Agria 9500 de handleiding

Type
de handleiding
Vertaling van het oorspronkelijke hand-
leiding
Afstandsbestuurde compactmaaimachine
agria 9500 basic
9500011
Vóór het in gebruik nemen de gebruikshandleiding doorle-
zen en de veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
opvolgen!
Gebruikshandleidingnr. 998 476NL 08.19
2
agria 9500 basic
Typeplaatje
Graag hier invullen:
Machine-art.-nr.: .............................................................
Ident-/machine-nr.: .........................................................
Motortype: ......................................................................
Motor-nr.: ........................................................................
Koopdatum: ....................................................................
Typeplaatje zie pagina 4, afb. A/8
Benzinemotor: Motor-nr. zie pagina 69, afb. C/7
Geef deze gegevens door bij elke reserveonderdeelbestel-
ling, om fouten bij de levering te voorkomen.
Gebruik alleen originele Agria-reserveonderdelen!
De technische gegevens, afbeeldingen en afmetingen in
deze handleiding zijn geheel vrijblijvend. Hier kunnen geen
aanspraken van worden afgeleid. Wij behouden ons voor
verbeteringen uit te voeren, zonder deze handleiding te
wijzigen.
Leveromvang (graag controleren):
Afstandsbestuurde compactmaaimachine
Afstandsbediening incl. originele gebruikshandleiding
Accu en draaggordel
Reserve-accu en laadapparaat voor accu's
Originele gebruikshandleiding
Originele motorgebruikshandleiding
Machinepas
(in insteekhoes op de machine)
De machinepas ingevuld terugsturen naar Agria-
Werke.
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
3
Symbolen
Waarschuwingssymbolen,
waarschuwingen voor
gevaarlijke locaties
Let op!
Belangrijke informatie
Machinestop
Motorstart
Motorstop
Stationair motortoerental
Motorolie
Motoroliepeil
Brandstof
snel
langzaam
Snijhoogteversnelling
Snijelement aan
Snijelement uit
Oliesmeerpunt
Aanslagpunt voor berging,
vastsjorren, wegslepen
zie separate motorge-
bruikshandleiding
Gebruikshandleiding
De aanwijzingen op de
accu en in deze handlei-
ding moeten worden op-
gevolgd.
Oogbescherming dragen
Veiligheidshandschoenen
dragen
Niet roken!
Vuur, open licht en roken
verboden
Kinderen uit de buurt
houden van zuur, accu's
en laadapparaten
Waarschuwing voor hete
oppervlakken
Explosiegevaarlijke stoffen
Nooit weggooien bij het
huishoudelijk afval
Afvoeren via recycling-
bedrijf
- agria-Service - = neem contact op met
uw agria-vakwerklplaats
4
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Beschrijving van de onderdelen Afb. A
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
5
Afb. A:
1 Aandrijfwiel
2 Generator
3 Loopwiel
4 Geleidewiel
5 Rupsband
6 Uitlaat
7 Maaidek
8 Typeplaatje (ident-/machine-nr.)
9 Motor
10 Brandstoftank
11 Lampje (wit vooruit / oranje achteruit)
12 Spanbout
13 Aandrijfmotor
14 NOODUIT-schakelaar
15 Contactschakelaar
16 Startaccu
17 Aansluitkast E-techniek
6
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Inhoudsopgave
Typeplaatje ................................................................................................... 2
Symbolen ............................................................................................. 3
Beschrijving van de onderdelen Afb. A ............................................ 4
1 Veiligheidstechnische aanwijzingen ........................................... 8
Bedoeld gebruik ........................................................................................... 8
Beschrijving van de waarschuwings- en gebodssymbolen ......................... 16
2 Technische gegevens ................................................................. 17
Afstandsbestuurde compactmaaimachine .................................................. 17
Benzinemotor ............................................................................................. 18
3 Machine- en bedieningselementen ............................................ 19
Voorbereiding van de machine ................................................................... 19
Systeem-basisfunctie ................................................................................. 19
Benzinemotor ............................................................................................. 20
Rijaandrijving .............................................................................................. 22
Maaiaandrijving .......................................................................................... 22
Remchopper ............................................................................................... 23
Snijhoogteverstelling .................................................................................. 23
Afstandsbediening ...................................................................................... 24
Elektrische installatie .................................................................................. 26
Accu's ......................................................................................................... 27
Acculaadapparaat ...................................................................................... 28
Aanslagpunten ........................................................................................... 28
4 In gebruik nemen en bediening .................................................. 29
In gebruik nemen ........................................................................................ 29
Gevarenzone .............................................................................................. 30
Starten van de machine - basishandelingen ............................................... 31
Voor het starten van de motor .................................................................... 32
Starten van de benzinemotor ..................................................................... 33
Werken met de machine ............................................................................. 34
Stopen van de machine .............................................................................. 37
Duwen van de machine .............................................................................. 38
5 Onderhoud en reparaties ............................................................ 39
Algemeen ................................................................................................... 40
Benzinemotor ............................................................................................. 41
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
7
Accu ........................................................................................................... 44
Machine ...................................................................................................... 46
Reiniging .................................................................................................... 52
Opslag ........................................................................................................ 53
Borden ........................................................................................................ 54
6 Storingzoeken en verhelpen van storingen .............................. 55
Afstandsbediening ...................................................................................... 55
Sikkelmulcher ............................................................................................. 56
Benzinemotor ............................................................................................. 57
7 Buiten werking stellen / recycling .............................................. 59
Elektrische schema's machine ........................................................ 60
Controle- en onderhoudsoverzicht ................................................. 63
Lakken, oplader, slijtdelen ............................................................... 66
Aanduiding van de onderdelen Afb. B............................................ 67
Aanduiding van de onderdelen Afb. C............................................ 69
Conformiteitsverklaring ................................................................... 71
Veiligheidstechnische aanwijzingen
8
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
1 Veiligheidstechnische aanwijzingen
Voor het in gebruik nemen de gebruiks-
handleiding doorlezen opvolgen:
Waarschuwingsbord
In deze gebruikshandleiding hebben we
alle plaatsen waar uw veiligheid aan de
orde is, voorzien van dit symbool. Geef
alle veiligheidsaanwijzingen ook door
aan andere gebruikers.
Bedoeld gebruik
De machine voldoet aan de stand der
techniek en de geldende veiligheidsbe-
palingen op het moment van het in ver-
keer brengen in het kader van het be-
doeld gebruik. Constructief kunnen het
voorspelbaar verkeerd gebruik en de
restgevaren niet worden voorkomen,
zonder de bedoelde functionaliteit te
beperken.
De afstandbestuurbare compacte maai-
machine agria 9500 is voorzien van een
mulchinrichting, die geschikt is voor het
maaien en mulchen van gras en kruid-
achtige vegetatie (reglementair gebruik).
De machine is bedoeld voor het werken
tot een hellinghoek van 45°.
Elk verdergaand gebruik geldt als niet
bedoeld gebruik. Voor de schade als
gevolg hiervan is de fabrikant niet aan-
sprakelijk, het risico hiervoor ligt uitslui-
tend bij de gebruiker.
Tot het bedoeld gebruik behoort ook het
opvolgen van de door de fabrikant voor-
geschreven gebruiks-, onderhouds- en
reparatievoorwaarden.
Eigenmachtige wijzigingen aan de ma-
chine en met name aan de veiligheids-
voorzieningen kunnen groter gevaar
veroorzaken en sluiten een aansprake-
lijkheid van de fabrikant voor hieruit
voortkomende schade uit.
Schade door het gebruik van niet goed-
gekeurde batterijen en accu's, is uitdruk-
kelijk uitgesloten van de garantie.
De machine moet volgens de voorschrif-
ten in de gebruikshandleiding worden
gebruikt. Eventueel moeten andere
gebruikers worden geïnstrueerd.
Elk niet bedoeld gebruik, evenals alle
niet in deze handleiding beschreven
werkzaamheden aan de machine, zijn
niet toegestaan verkeerd gebruik buiten
de wettelijke aansprakelijkheidsgrenzen
van de fabrikant.
Bij niet bedoeld gebruik van de machine
worden personen in gevaar gebracht,
kunnen de machine en andere materiële
zaken van de exploitant worden be-
schadigd en kan de werking van de
machine negatief worden beïnvloed.
Logisch voorspelbaar verkeerd ge-
bruik
Voorspelbaar verkeerd gebruik, resp.
ondeskundig gebruik zijn onder andere:
transport van personen of voorwer-
pen
verwijderede of gemanipuleerde
beschermings- en veiligheidsinrich-
tingen
niet opgevolgde onderhoudsinterval-
len
het niet vervangen van slijtdelen
gebrekkig of niet uitgevoerde on-
derhouds-, resp. reparatiewerk-
zaamheden
niet bedoeld gebruik.
Veiligheidstechnische aanwijzingen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
9
Algemene veiligheids- en ongevalpreventievoorschriften
Basisregels:
Zorg dat u vertrouwd bent met de volle-
dige inhoud van deze gebruikshandlei-
ding, voordat u begint met het in gebruik
nemen van de machine.
Zorg dat u zich bewust bent van de
plaatselijke omstandigheden bij het
gebruik van de machine en maak altijd
een verschil tussen een veilig en onvei-
lig gebruik.
De geldende ongevalpreventievoor-
schriften, evenals de voorschriften op
het gebied van gezondheid en het
openbaar verkeer moeten worden opge-
volgd.
Bij het gebruik van de openbare weg
geldt de wegenverkeerswet in de gel-
dende meest recente versie.
De machine voor elk gebruik controleren
op de veiligheid in het verkeer en voor
het gebruik!
De machine mag alleen worden ge-
bruikt, onderhouden en gerepareerd
door personen, die hiermee vertrouwd
zijn en zijn geïnstrueerd m.b.t. de geva-
ren.
Het apparaat mag alleen worden ge-
bruikt door volwassenen met verant-
woordelijkheidsgevoel, die deze ge-
bruikshandleiding kennen en vertrouwd
zijn met het apparaat. Het mag niet
worden gebruikt door onervaren perso-
nen en kinderen.
De machine nooit gebruiken in de buurt
van kinderen of dieren.
Laat kinderen nooit met de machine
spelen, het is geen speelgoed.
Gebruik de machine uitsluitend bij vol-
doende licht in de omgeving en nooit als
het reactievermogen door het effect van
alcohol, medicijnen of drugs kan zijn
beperkt.
De aangebrachte instructie- en waar-
schuwingsbordengeven belangrijke
instructies voor een gevaarloos bedrijf,
het opvolgen hiervan is voor uw eigen
veiligheid!
Voor het transport op aangedreven
voertuigen of aanhangers buiten het te
bewerken oppervlak moet de motor
worden uitgeschakeld.
Wees voorzichtig bij draaiende werktui-
gen - veiligheidsafstand!
Wees voorzichtig bij nalopende werktui-
gen. Voor werkzaamheden hieraan
wachten tot ze stilstaan!
Bij aangedreven onderdelen bevinden
zich knel- en schaarlocaties!
Het meerijden op de werkuitrusting tij-
dens de werkzaamheden is niet toege-
staan.
De werksnelheid aanpassen aan de
betreffende omstandigheden.
De toerentalinstellingen van de motor
niet verstellen. Een hoog toerental ver-
hoogd het ongevalgevaar.
Werk- en gevarenzone
De werkzone is het totale te bewerken
oppervlak. De gebruiker is verantwoor-
delijk voor iedereen die zich binnen de
werkzone bevindt.
De aanwezigheid binnen de gevarenzo-
ne van de machine is verboden (pagina
30).
Veiligheidstechnische aanwijzingen
10
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Houd kinderen en derden uit de buurt
van de werkzone. De machine direct
stoppen als personen de werkzone
naderen.
Voor
aanvang van de werkzaamheden, de
gehele werkzone controleren op vreem-
de voorwerpen (stenen, ook kabels en
slangen, etc.) en verwijder deze. Door
de messen weggeslingerde delen kun-
nen personen raken en zwaar letsel
veroorzaken.
Let tijdens de werkzaamheden en bij het
overrijden op andere vreemde voorwer-
pen, bijvoorbeeld stenen, boomstronken,
flessen, etc., en verwijder deze indien
nodig op tijd.
Bij werkzaamheden op omsloten opper-
vlakken moet een veiligheidsafstand
worden aangehouden, om het gereed-
schap niet te beschadigen.
Bediening en beschermingsin-
richtingen
Voor aanvang van de werkzaamheden
Zorg dat u vertrouwd bent met de inrich-
tingen en bedieningselementen, evenals
de werking hiervan. Leer vooral hoe de
motor is een noodgeval snel en veilig
kan worden uitgezet!
Zorg dat alle beschermingsinrichtingen
zijn aangebracht en in de beschermende
stand staan!
Controleer voor het in gebruik nemen
altijd de werking van alle onderdelen en
beschermingsinrichtingen. Vervang
beschadigde onderdelen, dit indien
nodig door een vakwerkplaats laten
uitvoeren. Gebruik voor uw eigen veilig-
heid alleen originele Agria-
reserveonderdelen.
Afhankelijk van de aard van de onder-
grond (begroeiing, vochtigheid, ...), moet
geschikt schoeisel worden gedragen,
zodat de bediener niet valt of uitglijdt.
Voor het starten
Voor het starten van de motor, de ge-
bruikshandleiding van de motor aan-
dachtig lezen en controleer of voldoende
olie en brandstof aanwezig is.
De afstandsbediening moet zijn inge-
schakeld en volledig opgeladen, voordat
u deze gebruikt.
De motor niet starten in gesloten ruim-
ten, de uitlaatgassen bevatten koolmo-
noxide, dat zeer giftig is bij het inade-
men!
Voor het starten van de motor moeten
alle bedieningselementen in de neutrale
stand staan of naar de stationaire stand
worden geschakeld.
Bij het starten van de motor niet voor de
machine gaan staan.
Gebruik geen starthulpvloeistoffen bij
het gebruik van elektrische starthulp
(hulpstartkabels). Er bestaat explosiege-
vaar!
Gebruik
Werk alleen bij lichtomstandigheden, du
u voldoende zicht op zowel de machine
als op de werkzone waarborgen.
Zorg dat u eerst op vlak terrein ver-
trouwd raakt met de machine en de
afstandsbediening en bedien de be-
sturing langzaam. Zorg dat er voldoende
vrije ruimte is en bedien de verschillende
functies, zoals vooruit/achteruit, rich-
tingsomkering en het op-/afrijden van
hellingen langzaam.
Veiligheidstechnische aanwijzingen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
11
Mijd gevaarlijke locaties en het gebruik
op vochtig of nat terrein met eventueel
niet zichtbare plassen. Het gebruik bij
regen of bij nat gras leidt door het vast-
plakken van het maaigoed vaak tot een
slecht mulchresultaat. Houd er altijd
rekening mee dat de machine is uitge-
rust met stroomvoerende elektrische en
elektronische componenten.
De afstandsbediening heeft een reikwijd-
te van circa 300 m.
Laat de machine niet uit het oog als hij
in gebruik is. Het zicht op de machine
kan door glooiingen, struikgewas, heu-
vels en dergelijke worden verdekt. Het
verliezen van het visueel contact met de
machine kan voor personen, materiële
zaken en voor de machine zelf zeer
gevaarlijk worden.
Houd tijdens gebruik van de machine
een gepaste afstand. Nader de draaien-
de machine niet en reik nooit met han-
den of voeten onder het apparaat, resp.
de snij-inrichting.
Zorg dat u stabiel staat en houd de af-
standsbediening goed in uw hand vast,
zodat u de controle over de machine niet
verliest.
Zorg voor dusdanige gebruiksomstan-
digheden, dat de machine niet wordt
overbelast. Verlaag indien nodig de
snelheid.
Breng uzelf en de machine nooit in een
positie, waarbij de machine kan wegglij-
den of omvallen en u kan overrijden.
Beweeg de machine altijd zo, dat de
voorzijde van de machine niet is gericht
op personen en zaken. Houd rekening
met de uitstoot van maaigoed of vreem-
de voorwerpen bij het dicht langs muren
of hindernissen rijden.
Schakel vooral bij het passeren van een
oppervlak met kiezels de aandrijving van
de werktuigen uit.
Draag een veiligheidsbril en een stofbe-
schermingsmasker, als u werkt op stoffig
terrein. Gebruik veiligheidshandschoe-
nen als u werkzaamheden uitvoert aan
de machine.
Schakel de motor altijd uit en wacht op
stilstand van de messen, voordat u de
machine nadert. Nader de machine op
een helling nooit van onder.
Schakel voor reiniging en andere werk-
zaamheden aan de machine de motor,
de machine en de afstandsbediening uit
en wacht op stilstand van de messen.
Belangrijk: Het drukken op de
NOODSTOP-knop op de afstandsbe-
diening schakelt de machine en alle
onderdelen hiervan onmiddellijk uit.
De machine schakelt zichtzelf eveneens
onmiddellijk uit, als de afstand tussen
afstandsbediening en machine te groot
Veiligheidstechnische aanwijzingen
12
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
wordt of bij storingen van de zendfre-
quentie. De afstand tot de machine altijd
zodanig houden, dat u de machine veilig
kunt bewaken, controleren en op elk
moment kunt beïnvloeden.
Verwijder verstoppingen bij de machine
na stilstand van de machine en motor,
uitgeschakelde contactschakelaar en
losgetrokken bougiedop, evenals uitge-
schakelde afstandsbediening, met een
stok of ander geschikt gereedschap.
Mocht de machine in aanraking komen
met een vreemd voorwerp, de motor, de
machine en de afstandsbediening uit-
schakelen, stilstand van de messen
afwachten en eventueel beschadigde
onderdelen repareren, voordat het appa-
raat weer wordt ingeschakeld.
Houd de machine altijd in een schone,
verzorgde en goed onderhouden toe-
stand. Dit zorgt voor behoud van de
prestaties en waarborgt een veilig ge-
bruik. Houd de afstandsbediening
schoon en droog en voorkom olie en
vetresten.
Werk met scherpe messen. Mocht het
vervangen of slijpen nodig zijn, voer dan
de hiervoor noodzakelijke werkzaamhe-
den uit met veiligheidshandschoenen.
Houd de waarschuwingsborden en de
gebruiksinstructies in goede toestand,
indien nodig vervangen.
Gebruik op hellingen
Werk op hellingen waarbij de ma-
chine niet kan omvallen. Dit kan zware
schade aan de machine en aan omstan-
ders en zaken veroorzaken.
Werk in banen dwars op de helling en bij
richtingsveranderingen bij voorkeur naar
boven.
Let op gaten in de grond, voren, verho-
gingen en andere objecten, om wegglij-
den en omvallen de voorkomen.
Houd er rekening mee dat gras hinder-
nissen, gevaren en kleine dieren kan
verbergen.
Mijd het werken op een natte onder-
grond bij steil terrein. Wees zeer voor-
zichtig bij sloten en oevers.
Extra veiligheidsaanwijzingen voor
kinderen en dieren
Dit apparaat ziet er in de ogen van kin-
deren uit als speelgoed. Laat de machi-
ne of de afstandsbediening daarom
nooit zonder toezicht staan.
Houd er rekening mee dat vooral
kinderen en dieren daar kunnen ver-
schijnen waar u ze niet verwacht. Wees
zeer voorzichtig bij het naderen van niet
zichtbare gedeelten, struiken, bomen of
andere objecten, die u het zicht op kin-
deren of dieren kunnen ontnemen.
Einde van de werkzaamheden
De machine nooit onbewaakt laten,
zolang de motor draait.
Voor het verlaten van de machine de
motor uitschakelen. Daarna (indien
aanwezig) de brandstofkraan/-kranen
sluiten.
Let erop dat de hete machine niet in de
volle zon wordt neergezet.
Ter beveiliging tegen onbevoegd gebruik
de sleutel uit de afstandsbediening trek-
ken en de machine beveiligen tegen
wegrollen.
Veiligheidstechnische aanwijzingen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
13
Onderhoud
Alleen geschoold personeel, dat het
onderhoud en reparaties vakkundig kan
uitvoeren, mag deze werkzaamheden
uitvoeren.
Voer geen onderhouds- en reinigings-
werkzaamheden uit bij draaiende motor.
Bij werkzaamheden aan de motor altijd
de contactsleutel (indien aanwezig)
verwijderen en bij benzinemotoren
eveneens de bougiedop lostrekken.
Zijn beschermingsinrichtingen en werk-
tuigen onderhevig aan slijtage, moeten
ze regelmatig worden gecontroleerd en
indien nodig vervangen!
Beschadigde snijwerktuigen moeten
worden vervangen!
Bij het vervangen van het snijgereed-
schap geschikt gereedschap en veilig-
heidshandschoenen gebruiken.
Reparatiewerkzaamheden, zoals lassen,
slijpen, boren, etc., mogen niet aan
dragende, veiligheidstechnische onder-
delen worden uitgevoerd!
Voor laswerkzaamheden de accuklem-
men losmaken.
Zorg dat bij laswerkzaamheden de elek-
trische en elektronische onderdelen van
de machine niet nadelig worden beïn-
vloed.
Houd de machine en werktuigen
schoon, zodat brand wordt voorkomen.
Moeren en bouten regelmatig op goed
vastzitten controleren en indien nodig
natrekken.
Na onderhouds- en reinigingswerk-
zaamheden de beschermingsinrichtin-
gen altijd weer monteren en in de be-
schermende stand brengen!
Gebruik alleen originele Agria-
reserveonderdelen.
Na afronding van de werkzaamheden
een functie- en veiligheidstest uitvoeren.
Opbergen
Het opbergen van de machine in ruimten
met open verwarming is verboden.
De machine niet neerzetten in gesloten
ruimten, als nog brandstof aanwezig is
in de brandstoftank. Benzinedampen zijn
een bron van gevaar.
Veiligheidstechnische aanwijzingen
14
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Motor, brandstof en olie
De motor niet laten draaien in een geslo-
ten ruimte. Er bestaat vergiftigingsge-
vaar! Daarom ook beschadigde uitlaat-
onderdelen direct vervangen.
Wees voorzichtig met hete motoron-
derdelen!
De uitlaatpot en andere motoronderde-
len worden zeer heet als de motor draait
en direct na het uitzetten. Houd vol-
doende afstand tot hete oppervlakken
en houd kinderen uit de buurt van de
draaiende motor.
Bij de omgang met brandstof zeer zorg-
vuldig te werk gaan. Er bestaat ver-
hoogd brandgevaar. Nooit omgaan met
brandstof in de buurt van open vuur,
mogelijk ontstekende vonken of hete
motoronderdelen.
Brandstof niet bijvullen in gesloten ruim-
ten. Bij het tanken niet roken!
Bijtanken of verwisselen van de jerrycan
alleen bij uitgeschakelde en afgekoelde
motor.
Mors niet met brandstof, gebruik een
geschikte vulhulp.
Let op de voorschreven brandstofkwali-
teit.
Brandstof alleen opslaan in goedge-
keurde reservoirs.
Brandstoftank nooit tot aan de rand
vullen. Brandstof zet bij stijgende tem-
peraturen uit.
Let erop dat in de brandstoftank vol-
doende reserve voor het uitzetten van de
brandstof aanwezig is.
Let erop dat de brandstoftankdop na het
bijtanken weer stevig gesloten wordt.
Uit veiligheidsoverwegingen de brand-
stoftankdop en andere tankdoppen bij
beschadigingen verwijderen.
Corrosiebeschermings- en stabilisator-
vloeistoffen buiten het bereik van kin-
deren bewaren, bij misselijkheid en
braken direct een arts bezoeken, bij
contact met de ogen deze direct grondig
uitspoelen, het inademen van dampen
voorkomen.
Bijsluiters lezen en opvolgen!
Gebruikte, schijnbaar lege spuitbussen
voor het recyclen op een goed geventi-
leerde, vonk- en vlamvrije en afgelegen
locatie volledig leegmaken of indien
nodig afvoeren als speciaal afval.
Bij werkzaamheden met olie, brandstof
en vet, de betreffende veiligheidshand-
schoenen dragen, evt. huidbescher-
mingsmiddel gebruiken.
Wees voorzichtig bij het aftappen van
hete olie, er bestaat verbrandingsge-
vaar.
Let op de voorschreven oliekwaliteit.
Alleen opslaan in goedgekeurde reser-
voirs.
Olie, brandstoffen, vet en filters ge-
scheiden en volgens de voorschriften
afvoeren.
Veiligheidstechnische aanwijzingen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
15
Elektrische installatie en accu
Bij werkzaamheden aan de elektrische
installatie moet altijd de accuklem (min-
pool) worden losgemaakt.
Let op het correct aansluiten - eerst de
pluspool en daarna de minpool! Bij het
losmaken van de klemmen in omge-
keerde volgorde!
Gebruik alleen de voorgeschreven zeke-
ringen. Bij het gebruik van te zware
zekeringen wordt de elektrische installa-
tie vernield - brandgevaar!
Pluspool altijd voorzien van de hiervoor
bedoelde afdekking of klembescherm-
kap.
Extra veiligheidsaanwijzingen voor de
accu's
De machine nooit in de regen of in voch-
tige ruimten opladen. Verwijder voor
elke onderhouds- of reinigingsingreep bij
de elektrische installatie de accukabel
van de accu. Gebruik alleen de in deze
handleiding opgegeven accu's. De ac-
cu's mogen niet worden geopend of
beschadigd of in de buurt van warmte-
bronnen worden opgeslagen.
Eventueel weggelekte substan-
ties zijn bijtend en kunnen schade
aan ogen en huid veroorzaken. Dam-
pen en gassen niet inademen, omdat
ze giftig kunnen zijn.
De accu altijd zodanig hanteren, dat
door gereedschappen, ringen, armban-
den of sleutels niet per ongeluk kort-
sluiting bij de polen kan ontstaan, dit kan
leiden tot verbrandingen.
Gevaar: De hierin aanwezige substan-
ties zijn schadelijk voor ogen en huid,
zijn elektrisch geleidend en bijtend.
Gebruik beschermende kleding en een
veiligheidsbril voor resp. huid en ogen.
Na contact de handen direct grondig
wassen. Na oogcontact direct grondig
uitspoelen en arts bezoeken.
LET OP!: Gebruik uitsluitend originele
accu's. Andere accu's kunnen machine-
schade op persoonlijke schade veroor-
zaken. De met de machine meegelever-
de accu's zijn verzegeld, onderhoudsvrij
en kunnen zonder gevaar voor vloeistof-
verlies omvallen. Voor het opladen van
een volledig ontladen accu kunnen en-
kele uren nodig zijn.
Veiligheidstechnische aanwijzingen
16
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Beschrijving van de waarschuwings- en gebodssymbolen
Voor het in gebruik nemen de gebruikshandleiding en de
veiligheidsaanwijzingen doorlezen opvolgen.
Voor reinigings-, onderhouds en reparatiewerkzaamheden de
motor uitschakelen, NOODUIT-schakelaar indrukken en de
sleutel uit de afstandsmeting verwijderen.
Houd bij draaiende motor voldoende afstand tot de messen!
Machineonderdelen alleen aanraken, als ze volledig tot stil-
stand zijn gekomen.
Let op rondvliegende objecten, vooral op steenachtig terrein.
Houd afstand bij draaiende motor.
Verwijder vreemde voorwerpen uit de werkzone.
Voor het werken met de machine moeten individuele gehoor-
beschermingsmiddelen worden gebruikt
- Veiligheidshandschoenen dragen.
Wees voorzichtig met hete motoronderdelen!
Waarschuwing voor handletsel.
Niet met water afspuiten!
Voorzichtig! Spanning
2
Technische gegevens
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
17
2 Technische gegevens
Afstandsbestuurde compactmaaimachine
Motor: .............................................................................................. Briggs & Stratton
Rijaandrijving: ...................... traploze elektrische aandrijving van het rupswerk 48 V
Rijsnelheden: .............................................................................. vooruit 0 - 5,8 km/h
achteruit 0 - 5,8 km/h
Rem: ........................................................ Elektromechanische veiligheidsrem (optie)
Bodemdruk: .............................................................................. 0,08 kg/cm² (8,0kPa)
Mulchaandrijving: ................................................................... V-riem met koppeling
Toerental mesas: ..................................................................................... 2725 min
-1
Messen: ....................................................................................... Mulchmes 660 mm
Oppervlaktecapaciteit: .................................................................. 2500 - 3000 m²/h
Besturing: ................................................ elektrisch, afstandsbediening met joystick
Reikwijdte afstandsbediening: ............................................................. max. 300 m
Normale werk-reikwijdte afstandsbediening: ...................................... max. 100 m
Omgevingstemperatuur: ..................................................................... -5 tot +40 °C
Geluidsvermogensniveau: ............................... L
WA
= 103 dB volgens EN ISO 3744
Lagersmeermiddel: .................................................................... Levensduursmering
Gewicht: (met volle brandstoftank) ................................................................. 340 kg
Snijhoogteverstelling: ............................................................................ 35-120 mm
Bodemvrijheid: ........................................................................................ 35-120 mm
Snijbreedte: ..................................................................................................... 70 cm
Afmetingen (mm):
2
Technische gegevens
18
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Benzinemotor
Motor: ........................................................................... Briggs & Stratton series 3130
Model: ............................................................................................................ 21R877
Bouwwijze: ................................. luchtgekoelde 1-cilinder-4-takt-OHV-benzinemotor
met elektronisch brandstofmanagementsysteem en vlottercarburateur
Boring x slag: ....................................................................................87,3 x 57,4 mm
Cilinderinhoud: ............................................................................................ 344 ccm
Vermogen: ................................................................ 9,7 kW (13,2 PK) bij 3600 min
-1
Koppel: ..................................................................................... 22 Nm bij 2500 min
-1
Bougie: ....................................................................................... Champion RC12YC
Elektrode-afstand: 0,76 mm
Ontsteking:elektronische magneetonsteking, contactloos, luchtspleet 0,20 - 0,30
mm
radio-ontstoord conform VDE 0879
Klepspeling: (bij koude motor) ............ inlaat 0,08 - 0,13 mm, uitlaat 0,13 - 0,18 mm
Startinrichting: ............................................................... Elektrische startmotor 12 V
Generator: ............................................................................................................ 9 A
Accu: .............................................................................................. 12 V, 8 Ah, 120 A
Brandstof: ........................................ gebruikelijke normale benzine voor voertuigen,
octaangetal, zie separate motorgebruikshandleiding
Brandstofverbruik:................................................................................... 313 g/kWh
Inhoud brandstoftank: ....................................................................................... 2,8 l
Luchtfilter: .................................................................................... Luchtfiltersysteem
met patroon en schuimrubber-voorfilter
Werktoerental: .......................................................................................... 3600 min
-1
Stationair toerental: ................................................................................. 2750 min
-1
Smering: ............................................................................ Druksmering met oliefilter
Motorolie: ..................................................... multipurpose olie, vulhoeveelheid: 1,4 l
bij omgevingstemperatuur -15 tot +45 °C: SAE 5W-30, API-classificatie SF, SG, SH,
SJ of hoger
Hellingsgeschiktheid:
De motor is geschikt voor gebruik op hellingen (bij motoroliepeil “max” = bovenste
vulpeilmarkering): ............................... Continue werking tot hellingshoek 40° (84 %)
3
Machine- en bedieningselementen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
19
3 Machine- en bedieningselementen
Voorbereiding van de machine
Machine uit de verpakking halen.
Verpakkingen moeten op een milieu-
vriendelijke wijze worden recycled.
Zorg dat de machine met de contactscha-
kelaar op de machine (A/15) in stand O is
uitgeschakeld.
Systeem-basisfunctie
Machine
De volledige eenheid bestaat uit twee hoofdele-
menten: de machine voor het mulchen en de
radio-afstandsbediening.
De ma
chine is bedoeld voor het mulchen van
gras en kruidachtige vegetatie.
De machine heeft een benzinemotor, die de
generator en de mulchinrichting aandrijft. De
generator voedt de elektromotoren, die de rups-
banden aandrijven.
De besturing en de ontvanger voor
de afstands-
bediening bevinden zich in een beschermkast
achterin de machine.
De machine is uitgerust met een NOODUIT-
schakelaar (A/14). De contactschakelaar (A/15)
bevindt zich eveneens op de machine.
Afstandsbediening
Alle andere commando's worden tijdens normaal
gebruik via de zender van de afstandsbediening
gegeven. Bij de afstandsbediening kan het mo-
tortoerental en de snijhoogte-
instelling worden
vooringesteld, ook als de motor uit is.
Tijdens de werkzaamheden worden de rijsnel-
heid, de snijhoogte, het motortoerental en de
koppeling van de mulchaandrijving bediend via
de afstandsbediening.
Op de af
standsbediening bevindt zich ook een
NOODSTOP-schakelaar (B/9).
De machine maakt gebruik van de in het land
van gebruik toegestane frequenties.
De reikwijdte van de afstandsbediening is onder
normale omstandigheden, zoals laadtoestand
van de accu's, hinder
nissen binnen het zendbe-
reik, storingen en storende invloeden uit de
3
Machine- en bedieningselementen
20
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
omgeving, etc., maximaal circa 300 m.
De gebruikelijke werk-
reikwijdte van de af-
standsbediening is ca. 100 m, afhankelijk van de
omstandigheden.
De afstandsbediening is uit veiligheidsoverwe-
gingen zo ingesteld, dat de machine bij het ver-
laten van de reikwijdte de motor direct uitzet.
Deze afstand kan dus door verschillende om-
standigheden variëren.
Benzinemotor
De viertakt benzinemotor
moet met normale
benzine (zie hfst. In gebruik nemen, pagina 29
)
worden gebruikt.
Tijdens de eerste 20 bedrijfsuren (inlooptijd), de
motor niet tot de grens van de capaciteit belas-
ten.
Ook na de inlooptijd
, geldt de basisregel, nooit
meer gasgeven dan voor de uitvoering van de
werkzaamheden op dat moment noodzakelijk is.
Hoge toerentallen zijn schadelijk voor
elke motor en hebben een aanzienlijk nega-
tieve invloed op de levensduur
. Dit geldt
vooral bij onbelast gebruik! Overtoeren (laten
loeien) van de motor kan zelfs tot directe
schade leiden.
Ontstekingsinstallatie
De benzinemotor is uitgerust met een contactlo-
ze elektronische ontstekingsinstallatie. Wij raden
u aan de noodz
akelijke controles door een vak-
man te laten uitvoeren.
Koeling
De motor wordt gekoeld door een ventilator. Het
ventilatorrooster (C/1) op de motor altijd vrijhou-
den van maairesten en vuil.
3
Machine- en bedieningselementen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
21
Stationair motortoerental
Zorg altijd dat het stationair toerental van de
motor correct is ingesteld. De motor moet bij het
kiezen van het stationair motorto
erental met de
afstandsbediening draaien met het aanbevolen
toerental, zodat de machine zonder mulchbedrijf
goed kan worden verreden met de elektrische
motorreductoren.
Wordt het vooringestelde stationaire
toerental onderschreden, schakelt de elek-
tronica de besturing van de rijaandrijving uit.
Het inschakelen van de mulchaandrijving of het
te snel
rijden in te hoog maaigoed, kunnen bij-
voorbeeld zorgen voor een verlaging van het
toerental. Deze toerentalverlaging zorgt bij een
te laag toerental dat de besturing van de rijaan-
drijving wordt uitgeschakeld.
Hierbij is altijd een volledige herstart van d
e
afstandsbediening en de machine
noodzake-
lijk.
Luchtfilter
Het luchtfilter (C/6) reinigt de aange
zogen lucht.
Een verontreinigd filter vermindert het motor-
vermogen.
3
Machine- en bedieningselementen
22
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Rijaandrijving
Rupsaandrijving
De machine wordt aangedreven via de rups-
loopwerken. De rupsbanden lopen over de aan-
drijfwielen (A/1), geleidewielen (A/4) en de loop-
wielen (A/3). De rupsbanden worden gespannen
met de voorste geleidewielen. De rupsspanning
wordt met de spanmoer aan de ver
schuifbare
houder van het betreffende geleidewiel inge-
steld.
Aandrijfmotoren
De aandrijfwielen (A/1) van de rupsloopwerken
zijn gemonteerd op de assen van de aandrijfmo-
toren (A/13). De overbrengingen worden aange-
dreven door elektromotoren. De stroom vo
or de
elektromotoren wordt gegenereerd door de ge-
nerator (A/2). Via de afstandsbediening en de
vermogenselektronica wordt het toerental van de
elektromotoren ingesteld. Dit regelt de rijsnelheid
van de machine.
Maaiaandrijving
Het mes wordt door de benzinemotor via een V
-
snaaraandrijving met elektromagnetische koppe-
ling aangedreven. De elektromagnestische kop-
peling bevindt zich op de motoras onder de
poelie voor de generator.
3
Machine- en bedieningselementen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
23
Remchopper
De remchopper vormt overtollige energie van de
generator van de elektromotoren bij duwwerking
om in warmte en voorkomt daarmee dat de
elektronische componenten overbelast worden.
H1 brandt (continu als de machine is ingeschakeld): Spanning 48 V is op de gene-
rator aanwezig - indien niet moet ofwel de kabel naar de generator of de generator
zelf gecontroleerd worden.
H2 brandt (continu in ingeschakelde hoedanigheid): Spanning 12 V is op de vermo-
genselektronica aanwezig - indien niet moet de accu gecontroleerd worden.
H3 brandt (alleen indien remchopper actief): Spanning is op de remchopper aanwe-
zig, bijvoorbeeld bij van de helling af rijden zonder last.
Snijhoogteverstelling
De snijhoogte kan tussen 30 en 130 mm worden
ingesteld. De instelling gebeurt via een klepspe-
ling met aparte slinger.
Houd er rekening mee dat bij het ver-
stellen geen voorwerpen (gereedschap, hout,
etc.) op het maaidek liggen, omdat anders
machineschade, vooral aan de elektromoto-
ren mogelijk is.
3
Machine- en bedieningselementen
24
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Afstandsbediening
De machine wordt bediend met de afstandsbediening.
(1) Joystick
Met de joystick worden de rijrichting en de rijsnelheid geregeld.
(2) LCD display
Verschillende weergaven
(3) LED
De LEDs geven het radiografische contact tussen afstandsbediening en machi-
ne aan.
(4) Motor aan
Met de motor-aan-schakelaar wordt de benzinemotor gestart.
(5) Maaiaandrijving aan/uit
Met de maaiaandrijving-schakelaar wordt de maaiaandrijving via een elektri-
sche koppeling in- en uitgeschakeld.
(6) Maaidek omhoog/omlaag
Met de maaidek-schakelaar wordt de snijhoogte ingesteld.
(bij uitvoering basic niet toegewezen, daar instelling van de snijhoogte mecha-
nisch).
(7) Rijsnelheidsbereik
Met de rijsnelheidkeuze-schakelaar wordt de bereikbare eindsnelheid van de
machine op 3 niveaus ingesteld. De snelheidsbereiken 1-2-3 komen overeen
met 2-4-8 km/h.
(8) Motortoerental
Met de motortoerental-schakelaar wordt het motortoerental van stationair (min.)
tot het werktoerental (max.) ingesteld (alleen bij 9500 premium).
(9) NOODSTOP-schakelaar
3
Machine- en bedieningselementen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
25
Bij het drukken op de NOODSTOP-schakelaar worden bij de machine de ben-
zinemotor en de maaiaandrijving uitgeschakeld.
(10) Folietoetsenbord aan de zijkant
Het folietoetsenbord is bij gebruik van de compacte maaimachine niet toege-
wezen.
(11) Startknop
Het radiografische contact tussen de afstandsbediening en de machine wordt
geactiveerd als de startknop 2 seconden ingedrukt wordt.
(12) Aan/Uit-schakelaar
Voor het in- en uitschakelen van de afstandsbediening
Display op de afstandsbediening
Op het display worden de volgende instelwaarden en toestanden van de machine
weergegeven:
(1) Rijsnelheid
(2) Weergave snijhoogte (alleen bij uitvoering premium)
(3) Bedrijfsuren
(4) Generatorspanning
(5) Maaidek aan/uit
(6) Niet toegewezen
(7) Niet toegewezen
(8) Actief bij foutmelding
(9) Laadtoestand van de accu van de afstandsbediening
3
Machine- en bedieningselementen
26
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Elektrische installatie
De elektrische installatie van de machine zorgt
voor het aansturen van het elektrische aandrijf-
systeem en de benzinemotor, door het omzetten
van de invoer van de bediener
bij de afstands-
bediening.
De elektrische installatie bij de machine bestaat
uit de ontvanger voor de afstandsbediening, de
programmeerbare besturing en de vermogens-
elektronica, evenals relais en zekeringen.
De ontvanger van de afstandsbediening en de
rela
is alsmede de vermogenselektronica bevin-
den zich in de aansluitkast E-techniek (A/17).
Elektromechanische veiligheidsrem
De machine is uitgevoerd met een elektrome-
chanische veiligheidsrem. De elektromechani-
sche veiligheidsrem wordt bij een stilstaande
machine operatief en voorkomt het doorrollen.
Extra veiligheidsmaatregelen zoals het gebruik
van wielblokken of -
keggen e.d. nemen en de
machine niet zonder toezicht achterlaten.
Als de machine moet worden weggesleept moet
de elektromechanische veiligheid
srem losgezet
worden. Om de elektromechanische veiligheids-
rem met de hand los te zetten de scheidings-
hendel aan de zijkant van de rem wegdrukken,
zie pagina 38. De benzinemotor mag
dan nooit
draaien of worden gestart.
3
Machine- en bedieningselementen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
27
Accu's
De startaccu van de machine bevindt zich onder
de aansluitkast E-techniek.
Deze 12 V accu (A/16) voor de startmotor wordt
door de motor opgeladen via een dynamo.
Sluit de rode accukabel aan op de pluspool en
de zwarte op de minpool.
De pluspool (rode kabel) moet afgedekt zijn,
zodat kortsluiting wordt voorkomen.
Kortsluiting en beschadiging van de
buitenkant van de accu kan leiden tot
snel-
ontlading en extreem opwarmen van de accu!
Deze accu alleen vervangen door een
originele accu.
In de afstandsbediening bevindt zich een Li-ion
-
accu. Het hiervoor benodigde laadapparaat en
een reserve-accu worden meegeleverd.
Gebruik uitsluitend originele Agria-
,
resp. Ikusi-accu's.
Een onvoldoende laadtoestand van de
accu leidt tot fouten bij de radioverbinding en
dus tot gedeeltelijk of totaal verlies van de
controle over de machine. Dit kan leiden tot
gevaarlijke situaties.
3
Machine- en bedieningselementen
28
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Voorschrift voor een correcte conditionering van de accu's voor de afstands-
bediening
1.
Voor een optimale autonomie van de accu's,
in eerste instantie drie volledige laad
-
/ontlaadcycli uitvoeren.
2.
De accu's voor het eerste gebruik nogmaals
minimaal 12 uur opladen.
3.
Om de conditioneringstoestand te bereiken,
de accu's elke twee maanden opladen, ook
als ze niet worden gebruikt.
4. De accu's in ee
n geventileerde en droge
ruimte opladen.
De accu's nooit in de buurt van vocht, warm-
tebronnen, open vuur of chemische pro-
ducten opladen.
5.
Accu's voor het weer opladen zoveel moge-
lijk laten ontladen.
6. Accu's vorstvrij opslaan.
Acculaadapparaat
De accu's van de afstandsbediening alleen met
het meegeleverde laadapparaat opladen.
De elektrische kabel van h
et laadapparaat moe-
ten onbeschadigd zijn, beschadigde kabels
moeten direct door vakpersoneel worden ver-
vangen.
Aanslagpunten
Voor het wegslepen, bergen en vastsjorren voor
een veilig transport, evenals voor het verladen
van de machine moeten spanbanden worden
gebruikt bij de aanslagpunten.
Vastsjorren op andere plaatsen kan schade
veroorzaken.
Spanban
den controleren op beschadigingen,
indien nodig vervangen!
Geen lasopnamemiddelen met scherpe randen
gebruiken (bijv. scherpe haken, ogen, etc.)!
Nooit onder zwevende lasten lopen of gaan
staan. Levensgevaar!
4
In gebruik nemen en bediening
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
29
4 In gebruik nemen en bediening
In gebruik nemen
Houd er rekening mee dat de levensduur en bedrijfszekerheid van de motor in ster-
ke mate afhankelijk is van de inlooptijd. Een koude motor altijd eerst enkele minuten
laten warmdraaien en niet direct het volledige vermogen vragen.
Tijdens de eerste 20 bedrijfsuren (inlooptijd), de motor niet tot de grens van de
capaciteit belasten.
Let op!:
De motor is vanwege het transport
niet volledig gevuld met olie!
Voor het voor het eerst in gebruik nemen van
de motor motorolie bijvullen, niet vullen bo-
ven max.!
Motorgebruikshandleiding
Voor het voorkomen van problemen bij het starten, moet bij de eerste inbedrijfstel-
ling resp. na langere stilstand van de machine de brandstofjerrycan volledig worden
gevuld.
Deze motor draait probleemloos op in de handel
verkrijgbare
loodvrije normale en superbenzi-
ne (ook E10) evenals Super plus.
Bij de benzine geen olie bijmengen.
Gebruik uitslu
itend verse, schone brandstof (niet
ouder dan 3 maanden). Alleen goedgekeurde, in
de vakhandel verkrijgbare, jerrycans gebruiken.
Verroeste plaatstaal-
jerrycans of niet brandstof-
bestendige kunststofreservoirs zijn niet toege-
staan.
Let altijd op een goede verzorging van
de filters en op schone brandstof. Gebruik
uitsluitend merkbenzine.
Bij de omgang met brandstof zeer zorgvuldig
te werk gaan.
Benzine is licht ontvlambaar een onder be-
paalde omstandigheden explosief!
Brandstof niet bijvullen in gesloten ruimten.
4
In gebruik nemen en bediening
30
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Bijtanken alleen bij uitgeschakelde en afge-
koelde motor.
Nooit brandstof bijvullen in de buurt van
open vuur, mogelijk ontstekende vonken of
hete motoronderdelen.
Bij het tanken niet roken!
Mors niet met brandstof, gebruik een ge-
schikte vulhulp.
De brandstoftank niet vullen tot hij overloopt,
maar laat ca. 5 mm vrije ruimte, zodat de brand-
stof kan uitzetten.
Als er toch brandstof is gemorst, moet de ma-
chine weggeduwd worden voordat er wordt
gestart.
Gevarenzone
De aanwezigheid binnen de gevarenzone van
de machine tijdens het starten en gebruik is
verboden.
Merkt de bediener, dat personen of dieren aan-
wezig zijn binnen de gevarenzone, moet de
mac
hine onmiddellijk worden uitgeschakeld en
mag niet opnieuw worden gestart, tot deze zone
vrij is.
De gebruiker is verantwoordelijk voor iedereen
die zich binnen de werkzone (het gehele te be-
werken oppervlak) bevindt.
Gevarenzone
Afstandsbestuurde compactmaaimachine
V H S
4 m 4 m 1 m
Nader de machine op steil terrein nooit
van onderen.
4
In gebruik nemen en bediening
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
31
Starten van de machine - basishandelingen
Controleer of de bouten en moeren, vooral de
mesbevestigingsbouten goed vastzitten
zie
pagina 46.
Het geluidsdrukniveau vanaf een afs
tand groter
dan 3 m is lager dan 85 dB(A). Bevindt u zich
regelmatig dichter in de buurt van de machine
dan 3 m, moet u gehoorbescherming gebruiken.
Voordat u de machine start, zorgen dat zich
geen kinderen of dieren bevinden binnen de
werkzone.
De werkzone moet bovendien vrij zijn van
voorwerpen, die met de messen en andere
roterende onderdelen in contact kunnen
komen. Deze kunnen zware schade aan per-
sonen, zaken of aan het apparaat zelf v
eroor-
zaken.
Controleer of de aangebrachte beschermingsin-
richtingen werken, voordat u begint met de
werkzaamheden.
Door derden in de omgeving, die dezelfde
frequentie gebruiken, kunnen storingen in de
ontvangst ontstaan. Zorg dat in uw buurt
geen actiev
e zenders binnen dezelfde fre-
quentieband aanwezig zijn.
Zorg dat de accu van de afstandsbediening
volledig is opgeladen.
Zorg dat de luchtfilterzeef vrij is van maai-
resten en andere vervuilingen.
Controleer voor het starten van de mesaan-
drijving dat het me
s vrij kan draaien. Als het
mes aan het draaien wordt gehinderd (door
vreemde voorwerpen), kunnen beschadigin-
gen ontstaan aan de mesaandrijving.
Lees voor het gebruik de gebruikshandleiding
van de afstandsbediening aandachtig.
4
In gebruik nemen en bediening
32
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Voor het starten van de motor
Voldoende brandstof in de jerrycans?
Luchtfilter schoon?
Motorgebruikshandleiding
Motoroliepeil controleren
Motorgebruikshandleiding
of pagina 41
koude motor: CHOKE-
bediening op CHOKE
zetten -
als de motor is warmgedraaid, CHOKE
terugzetten.
bedrijfswarme motor: CHOKE op normale be-
drijfsstand laten staan.
De machine alleen in gebruik nemen als
alle beschermingsinrichtingen zijn aange-
bracht, goed werken en in de beschermende
stand staan.
De motor nooit starten of laten draaien in
een ongeventileerde of gesloten ruimte.
Zorg altijd voor goede ventilatie en het snel
afvoeren van de uitlaatgassen. De uitlaatgas-
sen bev
atten koolmonoxide, dat zeer giftig is
bij het inademen.
Wees voorzichtig met hete motoronderdelen!
De uitlaatpot en andere motoronderdelen wor-
den zeer heet als de motor draait en direct na
het uitzetten. Houd voldoende afstand tot hete
oppervlakken en houd kinderen uit de buurt van
de draaiende motor.
Bij een draaiende benzinemotor de bou-
giekabel en de bougiedop niet aanraken of
lostrekken.
4
In gebruik nemen en bediening
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
33
Starten van de benzinemotor
Op de machine de NOODSTOP-
schakelaar
(A/14) ontgrendelen (naar links draaien) en de
ontsteking van de machine met de contactscha-
kelaar (A/15) inschakelen.
Bij de afstandsbediening de NOODSTOP-
schakelaar (B/9) ontgrendelen (trekken) en de
afstandsbediening met de aan/uit schakelaar
(B/12) aan de rechterkant van de afstandsbedie-
ning inschakelen (naar rechts draaien).
De sta
rtknop (B/11) 2 seconden indrukken.
De groene LEDs op de afstandsbediening boven
het display (B/3) knipperen eerst en gaan conti-
nu branden als er een radiografische verbinding
is gemaakt. De weergave op het display start.
De sterkte van het radiosignaal wo
rdt op het
display aangegeven.
Motortoerental met motortoerental-
verstelling
verlagen tot de motor naar de stationaire stand
is gedraaid.
Motor-start-
schakelaar (B/4) op de afstands-
bediening indrukken, tot de motor gestart is.
Wordt het vooring
estelde stationaire
toerental onderschreden, schakelt de elek-
tronica de besturing van de rijaandrijving uit.
Het inschakelen van de mulchaandrijving of het
te snel rijden in te hoog maaigoed, kunnen bij-
voorbeeld zorgen voor een verlaging van het
toerental.
Deze toerentalverlaging zorgt bij een
te laag toerental dat de besturing van de rijaan-
drijving wordt uitgeschakeld.
Hierbij is altijd een
volledige herstart van de
afstandsbediening en de machine
noodzake-
lijk.
4
In gebruik nemen en bediening
34
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Werken met de machine
Rijd de machine naar de werkzone en stop
dusdanig dat het maaidek op een vrije plaats
staat.
Met de joystick (B/1) wordt gestuurd en de rij-
snelheid geregeld.
Joystick langzaam bewegen:
- naar boven = vooruit
- naar beneden = achteruit
- naar links = links, - naar rechts = rechts.
De snelheid van de machine is gebaseerd op
de stand van de joystick.
Gebruik de joystick op de afstandsbediening
gedoseerd en vermijd plotselinge richtings-
veranderingen.
Beweeg de machine langzaam, zodat
vertrouwd raakt met de machine en controleer of
uw commando's correct worden uitgevoerd.
Uitvoering premium:
De gewenste snijhoog-
te instellen met de schakelaar maaidek om-
hoog/omlaag (B/6). De snijhoogte wordt op het
display (B/2) weergegeven, deze kan tijdens het
werken en ook als de motor
uit is worden gewij-
zigd.
Uitvoering basic:
De gewenste maaihoogte met
de handmatige hoogteverstelling instellen (apar-
te slinger gebruiken). Alleen bij een afgezette
motor uitvoeren.
Met de rijsnelheid-
keuzeschakelaar (B/7) het
rijsnelheidsbereik kiezen. Voor het mulchen
stand 1, 2 of 3 instellen, afhankelijk van de be-
groeiing. Gebruik stand 4 alleen voor het rijden
zonder mulchbedrijf.
Toerental van
de motor met de motortoeren-
tal-schakelaar (B/8) op volgas
zetten (naar
voren drukken).
4
In gebruik nemen en bediening
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
35
De maaiaandrijving inschakelen met de
maaiaandrijving-
schakelaar (B/5) en naar het te
bewerken terrein rijden.
De machine kan op de plaats worden gedraaid.
Dit gebeurt in de zero-turn-modus.
De overgang naar de zero-turn-
modus gebeurt
alleen, als bij de joystick B/1 een richting (rechts
of links) is gekozen.
De zero-
turn is alleen mogelijk als de rijsnelheid
minimaal, maar niet gelijk aan 0 is, d.w.z. dat
nadat de joystick geheel naar rechts of links is
bewogen,
deze tevens iets naar voren of naar
achter moet worden bewogen.
Om de grond en de vegetatie niet teveel te
beschadigen, abrupte stuurbewegingen voorko-
men.
Verbeter uw vaardigheden met de omgan
g met
de machine eerst bij hellingen met een geringe
hellingshoek en begeef u bij meer ervaring op
steilere hellingen.
Rijd bij steilere hellingen in banen dwars op
de helling, zodat een soort brede zig-zag
-
beweging ontstaat.
Bij werken met banen dwa
rs op de helling
kan zowel vooruit als achteruit worden ge-
werkt. Omdat 180°
bochten met de machine
hierbij niet noodzakelijk zijn, wordt de op-
pervlaktecapaciteit aanzienlijk verbeterd.
4
In gebruik nemen en bediening
36
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Vermijd indien mogelijk situaties, waar-
bij door het terrein niet alle wielen (A/4 resp.
A/3) van het loopwerk in contact zijn met de
rupsband (A/5), bijvoorbeeld bij glooiingen of
bij het rijden door sloten.
Hierbij bestaat een verhoogd risico dat de
mac
hine van de rupsbanden glijdt, resp. de
rupsbanden klem kunnen raken bij de ma-
chine.
Zoals hiernaast te zien is, bestaat een dergelijke
situatie altijd, als de helling van de machine en
het standvlak van een rupsband onder verschil-
lende hoeken liggen.
Houd uw handen uit de buurt van de
rupsloopwerken terwijl de machine in ge-
bruik is.
4
In gebruik nemen en bediening
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
37
Stopen van de machine
Maaiaandrijving met de maaiaandrijving
-
schakelaar (B/5) uitschakelen.
Maaidek met de maaidek-
schakelaar (B/6)
geheel omhoog bewegen. (Alleen bij uitvoering
premium).
Breng v
oor het uitschakelen de motor met de
motortoerental-
schakelaar (B/8) naar het statio-
naire toerental.
De machine op een veilige locatie parkeren.
Laat de machine bij hoge temperaturen statio-
nair nadraaien.
De motor kan op de machine of met de af-
standsbediening worden uitgeschakeld.
Uitzetten van de motor met de afstandsbe-
diening:
Met de afstandsbediening
kan de motor alleen
door het drukken op de NOODSTOP-
schakelaar
(B/9) worden uitgezet.
Wacht tot de motor stilstaat.
Uitzetten van de motor op de machine:
Zet de contactschakelaar (A/15) naar “O” of druk
op de NOODSTOP-schakelaar (A/14).
Wacht tot de motor stilstaat.
Vergeet niet de motor me
t de contactscha-
kelaar (A/15) uit te schakelen, ook als de motor
is uitgezet met de afstandsbediening.
Als het contact niet met de contactschakelaar is
uitgeschakeld, kan de accu gaan ontladen.
4
In gebruik nemen en bediening
38
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Bovendien de NOODSTOP-
schakelaars
(A/14 en B/9) van de afstandsbediening en de
machine indrukken en in de ingedrukte stand
laten, omdat de accu zich eventueel langzaam
kan ontladen.
De Aan/Uit-
schakelaar op de afstandsbediening
(B/12) op "O" zetten.
In noodgevallen zorgt het drukken op de
NOODSTOP-
schakelaar (A/14 of B/9) voor het
onmiddel
lijk uitschakelen van de motor en de
mulchaandrijving.
Let op: De machine heeft e
en remweg
afhankelijk van de omgevingsomstandighe-
den. Houd hiermee vooral rekening bij het
rijden van een helling af!
Motor laten afkoelen, voor het plaatsen
van de machine in gesloten ruimten.
Duwen van de machine
Als de machine voor het wegslepen bij een uit-
geschakelde motor verplaatst moet worden,
moet de elektromechanische veiligheidsrem
losgezet worden.
Om de elektromechanische veiligheidsrem met
de hand los te zetten de schei
dingshendel (1)
telkens in de richting van de elektromotor weg-
drukken.
Zorg hierbij eerst dat
de benzinemotor uit is
en niet wordt gestart, zolang de remwerking van
de aandrijfmotoren buiten werking is gezet.
Zie hiervoor ook Apparatuur en bedieningsele-
menten pagina 26.
5
Onderhoud en reparaties
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
39
5 Onderhoud en reparaties
Naast het opvolgen van de voor de
machine geldende bedieningsvoorschrif-
ten, is het net zo belangrijk de hier vol-
gende aanwijzingen voor verzorging en
onderhoud de nodige aandacht te ge-
ven.
Grotere onderhouds- en reparatiewerk-
zaamheden mogen alleen door ge-
schoold personeel, dat het onderhoud
en reparaties vakkundig kan uitvoeren,
worden uitgevoerd.
Kleinere onderhouds- en reparatiewerk-
zaamheden mag u alleen zelf uitvoeren,
als u beschikt over de betreffende ge-
reedschappen en opleiding voor machi-
nes en verbrandingsmotoren.
Gebruik alleen originele Agria-
reserveonderdelen.
Na afronding van de werkzaamheden
een functie- en veiligheidstest uitvoeren.
Smeermiddelen en corrosiewerende
middelen
Gebruik voor de motor het voorgeschre-
ven smeermiddel (zie “Technische ge-
gevens”).
Voor conservering van machines en
apparaten raden we het gebruik van
biologische corrosiewerende olie aan
(niet gebruiken voor gelakte buitenbe-
kleding), dit kan met de kwast of met
een spuitapparaat worden opgebracht.
Biologische smeermiddelen en biolo-
gische beschermingsmiddelen zijn mili-
euvriendelijk omdat ze biologisch snel
afbreekbaar zijn.
Door het gebruik van biologische
smeermiddelen en biologische be-
schermingsmiddelen handelt u ecolo-
gisch verantwoord, beschermt u het
milieu en bevordert u de gezondheid van
mens, dier en planten.
Alle verzorgings- en onderhouds-
werkzaamheden alleen bij uitgescha-
kelde motor en met een bij de af-
standsbediening verwijderde sleutel
uitvoeren!
Bij werkzaamheden aan de messen
veiligheidshandschoenen dragen!
Bij werkzaamheden met olie, brand-
stof en vet, de betreffende veilig-
heidshandschoenen dragen, evt.
huidbeschermingsmiddel gebruiken.
5
Onderhoud en reparaties
40
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Algemeen
Elke keer voor het in gebruik nemen letten op
brandstof-
en olielekkages, indien nodig de oor-
zaak verhelpen.
- agria-Service -
Bouten en moeren regelmatig controleren op
goed vastzitten, indien nodig natrekken.
Minimaal jaarlijks en na het reinigen:
Alle glijdende, resp. bewegende onderdelen licht
smeren met biologisch smeervet, resp. biolo-
gische smeerolie.
NOODUIT-schakelaars controleren
NOODSTOP-
schakelaar op de afstandsbe-
diening elke keer voor het in gebruik n
emen
controleren
Contact en afstandsbediening inschakelen, door
het indrukken van de NOODSTOP-
schakelaar
(B/9) op de afstandsbediening moet de af-
standsbediening uitschakelen, de groene LEDs
(B/3) doven.
NOODSTOP-
schakelaar op de machine elke
keer voor het in gebruik nemen controleren
Contact en afstandsbediening inschakelen, door
het indrukken van de NOODSTOP-
schakelaar
(A/14) op de machine moet de afstandsbedie-
ning uitschakelen, de groene LEDs (B/3) begin-
nen te knipperen.
Nooit verder werken met de machine, als
de NOODSTOP-
schakelaars niet goed werken.
In dat geval het contact uitschakelen en contact
opnemen met
- agria-Service -
5
Onderhoud en reparaties
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
41
Benzinemotor
Motoroliepeil controleren
elke keer voor het in gebruik nemen en na 8
bedrijfsuren
alleen bij uitgezette en waterpas staande
motor
Motorgebruikshandleiding
Motoroliepeil onder “min” en boven “max”
leiden tot motorstoringen en uitval!
5
Onderhoud en reparaties
42
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Motorolie verversen
Motorgebruikshandleiding
Voor het eerst na 5 bedrijfsuren, daarna elke
50
bedrijfsuren of jaarlijks
, afhankelijk wat het eerst
komt
- zolang de motor nog warm is, maar niet heet
-
verbrandingsgevaar!
Olievulopening (C/11) en omgeving reinigen.
De olieaftapslang aan de motor
zijde losma-
ken.
De olieaftapplug losdraaien en verwijderen.
De olieaftapslang voorzichtig in een goed-
gekeurde opvangbak leggen en de olie laten
uitlopen.
De olieaftapplug monteren en de olieaf-
tapslang weer bevestigen aan de motorzij-
de.
Afgewerkte olie vol
gens de voorschriften
afvoeren.
Verse motorolie vullen, motoroliepeil contro-
leren.
Motor laten draaien, motoroliepeil nogmaals
controleren, evt. bijvullen.
-
Motoroliekwaliteit, zie “Technische gegevens”
pagina 18.
Brandstoffilter
Het brandstoffilter (C/14) jaarlijks vervangen.
Let op de doorstromingsrichting!
5
Onderhoud en reparaties
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
43
Luchtkoelsysteem
Na langer gebruik kan het koelsystee
m verstopt
raken door vuil en plantenresten. Voor het voor-
komen van oververhitting en motorschade, het
ventilatorrooster (C/1) regelmatig reinigen. Elke
keer voor het in gebruik nemen controleren!
1.) Ventilatorwiel min. om de 100
bedrijfsuren (bij
het ont
staan van veel stof en plantenresten
eerder) reinigen, hiervoor het ventilatorhuis
demonteren.
2.) De inwendige koellamellen en oppervlakken
min. om de 200
bedrijfsuren (bij het ontstaan van
veel stof en plantenresten eerder) reinigen.
- agria-Service -
Uitlaat en toerentalregelaar
Uitlaatsysteem (A/6), regelhendels-, -
stangen en
de veren van de reg
elaar doorlopend controleren
op vervuilingen en plantenresten en indien nodig
reinigen met borstel of perslucht. Brandgevaar
-
bij vervuild uitlaatsysteem!
Elke keer voor het in gebruik nemen controleren.
Beschadigde uitlaat-onderdelen vervangen.
De to
erentalregeling moet correct zijn ingesteld,
om de motor met het juiste motortoerental te
kunnen starten, gebruiken en uitzetten.
- agria-Service -
Alle overige onderhoud en verzorging van de motor
Motorge-
bruikshandleiding
5
Onderhoud en reparaties
44
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Accu
Laadtoestand van de accu elke 100
h contro-
leren
Zorg dat het contact is uitgeschakeld en dat
geen stroomverbruikers zijn ingeschakeld. Niet
permanent gescheiden verbruikers veroorzaken
het langzaam dalen van de spanning.
De accu (A/16) controleren met een spannings-
meetapparaat. De spanning moet boven 12,4 V
liggen. Is de spanning te laag, de accu opladen
en de test herhalen.
Kan de accu de lading niet vasthouden, hoewel
deze niet wordt gebruikt, moet deze worden
vervangen.
De aanwijzingen van de accufabrikant opvol-
gen!
Laden:
Gebruik alleen geschikt laadapparatuur.
Gebruik voor het opladen een oplader met
een laadspanning van max. 14,8 V.
Zorg voor een goede ventilatie van de ruim-
te.
Accu uitbouwen uit het voertuig, hiervoor de
accuklemmen loskoppelen, beginnend bij de
minpool.
Pluspool van de accu verbinde
n met de
plus-uitgang van het laadapparaat, ook min
-
aansluiting verbinden.
Laadapparaat pas inschakelen na het aan-
sluiten van de accu.
Advies: volautomatische oplader met AGM-
modus gebruiken.
5
Onderhoud en reparaties
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
45
Onderhoud AGM-accu
Accu schoon en droog houden
Accu alleen met een vochtige doek
afvegen, anders bestaat explosie-
gevaar
Accu niet openen
Accu is onderhoudsvrij; omdat het
accuzuur in een gel is gelagerd
hoeft er niet bijgevuld te worden.
Accu nooit in ongeladen toe-
stand laten staan! Vonkvorming en
open vuur in de buurt van accu's
voorkomen. Huis niet vernielen, het
gel is net zo bijtend als vloeibaar
accuzuur! Gebruik alleen de voor-
geschreven zekeringen. Bij het ge-
bruik van verkeerd gedimensioneer-
de zekeringen wordt de elektrische
installatie vernield brandgevaar!
Accu buiten werking stellen
Accu laden, koel bewaren resp.
minklem van het voertuig loskoppe-
len.
Laadtoestand regelmatig controle-
ren en indien nodig bijladen.
Recycling
Oude accu's inleveren bij een inle-
verpunt (stabiel opslaan en trans-
porteren, zodat de behuizing niet
beschadigd raakt en er geen gel
vrijkomt).
Accu nooit weggooien bij het huis-
houdelijk afval!
5
Onderhoud en reparaties
46
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Machine
Messen
Messen elke 25 bedrijfsuren controleren op
slijtage en beschadiging
1.
Messen in de hoogste positie van de snij-
hoogteverstelling brengen. Motor uitschake-
len.
2.
Het contact uitschakelen en de bou-
giedop lostrekken!
3.
Controleer het mes (1), de moer (2) en de
mesas (3) op beschadigingen. De mesas
kan met de hand worde
n gedraaid, zodat
het mes overal kan worden gecontroleerd.
Draag hierbij veiligheidshandschoe-
nen!
4. Beschadigde messen vervangen.
Het vervangen van het mes (1) mag alleen
worden uitgevoerd door een vakwerkplaats.
Neem contact op met - agria-Service -
, als
de mesas is beschadigd.
Vervangen van messen
Is te zien dat het mes (1) te sterk is versleten
voor verder gebruik, moet het worden vervan-
gen.
Contact uitschakelen en bougiedop
lostrekken!
Bij werkzaamheden aan het mes veilig-
heidshandschoenen dragen, want het kan
scherp zijn.
Voor demontage de moer (2) losdraaien. Nieuw
mes monteren.
Na het wissel
en van het mes de moer met bout-
borging (bijv. Loctite 270) borgen en met een
aanhaalmoment van ca.700 Nm aandraaieen.
Alleen een goed uitgebalanceerd mes
monteren.
Rangschikking van het mes als in de oorspron-
kelijke hoedanigheid.
5
Onderhoud en reparaties
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
47
V-riem mesaandrijving controleren
Zorg dat het contact is uitgeschakeld. De V-
riem
bevindt zich binnen het maaidek en i
s door de
het openen van de rechter afdekking aan de
motordrager toegankelijk.
Controleer de V-
riemspanning na de eerste
inbedrijfstelling na 25 bedrijfsuren
, daarna
telkens na 100 bedrijfsuren.
Juiste V-riemspanning:
Een V-riemstreng kan met de duim ca. 15 -
20
mm ingedrukt worden.
De V-
riem wordt door een riemspanvoorzie-
ning gespannen.
De spankracht is vooraf ingesteld.
Het bijstellen van de riemspanvoorziening mag
alleen door een vakwerkplaats of door
- agria-Service - worden uitgevoerd.
Controleer de V-riem op slijtage en beschad
i-
ging.
Vervang de V-riem, als deze is beschadigd.
Het vervangen van de riem mag alleen worden
uitgevoerd door een vakwerkplaats of door
-
agria-Service -.
5
Onderhoud en reparaties
48
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Rupsbanden
Rupsspanning dagelijks controleren
De rupsbanden moeten stevig tegen de wielen
liggen.
Indien nodig moet hij worden gespannen
of losser gezet.
Rupsbandspanning instellen
Rupsband met
de spanmoer (1) spannen. De
rupsspanning is juist als de rupsband aan de
bovenkant in het midden ca. 25 -
30 mm inge-
drukt kan worden. De druk die hierbij wordt
uigeoefend moet ca. 25 kg zijn.
Onvoldoende banspanning is een
hoofdoorzaak voor het aflopen van de ban-
den.
Intensief zonlicht tijdens de werkzaamhe-
den zorgt voor een duidelijke verlenging van de
rupsbanden en dus voor een verlaging van de
bandspanning.
Rupsbanden op beschadigingen controleren
Bij uitgeschakeld contact en verwijderde bou-
giedop de rupsbanden (A/5) op beschadigingen
con
troleren. Start de motor en beweeg de ma-
chine vooruit, zodat u de andere delen van de
rupsbanden kunt controleren.
Houd bij het verplaatsen van de machi-
ne uw handen uit de buurt van de beknel-
lingslocaties!
Motor en contact uitschakelen en bougiedop
lostrekken, voordat u verder gaat met het
controleren!
Herhaal de hierboven vermelde aanwijz
ingen, tot
u beide rupsbanden over de gehele lengte heeft
gecontroleerd. Laat de rupsbanden vervangen
als ze zijn beschadigd.
Het vervangen van de rupsbanden mag alleen
door een vakwerkplaats
of - agria-Service - worden uitgevoerd.
5
Onderhoud en reparaties
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
49
Generator rijaandrijving
De generator voor de rijaandrijving is zonder
borstels en onderhoudsvrij.
V-riemspanning bij de generator controleren
Zorg dat het contact is uitgeschakeld.
De V-
riem bevindt zich onder de motordrager.
Hij is door openen van de afdekkingen aan de
zijkant naast de motordrager toegankelijk.
Controleer de V-riemspanning telkens na
100
bedrijfsuren.
Zie onderstaande paragraaf voor
de juiste V-riemspanning.
Juiste V-riemspanning:
Een V-riemstreng kan met de duim ca. 15 -
20
mm ingedrukt worden.
De V-
riem wordt door een riemspanvoorzie-
ning gespannen.
De spankracht is vooraf ingesteld.
Het bijstellen van de riemspanvoorziening mag
alleen door een vakwerkplaats of door
- agria-Service - worden uitgevoerd.
Controleer de V-
riem op slijtage en beschadi-
ging.
Vervang de V-riem, als deze is beschadigd.
5
Onderhoud en reparaties
50
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Het vervangen van de riem mag alleen worden
uitgevoerd door een vakwerkplaats of door
-
agria-Service -.
Aandrijfmotoren
Aandrijfmotoren voor rijaandrijving
De elektromotoren voor de rijaandrijving zijn
zonder borstels en onderhoudsvrij.
De rijaandrijvingen zijn onderhoudsvrij en le-
vensduurgesmeerd.
Neem bij olielekkage contact op met
- agria-Service -
5
Onderhoud en reparaties
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
51
Afstandsbediening
Accu van de afstandsbediening opladen
De accu van de afstandsbedien
ing dagelijks na
de werkzaamheden met het meegeleverde laad-
apparaat opladen.
De accu bevindt zich in het onderste gedeelte
van de afstandsbediening.
Zie de gebruiksaanwijzing van de afstandsbe-
diening, paragraaf oplader en accu.
Accu van de afstandsbediening vervangen
Houd de accu van de afstandsbediening de
lading niet meer vast of raakt deze te snel leeg,
moet hij worden vervangen. De verwachte le-
vensduur van een accu is 3-
6 jaar. Dit is ook
afhankelijk van de conditionering.
De accu bevindt zich in he
t onderste gedeelte
van de afstandsbediening. Voor het verwijderen
en plaatsen van de accu als volgt te werk gaan.
Alle overige informatie over de afstandsbediening Afstandsbedie-
ning
5
Onderhoud en reparaties
52
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Reiniging
Motor
De
motor alleen met een doek reinigen. Niet
afspuiten met water, anders kan water in het
ontstekings-
en brandstofsysteem komen en tot
storingen leiden.
Machine
Na elk gebruik direct grondig reinigen met water.
Elektrische leidingen en onderdelen niet bloot-
stellen aan een directe waterstraal.
Alle glijdende onderdelen daarna met biolo-
gische smeerolie
inoliën, resp. invetten met
biologisch smeervet.
Reinig de bandloopwerken van omwikkeld gras
en andere aanhechtingen.
De aandrijfwielen, geleidewielen en loopwielen
van de rupsband met een stok of een ander
geschikt gereedschap ontdoen van gras-
en
plantenresten.
Nooit uw handen gebruiken!
De machine, vooral elektrische onderdelen,
ventilatorrooster en benzinemotor reinigen en
ontdoen van gras, bladeren en andere voorwer-
pen.
Reinig de steenslagbescherming voor en achter
aan het maaidek.
De steenslagbescherming moet onbeschadigd
zi
jn en zich vrij naar de beginstand terug bewe-
gen.
Alleen een vrije en onbeschadigde
steenslagbesc
herming kan het wegslingeren
van maaigoed of vreemde voorwerpen voor-
komen.
5
Onderhoud en reparaties
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
53
Opslag
Bij het opslaan van de machine de volgende
aanwijzingen opvolgen:
Machine zoals beschreven grondig reinigen.
Machine uitschakelen en eventueel de plus-
pool ontkoppelen. De NOODUIT-
schakelaars van machine en afstandsbedie-
ning indrukken en in de ingedrukte stand la-
ten, omdat de accu zich eventueel door
zwerfstromen kan ontladen. Accu uit de af-
standsbediening verwijderen.
Machine tegen wegrollen en onbevoegd
gebruik beveiligen.
Contactschakelaar (A/15) uitschakelen en
sleutel van de a
fstandsbediening (B/5) ver-
wijderen.
De machine opslaan in een droge en scho-
ne ruimte. De ruimte mo
et vrij zijn van cor-
rosieve substanties, zoals mest of zout,
goed worden geventileerd en veilig zijn voor
toegang door kinderen of derden.
Bedek de machine niet met kunststoffolie en
dergelijke. Het hieronder verzamelde vocht
kan tot verhoogde corrosie leiden.
5
Onderhoud en reparaties
54
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
QR-code
Borden
Versleten en ontbrekende waarschuwings- en gebodssymbolen voor bedieningsin-
structies en waarschuwingen moeten worden vervangen.
729 84
787 64
794 26
105 292
105 021
105 958
104 224
Viertakt motor dagelijks olie
Aanslagpunten
Waarschuwingssymbool hete onderdelen
Waarschuwingssymbool sikkelmulcher
Waarschuwing voor handletsel
Voor zover uw telefoon het toelaat de QR-code te lezen, heeft u op
ieder moment toegang tot de gebruikshandleiding van de machine.
Met water spuiten verboden
Voorzichtig! Spanning
6
Storingzoeken en verhelpen van storingen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
55
6 Storingzoeken en verhelpen van storingen
Veiligheidsaanwijzingen opvolgen! Storingen aan de machine of aan de
motor, die een grotere ingreep noodzakelijk maken, altijd door uw agria-
vakwerkplaats laten verhelpen, zij beschikken over de noodzakelijke gereedschap-
pen. Een ondeskundige ingreep kan alleen schade veroorzaken.
Afstandsbediening
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina
De groene LED
van de AB knippert
niet. De accu is
ingestoken en de
afstandsbediening
met de Aan/Uit-
schakelaar inge-
schakeld.
De accu is ontladen Een geheel opgeladen accu
plaatsen.
51
De groene LED
van de AB knip-
pert.
Zender gereed voor om te
starten
Gereedheidsmodus
Startschakelaar indrukken om
terug te gaan naar de werkmo-
dus.
33
De rode LED van
de afstandsbedie-
ning knippert
langzaam.
Lading van de accu is laag.
Afstandsbediening schakelt
over ca. 5 minuten uit.
Een geheel opgeladen accu
plaatsen.
51
De rode LED van
de afstandsbedie-
ning knippert snel.
EEprom-module is niet cor-
rect geplaatst.
De EEprom-module controleren,
indien nodig opnieuw program-
meren.
- agria-Service -
De rode LED van
de afstandsbedie-
ning knippert
dubbel.
De afstandsbediening kan
niet worden gestart.
Er is een commandotoets
actief
Commandotoets loszetten.
Indien de storing blijft bestaan,
afstandsbediening vervangen
- agria-Service -
De rode LED van
de afstandsbedie-
ning brandt conti-
nu.
Afstandsbediening defect. Afstandsbediening vervangen.
- agria-Service -
6
Storingzoeken en verhelpen van storingen
56
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Sikkelmulcher
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina
Mesas draait niet V-riem van mesaandrijving te
los
V-riem naspannen 47
V-riem van mesaandrijving
defect
V-riem vervangen 47
Messen geblikkerd door
vreemd voorwerp
Vreemd voorwerp verwijderen
Kabel naar koppeling defect Bekabeling controleren, evt.
vervangen
Koppeling defect Koppeling vervangen
De rupsbanden
bewegen niet bij
bediening van de
joystick
Rupsbanden zijn geblok-
keerd door grasresten of
andere vreemde voorwerpen
Resten of blokkering verwijde-
ren
52
Bekabeling bij de elektromo-
toren defect
Bekabeling controleren, evt.
vervangen
Bekabeling bij de generator
defect
Bekabeling controleren, evt.
vervangen
Elektromechanische veilig-
heidsrem geblokkeerd
Bekabeling controleren, indien
nodig
-agria-Service-
Rijaandrijving-besturing uit
door een te laag motortoe-
rental
Herstart van de afstandsbedie-
ning en de machine, motortoe-
rental op vol gas
33
Rijaandrijving-besturing uit
door een te hoog motortoe-
rental
Max. toerental van de motor
lager instellen
-agria-Service-
De rupsbanden
draaien langzamer
dan ingesteld
Rupsbanden worden geremd
door grasresten of andere
vreemde voorwerpen
Resten of blokkering verwijde-
ren
52
6
Storingzoeken en verhelpen van storingen
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
57
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina
Het maaidek kan
niet worden gehe-
ven
Lineaire aandrijving defect Lineaire aandrijving repareren of
vervangen
Vreemde voorwerpen op het
maaidek
Vreemd voorwerp verwijderen 23
Bekabeling naar lineaire
aandrijving defect
Bekabeling controleren, evt.
vervangen
Het maaidek kan
niet worden neer-
gelaten
Lineaire aandrijving defect Lineaire aandrijving repareren of
vervangen
Bekabeling naar lineaire
aandrijving defect
Bekabeling controleren, evt.
vervangen
Vreemde voorwerpen op het
maaidek
Vreemd voorwerp verwijderen 23
Radioverbinding
wordt tijdens
gebruik onderbro-
ken
Afstand tussen afstandsbe-
diening en machine is te
groot
Afstand niet te groot laten wor-
den
19
Overmatige trillin-
gen
Bevestigingsbouten los Bevestigingsbouten aanhalen 40
Onbalans aan mesas Mesas en messen controleren,
evt. messen vervangen
46
Benzinemotor
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina
Elektrische
startmotor werkt,
benzinemotor
start niet
Brandstofreservoirs leeg of
ongeschikte brandstof
Brandstofreservoirs met verse
brandstof vullen
29
Brandstofleiding verstopt Brandstofleiding reinigen
Bougiedop niet opgestoken Bougiedop opsteken GM
Bougie defect Bougie reinigen, instellen of
vervangen
GM
Motor krijgt teveel brandstof
(verzopen)
Bougie reinigen, drogen en
starten met VOL GAS
GM
Luchtfilter vervuild Luchtfilter reinigen GM
Valse lucht door losse carbu-
rateur en aanzuigleiding
Bevestigingsbouten aanhalen GM
6
Storingzoeken en verhelpen van storingen
58
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina
Elektrische
startmotor werkt
niet
Elektrische startmotor of
magneetschakelaar defect
Elektrische startmotor of mag-
neetschakelaar vervangen
- agria-Service -
Accu ontladen Accu opladen of vervangen
Contactschakelaar defect Contactschakelaar vervangen
- agria-Service -
Fout in bekabeling of be-
sturing
Kabels controleren, indien nodig
vervangen
- agria-Service -
Benzinemotor
slaat over
Bougiekabel los Bougiedop goed verbinden met
de bougiekabel, bougiedop
stevig op de bougie steken
GM
Brandstofleiding verstopt of
ongeschikte brandstof
Brandstofleiding reinigen, verse
brandstof tanken
Water of vuil in de brandstof-
installatie
Brandstof aftappen en schoon-
maken, verse brandstof tanken
29
Luchtfilter vervuild Luchtfilter reinigen of vervangen GM
Carburateur versteld Carburateur instellen
- agria-Service -
GM
Benzinemotor
wordt te heet
Te weinig motorolie Direct motorolie bijvullen 41/GM
Koelluchtsysteem belemmerd Koelluchtsysteem reinigen 43
Luchtfilter vervuild Luchtfilter reinigen GM
Carburateur niet correct
ingesteld
Carburateur instellen
- agria-Service -
GM
Benzinemotor
heeft te weinig
vermogen
Luchtfilter vervuild Luchtfilter reinigen GM
Cilinderkop los of pakking
beschadigd
Cilinderkop aanhalen pakking
vernieuwen
- agria-Service -
Te weinig compressie Motor laten controleren
- agria-Service -
AB = afstandsbediening, GM = zie separate gebruikshandleiding van de motor
7
Buiten werking stellen / recycling
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
59
7 Buiten werking stellen / recycling
Wordt de machine niet langer gebruikt,
moet deze vakkundig buiten werking
worden gesteld.
Om letsel bij het buiten werking
stellen te voorkomen, moet de ma-
chine stabiel worden geparkeerd en
tegen omvallen en wegrollen worden
beveiligd.
Veiligheidshandschoenen dra-
gen.
Na het buiten werking stellen moet de
resterende brandstof, evenals de olievul-
lingen worden afgetapt en vakkundig en
milieuvriendelijk worden gerecycled.
De machine bestaat uit waardevol-
le grondstoffen, die door recycling kun-
nen worden hergebruikt.
Het apparaat inclusief de resterende
technische vloeistoffen voor recycling
overdragen aan een recyclingbedrijf.
Oude batterijen, oude accu's, elek-
trische en elektronische onderdelen
recyclen volgens de wettelijke regelin-
gen. Nooit weggooien bij het huishoude-
lijk afval.
60
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Elektrische schema's machine
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
61
1 Benzinemotor 33 Kabel 48 V vermogenselektronica rood
2 Elektrische startmotor 34 Stekker 8-polig remchopper
3 Spanningsregelaar 35 Kabel remweerstand
4 Stelaandrijving gasverstelling 36 Kabel remweerstand
4.1 Stekkerhuls 6-polig 37 Remweerstand cpl.
5 Hefmagneet choke 38 Zekering 7,5 A
6 Generator 39 Signaal connector
7 Massakabel motor 40 Elektromotor
8 Startkabel motor 41 Elektromagnetische rem
9 Stekker 6-polig 42 Stekker 2-polig
10 Stekker stelaandrijving 5-polig 43 Stekker 2-polig
11 Stekker choke 2-polig 44 Kabel elektromotor W
12 Startrelais 45 Kabel elektromotor V
13 Massakabel startrelais 46 Kabel elektromotor U
14 Massakabel accu 47 Stekker signaal conn. Master 6-polig
15 Startkabel accuzijde 48 Stekker signaal conn. Slave 6-polig
16 Accu 49 Stekker vermogenselektr. Master 35-
pol.
17 NOODSTOP-schakelaar 50 Stekker vermogenselektr. Slave 35-pol.
18 Draaischakelaar 51 Vermogenselektronica
19 Zekering 15 A 52 Kabel 48 V rood
20 Zekering 5 A 53 Kabel 48 V zwart
21 Kabelboom kap 54 Kabelboom vermogenselektronica
22 Stekker 2-polig 55 Stekker remchopper 4-polig
23 Zwaailicht 56
Stekker CAN-bus 3-polig
24 Kabelboom signaalverlichting 57 Stekker CAN-bus diagnose 3-polig
25 Stekker 6-polig 58 Kabelboom relaisbox X1
26 Stelaandrijving hoogteverstelling 59 Stekker relaisbox X1 (4 groeven)
27 Stekker 5-polig 60 Stekker relaisbox X2 (3 groeven)
28 Remchoppermodule 61 Relaisbox
29 Kabel condensator rood 62 Kabelboom MRS
30 Condensator 63 Stekker koppeling 2-polig
31 Kabel condensator zwart 64 Elektromagnetische koppeling
32 Kabel 48 V vermogenselektr. zwart 65 Ontvanger afstandsbediening
62
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
66 CAN I/O-module (PLC)
Pos
. 26, 27 alleen bij uitvoering premi-
um
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
63
Controle- en onderhoudsoverzicht
A
Altijd na
bedrijfsuren (h)
J B R
Pagina
5
8
25
50
100
200
400
NOODSTOP-schakelaar machine,
werking controleren
C 40
NOODSTOP-schakelaar afstands-
bediening, werking controleren
C 40
Noodloszetfunctie van de remmen
controlen
C 40
Kabels en elektrisch systeem op
beschadigingen controleren
C 40
Brandstofsysteem op lekkage
controleren
C 40
Contactschakelaar machine,
werking controleren
C 37
Bedieningsfuncties van de af-
standsbediening controleren
C 37
Ventilatorrooster reinigen
C 43
Motoroliepeil controleren, indien
nodig bijvullen
C C
41/
BM
Luchtfilter controleren
C C BM
Bouten en moeren controleren op
goed vastzitten
C C 40
Uitlaat en omgeving reinigen
C C 43
Messen en mesbevestiging op
slijtage en beschadiging controle-
ren
C C 46
Rupsspanning controleren
C C 48
Motorolieverversing eerste keer,
daarna
W
W W
BM
Oliefilter vervangen W BM
64
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
A
Altijd na
bedrijfsuren (h)
J B R
Pagina
5
8
25
50
100
200
400
Luchtvoorfilter reinigen C C BM
Rupsen op beschadiging controle-
ren
C 48
V-riem mesaandrijving controleren
C C
47/
49
V-riem generator controleren C
Reiniging van de algehele machi-
ne
C C 52
Ventilatorwiel reinigen
Koelribben binnen reinigen
W
W
43
Luchtfilterelement vervangen
W W W BM
Laadtoestand van de accu contro-
leren
W 44
Brandstoffilter vervangen
W W W 42
Bougies vervangen
W W W BM
Klepspeling controleren
F 46
Mesas controleren
F BM
Koppeling controleren
F
Messen vervangen
F F 46
Riem mesaandrijving vervangen
F F 47
Rupsbanden vervangen
W 48
Accu van de afstandsbediening
vervangen
C 51
Alle overige controle- en onderhoudswerkzaamheden aan de motor
Motor
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
65
A = elke keer voor het in gebruik nemen
B = na elke reiniging, vooral na met een hogedrukreiniger
GM = zie separate gebruikshandleiding van de motor
V = onderhoudswerkzaamheden moeten door uw agria-vakwerkplaats uitgevoerd
worden
J = minimaal jaarlijks
C = controle- en verzorgingswerkzaamheden door bediener
R = naar behoefte
W = onderhoudswerkzaamheden uitvoerbaar door een vakkundige werkplaats
! = aandacht besteden aan de uitvoering
66
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Lakken, oplader, slijtdelen
Agria-bestel-nr.
Brandstofstabilisator benzinemotor:
673 50 Brandstofstabilisator 250 ml
Lakken:
181 03 Spuitlak berkengroen Spuitbus 400 ml
712 98 Spuitlak rood, RAL 2002 Spuitbus 400 ml
509 68 Spuitlak zwart, RAL 9005 Spuitbus 400 ml
Afstandsbediening:
108 585 Accu afstandsbediening
108 586 Oplader
108 583 9-35V adapter
108 582 100-240V adapter
Slijtdelen:
Machine
107 939 Mulchmes
107 712 V-riem mesaandrijving
107 712 V-riem van generator
107 064 Rupsband
Motor B&S
789 81 Brandstoffilter
789 81 Inzetstuk luchtfilter
410 409 Voorfilter luchtfilter
706 09
Bougie
716 2
3 Motoroliefilter
Reservedeellijsten
997 173 Afstandbestuurde compactmaaima-
chine 9500
997 137 Briggs-&-Stratton-motor
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
67
Aanduiding van de onderdelen Afb. B
1 Joystick
2 Display
3 LED
4 Motor aan
5 Maaiaandrijving aan/uit
6 Maaidek omhoog/omlaag
7 Rijsnelheidsbereik
8 Motortoerental (alleen bij 9500 premium)
9 NOODSTOP-schakelaar
10 Folietoetsenbord zijkant (niet toegewezen)
11 Startknop
12 Aan/Uit schakelaar
68
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Aanduiding van de onderdelen Afb. C
1 Ventilatorrooster
2 Brandstofpomp
3 Elektronische regeleenheid
4 Oliefilter
5 Carburateur
6 Luchtfilter
7 Motor-nr.
8 Bougie/bougiedop
9 Uitlaat
10 Omkeerstarter
11 Olievulopening/oliepeilstok
12 Startmotor
13 Olieaflaatplug
14 Brandstoffilter
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
69
Aanduiding van de onderdelen Afb. C
70
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
Afstandsbestuurde compactmaaimachine agria 9500 basic
71
Conformiteitsverklaring
Agria-Werke GmbH
Bittelbronner Straße 42
D-74219 Möckmühl
Tel.: +49 6298 39-0
Fax: +49 6298 39-111
E-mail: info@agria.de
Internet: www.agria.de
Uw
agria-vakhandelaar dicht bij u in de buurt:
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72

Agria 9500 de handleiding

Type
de handleiding