37
Uw risico van deze blootstellingen varieert en hangt af
van het feit hoe vaak u dit soort bewerkingen uitvoert.
Om blootstelling aan deze chemische bestanddelen te
verminderen, moeten de werkzaamheden uitgevoerd
worden in een goed geventileerde werkomgeving en
gebruikmakend van goedgekeurde veiligheidsmiddelen,
zoals stofmaskers die ontworpen zijn om microscopisch
kleine deeltjes te kunnen filteren.
Zorg omwille van een lager geluidsniveau dat het zaag-
bladaltijd scherp en schoon is.
De operator moet voldoende goed zijn opgeleid in het
gebruik, de afstelling en het onderhoud van het gereed-
schap.
Gebruik een zaagblad dat op de juiste wijze geslepen is.
Houd u aan de maximale snelheid aangegeven op het
zaagblad.
Verwijder nooit afgezaagde delen of andere delen van
het werkstuk uit het zaaggebied terwijl de machine draait
en het zaagblad nog niet in de ruststand staat.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN
Installeren van de extra plaat (Fig. 1 en 2)
Zorg ervoor dat bij het installeren van de extra plaat de
inkeping in de voet van het gereedschap gebruikt wordt
en dat de extra plaat wordt vastgezet door de zeskant-
bout aan te draaien alvorens het gereedschap te gebrui-
ken.
Installeren of verwijderen van de accu (Fig. 3)
• Schakel het gereedschap altijd uit alvorens de accu te
installeren of te verwijderen.
• Om de accu te verwijderen, neemt u deze uit het
gereedschap terwijl u de knop op de zijkant van de
accu verschuift.
• Om de accu te installeren, past u de tong op de accu in
de groef in het accuhuis en dan schuift u de accu erin.
Schuif de accu zo ver mogelijk erin, totdat deze met
een klikgeluid vergrendelt. Indien u dit niet doet, kan de
accu per ongeluk uit het gereedschap vallen en uzelf of
anderen verwonden.
• Probeer niet de accu met geweld in het accuhuis te
duwen. Indien de accu niet gemakkelijk erin gaat, bete-
kent dit dat u hem niet op de juiste wijze erin steekt.
Dopsleutel (Fig. 4)
De dopsleutel is aangebracht zoals afgebeeld in Fig. 4.
Wanneer u de dopsleutel wilt gebruiken, moet u deze uit
de sleutelhouder trekken. Breng de dopsleutel na gebruik
weer in de sleutelhouder aan.
De zaag op een werktafel monteren
(Fig. 5 en 6)
Bij de verscheping uit de fabriek, is het handvat van het
gereedschap in de omlaagpositie vastgezet door middel
van de aanslagpen. Ontgrendel de aanslagpen door het
handvat een beetje omlaag te drukken en de aanslagpen
naar buiten te trekken.
Dit gereedschap moet op een horizontaal en stabiel
oppervlak worden gemonteerd door middel van vier bou-
ten die u door de boutgaten in het voetstuk van het
gereedschap steekt. Hierdoor wordt voorkomen dat het
gereedschap omkantelt en mogelijk verwondingen ver-
oorzaakt.
Installeren of verwijderen van het zaagblad
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu ervan is verwijderd alvorens het zaagblad
te installeren of te verwijderen.
• Gebruik voor het installeren of verwijderen van het
zaagblad uitsluitend de bijgeleverde Makita dopsleutel.
Doet u dit niet, dan kan de zeskantbout te vast of te los
worden aangedraaid, hetgeen ernstige verwonding van
de gebruiker van het gereedschap of van anderen in de
nabije omgeving tot gevolg kan hebben.
Druk de aanslagpen naar binnen om het handvat in de
omhoogpositie vast te zetten. (Fig. 5)
Om het zaagblad te verwijderen, gebruik de dopsleutel
om de zeskantbout, die de middenkap op zijn plaats
houdt, naar links los te draaien. Breng de veiligheidskap
en de middenkap omhoog. (Fig. 7)
Druk de asvergrendeling in om de as te vergrendelen en
draai met de dopsleutel de zeskantbout (linkse schroef-
draad) naar rechts los. Verwijder vervolgens de zeskant-
bout, de buitenflens en het zaagblad. (Fig. 8)
Om het zaagblad te installeren, monteert u het zaagblad
voorzichtig op de as, ervoor zorgend dat de pijltjes op het
zaagblad en op de zaagbladkast in dezelfde richting wij-
zen. Monteer de buitenflens en de zeskantbout, en draai
dan met de dopsleutel de zeskantbout (linkse schroef-
draad) stevig naar links vast terwijl u daarbij de asver-
grendeling ingedrukt houdt. (Fig. 9 en 10)
LET OP:
Voor alle niet-Europese landen
De binnenflens heeft een diameter van 25 mm aan de
ene zijde, en een diameter van 25,4 mm aan de andere
zijde. De zijde met een diameter van 25,4 mm is gemar-
keerd met “25.4”. Gebruik de zijde die overeenkomt met
de asgatdiameter van het zaagblad dat u gaat gebruiken.
Indien het zaagblad aan de verkeerde zijde wordt
gemonteerd, kan gevaarlijke trilling worden veroorzaakt.
Monteer de veiligheidskap en de middenkap weer in hun
oorspronkelijke posities. Zet daarna de middenkap vast
door de zeskantbout naar rechts vast te draaien. (Fig. 11)
Trek de aanslagpen naar buiten om het handvat uit zijn
omhoogpositie te ontgrendelen. Breng het handvat
omlaag om te controleren of de veiligheidskap behoorlijk
beweegt.
Veiligheidskap (Fig. 12)
Wanneer het handvat omlaag wordt gebracht, gaat de
veiligheidskap automatisch omhoog. De veiligheidskap
keert naar haar oorspronkelijke positie terug wanneer het
zagen beëindigd is en het handvat omhoog wordt
gebracht. ZET DE VEILIGHEIDSKAP NOOIT VAST EN
VERWIJDER DEZE NOOIT. Voor uw persoonlijke veilig-
heid dient de veiligheidskap altijd in goede staat te wor-
den gehouden. Elke onregelmatige werking van de
veiligheidskap dient onmiddellijk te worden hersteld.
GEBRUIK HET GEREEDSCHAP NOOIT MET EEN
DEFECTE VEILIGHEIDSKAP. Wanneer de doorzichtige
veiligheidskap vuil is of met zaagsel is bedekt zodat u het
zaagblad en/of het werkstuk niet meer behorlijk kunt
zien, verwijder dan de accu van het gereedschap en rei-
nig de veiligheidskap zorgvuldig met een bevochtigde
doek. Gebruik geen oplosmiddelen of benzinehoudende
schoonmaakmiddelen op de plastic kap.