4
ontgrendelknop voor lade van
optisch station
LET OP: Blokkeer de luchtopeningen niet, duw er geen voorwerpen in en zorg dat er zich geen stof in ophoopt. Plaats de computer niet in een
omgeving waar weinig lucht beschikbaar is, zoals een gesloten koffer, als de computer is ingeschakeld. Als u dat toch doet, loopt u het risico van
brand of beschadiging van de computer.
luchtopeningen De computer maakt gebruik van ventilators om een luchtstroom door de ventilatieopeningen te genereren om oververhitting te voorkomen.
sleuf voor beveiligingskabel Hiermee kunt u een antidiefstalvoorziening op de computer aansluiten. Zie de instructies die met het apparaat werden
meegeleverdvoormeerinformatie.
compartiment optisch station U kunt apparaten zoals een dvd-station of een ander optisch station in het compartiment voor optische stations installeren.
Zie optisch station voor meer informatie.
uitwerpknop lade optisch station Druk op deze knop als u een cd of dvd wilt uitwerpen uit het optische station.
Rechterzijaanzicht
vaste schijf Slaat software en gegevens op. Zie Vaste schijf en Problemen met de vaste schijf voor meer informatie.
ExpressCard-sleuf OndersteuntéénExpressCard.Decomputerwordtverzondenmeteenplasticdummy-kaart in de sleuf. U kunt een ExpressCard
toevoegen om WWAN-connectiviteit beschikbaar te maken op uw computer. Zie Kaarten gebruiken voor meer informatie.
3-in-1 mediageheugenkaart-leesapparaat Dit biedt een snelle en makkelijke manier voor het weergeven en delen van digitale foto's, muziek en video's
die op een mediageheugenkaart zijn opgeslagen. De 3-in-1 mediageheugenkaartlezer is in staat om Secure Digital (SD) -kaarten, SDIO-kaarten en digitale
multimediakaarten te lezen:
audioingangen
KENNISGEVING: Voordat u een antidiefstalvoorziening aanschaft, moet u controleren of deze werkt in combinatie met de sleuf voor de
beveiligingskabel.
1
vaste schijf
2
ExpressCard-sleuf
3
3-in-1 mediageheugenkaart-leesapparaat
4
audioingangen (2)
5
USB-ingangen (2)
USB-ingangen
Achteraanzicht
ingang voor netadapter Hiermee sluit u een netadapter aan op de computer. De netadapter zet wisselstroom om naar de gelijkstroom die voor de
computernodigis.Ukuntdenetadapteraansluitenterwijluwcomputeraanofuitstaat.
netwerkingang (RJ-45)
Sluit een koptelefoon of speakers aan op de -ingang.
Sluit een microfoon aan op de -ingang.
Hierop kunnen USB-apparaten zoals een muis, toetsenbord of printer worden
aangesloten. U kunt ook het optionele diskettestation rechtstreeks op een USB-
aansluiting aansluiten met de optionele diskettestationkabel.
1
ingang voor netadapter
2
netwerkingang (RJ-45)
3
modemingang (RJ-11)
4
USB-ingangen (2)
5
video-ingang
LET OP: De netadapter werkt op elektrische stopcontacten overal ter wereld. Stroomconnectoren en stroomkabels verschillen echter van land tot
land. Het gebruik van een incompatibele kabel of het onjuist aansluiten van de kabel op de bedrading van de computer of op het stopcontact kan
brand of schade aan de apparatuur veroorzaken.
KENNISGEVING: Wanneer u de netadapterkabel van de computer loskoppelt, dient u de aansluiting vast te pakken (niet de kabel zelf). Trek met vaste
grip en zonder worstelingen om schade aan de kabel te voorkomen.
Sluit de computer op een netwerk aan. De groene en gele lampjes naast de
aansluiting geven activiteit aan voor draadloze netwerkverbindingen.
modemingang (RJ-11)
USB-ingangen
videoingang
Onderaanzicht
controle batterijlading Geeft informatie over de ladingsstatus van de batterij. Zie De lading van de batterij controleren.
Ziedeonlinedocumentatievoordenetwerkadapterdiebijuwcomputeris
geleverd.
Als u de interne modem wilt gebruiken, moet u de telefoonlijn aansluiten op de
modemaansluiting.
Zie de on line modemhandleiding die bij uw computer is geleverd voor meer
informatie over het gebruik van de modem.
KENNISGEVING: De netwerkingang is iets groter dan de modemingang. Sluit geen telefoonlijn aan op de netwerkaansluiting, hierdoor voorkomt u
schade aan de computer.
Hierop kunnen USB-apparaten zoals een muis, toetsenbord of printer worden
aangesloten. U kunt ook het optionele diskettestation rechtstreeks op een USB-
aansluiting aansluiten met de optionele diskettestationkabel.
Hiermee sluit u een externe VGA-monitor aan.
1
batterijladingmeter
2
bevestigingsschroef voor optisch
station
3
ontgrendeling batterijhouder
4
batterij
5
vaste schijf
6
kap voor modem-
/geheugenmodule
7
ventilator
bevestigingsschroef voor optisch station Hiermee zet u het optisch station vast in het stationscompartiment. Zie optisch station voor meer informatie.
ontgrendeling batterijcompartiment Hiermee maakt u de batterij los uit het batterijcompartiment. Zie De batterij vervangen.
batterij Wanneereenbatterijisgeïnstalleerd,kuntudecomputerookgebruikenalsdecomputernietopeenstopcontactisaangesloten.ZieBatterijen
gebruiken voor meer informatie.
vaste schijf Slaat software en gegevens op. Zie Vaste schijf en Problemen met de vaste schijf voor meer informatie.
dekplaat modem/geheugenmodule Hiermee wordt het compartiment bedekt dat de modem en de geheugenmodules bevat. Zie Modem en Geheugen voor
meer informatie.
ventilator De computer maakt gebruik van een ventilator om een luchtstroom door de ventilatieopeningen te genereren om oververhitting te voorkomen.
Terug naar inhoudspagina
Terug naar inhoudspagina
Bijlage
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Het systeem-setup-programma gebruiken
De computer reinigen
BeleidtechnischeondersteuningDell(V.S.)
FCC-kennisgeving (alleen V.S.)
Productkennisgeving Macrovision
Het systeem-setup-programma gebruiken
De vensters van het systeemsetupprogramma geven informatie over de huidige setup-informatieencomputerinstellingenweer,zoals:
l Systeemconfiguratie
l Basisconfiguratieinstellingen voor apparaten
l Opstartconfiguratie
Systeemsetup openen
1. Start of herstart de computer.
2. WanneerhetblauweDELL™-logo wordt weergegeven, moet u wachten tot de F2-prompt wordt weergegeven.
3. Zodra deze F2-prompt wordt weergegeven, drukt u onmiddellijk op <F2>.
4. Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem wordt weergegeven, moet u blijven wachten tot het bureaublad van Microsoft®Windows®
wordt weergegeven. Sluit dan de computer af (zie De computer uitzetten) en probeer het opnieuw.
System Setup Screen
In het systeemsetupscherm worden huidige of veranderbare configuratiegegevens weergegeven voor uw computer. De gegevens in het scherm zijn in vier
gebieden verdeeld: het menu boven aan het scherm, het hoofdvenster, het veld Item Help aan de rechterkant en toetsenbordfuncties die onder aan het
scherm worden vermeld.
Vaak gebruikte opties
Voordat de instellingen voor bepaalde opties van kracht worden, moet u eerst de computer opnieuw starten.
OPMERKING: Het besturingssysteem is in staat om automatisch de meeste opties te configureren die in het systeem-setup-programma beschikbaar
zijn. De opties die u hebt ingesteld met behulp van het systeem-setup-programma zullen daardoor worden overschreven. (Een uitzondering is de optie
External Hot Key (Externe sneltoets), die u alleen met behulp van het systeem-setup-programma kunt activeren of deactiveren.) Zie Windows Help en
ondersteuning voor meer informatie over het configureren van functies voor uw besturingssysteem. Zie Windows Help en ondersteuning voor informatie
over het openen van Help en ondersteuning.
KENNISGEVING: Als u geen expert bent in het gebruik van computers of geen instructies hiertoe hebt van de technische ondersteuning van Dell, kunt
u de instellingen voor het systeemsetupprogramma beter niet wijzigen. Bepaalde wijzigingen kunnen ertoe leiden dat uw computer niet meer op juiste
wijze werkt.
OPMERKING: De F2-promptgeeftaandathettoetsenbordisgeïnitialiseerd.Dezepromptkanzeersnelverschijnen,dushoudhetbeeldscherm
goed in de gaten tot deze wordt weergegeven en druk dan op <F2>. Als u op <F2> drukt voordat u hierom gevraagd wordt, gaat deze
toetsaanslag verloren.
Menubalk Indemenubalkvindtudehoofdcategorieënvoordeinstellingendiebeschikbaarzijnindesysteemsetup.Gebruikdetoetsenpijl-links en pijl-
rechts om van het ene menu naar het andere te gaan.
Options List (optielijst) Dit veld wordt weergegeven aan de linkerkant van de systeemsetup. Het veld is een
schuifbarelijstmetfunctiesdiedeconfiguratievanuwcomputerdefiniëren.
U schuift omhoog en omlaag in de lijst met de toetsen pijl-omhoog en pijl-omlaag. Als een optie is gemarkeerd,
wordt in het venster Item Specific Help (itemspecifieke Help) meer informatie weergegeven over die optie en die
huidige en beschikbare instellingen voor de optie. Als de optie configureerbaar is, kunt u op <Enter> drukken om
de opties voor die instelling weer te geven of te wijzigen.
Item Specific Help Dit veld bevat
informatie over elke optie en de toetsen
die u moet gebruiken als u instellingen
wilt wijzigen.
Key Functions (functietoetsen) Dit veld verschijnt onder Option Field (optieveld) en bevat toetsen en hun functies binnen het actieve veld van de
systeemsetup.
De opstartvolgorde wijzigen
De opstartvolgorde vertelt de computer waar deze moet zoeken naar de software die nodig is om het besturingssysteem te starten. U kunt de opstartvolgorde
bepalen en apparaten in- of uitschakelen met de pagina Boot Order (opstartvolgorde) van het systeemsetupprogramma.
Op de pagina Boot Order (opstartvolgorde) wordt een algemene lijst weergegeven met daarin de opstartapparaten die op de computer kunnen worden
geïnstalleerd,inclusiefmaarnietbeperkttothetvolgende:
l Diskette Drive (diskettestation)
l Internal HDD (interne HDD)
l USB Storage Device (USB-opslagapparaat)
l CD/DVD/CD-RW (Cd-/dvd-/cd-rw-station)
l Modular Bay HDD (Vaste schijf in modulecompartiment)
Tijdens de opstartroutine zal de computer beginnen met de items die bovenaan in de lijst worden vermeld en vervolgens elk geactiveerd apparaat scannen op
de opstartbestanden die nodig zijn voor het besturingssysteem. Wanneer de computer de bestanden aantreft, zal deze stoppen met zoeken en het
besturingssysteem laden.
U controleert de opstartapparaten door een apparaat te selecteren (markeren) door op de pijl-omhoogtoets of pijl-omlaagtoets te drukken en vervolgens het
apparaat te activeren of deactiveren of het naar beneden of naar boven te verplaatsen in de lijst.
l U activeert of deactiveert een apparaat door het item te selecteren en op de spatiebalk te drukken. Ingeschakelde items worden voorafgegaan door
een nummer. Uitgeschakelde items worden niet voorafgegaan door een nummer.
l Als u de volgorde van een apparaat in de lijst wilt wijzigen, selecteert u het apparaat en drukt u op <u> om het apparaat hoger in de lijst te zetten of
<d> om het apparaat lager in de lijst te plaatsen.
De wijzigingen van de opstartvolgorde gaan van kracht wanneer u de wijzigingen opslaat en het systeem-setup-programma afsluit.
Een eenmalige opstartprocedure uitvoeren
Het is mogelijk om een eenmalige opstartprocedure in te stellen zonder het systeem-setup-programma te gebruiken. (U kunt ook gebruik maken van deze
procedure om met Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) op te starten vanaf de diagnostische partitie op de vaste schijf.)
1. Sluit de computer af via het menu Start.
2. Steek de stekker van de computer in het stopcontact.
3. Zet de computer aan. Zodra het DELL-logo verschijnt, drukt u meteen op <F2>. Als u te lang wacht en het logo van Windows verschijnt, moet u wachten
totdat u het bureaublad van Windows ziet. Sluit de computer vervolgens af en probeer het opnieuw.
4. Als de lijst met opstartapparaten verschijnt, markeert u het apparaat dat u wilt opstarten en drukt u op <Enter>.
De computer start vervolgens op vanaf het geselecteerde apparaat.
De volgende keer dat u de computer opnieuw opstart, zal de vorige opstartvolgorde zijn hersteld.
De computer reinigen
Computer, toetsenbord en monitor
l Gebruik een bus perslucht om stof tussen de toetsen van het toetsenbord te verwijderen en om eventueel vuil of pluisjes van het beeldscherm te
verwijderen.
OPMERKING: Zie Een eenmalige opstartprocedure uitvoeren als u de opstartvolgorde eenmalig wilt wijzigen.
OPMERKING: U kunt alleen opstarten vanaf apparaten die vooraf worden gegaan door een nummer.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
LET OP: Voordatudecomputerkuntreinigenmoetudezeloskoppelenvanhetstopcontactengeïnstalleerdebatterijen,indienvantoepassing,
verwijderen. Maak de computer schoon met een zachte, met water bevochtigde doek. Gebruik geen vloeibare schoonmaakmiddelen of middelen
in een spuitbus. Deze schoonmaakmiddelen kunnen ontvlambare stoffen bevatten.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de computer of het beeldscherm door geen reinigingsmiddel rechtstreeks op het beeldscherm te spuiten.
Gebruik alleen producten die specifiek zijn ontwikkeld voor het reinigen van monitors en volg steeds de productaanwijzingen.
l Bevochtig een zachte, pluisvrije doek met water of een beeldschermreiniger. Gebruik geen reinigingsmiddel op basis van alcohol of ammoniak. Wrijf het
beeldscherm voorzichtig schoon tot dit schoon is en alle vingerafdrukken zijn verwijderd. Werk hierbij vanuit het midden naar de randen. Druk niet te
hard.
l Bevochtig een zachte, niet-schurende doek met water en maak daarmee de computer en het toetsenbord schoon. Zorg ervoor dat er geen water van
de doek tussen de touchpad en de omliggende palmsteun terecht komt.
Touchpad
1. Sluit de computer af en zet deze uit. Zie De computer uitzetten.
2. Koppel aangesloten hardware los van de computer en stopcontacten.
3. Verwijderallegeïnstalleerdebatterijen.ZieBatterijen gebruiken.
4. Bevochtig een zachte, niet-schurende doek met water en haal deze zachtjes over het oppervlak van de touchpad. Zorg ervoor dat er geen water van
de doek tussen de touchpad en de omliggende palmsteun terecht komt.
Diskettestation
Maak het diskettestation schoon met een van de in de handel verkrijgbare schoonmaaksets. Deze schoonmaaksets bevatten vooraf behandelde diskettes die
de vuilstoffen verwijderen die zich tijdens een normale werking van het station ophopen.
Cd's en dvd's
Als u problemen met de afspeelkwaliteit van uw cd's of dvd's bemerkt, zoals het overslaan van geluids- of filmfragmenten, moet u proberen om de schijven te
reinigen.
1. Houd schijven altijd bij de rand vast. U kunt ook de binnenste rand van het gat in het midden aanraken.
2. Wrijf de onderzijde (de zijde zonder label) van de schijf schoon met een zachte, niet-schurende doek. Wrijf de schijf schoon in een rechte lijn van het
midden naar de buitenste rand van de schijf.
Probeer in het geval van hardnekkig vuil gebruik te maken van water of een oplossing van water en milde zeep. U kunt ook in de handel verkrijgbare
producten aanschaffen voor het reinigen van schijven die een bepaalde mate van bescherming bieden tegen stof, vingerafdrukken en krassen.
Reinigingsproducten voor cd's zijn ook veilig voor gebruik met dvd's.
BeleidtechnischeondersteuningDell(V.S.)
Technische ondersteuning met behulp van een technisch medewerker vereist de medewerking en deelname van de klant bij het probleemoplossingsproces en
voorziet in het in de oorspronkelijke standaardconfiguratie herstellen van het besturingssysteem, de software en de stuurprogramma's voor de hardware,
zoalsverzondendoorDellenhetverifiërenvanhetjuistfunctionerenvandecomputerenalledoorDellgeïnstalleerdehardware.Naastdezetechnische
ondersteuning door een medewerker is er ook on line technische ondersteuning beschikbaar op support.dell.com. Er zijn mogelijk aanvullende technische
ondersteuningsopties te koop.
DellbiedtbeperktetechnischeondersteuningvoordecomputereneventueledoorDellgeïnstalleerdesoftwareenrandapparatuur
1
. Ondersteuning voor
software en randapparatuur van derden wordt verstrekt door de oorspronkelijke fabrikant. Dit geldt ook voor software en randapparatuur van derden die zijn
gekochten/ofgeïnstalleerdviaDellSoftwareandPeripherals,ReadywareenCustomFactoryIntegration
2
.
1
Reparatieservices worden verstrekt conform de algemene voorwaarden in uw beperkte garantie en een eventueel optioneel ondersteuningsservicecontract
dat u bij de computer hebt aangeschaft.
2
Alle Dell-standaardcomponenten die in een Custom Factory Integration (CFI)-project zijn opgenomen, worden gedekt door de standaard beperkte garantie
van Dell voor uw computer. Dell verstrekt gedurende de looptijd van het servicecontract voor de computer echter ook een onderdelen-vervangingsprogramma
voor alle niet-standaardhardwarecomponentenvanandereleveranciersdietijdensCFIzijngeïntegreerd.
Definitievan"DoorDellgeïnstalleerde"softwareenrandapparatuur
OnderdoorDellgeïnstalleerdesoftwarevallenhetbesturingssysteemeneenaantalvandesoftwareprogramma'sdieopdecomputerzijngeïnstalleerd
KENNISGEVING: Probeer niet de koppen van het station met een wattenstaafje te reinigen. Dit kan leiden tot een verkeerde stand van de koppen, als
gevolg waarvan het station niet meer naar behoren kan functioneren.
KENNISGEVING: Gebruik altijd gecomprimeerde lucht om de lens in het cd-/dvd-station te reinigen en volg de instructies die met het product met
gecomprimeerde lucht werden geleverd. Raak onder geen beding de lens in het station aan.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan het oppervlak door niet met een cirkelbeweging rond de schijf te reinigen.
tijdens het fabricageproces (Microsoft®Office, Norton Antivirus, etc.).
OnderdoorDellgeïnstalleerderandapparatuurvallenalleinterneuitbreidingskaarten,modulecompartimentenmethetDell-merk en ExpressCard-accessoires.
Daarnaast omvat dit alle beeldschermen, toetsenborden, muizen, speakers, microfoons voor telefonische modems, dockingstations/poortreplicators,
netwerkproducten en alle bijbehorende kabels die van het merk Dell zijn voorzien.
Definitie van "Software en randapparatuur van derden"
Onder software en randapparatuur van derden vallen alle randapparatuur, accessoires en softwareprogramma's die door Dell worden verkocht maar die niet
het merk Dell hebben (printers, scanners, camera's, spellen etc.). Ondersteuning voor alle software en randapparatuur van derden wordt verstrekt door de
oorspronkelijke fabrikant van het product.
FCC-kennisgeving (alleen V.S.)
FCC klasse B
Deze apparatuur genereert radiofrequente energie, gebruikt deze en kan deze uitstralen. Als de apparatuur niet in overeenstemming met de instructies wordt
geïnstalleerdengebruikt,kandeapparatuurschadelijkeinterferentietijdensradiocommunicatieveroorzaken.Opbasisvantestsisvastgestelddatdeze
apparatuur voldoet aan de grenswaarden die voor een digitaal apparaat van klasse B zijn opgesteld conform deel 15 van de FCC-regelgeving.
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-regelgeving. De werking moet voldoen aan de volgende twee voorwaarden:
l Het apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken.
l Het apparaat moet binnenkomende interferentie accepteren, inclusief interferentie die ongewenste effecten heeft.
Deze grenswaarden zijn opgesteld om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie in een woonomgeving. Er wordt echter niet
gegarandeerd dat een bepaalde installatie geen interferentie veroorzaakt. Als deze apparatuur interfereert met de radio- of televisieontvangst (hetgeen men
kan bepalen door de apparatuur aan en uit te zetten), kan de gebruiker het beste proberen om de interferentie te verhelpen door een of meer van de
volgende maatregelen te treffen:
l Richt de ontvangstantenne een andere kant op.
l Verplaats het systeem ten opzichte van de antenne.
l Vergroot de afstand tussen de apparatuur en de antenne.
l Sluit de apparatuur aan op een stopcontact dat is aangesloten op een ander circuit dan de antenne.
Raadpleeg indien nodig de leverancier of een erkende radio-/televisietechnicus voor verdere ondersteuning.
De volgende informatie over het apparaat of de apparaten in dit document wordt verstrekt conform de FCC-bepalingen:
Productkennisgeving Macrovision
Dit product is voorzien van copyrightbeveiligingstechnologie die wordt beschermd door Amerikaanse octrooien en andere intellectuele eigendomsrechten. Voor
het gebruik van deze copyrightbeveiligingstechnologie is toestemming nodig van Macrovision. Dit product is bestemd voor thuisgebruik of gebruik in kleine
kring, mits hiertoe toestemming is verleend door Macrovision. Het is verboden om het product na te bouwen, ontleden of demonteren.
Terug naar inhoudspagina
KENNISGEVING: De FCC-richtlijnen bepalen dat wijzigingen of modificaties die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door Dell Inc. mogelijk uw recht om
deze apparatuur te gebruiken, ongedaan maken.
Productnaam:
Dell™Inspiron™1501
Modelnummer:
PP23LA
Bedrijfsnaam:
Dell Inc.
Worldwide Regulatory Compliance & Environmental Affairs
One Dell Way
Round Rock, TX 78682 Verenigde Staten
+1 512-338-4400
Terug naar inhoudspagina
Batterijen gebruiken
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Batterijprestatie
De lading van de batterij controleren
Batterijvermogen besparen
De batterij opladen
De batterij vervangen
Een batterij opslaan
Batterijprestatie
Voor een optimale prestatie van de computer en om de BIOS-instellingentebewarenishetaanbevolenomdezedraagbareDell™-computer altijd te
gebruikenmetgeïnstalleerdebatterij.Erwordtstandaardéénbatterijmeegeleverd;dezebevindtzichinhetbatterijcompartiment.
De werkingsduur van de batterij is afhankelijk van de werkomstandigheden. De werkingsduur wordt aanzienlijk verminderd door onder andere:
l Optische apparaten
l Het gebruik van draadloze communicatieapparaten, ExpressCards, mediageheugenkaarten of USB-apparaten
l Het gebruik van zeer heldere weergave-instellingen, 3D-screensavers of andere energieverbruikende programma's, zoals complexe 3D grafische
toepassingen
l De computer laten werken in de modus voor maximale prestatie (zie De energiebeheerinstellingen configureren)
U kunt de batterijstatus raadplegen (zie De lading van de batterij controleren) voordat ude batterij in de computer aanbrengt. Ook kunt u
energiebesparingsopties instellen die u waarschuwen als de batterij bijna leeg is. Zie De energiebeheerinstellingen configureren voor informatie over het
openen van het venster Eigenschappen voor energiebeheer.
De lading van de batterij controleren
De batterijmeter van Dell QuickSet, het venster Energiemeter van Microsoft
®
Windows
®
en het pictogram , de batterijladingsmeter en statusmeter en de
waarschuwing dat de batterij bijna leeg is, geven informatie over de lading van de batterij.
Dell™QuickSet-batterijmeter
AlsDellQuickSetisgeïnstalleerd,druktuop<Fn><F3>omdeQuickSet-batterijmeter weer te geven. De batterijmeter geeft de batterijstatus en -lading weer
en geeft de tijd aan die nodig is om de batterij in uw computer opnieuw op te laden.
Voor meer informatie over QuickSet klikt u met de rechtermuisknop op het QuickSet-pictogram op de taakbalk en klikt u vervolgens op Help.
OPMERKING: Zie de productinformatiegids of het afzonderlijke papieren garantiedocument dat met uw computer is meegeleverd voor informatie over de
Dell-garantie voor uw computer.
OPMERKING: Omdat de batterij wellicht niet helemaal opgeladen is, raadt Dell u aan om de netadapter van de computer aan te sluiten op een
stopcontact als u de computer voor het eerst gebruikt. Voor de beste resultaten blijft u de netadapter beter gebruiken tot de batterij helemaal is
opgeladen. U geeft de ladingstatus van de batterij weer door het Configuratiescherm te openen. Klik daar op Energiebeheer en vervolgens op het
tabblad Energiemeter.
OPMERKING: De werkingsduur van de batterij (de tijd gedurende welke de batterij stroom kan bieden) wordt met de tijd minder. Afhankelijk van de
frequentie waarmee de batterij wordt gebruikt en de gebruiksomstandigheden, kan het zijn dat u tijdens de levensduur van de computer een nieuwe
batterij moet aanschaffen.
OPMERKING: Het wordt aanbevolen dat u de computer op een stopcontact aansluit wanneer u naar een cd of DVD schrijft.
LET OP: Het gebruik van een incompatibele batterij kan de kans op brand of een explosie vergroten. Vervang de batterij uitsluitend met een
compatibele batterij die u bij Dell hebt aangeschaft. Deze batterij is speciaal ontworpen voor gebruik in een Dell-computer. Gebruik geen batterij
van een andere computer in uw Dell-computer.
LET OP: Gooi batterijen niet met het huisafval weg. Als de batterij geen energie meer bevat, moet u contact opnemen met de plaatselijke
vuilophaal- of milieudienst voor advies over het verwijderen van een lithium- ionbatterij. Zie "Batterijen verwijderen" in de
productinformatiegids.
LET OP: Misbruik van de batterij kan de kans op brand of chemische brandwonden verhogen. Maak geen gaten in batterijen, gooi batterijen niet
inhetvuur,maakbatterijennietopenenstelbatterijennietblootaaneentemperatuurhogerdan65°C.Houddebatterijbuitenbereikvan
kinderen. Ga uiterst voorzichtig met beschadigde of lekkende batterijen om. Beschadigde batterijen kunnen lekken en lichamelijke schade of
schade aan uw apparatuur opleveren.
Microsoft Windows Energiemeter
De Windows Energiemeter geeft de resterende batterijlading weer. U kunt de energiemeter controleren door te dubbelklikken op het pictogram op de
taakbalk. Zie De energiebeheerinstellingen configureren voor instructies over het openen van Energiemeter.
Als de computer op een stopcontact is aangesloten, verschijnt het pictogram .
Ladingmeter
Als u op de statusknop van de ladingmeter op de batterij klikt, kunt het volgende controleren:
l De batterijlading (klik kort op de statusknop)
l De batterijstatus (houd de statusknop ingedrukt)
De werkingsduur van de batterij wordt grotendeels bepaald door het aantal keren dat deze is opgeladen. Als de batterij al een paar honderd keer is
opgeladen en ontladen, gaat iets van de laadcapaciteit of het laadvermogen van de batterij verloren. Een batterij kan dus wel een status "geladen"
geven en toch een beperkte laadcapaciteit (vermogen) hebben.
Batterijlading controleren
Als u de batterijlading wilt controleren, moet u de statusknop op de batterijladingmeter ingedrukt houden om de lampjes voor het ladingniveau op te doen
lichten. Elk lampje vertegenwoordigt ongeveer 20 procent van de totale batterijlading. Als bijvoorbeeld tachtig procent van de lading resteert, zullen er vier
lampjes branden. Als er geen lampjes branden, is de batterij leeg.
Het batterijvermogen controleren
Als u het batterijvermogen wilt meten met de laadmeter, moet u minstens 3 seconden de statusknop opdebatterijladingmeteringedrukthouden.Alsergeen
lampjesgaanbranden,isdebatterijnogingoedestaatenheeftdezenogmeerdan80procentvanzijnoorspronkelijkeoplaadcapaciteit.Hoemeerlampjes
branden,hoelagerhetvermogen.Alservijflampjesbranden,blijfterminderdan60procentvandelaadcapaciteitvandebatterijoverenishetraadzaamom
deze te vervangen. Zie Specificaties voor meer informatie over de batterijwerkingsduur.
Waarschuwing batterij bijna leeg
Een pop-upvenster zal u waarschuwen wanneer de batterij voor ongeveer 90 procent leeg is. U kunt de wijzigingen voor het batterijalarm desgewenst
wijzigen. Zie De energiebeheerinstellingen configureren voor informatie over het openen van het venster Eigenschappen voor energiebeheer.
Batterijvermogen besparen
Voer de volgende handelingen uit om het batterijvermogen te sparen:
l Sluit de computer wanneer dat maar mogelijk is aan op een stopcontact, aangezien de levensduur van een batterij in grote mate afhangt van het
aantal keer dat de batterij wordt gebruikt en opgeladen.
l Activeer de standby-modus of slaapstand als u de computer langere tijd niet gebruikt. Zie Energiebeheermodi voor meer informatie over de standby-
modus en de slaapstand.
l Selecteer opties voor het optimaliseren van het stroomverbruik van uw computer. U kunt deze opties zo instellen dat ze wijzigen wanneer u op de
aan/uit-knop drukt, het scherm sluit of <Fn><Esc> indrukt. Zie De energiebeheerinstellingen configureren voor meer informatie.
Energiebeheermodi
Standby-modus
De standby-modus bespaart energie door het beeldscherm en de vaste schijf uit te schakelen na een vooraf gedefinieerde periode van gebrek aan activiteit
(een zogenaamde time-out). Als de computer de standby-modus verlaat, zal deze naar dezelfde werkingstoestand terugkeren waarin hij verkeerde voordat
de standby-modus werd geactiveerd.
U activeert als volgt de standby-modus:
KENNISGEVING: Ter vermijding van verlies of beschadiging van gegevens, dient u uw werk onmiddellijk op te slaan als u een waarschuwing krijgt dat
de batterij bijna leeg is en dient u de computer vervolgens op een stopcontact aan te sluiten. Als de batterij volledig zonder stroom komt te staan,
wordt automatisch de diepe slaapmodus geactiveerd.
OPMERKING: Zie Batterijprestatie voor meer informatie over het besparen van batterijvermogen.
KENNISGEVING: Als de computer netstroom en batterijstroom verliest terwijl deze in de standby-modus verkeert, kan er gegevensverlies optreden.
l Klik op Start, klik dan op Computer uitschakelen en vervolgens op Stand-by.
of
l Afhankelijk van de manier waarop u de energiebeheeropties instelt op het tabblad Geavanceerd (zie De energiebeheerinstellingen configureren) in het
venster Eigenschappen voor energiebeheer kunt u een van de volgende methoden gebruiken:
¡ Druk op de aan/uit-knop.
¡ Sluit het beeldscherm.
¡ Druk op <Fn><Esc>.
U kunt de standby-modus verlaten door op de aan/uit-knop te drukken of door het beeldscherm te openen, afhankelijk van uw instellingen op het tabblad
Geavanceerd. U kunt de computer niet uit de standby-modus halen door op een toets te drukken of door de touchpad aan te raken.
Slaapstand
Deslaapstandbespaartenergiedoorsysteemgegevenstekopiërennaareendaartoegereserveerdgedeelteopdevasteschijfenvervolgensdecomputer
volledig uit te zetten. Als de computer de slaapstand verlaat, zal deze terugkeren naar dezelfde werkingstoestand waarin deze verkeerde voordat de
slaapmodus werd geactiveerd.
Zodra de batterijlading een kritiek laag niveau bereikt, gaat de computer automatisch in de slaapstand.
U activeert als volgt handmatig de slaapstand:
l Klik op de knop Start, selecteer Computer uitschakelen, houd <Shift> ingedrukt en klik vervolgens op Slaapstand.
of
l Afhankelijk van uw instellingen voor de opties voor energiebeheer op het tabblad Geavanceerd in het venster Eigenschappen voor energiebeheer,
kunt u een van de volgende methoden gebruiken om de slaapstand te activeren:
¡ Druk op de aan/uit-knop.
¡ Sluit het beeldscherm.
¡ Druk op <Fn><F1>.
Druk op de aan/uit-knop om de slaapstand te verlaten. Het kan even duren voordat de computer uit de slaapstand komt. U kunt de computer niet uit de
slaapstand halen door op een toets te drukken of door de touchpad aan te raken. Zie de documentatie die met het besturingssysteem is geleverd voor meer
informatie over de slaapstand.
De energiebeheerinstellingen configureren
U kunt Eigenschappen voor energiebeheer van Windows gebruiken om de energiebeheerinstellingen van uw computer te configureren.
U kunt het venster Energiebeheer-instellingen oproepen door te klikken op Start ® Configuratiescherm® Prestaties en onderhoud® Energiebeheer. Voor
informatie over de velden in het venster Eigenschappen voor energiebeheer klikt u op het vraagtekenpictogram in de titelbalk en klikt u vervolgens op het
gebied waarover u informatie wilt.
De batterij opladen
Als u de computer aansluit op een stopcontact of een batterij aanbrengt terwijl de computer op een stopcontact is aangesloten, zal de computer de lading en
temperatuur van de batterij controleren. Indien nodig zal de netadapter de batterij opladen en de batterijlading op peil houden.
Als de batterij verhit is geraakt door gebruik in de computer of omdat de omgevingstemperatuur te hoog is, is het mogelijk dat de batterij niet wordt
opgeladen als u de computer op een stopcontact aansluit.
De batterij is te warm om te beginnen met opladen als het lampje afwisselend groen en oranje knippert. Koppel de computer los van het stopcontact en
laat de computer en batterij afkoelen tot kamertemperatuur. Sluit de computer vervolgens aan op een stopcontact om de batterij op te laden.
Zie Stroomproblemen voor meer informatie over het oplossen van batterijproblemen.
De batterij vervangen
KENNISGEVING: Het is niet mogelijk om apparaten te verwijderen of uw computer los te koppelen van een dockingstation terwijl de computer zich in
de slaapstand verkeert.
OPMERKING: Sommige ExpressCards werken mogelijk niet goed nadat de computer de slaapstand heeft verlaten. Verwijder de kaart en installeer deze
opnieuw (zie ExpressCards of dummy-kaarten verwijderen) of start de computer simpelweg opnieuw op.
LET OP: Voordat u deze procedures uitvoert, moet u de computer uitzetten, de stekker van de netadapter uit het stopcontact verwijderen, de
stekker van de modem uit het modemcontact en de computer verwijderen en alle andere externe kabels uit de computer verwijderen.
De batterij verwijderen:
1. Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Zie de documentatie bij het dockingstation voor instructies over
het loskoppelen.
2. Zorg ervoor dat de computer uitstaat.
3. Verschuif het ontgrendelingsschuifje onderaan de computer, houd het schuifje vast en til de batterij op om deze uit de sleuf te halen.
Als u de batterij wilt vervangen, volgt u dezelfde procedure in omgekeerde volgorde.
Een batterij opslaan
Verwijder de batterij als u de computer voor langere tijd opslaat. Een batterij verliest zijn lading als deze gedurende een lange periode niet wordt gebruikt.
Na een lange opslagperiode moet u voor gebruik de batterij volledig opladen (zie De batterij opladen).
Terug naar inhoudspagina
KENNISGEVING: U moet alle externe kabels uit de computer verwijderen om eventuele schade te voorkomen.
LET OP: Het gebruik van een incompatibele batterij kan de kans op brand of een explosie vergroten. Vervang de batterij uitsluitend met een
compatibelebatterijdieubijDellhebtaangeschaft.DebatterijisontworpenvoorgebruikincombinatiemetuwDell™-computer. Gebruik nooit
een batterij die voor een andere computer is bestemd.
KENNISGEVING: Als u ervoor kiest om de batterij te vervangen terwijl de computer zich in standby-modus bevindt, moet u de batterij binnen 1 minuut
vervangen voordat de computer zichzelf afsluit en onbewaarde gegevens verloren gaan.
1
ontgrendelingsschuifje van batterijhouder
2
batterij
Terug naar inhoudspagina
Kaarten gebruiken
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
ExpressCards
Mediageheugenkaarten
ExpressCards
ExpressCards maken gebruik van PC Card-technologie om een snel en makkelijk geheugen, gewone en draadloze netwerkcommunicatie (inclusief draadloze
WAN-communicatie [WWAN]), multimedia en beveiligingsfuncties aan uw computer toe te voegen.
Zie Specificaties voor informatie over ondersteunde ExpressCards.
Dummy-ExpressCard
Uw computer is verzonden met een plastic dummy-kaart in de sleuf voor de ExpressCard. Dummy-kaarten beschermen ongebruikte sleuven tegen stof en
andere vuildeeltjes. Bewaar de dummy-kaartvoorgebruikwanneerergeenExpressCardindesleufisgeïnstalleerd.dummy-kaarten uit andere computers
passen mogelijk niet in uw computer.
Zie ExpressCards of dummy-kaarten verwijderen voor meer informatie over het verwijderen van de dummy-kaart.
ExpressCards installeren
U kunt een ExpressCard installeren terwijl de computer aan staat. De computer zal de kaart automatisch detecteren.
ExpressCards zijn over het algemeen gemarkeerd met een symbool (zoals een driehoek of een pijl) of een label waarmee wordt aangegeven welke kant in de
sleuf moet worden gestoken. De kaarten zijn op zodanige wijze ontwerpen dat het niet mogelijk is om ze om een verkeerde manier in te voeren. Als het niet
duidelijk is in welke richting de kaart moet worden ingevoerd, moet u de documentatie raadplegen die met de kaart werd meegeleverd.
U installeert als volgt een ExpressCard:
1. Houd de kaart zo dat de bovenkant van de kaart naar boven is gekeerd. De vergrendeling moet mogelijk in de "in"-stand worden gezet voordat u de
kaart invoert.
2. Schuif de kaart in de sleuf totdat de kaart volledig in de ingang is ingevoerd.
Als u teveel weerstand ondervindt, moet u de kaart niet forceren. Controleer of de kaart in de juiste richting wijst en probeer het opnieuw.
De computer herkent de ExpressCard en laadt automatisch het juiste apparaatstuurprogramma. Als het configuratieprogramma u vertelt de stuurprogramma's
van de fabrikant te laden, dient u de diskette of cd te gebruiken die bij de ExpressCard is meegeleverd.
OPMERKING: Het is niet mogelijk op te starten vanaf een ExpressCard.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
1
ExpressCard
ExpressCards of dummy-kaarten verwijderen
Druk op de vergrendeling en verwijder de kaart of dummy-kaart.Bijsommigevergrendelingenmoetutweekeeropdevergrendelingdrukken:éénkeeromde
vergrendeling open te klappen en vervolgens om de kaart naar buiten te laten duwen.
Bewaar een dummy-kaart en gebruik deze wanneer een sleuf geen ExpressCard bevat. Dummy-kaarten beschermen ongebruikte sleuven tegen stof en
andere vuildeeltjes.
Mediageheugenkaarten
Het 3-in-1-mediageheugenkaart-leesapparaat biedt een snelle en makkelijke manier voor het weergeven en delen van digitale foto's, muziek en video's die op
een mediageheugenkaart zijn opgeslagen.
Het 3-in-1-mediageheugenkaart-leesapparaat leest Secure Digital (SD)/SDIO en MultiMediaCard (MMC) -mediageheugenkaarten.
Mediageheugenkaarten installeren
U kunt een mediageheugenkaart in de computer installeren terwijl de computer aan staat. De computer zal de kaart automatisch detecteren.
Mediageheugenkaarten zijn over het algemeen gemarkeerd met een symbool (zoals een driehoek of een pijl) of een label waarmee wordt aangegeven welke
kant in de sleuf moet worden gestoken. De kaarten zijn op zodanige wijze ontwerpen dat het niet mogelijk is om ze om een verkeerde manier in te voeren.
Als het niet duidelijk is in welke richting de kaart moet worden ingevoerd, moet u de documentatie raadplegen die met de kaart werd meegeleverd.
Ga als volgt te werk om een mediageheugenkaart te installeren:
1. Houd de kaart zo dat de bovenkant van de kaart naar boven is gekeerd.
2. Schuif de kaart in de sleuf totdat de kaart volledig in de ingang is ingevoerd.
Als u teveel weerstand ondervindt, moet u de kaart niet forceren. Controleer of de kaart in de juiste richting wijst en probeer het opnieuw.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
KENNISGEVING: Gebruik het configuratiehulpprogramma van de ExpressCard (klik op het pictogram in de taakbalk) om een kaart te selecteren en
de functie hiervan stop te zetten voordat u deze kaart uit de computer verwijdert. Als u de werking van de kaart niet stopzet met behulp van het
configuratiehulpprogramma kan er gegevensverlies optreden.
1
ontgrendelknop
2
ExpressCard
OPMERKING: U kunt de computer niet opstarten vanaf een mediageheugenkaart.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
De computer herkent de mediageheugenkaart en laadt automatisch het juiste apparaatstuurprogramma. Als het configuratieprogramma u vertelt dat u de
stuurprogramma's van de fabrikant moet laden, gebruikt u de cd die bij de mediageheugenkaart is geleverd (indien van toepassing).
Een mediageheugenkaart verwijderen
Druk de kaart naar binnen om deze los te maken uit het kaartleesapparaat, zodat de kaart gedeeltelijk wordt uitgeworpen, en verwijder deze dan.
Terug naar inhoudspagina
1
mediageheugenkaart-sleuf
2
mediageheugenkaart
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
KENNISGEVING: Gebruik het configuratiehulpprogramma van de mediageheugenkaart (klik op het pictogram op de taakbalk) om een kaart te
selecteren en de functie hiervan stop te zetten voordat u deze kaart uit de computer verwijdert. Als u de werking van de kaart niet stopzet met behulp
van het configuratiehulpprogramma kan er gegevensverlies optreden.
Terug naar inhoudspagina
Contact opnemen met Dell
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
U kunt contact met Dell opnemen via internet of telefonisch:
l Voor online support gaat u naar support.dell.com.
l Voor wereldwijde ondersteuning via internet gebruikt u het menu Choose A Country/Region (Selecteer een land/regio) onderaan de pagina of bezoekt
u een van de internetadressen die in de onderstaande tabel zijn vermeld.
l Maak voor ondersteuning via e-mail gebruik van een van de e-mailadressen die in de onderstaande tabel zijn vermeld.
l Maak voor telefonische ondersteuning gebruik van een van de telefoonnummers die in de volgende tabel zijn vermeld. Als u hulp nodig hebt bij het
bepalen van welke codes u dient te gebruiken, dient u contact op te nemen met een landelijke of internationale operator.
N.B. De gratis telefoonnummers gelden alleen in het land waarvoor deze staan aangegeven.
N.B. De verstrekte contactgegevens waren correct toen dit document werd gedrukt, maar zijn onderhevig aan wijzigingen.
Land (stad),
internationaal
toegangsnummer, landnummer,
kengetal
Type service
Netnummers,
lokale nummers en
gratis nummers
internet- en e-mailadres
Amerikaanse Maagdeneilanden
Online ondersteuning
www.dell.com/vi
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-877-702-4360
Anguilla
Online ondersteuning
www.dell.com/ai
E-mailadres
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:800-335-0031
Antigua en Barbuda
Online ondersteuning
www.dell.com.ag
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
1-800-805-5924
Aomen
Landnummer: 853
Technische ondersteuning
gratis:0800-105
Klantenservice (Xiamen, China)
34 160 910
Directe verkoop (Xiamen, China)
29 693 115
Argentinië(BuenosAires)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 54
Kengetal: 11
Online ondersteuning
www.dell.com.ar
E-mailadres voor draagbare en desktopcomputers
E-mailadres voor servers en opslagproducten van EMC®
Klantenservice
gratis:0-800-444-0730
Technische ondersteuning DellPowerApp™,DellPowerEdge™,Dell
PowerConnect™enDellPowerVault™
gratis:0-800-222-0154
Technical Support Services
gratis:0-800-444-0724
Verkoop
0-810-444-3355
Aruba
Online ondersteuning
www.dell.com.aw
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:800-1578
Australië(Sydney)
Internationaal toegangsnummer:
0011
Landnummer: 61
Kengetal: 2
Online ondersteuning
support.ap.dell.com
support.ap.dell.com/contactus
Technische ondersteuning
Particulieren en thuiswerkers
gratis:1300-655-533
Middelgrote en grote ondernemingen
gratis:1800-633-559
Kleine ondernemingen, onderwijs, lokale overheid
gratis:1800-060-889
Klantenservice
gratis:1300-662-196
Bahama's
Online ondersteuning
www.dell.com/bs
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-866-874-3038
Barbados
Online ondersteuning
www.dell.com/bb
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
1-800-534-3142
België(Brussel)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 32
Kengetal: 2
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Algemene ondersteuning
024819288
Faxnummer voor algemene ondersteuning
024819295
Klantenservice
027131565
Verkoop grote ondernemingen
024819100
Fax
024819299
Algemeen
024819100
Bermuda
Online ondersteuning
www.dell.com/bm
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
1-877-890-0751
Bolivia
Online ondersteuning
www.dell.com/bo
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:800-10-0238
Brazilië
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 55
Kengetal: 51
Online ondersteuning
www.dell.com/br
Klantenservice en technische ondersteuning
08009703355
Faxnummer technische ondersteuning
5121045470
Fax klantenservice
5121045480
Verkoop
08009703390
Britse Maagdeneilanden
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-866-278-6820
Brunei
Landnummer: 673
Technischeondersteuning(Penang,Maleisië)
6046334966
Klantenservice(Penang,Maleisië)
6046333101
gratis: 801 1012
Directeverkoop(Penang,Maleisië)
6046333101
gratis: 801 1012
Canada (North York, Ontario)
Internationaal toegangsnummer:
011
Online bestellingsstatus
www.dell.ca/ostatus
Online ondersteuning
support.ca.dell.com
AutoTech (geautomatiseerde hardware- en garantieondersteuning)
gratis:1-800-247-9362
Klantenservice
Thuis/thuiskantoren
gratis:1-800-847-4096
Kleine ondernemingen
gratis:1-800-906-3355
Middelgrote/grote ondernemingen, overheid en onderwijs
gratis:1-800-387-5757
Telefonische ondersteuning hardwaregarantie
Computers voor thuisomgevingen/thuiskantoren
gratis:1-800-847-4096
Computers voor kleine/middelgrote/grote ondernemingen en overheid
gratis:1-800-387-5757
Printers, projectoren, televisie, handhelds, digitale jukeboxen en
draadloze apparaten
1-877-335-5767
Verkoop
Verkoop consumenten/kleine ondernemingen
gratis:1-800-999-3355
Kleine ondernemingen
gratis:1-800-387-5752
Middelgrote/grote ondernemingen en overheid
gratis:1-800-387-5755
Reserveronderdelen en uitgebreide services
18664403355
Chili (Santiago)
Landnummer: 56
Kengetal: 2
Online ondersteuning
www.dell.com/cl
Verkoop en klantenservice
gratis:1230-020-3397
of 800-20-1385
Online ondersteuning
support.dell.com.cn
E-mailadres technische ondersteuning
support.dell.com.cn/email
E-mailadres klantenservice
Faxnummer technische ondersteuning
5928181350
Technical Support Dell™Dimension™enDellInspiron™
gratis:8008582969
Technical Support DellOptiPlex™,DellLatitude™enDellPrecision™
gratis:8008580950
Technical Support servers en opslag
gratis:8008580960
Technical Support projectoren, PDA's, switches en routers etc.
gratis:8008582920
Technical Support printers
gratis:8008582311
Klantenservice
gratis:8008582060
China (Xiamen)
Landnummer: 86
Kengetal: 592
Fax klantenservice
5928181308
Particulieren/kleine ondernemingen
gratis:8008582222
Divisie Voorkeuraccounts
gratis:8008582557
Grote zakelijke accounts
gratis:8008582055
Grote ondernemingen Belangrijke klanten
gratis:8008582628
Grote ondernemingen Noord
gratis:8008582999
Grote ondernemingen Noord Overheid en Onderwijs
gratis:8008582955
Grote ondernemingen Oost
gratis:8008582020
Grote ondernemingen Oost Overheid en Onderwijs
gratis:8008582669
Speciaal team grote ondernemingen
gratis:8008582572
Grote ondernemingen Zuid
gratis:8008582355
Grote ondernemingen West
gratis:8008582811
Losse onderdelen voor grote ondernemingen
gratis:8008582621
Colombia
Online ondersteuning
www.dell.com/co
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
01-800-915-4755
Costa Rica
Online ondersteuning
www.dell.com/cr
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
0800-012-0231
Denemarken (Kopenhagen)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 45
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
70230182
Klantenservice relaties
70230184
Klantenservice (consumenten/kleine ondernemingen)
32875505
Centrale relaties
32871200
Faxnummer centrale relaties
32871201
Centrale consumenten/kleine ondernemingen
32875000
Faxnummer centrale consumenten/kleine ondernemingen
32875001
Dominica
Online ondersteuning
www.dell.com/dm
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-866-278-6821
Dominicaanse Republiek
Online ondersteuning
www.dell.com/do
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
1-800-156-1588
Duitsland (Frankfurt)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 49
Kengetal: 69
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
0699792-7200
Klantenservice (consumenten/kleine ondernemingen)
0180-5-224400
Klantenservice wereldwijd segment
0699792-7320
Klantenservice voorkeursaccounts
0699792-7320
Klantenservice grote accounts
0699792-7320
Klantenservice voor publieke accounts
0699792-7320
Algemeen
0699792-7000
Ecuador
Online ondersteuning
www.dell.com/ec
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop (bellend vanuit
Quito)
gratis:999-119-877-655-3355
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop (bellend vanuit
Guayaquil)
gratis:1800-999-119-877-655-3355
El Salvador
Online ondersteuning
www.dell.com/sv
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
800-6132
Finland (Helsinki)
Internationaal toegangsnummer:
990
Landnummer: 358
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
0207533555
Klantenservice
0207533538
Algemeen
0207533533
Kengetal: 9
Fax
0207533530
Verkopen voor minder dan 500 medewerkers
0207533540
Verkopen voor meer dan 500 medewerkers
0207533533
Frankrijk (Parijs) (Montpellier)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 33
Kengetallen: (1) (4)
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Particulieren/kleine ondernemingen

Technische ondersteuning
0825387270
Klantenservice
0825823833
Algemeen
0825004700
Algemeen (gesprekken van buiten Frankrijk)
0499754000
Verkoop
0825004700
Fax
0825004701
Fax (gesprekken van buiten Frankrijk)
0499754001
Grote klanten

Technische ondersteuning
0825004719
Klantenservice
0825338339
Algemeen
0155947100
Verkoop
0155947100
Fax
0155947101
Grenada
Online ondersteuning
www.dell.com/gd
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-866-540-3355
Griekenland
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 30
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
00800-44 14 95 18
Technische ondersteuning Gold Service
00800-44 14 00 83
Algemeen
2108129810
Switchboard Gold Service
2108129811
Verkoop
2108129800
Fax
2108129812
Guatemala
Online ondersteuning
www.dell.com/gt
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
1-800-999-0136
Guyana
Online ondersteuning
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-877-270-4609
Hong Kong
Internationaal toegangsnummer:
001
Landnummer: 852
Online ondersteuning
support.ap.dell.com
support.dell.com.cn/email
Technische ondersteuning Dimension en Inspiron
00852-29693188
Technische ondersteuning OptiPlex, Latitude en Dell Precision
00852-29693191
Technische ondersteuning servers en opslag
00852-29693196
Technische ondersteuning projectoren, PDA's, switches, routers etc.
00852-34160906
Klantenservice
00852-34160910
Grote ondernemingen
00852-34160907
Wereldwijde klantenprogramma's
00852-34160908
Divisie middelgrote ondernemingen
00852-34160912
Divisie thuisgebruikers en kleine ondernemingen
00852-29693105
Ierland (Cherrywood)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 353
Kengetal: 1
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
Computers voor zakelijk gebruik
1850543543
Computers voor thuisgebruik
1850 543 543
Thuisondersteuning
1850 200 889
Verkoop
Consumenten
1850 200 333
Kleine ondernemingen
1850 664 656
Middelgrote ondernemingen
1850 200 646
Grote ondernemingen
1850 200 646
E-mailadres verkoop
Klantenservice
Particulieren/kleine ondernemingen
012044014
Zakelijke klanten (meer dan 200 werknemers)
1850200982
Algemeen
Fax/faxnummer verkoop
012040103
Algemeen
012044444
Klantenservice V.K. (alleen binnen V.K. bellen)
08709060010
Klantenservice ondernemingen (alleen binnen V.K. bellen)
08709074499
Verkoop Verenigd Koninkrijk (alleen binnen V.K.)
08709074000
India
Online ondersteuning
support.ap.dell.com
Ondersteuning voor draagbare en desktopcomputers
E-mailadres ondersteuning voor desktopcomputers
E-mailadres ondersteuning voor draagbare computers
Telefoonnummers
080-25068032 of 080-25068034
of het netnummer voor uw stad code + 60003355
ofgratis:1-800-425-8045
Ondersteuning voor servers
E-mail
Telefoonnummers
080-25068032 of 080-25068034
of netnummer stad + 60003355
ofgratis:18004258045
Alleen Gold Support
E-mail
Telefoonnummers
080-25068033
of het netnummer van uw stad + 60003355
ofgratis:1-800-425-9045
Klantenservice
Particulieren/kleine ondernemingen
gratis: 1800-4254051
Grote ondernemingen
gratis: 1800-4252067
Verkoop
Grote ondernemingen
1600338044
Particulieren/kleine ondernemingen
1600338046
Italië(Milaan)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 39
Kengetal: 02
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Particulieren/kleine ondernemingen

Technische ondersteuning
0257782690
Klantenservice
0269682114
Fax
0269682113
Algemeen
0269682112
Grote klanten

Technische ondersteuning
0257782690
Klantenservice
0257782555
Fax
0257503530
Algemeen
02577821
Jamaica
Online ondersteuning
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop (alleen vanuit
Jamaica bellen)
1-800-440-9205
Japan (Kawasaki)
Internationaal toegangsnummer:
001
Landnummer: 81
Kengetal: 44
Online ondersteuning
support.jp.dell.com
Technische ondersteuning Dimension en Inspiron
gratis: 0120-198-226
Technische ondersteuning buiten Japan Dimension en Inspiron
81-44-520-1435
Technische ondersteuning Dell Precision, OptiPlex en Latitude
gratis: 0120-198-433
Technische ondersteuning buiten Japan Dell Precision, OptiPlex en
Latitude
81-44-556-3894
Technische ondersteuning Dell PowerApp, Dell PowerEdge, Dell
PowerConnect en Dell PowerVault
gratis: 0120-198-498
Technische ondersteuning buiten Japan PowerApp, PowerEdge,
PowerConnect en PowerVault
81-44-556-4162
Technische ondersteuning projectoren, PDA's, printers en routers
gratis: 0120-981-690
Technische ondersteuning buiten Japan projectoren, PDA's, printers
en routers
81-44-556-3468
Faxbox-service
044-556-3490
Geautomatiseerde 24-uurs orderstatusservice
044-556-3801
Klantenservice
044-556-4240
Zakelijke verkoopdivisie tot 400 medewerkers
044-556-1465
Verkoop voorkeursaccounts meer dan 400 medewerkers
044-556-3433
Verkoop publieke sector overheidsinstellingen,
onderwijsinstellingen en medische instellingen
044-556-5963
Wereldwijd segment Japan
044-556-3469
Individuele gebruiker
044-556-1657
Online verkoop aan individuele gebruikers
044-556-2203
Fysieke verkoop aan individuele gebruikers
044-556-4649
Algemeen
044-556-4300
Kaaimaneilanden
Online ondersteuning
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
1-877-262-5415
Korea (Seoul)
Internationaal toegangsnummer:
001
Landnummer: 82
Kengetal: 2
Online ondersteuning
support.ap.dell.com
Technische ondersteunig, klantendienst
gratis:080-200-3800
Technische ondersteuning Dimension, PDA's, elektronica en
accessoires
gratis: 080-200-3801
Verkoop
gratis:080-200-3600
Fax
2194-6202
Algemeen
2194-6000
Latijns-Amerika
Technische klantenservice (Austin, Texas, V.S.)
512728-4093
Klantenservice (Austin, Texas, V.S.)
512728-3619
Fax (Technische ondersteuning en klantendienst) (Austin, Texas, V.S.)
512728-3883
Verkoopafdeling (Austin, Texas, V.S.)
512728-4397
Faxnummer verkoop (Austin, Texas, V.S.)
512728-4600
of512728-3772
Luxemburg
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 352
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Ondersteuning
0834208075
Verkoop particulieren/kleine ondernemingen
+32(0)27131596
Verkoop grote ondernemingen
26257781
Klantenservice
+32(0)24819119
Fax
26257782
Maleisië(Penang)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 60
Kengetal: 4
Online ondersteuning
support.ap.dell.com
Technische ondersteuning Dell Precision, OptiPlex en Latitude
gratis:1800880193
Technische ondersteuning Dimension, Inspiron, elektronica en
accessoires
gratis:1800881306
Technische ondersteuning PowerApp, PowerEdge, PowerConnect
en PowerVault
gratis:1800881386
Klantenservice
gratis:1800881306(optie6)
Directe verkoop
gratis:1800888202
Verkoop grote ondernemingen
gratis:1800888213
Mexico
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 52
Online ondersteuning
www.dell.com/mx
Technische ondersteuning
001-866-563-4425
Verkoop
50-81-8800
of 001-800-888-3355
Klantenservice
001-877-384-8979
of 001-877-269-3383
Centrale
50-81-8800
of 001-800-888-3355
of 001-866-851-1754
Montserrat
Online ondersteuning
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-866-278-6822
Nederland (Amsterdam)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 31
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
0206744500
Faxnummer technische ondersteuning
0206744766
Klantenservice consumenten/kleine ondernemingen
0206744200
Klantenservice relaties
0206744325
Verkoop particulieren/kleine ondernemingen
0206745500
Verkoop relaties
0206745000
Kengetal: 20
Fax Particulieren/kleine ondernemingen
0206744775
Fax verkooprelaties
0206744750
Algemeen
0206745000
Fax algemeen
0206744750
Nederlandse Antillen
Online ondersteuning
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
001-800-882-1519
Nicaragua
Online ondersteuning
www.dell.com/ni
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
001-800-220-1377
Nieuw-Zeeland
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 64
Online ondersteuning
support.ap.dell.com
support.ap.dell.com/contactus
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
0800441567
Noorwegen (Lysaker)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 47
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
67116882
Klantenservice relaties
67117575
Klantenservice (consumenten/kleine ondernemingen)
23162298
Algemeen
67116800
Fax algemeen
67116865
Oostenrijk (Wenen)
Internationaal toegangsnummer:
900
Landnummer: 43
Kengetal: 1
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Verkoop particulieren/kleine ondernemingen
082024053000
Fax Particulieren/kleine ondernemingen
082024053049
Klantenservice (consumenten/kleine ondernemingen)
082024053014
Consumenten/kleine ondernemingen
082024053017
Klantenservice voorkeuraccounts/ondernemingen
082024053016
Voorkeuraccounts/ondersteuning grote ondernemingen
082024053017
Algemeen
082024053000
Panama
Online ondersteuning
www.dell.com/pa
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
011-800-507-1264
Peru
Online ondersteuning
www.dell.com/pe
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
0800-50-669
Polen (Warschau)
Internationaal toegangsnummer:
011
Landnummer: 48
Kengetal: 22
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Tel. klantenservice
5795700
Klantenservice
5795999
Verkoop
5795999
Fax klantenservice
5795806
Fax receptie
5795998
Algemeen
5795999
Portugal
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 351
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
707200149
Klantenservice
800300413
Verkoop
800300410of800300411of800300412of
214220710
Fax
214240112
Puerto Rico
Online ondersteuning
www.dell.com/pr
Technische ondersteuning
gratis:1-866-390-4695
of 1-866-851-1760
Klantenservice en verkoop
1-877-537-3355
Saint Kitts en Nevis
Online ondersteuning
www.dell.com/kn
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-866-540-3355
Saint Lucia
Online ondersteuning
www.dell.com/lc
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-866-464-4352
Saint Vincent en de Grenadines
Online ondersteuning
www.dell.com/vc
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-866-464-4353
Singapore (Singapore)
Internationaal toegangsnummer:
005
Landnummer: 65
N.B. De telefoonnummers in deze sectie kunnen alleen worden
gebeldvanuitSingaporeenMaleisië.
Online ondersteuning
support.ap.dell.com
Technische ondersteuning Dimension, Inspiron, elektronica en
accessoires
gratis:18003947430
Technische ondersteuning OptiPlex, Latitude en Dell Precision
gratis:18003947488
Technische ondersteuning PowerApp, PowerEdge, PowerConnect
en PowerVault
gratis:18003947478
Klantenservice
gratis:18003947430(optie6)
Directe verkoop
gratis:18003947412
Verkoop grote ondernemingen
gratis:18003947419
Slowakije (Praag)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 421
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
0254415727
Klantenservice
420225372707
Fax
0254418328
Faxnummer technische ondersteuning
0254418328
Centrale (verkoop)
0254417585
Spanje (Madrid)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 34
Kengetal: 91
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Particulieren/kleine ondernemingen

Technische ondersteuning
902100130
Klantenservice
902118540
Verkoop
902118541
Algemeen
902118541
Fax
902118539
Grote klanten

Technische ondersteuning
902100130
Klantenservice
902115236
Algemeen
917229200
Fax
917229583
Taiwan
Internationaal toegangsnummer:
002
Landnummer: 886
Online ondersteuning
support.ap.dell.com
support.dell.com.cn/email
Technische ondersteuning OptiPlex, Latitude, Inspiron, Dimension,
elektronica en accessoires
gratis:00801861011
Technische ondersteuning servers en opslag
gratis:00801601256
Klantenservice
gratis:00801601250(optie5)
Directe verkoop
gratis:00801651228
Verkoop grote ondernemingen
gratis:00801651227
Thailand
Internationaal toegangsnummer:
001
Landnummer: 66
Online ondersteuning
support.ap.dell.com
Technische ondersteuning (OptiPlex, Latitude en Dell Precision)
gratis:1800006007
Technische ondersteuning (PowerApp, PowerEdge, PowerConnect en
PowerVault)
gratis:1800060009
Klantenservice
gratis:1800006007(optie7)
Verkoop grote ondernemingen
gratis:1800006009
Directe verkoop
gratis:1800006006
Trinidad & Tobago
Online ondersteuning
www.dell.com/tt
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-888-799-5908
Tsjechische Republiek (Praag)
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
225372727
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 420
Klantenservice
225372707
Fax
225372714
Faxnummer technische ondersteuning
225372728
Algemeen
225372711
Turks- en Caicoseilanden
Online ondersteuning
www.dell.com/tc
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:1-877-441-4735
Uruguay
Online ondersteuning
www.dell.com/uy
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
gratis:000-413-598-2521
Venezuela
Online ondersteuning
www.dell.com/ve
Technische ondersteuning, klantenservice, verkoop
0800-100-4752
Verenigd Koninkrijk
(Bracknell)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 44
Kengetal: 1344
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Online klantenservice support.euro.dell.com/uk/en/ECare/form/home.asp
Verkoop
Verkoop particulieren/kleine ondernemingen
08709074000
Verkoop grote ondernemingen/publieke sector
01344860456
Klantenservice
Particulieren/kleine ondernemingen
08709060010
Grote klanten
01344373185
Voorkeuraccounts (5005000 medewerkers)
08709060010
Wereldwijde accounts
01344373186
Centrale overheid
01344373193
Lokale overheid en onderwijs
01344373199
Gezondheidszorg
01344373194
Technische ondersteuning
Grootzakelijke klanten/voorkeursaccounts/PCA (1.000+
medewerkers)
08709080500
Overige Dell-producten
08703530800
Algemeen
Faxnummer thuisgebruikers en kleine ondernemingen
08709074006
V.S. (Austin, Texas)
Internationaal toegangsnummer:
011
Landnummer: 1
Dell-services voor doven, slechthorenden en mensen met een
spraakgebrek
gratis:1-877-DELLTTY
(1-877-335-5889)
Fax
gratis:1-800-727-8320
Technische ondersteuning
support.dell.com
Particulieren en thuiswerkers
gratis:1-800-624-9896
AutoTech draagbare computers en desktopcomputers
gratis:1-800-247-9362
Kleine ondernemingen
gratis:1-800-456-3355
Middelgrote en grote ondernemingen
gratis:1-877-671-3355
Nationale en lokale overheidsinstellingen
gratis:1-800-981-3355
Nationale overheidsinstellingen
gratis:1-800-727-1100
Gezondheidszorg
gratis:1-800-274-1550
Basisonderwijs
gratis:1-888-977-3355
voortgezet onderwijs
gratis:1-800-274-7799
Printers,projectoren,PDA´senMP3-spelers
gratis:1-877-459-7298
Klantenservice
gratis:1-800-624-9897
Geautomatiseerde bestelstatusdienst
gratis:1-800-433-9014
Kleine ondernemingen
gratis:1-800-456-3355
Middelgrote en grote ondernemingen
gratis:1-877-671-3355
Nationale en lokale overheidsinstellingen
gratis:1-800-981-3355
Nationale overheidsinstellingen
gratis:1-800-727-1100
Gezondheidszorg
gratis:1-800-274-1550
Basisonderwijs
gratis:1-888-977-3355
Voortgezet onderwijs
gratis:1-800-274-7799
PCprivé-projecten
gratis:1-800-695-8133
Terug naar inhoudspagina
Financiëledienstverlening
www.dellfinancialservices.com
Leasing en leningen
gratis:1-877-577-3355
Dell Preferred Accounts (DPA)
gratis:1-800-283-2210
Verkoop
1-800-289-3355of1-800-879-3355
Dell Outlet Store
gratis:1-888-798-7561
Verkoop van software en randapparatuur
gratis:1-800-671-3355
Zuid-Afrika (Johannesburg)
Internationaal toegangsnummer:
09/091
Landnummer: 27
Kengetal: 11
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Gouden Queue
0117097713
Technische ondersteuning
0117097710
Klantenservice
0117097707
Verkoop
0117097700
Fax
0117060495
Algemeen
0117097700
ZuidoostAziëenhetStille
Zuidzee-gebied
Technische ondersteuning, klantendienst en afdeling verkoop
(Penang,Maleisië)
6046334810
Zweden (Upplands Vasby)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 46
Kengetal: 8
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
0859005199
Klantenservice relaties
0859005642
Klantenservice (consumenten/kleine ondernemingen)
0858770527
OndersteuningPCprivé-programma
0201401444
Faxnummer technische ondersteuning
0859005594
Verkoop
0858770581
Zwitserland(Genève)
Internationaal toegangsnummer:
00
Landnummer: 41
Kengetal: 22
Online ondersteuning
support.euro.dell.com
Technische ondersteuning Particulieren/kleine ondernemingen
0844811411
Technische ondersteuning grootzakelijke klanten
0844822844
Klantenservice particulieren/kleine ondernemingen
0848802202
Klantenservice grootzakelijke klanten
0848821721
Centrale
0848 335 599
Fax
0227990190
Verkoop
0227990101
Terug naar inhoudspagina
De monitor gebruiken
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
De helderheid bijstellen
Het videobeeld overschakelen
De beeldschermresolutie instellen
De helderheid bijstellen
AlseenDell™-computer op batterijstroom draait, kunt u stroom besparen door de helderheid in te stellen op het laagst mogelijk niveau waarbij het nog
steeds prettig is om naar het beeldscherm te kijken door <Fn> ingedrukt te houden en op het toetsenbord op de pijl-omhoogtoets en pijl-omlaagtoets te
drukken.
Het videobeeld overschakelen
Als u de computer opstart terwijl er een extern apparaat (zoals een externe monitor of projector) mee is verbonden dat is ingeschakeld, kan het beeld ofwel
op het beeldscherm van de computer verschijnen, of op het externe apparaat.
Druk op <Fn><F8> om het beeld alleen op het beeldscherm weer te geven, alleen op het externe toestel weer te geven of op het beeldscherm en het externe
apparaat tegelijk weer te geven.
De beeldschermresolutie instellen
Als u een programma in een bepaalde resolutie wilt weergeven, moeten zowel de grafische kaart als de monitor ondersteuning voor het programma bieden
enmoetendebenodigdevideostuurprogramma'swordengeïnstalleerd.
Voordat u de standaard scherminstellingen wijzigt, moet u voor toekomstige referentie de standaardinstellingen noteren.
Als u een resolutie of kleurpalet selecteert die hoger is dan door de monitor wordt ondersteund, zullen de instellingen automatisch worden bijgesteld naar de
waarden die het meest in de buurt komen.
1. Klik op Start en op Configuratiescherm.
2. Klik onder Kies een categorie op Vormgeving en thema's.
3. Klik op het gebied dat u wilt wijzigen onder Kies een taak... of klik op Beeldscherm onder of kies een pictogram.
4. Probeer verschillende instellingen voor de Kleurkwaliteit en Beeldschermresolutie.
Als de grafische resolutie hoger is dan de monitor aan kan, zal de computer de pan-modus ingaan. In pan-modus is het niet mogelijk om het volledige scherm
inéénkeerweertegeven.Detaakbalkdienormaliteronderinhetschermwordtweergegeven,kanindepan-modus bijvoorbeeld niet langer zichtbaar zijn.
Als u de rest van het scherm wilt zien, kunt u de touchpad gebruiken om het scherm naar boven, onderen, links of rechts te bewegen.
Terug naar inhoudspagina
OPMERKING: MaakalleengebruikvandedoorDellgeïnstalleerdevideostuurprogramma's,diezijnontworpenvoordebesteprestatievanuwdoorDell
geïnstalleerdebesturingssysteem.
KENNISGEVING: U kunt een externe monitor beschadigen door gebruik te maken van een niet-ondersteunde vernieuwingsfrequentie. Raadpleeg de
aanwijzingen in de gebruikershandleiding voor de monitor alvorens u de vernieuwingsfrequentie voor een externe monitor bijstelt.
Terug naar inhoudspagina
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Informatie zoeken
OPMERKING: Sommige kenmerken of media zijn optioneel en zijn misschien niet meegeleverd met deze computer. Sommige kenmerken of media zijn
niet beschikbaar in bepaalde landen.
OPMERKING: Mogelijk werd er bij uw computer bijkomende informatie geleverd.
Waar bent u naar op zoek?
Hier kunt u het vinden
l Een diagnoseprogramma voor de computer
l Stuurprogramma's voor de computer
l Documentatie over mijn computer
l Documentatie over een apparaat
l Notebook System Software (NSS)
De cd Drivers and Utilities, ook wel bron-cd genoemd
OPMERKING: De cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) is optioneel en wordt
mogelijk niet met uw computer geleverd.
Dedocumentatieenstuurprogramma'szijnreedsopdecomputergeïnstalleerd.Ukuntde
cd gebruiken om stuurprogramma's opnieuw te installeren of Dell Diagnostics uitvoeren
(zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek).)
Mogelijk zijn er op de schijf leesmij-bestanden opgenomen die de laatste informatie over
technische wijzigingen aan uw computer bieden of geavanceerd technische naslagbronnen
voor technici of ervaren gebruikers.
OPMERKING: Updates van de stuurprogramma's en documentatie vindt u op
support.dell.com.
l Garantie-informatie
l Algemene voorwaarden (alleen Verenigde Staten)
l Veiligheidsinstructies
l Informatie over regelgeving
l Ergonomische informatie
l Gebruiksrechtovereenkomst
Dell™Productinformatiegids
l De computer instellen
Setupdiagram
l Servicelabel en code voor express-service
l Microsoft Windows-licentielabel
Servicelabel en Microsoft®Windows®-licentie
Deze labels bevinden zich aan de onderzijde van de computer.
l Maak gebruik van het servicelabel om uw computer te identificeren als u gebruik
maakt van support.dell.com of contact opneemt met de technische ondersteuning.
l Voer de code voor express-service in zodat uw telefonisch verzoek naar de juiste
medewerker van de technische ondersteuning wordt doorgeleid.
l Oplossingen Hints en tips voor probleemoplossing,
artikelen van technici, on line cursussen en vaak gestelde
vragen
l Community Online discussies met andere gebruikers
van Dell-producten
l Upgrades Upgrade-informatie voor onderdelen als het
geheugen, de vaste schijf en het besturingssysteem.
l Klantenservice Contactgegevens, de status van
reparatieverzoeken en bestellingen, informatie over
garanties en reparaties
l Service en ondersteuning De status van
reparatieverzoeken, ondersteuningsgeschiedenis, het
servicecontract, on line discussies met medewerkers van
de technische ondersteuning
l Referentiemateriaal Computerdocumentatie, details
over mijn computerinstellingen, productspecificaties en
white papers
l Downloads Geautoriseerde stuurprogramma's,
patches en software-updates
Dell Support Website support.dell.com
OPMERKING: Selecteer uw regio om de juiste support-website weer te geven.
l Het besturingssysteem Windows gebruiken
l Met programma's en bestanden werken
l Het bureaublad personaliseren
Windows Help en ondersteuning
1. Klik op de knop Start en klik op Help en ondersteuning.
2. Geef met een of meer woorden een beschrijving van het probleem en klik
vervolgens op het pijlpictogram.
3. Klik op het onderwerp dat uw probleem beschrijft.
4. Volg de instructies op het scherm.
l Het besturingssysteem opnieuw installeren
De cd Operating System
OPMERKING: De cd Operating System (Besturingssysteem) is optioneel en wordt mogelijk
niet met uw computer geleverd.
Hetbesturingssysteemisreedsopdecomputergeïnstalleerd.Gebruikeenvande
volgende methoden om uw besturingssysteem opnieuw te installeren:
l Microsoft Windows Systeemherstel Microsoft Windows Systeemherstel brengt uw
computer terug naar een eerdere werkende toestand, zonder invloed op de
gegevensbestanden.
l Dell PC Restore Dell PC Restore (systeem herstellen) brengt uw computer terug
naar de oorspronkelijke werkingstoestand. Dell PC Restore wordt mogelijk niet bij uw
computer geleverd.
l De cd Operating System Als er bij uw computer een cd genaamd Operating System
(Besturingssysteem) werd geleverd, kunt u deze gebruiken om het
besturingssysteem te herstellen.
Zie Het besturingssysteem herstellen voor meer informatie.
Nadatuhetbesturingssysteemopnieuwhebtgeïnstalleerd,kuntudecdDrivers and
Utilities (zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren) gebruiken om de
stuurprogramma´svoordeapparatendiemetuwcomputerwerdenmeegeleverd,
Terug naar inhoudspagina
opnieuw te installeren.
Het productsleutel-label voor het besturingssysteem bevindt zich op de computer.
OPMERKING: De kleur van de schijf is afhankelijk van het besturingssysteem dat u hebt
besteld.
l Statusoverzicht van servicegesprekken en
ondersteuningsgeschiedenis
l Belangrijkste technische punten voor deze computer
l Veelgestelde vragen
l Bestanden downloaden
l Details over de configuratie van de computer
l Servicecontract voor de computer
Dell Premier Support-website premiersupport.dell.com
De Dell Premier Support-website is speciaal bedoeld voor klanten die werkzaam zijn bij
bedrijven, de overheid en in het onderwijs. Deze website is mogelijk niet overal
toegankelijk.
Terug naar inhoudspagina
Verklarende woordenlijst
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
De termen in deze woordenlijst worden alleen verstrekt ter informatie en kunnen al dan niet functies beschrijven die op uw specifieke computer van
toepassing zijn.
A
AC— alternatingcurrent(wisselstroom) Het type elektriciteit dat uw computer van stroom voorziet wanneer u de netadapter aansluit op een stopcontact.
ACPI— AdvancedConfigurationandPowerInterface Een energiebeheerspecificatie die Microsoft®Windows®-besturingssystemen in staat stelt om een
computer in standby-modus of een slaapstand te zetten om de hoeveelheid stroom te besparen die is toegewezen aan elk apparaat dat op de computer is
aangesloten.
ADSL AsymmetricalDigitalSubscriberLine Een technologie die een constante verbinding met hoge snelheid biedt via een analoge telefoonlijn.
AGP— AcceleratedGraphicsPort Een speciaal daartoe aangewezen grafische poort die ervoor zorgt dat systeemgeheugen kan worden gebruikt voor
grafisch gerelateerde taken. AGP kan een vloeiend grafisch beeld in ware kleuren bieden vanwege de snellere interface tussen de videobedrading en het
computergeheugen.
alleen-lezen— Gegevens en/of bestanden die u kunt weergeven, maar niet bewerken of verwijderen. Een bestand kan het kenmerk alleen-lezen hebben als:
¡ Het bestand is opgeslagen op een fysieke tegen overschrijven beveiligde diskette, cd of dvd.
¡ Het bestand zich bevindt in een map in een netwerk en de systeembeheerder alleen aan speciale personen rechten op het bestand heeft
toegewezen.
All-Terrain Grade— Dell™ATG™verwijstnaardeAll-Terrain Grade-computer die door Dell is ontworpen om meer bescherming te bieden in veeleisende
omgevingen.
ALS ambientlightsensor De ALS detecteert beschikbare omgevingsverlichting en verhoogt of verlaagt automatisch de achterbelichting van uw
beeldscherm om te compenseren voor omgevingen met veel of weinig licht.
antivirus-software— Een programma dat ten doel heeft om computervirussen te detecteren, in quarantaine te zetten en/of van de computer te verwijderen.
apparaat— Hardwarezoalseendiskettestation,printeroftoetsenborddiewordtgeïnstalleerdofaangeslotenopdecomputer.
apparaatstuurprogramma— Zie stuurprogramma.
APR AdvancedPortReplicator Een docking-apparaat dat u in staat stelt om op een eenvoudige wijze gebruik te maken van een externe monitor, een
toetsenbord, een muis en andere apparaten in combinatie met uw draagbare computer.
ASF— AlertStandardsFormat Eenstandaardvoorhetdefiniërenvaneenmechanismevoorderapportagevanhardware- en softwarewaarschuwingen
aan een beheerconsole. ASF is ontwikkeld om besturingssysteem- en platformonafhankelijk te zijn.
B
back-up— Een kopie van een programma of gegevensbestand op een diskette, cd, dvd of een vaste schijf. Als voorzorgsmaatregelen moet u regelmatig een
back-up maken van de gegevensbestanden op de vaste schijf.
batterij— Een heroplaadbare interne stroombron die wordt gebruikt om draagbare computers te bedienen die niet zijn aangesloten op een netadapter en
een stopcontact.
batterijlevensduur— De periode, uitgedrukt in jaren, gedurende welke een batterij van een draagbare computer leeg kan raken en weer kan worden
opgeladen.
batterijwerkingsduur— De periode in minuten of uren gedurende welke een batterij van een draagbare computer een lading bevat terwijl deze de computer
van stroom voorziet.
BIOS— BasicInput/OutputSystem Een programma of hulpprogramma dat dient als een interface tussen de computerhardware en het besturingssysteem.
U mag de BIOS-instellingen alleen wijzigen als u op de hoogte bent van het effect van deze instellingen op uw computer. Wordt ook wel het
systeemsetupprogramma genoemd.
bit— Dekleinstegegevenseenheiddiedoordecomputerkanwordengeïnterpreteerd.
Bluetooth®-technologie— Een draadloze technologiestandaard voor korte-afstands (9 m) netwerkapparaten die het mogelijk maakt dat Bluetooth-
apparaten elkaar kunnen herkennen.
bps— BitsPerSecond De standaardeenheid voor het meten van de snelheid van gegevensoverdracht.
BTU— BritishThermalUnit Een meeteenheid voor warmte-uitstoot.
bus— Een communicatiepad tussen de onderdelen binnen een computer.
bussnelheid De snelheid, uitgedrukt in MHZ, die aangeeft met welke snelheid een bus gegevens kan overdragen.
byte— De basiseenheid die door uw computer wordt gehanteerd. Een byte komt meestal overeen met 8 bits.
C
C— Celsius Eentemperatuurmetingsschaalwaarbij0°overeenkomtmethetvriespunten100°overeenkomtmethetkookpuntvanwater.
cache— Een speciaal opslagmechanisme met hoge snelheid dat een speciaal gereserveerd onderdeel van het hoofdgeheugen kan zijn of een onafhankelijk
opslagapparaatmethogesnelheid.Hetcachegeheugenverbetertdeefficiëntievanveelprocessorbewerkingen.
L1-cache— Primair cachegeheugen dat binnen de processor is opgeslagen.
L2-cache— Secundair cachegeheugen dat zich buiten de processor kan bevinden of in de processorarchitectuur liggen besloten.
carnet— Een internationaal douanedocument dat de tijdelijke import naar andere landen vereenvoudigt. Ook welcdk bekend als een handelspaspoort.
cd— compactdisc Een optisch type opslagmedia die doorgaans wordt gebruikt voor audio en software.
cd-r— CdRecordable Eenbeschrijfbareversievaneencd.Gegevenskunnenslechtséénmaalopeencd-r-schijf worden opgeslagen. Eenmaal opgenomen
kunnen de gegevens niet meer worden gewist of overschreven.
cd-rw— CDRewritable Een overschrijfbare versie van een cd. Gegevens kunnen naar een cd-rw-schijf worden weggeschreven en vervolgens worden
gewist of overschreven.
cd-rw-/dvd-station Een station, soms aangeduid als combostation, dat in staat is om cd's en dvd's te lezen en gegevens naar cd-rw-schijven
(overschrijfbare cd's) en cd-r-schijven (beschrijfbare cd's) te schrijven. U kunt verschillende malen gegevens naar cd-rw-schijven schrijven, maar u kunt slechts
éénkeergegevensnaareencd-r-schijf schrijven.
cd-rw-station— Een station dat in staat is om cd's te lezen en gegevens naar cd-rw-schijven (overschrijfbare cd's) en cd-r-schijven (beschrijfbare cd's) te
schrijven. U kunt verschillende malen gegevens naar cd-rw-schijvenschrijven,maarukuntslechtséénkeergegevensnaareencd-r-schijf schrijven.
cd-speler— De software die wordt gebruikt om cd's met muziek af te spelen. De cd-speler toont een venster met knoppen die u kunt gebruiken om een cd af
te spelen.
cd-station— Een station dat gebruik maakt van optische technologie om gegevens van cd's te lezen.
COA CertificateofAuthenticity De alfanumerieke Windows-code die op een sticker op uw computer wordt vermeld. Wordt ook wel de Productsleutel
ofProduct-id genoemd.
code voor express-service— EennumeriekecodediezichopeenstickeropuwDell™computerbevindt.Gebruikdecodevoorexpress-service als u contact
met Dell opneemt voor ondersteuning. De expresse-service is in sommige landen mogelijk niet verkrijgbaar.
configuratiescherm— Een Windows-hulpprogramma dat u in staat stelt om de instellingen van het besturingssysteem en de hardware te wijzigen, zoals
bijvoorbeeld de beeldscherminstellingen.
controller— Een chip die de gegevensoverdracht tussen de processor en het geheugen of tussen de processor en apparaten regelt.
CRIMM— Continuity Rambus In-lineMemoryModule Een speciale module die niet is uitgerust met geheugenchips en wordt gebruikt voor het opvullen van
ongebruikte RIMM-sleuven.
cursor— Een markeringspunt op het beeldscherm dat aangeeft waar de volgende handeling van het toetsenbord, de touchpad of de muis zal plaatsvinden.
Vaak heeft de cursor de vorm van een knipperende regel, een liggend streepje of een kleine pijl.
D
DDRSDRAM Double-Data-RateSDRAM Een type SDRAM dat de gegevenssaldocyclus verdubbelt, waardoor de systeemprestatie wordt verbeterd.
DDR2SDRAM Double-Data-Rate2SDRAM Een type DDR SDRAM dat gebruik maakt van een 4-bits prefetch en andere architectuurwijzigingen om de
geheugensnelheidteverhogentoteenniveaubovende400MHz.
DIMM— Dual Inline Memory Module.
DIN-ingang— Een ronde, ingang met zes pinnen die voldoet aan de DIN (Deutsche Industrie-Norm)-standaarden. Dergelijke ingangen worden normaliter
gebruikt om de stekkers van PS/2-toetsenborden of -muizen op aan te sluiten.
disk striping— Een techniek die wordt gebruikt om gegevens over meerdere schijven te verdelen. Disk striping kan processen versnellen waarbij gegevens
vanuit een opslaggebied op de schijf worden opgehaald. Computers die gebruik maken van disk striping stellen de gebruiker gewoonlijk in staat om de
grootte van de gegevenseenheden of de stripe-breedte aan te geven.
DMA— DirectMemoryAccess Een kanaal dat bepaalde typen gegevensoverdracht tussen het RAM-geheugen en een apparaat in staat stelt om de
processor te omzeilen.
DMTF— DistributedManagementTaskForce Een consortium van hardware- en softwarebedrijven die beheerstandaarden ontwikkelen voor
gedistribueerde desktop-, netwerk-, internet- en zakelijke omgevingen.
docking-apparaat— Zie APR.
domein— Eengroepvancomputers,programma'senapparatenopeennetwerkdiealsééngeheelwordenbeheerd,metgemeenschappelijkeregelsen
procedures voor gebruik door een specifieke groep gebruikers. Een gebruiker meldt zich op het domein aan om toegang tot de bronnen op dat domein te
verkrijgen.
DRAM— DynamicRandomAccessMemory Geheugen dat informatie opslaat in chips die condensators bevatten.
dual display mode— Een beeldscherminstelling die u in staat stelt om een tweede monitor te gebruiken als uitbreiding op uw beeldscherm. Ook wel
aangeduid als extended display mode.
dvd— DigitalVersatileDisc Een schijf met een hoge opslagcapaciteit die vaak wordt gebruikt om films op te slaan. Dvd-stations zijn in staat om de meeste
cd-schijven te lezen.
dvd-r— DVDRecordable Eenbeschrijfbareversievaneendvd.Gegevenskunnenslechtséénmaalnaareendvd-r worden geschreven. Eenmaal
opgenomen kunnen de gegevens niet meer worden gewist of overschreven.
dvd+rw— DVDRewritable Een overschrijfbare versie van een dvd. Gegevens kunnen naar een dvd+rw-schijf worden geschreven en vervolgens worden
gewist of overschreven. (Dvd+rw-technologie verschilt van dvd-rw-technologie.)
dvd+rw-station— Een station dat in staat is om dvd's en de meeste cd-schijven te lezen en naar dvd+rw(rewritable dvd)-schijven te schrijven.
dvd-speler— De software die wordt gebruikt om dvd-films te bekijken. De dvd-speler toont een venster met knoppen die u kunt gebruiken om een film af te
spelen.
dvd-station— Een station dat gebruik maakt van optische technologie om gegevens van dvd's en cd's te lezen.
DVI— DigitalVideoInterface Een standaard voor digitale overdracht tussen een computer en een digitaal beeldscherm.
E
ECC— ErrorCheckingandCorrection Een type geheugen dat is uitgerust met speciale schakelingen voor het testen van de nauwkeurigheid van gegevens
terwijl deze zich in en uit het geheugen bewegen.
ECP— ExtendedCapabilitiesPort Een parallelle ingang die verbeterde bidirectionele gegevensoverdracht biedt. Op een manier die vergelijkbaar is met EPP,
maakt ECP gebruik van directe geheugentoegang om gegevens te overdragen en verbetert daardoor vaak de prestatie.
EIDE EnhancedIntegratedDeviceElectronics Een verbeterde versie van de IDE-interface voor vaste schijven en cd-stations.
EMI— ElectroMagneticInterference Elektrische storing veroorzaakt als gevolg van elektromagnetische straling.
ENERGY STAR®— Environmental Protection Agency-richtlijnen op basis waarvan het algehele stroomverbruik wordt gereduceerd.
EPP— EnhancedParallelPort Een parallelle ingang die bidirectionele gegevensoverdracht biedt.
ESD— ElectrostaticDischarge Een snelle ontlading van statische elektriciteit. ESD kan chips beschadigen die in computer- en communicatieapparatuur
wordt gebruikt.
ExpressCard— Een verwijderbare I/O-kaart die voldoet aan de PCMCIA-standaard. Modems en netwerkkaarten zijn vaak gebruikte typen ExpressCards.
ExpressCards ondersteunen zowel de PCI Express- als USB 2.0-standaard.
extended display-modus— Een beeldscherminstelling die u in staat stelt om een tweede monitor te gebruiken als uitbreiding op het bestaande beeldscherm.
Ook wel dual display-modus genoemd.
extended PC Card— Een pc-kaart die eenmaal aangebracht in de pc-kaartsleuf, uit sleuf uitsteekt.
F
Fahrenheit— Eentemperatuurmetingsschaalwaarbij32°overeenkomtmethetvriespunten212°methetkookpuntvanwater.
FCC FederalCommunicationsCommission Een Amerikaanse overheidsinstelling die verantwoordelijk is voor het afdwingen van communicatierichtlijnen die
aangeven hoeveel straling computers en andere elektronische apparatuur mogen uitzenden.
floppy Een elektromagnetisch type opslagmedium. Wordt ook wel een floppy-disk of diskette genoemd.
floppy-station— Een diskettestation dat floppy disks kan lezen en ernaar kan schrijven.
formatteren— Het proces dat een schijf of diskette gereed maakt voor de opslag van bestanden. Als een schijf of diskette wordt geformatteerd, zullen alle
gegevens die daarop zijn opgeslagen, verloren gaan.
FSB— FrontSideBus Het gegevenspad en de fysieke interface tussen de processor en het RAM-geheugen.
FTP— FileTransferProtocol Een standaard internetprotocol dat wordt gebruikt om bestanden uit te wisselen tussen computers die met internet zijn
verbonden.
G
G— gravity(zwaartekracht) Een eenheid van gewicht en kracht.
GB— gigabyte Een meeteenheid voor gegevensopslag die overeenkomt met 1.024 MB (1.073.741.824 bytes). Indien gebruikt als verwijzing naar
opslagcapaciteitopdevasteschijfwordtdetermvaakafgerondop1.000.000.000bytes.
geheugen— Een gebied binnen de computer dat wordt gebruikt voor tijdelijke gegevensopslag. Omdat de gegevens in het geheugen niet permanent van
aard zijn, wordt u aanbevolen om tijdens het werken met bestanden de bestanden vaak op te slaan en altijd uw bestanden op te slaan voordat u de
computer uitzet. De computer kan verschillende typen geheugen bevatten, zoals RAM-geheugen, ROM-geheugen en videogeheugen. Het wordt geheugen
wordt vaak gebruikt als synoniem voor RAM-geheugen.
geheugenadres— Een specifieke locatie waarbinnen tijdelijk informatie in het RAM-geheugen wordt opgeslagen.
geheugenmodule— Een kleine printplaat die geheugenchips bevat en wordt aangesloten op het moederbord.
geheugentoewijzing Het proces waarbij de computer tijdens het opstarten geheugencapaciteit toewijst aan fysieke locaties. Apparaten en software
kunnen vervolgens informatie identificeren waarnaar de processor toegang heeft.
geïntegreerd— Deze term verwijst vaak naar onderdelen die zich fysiek op het moederbord van een computer bevinden. Ook wel aangeduid als ingebouwd.
GHz— gigahertz Een meeteenheid voor frequenties die overeenkomt met duizend miljoen Hz, oftewel duizend MHz. De snelheden voor
computerprocessors, -bussen en -interfaces worden vaak uitgedrukt in GHz.
grafisch geheugen— Geheugen dat bestaat uit geheugenchips die aan grafische functies zijn toegewezen. Het grafisch geheugen is doorgaans sneller dan
hetsysteemgeheugen.Dehoeveelheidgeïnstalleerdegrafischegeheugenismetnamevaninvloedophetaantalkleurendateenprogrammakanweergeven.
grafische controller— Deelektronicaopeengrafischekaartofophetmoederbord(incomputersmeteengeïntegreerdegrafischecontroller)diein
combinatiemetdemonitor grafische mogelijkheden biedt voor uw computer.
grafische modus— Een grafische modus die kan worden gedefinieerd als x horizontale pixels bij y verticale pixels bij z kleuren. Grafische modi zijn in staat om
een onbeperkt scala aan vormen en lettertypen weer te geven.
grafische resolutie— Zie resolutie.
GUI— GraphicalUserInterface Software die interactie met de gebruiker mogelijk door middel van menu's, vensters en pictogrammen. De meeste
programma's die op Windows draaien zijn GUI's.
H
helpbestand— Een bestand dat beschrijvingen van, of instructies voor een product bevat. Sommige helpbestanden zijn geassocieerd met een bepaald
programma, zoals Help in Microsoft Word. Andere helpbestanden fungeren als op zichzelf staande naslagbronnen. Helpbestanden hebben vaak de
bestandsextensie .hlp of .chm.
HTML— HyperTextMarkupLanguage Een reeks van codes die worden ingevoerd in een internetpagina voor weergave in een browser.
HTTP— HyperTextTransferProtocol Een protocol voor het uitwisselen van bestanden tussen computers die met internet zijn verbonden.
Hz— hertz Een eenheid om frequenties te meten en overeenkomt met 1 cyclus per seconde. Computers en elektronische apparatuur worden vaak
gemeten in kilohertz (kHz), megahertz (MHz), gigahertz (GHz) of terahertz (THz).
I
IC— integratedcircuit Een halfgeleidende wafer of chip waarop duizenden of miljoenen uiterst kleine elektronische onderdelen worden geproduceerd voor
gebruik in computer-, audio- en videoapparatuur.
IC— IndustryCanada Het Canadese regelgevende orgaan dat verantwoordelijk is voor het reguleren van emissies van elektronische apparatuur, op
soortgelijke wijze als de FCC dat doet in de Verenigde Staten.
IDE— IntegratedDeviceElectronics Eeninterfacevoormassaopslagapparatenwaarbijdecontrollerisgeïntegreerdindevasteschijfofhetcd-station.
IEEE 1394— InstituteofElectricalandElectronicsEngineers EenhoogwaardigeseriëlebusdiewordtgebruiktommetIEEE1394-compatibele apparaten
zoals digitale camera's en dvd-spelers op de computer aan te sluiten.
infraroodsensor— Een poort die u in staat stelt om gegevens over te dragen tussen de computer en met infrarood compatibele apparaten zonder het
gebruik van een kabelverbinding.
I/O— input/output Een bewerking of apparaat dat gegevens invoert en ophaalt op/van uw computer. Toetsenborden en printers zijn I/O-apparaten.
I/O-adres— Een adres in het RAM-geheugendatbetrekkingheeftopeenspecifiekapparaat(zoalseenseriëleingang,parallelleingangofuitbreidingssleuf)
en de processor in staat stelt om met dat apparaat te communiceren.
IrDA— InfraredDataAssociation De organisatie die internationale standaarden ontwerpt voor communicatie op basis van infraroodtechnologie.
IRQ— Interuptrequest Een elektronisch pad die aan een specifiek apparaat wordt toegewezen zodat het apparaat met de processor kan communiceren.
Aan elke apparaatverbinding moet een IRQ worden toegewezen. Hoewel twee apparaten van dezelfde IRQ-toewijzing gebruik kunnen maken, is het niet
mogelijk om beide apparaten tegelijk te gebruiken.
ISP— InternetServiceProvider Een bedrijf dat u toegang biedt tot haar hostserver om direct een internetverbinding te maken, e-mail te verzenden en
ontvangen en websites te bezoeken. ISP's bieden normaliter tegen een bepaald tarief software, een gebruikersnaam en inbelnummers aan.
K
KB— kilobyte Eengegevenseenheiddieovereenkomtmet1.024bytesmaarvaakwordtaangeduidals1000bytes.
Kb— kilobit Een gegevenseenheid die overeenkomt met 1024 bits. Een meeteenheid voor de capaciteit van geheugencircuits.
systeemvak— Het gedeelte van de Windows-taakbalk dat pictogrammen bevat die snelle toegang bieden tot programma's en computerfuncties, zoals de
klok, volumeregeling en printstatus. Ook wel aangeduid als systeemlade.
kHz— kilohertz Een frequentiemeeteenheid die overeenkomt met 1.000 Hz.
kloksnelheid— De snelheid, uitgedrukt in MHz, die aangeeft met welke snelheid computeronderdelen die op de systeembus zijn aangesloten kunnen werken.
koelplaat— Een metalen plaat op sommige processors die helpt om hitte weg te voeren.
L
LAN— LocalAreaNetwork Een computernetwerk dat een klein gebied beslaat. Een LAN is normaliter beperkt tot een gebouw of een aantal gebouwen die
zich dicht bij elkaar bevinden. Een LAN kan ongeacht de afstand met een ander LAN worden verbonden met behulp van telefoonlijnen en radiogolven. Op deze
manier ontstaat een Wide Area Network (WAN).
LCD LiquidCrystalDisplay De technologie die wordt gebruikt in beeldschermen voor draagbare computers en flatscreens.
LED— LightEmittingDiode Een elektronisch onderdeel dat licht uitstoot om de status van de computer aan te geven.
leesmij-bestand— Een tekstbestand dat bij een softwarepakket of een hardwareproduct wordt geleverd. Leesmij-bestanden bieden doorgaans
installatieinformatie en beschrijvingen van nieuwe productverbeteringen of correcties die nog niet zijn gedocumenteerd.
lokale bus— Een gegevensbus die een snelle doorvoer biedt van apparaten naar de processor.
LPT— LinePrintTerminal De aanduiding voor een parallelle ingang van een printer of een ander parallel apparaat.
M
map— Een term die wordt gebruikt om ruimte op een schijf of station aan te duiden waar bestanden worden gegroepeerd en gerangschikt. Bestanden in een
map kunnen op verschillende manieren worden weergegeven en geordend, zoals alfabetisch, op datum en op grootte.
MB— megabyte Eenmeeteenheidvoorgegevensopslagdieovereenkomtmet1.048.576bytes.1MBkomtovereenmoet1.024KB.Wanneerdetermwordt
gebruiktomnaaropslagcapaciteitopdevasteschijfteverwijzen,wordt1MBvaakafgerondop1.000.000bytes.
MB/sec— megabytespersecond Een miljoen bytes per seconde. Deze meeteenheid wordt vaak gebruikt om de gegevensoverdracht uit te drukken.
Mb— megabit Een meeteenheid voor de geheugenchipcapaciteit die overeenkomt met 1.024 Kb.
Mbps— megabitspersecond Een miljoen bits per seconde. Deze meeteenheid wordt vaak gebruikt voor overdrachtssnelheden tussen netwerken en
modems.
MHz— megahertz Een frequentiemeeteenheid die overeenkomt met 1 miljoen cycli per seconde. De snelheden voor computerprocessoren, -bussen en -
interfaces wordt vaak in MHz uitgedrukt.
MiniPCI Eenstandaardvoorgeïntegreerderandapparatuurmeteennadrukopcommunicatie,zoalsmodemsenNIC's.MiniPCIiseenkleinekaartdie
functioneel het equivalent is van een standaard PCI-expansiekaart.
modem— Een apparaat dat uw computer in staat stelt om met andere computers te communiceren via analoge telefoonlijnen. Er zijn drie verschillende typen
modems: extern, PC-kaart of ExpressCard en intern. Normaliter gebruikt u uw modem voor het maken van een internetverbinding en het uitwisselen van e-
mailberichten.
modulecompartiment— Een compartiment dat apparaten als optische stations ondersteunt.
monitor— Een televisieachtig apparaat met hoge resolutie dat computeroutput weergeeft.
ms— milliseconde Een tijdseenheid die overeenkomt met een duizendste van een seconde. De toegangstijden voor opslagapparaten worden vaak
uitgedrukt in ms.
muis— Een aanwijsapparaat waarmee de bewegingen van de cursors op het scherm wordt bediend. Normaliter rolt u de muis over een hard, vlak oppervlak
om de muisaanwijzer of cursor op het scherm te bewegen.
N
netwerkadapter— Een chip die netwerkfuncties biedt. Het moederbord van een computer kan van een netwerkadapter zijn voorzien. Bij sommige computers
bevindt de netwerkadapter zich op de pc-kaart. Een netwerkadapter wordt ook vaak aangeduid als een NIC (network interface controller).
NIC— Zie netwerkadapter.
ns— nanoseconde Een tijdseenheid die overeenkomt met een miljardste van een seconde.
NVRAM— Non-VolatileRandomAccessMemory Een type geheugen dat gegevens opslaat wanneer de computer uitstaat of niet langer is aangesloten op
de externe stroomvoorziening. NVRAM wordt gebruikt om de configuratieinformatie van de computer te behouden, zoals de datum, tijd en andere
systeemconfiguratieoptiesdieukuntinstellen.
O
opstartbare cd— Een cd die u kunt gebruiken om uw computer mee op te starten. In het geval dat de vaste schijf is beschadigd of uw computer door een
computervirus is getroffen, moet u ervoor zorgen dat u een opstartbare cd of diskette bij de hand hebt. De cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's)
en ResourceCD (bron-cd) zijn opstartbare cd's.
opstartbare diskette—Een cd die u kunt gebruiken om uw computer mee op te starten. In het geval dat de vaste schijf is beschadigd of uw computer door
een computervirus is getroffen, moet u ervoor zorgen dat u een opstartbare cd of diskette bij de hand hebt.
opstartvolgorde— Geeft de volgorde aan van de apparaten, stations of schijven vanaf welke de computer probeert op te starten.
optisch station— Een station dat gebruik maakt van optische technologie om gegevens te lezen van, of te schrijven naar cd's, dvd's of dvd+rw's. Voorbeelden
van optische stations zijn cd-stations, dvd-stations, cd-rw-stations en gecombineerde cd-rw/dvd-stations.
P
parallelle ingang— Een I/O-poort die vaak wordt gebruikt om een parallelle printer op een computer aan te sluiten. Ook wel aangeduid als een LPT-poort.
partitie— Een fysiek opslaggebied op een vaste schijf dat wordt toegewezen aan een of meer logische opslaggebieden die worden aangeduid met de term
logische stations. Elke partitie kan meerdere logische stations bevatten.
pc-kaart— Een verwijderbare I/O-kaart die voldoet aan de PCMCIA-standaard. Modems en netwerkadapters zijn populaire typen pc-kaarten.
PCI— PeripheralComponentInterconnect PCI is een lokale bus die ondersteuning biedt voor 32 en 64 bits gegevenspaden, hetgeen een gegevenspad
met hoge snelheid biedt tussen de processor en apparaten zoals grafische kaarten, schijven en netwerken.
PCIExpress Een wijziging van de PCI-interface die de snelheid van gegevensoverdracht tussen de processor en de apparaten die daaraan zijn gekoppeld,
vergroot.PCIExpresskangegevensoverdragenbijsnelhedenvan250MB/sectot4GB/sec.AlsdePCIExpress-chipset en het apparaat in staat zijn om
verschillende snelheden te werken, zullen ze op de laagste van deze snelheden werken.
PCMCIA— PersonalComputerMemoryCardInternationalAssociation De organisatie die standaarden vaststelt voor pc-kaarten.
piekbeschermers— Bieden bescherming tegen pieken in de netspanning die kunnen optreden tijdens onweer en via het stopcontact de computer kunnen
binnengaan. Piekbeschermers bieden geen bescherming tegen blikseminslag of korte spanningsvallen, die optreden wanneer de netstroom met meer dan 20
procent onder het normale niveau daalt.
Het is niet mogelijk om netwerkverbindingen te beschermen met piekbeschermers. Tijdens onweer moet u altijd de netwerkkabel uit het netwerkcontact
halen.
PIN— Persoonlijkidentificatienummer Een reeks van getallen en/of letters die wordt gebruikt om computernetwerken en andere beveiligde systemen te
beschermen tegen toegang door onbevoegde personen.
PIO— ProgrammedInput/Output Een methode voor gegevensoverdracht tussen twee apparaten via de processor als onderdeel van het gegevenspad.
pixel— Een enkel punt op een beeldscherm. Pixels worden in rijen en kolommen gerangschikt zodat een beeld ontstaat. Grafische resoluties, zoals
bijvoorbeeld 800 x 600, worden uitgedrukt als het aantal pixels van links naar rechts bi het aantal pixels van boven naar beneden.
plug-and-play— Het vermogen van een computer om automatisch apparaten te configureren. Plug and Play maakt automatische installatie, configuratie en
compatibiliteit met bestaande hardware mogelijk, mits de BIOS, het besturingssysteem en alle apparaten voldoen aan de vereisten voor Plug and Play.
POST PowerOnSelfTest Diagnostische programma dat automatisch door de BIOS wordt geladen en basiscontroles uitvoert voor de belangrijkste
onderdelen van de computer, zoals het geheugen, vaste schijven en de grafische kaart. Als er tijdens de POST geen problemen worden gedetecteerd, zal de
computer verder gaan met opstarten.-
processor— Een computerchip die programmaopdrachten interpreteert en uitvoert. Soms wordt de processor aangeduid met de term CPU (Central Processing
Unit).
programma— Software die gegevens voor u verwerkt, zoals spreadsheets, tekstverwerkers, databaseprogramma's en computerspellen. Programma's
hebbeneenbesturingssysteemnodigomtekunnenwordenuitgevoerd.
PS/2— PersonalSystem/2 Een type ingang om een toetsenbord, muis of toetsenblok op aan te sluiten die met PS/2-technologie compatibel is.
PXE— Pre-bootEXecutionEnvironment Een WfM (Wired for Management)-standaard die het mogelijk maakt om computers die onderdeel uitmaken van een
netwerk maar niet voorzien zijn van een besturingssysteem op afstand te configureren en op te starten.
R
RAID— RedundantArrayofIndependentDisks Een methode die gegevensredundantie biedt. Veel voorkomende implementaties van RAID zijn onder meer
RAID0,RAID1,RAID5,RAID10enRAID50.
RAM— RandomAccessMemory Het primaire opslaggebied voor programmaopdrachten en -gegevens. Informatie die in het RAM-geheugen wordt
opgeslagen zal verloren gaan wanneer u de computer uitzet.
reismodule— Een plastic apparaat dat binnen het modulecompartiment van een draagbare computer kan worden geplaatst om het gewicht van de computer
te reduceren.
resolutie— De scherpte en helderheid van een beeld dat door een printer wordt geproduceerd of op een monitor wordt weergegeven. Hoe hoger de
resolutie, hoe scherper het beeld.
RFI— RadioFrequencyInterference Storingdiewordtgegenereerdoptypischeradiofrequentiesinhetbereiktussen10kHzen100.000MHz.
Radiofrequenties bevinden zich op het laagste niveau van het elektromagnetisch frequentiespectrum en veroorzaken veel waarschijnlijker storing dan hogere
frequenties zoals infrarood en licht.
ROM ReadOnlyMemory Geheugen dat gegevens en programma's opslaat die niet kunnen worden verwijderd of waarnaar de computer niet kan
schrijven. In tegenstelling tot het RAM-geheugen behoudt het ROM-geheugen de inhoud ervan nadat u de computer hebt uitgezet. Sommige programma's die
onmisbaar zijn voor een goede werking van uw computer zijn in het ROM-geheugen opgeslagen.
RPM— RevolutionsPerMinute Het aantal omwentelingen dat per minuut optreedt. De snelheid van de vaste schijf wordt vaak gemeten in rpm.
RTC— RealTimeClock Een klok met batterijvoeding op het moederbord, die de datum en tijd bijhoudt nadat u de computer hebt uitgezet.
RTCRST— RealTimeClockReset Een jumper op het moederbord van sommige computers die vaak kan worden gebruikt om problemen op te lossen.
S
ScanDisk— Een hulpprogramma van Microsoft dat bestanden, mappen en het oppervlak van de vaste schijf op fouten controleert. ScanDisk wordt vaak
uitgevoerd wanneer u de computer opnieuw start nadat deze gestopt is met reageren.
SDRAM— SynchronousDynamicRandomAccessMemory Een type DRAM dat wordt gesynchroniseerd met de optimale kloksnelheid van de processor.
seriëleingang— Een I/O-poort die vaak wordt gebruikt om apparaten zoals digitale handheld-toestellen of digitale camera's op de computer aan te sluiten.
serviceplaatje— Een streepjescodelabel op de computer dat uw computer identificeert wanneer u Dell Support bezoekt via support.dell.com of wanneer u
telefonisch contact opneemt met de klantenservice of technische ondersteuning van Dell.
setup-programma— Een programma dat wordt gebruikt om hardware en software te installeren en configureren. Het programma setup.exe of install.exe
wordt met de meeste Windows-software geleverd. Het setupprogramma is iets anders dan het systeemsetupprogramma.
shutdown— Het proces van het sluiten van vensters en het afsluiten van programma's, het uitschakelen van het besturingssysteem en het uitzetten van de
computer. Er kan gegevensverlies optreden als u de computer uitzet voordat het shutdown-proces is voltooid.
slaapmodus— Een energiebesparingsmodus die alle items in het geheugen opslaat op een speciaal daartoe gereserveerde ruimte op de vaste schijf en
vervolgens de computer uitzet. Als u de computer opnieuw start, zal de informatie uit het geheugen die op de vaste schijf werd opgeslagen automatisch
worden hersteld.
smart card— Een kaart die is uitgerust met een processor en geheugenchip. Smart cards kunnen worden gebruikt om een gebruiker te authenticeren.
snelkoppeling— Een pictogram dat snelle toegang biedt tot vaak gebruikte programma's, bestanden, mappen en stations. Als u een snelkoppeling op het
bureaublad van Windows plaatst en het pictogram dubbelklikt, opent u daarmee de/het overeenkomstige map, bestand of station zonder er eerst naar
hoeven te zoeken. Snelkoppelingspictogrammen wijzigen niets aan de locatie van bestanden, mappen of stations. Als u een snelkoppeling verwijdert, zal dit
geen invloed hebben op het oorspronkelijke bestand, map of station. Het is ook mogelijk om de naam van een snelkoppeling te wijzigen.
software— Alles wat elektronisch kan worden opgeslagen, zoals programma's of computerbestanden.
S/PDIF— Sony/PhilipsDigitalInterface Een formaat voor de overdracht van audiobestanden die het mogelijk maakt om audio van het ene naar het andere
bestandovertedragenzonderhetteconverterenvanennaareenanaloogformaat,hetgeendekwaliteitvanhetbestandnadeligzoukunnenbeïnvloeden.
standby-modus— Een energiebeheermodus die alle niet benodigde computerbewerkingen stopzet om stroom te besparen.
Strike Zone™ Verstevigd gebied van het vaste-schijfcompartiment dat de vaste schijf beschermt door te fungeren als een resonantiedemper wanneer een
computer trillingen als gevolg van een schok ondervindt of valt (ongeacht of de computer aanstaat of uitstaat).
stuurprogramma— Software die het besturingssysteem in staat stelt om apparaten zoals een printer te bedienen. Veel apparaten zullen niet naar behoren
kunnenwerkenalshetjuistestuurprogrammanietopdecomputerisgeïnstalleerd.
SVGA— SuperVideoGraphicsArray Een standaard voor grafische kaarten en controllers. Typische SVGA-resoluties zijn 800 x 600 en 1024 x 768.
Het aantal kleuren en de resolutie dat een programma weergeeft hangt af van de mogelijkheden van de monitor, de grafische controller en de
stuurprogramma'sdaarvanendehoeveelheidgrafischgeheugendieindecomputerisgeïnstalleerd.
S-video TV-out— Een ingang die wordt gebruikt om een televisie of een digitaal audioapparaat op de computer aan te sluiten.
SXGA— SuperExtendedGraphicsArray Een standaard voor grafische kaarten en controllers die ondersteuning biedt voor resoluties tot 1280 x 1024.
SXGA+— SuperExtendedGraphicsArrayPlus Een standaard voor grafische kaarten en controllers die ondersteuning biedt voor resoluties tot 1400 x 1050.
systeembord— De hoofdbedradingsplaat in een computer. Ook wel het moederbord genoemd.
systeemlade— Zie systeemvak.
systeemsetup— Een hulpprogramma dat als interface dient tussen de hardware van de computer en het besturingssysteem. De systeemsetup stelt u ertoe
in staat door de gebruiker selecteerbare opties te configureren in de BIOS, zoals de datum, de tijd of het systeemwachtwoord. U mag de instellingen voor dit
programma uitsluitend wijzigen als u inzicht hebt in het effect van deze wijzigingen.
T
TAPI— TelephonyApplicationProgrammingInterface Stelt Windows-programma's in staat om een breed scala aan telefonieapparaten te bedienen,
waaronder spraak-, gegevens-, fax- en grafische voorzieningen.
tegen overschrijven beveiligd— Bestanden of media die niet kunnen worden gewijzigd. U moet gegevens van een overschrijfbeveiliging voorzien wanneer u
niet wilt dat deze worden gewijzigd of vernietigd. Als u een diskette van een overschrijfbeveiliging wilt voorzien, moet u het schuifje voor de
overschrijfbeveiliging in de open stand schuiven.
tekstbewerker— Een programma dat wordt gebruikt om bestanden te maken en bewerken die alleen tekst bevatten. Het Kladblok van Windows maakt
bijvoorbeeld gebruik van een tekstverwerker. Tekstverwerkers bieden doorgaans geen woordomslag- of opmaakfunctionaliteit (de optie voor onderlijnen, het
wijzigen van lettertypes etc).
toetsencombinatie— Een opdracht waarvoor meerdere toetsen tegelijkertijd moeten worden ingedrukt.
U
uitbreidingskaart— Een bedradingsplaat die wordt aangesloten op een uitbreidingssleuf waarmee het moederbord van sommige computers is uitgerust, met
het doel om de functionaliteit en capaciteit van de computer uit te breiden. Voorbeelden zijn grafische kaarten, modem- en geluidskaarten.
uitbreidingssleuf— Een ingang op het moederbord (van sommige computers) waarop een uitbreidingskaart kan worden aangesloten, zodat deze met de
systeembus wordt verbonden.
UMA— UnifiedMemoryAllocation Systeemgeheugen dat op dynamische wijze aan de grafische kaart wordt toegewezen.
UPS UninterruptiblePowerSupply Een reservestroomvoorziening die wordt gebruikt in geval van een stroomstoring of wanneer de stroom onder een
acceptabel niveau valt. Een UPS kan een computer voor een beperkte tijd van stroom voorzien wanneer er geen netstroom voorradig is. UPS-systemen bieden
normaliter piekonderdrukking en spanningsregeling. Kleine UPS-systemen bieden gedurende een aantal minuten batterijstroom zodat u de computer kunt
uitzetten.
USB— UniversalSerialBus Een hardware-interface voor apparaten met een lage snelheid, zoals een voor USB geschikt toetsenbord, muis, joystick,
scanner, speakerset, printer, breedbandapparaaten (ADSL- en kabelmodems), apparatuur voor het vastleggen van beelden en opslagapparaten. De
apparaten worden rechtstreeks aangesloten op een 4-pins ingang op de computer of in een hub met meerdere poorten die op de computer is aangesloten.
USB-apparaten kunnen worden aangesloten en ontkoppeld terwijl de computer aanstaat en kunnen ook in serie worden geschakeld.
UTP— UnshieldedTwistedPair Een type kabel dat in de meeste telefoonnetwerken en sommige computernetwerken wordt gebruikt. Paren van niet-
afgeschermde draden worden in elkaar gedraaid om ze beschermen tegen elektromagnetische storing in plaats van een metalen omhulsel te gebruiken rond
elk paar draden om deze tegen storing te beschermen.
UXGA— UltraExtendedGraphicsArray Een standaard voor grafische kaarten en controllers die ondersteuning biedt voor resoluties tot 1600 x 1200.
V
V— volt Eenmeeteenheidvoorelektrischeladingofelektromotorischekracht.EénVgaatdooreenweerstandvan1ohmwanneereenladingvan1
ampèredoordieweerstandgaat.
vaste schijf— Een station dat gegevens op een vaste schijf leest en naar de vaste schijf schrijft. De term vaste schijf en harde schijf worden vaak door elkaar
gebruikt.
verniewingsfrequentie— De frequentie, uitgedrukt in Hz, waarop de horizontale lijnen op het beeldscherm opnieuw worden geladen (soms de verticale
frequentie genoemd). Hoe hoger de vernieuwingsfrequentie, hoe minder het beeld voor het menselijk oog zal lijken te knipperen.
videomodus— Een modus die aangeeft hoeveel tekst en grafische beelden op een beeldscherm kunnen worden weergegeven. Op beelden gebaseerde
software, zoals het besturingssysteem Windows, wordt weergegeven in grafische modi die kunnen worden gedefinieerd als x horizontale pixels bij y verticale
pixels bij z kleuren. Op tekens gebaseerde software, zoals tekstverwerkers, wordt weergegeven in grafische modi die kunnen worden gedefinieerd als x
kolommen bij y rijen tekens.
virus— Een programma dat is ontworpen om u overlast te bezorgen of om gegevens te vernietigen die op uw computer zijn opgeslagen. Een virusprogramma
verplaatstzichvandeenecomputeropdeandereviaeengeïnfecteerdedisketteofschijf,softwaredievaninternetwordtgedownloadofe-mailbijlagen. Als
eengeïnfecteerdprogrammawordtuitgevoerd,zalhetingebeddeviruseveneenswordenuitgevoerd.
Een veel voorkomend type virus is een bootvirus (opstartvirus), dat wordt opgeslagen in de opstartsector van een diskette. Als de diskette in het
diskettestationachterblijftterwijldecomputerwordtuitgezetenweeraangezet,zaldecomputerwordengeïnfecteerdwanneerhetdeopstartsectorenvan
dedisketteleestindeveronderstellingdathetomeendiskettemeteenbesturingssysteemgaat.Alsdecomputerwordtgeïnfecteerd,kanhetbootvirus
zichzelf naar alle diskettes schrijven die op die computer worden gebruikt, totdat het virus wordt vernietigd.
W
W— watt Demeeteenheidvoorelektrischestroom.EénWkomtovereenmeteenstroomladingvan1ampèredieopeenniveauvan1voltverloopt.
wallpaper— Een achtergrondpatroon of een afbeelding op het bureaublad van Windows. U kunt de wallpaper wijzigen via het Configuratiescherm van
Windows. Ook kunt u uw favoriete afbeelding inscannen en deze als wallpaper gebruiken.
WHr— watt-uur Een meeteenheid die vaak wordt gebruikt om een benadering van het batterijvermogen te geven. Een 66-WHr batterij kan bijvoorbeeld
66 W aan stroom bieden gedurende 1 uur of 33 W gedurende 2 uur.
WXGA— WideAspectExtendedGraphicsArray Een standaard voor grafische kaarten en controllers die ondersteuning biedt voor resoluties tot 1280 x 800.
X
XGA— eXtendedGraphicsArray Een standaard voor grafische kaarten en controllers die ondersteuning biedt voor resoluties tot 1024 x 768.
Z
ZIF— ZeroInsertionForce Een type contact of ingang dat het mogelijk maakt om een computerchip te installeren of verwijderen zonder dat er kracht wordt
uitgeoefend op de chip of het contact/de uitgang.
Zip— Een populair formaat voor gegevenscompressie. Bestanden die zijn gecomprimeerd in het Zip-formaat worden zip-bestanden genoemd en hebben
meestal de bestandsuitgang .zip. Een speciaal type zip-bestand is het zelfuitpakkend bestand, dat de bestandsuitgang .exe heeft. U kunt zelfuitpakkende
bestanden decomprimeren door erop te dubbelklikken.
Zip drive— Een schijf met hoge capaciteit die is ontwikkeld door Iomega Corporation en gebruik maakt van 3,5 inch schijven genaamd Zip disks. Zip disks zijn
iets groter dan reguliere diskettes en ongeveer twee keer zo dik. Ze bieden een gevevensopslagcapaciteit van maximaal 100 MB.
Terug naar inhoudspagina
Terug naar inhoudspagina
Het toetsenbord en de touchpad gebruiken
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Numeriek toetsenblok
Toetsencombinaties
Touchpad
Numeriek toetsenblok
Het numerieke toetsenblok werkt op dezelfde manier als het numerieke toetsenblok op een extern toetsenbord. Elke toets op het toetsenblok heeft meerdere
functies. De getallen en symbolen op het toetsenblok zijn blauw gemarkeerd aan de rechterzijde van de toetsen van het toetsenblok. Als u een getal of
symbool wilt typen, drukt u eerst op <Fn> en vervolgens op de gewenste toets, dit nadat u het toetsenblok hebt ingeschakeld.
l Druk op <Fn><Num Lk> om het toetsenblok in te schakelen. Het lampje geeft aan dat het toetsenblok is geactiveerd.
l Druk opnieuw op <Fn><Num Lk> om het toetsenblok uit te schakelen.
Toetsencombinaties
Systeemfuncties
Beeldschermfuncties
Energiebeheer
<Ctrl><Shift><Esc>
Hiermee opent u het venster Taakbeheer.
<Fn><F2>
Draadloze netwerkactiviteit activeren/deactiveren.
<Fn><F8>
Er zijn beeldschermpictogrammen voor alle momenteel beschikbare beeldschermopties (bijvoorbeeld alleen beeldscherm, alleen externe
monitor of projector, zowel beeldscherm als projector, enzovoorts). Selecteer het gewenste pictogram om het beeldscherm naar de
gewenste optie over te schakelen.
<Fn> en de pijl-
omhoogtoets
Vergrootdehelderheidalleenophetgeïntegreerdebeeldscherm(nietopeenexternemonitor).
<Fn> en pijl-
omlaagtoets
Verlaagtdehelderheid,maaralleenophetgeïntegreerdebeeldscherm(nietopeenexternemonitor).
Speakerfuncties
Functies in combinatie met de toets met het Microsoft
®
Windows
®
-logo
Toetsenbordinstellingen aanpassen
Als u de werking van het toetsenbord wilt aanpassen, zoals de herhaalsnelheid van tekens, opent u het Configuratiescherm en klikt u op Printers en andere
hardware en klikt u vervolgens op Toetsenbord. Zie Windows Help en ondersteuning voor informatie over het Configuratiescherm. Zie Windows Help en
ondersteuning voor informatie over het openen van Help en ondersteuning.
Touchpad
De touchpad detecteert de druk en de beweging van uw vinger, zodat u de cursor op het beeldscherm kunt verplaatsen. U kunt de touchpad en de touchpad-
knoppen op dezelfde manier gebruiken als u een muis zou gebruiken.
l Als u de cursor wilt bewegen, sleept u uw vinger zachtjes over de touchpad.
l Als u een object wilt selecteren, plaatst u de cursor op het object en tikt u een keer licht op het oppervlak van de touchpad of gebruikt u uw duim om
op de linkerknop van de touchpad te drukken.
<Fn><Esc>
Activeert de energiebeheermodus "Stand-by". U kunt deze sneltoets omprogrammeren zodat deze een andere energiebeheermodus activeert.
Gebruik hiervoor het tabblad Geavanceerd in het venster Eigenschappen voor energiebeheer. Zie Energiebeheermodi.
<Fn><F1>
Activeertdeenergiebeheermodus"Slaapstand"indienDellQuickSetisgeïnstalleerd.Ukuntdezesneltoetsomprogrammerenzodatdezeeen
andere energiebeheermodus activeert. Gebruik hiervoor het tabblad Geavanceerd in het venster Eigenschappen voor energiebeheer. Zie
Energiebeheermodi.
<Fn><Page Up>
Hiermeeverhoogtuhetvolumevandegeïntegreerdespeakersendeexternespeakers,indienaangesloten.
<Fn><Page Dn>
Hiermeeverlaagtuhetvolumevandegeïntegreerdespeakersendeexternespeakers,indienaangesloten.
<Fn><End>
Hiermee schakelt u de interne en externe speakers (indien aangesloten) in en uit.
Toets met het Windows-
logo en <m>
Hiermee minimaliseert u alle geopende vensters.
Toets met het Windows-
logo en <Shift><m>
Brengt alle geminimaliseerde vensters terug naar hun normale staat. Deze opdracht kan worden gebruikt om alle vensters te
herstellen (maximaliseren) die eerder zijn geminimalizeerd met de toets met het Windows-logo en de toets <m>.
Toets met het Windows-
logo en <e>
Hiermee activeert u Windows Verkenner.
Toets met het Windows-
logo en <r>
Hiermee opent u het dialoogvenster Uitvoeren.
Toets met het Windows-
logo en <f>
Hiermee opent u het dialoogvenster Zoekresultaten.
Toets met het Windows-
logo en <Ctrl><f>
Hiermee opent u het dialoogvenster Zoekresultaten-Computer(alsdecomputeropeennetwerkisaangesloten).
Toets met het Windows-
logo en <Pause>
Hiermee opent u het dialoogvenster Systeemeigenschappen.
1
touchpad
2
strookje dat mogelijkheid tot schuiven (scrollen) aangeeft
l Als u een object wilt verplaatsen of slepen, plaatst u de cursor op het object en tikt u twee keer op de touchpad. Terwijl u de touchpad voor de tweede
keer aantipt, moet u uw vinger op de touchpad laten rusten en het geselecteerde object verplaatsen door uw vinger over het oppervlak te bewegen.
l Als u op een object wilt dubbelklikken, plaatst u de cursor op het object en tikt u twee keer op de touchpad of drukt u twee maal met uw duim op de
linkerknop van de touchpad.
De touchpad heeft aan twee kanten een strook die aangeeft dat via deze zones de mogelijkheid tot schuiven (scrollen) kan worden gebruikt. Schuiven is
standaard ingeschakeld. U kunt deze functie uitschakelen door de muisfuncties te wijzigen via het Configuratiescherm.
De touchpad aanpassen
U kunt het venster Muiseigenschappen gebruiken om de touchpad uit te schakelen of de instellingen hiervan aan te passen.
1. Open het Configuratiescherm, klik op Printers en andere hardware en klik dan op Muis. Zie Windows Help en ondersteuning voor informatie over het
Configuratiescherm. Zie Windows Help en ondersteuning voor informatie over het openen van Help en ondersteuning.
2. Klik in het venster Eigenschappen voor muis op het tabblad Opties voor de aanwijzer om de touchpadinstellingen te wijzigen.
3. Klik op OK om de instellingen op te slaan en het venster te sluiten.
Terug naar inhoudspagina
OPMERKING: De schuifzones werken mogelijk niet bij alle toepassingen. De schuifzones werken alleen goed als de gebruikte toepassing de
schuiffunctie van de touchpad ondersteunt.
Terug naar inhoudspagina
Multimedia gebruiken
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Een cd of dvd afspelen
Het volume bijstellen
Het beeld bijstellen
Cd'sendvd'skopiëren
Een cd of dvd afspelen
1. Druk op de uitwerpknop aan de voorzijde van het station.
2. Trek de lade naar buiten.
3. Plaats de schijf met het etiket naar boven in het midden van de lade en druk de schijf op de spil.
4. Duw de lade terug in het station.
Voor het formatteren van cd's om gegevens op te slaan, het maken van muziek-cd'senhetkopiërenvancd'smoetudecd-software raadplegen die met de
computer werd meegeleverd.
Het volume bijstellen
1. Klik op Start, wijs Programma's® Bureau-accessoires® Entertainment (of Multimedia) aan en klik dan op Volumebeheer.
2. In het venster Volumeregeling klikt u op de balk in de kolom Volumeregeling en schuift u deze omhoog of omlaag om het volume te verhogen of
verlagen.
KENNISGEVING: Druk de cd- of dvd-lade niet naar beneden wanneer u deze opent of sluit. Houd de lade dicht wanneer u het cd- of dvd-station niet
gebruikt.
KENNISGEVING: Verplaats de computer niet tijdens het afspelen van cd's of dvd's. Druk op de uitwerpknop aan de voorzijde van het station.
1
cd-/dvd-lade
OPMERKING: Als u een cd/dvd-station gebruikt dat bij een andere computer is geleverd, dient u de stuurprogramma's en software te installeren die
nodig zijn on cd's of dvd's af te spelen of gegevens te branden. Raadpleeg de cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) voor meer informatie.
De cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) is optioneel en wordt in sommige landen mogelijk niet met de computer meegeleverd.
OPMERKING: Zorg er tijdens het maken van cd's voor dat u volgens de geldende copyrightwetten te werk gaat.
OPMERKING: Als de speakers zijn gedempt, zult u niet in staat zijn om de cd of dvd te horen die wordt afgespeeld.
Klik op Help in het venster Volumeregeling voor meer informatie over volumeregelingsopties.
De volumemeter geeft het huidige volumeniveau op uw computer weer, inclusief gedempt. Klik op het pictogram op de taakbalk en vink Disable On
Screen Volume Meter (Volumemeter op scherm uitschakelen) uit of aan om de volumemeter op het scherm respectievelijk te activeren of deactiveren.
Als de volumemeter is geactiveerd, kunt u het volume regelen met behulp van de volumebedieningsknoppen of de volgende toetsencombinaties:
l Druk op <Fn><PageUp> om het volume te verhogen.
l Druk op <Fn><PageDn> om het volume te verlagen.
l Druk op <Fn><End> om het volume te dempen.
Het beeld bijstellen
Als een foutmelding verschijnt dat de huidige resolutie en de kleurdiepte te veel geheugen verbruiken en het afspelen van dvd's onmogelijk maken, moet u de
eigenschappen van het beeldscherm bijstellen.
1. Klik op Start en op Configuratiescherm.
2. Klik onder Kies een categorie op Vormgeving en thema's.
3. Klik op De beeldschermresolutie onder Kies een taak.
4. Klik in het venster Eigenschappen voor beeldscherm op de balk in Beeldschermresolutie en sleep deze om de instelling voor beeldschermresolutie te
verminderen.
5. Klik op het vervolgkeuzemenu onder Kleurkwaliteit en klik dan op Medium (16 bit).
6. Klik op OK om de instellingen op te slaan en het venster te sluiten.
Cd'sendvd'skopiëren
Deze sectie is alleen van toepassing op computers die zijn voorzien van een cd-rw, dvd+/-rw of cd-rw/dvd-station (combostation).
In de volgende instructies wordt uitgelegd hoe u een exacte kopie maakt van een cd of dvd. U kunt Sonic DigitalMedia ook voor andere doeleinden gebruiken,
zoals het maken van muziek-cd'svanaudiobestandendieopuwcomputerzijnopgeslagenofhetmakenvanreservekopieënvanbelangrijkegegevens.Voor
Help opent u Sonic DigitalMedia en klikt u op het vraagtekenpictogram in de rechterbovenhoek van het venster.
Hoe kopieert u een cd of dvd
De dvd-brandersdieinDell™-computerswordengeïnstalleerd,kunnenschrijvennaarenlezenvandvd+/-r, dvd+/-rw en dvd+r dl (dubbele laag), maar
kunnen niet schrijven naar en mogelijk niet lezen van dvd-ram of dvd-r dl.
1
volumepictogram
2
volumemeter
3
dempingspictogram
OPMERKING: Zorg ervoor dat u zich aan alle auteursrechtwetgeving houdt wanneer u cd's of dvd's brandt.
OPMERKING: Welke typen cd- of dvd-station door Dell worden aangeboden, kan van land tot land verschillen.
OPMERKING: Cd-rw/dvd-combostations kunnen niet naar dvd-media schrijven. Als u een cd-rw/dvd-combostation hebt en opnameproblemen hebt,
dient u naar de supportwebsite van Sonic te gaan op www.sonic.com en daar te controleren of er softwarepatches beschikbaar zijn.
OPMERKING: Demeestecommerciëledvd'szijnvoorzienvanauteursrechtbeveiligingenkunnennietmetSonicDigitalMediawordengekopieerd.
1. Klik op Start, wijs Programma's® Sonic® DigitalMedia Projects aan en klik dan op Copy(kopiëren).
2. Klik op het tabblad Copy op Disc Copy(schijfkopiëren).
3. U kopieert de cd of dvd als volgt:
l Alsumaarééncd- of dvd-station hebt gaat u na of alle instellingen juist zijn en klikt u op de knop Disc Copy (schijfkopiëren).Decomputerleest
uw bron-cd of -dvd en kopieert de gegevens naar een tijdelijke map op de vaste schijf van uw computer.
Plaats wanneer u hierom wordt gevraagd een lege cd of dvd in het station en klik op OK.
l Als u twee cd- of dvd-stations hebt, selecteert u het station waarin u uw bron-cd of -dvd hebt geplaatst en klikt u op de knop Disc Copy. De
computer kopieert de gegevens van de bron-cd of -dvd naar de lege cd of dvd.
Zodrauklaarbentmethetkopiërenvandebron-cd of -dvd, wordt de door u gemaakte cd of dvd automatisch uitgeworpen.
Lege cd's en dvd's gebruiken
Cd-rw-stations kunnen alleen naar cd-opnamemedia schrijven (inclusief zeer snelle cd-rw) terwijl dvd-branders zowel naar cd- als dvd-opnamemedia kunnen
schrijven.
Gebruik lege cd-r's om muziek op te nemen of gegevens permanent op te slaan. Nadat u een cd-r hebt gemaakt, kunt u niet meer naar deze cd-r schrijven (zie
de documentatie van Sonic voor meer informatie). Gebruik lege cd-rw's om gegevens op cd's te wissen, overschrijven of bij te werken.
U kunt lege dvd+/-r's gebruiken om permanent grote hoeveelheden gegevens op te slaan. Nadat u een dvd+/-r-schijf hebt gemaakt, kunt u mogelijk niet
opnieuw naar die schijf schrijven als die schijf tijdens de laatste fase van het schijfcreatieproces is "gefinaliseerd" of "gesloten". Gebruik lege dvd+/-rw's als u
van plan bent de gegevens op die schijf naderhand te wissen, overschrijven of bij te werken.
Cd-branders
Dvd-branders
Nuttige tips
l Gebruik Microsoft®Windows®Verkenner om bestanden naar een cd-r of cd-rw te slepen, maar alleen nadat u Sonic DigitalMedia hebt gestart en een
DigitalMedia-project hebt geopend.
l Gebruik cd-r's om muziek-cd's te branden die u op een normale stereo wilt afspelen. Cd-rw's kunnen niet worden afgespeeld in de meeste stereo's in
huis of auto.
l U kunt met Sonic DigitalMedia geen audio-dvd's maken.
l MP3-bestanden met muziek kunnen alleen worden afgespeeld op MP3-spelers waarop MP3-softwareisgeïnstalleerd.
l Commercieel beschikbare dvd-spelers die in home theater-systemen worden gebruikt, ondersteunen mogelijk niet alle beschikbare dvd-indelingen. Zie
de documentatie bij uw dvd-speler of neem contact op met de fabrikant voor een lijst met de indelingen die door uw dvd-speler worden ondersteund.
l Brand een lege cd-r of cd-rw niet vol tot de maximale capaciteit, Kopieer bijvoorbeeld geen bestand van 650 MB naar een lege cd met een capaciteit
van 650 MB. Het cd-rw-station heeft 12 MB van de lege ruimte nodig voor het finaliseren van de opname.
l Gebruik een lege cd-rw om het opnemen van cd's te oefenen tot u vertrouwd bent met de technieken voor cd-opname. Als u een vergissing maakt,
Mediatype
Lezen
Schrijven
Overschrijfbaar
Cd-r
Ja
Ja
Nee
Cd-rw
Ja
Ja
Ja
Mediatype
Lezen
Schrijven
Overschrijfbaar
Cd-r
Ja
Ja
Nee
Cd-rw
Ja
Ja
Ja
Dvd+r
Ja
Ja
Nee
Dvd-r
Ja
Ja
Nee
Dvd+rw
Ja
Ja
Ja
Dvd-rw
Ja
Ja
Ja
Dvd+r dl
Ja
Ja
Nee
Dvd-r dl
Misschien
Nee
Nee
Dvd-ram
Misschien
Nee
Nee
kunt u de gegevens op de cd-rw wissen en het opnieuw proberen. U kunt ook lege cd-rw's gebruiken om muziekbestandprojecten te testen voordat u
het project permanent op een lege cd-r brandt.
l Zie de Sonic-website op www.sonic.com voor meer informatie.
Terug naar inhoudspagina
Terug naar inhoudspagina
Een netwerk instellen
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Een fysieke verbinding maken met een netwerk of breedbandmodem
Wizard voor netwerkinstallaties
Wireless Local Area Network (WLAN)
Een fysieke verbinding maken met een netwerk of breedbandmodem
Voordat u de computer op een niet-draadloosnetwerkaansluit,moethiereersteennetwerkadapterinwordengeïnstalleerdenmoetereennetwerkkabelop
worden aangesloten.
U sluit als volgt een netwerkkabel aan:
1. Sluit de netwerkkabel aan op de ingang van de netwerkadapter aan de achterzijde van de computer.
2. Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op een netwerkaansluitingsapparaat of een netwerkcontact.
Wizard voor netwerkinstallaties
Het besturingssysteem Microsoft
®
Windows
®
XP biedt een wizard voor netwerkinstallaties die u ondersteunt tijdens het delen van bestanden en printers of
het opzetten van een internetverbinding tussen computers thuis of op kantoor.
1. Klik op de knop Start® Programma's® Accessoires® Communicatie® Wizard Netwerk instellen.
2. Klik in het welkomstvenster op Volgende.
3. Klik op Controlelijst voor het maken van een netwerk.
4. Vul de checklist in.
5. Keer terug naar de Wizard Netwerkinstallatie en volg de aanwijzingen op het scherm.
Wireless Local Area Network (WLAN)
Een WLAN is een verzameling van aan elkaar gekoppelde computers die met elkaar communiceren via radiogolven in plaats van netwerkkabels. In een WLAN
worden computers verbonden door een radiocommunicatieapparaat dat ook wel een access point (toegangspunt) of een draadloze router wordt genoemd en
dat/die netwerktoegang biedt. Het access point of de draadloze router en de draadloze netwerkkaart in de computer communiceren met elkaar door met
behulp van hun antennes gegevens uit te zenden via radiogolven.
OPMERKING: Duw de kabelstekker in de ingang totdat deze vastklikt en trek zachtjes aan de kabel om de kijken of deze stevig vastzit.
KENNISGEVING: Sluit een netwerkkabel niet aan op een telefooncontact.
OPMERKING: Als u de verbindingsmethode genaamd Deze computer is direct met internet verbondenselecteert,wordtdegeïntegreerdefirewall
geactiveerd die met Windows XP Service Pack 2 (SP2) wordt meegeleverd.
Benodigdheden voor een WLAN-verbinding
Voordat u een WLAN kunt instellen, hebt u het volgende nodig:
l Hogesnelheid- (breedband-) internettoegang (zoals een kabel- of ADSL-verbinding)
l Een breedbandmodem die is aangesloten en ingeschakeld
l Een draadloze router of access point
l Een draadloze netwerkkaart voor elke computer die u op uw WLAN wilt aansluiten
l Een netwerkkabel met een netwerkstekker (RJ-45).
De draadloze netwerkkaart controleren
Afhankelijk van uw selectie tijdens de aanschaf van de computer is de computer uitgerust met een verscheidenheid aan configuraties. Als u wilt vaststellen of
uw computer met een draadloze netwerkkaart is uitgerust en als u het type kaart te bepalen, moet u een van de volgende methodes hanteren:
l De knop Start en de optie Verbinden met
l Uw orderbevestiging
De start-knop en de optie Verbinden met
1. Klik op de knop Start.
2. Klik op Verbinding maken met® Alle verbindingen weergeven.
Als Draadloze netwerkverbinding niet wordt weergegeven onder LAN- of snelle internetverbinding is de computer mogelijk niet uitgerust met een
draadloze netwerkkaart.
Als Draadloze netwerkverbinding verschijnt, is de computer voorzien van een draadloze netwerkkaart. Als u gedetailleerde informatie met betrekking tot de
draadloze netwerkkaart wilt raadplegen, doet u het volgende:
1. Klik met de rechtermuisknop op Draadloze netwerkverbinding.
2. Klik op Eigenschappen. Het venster Eigenschappen draadloze netwerkverbinding wordt weergegeven. De naam en het modelnummer van de
draadloze netwerkkaart worden weergegeven op het tabblad Algemeen.
Orderbevestiging
Op de orderbevestiging die u ontving toen u de computer bestelde, worden de hardware en software vermeld die met uw computer werden geleverd.
Een nieuw WLAN instellen
Een draadloze router en breedbandmodem aansluiten
1. Neem contact op met uw internetprovider (ISP) voor specifieke informatie over de verbindingsvereisten voor uw breedbandmodem.
2. Zorg ervoor dat de bedrading voor internettoegang via de breedbandmodem loopt voordat u probeert een draadloze internetverbinding in te stellen.
Zie Een fysieke verbinding maken met een netwerk of breedbandmodem.
3. Installeer alle software die voor uw draadloze router benodigd is. Mogelijk werd bij uw draadloze router een installatie-cd geleverd. Dergelijke cd's
bevatten normaliter informatie over de installatie en probleemoplossing. Installeer de benodigde software volgens de instructies van de fabrikant.
4. Zet de computer en andere computers met draadloze functionaliteit in de nabijheid uit via het menu Start.
5. Haal de stekker van het snoer van de breedbandmodem uit het stopcontact.
6. Koppel de netwerkkabel los van de computer en de modem.
OPMERKING: Als voor uw computer de menuoptie Klassiek menu Start is ingesteld, kunt u de netwerkverbindingen weergeven door te klikken op
Start® Instellingen® Netwerkverbindingen. Als Draadloze netwerkverbinding niet verschijnt, is uw computer mogelijk niet met een draadloze
netwerkkaart uitgerust.
7. Koppel de netadapterkabel los van de draadloze router om er zeker van te zijn dat de router niet van stroom wordt voorzien.
8. Sluit een netwerkkabel aan op de netwerk (RJ-45)-ingang op de breedbandmodem terwijl deze geen stroom ontvangt.
9. Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op de internet-netwerkingang (RJ-45) op de draadloze router terwijl deze geen stroom ontvangt.
10. Controleer of er geen netwerk- of USB-kabels op de breedbandmodem zijn aangesloten, met uitzondering van de netwerkkabel die de modem en de
draadloze router met elkaar verbindt.
11. Zet alleen de breedbandmodem aan en wacht minimaal 2 minuten totdat de breedbandmodem is gestabiliseerd. Ga na 2 minuten verder met stap 12.
12. Zetdedraadlozerouteraanenwachtminimaal2minutentotdatdedraadlozerouterisgestabiliseerd.Gana2minutenverdermetstap 13.
13. Zet de computer aan en wacht totdat het opstartproces is voltooid.
14. Zie de documentatie die met de draadloze router werd meegeleverd voor de volgorde waarin de draadloze router moet worden ingesteld:
l Maak een verbinding tussen de computer en de draadloze router.
l Stel de draadloze router in op communicatie met de breedbandrouter.
l Zoek naar de uitzendnaam van de draadloze router. De technische term voor de uitzendnaam van de router is Service Set Identifier (SSID) of
netwerknaam.
15. Configureer indien nodig de draadloze netwerkkaart zodanig dat deze een verbinding maakt met het draadloze netwerk. Zie Verbinding maken met een
WLAN.
Verbinding maken met een WLAN
Dit gedeelte biedt algemene procedures voor het maken van netwerkverbindingen op basis van draadloze technologie. Specifieke netwerknamen en
configuraties kunnen per situatie verschillen. Zie Wireless Local Area Network (WLAN) voor meer informatie over het instellen van een verbinding met een
WLAN.
Als u een netwerkverbinding wilt maken met uw draadloze netwerkkaart, hebt u specifieke software en stuurprogramma's nodig. De software is reeds
geïnstalleerd.
Vaststellen op welke manier het draadloze netwerk wordt beheerd
Afhankelijkvandesoftwaredieopdecomputerisgeïnstalleerd,kunnenuwnetwerkapparatendoorverschillendeconfiguratiehulpprogramma'sworden
beheerd:
l Het configuratiehulpprogramma voor uw draadloze netwerkkaart
l Het besturingssysteem Windows XP
Als u wilt vaststellen door welk hulpprogramma voor draadloze configuratie de draadloze netwerkkaart wordt beheerd, doet u het volgende:
1. Klik op Start® Instellingen® Configuratiescherm.
2. Dubbelklik op Netwerkverbindingen.
3. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Draadloze netwerkverbinding en klik vervolgens op Beschikbare draadloze netwerken weergeven.
Als in het venster Selecteer een draadloos netwerk de melding Windows kan deze verbinding niet configureren wordt weergegeven, wordt de draadloze
kaart beheerd door het client-hulpprogramma van de draadloze kaart.
Als in het venster Selecteer een draadloos netwerk de melding Klik op een item in de onderstaande lijst voor meer informatie of om een verbinding te
maken met een draadloos netwerk binnen het bereik van deze computer wordt weergegeven, wordt de draadloze kaart beheerd door het
besturingssysteem Windows XP.
Zie de documentatie voor uw draadloze netwerk in Windows Help en ondersteuning voor specifieke informatie over het hulpprogramma voor draadloze
configuratiedatopuwcomputerisgeïnstalleerd.
OPMERKING: Wacht minimaal 5 minuten nadat u de breedbandmodem hebt losgekoppeld voordat u met het installeren van het netwerk verder gaat.
OPMERKING: Start uw draadloze apparatuur opnieuw op in de onderstaande volgorde om mogelijke verbindingsfouten te voorkomen.
OPMERKING: Voordat u een verbinding maakt met een WLAN, moet u de instructies in hebben opgevolgd Wireless Local Area Network (WLAN).
OPMERKING: Als de software is verwijderd of beschadigd is geraakt, moet u de instructies volgen die in de documentatie voor uw draadloze
netwerkkaartwordenbeschreven.GanawelktypedraadlozenetwerkkaartindecomputerisgeïnstalleerdenzoeknaardienaamopdeDellSupport-
website op support.dell.com. Zie De draadloze netwerkkaart controleren voor informatie over het type draadloze netwerkkaart dat in de computer is
geïnstalleerd.
U opent Help en ondersteuning als volgt:
1. Klik op Start® Help en ondersteuning.
2. Selecteer bij Kies een hulponderwerp de optie Gebruikers- en systeemhandleidingen van Dell.s
3. Selecteer bij Apparaathandleidingen de documentatie voor uw draadloze netwerkkaart.
De verbinding met het WLAN voltooien
Als u de computer aanzet en een netwerk in de nabijheid van de computer wordt gedetecteerd (waarvoor de computer nog niet is geconfigureerd), zal er een
pop-upvenster verschijnen bij het netwerkpictogram in het systeemvak (rechts onder in het bureaublad van Windows).
Volg de aanwijzingen die door het hulpprogramma op het scherm worden getoond.
Als u de computer eenmaal hebt ingesteld voor het door u geselecteerde draadloze netwerk, zal een ander pop-upvenster aangeven dat uw computer met
dat netwerk is verbonden.
Vervolgens zal elke keer dat uw computer wordt aangemeld binnen het bereik van het draadloze netwerk dat u hebt geselecteerd, hetzelfde pop-upvenster
aangeven dat de draadloze netwerkverbinding tot stand is gekomen.
De draadloze netwerkkaart in-/uitschakelen
U kunt de draadloze netwerkfunctie van uw computer aan- en uitzetten door op de toetsencombinatie <Fn><F2> te drukken. Als de draadloze netwerkfunctie
aan staat, drukt u op <Fn><F2> om deze uit te schakelen. Als de draadloze netwerkfunctie uit staat, drukt u op <Fn><F2> om deze in te schakelen.
Terug naar inhoudspagina
OPMERKING: Als u een beveiligd netwerk selecteert, moet u desgevraagd een WEP- of WPA-sleutel opgeven. De netwerkbeveiligingsinstellingen zijn
uniek voor uw netwerk. Dell is niet in staat om deze informatie te leveren.
OPMERKING: Het kan 1 minuut duren voordat uw computer met het netwerk is verbonden.
OPMERKING: Als u geen verbinding kunt maken met een draadloos netwerk, moet u nagaan of u alle componenten hebt die nodig zijn om een WLAN
tot stand te brengen (zie Benodigdheden voor een WLAN-verbinding). Controleer daarna of uw draadloze netwerkkaart is ingeschakeld door op
<Fn><F2> te drukken.
Terug naar inhoudspagina
Onderdelen toevoegen en vervangen
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Voordat u begint
Dithoofdstukbeschrijftdeproceduresvoorhetverwijdereneninstallerenvanonderdelenvooruwcomputer.Tenzijandersvermeld,wordterbijelke
procedure van uitgegaan dat er sprake is van de volgende omstandigheden:
l U hebt de stappen uitgevoerd die worden beschreven in "De computer uitzetten"(ziedezepagina)en"Voordatubinnendecomputeraandeslag
gaat" (zie Voordat u binnen de computer gaat werken).
l U hebt de veiligheidsinformatie in de productinformatiegidsvanDell™gelezen.
l U kunt een onderdeel vervangen of indien los aangekocht installeren door de verwijderingsprocedure in omgekeerde volgorde uit te voeren.
Aanbevolen gereedschappen
Voor de procedures in dit document zijn mogelijk de volgende instrumenten nodig:
l Een kleine schroevendraaier met een platte kop
l Kruiskopsschroevendraaier
l Klein plastic pennetje
l Flash BIOS-update (zie de Dell Support-website op support.dell.com)
De computer uitzetten
1. Sluit het besturingssysteem af:
a. Bewaar en sluit alle open bestanden, sluit alle geopende programma's, klik op Start en klik dan op Computer uitzetten.
b. Klik in het venster Computer uitzetten op Uitzetten.
De computer wordt uitgezet nadat het besturingssysteem is afgesloten.
2. Controleer of de computer en alle daaraan gekoppelde apparaten uit staan. Als uw computer en randapparatuur niet automatisch zijn uitgeschakeld
toen u het besturingssysteem uitzette, dient u de stroomknop een paar seconden in te drukken tot de computer wordt uitgeschakeld.
Voordat u binnen de computer gaat werken
Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te garanderen en de computer en werkomgeving te beschermen tegen mogelijke schade.
Voordat u begint
optisch station
Vaste schijf
Geheugen
Modem
Scharnierkap
Toetsenbord
Draadloze minikaart
Knoopcelbatterij
Beeldscherm
KENNISGEVING: Als u gegevensverlies wilt voorkomen, moet u open bestanden opslaan en sluiten en alle geopende programma's sluiten voordat u de
computer uitzet.
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
LET OP: Ga voorzichtig met componenten en kaarten om. Raak de componenten en de contacten op kaarten niet aan. Pak kaarten bij de uiteinden
vast of bij de metalen bevestigingsbeugel. Hou onderdelen zoals een processor vast aan de zijkant, niet bij de contacten.
KENNISGEVING: Alleen een bevoegde onderhoudsmonteur mag reparaties aan uw computer uitvoeren. Schade als gevolg van
onderhoudswerkzaamheden die niet door Dell zijn goedgekeurd, valt niet onder de garantie.
KENNISGEVING: Maak een kabel los door aan de aansluiting of aan de kabelontlastingslus te trekken en niet aan de kabel zelf. Sommige kabels zijn
voorzien van een connector met borglippen. Als u dit type kabel loskoppelt, moet u de borglippen ingedrukt houden voordat u de kabel verwijdert. Als u
de connectoren van elkaar los trekt, moet u ze op evenwijdige wijze uit elkaar houden om te voorkomen dat een van de connectorpinnen wordt
verbogen. Ook moet u voordat u een kabel verbindt controleren of beide connectors op juiste wijze zijn opgesteld en uitgelijnd.
KENNISGEVING: Voorkomschadeaandecomputerdoordevolgendeinstructiesoptevolgenvoordatubinnendecomputergaatwerken.
1. Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak en schoon is om te voorkomen dat de computerkap bekrast raakt.
2. Zet de computer uit. Zie De computer uitzetten.
3. Koppel telefoon- en netwerkkabels los van de computer.
4. Koppel de computer en alle randapparatuur los van het elektriciteitsnet, verschuif de ontgrendeling van het batterijcompartiment onder aan de
computer, houd deze vast en til de batterij uit het compartiment.
5. Verwijderhetoptischestation(indiengeïnstalleerd)uithetcompartimentvooroptischestations.Zieoptisch station.
6. Druk op de aan/uit-knop om het moederbord te aarden.
7. VerwijderallegeïnstalleerdekaartenuitdeExpressCard-sleuf (zie ExpressCards of dummy-kaarten verwijderen) en het the 3-in-1-
mediageheugenkaart-leesapparaat (zie Een mediageheugenkaart verwijderen).
8. Klap het beeldscherm dicht en draai de computer op zijn kop op een plat werkoppervlak.
9. Verwijder de vaste schijf (zie Vaste schijf).
optisch station
1. Zet de computer uit.
2. Zet de computer ondersteboven en verwijder de borgschroef van het optisch station.
3. Plaats een pennetje in de inkeping en druk deze naar de zijkant om het station los te maken uit het vak.
4. Schuif het station uit het compartiment.
KENNISGEVING: U ontkoppelt een netwerkkabel door de kabel van de computer los te koppelen en deze vervolgens van het netwerkcontact los te
koppelen.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan het moederbord door de batterij uit het batterijcompartiment te verwijderen voordat u computeronderhoud
pleegt.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de computer door alleen de batterij te gebruiken die voor dit specifieke type Dell-computer is ontworpen.
Gebruik geen batterijen die voor andere Dell-computers zijn ontworpen.
1
ontgrendeling batterijhouder
2
batterij
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
Vaste schijf
Als u de vaste schijf in het vaste-schijfcompartiment wilt vervangen, gaat u als volgt te werk:
1. Volg de instructies in Voordat u begint.
2. Draai de computer om en verwijder de schroeven die de vaste schijf op zijn plaats houden.
1
mediacompartiment
2
bevestigingsschroef voor optisch station
3
inkeping
LET OP: Als u de vaste schijf verwijdert terwijl de schijf warm is, moet u de metalen behuizing van de vaste schijf niet aanraken.
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
KENNISGEVING: Voordat u de vaste schijf verwijdert, dient u de computer uit te zetten (zie De computer uitzetten) om gegevensverlies te voorkomen
Verwijder de vaste schijf niet terwijl de computer aan staat, in de standby-modus staat of in de slaapstand staat.
KENNISGEVING: Vaste schijven zijn extreem kwetsbaar. Zelfs het kleinste stootje kan al voor schade aan de schijf zorgen.
OPMERKING: Dellkannietgaranderendatdevasteschijvenvanandereleverancierscompatibelzijnenbiedtdaarevenminondersteuningvoor.
OPMERKING: Als u een vaste schijf installeert van een andere leverancier dan Dell, moet u een besturingssysteem, stuur- en hulpprogramma's op de
nieuwe vaste schijf installeren. Zie Het besturingssysteem herstellen en Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
1
schroeven (2)
2
vaste schijf
3. Schuif de vaste schijf uit de computer.
4. Haal de nieuwe schijf uit de verpakking.
Bewaar de oorspronkelijke verpakking voor het opslaan of het transporteren van de vaste schijf.
5. Schuif de vaste schijf in het vak tot deze hier helemaal in zit.
6. Plaats de schroeven terug en draai deze goed aan.
7. Installeer het besturingssysteem voor uw computer. Zie Het besturingssysteem herstellen.
8. Installeer de stuur- en hulpprogramma's voor uw computer. Zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
Een vaste schijf aan Dell retourneren
U moet uw oude vaste schijf aan Dell retourneren in de oorspronkelijke of een vergelijkbare verpakking. Doet u dit niet, dan kan de vaste schijf beschadigd
raken tijdens het verzenden.
Geheugen
U kunt de geheugencapaciteit van uw computer vergroten door geheugenmodules op het moederbord aan te brengen. Zie Specificaties voor informatie over
het type geheugenmodule dat door uw computer wordt ondersteund. Installeer alleen geheugenmodules die voor uw computer bestemd zijn.
1. Volg de instructies in Voordat u begint.
2. Draai de computer om, maak de geborgde schroeven op de dekplaat van de geheugenmodule los en verwijder de dekplaat van de geheugenmodule.
KENNISGEVING: Als de vaste schijf zich buiten de computer bevindt, moet u deze bewaren in een beschermende antistatische verpakking. Zie
"Bescherming tegen elektrostatische ontlading" in de productinformatiegids.
KENNISGEVING: Schuifdeschijfopkrachtigeengelijkmatigewijzeopzijnplaats.Alsuteveelkrachtzet,kuntudeaansluitingbeschadigen.
1
piepschuimverpakking
2
vaste schijf
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
OPMERKING: Geheugenmodules die u bij Dell hebt aangeschaft vallen onder de garantie van uw computer.
3. Als u een geheugenmodule vervangt, moet u de bestaande module verwijderen:
a. Gebruik uw vingertopjes om de beveiligingsklemmen aan elk uiteinde van de geheugenmodule- aansluiting uit elkaar te brengen tot de module
omhoog wordt gewipt.
b. Verwijder de module uit de ingang.
4. Aard uzelf en installeer de nieuwe geheugemodule:
a. Lijn de inkeping in de kaartrandconnector van de module uit met het lipje in de ingangssleuf.
b. Schuif de module onder een hoek van 45 graden stevig in de sleuf en draai de module neerwaarts totdat deze vastklikt. Als u niet voelt dat de
module vastklikt, moet u deze verwijderen en opnieuw installeren.
KENNISGEVING: Als u schade aan de ingang van de geheugenmodule wilt voorkomen, mag u geen gebruik maken van instrumenten om de
bevestigingsklemmen van de geheugenmodule uit elkaar te duwen.
KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door u te aarden met behulp van een aardingspolsband of door zo nu en dan een ongeverfd
metalen oppervlak aan de achterzijde van de computer aan te raken.
1
geheugenmodule
2
klemmen vastzetten (2 per aansluiting)
OPMERKING: Alsdegeheugemodulenietopjuistewijzewordtgeïnstalleerd,ishetmogelijkdatdecomputernietmeeropdejuistewijzeopstart.Eris
geen foutmelding die een dergelijke fout aanwijst.
1
inkeping
2
lipje
5. Vervang de dekplaat van de geheugenmodule.
6. Brengdebatterijinhetbatterijcompartimentaanofsluitdenetadapteraanopdecomputerenopeenstopcontact.
7. Installeer de vaste schijf opnieuw. Zie Vaste schijf.
8. Zet de computer aan.
Tijdens het opstarten zal de computer het additionele geheugen detecteren en automatisch de configuratie-informatie van de computer bijwerken.
Alsuwiltcontrolerenhoeveelgeheugeneropdecomputerisgeïnstalleerd,kliktuopStart, Help en ondersteuning en vervolgens op Dell System
Information (Informatie Dell-systeem).
Modem
Alsudeoptionelemodemhebtbesteldtoenudecomputerbestelde,isdemodemalgeïnstalleerd.
1. Volg de instructies in Voordat u begint.
2. Draaidecomputerom,maakdegeborgdeschroevenopdedekplaatvandemodemlosenverwijderdedekplaat.
3. De bestaande modem verwijderen:
a. Verwijder de schroef die de modem op het moederbord vastmaakt en leg deze schroef apart.
b. Trek recht omhoog aan de aangehechte trekgreep om de modem uit zijn aansluiting op het moederbord te tillen en koppel de modemkabel los.
KENNISGEVING: Als u moeite hebt om de kap te sluiten, moet u de module verwijderen en opnieuw installeren. Als u de kap forceert, kan de computer
beschadigd raken.
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
4. De vervangende modem installeren:
a. Sluit de modemkabel aan op de modem.
b. Brengdemodemineenlijnmetdeschroefgatenendrukdemodemomlaagindeaansluitingophetmoederbord.
c. Draai de schroef terug die de modem vasthoudt op het moederbord.
5. Plaats de dekplaat van de modem terug.
Scharnierkap
1. Volg de procedures in Voordat u begint.
2. De scharnierkap verwijderen:
a. Open het beeldscherm volledig (180 graden) zodat dit plat tegen uw werkoppervlak ligt.
b. Plaats een pennetje in de inkeping om de scharnierkap aan de rechterkant op te tillen.
c. Breng de scharnierkap iets omhoog door deze van rechts naar links te bewegen en verwijder deze.
1
modemschroef
2
modemtrekgreep
3
modemingang op het moederbord
4
modem
5
modemkabel
KENNISGEVING: De aansluiting is zodanig ontworpen dat de plaatsing alleen op de juiste wijze kan plaatsvinden. Als u weerstand voelt, moet u de
aansluiting controleren en de kaart in de juiste stand aanbrengen.
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door u te aarden met behulp van een aardingspolsband of door zo nu en dan een ongeverfd
metalen oppervlak aan de achterzijde van de computer aan te raken.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan het moederbord door de batterij uit het batterijcompartiment te verwijderen voordat u binnen de computer aan
het werk gaat.
KENNISGEVING: Als u schade aan de scharnierkap wilt voorkomen, moet u de kap niet aan beide zijden tegelijk omhoog tillen.
OPMERKING: Wanneer u de scharnierkap vervangt, plaatst u de linkerrand eerst en drukt u van links naar rechts aan tot de klep op zijn plaats klikt.
Toetsenbord
1. Volg de instructies in Voordat u begint.
2. Open het beeldscherm.
3. Verwijder de scharnierkap. Zie Scharnierkap.
4. Verwijder het toetsenbord:
a. Verwijder de twee schroeven aan de bovenkant van het toetsenbord.
b. Schuif het toetsenbord iets naar de achterkant van de computer en til het dan een beetje op en iets naar voren om toegang tot de
toetsenbordaansluiting mogelijk te maken.
c. U koppelt de toetsenbordkabel los van de toetsenbordaansluiting op het moederbord door de plastic balk op de toetsenbordaansluiting naar de
voorkant van de computer te draaien.
1
scharnierkap
2
pennetje
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door u te aarden met behulp van een aardingspolsband of door zo nu en dan een ongeverfd
metalen oppervlak aan de achterzijde van de computer aan te raken.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan het moederbord door de batterij uit het batterijcompartiment te verwijderen voordat u binnen de computer aan
het werk gaat.
KENNISGEVING: De toetsendopjes op het toetsenbord zijn zeer kwetsbaar en kunnen makkelijk losraken. Het kan een tijdrovende bezigheid zijn om
de toetsendopjes in een dergelijk geval opnieuw aan te brengen. Wees voorzichtig tijdens het verwijderen van en het omgaan met het toetsenbord.
Draadloze minikaart
Alsueenminikaartbijuwcomputerhebtbesteld,isdezealgeïnstalleerd.
1. Volg de instructies in Voordat u begint.
2. Verwijder de scharnierkap. Zie Scharnierkap.
3. Verwijder het toetsenbord. Zie Toetsenbord.
4. Ga naar stap 5alseenminikaartnognietisgeïnstalleerd.Alsueenminikaartwiltvervangen,moetueerstdebestaandekaartverwijderen:
a. Maak de twee antennekabels los van de minikaart.
1
schroeven (2)
2
toetsenbordkabel
3
plastic balk op toetsenbordaansluiting
4
grepen
5
toetsenbord
KENNISGEVING: Voorkom krassen op de palmsteun bij het vervangen van het toetsenbord door de grepen aan de voorrand van het toetsenbord in de
palmsteun te halen en dan op de rechterrand vlak bij de bovenkant te drukken om het toetsenbord op zijn plaats te klikken voordat u de twee
schroeven vervangt.
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan het moederbord door de batterij uit het batterijcompartiment te verwijderen voordat u binnen de computer aan
het werk gaat.
b. Maak de minikaart los door de metalen houdergrepen in de richting van de achterkant van de computer te duwen tot de kaart iets omhoog komt.
c. Til de minikaart uit de moederbordaansluiting.
5. De vervangende minikaart installeren:
a. Plaats de minikaartaansluiting onder een hoek van 45 graden in de aansluiting op het moederbord en druk het andere uiteinde van de minikaart
dan omlaag in de beveiligingsgrepen tot de kaart op zijn plaats klikt.
b. Sluit de twee antennekabels aan op de minikaart (zwarte kabel op de aansluiting "aux" en de witte kabel op de aansluiting "main").
1
minikaart
2
antennekabels (2)
3
antennekabelaansluitingen (2)
1
moederbordaansluiting
2
minikaart
3
metalen bevestigingslipjes (2)
KENNISGEVING: De kaartingangen zijn zodanig ontworpen dat kaarten alleen op de juiste wijze kunnen worden aangebracht. Als u weerstand voelt,
moet u de aansluitingen op de kaart en het moederbord controleren en de kaart opnieuw uitlijnen.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de minikaart door nooit kabels onder de kaart te plaatsen.
Knoopcelbatterij
1. Volg de instructies in Voordat u begint.
2. Verwijder de scharnierkap. Zie Scharnierkap.
3. Verwijder het toetsenbord. Zie Toetsenbord.
4. Plaats een plastic pennetje in de geleider aan de zijkant van het compartiment voor de knoopcelbatterij en wip de batterij eruit.
Wanneer u de batterij vervangt, plaatst u deze onder een hoek van 30 graden onder de klem, met de positieve kant (aangeduid met het plus [+]-symbool)
naar boven en drukt u deze vervolgens op zijn plaats.
1
moederbordaansluiting
2
antennekabels (2)
3
antennekabelaansluitingen (2)
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door u te aarden met behulp van een aardingspolsband of door zo nu en dan een ongeverfd
metalen oppervlak aan de achterzijde van de computer aan te raken.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan het moederbord door de batterij uit het batterijcompartiment te verwijderen voordat u binnen de computer aan
het werk gaat.
Beeldscherm
1. Volg de instructies in Voordat u begint.
2. Verwijder de scharnierkap. Zie Scharnierkap.
3. Verwijder de zes schroeven die het beeldscherm bevestigen (twee boven, twee onder en twee aan de achterkant).
4. Maak de antennekabels los van de minikaart.
5. Maak de schroef van de ingebouwde aardingsdraad los.
6. Koppel de beeldschermkabel los. Gebruik hiervoor de trekgreep.
7. Maak de beeldschermkabel los van het beeldschermkabelkanaal.
8. Til het beeldscherm omhoog en weg van de computer.
Wanneer u het beeldscherm terugplaatst, moet u ervoor zorgen dat de beeldschermkabel plat in het daarvoor bestemde kanaal ligt en dat deze veilig onder
de grepen is geduwd.
Zorgerbovendienvoordatdeantennekabelsnietgedraaidzijnendatdezeplatindeclipvoordeantennekabelliggen.
LET OP: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in
deproductinformatiegids.
KENNISGEVING: Voorkom elektrostatische ontlading door u te aarden met behulp van een aardingspolsband of door zo nu en dan een ongeverfd
metalen oppervlak aan de achterzijde van de computer aan te raken.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan het moederbord door de batterij uit het batterijcompartiment te verwijderen voordat u binnen de computer aan
het werk gaat.
1
schroeven (6)
2
beeldschermkabel
3
trekgreep
beeldschermkabel
4
schroef aardingsdraad
5
antennekabels
6
standby-schakelaar
7
aansluiting beeldschermkabel op
moederbord
8
kanaal
beeldschermkabel
KENNISGEVING: De standby-schakelaar is teer en gaat makkelijk kapot. Probeer de schakelaar niet aan te stoten bij het verwijderen en terugplaatsen
van het beeldscherm.
Terug naar inhoudspagina
Terug naar inhoudspagina
Dell™QuickSet-functies
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Dell™QuickSetzorgtervoordatudevolgendetypeninstellingenmakkelijkkuntconfigurerenofweergeven:
l Netwerkconnectiviteit
l Energiebeheer
l Beeldscherm
l Systeeminformatie
Afhankelijk van hetgeen u in QuickSet wilt doen, kunt u de toepassing starten door te klikken, dubbelklikken of met de rechtermuis te klikken - op het QuickSet-
pictogram op de taakbalk van Microsoft®Windows®. De taakbalk bevindt zich rechts onderin het scherm.
Voor meer informatie over QuickSet klikt u met de rechtermuisknop op het QuickSet-pictogram en selecteert u Help.
Terug naar inhoudspagina
OPMERKING: Deze functie is mogelijk niet beschikbaar op uw computer.
Terug naar inhoudspagina
De computer beveiligen
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Beveiligingskabelslot
Wachtwoorden
Volgsoftware voor de computer
Als uw computer zoekraakt of wordt gestolen
Beveiligingskabelslot
Een beveiliginskabelslot is een in de handel verkrijgbaar antidiefstalvoorziening. Als u het slot wilt gebruiken, moet u dit bevestigen aan de sleuf voor de
beveiligingskabel op de computer. Zie de instructies die met het apparaat werden meegeleverd voor meer informatie.
Wachtwoorden
Wachtwoorden voorkomen ongeautoriseerde toegang tot uw computer. Wanneer u de computer voor het eerst start, moet u een systeemwachtwoord
invoeren. Als u niet binnen twee minuten een wachtwoord opgeeft, zal de computer terugkeren naar zijn vorige werkingstoestand.
Wanneer u wachtwoorden gebruikt, dient u zich aan de volgende richtlijnen te houden:
l Kies een wachtwoord dat u zich kunt herinneren, maar dat niet makkelijk te raden is. Gebruik bijvoorbeeld geen namen van familieleden of huisdieren
als wachtwoord.
l Het is het beste als u uw wachtwoord niet opschrijft. Als u dit echter toch doet, dient u ervoor te zorgen dat het wachtwoord op een veilige plaats
wordt opgeslagen.
l Wissel geen wachtwoorden uit met andere mensen.
l Zorg ervoor dat niemand meekijkt wanneer u uw wachtwoord typt.
U kunt wachtwoorden toevoegen of verwijderen via de optie Gebruikersaccounts in het Configuratiescherm.
Als u een van uw wachtwoorden vergeet dient u contact op te nemen met Dell (zie Contact opnemen met Dell). De technische ondersteuningsmedewerkers
van Dell zullen u voor uw eigen bescherming bewijs van uw identiteit vragen om ervoor te zorgen dat alleen een geautoriseerde persoon de computer kan
gebruiken.
Volgsoftware voor de computer
Met behulp van computertraceringssoftware kunt u mogelijk uw computer terugvinden als deze is verloren of gestolen. De software is optioneel en kan
worden aangeschaft wanneer u uw computer bestelt. U kunt ook contact opnemen met de verkoopvertegenwoordiger van Dell voor informatie over deze
beveiligingsvoorziening.
OPMERKING: Bij uw computer wordt geen beveiligingskabelslot geleverd.
KENNISGEVING: Voordat u een antidiefstalvoorziening aanschaft, moet u controleren of het geschikt is voor gebruik in combinatie met de sleuf voor de
beveiligingskabel op uw computer.
KENNISGEVING: Wachtwoorden bieden een hoge mate van beveiliging voor de gegevens op de computer of vaste schijf. Wachtwoorden zijn op
zichzelf niet voldoende. Als u krachtiger beveiliging nodig hebt, kunt u aanvullende beveiligingstoepassingen gebruiken, zoals smart cards
encryptiesoftware of ExpressCards (of minikaarten) met versleutelingsfuncties.
OPMERKING: De computertraceringssoftware is in sommige landen mogelijk niet verkrijgbaar.
OPMERKING: Als u over computertraceringssoftware beschikt en uw computer is verloren of gestolen, moet u contact opnemen met het bedrijf dat de
traceringsdienst levert om de vermissing van de computer te rapporteren.
Als uw computer zoekraakt of wordt gestolen
l Neem contact op met een politiebureau om aangifte te doen van het verlies of de diefstal van de computer. Vermeld het servicelabel in uw beschrijving
van de computer. Vraag om het dossiernummer en noteer het, samen met de naam, het adres en telefoonnummer van het politiebureau. Vraag indien
mogelijk naar de naam van de dienstdoende agent.
l Als de computer het eigendom is van een bedrijf, moet u de informatiebeveiligingsmedewerker van het bedrijf op de hoogte stellen.
l Neem contact op met de klantenservice van Dell om de vermissing van de computer te rapporteren. Zorg ervoor dat u het servicelabel, het
dossiernummer en de naam, het adres en telefoonnummer van het politiebureau waar u aangifte hebt gedaan van de vermissing of diefstal van de
computer, bij de hand hebt. Geef indien mogelijk de naam van de dienstdoende agent op.
De medewerker van de klantenservice van Dell zal uw melding koppelen aan het servicelabel en de computer als vermist of gestolen markeren. Als iemand
contact opneemt met Dell voor technische ondersteuning en uw servicelabel opgeeft, zal de computer automatisch worden aangemerkt als vermist of
gestolen. De medewerker van Dell zal in dat geval proberen om het telefoonnummer en het adres van de beller te bemachtigen. Dell zal vervolgens contact
opnemen met het politiebureau waar u aangifte hebt gedaan van het verlies of de diefstal van de computer.
Terug naar inhoudspagina
OPMERKING: Als u weet waar de computer is verloren of gestolen, moet u een politiebureau in die buurt bellen. Als u geen telefoonnummer voor een
bureau in die buurt weet, moet u contact opnemen met het politiebureau bij u in de buurt.
Terug naar inhoudspagina
De computer instellen
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Verbinding maken met het internet
Gegevens overzetten naar een nieuwe computer
Een printer instellen
Stroombeschermingsapparaten
Verbinding maken met het internet
Als u verbinding wilt maken met het internet, hebt u een modem of netwerkverbinding en een Internet-provider (ISP) nodig. Uw ISP biedt u een of meer van
de volgende opties voor internetverbinding:
l Inbelverbindingen die internettoegang geven via een telefoonlijn. Inbelverbindingen zijn aanzienlijk trager dan ADSL-verbindingen en
kabelmodemverbindingen.
l ADSL-verbindingen die zeer snelle internettoegang bieden via uw bestaande telefoonlijn. Als u een ADSL-verbinding hebt, kunt u het internet en de
telefoon tegelijkertijd gebruiken.
l Kabelmodemverbindingen die zeer snelle internetverbindingen bieden via uw plaatselijke kabel-tv-aansluiting.
Als u een inbelverbinding gebruikt, sluit u voordat u de internetverbinding instelt een telefoonlijn aan op de modemaansluiting op de computer en op de
wandaansluiting van de telefoon. Als u een ADSL- of kabelmodemverbinding gebruikt, dient u contact met uw ISP op te nemen voor installatie-instructies.
De internetverbinding instellen
U stelt als volgt een internetverbinding in via een door de ISP verstrekte snelkoppeling op het bureaublad:
1. Sla alle open bestanden op en sluit deze en sluit alle open programma's.
2. Dubbelklik op het pictogram van de ISP in het bureaublad van Microsoft® Windows®.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm om de setup te voltooien.
Als u geen pictogram van een ISP op uw bureaublad hebt of als u een internetverbinding met een andere ISP wilt instellen:
1. Sla alle open bestanden op en sluit deze en sluit alle open programma's.
2. Klik op Start en klik dan op Internet Explorer.
De wizard Nieuwe verbinding wordt weergegeven.
3. Klik op Verbinding met het internet maken.
4. Klik in het volgende venster op de juiste optie:
l Als u nog geen ISP hebt en een ISP wilt selecteren, klikt u op Ik wil zelf een Internet-provider in een lijst selecteren.
l Als u al setupgegevens hebt ontvangen van uw ISP, maar geen setup-cd hebt ontvangen, klikt u op Ik wil handmatig een verbinding instellen.
l Als u een cd hebt, klikt u op Ik heb een cd-rom met software van een Internet-provider.
5. Klik op Volgende.
Als u Ik wil handmatig een verbinding instellen hebt geselecteerd, gaat u door naar stap 6. Zo niet, dan volgt u de aanwijzingen op het scherm om de
setup te voltooien.
6. Klik op de juiste optie onder Op welke manier wilt u verbinding met het Internet maken? en klik dan op Volgende.
7. Gebruik de setupinformatie die u van uw ISP hebt ontvangen om de setup te voltooien.
Zie Problemen met e-mail, modem en internet als u problemen hebt bij het verbinding maken met het internet. Als u geen verbinding kunt maken met het
internet terwijl u dat in het verleden wel kon, is er mogelijk een storing bij de ISP. Neem contact op met de ISP om de servicestatus te controleren of probeer
later opnieuw verbinding te maken.
OPMERKING: ISP'senhunpakkettenvariërenvanlandtotland.
OPMERKING: Als u niet weet welk type verbinding u moet selecteren, dient u contact op te nemen met uw ISP.
Gegevens overzetten naar een nieuwe computer
Het besturingssysteem Microsoft
®
Windows
®
XP bevat een wizard Bestanden en instellingen overzetten waarmee u gegevens van een broncomputer naar
een nieuwe computer kunt verplaatsen. U kunt gegevens overzetten als:
l E-mailberichten
l Werkbalkinstellingen
l Venstergroottes
l Internetbladwijzers
U kunt de gegevens naar de nieuwe computer overzetten via een netwerkverbinding, maar u kunt deze ook op verwijderbare media opslaan, zoals een
beschrijfbare cd.
Als u gegevens naar een nieuwe computer wilt overzetten, moet u de wizard Bestanden en instellingen overzetten uitvoeren. U kunt hiervoor de optionele cd
Operating System (Besturingssysteem) gebruiken of een wizard-diskette aanmaken met behulp van de Wizard Bestanden en instellingen overzetten.
De Wizard Bestanden en instellingen overzetten uitvoeren met de behulp van de schijf met
het besturingssysteem
De nieuwe computer voorbereiden op het overzetten van bestanden
1. Start de wizard Bestanden en instellingen overzetten.
2. Klik op Volgende wanneer het welkomstscherm van de wizard Bestanden en instellingen overzetten wordt weergegeven.
3. Klik in het scherm Welke computer is dit? op Nieuwe computer en klik op Volgende.
4. Klik in het scherm Hebt u een cd-rom met Windows XP? op Ik gebruik de wizard op de cd-rom van Windows XP en klik op Volgende.
5. Ga naar uw oude computer (de broncomputer) wanneer het scherm Ga nu naar de oude computer wordt weergegeven. Klik nu nog niet op Volgende.
Gegevenskopiërenvandeoudecomputer
1. Plaats de cd met het besturingssysteem Windows XP in de oude computer.
2. Klik in het venster Welkom bij Microsoft Windows XP op Andere taken uitvoeren.
3. Klik onder Wat wilt u doen? op Bestanden en instellingen overzetten.
4. Klik op Volgende in het welkomstscherm van de wizard Bestanden en instellingen overzetten.
5. Klik in het scherm Welke computer is dit? op Oude computer en klik op Volgende.
6. Klik in het venster Op welke manier wilt u bestanden en instellingen overzetten op de manier waaraan u de voorkeur geeft.
7. Selecteer de items die u wilt overzetten in het venster Wat wilt u overzetten? en klik dan op Volgende.
Zodra de gegevens zijn gekopieerd, wordt het venster Gegevens verzamelen geopend.
8. Klik op Voltooien.
Gegevens overzetten naar de nieuwe computer
1. Klik op Volgende in het venster Ga nu naar de oude computer op de nieuwe computer.
OPMERKING: Voor instructies over het instellen van een rechtstreekse kabelverbinding tussen twee computers, gaat u naar support.microsoft.com en
zoekt u naar Microsoft Knowledge Base Article #305621 met de titel How to Set Up a Direct Cable Connection Between Two Computers in Windows XP (Hoe
maak ik een rechtstreekse kabelverbinding tussen twee computers onder Windows XP). Deze informatie is mogelijk niet in alle landen beschikbaar.
OPMERKING: Voor deze procedure is de schijf Operating System (Besturingssysteem) benodigd. Deze schijf is optioneel en wordt mogelijk niet met alle
computers meegeleverd.
2. Selecteer in het venster Waar bevinden zich de bestanden en instellingen? de methode die u voor de overdracht van uw instellingen en bestanden
hebt gekozen en klik op Volgende.
De wizard leest de verzamelde bestanden en instelling en past deze toe op de nieuwe computer.
Wanneer alle instellingen en bestanden zijn toegepast, wordt het venster Voltooid weergegeven.
3. Klik op Voltooid en start de computer opnieuw op.
De wizard Bestanden en instellingen overzetten uitvoeren zonder de cd met het
besturingssysteem
Om de Wizard Bestanden en instellingen overzetten uit te voeren zonder de optionele cd Operating System (Besturingssysteem), moet u een wizard-diskette
maken die u in staat stelt om een back-up van uw gegevensbestanden te maken. Maak de wizardschijf op verwijderbare media, zodat u deze van de nieuwe
computer naar de oude computer kunt verplaatsen.
Een wizardschijf maken
1. Klik op de knop Start.
2. Klik op Wizard Bestanden en instellingen overzetten.
3. Klik op Volgende wanneer het welkomstscherm van de wizard Bestanden en instellingen overzetten wordt weergegeven.
4. Klik in het scherm Welke computer is dit? op Nieuwe computer en klik op Volgende.
5. Klik in het scherm Hebt u een cd-rom met Windows XP? op Ik wil de wizardschijf in het volgende station maken: en klik op Volgende.
6. Plaats de verwijderbare media, zoals een beschrijfbare cd-rom en klik op OK.
7. Wanneer de schijf is gemaakt en het bericht Ga nu naar de oude computer wordt weergegeven, moet u niet op Volgende klikken.
8. Ga naar de oude computer.
Gegevenskopiërenvandeoudecomputer
1. Plaats de wizardschijf in de oude computer.
2. Klik op Start en klik dan op Uitvoeren.
3. Blader in het veld Openen in het venster Uitvoeren naar het pad voor fastwiz (op het juiste verwijderbare medium) en klik op OK.
4. Klik op Volgende in het welkomstscherm van de wizard Bestanden en instellingen overzetten.
5. Klik in het scherm Welke computer is dit? op Oude computer en klik op Volgende.
6. Klik in het venster Op welke manier wilt u bestanden en instellingen overzetten op de manier waaraan u de voorkeur geeft.
7. Selecteer de items die u wilt overzetten in het venster Wat wilt u overzetten? en klik dan op Volgende.
Zodra de gegevens zijn gekopieerd, wordt het venster Gegevens verzamelen geopend.
8. Klik op Voltooien.
Gegevens overzetten naar de nieuwe computer
1. Klik op Volgende in het venster Ga nu naar de oude computer op de nieuwe computer.
2. Selecteer in het venster Waar bevinden zich de bestanden en instellingen? de methode die u voor de overdracht van uw instellingen en bestanden
hebt gekozen en klik op Volgende. Volg de instructies op het scherm.
De wizard leest de verzamelde bestanden en instelling en past deze toe op de nieuwe computer.
Wanneer alle instellingen en bestanden zijn toegepast, wordt het venster Voltooid weergegeven.
3. Klik op Voltooid en start de computer opnieuw op.
Een printer instellen
Zie de documentatie die bij de printer is meegeleverd voor setupinformatie, inclusief informatie over het:
l Verkrijgen en installeren van bijgewerkte stuurprogramma's.
l Aansluiten van de printer op de computer.
l Laden van papier en het installeren van de toner of het inktpatroon.
Voor technische hulp kunt u de gebruikershandleiding van de printer raadplegen of contact opnemen met de fabrikant van de printer.
Printerkabel
Uw printer wordt op de computer aangesloten met een USB-kabel of een parallelle kabel. Uw printer wordt mogelijk niet compleet met printerkabel geleverd.
Als u een losse kabel koopt, moet u ervoor zorgen dat deze compatibel is met uw printer en computer. Als u een printerkabel hebt gekocht toen u de
computer kocht, kan de kabel worden geleverd in de doos waarin de computer is verzonden.
Een USB-printer aansluiten
1. Voltooi de setup van het besturingssysteem als u dit nog niet hebt gedaan.
2. Bevestig de USB-printerkabel aan de USB-aansluitingen van de computer en de printer. De USB- aansluitingenpassenmaaropéénmanier.
3. Zet de printer aan en zet dan de computer aan. Als het venster Wizard Hardware toevoegen wordt weergegeven, klikt u op Annuleren.
4. Installeer zo nodig het printerstuurprogramma. Zie de documentatie die bij uw printer is geleverd.
Stroombeschermingsapparaten
OPMERKING: Voor meer informatie over deze procedure kunt u op support.dell.com zoeken naar document #PA1089586 (How Do I Transfer Files From
MyOldComputertoMyNewDell™ComputerUsingtheMicrosoft
®
Windows
®
XP Operating System CD? (Hoe zet ik bestanden van mijn oude computer over
naar mijn nieuwe Dell-computer met de cd-rom met het besturingssysteem Microsoft Windows XP)).
OPMERKING: InsommigelandenisditdocumentindeknowledgeBasevanDell™mogelijknietbeschikbaar.
KENNISGEVING: Voltooi de setup van het besturingssysteem voordat u een printer op de computer aansluit.
OPMERKING: Het is mogelijk om USB-apparaten aan te sluiten terwijl de computer aan staat.
1
USB-ingang op de computer
2
USB-printerkabel
3
ingang op printer
Er zijn verscheidene apparaten beschikbaar die beschermen tegen stroomfluctuaties en -storingen:
l Stroomstootbeveiliging
l Line conditioners
l UPS (uninterruptible power supplies)
Stroomstootbeveiliging
Stroomstootbeveiliging en stekkerblokken die met stroomstootbeveiliging zijn uitgerust, helpen schade aan de computer voorkomen die optreedt als gevolg
van voltagepieken die kunnen voorkomen tijdens onweer en na stroomstoringen. Sommige fabrikanten van stroomstootbeveiliging bieden ook
garantiedekking voor bepaalde soorten schade. Lees de garanties bij de apparaten zorgvuldig door wanneer u een stroomstootbeveiligingsapparaat kiest.
Een apparaat met een hogere jouleclassificatie biedt meer bescherming. Vergelijk jouleclassificaties om de relatieve effectiviteit van verschillende apparaten te
bepalen.
Een groot aantal stroomstootbeveilingsapparaten heeft ook een telefooncontact voor modembeveiliging. Zie de documentatie bij de stroomstootbeveiliging
voor instructies voor modemverbindingen.
Line Conditioners
Line conditioners zijn ontworpen om de netspanning op een redelijk constant niveau te houden.
UPS (uninterruptible power supplies)
Een UPS beschermt tegen stroomfluctuaties en -onderbrekingen. UPS-apparaten bevatten een batterij die tijdelijke stroom biedt aan aangesloten apparaten
wanneer de netstroom wordt onderbroken. De batterij wordt geladen zo lang er netstroom beschikbaar is. Zie de documentatie van de UPS-fabrikant voor
informatie over de werkingsduur van de batterij en om na te gaan of het apparaat is goedgekeurd door Underwriters Laboratories (UL).
Terug naar inhoudspagina
KENNISGEVING: De meeste stroomstootbeveiliging beschermt niet tegen stroomfluctuaties of stroomonderbrekingen die worden veroorzaakt door
nabijgelegen blikseminslagen. Wanneer het in uw buurt bliksemt, dient u de telefoon los te koppelen van het wandcontact en dient u de stekker van de
computer uit het stopcontact te halen.
KENNISGEVING: Niet alle stroomstootbeveiliging biedt beveiliging voor netwerkkaarten. Koppel tijdens onweer de netwerkkabel los van het
netwerkcontact.
KENNISGEVING: Line conditioners bieden geen bescherming tegen stroomstoringen.
KENNISGEVING: Stroomonderbreking tijdens het opslaan van gegevens op de vaste schijf kan resulteren in het verlies van gegevens of schade aan
bestanden.
OPMERKING: Als u voor maximale werkingsduur van de batterij wilt zorgen, sluit u alleen uw computer aan op een UPS. Sluit andere apparaten, zoals
een printer, aan op een afzonderlijk stekkerblok dat stroomstootbeveiliging biedt.
Terug naar inhoudspagina
Specificaties
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Processor
Processortype
AMDTurion™64ofAMDSempron™
L1-cache
64 KB
L2-cache
256 KB, 512 KB, 1024 KB
Frequentie externe bus (bus voorzijde)
533 MHz
Systeeminformatie
Chipset systeem
ATI RS485/RS485M/SB600
Gegevensbusbreedte
64-bit
DRAM-busbreedte
twee-kanaals (2) 64-bit bussen
Adresbusbreedte processor
40-bit
Flash EPROM
1 MB
Grafische bus
PCI-E X16
PCI-bus
32-bits
ExpressCard
ExpressCard-controller
Intel®ICH7
ExpressCard-aansluiting
een ExpressCard-sleuf (54 mm)
Ondersteunde kaarten
ExpressCard/54 (54 mm)
1.5 V en 3.3 V
Aansluitingsgrootte ExpressCard
28-pins
3-in-1 mediageheugenkaart-leesapparaat
3-in-1 mediageheugenkaart-controller
Ricoh R5C832
3-in-1 mediageheugenkaart-aansluiting
3-in-1 combokaartaansluiting
Ondersteunde kaarten
SSD/SDIO
MMC
grootte 3-in-1 mediageheugenkaart-aansluiting
30,55 mm x 28,9 mm x 4,55 mm
Geheugen
Geheugenmoduleingang
twee SODIMM-aansluitingen
Capaciteit geheugenmodules
512 MB, 1 GB en 2 GB
Geheugentype
1,8-V SODIMM DDR-2
Minimaal geheugen
512 MB
Maximaal geheugen
2 GB
Porteneningangen
Audio
microfoonaansluiting, aansluiting
stereokoptelefoon/speakers
minikaart
een Type IIIA minikaartsleuf
Modem
RJ-11-poort
Netwerkadapter
RJ-45-poort
USB
vier 4-pins USB 2.0-ingangen
Video
15-gats connector
Communicatie
Modem:
Type
v.92 MDC HD
Controller
softmodem
Interface
Azalia Interface MDC
Netwerkadapter
10/100 Ethernet LAN op moederbord
Draadloos
interne PCI-e minikaart WLAN
Video
OPMERKING: Er zijn optionele videocontroller-upgrades beschikbaar voor uw computer, behoudens
beschikbaarheid ten tijde van aankoop. Hoe u de configuratie van uw computer kunt bepalen, ziet u in De
configuratie van uw computer bepalen.
Type video:
Geïntegreerdopmoederbord
Videocontroller
ATI R485M
Videogeheugen
tot128MBgedeeldgeheugen(bij256MB
systeemgeheugen) of 224 MB gedeeld geheugen (bij
512 MB systeemgeheugen)
LCD-interface
LVDS
Audio
Audio-type
twee-kanaals audiocodec met hoge definitie
Audiocontroller
Sigmatel STAC9200-codec
Stereoconversie
24-bits (analoog-naar-digitaal en digitaal-naar-
analoog)
Interfaces:
Intern
Azalia High Definition Audio
Externe
microphone-in-aansluiting, aansluiting
stereokoptelefoons/speakers
Speaker
twee 4-ohm-speakers
Interne speakerversterker
1-W kanaal naar 4 ohm
Volumeregeling
sneltoetscombinaties, programmamenu's
Beeldscherm
Type (active-matrix TFT)
14,1-inch WXGA en 15,4-inch WXGA
Beeldschermoppervlak (15,4 inch):
Hoogte
207 mm (8,2 inch)
Breedte
331,2 mm (13,0 inch)
Diagonaal
391,2 mm (15,4 inch)
Beeldschermoppervlak (14,1 inch):
Hoogte
189,6 mm (7,5 inch)
Breedte
303,3 mm (11,9 inch)
Diagonaal
357,7 mm (14,1 inch)
Maximale resolutie
1280 x 800 bij 262.144 kleuren
Vernieuwingsfrequentie
60 Hz
Bedieningshoek
0º (gesloten)tot180°
Gezichtshoeken:
Horizontaal
±40°minimum
Verticaal
+10°/30°minimum
Pixelpitch:
15,4 inch
0,259 mm
14,1 inch
0,237 mm
Bediening
helderheid kan worden gecontroleerd via sneltoetsen
(zie Beeldschermfuncties)
Toetsenbord
Aantal toetsen
87 (V.S. en Canada); 88 (Europa);
91 (Japan)
Lay-out
QWERTY/AZERTY/Kanji
Touchpad
X/Y-positieresolutie(grafischetabelmodus)
240 cpi
Formaat:
Breedte
73,0-mm (2,9 inch) sensoractief gebied
Hoogte
42,9 mm (1,7 inch) rechthoek
Batterij
Type
9-cels "slimme" lithium-ion
6-cels "slimme" lithium-ion
4-cels "slimme" lithiumion batterij
Afmetingen:
Diepte
60,1 mm (2,37 inch) (9-cels)
Hoogte
24 mm (0,94 inch)
Breedte
206,8 mm (8,14 inch)
Gewicht
0,48kg(1,06lb)(9-cels)
0,32kg(0,7lb)(6-cels)
0,25kg(0,55lb)(4cels)
Spanning
11,1 VDC (6-cels en 9-cels)
14,8 VDC (4-cels)
Oplaadtijd (naar schatting):
Computer uit
2,5 uur
Werkingsduur
De werkingstijd van batterijen varieert afhankelijk
van de werkingsomstandigheden en kan aanzienlijk
worden gereduceerd onder bepaalde
omstandigheden met intensief stroomgebruik. Zie
Stroomproblemen.
Zie Batterijen gebruiken voor meer informatie over de
levensduur van batterijen.
Levensduur (geschat)
300 ontladings-/ladingscyclussen
Temperatuurbereik:
Bedrijfstemperatuur
0°tot35°C(32°tot95°F)
Opslagtemperatuur
40°tot60°C(40°tot140°F)
Knoopcel
CR-2032
Terug naar inhoudspagina
Netadapter
Invoerstroom
100-240 VAC
Ingangsstroom (maximum)
1,5A
Ingangsfrequentie
5060 Hz
Uitvoerstroom
4,34A(maximumbijeenpulsvan4seconden);
3,34A(doorlopend)
Uitgangsstroom
65 W
Toegekende uitgangsspanning
19,5 +/1,0 VDC
Afmetingen:
Hoogte
28,2 mm (1,11 inch)
Breedte
57,9 mm (2,28 inch)
Diepte
137,2 mm (5,4 inch)
Gewicht (met kabels)
0,36 kg (0,79 lb)
Temperatuurbereik:
Bedrijfstemperatuur
0°tot35°C(32°tot95°F)
Opslagtemperatuur
40°tot65°C(40°tot149°F)
Fysiek
Hoogte
36 mm (1,42 inch)
Breedte
356 mm (14,02 inch)
Diepte
265,5 mm (10,45 inch)
Gewicht (met een 6-cels batterij):
Configureerbaar tot minder dan
2,9 kg (6,38 lb)
Omgevingsinformatie
Temperatuurbereik:
Bedrijfstemperatuur
0°tot35°C(32°tot95°F)
Opslagtemperatuur
40°tot65°C(40°tot149°F)
Relatieve vochtigheid (maximum):
Bedrijfstemperatuur
10% tot 90% (niet-condenserend)
Opslagtemperatuur
5% tot 95% (niet-condenserend)
Maximale trilling (met behulp van een willekeurig vibrerend spectrum dat de gebruikersomgeving simuleert):
Bedrijfstemperatuur
0,9 GRMS
Opslagtemperatuur
1,3 GRMS
Maximale schok
OPMERKING: De maximale schok wordt gemeten met de vaste schijf in een positie waarbij de koppen zijn
geparkeerd en met een 2-ms halve-sinuspuls voor werking en wordt ook gemeten met de vaste schijf in een
positie waarbij de koppen zijn geparkeerd en met een 2-ms halve-sinuspuls voor opslag.
Bedrijfstemperatuur
122 G
Opslagtemperatuur
163 G
Hoogte (maximum):
Bedrijfstemperatuur
15,2 tot 3.048 m (50 tot 10,000 voet)
Opslagtemperatuur
15,2 tot 10.668 m (50 tot 35.000 voet)
Terug naar inhoudspagina
Reizen met uw computer
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Uw computer identificeren
De computer inpakken
Reistips
Uw computer identificeren
l Bevestig een naamplaatje of een visitekaartje aan de computer.
l Noteer het nummer van uw servicelabel en bewaar deze op een veilige plaats uit de buurt van uw computer of draagtas.
l Gebruik het servicelabel als u verlies of diefstal moet rapporteren aan vertegenwoordigers van de rechtshandhaving en/of aan Dell.
l Maak een bestand aan op het bureaublad van Microsoft® Windows® genaamd indien_gevonden. Sla informatie zoals uw naam, adres en
telefoonnummer in dit bestand op.
l Neem contact op met de leverancier van uw creditcard en vraag of deze gecodeerde identificatielabel aanbiedt.
De computer inpakken
l Verwijder externe apparaten die op de computer zijn aangesloten en bewaar deze op een veilige locatie. Verwijder alle kabels die zijn aangesloten op
degeïnstalleerdepc-kaarten en verwijder pc-kaarten die uit de computer steken. Zie Kaarten gebruiken.
l Laad de hoofdbatterij en alle reservebatterijen die u mee wilt nemen, volledig op.
l Zet de computer uit.
l Koppel de netadapter los van de computer.
l Verwijder alle objecten zoals paperclips, pennen en papier van het toetsenbord en de palmsteun en sluit het beeldscherm.
l GebruikdeoptioneleDell™-draagtas om de computer en accessoires op veilige wijze samen op te bergen.
l Vervoerdecomputernietsamenmetitemszoalsscheercrème,parfumofvoedsel.
l Bescherm de computer, batterijen en de vaste schijf tegen gevaren zoals extreme temperaturen, overmatige blootstelling aan zonlicht, vuil, stof en
vloeistoffen.
l Verpak de computer op zodanige wijze dat deze niet in de kofferbak van uw auto of in een bagagecompartiment heen en weer wordt geschoven.
Reistips
l Schakel eventueel draadloze apparaten op de computer uit om de beschikbare werkingsduur van de batterij te maximaliseren. Druk op <Fn><F2> om
alle draadloze activiteit uit te schakelen.
l Wijzig zo mogelijk uw opties voor energiebeheer (zie De energiebeheerinstellingen configureren) om de werkingsduur van de batterij te maximaliseren.
l Als u internationaal reist, moet u een bewijs van eigendom bij de hand hebben of van uw recht om van de computer gebruik te maken indien deze
het eigendom van een bedrijf is om uw doortocht door de douane te versnellen. Raadpleeg de douaneregelingen van de landen die u van plan bent
te bezoeken. U kunt verder overwegen om een internationaal carnet (ook wel bekend als een handelspaspoort) aan te vragen bij de lokale overheid.
l Ga na wat voor typen stopcontacten worden gebruikt in de landen die u zult bezoeken en zorg waar nodig voor de juiste stroomadapters.
l Vraag uw creditcardleverancier om informatie over het type noodhulp tijdens reizen deze biedt aan gebruikers van draagbare computers.
Reizen met het vliegtuig
KENNISGEVING: Als het beeldscherm is gesloten, is het mogelijk dat objecten die op het toetsenbord of de palmsteun zijn geplaatst het beeldscherm
beschadigen.
KENNISGEVING: Als de computer is blootgesteld aan extreme temperaturen, moet u deze 1 uur voordat u deze aanzet laten acclimatiseren aan de
kamertemperatuur.
KENNISGEVING: Voorkom gegevensverlies door de computer niet te verplaatsen terwijl u gebruik maakt van het optische station.
KENNISGEVING: Check de computer niet in als bagage.
KENNISGEVING: Loopnietmetdecomputerdooreenmetaaldetector.Laatdecomputerdooreenröntgenmachinelopenofmetdehandinspecteren.
l Zorg ervoor dat u over een opgeladen batterij beschikt in het geval dat u wordt gevraagd om de computer aan te zetten.
l Voordat u aan boord gaat van het vliegtuig, moet u nagaan of het gebruik van een computer is toegestaan. Sommige luchtvaartmaatschappijen
verbieden het gebruik van elektronische apparatuur tijdens de vlucht. Alle luchtvaartmaatschappijen verbieden het gebruik van elektronische
apparatuur tijdens het opstijgen en landen.
Terug naar inhoudspagina
Terug naar inhoudspagina
Problemen oplossen
Dell™Inspiron™1501Gebruikershandleiding
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)
Wanneer het Dell-diagnoseprogramma te gebruiken
Als zich een probleem voordoet met uw computer, voer dan de controles uit die worden beschreven in Vergrendelingen en softwareproblemen en gebruik Dell
Diagnostics (Dell-diagnose) voordat u contact opneemt met Dell voor technische ondersteuning.
Het verdient aanbeveling om deze procedures af te drukken voordat u begint.
Start Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) vanaf de vaste schijf of vanaf de cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's).
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) starten vanaf vaste schijf
Het Dell-diagnoseprogramma bevindt zich op een verborgen partitie op de vaste schijf.
1. Sluit de computer af.
2. Sluit de computer aan op een stopcontact als dit nog niet het geval is.
3. Start of herstart de computer.
4. De diagnostiek kan op twee manieren worden opgeroepen:
a. Zetdecomputeraan.DrukzodrahetDELL™-logo wordt weergegeven onmiddellijk op <F12>. Selecteer Diagnostics (Diagnose) in het
opstartmenu en druk op <Enter>.
b. Houd <Fn> ingedrukt terwijl u het systeem opstart.
De computer voert een Pre-boot System Assessment (systeemanalyse) uit, een reeks opstarttests van het moederbord, toetsenbord, de vaste schijf en
het computerscherm.
l Beantwoord tijdens de analyse eventuele vragen die worden gesteld.
l Als een fout wordt gedetecteerd, stopt de computer en klinkt een geluidssignaal afgeven. U stopt de analyse en start de computer opnieuw door
op <n> te drukken; u gaat verder met de volgende test door op <y> te drukken; druk op <r> om het onderdeel waar een fout optrad opnieuw te
testen.
l Als tijdens de zelftest van het systeem fouten worden aangetroffen, dient u de foutcodes te noteren en contact op te nemen met Dell.
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)
Problemen met stations
Problemen met e-mail, modem en internet
Foutmeldingen
Problemen met de ExpressCard
Problemen met het toetsenbord
Vergrendelingen en softwareproblemen
Geheugenproblemen
Netwerkproblemen
Stroomproblemen
Problemen met de printer
Problemen met de scanner
Problemen met het geluid en de speakers
Problemen met de touchpad of muis
Problemen met de grafische kaart en het beeldscherm
Stuurprogramma's
Incompatibiliteitsproblemen voor software en hardware oplossen
Het besturingssysteem herstellen
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
KENNISGEVING: Het programma Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) werkt alleen op Dell-computers.
OPMERKING: De cd Drivers and Utilities (Hulp- en stuurprogramma's) is optioneel en wordt mogelijk niet met uw computer meegeleverd.
OPMERKING: Als op uw computer geen schermafbeelding kan worden weergegeven, dient u contact op te nemen met Dell. Zie Contact opnemen met
Dell.
OPMERKING: Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem verschijnt, moet u blijven wachten tot u het bureaublad van Microsoft®
Windows®ziet. Sluit de computer vervolgens af en probeer het opnieuw.
OPMERKING: Als er een bericht verschijnt dat er geen diagnoseprogramma wordt gevonden, voert u Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uit vanaf
de cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's).
Als de Pre-boot System Assessment (Systeemanalyse) succesvol wordt voltooid, ziet u de melding Booting Dell Diagnostic Utility Partition. Press
any key to continue. (Opstarten vanaf partitie met Dell-diagnostiekprogramma. Druk op een willekeurige toets om door te gaan).
5. DrukopeentoetsomDellDiagnosticstestartenvanafdepartitiemethetdiagnostischehulpprogrammaopdehardeschijf.
Dell Diagnostics starten vanaf de cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's)
1. Plaats de cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) in het cd-rom-station.
2. Zet de computer uit en start deze opnieuw.
Zodra het DELL-logo verschijnt, drukt u meteen op <F12>.
Als u te lang wacht en het logo van Windows verschijnt, moet u wachten totdat u het bureaublad van Windows ziet. Sluit de computer vervolgens af en
probeer het opnieuw.
3. Als de lijst met opstartbronnen verschijnt, selecteert u IDE CD-ROM Device CD/DVD/CD-RW Drive en drukt u op <Enter>.
4. Selecteer de optie Boot from CD-ROM (Opstarten vanaf cd-rom) in het menu en druk vervolgens op <Enter>.
5. Typ 1 om het cd-menu op te roepen en druk op <Enter> om verder te gaan.
6. Selecteer De Dell-diagnostiek uitvoeren uit de genummerde lijst. Als er meerdere versies worden aangegeven, moet u de versie selecteren die voor
uw computer van toepassing is.
7. Als het Hoofdmenu van het Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) wordt weergegeven, selecteert u de test die u wilt uitvoeren.
Hoofdmenu Dell Diagnostics
1. Nadat het Dell-diagnoseprogramma is geladen en het scherm met het Hoofdmenu wordt weergegeven, klikt u op de knop voor de gewenste optie.
2. Als er tijdens een test een probleem wordt opgespoord, wordt er een bericht weergegeven met de foutcode en een beschrijving van het probleem.
Noteer de foutcode en de beschrijving van het probleem en volg de instructies op het scherm.
Neem contact op met Dell, als u de fout niet kunt oplossen. Zie Contact opnemen met Dell.
3. Wanneer u een test uitvoert van de optie Custom Test (Aangepaste test) of Symptom Tree (Symptomenstructuur), kunt u voor meer informatie over de
test op een van de tabbladen klikken die in de volgende tabel worden beschreven.
OPMERKING: Metdevolgendestappenwordtdeopstartvolgordeslechtséénkeergewijzigd.Devolgendekeerdatudecomputerstart,gebeurt
dat volgens de instellingen die zijn gedefinieerd in het systeemsetupprogramma.
Optie
Functie
Express Test (Snelle test)
Hiermee wordt een snelle test uitgevoerd van apparaten. Deze test neemt normaliter 10 tot 20 minuten in beslag en vereist
geen interactie van uw kant. Als u eerst de snelle test uitvoert, vergroot u de kans om het probleem snel op te sporen.
Extended Test (Uitgebreide
test)
Hiermee wordt een grondige controle van apparaten uitgevoerd. Deze test neemt normaliter 1 uur of meer in beslag. Zo nu
en dan zult u vragen moeten beantwoorden.
Custom Test (Aangepaste
test)
Hiermee kunt u een bepaald apparaat testen. U kunt de tests die u wilt uitvoeren, zelf aanpassen.
Symptom Tree
(Symptomenstructuur)
Geeft een overzicht van de problemen die het vaakst optreden en stelt u in staat om een test te selecteren op basis van de
symptomen van het probleem dat u ondervindt.
OPMERKING: Het servicelabel voor de computer bevindt zich bovenaan elk testvenster. Als u contact opneemt met Dell, zullen de medewerkers
van de technische ondersteuning naar het servicelabel vragen.
Tabblad
Functie
Results
(Resultaten)
Hier worden de resultaten van de test weergegeven, samen met eventuele foutcondities die zijn aangetroffen.
Errors (Fouten)
Geeft de aangetroffen foutcondities en de foutcodes weer en een beschrijving van het probleem.
Help
Hier wordt de test beschreven en worden eventuele vereisten voor het uitvoeren van de test vermeld.
Configuration
Hier wordt de hardwareconfiguratie beschreven voor het geselecteerde apparaat.
4. Als de tests zijn voltooid en u Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uitvoert vanaf de cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's), moet u de cd uit
het station verwijderen.
5. Als de tests zijn voltooid, sluit u het testvenster om terug te keren naar het venster Main Menu (Hoofdmenu). Als u het Dell-diagnoseprogramma wilt
verlaten en de computer opnieuw wilt starten, sluit u het venster Main Menu.
Problemen met stations
Controleer of Microsoft®Windows
®
het station herkent Klik op de Start-knop en vervolgens op Deze computer. Als het diskette-, cd- of dvd-station niet
in de lijst wordt weergegeven, moet u een scan uitvoeren met uw antivirusprogramma en de computer controleren op en verlossen van eventuele virussen. In
sommige gevallen kunnen computervirussen ervoor zorgen dat Windows een station niet meer herkent.
Test het station
l Plaats een andere diskette, cd of dvd in het station om de mogelijkheid uit te sluiten dat de oorspronkelijke diskette, cd of dvd een defect bevat.
l Plaats een opstartbare diskette in het station en start de computer opnieuw.
Reinig het station of de schijf Zie De computer reinigen.
Controleer of de cd goed op de spil is aangebracht
Controleer de kabelaansluitingen
Controleer op hardwareconflicten Zie Incompatibiliteitsproblemen voor software en hardware oplossen.
Voer de Dell-diagnostiek uit Zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek).
Problemen met cd- en dvd-stations
Problemen met het schrijven naar een cd-/dvd-rw-station
Sluit de andere programma's Het cd-/dvd-rw-station moet tijdens het schrijven een ononderbroken stroom van gegevens ontvangen. Als deze
gegevensstroom wordt onderbroken, zal een fout optreden. Probeer alle programma's te sluiten voordat u naar de cd/dvd-rw probeert te schrijven.
Zet de Windows standby-modus uit voordat u naar een cd-/dvd-rw-schijf schrijft Zie Energiebeheermodi voor informatie over de standby-modus.
Reduceer de schrijfsnelheid Zie de Help-bestanden voor de software voor het branden van cd's en dvd's.
Als de lade van het cd-, cd-rw-, dvd- of dvd+rw-station niet uit de computer wordt
geworpen
1. Zorg ervoor dat de computer uit staat.
(Configuratie)
Dell Diagnostics haalt configuratiegegevens op voor alle apparaten uit de systeeminstellingen, het geheugen, verschillende interne tests
en geeft de informatie weer in de lijst met apparaten in het linkervenster van het scherm. Mogelijk worden in het apparaatoverzicht niet
denamenvanalleonderdelenweergegevendiezijngeïnstalleerdinofaangeslotenopdecomputer.
Parameters
Hiermee kunt u de test aanpassen door de testinstellingen te wijzigen.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
OPMERKING: Snelle cd- of dvd-stations kunnen gaan trillen. Dit is normaal. Het geluid dat hierbij ontstaat duidt niet op een defect station of een
defecte cd of dvd.
OPMERKING: Als gevolg van verschillende wereldwijde regio's en schijfformaten werken mogelijk niet alle dvd's in dvd-stations.
2. Trek een paperclip recht en breng een van de uiteinden aan in het uitwerpgat aan de voorzijde van het station. Druk stevig totdat de lade gedeeltelijk
wordt uitgeworpen.
3. Trek de lade voorzichtig uit de computer totdat deze niet meer verder kan.
Als u een vreemd schrapend of knarsend geluid hoort
l Controleer of het geluid niet veroorzaakt wordt door het programma dat wordt uitgevoerd.
l Controleer of de diskette of schijf op juiste wijze in het station is geplaatst.
Problemen met de vaste schijf
Laat de computer afkoelen voordat u deze aanzet Een verhitte vaste schijf kan ervoor zorgen dat het besturingssysteem niet opstart. Probeer de
computer naar kamertemperatuur terug te laten keren voordat u deze aanzet.
Voer Check Disk uit
1. Klik op de Start-knop en vervolgens op Deze computer.
2. Klik met de rechtermuisknop op Lokale schijf C:.
3. Klik op Eigenschappen.
4. Klik op het tabblad Extra.
5. Klik onder Foutcontrole op Nu controleren.
6. Klik op Beschadigde sectoren zoeken en repareren.
7. Klik op Starten.
Problemen met e-mail, modem en internet
Controleer de beveiligingsinstellingen van Microsoft Outlook®Express Als u uw e-mailbijlagen niet kunt openen, gaat u als volgt te werk:
1. Klik in Outlook Express op Extra, klik op Opties en klik dan op Beveiliging.
2. Klik op Geen bijlagen toestaan om het vinkje te verwijderen.
Controleer de telefoonlijn
Controleer de telefoonaansluiting
Sluit de modem rechtstreeks aan op de telefoonaansluiting
Gebruik een andere telefoonlijn
l Controleer of de telefoonlijn is aangesloten op de telefoonaansluiting op de modem. (De aansluiting heeft een groen label of er staat een
aansluitingvormig pictogram naast.)
l Controleer of u een klik hoort wanneer u de telefoonlijnaansluiting in de modem steekt.
l Koppel de telefoonkabel los van de modem en sluit deze aan op een telefoon. Luister of u een kiestoon hoort.
l Als er andere telefoonapparaten zijn die de lijn delen, zoals een antwoordapparaat, fax, stroomstootbeveiliging of lijnsplitser, dient u deze terzijde te
leggenendemodemrechtstreeksophetwandcontactvandetelefoonaantesluiten.Alsueentelefoonsnoergebruiktdat3moflangeris,moetueen
korter snoer gebruiken.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
OPMERKING: Sluit de modem alleen op een analoge telefoonaansluiting aan. De modem zal niet werken als deze is aangesloten op een digitaal
telefoonnetwerk.
Voer het diagnostische hulpmiddel Modem Helper uit Klik op Start, wijs Programma's aan en klik dan op Modem Helper. Volg de aanwijzingen op het
scherm om modemproblemen te identificeren en op te lossen. (Modem Helper is niet op alle computers beschikbaar.)
Controleer of de modem met Windows communiceert
1. Klik op Start en op Configuratiescherm.
2. Klik op Printers en andere hardware.
3. Klik op Telefoon- en modemopties.
4. Klik op het tabblad Modems.
5. Klik op de COM-poort voor uw modem.
6. Klik op Eigenschappen klik op het tabblad Diagnostische gegevens en klik dan op Instellingen opvragen om te controleren of de modem met Windows
communiceert.
Als alle opdrachten een reactie opleveren, werkt de modem naar behoren.
Controleer of u verbonden bent met internet Controleer of u een abonnement bij een internetprovider hebt. Zorg dat het e-mailprogramma Outlook
Express is geopend en klik op Bestand. Als de optie Off line werken is voorzien van een vinkje, moet u het vinkje aanklikken om het te verwijderen en een
internetverbinding te maken. Neem voor hulp contact op met uw internetprovider.
Scan de computer op spyware Als uw computer zeer traag is, vaak last heeft van pop-upadvertenties of als er problemen zijn met het opzetten van een
internetverbinding,isuwcomputermogelijkgeïnfecteerdmetspyware.Gebruikeenvirusscannermetbeschermingtegenspyware(mogelijkisvooruw
programma een upgrade nodig) om de computer te scannen en eventuele spyware te verwijderen. Ga voor meer informatie naar support.dell.com en zoek
naar het trefwoord spyware.
Foutmeldingen
Als het bericht niet in deze lijst voorkomt, moet u de documentatie voor het besturingssysteem raadplegen of de documentatie voor het programma dat actief
was toen de melding verscheen.
Auxiliary device failure (storing in randapparaat) Mogelijk is de touchpad, track stick of externe muis defect. Controleer de kabelaansluiting als u met een
externe muis werkt. Activeer de optie Pointing Device (aanwijsapparaat) in het systeemsetupprogramma (zie Het systeem-setup-programma gebruiken). Als
het probleem zich blijft voordoen, dient u contact met Dell op te nemen. Zie Contact opnemen met Dell.
Bad command or file name (Ongeldige opdracht of bestandsnaam) Controleer of de opdracht geen spelfout bevat. Breng op de juiste plaatsen spaties aan
en gebruik de juiste padnaam.
Cache disabled due to failure (Cache uitgeschakeld als gevolg van fout) Er is een storing opgetreden in de primaire cache van de microprocessor. Neem
contact op met Dell Zie Contact opnemen met Dell.
CD drive controller failure (storing in de controller van het cd-rom-station) Het cd-rom-station reageert niet op opdrachten van de computer. Zie
Problemen met stations.
Data error (gegevensfout) De vaste schijf kan de gegevens niet lezen. Zie Problemen met stations.
Decreasing available memory (het beschikbare geheugen wordt verkleind) Een of meer geheugenmodules is mogelijk defect of op onjuiste wijze
aangebracht. Installeer de geheugenmodules opnieuw en vervang deze zo nodig. Zie Geheugen.
Disk C: failed initialization (Kan schijf c: niet initialiseren) De computer kan de vaste schijf niet initialiseren. Voer de tests voor de vaste schijven in Dell
Diagnostics uit. Zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek).
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
Drive not ready (Station niet gereed) Er moet een vaste schijf in het compartiment worden aangebracht. Installeer een vaste schijf in het compartiment
voor de vaste schijf. Zie Vaste schijf.
Error reading PCMCIA card (Kan de PCMCIA-kaart niet lezen) De computer kan de ExpressCard niet identificeren. Plaats de kaart opnieuw of probeer het
met een andere kaart. Zie ExpressCards.
Extended memory size has changed (De groote van het extended memory is veranderd) De hoeveelheid geheugen die in NVRAM is vastgelegd komt niet
overeenmethetgeheugendatindecomputerisgeïnstalleerd.Startdecomputeropnieuwop.NeemcontactopmetDellalshetprobleemzichopnieuw
voordoet. Zie Contact opnemen met Dell.
The file being copied is too large for the destination drive(Hetbestanddatuaanhetkopiërenbent,istegrootvoorhetdoelstation) Het bestand dat u
probeerttekopiërenistegrootomopdeschijftepassen,ofdeschijfistevol.Probeerhetbestandnaareenandereschijftekopiërenofgebruikeenschijf
met een grotere capaciteit.
A filename cannot contain any of the following characters: \ / : * ? " < > | (De volgende tekens mogen niet in een bestandsnaam worden gebruikt: \ / : * ?
" < > |) Gebruik deze tekens niet in bestandsnamen.
Gate A20 failure (Fout in poort A20) Misschien zit er een geheugenmodule los. Installeer de geheugenmodules opnieuw en vervang deze zo nodig. Zie
Geheugen.
General failure (Algemene fout) Het besturingssysteem is niet in staat om de opdracht uit te voeren. Deze melding wordt normaliter gevolgd door
specifieke informatiebijvoorbeeld Printer out of paper (Printerpapier op). Onderneem overeenkomstig actie.
Hard-disk drive configuration error (Configuratiefout vaste schijfstation) De computer is niet in staat om het stationstype te identificeren. Zet de computer
uit, verwijder de vaste schijf (zie Vaste schijf) en start de computer op vanaf een cd. Zet de computer vervolgens uit, installeer de vaste schijf opnieuw en
start de computer opnieuw op. Voer vaste-schijf-tests uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Hard-disk drive controller failure 0 (controllerfout 0 in vaste schijf) De vaste schijf reageert niet op opdrachten van de computer. Sluit de computer af,
verwijder de vaste schijf (zie Vaste schijf) en start de computer vanaf een cd-rom. Zet de computer vervolgens uit, installeer de vaste schijf opnieuw en start
de computer opnieuw op. Probeer een ander station indien het probleem zich blijft voordoen. Voer vaste-schijf-tests uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)
(zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Hard-disk drive failure (Storing in de vaste schijf) De vaste schijf reageert niet op opdrachten van de computer. Zet de computer uit, verwijder de vaste
schijf (zie Vaste schijf) en start de computer op vanaf een cd. Zet de computer vervolgens uit, installeer de vaste schijf opnieuw en start de computer opnieuw
op. Probeer een ander station indien het probleem zich blijft voordoen. Voer vaste-schijf-tests uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics
(Dell-diagnostiek)).
Hard-disk drive read failure (Kan de vaste schijf niet lezen) De vaste schijf is mogelijk defect. Sluit de computer af, verwijder de vaste schijf (zie Vaste
schijf) en start de computer vanaf een cd-rom. Zet de computer vervolgens uit, installeer de vaste schijf opnieuw en start de computer opnieuw op. Probeer
een ander station indien het probleem zich blijft voordoen. Voer vaste-schijf-tests uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-
diagnostiek)).
Insert bootable media (plaats een opstartmedium in de computer) Het besturingssysteem probeert om op te starten vanaf een niet-opstartbare cd. Plaats
een opstartbare cd in het station.
Invalid configuration information-please run System Setup Program (ongeldige configuratiegegevens - voer de systeemsetup opnieuw uit) De
systeemconfiguratieinformatie komt niet overeen met de hardwareconfiguratie. Deze melding treedt in de meeste gevallen op nadat een geheugenmodule is
geïnstalleerd.Corrigeerdenodigeinstellingeninhetsysteemsetupprogramma(zieHet systeem-setup-programma gebruiken).
Keyboard clock line failure (storing in de toetsenbord-kloklijn) Controleer de kabelaansluiting als u met een extern toetsenbord werkt. Voer de test voor
de controller van het toetsenbord uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Keyboard controller failure (storing in de toetsenbordcontroller) Controleer de kabelaansluiting als u met een extern toetsenbord werkt. Start de
computer opnieuw en zorg ervoor dat u tijdens de opstartroutine het toetsenbord niet aanraakt. Voer de test voor de controller van het toetsenbord uit in
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Keyboard data line failure (storing in de toetsenbord-gegevenslijn) Controleer de kabelaansluiting als u met een extern toetsenbord werkt. Voer de test
voor de controller van het toetsenbord uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Keyboard stuck key failure (storing toetsenbord: toets zit vast) Controleer de kabelaansluiting als u met een extern toetsenbord of toetsenblok werkt.
Start de computer opnieuw en zorg ervoor dat u tijdens de opstartprocedure het toetsenbord of de toetsen niet aanraakt. Voer de Stuck Key-test (testen op
vastzittende toetsen) uit in Dell Diagnostics(Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Memory address line failure at address, read value expecting value (storing adreslijn geheugen op adres, leeswaarde verwacht waarde) Een
geheugenmodule is mogelijk defect of op onjuiste wijze aangebracht. Installeer de geheugenmodules opnieuw en vervang deze indien nodig (zie Geheugen).
Memory allocation error (fout in de geheugentoewijzing) Er is sprake van een conflict tussen de software die u probeert uit te voeren en het
besturingssysteem, een ander programma of een hulpprogramma. Zet de computer uit, wacht 30 seconden en start de computer opnieuw. Probeer het
programma nogmaals uit te voeren. Als de foutmelding nog steeds verschijnt, moet u de softwaredocumentatie raadplegen.
Memory data line failure at address, read value expecting value (storing gegevenslijn op adres, leeswaarde verwacht waarde) Een geheugenmodule is
mogelijk defect of op onjuiste wijze aangebracht. Installeer de geheugenmodules opnieuw en vervang deze indien nodig (zie Geheugen).
Memory double word logic failure at address, read value expecting value (storing dubbele woordlogica geheugen op adres, leeswaarde verwacht waarde)
Een geheugenmodule is mogelijk defect of op onjuiste wijze aangebracht. Installeer de geheugenmodules opnieuw en vervang deze indien nodig (zie
Geheugen).
Memory odd/even logic failure at address, read value expecting value (storing oneven/even-logica geheugen op adres, leeswaarde verwacht waarde)
Een geheugenmodule is mogelijk defect of op onjuiste wijze aangebracht. Installeer de geheugenmodules opnieuw en vervang deze indien nodig (zie
Geheugen).
Memory write/read failure at address, read value expecting value (lees-/schrijfstoring geheugen op adres, leeswaarde verwacht waarde) Een
geheugenmodule is mogelijk defect of op onjuiste wijze aangebracht. Installeer de geheugenmodules opnieuw en vervang deze indien nodig (zie Geheugen).
No boot device available (er is geen opstartapparaat beschikbaar) De computer kan de vaste schijf niet vinden. Als de vaste schijf uw opstartbron is, moet
ucontrolerenofhetstationaanwezigis,opjuistewijzeisgeïnstalleerdenalseenopstartbronisgepartitioneerd.
No boot sector on hard drive (de vaste schijf bevat geen opstartsector) Het besturingssysteem is mogelijk beschadigd geraakt. Neem contact op met Dell
Zie Contact opnemen met Dell.
No timer tick interrupt (Er is geen timertick-interrupt) Een chip op het moederbord functioneert mogelijk niet naar behoren. Voer de System Set-tests uit in
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Not enough memory or resources. Exit some programs and try again (onvoldoende geheugen of bronnen. Sluit een aantal programma's af en probeer het
opnieuw) Er staan teveel programma's open. Sluit alle vensters en open het programma dat u wilt gebruiken.
Operating system not found (kan het besturingssysteem niet vinden) Installeer de vaste schijf opnieuw (zie Vaste schijf). Als het probleem zich blijft
voordoen, dient u contact op te nemen met Dell. Zie Contact opnemen met Dell.
Optional ROM bad checksum (ongeldige checksum optioneel ROM) Het optionele ROM-geheugen werkt blijkbaar niet. Neem contact op met Dell Zie Contact
opnemen met Dell.
A required .DLL file was not found (Kan een vereist .DLL-bestand niet vinden) Er ontbreekt een essentieel bestand voor het programma dat u probeert te
openen. Verwijder het programma en installeer het opnieuw.
1. Klik op Start en klik vervolgens op Configuratiescherm.
2. Klik op Software.
3. Selecteer het programma dat u wilt verwijderen.
4. Klik op Verwijderen of Toevoegen/verwijderen en volg de aanwijzingen op het scherm.
5. Zie de softwaredocumentatie voor installatieinstructies.
Sector not found (kan sector niet vinden) Het besturingssysteem kan een sector op de vaste schijf niet vinden. Mogelijk bevat de vaste schijf een defecte
sector of een beschadigde FAT. Voer Scandisk uit om de bestandsstructuur op de vaste schijf te controleren. Zie Windows Help en ondersteuning voor
instructies. Zie Windows Help en ondersteuning voor informatie over het openen van Help en ondersteuning. Als een groot aantal sectors defect is geraakt,
moet u indien mogelijk een back-up van uw gegevens maken en de vaste schijf vervolgens opnieuw formatteren.
Seek error (zoekfout) Het besturingssysteem is niet in staat om een bepaald spoor op de vaste schijf te vinden.
Shutdown failure (afsluitfout) Een chip op het moederbord functioneert mogelijk niet naar behoren. Voer de System Set-tests uit in Dell Diagnostics (Dell-
diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Time-of-day clock lost power (interne klok heeft geen stroom meer) De systeemconfiguratieinstellingen zijn beschadigd. Sluit de computer aan op een
stopcontact en laad de batterij op. Als het probleem aanhoudt, moet u proberen om de gegevens te herstellen door het systeemsetupprogramma te starten.
Sluit vervolgens het programma direct af. Zie Het systeem-setup-programma gebruiken. Neem contact op met Dell als het bericht opnieuw wordt
weergegeven. Zie Contact opnemen met Dell.
Time-of-day clock stopped (de interne klok is stilgevallen) De reservebatterij die de systeemconfiguratie-instellingen ondersteunt, moet mogelijk opnieuw
worden opgeladen. Sluit de computer aan op een stopcontact en laad de batterij op. Als het probleem zich blijft voordoen, dient u contact met Dell op te
nemen. Zie Contact opnemen met Dell.
Time-of-day not set-please run the System Setup program (Datum en tijd zijn niet ingesteld, voer de systeemsetup uit) De tijd of datum die in het
systeemsetupprogramma is opgeslagen komt niet overeen met de systeemklok. Corrigeer de instellingen bij de opties Date (Datum) en Time (Tijd). Zie Het
systeem-setup-programma gebruiken.
Timer chip counter 2 failed (storing in teller 2 van de timerchip) Een chip op het moederbord functioneert mogelijk niet naar behoren. Voer de System Set-
tests uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Unexpected interrupt in protected mode (onverwachte onderbreking in beveiligde modus) Er is mogelijk een storing opgetreden van de
toetsenbordcontroller, of er zit een geheugenmodule los. Voer de System Memory-tests (Systeemgeheugentests) en de Keyboard Controller-test (Test van de
toetsenbordcontroller) uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
x:\ is not accessible. The device is not ready (Kan x:\ niet openen. Het apparaat is niet gereed) Plaats een diskette in het station en probeer het
opnieuw.
Warning: Battery is critically low (waarschuwing, batterij is bijna leeg) De batterij begint leeg te raken. Vervang de batterij of sluit de computer op een
stopcontact aan. Als alternatief kunt u de slaapstand activeren of de computer uitzetten.
Problemen met de ExpressCard
Controleer de ExpressCard Controleer of de ExpressCard goed in de aansluiting is geplaatst.
Controleer of de kaart door Windows wordt herkend Controleer of de kaart in Apparaatbeheer wordt vermeld. Klik op Start® Configuratiescherm®
Systeem® Hardware® Apparaatbeheer.
Als u problemen hebt met een ExpressCard die door Dell is geleverd Neem contact op met Dell. Zie Contact opnemen met Dell.
Als u problemen hebt met een ExpressCard die niet door Dell is geleverd Neem contact op met de fabrikant van de ExpressCard.
Problemen met het toetsenbord
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
Problemen met het externe toetsenbord
Controleer de kabel van het toetsenbord Sluit de computer af. Maak de kabel van het toetsenbord los en controleer de kabel op schade. Breng de kabel
weer stevig aan.
Als u gebruik maakt van een verlengsnoer voor het toetsenbord, moet u dit snoer loskoppelen en het toetsenbord direct op de computer aansluiten.
Controleer het externe toetsenbord
1. Zetdecomputeruit,wachtéénminuutenzetdecomputeropnieuwaan.
2. Controleer of de lampjes num lock, caps lock en scroll lock oplichten tijdens de opstartroutine.
3. Klik vanuit het bureaublad van Windows op Start, wijs Programma's® Bureau-accessoires aan en klik dan op Kladblok.
4. Voer met het externe toetsenbord een aantal tekens in en controleer of deze tekens op het beeldscherm verschijnen.
Als u deze stappen niet kunt uitvoeren, is het externe toetsenbord mogelijk defect.
Alsuwiltcontrolerenofhetprobleemaanhetexternetoetsenbordligt,moetudewerkingvanhetgeïntegreerdetoetsenbordcontroleren
1. Sluit de computer af.
2. Koppel het externe toetsenbord los van de computer.
3. Zet de computer aan.
4. Klik vanuit het bureaublad van Windows op Start, wijs Programma's® Bureau-accessoires aan en klik dan op Kladblok.
5. Voer een aantal tekens in met behulp van het interne toetsenbord en kijk of deze tekens op het scherm verschijnen.
Als de tekens nu wel verschijnen, is het externe toetsenbord mogelijk defect. Neem contact op met Dell. Zie Contact opnemen met Dell.
Voer de diagnostische tests voor het toetsenbord uit Voer de tests voor met PC-AT compatibele toetsenborden uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)
(zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)). Als de tests een defect toetsenbord aangeven, dient u contact op te nemen met Dell. Zie Contact opnemen met Dell.
Onverwachte tekens
Deactiveer het numerieke toetsenbord Druk op <Num Lk> om het numerieke toetsenbord te deactiveren als er getallen in plaats van letters op het scherm
verschijnen. Controleer of het lampje voor het getallenslot niet brandt.
Vergrendelingen en softwareproblemen
De computer start niet op
Controleer of de netadapter goed is aangesloten op de computer en het stopcontact.
De computer reageert niet meer
OPMERKING: GebruikhetgeïntegreerdetoetsenbordtijdenshetuitvoerenvanDellDiagnostics(Dell-diagnostiek) of het systeemsetupprogramma. Als
ueenexterntoetsenbordaansluit,blijfthetgeïntegreerdetoetsenbordvolledigfunctioneel.
OPMERKING: Alsueenexterntoetsenbordaansluit,blijfthetgeïntegreerdetoetsenbordvolledigfunctioneel.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
Zet de computer uit Als de computer niet reageert zelfs als u een toets op het toetsenbord indrukt of de muis beweegt, dient u de aan/uit-knop in te
drukken en deze minstens 8-10 seconden ingedrukt te houden tot de computer zichzelf uitschakelt. Herstart vervolgens de computer.
Een programma reageert niet meer of crasht herhaaldelijk
Beëindighetprogramma
1. Druk gelijktijdig op <Crtl><Shift><Esc>.
2. Klik op het tabblad Toepassingen en selecteer het programma dat niet meer reageert.
3. Klik op Taakbeëindigen.
Controleer de softwaredocumentatie Zo nodig dient u het programma te verwijderen en opnieuw te installeren. Bij software worden meestal installatie-
instuctiesmeegeleverdindedocumentatiebijdesoftwareofopeendisketteofCD.
Een programma is ontwikkeld voor een eerdere versie van het besturingssysteem
Microsoft
®
Windows
®
Voer de wizard Programmacompatibiliteit uit Met de wizard Programmacompatibiliteit configureert u een programma zodat het ook werkt in een andere
omgeving dan Windows XP (of daarop gelijkend).
1. Klik op Start, wijs Alle programma's ® Bureau-accessoires aan en klik dan op Wizard Programmacompatibiliteit.
2. Klik in het welkomstscherm op Volgende.
3. Volg de instructies op het scherm.
Er verschijnt een blauw scherm
Zet de computer uit Als de computer niet reageert zelfs als u een toets op het toetsenbord indrukt of de muis beweegt, dient u de aan/uit-knop in te
drukken en deze minstens 8-10 seconden ingedrukt te houden tot de computer zichzelf uitschakelt. Herstart vervolgens de computer.
Overige softwareproblemen
Controleer de softwaredocumentatie of neem contact op met de softwarefabrikant voor mogelijke oplossingen
l Ganaofhetprogrammacompatibelismethetbesturingssysteemdatopdecomputerisgeïnstalleerd.
l Controleer of de computer voldoet aan de minimale hardwarevereisten voor de software. Zie de softwarehandleiding voor informatie.
l Controleerofhetprogrammaopjuistewijzeisgeïnstalleerdengeconfigureerd.
l Controleer of de stuurprogramma's voor het apparaat geen conflict hebben met het programma.
l Indien nodig maakt u de installatie van het programma ongedaan en installeert u het opnieuw.
Maak meteen een reservekopie van uw bestanden.
Gebruik een antivirusprogramma om de vaste schijf, de diskettes of de cd's te scannen
Bewaar en sluit alle open bestanden of programma's en sluit de computer af via het menu Start
Scan de computer op spyware Als uw computer zeer traag is, vaak last heeft van pop-upadvertenties of als er problemen zijn met het opzetten van een
internetverbinding,isuwcomputermogelijkgeïnfecteerdmetspyware.Gebruikeenvirusscannermetbeschermingtegenspyware(mogelijkisvooruw
KENNISGEVING: U loopt het risico gegevens te verliezen als u het besturingssysteem niet afsluit.
OPMERKING: Het programma chkdsk wordt mogelijk uitgevoerd wanneer u de computer opnieuw start. Volg de instructies op het scherm.
programma een upgrade nodig) om de computer te scannen en eventuele spyware te verwijderen. Ga voor meer informatie naar support.dell.com en zoek
naar het trefwoord spyware.
Voer de Dell-diagnostiek uit Als alle tests met succes zijn afgewerkt, is de foutmelding het gevolg van een softwareprobleem. Zie Dell Diagnostics (Dell-
diagnostiek).
Geheugenproblemen
Als een melding verschijnt dat er onvoldoende geheugen is
l Bewaar en sluit open bestanden en sluit alle geopende programma's af die u niet gebruikt om te zien of het probleem daarmee is opgelost.
l Zie de softwaredocumentatie voor de minimale geheugenvereisten. Installeer indien nodig extra geheugen (zie Geheugen).
l Plaats de geheugenmodules opnieuw om u ervan te verzekeren dat de computer succesvol met het geheugen communiceert (zie Geheugen).
l Voer Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Als u andere geheugenproblemen ondervindt
l Plaats de geheugenmodules opnieuw om u ervan te verzekeren dat de computer succesvol met het geheugen communiceert (zie Geheugen).
l Zorg ervoor dat u de richtlijnen voor het installeren van geheugen volgt (zie Geheugen).
l Voer Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)).
Netwerkproblemen
Controleer de stekker van de netwerkkabel Controleer of de netwerkkabel goed is aangesloten op de netwerkaansluiting en het netwerkcontact.
Controleer de netwerklampjes bij de netwerkingang Als er geen lampje brandt, houdt dit in dat er geen sprake is van netwerkcommunicatie. Vervang de
netwerkkabel.
Start de computer opnieuw en meld u opnieuw aan bij het netwerk.
Controleer de netwerkinstellingen Neem contact op met de netwerkbeheerder of de persoon die uw netwerk heeft ingesteld om te controleren of de
netwerkinstellingen juist zijn en dat het netwerk functioneert.
Stroomproblemen
Controleer het stroomlampje Als het stroomlampje brandt of knippert, is de computer van stroom voorzien. Als het stroomlichtje knippert, bevindt de
computer zich in de standby-modusdruk op de aan/uit-knop om de standby-modus te verlaten. Als het lampje niet brandt, moet u de aan/-uit-knop
indrukken om de computer aan te zetten.
Laad de batterij op Mogelijk is de batterij leeg.
1. Installeer de batterij opnieuw.
2. Gebruik de netadapter om de computer op een stopcontact aan te sluiten.
3. Zet de computer aan.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
OPMERKING: Voor informatie over de standby-modus, zie Energiebeheermodi.
Controleer het statuslampje van de batterij Als het batterijstatuslampje oranje knippert of ononderbroken oranje is, is de batterij leeg of bijna leeg. Steek
de stekker van de computer in het stopcontact.
Als het batterijstatuslampje afwisselend groen en oranje knippert, is de batterij te heet om opgeladen te worden. Zet de computer uit, koppel de computer los
van het stopcontact en laat de batterij en de computer afkoelen tot kamertemperatuur.
Als het batterijstatuslampje snel oranje knippert, is de batterij mogelijk defect. Neem contact op met Dell. Zie Contact opnemen met Dell.
Controleer de batterijtemperatuur Alsdebatterijtemperatuurlagerisdan0°C(32°F)zaldecomputernietstarten.
Test het stopcontact Controleer of het stopcontact werkt door het te testen in combinatie met een ander apparaat, zoals bijvoorbeeld een lamp.
Controleer de netadapter Controleer of de netadapter goed is aangesloten. Als de netadapter voorzien is van een lampje, moet u controleren of het
lampje brandt.
Sluit de computer direct op een stopcontact aan Verwijder alle stroombeveiligingsvoorzieningen, aansluitpanelen en verlengsnoeren en ga na of de
computer zonder deze hulpmiddelen kan worden aangezet.
Verwijder mogelijke storingsbronnen Zet ventilators, fluorescerende lichten, halogeenlampen en andere apparaten in de nabijheid van de computer uit.
Wijzig de energie-eigenschappen Zie Energiebeheermodi.
Breng de geheugenmodules opnieuw aan Als het stroomlichtje van de computer oplicht maar het beeldscherm leeg blijft, moet u de geheugenmodules
opnieuw installeren (zie Geheugen).
Voldoende stroomvoorziening voor uw computer garanderen
Uw computer is ontworpen voor gebruik met de 65W-netadapter. U kunt ervoor kiezen de optionele 90W-netadapter te gebruiken voor optimale
systeemprestatie. Gebruik van de 90W-netadapter kan de hoeveelheid tijd reduceren die nodig is om de computerbatterij volledig op te laden.
Problemen met de printer
Controleer of de printer aan staat.
Controleer de printeraansluitingen
l Zie de documentatie voor de printer voor informatie over kabelaansluitingen.
l Controleer of de printerkabels stevig op de printer en computer zijn aangesloten.
Test het stopcontact Controleer of het stopcontact werkt door het te testen in combinatie met een ander apparaat, zoals bijvoorbeeld een lamp.
Controleer of de printer door Windows wordt herkend
1. Klik op Start, klik op Configuratiescherm en klik dan op Printers en andere hardware.
2. Klik op Reedsgeïnstalleerdeprintersoffaxprintersweergeven.
Als de printer in de lijst wordt vermeld, klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram voor de printer.
OPMERKING: De werkingsduur van de batterij (de tijd gedurende welke de batterij stroom kan bieden) wordt met de tijd minder. Afhankelijk van de
frequentie waarmee de batterij wordt gebruikt en de gebruiksomstandigheden, kan het zijn dat u tijdens de levensduur van de computer een nieuwe
batterij moet aanschaffen.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
OPMERKING: Neem voor technische ondersteuning voor de printer contact op met de fabrikant van de printer.
3. Klik op Eigenschappen en klik dan op het tabblad Poorten. Controleer in het geval van een parallelle printer of de optie Afdrukken naar de volgende
poort(en): is ingesteld op LPT1 (Printerpoort). Controleer in het geval van een USB-printer of de optie Afdrukken naar de volgende poort(en): is
ingesteld op USB.
Installeer het stuurprogramma voor de printer opnieuw Zie de documentatie bij de printer voor instructies.
Problemen met de scanner
Zie de documentatie bij de printer Raadpleeg de documentatie voor de printer voor informatie op het gebied van instellingen en probleemoplossing.
Zie de documentatie voor de scanner Raadpleeg de documentatie voor de scanner voor informatie op het gebied van instellingen en probleemoplossing.
Ontgrendel de scanner Controleer of de scanner is ontgrendeld als deze is voorzien van een vergrendelingslipje of -knop.
Start de computer opnieuw en kijk of de scanner naar behoren werkt.
Controleer de kabelaansluitingen
l Raadpleeg de documentatie voor de scanner voor informatie over kabelaansluitingen.
l Controleer of de kabels van de scanner goed zijn aangesloten op de scanner en computer.
Controleer of de scanner door Microsoft Windows wordt herkend
1. Klik op Start, klik op Configuratiescherm en klik dan op Printers en andere hardware.
2. Klik op Scanners en Camera's.
Als de scanner in de lijst wordt vermeld, herkent Windows uw scanner.
Installeer het stuurprogramma van de scanner opnieuw Zie de documentatie voor de scanner voor instructies.
Problemen met het geluid en de speakers
Er komt geen geluid uit de ingebouwde speakers
Stel het Windows-volume bij Dubbelklik op het luidsprekerpictogram rechts onder in het scherm. Zorg ervoor dat het volume is ingeschakeld en het geluid
niet wordt gedempt. Stel het volume-, bas- of treble-niveau bij om mogelijke storingen op te heffen.
Het volume aanpassen met sneltoetsen Druk op <Fn><End> om de ingebouwde speakers uit te schakelen (dempen) op opnieuw in te schakelen.
Installeer het stuurprogramma voor het geluid (de audio) opnieuw Zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
Er komt geen geluid uit de externe speakers
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
OPMERKING: Neem voor technische ondersteuning voor de scanner contact op met de fabrikant.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
Controleer of de subwoofer en de speakers aan staan Zie het instellingsdiagram dat met de speakers is meegeleverd. Als de speakers zijn uitgerust met
een volumeregeling, moet u het volume-, bas- of treble-niveau regelen om mogelijke storingen op te heffen.
Het Windows-volume bijstellen Klik op dubbelklik op het luidsprekerpictogram rechts onder in het scherm. Zorg ervoor dat het volume is ingeschakeld en
het geluid niet wordt gedempt.
Haal de koptelefoon uit de koptelefooningang Het geluid van de speakers wordt automatisch gedeactiveerd wanneer een koptelefoon wordt aangesloten
op koptelefooningang aan de voorzijde van de computer.
Test het stopcontact Controleer of het stopcontact werkt door het te testen in combinatie met een ander apparaat, zoals bijvoorbeeld een lamp.
Verwijder mogelijke storingsbronnen Zet ventilators, fluorescerende lichten of halogeenlampen in de nabijheid van de computer uit om te kijken of
daarmee mogelijke storingen worden opgeheven.
Installeer het stuurprogramma voor het geluid (de audio) opnieuw Zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
Voer de Dell-diagnostiek uit Zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek).
Er komt geen geluid uit de koptelefoon
Controleer de kabelaansluiting van de koptelefoon Controleer of de kabel van de koptelefoon goed vast zit in de koptelefoonaansluiting (zie
audioingangen).
Stel het Windows-volume bij Klik op dubbelklik op het luidsprekerpictogram rechts onder in het scherm. Zorg ervoor dat het volume is ingeschakeld en het
geluid niet wordt gedempt.
Problemen met de touchpad of muis
Controleer de instellingen van de touchpad
1. Klik op Start, klik op Configuratiescherm en klik dan op Printers en andere hardware.
2. Klik op Muis.
3. Probeer de instellingen aan te passen.
Controleer de muiskabel Sluit de computer af. Haal de muiskabel uit de ingang en controleer de kabel op schade. Als u geen tekenen van schade aantreft,
brengt u de stekker van de muis weer stevig aan op de muisingang.
Als u gebruik maakt van een verlengsnoer voor de muis, moet u deze kabel verwijderen en de muis direct op de computer aansluiten.
Als u wilt controleren of het probleem bij de muis ligt, controleert u of de touchpad werkt
1. Sluit de computer af.
2. Maak de muis los van de computer.
3. Zet de computer aan.
4. Beweeg op het bureaublad van Windows de cursor met behulp van de touchpad, selecteer een pictogram en open het.
OPMERKING: De volumeregeling in sommige MP3-spelers kan de volume-instellingen van Windows ongedaan maken. Als u naar MP3-tracks hebt
geluisterd, moet u controleren of u het volume van de MP3-speler niet lager hebt gezet of hebt uitgezet.
Als de touchpad naar behoren werkt, is de muis mogelijk defect.
Installeer het stuurprogramma van de touchpad opnieuw Zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
Problemen met de grafische kaart en het beeldscherm
Als het beeldscherm leeg is
Controleer de batterij Als u gebruik maakt van een batterij om uw computer van stroom te voorzien, is de batterij mogelijk leeg. Sluit de computer aan op
een stopcontact met behulp van een netadapter en zet de computer aan.
Test het stopcontact Controleer of het stopcontact werkt door het te testen in combinatie met een ander apparaat, zoals bijvoorbeeld een lamp.
Controleer de netadapter Controleer of de netadapter goed is aangesloten. Als de netadapter voorzien is van een lampje, moet u controleren of het
lampje brandt.
Sluit de computer direct op een stopcontact aan Verwijder alle stroombeveiligingsvoorzieningen, aansluitpanelen en verlengsnoeren en ga na of de
computer zonder deze hulpmiddelen kan worden aangezet.
Wijzig de energie-eigenschappen Zoek voor het trefwoord standby in Windows Help en ondersteuning. Zie Windows Help en ondersteuning voor
informatie over het openen van Help en ondersteuning.
Het videobeeld wisselen Als uw computer is verbonden met een externe monitor, drukt u op <Fn><F8> om het videobeeld naar het beeldscherm over te
schakelen.
Als het beeldscherm moeilijk leesbaar is
Stel de helderheid bij Druk op <Fn> en de pijl-omhoogtoets of pijl-omlaagtoets.
Plaats de externe subwoofer op een grotere afstand van de computer of monitor Als het externe speakersysteem is uitgerust met een subwoofer, moet
uervoorzorgendatdesubwooferzichtenminsteop60cmafstandvandecomputerofdeexternemonitorbevindt.
Verwijder mogelijke storingsbronnen Zet ventilators, fluorescerende lichten, halogeenlampen en andere apparaten in de nabijheid van de computer uit.
Draad de computer in een andere richting Zorg dat er geen intens zonlicht op het beeldscherm valt, omdat dit voor een slechte beeldkwaliteit kan zorgen.
Stel de Windows-instellingen voor het beeldscherm bij
1. Klik op Start en dan op Configuratiescherm.
2. Klik op Vormgeving en thema's.
3. Klik in het gedeelte dat u wilt wijzigen of klik op het pictogram Beeldscherm.
Probeer verschillende instellingen voor Kleurkwaliteit en Beeldschermresolutie.
LET OP: Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids raadplegen.
OPMERKING: Als u gebruik maakt van een programma waarvoor een hogere resolutie is vereist dan de resolutie die door uw computer wordt
ondersteund, raden wij u aan om een externe monitor op uw computer aan te sluiten.
Als slechts een gedeelte van het beeldscherm leesbaar is
Sluit een externe monitor aan
1. Zet de computer uit en sluit een externe monitor op de computer aan.
2. Zet de computer en monitor aan en stel de helderheid en het contrast van de monitor bij.
Als de externe monitor werkt, is het beeldscherm van de computer of de videocontroller mogelijk defect. Neem contact op met Dell. Zie Contact opnemen met
Dell.
Stuurprogramma's
Wat is een stuurprogramma?
Een stuurprogramma is een programma waarmee een apparaat zoals een printer, muis of toetsenbord wordt bestuurd. Voor alle apparaten is een
stuurprogramma vereist.
Een stuurprogramma fungeert als een vertaler tussen het apparaat en programma's die gebruik maken van dat apparaat. Elk apparaat heeft zijn eigen
specifieke opdrachten die alleen het stuurprogramma daarvan kan herkennen.
OpdecomputersdiedoorDellwordengeleverdzijndevereistestuurprogramma'sreedsgeïnstalleerd er is geen verdere installatie of configuratie vereist.
Veel stuurprogramma's, zoals het stuurprogramma voor het toetsenbord, worden geleverd met het Microsoft
®
Windows
®
-besturingssysteem. Mogelijk moet
u stuurprogramma's installeren als u:
l Een upgrade van het besturingssysteem uitvoert.
l Het besturingssysteem opnieuw installeert.
l Een nieuw apparaat op de computer aansluit of installeert.
Stuurprogramma's identificeren
Als u een probleem met een apparaat ondervindt, moet u controleren of het stuurprogramma het probleem veroorzaakt en moet u zo nodig het
stuurprogramma bijwerken.
1. Klik op Start en op Configuratiescherm.
2. Klik bij Selecteer een categorie op Prestatie en onderhoud.
3. Klik op Systeem.
4. In het venster Eigenschappen van het systeem klikt u op Hardware.
5. Klik op Apparaatbeheer.
6. Loop de lijst af om te zien of een apparaat gaat vergezeld van een pictogram in de vorm van een uitroepteken op een gele achtergrond.
Als naast de naam van het apparaat een uitroepteken staat, moet u mogelijk het stuurprogramma opnieuw installeren of moet u een nieuw
stuurprogramma installeren. Zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren
Vorig stuurprogramma van Windows XP gebruiken
KENNISGEVING: De cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) kan bepaalde stuurprogramma's bevatten voor besturingssystemen die niet op
uwcomputerzijngeïnstalleerd.Controleeraltijdofdesoftwaredieuinstalleertgeschiktisvoorhetbesturingssysteemopuwcomputer.
KENNISGEVING: De Dell Support-website op support.dell.com en uw cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) bieden stuurprogramma's die
zijngoedgekeurdvoorDell™-computers. Als u stuurprogramma's installeert die u via andere bronnen hebt verkregen, is het mogelijk dat uw computer
vervolgens niet meer naar behoren werkt.
OPMERKING: De cd Drivers and Utilities (Hulp- en stuurprogramma's) is optioneel en wordt mogelijk niet met uw computer meegeleverd.
Als een probleem op uw computer optreedt na het installeren of bijwerken van een stuurprogramma, kunt u Vorig stuurprogramma van Windows XP gebruiken
om het stuurprogramma te vervangen door een eerdere versie ervan.
1. Klik op Start en op Configuratiescherm.
2. Klik bij Selecteer een categorie op Prestatie en onderhoud.
3. Klik op Systeem.
4. In het venster Eigenschappen van het systeem klikt u op Hardware.
5. Klik op Apparaatbeheer.
6. KlikmetderechtermuisknopophetapparaatwaarvooreennieuwstuurprogrammawerdgeïnstalleerdenklikopEigenschappen.
7. Klik op het tabblad Stuurprogramma's.
8. Klik op Vorig stuurprogramma.
Als Vorig stuurprogramma van Windows XP het probleem niet kan oplossen, gebruikt u Systeemherstel (zie Windows XP Systeemherstel gebruiken) om de
computer terug te zetten naar de werkingstoestand voordat u het nieuwe stuurprogramma installeerde.
Gebruik de cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's)
Als het gebruik van het terugzetten van het vorige stuurprogramma of systeemherstel het probleem niet oplost, dan moet u het stuurprogramma opnieuw
installeren van de cd-rom Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's).
1. Sla alle open bestanden op en sluit deze en sluit alle open programma's.
2. Plaats de cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) in het cd-rom-station.
In de meeste gevallen zal de cd vanzelf starten. Als de cd-rom niet start, gaat u naar Windows Verkenner en klikt u op het cd-station om de inhoud van
de cd te raadplegen. Vervolgens dubbelklikt u op het bestand autorcd.exe. De eerste keer dat u de cd start, kunt u worden gevraagd om setup-
bestanden te installeren. Klik op OK en volg de instructies op het scherm om verder te gaan.
3. Selecteer in het uitklapvenster Language (Taal) op de werkbalk uw voorkeurstaal voor het stuur- of hulpprogramma (indien beschikbaar). Er verschijnt
een welkomstvenster.
4. Klik op Volgende.
De cd zal automatisch de hardware scannen om na te gaan welke stuur- en hulpprogramma's door uw computer worden gebruikt.
5. Nadat de cd de hardwarescan heeft voltooid, kunt u ook andere stuur- en hulpprogramma's detecteren. Selecteer in Search Criteria (Zoekcriteria) de
juistecategorieënvoordevervolgmenu'svoorSystem Model (Computermodel), Operating System (Besturingssysteem) en Topic (Onderwerp).
Er zullen een of meer links verschijnen voor de specifieke stuur- en hulpprogramma's die door uw computer worden gebruikt.
6. Klik op de link voor een specifiek stuur- of hulpprogramma voor informatie over het stuur- of hulpprogramma dat u wilt installeren.
7. Klik op de knop Install (Installeren) (indien aanwezig) om de installatie van het stuur- of hulpprogramma te starten. Volg de instructies in het
welkomstscherm om de installatie te voltooien.
Als er geen knop Install (installeren) aanwezig is, is automatische installatie niet mogelijk. Zie de daaropvolgende subsecties voor instructies. Ook kunt
u op Extract (Uitpakken) klikken, de uitpakinstructies volgen en het leesmij-bestand raadplegen.
Als u wordt gevraagd om naar de bestanden voor de stuurprogramma's te navigeren, klikt u op de cd-schijf in het venster met
stuurprogrammainformatie om de bestanden weer te geven die bij het stuurprogramma horen.
Stuurprogramma's handmatig opnieuw installeren
1. Nadat u de stuurprogrammabestanden naar uw vaste schijf hebt uitgepakt, zoals beschreven in de vorige sectie, klikt u op Start en klikt u vervolgens
met de rechtermuisknop op Deze computer.
2. Klik op Eigenschappen.
3. Klik op het tabblad Hardware en klik dan op Apparaatbeheer.
OPMERKING: De cd Drivers and Utilities (Hulp- en stuurprogramma's) is optioneel en wordt mogelijk niet met uw computer meegeleverd.
4. Dubbelklik op het type apparaat waarvoor u het stuurprogramma installeert (bijvoorbeeld Modems of Infraroodapparaten).
5. Dubbelklik de naam van het bestand waarvoor u het stuurprogramma installeert.
6. Klik op het tabblad Stuurprogramma en klik op Stuurprogramma bijwerken.
7. Klik op Ik wil zelf kiezen (geavanceerd) en klik dan op Volgende.
8. Klik op Bladeren en blader naar de locatie waarnaar u de bestanden van het stuurprogramma eerder had gekopieerd.
9. Klik op Volgende zodra de naam van het juiste stuurprogramma verschijnt.
10. Klik op Voltooien en start de computer opnieuw op.
Incompatibiliteitsproblemen voor software en hardware oplossen
Als een apparaat niet wordt gedetecteerd tijdens het instellen van het besturingssysteem of als het wel wordt gedetecteerd maar niet juist wordt
geconfigureerd, kunt u de Hardware Troubleshooter (Probleemoplosser voor hardware) gebruiken om de incompatibiliteit op te lossen.
De probleemoplosser voor hardware starten:
1. Klik op Start® Help en ondersteuning.
2. Typ probleemoplosser voor hardware in het vak Zoeken en klik op de pijl om de zoekactie te starten.
3. Klik op Probleemoplosser voor hardware in de lijst Zoekresultaten.
4. Klik in de lijst Probleemoplosser voor hardware op Er is een hardwareconflict op de computer en klik op Volgende.
Het besturingssysteem herstellen
U kunt het besturingsyssteem op een van de volgende manieren terugzetten:
l Microsoft
®
Windows
®
XPSysteemherstelzetdecomputerterugnaareenvorigewerkingstoestandzonderdegegevensbestandentebeïnvloeden.
Gebruik Systeemherstel als de eerste oplossing voor het herstellen van het besturingssysteem en het behouden van gegevensbestanden. Voor
instructies, zie Windows XP Systeemherstel gebruiken.
l Dell PC Restore van Symantec brengt uw vaste schijf terug in de werkingstoestand die deze had toen u de computer kocht. Dell PC Restore verwijdert
allegegevensopdevasteschijfpermanentenverwijdertalletoepassingendiezijngeïnstalleerdnadatudecomputerhebtontvangen.GebruikPC
Restore alleen als Systeemherstel uw probleem met het besturingssysteem niet heeft opgelost. Voor instructies, zie Dell PC Restore van Symantec
gebruiken.
l Als de cd Operating System (Besturingssysteem) met de computer is meegeleverd, kunt u deze cd gebruiken om het besturingssysteem terug te zetten.
Door het gebruik van de cd Operating System (Besturingssysteem) worden echter alle gegevens van de vaste schijf verwijderd. Gebruik de cd alleen als
Systeemherstel niet in staat was om het probleem met het besturingssysteem op te lossen. Voor instructies, zie De cd Operating System
(Besturingssysteem) gebruiken.
Windows XP Systeemherstel gebruiken
Het besturingssysteem Microsoft Windows XP biedt Systeemherstel om u in staat te stellen om de computer terug te brengen naar een vroegere
bedrijfstoestand (zonder invloed op de gegevensbestand) als wijzigingen aan de hardware-, software of andere systeeminstellingen de computer in een
ongewenste bedrijfstoestand hebben achtergelaten. Zie Windows Help en ondersteuning voor meer informatie over het gebruik van Systeemherstel. Zie
Windows Help en ondersteuning voor informatie over het openen van Help.
Een herstelpunt maken
1. Klik op Start® Help en ondersteuning.
2. Klik op de taak voor Systeemherstel.
3. Volg de instructies op het scherm.
KENNISGEVING: Maakregelmatigreservekopieënvanuwgegevensbestanden.Systeemhersteldoetnietsaanhetbewakenofherstellenvanuw
gegevensbestanden.
OPMERKING: De procedures voor dit document zijn geschreven voor de standaard Windows-weergave. Mogelijk zijn ze niet van toepassing als u uw
Dell™-computer instelt op de klassieke Windows-weergave.
De computer terugbrengen naar een eerdere werkingstoestand
Alserproblemenoptredennadatueenapparaatstuurprogrammahebtgeïnstalleerd,gebruiktuVorigstuurprogrammaomhetprobleemoptelossen(zie
Vorig stuurprogramma van Windows XP gebruiken) Als dat niet lukt, moet u Systeemherstel.
1. Klik op Start® Programma's® Accessoires® Systeemwerkset® Systeemherstel.
2. Zorg ervoor dat Een eerdere status van deze computer herstellen is geselecteerd en klik op Volgende.
3. Klik op een datum die u wil gebruiken om de computer te herstellen.
Het venster Een herstelpunt maken biedt een kalender die het u toestaat herstelpunten te zien en te selecteren. Alle data waarvoor herstelpunten
beschikbaar zijn worden in vette letters weergegeven.
4. Selecteer een herstelpunt en klik op Volgende.
Alsermaaréénherstelpuntisvooreengegevendatum,danwordtdatherstelpuntautomatischgeselecteerd.Alsertweeofmeerherstelpunten
beschikbaar zijn, klikt u op het herstelpunt waar u de voorkeur aan geeft.
5. Klik op Volgende.
Nadat Systeemherstel de gegevens heeft verzameld wordt het venster Herstellen voltooid weergegeven, waarna de computer opnieuw wordt gestart.
6. Klik op OK zodra de computer opnieuw is gestart.
U kunt het herstelpunt wijzigen door deze stappen te herhalen voor een ander herstelpunt, maar u kunt het herstel ook ongedaan maken.
Het laatste systeemherstel ongedaan maken
1. Klik op Start® Programma's® Accessoires® Systeemwerkset® Systeemherstel.
2. Klik op De laatste herstelbewerking ongedaan maken en klik dan op Volgende.
Systeemherstel inschakelen
Als u Windows XP opnieuw installeert terwijl er minder dan 200 MB vaste-schijfruimte vrij is, wordt Systeemherstel automatisch uitgeschakeld. U kunt als volgt
zien of systeemherstel is ingeschakeld:
1. Klik op Start® Configuratiescherm.
2. Klik op Prestaties en onderhoud.
3. Klik op Systeem.
4. Klik op het tabblad Systeemherstel.
5. Zorg ervoor dat het selectievakje Systeemherstel op alle stations uitschakelen niet is ingeschakeld.
Dell PC Restore van Symantec gebruiken
GebruikDellPCRestorevanSymantecalleenalsdelaatstemogelijkheidvoorhetherstellenvanuwbesturingssysteem.PCRestorebrengtuwvasteschijf
terugindewerkingstoestanddiedezehadtoenudecomputerkocht.Alleprogramma'sofbestandendieuhebttoegevoegdsindsudecomputerontving
inclusief gegevensbestanden worden permanent verwijderd van de vaste schijf. Onder gegevensbestanden vallen documenten, spreadsheets, e-
mailberichten, digitale foto's, muziekbestanden enzovoorts. Maak zo mogelijk een reservekopie van alle gegevens voordat u PC Restore gebruikt.
U gebruikt PC Restore als volgt:
KENNISGEVING: Voordat u de computer naar een eerdere werkingstoestand terugbrengt, dient u alle geopende bestanden op te slaan en te sluiten
en dient u alle geopende programma's af te sluiten. Zorg ervoor dat u geen bestanden of programma's wijzigt, opent of verwijdert tot het
systeemherstel is voltooid.
KENNISGEVING: Voordat u het laatste systeemherstel ongedaan maakt, dient u alle geopende bestanden te sluiten en dient u alle geopende
programma's af te sluiten. Zorg ervoor dat u geen bestanden of programma's wijzigt, opent of verwijdert tot het systeemherstel is voltooid.
KENNISGEVING: Dell PC Restore verwijdert alle gegevens op de vaste schijf permanent en verwijdert alle toepassingen en stuurprogramma's die zijn
geïnstalleerdnadatudecomputerhebtontvangen.MaakzomogelijkeenreservekopievandegegevensvoordatuPCRestoregebruikt.GebruikPC
Restore alleen als Systeemherstel (zie Windows XP Systeemherstel gebruiken) het probleem met uw besturingssysteem niet kon oplossen.
OPMERKING: Dell PC Restore van Symantec is mogelijk niet beschikbaar in sommige landen en voor sommige computers.
1. Zet de computer aan.
Tijdens het opstarten verschijnt boven aan het scherm een blauwe balk met www.dell.com.
2. Druk zodra u de blauwe balk ziet op <Ctrl><F11>.
Als u niet op tijd op <Ctrl><F11> drukt, moet u de computer door laten gaan met opstarten en de computer daarna opnieuw opstarten.
3. Klik in het volgende scherm dat wordt weergegeven op Restore (Herstellen).
4. Klik in het volgende scherm op Confirm(Bevestigen).
Het duurt ongeveer 610 minuten om het herstelproces te voltooien.
5. Klik zodra u hierom wordt gevraagd op Finish (Voltooien) om de computer opnieuw te starten.
6. Klik zodra u hierom wordt gevraagd op Yes (Ja).
De computer wordt opnieuw gestart. Aangezien de computer is teruggebracht in zijn oorspronkelijke werkingstoestand, zijn de vensters die worden
weergegeven (zoals de gebruiksrechtovereenkomst) dezelfde vensters die u zag toen u de computer voor het eerst aanzette.
7. Klik op Volgende.
Het venster Systeemherstel wordt weergegeven en de computer wordt opnieuw opgestart.
8. Klik op OK zodra de computer opnieuw is gestart.
Dell PC Restore verwijderen
Dell PC Restore stelt u ertoe in staat de vaste schijf terug te brengen naar de werkingstoestand die deze had toen u de computer kocht. U wordt aangeraden
om PC Restore niet van uw computer te verwijderen, zelfs niet om extra ruimte op de vaste schijf vrij te maken. Als u PC Restore van de vaste schijf
verwijdert, kunt u het nooit meer terugkrijgen en kunt u PC Restore nooit meer gebruiken om het besturingssysteem van de computer in de oorspronkelijke
staat te herstellen.
U verwijdert PC Restore als volgt:
1. Meld u op de computer aan als lokaal beheerder.
2. Ga in de Windows Verkenner naar c:\dell\utilities\DSR.
3. Dubbelklik op de bestandsnaam DSRIRRemv2.exe.
4. Klik op OK om de PC Restore-partitie van de vaste schijf te verwijderen
5. Klik op Ja als er een bevestigingsbericht op het scherm verschijnt.
De partitie PC Restore wordt verwijderd en de vrijgekomen schijfruimte wordt toegevoegd aan de vrije ruimte-allocatie op de vaste schijf.
6. Klik met de rechtermuisknop op Lokaal station (C) in Windows Verkenner, klik op Eigenschappen en controleer of de extra schijfruimte beschikbaar is,
zoals aangegeven door de toegenomen waarde bij Vrije ruimte.
7. Klik op Finish (Voltooien) om het venster PC Restore Removal (Verwijderen van PC Restore) te sluiten.
8. Start de computer opnieuw op.
KENNISGEVING: Als u niet met PC Restore wilt doorgaan, klikt u tijdens de volgende stap op Reboot (opnieuw starten).
OPMERKING: Sluit de computer niet handmatig af. Klik op Finish (Voltooien) en laat de computer opnieuw opstarten.
KENNISGEVING: Als u Dell PC Restore van de vaste schijf verwijdert, verwijdert u het hulpprogramma PC Restore permanent van de computer. Nadat u
Dell PC Restore hebt verwijdert, kunt u dit programma niet meer gebruiken om het besturingssysteem van de computer te herstellen.
OPMERKING: Als u zich niet als de lokale beheerder aanmeldt, wordt een bericht weergegeven dat zegt dat u zich als beheerder moet
aanmelden. Klik op Quit (Afsluiten) en meldt u dan aan als een lokale beheerder.
OPMERKING: Als de partitie voor PC Restore niet op de vaste schijf van de computer voorkomt, wordt een bericht weergegeven dat verklaart dat
de partitie niet is gevonden. Klik op Quit (Afsluiten); er is geen partitie die u kunt verwijderen.
De cd Operating System (Besturingssysteem) gebruiken
Voordat u begint
AlsuvanplanbenthetbesturingsyssteemWindowsXPopnieuwteinstallerenomeenprobleemmeteenzojuistgeïnstalleerdstuurprogramma,moetueerst
proberen Vorig stuurprogramma van Windows XP te gebruiken (zie Vorig stuurprogramma van Windows XP gebruiken). Als u het probleem niet kunt verhelpen
met Vorig stuurprogramma, dan dient u Systeemherstel te gebruiken om uw besturingssysteem terug te brengen in de werkingstoestand waarin het zich
bevond voordat u het nieuwe apparaatstuurprogramma installeerde. Zie Windows XP Systeemherstel gebruiken.
Als u Windows XP opnieuw wilt installeren, hebt u de volgende items nodig:
l Dell™-cd Operating System (besturingssysteem)
l Dell-cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's)
Windows XP opnieuw installeren
Hetkan1tot2urendurenvoordathetherinstallatieprocesisvoltooid.Nadatuhetbesturingssysteemopnieuwhebtgeïnstalleerd,moetuookde
apparaatstuurprogramma's, het antivirusprogramma en andere software opnieuw installeren.
1. Sla eventuele geopende bestanden op en sluit deze en sluit eventuele geopende programma's af.
2. Plaats de cd met het besturingssysteem. Klik op Afsluiten als het bericht Windows XP installeren verschijnt.
3. Start de computer opnieuw op.
4. Drukop<F12>onmiddellijkhiernawordthetDELL™-logo weergegeven.
Als het besturingssysteemlogo wordt weergegeven, dient u te wachten tot het bureaublad van Windows verschijnt. Sluit de computer dan af en probeer
het opnieuw.
5. Druk op de pijltoetsen om CD-ROM te selecteren en druk op <Enter>.
6. Druk op een willekeurige toets zodra het bericht Druk op een willekeurige toets om op te starten vanaf CD wordt weergegeven.
7. Druk zodra het scherm Windows XP Setup verschijnt op <Enter>.
8. Volg de aanwijzingen op het scherm om de nieuwe installatie te voltooien.
9. Zodra het opnieuw installeren van het besturingssysteem is voltooid, installeert u waar nodig de stuurprogramma's en toepassingen opnieuw. Zie
Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
Terug naar inhoudspagina
KENNISGEVING: Voordat u de installatie uitvoert, dient u een reservekopie te maken van alle gegevensbestanden op uw primaire vaste schijf. Bij
conventionele vaste schijf-configuraties is de primaire vaste schijf het eerste station dat door de computer wordt gedetecteerd.
OPMERKING: De cd-rom Drivers and Utilities (stuur- enhulpprogramma's)bevatstuurprogramma'sdiezijngeïnstalleerdtijdenshetsamenstellenvande
computer. Gebruik de cd-rom Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) om eventueel benodigde stuurprogramma's te laden. Afhankelijk van de
regio waarin u uw computer hebt besteld, of afhankelijk van het feit of u de cd's hebt besteld, worden de cd Drivers and Utilities (Stuur- en
hulpprogramma's) en de cd Operating System (Besturingssysteem) mogelijk niet met uw computer meegeleverd.
KENNISGEVING: De cd met het besturingssysteem biedt opties voor het opnieuw installeren van Windows XP. U kunt met deze opties bestanden
overschrijvenenookkuntumogelijkprogramma'sbeïnvloedendieopuwvasteschijfzijngeïnstalleerd.InstalleerWindowsXPdaaromnietopnieuw,
tenzij een medewerker van de technische ondersteuning van Dell u vertelt dit te doen.
KENNISGEVING: Ten einde conflicten met Windows XP te voorkomen, dient u enige antivirussoftware die zich op de computer bevindt, uit te schakelen
voordat u Windows XP opnieuw installeert. Zie de documentatie die bij de software is meegeleverd voor instructies.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101

Dell Inspiron 1501 de handleiding

Type
de handleiding