© 1998 by The Toro Company
2
Allgemeines 4
Généralités 5
Informazioni generali 5
Algemeen 5
Sicherheit 8
Sécurité 10
Sicurezza 12
Veiligheid 14
Montage und Inbetriebnahme 16
Assemblage et mise en service 17
Montaggio e messa in funzione 17
Montage en ingebruikname 17
Betrieb 24
Fonctionnement 25
Funzionamento 25
Werking 25
© by The Toro Company
5
1 Informazioni generali
1.1 Introduzione
1.2 Disposizioni su eventuali limitazioni nell’uso del
tosaerba
1.3 Dati tecnici
1.1 Introduzione
Il tosaerba TORO è stato costruito in base agli attuali aspetti
tecnici e fisiologici, tenendo conto delle norme di sicurezza vigenti.
Grazie ad una particolare applicazione, il tosaerba Recycler
®-
può
sminuzzare erba e foglie tagliandole ripetutamente. Il tosaerba
distribuisce queste particelle finissime d’erba e di foglie di nuovo
sul prato, di modo che possano essere riciclate dallo stesso.
Leggete attentamente le presenti istruzioni per l’uso e familiarizzate
con le istruzioni di sicurezza, di montaggio, d’uso e di manutenzio-
ne.
Il tosaerba TORO è previsto per l’uso privato nei giardini. I tosaerba
per l’uso nei giardini privati di piccole dimensioni sono previsti di
regola per un impiego annuo di non più di 50 ore e vengono
utilizzati soprattutto per curare prati o tappeti erbosi di giardini e
non possono essere impiegati per la cura aree verdi pubbliche,
parchi, impianti sportivi ecc. aree verdi lungo le strade o per
zone agricole o forestali.
Premessa per un uso regolare del tosaerba è il rispetto delle
istruzioni per l’uso allegate da TORO. Le istruzioni per l’uso
contengono anche le condizioni per l’azionamento, la manutenzio-
ne, il controllo e la riparazione.
Sicurezza
Simbolo riguardante la sicurezza sul lavoro; questo
simbolo caratterizza tutte le istruzioni di sicurezza sul
lavoro che comportano pericolo per la salvaguardia
delle persone. Rispettare assolutamente queste
istruzioni. Trasmettete le istruzioni di sicurezza sul
lavoro anche ad altri utenti. Inoltre si devono rispettare
le norme di sicurezza e quelle antinfortunistiche
generalmente vigenti.
Avviso di attenzione; questo simbolo caratterizza tutti i
punti che sono da rispettare in modo particolare onde
evitare danni o la distruzione dell’apparecchio.
1 Généralités
1.1 Introduction
1.2 Spécifications concernant les restrictions de la tonte du
gazon
1.3 Caractéristiques techniques générales
1.1 Introduction
La tondeuse à gazon de TORO a été construite selon les aspects
techniques et physiologiques les plus modernes tenant compte
des prescriptions de sécurité existantes.
Grâce à son équipement particulier, la tondeuse à gazon
Recycler
®-
est en mesure de couper herbes et feuilles plusieurs
fois. Cette matière de coupe très fine est ramenée à la pelouse par
la tondeuse à gazon.
Lisez attentivement le mode d´emploi et familiarisez-vous avec les
instructions de sécurité, d´assemblage, de service et d´entretien.
La tondeuse à gazon de TORO est destinée à l´utilisation privée
dans le jardin particulier ou de loisirs. Ce sont ces tondeuses à
gazon dont l´utilisation annuelle n´excède pas 50 heures en règle
générale et qui sont particulièrement utilisées pour les soins de
gazon ou pelouses, mais qui ne sont pas utilisées dans des lieux
publics, des parcs, des terrains de sport etc. et non plus au bord
des rues ou dans l´agriculture et l´exploitation forestière, qui
passent pour des tondeuses à gazon destinées à l´utilisation privée
dans les jardins particuliers et de loisirs.
L´observation du mode d´emploi de TORO ci-joint est la condition
pour une utilisation conforme aux règles de la tondeuse à gazon.
Le mode d´emploi contient aussi les conditions du fonctionnement,
de l´entretien et du maintien en bon état.
Sécurité
Symbole pour la sécurité au travail, vous trouverez ce
symbole à côté de toutes les instructions concernant la
sécurité au travail si des personnes pouvaient être
blessées. Il faut absolument que vous observiez ces
instructions. Les instructions concernant la sécurité au
travail devraient aussi être données à d´autres
utilisateurs. De plus, il faut observer les prescriptions
de sécurité et les instructions préventives contre les
accidents universellement reconnues.
Symbole pour l´attention, ce symbole marque les
points qu´il faut observer en particulier pour éviter
l´endommagement ou la destruction de la machine.
1 Algemeen
1.1 Inleiding
1.2 Voorschriften over de tijdsbeperkingen bij het maaien
1.3 Technische gegevens
1.1 Inleiding
De TORO gazonmaaier werd volgens de nieuwste technische en
fisiologische richtpunten bij inachtneming van de geldende
veiligheidsvoorschriften gecontroleerd.
De recycler-maaimachine is door zijn speciale uitrusting in staat
om gras en bladeren meedere keren te verkleinen. Dit zeer fijne
maaiprodukt wordt door de gazonmaaier weer in het gazon
ingebracht.
Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en maakt u zich
vertrouwd met de veiligheids-, montage-, bedienings- en onder-
houdsaanwijzingen,
De TORO gazonmaaier is bestemd voor privégebruik in de huis-
en hobbytuin. Als gazonmaaier voor de particuliere huis- en
hobbytuin worden gazonmaaiers beschouwd, die jaarlijks over het
algemeen niet meer dan 50 uur worden gebruikt en overwegend
voor het bijhouden van gras- of gazonvlakken worden gebruikt,
niet echter in openbare gelegenheden zoals parken, sportaccom-
modaties enz. en langs wegen alsmede in de land- en bosbouw.
Het naleven van de door TORO bijgevoegde gebruiksaanwijzing is
een voorwaarde voor een correct gebruik van de gazonmaaier.
De gebruiksaanwijzing bevat ook bedrijfs-, onderhouds/ en
instandhoudingsvoorwaarden.
Veiligheid
Arbeidsveiligheidssymbool, dit symbool vindt u bij alle
arbeidsveiligheidsinstructies, waarbij gevaar voor
letsel bij personen bestaat. Deze instructies moeten
steeds worden nageleefd. De arbeidsveiligheidsin-
structies dienen ook aan andere gebruikers te worden
doorgegeven. De algemeen geldende veiligheids- en
ongevallenpreventievoorschriften moeten eveneens in
acht worden genomen.
Attentie-aanwijzing, dit symbool duidt de punten aan,
waarop de aandacht speciaal dient te worden geve-
stigd om beschadigingen of vernieling van het
apparaat te voorkomen.
© by The Toro Company
7
1.2 Disposizioni su eventuali limitazioni nell’uso del
tosaerba
L’uso dei tosaerba è subordinato a disposizioni di legge che
differiscono da regione a regione.
Per quanto riguarda le disposizioni ed eventuali restrizioni regionali,
particolari, ci si può rivolgere alle autorità competenti che daranno
volentieri le informazioni necessarie.
1.3 Dati tecnici
Electro-Recycler 34 cm
Larghezza di taglio: 34 cm
Tipo motore: CRB 52/21A con freno
Potenza: 1100 W
Tensione: 230 V~ 50 Hz
Corrente assorbita: 5,5 A
Numero giri motore: 2800 min
-1
Vibrazioni
sulla stegola a
hw
: 4 m/sec
2
(misurato in base a pr EN 1033)
Peso: 17 kg
Dimensioni : lungh. x largh. x alt. = 80 x 38 x 35 cm
(ripiegato)
Electro-Recycler 40 cm
Larghezza di taglio: 40 cm
Tipo motore: CRB 72/21A con freno
Potenza: 1400 W
Tensione: 230 V~ 50 Hz
Corrente assorbita: 6,5 A
Numero giri motore: 2800 min
-1
Vibrazioni
sulla stegola a
hw
: 4 m/sec
2
(misurato in base a pr EN 1033)
Peso: 19 kg
Dimensioni : lungh. x largh. x alt. = 88 x 44 x 35 cm
(ripiegato)
1.2 Spécifications concernant les restrictions de la tonte du
gazon
Dans les différentes régions, le fonctionnement de tondeuses à
gazon est réglé différemment par la loi.
L´autorité compétente vous informera volontiers sur les
ordonnances et les restrictions régionales, surtout en ce qui
concerne la protection de la sieste ou des régions particulièrement
sensibles.
1.3 Caractéristiques techniques générales
Electro-Recycler 34 cm
Largeur de coupe: 34 cm
Type de moteur: CRB 52/21A avec frein
Puissance: 1100 W
Tension: 230 V~ 50 Hz
Ampérage: 5,5 A
Tours-minute du moteur: 2800 min
-1
Vibrations
au mancheron a
hw
: 4 m/sec
2
(mesurées selon pr EN 1033)
Poids: 17 kg
Dimensions: Longueur x largeur x hauteur =
80 x 38 x 35 cm (repliée)
Electro-Recycler 40 cm
Largeur de coupe: 40 cm
Type de moteur: CRB 72/21 A avec frein
Puissance: 1400 W
Tension: 230 V~ 50 Hz
Ampérage: 6,5 A
Tours-minute du moteur: 2800 min
-1
Vibrations
au mancheron a
hw
: 4 m/sec
2
(mesurées selon pr EN 1033)
Poids: 19 kg
Dimensions: Longueur x largeur x hauteur =
88 x 44 x 35 cm (repliée)
1.2 Voorschriften ten aanzien van tijdsbeperkingen bij het
maaien
Het gebruik van gazonmaaiers is regionaal aan verschillende
wettelijke voorschriften onderworpen.
Ten aanzien van voorschriften en regionale beperkingen, met
name ten aanzien van het naleven van de middagsrust op
bijzonder gevoelige gebieden, verstrekt het bevoegde gezag
gaarne informatie.
1.3 Technische gegevens
Electro-Recycler 34 cm
Maaibreedte: 34 cm
Motortype: CRB 52/21A met rem
Vermogen: 1100 W
Spanning: 230 V~ 50 Hz
Stroomsterkte: 5,5 A
Motorteorental: 2800 min
-1
Trillingen
aan de duwstang a
hw
: 4 m/sec
2
(gemeten conform pr EN 1033)
Gewicht: 17 kg
Afmetingen : l x b x h = 80 x 38 x 35 cm
(opgevouwen)
Electro-Recycler 40 cm
Maaibreedte: 40 cm
Motortype: CRB 72/21A met rem
Vermogen: 1400 W
Spanning: 230 V~ 50 Hz
Stroomsterkte: 6,5 A
Motortoerental: 2800 min
-1
Trillingen
aan de duwstang a
hw
: 4 m/sec
2
(gemeten conform pr EN 1033)
Gewicht: 19 kg
Afmetingen : l x b x h = 88 x 44 x 35 cm
(opgevouwen)
© by The Toro Company
14
2 Veiligheid
2.1 Algemene aanwijzingen
2.2 Eigenlijk gebruik
2.3 Oneigenlijk gebruik
2.4 Voorbereiden voor een veilig gebruik
2.5 Veiligheid bij het gebruik
2.6 Veiligheid bij onderhoud en bewaring
2.7 Symbolenoverzicht
2.1 Algemeen aanwijzingen
1. Deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig doorlezen. Maakt u zich
vertrouwd met de bedieningselementen en het correct gebruik
van het apparaat.
2. Kinderen alsmede personen die niet vertrouwd zijn met de
gebruiksaanwijzing mogen de grasmaaier niet bedienen. De
plaatselijk geldende leeftijdsbeperkingen voor het gebruik van
het apparaat dienen te worden nageleefd.
3. De maaimachine niet in de directe nabijheid van personen, met
name van kinderen en huisdieren in gebruik nemen.
4. De bediener is verantwoordelijk voor schade die aan derden en
hun eigendommen wordt toegebracht.
2.2 Eigenlijk gebruik
De gazonmaaier dient uitsluitend voor het verzorgen van gras- en
gazonoppervlakken in particuliere en hobbytuinen. Elk verdergaand
gebruik geldt als oneigenlijk. Voor hieruit resulterende schade is
Roth Motorgeräte GmbH niet aansprakelijk.
2.3 Oneigenlijk gebruik
De gazonmaaier mag niet worden gebruikt voor het maaien van
struiken, heggen en bosjes, voor het maaien van klimplanten of van
gras op dakaanplantingen of in balkonbakken en voor het reinigen
(afzuigen, wegblazen, sneeuwruimen) van looppaden of als
hakselaar voor het verkleinen van boom- en hegtakken.
De gazonmaaier mag eveneens niet als aandrijfaggregaat voor
andere werktuigen en werktuigsets worden gebruikt.
Als oneigenlijk geldt eveneens het trekken van gazonveegappara-
ten en strooiwagen. Dit geldt ook voor het aanbrengen van
aanhangers, bijv. om mee te rijden, voor het transporteren van
gemaaid gras behalve de hiervoor door TORO bestemde grasop-
vangeenheid.
2.4 Voorbereidingen voor een veilig gebruik
1. Bij het maaien steeds vast schoeisel en een lange broek
dragen. Niet met open sandalen of op blote voeten maaien.
2. De vlakte die gemaaid dient te worden, moet van tevoren
zorgvuldig worden onderzocht. Voorwerpen die weg kunnen
vliegen bv stenen, stokken, draden, botten en dergelijke,
moeten worden verwijderd.
3. Voor de ingebruikname een visuele controle uitvoeren en de
mesbalk, de mesbebevestigingsschroeven en de maaieenhe-
den op slijtage en beschadiging controleren.
Versleten of beschadigde messen en schroeven steeds per set
vervangen om ze in balans te houden.
4. Om brand- of oververhittingsgevaar te voorkomen, moet het
bereik rond om de motorkap en de luchtinlaatgleuven van
gras, bladeren of andere verontreinigingen vrij worden
gehouden.
2.5 Veiligheid bij het gebruik
1. Uitsluitend bij daglicht of goede verlichting maaien.
2. Geen nat gras maaien.
3. Bij het maaien op steile hellingen erop letten dat men stabiel
staat.
4. Op stapvoets tempo maaien, niet rennen.
5. Maai met, van wielen voorziene cyclomaaiers, altijd dwars t.o.v.
de helling, nooit omhoog of omlaag.
6. Pas op bij richtingsveranderingen aan hellingen.
7. Niet op extreem steile hellingen maaien.
8. Pas op bij achterwaartse bewegingen of bij het trekken van de
grasmaaier.
9. Gazonmaaier uitschakelen, wanneer de gazonmaaier voor het
oversteken van oppervlakten buiten het gazon moet worden
gekanteld alsmede bij transport van het apparaat naar het te
maaien gazon en terug.
10. De gazonmaaier nooit met defecte veiligheidsinrichtingen,
zoals bijv. bumper en/of grasopvanginrichtingen gebruiken.
11. Bij het starten resp. inschakelen van de motor dienen alle
instructies te worden nageleefd en er moet op worden gelet dat
de voeten zich op een veilige afstand t.o.v. de messen van de
gazonmaaier bevinden.
12. Gazonmaaier bij het starten resp. inschakelen van de motor
niet schuin zetten, tenzij de motor voor het starten in de
gekantelde stand moet worden gebracht. In dat geval mag het
apparaat niet schuiner dan strikt noodzakelijk is worden
gezet, en wel mag men slechts dat gedeelte kantelen dat naar
de van de gebruiker af gerichte kant wijst.
13. Bij het starten van de motor bij de grasuitwerpinrichting uit de
buurt blijven.
14. Handen en voeten niet aan of onder draaiende delen steken.
Op afstand van de uitwerpopening blijven.
15. Gazonmaaier niet met lopende motor omhoog tillen of dragen.
16. Motoruitzetten en de netstekker in de volgende gevallen
verwijderen.
voor het verwijderen van verstoppingen resp. ophopingen in het
uitwerpkanaal
voor de uitvoering van inspectie-, reinigings- of andere werk-
zaamheden aan de gazonmaaier,
nadat de gazonmaaier op een vreemd voorwerp gestoten is.
Onderzoek de gazonmaaier t.a.v. beschadigingen en voer
alvorens deze opnieuw te starten en weer in gebruik te nemen
de vereiste reparaties uit.
bij sterke trillen aan het apparaat (meteen controleren)
17. Voor het instellen en reinigen va de maaier of voor het
controleren of de netaansluiting is verdraaid of beschadigd,
de maaier uitschakelen en de netstekker eruit trekken.
18. Bij elektrische maaimachines mogen uitsluitend mengkabels
met tenminste 1,5mm
2
kabeldiameter van het type HO5RN-F of
HO7RN-F conform VDE-voorschrift 0282 worden gebruikt. De
connectoren van de aansluitkabels moeten van rubber of met
rubber bedekt, tegen opspattend water beschermd zijn en aan
het VDE voorschrift 0282 voldoen.
TORO kabels voldoen aan deze eis. Deze kabel moet regelma-
tig t.a.v. indicaties die op beschadigingen duiden worden
onderzocht en mag uitsluitend in onberispelijke toestand
worden gebruikt.
2.6 Veiligheid bij onderhoud en bewaring
1. Zorg ervoor dat alle moeren, bouten en schroeven vast
aangedraaid zijn om een veilige bedrijfstoestand van het
apparaat veilig te stellen.
2. Grasopvangreservoir in korte, regelmatige intervallen t.a.v.
slijtage en beschadigingen controleren.
3. Om veiligheidsredenen dienen versleten of beschadigde delen
te worden vervangen.
© by The Toro Company
15
2.7 Symbolenoverzicht
„Motor Aan”
„Motor UIT“
„Instelling van de maaihoogte”
Waarschuwing
Voor de ingebruikname de gebruiksaanwijzing lezen
Derden uit de gevarenzone weren
Waarschuwing - draaiend mes
Voeten en handen op afstand houden
Waarschuwing voor elektrische energie
Tegen vocht beschermen
Voor werkzaamheden aan de maai-eenheid de
stekker uit het stopcontact trekken!
Aansluitkabels uit de buurt houden van messen of
werktuigen
Als de aansluitleiding door het mes wordt geraakt,
beschadigd of doorgesneden, dient de netstekker
onmiddellijk te worden uitgetrokken.
© 1998 by The Toro Company
17
3 Montaggio e messa in funzione
3.1 Imparate a conoscere il vostro tosaerba
3.2 Messa in opera del tosaerba
3.3 Montaggio delle ruote
3.4 Montaggio della stegola
3.5 Montaggio del cestello di raccolta per l’erba
3.6 Regolazione dell’altezza di taglio
3.7 Altezza di taglio corretta
3.8 Collegamento del tosaerba
3.1 Imparate a conoscere il vostro tosaerba!
1 Interruttore ON-OFF
Per l’inserimento ed il disinserimento del tosaerba.
2 Regolazione dell’altezza della stegola
3 Tasto di regolazione dell’altezza di taglio (6 posizioni)
4 Indicatore dell’altezza di taglio
Scala indicativa della rispettiva altezza di taglio.
5 Scala „Smart Wheel“
Scala per regolare la corretta altezza di taglio
6 Deflettore per lo scarico
Dispositivo di protezione dell’apertura di scarico che non dovrà
essere tolto. Questo dispositivo serve anche per depositare
l’erba tagliata quando si lavora senza cestello per la raccolta
dell’erba.
7 Cestello per la raccolta dell’erba
Dispositivo per raccogliere l’erba durante la tosatura.
8 Tappo Recycler
®
Per il riciclaggio chiudere il canale di scarico con questo
tappo.
Se lavorate con il cestello per la raccolta dell’erba o se volete
depositare l’erba - togliere il tappo Recycler
®
.
9 Dispositivo di allentamento tensione cavo
Dispositivo di protezione dei punti di collegamento cavo
elettrico sul tosaerba ed alla rete elettrica in caso di forti
tensioni.
10 Impugnature
3 Assemblage et mise en service
3.1 Apprenez à connaître votre tondeuse à gazon
3.2 Comment assembler la tondeuse à gazon
3.3 Montage des roues
3.4 Assemblage du mancheron
3.5 Assemblage du collecteur d´herbes
3.6 Réglage de la hauteur de coupe
3.7 La hauteur de coupe appropriée
3.8 Branchement de la tondeuse à gazon
3.1 Apprenez à connaître votre tondeuse à gazon!
1 Disjoncteur à deux positions
Pour embrayer et débrayer la tondeuse à gazon.
2 Réglage de la hauteur du mancheron
3 Bouton de réglage de la hauteur de coupe (6 positions)
4 Indication de la hauteur de coupe
Graduation pour l´indication de la hauteur de coupe
respective.
5 Graduation «Smart Wheel»
Graduation pour le réglage de la hauteur de coupe correcte
6 Déflecteur de sortie
Dispositif de sécurité pour le canal de sortie qu´il ne faut pas
enlever. Il sert en même temps de déflecteur pour la matière
coupée en tondant sans collecteur d´herbes.
7 Collecteur d´herbes
Dispositif pour la réception des herbes pendant la tonte.
8 Bouchon de recyclage
Fermez le canal de sortie pour le recyclage.
Pour tondre avec le collecteur d´herbes ou si vous souhaitez
andainer les herbes - enlevez le bouchon de recyclage.
9 Soulagement de traction des câbles
Protection de la prise de courant et du câble contre la traction
extrême.
10 Poignées de manutention
3 Montage en ingebruikname
3.1 Leer uw gazonmaaier kennen
3.2 Opstellen van de gazonmaaier
3.3 Montage van de wielen
3.4 Montage van de duwstang
3.5 Montage van de grasopvangzak
3.6 Instellen van de maaihoogte
3.7 De juiste maaihoogte
3.8 Aansluiten van de gazonmaaier
3.1 Leer uw gazonmaaier kennen!
1 AAN-UIT-schakelaar
Voor het in- en uitschakelen van de maaimachine.
2 Hoogteverstelling van de duwstang
3 Maaihoogte-versteltoets (6 standen)
4 Maaihoogte-indicator
Schaal voor de weergave van de betreffende maaihoogte.
5 „Smart Wheel“-schaal
Schaal voor het instellen van de juiste maaihoogte
6 Uitwerpklep
Bescherminrichting voor de uitwerpopening, die niet mag
worden verwijderd. Hij dient tegelijkertijd als leiplaat voor het
gemaaide gras bij het maaien zonder opvanginrichting.
7 Grasopvangzak
Zak voor het opvangen van het gras tijdens het maaien.
8 Recycler
®
-stop
Voor het recyclen het uitwerpkanaal hiermee afsluiten.
Bij het maaien met grasopvanginrichting of wanneer gewenst
is dat het glas blijft liggen, recycler-stop verwijderen.
9 Kabeltrekontlasting
Bescherming van de stekkerdoos en van de koppeling tegen
extreme trekkracht.
10 Draaggrepen
© 1998 by The Toro Company
19
3.2 Messa in opera del tosaerba
1. Tagliate i nastri del cartone e sollevate la parte superiore dello
stesso (fig.2).
2. Estraete i singoli componenti e deponeteli a terra (fig.2).
3. Controllate se il contenuto è completo.
Indice: tosaerba, telaio del cestello di raccolta per l’erba,
cestello di raccolta per l’erba, profilato di guida per l’erba,
tappo recycler, istruzioni per l’uso.
4. Smaltite l’imballaggio secondo le norme
regionali.
3.3 Montaggio delle ruote
Attenzione: inserire per prima la ruota con la scala „Smart
Wheel“ sul lato sinistro posteriore
1. Inserire completamente la ruota con lo schema altezza taglio
„Smart Wheel" fissandola all'assale posteriore sinistro (fig. 3).
2. Montare le altre ruote.
Le ruote devono essere fissate sugli assali.
3.4 Montaggio della stegola
Il cavo non deve essere piegato, schiacciato o
danneggiato.
1. Allentare i dadi ad alette sui lati della parte posteriore del
tosaerba e ribaltare verso l’alto la parte inferiore della stegola
di guida fino a quando i fermi non siano incastrati nella
scanalatura dello chassis (fig. 4+5).
2. Serrare a mano i dadi ad alette.
3. Appoggiare la parte superiore della stegola e inserire le viti nei
fori dall’esterno all’interno (fig. 6).
4. Fissare la parte superiore della stegola, serrando a mano i dadi
ad alette.
5. Regolare l’altezza della stegola tramite i dadi ad alette sulllo
chassis del tosaerba - campo di regolazione ca.10 cm (fig. 7).
3.2 Comment assembler la tondeuse à gazon
1. Découpez les rubans de fixation et enlevez la partie supérieure
du carton (Illustration 2).
2. Prenez les pièces détachées et mettez-les sur le sol
(Illustration 2).
3. Contrôlez si le contenu est complet.
Contenu: tondeuse à gazon, armature pour sac de collec-
tion, sac de collection, déflecteur d'herbes, bouchon de
recyclage, mode d'emploi.
4. Eliminez l´emballage selon les prescriptions locales.
3.3 Montage des roues
Attention: Montez d´abord la roue avec la graduation
«Smart Wheel» à l´arrière gauche
1. Poussez la roue avec la graduation «Smart Wheel» sur l´axe à
l´arrière gauche jusqu´à ce qu´elle s´enclenche (Illustration
3).
2. Montez les roues restantes.
Il faut que les roues s´enclenchent sur les axes.
3.4 Assemblage du mancheron
Il ne faut pas plier, pincer ou endommager le câble.
1. Dévissez les écrous à oreilles sur les deux côtés de la
tondeuse et basculez le mancheron vers le haut jusqu´à ce que
les dispositifs d´arrêt s´enclenchent dans les gorges du carter
(Illustration 4+5).
2. Serrez les écrous à oreilles à la main.
3. Montez la partie supérieure du mancheron et introduisez les vis
de l´extérieur vers l´intérieur (Illustration 6).
4. Serrez la partie supérieure du mancheron avec les écrous à
oreilles vissés à main.
5. Réglez la hauteur du mancheron et serrez les écrous à
oreilles - zone de réglage 10 cm environ (Illustration 7).
3.2 Opstellen van de gazonmaaier
1. De bevestigingsstroken van de doos opensnijden en bovenge-
deelte van de doos eraf tillen (afb. 2)
2. Afzonderlijke delen eruit nemen en wegleggen (afb. 2).
3. Controleren of de inhoud ook volledig is.
Inhoud: Maaier, gestel voor grasopvangzak,
grasopvangzak, grasgeleidingsprofiel, recyclerstop,
gebruiksaanwijzing.
4. Verpakkingsmateriaal volgens de regionale
voorschriften opruimen.
3.3 Montage van de wielen
Let op: Eerst het wiel met de „Smart Wheel“-schaal links
achter monteren.
1. Wiel met „Smart Wheel“-schaal links achter op de as schuiven
totdat het vergrendelt (afb. 3)
2. De resterende wielen monteren.
Wielen moeten op de assen vergrendelen.
3.4 Montage van de duwstang
De kabel mag niet geknikt, ingekneld of beschadigd
worden.
1. Knevelmoeren aan de zijkant achter aan de gazonmaaier
losdraaien en het ondergedeelte van de duwstang omhoog
klappen totdat de vergrendelingen in de gleuf aan de gazon-
maaierkast vastzitten (afb. 4+5).
2. Knevelmoeren met de hand aandraaien.
3. Bovengedeelte van de duwstang aanbrengen en de schroeven
van buiten naar binnen in de boringen steken (afb.6 ).
4. Bovengedeelte van de duwstang met de vleugelmoeren met de
hand aandraaien.
5. De hoogte van de duwstang met de knevelmoeren aan de
gazonmaaier vast instellen - verstelbereik ca. 10 cm (afb.7).
© 1998 by The Toro Company
21
3.5 Montaggio del cestello di raccolta per l’erba
1. Infilare la tela del cestello di raccolta sulla parte posteriore
del telaio (fig.8).
Guidare il profilo in plastica superiore sotto l’impugnatura
spingendolo in avanti e fissandolo con delle clip.
2. Fissare tramite delle clip i rimanenti profili in plastica su tutti i
lati del telaio.
3. Montare deflettore per lo scarico dell’erba (fig.9).
3.6 Regolazione dell’altezza di taglio
La regolazione dell’altezza di taglio deve avvenire solo
a motore spento.
L’altezza di taglio può essere variata tramite un sistema centraliz-
zato di regolazione a 6 posizioni.
1. Tenere fermo il tosaerba tramite l’impugnatura al di sopra del
deflettore di scarico.
2. Premere il pulsante rosso (fig.10).
3. Con il tasto premuto, regolare l’altezza di taglio in base alla
scala, muovendo il tosaerba verso l’alto e verso il basso
(fig.11).
4. Lasciare il pulsante. Il tosaerba viene bloccato nella posizione
desiderata.
3.7 Altezza di taglio corretta
Sulla ruota posteriore sinistra si trova uno schema (SmartWheel)
per rilevare l’altezza di taglio adatta (fig.12).
Schema a sinistra = erba normale
Schema a destra = erba folta
In condizioni ottime è possibile tagliare l’erba in posizione „B“,
ma consigliamo la posizione „C“, „D“ oppure „E".
Per il riciclaggio non tagliare mai l’erba in posizione „A“.
Nei caldi mesi estivi regolare in base allo schema „normale“ e
tosare l’erba.
Per l’erba più folta, più spessa o umida, p.es. in primavera, fare
riferimento allo schema "erba folta".
1. Prima di iniziare il lavoro spingere il tosaerba sul prato - la
ruota deve essere parallela al suolo
2. Ora , sulla scala si può rilevare la lunghezza dell’erba non
tagliata e selezionare la regolazione raccomandata.
3.5 Assemblage du collecteur d´herbes
1. Emmanchez le sac de collection sur son armature par
l´arrière
(Illustration 8).
Glissez la réglette en matière synthétique sous la poignée et
l´emboîter.
2. Emboîtez les réglettes en matière synthétique sur l´armature.
3. Montez le déflecteur d´herbes (Illustration 9).
3.6 Réglage de la hauteur de coupe
Le réglage de la hauteur de coupe ne doit être
exécuté qu´avec le moteur débrayé.
La hauteur de coupe est réglable en 6 positions avec un réglage de
hauteur central.
1. Tenez la tondeuse à gazon par la poignée au-dessus du canal
de sortie.
2. Enfoncez le bouton rouge (Illustration 10).
3. Avec le bouton enfoncé, réglez la hauteur de coupe en utilisant
la graduation et par des mouvements de la tondeuse vers le
haut et vers le bas (Illustration 11).
4. Lâchez le bouton. La tondeuse est verrouillée dans la position
souhaitée.
3.7 La hauteur de coupe appropriée
Une graduation (Smart Wheel) se trouve sur la roue arrière gauche
pour indiquer la hauteur de coupe appropriée (Illustration 12).
Graduation gauche = gazon normal
Graduation droite = gazon dense
A conditions parfaits, il est possible de tondre en position "B",
nous recommanons cependant les positions "C", "D" ou "E".
Jamais recycler en position "A".
Pendant les chauds mois d´été, régler et tondre selon la graduation
«normal».
Utilisez la graduation „dense“ pour tondre du gazon dense, plus
épais ou humide, p. ex. au printemps.
1. Poussez la tondeuse à gazon sur la pelouse avant de
commencer la tonte. Il faut que la graduation soit parallèle au
sol.
2. La graduation indique maintenant la longueur des herbes non
coupées et vous pouvez choisir le réglage approprié.
3.5 Montage van de grasopvangzak
1. De grasopvangzak van achter over het frame stulpen (afb.
8).
Het bovenste kunststofprofiel onder de greep naar voren
schuiven en vastclipsen.
2. De resterende kunststofprofielen aan alle kanten aan het
frame vastclipsen
3. Grasgeleidingsprofiel aanbrengen (afb. 9).
3.6 Instellen van de maaihoogte:
Het instellen van de maaihoogte mag uitsluitend
worden uitgevoerd wanneer de motor uitgeschakeld is.
De maaihoogte is in 6 standen met centrale hoogteverstelling
verstelbaar.
1. Gazonmaaier aan de greep boven de uitwerpklep vasthouden.
2. Rode toets indrukken (afb.10).
3. Bij ingedrukte toets door het omhoog en omlaag bewegen van
de gazonmaaier de maaihoogte aan de hand van de schaal
instellen (afb.11).
4. Druktoets loslaten. De maaimachine wordt in de gewenste
positie vergrendeld.
3.7 De juiste maaihoogte
Aan het linker achterwiel bevindt zich een schaalverdeling (Smart
Wheel) voor het aflezen van de geschikte maaihoogte (afb.12).
Linker schaal = normaal gras
Rechter schaal = dicht gras
Men kan weliswaar onder optimale voorwaarden in de stand “B”
maaien, maar geadviseerd wordt echter de stand “C”, “D” of
“E”.
Voor het recyclen in geen geval in stand “A” maaien.
In de warme zomermaanden volgens de schaal “normaal” instellen
en maaien.
Voor dicht, dikker of vochtig gras, bijv. in het voorjaar de schaal
“royaal” gebruiken.
1. Voor het begin van het werk de maaimachine op het gazon
schuiven - de schaal moet evenwijdig aan de grond staan.
2. Op de schaal kan nu de lengte van het ongemaaide gras
worden vastgesteld en de aanbevolen instelling kan worden
gekozen.
© 1998 by The Toro Company
23
3.8 Collegamento del tosaerba
Indicazione: Consigliamo di alimentare le falciatrici per prati
usate all'aperto solo tramiti dispositivo di protezione di corrente
di dispersione con 30mA max di corrente di apertura.
Questo protezioni possono essere acquistate e/o installate
presso un negozio di materiale elettrico.
Importante
Utilizzare una prolunga ammessa per l’uso all’aperto
con una sezione minima di 1,5 mm² .
Controllare il cavo per assicurarsi che non vi siano danni.
Non utilizzare in nessun caso cavi danneggiati.
Durante la tosatura tenere lontano il cavo dalla lama.
Non far sfregare il cavo su spigoli, od oggetti appuntiti o
taglienti.
Non schiacciare il cavo.
1. Fissare il cavo di collegamento al motore con i nastri di
fissaggio sull’impugnatura della stegola.
2. Inserire il cavo nella presa sulla staffa d’impugnatura (fig. 13).
3. Bloccare il cavo sul dispositivo di allentamento tensione cavo
(fig. 14+15)
E'necessario usare sempre il dispositivo di allentamento
tensione cavo. Lasciare che il cavo nel dispositivo sia di
lunghezza sufficiente, di modo che questo possa muoversi
lungo l’intera larghezza dell’impugnatura della stegola (fig.
16).
4. Collegare il cavo alla rete elettrica.
Indicazione: quando si falcia, non utilizzare un cavo troppo
lungo. Comunque la lunghezza complessiva non deve superare
50 metri. Cavi troppo lunghi possono ridurre la potenza e/o
riscaldare eccessivamente il motore elettrico.
Per non riscaldare eccessivamente il tamburo viene suggerito di
svolgere completamente il cavo.
Allontanandosi dal tosaerba, sfilare la spina dalla
rete. Non estrarre la spina dalla presa tirando il cavo.
3.8 Branchement de la tondeuse à gazon
Indication: Nous recommandons d'alimenter les tondeuses
électriques utilisées à l'extérieure uniquement avec un dispositif
de protection contre courants d'erreur d'un courant de déclen-
chement maximal de 30mA.
Les dipositifs de protection peuvent être installés ou obtenus de
vendeurs spécialisés.
Important:
Utiliser les rallonges conformes pour l´utilisation à
l´extérieur avec une section d´au moins 1,5 mm².
Contrôlez si le câble est endommagé.
N´utilisez dans aucun cas des câbles endommagés.
Tenez le câble à l´écart des couteaux en tondant.
Ne laissez pas s´écorcher le câble aux arêtes ou aux objets
coupants.
Ne pas pincer le câble.
1. Fixez le câble du moteur au mancheron par les rubans de
fixage.
2. Branchez le câble dans la prise de courant du mancheron
(Illustration 13).
3. Bloquez le câble au dispositif de fixation coulissant
(Illustration 14+15).
Utilisez le dispositif de fixation dans tout les cas.
Il faut que le câble soit assez long pour que le dispositif de
fixation puisse mouvoir sur toute la largeur du mancheron
(Illustration 16).
4. Branchez le câble au réseau.
Indication: Utilisez uniquement un câble de rallonge d’une
longueur correspondant aux exigences de la tonte mais n’étant
pas supérieure à 50 m dans sa longueur totale. Des câbles
présentant une surlongueur occasionneront éventuellement des
pertes de puissance et/ou un risque plus élevé de surchauffe du
moteur électrique.
Dans le cas de l’utilisation d’une bobine de câble, dérouler le
câble totalement du tambour, la bobine de câble pouvant
s’échauffer de manière non autorisée.
Si vous vous éloignez de la tondeuse, débranchez-
la. Ne retirez pas la prise en tirant sur le câble.
3.8 Aansluiten van de maaimachine
Aanwijzing: Wij adviseren elektrische gazonmaaiers die in de
open lucht worden gebruikt, alleen via een differentiaalstroombe-
veiligingsvoorziening met een afschakelstroom van maximaal 30
mA te gebruiken. Zulke beveiligingsvoorzieningen kunnen door
uw specialist voor elektra worden geinstalleerd c.q. bij hem
worden gekocht.
Belangrijk:
Een voor het gebruik in de buitenlucht goedgekeurde
verlengkabel met tenminste 1,5 mm² kabeldiameter
gebruiken.
Kabel t.a.v. beschadigingen controleren.
In geen geval beschadigde kabels gebruiken.
Kabel bij het maaien bij het mes uit de buurt houden.
Kabel niet langs randen, spitse of scherpe voorwerpen laten
schuren.
Kabel niet inknellen.
1. Verbindingskabel naar de motor met de bevestigingsbanden
aan de duwstang bevestigen.
2. Kabel in de stekkerdoos aan de greepbeugels steken
(afb.13)
3. Kabel aan de trekontlasting borgen (afb.14+15)
Trekontlasting steeds gebruiken.
Kabel in de trekontlasting voldoende lang laten zodat de
trekontlasting over de gehele breedte van de duwsstang kan
worden bewogen (afb.16)
4. Kabel op het stroomnet aansluiten.
Aanwijzing: Maakt u enkel gebruik van zo veel verlengkabel
als voor het maaien noodzakelijk is, echter niet meer dan 50
meter totale lengte. Overlange kabels hebben eventueel
vermogensverliezen en/of een hoger risico van oververhitting
van de elektrische motor ten gevolg.
Bij gebruik van een kabeltrommel de kabel geheel van de
trommel afrollen, omdat zich de kabeltrommel anders ontoelaat-
baar kan verwarmen.
Bij het verlaten van de maaimachine de stekker uit
het stopcontact trekken. De stekker niet aan de
kabel uit het stopcontact trekken.
© 1998 by The Toro Company
25
4 Funzionamento
4.1 Avviamento ed arresto del tosaerba
4.2 Uso del sistema Recycler
®
4.3 Tosatura con cestello di raccolta per l’erba
4.4 Tosatura senza cestello di raccolta per l’erba
4.1 Avviamento ed arresto del tosaerba
Il cavo elettrico di alimentazione della rete non deve
trovarsi
nelle vicinanze dello chassis del tosaerba.
Avviamento
Importante - Rispettare l’ordine della procedura d’avviamento.
In caso contrario il motore non si avvierà.
1 posizionare il tosaerba su una superficie piana. Se l’erba è
alta sollevare leggermente il tosaerba premendo
sull’impugnatura della stegola.
2 premere il pulsante rosso sul lato di collegamento cavo
elettrico e tenerlo premuto (fig. 17).
3 sollevare la barra di comando verso l’impugnatura e lasciare il
pulsante rosso (fig. 17).
Il motore continua a funzionare per tutto il tempo in cui si
tiene la barra di comando.
Disinserimento
Lasciare la barra di comando.
La lama continua a funzionare per breve tempo .
Non allungare le mani sotto il tosaerba.
Arrestate il tosaerba prima di abbandonare l'area di lavoro.
Prima di ogni trasporto o sollevamento del tosaerba aspettare che
la lama sia ferma e sfilare la spina dalla rete.
4 Fonctionnement
4.1 Embrayer et débrayer la tondeuse à gazon
4.2 Recyclage
4.3 Tonte avec le collecteur d´herbes
4.4 Tonte sans collecteur d´herbes
4.1 Embrayer et débrayer la tondeuse à gazon
Il ne faut pas que le câble du réseau
se trouve à proximité du carter de la tondeuse.
Embrayer
Important - Observer l´ordre de la procédure d´embrayage.
Sinon, le moteur ne se mettra pas en marche.
1 Posez la tondeuse sur une surface plate. En cas d´herbes
longues, relevez légèrement la tondeuse en appuyant sur le
mancheron.
2 Enfoncez le bouton rouge à côté du logement de prise
(Illustration 17).
3 Relevez l´archet de commande vers le macheron et lâchez le
bouton rouge (Illustration 17).
Le moteur marchera aussi longtemps que l´archet de
commande sera tenu en position serrée.
Débrayer
Lâchez l´archet de commande.
La lame continuera à tourner pour une courte durée.
Ne tenez pas les mains sous la tondeuse à gazon.
Débrayez la tondeuse à gazon pour circuler en dehors de la
pelouse.
Attendez l´arrêt de la lame et retirez la fiche de contact avant de
transporter ou de porter la tondeuse à gazon.
4 Gebruik
4.1 In-en uitschakelen van de maaimachine
4.2 Recyclen
4.3 Maaien met grasopvangzak
4.4 Maaien zonder grasopvangzak
4.1 In- en uitschakelen van de maaimachines
Netkabel mag niet in de buurt van de
maaimachine liggen.
Inschakelen
Belangrijk: - Volgorde bij het inschakelen aanhouden.
Anders start de motor niet.
1 Maaimachine op een vlakke ondergrond plaatsen. Bij hoog
gras de maaimachine door op de duwstang te drukken
enigszins kantelen.
2 De rode knop aan de zijkant van de stekkerkast indrukken en
ingedrukt houden (afb. 17).
3 Schakelbeugel tegen de duwstang aan omhoog trekken en
rode knop loslaten (afb. 17)
De motor loopt zolang als de schakelbeugels vastgehouden
wordt.
Uitschakelen
Schakelbeugels loslaten
Mes loop kortstondig na.
Niet onder de maaimachine tasten.
Bij het rijden buiten het gazon moet de maaier worden uitgescha-
keld.
Voor het transport of het optillen van de maaimachine dient men te
wachten totdat het mes stilstaat en de stekker uit het stopcontact
te trekken.
© 1998 by The Toro Company
27
4.2 Uso del sistema Recycler
®
Per il riciclaggio, il tappo Recycler si deve trovare nel canale di
scarico.
1. Assicurarsi che il motore e la lama siano fermi.
2. Aprire il deflettore.
3. Inserire il tappo Recycler nel canale di scarico; il tappo
Recycler deve inserirsi fermamente in posizione (fig. 18).
4. Chiudere il deflettore.
Per togliere il tappo Recycler si deve spegnere il
motore e attendere che la lama sia ferma.
Aprire il deflettore ed estrarre il tappo Recycler. Chiudere il
deflettore.
Assicuratevi che la lama sia sempre affilata. Intaccature
possono essere eliminate tramite una lima (fate attenzione
all'equilibratura).
Dopo ogni uso si deve togliere l’erba rimasta attaccata sul lato
inferiore del tosaerba, sui deflettori e sul tappo Recycler
(fig. 19).
Nel caso in cui l’altezza dell’erba sia superiore o uguale a 15
cm, l’erba deve essere tagliata in due fasi.
Durante l'estate, si devono utilizzare le posizioni della regola-
zione dell’altezza di taglio C, D, E o F. Non si deve tagliare più
di un terzo dell'altezza dell’erba.
Per il taglio di erba particolarmente alta, è necessario selezionare
una delle posizioni di taglio più alte. Dopodiché continuare a
tagliare l’erba con la regolazione normale.
Accumuli d'erba o l'otturazione del tunnel di scario comportano
una riduzione di potenza o l’arresto del motore . In questi casi la
regolazione per la tosatura deve essere al minimo di 1 posizione
più alta.
4.2 Recyclage
Pour recycler, le bouchon de recyclage doit se trouver dans le
canal de sortie.
1. Faites attention à ce que le moteur et la lame soient arrêtés.
2. Ouvrez le clapet de sortie.
3. Mettez le bouchon de recyclage dans le canal de sortie. Il faut
que le bouchon de recyclage s´enclenche (Illustration 18).
4. Fermez le clapet de sortie.
Débrayez le moteur et attendez l´arrêt de la lame pour
enlever le bouchon de recyclage.
Ouvrez le clapet de sortie et enlevez le bouchon de recyclage.
Fermez le clapet de sortie.
Assurez-vous que la lame soit toujours aiguisée. Des aspérités
peuvent être enlevées à la lime (faites attention au balourd).
Enlevez après chaque utilisation les restes d´herbes de la partie
inférieure de la tondeuse, des déflecteurs et du bouchon de
recyclage (Illustration 19).
Si les herbes sont aussi ou plus longues que 15 cm, il faut
couper le gazon en deux fois.
Utilisez les positions de hauteur de coupe C, D, E ou F si l´été
est chaud. Il ne faut pas couper plus d´un tiers du brin d´herbe.
En tondant du gazon long, choisissez d´abord une hauteur de
coupe plus haute. A la suite, tondez avec la hauteur standard.
Des tas d´herbes et un bourrage du canal d´éjection conduisent
au ralentissement ou à l´arrêt du moteur. En ce cas, tondez au
minimum dans une position plus haute.
4.2 Recyclen
Voor het recyclen moet de recycler-stop in het uitwerpkanaal
aanwezig zijn.
1. Overtuigt u er zich van, dat de motor en het mes stilstaan.
2. Uitwerpklep openen.
3. Recycler-stop in het uitwerpkanaal schuiven. Recycler-stop
moet vergrendelen (afb. 18).
4. Uitwerpklep sluiten.
Om de recycler-stop te verwijderen dient de motor te
worden uitgeschakeld en te worden afgewacht totdat
het mes stilstaat.
Uitwerpklep openen en recycler-stop eruit trekken. Uitwerpklep
sluiten.
Overtuigt u er zich van dat het snijmes steeds scherp is.
Bramen kunnen met een vijl worden verwijderd (op onbalans
letten).
Na elk gebruik moeten grasresten van de onderkant van de
maaimachine, van de deflectoren en van de recycler-stop
worden verwijderd (afb. 19)
Bij grashoogten van 15 cm of hoger dient het gazon in twee
keer te worden gemaaid.
In hete zomers dient men de maaihoogte-standen C, D, E of F
te gebruiken. Men dient niet meer dan een derde van de
grashalm af te maaien.
Bij het maaien van hoog gras dient men eerst een hogere
maaistand te kiezen. Daarna op de normale instelling maaien.
Klonterend gras en verstopping van het maaikanaal leiden tot
verlaging van het motortoerental of tot stilstand van de motor.
Maai in dergelijke gevallen tenminste 1 stand hoger.
© 1998 by The Toro Company
29
Nel caso in cui il motore si fosse arrestato a causa delle condizio-
ni nello chassis del tosaerba e al suo reinserimento dovesse
rimanere bloccato, si rende assolutamente necessario liberare il
tunnel di scario del tosaerba dai resti d’erba (fig 20).
Per la pulizia del tosaerba si deve sfilare la spina dalla
rete.
Cambiare più volte la direzione di tosatura (fig. 21).
Se il taglio dell’erba fosse insoddisfacente:
1. affilare la lama (attenzione all'equilibratura);
2. tagliare l’erba più lentamente;
3. aumentare l’altezza di taglio di una o due posizioni;
4. tagliare l’erba ad intervalli più brevi;
5. tagliare soltanto 2/3 o la metà della larghezza tagliabile
affinché il tosaerba abbia la possibilità di pulirsi da solo.
4.3 Tosatura con cestello di raccolta per l’erba
Non togliere mai il cestello per la raccolta dell’erba a
motore acceso - pericolo di lesioni !
1. Assicurarsi che il motore e la lama siano fermi. Togliere il
tappo Recycler !
2. Pulire la zona di scarico dai residui d’erba.
3. Agganciare il cestello per la raccolta dell’erba nei supporti
sullo chassis del tosaerba (fig. 22)
4. Chiudere il deflettore fino all’attrezzatura del cestello per la
raccolta dell’erba.
Per svuotare il cestello per la raccolta dell’erba spegnere il
motore ed attendere fino a quando la lama non sia ferma.
Prima di allontanarsi dal tosaerba sfilare la spina dalla rete.
Togliere il cestello per la raccolta dell’erba e ribaltarlo leggermen-
te all’indietro affinché l’erba non possa fuoriuscire.
Svuotare il cestello pieno per la raccolta dell’erba scuotendolo
leggermente (fig. 23)
Si le moteur s´est arrêté à cause des conditions dans le carter de
la tondeuse et s´il bloque au redémarrage, il est absolument
nécessaire d´enlever l´herbe accumulée dans le canal d´éjection
(Illustration 20).
Retirez la fiche de contact pour nettoyer la tondeuse à
gazon.
Changez régulièrement le sens de tonte (Illustration 21).
Si la tonte n´est pas satisfaisante:
1. Aiguisez la lame (il ne faut pas créer de balourd).
2. Tondez plus doucement.
3. Augmentez la hauteur d´une ou deux positions.
4. Tondez le gazon plus régulièrement.
5. Seulement tondre deux tiers ou la moitié de la largeur pour
donner la possibilité d´autonettoyage à la tondeuse à gazon.
4.3 Tonte avec le collecteur d´herbes
N´enlevez jamais le collecteur d´herbes avec le
moteur en marche - danger de blessure!
1. Assurez-vous que le moteur et la lame ne tournent plus.
Enlevez le bouchon de recyclage!
2. Nettoyez la zone de sortie d´herbes.
3. Fixez le collecteur d´herbes aux fixations se trouvant sur le
carter de la tondeuse à gazon (Illustration 22).
4. Refermez le clapet de sortie sur le collecteur d´herbes.
Arrêtez le moteur et attendez l´arrêt de la lame avant de vider
le collecteur d´herbes.
Retirez la prise, si vous vous éloignez de la tondeuse.
Enlevez le collecteur d´herbes et inclinez un peu vers l´arrière
pour que les herbes ne tombent pas.
Videz le collecteur d´herbes plein en le secouant un peu
(Illustration 23).
Mocht de motor door omstandigheden in de maaimachine tot
stilstand zijn gekomen en bij het opnieuw inschakelen blokkeren,
dan is het absoluut noodzakelijk de maaimachinetunnel van
grasresten te ontdoen (afb. 20).
Voor het reinigen van de maaimachine de stekker uit
het stopcontact trekken.
Maairichting regelmatig veranderen (afb. 21).
Als het maaipatroon niet in orde is:
1. Mes slijpen (er mag geen onbalans ontstaan)
2. Langzamer maaien.
3. Maaihoogte een of twee standen verhogen.
4. Gazon in kortere intervallen maaien.
5. Slechts 2/3 of de halve maaibreedte maaien om de maaima-
chine de mogelijkheid te gaven zichzelf te reinigen.
4.3 Maaien met grasopvangzak
De grasopvangzak nooit verwijderen terwijl de motor
loopt - gevaar voor letsel!
1. Overtuigt u zich ervan dat de motor en het mes stilstaan.
Recycler-stop verwijderen!
2. Grasuitwerpgedeelte van grasresten ontdoen.
3. Grasopvangzak in de houders aan de maaimachine ophangen
(afb. 22).
4. Uitwerpklep tot aan de grasopvangzak sluiten.
Voor het leegmaken van de grasopvangzak de motor uitzet-
ten en wachten tot het mes stilstaat.
Bij het verlaten van de maaimachine de stekker uit het
stopcontact trekken.
De grasopvangzak verwijderen en enigszins naar achteren
kantelen zodat er geen gras uitvalt.
De volle grasopvangzak door licht te schudden leegmaken
(afb. 23)
© 1998 by The Toro Company
31
4.4 Tosatura senza cestello di raccolta per l’erba
Non togliere mai il cestello per la raccolta dell’erba a
motore acceso - pericolo di lesioni !
Si raccomanda la tosatura senza cestello per la raccolta dell’erba
quando si taglia erba alta o non si desidera raccogliere l’erba.
Togliere il cestello per la raccolta dell’erba ed il tappo Recycler !
(fig. 24+25)
4.4 Tonte sans collecteur d´herbes
N´enlevez jamais le collecteur d´herbes avec le
moteur en marche - danger de blessure!
La tonte sans collecteur d´herbes est recommandée si les herbes
sont longues ou si vous ne souhaitez pas de récolte d´herbes.
Enlevez le collecteur d´herbes et le bouchon de recyclage !
(Illustration 24+25)
4.4 Maaien zonder grasopvangzak
De grasopvangzak nooit verwijderen terwijl de motor
loopt - gevaar voor letsel!
Maaien zonder grasopvangzak wordt aanbevolen, wanneer er
hoog gras wordt gemaaid of wanneer er geen grasopname
gewenst is.
De grasopvangzak en recycler-stop verwijderen!
(afb. 24+25)
© 1998 by The Toro Company
33
5 Manutenzione
5.1 Controllo di eventuali danni alla lama
5.2 Pulizia del tosaerba
5.3 Rimessaggio del tosaerba
5.1 Controllo di eventuali danni alla lama
Durante tutti gli interventi sul tosaerba spegnere il
motore,
attendere che la lama sia ferma e sfilare la spina dalla
rete.
Pericolo di lesioni!
Nel caso in cui la lama di taglio urtasse contro un oggetto duro,
come p.es. un sasso, si deve procedere nel modo seguente:
spegnere il tosaerba e sfilare la spina dalla rete;
appoggiare il tosaerba sul lato;
controllare prudentemente se lo spigolo tagliente è stato
eventualmente danneggiato (fig. 26).
Non continuare a utilizzare lame piegate o danneggiate,
queste devono essere sostituite.
Impiegare soltanto lame TORO originali. Queste lame sono state
costruite appositamente per questa apparecchiatura e garantisco-
no un rendimento e sicurezza perfetti ed una lunga durata.
Far affilare le lame consumate.
Per motivi di sicurezza la lama potrà essere affilata soltanto fino al
contrassegno (fig. 27).
Un uso prolungato della stessa lama può comportare il
consumo e modifiche della sezione della lama. Di
conseguenza, la lama potrebbe rompersi e parti di
essa potrebbero venir scagliate fuori dal tosaerba.
Utilizzare il tosaerba soltanto con una lama perfetta!
Usare soltanto pezzi di ricambio originali o autorizzati dalla
TORO.
5 Entretien et maintenance
5.1 Contrôle de la lame pour trouver d´éventuels
endommagements
5.2 Nettoyage de la tondeuse à gazon
5.3 Stockage de la tondeuse
5.1 Contrôle de la lame pour trouver d´éventuels
endommagements
Débrayez le moteur pour tous les travaux à la
tondeuse.
Attendez l´arrêt de la lame et retirez la prise.
Danger de blessure!
Après que la lame ait heurté un objet dur tel qu´une pierre,
procédez comme suit:
Débrayez la tondeuse et retirez la prise.
Renversez la tondeuse sur le côté.
Examinez le tranchant de la lame prudemment pour trouver
d´éventuels endommagements (Illustration 26).
N´utilisez plus une lame déformée ou endommagée. Il faut la
remplacer.
Utilisez seulement les lames d´origine TORO. On les a
spécialement construits pour cette machine pour garantir une
performance impeccable, la sécurité et une longue durée de vie.
Faites aiguiser les lames qui ne coupent plus.
Pour des raisons de sécurité, il est seulement permis de les
aiguiser jusqu´au marquage (Illustration 27).
Si vous utilisez une lame trop longtemps, cela peut
conduire à l´usure et à la réduction excessive de sa
largeur. La lame peut se casser et les morceaux
peuvent être projetés par la tondeuse à gazon.
Utilisez la tondeuse seulement avec une lame impeccable!
Utilisez seulement les pièces de rechange d´origine ou les pièces
admises par TORO.
5 Onderhoud en verzorging
5.1 Controle van het mes op beschadiging
5.2 Reiniging van de maaier
5.3 Maaier bewaren
5.1 Controle van het mes op beschadiging
Bij alle werkzaamheden aan de maaimachine de motor
uitzetten,
wachten totdat het mes stil staat en de stekker uit het
stopcontact trekken.
Gevaar voor letsel!
Nadat de maai-inrichting op een hard voorwerp, zoals bijvoorbeeld
op een steen, is gestoten, dient men als volgt te werk te gaan:
Maaimachine uitzetten en stekker uit het stopcontact trekken
Maaimachine op de juiste kant leggen
Snijkant van het mes voorzichtig op beschadiging onderzoeken
(afb. 26)
Verbogen of beschadigde messen niet verder gebruiken.
Deze moeten worden vervangen.
Uitsluitend originele TORO-messen gebruiken. Deze werden
speciaal voor dit apparaat geconstrueerd en verzekeren een
correcte werking, veiligheid en lange levensduur.
Stompe messen laten bijslijpen.
Om veiligheidsredenen mag er slechts tot aan de markering
worden geslepen (afb. 27).
Een te lang gebruik van hetzelfde mes kan tot slijtage
en veranderingen aan de mesdiameter leiden. Het
breken van het mes kan hiervan het gevolg zijn en
delen van het mes kunnen worden weggeslingerd.
De maaimachine uitsluitend met correcte messen gebruiken!
Uitsluitend originele reserveonderdelen of door TORO aanbevo-
lendelen gebruiken.
© 1998 by The Toro Company
35
5.2 Pulizia del tosaerba
Durante i lavori di pulizia del tosaerba, spegnere il
motore dello stesso, attendere che la lama sia ferma e
sfilare la spina dalla rete. Pericolo di lesioni!
Non spruzzare acqua sul tosaerba.
Pericolo di danni al motore !
Pulire lo sporco e resti d’erba con un panno.
Appoggiare il tosaerba sul lato e pulire la parte inferiore dello
chassis (fig. 28).
5.3 Rimessaggio del tosaerba
Estrarre il cavo elettrico di alimentazione dalla rete dal motore e
conservarlo in un luogo protetto.
Pulire il tosaerba.
Controllare tutti i bulloni, le viti ed i dadi.
Sostituire le parti danneggiate.
Usare soltanto pezzi di ricambio originali della TORO o consultare
un rivenditore TORO specializzato e qualificato.
Conservare il tosaerba in un luogo pulito ed asciutto.
A tal fine si può ripiegare la stegola di guida (fig. 29).
Non schiacciare il cavo.
5.2 Nettoyage de la tondeuse à gazon
Débrayez le moteur pour les travaux de nettoyage à la
tondeuse à gazon, attendez l´arrêt de la lame et
retirez la prise. Danger de blessure!
Ne lavez pas la tondeuse avec de l´eau.
Danger de pannes de moteur!
Enlevez les salissures et les restes d´herbes avec un chiffon.
Retournez la tondeuse sur le côté et nettoyez la partie inférieure
du carter (Illustration 28).
5.3 Stockage de la tondeuse
Retirez le câble de réseau de la tondeuse et conservez-le à un
endroit protégé.
Nettoyez la tondeuse à gazon.
Inspectez tous les boulons et écrous et toutes les vis.
Remplacez les pièces endommagées.
Utilisez seulement les pièces de rechange d´origine TORO ou
addressez-vous à un agent agrée.
Mettez la tondeuse à un endroit sec et propre.
Pour faire cela, le mancheron peut être replié (Illustration 29).
Ne pas pincer les câbles.
5.2 Reinigen van de maaimachine
Bij reinigingswerkzaamheden aan de maaimachine de
motor uitzetten, afwachten totdat het mes stilstaat en
de stekker uit het stopcontact trekken. Gevaar voor
letsel!
Maaimachine niet met water afspuiten.
Gevaar voor motorschade !
Vuil en grasafval met een doek wegwrijven.
Maaimachine op de correcte kant leggen en de onderkant van de
machine reinigen (afb. 28).
5.3 Maaimachine bewaren
Netkabel van de maaimachine aftrekken en op een beschermde
plaats bewaren.
Maaimachine reinigen.
Alle bouten, schroeven en moeren controleren.
Beschadigde delen vervangen.
Uitsluitend originele TORO-reserveonderdelen gebruiken resp.
gekwalificeerde TORO-vakhandel opzoeken.
Maaimachine op een schone, droge plaats bewaren.
De duwstang kan hiervoor worden omgeklapt (afb. 29).
Kabel niet afknellen.
© 1998 by The Toro Company
37
6 Pièces de rechange et dépistage des pannes
6.1 Instructions concernant la commande des pièces de
rechange
6.2 Adresse du service après vente
6.3 Dépistage des pannes
6.4 Pièces de rechange
6.1 Instructions concernant la commande des pièces de
rechange
Utilisez seulement les pièces de rechange d´origine TORO ou les
pièces de rechange admises par le constructeur.
Seulement en faisant cela votre sécurité et la sécurité
d´autres personnes sera garantie.
Vous trouverez les numéros de modèle et de série de votre
tondeuse à gazon sur la plaque signalétique (Illustration 30).
Veuillez toujours indiquer les deux numéros en commandant des
pièces de rechange ou dans votre correspondance.
Notez ici les numéros de modèle et de série de votre tondeuse à
gazon TORO.
Numéro de modèle:
Numéro de série:
Des pièces de rechange peuvent être obtenues de tous les
services après vente de TORO en indiquant les numéros de
modèle et de série.
6.2 Adresse du service après vente
Notez ici le service après vente de TORO le plus proche:
6 Pezzi di ricambio e ricerca guasti
6.1 Indicazioni per l’ordinazione dei pezzi di ricambio
6.2 Indirizzo dell’assistenza post-vendita
6.3 Ricerca di guasti
6.4 Pezzi di ricambio
6.1 Indicazioni per l’ordinazione dei pezzi di ricambio
Usate soltanto i pezzi di ricambio originali TORO o pezzi autoriz-
zati da parte del costruttore.
Soltanto così è garantita la vostra sicurezza e la sicurezza di
terzi.
Sulla targhetta modello si trovano il numero del modello e di serie
del tosaerba (fig. 30).
Ordinando dei pezzi di ricambio o nella corrispondenza relativa al
vostro tosaerba indicare sempre entrambi i numeri.
Annotate qui i numeri del modello e di serie del vostro tosaerba
TORO
Numero modello:
Numero serie:
I pezzi di ricambio possono essere acquistati presso i centri
assistenza TORO indicando i numeri del modello e di serie.
6.2 Indirizzo dell’assistenza post-vendita
Annotate qui l'indirizzo del centro assistenza TORO più vicino:
6 Reserveonderdelen en storingen opsporen
6.1 Aanwijzingen voor het bestellen van reserveonderdelen
6.2 Klantenservice-adres
6.3 Storingen opsporen
6.4 Reserveonderdelen
6.1 Aanwijzingen met betrekking tot de bestelling van de
reserveonderdelen
Gebruik uitlsuitend originele TORO-reserveonderdelen of door de
producent goedgekeurde delen.
Slechts op die manier is uw veiligheid en de veiligheid van
anderen gegarandeerd.
Op het typeplaatje bevinden zich het model- en serienummer van
de gazonmaaier (afb. 30).
Bij reserveonderdeelbestellingen of correspondentie dient u
steeds beide nummers te vermelden.
Vul hier het model- en serienummer van uw TORO-gazonmaaier
in
Model-Nn.:
Serienummer:
Reserveonderdelen kunnen bij elke TORO-klantenservice onder
vermelding van het model- en serienummer worden besteld.
6.2 Klantenservice-adres
Vul hier de dichtstbijgelegen TORO-klantenservice in:
© 1998 by The Toro Company
39
Ricerca guasti
Problema Cause possibili Rimedio
Il motore non si avvia.
Tempo di arresto
lama
superiore a 3 secondi.
Il motore vibra o non
funziona regolarmente.
Il motore si spegne
durante il suo funziona-
mento.
1. Il cavo di collegamento alla
rete non è inserito o non è
inserito correttamente.
2. Il motore è difettoso.
3. La rete elettrica è difettosa
(fusibile o interruttore).
4. Troppa erba nello chassis.
1. Freno di sicurezza è difettoso.
1. La vite della lama è allentata.
2. La lama non è equilibratura.
1. Sovraccarico del motore
dovuto alle condizioni esistenti.
1. Collegare la spina alla rete.
2. Consultare un centro assistenza
TORO autorizzato.
3. Controllare la rete elettrica.
4. Sfilare la spina della rete. Pulire lo
chassis.
1. Consultare un centro assistenza
TORO autorizzato.
1. Serrare la vite della lama a 15 Nm
.
2. Rivolgersi ad un centro assistenza
TORO autorizzato per
l'equilibratura.
1. Aumentare l’altezza di taglio.
Ridurre la velocità di la-
voro.
STORINGEN OPSPOREN
Probleem Mogelijke oorzaken Oplossing
De motor start niet.
Mesnalooptijd
langer dan 3 seconden.
Motor trilt of loopt
onregelmatig.
Motor slaat gedurende
het gebruik af.
1. Netaansluitkabel is niet of niet
correct in het stopcontact
gestoken.
2. De motor is defect.
3. Het stroomnet heeft schade
(zekering of schakelaar).
4. Teveel grasafval in de maaima-
chine.
1. Nalooprem defect.
1. Messchroef is los.
2. Mes niet uitgebalanceerd.
1. Overbelasting van de motor door
de aanwezige omstandigheden.
1. Netstekker aansluiten.
2. Geautoriseerde TORO-
klantenservice opzoeken.
3. Stroomnet controleren.
4. Netstekker eraf trekken. Kast
schoonmaken.
1. Geautoriseerde TORO-
klantenservice opzoeken.
1. Messchroef met 15 Nm
aandraaien.
2. uitbalancering van het mes
door een TORO-klantenservice
laten controleren.
1. Maaihoogte vergroten. Loop-
snelheid verminderen.
© by The Toro Company
47
7 Tips voor de gazonverzorging
7.1 Lente
7.2 Zomer
7.3 Herfst
7.4 Winter
7.1 Lente
Schoonmaken: het gras dient twee of drie weken voordat de
normale groei begint één keer te worden gemaaid en gereinigd. Bij
het maaien wordt de maaihoogte zo ingesteld dat er ca. 1,5 cm
van het rustende gras wordt afgemaaid. Hierdoor bewerkstelligt
men dat het gazon vroegtijdig groen wordt. Bij het gebruik van de
als toebehoren leverbare grasopvangzak kan het winterafval
hiermee worden verwijderd, men dient van tevoren echter metalen
voorwerpen, stenen, scherven enz. - die de grasopvangzak
kunnen beschadigen - te verwijderen.
Verticuteren: de grond dient met een mechanisch loswerkappa-
raat (verticuteerapparaat) te worden bewerkt. Door het loswerken
kunnen lucht, water en meststoffen gemakkelijker in de bodem
dringen, zodat een diepe wortelgroei wordt gestimuleerd.
Bemesting: op gazons strooit men in het voorjaar speciale
gazonkunstmest. Deze bemesting dient één of twee keer te
worden herhaald in de loop van de vegetatieperiode, afhankelijk
van de eisen die aan het gazon worden gesteld. Wie tot in de
winter een intens groen, dicht gazon wenst, strooit de laatste keer
in de nazomer. Het is in ieder geval aan te bevelen de kunstmest
spoedig na het strooien grondig te laten inregenen resp. het
gazon met water te sproeien. Hier dient er echter op te worden
gelet dat op ongelijkmatige ondergronden of bij het sproeien met
een te scherpe “waterstraal” wordt voorkomen dat de kunstmest
zich ophoopt. Bovendien dient de kunstmest niet op een net
gemaaid gazon te worden gestrooid, maar enkele dagen ervoor of
erna. Elke bemesting heeft een dichter gazon tot gevolg, waarbij
de groei echter ook wordt versneld.
Men dient er daarom op te letten dat er tijdig wordt gemaaid,
omdat anders de waardevolle grassoorten die uitlopers produce-
ren worden onderdrukt. Het is een grote fout een hoog opgescho-
ten gazon vervolgens weer zeer kort af te maaien. Als er te kort
wordt afgemaaid, ontstaan er, met name bij droogte, bruine
plekken op het gazon, die dan dikwijls abusievelijk als beme-
stingsschade worden aangeduid.
Water sproeien: goed bevochtigen is van belang om een gezond
gazon te krijgen. Diepe bevochtiging, wanneer het gras deze het
meest nodig heeft (kort voor het verwelken), stimuleert een diepe
wortelgroei. Veelvuldig en oppervlakkig sproeien leidt ertoe dat de
wortels in de buurt van het aardoppervlak worden geconcentreerd
en dat de onkruidgroei wordt gestimuleerd.
Maaien: regelmatig maaien is voor het behoud van een gezond
gazon onontbeerlijk. Men kan het best zo dikwijls maaien dat er
niet meer dan 1/3 van de grasnerf wordt afgemaaid. Dun of vers
ingezaaid gazon dient op 3,5 cm te worden afgemaaid. Dit dient
men ca. 4 tot 5 weken te herhalen, zodat het gazon groeit en
dichter wordt.
Onkruid-, insecten- en ziektebestrijding de meest vakhandela-
ren hebben speciale chemicaliën ter bestrijding van onkruid,
insecten en ziekten van verschillende aard in hun assortiment. De
aanwijzingen van de fabrikant ten aanzien van de gebruiksfre-
quentie, de milieu-effecten en het gebruik van de voorgeschreven
middelen dienen steeds te worden nageleefd.
Inzaaien: hoewel de herfst er het meest gunstige jaargetijde voor
is, kan gazon in het kader van de normale voorjaarsbehandeling
ook worden ingezaaid.
7.2 Zomer
Maaien: gedurende de warme en droge zomermaanden mag het
gazoin niet te kort worden gemaaid, omdat daardoor het gras
alleen bovenmatig uitdroogt en verdort. Als er met de grasopvan-
ginrichting wordt gemaaid, kunnen hiermee onkruid, onkruidzaden
en eventuele andere ongewenste planten worden verwijderd.
Loswerken: afhankelijk van de staat van de ondergrond is het
goed het gazon van tijd tot tijd los te werken, met name in een
droge zomer.
Bevochtigen: gedurende de warme zomermaanden is verwelkt
gras een teken van waterbehoefte. Diepgaande bevochtiging is
gedurende deze maanden raadzaam. Naast de traditionele
beregeningsmethode met tuinslangen zijn er ook in de grond
aangelegde beregeningssystemen beschikbaar, welke eveneens
door TORO worden vervaardigd. Deze beregeningssystemen
werken automatisch, zijn echter ook voor handmatige bediening
verkrijgbaar.
7.3 Herfst
Maaien: in de herfst dient er volgens dezelfde richtlijnen te
worden gemaaid, zoals deze voor de zomermaanden vastgelegd
zijn. In de herfst wordt er gemaaid zolang de grasgroei dit nodig
maakt. Bij het gebruik van de grasopvangzak wordt het loof
automatisch verzameld en enigszins klein gehakt in een zak en is
geschikt voor compostvorming.
Tips voor het fijn hakken van loof: men kan de recycler ook
voor het fijn hakken van loof of ander tuinafval gebruiken. Als u het
loof echter in vuilniszakken wenst te verzamelen, is het aantal te
vullen zakken geringer, omdat het loof vooraf wordt fijn gehakt en
zodoende op een geringer vulvolume wordt gebracht.
Een deel van het maaigoed zal bij het werken met de grasop-
vangzak desondanks in het gazon terecht komen en kan tot het
volgende voorjaar waardevolle voedingsstoffen aan de bodem
afgeven als meststof.
Overtuigt u er zich voor het maaien van dat het loof droog is.
Voordat u met de “recycling” ophoudt, dient u er zich van te
overtuigen dat ca. 50 % van het gazon op het gemaaide
oppervlak nog zichtbaar is..
Om al het loof op te nemen en fijn te hakken is het ook zinvol
langzamer te lopen en zodoende alle deeltjes in het gazon op te
nemen.
In het voorjaar verdient het aanbeveling om, wanneer er grote
hoeveelheden eikenloof aanwezig zijn, wat kalk op het gazon te
strooien om het bladzuur te binden.
Bevochtigen: omdat de grond aan het begin van de wintermaan-
den vochtig dient te zijn, is regelmatig bevochtigen in de herfst
even belangrijk als gedurende de zomermaanden.
Inzaaien: dit jaargetijde is het best geschikt om nieuw gazon in te
zaaien of om het bestaande gazon bij te zaaien.
7.4 Winter
Voorbereiding van het gazon voor de winter: wie een fraai,
steeds groen gazon wenst te verkrijgen, dat zonder schade te
veroorzaken kan worden belast, dient het om de twee of drie jaar
voor het invallen van de winter met compostaarde of een hum-
mesmeststof te bedekken. De fijn gehakte humusmeststof wordt
na het uitstrooien grondig in het gras geharkt.

Documenttranscriptie

2 Allgemeines 4 Généralités 5 Informazioni generali 5 Algemeen 5 Sicherheit 8 Sécurité 10 Sicurezza 12 Veiligheid 14 Montage und Inbetriebnahme 16 Assemblage et mise en service 17 Montaggio e messa in funzione 17 Montage en ingebruikname 17 Betrieb 24 Fonctionnement 25 Funzionamento 25 Werking 25 © 1998 by The Toro Company 1 Généralités 1 Informazioni generali 1 Algemeen 1.1 1.2 Introduction Spécifications concernant les restrictions de la tonte du gazon Caractéristiques techniques générales 1.1 1.2 Introduzione Disposizioni su eventuali limitazioni nell’uso del tosaerba Dati tecnici 1.1 1.2 1.3 Inleiding Voorschriften over de tijdsbeperkingen bij het maaien Technische gegevens 1.3 1.1 Introduction La tondeuse à gazon de TORO a été construite selon les aspects techniques et physiologiques les plus modernes tenant compte des prescriptions de sécurité existantes. Grâce à son équipement particulier, la tondeuse à gazon Recycler®- est en mesure de couper herbes et feuilles plusieurs fois. Cette matière de coupe très fine est ramenée à la pelouse par la tondeuse à gazon. Lisez attentivement le mode d´emploi et familiarisez-vous avec les instructions de sécurité, d´assemblage, de service et d´entretien. La tondeuse à gazon de TORO est destinée à l´utilisation privée dans le jardin particulier ou de loisirs. Ce sont ces tondeuses à gazon dont l´utilisation annuelle n´excède pas 50 heures en règle générale et qui sont particulièrement utilisées pour les soins de gazon ou pelouses, mais qui ne sont pas utilisées dans des lieux publics, des parcs, des terrains de sport etc. et non plus au bord des rues ou dans l´agriculture et l´exploitation forestière, qui passent pour des tondeuses à gazon destinées à l´utilisation privée dans les jardins particuliers et de loisirs. L´observation du mode d´emploi de TORO ci-joint est la condition pour une utilisation conforme aux règles de la tondeuse à gazon. Le mode d´emploi contient aussi les conditions du fonctionnement, de l´entretien et du maintien en bon état. Sécurité Symbole pour la sécurité au travail, vous trouverez ce symbole à côté de toutes les instructions concernant la sécurité au travail si des personnes pouvaient être blessées. Il faut absolument que vous observiez ces instructions. Les instructions concernant la sécurité au travail devraient aussi être données à d´autres utilisateurs. De plus, il faut observer les prescriptions de sécurité et les instructions préventives contre les accidents universellement reconnues. Symbole pour l´attention, ce symbole marque les points qu´il faut observer en particulier pour éviter l´endommagement ou la destruction de la machine. © by The Toro Company 1.3 1.1 Introduzione Il tosaerba TORO è stato costruito in base agli attuali aspetti tecnici e fisiologici, tenendo conto delle norme di sicurezza vigenti. Grazie ad una particolare applicazione, il tosaerba Recycler®- può sminuzzare erba e foglie tagliandole ripetutamente. Il tosaerba distribuisce queste particelle finissime d’erba e di foglie di nuovo sul prato, di modo che possano essere riciclate dallo stesso. Leggete attentamente le presenti istruzioni per l’uso e familiarizzate con le istruzioni di sicurezza, di montaggio, d’uso e di manutenzione. Il tosaerba TORO è previsto per l’uso privato nei giardini. I tosaerba per l’uso nei giardini privati di piccole dimensioni sono previsti di regola per un impiego annuo di non più di 50 ore e vengono utilizzati soprattutto per curare prati o tappeti erbosi di giardini e non possono essere impiegati per la cura aree verdi pubbliche, parchi, impianti sportivi ecc. né aree verdi lungo le strade o per zone agricole o forestali. Premessa per un uso regolare del tosaerba è il rispetto delle istruzioni per l’uso allegate da TORO. Le istruzioni per l’uso contengono anche le condizioni per l’azionamento, la manutenzione, il controllo e la riparazione. 1.1 Inleiding De TORO gazonmaaier werd volgens de nieuwste technische en fisiologische richtpunten bij inachtneming van de geldende veiligheidsvoorschriften gecontroleerd. De recycler-maaimachine is door zijn speciale uitrusting in staat om gras en bladeren meedere keren te verkleinen. Dit zeer fijne maaiprodukt wordt door de gazonmaaier weer in het gazon ingebracht. Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en maakt u zich vertrouwd met de veiligheids-, montage-, bedienings- en onderhoudsaanwijzingen, De TORO gazonmaaier is bestemd voor privégebruik in de huisen hobbytuin. Als gazonmaaier voor de particuliere huis- en hobbytuin worden gazonmaaiers beschouwd, die jaarlijks over het algemeen niet meer dan 50 uur worden gebruikt en overwegend voor het bijhouden van gras- of gazonvlakken worden gebruikt, niet echter in openbare gelegenheden zoals parken, sportaccommodaties enz. en langs wegen alsmede in de land- en bosbouw. Het naleven van de door TORO bijgevoegde gebruiksaanwijzing is een voorwaarde voor een correct gebruik van de gazonmaaier. De gebruiksaanwijzing bevat ook bedrijfs-, onderhouds/ en instandhoudingsvoorwaarden. Sicurezza Veiligheid Simbolo riguardante la sicurezza sul lavoro; questo simbolo caratterizza tutte le istruzioni di sicurezza sul lavoro che comportano pericolo per la salvaguardia delle persone. Rispettare assolutamente queste istruzioni. Trasmettete le istruzioni di sicurezza sul lavoro anche ad altri utenti. Inoltre si devono rispettare le norme di sicurezza e quelle antinfortunistiche generalmente vigenti. Arbeidsveiligheidssymbool, dit symbool vindt u bij alle arbeidsveiligheidsinstructies, waarbij gevaar voor letsel bij personen bestaat. Deze instructies moeten steeds worden nageleefd. De arbeidsveiligheidsinstructies dienen ook aan andere gebruikers te worden doorgegeven. De algemeen geldende veiligheids- en ongevallenpreventievoorschriften moeten eveneens in acht worden genomen. Avviso di attenzione; questo simbolo caratterizza tutti i punti che sono da rispettare in modo particolare onde evitare danni o la distruzione dell’apparecchio. Attentie-aanwijzing, dit symbool duidt de punten aan, waarop de aandacht speciaal dient te worden gevestigd om beschadigingen of vernieling van het apparaat te voorkomen. 5 1.2 Spécifications concernant les restrictions de la tonte du gazon Dans les différentes régions, le fonctionnement de tondeuses à gazon est réglé différemment par la loi. L´autorité compétente vous informera volontiers sur les ordonnances et les restrictions régionales, surtout en ce qui concerne la protection de la sieste ou des régions particulièrement sensibles. 1.3 Caractéristiques techniques générales Electro-Recycler 34 cm Largeur de coupe: 34 cm Type de moteur: CRB 52/21A avec frein Puissance: 1100 W Tension: 230 V~ 50 Hz Ampérage: 5,5 A Tours-minute du moteur: 2800 min-1 Vibrations au mancheron ahw: 4 m/sec2 (mesurées selon pr EN 1033) Poids: 17 kg Dimensions: Longueur x largeur x hauteur = 80 x 38 x 35 cm (repliée) Electro-Recycler 40 cm Largeur de coupe: Type de moteur: Puissance: Tension: Ampérage: Tours-minute du moteur: Vibrations au mancheron ahw: Poids: Dimensions: © by The Toro Company 40 cm CRB 72/21 A avec frein 1400 W 230 V~ 50 Hz 6,5 A 2800 min-1 4 m/sec2 (mesurées selon pr EN 1033) 19 kg Longueur x largeur x hauteur = 88 x 44 x 35 cm (repliée) 1.2 Disposizioni su eventuali limitazioni nell’uso del tosaerba L’uso dei tosaerba è subordinato a disposizioni di legge che differiscono da regione a regione. Per quanto riguarda le disposizioni ed eventuali restrizioni regionali, particolari, ci si può rivolgere alle autorità competenti che daranno volentieri le informazioni necessarie. 1.3 Dati tecnici Electro-Recycler 34 cm Larghezza di taglio: 34 cm Tipo motore: CRB 52/21A con freno Potenza: 1100 W Tensione: 230 V~ 50 Hz Corrente assorbita: 5,5 A Numero giri motore: 2800 min-1 Vibrazioni sulla stegola ahw: 4 m/sec2 (misurato in base a pr EN 1033) Peso: 17 kg Dimensioni : lungh. x largh. x alt. = 80 x 38 x 35 cm (ripiegato) 1.2 Voorschriften ten aanzien van tijdsbeperkingen bij het maaien Het gebruik van gazonmaaiers is regionaal aan verschillende wettelijke voorschriften onderworpen. Ten aanzien van voorschriften en regionale beperkingen, met name ten aanzien van het naleven van de middagsrust op bijzonder gevoelige gebieden, verstrekt het bevoegde gezag gaarne informatie. 1.3 Technische gegevens Electro-Recycler 34 cm Maaibreedte: 34 cm Motortype: CRB 52/21A met rem Vermogen: 230 V~ 50 Hz Stroomsterkte: 5,5 A Motorteorental: 2800 min-1 Trillingen aan de duwstang ahw: Gewicht: 4 m/sec2 (gemeten conform pr EN 1033) 17 kg Afmetingen : Electro-Recycler 40 cm Larghezza di taglio: 40 cm Tipo motore: CRB 72/21A con freno Potenza: 1400 W Tensione: 230 V~ 50 Hz Corrente assorbita: 6,5 A Numero giri motore: 2800 min-1 Vibrazioni sulla stegola ahw: 4 m/sec2 (misurato in base a pr EN 1033) Peso: 19 kg Dimensioni : lungh. x largh. x alt. = 88 x 44 x 35 cm (ripiegato) 1100 W Spanning: l x b x h = 80 x 38 x 35 cm (opgevouwen) Electro-Recycler 40 cm Maaibreedte: 40 cm Motortype: CRB 72/21A met rem Vermogen: 1400 W Spanning: 230 V~ 50 Hz Stroomsterkte: 6,5 A Motortoerental: 2800 min-1 Trillingen aan de duwstang ahw: Gewicht: 4 m/sec2 (gemeten conform pr EN 1033) 19 kg Afmetingen : l x b x h = 88 x 44 x 35 cm (opgevouwen) 7 2 Veiligheid 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 Algemene aanwijzingen Eigenlijk gebruik Oneigenlijk gebruik Voorbereiden voor een veilig gebruik Veiligheid bij het gebruik Veiligheid bij onderhoud en bewaring Symbolenoverzicht 2.1 Algemeen aanwijzingen 1. Deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig doorlezen. Maakt u zich vertrouwd met de bedieningselementen en het correct gebruik van het apparaat. 2. Kinderen alsmede personen die niet vertrouwd zijn met de gebruiksaanwijzing mogen de grasmaaier niet bedienen. De plaatselijk geldende leeftijdsbeperkingen voor het gebruik van het apparaat dienen te worden nageleefd. 3. De maaimachine niet in de directe nabijheid van personen, met name van kinderen en huisdieren in gebruik nemen. 4. De bediener is verantwoordelijk voor schade die aan derden en hun eigendommen wordt toegebracht. 2.2 Eigenlijk gebruik De gazonmaaier dient uitsluitend voor het verzorgen van gras- en gazonoppervlakken in particuliere en hobbytuinen. Elk verdergaand gebruik geldt als oneigenlijk. Voor hieruit resulterende schade is Roth Motorgeräte GmbH niet aansprakelijk. 2.3 Oneigenlijk gebruik De gazonmaaier mag niet worden gebruikt voor het maaien van struiken, heggen en bosjes, voor het maaien van klimplanten of van gras op dakaanplantingen of in balkonbakken en voor het reinigen (afzuigen, wegblazen, sneeuwruimen) van looppaden of als hakselaar voor het verkleinen van boom- en hegtakken. De gazonmaaier mag eveneens niet als aandrijfaggregaat voor andere werktuigen en werktuigsets worden gebruikt. Als oneigenlijk geldt eveneens het trekken van gazonveegapparaten en strooiwagen. Dit geldt ook voor het aanbrengen van aanhangers, bijv. om mee te rijden, voor het transporteren van gemaaid gras behalve de hiervoor door TORO bestemde grasopvangeenheid. 14 2.4 Voorbereidingen voor een veilig gebruik 1. Bij het maaien steeds vast schoeisel en een lange broek dragen. Niet met open sandalen of op blote voeten maaien. 2. De vlakte die gemaaid dient te worden, moet van tevoren zorgvuldig worden onderzocht. Voorwerpen die weg kunnen vliegen bv stenen, stokken, draden, botten en dergelijke, moeten worden verwijderd. 3. Voor de ingebruikname een visuele controle uitvoeren en de mesbalk, de mesbebevestigingsschroeven en de maaieenheden op slijtage en beschadiging controleren. Versleten of beschadigde messen en schroeven steeds per set vervangen om ze in balans te houden. 4. Om brand- of oververhittingsgevaar te voorkomen, moet het bereik rond om de motorkap en de luchtinlaatgleuven van gras, bladeren of andere verontreinigingen vrij worden gehouden. 2.5 Veiligheid bij het gebruik 1. Uitsluitend bij daglicht of goede verlichting maaien. 2. Geen nat gras maaien. 3. Bij het maaien op steile hellingen erop letten dat men stabiel staat. 4. Op stapvoets tempo maaien, niet rennen. 5. Maai met, van wielen voorziene cyclomaaiers, altijd dwars t.o.v. de helling, nooit omhoog of omlaag. 6. Pas op bij richtingsveranderingen aan hellingen. 7. Niet op extreem steile hellingen maaien. 8. Pas op bij achterwaartse bewegingen of bij het trekken van de grasmaaier. 9. Gazonmaaier uitschakelen, wanneer de gazonmaaier voor het oversteken van oppervlakten buiten het gazon moet worden gekanteld alsmede bij transport van het apparaat naar het te maaien gazon en terug. 10. De gazonmaaier nooit met defecte veiligheidsinrichtingen, zoals bijv. bumper en/of grasopvanginrichtingen gebruiken. 11. Bij het starten resp. inschakelen van de motor dienen alle instructies te worden nageleefd en er moet op worden gelet dat de voeten zich op een veilige afstand t.o.v. de messen van de gazonmaaier bevinden. 12. Gazonmaaier bij het starten resp. inschakelen van de motor niet schuin zetten, tenzij de motor voor het starten in de gekantelde stand moet worden gebracht. In dat geval mag het apparaat niet schuiner dan strikt noodzakelijk is worden gezet, en wel mag men slechts dat gedeelte kantelen dat naar de van de gebruiker af gerichte kant wijst. 13. Bij het starten van de motor bij de grasuitwerpinrichting uit de buurt blijven. 14. Handen en voeten niet aan of onder draaiende delen steken. Op afstand van de uitwerpopening blijven. 15. Gazonmaaier niet met lopende motor omhoog tillen of dragen. 16. Motoruitzetten en de netstekker in de volgende gevallen verwijderen. • voor het verwijderen van verstoppingen resp. ophopingen in het uitwerpkanaal • voor de uitvoering van inspectie-, reinigings- of andere werkzaamheden aan de gazonmaaier, • nadat de gazonmaaier op een vreemd voorwerp gestoten is. Onderzoek de gazonmaaier t.a.v. beschadigingen en voer alvorens deze opnieuw te starten en weer in gebruik te nemen de vereiste reparaties uit. • bij sterke trillen aan het apparaat (meteen controleren) 17. Voor het instellen en reinigen va de maaier of voor het controleren of de netaansluiting is verdraaid of beschadigd, de maaier uitschakelen en de netstekker eruit trekken. 18. Bij elektrische maaimachines mogen uitsluitend mengkabels met tenminste 1,5mm2 kabeldiameter van het type HO5RN-F of HO7RN-F conform VDE-voorschrift 0282 worden gebruikt. De connectoren van de aansluitkabels moeten van rubber of met rubber bedekt, tegen opspattend water beschermd zijn en aan het VDE voorschrift 0282 voldoen. TORO kabels voldoen aan deze eis. Deze kabel moet regelmatig t.a.v. indicaties die op beschadigingen duiden worden onderzocht en mag uitsluitend in onberispelijke toestand worden gebruikt. 2.6 Veiligheid bij onderhoud en bewaring 1. Zorg ervoor dat alle moeren, bouten en schroeven vast aangedraaid zijn om een veilige bedrijfstoestand van het apparaat veilig te stellen. 2. Grasopvangreservoir in korte, regelmatige intervallen t.a.v. slijtage en beschadigingen controleren. 3. Om veiligheidsredenen dienen versleten of beschadigde delen te worden vervangen. © by The Toro Company 2.7 Symbolenoverzicht „Motor Aan” „Motor UIT“ „Instelling van de maaihoogte” Waarschuwing Voor de ingebruikname de gebruiksaanwijzing lezen Derden uit de gevarenzone weren Waarschuwing - draaiend mes Voeten en handen op afstand houden Waarschuwing voor elektrische energie Tegen vocht beschermen Voor werkzaamheden aan de maai-eenheid de stekker uit het stopcontact trekken! Aansluitkabels uit de buurt houden van messen of werktuigen Als de aansluitleiding door het mes wordt geraakt, beschadigd of doorgesneden, dient de netstekker onmiddellijk te worden uitgetrokken. © by The Toro Company 15 3 Assemblage et mise en service 3 Montaggio e messa in funzione 3 Montage en ingebruikname 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 Apprenez à connaître votre tondeuse à gazon Comment assembler la tondeuse à gazon Montage des roues Assemblage du mancheron Assemblage du collecteur d´herbes Réglage de la hauteur de coupe La hauteur de coupe appropriée Branchement de la tondeuse à gazon 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 Imparate a conoscere il vostro tosaerba Messa in opera del tosaerba Montaggio delle ruote Montaggio della stegola Montaggio del cestello di raccolta per l’erba Regolazione dell’altezza di taglio Altezza di taglio corretta Collegamento del tosaerba 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 Leer uw gazonmaaier kennen Opstellen van de gazonmaaier Montage van de wielen Montage van de duwstang Montage van de grasopvangzak Instellen van de maaihoogte De juiste maaihoogte Aansluiten van de gazonmaaier 3.1 Apprenez à connaître votre tondeuse à gazon! 3.1 Imparate a conoscere il vostro tosaerba! 3.1 Leer uw gazonmaaier kennen! 1 Disjoncteur à deux positions Pour embrayer et débrayer la tondeuse à gazon. 2 Réglage de la hauteur du mancheron 3 Bouton de réglage de la hauteur de coupe (6 positions) 4 Indication de la hauteur de coupe Graduation pour l´indication de la hauteur de coupe respective. 5 Graduation «Smart Wheel» Graduation pour le réglage de la hauteur de coupe correcte 6 Déflecteur de sortie Dispositif de sécurité pour le canal de sortie qu´il ne faut pas enlever. Il sert en même temps de déflecteur pour la matière coupée en tondant sans collecteur d´herbes. 7 Collecteur d´herbes Dispositif pour la réception des herbes pendant la tonte. 8 Bouchon de recyclage Fermez le canal de sortie pour le recyclage. Pour tondre avec le collecteur d´herbes ou si vous souhaitez andainer les herbes - enlevez le bouchon de recyclage. 9 Soulagement de traction des câbles Protection de la prise de courant et du câble contre la traction extrême. 10 Poignées de manutention © 1998 by The Toro Company 1 Interruttore ON-OFF Per l’inserimento ed il disinserimento del tosaerba. 2 Regolazione dell’altezza della stegola 3 Tasto di regolazione dell’altezza di taglio (6 posizioni) 4 Indicatore dell’altezza di taglio Scala indicativa della rispettiva altezza di taglio. 5 Scala „Smart Wheel“ Scala per regolare la corretta altezza di taglio 6 Deflettore per lo scarico Dispositivo di protezione dell’apertura di scarico che non dovrà essere tolto. Questo dispositivo serve anche per depositare l’erba tagliata quando si lavora senza cestello per la raccolta dell’erba. 7 Cestello per la raccolta dell’erba Dispositivo per raccogliere l’erba durante la tosatura. 8 Tappo Recycler® Per il riciclaggio chiudere il canale di scarico con questo tappo. Se lavorate con il cestello per la raccolta dell’erba o se volete depositare l’erba - togliere il tappo Recycler®. 9 Dispositivo di allentamento tensione cavo Dispositivo di protezione dei punti di collegamento cavo elettrico sul tosaerba ed alla rete elettrica in caso di forti tensioni. 10 Impugnature 1 AAN-UIT-schakelaar Voor het in- en uitschakelen van de maaimachine. 2 Hoogteverstelling van de duwstang 3 Maaihoogte-versteltoets (6 standen) 4 Maaihoogte-indicator Schaal voor de weergave van de betreffende maaihoogte. 5 „Smart Wheel“-schaal Schaal voor het instellen van de juiste maaihoogte 6 Uitwerpklep Bescherminrichting voor de uitwerpopening, die niet mag worden verwijderd. Hij dient tegelijkertijd als leiplaat voor het gemaaide gras bij het maaien zonder opvanginrichting. 7 Grasopvangzak Zak voor het opvangen van het gras tijdens het maaien. 8 Recycler®-stop Voor het recyclen het uitwerpkanaal hiermee afsluiten. Bij het maaien met grasopvanginrichting of wanneer gewenst is dat het glas blijft liggen, recycler-stop verwijderen. 9 Kabeltrekontlasting Bescherming van de stekkerdoos en van de koppeling tegen extreme trekkracht. 10 Draaggrepen 17 3.2 Comment assembler la tondeuse à gazon 3.2 Messa in opera del tosaerba 1. Découpez les rubans de fixation et enlevez la partie supérieure du carton (Illustration 2). 2. Prenez les pièces détachées et mettez-les sur le sol (Illustration 2). 3. Contrôlez si le contenu est complet. Contenu: tondeuse à gazon, armature pour sac de collection, sac de collection, déflecteur d'herbes, bouchon de recyclage, mode d'emploi. 4. Eliminez l´emballage selon les prescriptions locales. 1. Tagliate i nastri del cartone e sollevate la parte superiore dello stesso (fig.2). 2. Estraete i singoli componenti e deponeteli a terra (fig.2). 3. Controllate se il contenuto è completo. Indice: tosaerba, telaio del cestello di raccolta per l’erba, cestello di raccolta per l’erba, profilato di guida per l’erba, tappo recycler, istruzioni per l’uso. 4. Smaltite l’imballaggio secondo le norme regionali. 3.3 3.3 Montage des roues Attention: Montez d´abord la roue avec la graduation «Smart Wheel» à l´arrière gauche 1. Poussez la roue avec la graduation «Smart Wheel» sur l´axe à l´arrière gauche jusqu´à ce qu´elle s´enclenche (Illustration 3). 2. Montez les roues restantes. Montaggio delle ruote Attenzione: inserire per prima la ruota con la scala „Smart Wheel“ sul lato sinistro posteriore 1. Inserire completamente la ruota con lo schema altezza taglio „Smart Wheel" fissandola all'assale posteriore sinistro (fig. 3). 2. Montare le altre ruote. 3.2 Opstellen van de gazonmaaier 1. De bevestigingsstroken van de doos opensnijden en bovengedeelte van de doos eraf tillen (afb. 2) 2. Afzonderlijke delen eruit nemen en wegleggen (afb. 2). 3. Controleren of de inhoud ook volledig is. Inhoud: Maaier, gestel voor grasopvangzak, grasopvangzak, grasgeleidingsprofiel, recyclerstop, gebruiksaanwijzing. 4. Verpakkingsmateriaal volgens de regionale voorschriften opruimen. 3.3 Montage van de wielen Let op: Eerst het wiel met de „Smart Wheel“-schaal links achter monteren. 1. Wiel met „Smart Wheel“-schaal links achter op de as schuiven totdat het vergrendelt (afb. 3) 2. De resterende wielen monteren. Wielen moeten op de assen vergrendelen. Le ruote devono essere fissate sugli assali. Il faut que les roues s´enclenchent sur les axes. 3.4 3.4 Montaggio della stegola 3.4 Montage van de duwstang Assemblage du mancheron Il ne faut pas plier, pincer ou endommager le câble. 1. Dévissez les écrous à oreilles sur les deux côtés de la tondeuse et basculez le mancheron vers le haut jusqu´à ce que les dispositifs d´arrêt s´enclenchent dans les gorges du carter (Illustration 4+5). 2. Serrez les écrous à oreilles à la main. 3. Montez la partie supérieure du mancheron et introduisez les vis de l´extérieur vers l´intérieur (Illustration 6). 4. Serrez la partie supérieure du mancheron avec les écrous à oreilles vissés à main. 5. Réglez la hauteur du mancheron et serrez les écrous à oreilles - zone de réglage 10 cm environ (Illustration 7). © 1998 by The Toro Company Il cavo non deve essere piegato, schiacciato o danneggiato. 1. Allentare i dadi ad alette sui lati della parte posteriore del tosaerba e ribaltare verso l’alto la parte inferiore della stegola di guida fino a quando i fermi non siano incastrati nella scanalatura dello chassis (fig. 4+5). 2. Serrare a mano i dadi ad alette. 3. Appoggiare la parte superiore della stegola e inserire le viti nei fori dall’esterno all’interno (fig. 6). 4. Fissare la parte superiore della stegola, serrando a mano i dadi ad alette. 5. Regolare l’altezza della stegola tramite i dadi ad alette sulllo chassis del tosaerba - campo di regolazione ca.10 cm (fig. 7). De kabel mag niet geknikt, ingekneld of beschadigd worden. 1. Knevelmoeren aan de zijkant achter aan de gazonmaaier losdraaien en het ondergedeelte van de duwstang omhoog klappen totdat de vergrendelingen in de gleuf aan de gazonmaaierkast vastzitten (afb. 4+5). 2. Knevelmoeren met de hand aandraaien. 3. Bovengedeelte van de duwstang aanbrengen en de schroeven van buiten naar binnen in de boringen steken (afb.6 ). 4. Bovengedeelte van de duwstang met de vleugelmoeren met de hand aandraaien. 5. De hoogte van de duwstang met de knevelmoeren aan de gazonmaaier vast instellen - verstelbereik ca. 10 cm (afb.7). 19 3.5 Assemblage du collecteur d´herbes 3.5 Montaggio del cestello di raccolta per l’erba 3.5 Montage van de grasopvangzak 1. Emmanchez le sac de collection sur son armature par l´arrière (Illustration 8). Glissez la réglette en matière synthétique sous la poignée et l´emboîter. 2. Emboîtez les réglettes en matière synthétique sur l´armature. 3. Montez le déflecteur d´herbes (Illustration 9). 1. Infilare la tela del cestello di raccolta sulla parte posteriore del telaio (fig.8). Guidare il profilo in plastica superiore sotto l’impugnatura spingendolo in avanti e fissandolo con delle clip. 2. Fissare tramite delle clip i rimanenti profili in plastica su tutti i lati del telaio. 3. Montare deflettore per lo scarico dell’erba (fig.9). 1. De grasopvangzak van achter over het frame stulpen (afb. 8). Het bovenste kunststofprofiel onder de greep naar voren schuiven en vastclipsen. 2. De resterende kunststofprofielen aan alle kanten aan het frame vastclipsen 3. Grasgeleidingsprofiel aanbrengen (afb. 9). 3.6 3.6 3.6 Réglage de la hauteur de coupe Le réglage de la hauteur de coupe ne doit être exécuté qu´avec le moteur débrayé. Regolazione dell’altezza di taglio La regolazione dell’altezza di taglio deve avvenire solo a motore spento. La hauteur de coupe est réglable en 6 positions avec un réglage de hauteur central. 1. Tenez la tondeuse à gazon par la poignée au-dessus du canal de sortie. 2. Enfoncez le bouton rouge (Illustration 10). 3. Avec le bouton enfoncé, réglez la hauteur de coupe en utilisant la graduation et par des mouvements de la tondeuse vers le haut et vers le bas (Illustration 11). 4. Lâchez le bouton. La tondeuse est verrouillée dans la position souhaitée. L’altezza di taglio può essere variata tramite un sistema centralizzato di regolazione a 6 posizioni. 1. Tenere fermo il tosaerba tramite l’impugnatura al di sopra del deflettore di scarico. 2. Premere il pulsante rosso (fig.10). 3. Con il tasto premuto, regolare l’altezza di taglio in base alla scala, muovendo il tosaerba verso l’alto e verso il basso (fig.11). 4. Lasciare il pulsante. Il tosaerba viene bloccato nella posizione desiderata. 3.7 La hauteur de coupe appropriée Une graduation (Smart Wheel) se trouve sur la roue arrière gauche pour indiquer la hauteur de coupe appropriée (Illustration 12). Graduation gauche = gazon normal Graduation droite = gazon dense A conditions parfaits, il est possible de tondre en position "B", nous recommanons cependant les positions "C", "D" ou "E". Jamais recycler en position "A". Pendant les chauds mois d´été, régler et tondre selon la graduation «normal». Utilisez la graduation „dense“ pour tondre du gazon dense, plus épais ou humide, p. ex. au printemps. 1. Poussez la tondeuse à gazon sur la pelouse avant de commencer la tonte. Il faut que la graduation soit parallèle au sol. 2. La graduation indique maintenant la longueur des herbes non coupées et vous pouvez choisir le réglage approprié. 3.7 Altezza di taglio corretta Sulla ruota posteriore sinistra si trova uno schema (SmartWheel) per rilevare l’altezza di taglio adatta (fig.12). Schema a sinistra = erba normale Schema a destra = erba folta In condizioni ottime è possibile tagliare l’erba in posizione „B“, ma consigliamo la posizione „C“, „D“ oppure „E". Per il riciclaggio non tagliare mai l’erba in posizione „A“. Nei caldi mesi estivi regolare in base allo schema „normale“ e tosare l’erba. Per l’erba più folta, più spessa o umida, p.es. in primavera, fare riferimento allo schema "erba folta". 1. Prima di iniziare il lavoro spingere il tosaerba sul prato - la ruota deve essere parallela al suolo 2. Ora , sulla scala si può rilevare la lunghezza dell’erba non tagliata e selezionare la regolazione raccomandata. © 1998 by The Toro Company Instellen van de maaihoogte: Het instellen van de maaihoogte mag uitsluitend worden uitgevoerd wanneer de motor uitgeschakeld is. De maaihoogte is in 6 standen met centrale hoogteverstelling verstelbaar. 1. Gazonmaaier aan de greep boven de uitwerpklep vasthouden. 2. Rode toets indrukken (afb.10). 3. Bij ingedrukte toets door het omhoog en omlaag bewegen van de gazonmaaier de maaihoogte aan de hand van de schaal instellen (afb.11). 4. Druktoets loslaten. De maaimachine wordt in de gewenste positie vergrendeld. 3.7 De juiste maaihoogte Aan het linker achterwiel bevindt zich een schaalverdeling (Smart Wheel) voor het aflezen van de geschikte maaihoogte (afb.12). Linker schaal = normaal gras Rechter schaal = dicht gras Men kan weliswaar onder optimale voorwaarden in de stand “B” maaien, maar geadviseerd wordt echter de stand “C”, “D” of “E”. Voor het recyclen in geen geval in stand “A” maaien. In de warme zomermaanden volgens de schaal “normaal” instellen en maaien. Voor dicht, dikker of vochtig gras, bijv. in het voorjaar de schaal “royaal” gebruiken. 1. Voor het begin van het werk de maaimachine op het gazon schuiven - de schaal moet evenwijdig aan de grond staan. 2. Op de schaal kan nu de lengte van het ongemaaide gras worden vastgesteld en de aanbevolen instelling kan worden gekozen. 21 3.8 Branchement de la tondeuse à gazon Indication: Nous recommandons d'alimenter les tondeuses électriques utilisées à l'extérieure uniquement avec un dispositif de protection contre courants d'erreur d'un courant de déclenchement maximal de 30mA. Les dipositifs de protection peuvent être installés ou obtenus de vendeurs spécialisés. Important: Utiliser les rallonges conformes pour l´utilisation à l´extérieur avec une section d´au moins 1,5 mm². • Contrôlez si le câble est endommagé. N´utilisez dans aucun cas des câbles endommagés. • Tenez le câble à l´écart des couteaux en tondant. • Ne laissez pas s´écorcher le câble aux arêtes ou aux objets coupants. Ne pas pincer le câble. 1. Fixez le câble du moteur au mancheron par les rubans de fixage. 2. Branchez le câble dans la prise de courant du mancheron (Illustration 13). 3. Bloquez le câble au dispositif de fixation coulissant (Illustration 14+15). Utilisez le dispositif de fixation dans tout les cas. Il faut que le câble soit assez long pour que le dispositif de fixation puisse mouvoir sur toute la largeur du mancheron (Illustration 16). 4. Branchez le câble au réseau. Indication: Utilisez uniquement un câble de rallonge d’une longueur correspondant aux exigences de la tonte mais n’étant pas supérieure à 50 m dans sa longueur totale. Des câbles présentant une surlongueur occasionneront éventuellement des pertes de puissance et/ou un risque plus élevé de surchauffe du moteur électrique. Dans le cas de l’utilisation d’une bobine de câble, dérouler le câble totalement du tambour, la bobine de câble pouvant s’échauffer de manière non autorisée. Si vous vous éloignez de la tondeuse, débranchezla. Ne retirez pas la prise en tirant sur le câble. © 1998 by The Toro Company 3.8 Collegamento del tosaerba Indicazione: Consigliamo di alimentare le falciatrici per prati usate all'aperto solo tramiti dispositivo di protezione di corrente di dispersione con 30mA max di corrente di apertura. Questo protezioni possono essere acquistate e/o installate presso un negozio di materiale elettrico. Importante Utilizzare una prolunga ammessa per l’uso all’aperto con una sezione minima di 1,5 mm² . • Controllare il cavo per assicurarsi che non vi siano danni. Non utilizzare in nessun caso cavi danneggiati. • Durante la tosatura tenere lontano il cavo dalla lama. • Non far sfregare il cavo su spigoli, od oggetti appuntiti o taglienti. Non schiacciare il cavo. 1. Fissare il cavo di collegamento al motore con i nastri di fissaggio sull’impugnatura della stegola. 2. Inserire il cavo nella presa sulla staffa d’impugnatura (fig. 13). 3. Bloccare il cavo sul dispositivo di allentamento tensione cavo (fig. 14+15) E'necessario usare sempre il dispositivo di allentamento tensione cavo. Lasciare che il cavo nel dispositivo sia di lunghezza sufficiente, di modo che questo possa muoversi lungo l’intera larghezza dell’impugnatura della stegola (fig. 16). 4. Collegare il cavo alla rete elettrica. Indicazione: quando si falcia, non utilizzare un cavo troppo lungo. Comunque la lunghezza complessiva non deve superare 50 metri. Cavi troppo lunghi possono ridurre la potenza e/o riscaldare eccessivamente il motore elettrico. Per non riscaldare eccessivamente il tamburo viene suggerito di svolgere completamente il cavo. Allontanandosi dal tosaerba, sfilare la spina dalla rete. Non estrarre la spina dalla presa tirando il cavo. 3.8 Aansluiten van de maaimachine Aanwijzing: Wij adviseren elektrische gazonmaaiers die in de open lucht worden gebruikt, alleen via een differentiaalstroombeveiligingsvoorziening met een afschakelstroom van maximaal 30 mA te gebruiken. Zulke beveiligingsvoorzieningen kunnen door uw specialist voor elektra worden geinstalleerd c.q. bij hem worden gekocht. Belangrijk: Een voor het gebruik in de buitenlucht goedgekeurde verlengkabel met tenminste 1,5 mm² kabeldiameter gebruiken. • Kabel t.a.v. beschadigingen controleren. In geen geval beschadigde kabels gebruiken. • Kabel bij het maaien bij het mes uit de buurt houden. • Kabel niet langs randen, spitse of scherpe voorwerpen laten schuren. Kabel niet inknellen. 1. Verbindingskabel naar de motor met de bevestigingsbanden aan de duwstang bevestigen. 2. Kabel in de stekkerdoos aan de greepbeugels steken (afb.13) 3. Kabel aan de trekontlasting borgen (afb.14+15) Trekontlasting steeds gebruiken. Kabel in de trekontlasting voldoende lang laten zodat de trekontlasting over de gehele breedte van de duwsstang kan worden bewogen (afb.16) 4. Kabel op het stroomnet aansluiten. Aanwijzing: Maakt u enkel gebruik van zo veel verlengkabel als voor het maaien noodzakelijk is, echter niet meer dan 50 meter totale lengte. Overlange kabels hebben eventueel vermogensverliezen en/of een hoger risico van oververhitting van de elektrische motor ten gevolg. Bij gebruik van een kabeltrommel de kabel geheel van de trommel afrollen, omdat zich de kabeltrommel anders ontoelaatbaar kan verwarmen. Bij het verlaten van de maaimachine de stekker uit het stopcontact trekken. De stekker niet aan de kabel uit het stopcontact trekken. 23 4 Fonctionnement 4 Funzionamento 4 Gebruik 4.1 4.2 4.3 4.4 Embrayer et débrayer la tondeuse à gazon Recyclage Tonte avec le collecteur d´herbes Tonte sans collecteur d´herbes 4.1 4.2 4.3 4.4 Avviamento ed arresto del tosaerba Uso del sistema Recycler® Tosatura con cestello di raccolta per l’erba Tosatura senza cestello di raccolta per l’erba 4.1 4.2 4.3 4.4 In-en uitschakelen van de maaimachine Recyclen Maaien met grasopvangzak Maaien zonder grasopvangzak 4.1 Embrayer et débrayer la tondeuse à gazon 4.1 Avviamento ed arresto del tosaerba 4.1 In- en uitschakelen van de maaimachines Il ne faut pas que le câble du réseau se trouve à proximité du carter de la tondeuse. Il cavo elettrico di alimentazione della rete non deve trovarsi nelle vicinanze dello chassis del tosaerba. Netkabel mag niet in de buurt van de maaimachine liggen. Inschakelen Embrayer Avviamento Important - Observer l´ordre de la procédure d´embrayage. Sinon, le moteur ne se mettra pas en marche. Importante - Rispettare l’ordine della procedura d’avviamento. In caso contrario il motore non si avvierà. 1 1 2 3 Posez la tondeuse sur une surface plate. En cas d´herbes longues, relevez légèrement la tondeuse en appuyant sur le mancheron. Enfoncez le bouton rouge à côté du logement de prise (Illustration 17). Relevez l´archet de commande vers le macheron et lâchez le bouton rouge (Illustration 17). 2 3 posizionare il tosaerba su una superficie piana. Se l’erba è alta sollevare leggermente il tosaerba premendo sull’impugnatura della stegola. premere il pulsante rosso sul lato di collegamento cavo elettrico e tenerlo premuto (fig. 17). sollevare la barra di comando verso l’impugnatura e lasciare il pulsante rosso (fig. 17). Le moteur marchera aussi longtemps que l´archet de commande sera tenu en position serrée. Il motore continua a funzionare per tutto il tempo in cui si tiene la barra di comando. Débrayer Disinserimento Lâchez l´archet de commande. Lasciare la barra di comando. Belangrijk: - Volgorde bij het inschakelen aanhouden. Anders start de motor niet. 1 2 3 Maaimachine op een vlakke ondergrond plaatsen. Bij hoog gras de maaimachine door op de duwstang te drukken enigszins kantelen. De rode knop aan de zijkant van de stekkerkast indrukken en ingedrukt houden (afb. 17). Schakelbeugel tegen de duwstang aan omhoog trekken en rode knop loslaten (afb. 17) De motor loopt zolang als de schakelbeugels vastgehouden wordt. Uitschakelen Schakelbeugels loslaten La lame continuera à tourner pour une courte durée. Ne tenez pas les mains sous la tondeuse à gazon. Débrayez la tondeuse à gazon pour circuler en dehors de la pelouse. Attendez l´arrêt de la lame et retirez la fiche de contact avant de transporter ou de porter la tondeuse à gazon. © 1998 by The Toro Company La lama continua a funzionare per breve tempo . Non allungare le mani sotto il tosaerba. Arrestate il tosaerba prima di abbandonare l'area di lavoro. Prima di ogni trasporto o sollevamento del tosaerba aspettare che la lama sia ferma e sfilare la spina dalla rete. Mes loop kortstondig na. Niet onder de maaimachine tasten. Bij het rijden buiten het gazon moet de maaier worden uitgeschakeld. Voor het transport of het optillen van de maaimachine dient men te wachten totdat het mes stilstaat en de stekker uit het stopcontact te trekken. 25 4.2 Recyclage 4.2 Uso del sistema Recycler® 4.2 Recyclen Pour recycler, le bouchon de recyclage doit se trouver dans le canal de sortie. Per il riciclaggio, il tappo Recycler si deve trovare nel canale di scarico. Voor het recyclen moet de recycler-stop in het uitwerpkanaal aanwezig zijn. 1. Faites attention à ce que le moteur et la lame soient arrêtés. 2. Ouvrez le clapet de sortie. 3. Mettez le bouchon de recyclage dans le canal de sortie. Il faut que le bouchon de recyclage s´enclenche (Illustration 18). 4. Fermez le clapet de sortie. 1. Assicurarsi che il motore e la lama siano fermi. 2. Aprire il deflettore. 3. Inserire il tappo Recycler nel canale di scarico; il tappo Recycler deve inserirsi fermamente in posizione (fig. 18). 4. Chiudere il deflettore. 1. Overtuigt u er zich van, dat de motor en het mes stilstaan. 2. Uitwerpklep openen. 3. Recycler-stop in het uitwerpkanaal schuiven. Recycler-stop moet vergrendelen (afb. 18). 4. Uitwerpklep sluiten. Débrayez le moteur et attendez l´arrêt de la lame pour enlever le bouchon de recyclage. Per togliere il tappo Recycler si deve spegnere il motore e attendere che la lama sia ferma. Ouvrez le clapet de sortie et enlevez le bouchon de recyclage. Fermez le clapet de sortie. Aprire il deflettore ed estrarre il tappo Recycler. Chiudere il deflettore. • Assurez-vous que la lame soit toujours aiguisée. Des aspérités peuvent être enlevées à la lime (faites attention au balourd). • Assicuratevi che la lama sia sempre affilata. Intaccature possono essere eliminate tramite una lima (fate attenzione all'equilibratura). • Enlevez après chaque utilisation les restes d´herbes de la partie inférieure de la tondeuse, des déflecteurs et du bouchon de recyclage (Illustration 19). • Si les herbes sont aussi ou plus longues que 15 cm, il faut couper le gazon en deux fois. • Utilisez les positions de hauteur de coupe C, D, E ou F si l´été est chaud. Il ne faut pas couper plus d´un tiers du brin d´herbe. En tondant du gazon long, choisissez d´abord une hauteur de coupe plus haute. A la suite, tondez avec la hauteur standard. Des tas d´herbes et un bourrage du canal d´éjection conduisent au ralentissement ou à l´arrêt du moteur. En ce cas, tondez au minimum dans une position plus haute. © 1998 by The Toro Company • Dopo ogni uso si deve togliere l’erba rimasta attaccata sul lato inferiore del tosaerba, sui deflettori e sul tappo Recycler (fig. 19). • Nel caso in cui l’altezza dell’erba sia superiore o uguale a 15 cm, l’erba deve essere tagliata in due fasi. • Durante l'estate, si devono utilizzare le posizioni della regolazione dell’altezza di taglio C, D, E o F. Non si deve tagliare più di un terzo dell'altezza dell’erba. Per il taglio di erba particolarmente alta, è necessario selezionare una delle posizioni di taglio più alte. Dopodiché continuare a tagliare l’erba con la regolazione normale. Accumuli d'erba o l'otturazione del tunnel di scario comportano una riduzione di potenza o l’arresto del motore . In questi casi la regolazione per la tosatura deve essere al minimo di 1 posizione più alta. Om de recycler-stop te verwijderen dient de motor te worden uitgeschakeld en te worden afgewacht totdat het mes stilstaat. Uitwerpklep openen en recycler-stop eruit trekken. Uitwerpklep sluiten. • Overtuigt u er zich van dat het snijmes steeds scherp is. Bramen kunnen met een vijl worden verwijderd (op onbalans letten). • Na elk gebruik moeten grasresten van de onderkant van de maaimachine, van de deflectoren en van de recycler-stop worden verwijderd (afb. 19) • Bij grashoogten van 15 cm of hoger dient het gazon in twee keer te worden gemaaid. • In hete zomers dient men de maaihoogte-standen C, D, E of F te gebruiken. Men dient niet meer dan een derde van de grashalm af te maaien. Bij het maaien van hoog gras dient men eerst een hogere maaistand te kiezen. Daarna op de normale instelling maaien. Klonterend gras en verstopping van het maaikanaal leiden tot verlaging van het motortoerental of tot stilstand van de motor. Maai in dergelijke gevallen tenminste 1 stand hoger. 27 Si le moteur s´est arrêté à cause des conditions dans le carter de la tondeuse et s´il bloque au redémarrage, il est absolument nécessaire d´enlever l´herbe accumulée dans le canal d´éjection (Illustration 20). Nel caso in cui il motore si fosse arrestato a causa delle condizioni nello chassis del tosaerba e al suo reinserimento dovesse rimanere bloccato, si rende assolutamente necessario liberare il tunnel di scario del tosaerba dai resti d’erba (fig 20). Mocht de motor door omstandigheden in de maaimachine tot stilstand zijn gekomen en bij het opnieuw inschakelen blokkeren, dan is het absoluut noodzakelijk de maaimachinetunnel van grasresten te ontdoen (afb. 20). Retirez la fiche de contact pour nettoyer la tondeuse à gazon. Per la pulizia del tosaerba si deve sfilare la spina dalla rete. Voor het reinigen van de maaimachine de stekker uit het stopcontact trekken. Changez régulièrement le sens de tonte (Illustration 21). Si la tonte n´est pas satisfaisante: 1. Aiguisez la lame (il ne faut pas créer de balourd). 2. Tondez plus doucement. 3. Augmentez la hauteur d´une ou deux positions. 4. Tondez le gazon plus régulièrement. 5. Seulement tondre deux tiers ou la moitié de la largeur pour donner la possibilité d´autonettoyage à la tondeuse à gazon. Cambiare più volte la direzione di tosatura (fig. 21). Se il taglio dell’erba fosse insoddisfacente: 1. affilare la lama (attenzione all'equilibratura); 2. tagliare l’erba più lentamente; 3. aumentare l’altezza di taglio di una o due posizioni; 4. tagliare l’erba ad intervalli più brevi; 5. tagliare soltanto 2/3 o la metà della larghezza tagliabile affinché il tosaerba abbia la possibilità di pulirsi da solo. Maairichting regelmatig veranderen (afb. 21). Als het maaipatroon niet in orde is: 1. Mes slijpen (er mag geen onbalans ontstaan) 2. Langzamer maaien. 3. Maaihoogte een of twee standen verhogen. 4. Gazon in kortere intervallen maaien. 5. Slechts 2/3 of de halve maaibreedte maaien om de maaimachine de mogelijkheid te gaven zichzelf te reinigen. 4.3 4.3 4.3 Tonte avec le collecteur d´herbes N´enlevez jamais le collecteur d´herbes avec le moteur en marche - danger de blessure! 1. Assurez-vous que le moteur et la lame ne tournent plus. Enlevez le bouchon de recyclage! 2. Nettoyez la zone de sortie d´herbes. 3. Fixez le collecteur d´herbes aux fixations se trouvant sur le carter de la tondeuse à gazon (Illustration 22). 4. Refermez le clapet de sortie sur le collecteur d´herbes. Arrêtez le moteur et attendez l´arrêt de la lame avant de vider le collecteur d´herbes. Retirez la prise, si vous vous éloignez de la tondeuse. Enlevez le collecteur d´herbes et inclinez un peu vers l´arrière pour que les herbes ne tombent pas. Videz le collecteur d´herbes plein en le secouant un peu (Illustration 23). © 1998 by The Toro Company Tosatura con cestello di raccolta per l’erba Non togliere mai il cestello per la raccolta dell’erba a motore acceso - pericolo di lesioni ! 1. Assicurarsi che il motore e la lama siano fermi. Togliere il tappo Recycler ! 2. Pulire la zona di scarico dai residui d’erba. 3. Agganciare il cestello per la raccolta dell’erba nei supporti sullo chassis del tosaerba (fig. 22) 4. Chiudere il deflettore fino all’attrezzatura del cestello per la raccolta dell’erba. Maaien met grasopvangzak De grasopvangzak nooit verwijderen terwijl de motor loopt - gevaar voor letsel! 1. Overtuigt u zich ervan dat de motor en het mes stilstaan. Recycler-stop verwijderen! 2. Grasuitwerpgedeelte van grasresten ontdoen. 3. Grasopvangzak in de houders aan de maaimachine ophangen (afb. 22). 4. Uitwerpklep tot aan de grasopvangzak sluiten. Per svuotare il cestello per la raccolta dell’erba spegnere il motore ed attendere fino a quando la lama non sia ferma. Prima di allontanarsi dal tosaerba sfilare la spina dalla rete. Voor het leegmaken van de grasopvangzak de motor uitzetten en wachten tot het mes stilstaat. Bij het verlaten van de maaimachine de stekker uit het stopcontact trekken. Togliere il cestello per la raccolta dell’erba e ribaltarlo leggermente all’indietro affinché l’erba non possa fuoriuscire. Svuotare il cestello pieno per la raccolta dell’erba scuotendolo leggermente (fig. 23) De grasopvangzak verwijderen en enigszins naar achteren kantelen zodat er geen gras uitvalt. De volle grasopvangzak door licht te schudden leegmaken (afb. 23) 29 4.4 Tonte sans collecteur d´herbes N´enlevez jamais le collecteur d´herbes avec le moteur en marche - danger de blessure! La tonte sans collecteur d´herbes est recommandée si les herbes sont longues ou si vous ne souhaitez pas de récolte d´herbes. Enlevez le collecteur d´herbes et le bouchon de recyclage ! (Illustration 24+25) © 1998 by The Toro Company 4.4 Tosatura senza cestello di raccolta per l’erba Non togliere mai il cestello per la raccolta dell’erba a motore acceso - pericolo di lesioni ! Si raccomanda la tosatura senza cestello per la raccolta dell’erba quando si taglia erba alta o non si desidera raccogliere l’erba. Togliere il cestello per la raccolta dell’erba ed il tappo Recycler ! (fig. 24+25) 4.4 Maaien zonder grasopvangzak De grasopvangzak nooit verwijderen terwijl de motor loopt - gevaar voor letsel! Maaien zonder grasopvangzak wordt aanbevolen, wanneer er hoog gras wordt gemaaid of wanneer er geen grasopname gewenst is. De grasopvangzak en recycler-stop verwijderen! (afb. 24+25) 31 5 Entretien et maintenance 5 Manutenzione 5 Onderhoud en verzorging 5.1 Contrôle de la lame pour trouver d´éventuels endommagements Nettoyage de la tondeuse à gazon Stockage de la tondeuse 5.1 5.2 5.3 Controllo di eventuali danni alla lama Pulizia del tosaerba Rimessaggio del tosaerba 5.1 5.2 5.3 Controle van het mes op beschadiging Reiniging van de maaier Maaier bewaren 5.1 Controllo di eventuali danni alla lama Durante tutti gli interventi sul tosaerba spegnere il motore, attendere che la lama sia ferma e sfilare la spina dalla rete. Pericolo di lesioni! 5.1 Controle van het mes op beschadiging 5.2 5.3 5.1 Contrôle de la lame pour trouver d´éventuels endommagements Débrayez le moteur pour tous les travaux à la tondeuse. Attendez l´arrêt de la lame et retirez la prise. Danger de blessure! Après que la lame ait heurté un objet dur tel qu´une pierre, procédez comme suit: • Débrayez la tondeuse et retirez la prise. • Renversez la tondeuse sur le côté. • Examinez le tranchant de la lame prudemment pour trouver d´éventuels endommagements (Illustration 26). N´utilisez plus une lame déformée ou endommagée. Il faut la remplacer. Utilisez seulement les lames d´origine TORO. On les a spécialement construits pour cette machine pour garantir une performance impeccable, la sécurité et une longue durée de vie. Faites aiguiser les lames qui ne coupent plus. Pour des raisons de sécurité, il est seulement permis de les aiguiser jusqu´au marquage (Illustration 27). Si vous utilisez une lame trop longtemps, cela peut conduire à l´usure et à la réduction excessive de sa largeur. La lame peut se casser et les morceaux peuvent être projetés par la tondeuse à gazon. Utilisez la tondeuse seulement avec une lame impeccable! Utilisez seulement les pièces de rechange d´origine ou les pièces admises par TORO. © 1998 by The Toro Company Bij alle werkzaamheden aan de maaimachine de motor uitzetten, wachten totdat het mes stil staat en de stekker uit het stopcontact trekken. Gevaar voor letsel! Nel caso in cui la lama di taglio urtasse contro un oggetto duro, come p.es. un sasso, si deve procedere nel modo seguente: Nadat de maai-inrichting op een hard voorwerp, zoals bijvoorbeeld op een steen, is gestoten, dient men als volgt te werk te gaan: • spegnere il tosaerba e sfilare la spina dalla rete; • appoggiare il tosaerba sul lato; • controllare prudentemente se lo spigolo tagliente è stato eventualmente danneggiato (fig. 26). • Maaimachine uitzetten en stekker uit het stopcontact trekken • Maaimachine op de juiste kant leggen • Snijkant van het mes voorzichtig op beschadiging onderzoeken (afb. 26) Non continuare a utilizzare lame piegate o danneggiate, queste devono essere sostituite. Verbogen of beschadigde messen niet verder gebruiken. Deze moeten worden vervangen. Impiegare soltanto lame TORO originali. Queste lame sono state costruite appositamente per questa apparecchiatura e garantiscono un rendimento e sicurezza perfetti ed una lunga durata. Uitsluitend originele TORO-messen gebruiken. Deze werden speciaal voor dit apparaat geconstrueerd en verzekeren een correcte werking, veiligheid en lange levensduur. Far affilare le lame consumate. Per motivi di sicurezza la lama potrà essere affilata soltanto fino al contrassegno (fig. 27). Stompe messen laten bijslijpen. Om veiligheidsredenen mag er slechts tot aan de markering worden geslepen (afb. 27). Un uso prolungato della stessa lama può comportare il consumo e modifiche della sezione della lama. Di conseguenza, la lama potrebbe rompersi e parti di essa potrebbero venir scagliate fuori dal tosaerba. Utilizzare il tosaerba soltanto con una lama perfetta! Usare soltanto pezzi di ricambio originali o autorizzati dalla TORO. Een te lang gebruik van hetzelfde mes kan tot slijtage en veranderingen aan de mesdiameter leiden. Het breken van het mes kan hiervan het gevolg zijn en delen van het mes kunnen worden weggeslingerd. De maaimachine uitsluitend met correcte messen gebruiken! Uitsluitend originele reserveonderdelen of door TORO aanbevolendelen gebruiken. 33 5.2 Nettoyage de la tondeuse à gazon 5.2 Pulizia del tosaerba Débrayez le moteur pour les travaux de nettoyage à la tondeuse à gazon, attendez l´arrêt de la lame et retirez la prise. Danger de blessure! Durante i lavori di pulizia del tosaerba, spegnere il motore dello stesso, attendere che la lama sia ferma e sfilare la spina dalla rete. Pericolo di lesioni! Ne lavez pas la tondeuse avec de l´eau. Danger de pannes de moteur! Non spruzzare acqua sul tosaerba. Pericolo di danni al motore ! Enlevez les salissures et les restes d´herbes avec un chiffon. Retournez la tondeuse sur le côté et nettoyez la partie inférieure du carter (Illustration 28). Pulire lo sporco e resti d’erba con un panno. Appoggiare il tosaerba sul lato e pulire la parte inferiore dello chassis (fig. 28). 5.3 5.3 Stockage de la tondeuse Reinigen van de maaimachine Bij reinigingswerkzaamheden aan de maaimachine de motor uitzetten, afwachten totdat het mes stilstaat en de stekker uit het stopcontact trekken. Gevaar voor letsel! Maaimachine niet met water afspuiten. Gevaar voor motorschade ! Vuil en grasafval met een doek wegwrijven. Maaimachine op de correcte kant leggen en de onderkant van de machine reinigen (afb. 28). Rimessaggio del tosaerba Retirez le câble de réseau de la tondeuse et conservez-le à un endroit protégé. Estrarre il cavo elettrico di alimentazione dalla rete dal motore e conservarlo in un luogo protetto. Nettoyez la tondeuse à gazon. Inspectez tous les boulons et écrous et toutes les vis. Remplacez les pièces endommagées. Pulire il tosaerba. Controllare tutti i bulloni, le viti ed i dadi. Sostituire le parti danneggiate. Utilisez seulement les pièces de rechange d´origine TORO ou addressez-vous à un agent agrée. Usare soltanto pezzi di ricambio originali della TORO o consultare un rivenditore TORO specializzato e qualificato. Mettez la tondeuse à un endroit sec et propre. Pour faire cela, le mancheron peut être replié (Illustration 29). Conservare il tosaerba in un luogo pulito ed asciutto. A tal fine si può ripiegare la stegola di guida (fig. 29). Ne pas pincer les câbles. 5.2 5.3 Maaimachine bewaren Netkabel van de maaimachine aftrekken en op een beschermde plaats bewaren. Maaimachine reinigen. Alle bouten, schroeven en moeren controleren. Beschadigde delen vervangen. Uitsluitend originele TORO-reserveonderdelen gebruiken resp. gekwalificeerde TORO-vakhandel opzoeken. Maaimachine op een schone, droge plaats bewaren. De duwstang kan hiervoor worden omgeklapt (afb. 29). Non schiacciare il cavo. Kabel niet afknellen. © 1998 by The Toro Company 35 6 Pièces de rechange et dépistage des pannes 6 Pezzi di ricambio e ricerca guasti 6 Reserveonderdelen en storingen opsporen 6.1 Instructions concernant la commande des pièces de rechange Adresse du service après vente Dépistage des pannes Pièces de rechange 6.1 6.2 6.3 6.4 Indicazioni per l’ordinazione dei pezzi di ricambio Indirizzo dell’assistenza post-vendita Ricerca di guasti Pezzi di ricambio 6.1 6.2 6.3 6.4 Aanwijzingen voor het bestellen van reserveonderdelen Klantenservice-adres Storingen opsporen Reserveonderdelen 6.1 Indicazioni per l’ordinazione dei pezzi di ricambio 6.1 Aanwijzingen met betrekking tot de bestelling van de reserveonderdelen 6.2 6.3 6.4 6.1 Instructions concernant la commande des pièces de rechange Utilisez seulement les pièces de rechange d´origine TORO ou les pièces de rechange admises par le constructeur. Seulement en faisant cela votre sécurité et la sécurité d´autres personnes sera garantie. Vous trouverez les numéros de modèle et de série de votre tondeuse à gazon sur la plaque signalétique (Illustration 30). Veuillez toujours indiquer les deux numéros en commandant des pièces de rechange ou dans votre correspondance. Usate soltanto i pezzi di ricambio originali TORO o pezzi autorizzati da parte del costruttore. Soltanto così è garantita la vostra sicurezza e la sicurezza di terzi. Sulla targhetta modello si trovano il numero del modello e di serie del tosaerba (fig. 30). Ordinando dei pezzi di ricambio o nella corrispondenza relativa al vostro tosaerba indicare sempre entrambi i numeri. Annotate qui i numeri del modello e di serie del vostro tosaerba TORO Notez ici les numéros de modèle et de série de votre tondeuse à gazon TORO. Numero modello: Numéro de modèle: Numero serie: Gebruik uitlsuitend originele TORO-reserveonderdelen of door de producent goedgekeurde delen. Slechts op die manier is uw veiligheid en de veiligheid van anderen gegarandeerd. Op het typeplaatje bevinden zich het model- en serienummer van de gazonmaaier (afb. 30). Bij reserveonderdeelbestellingen of correspondentie dient u steeds beide nummers te vermelden. Vul hier het model- en serienummer van uw TORO-gazonmaaier in Model-Nn.: Serienummer: Numéro de série: I pezzi di ricambio possono essere acquistati presso i centri assistenza TORO indicando i numeri del modello e di serie. Des pièces de rechange peuvent être obtenues de tous les services après vente de TORO en indiquant les numéros de modèle et de série. 6.2 Reserveonderdelen kunnen bij elke TORO-klantenservice onder vermelding van het model- en serienummer worden besteld. Indirizzo dell’assistenza post-vendita 6.2 6.2 Adresse du service après vente Klantenservice-adres Annotate qui l'indirizzo del centro assistenza TORO più vicino: Vul hier de dichtstbijgelegen TORO-klantenservice in: Notez ici le service après vente de TORO le plus proche: © 1998 by The Toro Company 37 Ricerca guasti Problema Cause possibili STORINGEN OPSPOREN Rimedio Probleem Mogelijke oorzaken Oplossing 1. Netaansluitkabel is niet of niet correct in het stopcontact gestoken. 1. Netstekker aansluiten. 2. Consultare un centro assistenza TORO autorizzato. 2. De motor is defect. 2. Geautoriseerde TOROklantenservice opzoeken. 3. La rete elettrica è difettosa (fusibile o interruttore). 3. Controllare la rete elettrica. 3. Het stroomnet heeft schade (zekering of schakelaar). 3. Stroomnet controleren. 4. Troppa erba nello chassis. 4. Sfilare la spina della rete. Pulire lo chassis. 4. Teveel grasafval in de maaimachine. 4. Netstekker eraf trekken. Kast schoonmaken. Tempo di arresto lama superiore a 3 secondi. 1. Freno di sicurezza è difettoso. 1. Consultare un centro assistenza TORO autorizzato. Mesnalooptijd langer dan 3 seconden. 1. Nalooprem defect. 1. Geautoriseerde TOROklantenservice opzoeken. Il motore vibra o non funziona regolarmente. 1. La vite della lama è allentata. 1. Serrare la vite della lama a 15 Nm . Motor trilt of loopt onregelmatig. 1. Messchroef is los. 1. Messchroef met 15 Nm aandraaien. 2. La lama non è equilibratura. 2. Rivolgersi ad un centro assistenza TORO autorizzato per l'equilibratura. 2. Mes niet uitgebalanceerd. 2. uitbalancering van het mes door een TORO-klantenservice laten controleren. Il motore non si avvia. Il motore si spegne durante il suo funzionamento. 1. Il cavo di collegamento alla rete non è inserito o non è inserito correttamente. 1. Collegare la spina alla rete. 2. Il motore è difettoso. 1. Aumentare l’altezza di taglio. 1. Sovraccarico del motore Ridurre la velocità di ladovuto alle condizioni esistenti. voro. © 1998 by The Toro Company De motor start niet. Motor slaat gedurende het gebruik af. 1. Overbelasting van de motor door 1. Maaihoogte vergroten. Loopde aanwezige omstandigheden. snelheid verminderen. 39 7 Tips voor de gazonverzorging 7.1 7.2 7.3 7.4 Lente Zomer Herfst Winter 7.1 Lente Schoonmaken: het gras dient twee of drie weken voordat de normale groei begint één keer te worden gemaaid en gereinigd. Bij het maaien wordt de maaihoogte zo ingesteld dat er ca. 1,5 cm van het rustende gras wordt afgemaaid. Hierdoor bewerkstelligt men dat het gazon vroegtijdig groen wordt. Bij het gebruik van de als toebehoren leverbare grasopvangzak kan het winterafval hiermee worden verwijderd, men dient van tevoren echter metalen voorwerpen, stenen, scherven enz. - die de grasopvangzak kunnen beschadigen - te verwijderen. Verticuteren: de grond dient met een mechanisch loswerkapparaat (verticuteerapparaat) te worden bewerkt. Door het loswerken kunnen lucht, water en meststoffen gemakkelijker in de bodem dringen, zodat een diepe wortelgroei wordt gestimuleerd. Bemesting: op gazons strooit men in het voorjaar speciale gazonkunstmest. Deze bemesting dient één of twee keer te worden herhaald in de loop van de vegetatieperiode, afhankelijk van de eisen die aan het gazon worden gesteld. Wie tot in de winter een intens groen, dicht gazon wenst, strooit de laatste keer in de nazomer. Het is in ieder geval aan te bevelen de kunstmest spoedig na het strooien grondig te laten inregenen resp. het gazon met water te sproeien. Hier dient er echter op te worden gelet dat op ongelijkmatige ondergronden of bij het sproeien met een te scherpe “waterstraal” wordt voorkomen dat de kunstmest zich ophoopt. Bovendien dient de kunstmest niet op een net gemaaid gazon te worden gestrooid, maar enkele dagen ervoor of erna. Elke bemesting heeft een dichter gazon tot gevolg, waarbij de groei echter ook wordt versneld. Men dient er daarom op te letten dat er tijdig wordt gemaaid, omdat anders de waardevolle grassoorten die uitlopers produceren worden onderdrukt. Het is een grote fout een hoog opgeschoten gazon vervolgens weer zeer kort af te maaien. Als er te kort wordt afgemaaid, ontstaan er, met name bij droogte, bruine plekken op het gazon, die dan dikwijls abusievelijk als bemestingsschade worden aangeduid. © by The Toro Company Water sproeien: goed bevochtigen is van belang om een gezond gazon te krijgen. Diepe bevochtiging, wanneer het gras deze het meest nodig heeft (kort voor het verwelken), stimuleert een diepe wortelgroei. Veelvuldig en oppervlakkig sproeien leidt ertoe dat de wortels in de buurt van het aardoppervlak worden geconcentreerd en dat de onkruidgroei wordt gestimuleerd. Maaien: regelmatig maaien is voor het behoud van een gezond gazon onontbeerlijk. Men kan het best zo dikwijls maaien dat er niet meer dan 1/3 van de grasnerf wordt afgemaaid. Dun of vers ingezaaid gazon dient op 3,5 cm te worden afgemaaid. Dit dient men ca. 4 tot 5 weken te herhalen, zodat het gazon groeit en dichter wordt. Onkruid-, insecten- en ziektebestrijding de meest vakhandelaren hebben speciale chemicaliën ter bestrijding van onkruid, insecten en ziekten van verschillende aard in hun assortiment. De aanwijzingen van de fabrikant ten aanzien van de gebruiksfrequentie, de milieu-effecten en het gebruik van de voorgeschreven middelen dienen steeds te worden nageleefd. Inzaaien: hoewel de herfst er het meest gunstige jaargetijde voor is, kan gazon in het kader van de normale voorjaarsbehandeling ook worden ingezaaid. 7.2 Zomer Maaien: gedurende de warme en droge zomermaanden mag het gazoin niet te kort worden gemaaid, omdat daardoor het gras alleen bovenmatig uitdroogt en verdort. Als er met de grasopvanginrichting wordt gemaaid, kunnen hiermee onkruid, onkruidzaden en eventuele andere ongewenste planten worden verwijderd. Loswerken: afhankelijk van de staat van de ondergrond is het goed het gazon van tijd tot tijd los te werken, met name in een droge zomer. Bevochtigen: gedurende de warme zomermaanden is verwelkt gras een teken van waterbehoefte. Diepgaande bevochtiging is gedurende deze maanden raadzaam. Naast de traditionele beregeningsmethode met tuinslangen zijn er ook in de grond aangelegde beregeningssystemen beschikbaar, welke eveneens door TORO worden vervaardigd. Deze beregeningssystemen werken automatisch, zijn echter ook voor handmatige bediening verkrijgbaar. 7.3 Herfst Maaien: in de herfst dient er volgens dezelfde richtlijnen te worden gemaaid, zoals deze voor de zomermaanden vastgelegd zijn. In de herfst wordt er gemaaid zolang de grasgroei dit nodig maakt. Bij het gebruik van de grasopvangzak wordt het loof automatisch verzameld en enigszins klein gehakt in een zak en is geschikt voor compostvorming. Tips voor het fijn hakken van loof: men kan de recycler ook voor het fijn hakken van loof of ander tuinafval gebruiken. Als u het loof echter in vuilniszakken wenst te verzamelen, is het aantal te vullen zakken geringer, omdat het loof vooraf wordt fijn gehakt en zodoende op een geringer vulvolume wordt gebracht. Een deel van het maaigoed zal bij het werken met de grasopvangzak desondanks in het gazon terecht komen en kan tot het volgende voorjaar waardevolle voedingsstoffen aan de bodem afgeven als meststof. • Overtuigt u er zich voor het maaien van dat het loof droog is. • Voordat u met de “recycling” ophoudt, dient u er zich van te overtuigen dat ca. 50 % van het gazon op het gemaaide oppervlak nog zichtbaar is.. • Om al het loof op te nemen en fijn te hakken is het ook zinvol langzamer te lopen en zodoende alle deeltjes in het gazon op te nemen. • In het voorjaar verdient het aanbeveling om, wanneer er grote hoeveelheden eikenloof aanwezig zijn, wat kalk op het gazon te strooien om het bladzuur te binden. Bevochtigen: omdat de grond aan het begin van de wintermaanden vochtig dient te zijn, is regelmatig bevochtigen in de herfst even belangrijk als gedurende de zomermaanden. Inzaaien: dit jaargetijde is het best geschikt om nieuw gazon in te zaaien of om het bestaande gazon bij te zaaien. 7.4 Winter Voorbereiding van het gazon voor de winter: wie een fraai, steeds groen gazon wenst te verkrijgen, dat zonder schade te veroorzaken kan worden belast, dient het om de twee of drie jaar voor het invallen van de winter met compostaarde of een hummesmeststof te bedekken. De fijn gehakte humusmeststof wordt na het uitstrooien grondig in het gras geharkt. 47
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

Andere documenten