1110
3.2
3.3
•••
TRAININGSPROFIELEN GEBRUIKEN
U kunt trainingsprofielen of workouts programmeren in de MSC-HR10/20. Op de HR10 kan 1 trainingsprofiel
worden geprogrammeerd, en de HR20 kan 3 trainingsprofielen bevatten. Ieder trainingsprofiel kan een (afgetel-
de) opwarmtijd, de trainings- en de hersteltimer (uitsluitend HR20) bevatten.
TRAININGSPROFIEL (EX PF) – Druk herhaalde malen op de toets MODE totdat het scherm voor gebruikerspro-
fiel (USER PF) of het scherm voor trainingsprofiel (Ex PF) verschijnt. Als USER PF op het scherm verschijnt,
drukt u op de toets SET om naar het scherm Ex PF te gaan.
HR20: Druk op de toets SET om door ieder van de drie trainingsprofielen te navigeren. Deze worden op het
scherm getoond als EX 1 PF, EX 2 PF en EX 3 PF. Als u een van de drie profielen wilt openen om gegevens in te
stellen of te wijzigen, houdt u de toets SET twee seconden ingedrukt.
• Selecteer de trainingsactiviteit in T ACT: WALKING (lopen), CYCLING (fietsen) of RUNNING (hardlopen). Druk
op de toets SET om door te gaan.
• De laagste hartslaglimiet in uw trainingszone begint te knipperen. Stel deze limiet in en druk op de toets SET.
• De hoogste hartslaglimiet in uw trainingszone begint te knipperen. Stel deze limiet in en druk op de toets SET.
• De hoorbare waarschuwing kan worden in- of uitgeschakeld. Als u over of onder uw doelhartslagzone komt,
wordt er elke minuut een piepsignaal gegeven. Stel deze functie in naar wens en druk op de toets SET.
• Stel de uren en minuten van uw trainingstimer in. Druk op de toets SET om door te gaan.
• Stel de opwarmtimer (0, 5, 10 of 15 minuten) in en druk op de toets SET om door te gaan.
• Voor de HR20 stelt u de hersteltimer (0, 5, 10 of 15 minuten) in. Druk op de toets SET om door te gaan.
• Als het trainingsprofiel is ingesteld, kan dit profiel snel op dezelfde wijze worden gewijzigd.
Let op, dat zodra het trainingsprofiel is ingevoerd de schermen zodanig worden gerangschikt dat de gegevens
die veelal het eerst worden gewijzigd, zoals Maximum Heart Rate (maximum hartslag) en Weight (gewicht),
het eerst verschijnen.
Wanneer u uw Exercise Porfile(s) (trainingsprofiel(en)) hebt
ingesteld, kunt u trainen volgens de richtlijnen van uw profiel
in de profielmodus door op de toets SET te drukken.
Voor de HR20: Druk op de toets SET om in de profielmodus uit drie trainingsprofielen te kiezen.
• Druk herhaalde malen op de toets MODE totdat de Countdown Program Mode (Aftelfunctiemodus) verschijnt.
• Druk op de toets ST/SP om het programma te starten of tijdelijk te pauzeren.
• Als u de opwarmtimer wilt overslaan en direct naar de trainingstimer wilt gaan, houdt u de toets ST/SP twee
seconden ingedrukt.
• Als u de trainingstimer wilt overslaan en direct de hersteltimer wilt starten (alleen HR20), houdt u de toets
ST/SP nogmaals twee seconden ingedrukt.
• HR20: Als de optie voor de hersteltimer (Recovery Timer) is ingesteld op een waarde anders dan nul, begint
de hersteltimer te lopen.
• Als u de hersteltimer vroegtijdig wilt stoppen, houdt u de toets ST/SP twee seconden ingedrukt.
OPMERKING:
Tijdens gebruik van de Aftelfunctie kan de
stopwatchmodus niet worden gebruikt.
EEN TRAININGSPROFIEL
(
EX PF
) INSTELLEN