draadkop in een hoek van 30 graden naar rechts.
Breng de handgreep in de gewenste positie. Hou
rekening met verhoogd lichamelijk gevaar voor
gebruiker, toeschouwers en dieren alsmede met het
gevaar voor materiële schade door wegspringende
voorwerpen (b.v. stenen) (fig. 9e).
m WAARSCHUWING: verwijder met de trimmer
geen voorwerpen van voetpaden enz.! De trimmer
is een krachtig gereedschap; steentjes of andere
voorwerpen kunnen 15 m en meer worden
weggeslingerd en kunnen letsel of beschadigingen
van auto’s, huizen en vensters veroorzaken.
Zagen
Het toestel is niet geschikt om te zagen.
8. Reiniging, onderhoud, opbergen,
transport en bestellen van
wisselstukken
8.1 Vervangen van draadspoel/snijdraad
1. Draai de bevestigingsschroef (fig. 6a, pos. G)
tegen de richting van de wijzers van de klok in uit
en verwijder hem (fig. 6b). Indien dit met de hand
niet mogelijk is kan u er de sleutel (fig. 2, pos.
10) als hulpmiddel bijnemen.
2.
Verwijder de spoel (fig. 6c, pos. H) en de veer
(fig. 6c, pos. I) van de spil (fig. 6c, pos. J).
De volgende onderpunten moeten alleen worden
doorgevoerd als enkel de draad en niet de hele spil
moet worden vervangen:
n Verwijder de nog voorhanden zijnde snijdraad uit
de spoel.
n Leg een nieuwe snijdraad in het midden samen
en leg de lus in een van de spleten van de
draadverdeelplaat (fig. 6d).
n Wind de draad met de wijzers van de klok mee
met spanning op zoals getoond in de figuur (fig.
6e), waarbij de beide helften gescheiden worden
door de draadverdeelplaat. Wind de gehele
draad op telkens de laatste 15 cm maar op.
3. Maak elk draadeinde in een spleet (fig. 6f, pos.
L) telkens aan de overkant van de spoel vast.
4. Steek de veer het binnenste van de spoel in en
leid elk draadeinde doorheen een van de ogen in
de spoelhouder (fig. 6c, pos. K).
5. Schuif de spoel de spoelhouder in. Let er goed
op dat de veer over de spil glijdt en niet klem
gaat zitten.
6. Druk met een hand de spoel de spoelhouder in
en schroef met de andere hand de
bevestigingsschroef vast (fig. 6g).
7. Trek flink aan elk draadeinde zodat de draad uit
de spleten vrijkomt.
8. Snij de overtollige draad op ca. 13 cm terug.
Daardoor zal de motor bij het starten en
opwarmen minder zwaar worden belast.
8.2 Onderhoud van de luchtfilter
Als luchtfilters vervuild zijn, gaat het motorvermogen
achteruit omdat te weinig lucht naar de carburator
wordt toegevoerd.
De filter dient daarom regelmatig te worden
gecontroleerd. De luchtfilter dient om de 25
bedrijfsuren te worden gecontroleerd en, indien
nodig, schoongemaakt. Bij zeer stoffige lucht dient
de luchtfilter vaker te worden gecontroleerd.
1. Verwijder het luchtfilterdeksel (fig. 10a).
2. Ontneem het filterelement.
3. Maak het filterelement door uitkloppen of
uitblazen schoon.
4. De assemblage gebeurt in omgekeerde
volgorde.
Let op! Luchtfilter nooit met benzine of brandbare
oplosmiddelen schoonmaken. Luchtfilter met
perslucht of door uitkloppen reinigen.
8.3 Onderhoud van de bougie
Vonkafstand van de bougie = 0,6 mm. Haal de
bougie met een kracht van 12-15 Nm aan.
Controleer de bougie voor het eerst na 10
bedrijfsuren op vervuiling en reinig haar, indien
nodig, m.b.v. een koperdraadborstel. Daarna de
bougie om de 50 bedrijfsuren onderhouden.
1. Trek er de bougiestekker met een
draaiende beweging af.
2. Verwijder de bougie (fig. 11b) m.b.v. de
bijgaande
bougiesleutel.
3. De assemblage gebeurt in omgekeerde
volgorde.
8.4 Slijpen van het mes van de beschermkap
Het mes van de beschermkap (fig. 7a/pos. R) kan
mettertijd bot worden. Mocht u dit vaststellen, dan
draait u de schroef los waarmee het mes van de
beschermkap aan de beschermkap is bevestigd. Zet
het mes in een bankschroef vast. Slijp het mes met
een platte vijl en let er goed op dat u de hoek van de
snijkant niet verandert. Vijl slechts in één richting.
8.5 Carburator afstellingen
Let op! Afstellingen van de carburator mogen
slechts door de geautoriseerde klantenservice
worden uitgevoerd.
Voor alle werkzaamheden op de carburator dient
55
NL