ScanDisk— Een hulpprogramma van Microsoft dat bestanden, mappen en het oppervlak van de vaste schijf op fouten controleert. ScanDisk wordt vaak
uitgevoerd wanneer u de computer opnieuw start nadat deze gestopt is met reageren.
schrijfbeveiligd— Bestanden of media die niet kunnen worden gewijzigd. U moet gegevens van een schrijfbeveiliging voorzien wanneer u niet wilt dat deze
worden gewijzigd of vernietigd. Om een diskette van een schrijfbeveiliging te voorzien moet u het schuifje voor de schrijfbeveiliging in de open stand schuiven.
SDRAM— SynchronousDynamicRandomAccessMemory— Een type DRAM dat wordt gesynchroniseerd met de optimale kloksnelheid van de processor.
seriëleingang— Een I/O-poort die vaak wordt gebruikt om apparaten zoals digitale handheld-toestellen of digitale camera's op de computer aan te sluiten.
Serviceplaatje— Een streepjescodelabel op de computer dat uw computer identificeert wanneer u Dell Support bezoekt via support.dell.com of wanneer u
telefonisch contact opneemt met de klantenservice of technische ondersteuning van Dell.
setup-programma— Een programma dat wordt gebruikt om hardware en software te installeren en configureren. Het programma setup.exe of install.exe
wordt met de meeste Windows-software geleverd. Setup-programma's moeten niet worden verward met het system-setup-programma.
shutdown— Het proces van het sluiten van vensters en het afsluiten van programma's, het uitschakelen van het besturingssysteem en het uitzetten van de
computer. Er kan gegevensverlies optreden als u de computer uitzet voordat het shutdown-proces is voltooid.
SIM— Subscriber Identity Module. Een SIM-kaart bevat een microchip die spraak- en gegevensoverdracht versleutelt. SIM-kaarten kunnen worden gebruikt in
telefoons of draagbare computers.
slaapmodus— Een energiebesparingsmodus die alle items in het geheugen opslaat op een speciaal daartoe gereserveerde ruimte op de vaste schijf en
vervolgens de computer uitzet. Als u de computer opnieuw start, zal de informatie uit het geheugen die op de vaste schijf werd opgeslagen automatisch
worden hersteld.
smart card— Een kaart die is uitgerust met een processor en geheugenchip. Smart cards kunnen worden gebruikt om een gebruiker te authenticeren.
snelkoppeling— Een pictogram dat snelle toegang biedt tot vaak gebruikte programma's, bestanden, mappen en stations. Als u een snelkoppeling op het
bureaublad van Windows plaatst en het pictogram dubbelklikt, opent u daarmee de/het overeenkomstige map, bestand of station zonder er eerst naar
hoeven te zoeken. Snelkoppelingspictogrammen wijzigen de locatie van bestanden, mappen of stations niet. Als u een snelkoppeling verwijdert, zal dit geen
invloed hebben op het oorspronkelijke bestand, map of station. Het is ook mogelijk om de naam van een snelkoppeling te wijzigen.
software— Alles wat elektronisch kan worden opgeslagen, zoals programma's of computerbestanden.
S/PDIF— Sony/PhilipsDigitalInterface— Een formaat voor de overdracht van audiobestanden die het mogelijk maakt om audio van het ene naar het andere
bestandovertedragenzonderhetteconverterenvanennaareenanaloogformaat,hetgeendekwaliteitvanhetbestandnadeligzoukunnenbeïnvloeden.
standby-modus— Een energiebeheermodus die alle niet benodigde computerbewerkingen stopzet om stroom te besparen.
Strike Zone™— Verstevigd gebied van het vaste-schijfcompartiment dat de vaste schijf beschermt door te fungeren als een resonantiedemper wanneer een
computer trillingen als gevolg van een schok ondervindt of valt (ongeacht of de computer aanstaat of uitstaat).
stuurprogramma— Software die het besturingssysteem in staat stelt om apparaten zoals een printer te bedienen. Veel apparaten zullen niet naar behoren
kunnenwerkenalshetjuistestuurprogrammanietopdecomputerisgeïnstalleerd.
SVGA— Super Video Graphics Array— Een standaard voor grafische kaarten en controllers. Typische SVGA-resoluties zijn 800 x 600 en 1024 x 768.
Het aantal kleuren en de resolutie die een programma weergeeft hangt af van de mogelijkheden van de monitor, de grafische controller en de
stuurprogramma'sdaarvanendehoeveelheidgrafischgeheugendieindecomputerisgeïnstalleerd.
S-video TV-out— Een ingang die wordt gebruikt om een televisie of een digitaal audioapparaat op de computer aan te sluiten.
SXGA— SuperExtendedGraphicsArray— Een standaard voor grafische kaarten en controllers die ondersteuning biedt voor resoluties tot 1280 x 1024.
SXGA+— SuperExtendedGraphicsArrayPlus— Een standaard voor grafische kaarten en controllers die ondersteuning biedt voor resoluties tot 1400 x 1050.
systeembalk— Zie kennisgevingsgebied.
systeembord— De hoofdbedradingsplaat in een computer. Ook wel het moederbord genoemd.
systeem-setup-programma — Een hulpprogramma dat dient als een interface tussen de hardware van de computer en het besturingssysteem. Het systeem-
setup-programma stelt u in staat om gebruikersspecifieke instellingen in de BIOS te configureren, zoals de datum, tijd en het systeemwachtwoord. U mag de
instellingen voor dit programma uitsluitend wijzigen als u inzicht hebt in het effect van deze wijzigingen.
T
TAPI— TelephonyApplicationProgrammingInterface— Stelt Windows-programma's in staat om een breed scala aan telefonieapparaten te bedienen,
waaronder spraak-, gegevens-, fax- en grafische voorzieningen.
tekstverwerker— Een programma dat wordt gebruikt om bestanden te maken en bewerken die alleen tekst bevatten. Het Kladblok van Windows maakt
bijvoorbeeld gebruik van een tekstverwerker. Tekstverwerkers bieden doorgaans geen woordomslag- of opmaakfunctionaliteit (de optie voor onderlijnen, het
wijzigen van lettertypes etc).
toetsencombinatie— Een opdracht waarvoor meerdere toetsen tegelijkertijd moeten worden ingedrukt.
U
uitbreidingskaart— Een bedradingsplaat die wordt aangesloten op een uitbreidingssleuf waarmee het moederbord van sommige computers is uitgerust, met
het doel om de functionaliteit en capaciteit van de computer uit te breiden. Voorbeelden zijn grafische kaarten, modem- en geluidskaarten.
uitbreidingssleuf— Een ingang op het moederbord (van sommige computers) waarop een uitbreidingskaart kan worden aangesloten, zodat deze met de
systeembus wordt verbonden.