Marantec STA 1 de handleiding

Type
de handleiding
NL
STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 1
Handleiding
STA 1-sectionaaldeuraandrijving
2 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 3
2 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3
1. Inhoudsopgave
1. Inhoudsopgave. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
2. Informatie over het document. . . . . . . . . . . . .2
3. Algemene veiligheidsinstructies . . . . . . . . . . .3
4. Productoverzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
5. Montage. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
5.1 Voorbereiding.......................5
5.2 Opsteekmontage ....................5
5.3 Montage noodhandketting (alleen bij
aandrijvingen met noodhandketting)......6
6. Ingebruikname. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7
6.1 Voorbereiding.......................7
6.2 Aansluiting ........................7
6.3 Handmatige instellingen ...............9
6.4 Digitale instellingen –
Eindschakelaar en veiligheidscircuit
aandrijving ........................10
6.5 Controle van de installatie ............11
7. Noodbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
8. Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
9. Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
10. EG-inbouwverklaring . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
Originele bedieningshandleiding
Auteursrechtelijk beschermd.
Reproductie, geheel of gedeeltelijk, alleen met onze
toestemming.
Wijzigingen, die de technische vooruitgang dienen, zijn
voorbehouden.
Alle maataanduidingen in millimeters.
Weergaven zijn niet op schaal getekend.
Symboolverklaring
GEVAAR!
Indicatie van een veiligheidsrisico, dat rechtstreeks leidt tot
de dood of ernstig letsel.
WAARSCHUWING!
Indicatie van een veiligheidsrisico, dat kan leiden tot de
dood of ernstig letsel.
VOORZICHTIG!
Indicatie van een veiligheidsrisico, dat kan leiden tot lichte
of gemiddeld zwaar letsel.
ATTENTIE!
Indicatie van een veiligheidsrisico, dat kan leiden tot
beschadigingen of storingen aan het product.
CONTROLE
Waarschuwing voor een vereiste controle.
INFORMATIE
Verwijzing naar aparte documenten waarop gelet moet
worden.
Oproep tot actie
Lijst, opsomming
Ô Verwijzing naar andere plaatsen in dit document
2. Informatie over het document
2 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 3
NL
3. Algemene veiligheidsinstructies
GEVAAR!
Levensgevaar b het niet naleven van de
documentatie!
Let op alle veiligheidsinstructies in dit document.
Garantie
De garantie op goede werking en veiligheid geldt alleen
wanneer de waarschuwingen en veiligheidsinstructies in deze
gebruiksaanwzing worden opgevolgd.
Voor persoonlk letsel en materiële schade voortvloeiende uit
het niet opvolgen van deze waarschuwingen en veiligheidsin-
structies aanvaardt de fabrikant geen verantwoordelkheid.
Voor schade veroorzaakt door het gebruik van niet-goedge-
keurde onderdelen en accessoires, is iedere aansprakelkheid
en garantie door de fabrikant uitgesloten.
Juist gebruik
De aandrvingen uit de STA1-serie zn uitsluitend geschikt
voor het openen en sluiten van uitgebalanceerde sectionaal-
deuren.
Doelgroep
Alleen gekwaliceerde en opgeleide monteurs mogen de
aandrving monteren en er mechanisch onderhoud aan
uitvoeren.Gekwaliceerd en opgeleide monteurs voldoen aan
de volgende eisen:
ze bezitten kennis van de algemene en speciale veiligheids-
en ongevallen preventievoorschriften,
Kennis van de relevante verordeningen,
ze hebben een opleiding gehad in het gebruik en het
onderhoud van de juiste veiligheidsuitrusting,
Vermogen om risico’s in verband met de montage te
herkennen.
Alleen gekwaliceerde en gediplomeerde elektromonteurs
mogen de besturing aansluiten, programmeren en onderhou-
den. Gekwaliceerde en geschoolde elektromonteurs voldoen
aan de volgende eisen:
ze bezitten kennis van de algemene en speciale veiligheids-
en ongevallen preventievoorschriften,
ze bezitten kennis van de van toepassing znde
elektrotechnische voorschriften,
ze hebben een opleiding gehad in het gebruik en het
onderhoud van de juiste veiligheidsuitrusting,
ze zn in staat om gevaren in samenhang met
elektriciteit te onderkennen.
Instructies b montage en aansluiting
Voorafgaande aan werkzaamheden aan de elektrische
installatie moet deze van de stroomvoor ziening worden
losgekoppeld. Tdens de werkzaamheden moet worden
gezorgd dat de stroomvoorziening ook voortdurend
onderbroken blft.
De plaatselke veiligheidsbepalingen moeten worden
opgevolgd.
De stroom- en besturingsleidingen moeten gescheiden
worden aangelegd.
Keuringsprincipes en voorschriften
B aansluiting, programmering en onderhoud moeten de
volgende voorschriften in acht worden genomen (zonder
aanspraak op volledigheid):
Bouwproductnormen
EN 13241-1 (Producten zonder vuur of rookweerstandka-
rakteristieken)
EN 12445 (Gebruiksveiligheid van aangedreven deuren -
Beproevingsmethoden)
EN 12453 (Gebruiksveiligheid van aangedreven deuren -
Eisen)
DIN EN 12604 (Poorten – Mechanische aspecten – Eisen)
EN 12635 (Hekken - Installatie en gebruik)
EN 12978 (Veiligheidsvoorzieningen voor automatisch
werkende deuren en hekken - Eisen en beproevingsmetho-
den)
EMC
EN 50014-1 (Emissienorm huishoudelke apparaten)
EN 61000-3-2 (Limietwaarden voor de emissie van
harmonische stromen)
EN 61000-3-3 (Limietwaarden voor spanningswisselin-
gen, spanningsschommelingen en ikkering in openbare
laagspanningsnetten)
DIN EN 61000-6-2 (Elektromagnetische compatibiliteit
(EMV) - Deel 6-2 Algemene normen – Immuniteit voor
industriële omgevingen)
DIN EN 61000-6-3 (Elektromagnetische compatibiliteit
(EMV) - Deel 6-3: Algemene normen –Emissienormen voor
huishoudelke, handels- en lichtindustriële omgevingen)
4 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 5
4 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3
4. Productoverzicht
Machinerichtlnen
EN 60204-1 (Veiligheid van machines - Elektrische
uitrusting van machines; deel 1: Algemene eisen)
EN ISO 12100 (Veiligheid van machines – Algemene
ontwerpbeginselen – Risicobeoordeling en risicoreductie)
Laagspanning
DIN EN 60335-1 (Huishoudelke en soortgelke elektrische
toestellen - Veiligheid - Deel 1: Algemene eisen)
DIN EN 60335-2-103 (Huishoudelke en soortgelke
elektrische toestellen - Veiligheid - Deel 2-103: Bzondere
eisen voor poorten, deuren en ramen)
Comité voor arbeidsplaatsen (ASTA)
ASR A1.7 (Technische regels voor arbeidsplaatsen / Duitse
richtln voor aangedreven ramen, deuren en poorten)
Algemene veiligheidsinstructies
De volgende varianten van de STA1-aandrijving kunnen
worden geleverd:
STA/STAW 1 E (externe besturing met ontgrendeling)
STA/STAW 1 KE (externe besturing met ketting)
STA/STAW 1 KU (externe besturing met zwengel)
STA/STAW 1 E - HD (externe besturing met ontgrendeling,
HD*)
STA/STAW 1 KE - HD (externe besturing met ketting, HD*)
STA/STAW 1 KU - HD (externe besturing met zwengel, HD*)
STAC/STAWC 1 E (geïntegreerde besturing met
ontgrendeling)
STAC/STAWC 1 KE (geïntegreerde besturing met ketting)
STAC/STAWC 1 KU (geïntegreerde besturing met zwengel)
* HD = Aandrijvingen met deze toevoeging beschikken over
een hogere inschakelduur.
De exacte waarden van alle aandrijvingen bevinden zich in
Ô „9. Technische gegevens“
Andere productcombinaties zijn mogelijk.
Informatie hieromtrent kan worden verkregen bij de fabrikant.
4 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 5
NL
5. Montage
5.1 Voorbereiding
WAARSCHUWING!
Mogelk letsel als gevolg van onjuiste installatie
van de aandrving!
De aandrijving moet spanningsvrij worden gemonteerd.
De aandrijving mag niet op de as verschuiven.
Alle onderdelen moeten qua constructie en ondergrond
geschikt zijn voor de belastingen.
De montage mag alleen vanuit een veilige positie plaats-
vinden (bijv. steiger).
ATTENTIE!
Mogelijke schade als gevolg van onjuiste installatie
van de aandrijving!
Teneinde beschadigingen aan aandrijving en deur te
voorkomen, mag de aandrijving alleen worden gemonteerd
indien:
de aandrijving onbeschadigd is,
de omgevingstemperatuur -20 ºC bis +60ºC bedraagt,
de opstelhoogte niet hoger is dan 1000 m boven
zeeniveau,
de veiligheidsklasse dienovereenkomstig is geselecteerd.
Voor de montage moet u controleren of:
– de aandrijving niet geblokkeerd is,
– de aandrijving na een lange opslagtijd opnieuw is
voorbereid,
– alle aansluitingen goed zijn uitgevoerd,
– de draairichting van de aandrijfmotor correct is,
– alle motorbeveiligingen actief zijn,
– geen andere bronnen van gevaar aanwezig zijn,
– de montageplek ruim is afgezet.
5.2 Opsteekmontage
ATTENTIE!
Mogelijke schade als gevolg van onjuiste installatie
van het aandrijving!
Teneinde beschadigingen aan aandrijving en deur te
voorkomen, moet de aandrijving op een console of met een
draaikoppelsteun trillingsarm worden gemonteerd.
INFORMATIE
Voor het monteren van de aandrijving aan de deur moeten
de desbetreffende deurinstructies worden opgevolgd.
Massieve as
5.2 / 1
Controleer of de pasveer overeenkomt met de veeras ter
plaatse.
6 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 7
5.3 Montage noodhandketting (alleen bij
aandrijvingen met noodhandketting)
Voor een goede werking mogen de schakels van de ketting
niet verdraaid zijn.
5.3 / 1
Zet de kettinguiteinden met de sluitschakel aan elkaar.
ATTENTIE!
Mogelijke schade als gevolg van onjuiste bediening
van de aandrijving!
Teneinde beschadigingen aan aandrijving en deur te
voorkomen, moet de noodhandketting tijdens het elektrisch
gebruik van de deur zijn geborgd.
Montage met draaikoppelsteun
5.2 / 2
A
B
C
D
Monteer de draaikoppelsteun/console (A).
Vet de veeras (B) in waar deze op de aandrijving aansluit.
Plaats de pasveer (C) in de veeras (B).
Steek de aandrijving (D) op de veeras (B).
Borg de pasveer (C) tegen verschuiven.
De pasveer kan met twee slangklemmen of stelringen worden
geborgd.
Bevestig de aandrijving met 4 schroeven aan de
draaikoppelsteun.
Montage
6 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 7
NL
6.1 Voorbereiding
GEVAAR!
Levensgevaar door elektrische schok!
Voor het installeren van de bekabeling koppelt u het
aandrijfsysteem steeds los van de stroomvoorziening.
Verzeker u ervan dat tijdens het installeren van de
bekabeling de stroomvoorziening onderbroken blijft.
ATTENTIE!
Mogelijke schade als gevolg van onjuiste installatie
van de aandrijving!
Teneinde beschadigingen aan de aandrijving te voorkomen,
moeten de volgende punten in acht worden genomen:
Het soort kabel en de doorsnede moet overeenkomen
met de van toepassing zijnde voorschriften.
De nominale stroom en het schakeltype moeten
overeenkomen met die op het typeplaatje van de motor.
De gegevens van de aandrijving moeten overeenkomen
met de aansluitwaarden.
INFORMATIE
Bij het gebruik van elektronische regelapparatuur
moeten de betreffende inbedrijfstellingsinstructies en
schakelschema’s in acht worden genomen.
6. Ingebruikname
6.2 Aansluiting
Aandrijving openen
6.2 / 1
Verwijder de kap van de aandrijving.
Kabel invoeren
6.2 / 2
Leid de kabel via de schroefverbinding in de aandrijving.
8 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 9
Aansluiting eindschakelaar (steekbaar, standaard)
6.2 / 3
6.2 / 4
A
B
C
D
E
F
A Potentiaalvrije aansluiting OPEN
B Potentiaalvrije aansluiting DICHT
C Uitschakeling veiligheidscircuit
D Uitschakeling eindpositie OPEN
E Uitschakeling eindpositie DICHT
F Interne veiligheidsketting
Ingebruikname
S1 Extra eindschakelaar OPEN (alleen standaard bij
aandrijvingen zonder geïntegreerde besturing)
S2 Eindschakelaar OPEN
S3 Veiligheidseindschakelaar OPEN
S4 Veiligheidseindschakelaar DICHT
S5 Eindschakelaar DICHT
S6 Extra eindschakelaar DICHT (alleen standaard bij
aandrijvingen zonder geïntegreerde besturing)
S7 Veiligheidseindschakelaar noodhandbediening
F2 Thermische beveiliging motor
Aansluiting eindschakelaar
6.2 / 5
1
4 2
6.2 / 6
S1 Extra eindschakelaar
OPEN (alleen standaard
bij aandrijvingen zonder
geïntegreerde besturing)
S2 Eindschakelaar OPEN
S3 Veiligheidseindschakelaar
OPEN
S4 Veiligheidseindschakelaar
DICHT
S5 Eindschakelaar DICHT
S6 Extra eindschakelaar
DICHT (alleen standaard
bij aandrijvingen zonder
geïntegreerde besturing)
8 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 9
NL
Aansluiting 3 x 400 V sterschakeling (standaard)
De motor is reeds voorzien van bedrading voor aansluiting op
een 3 x 400 V-elektriciteitsnetwerk in sterconguratie.
6.2 / 7
Sluit alle benodigde bedrading aan.
Kenmerken draad
U1 Rood
V1 Blauw
W1 Wit
V2 Zwart
W2 Bruin
U2 Groen
Aansluiting 3 x 230 V driehoekige schakeling
Om de aandrijving via een 3 x 230 V/elektriciteitsnetwerk
te kunnen gebruiken, dient u contact op te nemen met de
fabrikant.
Aansluiting 1 x 230 V
De motor is voorbedraad voor een aansluiting op een
elektriciteitsnet van 230V/1fase.
AUF
ZU
PE
N
6.2 / 8
Sluit alle benodigde bedrading aan.
Kenmerken draad
AUF (OPEN) blauw
ZU (DICHT) blauw
N rood
6.3 Handmatige instellingen
A
B
C
D
E
F
KJIH
LG
6.3 / 1
A Extra eindschakelaar OPEN - S1
(potentiaalvrij wisselcontact)
B eindschakelaar OPEN - S2
C Veiligheidseindschakelaar OPEN - S3
D Veiligheidseindschakelaar DICHT - S4
E Eindschakelaar DICHT - S5
F Extra eindschakelaar DICHT - S6
(potentiaalvrij wisselcontact)
G Schakelnok extra eindschakelaar OPEN (groen)
H Schakelnok eindschakelaar OPEN (groen)
I Schakelnok veiligheidseindschakelaar OPEN (rood)
J Schakelnok veiligheidseindschakelaar DICHT (rood)
K Schakelnok eindschakelaar DICHT (wit)
L Schakelnok extra eindschakelaar DICHT (wit)
A
B
C
D
E
F
KJIH
LG
10 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 11
Ingebruikname
6.3 / 2
M Fijnafstelschroef
N Vastzetschroef
Elke schakelnok beschikt over een vastzetschroef (N) en een
jnafstelschroef (M).
Met de vastzetschroef (N) wordt de betreffende schakelnok
in de gewenste positie vastgezet. Met de jnafstelschroef (M)
kan de schakelnok nauwkeurig worden afgesteld.
Instellen van de eindpositie DICHT
Beweeg de deur in de eindpositie DICHT.
Stel de schakelaarnok (K) zodanig in, dat de eindschakelaar
DICHT (E) wordt ingeschakeld.
Draai de vastzetschroef (N) aan.
De veiligheidseindschakelaar DICHT (D) moet zodanig worden
ingesteld dat hij direct na het passeren van de eindschakelaar
DICHT (E) schakelt.
Stel de veiligheidseindschakelaar DICHT (D) af.
M
N
Instellen van de eindpositie OPEN
Beweeg de deur in de eindpositie OPEN.
Stel de schakelnok (H) zodanig in, dat de eindschakelaar
OPEN (B) wordt ingeschakeld.
Draai de vastzetschroef (N) aan.
De veiligheidseindschakelaar OPEN (C) moet zodanig worden
ingesteld, dat hij direct na het passeren van de eindschakelaar
OPEN (B) schakelt.
Stel de veiligheidseindschakelaar OPEN (C) af.
6.4 Digitale instellingen –
Eindschakelaar en veiligheidscircuit
aandrijving
Elektrische interface
A: AWG (Absolute toerentalmeter)-stekker
B: AWG (Absolute toerentalmeter)-steekklem
INFORMATIE
De instelling van de eindposities is te vinden in de gebruiks-
handleiding van de besturing.
6.5 / 1
A
B
10 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 11
NL
Verdeling van draden AWG
(Absolute toerentalmeter)-stekkerr
6.4 / 1
De getallen op de stekker zijn tegelijkertijd de adernummers:
4: Veiligheidscircuit ingang
5: RS 485-B
6: GND
7: RS485 A
8: Veiligheidscircuit uitgang
9: 7...18V
DC
AWG (Absolute toerentalmeter) -
steekklemmen (7-12)
6.4 / 2
C: Thermo-element in aandrijving
D: Noodhandbediening
(noodzwengel of noodketting)
6.5 Controle van de installatie
Controle van de bewegingsrichting
Beweeg de deur in de richting DICHT.
De aandrijving moet de deur sluiten.
Beweeg de deur in de richting OPEN.
De aandrijving moet de deur openen.
Komt de bewegingsrichting van de deur niet overeen met
de knopcommando‘s, dan moet de draairichting worden
veranderd.
Vervolgens moet de bewegingsrichting opnieuw worden
gecontroleerd.
INFORMATIE
Het veranderen van de draairichting wordt in de bedienings-
instructies van de besturing beschreven.
Controle van de eindschakelaarinstellingen
Beweeg de deur in de eindpositie DICHT.
De aandrijving moet in de gewenste positie stoppen.
Beweeg de deur in de eindpositie OPEN.
De aandrijving moet in de gewenste positie stoppen.
Controleer of de bevestigingsschroeven goed vastzitten.
Controle van de mechanische functies
Na de montage en de installatie van alle componenten
moeten de functies van de installatie worden gecontroleerd.
Controleer alle functies van de installatie.
Controleer of de aandrijving rustig loopt.
Controleer of de aandrijving olie verliest.
Als de aandrijving ongewone geluiden maakt of olie verliest,
moet:
de aandrijving onmiddellijk buiten bedrijf worden gesteld,
de klantservice op de hoogte worden gesteld.
12 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 13
Aandrijving met noodhandketting
7 / 1
Haal de borging van de noodhandketting.
Beweeg de deur door aan de betreffende zijde van de nood-
handketting te trekken in de richting OPEN of DICHT.
Aandrijving met noodhandzwengel
7 / 2
Steek de noodhandzwengel tot aan de aanslag in de
aandrijving.
Beweeg de deur in de richting OPEN of DICHT door aan de
noodhandzwengel te draaien.
Verwijder aan het eind van de noodbediening de zwengel
weer.
7. Noodbediening
WAARSCHUWING!
Mogelk zwaar letsel als gevolg van onjuiste
bediening!
Ter voorkoming van letsel moeten de volgende punten in
acht worden genomen:
De noodbediening mag alleen vanuit een veilige positie
plaatsvinden.
De noodbediening mag alleen plaatsvinden wanneer de
motor stilstaat.
De installatie moet tijdens de noodbediening zijn
losgekoppeld van het elektriciteitsnet.
In het geval van een elektrische storing of onderhoudswerk-
zaamheden kan de deur met behulp van de noodbediening in
de richtingen DICHT en OPEN worden bewogen.
Wanneer de deur voorbij de eindposities DICHT en
OPEN wordt bewogen, kan de aandrijving niet meer
elektrisch worden bediend.
STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 13
NL
12 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 13
Montage met draaikoppelsteun
WAARSCHUWING!
Kans op ernstige verwondingen door
ongecontroleerde beweging van de deur!
Om letsel te voorkomen moet b aandrvingen met ont-
grendeling een valbeveiliging op de deur zn gemonteerd.
Zonder valbeveiliging is de deur niet conform richtln
ASRA1.7.
7 / 3
Trek aan de rode handgreep.
De deur kan met de hand worden bewogen.
Trek aan de groene handgreep.
De deur kan met de aandrijving worden bewogen.
GEVAAR!
Levensgevaar door elektrische schok!
Voor het installeren van de bekabeling koppelt u het
aandrijfsysteem steeds los van de stroomvoorziening.
Verzeker u ervan dat tijdens het installeren van de
bekabeling de stroomvoorziening onderbroken blijft.
ATTENTIE!
Mogelijke schade als gevolg van onjuist onderhoud
van de aandrijving!
Teneinde schade aan aandrijving en deur te vermijden,
moeten de volgende punten in acht worden genomen:
Onderhoud mag alleen door bevoegde personen worden
uitgevoerd.
Richtlijn ASR A1.7 moet in acht worden genomen.
Versleten of defecte onderdelen moeten worden
vervangen.
Er mogen alleen toegelaten onderdelen worden
gemonteerd.
Het onderhoud moet worden vastgelegd.
De overbrenging heeft een levenslange smering en is onder-
houdsvrij.
De holle as moet vrij van roest worden bewaard.
Controleer of alle bevestigingen goed vast zitten.
Controleer de rem (indien aanwezig).
Controleer de eind- en veiligheidsschakelaars.
Controleer op ongewone geluiden en olieverlies.
Controleer de bevestiging van de aandrijving op corrosie.
Controleer de behuizing op schade.
Vervangen defecte onderdelen moeten op juiste wijze worden
afgedankt.
8. Onderhoud
14 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3
Type (E / KU / KE):
STA 1-11-19
STAC 1-11-19
STA 1-10-24
STAC 1-10-24
STA 1-13-15
STAC 1-13-15
STA 1-12-19
STAC 1-12-19
STA 1-11-24
STAC 1-11-24
STA 1-10-30
STAC 1-10-30
Aandrijfkoppel (Nm): 110 100 130 120 110 100
Statisch houdmoment (Nm): 600 600 600 600 600 600
Krachtafnemingstoerental
(min -1):
19 24 15 19 24 30
Motorvermogen (kW): 0,37 0,37 0,55 0,55 0,55 0,55
Werkspanning (V): 230 / 400 / 3~ 230 / 400 / 3~ 230 / 400 / 3~ 230 / 400 / 3~ 230 / 400 / 3~ 230 / 400 / 3~
Netfrequentie (Hz): 50 50 50 50 50 50
Stuurspanning (V): 24 24 24 24 24 24
Nominale stroom motor (A): 3,5 / 2,0 3,5 / 2,0 3,1 / 1,8 4,1 / 2,4 4,1 / 2,4 3,5 / 2,0
Maximale schakelingen per
uur *:
20 20 20 20 20 20
Beveiliging ter plaatse (A): 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0
Veiligheidsklasse (IP): 54 54 54 54 54 54
Temperatuurbereik (°C) **: -20 / +60 -20 / +60 -20 / +60 -20 / +60 -20 / +60 -20 / +60
Continu geluidsniveau (dB (A)): < 70 < 70 < 70 < 70 < 70 < 70
Gewicht per stuk (kg): 15 15 15 15 15 15
Maximaal aantal toeren
aandrijving:
20 20 20 20 20 20
Holle as (mm): 25,4 25,4 25,4 25,4 25,4 25,4
* Een schakeling komt overeen met één openings- en sluitcyclus van de deur.
De aangegeven waarden gaan uit van een gelijkmatige verdeling.
** Temperatuurbereiken <-5 °C: soort olie en elektrische verwarming op aanvraag.
9. Technische gegevens
NL
STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 15
Type (E / KU / KE):
STA 1-13-15
HD
STA 1-12-19
HD
STA 1-11-24
HD
STA 1-10-30
HD
STAW 1-7-19
STAWC 1-7-19
Aandrijfkoppel (Nm): 130 120 110 100 70
Statisch houdmoment (Nm): 600 600 600 600 600
Krachtafnemingstoerental
(min -1):
15 19 24 30 19
Motorvermogen (kW): 0,55 0,55 0,55 0,55 0,37
Werkspanning (V): 230 / 400 / 3~ 230 / 400 / 3~ 230 / 400 / 3~ 230 / 400 / 3~ 230 / 1~
Netfrequentie (Hz): 50 50 50 50 50
Stuurspanning (V): 24 24 24 24 24
Nominale stroom motor (A): 3,1 / 1,8 3,0 / 1,7 3,0 / 1,7 3,0 / 1,7 6,2
Maximale schakelingen per
uur *:
30 30 30 30 8
Beveiliging ter plaatse (A): 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0
Veiligheidsklasse (IP): 54 54 54 54 54
Temperatuurbereik (°C) **: -20 / +60 -20 / +60 -20 / +60 -20 / +60 -20 / +60
Continu geluidsniveau (dB (A)): < 70 < 70 < 70 < 70 -
Gewicht per stuk (kg): 23 23 23 23 23
Maximaal aantal toeren
aandrijving:
20 20 20 20 20
Holle as (mm): 25,4 25,4 25,4 25,4 25,4
* Een schakeling komt overeen met één openings- en sluitcyclus van de deur.
De aangegeven waarden gaan uit van een gelijkmatige verdeling.
** Temperatuurbereiken <-5 °C: soort olie en elektrische verwarming op aanvraag.
16 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3
STA/STAW 1 KE
55
105
140
245
55
108
6.35
25.4
120
A
104
102
409
145 90
3.5
166
9 / 2
A 4x M8x16 diep, aan weerszijden
STA/STAW 1 E
55
108
55
140
245
120
A
6.35
25.4
50
104
369102
145
105
3.5
166
9 / 1
A 4x M8x16 diep, aan weerszijden
Technische gegevens
STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 17
NL
STA/STAW 1 KU
55
140
55
108
120
A
6.35
3.5
25.4
245
104
105
145
399
80
102
166
9 / 3
A 4x M8x16 diep, aan weerszijden
STA/STAW 1 E - HD
55
108
55
140
245
120
6.35
25.4
145
3.5
104
A
105
336
183
136
9 / 4
A 4x M8x16 diep, aan weerszijden
18 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3
STA/STAW 1 KE - HD
55
140
245
55
108
6.35
25.4
120
145
105
180150
A
104
191 105
438
3.5
9 / 5
A 4x M8x16 diep, aan weerszijden
STA/STAW 1 KU - HD
55
55
108
120
6.35
3.5
25.4
105
140
245
145
A
104
136
180
396
63
9 / 6
A 4x M8x16 diep, aan weerszijden
Technische gegevens
STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 19
NL
STAC/STAWC 1 KE
55
108
55
105
140
245
120
A
6.35
3.5
25.4
104
145 90
406102
166
9 / 8
A 4x M8x16 diep, aan weerszijden
STAC/STAWC 1 E
55
105
245
140
55
108
145 50
A
3.5
25.4
6.35
120
104
369102
166
9 / 7
A 4x M8x16 diep, aan weerszijden
20 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 21
20 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3
STAC/STAWC 1 KU
55
140
245
55
108
120
A
6.35
25.4
104
105
145
3.5
399
80
102
166
9 / 9
A 4x M8x16 diep, aan weerszijden
Technische gegevens
20 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 21
NL
Hierb verklaren w dat de hieronder aangegeven product
STA 1-sectionaaldeuraandrijving
aan de basiseisen van de machinerichtln (2006/42/EG)
voldoet:
De onvolledige machine voldoet verder aan alle bepalingen
van de EU-verordening voor bouwproducten nr. 305/2011, de
EG-richtln elektromagnetische compatibiliteit (2004/108/EG)
en de EG-richtln laagspanning (2006/95/EG).
De volgende normen worden toegepast:
EN 60204-1
Veiligheid van machines, elektrische uitrusting van machines;
Deel 1: Algemene eisen
EN ISO 12100
Veiligheid van machines – Algemene ontwerpbeginselen -
Risicobeoordeling en risicoreductie
DIN EN 12453
Gebruiksveiligheid van aangedreven deuren - Eisen
DIN EN 12604
Poorten – Mechanische aspecten – Eisen
DIN EN 61000-6-2
Elektromagnetische compatibiliteit (EMV) -
Deel 6-2: Algemene normen – Immuniteit voor industriële
omgevingen
DIN EN 61000-6-3
Elektromagnetische compatibiliteit (EMV) -
Deel 6-3: Algemene normen – Emissienormen voor
huishoudelke, handels- en lichtindustriële omgevingen
DIN EN 60335-1
Huishoudelke en soortgelke elektrische toestellen -
Veiligheid - Deel 1: Algemene eisen
DIN EN 60335-2-103
Huishoudelke en soortgelke elektrische toestellen -
Veiligheid - Deel 2-103: Bzondere eisen voor poorten,
deuren en ramen
10. EG-inbouwverklaring
De relevante technische documentatie is in overeenstemming
met blage VII, deel B, van de EG-machinerichtln 2006/42/EG
opgesteld. W zetten ons in om deze op verzoek binnen een
redelke termn in elektronische vorm in te dienen b de
autoriteiten voor markttoezicht.
Voor de samenstelling van de technische documentatie is
gemachtigd:
De onvolledige machine mag pas in bedrf worden genomen
als is vastgesteld dat de machine, waarin de onvolledige
machine wordt ingebouwd, voldoet aan de bepalingen van de
machinerichtln (2006/42/EG).
Plaats, datum
Handtekening fabrikant
Functie van de ondertekenaar
22 – STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3
NL
STA 1-sectionaaldeuraandrijving / Rev. C 0.3 – 23
#1700007840
#97614
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24

Marantec STA 1 de handleiding

Type
de handleiding