Beta 018930012 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

72
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
GEBRUIKSHANDLEIDING EN INSTRUCTIES VOOR HET AIRCOVULSTATION GAS R1234YF VOOR VOERTUIGEN
GEPRODUCEERD DOOR:
BETA UTENSILI S.P.A.
Via A. Volta 18,
20845 Sovico (MB)
ITALIË
Oorspronkelijk in de ITALIAANSE taal geschreven documentatie.
Bewaar de veiligheidsinstructies zorgvuldig en geef ze aan het personeel dat het product gebruikt.
GEBRUIKSDOEL
- Het aircovulstation voor voertuigen is bestemd voor het volgende gebruik:
• het mag uitsluitend worden gebruikt voor airconditioners in voertuigen: GAS R1234YF
- De volgende handelingen zijn niet toegestaan:
• het is verboden additieven te gebruiken
• het is verboden het apparaat in een vochtige, natte omgeving te gebruiken. Stel het apparaat niet bloot aan regen of
sneeuw
• het is verboden het apparaat te gebruiken voor toepassingen die niet binnen de technische specicaties vallen die in de
tabel TECHNISCHE GEGEVENS staan
• het is verboden het apparaat voor iets anders te gebruiken dan voor de toepassingen die hier worden beschreven
VEILIGHEID VAN DE WERKPLEK
Gebruik het aircovulstation voor voertuigen niet in omgevingen met mogelijk explosieve atmosferen of brandbare
materialen, omdat er vonken kunnen ontstaan, waardoor stof of damp in brand kunnen vliegen.
Voorkom dat kinderen of bezoekers in de buurt van de werkplek kunnen komen terwijl met het aircovulstation voor
voertuigen wordt gewerkt. De aanwezigheid van andere personen leidt af, waardoor men tijdens het gebruik van het
apparaat de controle erover kan verliezen.
Inhaleer de schadelijke gassen niet, die het aircovulstation voor voertuigen afgeeft terwijl aan de motor wordt gewerkt.
Gebruik het aircovulstation voor voertuigen op een droge plek en voorkom vocht.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR HET VULSTATION VAN AIRCONDITIONERS IN VOERTUIGEN
- Controleer voor het gebruik of het aircovulstation voor voertuigen niet beschadigd is en er geen versleten delen zijn.
- Gebruik het aircovulstation voor voertuigen niet als het beschadigd is. Probeer niet om het te openen of er wijzigingen aan aan
te brengen.
- Sluit alle kranen voordat u hem op het systeem aansluit.
- Vul de opslagtank voor niet meer dan 80%.
- Controleer regelmatig of het vulstation voor airconditioners in voertuigen en de bijbehorende accessoires intact zijn.
- Dek het aircovulstation voor voertuigen tijdens het gebruik op geen enkele wijze af. Garandeer een geschikte ruimte voor de
ventilatie.
- Het is verboden het aircovulstation voor voertuigen in een vochtige, natte omgeving te gebruiken. Stel hem niet bloot aan regen
of sneeuw.
AANWIJZINGEN VOOR DE VEILIGHEID VAN HET PERSONEEL
- We raden u aan uiterst voorzichtig te zijn en u altijd te concentreren op uw handelingen. Gebruik het aircovulstation voor
voertuigen niet als u moe bent of onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen.
Gebruik altijd de volgende persoonlijke beschermingsmiddelen:
• veiligheidsschoenen
• veiligheidsbril met zijdelingse bescherming
• een beschermingsmasker
• beschermende handschoenen voor fysische agentia en chemische stoffen
BELANGRIJK: LEES DEZE HANDLEIDING HELEMAAL DOOR ALVORENS
HET AIRCOVULSTATION VOOR VOERTUIGEN TE GEBRUIKEN. INDIEN
DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN EN DE AANWIJZINGEN NIET IN
ACHT WORDEN GENOMEN, KUNNEN ZICH ERNSTIGE ONGEVALLEN
VOORDOEN.
LET OP
73
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
- Verricht alle voorgeschreven werkzaamheden in goed geventileerde en droge ruimtes.
- Controleer of de kabels van de signaaldetector zich uit de buurt van ventilatoren, bewegende delen en de brandstoeiding
bevinden.
- Draag geen wijde kleding, armbanden, kettingen of metalen voorwerpen wanneer u aan het voertuig werkt.
- Schakel de stroomtoevoer altijd uit voordat u storingen controleert of reinigingswerkzaamheden uitvoert: deze preventieve
maatregel voorkomt dat het station per ongeluk wordt opgestart, zodat u veilig kunt werken.
VOOR EEN ZORGVULDIG GEBRUIK VAN HET AIRCOVULSTATION VOOR VOERTUIGEN
- Gebruik het aircovulstation voor voertuigen niet als het beschadigd is.
- Er mogen geen wijzigingen aan het aircovulstation voor voertuigen worden aangebracht. Wijzigingen kunnen de efciëntie van
de veiligheidsmaatregelen verminderen en meer gevaren voor de gebruiker inhouden.
- Laat het aircovulstation voor voertuigen enkel en alleen door vakmensen met gebruik van originele reserveonderdelen repareren.
- Gebruik het aircovulstation voor voertuigen niet met andere spanningen dan die in de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS
staan.
- Gebruik een droge doek om het aircovulstation voor voertuigen schoon te maken en ontkoppel hem hiervoor altijd. Gebruik nooit
vochtige of natte doeken.
- Plaats het laadstation nooit horizontaal omdat het dan olie kan lekken.
NOMINALE WERKSPANNING
TYPE KOUDEMIDDEL
VACUÜMPOMP
COMPRESSOR
HERSTELVERMOGEN
GASTANK
FILTERS
GEBRUIKSTEMPERATUUR
AFMETINGEN
GEWICHT
220-240V – 50-60Hz
GAS R1234YF
140/lm - 0,1Mbar
1/3hp – 12cc
500 gr/min.
15 kg
Hoogrendementslter
10°C 50°C
470x620x1150 mm
78 kg
TECHNISCHE GEGEVENS
INDIVIDUELE BESCHERMINGSMIDDELEN DIE NODIG ZIJN TIJDENS HET GEBRUIK VAN HET
AIRCOVULSTATION VOOR VOERTUIGEN
Niet inachtneming van de volgende waarschuwingen kan lichamelijk letsel en/of ziektes veroorzaken.
GEBRUIK ALTIJD BESCHERMENDE HANDSCHOENEN VOOR FYSISCHE AGENTIA
EN CHEMISCHE STOFFEN TIJDENS HET GEBRUIK VAN HET AIRCOVULSTATION
VOOR VOERTUIGEN
GEBRUIK ALTIJD VEILIGHEIDSSCHOENEN
DRAAG ALTIJD EEN VEILIGHEIDSBRIL MET ZIJDELINGSE BESCHERMING
GEBRUIK EEN BESCHERMEND MASKER TEGEN FYSISCHE AGENTIA
Het kan nodig zijn verdere persoonlijke beschermingsmiddelen te gebruiken afhankelijk van de waarden die
zijn gevonden bij het onderzoek van de milieuhygiëne /risicoanalyse indien de waarden de maximumwaarden
STANDAARDUITRUSTING
De standaarduitrusting is altijd compleet en van topkwaliteit:
Versie R1234YF
- 1 hogedrukleiding (rood).
- 1 lagedrukleiding (blauw).
- 1 koppeling voor gases.
- 1 hogedruksnelkoppeling R1234YF (rood).
- 1 lagedruksnelkoppeling R1234YF (blauw).
74
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
SNELKOPPELING MET VEILIGHEIDSRING
Open de snelkoppelingen door ze met de speciaal hiervoor bestemde ringen met de klok mee open te schroeven om te voorkomen
dat er gas in de omgeving lekt. (Zie afbeelding 1).
Het is raadzaam om de leidingen leeg te maken en een paar minuten te wachten voordat u de koppelingen van het
aircosysteem loskoppelt om beschadiging van de afdichtringen te voorkomen.
afbeelding 1
Voordat u de machine voor het eerst gebruikt, verwijdert u de bevestigingsschroef die het vulstation tijdens het
transport beschermt. (Zie afbeelding 2).
GEBRUIK
afbeelding 2
Sluit de stroomkabel op het elektriciteitsnet (220V AC enkelfasig) aan en schakel het station met behulp van de hoofdschakelaar in
- Controleer of de kranen DICHT zijn.
- Controleer de oliepeilen (vacuümpomp en nieuwe olietank).
- Nadat het station is ingeschakeld controleert u het peil van het koudemiddel in de opslagtank aan de hand van de op het display
weergegeven waarde.
- Controleer of het aircosysteem R1234YF is en gebruik het juiste vulstation.
- Controleer of het aircosysteem 1 of 2 koppelingen heeft.
Sluit de slangen met behulp van de juiste koppelingen op het vulstation aan: de RODE op de hoge druk en de BLAUWE op de lage
druk. Vergeet, nadat de aansluiting is gemaakt, niet om de "HD-LD" kranen open te draaien en een vacuümfase van 3 minuten te
verrichten om de lucht uit de leidingen te verwijderen.
INSTRUMENTENPANEEL (afbeelding 3, afbeelding 4)
afbeelding 3 afbeelding 4
1
4
7
3
12
2
11
8
10
5 6
9
75
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
Het instrumentenpaneel is zodanig gemaakt dat de functies eenvoudig in één oogopslag te raden zijn, alle drukmeters, toetsen
en kranen zijn gekleurd en voorzien van symbolen.
1 - Hogedrukmanometer: wordt gebruikt om het aircosysteem te controleren en de diagnose uit te voeren (afbeelding 3).
2 - Lagedrukmanometer: wordt gebruikt om het aircosysteem te controleren, de diagnose uit te voeren en het vacuüm te
controleren (afbeelding 3).
3 - Hogedrukkraan: verbindt het vulstation met het aircosysteem (afbeelding 4).
4 - Lagedrukkraan: verbindt het vulstation met het aircosysteem (afbeelding 4).
5 - Hogedrukkoppeling: wordt gebruikt om de aansluitleiding op het aircosysteem aan te sluiten (afbeelding 4).
6 - Lagedrukkoppeling: wordt gebruikt om de aansluitleiding op het aircosysteem aan te sluiten (afbeelding 4).
7 - Grasch display met achtergrondverlichting: geeft de functies van het station weer (afbeelding 3).
8 - Toets : wordt gebruikt om door de functies van het station te scrollen om de tijd en hoeveelheid gas en olie in te stellen
(afbeelding 3).
9 - Toets : wordt gebruikt om door de functies van het station te scrollen om de tijd en hoeveelheid gas en olie in te stellen
(afbeelding 3).
10 - Toets : wordt gebruikt om de ingestelde functies te bevestigen (afbeelding 3).
11 - Toets : wordt gebruikt om elke handeling te onderbreken (afbeelding 3).
12 - Seriële poort: wordt gebruikt voor de jaarlijkse bijwerking van de database (afbeelding 4).
BEKNOPTE BESCHRIJVING VAN DE WERKCYCLI
Wanneer de machine wordt ingeschakeld, positioneert het display zich automatisch op de database en maakt het de auto-
matische uitvoering van een vooraf ingesteld programma mogelijk gebaseerd op: MERK-MODEL-PRODUCTIEJAAR-TYPE
SYSTEEM TYPE OLIE EN HOEVEELHEID IN DE COMPRESSOR - HOEVEELHEID GAS in het systeem.
- FASE 2: vacuüm- en lektest van het aircosysteem (de vacuümtijd en lektest worden door de bediener ingesteld).
- FASE 3: de ingestelde hoeveelheid nieuwe olie in het aircosysteem doen (op tijd ingesteld systeem).
Handmatige cyclus
- FASE 1: terugwinning van gas uit het aircosysteem, controle op eventuele gasbellen en automatische aaat van afgewerkte
olie.
76
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
- FASE 4: de ingestelde hoeveelheid merkstoffen erin doen.
- FASE 5: De dichtheid van het systeem van de auto onder druk controleren.
Automatische cyclus
Door op de starttoets te drukken wordt de automatische cyclus gestart en worden de in het vorige hoofdstuk aangegeven
STAPPEN 1 tot en met 5 achtereenvolgens automatisch verricht.
Tijdens deze fase kan het station slechts twee keer worden stilgelegd:
- Wanneer het de hele werkcyclus afgerond heeft.
- Wanneer een lek in het systeem wordt geconstateerd tijdens de fase waarin het vacuüm wordt gecontroleerd, verricht de
automatische cyclus de afzonderlijke fasen volgens de vooraf ingestelde parameters die naast de bijbehorende iconen
kunnen worden afgelezen. Afhankelijk van de behoefte kunnen de gegevens worden gewijzigd door op het toets te
drukken, gewenste pictogram, door op de toetsen te drukken om de gewenste hoeveelheid in te stellen en
vervolgens op de toets te drukken. In dit geval verschijnt de ingestelde waarde naast het pictogram. Als u met de
toetsen naar de start-icoon terugkeert en klikt op de toest , start de automatische cyclus met de door de
gebruiker gewijzigde waarden. Zodra de cyclus voorbij is en de gekozen machine klaar is, verschijnen de ingestelde
standaardwaarden weer.
Het is mogelijk:
- De vacuümtijd in te stellen (in minuten).
- De duur van de lektest van het systeem in te stellen (in minuten).
- De hoeveelheid verse olie in te stellen die moet worden aangevuld (in gram).
- De hoeveelheid merkstof in te stellen die in de machine moet worden gedaan (in gram).
- De hoeveelheid koudemiddel in te stellen die moet worden aangevuld (in gram).
Automatische fasen:
- Het station op gaslekken controleren en gasvormige residuen afvoeren.
- Terugwinnen en lozen van afgewerkte olie.
- Vacuüm- en lektest van het systeem.
- Het systeem vullen met verse olie en nieuwe merkstof.
- Het systeem van de auto op drukverlies controleren.
- Koudemiddel aanvullen.
Aan het begin en het einde van elke cyclus kan de druk worden gecontroleerd
Als de lagedrukmanometer tijdens de vacuümfase niet onder de 0,600 Mbar zakt, geeft de vacuümmeter een
aanhoudend geluidssignaal af dat dus aangeeft dat er een lek is opgemerkt. Ga na wat de oorzaak is en herhaal de
vacuümfase.
Instellingen
- Het bijvullen van de opslagtank met de instelbare hoeveelheid.
- FASE 6: automatisch bijvullen van de ingestelde hoeveelheid gas in het aircosysteem.
77
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
- De controle van de ijking van de elektronische weegschaal.
- Taalinstelling.
Gegevensbank
- Een vooraf ingesteld programma verrichten.
SPECIALE FUNCTIES
- Manual
- Accessoires
- Set-up
- Info
Beschrijving van de speciale functies:
- Manual: de handmatige en automatische cyclus kunnen met de hand worden ingesteld.
- Accessoires:
• Alleen bij 1893/1234YF: printen van de werkcycli (optioneel).
• Programma met wassysteem (optioneel).
• Stikstofdichtheidstest (optioneel).
• Test van de temperatuursensor van de airco (optioneel).
- Setup:
• Datum- en tijdinstelling
• Taalinstelling.
78
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
• Tara-test.
• Bijvullen externe gases.
• LCD-set-up en update van de bestanden.
- Info:
• Model station.
• Softwareversie.
• Conguratie.
Beschrijving van de database:
- Merk.
- Model.
- Productiejaar van-tot.
- Type systeem.
- Type olie en hoeveelheid in de compressor.
- De hoeveelheid gas in de installatie.
De waarden in de database zijn niet bindend, wij wijzen elke vorm van aansprakelijkheid af voor eventuele
onjuistheden.
ANALYTISCHE BESCHRIJVING VAN DE CYCLI
Handmatige cyclus
Voorafgaande controle: tijdens het inschakelen van het station wordt er een 30 seconden durende test uitgevoerd om het station
op storingen en mogelijke gaslekken te controleren (eerste test).
- Fase 1: terugwinning van gas uit het aircosysteem en automatische aaat van de afgewerkte olie.
• Open de hoge- en lagedrukkranen.
• Gebruik toets om de MANUAL functie te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik toets om de functie RECOVERY te selecteren en druk op de knop .
• Nu begint de fase voor het terugwinnen van het gas.
• Na de terugwinningsfase controleert het station automatisch of er nog bellen met koudemiddel in het aircosysteem
aanwezig zijn en wordt de hoeveelheid teruggewonnen gas op het display weergegeven.
• Na deze controle schakelt het station automatisch over op de afvoer van de afgewerkte olie in de tank (zie afbeelding 4).
Als er tijdens de controle een drukverhoging optreedt, worden de eventuele bellen met koudemiddel automatisch door het
station teruggewonnen.
79
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
- Fase 2: vacuüm- en lektest van het aircosysteem (de vacuümtijd en lektest worden door de bediener ingesteld).
• Open de hoge- en lagedrukkranen.
• Gebruik toets om de MANUAL functie te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik de toetsen om de VACUUM-functie te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik de toetsen +/- om de gewenste duur van het vacuüm in te stellen (aanbevolen tijd van 20 tot 30 minuten)
en druk op om het gegeven op te slaan.
• Gebruik de toets om de vacuümcontrolefunctie te selecteren en vervolgens de toetsen om de gewenste duur
van de vacuümcontrole te selecteren. Druk tenslotte op om de waarde op te slaan. Keer met terug naar het
vacuüm en druk tweemaal op de knop .
• Nu begint de vacuümfase, waarin de resterende tijd tot het einde van het vacuüm en het vacuüm in Mbar op het display
wordt weergegeven. Nadat alle ingestelde tijd verstreken is, verricht het station gedurende de voorheen ingestelde tijd met
behulp van een vacuümmeter een lektest. Na aoop van de lektest meldt het station met een reeks Pieptonen dat de fase is
voltooid.
Als er tijdens de lektest een lek optreedt, laat het station een aanhoudende pieptoon horen.
- Fase 3: het aircosysteem met nieuwe olie vullen.
• Na aoop van de vacuümfase kan de compressorolie van het aircosysteem indien nodig met behulp van de daarvoor
bestemde tank (zie afbeelding 4) door middel van de volgende handelingen worden bijgevuld. Open de hoge- en
lagedrukkranen.
• Gebruik toets om de MANUAL functie te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik de toets om de functie FEEDING OIL te selecteren en druk op de knop .
• Stel met de toetsen de gewenste hoeveelheid nieuwe olie in en druk op de knop .
• Handel bij de merkstof op dezelfde manier als bij de olie (aanbevolen max. hoeveelheid 5/10 g).
- Fase 4: automatisch gas aanvullen in het aircosysteem.
• Open de hoge- en lagedrukkranen.
• Gebruik toets om de MANUAL functie te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik de toets om de functie FILLING te selecteren en druk op de knop .
Gebruik de toetsen om de hoeveelheid gas uitgedrukt in gram in te stellen, die in het aircosysteem moet worden
aangevuld en druk op de knop .
Nu begint de herstelfase van 10% van het voor de auto voorziene gas. Met deze hoeveelheid die in het circuit van de auto
wordt ingevoerd, wordt de dichtheid van het systeem van de auto gedurende 2 minuten gecontroleerd. Als er geen lekken in
het systeem worden gevonden, wordt het ingevoerde gas teruggewonnen en wordt de totale hoeveelheid koelgas die voor
de auto is voorzien automatisch ingevoerd. Op het display wordt de hoeveelheid gas weergegeven die ontbreekt om de
ingestelde hoeveelheid te bereiken.
• Het station geeft met een reeks Pieptonen aan dat de fase is voltooid.
Als het opschrift “gases leeg” op het display verschijnt, moet de opslagtank gevuld worden.
80
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
Het vulstation compenseert de hoeveelheid gas in de aircoleidingen automatisch 100 g.
Vergeet niet dat alle handelingen worden gestopt als de toets wordt ingedrukt.
- Fase 5: controle van de druk in het aircosysteem:
Sluit de "HD-LD" kranen voordat u met de test begint.
• Nadat het koudemiddel in het aircosysteem is aangevuld, wordt de drukdichtheid van het aircosysteem gecontroleerd.
• Houd het vulstation op het aircosysteem aangesloten en de kranen gesloten.
• Zet de motor van de auto aan, met de airconditioning op de minimumtemperatuur en de ventilator op maximum 3/5 min. a.c.
• Controleer de hoge en lage druk op de bijbehorende manometers (rood/hoog-blauw/laag).
Omgevingstemperatuur
Lage druk
R1234YF
Hoge druk
R1234YF
°C
Bar
min – max
Bar
min – max
15,5 0,5 – 2,5 6,5 – 10
18 0,5 – 2,5 7 – 12
22 0,5 – 2,5 8 – 14
30 0,5 – 2,5 10 – 17
35 0,5 – 2,5 11,5 – 20
40 0,5 – 3 14 – 22
DRUKTABEL
Verwarmingstoestel:
Het verwarmingstoestel wordt aan het begin van de vacuümfase automatisch ingeschakeld en schakelt automatisch uit zodra
een druk van 10 bar is bereikt.
De gebruiksdruk is van 6 tot 10 bar
Automatische cyclus
Wanneer de machine wordt ingeschakeld, positioneert het display zich op de database:
- Selecteer het merk met de toetsen en druk op de knop .
- Selecteer het model met de toetsen en druk op de knop .
- Selecteer het productiejaar met de toetsen en druk op de knop .
- Controleer of de vooraf ingestelde waarden juist zijn, druk op de knop en de machine werkt met de automatische cyclus.
Als u de vooraf ingestelde waarden wilt wijzigen, gaat u als volgt te werk:
- Terugwinning gas:
• Open de hoge- en lagedrukkranen.
• Gebruik de toets om de functie AUTOMATIC te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik de toetsen om de gewenste vacuümcontrole in te stellen en druk op om het gegeven op te slaan.
• Stel met de toetsen om de gewenste hoeveelheid nieuwe olie in en druk op om het gegeven op te slaan.
• Gebruik de toetsen om de hoeveelheid gas uitgedrukt in gram in te stellen, die in het aircosysteem moet worden
aangevuld en druk op om het gegeven op te slaan.
• Ga naar de icoon “automatisch” en druk op de knop -merkstof bijvullen net als bij de olie; aanbevolen max. hoeveelheid
5/10 gr. optioneel.
81
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
• Nu begint de fase voor het terugwinnen van het gas.
• Na de terugwinningsfase controleert het station automatisch of er nog bellen met koudemiddel in het aircosysteem aanwezig
zijn en wordt de hoeveelheid teruggewonnen gas op het display weergegeven.
Vergeet niet dat het station de resterende hoeveelheid koudemiddel in de leidingen (100 g) automatisch
compenseert.
- De afgewerkte olie lozen:
• Na deze controle schakelt het station automatisch over op de afvoer van de afgewerkte olie in de tank (zie afbeelding 4).
Als er tijdens de controle een drukherstel optreedt, worden de eventuele bellen met koudemiddel automatisch door het station
teruggewonnen.
- Vacuüm- en lektest:
• Nu begint de vacuümfase, waarin de resterende tijd tot het einde van het vacuüm op het display wordt weergegeven.
Nadat alle ingestelde tijd verstreken is, verricht het station gedurende de voorheen ingestelde tijd met behulp van een
vacuümmeter een lektest.
Als er tijdens de lektest een lek optreedt, laat het station een aanhoudende pieptoon horen en wordt de fase
afgebroken.
- Het systeem vullen met verse olie.
Als het systeem niet lekt, wordt de vooraf ingestelde fase om het systeem met verse olie te vullen verricht.
- Gas aanvullen:
Nu begint de herstelfase van 10% van het voor de auto voorziene gas. Met deze hoeveelheid die in het circuit van de auto
wordt ingevoerd, wordt de dichtheid van het systeem van de auto gedurende 2 minuten gecontroleerd. Als er geen lekken in
het systeem worden gevonden, wordt het ingevoerde gas teruggewonnen en wordt de totale hoeveelheid koelgas die voor
de auto is voorzien automatisch ingevoerd. Op het display wordt de hoeveelheid gas weergegeven die ontbreekt om de
ingestelde hoeveelheid te bereiken.
Het station geeft met een reeks Pieptonen aan dat de fase is voltooid.
Als er tijdens de fase van de controle onder druk een lekkage in het systeem wordt gevonden, geeft het station "lekkage in het
systeem" aan en stopt het.
Zodra het gas is aangevuld, controleert u de werkdruk van het aircosysteem.
Si ricorda che la pressione del tasto interrompe tutte le operazioni.
SET-UP
- Datum en tijd instellen: alleen bij optionele printer.
- De opslagtank vullen: wanneer het koudemiddelpeil te laag is om het systeem te vullen, geeft het station een geluidssignaal af
en wordt een melding weergegeven om de opslagtank te vullen. Om de tank bij te vullen, handelt u als volgt:
• Sluit een externe gases met hetzelfde koudemiddel als het gebruikte aan (met de meegeleverde vulslang en, indien nodig,
de bij de gases meegeleverde verloopkoppeling) en maak vervolgens de aansluiting op de hogedrukkoppeling (rood) van het
vulstation.
Als de gebruikte gases slechts één kraan (blauw) heeft, moet deze ondersteboven worden gedraaid om alleen het
vloeibare koudemiddel over te brengen.
• Open de kraan van de gases en de hogedrukkraan (rood).
• Gebruik de toets om de de functie SETUP te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik de toets om de de functie CHARGING TANK(tank-icoon) te selecteren en druk op de knop .
• Stel de hoeveelheid op te laden gas in door op de toetsen te drukken, te selecteren en druk op de knop .
• Zodra de ingestelde hoeveelheid is bereikt, stopt de fase automatisch en keert terug om de hoeveelheid gas in de tank
weer te geven.
• Sluit de kraan van de externe gases.
• Maak de externe gases los.
• Haal het gas uit de buis.
• Sluit de hogedrukkraan.
82
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
- Kalibratiecontrole voor de weegschaal.
• Gebruik de toets om de de functie SETUP te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik de toets om de functie TARE TEST (weegschaal-icoon) te selecteren en druk op de knop .
• Op de bovenste regel geeft het display de hoeveelheid gas in de tank weer en op de onderste het gewicht van het monster.
• Nu zal de bediener een bekend gewicht op de opslagtank zetten (bijvoorbeeld een gewicht van 2 kg) en moet hij het exacte
gewicht op het display aezen. Deze handeling heeft de bediener nodig om periodiek te controleren of de weegschaal van
zijn station nog correct weegt.
- Taal: om van taal te veranderen, handelt u als volgt:
• Gebruik de toets om de functie SETUP te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik de toets om de functie LANGUAGE (vlag-icoon) te selecteren en druk op de knop .
• Gebruik de toets om de gewenste taal te selecteren en druk op de knop .
Het station biedt de mogelijkheid om de meldingen in verschillende talen op het display weer te geven:
• ITALIAANS
• ENGELS
• FRANS
• SPAANS
• Enz...
OPMERKINGEN
Auto's met slechts één koppeling.
- Bij auto's met airco met slechts één koppeling voor ofwel een HOGE- of LAGEdruksysteem moeten de leiding en de
snelkoppeling worden gebruikt die bij de koppeling horen. Verricht vervolgens alle functies net als bij een systeem met twee
koppelingen. Voorbeeld: Auto met slechts één HOGEdrukaansluiting: gas in het aircosysteem aanvullen
• Sluit de hogedruksnelkoppeling (rood) op het aircosysteem aan.
• Open de hogedruk- (rood) en de lagedrukkraan (blauw).
• Verricht de fase om het gas aan te vullen zoals bij een systeem met 2 koppelingen.
De olietanks legen en vullen.
- Afgewerkte olie:
• Leeg de tank wanneer de inhoud rond de 200/220 cc ligt
• Gebruik de speciaal voor afgewerkte olie bestemde houders.
De gebruikte olie is bijzonder afval en moet als zodanig volgens de geldende voorschriften worden afgevoerd.
- Nieuwe olie:
De nieuwe olie zit in vacuümvaten die de integriteit op termijn en de afwezigheid van vervuiling met vochtresiduen garanderen.
• Laat het peil van de tank niet onder de 50/100 cc zakken.
• Het wordt aangeraden om oliën te gebruiken die door de fabrikant van het aircosysteem worden aanbevolen.
- Merkstof:
• Laat het peil niet onder de 50/100 cc zakken.
Het wordt aanbevolen om de merkstof (BETA-code 018930901) te gebruiken, omdat het niet naleven van deze
regels de garantie ongeldig maakt.
Afbeelding ONDERHOUD 5
83
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
ONDERHOUD
De houder met afgewerkte olie leegmaken.
Neem de houder met de afgewerkte olie van de snelkoppeling. Schroef de koppeling op de houder los zoals in afbeelding 6 wordt
getoond en leeg de inhoud in het speciaal hiervoor bestemde vat voor het dumpen van afgewerkte olie (afbeelding 7).
Afbeelding 6
Afbeelding 7
Filterdroger en olievacuümpomp.
Het lter en de olie voor de vacuümpomp moeten worden vervangen wanneer de melding ONDERHOUD brandt. Het wordt
aangeraden om de onderhoudswerkzaamheden te laten verrichten door een erkend centrum dat de teller kan resetten.
Het lter vervangen.
- Verricht de volgende handelingen:
• Selecteer de functie MANUAL en druk op de knop .
• Gebruik de toets om de functie RECOVERY te selecteren en druk op de knop om het lter volledig te legen.
• Verwijder de kunststof behuizing
• Schroef de bijbehorende koppelingen los (gebruik een sleutel van 14 en een van 17, zie afbeelding 8).
• Vervang het lter door het originele lter.
Monteer het lter met de pijl omlaag gericht.
• Draai de koppelingen goed vast.
Afbeelding 8
84
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
De olie van de vacuümpomp vervangen.
- Verricht de volgende handelingen:
• Controleer het oliepeil regelmatig met behulp van het kijkglas (afbeelding 9 nr.3) en de zuiverheid ervan.
• Het oliepeil moet zich halverwege het kijkglas bevinden.
• Om het oliepeil te herstellen, draait u de plug los (afbeelding 9 nr.1) en vult u de olie bij tot het peil (halverwege het kijkglas).
• Over het algemeen is het voor een lange levensduur en een uitstekend rendement aan te bevelen om de olie na de eerste
100 bedrijfsuren of maximaal om de 12 maanden te vervangen, of wanneer de olie vervuild is en donker wordt.
• Na een bedrijfsperiode van de vacuümpomp geeft het station automatisch de melding "ONDERHOUD" op het display weer.
Die melding geeft aan dat de periodieke controle moet worden verricht.
• Gebruik alleen een speciek smeermiddel (hydraulische olie ISO 68).
• Om de olie te verversen laat u de pomp enkele minuten draaien, draait u de dop los (afbeelding 9 nr.2), laat u de olie in een
vat lopen, laat u de pomp 30 seconden draaien en laat u de olie uitdruppelen. Schroef de dop (afbeelding 9 nr.2) aan, draai
de plug los (afbeelding 9 nr.1) en schenk er de benodigde hoeveelheid olie in, tot halverwege het kijkglas (afbeelding 9 nr.3).
• Sluit de plug (afbeelding 9 nr.1), laat de pomp draaien en controleer het peil.
De uit de pomp verwijderde afgewerkte olie is bijzonder afval en moet als zodanig volgens de geldende
voorschriften worden afgevoerd.
Het wordt in ieder geval aangeraden om het lter en de olie van de vacuümpomp (vervangingskit BETA-code
018930510) minstens eenmaal per jaar te vervangen.
Afbeelding 9
85
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
ONDERHOUD
Onderhoudswerkzaamheden en reparaties mogen enkel en alleen door vakmensen worden verricht. Wend u voor deze
werkzaamheden via uw vertrouwde Beta dealer tot het reparatiecentrum van Beta Utensili S.P.A.
AFDANKEN
Het aircovulstation voor voertuigen, de accessoires en verpakkingen moeten volgens de wetten van het land waarin u zich bevindt
naar een centrum voor afvalverwerking worden gestuurd.
GARANTIE
Deze apparatuur is vervaardigd en getest in overeenstemming met de voorschriften die momenteel van kracht zijn
in de Europese Gemeenschap. De apparatuur heeft 12 maanden garantie bij professioneel gebruik en 24 maanden
bij niet-professioneel gebruik.
Storingen veroorzaakt door materiaal- of fabrieksfouten worden naar ons goeddunken ofwel gerepareerd of de
defecte onderdelen worden vervangen.
Eén of meerdere reparaties tijdens de garantieperiode wijzigt de verloopdatum ervan niet.
Defecten veroorzaakt door slijtage, een verkeerd of oneigenlijk gebruik, of door vallen en/of stoten worden niet door
de garantie gedekt.
De garantie vervalt wanneer er wijzigingen worden aangebracht, wanneer er met het aircovulstation voor voertuigen
wordt geknoeid en wanneer het gedemonteerd naar de servicedienst wordt gestuurd.
Schade toegebracht aan personen en / of voorwerpen van welke aard en / of natuur, direct en / of indirect is
uitdrukkelijk uitgesloten.
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
We verklaren onder eigen verantwoordelijkheid dat het beschreven product voldoet aan alle relevante bepalingen
van de volgende richtlijnen:
• Machinerichtlijn 2006/42/EG.
Het technische dossier is verkrijgbaar bij:
BETA UTENSILI S.P.A.
Via A. Volta 18,
20845 Sovico (MB)
ITALIË

Documenttranscriptie

GEBRUIKSHANDLEIDING NL GEBRUIKSHANDLEIDING EN INSTRUCTIES VOOR HET AIRCOVULSTATION GAS R1234YF VOOR VOERTUIGEN GEPRODUCEERD DOOR: BETA UTENSILI S.P.A. Via A. Volta 18, 20845 Sovico (MB) ITALIË Oorspronkelijk in de ITALIAANSE taal geschreven documentatie. LET OP BELANGRIJK: LEES DEZE HANDLEIDING HELEMAAL DOOR ALVORENS HET AIRCOVULSTATION VOOR VOERTUIGEN TE GEBRUIKEN. INDIEN DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN EN DE AANWIJZINGEN NIET IN ACHT WORDEN GENOMEN, KUNNEN ZICH ERNSTIGE ONGEVALLEN VOORDOEN. Bewaar de veiligheidsinstructies zorgvuldig en geef ze aan het personeel dat het product gebruikt. GEBRUIKSDOEL - Het aircovulstation voor voertuigen is bestemd voor het volgende gebruik: • het mag uitsluitend worden gebruikt voor airconditioners in voertuigen: GAS R1234YF - De volgende handelingen zijn niet toegestaan: • het is verboden additieven te gebruiken • het is verboden het apparaat in een vochtige, natte omgeving te gebruiken. Stel het apparaat niet bloot aan regen of sneeuw • het is verboden het apparaat te gebruiken voor toepassingen die niet binnen de technische specificaties vallen die in de tabel TECHNISCHE GEGEVENS staan • het is verboden het apparaat voor iets anders te gebruiken dan voor de toepassingen die hier worden beschreven VEILIGHEID VAN DE WERKPLEK Gebruik het aircovulstation voor voertuigen niet in omgevingen met mogelijk explosieve atmosferen of brandbare materialen, omdat er vonken kunnen ontstaan, waardoor stof of damp in brand kunnen vliegen. Voorkom dat kinderen of bezoekers in de buurt van de werkplek kunnen komen terwijl met het aircovulstation voor voertuigen wordt gewerkt. De aanwezigheid van andere personen leidt af, waardoor men tijdens het gebruik van het apparaat de controle erover kan verliezen. Inhaleer de schadelijke gassen niet, die het aircovulstation voor voertuigen afgeeft terwijl aan de motor wordt gewerkt. Gebruik het aircovulstation voor voertuigen op een droge plek en voorkom vocht. VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR HET VULSTATION VAN AIRCONDITIONERS IN VOERTUIGEN - Controleer voor het gebruik of het aircovulstation voor voertuigen niet beschadigd is en er geen versleten delen zijn. - Gebruik het aircovulstation voor voertuigen niet als het beschadigd is. Probeer niet om het te openen of er wijzigingen aan aan te brengen. - Sluit alle kranen voordat u hem op het systeem aansluit. - Vul de opslagtank voor niet meer dan 80%. - Controleer regelmatig of het vulstation voor airconditioners in voertuigen en de bijbehorende accessoires intact zijn. - Dek het aircovulstation voor voertuigen tijdens het gebruik op geen enkele wijze af. Garandeer een geschikte ruimte voor de ventilatie. - Het is verboden het aircovulstation voor voertuigen in een vochtige, natte omgeving te gebruiken. Stel hem niet bloot aan regen of sneeuw. AANWIJZINGEN VOOR DE VEILIGHEID VAN HET PERSONEEL - We raden u aan uiterst voorzichtig te zijn en u altijd te concentreren op uw handelingen. Gebruik het aircovulstation voor voertuigen niet als u moe bent of onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen. Gebruik altijd de volgende persoonlijke beschermingsmiddelen: • veiligheidsschoenen • veiligheidsbril met zijdelingse bescherming • een beschermingsmasker • beschermende handschoenen voor fysische agentia en chemische stoffen 72 NL GEBRUIKSHANDLEIDING - Verricht alle voorgeschreven werkzaamheden in goed geventileerde en droge ruimtes. - Controleer of de kabels van de signaaldetector zich uit de buurt van ventilatoren, bewegende delen en de brandstofleiding bevinden. - Draag geen wijde kleding, armbanden, kettingen of metalen voorwerpen wanneer u aan het voertuig werkt. - Schakel de stroomtoevoer altijd uit voordat u storingen controleert of reinigingswerkzaamheden uitvoert: deze preventieve maatregel voorkomt dat het station per ongeluk wordt opgestart, zodat u veilig kunt werken. VOOR EEN ZORGVULDIG GEBRUIK VAN HET AIRCOVULSTATION VOOR VOERTUIGEN - Gebruik het aircovulstation voor voertuigen niet als het beschadigd is. - Er mogen geen wijzigingen aan het aircovulstation voor voertuigen worden aangebracht. Wijzigingen kunnen de efficiëntie van de veiligheidsmaatregelen verminderen en meer gevaren voor de gebruiker inhouden. - Laat het aircovulstation voor voertuigen enkel en alleen door vakmensen met gebruik van originele reserveonderdelen repareren. - Gebruik het aircovulstation voor voertuigen niet met andere spanningen dan die in de tabel met TECHNISCHE GEGEVENS staan. - Gebruik een droge doek om het aircovulstation voor voertuigen schoon te maken en ontkoppel hem hiervoor altijd. Gebruik nooit vochtige of natte doeken. - Plaats het laadstation nooit horizontaal omdat het dan olie kan lekken. INDIVIDUELE BESCHERMINGSMIDDELEN DIE NODIG ZIJN TIJDENS HET GEBRUIK VAN HET AIRCOVULSTATION VOOR VOERTUIGEN Niet inachtneming van de volgende waarschuwingen kan lichamelijk letsel en/of ziektes veroorzaken. GEBRUIK ALTIJD VEILIGHEIDSSCHOENEN DRAAG ALTIJD EEN VEILIGHEIDSBRIL MET ZIJDELINGSE BESCHERMING GEBRUIK ALTIJD BESCHERMENDE HANDSCHOENEN VOOR FYSISCHE AGENTIA EN CHEMISCHE STOFFEN TIJDENS HET GEBRUIK VAN HET AIRCOVULSTATION VOOR VOERTUIGEN GEBRUIK EEN BESCHERMEND MASKER TEGEN FYSISCHE AGENTIA Het kan nodig zijn verdere persoonlijke beschermingsmiddelen te gebruiken afhankelijk van de waarden die zijn gevonden bij het onderzoek van de milieuhygiëne /risicoanalyse indien de waarden de maximumwaarden TECHNISCHE GEGEVENS NOMINALE WERKSPANNING TYPE KOUDEMIDDEL VACUÜMPOMP COMPRESSOR HERSTELVERMOGEN GASTANK FILTERS GEBRUIKSTEMPERATUUR AFMETINGEN GEWICHT STANDAARDUITRUSTING De standaarduitrusting is altijd compleet en van topkwaliteit: Versie R1234YF - 1 hogedrukleiding (rood). - 1 lagedrukleiding (blauw). - 1 koppeling voor gasfles. - 1 hogedruksnelkoppeling R1234YF (rood). - 1 lagedruksnelkoppeling R1234YF (blauw). 220-240V – 50-60Hz GAS R1234YF 140/lm - 0,1Mbar 1/3hp – 12cc 500 gr/min. 15 kg Hoogrendementsfilter 10°C 50°C 470x620x1150 mm 78 kg 73 NL GEBRUIKSHANDLEIDING SNELKOPPELING MET VEILIGHEIDSRING Open de snelkoppelingen door ze met de speciaal hiervoor bestemde ringen met de klok mee open te schroeven om te voorkomen dat er gas in de omgeving lekt. (Zie afbeelding 1). Het is raadzaam om de leidingen leeg te maken en een paar minuten te wachten voordat u de koppelingen van het aircosysteem loskoppelt om beschadiging van de afdichtringen te voorkomen. afbeelding 1 GEBRUIK Voordat u de machine voor het eerst gebruikt, verwijdert u de bevestigingsschroef die het vulstation tijdens het transport beschermt. (Zie afbeelding 2). afbeelding 2 Sluit de stroomkabel op het elektriciteitsnet (220V AC enkelfasig) aan en schakel het station met behulp van de hoofdschakelaar in - Controleer of de kranen DICHT zijn. - Controleer de oliepeilen (vacuümpomp en nieuwe olietank). - Nadat het station is ingeschakeld controleert u het peil van het koudemiddel in de opslagtank aan de hand van de op het display weergegeven waarde. - Controleer of het aircosysteem R1234YF is en gebruik het juiste vulstation. - Controleer of het aircosysteem 1 of 2 koppelingen heeft. Sluit de slangen met behulp van de juiste koppelingen op het vulstation aan: de RODE op de hoge druk en de BLAUWE op de lage druk. Vergeet, nadat de aansluiting is gemaakt, niet om de "HD-LD" kranen open te draaien en een vacuümfase van 3 minuten te verrichten om de lucht uit de leidingen te verwijderen. INSTRUMENTENPANEEL (afbeelding 3, afbeelding 4) afbeelding 3 7 11 8 afbeelding 4 1 12 4 10 9 74 3 5 2 6 GEBRUIKSHANDLEIDING NL Het instrumentenpaneel is zodanig gemaakt dat de functies eenvoudig in één oogopslag te raden zijn, alle drukmeters, toetsen en kranen zijn gekleurd en voorzien van symbolen. 1 - Hogedrukmanometer: wordt gebruikt om het aircosysteem te controleren en de diagnose uit te voeren (afbeelding 3). 2 - Lagedrukmanometer: wordt gebruikt om het aircosysteem te controleren, de diagnose uit te voeren en het vacuüm te controleren (afbeelding 3). 3 - Hogedrukkraan: verbindt het vulstation met het aircosysteem (afbeelding 4). 4 - Lagedrukkraan: verbindt het vulstation met het aircosysteem (afbeelding 4). 5 - Hogedrukkoppeling: wordt gebruikt om de aansluitleiding op het aircosysteem aan te sluiten (afbeelding 4). 6 - Lagedrukkoppeling: wordt gebruikt om de aansluitleiding op het aircosysteem aan te sluiten (afbeelding 4). 7 - Grafisch display met achtergrondverlichting: geeft de functies van het station weer (afbeelding 3). 8 - Toets : wordt gebruikt om door de functies van het station te scrollen om de tijd en hoeveelheid gas en olie in te stellen (afbeelding 3). 9 - Toets : wordt gebruikt om door de functies van het station te scrollen om de tijd en hoeveelheid gas en olie in te stellen (afbeelding 3). 10 - Toets : wordt gebruikt om de ingestelde functies te bevestigen (afbeelding 3). 11 - Toets : wordt gebruikt om elke handeling te onderbreken (afbeelding 3). 12 - Seriële poort: wordt gebruikt voor de jaarlijkse bijwerking van de database (afbeelding 4). BEKNOPTE BESCHRIJVING VAN DE WERKCYCLI Wanneer de machine wordt ingeschakeld, positioneert het display zich automatisch op de database en maakt het de automatische uitvoering van een vooraf ingesteld programma mogelijk gebaseerd op: MERK-MODEL-PRODUCTIEJAAR-TYPE SYSTEEM TYPE OLIE EN HOEVEELHEID IN DE COMPRESSOR - HOEVEELHEID GAS in het systeem. Handmatige cyclus - FASE 1: terugwinning van gas uit het aircosysteem, controle op eventuele gasbellen en automatische aflaat van afgewerkte olie. - FASE 2: vacuüm- en lektest van het aircosysteem (de vacuümtijd en lektest worden door de bediener ingesteld). - FASE 3: de ingestelde hoeveelheid nieuwe olie in het aircosysteem doen (op tijd ingesteld systeem). 75 GEBRUIKSHANDLEIDING NL - FASE 4: de ingestelde hoeveelheid merkstoffen erin doen. - FASE 5: De dichtheid van het systeem van de auto onder druk controleren. - FASE 6: automatisch bijvullen van de ingestelde hoeveelheid gas in het aircosysteem. Automatische cyclus Door op de starttoets te drukken wordt de automatische cyclus gestart en worden de in het vorige hoofdstuk aangegeven STAPPEN 1 tot en met 5 achtereenvolgens automatisch verricht. Tijdens deze fase kan het station slechts twee keer worden stilgelegd: - Wanneer het de hele werkcyclus afgerond heeft. - Wanneer een lek in het systeem wordt geconstateerd tijdens de fase waarin het vacuüm wordt gecontroleerd, verricht de automatische cyclus de afzonderlijke fasen volgens de vooraf ingestelde parameters die naast de bijbehorende iconen kunnen worden afgelezen. Afhankelijk van de behoefte kunnen de gegevens worden gewijzigd door op het toets te drukken, gewenste pictogram, door op de toetsen te drukken om de gewenste hoeveelheid in te stellen en vervolgens op de toets te drukken. In dit geval verschijnt de ingestelde waarde naast het pictogram. Als u met de toetsen naar de start-icoon terugkeert en klikt op de toest , start de automatische cyclus met de door de gebruiker gewijzigde waarden. Zodra de cyclus voorbij is en de gekozen machine klaar is, verschijnen de ingestelde standaardwaarden weer. Het is mogelijk: - De vacuümtijd in te stellen (in minuten). - De duur van de lektest van het systeem in te stellen (in minuten). - De hoeveelheid verse olie in te stellen die moet worden aangevuld (in gram). - De hoeveelheid merkstof in te stellen die in de machine moet worden gedaan (in gram). - De hoeveelheid koudemiddel in te stellen die moet worden aangevuld (in gram). Automatische fasen: - Het station op gaslekken controleren en gasvormige residuen afvoeren. - Terugwinnen en lozen van afgewerkte olie. - Vacuüm- en lektest van het systeem. - Het systeem vullen met verse olie en nieuwe merkstof. - Het systeem van de auto op drukverlies controleren. - Koudemiddel aanvullen. Aan het begin en het einde van elke cyclus kan de druk worden gecontroleerd Als de lagedrukmanometer tijdens de vacuümfase niet onder de 0,600 Mbar zakt, geeft de vacuümmeter een aanhoudend geluidssignaal af dat dus aangeeft dat er een lek is opgemerkt. Ga na wat de oorzaak is en herhaal de vacuümfase. Instellingen - Het bijvullen van de opslagtank met de instelbare hoeveelheid. 76 GEBRUIKSHANDLEIDING NL - De controle van de ijking van de elektronische weegschaal. - Taalinstelling. Gegevensbank - Een vooraf ingesteld programma verrichten. SPECIALE FUNCTIES - Manual - Accessoires - Set-up - Info Beschrijving van de speciale functies: - Manual: de handmatige en automatische cyclus kunnen met de hand worden ingesteld. - Accessoires: • Alleen bij 1893/1234YF: printen van de werkcycli (optioneel). • Programma met wassysteem (optioneel). • Stikstofdichtheidstest (optioneel). • Test van de temperatuursensor van de airco (optioneel). - Setup: • Datum- en tijdinstelling • Taalinstelling. 77 GEBRUIKSHANDLEIDING NL • Tara-test. • Bijvullen externe gasfles. • LCD-set-up en update van de bestanden. - Info: • Model station. • Softwareversie. • Configuratie. Beschrijving van de database: - Merk. - Model. - Productiejaar van-tot. - Type systeem. - Type olie en hoeveelheid in de compressor. - De hoeveelheid gas in de installatie. De waarden in de database zijn niet bindend, wij wijzen elke vorm van aansprakelijkheid af voor eventuele onjuistheden. ANALYTISCHE BESCHRIJVING VAN DE CYCLI Handmatige cyclus Voorafgaande controle: tijdens het inschakelen van het station wordt er een 30 seconden durende test uitgevoerd om het station op storingen en mogelijke gaslekken te controleren (eerste test). - Fase 1: terugwinning van gas uit het aircosysteem en automatische aflaat van de afgewerkte olie. • Open de hoge- en lagedrukkranen. • Gebruik toets om de MANUAL functie te selecteren en druk op de knop . • Gebruik toets om de functie RECOVERY te selecteren en druk op de knop . • Nu begint de fase voor het terugwinnen van het gas. • Na de terugwinningsfase controleert het station automatisch of er nog bellen met koudemiddel in het aircosysteem aanwezig zijn en wordt de hoeveelheid teruggewonnen gas op het display weergegeven. • Na deze controle schakelt het station automatisch over op de afvoer van de afgewerkte olie in de tank (zie afbeelding 4). • Als er tijdens de controle een drukverhoging optreedt, worden de eventuele bellen met koudemiddel automatisch door het station teruggewonnen. 78 GEBRUIKSHANDLEIDING NL - Fase 2: vacuüm- en lektest van het aircosysteem (de vacuümtijd en lektest worden door de bediener ingesteld). • Open de hoge- en lagedrukkranen. • Gebruik toets om de MANUAL functie te selecteren en druk op de knop . • Gebruik de toetsen om de VACUUM-functie te selecteren en druk op de knop . • Gebruik de toetsen +/- om de gewenste duur van het vacuüm in te stellen (aanbevolen tijd van 20 tot 30 minuten) en druk op om het gegeven op te slaan. • Gebruik de toets om de vacuümcontrolefunctie te selecteren en vervolgens de toetsen om de gewenste duur van de vacuümcontrole te selecteren. Druk tenslotte op om de waarde op te slaan. Keer met terug naar het vacuüm en druk tweemaal op de knop . • Nu begint de vacuümfase, waarin de resterende tijd tot het einde van het vacuüm en het vacuüm in Mbar op het display wordt weergegeven. Nadat alle ingestelde tijd verstreken is, verricht het station gedurende de voorheen ingestelde tijd met behulp van een vacuümmeter een lektest. Na afloop van de lektest meldt het station met een reeks Pieptonen dat de fase is voltooid. Als er tijdens de lektest een lek optreedt, laat het station een aanhoudende pieptoon horen. - Fase 3: het aircosysteem met nieuwe olie vullen. • Na afloop van de vacuümfase kan de compressorolie van het aircosysteem indien nodig met behulp van de daarvoor bestemde tank (zie afbeelding 4) door middel van de volgende handelingen worden bijgevuld. Open de hoge- en lagedrukkranen. • Gebruik toets om de MANUAL functie te selecteren en druk op de knop . • Gebruik de toets om de functie FEEDING OIL te selecteren en druk op de knop . • Stel met de toetsen de gewenste hoeveelheid nieuwe olie in en druk op de knop . • Handel bij de merkstof op dezelfde manier als bij de olie (aanbevolen max. hoeveelheid 5/10 g). - Fase 4: automatisch gas aanvullen in het aircosysteem. • Open de hoge- en lagedrukkranen. • Gebruik toets • Gebruik de toets om de MANUAL functie te selecteren en druk op de knop . om de functie FILLING te selecteren en druk op de knop . • Gebruik de toetsen om de hoeveelheid gas uitgedrukt in gram in te stellen, die in het aircosysteem moet worden aangevuld en druk op de knop . • Nu begint de herstelfase van 10% van het voor de auto voorziene gas. Met deze hoeveelheid die in het circuit van de auto wordt ingevoerd, wordt de dichtheid van het systeem van de auto gedurende 2 minuten gecontroleerd. Als er geen lekken in het systeem worden gevonden, wordt het ingevoerde gas teruggewonnen en wordt de totale hoeveelheid koelgas die voor de auto is voorzien automatisch ingevoerd. Op het display wordt de hoeveelheid gas weergegeven die ontbreekt om de ingestelde hoeveelheid te bereiken. • Het station geeft met een reeks Pieptonen aan dat de fase is voltooid. Als het opschrift “gasfles leeg” op het display verschijnt, moet de opslagtank gevuld worden. 79 NL GEBRUIKSHANDLEIDING Het vulstation compenseert de hoeveelheid gas in de aircoleidingen automatisch 100 g. Vergeet niet dat alle handelingen worden gestopt als de toets wordt ingedrukt. - Fase 5: controle van de druk in het aircosysteem: Sluit de "HD-LD" kranen voordat u met de test begint. • Nadat het koudemiddel in het aircosysteem is aangevuld, wordt de drukdichtheid van het aircosysteem gecontroleerd. • Houd het vulstation op het aircosysteem aangesloten en de kranen gesloten. • Zet de motor van de auto aan, met de airconditioning op de minimumtemperatuur en de ventilator op maximum 3/5 min. a.c. • Controleer de hoge en lage druk op de bijbehorende manometers (rood/hoog-blauw/laag). DRUKTABEL Lage druk R1234YF Hoge druk R1234YF °C Bar min – max Bar min – max 15,5 0,5 – 2,5 6,5 – 10 18 0,5 – 2,5 7 – 12 22 0,5 – 2,5 8 – 14 30 0,5 – 2,5 10 – 17 35 0,5 – 2,5 11,5 – 20 40 0,5 – 3 14 – 22 Omgevingstemperatuur Verwarmingstoestel: Het verwarmingstoestel wordt aan het begin van de vacuümfase automatisch ingeschakeld en schakelt automatisch uit zodra een druk van 10 bar is bereikt. De gebruiksdruk is van 6 tot 10 bar Automatische cyclus Wanneer de machine wordt ingeschakeld, positioneert het display zich op de database: - Selecteer het merk met de toetsen en druk op de knop . - Selecteer het model met de toetsen - Selecteer het productiejaar met de toetsen en druk op de knop . en druk op de knop . - Controleer of de vooraf ingestelde waarden juist zijn, druk op de knop en de machine werkt met de automatische cyclus. Als u de vooraf ingestelde waarden wilt wijzigen, gaat u als volgt te werk: - Terugwinning gas: • Open de hoge- en lagedrukkranen. • Gebruik de toets • Gebruik de toetsen om de gewenste vacuümcontrole in te stellen en druk op • Stel met de toetsen om de gewenste hoeveelheid nieuwe olie in en druk op • Gebruik de toetsen aangevuld en druk op 80 om de functie AUTOMATIC te selecteren en druk op de knop . om het gegeven op te slaan. om het gegeven op te slaan. om de hoeveelheid gas uitgedrukt in gram in te stellen, die in het aircosysteem moet worden om het gegeven op te slaan. • Ga naar de icoon “automatisch” en druk op de knop 5/10 gr. optioneel. -merkstof bijvullen net als bij de olie; aanbevolen max. hoeveelheid NL GEBRUIKSHANDLEIDING • Nu begint de fase voor het terugwinnen van het gas. • Na de terugwinningsfase controleert het station automatisch of er nog bellen met koudemiddel in het aircosysteem aanwezig zijn en wordt de hoeveelheid teruggewonnen gas op het display weergegeven. Vergeet niet dat het station de resterende hoeveelheid koudemiddel in de leidingen (100 g) automatisch compenseert. - De afgewerkte olie lozen: • Na deze controle schakelt het station automatisch over op de afvoer van de afgewerkte olie in de tank (zie afbeelding 4). • Als er tijdens de controle een drukherstel optreedt, worden de eventuele bellen met koudemiddel automatisch door het station teruggewonnen. - Vacuüm- en lektest: • Nu begint de vacuümfase, waarin de resterende tijd tot het einde van het vacuüm op het display wordt weergegeven. • Nadat alle ingestelde tijd verstreken is, verricht het station gedurende de voorheen ingestelde tijd met behulp van een vacuümmeter een lektest. Als er tijdens de lektest een lek optreedt, laat het station een aanhoudende pieptoon horen en wordt de fase afgebroken. - Het systeem vullen met verse olie. • Als het systeem niet lekt, wordt de vooraf ingestelde fase om het systeem met verse olie te vullen verricht. - Gas aanvullen: • Nu begint de herstelfase van 10% van het voor de auto voorziene gas. Met deze hoeveelheid die in het circuit van de auto wordt ingevoerd, wordt de dichtheid van het systeem van de auto gedurende 2 minuten gecontroleerd. Als er geen lekken in het systeem worden gevonden, wordt het ingevoerde gas teruggewonnen en wordt de totale hoeveelheid koelgas die voor de auto is voorzien automatisch ingevoerd. Op het display wordt de hoeveelheid gas weergegeven die ontbreekt om de ingestelde hoeveelheid te bereiken. Het station geeft met een reeks Pieptonen aan dat de fase is voltooid. Als er tijdens de fase van de controle onder druk een lekkage in het systeem wordt gevonden, geeft het station "lekkage in het systeem" aan en stopt het. Zodra het gas is aangevuld, controleert u de werkdruk van het aircosysteem. Si ricorda che la pressione del tasto interrompe tutte le operazioni. SET-UP - Datum en tijd instellen: alleen bij optionele printer. - De opslagtank vullen: wanneer het koudemiddelpeil te laag is om het systeem te vullen, geeft het station een geluidssignaal af en wordt een melding weergegeven om de opslagtank te vullen. Om de tank bij te vullen, handelt u als volgt: • Sluit een externe gasfles met hetzelfde koudemiddel als het gebruikte aan (met de meegeleverde vulslang en, indien nodig, de bij de gasfles meegeleverde verloopkoppeling) en maak vervolgens de aansluiting op de hogedrukkoppeling (rood) van het vulstation. Als de gebruikte gasfles slechts één kraan (blauw) heeft, moet deze ondersteboven worden gedraaid om alleen het vloeibare koudemiddel over te brengen. • Open de kraan van de gasfles en de hogedrukkraan (rood). • Gebruik de toets om de de functie SETUP te selecteren en druk op de knop . • Gebruik de toets om de de functie CHARGING TANK(tank-icoon) te selecteren en druk op de knop . • Stel de hoeveelheid op te laden gas in door op de toetsen te drukken, te selecteren en druk op de knop . • Zodra de ingestelde hoeveelheid is bereikt, stopt de fase automatisch en keert terug om de hoeveelheid gas in de tank weer te geven. • Sluit de kraan van de externe gasfles. • Maak de externe gasfles los. • Haal het gas uit de buis. • Sluit de hogedrukkraan. 81 GEBRUIKSHANDLEIDING NL - Kalibratiecontrole voor de weegschaal. • Gebruik de toets om de de functie SETUP te selecteren en druk op de knop . • Gebruik de toets om de functie TARE TEST (weegschaal-icoon) te selecteren en druk op de knop . • Op de bovenste regel geeft het display de hoeveelheid gas in de tank weer en op de onderste het gewicht van het monster. • Nu zal de bediener een bekend gewicht op de opslagtank zetten (bijvoorbeeld een gewicht van 2 kg) en moet hij het exacte gewicht op het display aflezen. Deze handeling heeft de bediener nodig om periodiek te controleren of de weegschaal van zijn station nog correct weegt. - Taal: om van taal te veranderen, handelt u als volgt: • Gebruik de toets om de functie SETUP te selecteren en druk op de knop . • Gebruik de toets om de functie LANGUAGE (vlag-icoon) te selecteren en druk op de knop . • Gebruik de toets om de gewenste taal te selecteren en druk op de knop . Het station biedt de mogelijkheid om de meldingen in verschillende talen op het display weer te geven: • ITALIAANS • ENGELS • FRANS • SPAANS • Enz... OPMERKINGEN Auto's met slechts één koppeling. - Bij auto's met airco met slechts één koppeling voor ofwel een HOGE- of LAGEdruksysteem moeten de leiding en de snelkoppeling worden gebruikt die bij de koppeling horen. Verricht vervolgens alle functies net als bij een systeem met twee koppelingen. Voorbeeld: Auto met slechts één HOGEdrukaansluiting: gas in het aircosysteem aanvullen • Sluit de hogedruksnelkoppeling (rood) op het aircosysteem aan. • Open de hogedruk- (rood) en de lagedrukkraan (blauw). • Verricht de fase om het gas aan te vullen zoals bij een systeem met 2 koppelingen. De olietanks legen en vullen. - Afgewerkte olie: • Leeg de tank wanneer de inhoud rond de 200/220 cc ligt • Gebruik de speciaal voor afgewerkte olie bestemde houders. De gebruikte olie is bijzonder afval en moet als zodanig volgens de geldende voorschriften worden afgevoerd. - Nieuwe olie: • De nieuwe olie zit in vacuümvaten die de integriteit op termijn en de afwezigheid van vervuiling met vochtresiduen garanderen. • Laat het peil van de tank niet onder de 50/100 cc zakken. • Het wordt aangeraden om oliën te gebruiken die door de fabrikant van het aircosysteem worden aanbevolen. - Merkstof: • Laat het peil niet onder de 50/100 cc zakken. Het wordt aanbevolen om de merkstof (BETA-code 018930901) te gebruiken, omdat het niet naleven van deze regels de garantie ongeldig maakt. Afbeelding ONDERHOUD 5 82 NL GEBRUIKSHANDLEIDING ONDERHOUD De houder met afgewerkte olie leegmaken. • Neem de houder met de afgewerkte olie van de snelkoppeling. Schroef de koppeling op de houder los zoals in afbeelding 6 wordt getoond en leeg de inhoud in het speciaal hiervoor bestemde vat voor het dumpen van afgewerkte olie (afbeelding 7). Afbeelding 6 Afbeelding 7 Filterdroger en olievacuümpomp. Het filter en de olie voor de vacuümpomp moeten worden vervangen wanneer de melding ONDERHOUD brandt. Het wordt aangeraden om de onderhoudswerkzaamheden te laten verrichten door een erkend centrum dat de teller kan resetten. Het filter vervangen. - Verricht de volgende handelingen: • Selecteer de functie MANUAL en druk op de knop . • Gebruik de toets om de functie RECOVERY te selecteren en druk op de knop om het filter volledig te legen. • Verwijder de kunststof behuizing • Schroef de bijbehorende koppelingen los (gebruik een sleutel van 14 en een van 17, zie afbeelding 8). • Vervang het filter door het originele filter. Monteer het filter met de pijl omlaag gericht. • Draai de koppelingen goed vast. Afbeelding 8 83 GEBRUIKSHANDLEIDING NL De olie van de vacuümpomp vervangen. - Verricht de volgende handelingen: • Controleer het oliepeil regelmatig met behulp van het kijkglas (afbeelding 9 nr.3) en de zuiverheid ervan. • Het oliepeil moet zich halverwege het kijkglas bevinden. • Om het oliepeil te herstellen, draait u de plug los (afbeelding 9 nr.1) en vult u de olie bij tot het peil (halverwege het kijkglas). • Over het algemeen is het voor een lange levensduur en een uitstekend rendement aan te bevelen om de olie na de eerste 100 bedrijfsuren of maximaal om de 12 maanden te vervangen, of wanneer de olie vervuild is en donker wordt. • Na een bedrijfsperiode van de vacuümpomp geeft het station automatisch de melding "ONDERHOUD" op het display weer. Die melding geeft aan dat de periodieke controle moet worden verricht. • Gebruik alleen een specifiek smeermiddel (hydraulische olie ISO 68). • Om de olie te verversen laat u de pomp enkele minuten draaien, draait u de dop los (afbeelding 9 nr.2), laat u de olie in een vat lopen, laat u de pomp 30 seconden draaien en laat u de olie uitdruppelen. Schroef de dop (afbeelding 9 nr.2) aan, draai de plug los (afbeelding 9 nr.1) en schenk er de benodigde hoeveelheid olie in, tot halverwege het kijkglas (afbeelding 9 nr.3). • Sluit de plug (afbeelding 9 nr.1), laat de pomp draaien en controleer het peil. De uit de pomp verwijderde afgewerkte olie is bijzonder afval en moet als zodanig volgens de geldende voorschriften worden afgevoerd. Het wordt in ieder geval aangeraden om het filter en de olie van de vacuümpomp (vervangingskit BETA-code 018930510) minstens eenmaal per jaar te vervangen. Afbeelding 9 84 NL GEBRUIKSHANDLEIDING ONDERHOUD Onderhoudswerkzaamheden en reparaties mogen enkel en alleen door vakmensen worden verricht. Wend u voor deze werkzaamheden via uw vertrouwde Beta dealer tot het reparatiecentrum van Beta Utensili S.P.A. AFDANKEN Het aircovulstation voor voertuigen, de accessoires en verpakkingen moeten volgens de wetten van het land waarin u zich bevindt naar een centrum voor afvalverwerking worden gestuurd. GARANTIE Deze apparatuur is vervaardigd en getest in overeenstemming met de voorschriften die momenteel van kracht zijn in de Europese Gemeenschap. De apparatuur heeft 12 maanden garantie bij professioneel gebruik en 24 maanden bij niet-professioneel gebruik. Storingen veroorzaakt door materiaal- of fabrieksfouten worden naar ons goeddunken ofwel gerepareerd of de defecte onderdelen worden vervangen. Eén of meerdere reparaties tijdens de garantieperiode wijzigt de verloopdatum ervan niet. Defecten veroorzaakt door slijtage, een verkeerd of oneigenlijk gebruik, of door vallen en/of stoten worden niet door de garantie gedekt. De garantie vervalt wanneer er wijzigingen worden aangebracht, wanneer er met het aircovulstation voor voertuigen wordt geknoeid en wanneer het gedemonteerd naar de servicedienst wordt gestuurd. Schade toegebracht aan personen en / of voorwerpen van welke aard en / of natuur, direct en / of indirect is uitdrukkelijk uitgesloten. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING  We verklaren onder eigen verantwoordelijkheid dat het beschreven product voldoet aan alle relevante bepalingen van de volgende richtlijnen: • Machinerichtlijn 2006/42/EG. Het technische dossier is verkrijgbaar bij: BETA UTENSILI S.P.A. Via A. Volta 18, 20845 Sovico (MB) ITALIË 85
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128

Beta 018930012 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor