Marantec Dynamic 3 201 - 218 de handleiding

Type
de handleiding
EN 55011
EN 50081
EN 50082
ETS 300220
Uitgave: 11.2003
#8 054 007
1 - NL 360178 - M - 0.5 - 1000
NEDERLANDS Door de auteurswet beschermd.
Nadruk, ook gedeeltelijk, enkel met onze toestemming.
Wijzigingen, die nodig zijn voor de technische vooruitgang, voorbehouden.
Montagehandleiding
Industriële poortaandrijving
NL
Dynamic 3-201 - 3-218
Bewaar deze handleiding zorgvuldig.
2
Nederlands Blz. 23
H. Notities
Nederlands Blz. 22
G. Conformiteitsverklaring
Fabrikant:
Product:
Het beschreven product beantwoordt op grond van zijn ontwerp en constructie
alsook in de door ons in verkeer gebrachte uitvoering aan de desbetreffende
fundamentele veiligheid- en gezondheidsvoorwaarden van de EG-richtlijn
elektromagnetische compatibiliteit, de machinerichtlijn en de laagspanningsrichtlijn.
Bij een niet met ons overeengekomen verandering van de producten verliest deze
verklaring haar geldigheid.
Het product voldoet aan de desbetreffende bepalingen:
• EG-richtlijn elektromagnetische compatibiliteit
(89/336/EWG, 93/68/EWG en 93/44/EWG),
• Machinerichtlijn
(89/392/EWG, 91/368/EWG, 93/68/EWG en 93/44/EWG)
• Laagspanningsrichtlijn (73/23/EWG, 93/68/EWG en 93/44/EWG).
Toegepaste geharmoniseerde normen:
• EN 50081-2
• EN 50082-2
• EN 55014
• EN 60335-1
Toegepaste nationale normen en technische specificaties:
• ETS 300220
__________________________________________________________
Datum / handtekening
3
Nederlands Blz. 4 - 23
Dynamic 3-201 - 3-218
Nederlands Blz. 4
A. Inhoudsopgave
A. Inhoudsopgave ...................................................
B. Verklaring van de symbolen ................................
C. Montage.............................................................
Overzicht over de verschillende Dynamic-uitvoeringen.
O
1
Voorbereiding........................................................
O
2
Benodigde werktuigen............................................
O
3
Opsteekmontage ...................................................
O
4
Flensmontage........................................................
O
5
Montage askettingaandrijving..................................
O
6
Instelling van de schakelnok ....................................
O
7
Uitvoering noodhandketting (NHK)...........................
O
8
Uitvoering snelontgrendeling (SE) .............................
O
9
Uitvoering onderhoudsontgrendeling........................
O
10
Montage van de aftakdoos omlijsting / wand.............
O
11
Montage en bekabeling van de sensoren
op het poortpanee
.................................................
O
12
Poort-afsluitprofiel met optische sensor.....................
O
13
D. Inbedrijfstelling.................................................................
O
14
E. Onderhoudshandleiding......................................
O
15
F. Fabrikantenverklaring ..........................................
G.Conformiteitsverklaring .......................................
H. Notities ...............................................................
Blz. 4
Blz. 5
Blz. 6 - 18
Blz. 6
Blz. 6
Blz. 6
Blz. 7
Blz. 8
Blz. 8
Blz. 10
Blz. 12
Blz. 12
Blz. 13
Blz. 14
Blz. 15
Blz. 18
Blz. 19
Blz. 20
Blz. 21
Blz. 22
Blz. 23
Nederlands Blz. 21
F. Fabrikantenverklaring
Fabrikant: Marantec, Antriebs- und Steuerungstechnik GmbH & Co. KG
Remser Brook 11, 33428 Marienfeld
Product: Industriële poortaandrijvingen:
Dynamic 3-201, Dynamic 3-202, Dynamic 3-203, Dynamic 3-204,
Dynamic 3-207, Dynamic 3-208, Dynamic 3-211, Dynamic 3-212,
Dynamic 3-213, Dynamic 3-214, Dynamic 3-217, Dynamic 3-218
Het beschreven product beantwoordt op grond van zijn ontwerp en constructie
alsook in de door ons in verkeer gebrachte uitvoering aan de desbetreffende
fundamentele veiligheid- en gezondheidsvoorwaarden van de EG-richtlijn
elektromagnetische compatibiliteit, de machinerichtlijn en de laagspanningsrichtlijn.
Bij een niet met ons overeengekomen verandering van de producten verliest deze
verklaring haar geldigheid.
Het product voldoet aan de desbetreffende bepalingen:
• EG-richtlijn elektromagnetische compatibiliteit
(89/336/EWG, 93/68/EWG en 93/44/EWG),
• Machinerichtlijn
(89/392/EWG, 91/368/EWG, 93/68/EWG en 93/44/EWG)
• Laagspanningsrichtlijn (73/23/EWG, 93/68/EWG en 93/44/EWG).
Toegepaste geharmoniseerde normen:
• EN 50081-2
• EN 50082-2
• EN 55014
• EN 60204-1
Toegepaste nationale normen en technische specificaties:
• ETS 300220
Marienfeld, 18.9.2000
Molterer
Technische leiding
Nederlands Blz. 20
E. Onderhoudshandleiding
Onderhoudshandleiding:
De Dynamic-aandrijving werkt in hoge mate onderhoudsvrij.
Alleen moeten alle bewegende delen van poort en aandrijving regelmatig
gecontroleerd worden.
Onderhoud contact van klinketdeur:
• Controleer of beide in serie geschakelde magneetcontacten afzonderlijk
schakelen.
• Overbrug daartoe telkens één contact met een brug en bedien de
klinketdeur.
• De sturing van de aandrijving moet hierdoor uitgeschakeld worden.
O
15
Nederlands Blz. 5
Verklaring van de symbolen:
Voorzichtig! Gevaar voor lichamelijke letsels!
Opgelet! Gevaar voor materiële schade!
Opmerking / Tip
B. Verklaring van de symbolen
Nederlands Blz. 6
C. Montage
O
2
O
1
Overzicht over de verschillende Dynamic-3 uitvoeringen
1.1 Dynamic 3-201 / 3-203 / 3-211 / 3-213
Uitvoering noodhandketting (NHK)
1.2 Dynamic 3-202 / 3-204 / 3-212 / 3-214
Uitvoering snelontgrendeling (SE)
1.3 Dynamic 3-207 / 3-208 / 3-217 / 3-218
Uitvoering noodhandketting met
onderhoudsontgrendeling (NHK / WE)
Voorbereiding
Controleer of de geleverde aandrijving volledig is, aan de hand van het
afleveringsbewijs.
Benodigde werktuigen
Ringsteeksleutel SW 17
Ringsteeksleutel SW 13
Steeksleutel SW 4
Schroevendraaier Gr. 5
Schroevendraaier Gr. 8
Kruiskopschroevendraaier Gr. 2
Binnenzeskant-schroevendraaier SW 2,5
Steenboor ø 10 mm
Metaalboor ø 9 mm
Tang voor veiligheidsring
Boormachine
Maatstok
O
3
Nederlands Blz. 19
D. Inbedrijfstelling
Inbedrijfstelling:
Opgelet!
Verwijder voor de inbedrijfstelling de ontluchtingsschroef
bovenaan rechts aan de aandrijving!
De inbedrijfstelling doet U zoals beschreven is in het voor de
respectievelijke sturing geldende boek 'Handleiding voor inbedrijfstelling
en boek met schakelschema’s'.
Voor de inbedrijfstelling:
• Controleer of alle bevestigingsschroeven op de draaimomentsteun en
asaansluiting goed vast zitten.
• Bevestig de noodhandketting en de trekkabel SE in rustpositie aan de
omlijsting.
• Controleer de bevestiging van de aandrijving op de torsieveeras in axiale
richting.
Opgelet!
In de industrie moeten machinaal aangedreven vensters,
deuren en poorten voor de eerste inbedrijfstelling en, indien
nodig, jaarlijks minstens éénmaal door een deskundige
gecontroleerd worden (met schriftelijk bewijs)!
O
14
Nederlands Blz. 18
C. Montage
Poortafsluitprofiel met optische sensor:
13.1 Beveiligingsklasse IP 54
• Snij de bodemafdichting aan de einden in (Afbeelding 13.1).
• Steek de optische sensoren in de bodemafdichting
A Bodemafdichting
B Adapterhulsen
C Uitsnijding in de bodemafdichting
D Opening in de bodemafdichting
E Optische sensor ontvangerkabel
F Verbindingskabel optische sensor
G Optische sensor
13.2 Beveiligingsklasse IP 65
• Snij de bodemafdichting aan de einden in (Afbeelding 13.2).
• Steek de optische sensoren in de bodemafdichting
Opgelet!
Leid de kabel zeker via de slangklemmen!
• Bevestig de optische sensoren bijkomend met de slangklemmen.
O
13
Nederlands Blz. 7
4.2 Opsteekmontage met U-profiel-draaimomentsteun
• Schroef de tussenconsole (B) (U-ijzer) en de dempelementen (C) op de
console aslagering (D).
• Steek de borgring (E) op de veeras.
• Steek dan de aandrijving op de veeras.
Let daarbij op de positie van de pasveer!
• Schroef de aandrijving op de tussenconsole (B) (U-ijzer).
• Steek nog een borgring (E) op de veeras.
• Schuif hem tegen de aandrijving.
• Zet de beide borgringen (E) vast.
• Controleer of alle schroeven vast zitten.
C. Montage
O
4
Opsteekmontage
4.1 Opsteekmontage met staalplaat-draaimomentsteun
Afgebeeld is de inbouw van de aandrijving op de linkerzijde!
• Monteer eerst de staalplaat-draaimomentsteun (A) aan de omlijsting op
de aandrijving.
• Steek een stelring (E) op het vrije aseinde
• Steek de aandrijving met de voorgemonteerde draaimomentsteun op
het aseinde en maak vast met een andere stelring.
Let daarbij op de positie van de pasveer!
• Voeg de montagehoeken samen afhankelijk van de ruimte.
• Monteer op het einde de draaimomentsteun aan de omlijsting.
• Stel de aandrijving juist af.
• Draai alle schroeven vast.
Opgelet!
Monteer de staalplaat-draaimomentsteun zonder
zijdelingse afstelling parallel aan de reductiemotor.
Nederlands Blz. 8
C. Montage
Flensmontage
• Steek de steekas met adapter (F) in de holle as van de aandrijving.
Let daarbij op de positie van de pasveren!
• Zet de ingezette steekas met de borgring (E) vast.
• Steek de aandrijving met adapter op het einde van de torsieveeras.
• Trek de klemschroeven (G) vast aan.
Montage van de draaimomentsteun:
Volg daarbij de stappen, zoals in punt 4.1 beschreven.
O
5
Opgelet!
Monteer de staalplaat-draaimomentsteun zonder
zijdelingse afstelling parallel aan de reductiemotor.
O
6
Montage askettingaandrijving (AK):
Afgebeeld is de inbouw van de aandrijving op de linker zijde!
B Steekas met borgring en pasveren
E Borgring
H Asafstandsbus
6.1 Montage op veeras (ø 31,75 mm of ø 40 mm):
Afgebeeld is de inbouw van de aandrijving op de linkerzijde!
• Zet de steekas met de afstandsring en de AK –afhankelijk van de
inbouw rechts of links- in de holle as van de aandrijving.
• Zet de ingezette steekas met de borgringen vast.
• Steek de aansluitnaaf van de AK op de torsieveeras.
Let daarbij op de positie van de pasveer!
Nederlands Blz. 17
C. Montage
Opgelet!
Niet gebruikte PG-aansluitingen moeten met
afdichtschijven gesloten zijn!
• Sluit de beiden behuizingen met de deksels.
A Montageplaat
B1* Behuizing voor elektronica optische sensor
B2* Behuizing voor aansluiteenheid
C1* Verdelerbehuizing optische sensor
C2* Verdelerbehuizing aansluiteenheid
D Veiligheidscontact kabelbeveiliging
E Aansluitkabel kabelbeveiliging
F1 Optische sensor ontvanger aansluitkabel
F2 Optische sensor zender aansluitkabel
G Verbindingskabel optische sensor
H Schroefleiding naar aftakdoos
I Optische sensor ontvanger
J Optische sensor zender
K Bevestigingsschroef voor aardingscontact (moet ingezet worden!)
*indien aanwezig
Nederlands Blz. 16
C. Montage
Opgelet!
Verwijder de veiligheidspen van de
kabelbeveiliging of de vanginrichting
op beide zijden!
• Zet het veiligheidscontact (D) in de behuizing van de kabelbeveiliging of
van de vanginrichting.
• Schroef het vast.
• Maak aan beide behuizingen de buitenste PG-moeren los.
• Schuif de PG-moer over de platte kabel van de schakelaar
• Steek de platte kabel door de vormafdichting.
• Schroef de moeren opnieuw vast.
Bij aanwezige sluitkantbeveiliging:
• Snij de bodemafdichting uit zoals in afbeelding 13.1 of 13.2
weergegeven.
Ontvanger = zwart = besturingszijde.
Zender = grijs = tegenzijde
Schuif de optische sensoren in het profiel.
• Laat de aansluitkabels door de voorgestanste opening in de
bodemafdichting opnieuw naar buiten komen.
• Schuif de verbindingskabel (G) door de bovenste kamer van de
bodemafdichting.
• Laat hem door de voorgestanste opening in de bodemafdichting
opnieuw naar buiten komen.
• Maak de middelste PG-moer los.
• Schuif de PG-moer over de platte kabel.
• Steek de platte kabel door de vormafdichting.
• Schroef de moer opnieuw vast.
• Steek de stekkers op beide zijden volgens de opgedrukte symbolen
samen.
Nederlands Blz. 9
C. Montage
• Trek de ingezette schroeven aan.
• Stel de wandconsole M8 samen zoals in afbeelding 6.3 weergegeven.
• Monteer de wandconsole M8 op de tegenoverliggende zijde van de AK
aan de aandrijving.
6.2 Montage op veeras (ø 25,4 mm):
Afgebeeld is de inbouw van de aandrijving op de linker zijde!
• Zet de steekas met de afstandsring en de AK –afhankelijk van de
inbouw rechts of links- in de holle as van de aandrijving.
• Zet de ingezette steekas met de borgringen vast.
• Steek de aandrijving met de AK op de torsieveeras.
Let daarbij op de positie van de pasveer!
De as moet volledig induiken!
• Trek de ingezette schroeven aan.
• Stel de wandconsole M8 samen zoals in afbeelding 6.3 weergegeven.
• Monteer de wandconsole M8 op de tegenoverliggende zijde van de AK
op de aandrijving.
6.3 Bevestiging aan de wand met wandconsole M8
• Draai de aandrijving naar de wand en stel ze af.
• Teken de bevestigingsgaten voor de wandconsole M8 en boor dan
volgens dit sjabloon.
• Monteer de aandrijving aan de wand.
• Trek alle schroeven vast aan.
Nederlands Blz. 10
C. Montage
O
7
Instelling van de schakelnok
Opmerking / Tip:
Voor de nokinstelling hebt U een binnenzeskant-
schroevendraaier met SW 2,5 mm nodig.
Afhankelijk van de aandrijving hebben de schakelnokken verschillende
functies:
7.1 Aandrijving Dynamic 3-211 tot 3-218
Deze aandrijvingen zijn uitgerust met de sturing Control 24 / 25.
Schakelnok Functie Aansluiting
A: - -
B: referentiepunt Systeembus X41
C: - -
D: - -
E: - -
F: staat vrij ter beschikking Aansluitklem X4
(wisselcontact
max. 230V~, 0,5A)
Instelling referentiepunt
• Breng de poort met de hand in de mechanische eindstand POORT-OP.
• Open het behuizingsdeksel aan de poortaandrijving.
• Maak het arrêt (stifttap (J)) van de schakelnok (B) los.
• Stel de schakelnok (B) zo in dat de referentiepuntschakelaar (G) zoals
in afb. 7.1 (positie H) bediend wordt (ca. 2 graden van het schakelpunt).
• Arrêteer de schakelnok (B) door de stifttap (J) opnieuw vast te draaien.
• Monteer vervolgens het deksel van de behuizing.
Nederlands Blz. 15
C. Montage
Montage en bekabeling van de sensoren op het
poortpaneel:
(Indien voorhanden alleen bij sluitkantbeveiliging of aansluiteenheid
poortpaneel)
12.1 Besturingszijde binnen rechts
12.2 Besturingszijde binnen links
12.3 Besturingszijde binnen rechts**
12.4 Besturingszijde binnen links**
** Zoals 12.1 of 12.4 maar zonder verdelerbehuizing op de tweede
poortzijde
O
12
Opgelet!
De maat 135 mm moet absoluut nageleefd worden.
Voorzichtig!
De volgende werken mogen enkel aan een
compleet ingebouwde poort en bij opgespannen
torsieveer uitgevoerd worden!
Bij lange opzetstukken:
• Schroef de behuizing (B) en (C) met de montageplaat (A) op het
opzetstuk.
Bij poorten met klinketdeur, >5500 mm:
• Schroef de behuizing zonder de montageplaat (A) direct op het
poortpaneel. De electronica-printplaat hoort tot de besturingszijde,
de verdeling op de tegenoverliggende zijde.
Nederlands Blz. 14
C. Montage
Montage van de aftakdoos omlijsting / wand:
(Indien voorhanden alleen bij sluitkantbeveiliging of aansluiteenheid
poortpaneel)
11.1 - 11.2 Montage aan de omlijsting:
• Breng de aftakdoos met de montageplaat op halve poorthoogte aan
een looprailbevestiging aan (zoals in afbeelding 11.1 of 11.2
weergegeven).
• Verwijder de aanwezige schroef.
• Vervang deze door de meegeleverde schroef met platte moer.
• Breek de voorgestanste boringen voor de PG-schroefverbinding uit.
• Leid de verbindingsleiding naar de sturing.
11.3 Montage aan de wand:
• Monteer de aftakdoos met de montageplaat en de hoek aan de wand.
• Breek de voorgestanste boringen voor de PG-schroefverbinding uit.
• Leid de verbindingsleiding naar de sturing.
• Let erop dat de PG-schroefverbinding naar beneden wijst.
• Schroef de ringmoer die zich op de schroefleiding bevindt op het
opzetstuk.
A Raamwerk
B Looprailbevestiging
C Aftakdoos
D Looprail
E Schroefleiding
F Montageplaat
O
11
Nederlands Blz. 11
C. Montage
7.2 Aandrijving Dynamic 3-201 tot 3-208
Deze aandrijvingen zijn uitgerust met de sturing Control 22 / 23.
Schakelnok Functie Aansluiting
A: eindschakelaar POORT-TOE Systeembus X42
B: eindschakelaar POORT-OPEN Systeembus X42
C: - -
D: - -
E: SKS-Stopp Systeembus X42
F: staat vrij ter beschikking Aansluitklem X4
(wisselcontact
max. 230V~, 0,5A)
De functie SKS-Stop deactiveert kort voor het bereiken van de
eindpositie de omkeerfunctie van de sluitkantbeveiliging om
verkeerde reacties (bijv. ongewild omkeren) te verhinderen.
7.2.1 Instelling van de eindpositie POORT-TOE
• Breng de poort met de hand in de mechanische eindstand POORT-TOE.
• Open het behuizingsdeksel aan de poortaandrijving.
• Maak het arrêt (stifttap (J)) van de schakelnok (A) los.
• Stel de schakelnok (A) zo in dat de eindschakelaar POORT-TOE (G) zoals
in afb. 7.2.1 (positie H) bediend wordt.
• Arrêteer de schakelnok (A) door de stifttap (J) opnieuw vast te draaien.
• Stel indien nodig de positie van de poort POORT-TOE met de
regelschroef (K) op de schakelnok juist af.
7.2.2 Instelling van de eindschakelaar SKS-STOP
• Maak het arrêt (stifttap (J)) van de schakelnok (E) los.
• Stel de schakelnok (E) zo in dat de eindschakelaar SKS-STOP (G)
ca. 5 cm, voor het afsluitprofiel de bodem raakt, bediend wordt.
• Arrêteer de schakelnok (E) door de stifttap (J) opnieuw vast te draaien.
Nederlands Blz. 12
Uitvoering noodhandketting (NHK):
Afgebeeld is de inbouw van de aandrijving op de linkerzijde!
I = Poort toe II = Poort open
O
8
Opgelet!
Let er voor het verbinden van de noodhandketting
met het meegeleverde kettingeind op dat de
ketting niet verdraaid gemonteerd wordt.
Met een verdraaide ketting kunnen functiestoringen optreden bij het
bedienen van de noodhandketting.
Bij de bediening van de noodhandketting wordt de aandrijving
elektrisch uitgeschakeld!
Uitvoering snelontgrendeling (SE):
Afgebeeld is de inbouw van de aandrijving op de linkerzijde!
O
9
Opgelet!
Respecteer de voorschriften (specifiek voor het land)
voor veerbreukbeveiligingen of vanginrichtingen.
C. Montage
7.2.3 Instelling van de eindpositie POORT-OPEN
• Breng de poort met de hand in de mechanische eindstand
POORT-OPEN.
• Maak het arrêt (stifttap (J)) van de schakelnok (B) los.
• Stel de schakelnok (B) zo in dat de eindschakelaar POORT-OPEN (G)
zoals in afb. 7.2.3 (positie H) bediend wordt.
• Arrêteer de schakelnok (B) door de stifttap (J) opnieuw vast te draaien.
• Stel indien nodig de positie van de poort POORT-OPEN met de
regelschroef (K) op de schakelnok juist af.
• Monteer dan opnieuw het deksel van de behuizing.
Nederlands Blz. 13
C. Montage
Opgelet!
De snelontgrendeling mag alleen in de positie
POORT TOE bediend worden!
Aandrijving ontgrendelen:
• Trek de trekkabel met de rode klok (I) naar beneden.
Aandrijving opnieuw in functie brengen:
• Trek de trekkabel met de groene klok (II) naar beneden.
Uitvoering onderhoudsontgrendeling (WE):
Voorzichtig!
De ontgrendeling mag alleen door deskundig
personeel bij onderhoud en gesloten poort bediend
worden!
Voor het onderhoud van de poortinstallatie, in het bijzonder om de
veerspanning te controleren, kan de overbrenging van de veeras
ontkoppeld worden:
• Schroef de borgschroef (A) uit.
• Draai de rode hendel 90° in de richting van de pijl.
• De poort kan nu zonder aandrijving bewogen worden!
Na het onderhoud:
• Draai de rode hendel 90° naar rechts
• Schroef de borgschroef (A) weer vast.
O
10
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

Marantec Dynamic 3 201 - 218 de handleiding

Type
de handleiding