Sony DPP-MP1 de handleiding

Categorie
Tv's
Type
de handleiding
2
NL
WAARSCHUWING
Het apparaat mag niet aan regen
of vocht worden blootgesteld om
brand of elektrische schokken te
voorkomen.
De behuizing mag niet worden
opengemaakt om brand of
elektrische schokken te
voorkomen. Laat het onderhoud
aan deskundigen over.
3
NL
Inhoud
Mogelijkheden .................... 4
Informatie vóór gebruik ..... 5
Meegeleverde accessoires .................. 5
De afdrukset ....................................... 6
Namen van onderdelen ....................... 7
Voorbereidingen voor
gebruik ................................ 9
1 Aansluiting op netvoeding ........... 9
2 Laden van de inktcartridge ........ 10
3 Laden van het afdrukpapier ....... 11
4 Het plaatsen van de “Memory
Stick” ......................................... 13
Afdrukken ......................... 14
Apparaatbeschrijving tijdens het
afdrukken .......................................... 14
Beelden met afdrukmarkering
afdrukken (afdrukken in DPOF)....... 15
Het toekennen van een
afdrukmarkering ....................... 15
Grote aantallen beelden met
afdrukmarkering afdrukken ...... 15
Het aantal kopieën wijzigen ......... 17
Rechtstreeks afdrukken .................... 18
Een beeld selecteren ..................... 18
Afdrukken..................................... 19
Afdrukinstellingen ........................ 21
PC interfacekit .................. 23
Voorbereidingen ........................... 23
Afdrukken..................................... 24
Overigen............................ 25
Voorzorgsmaatregelen...................... 25
Voorzorgsmaatregelen voor de opslag
van inktcartridges ............................. 26
Voorzorgsmaatregelen voor de opslag
van papier ......................................... 26
“Memory Stick” ............................... 27
Beeldbestanden en bestandsnamen .. 28
Problemen oplossen.......................... 29
Garantie en onderhoud ..................... 33
Specificaties...................................... 34
NL
4
NL
Met de Digital Photo Printer of DPP-
MP1 kunnen op heel eenvoudige wijze
mooie afdrukken worden gemaakt van
digitale beelden die op een Memory
Stick zijn opgeslagen, bijvoorbeeld
met een Sony CyberShot camera of
Handycam camcorder.
Eenvoudig afdrukken van
beelden met afdrukmarkering
Beelden waar een afdrukmarkering aan
is toegekend met een Sony CyberShot
digitale camera of een Handycam
camcorder, kunnen automatisch worden
afgedrukt (afdrukken in DPOF
1)
). Zie
pagina 34 voor meer informatie over
compatibele bestandsindelingen.
1)
DPOF = Digital Print Order Format
Rechtstreeks afdrukken
Niet-bewegende beelden die met een
Sony CyberShot digitale camera of
Handycam camcorder zijn opgenomen
en zijn opgeslagen op een Memory
Stick, kunnen rechtstreeks op de DPP-
MP1 worden afgedrukt.
Licht en compact
De DPP-MP1 is een lichte, compacte
printer met een grootte van ongeveer 66
× 39 × 111 mm en een gewicht van
ongeveer 260 gram. Het apparaat kan
gemakkelijk worden meegenomen en
elders worden gebruikt.
Afdrukken van fotokwaliteit
Met de thermische
inktsublimatietechniek worden
afdrukken van topkwaliteit
geproduceerd die de kwaliteit van echte
foto's evenaren.
Veelzijdige afdrukfuncties
Met de DPP-MP1 kunt u
beeldeigenschappen aanpassen
(scherpte/helderheid), de datum op
afdrukken beheren, beelden meerdere
keren afdrukken (2/4/8 exemplaren van
hetzelfde beeld op één vel) en allerlei
andere functies uitvoeren.
Beelden afdrukken die op de
PC zijn opgeslagen met behulp
van de USB-aansluiting
Met de meegeleverde PC interface kunt
u digitale beelden afdrukken die op een
computer zijn opgeslagen.
Werkt op batterij (optioneel)
Met de apart verkrijgbare batterij kunt
u ook beelden afdrukken wanneer er
geen stopcontact in de buurt is.
Mogelijkheden
5
NL
Informatie vóór gebruik
Informatie vóór gebruik
Kleurenafdrukset van kaartformaat
(SVM-24CS)
Klemfilter (3)
PC interface
USB-kabel
cd-rom
Draagtas (1)
Gebruikshandleiding (1)
Eigendomsregistratiekaart (1)
Garantiebewijs (1)
Licentieovereenkomst voor
eindgebruikers van Sony Software (1)
Meegeleverde
accessoires
Nadat u het apparaat uit de verpakking
heeft gehaald dient u te controleren of u
de volgende accessoires heeft
ontvangen:
AC-adapter
Voedingskabel
V.S. en Canada
Europa
Papierlade
6
NL
De afdrukset
Om met dit apparaat te kunnen
afdrukken heeft u de juiste afdrukset
nodig.
Afdrukset Toepassing
SVM-24CS 2 × 12 vellen fotopapier /
inktcartridge voor 24
afdrukken
Opmerkingen
Gebruik uitsluitend de speciaal voor dit
apparaat bestemde afdruksets.
Afdrukpapier en inktcartridges mogen niet
worden hergebruikt. Hergebruik kan in
papierstoringen of defecten resulteren.
7
NL
Informatie v
óór gebruik
vervolg op de volgende bladzijde
Namen van onderdelen
Voor gedetailleerde informatie wordt u verwezen naar de pagina's die tussen haakjes
staan vermeld.
1
432
6 7 8 9
0
5
qaqsqd
1Aan/uit-schakelaar (pagina's 15,
19)
2Papierlade
3Klep voor papierlade (pagina 12)
4Ventilatieopeningen
5Display-scherm (pagina 8)
6SELECT (-/+) knoppen
7Knop ENTER/OPTION
8Knop DPOF (pagina 16)
9Knop PRINT/STOP (pagina's 16,
20)
0Sleuf voor Memory Stick (pagina
13)
qaKlep voor inktcartridge (pagina
10)
qsVergrendeling van inktcartridge-
klep (pagina 10)
qdUSB-poort
8
NL
qf qh
qg
qfGleuf voor papieruitvoer
qg12V gelijkstroomingang (pagina
9)
qhDekplaat voor batterijhouder
Display-scherm
SHARP BRIGHT DATE FIT
MULTI
248
USB
TIFF DPOF
1
7890
2334 6
5
1Indicator van batterijstatus
2Weergave van afdrukinstellingen
(pagina 22)
3Indicator van USB-
kabelaansluiting
4DPOF-indicator (pagina 16)
5ERROR-indicator (pagina 30)
6MS ACCESS-indicator (pagina
13)
7Weergave van mapnummer
(pagina's 16, 19)
8Weergave van bestandsnummer
(pagina's 16, 19)
9TIFF-bestand indicator (pagina
20)
0Weergave van aantal afdrukken
(pagina's 16, 19)
9
NL
Voorbereidingen voor gebruik
Voorbereidingen voor gebruik
1 Aansluiting op netvoeding
Voedingskabel
Stopcontact
1
2
1 Sluit de AC-adapter aan op
de 12V gelijkstroomingang op
de DPP-MP1.
2 Sluit de voedingskabel aan
op de AC-adapter en op het
stopcontact.
Automatische uitschakeling
Het apparaat schakelt zichzelf
automatisch uit als het ongeveer 3
minuten niet in gebruik is geweest
(automatische uitschakeling). De
automatische uitschakeling is niet
beschikbaar als het apparaat met een
USB-kabel op een PC is aangesloten.
Batterij (optioneel)
De apart verkrijgbare batterij
(MPA-BT1A) kan worden gebruikt
om het apparaat van voeding te
voorzien.
Instructies voor het plaatsen van de
batterij in het apparaat is te vinden in
de batterijhandleiding.
MPA-BT1A DPP-MP1
2
AC-adapter
10
NL
2 Laden van de
inktcartridge
De inktcartridge is onderdeel van de
afdrukset (pagina 6). De cartridge dient
volgens de onderstaande afbeeldingen
in het apparaat te worden geplaatst.
1 Schuif de vergrendeling 1
van het klepje omlaag om het
klepje voor de inktcartridge
2 te openen.
1
2
2 Verwijder de lintspoelhouder
van de inktcartridge.
3 Duw de inktcartridge in het
apparaat tot u hem in zijn
plaats hoort klikken. Sluit
vervolgens het inktcartridge-
klepje.
Vervangen van de inktcartridge
Als de inktcartridge leeg is, knippert de
indicator “RIBON” in de display.
1 Open het inktcartridge-klepje
volgens de hierboven
beschreven stap 1.
2 Neem het grijpertje op de
cartridge en trek de gebruikte
cartridge naar buiten. Plaats
vervolgens de nieuwe
cartridge in het apparaat.
Spoelhouder
Grijpertje
Display
Grijpertje
11
NL
Voorbereidingen voor gebruik
vervolg op de volgende bladzijde
Wanneer het plaatsen van de
inktcartridge niet soepel
verloopt
Neem de cartridge helemaal uit het
apparaat en plaats hem er opnieuw in.
Als de cartridge niet soepel in het
apparaat kan worden geplaatst omdat
het lint te slap is, kunt u het spoeltje
van de cartridge in de richting van de
pijl draaien om het lint strakker te
draaien.
Let op
Het binnenwerk van het apparaat kan heet
zijn. Steek daarom nooit uw vingers of
andere objecten in de gleuf voor de
inktcartridge.
3
Laden van het
afdrukpapier
Het afdrukpapier is onderdeel van de
afdrukset (pagina 6).
Het papier dient volgens de
onderstaande afbeeldingen in het
apparaat te worden geplaatst.
1 Open het deksel van de
papierlade.
2 Plaats het afdrukpapier in de
lade.
Zorg dat het papier netjes is
gestapeld en plaats het in de lade
samen met het beschermende vel
dat met de goede kant naar boven
moet liggen.
U kunt maximaal 12 vellen
afdrukpapier (1 set) per keer
laden.
Opmerking
Het papier mag voordat u gaat
afdrukken niet langs de perforatielijnen
worden afgescheurd.
deksel van
papierlade
Beschermende vel
12
NL
3 Sluit het deksel van de
papierlade.
Opmerking
Als het afdrukpapier niet correct is
geladen, kan het deksel van de
papierlade niet worden gesloten. Let
erop dat het deksel van de papierlade
volledig gesloten is.
4 Neem het beschermende vel
uit de lade.
5 Trek het klepje voor de
papierlade open en plaats de
papierlade in het apparaat.
Duw de papierlade zover mogelijk
in het apparaat tot u hem in zijn
plaats hoort klikken.
Wanneer het afdrukken is
voltooid
Verwijder de papierlade uit het
apparaat en sluit het klepje voor de
papierlade.
Opmerkingen
De afdrukset bevat een inktcartridge voor
24 afdrukken en 2 ×12 vellen afdrukpapier.
Laad de printer met de helft van het aantal
vellen in de afdrukset.
Er mogen nooit meer dan 12 vellen
afdrukpapier in de papierlade worden
geladen. Gebruik ook nooit verschillende
papiertypen tegelijk. Dit kan namelijk
papierstoringen veroorzaken.
Het afdrukpapier mag niet beschreven of
bedrukt worden voordat het in het apparaat
wordt geplaatst. Als u na het afdrukken op
de bedrukte zijde van het papier wilt
schrijven, dient u hiervoor een markerpen
te gebruiken. Een tweede afdruk over de
eerste afdruk heen is niet mogelijk.
Er mogen geen labels, etiketten of stickers
e.d. op het afdrukpapier worden geplakt
voordat u gaat afdrukken.
De papierzijde die u wilt gaan bedrukken
(d.w.z. de zijde waar niets op is afgedrukt)
mag niet worden aangeraakt.
Vingerafdrukken en stof op het
afdrukpapier of op het lint kunnen de
afdrukkwaliteit aantasten.
Gebruik uitsluitend het voor dit apparaat
bestemde afdrukpapier. Zo voorkomt u dat
het apparaat defect raakt.
Het afdrukpapier mag niet gevouwen of
gekreukeld zijn. Zo voorkomt u dat het
apparaat defect raakt.
13
NL
Voorbereidingen voor gebruik
4
Het plaatsen
van de “Memory
Stick”
De Memory Stick dient volgens de
onderstaande afbeeldingen in het
apparaat te worden geplaatst.
Let erop dat u de Memory Stick
helemaal in het apparaat steekt tot u
hem in zijn plaats hoort klikken.
Het verwijderen van de
Memory Stick
1 Controleer of de MS
ACCESS-indicator uit is. Duw
vervolgens de “Memory Stick”
helemaal in het apparaat.
Zodra u de Memory Stick
loslaat zal deze een klein stukje
terug naar buiten schieten.
2 Neem de Memory Stick uit
het apparaat.
Opmerkingen
Als de Memory Stick in gebruik is, is de
MS ACCESS-indicator verlicht. De
Memory Stick mag niet uit het apparaat
worden genomen zolang deze indicator
brandt. Doet u dit wel dan kan het apparaat
en/of de Memory Stick worden
beschadigd.
Het plaatsen of uitnemen van de Memory
Stick mag niet worden geforceerd. Doet u
dit wel dan kan het apparaat en/of de
Memory Stick worden beschadigd.
Als het apparaat bezig is met afdrukken
mag de Memory Stick niet uit het
apparaat worden verwijderd. Doet u dit
wel dan kan het apparaat en/of de
Memory Stick worden beschadigd.
De maximum capaciteit van de Memory
Stick waarmee dit apparaat compatibel is,
is 128 MB.
Voor meer informatie en
voorzorgsmaatregelen voor gebruik van de
Memory Stick wordt u verwezen naar
het hoofdstuk Memory Stick op pagina
27.
MS ACCESS-indicator
Memory Stick
MS ACCESS-indicator
De kant met het
ingesneden gedeelte
moet naar links wijzen en
het pijltje moet zich links
bovenop bevinden.
14
NL
Afdrukken
Apparaatbeschrijving
tijdens het
afdrukken
Afdrukpapier wordt heen en
weer bewogen
Tijdens het afdrukken beweegt het
afdrukpapier vier keer heen en weer
tussen de papieruitvoergleuf en de
bovenkant van de papierlade. Wanneer
het afdrukken is voltooid, komt het
papier via de papieruitvoergleuf naar
buiten.
Opmerkingen
Het apparaat dient op een platte, vlakke
ondergrond te worden geplaatst. Wanneer
het apparaat scheef of tegen een muur
staat, kunnen papierstoringen voorkomen.
Voordat u gaat afdrukken, dient u te
controleren dat de papieruitvoer niet wordt
belemmerd door eventuele obstakels aan
de achterkant van het apparaat. Er moet
een ruimte van minstens 12 cm worden
opengelaten.
Zet geen objecten bovenop de papierlade.
Tijdens het afdrukken mag het papier niet
worden aangeraakt of uit het apparaat
worden getrokken.
Tijdens het afdrukken mag de papierlade
niet uit het apparaat worden genomen.
Tijdens het afdrukken mag de klep van de
inktcartridge niet worden geopend en mag
de inktcartridge niet uit het apparaat
worden verwijderd.
Tijdens het afdrukken mag het apparaat
nooit worden verplaatst of uitgeschakeld.
Doet u dit wel dan kunnen papierstoringen
worden veroorzaakt of kan het apparaat
worden beschadigd. Wanneer de voeding
tijdens het afdrukken wordt onderbroken,
schakelt u het apparaat weer in en herhaalt
u de procedure.
Afdrukpapier
Klep voor
inktcartridge
15
NL
vervolg op de volgende bladzijde
Afdrukken
Beelden met
afdrukmarkering
afdrukken
(afdrukken in DPOF)
Dit apparaat ondersteunt DPOF (Digital
Print Order Format), waarmee grote
aantallen beelden kunnen worden
afgedrukt die zijn opgeslagen op een
Memory Stick en waar een
afdrukmarkering aan is toegekend,
bijvoorbeeld met een Sony CyberShot
digitale camera of Handycam
camcorder.
Het toekennen van een
afdrukmarkering
1 Plaats de Memory Stick in
de the Sony CyberShot
digitale camera of Handycam
camcorder.
2 Selecteer het beeld dat u wilt
afdrukken.
3 Ken een afdrukmarkering toe
volgens de stappen in de
handleiding van de camera of
camcorder. Deze informatie
is te vinden in de
hoofdstukken Beelden
selecteren voor afdrukken of
Afdrukmarkeringen
toekennen, enz.
4 Controleer of er een
afdrukmarkering (
) met
het beeld wordt weergegeven
op de LCD-display van de
Sony CyberShot digitale
camera of Handycam
camcorder.
Grote aantallen beelden
met afdrukmarkering
afdrukken
1 Duw de aan/uit-schakelaar
omlaag en schuif deze naar
rechts om het apparaat in te
schakelen.
Allereerst knippert de indicator
SETUP in de display, en
vervolgens de indicator
READY.
Duwen
1352
16
NL
Opmerking
De inktcartridge mag niet in of uit het
apparaat worden geplaatst of genomen
zolang de indicator SETUP in de
display knippert.
2 Plaats de Memory Stick in
het apparaat.
Het hoogste bestandsnummer voor
een beeld met afdrukmarkering
wordt weergegeven.
Het mapnummer wordt niet
weergegeven indien de Memory
Stick slechts één map heeft.
3 Druk op de knop DPOF.
Het apparaat schakelt over op de
modus DPOF en de indicator
DPOF verschijnt in de display.
Het opgegeven totale aantal
afdrukken verschijnt ongeveer 1
seconde in de display.
Het mapnummer,
bestandsnummer en aantal
kopieën van het eerste beeld met
een afdrukmarkering verschijnt in
de display.
Er wordt geen mapnummer
weergegeven indien er slechts één
map beschikbaar is.
DPOF
Op dit punt kunt u de SELECT (/
+) knoppen gebruiken om de
mapnummers, bestandsnummers
en het aantal kopieën voor de
beelden met een afdrukmarkering
te controleren.
4 Selecteer de gewenste
afdrukinstellingen.
U kunt instellingen selecteren voor
afdrukkwaliteit, afdrukformaat,
enz. Zie Afdrukinstellingen op
pagina 21 voor meer informatie.
5 Druk op de knop PRINT/
STOP om het afdrukken te
starten.
Tijdens het afdrukken wordt de
indicator PRINT in de display
weergegeven.
6 Verwijder het afgedrukte
papier.
Wanneer u meerdere afdrukken
heeft opgegeven, kunt u de
afdrukken een voor een
verwijderen nadat ze zijn voltooid.
7 Vouw de uiteinden van het
papier om en scheur langs de
perforatielijnen af.
(Mapnummer)
Bestandsnummer
Aantal
kopieën
17
NL
vervolg op de volgende bladzijde
Afdrukken
Uitschakelen van het apparaat
Duw de aan/uit-schakelaar omlaag
en schuif deze naar links tot de
indicators in de display verdwijnen.
Ook al gebruikt u de aan/uit-
schakelaar niet, dan zal het apparaat
zichzelf na 3 minuten vanzelf
uitschakelen (automatische
uitschakeling).
Een opdracht annuleren tijdens
het afdrukken
Wanneer u een aantal afdrukken heeft
opgegeven, maar u wilt de opdracht
annuleren voordat deze is voltooid,
drukt u op de knop PRINT/STOP. De
indicator WAIT verschijnt in de
display en het afdrukken wordt gestaakt
na voltooiing van de huidige afdruk.
Wanneer papier of inkt op is
tijdens het afdrukken
Als het apparaat tijdens het afdrukken
geen papier meer heeft, knippert de
indicator PAPER in de display. Als
het lint van de inktcartridge op is,
knippert de indicator RIBON in de
display.
Om met de huidige opdracht verder te
gaan, dient u nieuw afdrukpapier of een
nieuwe inktcartridge te laden zonder
hierbij het apparaat uit te schakelen.
Druk op de knop PRINT/STOP om het
afdrukken te hervatten.
Uitschakelen van de modus
DPOF
Druk nogmaals op de knop DPOF om
de modus DPOF na het afdrukken uit te
schakelen. De indicator DPOF
verdwijnt uit de display en de
standaarddisplay wordt weergegeven.
Het aantal kopieën
wijzigen
Het aantal kopieën voor een beeld met
een afdrukmarkering die met een
digitale camera is toegekend, kan op de
DPP-MP1 worden gewijzigd. Om dit te
doen, voert u de hieronder beschreven
stappen uit na stap 3 in het hoofdstuk
Grote aantallen beelden met
afdrukmarkering afdrukken (pagina
15). Het apparaat moet zich in de
modus DPOF bevinden (DPOF moet
verschijnen in de display).
1 Selecteer het beeld met
afdrukmarkering waarvoor u
de wijziging wilt aanbrengen.
Gebruik de SELECT (/+)
knoppen om het bestandsnummer
van het gewenste beeld op te
roepen. Druk vervolgens op de
knop ENTER. De indicator voor
het aantal kopieën gaat knipperen
zodat het gewijzigd kan worden.
DPOF
2 Wijzig het aantal kopieën.
Stel het aantal in met behulp van
de SELECT (/+) knoppen.
3 Druk op de knop ENTER.
Het nieuwe aantal kopieën is nu
ingesteld.
18
NL
4 Herhaal desgewenst de
stappen 1 t/m 3.
Voer de stappen 1 t/m 3 uit voor
alle beelden waarvoor u het aantal
kopieën wilt wijzigen.
Opmerking
Deze wijziging wordt niet opgeslagen op de
Memory Stick.
Rechtstreeks
afdrukken
Beelden die op de Memory Stick zijn
opgeslagen kunnen op de DPP-MP1
worden geselecteerd om te worden
afgedrukt.
Een beeld selecteren
1 Plaats de Memory Stick in
de Sony CyberShot digitale
camera of Handycam
camcorder.
2 Controleer het mapnummer
en het bestandsnummer van
het beeld dat u wilt afdrukken
op de LCD-display van de
Sony CyberShot digitale
camera of Handycam
camcorder.
Voorbeeld van CyberShot
10:30
PM
2001 7 4100-0028
6
/
8
640
Voorbeeld van Handycam
Zie pagina 30 voor meer informatie
over map- en bestandsnummers.
Mapnummer
Bestandsnummer
Bestandsnummer
Mapnummer
19
NL
vervolg op de volgende bladzijde
Afdrukken
Afdrukken
1 Duw de aan/uit-schakelaar
omlaag en schuif deze naar
rechts om het apparaat in te
schakelen.
De indicator SETUP knippert in
de display, en vervolgens de
indicator READY.
Opmerking
De inktcartridge mag niet in of uit het
apparaat worden geplaatst of genomen
zolang de indicator SETUP in de
display knippert.
1
4, 5
7
2
3, 4, 5
Duwen
2 Plaats de Memory Stick in
de DPP-MP1.
Het bestand met het hoogste
nummer wordt weergegeven.
Als de gebruikte Memory Stick
slechts één map heeft, wordt het
mapnummer niet weergegeven.
3 Gebruik de SELECT (/+)
knoppen.
Indien er geen mapnummer
wordt weergegeven, knippert
het bestandsnummer.
Indien er een mapnummer
wordt weergegeven, knippert
het mapnummer.
Druk herhaaldelijk op de
SELECT (/+) knoppen om het
mapnummer te selecteren.
Vervolgens drukt u op de knop
ENTER. Het bestandsnummer
knippert.
4 Druk herhaaldelijk op de
SELECT (/+) knoppen om
het bestandsnummer van het
beeld te selecteren.
Vervolgens drukt u op de
knop ENTER. Het aantal
kopieën knippert.
(mapnummer)
Bestandsnummer
Aantal kopieën
20
NL
5 Druk herhaaldelijk op de
SELECT (/+) knoppen om
het aantal kopieën in te
stellen. Vervolgens drukt u op
de knop ENTER.
De display stopt met knipperen
en blijft verlicht.
Wanneer u nieuwe beelden wilt
selecteren om af te drukken,
herhaalt u deze procedure vanaf
de stap waar u het mapnummer
selecteerde.
6
Stel de gewenste
afdrukinstellingen in.
U kunt instellingen voor
beeldkwaliteit, afdrukformaat,
enz. selecteren. Zie
Afdrukinstellingen op pagina 21
voor meer informatie.
7 Druk op de knop PRINT/
STOP om het afdrukken te
starten.
Tijdens het afdrukken wordt de
indicator PRINT in de display
weergegeven.
8 Neem de afdruk weg van het
apparaat.
Wanneer u meerdere afdrukken
heeft opgegeven, kunt u ze één
voor één wegnemen zodra ze zijn
voltooid.
9 Vouw de uiteinden van het
papier om en scheur langs de
perforatielijnen af.
Uitschakelen van het apparaat
Duw de aan/uit-schakelaar omlaag
en schuif deze naar links tot de
indicators in de display verdwijnen.
Ook al gebruikt u de aan/uit-
schakelaar niet, dan zal het apparaat
zichzelf na 3 minuten vanzelf
uitschakelen (automatische
uitschakeling).
Een opdracht annuleren tijdens
het afdrukken
Wanneer u een aantal afdrukken heeft
opgegeven, maar u wilt de opdracht
annuleren voordat deze is voltooid,
drukt u op de knop PRINT/STOP. De
indicator WAIT verschijnt in de
display en het afdrukken wordt gestaakt
na voltooiing van de huidige afdruk.
Beelden in TIFF-formaat (niet-
gecomprimeerd) afdrukken
Indien het beeld dat bij stap 5
hierboven was opgegeven de
bestandsindeling TIFF heeft, wordt de
indicator TIFF in de display
weergegeven.
21
NL
vervolg op de volgende bladzijde
Afdrukken
Wanneer papier of inkt op is
tijdens het afdrukken
Als het apparaat tijdens het afdrukken
geen papier meer heeft, knippert de
indicator PAPER in de display. Als
het lint van de inktcartridge op is,
knippert de indicator RIBON in de
display.
Om met de huidige opdracht verder te
kunnen gaan, dient u nieuw
afdrukpapier of een nieuwe
inktcartridge te laden zonder hierbij het
apparaat uit te schakelen. Druk op de
knop PRINT/STOP om het afdrukken
te hervatten.
Afdrukinstellingen
U kunt verschillende instellingen
selecteren voordat u een beeld afdrukt.
1 Houd de knop ENTER ten
minste 2 seconden ingedrukt.
De modus voor afdrukinstellingen
wordt geactiveerd, en de indicator
SHARP knippert in de display.
2 Druk herhaaldelijk op de
SELECT (/+) knoppen tot de
gewenste instelling in de
display knippert.
Door op SELECT (+) te
drukken, verschijnen steeds een
aantal beschikbare opties in de
volgorde SHARP t
BRIGHT t DATE t
FIT t MULTI t
SHARP enz.
Door op SELECT () te
drukken, verschijnen deze
opties in omgekeerde volgorde.
De beschikbare instellingen
worden besproken in de tabel
Opties voor afdrukinstellingen
aan het einde van dit gedeelte.
3 Druk op de knop ENTER.
De geselecteerde instelling voor
de knipperende optie wordt
weergegeven.
4 De instelling kan worden
gewijzigd met de SELECT (/
+) knoppen.
Als bijvoorbeeld de optie DATE
knippert, wisselt u elke keer dat u
op de SELECT (/+) knop drukt
tussen ON (datum wordt
afgedrukt) en OFF (datum wordt
niet afgedrukt).
5 Druk op de knop ENTER.
De modus voor
afdrukinstellingen wordt
beëindigd en het apparaat keert
terug in de standaardmodus
(gereed voor afdrukken).
De huidige afdrukinstelling
verschijnt ter controle in de
display.
DATE
Een andere instelling wijzigen
Herhaal dezelfde procedure vanaf stap
1.
22
NL
Opties voor afdrukinstellingen
De volgende afdrukinstellingen zijn mogelijk. (x geeft de standaardinstelling aan.)
Beschikbare optie Beschrijving van optie
SHARP (scherpte) ON Beelden worden scherper afgedrukt.
x OFF Het beeld wordt zonder wijzigingen afgedrukt.
BRIGHT (helderheid) ON Het beeld wordt helderder afgedrukt.
x OFF Het beeld wordt zonder wijzigingen afgedrukt.
DATE ON Het beeld wordt met een datum afgedrukt. De
datum die wordt afgedrukt is de datum waarop
het beeldbestand was opgeslagen.
Opmerking
Wanneer u een datum heeft toegevoegd met de
Sony CyberShot digitale camera of Handycam
camcorder, dan wordt de datum twee keer
afgedrukt.
x OFF Het beeld wordt zonder datum afgedrukt.
Opmerking
Datums die met de Sony CyberShot digitale
camera of Handycam camcorder zijn
toegevoegd kunnen buiten het afdrukbereik
vallen en daarom soms ten dele worden
afgedrukt.
FIT ON Het formaat van het beeld wordt aangepast
zodat het op het papier past en niet slechts ten
dele wordt afgedrukt. (Rondom het beeld is een
rand zichtbaar.)
x OFF Het beeld wordt zonder wijzigingen binnen het
maximum afdrukbereik afgedrukt. Afhankelijk
van de formaatverhouding van het beeld,
kunnen sommige beelden worden afgesneden
(boven-/onderzijde of linker-/rechterzijde).
(Rondom het beeld is geen rand zichtbaar.)
MULTI ON Er worden meerdere exemplaren van hetzelfde
beeld op één vel afgedrukt. U kunt deze optie
instellen op 2, 4 of 8 exemplaren per vel.
x OFF De optie meerdere exemplaren op één vel is
niet geactiveerd.
23
NL
vervolg op de volgende bladzijde
PC interfacekit
Met de PC interface kunt u beelden
vanaf uw computer afdrukken op de
DPP-MP1. De PC interface voor de
DPP-MP1 bestaat uit een USB-kabel en
cd-rom.
Computerconfiguratie
De DPP-MP1 kan worden gebruikt met
computers waarop de volgende
besturingssystemen zijn geïnstalleerd:
Windows 2000/ME/98/98SE
Mac OS 8.6/9.0/9.1
Voorbereidingen
Installeer de printerdriver.
Om vanaf uw computer af te drukken,
dient u de printerdriver voor de DPP-
MP1 op uw computer te installeren
vanaf de cd-rom digital photo printer
for DPP-MP1.
Voor het installeren van de
printerdriver wordt u verwezen naar de
Installatiegids.
De Installatiegids is een PDF-bestand
op de cd-rom digital photo printer for
DPP-MP1. Dubbelklik op het bestand
Driver(English).pdf in de map
Document - Dutch die
overeenkomt met uw
besturingssysteem.
Opmerking
Om de Installatiegids te kunnen lezen, dient
het programma Adobe Acrobat Reader op
uw computer te zijn geïnstalleerd. Als dit
programma niet op uw computer is
geïnstalleerd, kunt u het vanaf de cd-rom
digital photo printer for DPP-MP1
installeren. Voor Windows-computers
dubbelklikt u op het bestand ar500eng.exe in
de map Acrobat - Dutch. Voor
Macintosh-computers dubbelklikt u op de
Acrobat Reader Installer om het programma
te installeren.
PC interfacekit
Aansluiting op uw computer.
1 Sluit de DPP-MP1 aan op uw
computer met behulp van de
meegeleverde USB-kabel.
2
Sluit de AC-adapter aan op de
DPP-MP1 en schakel het
apparaat in met behulp van de
aan/uit-schakelaar.
Opmerkingen
Voor aansluitingen met de USB-kabel
bevelen wij het gebruik van de AC-adapter
aan met de DPP-MP1.
Wanneer de USB-kabel wordt gebruikt, is
de automatische uitschakelingsfunctie van
de DPP-MP1 niet beschikbaar.
De werking van de DPP-MP1 kan niet
worden gegarandeerd als er sprake is van
aansluiting via een USB-hub. Sommige
USB-apparaten kunnen de werking van de
DPP-MP1 aantasten wanneer ze
gelijktijdig worden gebruikt.
Wanneer de standby-functie
(energiebeheerschema) van de computer
actief is, kan het voorkomen dat de
communicatie tussen de DPP-MP1 en de
computer niet wordt hervat op het moment
dat de computer weer in gebruik wordt
genomen.
Wanneer er sprake is van een USB-
aansluiting met de computer terwijl er
rechtstreeks vanaf een Memory Stick
wordt afgedrukt, zal de computer de DPP-
MP1 pas weer herkennen nadat het
afdrukken is voltooid.
USB-kabel
Computer
Naar USB-
terminal
Naar USB-terminal
(mini-B)
24
NL
Afdrukken
De DPP-MP1 wordt niet geleverd met
een programma voor beeldverwerking.
U dient een
beeldverwerkingsprogramma apart aan
te schaffen om vanaf de computer op
de DPP-MP1 af te drukken.
1 Selecteer op de computer de
DPP-MP1 als de
uitvoerbestemming.
2 Geef de gewenste
afdrukinstellingen op.
Als de DPP-MP1 is aangesloten
met een USB-kabel, worden
afdrukinstellingen via de computer
opgegeven. Voor
afdrukinstellingen wordt u
verwezen naar de Installatiegids
op de cd-rom digital photo
printer for DPP-MP1.
3
Geef de opdracht tot afdrukken
op via het
beeldverwerkingsprogramma.
Opmerking
Wanneer de DPP-MP1 met een USB-kabel
is aangesloten, zijn alle knoppen
uitgeschakeld met uitzondering van de aan/
uit-schakelaar. Wanneer de DPP-MP1 wordt
gebruikt om beelden rechtstreeks vanaf de
Memory Stick af te drukken, dient u ervoor
te zorgen dat de USB-kabel is losgekoppeld.
25
NL
vervolg op de volgende bladzijde
Overigen
Voorzorgsmaatregelen
Voor de veiligheid
Gebruik de printer uitsluitend met
12V gelijkstroom.
Zorg ervoor dat er geen zware
objecten op de voedingskabel rusten
en voorkom beschadiging van de
voedingskabel. Gebruik de printer
nooit indien de voedingskabel is
beschadigd.
Mocht er een zwaar object of
vloeistof in de behuizing
terechtkomen, koppel dan de printer
los en laat hem door deskundigen
controleren voordat u het apparaat
weer in gebruik neemt.
Demonteer de printer nooit.
Trek altijd de voedingskabel uit het
stopcontact door aan de stekker te
trekken. Trek nooit aan de
voedingskabel zelf.
Als u de printer gedurende lange tijd
niet gebruikt, dient u de stekker uit
het stopcontact te halen.
Behandel de printer altijd met zorg.
Haal voor het schoonmaken en het
onderhoud van de printer altijd eerst
de stekker uit het stopcontact om het
risico op elektrische schokken te
verminderen.
Voor de installatie
Voorkom dat de printer op een
locatie wordt geplaatst waar de
volgende omstandigheden heersen:
trillingen
hoge vochtigheid
overmatig stof
direct zonlicht
extreem hoge of lage temperaturen
Voorkom het gebruik van elektrische
apparaten in de buurt van de printer.
De werking van de printer wordt in
elektromagnetische velden aangetast.
De printer is ontworpen voor
horizontaal gebruik. De printer mag
nooit in gekantelde positie worden
gebruikt.
Plaats geen zware objecten op de
printer.
Laat genoeg ruimte rondom de
printer vrij zodat de
ventilatieopeningen niet zijn
afgesloten. Bij belemmering van de
openingen kan het binnenwerk van
het apparaat verhit raken.
Voor condensatie
Als de printer direct van een koude
locatie naar een warme locatie wordt
verhuisd of in een extreem warme of
vochtige ruimte wordt geplaatst, kan
zich condensatie gaan vormen in het
binnenwerk van het apparaat. In dat
geval werkt de printer waarschijnlijk
niet correct en kan zelfs een storing
optreden als u de printer blijft
gebruiken. Wanneer er sprake is van
condensatie, schakelt u het apparaat uit
en laat u de printer voor ten minste een
uur ongebruikt.
Overigen
26
NL
Voor het schoonmaken
Gebruik een zachte, droge doek of een
zachte, licht vochtige doek met een
mild reinigingsmiddel om de
behuizing, de display en de knoppen te
reinigen. Gebruik om beschadigingen
van de afwerking te voorkomen nooit
alcohol, een verdunningsmiddel of een
ander oplosmiddel.
Voor beperkingen wat betreft
kopiëren
Als u kopieën maakt van documenten,
dient u de volgende regels in acht te
nemen:
Het kopiëren van bankbiljetten,
munten, aandelen en obligaties is in
strijd met de wet.
Het kopiëren van blanco certificaten,
licenties, paspoorten,
eigendomsbewijzen of ongebruikte
postzegels is ook in strijd met de
wet.
Tv-programma's, films,
videobanden, portretten van derden
of andere materialen kunnen
auteursrechtelijk zijn beschermd.
Onbevoegde videoreproductie van
deze materialen kan in strijd zijn met
de bepalingen van de auteurswet.
Voorzorgsmaatregelen
voor de opslag van
inktcartridges
Vermijd blootstelling aan hoge
temperaturen, vochtige
omstandigheden, overmatig stof en
direct zonlicht.
Wanneer u een gedeeltelijk gebruikte
inktcartridge uit het apparaat neemt
voor langdurige opslag, dient u de
inktcartridge in de originele
verpakking of andere geschikte
verpakking te bewaren.
Voorzorgsmaatregelen
voor de opslag van
papier
Vermijd blootstelling aan hoge
temperaturen, vochtige
omstandigheden, overmatig stof en
direct zonlicht.
Leg twee vellen papier nooit met de
afdrukzijde op elkaar. Vermijd
langdurig contact van de afdrukzijde
met PVC, vlakgom of andere
artikelen met plasticeermiddel. Dit
kan namelijk het papier doen
verkleuren of vervagen.
Wanneer u gedeeltelijk gebruikt
afdrukpapier uit het apparaat haalt
voor langdurige opslag, dient u het
papier in de originele verpakking of
andere geschikte verpakking te
bewaren.
27
NL
Overigen
Memory Stick
De Memory Stick is een licht,
compact, IC-gestuurd medium met een
grote opslagcapaciteit die uitstekend
geschikt is voor een reeks aan
toepassingen.
Er zijn twee typen Memory Sticks: een
conventioneel type en een type dat
beschikt over een kopiebeschermende
technologie, Magic Gate*. De DPP-
MP1 is compatibel met beide typen
Memory Stick.
* Magic Gate maakt gebruik van
versleutelingstechnologie om materialen
waarop auteursrechten rusten te
beschermen.
Let op
Als de Memory Stick wordt gelezen,
brandt de MS ACCESS-indicator. Zolang
deze indicator brandt, mag de Memory
Stick niet uit het apparaat worden
verwijderd.
Gegevens op de Memory Stick kunnen
worden beschadigd of vernietigd als
de voeding naar het apparaat wordt
uitgeschakeld terwijl de Memory Stick
wordt gelezen.
er sprake is van sterke elektrostatische of
geluidsstoringen.
Het labelgedeelte op de Memory Stick is
uitsluitend bedoeld voor de specifieke
label.
Draag of bewaar de Memory Stick altijd
in zijn omhulsel.
Raak het contactgedeelte nooit met de
hand of een metalen object aan.
Buig de Memory Stick niet, laat hem
niet vallen en voorkom heftig schokken.
Onderneem geen pogingen om de
Memory Stick te demonteren of te
wijzigen.
Bescherm de Memory Stick tegen water
en vocht.
Een Memory Stick die in een PC is
geformatteerd zal niet altijd in de DPP-
MP1 werken.
Memory Stick, Magic Gate
Memory Stick en
zijn
handelsmerken van Sony Corporation.
is een handelsmerk
van Sony Corporation.
28
NL
Beeldbestanden
en bestandsnamen
De DPP-MP1 kan beelden in de
bestandsindelingen JPEG en TIFF
afdrukken.
Beeldbestanden die met een Sony
CyberShot digitale camera of
Handycam camcorder zijn gemaakt,
worden op de Memory Stick
opgeslagen volgens een aantal vaste
regels.
Als u bijvoorbeeld niet-bewegende
beelden opneemt met de Sony
CyberShot, dan zal de resulterende
bestandsstructuur er onder Windows
ME als volgt uitzien:
Hierbij wordt aangenomen dat
de Memory Stick wordt
herkend als station E
Bestandsnummers worden
automatisch toegewezen aan niet-
bewegende beelden in JPEG-
indeling. Deze bestanden worden in
de map 100MSDCF opgeslagen in
de onderstaande
bestandsnaamstructuur:
DSC0
ssss.JPG
Bestandsnummers worden
automatisch toegewezen aan niet-
bewegende beelden in TIFF-
indeling. Deze bestanden worden
opgeslagen in de map IMCIF100
in de onderstaande
bestandsnaamstructuur:
DSC0
ssss.TIF
Map met JPEG-
beelden
Map met TIFF-beelden
R
Bestandsnummer
R
Bestandsnummer
Mapnummer
29
NL
vervolg op de volgende bladzijde
Overigen
Problemen oplossen
Wanneer zich een probleem voordoet tijdens het gebruik van het apparaat, kunt u
allereerst de probleemoplossingen in deze gids doornemen. Als het probleem blijft
bestaan, kunt u contact opnemen met de leverancier, een door Sony erkend
servicebedrijf of een Sony Technisch Informatie Center. Als u een computer
gebruikt, dient u tevens de documentatie van de software te raadplegen.
Probleem Oorzaak/Oplossing
Het apparaat werkt niet nadat het
is ingeschakeld.
Sommige beelden kunnen niet
worden afgedrukt.
Het beeld is aan de boven- en
onderzijde of aan de linker- en
rechterzijde afgesneden.
De voedingskabel is niet aangesloten.
c Is de voedingskabel correct aangesloten? (pagina 9)
De batterij is niet correct geplaatst.
c U wordt verwezen naar de handleiding van de
batterij.
De beeldbestanden zijn niet compatibel met de DPP-
MP1.
c Beeldbestanden waarvan de bestandsindeling niet
compatibel is met de DPP-MP1 kunnen worden
bekeken op de computer, maar kunnen niet altijd
worden afgedrukt (pagina 34).
De verhouding horizontaal/verticaal van het
beeldbestand en het afdrukpapier verschilt.
c Stel de afdrukinstelling FIT in op ON (pagina
22).
30
NL
Foutmelding mapnummer/bestandsnummer
Wanneer er een streepje [-] in de display verschijnt bij mapnummers/
bestandsnummers wanneer u een map- of bestandsnummer heeft geselecteerd of
wanneer u een beeld met een afdrukmarkering afdrukt, zijn er afhankelijk van het
probleem verschillende oplossingen mogelijk.
Probleem Uitleg en oplossing
U kunt geen beeld selecteren om af te drukken.
Of, er worden identieke mapnummers
weergegeven.
c Beeld kan niet worden afgedrukt vanwege
een probleem met het mapnummer van het
beeld.
U kunt geen beeld selecteren om af te drukken.
Of, er worden identieke bestandsnummers
weergegeven.
c Beeld kan niet worden afgedrukt vanwege
een probleem met het bestandsnummer van
het beeld.
Het beeld heeft een afdrukmarkering, maar kan
niet worden afgedrukt met dit apparaat.
c Het beeldbestand is corrupt en kan niet
worden afgedrukt. Wanneer deze fout zich
voordoet terwijl u een beeld met een
afdrukmarkering afdrukt, wordt het
afdrukken gestaakt. Druk op PRINT/STOP
om het volgende beeld af te drukken.
Mapnummer
Bestandsnummer
Waarschuwingsberichten
Mogelijke berichten in de display zijn opgenomen in de onderstaande tabel samen
met een korte uitleg.
Bericht Uitleg
WAIT
Het afdrukken is gestopt.
c Deze mededeling verschijnt terwijl het laatste beeld
wordt afgedrukt. Zodra het beeld is afgedrukt,
verschijnt heel even de indicator STOP, wat
vervolgens verdwijnt.
De temperatuur in de printer is te hoog en het
afdrukken is tijdelijk niet mogelijk.
c Wacht totdat het afdrukken automatisch wordt
hervat.
31
NL
vervolg op de volgende bladzijde
Overigen
Bericht Uitleg
RIBON
PAPER
NO MS
NO IMAGE
NO ORDER
CANT PRINT
Het apparaat heeft geen inktcartridge, of de
inktcartridge is op.
c Plaats of vervang een inktcartridge in het apparaat
(pagina 10).
De papierlade is niet in het apparaat geplaatst, of het
afdrukpapier is op.
c Plaats een papierlade met papier in het apparaat
(pagina 11).
Er is geen Memory Stick in het apparaat geplaatst.
c Plaats een Memory Stick in het apparaat (pagina
13).
De Memory Stick bevat geen beelden.
c Plaats een Memory Stick met beeldbestanden in
het apparaat.
De Memory Stick bevat geen beelden die door het
apparaat kunnen worden afgedrukt.
c Beeldbestanden waarvan de bestandsindeling niet
compatibel is met de DPP-MP1 kunnen worden
bekeken op een computer, maar kunnen niet altijd
worden afgedrukt (pagina 34).
De Memory Stick bevat geen beelden waaraan een
afdrukmarkering is toegekend.
c Plaats een Memory Stick in het apparaat, met
daarop beelden waaraan een afdrukmarkering is
toegekend met een Sony CyberShot digitale camera
of Handycam camcorder.
De Memory Stick bevat geen beelden met een
afdrukmarkering die door de DPP-MP1 kunnen worden
afgedrukt.
c Ken een afdrukmarkering aan de beelden toe met
een Sony CyberShot digitale camera of Handycam
camcorder (pagina 15).
Er werd geprobeerd om een beeldbestand in een niet-
compatibele bestandsindeling af te drukken.
c Het afdrukken van dit type beelden op de DPP-MP1
is niet mogelijk.
Wanneer deze fout zich voordoet terwijl u een beeld
met een afdrukmarkering afdrukt, wordt het
afdrukken gestaakt. Druk op PRINT/STOP om het
volgende beeld af te drukken.
32
NL
Bericht Uitleg
FILE ERROR
MS ERROR
RIBON
(+ ERROR-indicator is verlicht)
PAPER
(+ ERROR-indicator is verlicht)
ERROR
(+ ERROR-indicator is verlicht)
Wat te doen bij een
papierstoring
Trek het papier nooit met de hand uit
het apparaat aangezien dit kan
resulteren in beschadiging en defecten.
Schakel het apparaat altijd eerst uit en
vervolgens weer in, zodat het papier
automatisch uit het apparaat komt.
Er is een fout voorgekomen tijdens het lezen van een
beeldbestand vanaf de Memory Stick.
c Het beeldbestand is corrupt en kan niet worden
afgedrukt.
De Memory Stick is niet correct in het apparaat
geplaatst.
c Plaats de Memory Stick opnieuw en op de juiste
wijze in het apparaat (pagina 13).
De Memory Stick is niet correct geformatteerd.
c Een Memory Stick die op een PC is geformatteerd
werkt niet altijd in de DPP-MP1. Gebruik een
Memory Stick die in een Sony CyberShot digitale
camera of Handycam camcorder is geformatteerd.
Er is een Memory Stick in het apparaat geplaatst van
een type dat niet door de DPP-MP1 wordt ondersteund,
of de Memory Stick is defect.
c Plaats een Memory Stick die wel ondersteund
wordt in het apparaat.
Er is een probleem met de inktcartridge.
c Schakel het apparaat uit en vervolgens weer in. Als
dit het probleem niet verhelpt, verwijder dan de
inktcartridge uit het apparaat en controleer of het lint
klem zit in de cartridge. Als het lint te slap is, kunt u
het strakker draaien (pagina 11).
Er is een papierstoring.
c Schakel het apparaat uit en vervolgens weer in. Het
papier moet automatisch uit het apparaat komen.
Er is een interne fout.
c Schakel het apparaat uit en vervolgens weer in.
Zit het papier nog steeds bekneld, neem
dan contact op met de leverancier, een
door Sony erkend servicebedrijf of een
Sony Technisch Informatie Center.
33
NL
Overigen
Garantie en
onderhoud
Garantiebewijs
Dit product wordt geleverd met een
garantiebewijs. Controleer of u dit
bewijs bij aankoop hebt ontvangen.
Vul de gewenste gegevens in op het
garantiebewijs, controleer of het de
juiste informatie bevat en bewaar het
op een veilige plaats.
De garantietermijn is één jaar vanaf
de datum van aankoop.
Onderhoud
Als er een probleem is met het
apparaat, neem dan nogmaals de
relevante gedeelten in deze handleiding
door.
Als het probleem blijft bestaan,
kunt u contact opnemen met de
leverancier, een door Sony erkend
servicebedrijf of een Sony Technisch
Informatie Center.
Reparaties binnen de
garantietermijn
Reparaties zullen worden uitgevoerd
volgens de voorwaarden in het
garantiebewijs. Lees het garantiebewijs
aandachtig door voor meer details.
Reparaties buiten de
garantietermijn
Reparaties kunnen op verzoek van de
klant worden uitgevoerd. Alle
gemaakte kosten komen voor rekening
van de klant.
Beschikbaarheid van onderdelen
De belangrijkste onderdelen die nodig
zijn om de digital photo printer goed
te laten functioneren, zullen ten minste
8 jaar nadat de productie van dit model
wordt gestopt door de fabrikant besteld
kunnen worden. Een niet-werkend
apparaat mag ook na het verstrijken van
de garantietermijn met behulp van deze
onderdelen worden gerepareerd,
afhankelijk van de aard van het
probleem. Neem voor verdere details
contact op met de leverancier of een
door Sony erkend servicebedrijf.
Wanneer u om onderhoud verzoekt,
dient u de volgende gegevens door te
geven.
- Modelnaam: DPP-MP1
- Gedetailleerde beschrijving van
het probleem
- Datum van aankoop
34
NL
Specificaties
Druktechniek
Thermische inktsublimatietechniek
(YMC + coating)
Afdrukresolutie
307 × 307 dpi
Gradaties
YMC-beeldverwerking met gebruik
van 8 bits/256 gradaties per kleur voor
ongeveer 16,77 miljoen kleuren/pixel.
Afdrukformaat
81,6 (H) × 50 (V) mm
Afdruktijd
Ongeveer 90 seconden per afdruk
(exclusief tijd voor gegevensoverdracht
vanaf de computer of Memory Stick
en exclusief verwerkingstijd)
Voedingaansluiting
USB (Mini-B)
Sleuf voor opnameapparatuur
Sleuf voor Memory Stick (1)
Ondersteunde
bestandsindelingen
1)
DCF
2)
Exif Ver. 2.1
3)
(JPEG [baseline], TIFF-RGB [niet-
gecomprimeerd])
DPOF-compatibel (aantal afdrukken)
Voeding
AC-adapter
Input: 100 - 240 V AC (wisselstroom),
50/60 Hz
Output: 12 V gelijkstroom, 3 A
Stroomverbruik
Input: 12 V gelijkstroom, 2,1 A
25 W (tijdens afdrukken met AC-
adapter)
Vereiste
omgevingstemperatuur
5 - 35ºC
Externe dimensies
Ongeveer 66 × 39 × 111 (B/H/D) mm
(zonder papierlade of uitstekende
delen)
Gewicht
Ongeveer 260 g (zonder papierlade)
1)
Niet alle speciale bestandsformaten
worden ondersteund.
2)
DCF (Design rule for Camera File system)
is een standaard die door de JEIDA (Japan
Electronic Industry Development
Association) werd geformuleerd teneinde
de compatibiliteit tussen digitale still
camera's, printers en andere apparatuur te
waarborgen.
3)
Exif is een beeldbestandsindeling die
aanvullende gegevens bevat met
betrekking tot de weergaveresolutie,
opnamedatum en andere gegevens.
35
NL
Overigen
Meegeleverde accessoires
AC-adapter/voedingskabel
Papierlade
Draagtas
Kleurenafdrukset van kaartformaat
(SVM-24CS)
Klemfilter
USB-kabel
cd-rom
Gebruikshandleiding
Eigendomsregistratiekaart
Garantiebewijs
Licentieovereenkomst voor
eindgebruikers van Sony Software
Het ontwerp en de specificaties kunnen
zonder voorafgaande kennisgeving
worden aangepast.
Optionele accessoires
Kleurenafdrukset van kaartformaat
SVM-24CS
Batterij MPA-BT1A

Documenttranscriptie

WAARSCHUWING Het apparaat mag niet aan regen of vocht worden blootgesteld om brand of elektrische schokken te voorkomen. De behuizing mag niet worden opengemaakt om brand of elektrische schokken te voorkomen. Laat het onderhoud aan deskundigen over. 2 NL Inhoud PC interfacekit .................. 23 Mogelijkheden .................... 4 Overigen ............................ 25 Informatie vóór gebruik ..... 5 Meegeleverde accessoires .................. 5 De afdrukset ....................................... 6 Namen van onderdelen ....................... 7 Voorbereidingen voor gebruik ................................ 9 1 2 3 4 Aansluiting op netvoeding ........... 9 Laden van de inktcartridge ........ 10 Laden van het afdrukpapier ....... 11 Het plaatsen van de “Memory Stick” ......................................... 13 Voorbereidingen ........................... 23 Afdrukken ..................................... 24 Voorzorgsmaatregelen ...................... 25 Voorzorgsmaatregelen voor de opslag van inktcartridges ............................. 26 Voorzorgsmaatregelen voor de opslag van papier ......................................... 26 “Memory Stick” ............................... 27 Beeldbestanden en bestandsnamen .. 28 Problemen oplossen .......................... 29 Garantie en onderhoud ..................... 33 Specificaties ...................................... 34 NL Afdrukken ......................... 14 Apparaatbeschrijving tijdens het afdrukken .......................................... 14 Beelden met afdrukmarkering afdrukken (afdrukken in DPOF) ....... 15 Het toekennen van een afdrukmarkering ....................... 15 Grote aantallen beelden met afdrukmarkering afdrukken ...... 15 Het aantal kopieën wijzigen ......... 17 Rechtstreeks afdrukken .................... 18 Een beeld selecteren ..................... 18 Afdrukken ..................................... 19 Afdrukinstellingen ........................ 21 3 NL Mogelijkheden Met de “Digital Photo Printer” of DPPMP1 kunnen op heel eenvoudige wijze mooie afdrukken worden gemaakt van digitale beelden die op een “Memory Stick” zijn opgeslagen, bijvoorbeeld met een Sony CyberShot camera of Handycam camcorder. Eenvoudig afdrukken van beelden met afdrukmarkering Beelden waar een afdrukmarkering aan is toegekend met een Sony CyberShot digitale camera of een Handycam camcorder, kunnen automatisch worden afgedrukt (afdrukken in DPOF1)). Zie pagina 34 voor meer informatie over compatibele bestandsindelingen. 1) DPOF = Digital Print Order Format Rechtstreeks afdrukken Niet-bewegende beelden die met een Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder zijn opgenomen en zijn opgeslagen op een “Memory Stick”, kunnen rechtstreeks op de DPPMP1 worden afgedrukt. Licht en compact De DPP-MP1 is een lichte, compacte printer met een grootte van ongeveer 66 × 39 × 111 mm en een gewicht van ongeveer 260 gram. Het apparaat kan gemakkelijk worden meegenomen en elders worden gebruikt. Afdrukken van fotokwaliteit Met de thermische inktsublimatietechniek worden afdrukken van topkwaliteit geproduceerd die de kwaliteit van echte foto's evenaren. 4 NL Veelzijdige afdrukfuncties Met de DPP-MP1 kunt u beeldeigenschappen aanpassen (scherpte/helderheid), de datum op afdrukken beheren, beelden meerdere keren afdrukken (2/4/8 exemplaren van hetzelfde beeld op één vel) en allerlei andere functies uitvoeren. Beelden afdrukken die op de PC zijn opgeslagen met behulp van de USB-aansluiting Met de meegeleverde PC interface kunt u digitale beelden afdrukken die op een computer zijn opgeslagen. Werkt op batterij (optioneel) Met de apart verkrijgbare batterij kunt u ook beelden afdrukken wanneer er geen stopcontact in de buurt is. Informatie vóór gebruik Meegeleverde accessoires Informatie vóór gebruik Nadat u het apparaat uit de verpakking heeft gehaald dient u te controleren of u de volgende accessoires heeft ontvangen: • Kleurenafdrukset van kaartformaat (SVM-24CS) • Klemfilter (3) • AC-adapter • PC interface – USB-kabel • Voedingskabel – V.S. en Canada – cd-rom – Europa • • • • • Draagtas (1) Gebruikshandleiding (1) Eigendomsregistratiekaart (1) Garantiebewijs (1) Licentieovereenkomst voor eindgebruikers van Sony Software (1) • Papierlade 5 NL De afdrukset Om met dit apparaat te kunnen afdrukken heeft u de juiste afdrukset nodig. Afdrukset Toepassing SVM-24CS 2 × 12 vellen fotopapier / inktcartridge voor 24 afdrukken Opmerkingen • Gebruik uitsluitend de speciaal voor dit apparaat bestemde afdruksets. • Afdrukpapier en inktcartridges mogen niet worden hergebruikt. Hergebruik kan in papierstoringen of defecten resulteren. 6 NL Namen van onderdelen Voor gedetailleerde informatie wordt u verwezen naar de pagina's die tussen haakjes staan vermeld. 5 Informatie vóór gebruik 6 7 8 9 0qaqsqd 1 2 3 1 Aan/uit-schakelaar (pagina's 15, 19) 2 Papierlade 3 Klep voor papierlade (pagina 12) 4 Ventilatieopeningen 5 Display-scherm (pagina 8) 6 SELECT (-/+) knoppen 7 Knop ENTER/OPTION 8 Knop DPOF (pagina 16) 9 Knop PRINT/STOP (pagina's 16, 20) 4 0 Sleuf voor Memory Stick (pagina 13) qa Klep voor inktcartridge (pagina 10) qs Vergrendeling van inktcartridgeklep (pagina 10) qd USB-poort vervolg op de volgende bladzijde 7 NL Display-scherm 1 2 3 45 6 SHARP BRIGHT DATE FIT MULTI 248 USB TIFF DPOF 7 qf 90 qg qh qf Gleuf voor papieruitvoer qg 12V gelijkstroomingang (pagina 9) qh Dekplaat voor batterijhouder 8 NL 8 1 Indicator van batterijstatus 2 Weergave van afdrukinstellingen (pagina 22) 3 Indicator van USBkabelaansluiting 4 DPOF-indicator (pagina 16) 5 ERROR-indicator (pagina 30) 6 MS ACCESS-indicator (pagina 13) 7 Weergave van mapnummer (pagina's 16, 19) 8 Weergave van bestandsnummer (pagina's 16, 19) 9 TIFF-bestand indicator (pagina 20) 0 Weergave van aantal afdrukken (pagina's 16, 19) Voorbereidingen voor gebruik 1 Aansluiting op netvoeding 1 2 Stopcontact Voedingskabel AC-adapter 1 2 Sluit de AC-adapter aan op de 12V gelijkstroomingang op de DPP-MP1. Sluit de voedingskabel aan op de AC-adapter en op het stopcontact. Batterij (optioneel) De apart verkrijgbare batterij (MPA-BT1A) kan worden gebruikt om het apparaat van voeding te voorzien. Automatische uitschakeling Het apparaat schakelt zichzelf automatisch uit als het ongeveer 3 minuten niet in gebruik is geweest (automatische uitschakeling). De automatische uitschakeling is niet beschikbaar als het apparaat met een USB-kabel op een PC is aangesloten. MPA-BT1A DPP-MP1 Instructies voor het plaatsen van de batterij in het apparaat is te vinden in de batterijhandleiding. 9 NL Voorbereidingen voor gebruik 2 2 Laden van de inktcartridge 3 Duw de inktcartridge in het apparaat tot u hem in zijn plaats hoort klikken. Sluit vervolgens het inktcartridgeklepje. De inktcartridge is onderdeel van de afdrukset (pagina 6). De cartridge dient volgens de onderstaande afbeeldingen in het apparaat te worden geplaatst. 1 Grijpertje Schuif de vergrendeling 1 van het klepje omlaag om het klepje voor de inktcartridge 2 te openen. Vervangen van de inktcartridge 1 Als de inktcartridge leeg is, knippert de indicator “RIBON” in de display. 2 1 Open het inktcartridge-klepje volgens de hierboven beschreven stap 1. 2 Neem het grijpertje op de cartridge en trek de gebruikte cartridge naar buiten. Plaats vervolgens de nieuwe cartridge in het apparaat. Display 2 Verwijder de lintspoelhouder van de inktcartridge. Grijpertje Spoelhouder 10 NL Wanneer het plaatsen van de inktcartridge niet soepel verloopt 1 Neem de cartridge helemaal uit het apparaat en plaats hem er opnieuw in. Als de cartridge niet soepel in het apparaat kan worden geplaatst omdat het lint te slap is, kunt u het spoeltje van de cartridge in de richting van de pijl draaien om het lint strakker te draaien. deksel van papierlade Het binnenwerk van het apparaat kan heet zijn. Steek daarom nooit uw vingers of andere objecten in de gleuf voor de inktcartridge. 3 Laden van het afdrukpapier Het afdrukpapier is onderdeel van de afdrukset (pagina 6). Het papier dient volgens de onderstaande afbeeldingen in het apparaat te worden geplaatst. Plaats het afdrukpapier in de lade. Zorg dat het papier netjes is gestapeld en plaats het in de lade samen met het beschermende vel dat met de goede kant naar boven moet liggen. Beschermende vel Voorbereidingen voor gebruik 2 Let op Open het deksel van de papierlade. U kunt maximaal 12 vellen afdrukpapier (1 set) per keer laden. Opmerking Het papier mag voordat u gaat afdrukken niet langs de perforatielijnen worden afgescheurd. vervolg op de volgende bladzijde 11 NL 3 Sluit het deksel van de papierlade. Opmerking Als het afdrukpapier niet correct is geladen, kan het deksel van de papierlade niet worden gesloten. Let erop dat het deksel van de papierlade volledig gesloten is. 4 Neem het beschermende vel uit de lade. 5 Trek het klepje voor de papierlade open en plaats de papierlade in het apparaat. Duw de papierlade zover mogelijk in het apparaat tot u hem in zijn plaats hoort klikken. Wanneer het afdrukken is voltooid Verwijder de papierlade uit het apparaat en sluit het klepje voor de papierlade. 12 NL Opmerkingen • De afdrukset bevat een inktcartridge voor 24 afdrukken en 2 ×12 vellen afdrukpapier. Laad de printer met de helft van het aantal vellen in de afdrukset. • Er mogen nooit meer dan 12 vellen afdrukpapier in de papierlade worden geladen. Gebruik ook nooit verschillende papiertypen tegelijk. Dit kan namelijk papierstoringen veroorzaken. • Het afdrukpapier mag niet beschreven of bedrukt worden voordat het in het apparaat wordt geplaatst. Als u na het afdrukken op de bedrukte zijde van het papier wilt schrijven, dient u hiervoor een markerpen te gebruiken. Een tweede afdruk over de eerste afdruk heen is niet mogelijk. • Er mogen geen labels, etiketten of stickers e.d. op het afdrukpapier worden geplakt voordat u gaat afdrukken. • De papierzijde die u wilt gaan bedrukken (d.w.z. de zijde waar niets op is afgedrukt) mag niet worden aangeraakt. Vingerafdrukken en stof op het afdrukpapier of op het lint kunnen de afdrukkwaliteit aantasten. • Gebruik uitsluitend het voor dit apparaat bestemde afdrukpapier. Zo voorkomt u dat het apparaat defect raakt. • Het afdrukpapier mag niet gevouwen of gekreukeld zijn. Zo voorkomt u dat het apparaat defect raakt. 4 Het plaatsen van de “Memory Stick” De “Memory Stick” dient volgens de onderstaande afbeeldingen in het apparaat te worden geplaatst. Let erop dat u de “Memory Stick” helemaal in het apparaat steekt tot u hem in zijn plaats hoort klikken. “Memory Stick” MS ACCESS-indicator Het verwijderen van de “Memory Stick” 1 Controleer of de MS ACCESS-indicator uit is. Duw vervolgens de “Memory Stick” helemaal in het apparaat. Neem de “Memory Stick” uit het apparaat. Opmerkingen • Als de “Memory Stick” in gebruik is, is de MS ACCESS-indicator verlicht. De “Memory Stick” mag niet uit het apparaat worden genomen zolang deze indicator brandt. Doet u dit wel dan kan het apparaat en/of de “Memory Stick” worden beschadigd. • Het plaatsen of uitnemen van de “Memory Stick” mag niet worden geforceerd. Doet u dit wel dan kan het apparaat en/of de “Memory Stick” worden beschadigd. • Als het apparaat bezig is met afdrukken mag de “Memory Stick” niet uit het apparaat worden verwijderd. Doet u dit wel dan kan het apparaat en/of de “Memory Stick” worden beschadigd. • De maximum capaciteit van de Memory Stick waarmee dit apparaat compatibel is, is 128 MB. • Voor meer informatie en voorzorgsmaatregelen voor gebruik van de “Memory Stick” wordt u verwezen naar het hoofdstuk “Memory Stick” op pagina 27. Zodra u de “Memory Stick” loslaat zal deze een klein stukje terug naar buiten schieten. MS ACCESS-indicator 13 NL Voorbereidingen voor gebruik De kant met het ingesneden gedeelte moet naar links wijzen en het pijltje moet zich links bovenop bevinden. 2 Afdrukken Apparaatbeschrijving tijdens het afdrukken Afdrukpapier wordt heen en weer bewogen Tijdens het afdrukken beweegt het afdrukpapier vier keer heen en weer tussen de papieruitvoergleuf en de bovenkant van de papierlade. Wanneer het afdrukken is voltooid, komt het papier via de papieruitvoergleuf naar buiten. Afdrukpapier Klep voor inktcartridge Opmerkingen • Het apparaat dient op een platte, vlakke ondergrond te worden geplaatst. Wanneer het apparaat scheef of tegen een muur staat, kunnen papierstoringen voorkomen. • Voordat u gaat afdrukken, dient u te controleren dat de papieruitvoer niet wordt belemmerd door eventuele obstakels aan de achterkant van het apparaat. Er moet een ruimte van minstens 12 cm worden opengelaten. • Zet geen objecten bovenop de papierlade. • Tijdens het afdrukken mag het papier niet worden aangeraakt of uit het apparaat worden getrokken. • Tijdens het afdrukken mag de papierlade niet uit het apparaat worden genomen. 14 NL • Tijdens het afdrukken mag de klep van de inktcartridge niet worden geopend en mag de inktcartridge niet uit het apparaat worden verwijderd. • Tijdens het afdrukken mag het apparaat nooit worden verplaatst of uitgeschakeld. Doet u dit wel dan kunnen papierstoringen worden veroorzaakt of kan het apparaat worden beschadigd. Wanneer de voeding tijdens het afdrukken wordt onderbroken, schakelt u het apparaat weer in en herhaalt u de procedure. Beelden met afdrukmarkering afdrukken (afdrukken in DPOF) Dit apparaat ondersteunt DPOF (Digital Print Order Format), waarmee grote aantallen beelden kunnen worden afgedrukt die zijn opgeslagen op een “Memory Stick” en waar een afdrukmarkering aan is toegekend, bijvoorbeeld met een Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder. 4 Controleer of er een ) met afdrukmarkering ( het beeld wordt weergegeven op de LCD-display van de Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder. Grote aantallen beelden met afdrukmarkering afdrukken 1 35 2 Het toekennen van een afdrukmarkering 1 2 Selecteer het beeld dat u wilt afdrukken. 3 Ken een afdrukmarkering toe volgens de stappen in de handleiding van de camera of camcorder. Deze informatie is te vinden in de hoofdstukken “Beelden selecteren voor afdrukken” of “Afdrukmarkeringen toekennen”, enz. 1 Duw de aan/uit-schakelaar omlaag en schuif deze naar rechts om het apparaat in te schakelen. Afdrukken Plaats de “Memory Stick” in de the Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder. Duwen Allereerst knippert de indicator “SETUP” in de display, en vervolgens de indicator “READY”. vervolg op de volgende bladzijde 15 NL Opmerking Op dit punt kunt u de SELECT (–/ +) knoppen gebruiken om de mapnummers, bestandsnummers en het aantal kopieën voor de beelden met een afdrukmarkering te controleren. De inktcartridge mag niet in of uit het apparaat worden geplaatst of genomen zolang de indicator “SETUP” in de display knippert. 2 Plaats de “Memory Stick” in het apparaat. 4 Het hoogste bestandsnummer voor een beeld met afdrukmarkering wordt weergegeven. (Mapnummer) Aantal kopieën Bestandsnummer Het mapnummer wordt niet weergegeven indien de “Memory Stick” slechts één map heeft. 3 U kunt instellingen selecteren voor afdrukkwaliteit, afdrukformaat, enz. Zie “Afdrukinstellingen” op pagina 21 voor meer informatie. 5 DPOF 16 NL Druk op de knop PRINT/ STOP om het afdrukken te starten. Tijdens het afdrukken wordt de indicator “PRINT” in de display weergegeven. 6 Druk op de knop DPOF. Het apparaat schakelt over op de modus DPOF en de indicator “DPOF” verschijnt in de display. Het opgegeven totale aantal afdrukken verschijnt ongeveer 1 seconde in de display. Het mapnummer, bestandsnummer en aantal kopieën van het eerste beeld met een afdrukmarkering verschijnt in de display. Er wordt geen mapnummer weergegeven indien er slechts één map beschikbaar is. Selecteer de gewenste afdrukinstellingen. Verwijder het afgedrukte papier. Wanneer u meerdere afdrukken heeft opgegeven, kunt u de afdrukken een voor een verwijderen nadat ze zijn voltooid. 7 Vouw de uiteinden van het papier om en scheur langs de perforatielijnen af. Uitschakelen van het apparaat • Duw de aan/uit-schakelaar omlaag en schuif deze naar links tot de indicators in de display verdwijnen. • Ook al gebruikt u de aan/uitschakelaar niet, dan zal het apparaat zichzelf na 3 minuten vanzelf uitschakelen (automatische uitschakeling). Een opdracht annuleren tijdens het afdrukken Wanneer u een aantal afdrukken heeft opgegeven, maar u wilt de opdracht annuleren voordat deze is voltooid, drukt u op de knop PRINT/STOP. De indicator “WAIT” verschijnt in de display en het afdrukken wordt gestaakt na voltooiing van de huidige afdruk. Het aantal kopieën wijzigen Het aantal kopieën voor een beeld met een afdrukmarkering die met een digitale camera is toegekend, kan op de DPP-MP1 worden gewijzigd. Om dit te doen, voert u de hieronder beschreven stappen uit na stap 3 in het hoofdstuk “Grote aantallen beelden met afdrukmarkering afdrukken” (pagina 15). Het apparaat moet zich in de modus DPOF bevinden (“DPOF” moet verschijnen in de display). 1 DPOF 2 Wijzig het aantal kopieën. Afdrukken Gebruik de SELECT (–/+) knoppen om het bestandsnummer van het gewenste beeld op te roepen. Druk vervolgens op de knop ENTER. De indicator voor het aantal kopieën gaat knipperen zodat het gewijzigd kan worden. Wanneer papier of inkt op is tijdens het afdrukken Als het apparaat tijdens het afdrukken geen papier meer heeft, knippert de indicator “PAPER” in de display. Als het lint van de inktcartridge op is, knippert de indicator “RIBON” in de display. Om met de huidige opdracht verder te gaan, dient u nieuw afdrukpapier of een nieuwe inktcartridge te laden zonder hierbij het apparaat uit te schakelen. Druk op de knop PRINT/STOP om het afdrukken te hervatten. Selecteer het beeld met afdrukmarkering waarvoor u de wijziging wilt aanbrengen. Stel het aantal in met behulp van de SELECT (–/+) knoppen. 3 Druk op de knop ENTER. Het nieuwe aantal kopieën is nu ingesteld. Uitschakelen van de modus DPOF Druk nogmaals op de knop DPOF om de modus DPOF na het afdrukken uit te schakelen. De indicator “DPOF” verdwijnt uit de display en de standaarddisplay wordt weergegeven. vervolg op de volgende bladzijde 17 NL 4 Herhaal desgewenst de stappen 1 t/m 3. Voer de stappen 1 t/m 3 uit voor alle beelden waarvoor u het aantal kopieën wilt wijzigen. Opmerking Deze wijziging wordt niet opgeslagen op de “Memory Stick”. Voorbeeld van CyberShot 640 6/8 Mapnummer Bestandsnummer 100-0028 2001 7 4 10:30PM モドル/ツギヘ オンリョウ Voorbeeld van Handycam Rechtstreeks afdrukken Beelden die op de “Memory Stick” zijn opgeslagen kunnen op de DPP-MP1 worden geselecteerd om te worden afgedrukt. Een beeld selecteren 1 Plaats de “Memory Stick” in de Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder. 2 Controleer het mapnummer en het bestandsnummer van het beeld dat u wilt afdrukken op de LCD-display van de Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder. 18 NL 640 100−0006 6/100   メモリー再生 Mapnummer Bestandsnummer Zie pagina 30 voor meer informatie over map- en bestandsnummers. 2 Afdrukken 3, 4, 5 1 4, 5 7 Plaats de “Memory Stick” in de DPP-MP1. Het bestand met het hoogste nummer wordt weergegeven. 2 (mapnummer) Aantal kopieën Bestandsnummer Als de gebruikte “Memory Stick” slechts één map heeft, wordt het mapnummer niet weergegeven. 1 Duw de aan/uit-schakelaar omlaag en schuif deze naar rechts om het apparaat in te schakelen. 3 Opmerking De inktcartridge mag niet in of uit het apparaat worden geplaatst of genomen zolang de indicator “SETUP” in de display knippert. 4 Afdrukken • Indien er geen mapnummer wordt weergegeven, knippert het bestandsnummer. • Indien er een mapnummer wordt weergegeven, knippert het mapnummer. Druk herhaaldelijk op de SELECT (–/+) knoppen om het mapnummer te selecteren. Vervolgens drukt u op de knop ENTER. Het bestandsnummer knippert. Duwen De indicator “SETUP” knippert in de display, en vervolgens de indicator “READY”. Gebruik de SELECT (–/+) knoppen. Druk herhaaldelijk op de SELECT (–/+) knoppen om het bestandsnummer van het beeld te selecteren. Vervolgens drukt u op de knop ENTER. Het aantal kopieën knippert. vervolg op de volgende bladzijde 19 NL 5 Druk herhaaldelijk op de SELECT (–/+) knoppen om het aantal kopieën in te stellen. Vervolgens drukt u op de knop ENTER. • De display stopt met knipperen en blijft verlicht. • Wanneer u nieuwe beelden wilt selecteren om af te drukken, herhaalt u deze procedure vanaf de stap waar u het mapnummer selecteerde. 6 Stel de gewenste afdrukinstellingen in. U kunt instellingen voor beeldkwaliteit, afdrukformaat, enz. selecteren. Zie “Afdrukinstellingen” op pagina 21 voor meer informatie. 7 Druk op de knop PRINT/ STOP om het afdrukken te starten. Tijdens het afdrukken wordt de indicator “PRINT” in de display weergegeven. 8 Neem de afdruk weg van het apparaat. Wanneer u meerdere afdrukken heeft opgegeven, kunt u ze één voor één wegnemen zodra ze zijn voltooid. 9 Vouw de uiteinden van het papier om en scheur langs de perforatielijnen af. 20 NL Uitschakelen van het apparaat • Duw de aan/uit-schakelaar omlaag en schuif deze naar links tot de indicators in de display verdwijnen. • Ook al gebruikt u de aan/uitschakelaar niet, dan zal het apparaat zichzelf na 3 minuten vanzelf uitschakelen (automatische uitschakeling). Een opdracht annuleren tijdens het afdrukken Wanneer u een aantal afdrukken heeft opgegeven, maar u wilt de opdracht annuleren voordat deze is voltooid, drukt u op de knop PRINT/STOP. De indicator “WAIT” verschijnt in de display en het afdrukken wordt gestaakt na voltooiing van de huidige afdruk. Beelden in TIFF-formaat (nietgecomprimeerd) afdrukken Indien het beeld dat bij stap 5 hierboven was opgegeven de bestandsindeling TIFF heeft, wordt de indicator “TIFF” in de display weergegeven. De beschikbare instellingen worden besproken in de tabel “Opties voor afdrukinstellingen” aan het einde van dit gedeelte. Wanneer papier of inkt op is tijdens het afdrukken Als het apparaat tijdens het afdrukken geen papier meer heeft, knippert de indicator “PAPER” in de display. Als het lint van de inktcartridge op is, knippert de indicator “RIBON” in de display. Om met de huidige opdracht verder te kunnen gaan, dient u nieuw afdrukpapier of een nieuwe inktcartridge te laden zonder hierbij het apparaat uit te schakelen. Druk op de knop PRINT/STOP om het afdrukken te hervatten. 3 De geselecteerde instelling voor de knipperende optie wordt weergegeven. 4 1 Houd de knop ENTER ten minste 2 seconden ingedrukt. 2 Druk herhaaldelijk op de SELECT (–/+) knoppen tot de gewenste instelling in de display knippert. • Door op SELECT (+) te drukken, verschijnen steeds een aantal beschikbare opties in de volgorde “SHARP” t “BRIGHT” t “DATE” t “FIT” t “MULTI” t “SHARP” enz. • Door op SELECT (–) te drukken, verschijnen deze opties in omgekeerde volgorde. 5 Druk op de knop ENTER. • De modus voor afdrukinstellingen wordt beëindigd en het apparaat keert terug in de standaardmodus (gereed voor afdrukken). • De huidige afdrukinstelling verschijnt ter controle in de display. Afdrukken De modus voor afdrukinstellingen wordt geactiveerd, en de indicator “SHARP” knippert in de display. De instelling kan worden gewijzigd met de SELECT (–/ +) knoppen. Als bijvoorbeeld de optie “DATE” knippert, wisselt u elke keer dat u op de SELECT (–/+) knop drukt tussen “ON” (datum wordt afgedrukt) en “OFF” (datum wordt niet afgedrukt). Afdrukinstellingen U kunt verschillende instellingen selecteren voordat u een beeld afdrukt. Druk op de knop ENTER. DATE Een andere instelling wijzigen Herhaal dezelfde procedure vanaf stap 1. vervolg op de volgende bladzijde 21 NL Opties voor afdrukinstellingen De volgende afdrukinstellingen zijn mogelijk. (x geeft de standaardinstelling aan.) Beschikbare optie SHARP (scherpte) Beschrijving van optie ON x OFF BRIGHT (helderheid) ON x OFF DATE ON Beelden worden scherper afgedrukt. Het beeld wordt zonder wijzigingen afgedrukt. Het beeld wordt helderder afgedrukt. Het beeld wordt zonder wijzigingen afgedrukt. Het beeld wordt met een datum afgedrukt. De datum die wordt afgedrukt is de datum waarop het beeldbestand was opgeslagen. Opmerking Wanneer u een datum heeft toegevoegd met de Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder, dan wordt de datum twee keer afgedrukt. x OFF Het beeld wordt zonder datum afgedrukt. Opmerking Datums die met de Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder zijn toegevoegd kunnen buiten het afdrukbereik vallen en daarom soms ten dele worden afgedrukt. FIT ON x OFF MULTI ON x OFF 22 NL Het formaat van het beeld wordt aangepast zodat het op het papier past en niet slechts ten dele wordt afgedrukt. (Rondom het beeld is een rand zichtbaar.) Het beeld wordt zonder wijzigingen binnen het maximum afdrukbereik afgedrukt. Afhankelijk van de formaatverhouding van het beeld, kunnen sommige beelden worden afgesneden (boven-/onderzijde of linker-/rechterzijde). (Rondom het beeld is geen rand zichtbaar.) Er worden meerdere exemplaren van hetzelfde beeld op één vel afgedrukt. U kunt deze optie instellen op 2, 4 of 8 exemplaren per vel. De optie meerdere exemplaren op één vel is niet geactiveerd. PC interfacekit Aansluiting op uw computer. 1 Naar USB-terminal (mini-B) Computerconfiguratie De DPP-MP1 kan worden gebruikt met computers waarop de volgende besturingssystemen zijn geïnstalleerd: • Windows 2000/ME/98/98SE • Mac OS 8.6/9.0/9.1 Voorbereidingen Installeer de printerdriver. Om vanaf uw computer af te drukken, dient u de printerdriver voor de DPPMP1 op uw computer te installeren vanaf de cd-rom “digital photo printer for DPP-MP1”. Voor het installeren van de printerdriver wordt u verwezen naar de Installatiegids. De Installatiegids is een PDF-bestand op de cd-rom “digital photo printer for DPP-MP1”. Dubbelklik op het bestand Driver(English).pdf in de map “Document” - “Dutch” die overeenkomt met uw besturingssysteem. Opmerking Om de Installatiegids te kunnen lezen, dient het programma Adobe Acrobat Reader op uw computer te zijn geïnstalleerd. Als dit programma niet op uw computer is geïnstalleerd, kunt u het vanaf de cd-rom “digital photo printer for DPP-MP1” installeren. Voor Windows-computers dubbelklikt u op het bestand ar500eng.exe in de map “Acrobat” - “Dutch”. Voor Macintosh-computers dubbelklikt u op de Acrobat Reader Installer om het programma te installeren. Sluit de DPP-MP1 aan op uw computer met behulp van de meegeleverde USB-kabel. Computer PC interfacekit Met de PC interface kunt u beelden vanaf uw computer afdrukken op de DPP-MP1. De PC interface voor de DPP-MP1 bestaat uit een USB-kabel en cd-rom. USB-kabel 2 Naar USBterminal Sluit de AC-adapter aan op de DPP-MP1 en schakel het apparaat in met behulp van de aan/uit-schakelaar. Opmerkingen • Voor aansluitingen met de USB-kabel bevelen wij het gebruik van de AC-adapter aan met de DPP-MP1. • Wanneer de USB-kabel wordt gebruikt, is de automatische uitschakelingsfunctie van de DPP-MP1 niet beschikbaar. • De werking van de DPP-MP1 kan niet worden gegarandeerd als er sprake is van aansluiting via een USB-hub. Sommige USB-apparaten kunnen de werking van de DPP-MP1 aantasten wanneer ze gelijktijdig worden gebruikt. • Wanneer de standby-functie (energiebeheerschema) van de computer actief is, kan het voorkomen dat de communicatie tussen de DPP-MP1 en de computer niet wordt hervat op het moment dat de computer weer in gebruik wordt genomen. • Wanneer er sprake is van een USBaansluiting met de computer terwijl er rechtstreeks vanaf een Memory Stick wordt afgedrukt, zal de computer de DPPMP1 pas weer herkennen nadat het afdrukken is voltooid. vervolg op de volgende bladzijde 23 NL Afdrukken De DPP-MP1 wordt niet geleverd met een programma voor beeldverwerking. U dient een beeldverwerkingsprogramma apart aan te schaffen om vanaf de computer op de DPP-MP1 af te drukken. 1 Selecteer op de computer de DPP-MP1 als de uitvoerbestemming. 2 Geef de gewenste afdrukinstellingen op. Als de DPP-MP1 is aangesloten met een USB-kabel, worden afdrukinstellingen via de computer opgegeven. Voor afdrukinstellingen wordt u verwezen naar de Installatiegids op de cd-rom “digital photo printer for DPP-MP1”. 3 Geef de opdracht tot afdrukken op via het beeldverwerkingsprogramma. Opmerking Wanneer de DPP-MP1 met een USB-kabel is aangesloten, zijn alle knoppen uitgeschakeld met uitzondering van de aan/ uit-schakelaar. Wanneer de DPP-MP1 wordt gebruikt om beelden rechtstreeks vanaf de Memory Stick af te drukken, dient u ervoor te zorgen dat de USB-kabel is losgekoppeld. 24 NL Overigen Voorzorgsmaatregelen Voor de veiligheid • Voorkom dat de printer op een locatie wordt geplaatst waar de volgende omstandigheden heersen: – trillingen – hoge vochtigheid – overmatig stof – direct zonlicht – extreem hoge of lage temperaturen • Voorkom het gebruik van elektrische apparaten in de buurt van de printer. De werking van de printer wordt in elektromagnetische velden aangetast. • De printer is ontworpen voor horizontaal gebruik. De printer mag nooit in gekantelde positie worden gebruikt. • Plaats geen zware objecten op de printer. • Laat genoeg ruimte rondom de printer vrij zodat de ventilatieopeningen niet zijn afgesloten. Bij belemmering van de openingen kan het binnenwerk van het apparaat verhit raken. Overigen • Gebruik de printer uitsluitend met 12V gelijkstroom. • Zorg ervoor dat er geen zware objecten op de voedingskabel rusten en voorkom beschadiging van de voedingskabel. Gebruik de printer nooit indien de voedingskabel is beschadigd. • Mocht er een zwaar object of vloeistof in de behuizing terechtkomen, koppel dan de printer los en laat hem door deskundigen controleren voordat u het apparaat weer in gebruik neemt. • Demonteer de printer nooit. • Trek altijd de voedingskabel uit het stopcontact door aan de stekker te trekken. Trek nooit aan de voedingskabel zelf. • Als u de printer gedurende lange tijd niet gebruikt, dient u de stekker uit het stopcontact te halen. • Behandel de printer altijd met zorg. • Haal voor het schoonmaken en het onderhoud van de printer altijd eerst de stekker uit het stopcontact om het risico op elektrische schokken te verminderen. Voor de installatie Voor condensatie Als de printer direct van een koude locatie naar een warme locatie wordt verhuisd of in een extreem warme of vochtige ruimte wordt geplaatst, kan zich condensatie gaan vormen in het binnenwerk van het apparaat. In dat geval werkt de printer waarschijnlijk niet correct en kan zelfs een storing optreden als u de printer blijft gebruiken. Wanneer er sprake is van condensatie, schakelt u het apparaat uit en laat u de printer voor ten minste een uur ongebruikt. vervolg op de volgende bladzijde 25 NL Voor het schoonmaken Gebruik een zachte, droge doek of een zachte, licht vochtige doek met een mild reinigingsmiddel om de behuizing, de display en de knoppen te reinigen. Gebruik om beschadigingen van de afwerking te voorkomen nooit alcohol, een verdunningsmiddel of een ander oplosmiddel. Voor beperkingen wat betreft kopiëren Als u kopieën maakt van documenten, dient u de volgende regels in acht te nemen: • Het kopiëren van bankbiljetten, munten, aandelen en obligaties is in strijd met de wet. • Het kopiëren van blanco certificaten, licenties, paspoorten, eigendomsbewijzen of ongebruikte postzegels is ook in strijd met de wet. • Tv-programma's, films, videobanden, portretten van derden of andere materialen kunnen auteursrechtelijk zijn beschermd. Onbevoegde videoreproductie van deze materialen kan in strijd zijn met de bepalingen van de auteurswet. 26 NL Voorzorgsmaatregelen voor de opslag van inktcartridges • Vermijd blootstelling aan hoge temperaturen, vochtige omstandigheden, overmatig stof en direct zonlicht. • Wanneer u een gedeeltelijk gebruikte inktcartridge uit het apparaat neemt voor langdurige opslag, dient u de inktcartridge in de originele verpakking of andere geschikte verpakking te bewaren. Voorzorgsmaatregelen voor de opslag van papier • Vermijd blootstelling aan hoge temperaturen, vochtige omstandigheden, overmatig stof en direct zonlicht. • Leg twee vellen papier nooit met de afdrukzijde op elkaar. Vermijd langdurig contact van de afdrukzijde met PVC, vlakgom of andere artikelen met plasticeermiddel. Dit kan namelijk het papier doen verkleuren of vervagen. • Wanneer u gedeeltelijk gebruikt afdrukpapier uit het apparaat haalt voor langdurige opslag, dient u het papier in de originele verpakking of andere geschikte verpakking te bewaren. “Memory Stick” “Memory Stick”, “Magic Gate zijn Memory Stick” en handelsmerken van Sony Corporation. ” is een handelsmerk “ van Sony Corporation. * Magic Gate maakt gebruik van versleutelingstechnologie om materialen waarop auteursrechten rusten te beschermen. Let op • Als de “Memory Stick” wordt gelezen, brandt de MS ACCESS-indicator. Zolang deze indicator brandt, mag de “Memory Stick” niet uit het apparaat worden verwijderd. • Gegevens op de “Memory Stick” kunnen worden beschadigd of vernietigd als – de voeding naar het apparaat wordt uitgeschakeld terwijl de “Memory Stick” wordt gelezen. – er sprake is van sterke elektrostatische of geluidsstoringen. • Het labelgedeelte op de “Memory Stick” is uitsluitend bedoeld voor de specifieke label. • Draag of bewaar de “Memory Stick” altijd in zijn omhulsel. • Raak het contactgedeelte nooit met de hand of een metalen object aan. • Buig de “Memory Stick” niet, laat hem niet vallen en voorkom heftig schokken. • Onderneem geen pogingen om de “Memory Stick” te demonteren of te wijzigen. 27 NL Overigen De “Memory Stick” is een licht, compact, IC-gestuurd medium met een grote opslagcapaciteit die uitstekend geschikt is voor een reeks aan toepassingen. Er zijn twee typen Memory Sticks: een conventioneel type en een type dat beschikt over een kopiebeschermende technologie, Magic Gate*. De DPPMP1 is compatibel met beide typen Memory Stick. • Bescherm de “Memory Stick” tegen water en vocht. • Een Memory Stick die in een PC is geformatteerd zal niet altijd in de DPPMP1 werken. Beeldbestanden en bestandsnamen De DPP-MP1 kan beelden in de bestandsindelingen JPEG en TIFF afdrukken. Beeldbestanden die met een Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder zijn gemaakt, worden op de “Memory Stick” opgeslagen volgens een aantal vaste regels. Als u bijvoorbeeld niet-bewegende beelden opneemt met de Sony CyberShot, dan zal de resulterende bestandsstructuur er onder Windows ME als volgt uitzien: Hierbij wordt aangenomen dat de “Memory Stick” wordt herkend als station E Map met JPEGbeelden Map met TIFF-beelden Mapnummer 28 NL • Bestandsnummers worden automatisch toegewezen aan nietbewegende beelden in JPEGindeling. Deze bestanden worden in de map “100MSDCF” opgeslagen in de onderstaande bestandsnaamstructuur: DSC0ssss.JPG R Bestandsnummer • Bestandsnummers worden automatisch toegewezen aan nietbewegende beelden in TIFFindeling. Deze bestanden worden opgeslagen in de map “IMCIF100” in de onderstaande bestandsnaamstructuur: DSC0ssss.TIF R Bestandsnummer Problemen oplossen Probleem Oorzaak/Oplossing Het apparaat werkt niet nadat het is ingeschakeld. • De voedingskabel is niet aangesloten. Overigen Wanneer zich een probleem voordoet tijdens het gebruik van het apparaat, kunt u allereerst de probleemoplossingen in deze gids doornemen. Als het probleem blijft bestaan, kunt u contact opnemen met de leverancier, een door Sony erkend servicebedrijf of een Sony Technisch Informatie Center. Als u een computer gebruikt, dient u tevens de documentatie van de software te raadplegen. c Is de voedingskabel correct aangesloten? (pagina 9) • De batterij is niet correct geplaatst. c U wordt verwezen naar de handleiding van de batterij. Sommige beelden kunnen niet worden afgedrukt. • De beeldbestanden zijn niet compatibel met de DPPMP1. c Beeldbestanden waarvan de bestandsindeling niet compatibel is met de DPP-MP1 kunnen worden bekeken op de computer, maar kunnen niet altijd worden afgedrukt (pagina 34). Het beeld is aan de boven- en onderzijde of aan de linker- en rechterzijde afgesneden. • De verhouding horizontaal/verticaal van het beeldbestand en het afdrukpapier verschilt. c Stel de afdrukinstelling “FIT” in op “ON” (pagina 22). vervolg op de volgende bladzijde 29 NL Foutmelding mapnummer/bestandsnummer Wanneer er een streepje [-] in de display verschijnt bij mapnummers/ bestandsnummers wanneer u een map- of bestandsnummer heeft geselecteerd of wanneer u een beeld met een afdrukmarkering afdrukt, zijn er afhankelijk van het probleem verschillende oplossingen mogelijk. Probleem Uitleg en oplossing • U kunt geen beeld selecteren om af te drukken. Of, er worden identieke mapnummers weergegeven. c Beeld kan niet worden afgedrukt vanwege een probleem met het mapnummer van het beeld. Mapnummer • U kunt geen beeld selecteren om af te drukken. Of, er worden identieke bestandsnummers weergegeven. c Beeld kan niet worden afgedrukt vanwege een probleem met het bestandsnummer van het beeld. Bestandsnummer • Het beeld heeft een afdrukmarkering, maar kan niet worden afgedrukt met dit apparaat. c Het beeldbestand is corrupt en kan niet worden afgedrukt. Wanneer deze fout zich voordoet terwijl u een beeld met een afdrukmarkering afdrukt, wordt het afdrukken gestaakt. Druk op PRINT/STOP om het volgende beeld af te drukken. Waarschuwingsberichten Mogelijke berichten in de display zijn opgenomen in de onderstaande tabel samen met een korte uitleg. Bericht Uitleg WAIT • Het afdrukken is gestopt. c Deze mededeling verschijnt terwijl het laatste beeld wordt afgedrukt. Zodra het beeld is afgedrukt, verschijnt heel even de indicator “STOP”, wat vervolgens verdwijnt. • De temperatuur in de printer is te hoog en het afdrukken is tijdelijk niet mogelijk. c Wacht totdat het afdrukken automatisch wordt hervat. 30 NL Bericht Uitleg RIBON • Het apparaat heeft geen inktcartridge, of de inktcartridge is op. c Plaats of vervang een inktcartridge in het apparaat (pagina 10). PAPER • De papierlade is niet in het apparaat geplaatst, of het afdrukpapier is op. NO MS • Er is geen “Memory Stick” in het apparaat geplaatst. c Plaats een “Memory Stick” in het apparaat (pagina 13). NO IMAGE Overigen c Plaats een papierlade met papier in het apparaat (pagina 11). • De “Memory Stick” bevat geen beelden. c Plaats een “Memory Stick” met beeldbestanden in het apparaat. • De “Memory Stick” bevat geen beelden die door het apparaat kunnen worden afgedrukt. c Beeldbestanden waarvan de bestandsindeling niet compatibel is met de DPP-MP1 kunnen worden bekeken op een computer, maar kunnen niet altijd worden afgedrukt (pagina 34). NO ORDER • De “Memory Stick” bevat geen beelden waaraan een afdrukmarkering is toegekend. c Plaats een “Memory Stick” in het apparaat, met daarop beelden waaraan een afdrukmarkering is toegekend met een Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder. • De “Memory Stick” bevat geen beelden met een afdrukmarkering die door de DPP-MP1 kunnen worden afgedrukt. c Ken een afdrukmarkering aan de beelden toe met een Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder (pagina 15). CAN’T PRINT • Er werd geprobeerd om een beeldbestand in een nietcompatibele bestandsindeling af te drukken. c Het afdrukken van dit type beelden op de DPP-MP1 is niet mogelijk. Wanneer deze fout zich voordoet terwijl u een beeld met een afdrukmarkering afdrukt, wordt het afdrukken gestaakt. Druk op PRINT/STOP om het volgende beeld af te drukken. vervolg op de volgende bladzijde 31 NL Bericht Uitleg FILE ERROR • Er is een fout voorgekomen tijdens het lezen van een beeldbestand vanaf de “Memory Stick”. c Het beeldbestand is corrupt en kan niet worden afgedrukt. MS ERROR • De “Memory Stick” is niet correct in het apparaat geplaatst. c Plaats de “Memory Stick” opnieuw en op de juiste wijze in het apparaat (pagina 13). • De “Memory Stick” is niet correct geformatteerd. c Een Memory Stick die op een PC is geformatteerd werkt niet altijd in de DPP-MP1. Gebruik een Memory Stick die in een Sony CyberShot digitale camera of Handycam camcorder is geformatteerd. • Er is een “Memory Stick” in het apparaat geplaatst van een type dat niet door de DPP-MP1 wordt ondersteund, of de “Memory Stick” is defect. c Plaats een “Memory Stick” die wel ondersteund wordt in het apparaat. RIBON (+ ERROR-indicator is verlicht) • Er is een probleem met de inktcartridge. PAPER (+ ERROR-indicator is verlicht) • Er is een papierstoring. ERROR • Er is een interne fout. (+ ERROR-indicator is verlicht) c Schakel het apparaat uit en vervolgens weer in. Als dit het probleem niet verhelpt, verwijder dan de inktcartridge uit het apparaat en controleer of het lint klem zit in de cartridge. Als het lint te slap is, kunt u het strakker draaien (pagina 11). c Schakel het apparaat uit en vervolgens weer in. Het papier moet automatisch uit het apparaat komen. c Schakel het apparaat uit en vervolgens weer in. Wat te doen bij een papierstoring Trek het papier nooit met de hand uit het apparaat aangezien dit kan resulteren in beschadiging en defecten. Schakel het apparaat altijd eerst uit en vervolgens weer in, zodat het papier automatisch uit het apparaat komt. 32 NL Zit het papier nog steeds bekneld, neem dan contact op met de leverancier, een door Sony erkend servicebedrijf of een Sony Technisch Informatie Center. Garantie en onderhoud Reparaties buiten de garantietermijn Reparaties kunnen op verzoek van de klant worden uitgevoerd. Alle gemaakte kosten komen voor rekening van de klant. Garantiebewijs Onderhoud Als er een probleem is met het apparaat, neem dan nogmaals de relevante gedeelten in deze handleiding door. Als het probleem blijft bestaan, kunt u contact opnemen met de leverancier, een door Sony erkend servicebedrijf of een Sony Technisch Informatie Center. Beschikbaarheid van onderdelen De belangrijkste onderdelen die nodig zijn om de “digital photo printer” goed te laten functioneren, zullen ten minste 8 jaar nadat de productie van dit model wordt gestopt door de fabrikant besteld kunnen worden. Een niet-werkend apparaat mag ook na het verstrijken van de garantietermijn met behulp van deze onderdelen worden gerepareerd, afhankelijk van de aard van het probleem. Neem voor verdere details contact op met de leverancier of een door Sony erkend servicebedrijf. Wanneer u om onderhoud verzoekt, dient u de volgende gegevens door te geven. - Modelnaam: DPP-MP1 - Gedetailleerde beschrijving van het probleem - Datum van aankoop Reparaties binnen de garantietermijn Reparaties zullen worden uitgevoerd volgens de voorwaarden in het garantiebewijs. Lees het garantiebewijs aandachtig door voor meer details. 33 NL Overigen • Dit product wordt geleverd met een garantiebewijs. Controleer of u dit bewijs bij aankoop hebt ontvangen. • Vul de gewenste gegevens in op het garantiebewijs, controleer of het de juiste informatie bevat en bewaar het op een veilige plaats. • De garantietermijn is één jaar vanaf de datum van aankoop. Specificaties Druktechniek Thermische inktsublimatietechniek (YMC + coating) Afdrukresolutie 307 × 307 dpi Gradaties YMC-beeldverwerking met gebruik van 8 bits/256 gradaties per kleur voor ongeveer 16,77 miljoen kleuren/pixel. Afdrukformaat 81,6 (H) × 50 (V) mm Afdruktijd Ongeveer 90 seconden per afdruk (exclusief tijd voor gegevensoverdracht vanaf de computer of “Memory Stick” en exclusief verwerkingstijd) Voedingaansluiting USB (Mini-B) Sleuf voor opnameapparatuur Sleuf voor Memory Stick (1) Ondersteunde bestandsindelingen 1) DCF 2) Exif Ver. 2.1 3) (JPEG [baseline], TIFF-RGB [nietgecomprimeerd]) DPOF-compatibel (aantal afdrukken) 34 NL Voeding AC-adapter Input: 100 - 240 V AC (wisselstroom), 50/60 Hz Output: 12 V gelijkstroom, 3 A Stroomverbruik Input: 12 V gelijkstroom, 2,1 A 25 W (tijdens afdrukken met ACadapter) Vereiste omgevingstemperatuur 5 - 35ºC Externe dimensies Ongeveer 66 × 39 × 111 (B/H/D) mm (zonder papierlade of uitstekende delen) Gewicht Ongeveer 260 g (zonder papierlade) 1) Niet alle speciale bestandsformaten worden ondersteund. 2) DCF (Design rule for Camera File system) is een standaard die door de JEIDA (Japan Electronic Industry Development Association) werd geformuleerd teneinde de compatibiliteit tussen digitale “still” camera's, printers en andere apparatuur te waarborgen. 3) Exif is een beeldbestandsindeling die aanvullende gegevens bevat met betrekking tot de weergaveresolutie, opnamedatum en andere gegevens. Meegeleverde accessoires Overigen AC-adapter/voedingskabel Papierlade Draagtas Kleurenafdrukset van kaartformaat (SVM-24CS) Klemfilter USB-kabel cd-rom Gebruikshandleiding Eigendomsregistratiekaart Garantiebewijs Licentieovereenkomst voor eindgebruikers van Sony Software Het ontwerp en de specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden aangepast. Optionele accessoires Kleurenafdrukset van kaartformaat SVM-24CS Batterij MPA-BT1A 35 NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104

Sony DPP-MP1 de handleiding

Categorie
Tv's
Type
de handleiding