Boss Acoustic Singer Pro de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruikershandleiding
Akoestische versterker
Hoofdkenmerken
Acoustic Singer is een versterker die is ontworpen om de zanger-speler krachtig op zijn akoestische gitaar te laten
spelen én met zijn stem te laten uitpakken.
5 Er zijn afzonderlijke micro- en gitaarkanalen voorzien die kunnen worden gemengd.
5 Een nieuw ontwikkelde tweerichtingsluidspreker wordt dubbel versterkt om een duidelijk en krachtig geluid te bezorgen.
5 Bij uw gitaaroptreden kunt u automatisch harmonie aan uw zang toevoegen.
5 De mix van uw zang en het gitaargeluid kan worden opgenomen en gebruikt voor loopfragmenten.
5 Voor het micro- en het gitaarkanaal zijn afzonderlijke eecten voorzien.
Microkanaal Antifeedback, vertraging/echo, galm
Gitaarkanaal Akoestische resonantie, antifeedback, chorus-galm
5 Er is een tweeter-dempknop voorzien om een zachter geluid te bezorgen.
5 Met de AUX-input kunt uw audiospeler of een andere audiobron aansluiten en de lijnoutput kan op uw PA-systeem
worden aangesloten.
Acoustic Singer Live
ACS-LIVE
Acoustic Singer Pro
ACS-PRO
2
HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN
Lees voorafgaand aan het gebruik van dit apparaat de hoofdstukken getiteld “BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES” (binnenkant van
het voorblad), “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN” (p. 2) en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (p. 3) zorgvuldig door. Deze hoofdstukken
bevatten belangrijke informatie over de juiste bediening van het apparaat. Om er bovendien zeker van te zijn dat u elke functie van uw nieuwe
apparaat goed begrijpt, kunt u het best de gehele gebruikershandleiding lezen. Deze handleiding moet als handig naslagwerk worden bewaard.
Copyright © 2016 ROLAND CORPORATION
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat het netsnoer correct is geaard
Sluit de netstekker van dit model aan
op een stopcontact met beschermende
aardingsverbinding.
Als u het apparaat volledig wilt uitschakelen, trekt
u de stekker uit het stopcontact
Zelfs wanneer het apparaat is
uitgeschakeld, betekent dit niet dat dit
apparaat volledig van de stroomtoevoer
is losgekoppeld. Als u de stroomtoevoer
volledig wilt afsluiten, zet u de aan/uit-
schakelaar op het apparaat uit en trekt u de stekker
uit het stopcontact. Hiervoor is het belangrijk dat het
stopcontact dat u kiest om de stekker van het netsnoer
aan te sluiten binnen handbereik is en gemakkelijk
toegankelijk is.
Voorzie voldoende ruimte op de plaats waar u het
apparaat opstelt
Omdat uit het apparaat een kleine
hoeveelheid warmte vrijkomt, moet u
voldoende ruimte rondom voorzien, zoals
hieronder wordt aangegeven.
20 cm (8 in.)
of groter
20 cm (8 in.)
of groter
Voor Zijde
30 cm (12 in.)
of groter
5 cm (2 in.)
of groter
15 cm (6 in.)
of groter
Demonteer het apparaat niet zelf en breng er geen
wijzigingen in aan
Voer niets uit tenzij u dit wordt
opgedragen in de gebruikershandleiding.
Anders riskeert u een defect te
veroorzaken.
Repareer het apparaat niet zelf en vervang er geen
onderdelen van
Laat het onderhoud over aan uw
handelaar, het dichtstbijzijnde Roland
Service Center of een bevoegde Roland-
verdeler, zoals vermeld onder “Informatie”.
WAARSCHUWING
Gebruik of bewaar het apparaat niet op plaatsen
die:
aan extreme temperaturen worden
blootgesteld (bv. direct zonlicht in een
gesloten voertuig, in de buurt van een
verwarmingsleiding, op materiaal dat
warmte produceert);
nat zijn (bv. bad, wasruimte, op natte
vloeren);
worden blootgesteld aan damp of rook;
worden blootgesteld aan zout;
worden blootgesteld aan regen;
stog of zanderig zijn;
worden blootgesteld aan hoge trillingsniveaus en
schokken; of
slecht geventileerd zijn.
Plaats het apparaat niet op een instabiele
ondergrond
Anders riskeert u gewond te raken
wanneer het apparaat omvalt of valt.
Sluit het netsnoer aan op een stopcontact met het
juiste voltage
Sluit het apparaat enkel aan op netvoeding
van het type beschreven op de achterzijde
van het apparaat.
Gebruik alleen het meegeleverde netsnoer
Gebruik uitsluitend het bevestigde
netsnoer. Sluit het meegeleverde netsnoer
ook niet aan op andere apparaten.
Buig het netsnoer niet en plaats er geen zware
voorwerpen op
Anders kan brand of een elektrische schok
het resultaat zijn.
Vermijd langdurig gebruik bij een hoog volume
Langdurig gebruik van het apparaat op
een hoog volume kan gehoorverlies
veroorzaken. Als u gehoorverlies of
oorsuizingen ervaart, moet u onmiddellijk
stoppen met het gebruik van het apparaat
en een gespecialiseerde arts raadplegen.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat er geen vreemde voorwerpen of
vloeistoen in het apparaat terechtkomen; plaats
geen voorwerpen met vloeistoen op het apparaat
Plaats geen voorwerpen die vloeistoen
bevatten (bv. vazen) op dit product. Zorg
ervoor dat er nooit vreemde voorwerpen
(bv. brandbaar materiaal, munten of
draden) of vloeistoen (bv. water of
vruchtensap) in dit product terechtkomen.
Dit kan kortsluiting, storingen of andere
defecten veroorzaken.
Schakel het apparaat uit als het afwijkend
reageert of er een defect optreedt
Schakel het apparaat onmiddellijk uit,
trek het netsnoer uit het stopcontact en
vraag onderhoud aan bij uw handelaar,
het dichtstbijzijnde Roland Service Center
of een bevoegde Roland-verdeler, zoals
vermeld onder “Informatie, als:
Het netsnoer is beschadigd; of
rook of ongewone geuren ontstaan;
objecten of vloeistof in of op het apparaat zijn
terechtgekomen;
het apparaat aan regen is blootgesteld (of op een
andere manier nat is geworden);
het apparaat niet normaal lijkt te werken of
duidelijk anders functioneert.
Bescherm kinderen zodat ze niet gewond kunnen
raken
Zorg ervoor dat er altijd een volwassene
in de buurt is om toezicht te houden
en begeleiding te bieden wanneer het
apparaat gebruikt wordt op plaatsen waar
kinderen aanwezig zijn of wanneer een
kind het apparaat gebruikt.
Laat het apparaat niet vallen en bescherm het
tegen zware schokken
Anders riskeert u schade of een defect te
veroorzaken.
Gebruik niet hetzelfde stopcontact voor het apparaat
en een buitensporig aantal andere apparaten
Anders riskeert u oververhitting of brand.
Gebruik het apparaat niet in het buitenland
Raadpleeg uw handelaar, het
dichtstbijzijnde Roland Service Center
of een bevoegde Roland-verdeler, zoals
vermeld onder “Informatie, voordat u het
apparaat in het buitenland gebruikt.
De ventilatie mag niet worden belemmerd door de
afdekking van de ventilatieopeningen met
voorwerpen zoals kranten, tafellakens,
gordijnen enz.
Er mogen geen naakte vlammen zoals aangestoken
kaarsen op het apparaat worden geplaatst.
Gebruik het apparaat in gematigde klimaten.
3
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
OPGELET
Houd het netsnoer vast bij de stekker wanneer u
het uittrekt
Om schade aan het netsnoer te
voorkomen, moet u dit altijd vastnemen
bij de stekker wanneer u de stekker uit het
stopcontact trekt.
Reinig de stekker regelmatig
Ophoping van stof of vreemde objecten
tussen de stekker en het stopcontact kan
brand of elektrische schokken veroorzaken.
Trek de stekker regelmatig uit het
stopcontact en veeg alle stof en vreemde
objecten dat/die zich mogelijk heeft/hebben
opgehoopt weg met behulp van een droge doek.
Trek de stekker uit het stopcontact als het
apparaat langere tijd niet wordt gebruikt
Er kan mogelijk brand ontstaan in het
onwaarschijnlijke geval dat een storing zou
optreden.
Verleg alle netsnoeren en kabels zodanig dat ze
niet in de war raken
Personen zouden gewond kunnen raken
wanneer iemand over een kabel zou
struikelen en zo het apparaat zou doen
vallen of omvallen.
OPGELET
Ga niet boven op het apparaat staan en plaats er
geen zware voorwerpen op
Anders riskeert u gewond te raken
wanneer het apparaat omvalt of valt.
Steek een stekker nooit met natte handen in het
stopcontact of trek hem niet uit met natte handen
Anders krijgt u mogelijk een elektrische
schok.
Koppel alle snoeren/kabels los voor u het apparaat
verplaatst
Trek de stekker uit het stopcontact en
trek alle kabels van externe apparaten uit
vooraleer u het apparaat verplaatst.
Trek de stekker uit het stopcontact vooraleer het
apparaat te reinigen
Wanneer de stekker niet uit het
stopcontact is verwijderd, riskeert u een
elektrische schok.
OPGELET
Trek de stekker uit het stopcontact als er gevaar
voor bliksem dreigt
Wanneer de stekker niet uit het
stopcontact is verwijderd, loopt u het risico
om een defect te veroorzaken of om een
elektrische schok te krijgen.
Voorzorgen betreende de fantoomvoeding
Schakel de fantoomvoeding
altijd uit als u andere apparaten
dan condensatormicrofoons die
fantoomvoeding vereisen, aansluit. U
loopt kans op schade als u per ongeluk
fantoomvoeding levert aan dynamische microfoons,
audioweergaveapparaten of andere apparaten
die geen fantoomvoeding vereisen. Controleer de
specicaties van microfoons die u wilt gebruiken door
de bijhorende handleiding te raadplegen.
(De fantoomvoeding van dit instrument: 48 V DC, 14
mA max.)
Verwijder nooit de luidsprekergrille en de
luidspreker zelf
Verwijder op geen enkele manier de
luidsprekergrille en de luidspreker zelf.
De luidspreker kan niet door de gebruiker
worden vervangen. In de behuizing zijn
gevaarlijke voltages en stromen aanwezig.
Stroomtoevoer
Sluit dit apparaat niet aan op een stopcontact
dat tegelijkertijd door een elektrisch apparaat
wordt gebruikt dat wordt aangedreven door
een omvormer of een motor (zoals een koelkast,
wasmachine, magnetron of airconditioner).
Afhankelijk van de manier waarop elektrische
apparaten worden gebruikt, kan ruis van de
stroomvoorziening defecten aan dit apparaat of
hoorbare ruis veroorzaken. Als het niet praktisch is
om een apart stopcontact te gebruiken, plaats dan
een ruislter voor de stroomvoorziening tussen dit
apparaat en het stopcontact.
Plaatsing
Als u het apparaat gebruikt in de buurt van
eindversterkers (of andere apparatuur met grote
transformatoren), kan dit gezoem veroorzaken.
Om dit probleem te verhelpen kunt u de richting
wijzigen waarin het apparaat geplaatst is of het
apparaat verder van de storingsbron plaatsen.
Dit apparaat kan de radio- en televisieontvangst
verstoren. Gebruik dit apparaat niet in de buurt van
dergelijke ontvangers.
Er kan ruis ontstaan als draadloze
communicatieapparaten, zoals mobiele telefoons,
in de buurt van dit apparaat worden gebruikt.
Dergelijke ruis kan ontstaan tijdens gesprekken
of als een oproep wordt ontvangen of gemaakt.
Verplaats dergelijke draadloze apparaten zodat
ze zich op een grotere afstand van dit apparaat
bevinden of schakel ze uit als u dergelijke
problemen ervaart.
Voorkom dat conventionele verlichting, waarvan de
lichtbron zich erg dicht bij het apparaat bevindt (zoals
pianoverlichting) of krachtige spots langere tijd op
dezelfde plaats op het apparaat schijnen. Overmatige
warmte kan het apparaat vervormen of verkleuren.
Wanneer het apparaat naar een andere locatie wordt
verplaatst waar de temperatuur en/of vochtigheid
sterk verschilt, kunnen er waterdruppels (condens)
ontstaan in het apparaat. Als u het apparaat in deze
toestand probeert te gebruiken, kan dit schade
of defecten veroorzaken. Voordat u het apparaat
gebruikt, moet u het daarom enkele uren ongemoeid
laten, tot de condens volledig is verdampt.
Plak geen stickers of dergelijke op dit instrument.
Het terug verwijderen ervan kan de externe
afwerking van het instrument beschadigen.
Afhankelijk van het materiaal en de temperatuur
van het oppervlak waarop u het apparaat plaatst,
kunnen de rubberen voetstukken mogelijk het
oppervlak verkleuren of ontsieren.
Plaats geen verpakkingen of andere zaken die
vloeistof bevatten op dit apparaat. Veeg vloeistof
bovendien vlug weg met een zachte, droge doek
wanneer deze op het oppervlak van het apparaat
wordt gemorst.
Onderhoud
Gebruik een droge, zachte doek of een licht
bevochtigde doek om het apparaat te reinigen.
Probeer om het hele oppervlak schoon te vegen met
gelijke kracht, beweeg de doek volgens de textuur
van het hout. U kunt de afwerking beschadigen als u
te lang op dezelfde plaats blijft wrijven.
Gebruik geen benzine, verdunningsmiddelen,
alcohol of oplosmiddelen om verkleuring en
vervorming te voorkomen.
Herstellingen en gegevens
Maak voordat u het apparaat laat repareren een
back-up van de gegevens die op het apparaat
zijn opgeslagen of noteer de nodige gegevens op
papier als u dat wilt. Tijdens de reparatie doen wij
uiteraard ons uiterste best om de gegevens die op
uw apparaat zijn opgeslagen, te behouden, maar er
kunnen gevallen zijn waarbij de opgeslagen inhoud
niet kan worden hersteld, bijvoorbeeld wanneer het
fysieke geheugen beschadigd is geraakt. Roland kan
niet aansprakelijk worden gesteld voor het herstel
van opgeslagen inhoud die verloren is gegaan.
Extra voorzorgsmaatregelen
Roland kan niet aansprakelijk worden gesteld voor
het herstel van opgeslagen inhoud die verloren is
gegaan.
Ga zorgvuldig te werk bij het gebruik van de knoppen,
schuifknoppen of andere bedieningselementen van
het apparaat en bij het gebruik van ingangen en
aansluitingen. Als u ruw omgaat met de apparatuur,
kan dit defecten veroorzaken.
Neem de stekker vast als u kabels loskoppelt; trek
nooit aan de kabel zelf. Op die manier vermijdt
u kortsluitingen of schade aan de inwendige
elementen van de kabel.
Tijdens normale werking zal een kleine hoeveelheid
warmte uit het apparaat vrijkomen.
Om te vermijden dat andere apparaten in de buurt
verstoord raken, moet u het apparaatvolume op
redelijke niveaus houden.
Gebruik geen verbindingskabels met een
ingebouwde weerstand.
Intellectueel eigendomsrecht
Het opnemen met audio- of videoapparatuur,
kopiëren, herwerken, distribueren, verkopen, leasen,
uitvoeren of uitzenden van materiaal (muziek,
videomateriaal, uitzendingen, live-optredens
enzovoort) onder auteursrecht dat geheel of
gedeeltelijk eigendom is van een derde, is wettelijk
niet toegestaan zonder de toestemming van de
auteursrechteigenaar.
Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden die
kunnen leiden tot een inbreuk op een auteursrecht
dat eigendom is van een derde. Wij zijn niet
verantwoordelijk voor inbreuken op auteursrechten
van derden die ontstaan uit uw gebruik van dit
apparaat.
Roland en BOSS zijn gedeponeerde handelsmerken
of handelsmerken van Roland Corporation in de
Verenigde Staten en/of andere landen.
ASIO is een handelsmerk en software van Steinberg
Media Technologies GmbH.
Dit product bevat het geïntegreerde eParts-
softwareplatform van eSOL Co.,Ltd. eParts is een
handelsmerk van eSOL Co., Ltd. in Japan.
Bedrijfs- en productnamen in dit document zijn
gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken
van hun respectieve eigenaars.
4
Paneelbeschrijving
Dit is het kanaal voor de aansluiting van een microfoon.
1 MIC-aansluiting
Sluit uw micro hier aan.
* Pintoewijzing van MIC-aansluiting
1: GND2: HOT
3: COLD
1: GND 2: HOT
3: COLD
TIP: HOT
RING: COLD
SLEEVE: GND
2: HOT 1: GND
3: COLD
2 [PAD]-knop
Gebruik deze knop als het ingangsniveau van de MIC-aansluiting
overmatig is of als het geluid is vervormd. Als de knop wordt
ingedrukt, wordt het ingangsniveau met 15 dB gedempt en licht
de knop groen op.
3 [PHANTOM]-schakelaar
Zorgt voor de fantoomvoeding. Schakel deze schakelaar IN als u
condensatormicrofoon aansluit die een fantoomvoeding vereist.
4 [VOLUME]-regelaar
Regelt het volume.
5 EQUALIZER
[BASS]-regelaar
Regelt het geluidsniveau van het frequentiebereik van de lage tonen.
[MIDDLE]-regelaar
Regelt het geluidsniveau van het frequentiebereik van de
middentonen.
[TREBLE]-regelaar
Regelt het geluidsniveau van het frequentiebereik van de hoge tonen.
6 ANTI-FEEDBACK
[PHASE]-knop
Als akoestische feedback een probleem is, probeert u eerst op de
[PHASE]-knop te drukken. Door de phase te wisselen, wordt de
akoestische feedback onderdrukt.
[NOTCH]-regelaar
Als het probleem niet wordt verholpen wanneer u de [PHASE]-
knop inschakelt, past u de [NOTCH]-regelaar aan.
5 Draai aan de [NOTCH]-regelaar (frequentie) wanneer
akoestische feedback optreedt om de locatie te vinden waarop
feedback wordt onderdrukt.
5 Als u de regelaar naar rechts draait, wordt de feedback van
de hoge tonen onderdrukt; als u de regelaar naar links draait,
wordt de feedback van de lage tonen onderdrukt.
7 [DELAY/ECHO]-regelaar
Past een vertraging/echo toe op de audio die vanaf de MIC-
aansluiting wordt ingevoerd. Draai de regelaar om de diepte van
het eect aan te passen.
* DELAY of ECHO is geselecteerd, naargelang de positie van de
regelaar.
diepte
DELAY
diepte
ECHO
Type Eect
DELAY Produceert een eect dat op een echo lijkt.
ECHO
Produceert een onderscheidend ruimtelijk eect dat
lijkt op het eect van een tape-echoapparaat.
8 [REVERB]-regelaar
Past de diepte van de galm aan.
9 HARMONY
Voegt een natuurlijke harmonie toe aan de audio die vanaf de
MIC-aansluiting wordt ingevoerd.
[LEVEL]-regelaar
Past het volume van de harmonie aan.
[ON]-knop
Schakelt HARMONY in/uit.
[TYPE]-knop
Selecteert het type harmonie. Het type wordt geschakeld telkens
wanneer je op de knop drukt.
Type Beschrijving
HIGH
Voegt harmonie toe boven het stemgeluid dat
wordt ingevoerd.
UNISON
Simuleert het verdubbelingseect dat wordt
geproduceerd wanneer een zanger dezelfde
melodie een tweede keer opneemt, waardoor het
geluid rijker wordt.
LOW
Voegt harmonie toe onder het stemgeluid dat
wordt ingevoerd.
* U kunt de referentietoonhoogte opgeven die wordt gebruikt
wanneer de harmonie wordt toegevoegd. Voor meer details,
raadpleeg “De referentietoonhoogte voor de harmonie
opgeven (p. 8).
Voorpaneel
10 15 181411 1912 20 2213 16 17
1 65 92 3 214 7 8
Microkanaal (bovenste rij)
5
Paneelbeschrijving
Gitaarkanaal (onderste rij)
Dit is het kanaal voor de aansluiting van een gitaar, zoals een
akoestisch-elektrische gitaar.
10 GUITAR-aansluiting
Sluit uw gitaar hier aan. U kunt elke gitaar met een pick-up
aansluiten.
11 [PAD]-knop
Gebruik deze knop als het ingangsniveau van de GUITAR-
aansluiting overmatig is. Als de knop wordt ingedrukt, wordt het
ingangsniveau met 10 dB gedempt en licht de knop groen op.
12 [ACOUSTIC RESONANCE]-knop
Voegt de natuurlijke resonantie van een akoestische gitaar toe.
De instelling verandert in de volgende volgorde telkens wanneer
u op de knop drukt.
Knop Beschrijving
Groen
Een vol geluid met benadrukte resonantie van de
klankkast
Oranje
Een helder geluid met gebooste resonantie van de
middentonen
Rood Een schitterend geluid dat reikt tot de hoge tonen
Brandt
niet
Uitgeschakeld
13 [VOLUME]-regelaar
Regelt het volume.
14 EQUALIZER
[BASS]-regelaar
Regelt het geluidsniveau van het frequentiebereik van de lage
tonen.
[MIDDLE]-regelaar
Regelt het geluidsniveau van het frequentiebereik van de
middentonen.
[TREBLE]-regelaar
Regelt het geluidsniveau van het frequentiebereik van de hoge
tonen.
15 ANTI-FEEDBACK
[PHASE]-knop
Als akoestische feedback een probleem is, probeert u eerst op de
[PHASE]-knop te drukken. Door de phase te wisselen, wordt de
akoestische feedback onderdrukt.
[NOTCH]-regelaar
Als het probleem niet wordt verholpen wanneer u de [PHASE]-
knop inschakelt, past u de [NOTCH]-regelaar aan.
5 Draai aan de [NOTCH]-regelaar (frequentie) wanneer
akoestische feedback optreedt om de locatie te vinden waarop
feedback wordt onderdrukt.
5 Als u de regelaar naar rechts draait, wordt de feedback van
de hoge tonen onderdrukt; als u de regelaar naar links draait,
wordt de feedback van de lage tonen onderdrukt.
16 [CHORUS]-knop
Past een chorus-eect toe op het geluid dat vanaf de GUITAR-
aansluiting wordt ingevoerd. Draai de regelaar om de diepte van
het eect aan te passen.
* TYPE1 of TYPE2 is geselecteerd, naargelang de positie van de
regelaar.
diepte
TYPE1
diepte
TYPE2
Type Eect
TYPE1 Chorus met natuurlijke modulatie.
TYPE2 Chorus met benadrukte modulatie.
17 [REVERB]-regelaar
Past de diepte van de galm aan.
18 LOOPER
U kunt tot 40 seconden (MONO) van een optreden opnemen
en het opgenomen deel telkens opnieuw afspelen. U kunt
ook bijkomende optredens met de opname toevoegen als het
wordt afgespeeld (overdubben). Hierdoor kunt u snel real time
achtergrondoptredens maken.
* Meer informatie over de bediening van de looper vindt u in “De
Looper gebruiken (p. 9).
[LOOPER]-knop
Schakelt tussen opnemen, loop afspelen en overdubben.
[STOP]-knop
Stopt het opnemen of afspelen.
REC/PLAY/OVERDUB-lampje
Geeft de status van de looper aan.
Gemeenschappelijk voor beide kanalen
19 [TWEETER ATT]-knop
Past een lter toe op de hoge frequentieregio, waardoor het
geluid zachter wordt. Als de knop is ingeschakeld, licht hij groen
op. Dit is doeltreend in gevallen waarin u wenst dat de snaren
zachter en natuurlijker klinken.
20 [MUTE]-knop
U kunt het geluid dempen terwijl het apparaat blijft ingeschakeld.
Hiermee kunt u de versterker dempen zonder het volume of
andere instellingen te wijzigen wanneer u het podium verlaat,
bijv. tussen bepaalde sets van uw live-optreden.
* Het geluid van de PHONES/REC OUT-aansluiting wordt niet
gedempt.
* Het geluid van de AUX-aansluiting dat wordt uitgevoerd naar
de DI/LINE OUT wordt niet gedempt.
21 [POWER]-schakelaar
Schakelt de stroom van de Acoustic Singer in/uit.
22 [MASTER]-regelaar
Regelt het totale volume.
6
Paneelbeschrijving
1 AC IN-aansluiting
Hierop sluit u het bijgeleverde netsnoer aan.
* Gebruik alleen het netsnoer meegeleverd met het apparaat.
2 DI/LINE OUT
Sluit deze aan op uw PA-systeem of uw recorder.
Gebruik deze uitgang in combinatie met een extern PA-systeem
of als u een partij rechtstreeks wilt opnemen terwijl u het geluid
hoort via dit apparaat.
Regel het uitgangsniveau met de [VOLUME]-regelaar van elk
kanaal.
MIC/MIX-aansluiting
Vanaf deze aansluiting kan de audio die vanaf de MIC-aansluiting
is ingevoerd, zelf worden uitgevoerd of worden gemengd met de
audio die vanaf de GUITAR-aansluiting is ingevoerd.
GUITAR/MIX-aansluiting
Vanaf deze aansluiting kan de audio die vanaf de GUITAR-
aansluiting is ingevoerd, zelf worden uitgevoerd of worden
gemengd met de audio die vanaf de
MIC-aansluiting is ingevoerd.
* Pintoewijzing van de MIC/MIX-
aansluiting en de GUITAR/MIX-
aansluiting
[OUT SELECT]-schakelaar
Geeft de uitgang van de MIC/MIX-aansluiting en de GUITAR/MIX-
aansluiting aan.
Instelling Beschrijving
MIX
De ingangen vanaf de MIC-aansluiting en de
GUITAR-aansluiting gaan door de eecten van
het betreende kanaal en worden vervolgens
gemengd en uitgevoerd. De ingang vanaf de AUX-
aansluiting wordt ook gemengd en uitgevoerd.
POST EFX
De ingangen vanaf de MIC-aansluiting en de
GUITAR-aansluiting gaan door de eecten van
het betreende kanaal en worden vervolgens
afzonderlijk uitgevoerd vanaf de MIC/MIX-
aansluiting en de GUITAR/MIX-aansluiting.
DI
De ingangen vanaf de MIC-aansluiting en de
GUITAR-aansluiting gaan niet door de eecten,
maar worden afzonderlijk uitgevoerd vanaf
de MIC/MIX-aansluiting en de GUITAR/MIX-
aansluiting.
3 PHONES/REC OUT-aansluiting
Sluit de hoofdtelefoon hierop aan. Gebruik de [VOLUME]-regelaar
en de [MASTER]-regelaar om het volume te regelen.
* Als er een stekker in deze aansluiting wordt gestoken, zal er
geen geluid worden uitgestuurd via de eigen luidspreker van
de Acoustic Singer. Dit is handig wanneer u niet wilt dat er
een luid geluid geproduceerd wordt door de luidspreker, bv.
wanneer u 's avonds oefent.
4 REC OUT
O
-aansluiting
Als u hier een in de handel verkrijgbare USB 2.0-kabel aansluit,
kunt u het geluid van dit apparaat op uw computer opslaan of
dit apparaat gebruiken om het geluid vanaf uw computer af te
spelen.
* Stel de samplefrequentie en bitdiepte van uw computer in op
respectievelijk 44,1 kHz en 24-bits.
* Het nominale niveau van het signaal dat via USB wordt
uitgestuurd, biedt een marge van 20 dB ten opzichte van het
maximale niveau. Als het geluid niet hoog genoeg is, regelt u
het niveau op uw computer.
U moet de USB-driver installeren als u het apparaat aansluit
op uw computer.
Download het USB-stuurprogramma van de BOSS-website.
Raadpleeg het bestand Readme.htm dat is inbegrepen in de
download voor meer details.
www.boss.info/support/
1: GND 2: HOT
3: COLD
Achterpaneel
* Zet het volume altijd op nul en schakel alle apparaten uit voordat u
aansluitingen maakt om defecten of storingen aan de apparatuur te
voorkomen.
1 632
4
5
7
Paneelbeschrijving
5 FOOT CONTROL
Als u een voetschakelaar aansluit (afzonderlijk verkocht: BOSS
FS-6, FS-7, of FS-5U), kunt u uw voet gebruiken om de LOOPER te
bedienen (p. 9) of om CHORUS, HARMONY en MUTE in of uit te
schakelen.
* Pintoewijzing van de LOOPER/CHORUS-aansluiting, HARMONY/
MUTE-aansluiting en GA-FC-aansluiting.
Stereo 1/4-inch-aansluiting
Stereo 1/4-inch-aansluiting
of
FS-5U
RING
TIP
TIP
RING
RING TIP
FS-6 FS-7
Achterpaneel
Stereo 1/4-inch-aansluiting
1/4-inch jack x 2
of
Indien aangesloten op de LOOPER/CHORUS-aansluiting
Schakelaar Beschrijving
TIP LOOPER Bedient de LOOPER (p. 9).
RING CHORUS Schakelt CHORUS (p. 5) in of uit.
Indien aangesloten op de HARMONY/MUTE-aansluiting
Schakelaar Beschrijving
TIP HARMONY Schakelt HARMONY (p. 4) in of uit.
RING MUTE Schakelt MUTE (p. 5) in of uit.
GA-FC-aansluiting
U kunt een GA-FC aansluiten (afzonderlijk verkocht) en de
volgende zaken in- of uitschakelen.
DELAY/ECHO en REVERB van het microkanaal,
CHORUS en REVERB van het gitaarkanaal.
HARMONY, MUTE
De GA-FC aansluiten
Sluit een stereokabel aan op de GA-FC-aansluiting.
* Gebruik altijd een stereokabel.
GA-FC
De GA-FC gebruiken
U kunt de REVERB van elk kanaal, DELAY/ECHO, HARMONY en
MUTE in- of uitschakelen.
Kleef de meegeleverde plaklabels op de GA-FC.
De expressiepedalen gebruiken
Als u een expressiepedaal aansluit (afzonderlijk verkocht: Roland
EV-5, BOSS FV-500L, BOSS FV-500H), kunt u het pedaal gebruiken
om het volume van het gitaarkanaal aan te passen of het volume
van het eect HARMONY te regelen.
* Gebruik alleen het opgegeven expressiepedaal. Het aansluiten
van een expressiepedaal van een ander type kan leiden tot
defecten en/of schade aan het apparaat.
GA-FC
Expressiepedaal
Aansluiting Beschrijving
GTR VOL. Past het volume van het gitaarkanaal aan.
HARMONY LEV. Regelt het volume van HARMONY.
MINIMUM VOLUME van een expressiepedaal instellen
Met de [MINIMUM
VOLUME]-regelaar van een
expressiepedaal kunt u de
waarde instellen voor een
volledig omhoog staande
pedaal (laagste waarde).
6 AUX
U kunt een cd-speler, audiospeler of elektronisch
muziekinstrument aansluiten en tegelijk weergeven met uw
optreden.
INPUT-aansluiting
Sluit uw cd-speler, audiospeler of elektronisch muziekinstrument
hier aan.
[LEVEL]-regelaar
Past het volume van het aangesloten instrument aan.
1: GND2: HOT
3: COLD
1: GND 2: HOT
3: COLD
TIP
RING
SLEEVE (GND)
[MINIMUM
VOLUME]-
regelaar
8
Paneelbeschrijving
De stroom in-/uitschakelen
* Zodra alles correct is aangesloten (p. 6), moet u de
onderstaande procedure volgen om de stroom in te schakelen.
Wanneer u apparatuur in de verkeerde volgorde inschakelt,
bestaat het risico op apparaatstoringen of -defecten.
1. Zorg ervoor dat de [MASTER]-regelaar van de
Acoustic Singer en het volume van alle op de
Acoustic Singer aangesloten apparaten op 0 staan.
2. Schakel de Acoustic Singer in.
* Verlaag altijd eerst het volume voor u het
apparaat in- of uitschakelt. Zelfs als u het volume
verlaagd hebt, hoort u mogelijk geluid wanneer
u het apparaat in- of uitschakelt. Dit is normaal
en wijst niet op een defect.
3. Schakel de apparaten in die zijn
aangesloten op de LINE OUT-
aansluiting, de PHONES-aansluiting en de REC OUT
O
-poort.
4. Gebruik de [VOLUME]-regelaar en de [MASTER]-
regelaar van elk kanaal om het volume van de
Acoustic Singer aan te passen.
5. Regel het volume van de aangesloten apparaten.
Verlaag, voordat u het apparaat uitschakelt, het volume van alle
apparaten in uw systeem en SCHAKEL de apparaten UIT in de
omgekeerde volgorde van die waarin u ze hebt ingeschakeld.
* Als u de stroom volledig moet uitschakelen, moet u eerst het
apparaat uitzetten en dan het netsnoer van het stopcontact
loskoppelen. Raadpleeg Als u het apparaat volledig wilt
uitschakelen, trekt u de stekker uit het stopcontact” (p. 2).
De referentietoonhoogte voor de
harmonie opgeven
Hier vindt u hoe u de referentietoonhoogte moet instellen die
wordt gebruikt wanneer de harmonie wordt toegevoegd. Laat
deze referentietoonhoogte overeenstemmen met de tuning van
uw gitaar of ander begeleidend instrument.
1. Druk langere tijd op de knop [TYPE].
De Acoustic Singer staat in de instellingsmodus
voor de referentietoonhoogte van de harmonie.
2. Gebruik de knop [TYPE] om een
referentietoonhoogte te selecteren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, gaat u
volgens een cyclus door de volgende instellingen in de volgorde
van 1–7.
Lampje Beschrijving
1 UNISON brandt 440 Hz (fabrieksinstelling)
2 UNISON+HIGH brandt 441 Hz
3 UNISON+HIGH knippert 442 Hz
4 HIGH knippert 443 Hz
5 UNISON+LOW brandt 439 Hz
6 UNISON+LOW knippert 438 Hz
7 LOW knippert 437 Hz
3. Druk langere tijd op de knop [TYPE] om de
instellingsmodus voor de referentietoonhoogte te
verlaten.
* Deze instelling wordt onthouden,
zelfs wanneer de voeding wordt
uitgeschakeld. Als u de voeding
inschakelt en de instellingsmodus voor
de referentietoonhoogte opent, wordt
de momenteel opgegeven instelling (1–7 hierboven)
weergegeven.
9
Paneelbeschrijving
De Looper gebruiken
Status REC/PLAY/OVERDUB-lampje
Lampje Beschrijving
REC
Knippert bij opname-stand-by, brandt tijdens de
opname.
PLAY Brandt tijdens het afspelen.
OVERDUB Brandt tijdens het overdubben.
Looper-bedieningen met een voetschakelaar
U kunt de looper ook bedienen door gebruik te maken van een
voetschakelaar (afzonderlijk verkocht: FS-5U, FS-6, FS-7).
5 Als er een voetschakelaar is aangesloten, start de opname niet
wanneer er audio wordt ingevoerd maar wel wanneer u de
voetschakelaar indrukt (TIP). De bedieningen voor het afspelen
en overdubben zijn dezelfde als bij het gebruik van de [LOOP]-
knop.
5 Als u de voetschakelaar (TIP) twee keer binnen een seconde
indrukt, stopt de looper.
5 Als u de voetschakelaar (TIP) gedurende twee seconden of
langer ingedrukt houdt, wordt de frase gewist.
Stoppen/wissen
Druk op de [STOP]-knop om
te stoppen.
Als u de frase wilt wissen,
houdt u de [STOP]-knop
minstens twee seconden
ingedrukt wanneer het
afspelen is gestopt.
Opnemen
Als er audio wordt
ingevoerd, wordt de opname
onmiddellijk gestart.
Op het moment dat u de
loop wilt inschakelen, drukt
u op de [LOOPER]-knop om
af te spelen.
Opname-stand-by
Druk op de [LOOPER]-knop
om de modus opname-
stand-by te openen.
Loop afspelen
Speel de loop af.
Als u op de [LOOPER]-
knop drukt, schakelt u over
naar overdubben.
Overdubben
Neem bijkomende lagen
op terwijl de loop wordt
afgespeeld.
Druk op de [LOOP]-knop
om terug te gaan naar het
afspelen.
10
Belangrijkste specicaties
BOSS Acoustic Singer Pro: Akoestische versterker
BOSS Acoustic Singer Live: Akoestische versterker
Acoustic Singer Live Acoustic Singer Pro
Nominaal
uitgangsvermogen
60 W (Woofer: 50 W, Tweeter: 10 W) 120 W (Woofer: 100 W, Tweeter: 20 W)
Nominaal
ingangsniveau
MIC INPUT: -33 dBu (2,5 k Ω)
GUITAR INPUT: -10 dBu (5 M Ω)
AUX INPUT: -8 dBu (10 k Ω)
Luidspreker
16 cm (6,5 inch) Woofer x 1, 2,5 cm
(1 inch) Dome Tweeter x 1
20 cm (8 inches) Woofer x 1, 2,5 cm
(1 inch) Dome Tweeter x 1
Aansluitingen
MIC-aansluiting: Combotype (XLR, 1/4-inch TRS-aansluiting)
GUITAR-aansluiting: 1/4-inch-aansluiting
AUX IN-aansluiting: Stereo miniatuuraansluiting
PHONES/REC OUT-aansluiting: Stereo 1/4-inch-aansluiting
DI/LINE OUT MIC/MIX-aansluiting: XLR-type
DI/LINE OUT GUITAR/MIX-aansluiting: XLR-type
FOOT CONTROL LOOPER/CHORUS-aansluiting: 1/4-inch TRS-aansluiting
FOOT CONTROL HARMONY/MUTE-aansluiting: 1/4-inch TRS-aansluiting
GA-FC-aansluiting: 1/4-inch TRS-aansluiting
USB-poort: USB B-type
AC IN-aansluiting
Opgenomen
vermogen
40 W 50 W
Afmetingen 367 (B) x 274 (D) x 314 (H) mm 417 (B) x 330 (D) x 358 (H) mm
Gewicht 10,5 kg 14,5 kg
Accessoires
Gebruikershandleiding
Netsnoer
GA-FC sticker
* 0 dBu = 0,775 Vrms
* Dit document verklaart de specicaties van het product op het
moment dat het document werd uitgegeven. Raadpleeg de
website van Roland voor de laatste informatie.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10

Boss Acoustic Singer Pro de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor