1312
Lees de handleiding, de bijgevoegde brochure 'Garantie- en aanvullende aanwijzingen' evenals de
actuele informatie en aanwijzingen in de internet-link aan het einde van deze handleiding volledig
door. Volg de daarin beschreven aanwij-zingen op. Bewaar deze documentatie en geef ze door als
u de laserinrichting doorgeeft.
!
Functie / toepassing
Groene kruislijnlaser voor verticaal en horizontaal uitlijnen
– De extra neigingsmodus maakt het aanleggen van hellingen mogelijk.
– Extra loodlaser boven en beneden
– Afzonderlijk inschakelbare laserlijnen en loodlasers
– Out-Of-Level: door optische signalen wordt gesignaleerd, wanneer het apparaat
zich buiten het nivelleerbereik bevindt.
– Het apparaat kan alléén of in combinatie met de magnetische klem- en
wandhouder zowel horizontaal als verticaal worden gebruikt.
– Ideaal voor de horizontale en verticale bevestiging op droogbouwproelen.
– Zelfnivelleringsbereik 3°, nauwkeurigheid ± 0,2 mm / m
NL
Veiligheidsinstructies
Laserstraling!
Niet in de straal kijken!
Laser klasse 2
< 1 mW · 515 / 635 nm
EN 60825-1:2014
– Opgelet: Kijk nooit in de directe of reecterende straal.
– Richt de laserstraal niet op personen.
– Als laserstraling volgens klasse 2 de ogen raakt, dient u deze bewust te sluiten en uw hoofd
zo snel mogelijk uit de straal te bewegen.
– Bekijk de laserstraal of de reecties nooit met behulp van optische apparaten
(loep, microscoop, verrekijker, …).
– Gebruik de laser niet op ooghoogte (1,40 … 1,90 m).
– Goed reecterende, spiegelende of glanzende oppervlakken moeten tijdens het gebruik van
laserinrichtingen worden afgedekt.
– In openbare verkeersbereiken moet de lichtbaan zo goed mogelk door afbakeningen en scheidings-
wanden beperkt en het laserbereik door middel van waarschuwingsborden gekenmerkt worden.
Omgang met lasers van klasse 2
Algemene veiligheidsaanwijzingen
– Gebruik het apparaat uitsluitend doelmatig binnen de aangegeven speccaties.
– De meetapparaten en het toebehoren zijn geen kinderspeelgoed.
Buiten het bereik van kinderen bewaren.
– Ombouwwerkzaamheden of veranderingen aan het apparaat zijn niet toegestaan,
hierdoor komen ´de goedkeuring en de veiligheidsspecicatie te vervallen.
– Stel het apparaat niet bloot aan mechanische belasting, extreme temperaturen,
vocht of sterke trillingen.
– Het apparaat mag niet meer worden gebruikt als een of meerdere functies uitvallen
of de batterijlading zwak is.