Samsung AC140KX4DKH/EU Installatie gids

Type
Installatie gids
Airconditioner
Installatiehandleiding
AC✴✴✴KX4DH
Dank u voor uw aankoop van deze airconditioner van Samsung.
Voordat u het apparaat bedient, verzoeken we u deze handleiding zorgvuldig te lezen en
te bewaren voor raadpleging in de toekomst.
2 Nederlands
Inhoud
Ga voor informatie over de milieuverplichtingen van Samsung en productspecifieke wettelijke verplichtingen als
REACH naar:
samsung.com/uk/aboutsamsung/samsungelectronics/corporatecitizenship/data_corner.html
Veiligheidsinformatie 3
Algemene informatie 3
De unit installeren 4
Stroomtoevoerleiding, zekering of beveiligingsschakelaar 4
Installatieprocedure 5
Stap 1 De installatielocatie kiezen 5
Stap 2 De buitenunit op zijn plek vastzetten 7
Stap 3 De stroomsnoeren, de communicatiekabels en de bedieningen aansluiten 8
Stap 4 optioneel: het stroomsnoer verlengen 14
Stap 5 De koelleiding aansluiten 16
Stap 6 optioneel: De leidingen afsnijden en flaren 17
Stap 7 Olievangers installeren 18
Stap 8 De luchtleiding aansluiten en het circuit ontluchten 18
Stap 9 Koelmiddel toevoegen (R-410A) 19
Stap 10 Uitvoeren van gaslektesten 21
Stap 11 De aftapslang aansluiten op de buitenunit 21
Stap 12
Isoleren van de koelmiddelleidingen 22
Stap 13 De aarding controleren 23
Stap 14 Definitieve controle en proefbedrijf uitvoeren 23
Extra procedures 27
Koelmiddel naar beneden pompen 27
De binnen- en buitenunits verplaatsen 27
De afsluiter gebruiken 27
Bijlagen 29
Probleemoplossing 29
Technische specificaties 31
3Nederlands
Veiligheidsinformatie
WAARSCHUWING
• Risico's of onveilige praktijken die kunnen leiden tot
ernstig persoonlijk letsel of overlijden.
LET OP
• Risico's of onveilige praktijken die kunnen leiden tot
licht persoonlijk letsel of materiële schade.
Volg de onderstaande voorzorgsmaatregelen zorgvuldig.
Deze zijn van essentieel belang om de veiligheid van de
apparatuur te garanderen.
WAARSCHUWING
• Koppel de stroomtoevoer naar de airconditioner altijd
los voordat onderhoud wordt gepleegd of toegang
wordt verkregen tot de interne onderdelen.
• Controleer of het installeren en testen worden
uitgevoerd door gekwalificeerd personeel.
• Controleer of de airconditioner niet wordt geplaatst
op een zeer toegankelijke locatie.
Algemene informatie
WAARSCHUWING
• Lees de inhoud van deze handleiding zorgvuldig
door voordat de airconditioner wordt geïnstalleerd
en bewaar de handleiding op een veilige plaats zodat
deze na installatie kan dienen als referentie.
• Voor maximale veiligheid moeten personen die de
unit installeren, de volgende waarschuwingen altijd
zorgvuldig lezen.
• Bewaar de werkings- en installatiehandleiding op een
veilige plaats en geef deze bij verkoop of overdracht
van de airconditioner aan de nieuwe eigenaar.
• Deze handleiding legt de installatie uit van een
binnenunit met een gesplitst systeem met twee
units van SAMSUNG. Het gebruik van andere typen
eenheden met verschillende beheersystemen kan de
units beschadigen en de garantie ongeldig maken. De
fabrikant is niet aansprakelijk voor schade als gevolg
van het gebruik van niet-conforme units.
• Er is bepaald dat dit apparaat voldoet aan de
laagspanningsrichtlijn (2006/95/EC), de richtlijn
elektromagnetische compatibiliteit (2004/108/EC) en
de machinerichtlijn (2006/42/EC) van de Europese
Unie.
• De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die
voortkomt uit ongeautoriseerde aanpassingen of
onjuiste elektrische aansluitingen en de vereisten
zoals uiteengezet in de tabel 'Werkingslimieten' in
de handleiding. Dergelijke wijzigingen maken de
garantie onmiddellijk ongeldig.
• De airconditioner mag alleen worden gebruikt voor
de toepassingen waarvoor het apparaat is ontworpen:
de binnenunit is niet geschikt voor installatie in
ruimten die worden ingezet als wasruimte.
• Gebruik de units niet als deze zijn beschadigd. Als
er problemen optreden, schakel de unit dan uit en
koppel deze los van de stroomtoevoer.
• Om elektrische schok, brand en letsel te
voorkomen, moet de unit altijd worden gestopt,
de beschermingsschakelaar worden uitgeschakeld
en contact worden opgenomen met de technische
ondersteuning van SAMSUNG als de unit rook
produceert, als het stroomsnoer heet of beschadigd is
of als de unit veel lawaai maakt.
• Zorg ervoor dat de unit, elektrische aansluitingen,
leidingen met koelmiddel en beschermingen
regelmatig worden geïnspecteerd. Deze bewerkingen
mogen alleen door gekwalificeerd personeel worden
uitgevoerd.
• De unit bevat bewegende delen, die te allen tijde
buiten bereik van kinderen moeten worden gehouden.
• Probeer de unit niet zelf te repareren, te verplaatsen,
te wijzigen of opnieuw te installeren. Als deze
bewerkingen worden uitgevoerd door niet-
geautoriseerd personeel, kunnen deze elektrische
schokken of brand veroorzaken.
• Plaats geen containers met vloeistof of andere
objecten op de unit.
• Alle materialen die zijn gebruikt voor het
vervaardigen en verpakken van de airconditioner
kunnen worden gerecycled.
• Het verpakkingsmateriaal en gebruikte batterijen
van de afstandsbediening (optioneel) moeten in
overeenstemming met de huidige wetgeving worden
afgevoerd.
• De airconditioner bevat koelmiddel dat als speciaal
afval moet worden afgevoerd. Aan het eind van de
levensduur moet de airconditioner worden afgevoerd
naar geautoriseerde centra of worden geretourneerd
naar de verkoper zodat deze op juiste en veilige wijze
kan worden afgevoerd.
Veiligheidsinformatie
Veiligheidsinformatie
4
Veiligheidsinformatie
Nederlands
Veiligheidsinformatie
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door
personen (waaronder ook kinderen) met een
verminderd fysiek, zintuiglijk of geestelijk vermogen
of gebrek aan kennis en ervaring, tenzij iemand die
voor hun veiligheid verantwoordelijk is toezicht
op hen houdt of hen aanwijzingen geeft over het
gebruik van het apparaat. Kinderen moeten worden
gesuperviseerd om te controleren dat ze niet met het
apparaat spelen.
• Bij gebruik in Europa: Dit apparaat kan gebruikt
worden door kinderen van 8 jaar of ouder en
personen met een verminderd fysiek, zintuiglijk
of geestelijk vermogen of gebrek aan kennis en
ervaring indien er toezicht op hen wordt gehouden
of ze aanwijzingen hebben gekregen over het veilige
gebruik en de risico’s hiervan begrijpen. Kinderen
mogen niet met het apparaat spelen. Het reinigen
en dagelijkse onderhoud van het apparaat mag niet
zonder supervisie door kinderen worden uitgevoerd.
De unit installeren
WAARSCHUWING
BELANGRIJK: Bij het installeren van de unit moeten altijd
eerst de koelingsleidingen worden aangesloten en daarna
de elektrische verbindingen.
• Inspecteer het product bij ontvangst om te
verzekeren dat het niet is beschadigd tijdens
het transport. Als het product beschadigd lijkt,
INSTALLEER HET DAN NIET en meld de schade
onmiddellijk bij de transporteur of de verkoper (als
de installateur of de geautoriseerde technicus het
materiaal bij de verkoper heeft opgehaald).
• Voer na het afronden van de installatie altijd een
functionele test uit. Leg de gebruiker ook uit hoe de
airconditioner moet worden bediend.
• Gebruik de airconditioner niet in omgevingen met
gevaarlijke substanties of in de buurt van apparatuur
waarbij open vlammen vrijkomen, om brand,
explosies en/of letsel te voorkomen.
• Onze units moeten worden geïnstalleerd volgens
de ruimtevereisten zoals aangegeven in de
installatiehandleiding, om de toegankelijkheid van
beide zijden te garanderen en de uitvoering van
onderhoud en reparaties mogelijk te maken. De
onderdelen van de unit moeten toegankelijk en
eenvoudig te demonteren zijn, zonder mensen en
voorwerpen in gevaar te brengen.
• Om deze reden worden kosten voor toegang
tot en reparatie van de units (onder VEILIGE
OMSTANDIGHEDEN, zoals beschreven in geldende
regelgevingen) met harnassen, ladders, steigers of
een ander hefsysteem, indien niet is voldaan aan de
voorwaarden in deze installatiehandleiding, NIET
gedekt door de garantie en worden aan de eindklant
doorbelast.
Stroomtoevoerleiding, zekering of
beveiligingsschakelaar
WAARSCHUWING
• Zorg er altijd voor dat de voeding in
overeenstemming is met huidige veiligheidsnormen.
Installeer de airconditioner altijd in overeenstemming
met de huidige plaatselijke veiligheidsnormen.
• Controleer altijd of een geschikte aardingsaansluiting
beschikbaar is.
• Controleer of de spanning en frequentie van de
voeding overeenkomt met de specificaties en of de
geïnstalleerde stroom voldoende is om de werking
van elk ander huishoudelijk apparaat te waarborgen
dat op dezelfde elektrische leidingen is aangesloten.
• Controleer altijd of de uitschakel- en
beschermingsschakelaars de juiste afmetingen
hebben.
• Controleer of de airconditioner op de voeding is
aangesloten in overeenstemming met de instructies
in het bedradingsdiagram dat in de handleiding is
opgenomen.
• Controleer altijd of de elektrische aansluitingen
(kabelinvoer, kabelsplitsingen, beschermingen...) in
overeenstemming zijn met de elektrische specificaties
en met de instructies in het bedradingsschema.
Controleer altijd of alle aansluitingen in
overeenstemming zijn met de normen die van
toepassing zijn op de installatie van airconditioners.
• Apparaten die van de stroomtoevoer ontkoppeld
zijn, moeten geheel ontkoppeld zijn volgens de
voorwaarden van de overspanningscategorie.
5
Installatieprocedure
Nederlands
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Stap 1 De installatielocatie kiezen
Vereisten voor de installatielocatie
• Plaats de buitenunit niet op de zijkant of bovenkant.
Als u deze voorwaarde niet respecteert, kan de
compressor- of smeerolie in het koelcircuit lopen en
de unit ernstig beschadigen.
• Installeer de unit op een goed geventileerde locatie,
buiten bereik van direct zonlicht en harde wind.
• Installeer de unit op een locatie waar hij geen
doorgangen of paden hindert.
• Installeer de unit op een locatie die uw buren niet
stoort of overlast veroorzaakt, ze zouden last kunnen
hebben van het geluid van de luchtstroom die de unit
verlaat.
• Installeer de unit op een locatie waar de leidingen
en snoeren eenvoudig op de binnenunit aangesloten
kunnen worden.
• Installeer de unit op een vlakke, stabiele ondergrond
die het gewicht van de unit kan dragen. Anders kan
de unit tijdens het gebruik lawaai maken en trillen.
• Installeer de unit zo dat de luchtstroom gericht is op
een open zone.
• Houd voldoende ruimte vrij rond de buitenunit, met
name van een stereo-installatie, computer, radio enz.
Zekering
Zekering
Bediening
1,5 m of meer
1 m of meer
1 m of meer
1,5 m of meer
1,5 m of meer
Stereo
Computer enz.
Buitenunit
200 mm
Luchtgeleidingsleiding (dit product wordt niet door Samsung geleverd)
Binnenunit
300 mm
• Installeer de unit op een hoogte waar de basis stevig
bevestigd kan worden.
• Verzeker u ervan dat water dat uit de aftapslang
loopt, veilig en correct wordt afgevoerd.
LET OP
• U hebt zojuist een airconditioningsysteem gekocht
dat door uw installatiespecialist geïnstalleerd is.
• Dit apparaat moet geïnstalleerd worden volgens de
nationale regelgeving voor elektrische installaties.
• Instaleer uw buitenunit niet op een steun aan een
muur maar zet hem op een vloer indien de unit
zwaarder is dan 60 kg netto.
• Als de buitenunit aan de zeezijde wordt geïnstalleerd,
zorg er dan voor dat deze niet direct wordt
blootgesteld aan de zeewind. Als u geen goede plek
kunt vinden waar de zeewind niet blaast, maak dan
een beschermwand of beschermend hekwerk.
Installeer de buitenunit op een locatie (zoals bij
een gebouw) waar deze beschut is tegen zeewind.
Als dit niet gebeurt, kan dit leiden tot schade aan
de buitenunit.
Zeewind Zeewind
Zee Zee
Buitenunit Buitenunit
•
Als niet kan worden voorkomen dat de unit aan de
zeezijde wordt geplaatst, maak dan een beschermwand
rond de unit om de zeewind tegen te houden.
• Maak een beschermwand van stevig materiaal als
beton om de zeewind tegen te houden. Controleer of
de hoogte en breedte van de bescherming 1,5 keer de
maat van de buitenunit bedragen. Zorg er ook voor
dat er een ruimte van meer dan 700 mm tussen de
beschermwand en de buitenunit blijft bestaan, zodat
de uitlaatlucht kan worden geventileerd.
Beschermwand
Buitenunit
Zeewind
Zee
LET OP
• Afhankelijk van de status van de stroomtoevoer, kan
een instabiele stroomvoorziening of spanning een
storing van de onderdelen of het besturingssysteem
veroorzaken. (Aan het schip of op plaatsen waar
stroom van een elektrische generator enz. wordt
gebruikt.)
6
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
• Plaats de unit op een locatie waar water zonder
problemen kan worden afgevoerd.
• Als u problemen hebt met het vinden van een locatie
zoals hierboven beschreven, neem dan contact op
met de fabrikant voor meer informatie.
• Zorg ervoor dat het zeewater en stof van de
warmtewisselaar van de buitenunit worden gereinigd
en maak gebruik van corrosieremmers. (Minstens
eenmaal per jaar.)
Afmetingen van de buitenunit
Type A
AC090KX4DKH/AC100KX4DKH/AC100KX4DNH/
AC120KX4DKH/AC120KX4DNH
998
977
537
528
620
940
330
384
360
675
Type B
AC140KX4DKH/AC140KX4DNH
620
330
384
360
1210
1185
940
567
558
675
Type C
AC071KX4DKH
880 53
310
660
364
18
798
Minimale vrije ruimte voor de buitenunit
Bij het installeren van 1 buitenunit
(Eenheid: mm)
300 of meer
1500 of meer
300 of
meer
600 of
meer
300 of
meer
2000 of
meer
1500 of
meer
600 of
meer
300 of
meer
1500 of
meer
300 of
meer
Bij het installeren van meer dan 1 buitenunit
(Eenheid: mm)
1500 of
meer
600 of
meer
3000 of
meer
3000 of
meer
300 of
meer
600 of
meer
600 of
meer
1500 of
meer
300 of
meer
1500 of meer
600 of
meer
600 of
meer
7
Installatieprocedure
Nederlands
300 of
meer
600 of
meer
600 of
meer
600 of
meer
300 of
meer
500 of meer500 of meer
300 of
meer
300 of
meer
LET OP
• De buitenunit moet geïnstalleerd worden volgens
de aangegeven afstanden zodat hij van elke kant
toegankelijk is, om de juiste werking en reparatie en
het juiste onderhoud van de unit te garanderen.
De onderdelen van de buitenunit moeten in veilige
omstandigheden voor mensen en de unit kunnen
worden bereikt en verwijderd.
De buitenunit verplaatsen met een touw
1 Voordat u de buitenunit verplaatst, brengt u twee
draadkabels van 8 m of langer aan zoals aangegeven.
2 Om schade en krassen doeltreffend te voorkomen,
brengt u een stuk stof aan tussen de buitenunit en de
kabels.
3 De buitenunit verplaatsen.
Draadkabel
Doek ter bescherming van
de plaat
Stap 2 De buitenunit op zijn plek
vastzetten
Installeer de buitenunit op een harde, stabiele ondergrond
om overlast door trillingsgeluid te voorkomen. Indien u de
unit hoog plaatst of op een plaats waar hij is blootgesteld
aan harde wind, moet u de unit stevig aan een steun
bevestigen (de muur of een aarding).
Bevestig de buitenunit met ankerbouten. Zorg ervoor dat
de ankerbouten zich op 20 mm of meer van de onderkant
bevinden.
Gat voor ankerbout
(Eenheid: mm)
(Eenheid: mm)
Gat voor ankerbout
LET OP
• Installeer een aftapleiding op het laagste punt van de
onderkant, voor de afvoer van de buitenunit.
• Indien u de buitenunit op een dak plaatst, moet u de
unit waterdicht maken en de sterkte van de zolder
controleren.
8
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
• Controleer of de wand het gewicht van het rek en de
buitenunit kan dragen.
• Installeer het rek zo dicht als mogelijk bij de kolom.
Optioneel: De buitenunit vast zetten op een
wand met een rek
Zacht rubber, ontworpen om trillingen van rek naar
wand te stoppen (niet bij het product geleverd)
Ontworpen om resttrillingen van de buitenunit naar
het rek te dempen. (niet bij het product geleverd)
Ankerbout
Basisoppervlak
20 mm
• Installeer correct pakkingmateriaal om het geluid en
de trillingen te beperken die door de buitenunit aan
de wand worden doorgegeven.
LET OP
• Controleer het volgende wanneer u een
luchtleidinggoot installeert:
De schroeven beschadigen de koperen buis niet.
De luchtleidinggoot is stevig op de ventilatiekap
bevestigd.
Stap 3 De stroomsnoeren, de
communicatiekabels en de bedieningen
aansluiten
U moet de volgende drie elektriciteitskabels op de
buitenunit aansluiten:
• Het hoofdstroomsnoer tussen de secundaire
beveiligingsschakelaar en de buitenunit.
• Het stroomsnoer tussen de buitenunit en de
binnenunit.
• De communicatiekabel tussen de buitenunit en de
binnenunit.
LET OP
• Tijdens de installatie sluit u eerst de
koelmiddelaansluitingen aan en vervolgens de
elektrische aansluitingen. Indien u de unit de-
installeert, ontkoppelt u eerste de elektrische snoeren
en vervolgens de koelmiddelaansluitingen.
• Sluit de airconditioning aan op het aardingssysteem
voordat u de elektrische aansluitingen aansluit.
OPMERKING
• Indien u buitenunit is ontworpen voor de Russische
of Europese markt, moet u indien nodig de
elektriciteitsmaatschappij raadplegen om voor
installatie de impedantie van het elektriciteitssysteem
in te schatten en beperken.
Voorbeelden van een airconditioningsysteem
Bij gebruik van een aardlekschakelaar (ELCB) voor één fase
MCCB
ELCB
ELB
Hoofdst-
roomsnoer
Communicatiekabel
Stroomsnoer van buiten naar
binnen
Aarding
Buitenunit
OF
Binnenunit
9
Installatieprocedure
Nederlands
Bij gebruik van een aardlekschakelaar (ELCB) voor een
vieraderig systeem met drie fasen (3P4W)
MCCB
ELCB
ELB
Hoofdst-
roomsnoer
Communicatiekabel
Stroomsnoer van buiten naar
binnen
Aarding
Buitenunit Binnenunit
OF
LET OP
• Indien de buitenunit geïnstalleerd wordt op een
locatie die gevoelig is voor elektriciteitslekken of
overstroming, moet u een ELCB installeren.
Het hoofdstroomsnoer aansluiten
Bij gebruik van een ELB voor 1 fase en 3 fasen
1(L) 2(N) L1(R) L2(S) L3(T) N
F1 F2
1(L) 2(N) L N
F1 F2
MCCB
MCCB
ELB
Stroomtoevoer
Elektronische
onderdelenkast
Volgens het model kan de unit er
anders uitzien dan op de afbeelding.
Binnenunit
1 fasen
3 fasen
Hoofdstroomsnoer
Communicatiekabel
Communicatiekabel
Hoofdstroomsnoer 3
fasen 4 draden
(AC 380V)
Stroomsnoer
van buiten naar
binnen
Stroomsnoer
van buiten naar
binnen
Kabelbinder
Kabelbinder
10
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
LET OP
• U moet het stroomsnoer aansluiten op de
stroomsnoeraansluiting en bevestigen met een klem.
• Onevenwichtige stroom moet binnen 2% van de
geleverde voeding gehouden worden.
Als de stroom bijzonder onevenwichtig is, kan dit
de levensduur van de condensator verkorten. Als
de onevenwichtige stroom meer dan 4% van de
geleverde voeding betreft, wordt de binnenunit
beschermd, gestopt en geeft een foutmelding aan.
• Om het product te beschermen tegen water en
mogelijke schokken, moet u het stroomsnoer en
het verbindingssnoer tussen de buiten- en de
binnenunit door goten leiden (met de juiste IP-index
en materiaalselectie voor uw toepassing).
• Zorg ervoor dat de hoofdstroomaansluiting
plaatsvindt via een schakelaar die alle polen
ontkoppelt, met een contactopening van minstens 3
mm.
• Apparaten die van de stroomtoevoer ontkoppeld
zijn, moeten geheel ontkoppeld zijn volgens de
voorwaarden van de overspanningscategorie.
• Houd afstanden van 50 mm of meer aan tussen het
stroomsnoer en de communicatiekabel.
Specificaties aansluitblok hoofdstroom
Specificaties aansluitblok 1 fase Specificaties aansluitblok 3 fase
1(L) 2(N) L N
Wisselstroom
(AC071KX4DKH):
M4 schroef
1(L) 2(N) L N
Wisselstroom
(AC090/100/120/140KX4DKH):
M5 schroef
1(L) 2(N) L1(R) L2(S) L3(T) N
Wisselstroom :
M5 schroef
9,95
11,411,4 10,1 15 12
11,55
Communicatie:
M4 schroef
F1 F2
Communicatie:
M4 schroef
F1 F2
10,1
11,4
10,1
Specificaties hoofdstroomsnoer
Het stroomsnoer wordt niet met de airconditioner meegeleverd.
• Selecteer het stroomsnoer volgens de relevante lokale en nationale regelgevingen.
• De draadafmetingen moeten voldoen aan de geldende lokale en nationale wet.
• Specificaties voor de bedrading, het stroomsnoer en vertakkingen komen overeen met het lokale snoer.
Een fase
Type
Model Buitenunit Inputstroom (Ampère) Stroomtoevoer
Binnenunit Buitenunit
Index
Spanningsbereik
Buitenunit
Binnenunit Totaal MCA MFA
Hz Volt Min
.
Max
.
Koelen Verwarmen
A
AC090KN4DKH/EU
AC090KX4DKH/EU
50 220 tot 240 198 264 23 23 1,5 24,5 24,5 26,95
AC100KN4DKH/EU
AC100KX4DKH/EU
50 220 tot 240 198 264 23 23 1,5 24,5 24,5 26,95
AC120KN4DKH/EU
AC120KX4DKH/EU
50 220 tot 240 198 264 25 25 1,5 26,5 26,5 29,15
B
AC140KN4DKH/EU
AC140KX4DKH/EU
50 220 tot 240 198 264 32 32 1,5 33,5 33,5 36,85
C
AC071KN4DKH/EU
AC071KX4DKH/EU
50 220 tot 240 198 264 20 20 1,5 21,5 21,5 23,65
11
Installatieprocedure
Nederlands
3 fasen
Type
Model Buitenunit Inputstroom (Ampère) Stroomtoevoer
Binnenunit Buitenunit
Index
Spanningsbereik
Buitenunit
Binnenunit Totaal MCA MFA
Hz Volt Min
.
Max
.
Koelen Verwarmen
A
AC100KN4DKH/EU
AC100KX4DNH/EU
50 380 tot 415 342 456,5 16,1 16,1 1,5 17,6 17,6 17,6
AC120KN4DKH/EU
AC120KX4DNH/EU
50 380 tot 415 342 456,5 16,1 16,1 1,5 17,6 17,6 17,6
B
AC140KN4DKH/EU
AC140KX4DNH/EU
50 380 tot 415 342 456,5 16,1 16,1 1,5 17,6 17,6 17,6
OPMERKING
1 Spanningsbereik
• De units kunnen gebruikt worden op elektrische
systemen waarvan de geleverde spanning aan de
unitaansluiting binnen de aangegeven maximum-
en minimumgrens blijft.
2 De maximum toegelaten spanningsschommeling
tussen fasen is 2%.
3 De draadafmetingen en het type moeten voldoen aan
de geldende lokale en nationale wet.
• Draadafmeting: Gebaseerd op de MCA-waarde.
• Draadtype: 60245 IEC57(IEC) of H05RN-
F(CENELEC) of hoger.
4 MFA wordt gebruikt voor keuze van de
beveiligingsschakelaar en als onderbreker bij
aardingsdefecten (aardlekschakelaar).
5 MCA vertegenwoordigt de maximale inputstroom.
• MFA vertegenwoordigt de capaciteit die MCA kan
accepteren
• Afkortingen
MCA: Min. Circuit Amps. (A)
MFA: Max. Fuse Amps. (A)
6 Dit apparaat voldoet aan IEC 61000-3-12 indien de
kortsluitstroom Ssc hoger is dan Ssc (*2) of hieraan
gelijk is op het interfacepunt tussen de stroomlevering
van de gebruiker en het openbare systeem. Het
is de verantwoordelijkheid van de installateur of
gebruiker van het apparaat om, indien nodig door
de elektriciteitsleverancier te raadplegen, ervoor te
zorgen dat de apparatuur uitsluitend is aangesloten op
een stroomtoevoer met een kortsluitstroom Ssc hoger
dan Ssc(*2) of hieraan gelijk.
Model Ssc[MVA]
AC071KX4DKH/EU 1,48
AC090KX4DKH/EU 3,14
AC100KX4DKH/EU 3,14
AC100KX4DNH/EU 2,70
AC120KX4DKH/EU 1,08
AC120KX4DNH/EU 2,98
AC140KX4DKH/EU 2,97
AC140KX4DNH/EU 3,03
Bedradingsschema van Bediening Stiltemodus
(AC090/100/120/140KX4D*H)
Buitenunit
ASSY Control Out
Spanningsvrij contact
12
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Het stroomsnoer en de communicatiekabel
tussen de buiten- en de binnenunit aansluiten
1 fasen
L N
F1 F2
1(L) 2(N) L N
F1 F2
Stroomsnoer van
buiten naar binnen
Voor het aansluiten van de stroom-
en communicatiesnoeren
Hoofdstroomsnoer Communicatiekabel
Kabelbinder
Binnenunit
Buitenunit
3 fasen
L N
F1 F2
1(L) 2(N) L1(R) L2(S) L3(T) N
F1 F2
Binnenunit
Stroomsnoer van
buiten naar binnen
Hoofdstroomsnoer 3
fasen 4 draden (AC 380V)
Communicatiekabel
Kabelbinder
Buitenunit
OPMERKING
• Leg de bedrading zo dat de voorkap niet ophoog
komt wanneer u bedradingswerkzaamheden uitvoert
en bevestig de voorkap zorgvuldig.
• De aardingsdraad voor de binnenunit en het
verbindingssnoer met de buitenunit moeten
worden aangesloten op een vertinde zachtkoperen
oogaansluiting met een M4-schroefgat (NIET
MEEGELEVERD MET DE ACCESSOIRES VOOR DE UNIT).
Specificaties stroomaansluiting van buiten naar
binnen
• Sluit de snoeren aan op de ronde klemaansluiting op
het klemmenbord.
• Scherm een ronde kabelschoen en een aansluitdeel
van het stroomsnoer af en sluit aan.
Zilversoldeer
13
Installatieprocedure
Nederlands
Nominale
kabelafmetingen
(mm²)
Nominale
schroefafmetingen
(mm)
B D d1 E F L d2 t
Standaardafmeting
[mm (mm)
Tolerantie
(mm)
Standaardafmeting
(mm)
Tolerantie
(mm)
Standaardafmeting
(mm)
Tolerantie
(mm)
Min.
(mm)
Min.
(mm)
Max.
(mm)
Standaardafmeting
(mm)
Tolerantie
(mm)
Min.
(mm)
4/6
4 9,5
±0,2 5,6
+0,3
-0,2
3,4 ±0,2 6
5 20 4,3
+0,2
0
0,9
8 15 9 28,5 8,4
+0,4
0
10 8 15 ±0,2 7,1
+0,3
-0,2
4,5 ±0,2 7,9 9 30 8,4
+0,4
0
1,15
16 8 16 ±0,2 9
+0,3
-0,2
5,8 ±0,2 9,5 13 33 8,4
+0,4
0
1,45
25
8 12
±0,3 11,5
+0,5
-0,2
7,7 ±0,2 11
15
34
8,4
+0,4
0
1,7
8 16,5 13 8,4
35
8 16
±0,3 13,3
+0,5
-0,2
9,4 ±0,2 12,5
13 38 8,4
+0,4
0
1,8
8 22 13 43 8,4
50 8 22 ±0,3 13,5
+0,5
-0,2
11,4 ±0,3 17,5 14 50 8,4
+ 0,4
0
1,8
70 8 24 ±0,4 17,5
+0,5
-0,4
13,3 ±0,4 18,5 20 51 8,4
+ 0,4
0
2,0
• Sluit alleen de nominale kabels aan.
• Gebruik een schroevendraaier waarmee het
aangegeven aanhaalmoment op de schroeven kan
worden toegepast.
• Als de aansluiting losraakt, kan er een vuurboog
ontstaan en brand veroorzaken. Als de aansluiting te
strak bevestigd is, kan deze beschadigd raken.
Aanhaalmoment (kgf • cm)
M4 12,0 tot 18,0
M5 20,0 tot 30,0
• 1N · m = 10 kgf · cm
LET OP
• U kunt de kabels aansluiten op het elektrische
gedeelte of door de gaten eronder, afhankelijk van de
plek.
• Verbind de communicatiekabels tussen de binnenunits
en buitenunits door een goot om ze te beschermen
tegen externe invloeden en leidt de goot samen met
de koelleiding door de muur.
• Verwijder alle bramen rond het knock-outgat en
bevestig de kabel aan de knock-out van de buitenunit
met voering en bus met een elektrische isolatie zoals
rubber enz.
• De kabel moet door een beschermgoot lopen.
• Houd een afstand van 50 mm of meer aan tussen het
stroomsnoer en de communicatiekabel.
• Als de kabels door het gat aangesloten worden,
verwijdert u de bodemplaat.
14
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Specificaties stroomsnoer een
communicatiekabels van buiten naar binnen
Stroomtoevoer binnenunit
Stroomtoevoer
Max./Min.
(V)
Stroomsnoer
binnenunit
1Φ, 220-240V,
50 Hz
±10% 2,5 mm²
, 3 draden
Communicatiekabel
0,75 tot 1,5 mm², 2 draden
• Stroomsnoeren van onderdelen van apparatuur voor
buitengebruik mogen niet lichter zijn dan flexibele
polychloropreen-mantelsnoeren. (Codetoekenning
IEC:60245 IEC 57 / CENELEC: H05RN-F of IEC:60245
IEC 66/CENELEC: H07RN-F)
• Indien u de binnenunit installeert in een
computerruimte of werkruimte, gebruikt u het dubbel
afgeschermde (aluminiumtape/polyestervlecht +
koper) snoer van het type FROHH2R.
Stap 4 optioneel: het stroomsnoer
verlengen
1 Bereid de volgende hulpmiddelen voor.
Hulpmiddelen Spec. Vorm
Krimptang MH-14
Verbindingshuls
(mm)
20 x Ø 6,5
(H x BuD)
Isolatietape
Breedte 19
mm
Krimpbuisje (mm)
70 x Ø 8,0
(L x BuD)
2 Haal de afscherming los van het rubber en draad van
het stroomsnoer, zoals getoond in de afbeelding.
• Haal 20 mm draadafscherming los van de slang.
LET OP
• Raadpleeg de installatiehandleiding voor
informatie over de specificaties van
stroomsnoeren voor binnen- en buitenunits.
• Na het loshalen van het draad moet een
krimpbuisje worden geplaatst.
Stroomsnoer
(Eenheid: mm)
20 20 20
60
120
180
3 Plaats de beide zijden van de kerndraad van het
stroomsnoer in de verbindingshuls.
• Methode 1: Duw de kerndraad door de huls vanaf
beide kanten.
• Methode 2: Draai de kernen samen en duw ze door
de huls.
Verbindingshuls Verbindingshuls
Methode 1 Methode 2
15
Installatieprocedure
Nederlands
4 Comprimeer de twee punten met behulp van een
krimptool; draai om en comprimeer nog twee punten
op dezelfde locatie.
• De compressiegrootte moet 8,0 zijn.
Afmeting
compressie
• Trek na het comprimeren aan beide zijden van de
draad om te controleren dat er goed samengedrukt
is.
4 keer comprimeren.
5 mm
4 keer comprimeren.
5 mm
Methode 1 Methode 2
5 Omwikkel tweemaal of meer met isolatietape en plaats
het krimpbuisje in het midden van de isolatietape.
Minstens drie of meer lagen isolatie zijn vereist.
Methode 1 Methode 2
Isolatietape
40 mm
35 mm
Isolatietape
6 Pas hitte toe op het krimpbuisje, zodat het
samenkrimpt.
Krimpbuisje
7 Omwikkel het buisje na het samenkrimpen met
isolatietape om het af te werken.
LET OP
• Zorg ervoor dat de verbindingsdelen niet zijn
blootgesteld aan de buitenomgeving.
• Zorg ervoor dat u isolatietape en een krimpbuisje
uit goedgekeurd versterkt isolatiemateriaal gebruikt
dat hetzelfde niveau van houdspanning voor het
stroomsnoer heeft. (Overeenkomstig met de lokale
regelgeving voor extensies.)
Isolatietape
WAARSCHUWING
• In geval van het verlengen van de elektrische
bedrading mag GEEN rond gevormde drukaansluiting
worden gebruikt.
Onvolledige draadaansluitingen kunnen een
elektrische schok of brand veroorzaken.
16
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Stap 5 De koelleiding aansluiten
Items Maximum toegestane lengte
Modellen van de
buitenunit
AC071KX4DKH
AC090KX4DKH
AC100KX4DKH
AC100KX4DNH
AC120KX4DKH
AC120KX4DNH
AC140KX4DKH
AC140KX4DNH
Hoofdleiding (L1) 50 m 75 m
Max.
hoogteverschil
tussen de
buitenunit en de
binnenunits (h1)
30 m 30 m
L
1
h
1
n=1
Binnen
BUITEN
• Temperatuurindex en minimale dikte van de
koelleiding
Buitendiameter
[mm]
Minimale dikte
[mm]
Temperatuurindex
ø6,35 0,7
C1220T-O
ø9,52 0,7
ø12,70 0,8
ø15,88 1,0
ø15,88 0,8
C1220T-1/2H OF
C1220T-H
ø19,05 0,9
ø22,23 0,9
LET OP
• Verzeker u ervan dat u een C1220T-1/2H (halfharde)
leiding gebruikt voor meer dan Ø19,05 mm. Als u een
C1220T-O (zachte) leiding gebruikt voor Ø19,05 mm,
kan de leiding breken en letsel veroorzaken.
Maak minstens één slag: Geluid en
trillingen zullen worden gedempt.
• Volgens het model kan de unit er anders uitzien dan
op de tekening.
17
Installatieprocedure
Nederlands
LET OP
• Nadat u de leidingen hebt aangesloten met de knock-
outbehandeling dicht u de ruimte rond de leidingen
af.
• Nadat u de leidingen hebt aangesloten, gaat u
precies zo te werk als in de handleiding staat
aangegeven, om interferentie met interne elementen
te voorkomen.
Stap 6 optioneel: De leidingen
afsnijden en aren
1 Zorg ervoor dat u over het geschikte gereedschap
beschikt. (buissnijder, frees, flaring tool en buishouder)
2 Als u de leidingen wilt inkorten, snijdt u ze met een
buissnijder, zorg ervoor dat de rand een hoek van 90°
blijft maken met de zijkant van de leiding. Raadpleeg
de onderstaande illustraties voor voorbeelden van juist
en onjuist afgesneden randen.
90°
Schuin
Ruw Braam
3 Om gaslekken te voorkomen, verwijdert u alle bramen
van de afgesneden kant van de leiding met een frees.
4 Plaats een wartelmoer op de buis en wijzig de flare.
D
A
D
45° ±2°
90° ±2°
Leiding
Wartel
Wartel
R 0,4 tot 0,8 mm
L
Buitendiameter (D) Diepte (A)
Afmetingen wartel
(L)
ø6,35 mm 14 tot 18 8,7 tot 9,1 mm
ø9,52 mm 34 tot 42 12,8 tot 13,2 mm
ø12,70 mm 49 tot 61 16,2 tot 16,6 mm
ø15,88 mm 68 tot 82 19,3 tot 19,7 mm
ø19,05 mm 100 tot 120 23,6 tot 24,0 mm
• 1 N·m = 10 kgf·cm
5 Controleer de juiste flare, raadpleeg de onderstaande
illustraties voor voorbeelden van onjuist flaren.
Juist Oplopend Beschadigd
oppervlak
Gebarsten Oneven
dikte
LET OP
• Als de buizen gesoldeerd moeten worden, verzeker u
er dan van dat OFN(Oxygen Free Nitrogen) door het
systeem stroomt.
• Het blaasdrukbereik van stikstof is 0,02 tot 0,05 MPa.
18
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Stap 7 Olievangers installeren
Controleer de volgende lijst en installeer een olievanger.
• Op basis van de koeling, installeert u deze alleen aan
de kant van de gasleiding.
• Installeer de olievanger alleen tussen de buitenunit en
de eerste aftakking en vervolgens elke 10 m.
• De buigingsradius (R) van de olievanger zijn als volgt:
Buisdiameter
(D)
12,70 15,88 19,05 22,23 25,40 28,60 31,75
Buigingsradius
(R)
25 en
meer
32 en
meer
38 en
meer
41 en
meer
51 en
meer
57 en
meer
60 en
meer
• Hoogte van de olievanger (H): 4R ≤ H ≤ 6R
• Als de binnenunit hoger is geïnstalleerd dan de
buitenunit
H
R
Buitenunit
Binnenunit
Olievanger (om de
10 m installeren)
Stap 8 De luchtleiding aansluiten en
het circuit ontluchten
LET OP
• Zorg ervoor dat er tijdens de installatie geen lekkage
optreedt. Bij het herstellen van het koelmiddel moet
de compressor eerst worden geaard vóórdat de
verbindingsleiding wordt verwijderd. Als de leiding
voor koelmiddel niet juist is aangesloten en de
compressor werkt met de afsluiter open, wordt er
lucht aangezogen door de leiding, waardoor de druk
in de koelingscyclus abnormaal hoog wordt. Dit kan
explosies en letsel veroorzaken.
De lucht in de binnenunit en de leiding dient te worden
afgevoerd. Als er lucht in de koelleidingen achterblijft,
heeft dit invloed op de compressor en wordt de koel-/
verwarmingscapaciteit beperkt of treedt storing op.
De buitenunit is niet gevuld met koelmiddel voor het
aftappen van lucht. Gebruik de vacuümpomp zoals
aangegeven op de afbeelding rechts.
1 Sluit elke verbindingsleiding aan op de juiste afsluiter
en draai de wartelmoer aan.
2 Raadpleeg de afbeelding hieronder en draai de
wartelmoer op sectie C eerst handmatig aan en
vervolgens met een momentsleutel, met het volgende
aanhaalmoment:
Buitenunit
A(gas)
B(vloeistof)
D
C
3 Sluit de laadslang van de lagedrukzijde van de
manometer aan op de beladen afsluiter met
onderhoudspoort zoals in de afbeelding wordt
getoond.
LET OP
• Het ontwerp en de vorm kunnen volgens het model
afwijken.
Buitendiameter (D) Torsie (N•m)
ø6,35 14 tot 18
ø9,52 34 tot 42
ø12,70 49 tot 61
ø15,88 68 tot 82
ø19,05 100 tot 120
19
Installatieprocedure
Nederlands
4 Open de afsluiter aan de lagedrukzijde (A) van de
manometer tegen de klok in.
A(gas)
B(vloeistof)
Buitenunit
Vacuüm-
pomp
5 Verwijder de lucht uit het systeem in ca. 10 minuten
met behulp van de vacuümpomp.
• Sluit het ventiel aan de lagedrukzijde van de
manometer rechtsom (met de klok mee).
• Let erop dat de drukmeter na ca. 10 minuten -0,1
MPa (-76 cmHg) aangeeft. Deze procedure is zeer
belangrijk om een gaslek te voorkomen.
• Schakel de vacuümpomp uit.
• Verwijder de slang van de lagedrukzijde van de
manometer.
6 Open de afsluiter van zowel de vloeistofkant als de
gaskant.
7 Installeer de draadbussen en de onderhoudspoortkap
op de afsluiter, en draai ze aan met een momentsleutel
eneenaanhaalmomentvan183kgf•cm
8 Controleer op gaslekken.
• Controleer vooral de draadbussen van de
driewegklep (A-poort) en de onderhoudspoortkap
op gaslekken.
LET OP
• Sluit de binnenunit en de buitenunit aan met
behulp van leidingen met wartelaansluitingen (niet
meegeleverd). Gebruik voor de leidingen, geïsoleerd,
ongelaste, ontvet en gedesoxideerd koperen pijp (Cu
DHP type volgens ISO 1337 of UNI EN 12735-1),
geschikt voor werkdrukken van tenminste 4200 kPa
en voor een barstdruk van ten minste 20.700 kPa.
Koperleidingen voor sanitair gebruik zijn hiervoor
niet geschikt.
• Raadpleeg het onderdeel ‘Koelleiding aansluiten’ voor
afmetingen en limieten (hoogteverschil, leidinglengte,
max. bochten, koelmiddellading enz.).
Stap 9 Koelmiddel toevoegen (R-410A)
• De buitenunit is geladen met voldoende koelmiddel
voor de standaard leidingen. Als u langere leidingen
gebruikt, moet koelmiddel toegevoegd worden.
Dit kan uitsluitend worden uitgevoerd door een
gediplomeerde koelspecialist. Raadpleeg De
hoeveelheid toe te voegen koelmiddel berekenen
op pagina 20 voor het bepalen van de benodigde
hoeveelheid koelmiddel.
1 Controleer of de afsluiter volledig gesloten is.
2 Laad het koelmiddel door de onderhoudspoort van de
vloeistofafsluiter.
OPMERKING
• Laad het koelmiddel niet door de onderhoudspoort
van de gasafsluiter.
3 Als het laden van het koelmiddel zoals in de
bovenstaande stappen beschreven problemen
oplevert, neemt u de volgende stappen:
a Open de vloeistofafsluiter en de gasafsluiter.
b Schakel de airconditioning in door op de knop K2
op de PCB van de buitenunit te drukken.
c Laad het koelmiddel na ongeveer 30 minuten door
de onderhoudspoort van de gasafsluiter.
20
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Binnenunit
Buitenunit
Stopklep
vloeistofkant(onderhoudspoort)
Stopklep gaskant(onderhoudspoort)
Balans
Ref
Vacuüm-
pomp
Belangrijke informatie over regelgeving met
betrekking tot het gebruikte koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Ventileer
geen gas in de atmosfeer.
LET OP
• Informeer de gebruiker indien het systeem 5 tCOe
of meer fluorhoudend broeikasgas bevat. In dit
geval moet het minstens één keer per jaar worden
gecontroleerd op lekken, volgens de regelgeving
517/2014. Dit mag uitsluitend door gediplomeerd
personeel worden uitgevoerd.
• In het bovenstaande geval (5 tCOe of meer of
R-410A) moet de installateur (of erkend persoon
die verantwoordelijk is voor de eindcontrole) een
onderhoudsboek verstrekken met alle informatie die
overeenkomstig VERORDENING (EU) Nr. 517/2014
VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 16
april 2014 aangaande gefluoreerde broeikasgassen.
Vul met onuitwisbare inkt het volgende in op het
meegeleverde label van het koelmiddel en op deze
handleiding.
•
: De standaardvulling van het product af fabriek.
•
: De extra hoeveelheid in het veld bijgevuld
koelmiddel.
•
+ : De totale hoeveelheid koelmiddel.
Binnenunit
Buitenunit
Eenheid kg tCOe
, a
, b
+ , c
Type koelmiddel GWP-waarde
R-410A 2088
• GWP: Global Warming Potential
• Berekening van tCOe : kg x GWP / 1000
OPMERKING
a De standaardvulling van het product af fabriek:
raadpleeg het identificatieplaatje van de unit
b De extra hoeveelheid in het veld bijgevuld
koelmiddel (raadpleeg de bovenstaande informatie
voor de hoeveelheid bijgevuld koelmiddel.)
c De totale hoeveelheid koelmiddel
d Verpakking met koelmiddel en verbindingsstuk
voor bijvullen
De hoeveelheid toe te voegen koelmiddel
berekenen
De hoeveelheid extra koelmiddel varieert per
installatiesituatie. Bepaal de situatie van de buitenunit
voordat u koelmiddel toevoegt. Dit kan uitsluitend worden
uitgevoerd door een gediplomeerde koelspecialist.
21
Installatieprocedure
Nederlands
Wanneer u alleen een buitenunit installeert
Model
Lengte verbindingsleidingen (m)
0 tot
30
30 tot
40
40 tot
50
50 tot
60
60 tot
70
70 tot
75
AC071KX4DKH
+20 g/m voor meer
dan 5 m
AC090KX4DKH
0
+50 g/m
voor meer
dan 30 m
AC100KX4DKH
+50 g/m
voor meer
dan 30 m
AC100KX4DNH
+50 g/m
voor meer
dan 30 m
AC120KX4DKH
+50 g/m
voor meer
dan 30 m
AC120KX4DNH
+50 g/m
voor meer
dan 30 m
AC140KX4DKH ‘+50 g/m voor meer dan 30 m
AC140KX4DNH ‘+50 g/m voor meer dan 30 m
Stap 10 Uitvoeren van gaslektesten
LEKTEST MET STIKSTOF (voordat de afsluiters geopend
worden)
Om kleine koelmiddellekken te ontdekken, moet de
installateur het hele systeem onder druk zetten met
stikstof (met behulp van een cilinder met drukbeperker)
op een druk boven 4 MPa (meter), voordat het opnieuw
vacuüm getrokken wordt en de R-410A weer wordt
gecirculeerd.
LEKTEST MET R-410A (nadat de afsluiters geopend
worden)
Laat alle stikstof uit het systeem ontsnappen voordat u
de afsluiters opent en een vacuüm creëert. Na het openen
van de afsluiters controleert u op lekken met behulp van
een lekdetector voor het koelmiddel R-410A.
Zodra alle aansluitingen voltooid zijn, controleert u op
mogelijke lekken met behulp van een speciaal voor HFK-
koelmiddelen ontworpen lekdetector.
A(gas)
B(vloeistof)
• Het ontwerp en de vorm kunnen volgens het model
afwijken.
Stap 11 De aftapslang aansluiten op de
buitenunit
Wanneer u de airconditioning als verwarming gebruikt,
kan zich ijs ophopen. Tijdens het ontdooien (defrost) moet
het condenswater veilig afgevoerd worden. Daarom moet
u een aftapslang installeren op de buitenunit, volgens de
onderstaande instructies.
1 Laat minimaal 80 mm ruimte open tussen de
onderkant van de buitenunit en de grond voor
installatie van de afvoerslang, zoals aangegeven in de
afbeelding.
2 Plaats de afvoerdop in het gat aan de onderkant van
de buitenunit.
3 Sluit de afvoerslang aan op de afvoerdop.
4 Zorg ervoor dat het afgetapte water correct en veilig
wordt afgevoerd.
22
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
80 mm 13 mm
5 Sluit de aftapgaten die niet in gebruik zijn af met
aftappluggen en aftapdoppen.
Afvoerkap (4EA)
Afvoerdop (1EA)
Afvoerkap (5EA)
Afvoerdop (2EA)
• Zorg ervoor dat het rek niet onder het aftapgat
wordt geplaatst bij installatie.
• Als het product wordt geïnstalleerd in een streek
met zware sneeuwval, moet u genoeg ruimte
overlaten tussen het product en de grond.
Stap 12
Isoleren van de koelmiddelleidingen
Zodra u het systeem op lekken hebt gecontroleerd, kunt u
de leidingen en slang isoleren.
1 Om condensatieproblemen te voorkomen, plaatst u
isolatie rond elke koelmiddelleiding.
Geen
opening
NBR
OPMERKING
• Zorg ervoor dat u de isolatie laat overlappen bij het
isoleren van de leiding.
• Het isolatiemateriaal moet geproduceerd zijn volgens
de Europese regelgeving reg. EEC / EU 2037/ 2000 dat
het gebruik van beschermende isolatie zonder CFK en
HCFK-gassen voor de gezondheid en het milieu vereist.
LET OP
• Gebruik ingesneden isolatiemateriaal voor het
isoleren van de leiding.
2 Selecteer de isolatie van de koelmiddelleiding.
• Isoleer de gas- en koelmiddelleiding met de dikte
die voor de leidingafmeting vereist is.
• De standaard omstandigheid is een
binnentemperatuur onder 30 °C en een
vochtigheid van 85%. Indien u installeert in een
omgeving met een hoge vochtigheid, gebruikt
u een dikkere isolatie volgens de onderstaande
tabel. Als u in negatieve omstandigheden
installeert, gebruikt u een dikkere isolatie.
• Het isolatiemateriaal moet minimaal bestand zijn
tegen 120 °C.
23
Installatieprocedure
Nederlands
Leiding Leidingafmeting
Isolatietype
(verwarming/koeling)
Opmerkingen
Standaard
[Minder dan 30
°C, 85%]
Hoge
vochtigheid
[Meer dan 30
°C, 85%]
EPDM, NBR
Vloeistofleiding
Ø6,35~Ø9,52 9 t 9 t
Interne
temperatuur
hoger dan
120 °C
Ø12,7~Ø19,05 13 t 13 t
Gasleiding
Ø6,35 13 t 19 t
Ø9,52~Ø19,05 19 t 25 t
• Bij het installeren van isolatie in de onderstaande
locaties en omstandigheden, gebruikt u dezelfde
isolatie als vereist voor een hoge vochtigheid.
<Geologische omstandigheid>
Locaties met een hoge vochtigheid, zoals de
kust, heetwaterbronnen, de nabijheid van een
meer of rivier, en een richel (wanneer een
gedeelte van het gebouw bedekt is met aarde
en zand).
<Bestemmingslocatie>
Plafond van een restaurant, sauna, zwembad
enz.
<Staat van het gebouw>
Een plafond dat vaak wordt blootgesteld aan
vochtigheid en koelte is niet geschikt.
Bijv. de leiding die geïnstalleerd is in de gang
van een studentenhuis/flat of bij een uitgang
die vaak opent en sluit.
De locatie waar de leiding is geïnstalleerd is
bijzonder vochtig door het ontbreken van een
ventilatiesysteem.
Stap 13 De aarding controleren
Als het stroomcircuit niet geaard is of als de aarding niet
voldoet aan de specificaties, moet een aardingselektrode
geïnstalleerd worden. De overeenkomstige accessoires
worden niet met de airconditioner meegeleverd.
1 Selecteer een aardingselektrode die voldoet aan de
specificaties in de afbeelding.
2 Sluit de slang aan op de hiervoor bedoelde aansluiting.
• Kies voor een harde grond, die een hogere
aardingsweerstand heeft dan losse, zanderige of
kiezelgrond.
• Op afstand van ondergrondse bouwwerken of
infrastructuren, zoals gasleidingen, waterleidingen,
telefoonleidingen en ondergrondse leidingen.
• Minstens 2 meter verwijderd van een
bliksemafleider en de kabel hiervan.
OPMERKING
• De aardingsdraad voor de telefoonlijn kan niet
gebruikt worden om de airconditioner te aarden.
50 cm
30 cm
Koolstofplastic
Naar aardingsschroef
Staalkern
Terminal M4
Met PVC
geïsoleerde
geelgroene
draad
3 Rol isolerend tape rond de andere leidingen die naar
de buitenunit leiden.
4 Installeer een geelgroene aardingsdraad:
• Als de aardingsdraad te kort is, verbindt u deze
mechanisch met een verlengdraad en beschermt
deze met isolerend tape (begraaf de verbinding
niet).
• Houd de aardedraad op zijn plaats met nieten.
OPMERKING
• Als de aardingselektrode geïnstalleerd is op een
locatie met druk verkeer, moet de draad stevig
bevestigd worden.
5 Controleer de installatie zorgvuldig door de
aardingsweerstand te meten met een hiervoor
bedoelde tester. Als de weerstand boven het vereiste
niveau komt, plaatst u de elektrode dieper in de grond
of verhoogt het aantal aardingselektrodes.
6 Sluit de aardingsdraad aan op de elektriciteitskast in
de buitenunit.
Stap 14 Denitieve controle en
proefbedrijf uitvoeren
1 Controleer de stroomtoevoer tussen de buitenunit en
de secundaire beveiligingsschakelaar.
• 1 fase stroomtoevoer: L, N
• 3 fasen stroomtoevoer: R, S, T, N
24
Installatieprocedure
Nederlands
Installatieprocedure
2 Controleer de binnenunit.
a Controleer dat u het stroomsnoer en
communicatiekabels correct hebt aangesloten. (Als
het stroomsnoer en de communicatiekabels onjuist
zijn aangesloten of zijn omgewisseld, wordt de
PCB beschadigd).
b Controleer dat de thermistorsensor, de aftappomp/
slang en het scherm correct zijn aangesloten.
3 Druk op K1 of K2 op de PCB van de buitenunit om de
testmodus in te schakelen en stop.
• Druk op de knop K1 Testmodus verwarming
inschakelen Druk op de knop K1 Stop
Verwarming testmodus 7-seg weergave:
• Druk op de knop K2 Testmodus verwarming
inschakelen Druk op de knop K2 Stop
Testmodus verwarming 7-seg weergave:
• Druk twee keer op de knop K1 Testmodus
ontdooien inschakelen Druk op de knop K1
Stop Testmodus ontdooien 7-seg weergave:
• Druk K2 twee keer op de knop Controlemodus
inverter inschakelen mode Druk K2 op de
knop Stop Controlemodus inverter 7-seg
weergave:
Omstandigheid 1: De buitentemperatuur is lager
dan 10 °C
Omstandigheid 2: Alle
temperatuuromstandigheden moeten voldoen aan
de ontdooivoorwaarden
Buitenunit
AC071KX4DKH
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
K1 K2 K3 K4
Buitenunit
AC090/100/120/140KX4D
H
K1 K2 K3 K4
4 Controleer na 12 minuten stationair draaien de
luchtbehandeling van de binnenunit:
• Koelmodus (controle binnenunit) Temp.
inlaatlucht - Temp. uitlaatlucht: Tussen 10 °C en
12 °C
• Verwarmingsmodus (controle binnenunit) Temp.
uitlaatlucht - Temp. inlaatlucht: Tussen 11°C en
14°C
• In verwarmingsmodus kan de motor van de
ventilator van de binnenunit uit blijven om te
voorkomen dat koude lucht in de ruimte wordt
geblazen.
5 De stroomtoevoer van de buitenunit resetten en de
ecomodus (stand-by) uitschakelen:
• Buitenunits types A, B en C: Raadpleeg Afmetingen
van de buitenunit op pagina 6.
• Druk langer dan 1 s op de knop K3 om de
stroomtoevoer van de buitenunit te resetten en de
ecomodus (stand-by) uit te schakelen.
6 Weergavemodus: Door op de knop K4 te drukken,
wordt informatie weergeven over de systeemstatus
(zie hieronder).
25
Installatieprocedure
Nederlands
K4 kort
drukken
Weergave SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 Eenheid
1 Gebruiksfrequentie 1 Honderdtallen Tientallen Eenheden Hz
2 Huidige frequentie 2 Honderdtallen Tientallen Eenheden Hz
3
Het huidige aantal
binnenunits
3 Honderdtallen Tientallen Eenheden EA
4
De sensor voor
buitenluchtinlaat
4 + / - Tientallen Eenheden °C
5 Ontlaadsensor 5 Honderdtallen Tientallen Eenheden °C
6 Eva-Mid sensor 6 + / - Tientallen Eenheden °C
7 Cond. sensor 7 + / - Tientallen Eenheden °C
8 Stroom 8 Tientallen Eenheden Eerste decimaal A
9 RPM ventilator 9 Duizendtal Honderdtallen Tientallen rpm
10 Doel ontlaadtemperatuur A Honderdtallen Tientallen Eenheden °C
11 EEV B Honderdtallen Tientallen Eenheden stap
12
De som van de capaciteit
van de binnenunits
C Tientallen Eenheden Eerste decimaal kW
13 Beveiliging D
0: Koelen
1: Verwarmen
Beveiliging
0: Geen beveiliging
1: Vriezen
2: Ononderbroken
ontdooien
3: Overbelasting
4: Ontladen
5: Totale elektrische
stroom
Frequentiestatus
0: Normaal
1: Stand-by
2: Laag
3: Up_limit
4: Down_limit
-
14
De temperatuur van de
verwarmingsplaat
E Honderdtallen Tientallen Eenheden -
15 S/W-controle F - - - -
K4 lang
drukken
Weergave SEG1 SEG2 SEG3 SEG4
Na kort
drukken 1
Micom-versie inverter Jaar (Hex) Maand (Hex) Datum (tientallen) Datum (eenheden)
Na kort
drukken 1
E2P-version Jaar (Hex) Maand (Hex) Datum (tientallen) Datum (eenheden)
• Lang drukken K4 (Hoofd micom-ver.) 1 keer meer kort drukken (Micom-ver. inverter) 1 keer meer kort
drukken (E2P-ver.)
26
Installatieprocedure
Nederlands
Installatieprocedure
7 Optie dipswitch
ON
1 2 3 4 1 2 3 4
ON
SW507 SW508
• Optie dipswitch (SW507)
Aan (standaard) Uit
Switch 1
Autom. adres
(hoge bediening)
Handm. adres (*1)
(hoge bediening)
Switch 2
Sneeuwpreventiecontrole
uitschakelen
Sneeuwpreventiecontrole
inschakelen
Switch 3
Optie geruisloze modus
Switch 4
(*1) Het adres handmatig instellen
a Schakel de airconditioner uit en houd de K2-
schakelaar even ingedrukt om naar de Optiemodus
te gaan. (Initiële waarde: 00AU)
U kunt niet naar de Optiemodus gaan
wanneer de airconditioner aan staat.
b Stel het adres in in SEG3 en SEG4 door kort op de
K2-schakelaar te drukken.
Optie SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 Functie
Kanaaladres
0 0 A U
Het adres wordt
automatisch ingesteld.
00 tot 14
Het adres wordt
handmatig ingesteld. U
kunt een waarde instellen
van 0 tot 14.
c Houd de K2-schakelaar even ingedrukt om het
adres op te slaan en de Optiemodus af te sluiten.
Elk segment knippert 3 seconden in de huidige
weergavestatus. Als u het adres moet wijzigen,
reset u het systeem en herhaalt u alle stappen.
Houd de K1-schakelaar ingedrukt om af te sluiten
zonder op te slaan.
• Indien de sneeuwpreventiecontrole is
ingeschakeld, kan de ecomodus (stand-by niet
worden ingeschakeld
• Optie dipswitch (SW508)
Aan (standaard) Uit
Switch 1
Autom. geruisloze
modus
Handm. geruisloze
modus
Switch 2 - -
Switch 3 - -
Switch 4 - -
8 Dipswitchoptie geruisloze modus
• Optie dipswitch (SW507)
Switch 3 Switch 4 Bediening
aan aan Geruisloze modus uitschakelen
aan Uit Geruisloze modus 1e stap
Uit aan Geruisloze modus 2e stap
Uit Uit Geruisloze modus 3e stap
27Nederlands
Extra procedures
Extra procedures
Extra procedures
Koelmiddel naar beneden pompen
Pump-down wordt uitgevoerd wanneer een verdamper
is vervangen of de unit naar een andere locatie wordt
verplaatst.
1 Verwijder de kap aan de lagedrukkant.
2 Draai de afsluiter aan de lagedrukkant rechtsom om
hem te sluiten en sluit een drukventiel (lagedrukkant)
aan op de onderhoudsafsluiter. Open de afsluiter weer.
3 Schakel de unit in testmodus koelen door te drukken
op K2. (Controleer of de compressor werkt)
4 Draai de afsluiter aan de hogedrukkant rechtsom om
hem te sluiten.
5 Wanneer de drukmeter ‘0’ aangeeft, drukt u de
afsluiter aan de lagedrukkant rechtsom om hem te
sluiten.
6 Schakel de airconditioner uit door te drukken op K3.
7 Sluit alle afsluiters.
B(vloeistof)
A(gas)
De binnen- en buitenunits verplaatsen
1 Pump-down van koelmiddel Zie Koelmiddel naar
beneden pompen op pagina 27.
2 Verwijder het stroomsnoer.
3 Ontkoppel de verbindingskabel tussen de buiten- en
binnenunits.
4 Verwijder de wartelmoeren die de leidingen verbinden
met de binnenunits. Dek de leidingen van de
binnenunit en de andere leidingen nu af met een dop
of een vinylplug om het binnendringen van vreemd
materiaal te voorkomen.
5 Ontkoppel de leidingen die met de buitenunis
verbonden zijn. Dek de afsluiters van de buitenunits
en de andere leidingen nu af met een dop of een
vinylplug om het binnendringen van vreemd materiaal
te voorkomen.
Let op: zorg ervoor dat u de verbindingsleidingen
in het midden niet buigt en sla ze samen met de
snoeren op.
6 Verplaats de buiten- en binnenunits.
7 Verwijder de montageplaat van de binnenunit en
verplaats deze.
De afsluiter gebruiken
De afsluiter openen
1 Open de dop en draai de afsluiter linksom met behulp
van een zeskantsleutel.
2 Draai tot de as gestopt wordt.
Aanhaalmoment voor
dop lichaam
(raadpleeg de tabel)
R-22: Schroefgang van de
schroef - 7/16-20UNF
R-410A: Schroefgang van
de schroef - 1/2-20UNF
Aanhaalmoment voor
dop bijvulpoort
(raadpleeg de tabel)
Kern voor
bijvullen
Spoel
3 Draai de dop stevig vast.
Buitendiameter (mm)
Aanhaalmoment
Dop lichaam (N•m)
Dop bijvulpoort
(N•m)
ø6,35
20 tot 25
10 tot 12
Ø9,52
20 tot 25
Ø12,70
25 tot 30
Ø15,88
30 tot 35
Groter dan Ø19,05
35 tot 40
(1 Nm=10 kgfcm)
28
Extra procedures
Nederlands
Extra procedures
OPMERKING
• Pas geen overdreven druk toe op de afsluiter en
gebruik altijd speciale gereedschappen. Anders kan
de afsluitkast beschadigd worden en het achterblad
lekken.
• Als het waterdichte pakking lekt, draait u de as
een halve slag terug, draait de afsluitkast aan en
controleert weer op lekken. Als het niet meer lekt,
draait u de as stevig aan.
De afsluiter sluiten
1 Verwijder de dop.
2 Draai de afsluiter rechtsom met behulp van een
zeskantsleutel.
3 Draai de as aan tot de afsluiter het sluitpunt heeft
bereikt.
4 Draai de dop stevig vast.
LET OP
• Als u de onderhoudspoort gebruikt, moet u altijd ook
een laadslang gebruiken.
• Controleer op lekken van koelmiddel na het
aandraaien van de dop.
• Gebruik een spanner en sleutel om de afsluiter te
openen/sluiten.
29Nederlands
Bijlagen
Bijlagen
Bijlagen
Probleemoplossing
De onderstaande tabel geeft een overzicht van de uit te voeren zelfdiagnose. Voor bepaalde foutmeldingen moet u
contact opnemen met een erkend onderhoudscentrum.
Als er tijdens het gebruik een storing optreedt, wordt dit weergeven op de PCB LED van de buitenunit, zowel de MAIN
PCB als de INVERTER PCB.
Nr.
Foutcode Betekenis
Opmerkingen
1 E108 Fout door dubbel communicatieadres
Controleer de binnenunit op een herhaald
hoofdadres
2 E121
Fout in kamertemperatuursensor van de binnenunit (dicht of
open)
Kamerthermistor binnenunit open/dicht
3 E122 Fout in EVA_IN-sensor van de binnenunit (dicht of open) EVA_IN-thermistor binnenunit open/dicht
4 E123 Fout EVA OUT sensor binnenunit (Kort of Open) EVA_OUT-thermistor binnenunit open/dicht
5 E153 Fout op vlotterschakelaar (2e detectie)
Vlotterschakelaar binnenunit open/kort
controleer de werking van de aftappomp
6 E154 Fout ventilator binnenunit
Controleer de werking van de ventilator van de
binnenunit
7 E198 Fout op warmtezekering binnenunit (open)
Warmtezekering open controleer het
klemmenblok van de binnenunit
8 E201
Communicatiefout tussen de binnenunit en de buitenunit (pre-
trackingfout of indien het werkelijke aantal binnenunits niet
overeenkomt met de instelling voor het aantal binnenunits in
de buitenunit).
Fout door communicatie trackingfout na eerste inschakeling (de
fout komt voor onafhankelijk van het aantal units).
Controleer het aantal dat in de buitenunit is
ingesteld
9 E202
Communicatiefout tussen de binnenunit en de buitenunit
(indien er geen reactie komt van de binnenunits na het
voltooien van de tracking)
Controleer de elektrische verbinding en
de instellingen tussen de binnenunit en de
buitenunit
10 E203
Communicatiefout tussen de buitenunit en de hoofd micom
(voor bedieningen PF #4 tot #6 wordt de fout bepaald wanneer
de compressor wordt ingeschakeld).
Controleer de elektrische verbinding en de
instellingen tussen de binnenunit en de MAIN
PBA - INVERTER PBA
11 E221 Fout in buitentemperatuursensor (dicht of open) Controleer de buitensensor (open/dicht)
12 E231 Fout in COND OUT-sensor van de buitenunit (dicht of open) Controleer de COND OUT-sensor (open/dicht)
13 E251
Fout in ontlaadtemperatuursensor van compressor 1 (dicht of
open)
Controleer de ontlaadsensor (open/dicht)
14 E320 Fout in OLP-sensor (dicht of open) Controleer de OLP-sensor (open/dicht)
15 E403 Compressorstoring door vorstbeveiligingscontrole Controleer de buitencontrole
16 E404 Systeemstoring door overbelastingbeveiligingscontrole Controleer de compressor bij het opstarten
17 E416 Systeemstoring door ontlaadtemperatuur -
30
Bijlagen
Nederlands
Bijlagen
Nr.
Foutcode Betekenis
Opmerkingen
18
E422
Blokkering in de hogedrukleiding
1. Controleer of de onderhoudsafsluiter open is.
2. Controleer op koelmiddellekken
(leidingverbindingen, warmtewisselaar) en laad
indien nodig bij
3. Controleer of er blokkades bestaan in het
koelmiddelcircuit (binnen- en buitenunit)
4. Controleer of extra koelmiddel is toegevoegd
na verlenging van de leidingen
19
E425
Omgewisselde of open fase Controleer of fase 3 open of omgewisseld is
20
E440
Verwarming beperkt bij buitentemperatuur boven Theat_high
value
VERWARMEN
21
E441
Koeling beperkt bij buitentemperatuur onder Theat_high value KOELEN
22
E458
Ventilatorsnelheid FAN1 ERROR
23
E461
Fout door storing in inverter compressor -
24
E462
Systeemstoring door overspanning -
25
E463
Overspanning trippen/PFC overspanningsfout OLP-sensor controleren
26
E464
IPM overspanning(O.C) IPM
27
E465
Comp. overbelastingfout -
28
E466
DC-aansluitingsfout over/onderspanning
Controleer wisselspanning en spanning DC-
aansluiting
29
E467
Fout door abnormaal draaien van de compressor of niet
aangesloten compressordraad
Controleer de compressorbedrading
30
E468
Fout in stroomsensor (dicht of open) Controleer de PBA van de buitenunit inverter.
31
E469
Fout in spanningssensor DC-aansluiting (dicht of open) -
32
E470
Lees/schrijffout EEPROM buitenunit (optie) Controleer de EEPROM-data van de buitenunit
33
E471
Lees/schrijffout EEPROM buitenunit (H/W) Controleer de EEPROM-PBA van de buitenunit
34
E472
Wisselstroomtoevoer nul geen signaal -
35
E473
Computervergrendelingsfout -
36
E474
Fout in IPM Heat Sink-sensor van inverter 1 (dicht of open) Controleer de PBA van de buitenunit inverter.
37
E475
Fout in ventilator inverter 2 FAN2 ERROR
38
E484
Fout PFC-overbelasting (overspanning) Controleer de PBA van de buitenunit inverter.
39
E485
Fout in stroomtoevoersensor van inverter 1 (dicht of open) Controleer de EEPROM-PBA van de buitenunit
40
E500
IPM oververhittingsfout in inverter 1 Controleer de PBA van de buitenunit inverter.
41 E508
Smart Install is niet geïnstalleerd -
42
E554
Gaslek gedetecteerd Controleer het koelmiddel
43
E556
Fout door niet overeenkomende capaciteit buiten- en
binnenunit
Controleer de capaciteit van de binnen- en
buitenunit
45
E590
Checksumfout EEPROM inverter -
46
E660
Bootcodefout inverter -
31Nederlands
Bijlagen
Technische specicaties
Model Nettogewicht Netto afmetingen (B x D x H)
AC071KX4DKH/EU 50,5 kg 880 mm × 310 mm × 798 mm
AC090KX4DKH/EU 72,0 kg 940 mm × 330 mm × 998 mm
AC100KX4DKH/EU 72,0 kg 940 mm × 330 mm × 998 mm
AC100KX4DNH/EU 72,0 kg 940 mm × 330 mm × 998 mm
AC120KX4DKH/EU 80,0 kg 940 mm × 330 mm × 998 mm
AC120KX4DNH/EU 80,0 kg 940 mm × 330 mm × 998 mm
AC140KX4DKH/EU 90,0 kg 940 mm × 330 mm × 1210 mm
AC140KX4DNH/EU 90,0 kg 940 mm × 330 mm × 1210 mm
SAMSUNG ELECTRONICS CO., LTD.
SGEC : 107, Hanamsandan 6beon-ro, Gwangsan-gu, Gwangju-si, Korea 62218
Samsung Electronics (UK) Ltd, Euro QA Lab.
Blackbushe Business Park. Saxony Way, Yateley, Hampshire. GU46 6GG United Kingdom
DB68-05917A-02
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

Samsung AC140KX4DKH/EU Installatie gids

Type
Installatie gids