Worx WG368E de handleiding

Categorie
Dockstations voor mobiele apparaten
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

P07
P23
P42
P60
P79
P97
P115
P133
P150
P168
P185
Cordless Chain Saw
Akku-Kettensäge
Tronçonneuse à chaîne sur batterie
Motosega a batteria
Motosierra a batería
Kettingzaag op batterijen





EN
D
F
I
ES
NL
PL
HU
RO
CZ
SK
WG368E WG368E.9
Original instructions EN
Originalbetriebsanleitung D
Notice originale F
Istruzioni originali I
Manual original ES
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing NL
 
 
 
 
 
Kettingzaag op batterijen NL
97
1. ACHTERSTE HANDGREEP
2. AAN /UITSCHAKELAAR
3. INSCHAKELBLOKKERING
4. OLIETANKDOP
5. VOORSTE HANDGREEP
6. HANDBESCHERMING
7. ZWAARD
8. ZAAGKETTING
9. KLAUWAANSLAG
10. KETTINGSPANKNOP
11. AFSCHERMING
12. KETTINGWIEL
13. LOOPRICHTING- EN SNIJRICHTINGSYMBOOL
14. ZWAARDGELEIDINGSBRUG
15. OLIESPROEIER
16. BEVESTIGINGSBOUT
17. KETTINGVANGER
18. AANDUIDING VAN OLIENIVEAU
19. KETTINGVANGBOUT
20. STAAFKLEM
21. BESCHERMKAP VOOR HET MES *
* Niet alle afgebeelde of beschreven toebehoren worden standaard meegeleverd.
Kettingzaag op batterijen NL
98
TECHNISCHE GEGEVENS
Type WG368E WG368E.9 (3- aanduiding van machines, kenmerkend voor kettingzaag)
WG368E WG368E.9
Spanning 40V
Max*
Zwaardlengte 30cm
Snijlengte 25cm
Kettingsnelheid 3.8m/s
Inhoud olievoorraadreservoir 100ml
Kettingmaat 9.5mm
Aantal kettingschakels 45
Kettingmeting 1.1mm
Type zaagketting
Oregon
®
: 90PX
Zwaardype
Oregon
®
: 124MLEA041
Oplaadtijd 1uur /
Gewicht (inclusief ketting en zwaard) 3.8kg 3.0kg
*Spanning gemeten zonder belasting. Beginspanning batterij bereikt maximum
40 Volt. Nominale spanning is 36 Volt.
GELUIDSPRODUCTIE
A-gewogen geluidsdruk L
pA
:85dB(A)
A-gewogen geluidsniveau L
wA.d
:100dB(A)
K
pA
3.0dB(A)
Draag oorbescherming
TRILLINGSGEGEVENS
Totale trillingswaarden (triax vector-som) volgens EN 60745:
Trillingsemissiewaarde: a
h
=3.5m/s
2
Onzekerheid K =1.5m/s²
De opgegeven totale trillingswaarde kan worden gebruikt om een gereedschap met een ander te
vergelijken en kan ook dienen als een voorlopige beoordeling van de blootstelling.
WAARSCHUWING: De trillingsemissiewaarde tijdens het feitelijke gebruik van dit
elektrisch gereedschap kan afwijken van de opgegeven waarde, afhankelijk van de wijze
waarop het gereedschap wordt gebruikt, zoals in de volgende voorbeelden:
Hoe het gereedschap wordt gebruikt en welk materiaal wordt gesneden of geboord.
Of het gereedschap in goede staat verkeerd en correct wordt onderhouden.
Kettingzaag op batterijen NL
99
Gebruik van de juiste toebehoren voor het gereedschap en of deze scherp zijn en in goede staat
verkeren.
De stevigheid van de grip op de handgrepen en het eventuele gebruik van antivibratie-accessoires.
En of het gereedschap wordt gebruikt waarvoor het ontworpen is en in overeenstemming met
deze instructies.
Dit gereedschap kan een trillingssyndroom in de handen en armen veroorzaken als het
niet op de juiste wijze gehanteerd wordt.
WAARSCHUWING: Voor de nauwkeurigheid moet bij een schatting van het
blootstellingsniveau in de feitelijke gebruiksomstandigheden rekening worden gehouden
met alle delen van de bedrijfscyclus, zoals het moment waarop het gereedschap wordt
uitgeschakeld en terwijl het gereedschap in werking is zonder daadwerkelijk gebruikt te worden.
Dit kan het blootstellingsniveau over de totale werkperiode aanzienlijk verminderen.
Help de blootstelling aan trillingen te minimaliseren.
Gebruik ALTIJD scherpe beitels, boren en messen.
Onderhoud het gereedschap in overeenstemming met deze instructies en houd het goed
gesmeerd (indien van toepassing).
Schaf antivibratie-accessoires aan wanneer u het gereedschap geregeld gebruikt.
Vermijd het gebruik van gereedschap bij temperaturen van 10
o
C of minder.
Plan de werkzaamheden zodat de taken met veel trillingen over een aantal dagen verspreid
worden.
TOEBEHOREN
WG368E WG368E.9
Zaagkettinghechtolie (100ml) 1 1
Beschermkap voor het mes 1 1
Lader (WA3735) 1 /
Batterij (WA3536) 1 /
Wij adviseren u alle accessoires te kopen in de winkel waar u het gereedschap heeft aangekocht.
Gebruik producten van goede kwaliteit met een bekende merknaam. Kies het type dat geschikt is
voor het werk dat u van plan bent uit te voeren. Kijk op de verpakking van accessoires voor meer
informatie. Ook het winkelpersoneel kan u helpen en adviseren.
Kettingzaag op batterijen NL
100
ALGEMENE
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
VOOR VERMOGENSMACHINE
WAARSCHUWING! Lees alle
instructies zorgvuldig door. Indien
u zich niet aan alle onderstaande instructies
houdt, kan dat leiden tot een elektrische schok,
brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en
instructies voor latere naslag.
De term “(elektrisch) gereedschap” in de
waarschuwingen hieronder, verwijst naar
uw op netspanning werkende gereedschap
(met stroomdraad) of uw accugereedschap
(draadloos).
1) WERKGEBIED
a) Houd uw werkgebied schoon en
zorg ervoor dat deze goed verlicht
is. In rommelige en slecht verlichte
werkgebieden gebeuren sneller
ongelukken.
b) Gebruik elektrisch gereedschap
niet in explosieve atmosferen, zoals
in de nabijheid van ontvlambare
vloeistoffen, gassen of stof. Elektrisch
gereedschap veroorzaakt vonken die
de stof of de gassen kunnen doen
ontvlammen.
c) Houd kinderen en omstanders uit
de buurt terwijl u met elektrisch
gereedschap werkt. Afleidingen kunnen
ervoor zorgen dat u de controle over het
gereedschap verliest.
2) ELEKTRISCHE VEILIGHEID
a) De stekker van het elektrisch
gereedschap moet passen in het
stopcontact. Pas de stekker op geen
enkele manier aan om te zorgen
dat hij wel past. Gebruik geen
adapterstekkers terwijl u geaard
elektrisch gereedschap gebruikt.
Onaangepaste stekkers die in het
stopcontact passen, verminderen de kans
op een elektrische schok.
b) Vermijd lichamelijk contact met
geaarde of gegronde oppervlakken,
zoals buizen, radiatoren, fornuizen en
koelkasten. Als uw lichaam geaard of
gegrond is, is er een grotere kans op een
elektrische schok.
c) Stel uw elektrische gereedschap
niet bloot aan regen of natte
omstandigheden. Water dat elektrisch
gereedschap kan binnendringen, vergroot
de kans op een elektrische schok.
d) Gebruik de stroomdraad niet op
een andere manier dan waarvoor
deze gemaakt is. Trek niet aan de
stroomdraad, ook niet om de stekker
uit het stopcontact te krijgen en draag
het gereedschap niet door het aan de
stroomdraad vast te houden. Houd de
stroomdraad uit de buurt van hitte,
olie, scherpe hoeken en bewegende
onderdelen. Beschadigde of verwarde
stroomdraden vergroten de kans op een
elektrische schok.
e) Wanneer u het elektrische
gereedschap buitenshuis gebruikt,
dient u te zorgen voor een
verlengsnoer dat geschikt is voor
gebruik buitenshuis. Het gebruik van een
verlengsnoer dat geschikt is voor gebruik
buitenshuis, vermindert de kans op een
elektrische schok.
f) Moet een krachtmachine in een
vochtige locatie worden gebruikt,
gebruik dan een aardlekschakelaar
(ALS). Een ALS vermindert het gevaar op
elektrische schokken.
3) PERSOONLIJKE VEILIGHEID
a) Blijf alert, kijk waar u mee bezig
bent en gebruik uw gezonde
verstand wanneer u met elektrisch
gereedschap werkt. Gebruik geen
elektrisch gereedschap wanneer u
moe bent of onder de invloed van
drugs, alcohol of medicijnen. Een
moment van onoplettendheid bij het
gebruik van elektrisch gereedschap kan
leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
b) Gebruik een veiligheidsuitrusting.
Draag altijd oogbescherming. Een
veiligheidsuitrusting, zoals een stofmasker,
schoenen met antislipzolen, een
Kettingzaag op batterijen NL
101
veiligheidshelm, of oorbescherming die
onder de juiste omstandigheden gebruikt
wordt, vermindert de kans op persoonlijk
letsel.
c) Pas op dat het apparaat niet
onbedoeld wordt gestart. Zorg ervoor
dat de schakelaar uit staat voordat u
de voeding en/of batterij aansluit, en
als u de machine oppakt en draagt.
Gereedschap dragen terwijl u uw vinger
op de schakelaar houdt, of de stekker
in het stopcontact steken terwijl het
gereedschap ingeschakeld staat, is vragen
om ongelukken.
d) Verwijder inbussleutels of
moersleutels voordat u het
gereedschap inschakelt. Een sleutel die
nog in of op een draaiend onderdeel van
het elektrische gereedschap zit, kan leiden
tot ernstig persoonlijk letsel.
e) Werk niet boven uw macht. Zorg
er altijd voor dat u stevig staat en
goed in balans bent. Hierdoor heft u
betere controle over het gereedschap in
onverwachte situaties.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen
loszittende kleding of sieraden. Houd
uw haar, kleding en handschoenen uit
de buurt van bewegende onderdelen.
Loszittende kleding, sieraden of lang haar
kan vast komen te zitten in bewegende
onderdelen.
g) Wanneer er apparaten worden
bijgeleverd voor stofafzuiging en –
opvang, zorg er dan voor dat deze
aangesloten zijn en op de juiste
manier gebruikt worden. Het gebruik
van deze apparaten vermindert de gevaren
die door stof kunnen ontstaan.
4) GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN
ELEKTRISCH GEREEDSCHAP
a) Forceer het gereedschap niet. Gebruik
gereedschap dat voor de toepassing
geschikt is. Het gebruik van geschikt
gereedschap levert beter werk af en werkt
veiliger als het gebruikt wordt op de
snelheid waar het voor ontworpen is.
b) Gebruik het gereedschap niet wanneer
de aan/uitschakelaar niet functioneert.
Gereedschap dat niet kan worden bediend
met behulp van de schakelaar is gevaarlijk
en dient te worden gerepareerd.
c) Neem de stekker uit het stopcontact
en/of verwijder de batterij voordat u
instellingen veranderd, toebehoren
vervangt of de machine opbergt.
Deze preventieve veiligheidsmaatregelen
verminderen de kans op het ongewild
inschakelen van het gereedschap.
d) Berg gereedschap dat niet gebruikt
wordt buiten het bereik van kinderen
op en laat personen die niet bekend
zijn met het gereedschap of met deze
veiligheidsinstructies het gereedschap
niet bedienen. Elektrisch gereedschap kan
in de handen van ongetrainde gebruikers
gevaarlijk zijn.
e) Onderhoud elektrisch gereedschap
op de juiste wijze. Controleer of
bewegende onderdelen nog goed
uitgelijnd staan, of ze niet ergens
vastzitten en controleer op elke
andere omstandigheid die ervoor
kan zorgen dat het gereedschap
niet goed functioneert. Wanneer het
gereedschap beschadigd is, dient
u het te repareren voordat u het in
gebruik neemt. Veel ongelukken worden
veroorzaakt door slecht onderhouden
elektrisch gereedschap.
f) Houd snijdend gereedschap schoon
en scherp. Goed onderhouden snijdend
gereedschap met scherpe zaagbladen/
messen zal minder snel vastlopen en is
makkelijker te bedienen.
g) Gebruik het gereedschap, de
accessoires, de bitjes, enz. in
overeenstemming met deze
instructies en op de manier zoals
bedoeld voor het specifieke type
elektrisch gereedschap, rekening
houdend met de werkomstandigheden
en het uit te voeren werk. Het
gereedschap gebruiken voor andere
doeleinden dan waar deze voor ontworpen
is, kan gevaarlijke situaties opleveren.
Kettingzaag op batterijen NL
102
5) GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN
ACCUGEREEDSCHAP
a) Laad het accupack alleen op met de
door de fabrikant aangegeven oplader.
Een oplader die geschikt is voor het ene
type accupack, kan brand veroorzaken
wanneer die gebruikt wordt voor een ander
type accupack.
b) Gebruik het gereedschap uitsluitend
met het aangegeven accupack. Door
het gebruik van andere accupacks ontstaat
de kans op letsel of brand.
c) Wanneer het accupack niet gebruikt
wordt, dient u het uit de buurt te
houden van metalen voorwerpen,
zoals paperclips, munten, sleutels,
spijkers, schroeven of andere
kleine metalen voorwerpen die een
verbinding kunnen maken tussen
de contactpunten van de terminal.
Het kortsluiten van de accuterminals kan
zorgen voor brandwonden of brand.
d) Onder extreme omstandigheden kan
er vloeistof uit de accu lopen; raak
deze vloeistof niet aan. Wanneer u
toch onverhoopt met de vloeistof
in aanraking komt, dient u dit
onmiddellijk af te spoelen met water.
Wanneer de vloeistof in de ogen komt,
dient u zo snel mogelijk een arts te
raadplegen. Vloeistof die afkomstig is
uit de accu kan irritatie of brandwonden
veroorzaken.
6) SERVICE
a) Laat uw elektrisch gereedschap
repareren door een bevoegde
reparateur die alleen originele
reserveonderdelen gebruikt. Zo bent
u er zeker van dat uw gereedschap veilig
blijft.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR KETTINGZAGEN
1. Houd bij een lopende zaag alle
lichaamsdelen uit de buurt van de
zaagketting. Controleer voor het
starten van de zaag dat de zaagketting
niets aanraakt. Bij werkzaamheden met
een kettingzaag kan een moment van
onoplettendheid ertoe leiden dat kleding
of lichaamsdelen door de zaagketting
worden meegenomen.
2. Houd de kettingzaag met uw
rechterhand aan de achterste
handgreep en met uw linkerhand
aan de voorste handgreep vast. Als u
de kettingzaag anders vasthoudt, loopt
u een hoger risico op verwondingen.
Houd de kettingzaag daarom alleen zoals
voorgeschreven vast.
3. Houd het gereedschap alleen aan de
geïsoleerde handgrepen vast, omdat
de kettingzaag in aanraking kan
komen met verborgen bedrading. Als
de zaagketting een onder stroom staande
draad aanraakt, zorgt dit er voor dat niet-
geïsoleerde delen van het gereedschap
ook onder stroom komen, waardoor
de gebruiker een elektrische schok kan
krijgen.
4. Draag een veiligheidsbril en
gehoorbescherming. Overige
beschermende uitrusting voor
hoofd, handen, benen en voeten
wordt geadviseerd. Passende
beschermende kleding vermindert het
verwondingsgevaar door rondvliegend
spaanmateriaal en toevallig aanraken van
de zaagketting.
5. Werk met de kettingzaag niet op een
boom. Bij gebruik van een kettingzaag op
een boom bestaat verwondingsgevaar.
6. Let er altijd op dat u stevig staat en
gebruik de kettingzaag alleen als u
op een stevige en vlakke ondergrond
staat. Een gladde of instabiele
ondergrond kan, in het bijzonder bij het
gebruik van een ladder, tot het verlies
van de controle over uw evenwicht en de
kettingzaag leiden.
7. Houd er bij het afzagen van een onder
spanning staande tak rekening mee
dat deze terugveert. Als de spanning in
de houtvezels vrijkomt, kan de gespannen
tak de bediener raken, of kan deze de
bediener de controle over de kettingzaag
doen verliezen.
Kettingzaag op batterijen NL
103
8. Wees bijzonder voorzichtig bij het
zagen van laag houtgewas en jonge
bomen. Het dunne materiaal kan in de
zaagketting blijven hangen en op u slaan
of u uit het evenwicht brengen.
9. Draag de kettingzaag aan de
voorste handgreep met stilstaande
zaagketting en naar achteren
wijzende geleidingsrail. Breng altijd
de veiligheidsafscherming aan voordat u
de kettingzaag vervoert of opbergt. Een
zorgvuldige omgang met de kettingzaag
vermindert de kans op per ongeluk
aanraken van de lopende zaagketting.
10. Volg de aanwijzingen voor het smeren,
de kettingspanning en het wisselen
van toebehoren op. Een onjuist
gespannen of gesmeerde ketting kan
breken of het terugslagrisico verhogen.
11. Houd handgrepen droog, schoon en
vrij van olie en vet. Vettige grepen met
olie zijn glad en leiden tot het verlies van
de controle over de kettingzaag.
12. Zaag alleen hout. Gebruik
de kettingzaag alleen voor
werkzaamheden waarvoor deze
bestemd is. Voorbeeld: Gebruik de
kettingzaag niet voor het zagen van
plastic, metselwerk of bouwmaterialen
die niet van hout zijn. Het gebruik van
de kettingzaag voor werkzaamheden
waarvoor deze niet bestemd is, kan tot
gevaarlijke situaties leiden.
OORZAKEN EN VOORKOMING VAN EEN
TERUGSLAG:
Terugslag kan optreden als de punt van de
geleidingsrail een voorwerp raakt of als het
hout buigt en de zaagketting in de groef wordt
vastgeklemd.
Een aanraking met de punt van de
geleidingsrail kan in veel gevallen tot een
onverwachte en naar achteren gerichte actie
leiden, waarbij de geleidingsrail omhoog en in
de richting van de bediener wordt geslagen.
Het vastklemmen van de zaagketting aan
de bovenkant van de geleidingsrail kan
de geleidingrail snel in de richting van de
bediener terugstoten.
Elk van deze reacties kan ertoe leiden dat
u de controle over de zaag verliest en u
zich mogelijk ernstig verwondt. Vertrouw
niet uitsluitend op de in de kettingzaag
ingebouwde veiligheidsvoorzieningen.
Als gebruiker van een kettingzaag dient u
verschillende maatregelen te treffen om
zonder ongevallen en zonder verwondingen
te kunnen werken. Een terugslag is
het gevolg van het verkeerd gebruik of
onjuiste gebruiksomstandigheden van
het elektrische gereedschap. Terugslag
kan worden voorkomen door geschikte
voorzorgsmaatregelen, zoals hieronder
beschreven:
Houd de zaag met beide handen vast,
waarbij duim en vinger de grepen van
de kettingzaag omsluiten. Neem een
zodanige lichaamshouding in en houd
uw armen in een zodanige positie,
dat u stand kunt houden ten opzichte
van de terugslagkrachten. Als geschikte
maatregelen worden getroffen, kan de
bediener de terugslagkrachten beheersen.
Laat de kettingzaag nooit los.
Voorkom een abnormale
lichaamshouding en zaag niet boven
schouderhoogte. Daardoor wordt
per ongeluk aanraken met punt van de
kettinggeleider voorkomen en kan de
kettingzaag in onverwachte situaties beter
onder controle worden gehouden.
Gebruik altijd de door de fabrikant
voorgeschreven vervangende
kettinggeleiders en zaagkettingen.
Verkeerde vervangende kettinggeleiders en
zaagkettingen kunnen tot kettingbreuk en
terugslag leiden.
Houd u aan de aanwijzingen van
de fabrikant voor het slijpen en het
onderhoud van de zaagketting. Te lage
dieptebegrenzers verhogen de neiging tot
terugslag.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
VOOR HET ACCUPACK
a) Batterijcellen en accupacks mogen
niet gedemonteerd, geopend of
vernietigd worden.
Kettingzaag op batterijen NL
104
b) Sluit accupacks niet kort. Bewaar
accupacks niet willekeurig in een
doos of lade waar ze elkaar kunnen
kortsluiten of door geleidende
voorwerpen kortgesloten kunnen
worden. Houd het accupack op een
afstand van andere metalen voorwerpen
als paperclips, muntstukken, sleutels,
nagels, schroeven en andere kleine
metalen voorwerpen die de contacten
van de accupack kunnen verbinden.
Kortgesloten contacten van accupacks
kunnen brandwonden of brand
veroorzaken.
c) Stel accupacks niet bloot aan warmte
of vuur. Vermijd opslag in direct
zonlicht.
d) Stel accupacks niet bloot aan
mechanische schokken.
e) Als een accu lekt dient men
voorzichtig te zijn dat de vloeistof
niet in contact komt met de huid of
de ogen. Als dat toch gebeurt spoelt
men de huid onder stromend water
en raadpleegt men een arts.
f) Raadpleeg meteen een arts wanneer
een batterij of accupack is ingeslikt .
g) Houd batterijcellen en accupacks
schoon en droog.
h) Veeg de aansluitingen van het
accupack schoon met een droge doek
als ze vuil zijn geworden.
i) Accupacks moeten voor gebruik
worden opgeladen. Lees de
gebruiksaanwijzing voor de juiste
laadinstructies.
j) Laat accupacks niet langdurig
opladen als ze niet worden gebruikt.
k) Na een lange opslagperiode kan het
nodig zijn het accupack enkele keren
op te laden en te ontladen voor een
optimale prestatie.
l) Accupacks presteren het best bij
normale kamertemperatuur (20°C ±
5°C).
m) Wanneer u accupacks wegwerpt,
dient u accupacks van verschillende
elektrochemische systemen van
elkaar afgezonderd te houden.
n) Laad alleen op met een lader met
de technische gegevens van WORX.
Gebruik geen andere lader dan de
lader die specifiek voor dat doel met
de apparatuur is meegeleverd. Een
lader voor één type accupack geschikt is
kan een brandgevaar inhouden wanneer
gebruikt met een ander type.
o) Gebruikt geen accupack dat niet
bedoeld is voor gebruik met deze
apparatuur.
p) Houd accupacks buiten het bereik
van kinderen.
q) Bewaar de oorspronkelijke instructies
van het product voor latere gebruik.
r) Verwijder het batterijpakket uit de
apparatuur als het niet in gebruik is.
s) Volg de juiste procedure voor
afvalverwijdering na afdanken van dit
apparaat .
Kettingzaag op batterijen NL
105
SYMBOLE
BEOOGD GEBRUIK
De machine is bestemd voor het vellen van
bomen en het zagen van stammen, takken,
houten balken, planken etc. en kan worden
gebruikt voor schulpen (in de lengte van de
houtnerf) en afkorten (dwars op de houtnerf).
Deze machine is niet geschikt voor het zagen
van minerale materialen.
MONTAGE
WAARSCHUWING! Voordat U
de ketting aanraakt of andere
aanpassingen maakt, zorg ervoor dat
het gereedschap is uitgeschakeld en de
batterij is verwijderd.
Draag altijd werkhandschoenen bij de
omgang met de zaagketting.
MONTAGE VAN ZWAARD EN
ZAAGKETTING
1. Pak alle delen voorzichtig uit.
2. Leg de kettingzaag neer op een recht
oppervlak.
3. Gebuik uitsluitens een originele ketting van
WORX die voor de kettingzaag ontworpen is.
4. Leg de zaagketting (8) in de rondlopende
sleuf van het zwaard (7). Let op de juiste
looprichting. Vergelijk de ketting met het
looprichtingsymbool (13) (Zie B). Controleer
of de vanger van de kettingspanner (17)
naar buiten gericht is. (Zie A)
5. Leg de kettingschakels om het kettingwiel
(12) zo aan dat de bevestigingsbouten (16)
en de beide zwaardgeleidingsbruggen in
het langgat van het zwaard (7). (Zie B)
6. Controleer of alle delen goed geplaatst zijn.
(Zie C)
7. Breng de afscherming, controleer of de
bout van de kettingvanger (19) past in de
groef van de dekplaat (11). (Zie D)
8. Schroef de dekplaat vast (11) met de
blokkeerknop (10). (Zie E)
WAARSCHUWING: De ketting
is nog niet gespannen. De
ketting moet gespannen worden zoals
beschreven is onder “De kettnig
spannen”. De ketting moet worden
geïnspecteerd om zeker te zijn dat de
geschikte spanning aanwezig is.
WAARSCHUWING
Lees de gebruikershandleiding om
het risico op letsels te beperken.
Draag oorbescherming
Draag een veiligheidsbril
Draag een stofmasker
Niet blootstellen aan regen of water
Niet blootstellen aan regen of water
Niet verbranden
Batterijen niet weggooien. Breng
lege accu’s naar een recyclecentrum
of inzamelpunt voor chemisch afval
bij u in de buurt.
Dit product is gemarkeerd met een
symbool betreffende het verwijderen
van elektrisch en elektronisch afval.
Dat betekent dat het product niet bij
het huisvuil geworpen mag worden,
maar naar een inzamelingspunt moet
worden gebracht dat voldoet aan
de Europese Richtlijn 2002/96/CE.
Daar wordt het dan gedemonteerd
voor recycling, zodat de schade aan
het milieu beperkt blijft. Elektrische
en elektronische apparaten kunnn
gevaarlijk zijn voor het milieu en
de volksgezondheid aangezien ze
gevaarlijke stoffen bevatten.
Kettingzaag op batterijen NL
106
ZAAGKETTING SPANNEN
Controleer de kettingspanning voor het begin
van de werkzaamheden, na de eerste keren
zagen en tijdens het zagen regelmatig. In het
bijzonder bij nieuwe zaagkettingen moet in het
begin met verslapping worden gerekend.
WAARSCHUWING: Verwijder de
batterij uit het gereedschap voordat
U de spanning van de zaagketting
aanpast.
WAARSCHUWING: De snijranden
van de zaagketting zijn scherp.
Gebruik handschoenen als u de ketting
hanteert.
WAARSCHUWING: Zorg altijd voor
de juiste kettingspanning. Een
losse ketting geeft een hoger risico
op terugslag. Een losse ketting kan
uit de groef van het zwaard springen.
Dit veroorzaakt verwonding voor de
gebruiker en schade aan de ketting. Een
losse ketting geeft hogere slijtage aan
ketting, zwaard en tandwiel.
1. Leg de kettingzaag neer op een recht
oppervlak.
2. Draai de kettingspanknop (10) in de
richting van de wijzers van de klok tot de
juiste kettingspanning is bereikt. De juiste
kettingspanning wordt automatisch bereikt.
Het ratelmechanisme verhindert dat de
spanning te los is. (Zie F1)
3. Controleer de spanning die is ingesteld
door de automatische kettingspanknop.
De zaagketting (8) is correct gespannen
wanneer deze in het midden ca. 3-6mm
kan worden opgetild (de kettingschakels
moeten gewoon in de zaagbladgeleider
blijven). Dit moet met één hand gebeuren
door het omhoogtrekken van de
zaagketting tegen het eigen gewicht van de
machine. (Zie F2)
Gebruik een schroevendraaier om de
ketting rond de geleiderstaaf te bewegen
om te controleren of er geen kinken zijn. De
ketting moet vrij draaien. (Zie F3)
4. Komt de ketting los, schroef dan de
kettingspanknop volledig los en schroef de
dekplaat met de blokkeerknop weer stevig
vast.
KETTINGSMERING
BELANGRIJK: De kettingzaag wordt
niet met zaagkettinghechtolie
gevuld geleverd. Het is belangrijk om
de kettingzaag voor gebruik met olie te
vullen. Het gebruik van de kettingzaag
zonder zaagkettinghechtolie of bij een
oliepeil onder de minimummarkering
leidt tot beschadiging van de
kettingzaag.
OPMERKING: De levensduur en de
snijcapaciteit van de ketting hangt af van
de optimale smering. Daarom wordt tijdens
het gebruik de zaagketting automatisch met
zaagkettinghechtolie gesmeerd.
Olietank vullen:
1. Plaats de kettingzaag met de olietankdop
naar boven op een geschikte ondergrond.
2. Maak met een doek de omgeving van de
olietankdop schoon, schroef de dop los en
verwijder deze.
3. Giet er kettingzaagolie in tot het reservoir
vol is. ISO VG32 staaf- en kettingolie van elk
merk kan worden gebruikt.
4. Let erop dat er geen vuil in de olietank
terechtkomt. Breng de olietankdop weer
aan en sluit af.
BELANGRIJK: Om uitwisseling
van lucht tussen olietank en
omgeving mogelijk te maken, zijn er
kleine openingen in de olietankdop. Zet
de zaag, wanneer u deze niet gebruikt,
altijd horizontaal neer, om uitlopen van
olie te voorkomen (olietankdop 4 wijst
omhoog).
Gebruik uitsluitend de geadviseerde,
biologisch afbreekbare hechtolie om
beschadiging van de kettingzaag te
voorkomen. Gebruik nooit gerecyclede
olie of oude olie. Bij gebruik van niet-
toegelaten olie vervalt de garantie.
DE AUTOMATISCHE OLIESPUIT
CONTROLEREN
De goede werking van de automatische
oliespuit kan worden gecontroleerd door de
kettingzaag in te schakelen en de punt van
de kettinggeleider (7) naar een stuk karton of
papier op de grond te richten.
Kettingzaag op batterijen NL
107
Als een toenemend oliepatroon ontwikkelt op
het karton, werkt de automatische oliespuit
goed. Als er geen oliepatroon is, ondanks een
vol oliereservoir, moet u contact opnemen
met de klantendienst van WORX of met een
door WORX erkende onderhoudsagent.
VOORZICHTIG: Raak de grond
niet met de ketting. Zorg voor een
veiligheidsafstand van 30cm.
BEDIENING
1. VOORDAT U HET DRAADLOOS
GEREEDSCHAP GEBRUIKT
WAARSCHUWING! De oplader
en het accupack zijn ontworpen
om samen gebruikt te worden,
probeer dus geen andere apparaten
te gebruiken. Zorg ervoor dat er nooit
metalen objecten in de oplader of de
contactpunten van het accupack komen,
dit kan zorgen voor een elektrische
schok en is gevaarlijk.
OPMERKING: Het accupack is NIET
opgeladen. Deze moet u dus voor gebruik
opladen.
De bijgeleverde batterijlader past bij de
Lithium-ionbatterij die in het apparaat is
geplaatst. Gebruik geen andere batterijlader.
2. DE BATTERIJEN OPLADEN
De Lithium-ionbatterij is beschermd tegen
volledig ontladen. Als de batterij leeg is,
wordt het toestel uitgeschakeld door een
beschermingscircuit.
In een warme omgeving, of na zwaar gebruik,
kan het batterijpak te heet worden om te
kunnen opladen. Laat de batterij enige tijd
afkoelen voor het heropladen.
3. HET ACCUPACK VERWIJDEREN OF
PLAATSEN (Zie G)
Druk op de ontgrendelingsknop van
de batterijdoos om de batterijdoos uit
de kettingzaag te verwijderen. Stop de
batterijdoos na het opladen in de batterijpoort
(Zie G). U hoeft alleen maar licht te duwen en
wat druk uit te oefenen tot een klik hoorbaar
is. Controleer om te zien of de batterij volledig
is vastgemaakt.
OPMERKING: Verwijdert u het
batterijpakket, houd het dan stevig vast
zodat het niet valt en letsel veroorzaakt.
4. LAMPJES VOOR DE ACCUTOESTAND
(Zie H)
OPMERKING: De lampjes geven de
toestand van de accu aan als de knop
van de accu wordt ingedrukt.
De lampjes tonen constant de toestand en de
conditie van de accu, en wel als volgt:
Druk op de knop “POWERTEST” en het
verlichtingsknopje wordt verlicht.
Als de drie groene lichten branden, is de
batterij zeer sterk opgeladen.
Als twee groene lichten (
) branden, is de
batterij matig opgeladen.
Als slechts één licht ( ) brandt, is de batterij
leeg.
BEANGRIJK: Wanneer slechts één lampje
oplicht, is de batterij te veel ontladen,
ondanks het feit dat het gereedschap
nog steeds kan werken. Als u het
gereedschap blijft verder gebruiken met
de batterij in ontladen positie, kan de
levensduur en prestaties van uw batterij
beperken.
5. IN- EN UITSCHAKELEN (Zie I)
Als u de machine wilt inschakelen, drukt u op
de inschakelblokkering (3), vervolgens drukt
u de aan/uitschakelaar (2) helemaal in en
houdt u de schakelaar in deze stand vast. De
inschakelblokkering (3) kunt u nu loslaten.
Als u de machine wilt uitschakelen, laat u de
aan/ uit-schakelaar (2) los.
Werkzaamheden
BELANGRIJK: Is de olietank
gevuld? Controleer de
oliepeilaanduiding (18) voor de
werkzaamheden en regelmatig tijdens
de werkzaamheden. Vul olie bij wanneer
het oliepeil de onderkant van het peilglas
bereikt heeft. De vulling is voldoende
voor ca. 20 minuten, afhankelijk van
de pauzes en de intensiteit van de
werkzaamheden (Zie J).
Controleer de kettingspanning tijdens
het zagen elke 10 minuten.
Kettingzaag op batterijen NL
108
1. Installeer de batterijdoos in de machine.
(Zie G).
2. Controleer of het deel van de boomstam
niet op de grond ligt. Dit verhindert dat de
ketting (8) de grond raakt wanneer door de
stam wordt gezaagd. Als de grond wordt
geraakt terwijl de ketting beweegt, kan dit
gevaar opleveren en wordt de ketting bot.
3. Houd de zaag met beide handen stevig
vast. Neem het voorste handvat in de
linkerhand en het achterste handvat in de
rechterhand. Gebruik een stevige greep.
Omsluit de grepen altijd met duim en
vingers. (Zie K).
4. Zorg dat u een stabiele positie aanneemt.
Zet de voeten op schouderbreedte uit
elkaar. Verdeel uw gewicht gelijkmatig over
beide voeten.
5. Wanneer u klaar bent om te zagen, duwt
u de ontgrendelingsknop (3) volledig naar
binnen met de rechterduim en drukt u de
starter samen. Hierdoor wordt de zaag
ingeschakeld. Als u de starter loslaat, wordt
de zaag uitgeschakeld. Controleer of de
zaag op volle snelheid werkt voordat u het
zagen start.
6. Wanneer u begint te zagen, plaatst u de
bewegende ketting langzaam tegen het
hout. Houd de zaag stevig op zijn plaats om
mogelijk stuiteren of glijden (zijdelingse
beweging) van de zaag te voorkomen.
7. Geleid de zaag met lichte druk en oefen
geen overmatige kracht uit op de zaag.
De motor wordt overbelast en kan
doorbranden. Hierdoor doet de zaag zijn
werk beter en veiliger aan de snelheid
waarvoor deze was bedoeld.
8. Verwijder de zaag uit een inkeping terwijl
de zaag op volle snelheid werkt. Stop de
zaag door de aan/uit-schakelaar los te laten.
Controleer of de zaag is gestopt voordat u
de zaag neerzet.
9. Blijf oefenen op afvalstronken in een
veilige werkomgeving tot u met de zaag
vertrouwd bent en u gemakkelijk met
een vloeiende beweging en een stabiele
zaagsnelheid kunt werken.
Apparaten voor de terugslagveiligheid
op deze zaag
Deze zaag heeft een ketting met een
lage terugslag en een kettinggeleider
met verminderde terugslag. Beide items
verminderen de kans op terugslag. Er kan
echter nog steeds wat terugslag optreden met
deze zaag.
Ter voorkoming van zaagterugslag.
Houd de zak met beide handen vast terwijl
hij loopt. Gebruik een stevige greep.
Omsluit de grepen altijd met duim en
vingers.
Zorg ervoor dat alle
veiligheidsvoorzieningen aanwezig zijn.
Zorg ervoor dat ze goed functioneren.
Zorg dat u niet te ver reikt of zaagt boven
schouderhoogte.
Zorg er altijd voor dat u stevig staat en
goed in balans bent.
Sta een weinig aan de linkerzijde van de
zaag. Hierdoor is uw lichaam niet in een
directe lijn ten opzichte van de ketting.
Pas op dat de punt van het zwaard nergens
mee in aanraking komt terwijl de ketting in
beweging is.
Probeer niet twee blokken tegelijk door te
zagen. Zaag een blok tegelijk.
Probeer niet de punt van het zwaard in het
hout te begraven (boren in houtmet de
punt van de zaag).
Wees bedacht op bewegende takken of
andere krachten die de zaagsnede kunnen
dichtknijpen of met de ketting in aanraking
kunnen komen.
Ga zeer voorzichtig te werk wanneer u
verder gaat zagen in een eerder gemaakte
zaagsnede.
Gebruik alleen de ketting en de
kettinggeleider met lage terugslag die bij
deze kettingzaag zijn geleverd.
Werk nooit met een losse, verslapte of
sterk versleten zaagketting. Let op de juiste
kettingspanning.
De zaag veilig gebruiken
1. Gebruik de kettingzaag alleen met een
veilig steunpunt.
2. Houd de kettingzaag aan de rechterkant
van uw lichaam (Zie L).
Kettingzaag op batterijen NL
109
3. De ketting (8) moet op volle snelheid lopen
voordat het met het hout in contact mag
komen.
4. Gebruik de metalen grijptand (9)om de
zaag vast te zetten op het hout voordat u
begint te zagen.
5. Gebruik de grijptanden als hefboompunt
(a) tijdens het zagen. (Zie M)
6. Bedien de kettingzaag niet met volledig
gestrekte armen, probeer geen gebieden
te zagen die moeilijk te bereiken zijn of ga
niet op een ladder staan tijdens het zagen.
(Zie N)
ZAGEN VAN HOUT ONDER SPANNING
(Zie O)
WAARSCHUWING: Houd er
bij het afzagen van een onder
spanning staande tak rekening mee
dat deze terugveert. Als de spanning
in de houtvezels vrijkomt, kan de
gespannen tak de bediener raken, of kan
deze de bediener de controle over de
kettingzaag doen verliezen.
Wanneer hout aan beide zijden wordt
ondersteund, eerst van boven (Y) een derde
gedeelte van de diameter door de stam zagen
en vervolgens van onderen (Z) op dezelfde
plaats de stam doorzagen om splinteren en
vastklemmen van de zaag te voorkomen.
Voorkom daarbij contact van de zaagketting
met de grond. Wanneer hout slechts aan één
zijde wordt ondersteund, eerst van onderen
(Y) een derde van de diameter naar boven
zagen en vervolgens op dezelfde plaats van
boven (Z) de stam doorzagen om splinteren
en vastklemmen van de zaag te voorkomen.
BOMEN VELLEN (Zie P)
Draag altijd een helm om beschermd te
zijn tegen vallende takken.
Met de kettingzaag mogen alleen
bomen worden geveld waarvan de
stamdiameter kleiner is dan de lengte
van het zwaard.
Scherm de werkomgeving af. Let
erop dat zich geen personen of dieren
ophouden in de buurt waar de boom
valt.
Probeer nooit om een vastgeklemde
zaag met een lopende motor vrij te
krijgen. Gebruik houten spieën om de
zaagketting te bevrijden.
Als u met twee of meer personen tegelijkertijd
zaagt en velt, houd dan als afstand tussen de
vellende en de zagende personen minstens
de dubbele hoogte aan van de te vellen
boom. Let er bij het vellen van bomen op, dat
u andere personen niet blootstelt aan gevaar,
u geen leidingen raakt en geen materiële
schade veroorzaakt. Als een boom met een
stroomleiding in aanraking komt, breng dan
direct de energiemaatschappij hiervan op de
hoogte.
Stel u als bediener van de kettingzaag, bij
zaagwerkzaamheden op een helling, boven de
te vellen boom op, omdat de boom na de val
waarschijnlijk bergaf zal rollen of glijden.
Voor het vellen dient een vluchtweg
te worden gepland en wanneer nodig
vrijgemaakt te worden. De vluchtweg dient
van de te verwachten vallijn schuin naar
achteren weg te leiden.
Houd voor het vellen rekening met de
natuurlijke helling van de boom, de plaats
van grote takken en de windrichting, om
de valrichting van de boom te kunnen
beoordelen.
Verwijder vuil, stenen, losse schors, spijkers,
nieten en draad van de boom.
Inkepingen zagen: Zaag haaks op de
valrichting een kerf (X – W) met een diepte
van 1/3 van de boomdiameter. Zaag eerst
de onderste horizontale inkeping. Hierdoor
voorkomt u het vastklemmen van de
kettingzaag of van de geleidingsrails bij het
zagen van de tweede inkeping.
Inkeping voor het vellen van de boom
zagen: Zaag de inkeping (Y) voor het vellen
van de boom minstens 50 mm boven de
horizontale inkeping. Zaag de inkeping voor
het vellen van de boom parallel aan de
horizontale inkeping. Zaag de inkeping slechts
zo diep in, dat er nog een verbindingsstuk
(valrand) blijft staan, dat als scharnier kan
werken. Het verbindingsstuk verhindert, dat
de boom draait en in de verkeerde richting
valt. Zaag het verbindingsstuk niet door.
Als de inkeping voor het vellen van de boom
Kettingzaag op batterijen NL
110
in de buurt van het verbindingsstuk komt,
moet de boom met vallen beginnen. Als het
erop lijkt, dat de boom mogelijkerwijs niet in
de gewenste richting valt of terugbuigt en de
zaagketting vastklemt, onderbreekt u
het zagen van de inkeping voor het vellen
van de boom en gebruikt u een spie van
hout, kunststof of aluminium om de inkeping
te openen en om de boom in de gewenste
valrichting te doen omslaan.
Als de boom begint te vallen, verwijdert u
de kettingzaag uit de inkeping, schakelt u
de zaag uit, legt u deze neer en verlaat u het
gevarenbereik via de geplande vluchtroute.
Let op naar beneden vallende takken en
struikel niet.
Door het indrijven van een spie (Z) in de
zaaglijn moet de boom nu ten val worden
gebracht.
Let wanneer de boom begint te vallen op naar
beneden vallende takken en twijgen.
TAKKEN VAN DE GEVELDE BOOM
AFZAGEN (Zie Q)
Laat grote, naar beneden gerichte takken eerst
nog staan wanneer u takken van de gevelde
boom afzaagt. Zaag kleine takken in één keer
af, zoals op de afbeelding getoond. Zaag
onder spanning staande takken van onderen
naar boven om astklemmen van de zaag te
voorkomen.
BOOMSTAM IN STUKKEN ZAGEN (Zie R)
Zorg ervoor dat u stevig staat en verdeel uw
lichaamsgewicht gelijkmatig over beide oeten
wanneer u de gevelde boomstam in stukken
zaagt. Leg indien mogelijk takken, balken of
spieën onder de stam om deze te steunen.
Houd u aan de aanwijzingen om gemakkelijk
te zagen. Als de boomstam over de hele
lengte gelijkmatig op de grond ligt, zoals
afgebeeld, zaagt u vanaf de bovenkant.
Als de boomstam aan één kant hoger ligt,
zoals afgebeeld, zaagt u eerst een derde
van de stamdiameter vanaf de onderkant en
vervolgens de rest vanaf de bovenkant. (Zie S)
Als de boomstam aan twee kanten wordt
ondersteund, zoals afgebeeld, zaagt u eerst
twee derde van de stamdiameter vanaf de
bovenkant en vervolgens een derde vanaf de
onderkant. (Zie T)
WAARSCHUWING: (Zie U)
Werkt u op een helling,pas dan op dat
het blok niet naar beneden rolt. Zet
het blok met houten pennen vast. Sla
de pennen onder het blok in de grond.
Blijf tijdens het zagen boven het
blok staat. Het blok kan na het zagen
wegrollen.
Probeer niet twee blokken tegelijk
door te zagen. U verhoogt daarmee
het risico op terugslag.
Zaagt u een blok door, houd het dan
niet met de hand of een been vast.
Zaagt u een blok door, sta dan niet toe
dat een helper het blok vasthoudt.
Schakel de zaag uit en verwijder de
batterijdoos voordat u de zaag van de
ene plek naar de andere verplaatst.
ONDERHOUD/ TERUGSLAG
VAN DE ZAAG
Let op de onderhoudsinstructies in deze
handleiding. De kans op terugslag wordt
verminderd door de zaag en de ketting en
het zwaard goed schoon te maken en te
onderhouden. Inspecteer en onderhoud de
zaag steeds na gebruik. Hiermee verhoogt u de
levensduur van de kettingzaag.
OPMERKING: Zelfs als de zaag goed geslepen
wordt, kan de kans op terugslag met het slijpen
groter worden.
ONDERHOUD EN OPSLAG
VAN DE KETTINGZAAG
1. Verwijder de batterij uit de zaag.
Als hij niet in gebruik is
Voordat u van de ene plaats naar de andere
gaat
Bij reparaties
Voordat U accessoires of hulpstukken
verwisselt, zoals de Zaagketting of het
Zaagblad.
2. Inspecteer de zaag voor en na gebruik.
Controleer de zaag nauwkeurig als de
beschermkap of een ander onderdeel is
Kettingzaag op batterijen NL
111
beschadigd. Controleer op schade die de
veiligheid van de gebruikers of e werking
van de zaag kan beïnvloeden. Controleer
de uitlijning of verbinding van bewegende
delen. Controleer op gebroken of beschadigde
onderdelen. Gebruik de kettingzaag niet als
de schade de veiligheid of werking beïnvloedt.
Laat schade herstellen door een erkend
onderhoudscentrum. Ga naar www.worx.
com om een bevoegd onderhoudscentrum te
vinden.
3. Onderhoud de kettingzaag met zorg.
Stel de zaag nooit bloot aan regen.
Houd de ketting scherp, schoon en
gesmeerd voor een betere en veilige
prestatie.
Volg de stappen in deze handleiding om de
ketting te smeren.
Houd de handgrepen droog, schoon en vrij
van olie en vet.
Zorg ervoor dat alle schroeven en moeren
vastzitten.
4. Laat uw elektrisch gereedschap repareren
door een bevoegde reparateur die alleen
originele reserveonderdelen gebruikt.
5. Berg de kettingzaag altijd op wanneer u
deze niet gebruikt.
Op een hoge, afgesloten plaats, buiten
bereik van kinderen.
Op een droge plaats.
ONDERHOUD VAN DE GELEIDER
Voor een maximale levensduur van de
geleider is het volgende onderhoud
aanbevolen.
De geleiderrails die de ketting dragen moeten
worden schoongemaakt voordat u het
gereedschap opbergt of als de geleider of
ketting vuil lijken.
De rails moeten elke keer wanneer de ketting
wordt verwijderd, worden gereinigd.
Na elk gebruik van 5 uur draait u de geleider
om zodat de bovenrail onderaan komt en de
onderste rail bovenaan.
DE GELEIDERRAILS REINIGEN:
1. Verwijder de kettingafdekking en
de geleider en ketting. (Zie sectie
ASSEMBLAGE)
2. Gebruik een draadborstel,
schroevendraaier of een soortgelijk
geschikt gereedschap, verwijdert u de
resten van de rails van de geleider. (Zie V)
3. Zorg dat u alle oliedoorgangen grondig
reinigt.
OMSTANDIGHEDEN DIE HET
ONDERHOUD VAN DE GELEIDERSTAAF
VEREISEN:
De zaag zaagt aan één zijde of in een hoek.
De zaag moet door de inkeping worden
geforceerd.
Onvoldoende toevoer van olie naar de
geleider en ketting.
Controleer de toestand van de geleiderstaaf
telkens wanneer de ketting wordt geslepen.
Een versleten geleiderbalk zal de ketting
beschadigen en het zagen moeilijk maken.
Na elk gebruik moet u al het zaagstof van
de geleiderstaaf en de geleideopening
verwijderen terwijl het gereedschap is
losgekoppeld van de voedingsbron.
Wanneer de bovenkant van de rail oneffen is,
gebruikt u een platte vijl om vierkante randen
en zijkanten te herstellen.
Railranden
en hellende
vlakken vierkant
vijlen
Versleten groef Correcte groef
Vervang de geleiderbalk wanneer de groef
versleten is, de geleiderstaaf gebogen of
gebarsten is of wanneer een overmatige
verhitting of afbraming van de rails optreedt.
Als vervanging nodig is, mag u alleen de
geleiderstaaf gebruiken die in de lijst met
reparatieonderdelen of op het transferplaatje
op de kettingzaag is opgegeven.
ZAAGKETTING EN ZWAARD VERVANGEN
OF KEREN
Controleer de zaagketting en het zwaard
volgens het gedeelte „Zaagketting spannen.
De geleidingssleuf van het zwaard verslijt in
de loop van de tijd. Draai bij het vervangen
van de zaagketting het zwaard 180° om de
slijtage over beide zijden te verdelen.
Kettingzaag op batterijen NL
112
Controleer het kettingwiel. Wanneer het
wiel door de grote belasting versleten
of beschadigd is, moet het door een
klantenservicewerkplaats vervangenworden.
Is het zwaard versleten of beschadigd, neem
dan de spanning van het zwaard door de
schroef linksom te draaien. Monteer daarna
een nieuw zwaard en draai de schroef weer
rechtsom. Het uitsteeksel moet passen in het
gat van het zwaard. (Zie W)
SLIJPEN VAN DE ZAAGKETTING
WAARSCHUWING: Verwijder de
batterij uit de zaag vooraleer te
herstellen. Ernstige verwondingen en de
dood kunnen resulteren door elektrische
schokken of doordat het lichaam in
contact komt met de bewegende ketting.
De snijranden van de zaagketting zijn
scherp. Gebruik handschoenen als u de
ketting hanteert.
Houd snijdend gereedschap schoon en scherp.
De zaag werkt dan sneller en veiliger. Een
botte zaag veroorzaakt ontijdige slijtage aan
het tandwiel, het zwaard, de ketting en de
motor. Als u de zaag met kracht in het hout
moet duwen, terwijl er alleen zaagsel wordt
geproduceerd en geen grote brokken, dan is
de zaag bot.
SMEER DE TANDWIELEN
WAARSCHUWING: Draag zware
handschoenen wanneer u onderhoud of
reparaties aan dit gereedschap uitvoert
Verwijder altijd de batterijdoos uit de zaag
voordat u begint met het repareren of
onderhouden van dit gereedschap.
OPMERKING: Het is niet nodig de ketting of
het zwaard te verwijderen om het tandwiel te
smeren.
1. Maak het zwaard en het tandwiel schoon.
2. Gebruik een smeerpistool. Steek de punt
van het pistool in de smeeropening en
spuit er vet in tot het er aan de buitenkant
van het tandwiel uitkomt. (Zie X)
3. Om het tandwiel te draaien trekt u met de
hand aan de ketting tot de ongesmeerde
kant van het tandwiel bij de smeeropening
is. Herhaal de procedure.
REINIGEN/BEWAREN
Reinig het kunststofhuis van de kettingzaag
met behulp van een zachte borstel en
een schone doek. Gebruik geen water,
oplosmiddel of polijstmiddel. Verwijder alle
verontreinigingen, in het bijzonder van de
ventilatieopeningen van de motor.
Demonteer na een gebruiksduur van 1 tot 3
uur de afscherming, het zwaard en de ketting
en reinig deze met een borstel. Verwijder
met een borstel al het vastzittende material
onder de afscherming, het kettingwiel en de
zwaardbevestiging. Reinig de oliesproeier met
een schone doek.
Wanneer de kettingzaag langdurig moet
worden opgeborgen, moeten zaagketting en
zwaard eerst worden gereinigd.
Bewaar de kettingzaag op een veilige plaats
droog en buiten bereik van kinderen.
Plaats geen voorwerpen op het elektrische
gereedschap.
Voorkom lekkage door te controleren dat
het gereedschap in horizontale positie wordt
weggelegd (olievuldop naar boven gericht).
Als het gereedschap in de verkoopverpakking
wordt bewaard, moet de olietank zonder rest
worden leeggemaakt.
BESCHERMING VAN HET
MILIEU
Dit product is gemarkeerd met een
symbool betreffende het verwijderen
van elektrisch en elektronisch afval. Dat
betekent dat het product niet bij het huisvuil
geworpen mag worden, maar naar een
inzamelingspunt moet worden gebracht dat
voldoet aan de Europese Richtlijn 2002/96/
CE. Daar wordt het dan gedemonteerd voor
recycling, zodat de schade aan het milieu
beperkt blijft. Elektrische en elektronische
apparaten kunnn gevaarlijk zijn voor het
milieu en de volksgezondheid aangezien ze
gevaarlijke stoffen bevatten.
Kettingzaag op batterijen NL
113
PROBLEMEN OPLOSSEN
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
De kettingzaag werkt
niet
De batterij is leeg
Zekering defect
Laad de batterij op
Vervang de zekering
Kettingzaag werkt met
onderbrekingen
Extern los contact
Intern los contact
Aan/uit-schakelaar defect
Breng de kettingzaag naar een
reparatiewerkplaats
Breng de kettingzaag naar een
reparatiewerkplaats
Breng de kettingzaag naar een
reparatiewerkplaats
Zaagketting droog
Geen olie in de olietank
Ontluchting in olietankdop
verstopt
Olieafvoerkanaal verstopt
Vul olie bij
Reinig de olietankdop
Maak het olieafvoerkanaal vrij
Terugslagrem en
kettingrem
Probleem met
schakelmechanisme vooraan
in handbescherming
Breng de kettingzaag naar een
reparatiewerkplaats
Ketting of geleidingsral
heet
Geen olie in de olietank
Ontluchting in olietankdop
verstopt
Olieafvoerkanaal verstopt
Kettingspanning te hoog
Ketting bot
Vul olie bij
Reinig de olietankdop
Maak het olieafvoerkanaal vrij
Stel de kettingspanning in
Slijp de ketting of vervang deze
Kettingzaag trekt, trilt of
zaagt niet goed
Kettingspanning te los
Ketting bot
Ketting versleten
Zaagtanden wijzen in de
verkeerde richting
Stel de kettingspanning in
Slijp de ketting of vervang deze
Vervang de ketting
Monteer de zaagketting opnieuw
met de tanden in de juiste richting
Gebruik nooit hulpmiddelen met een defecte aan/uitschakelaar of een defecte terugslagstopper
(Handkap).
Bij alle andere technische storingen neemt u contact op met de hulplijn of het plaatselijke
reparatiecentrum.
Kettingzaag op batterijen NL
114
CONFORMITEITVERKLARING
Wij,
POSITEC Germany GmbH
Konrad-Adenauer-Ufer 37
50668 Köln
Verklaren dat het product,
Beschrijving: WORX Kettingzaag op
batterijen
Type: WG368E WG368E.9 (3- aanduiding
van machines, kenmerkend voor
kettingzaag)
Functie: Hout zagen
Voldoet aan de volgende richtlijnen,
2006/42/EG, 2004/108/EG, 2011/65/EU,
2000/14/EG gewijzigd door 2005/88/EG
De betrokken aangemelde instantie
Naam: Intertek Deutschland GmbH
(aangemelde instantie 0905)
Adres: Stangenstraße 1, 70771
LEINFELDEN-ECHTERDINGEN
2000/14/EG gewijzigd door 2005/88/EG:
- Procedure beoordeling conformiteit volgens
conformidad de acuerdo con Annex V
- Niveau gemeten geluidsvermogen
96.1dB(A)
- Opgegeven, gegarandeerde niveau
geluidsvermogen 100dB(A)
Normen voldoen aan,
EN 60745-1 EN 60745-2-13
EN ISO 3744 EN 55014-1
EN 55014-2
De persoon die bevoegd is om het technische
bestand te compileren,
Naam: Russell Nicholson
Adres: Positec Power Tools (Europe)Ltd,
PO Box 152, Leeds, LS10 9DS, UK
2013/12/26
Leo Yue
Kwaliteitsmanager bij POSITEC

Documenttranscriptie

EN P07 Akku-Kettensäge D P23 Tronçonneuse à chaîne sur batterie F P42 Motosega a batteria Cordless Chain Saw I P60 Motosierra a batería ES P79 kettingzaag op batterijen NL P97 Akumulatorowa pilarka łańcuchowa PL P115 Akkumulátorral működő láncfűrész HU P133 Fierăstrău cu alimentator RO P150 Akumulátorové řetězové pily CZ P168 Akumulátorové reťazové píly SK P185 WG368E WG368E.9 Original instructions EN Originalbetriebsanleitung D Notice originale F Istruzioni originali I Manual original ES Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing NL Instrukcja oryginalna PL Eredeti használati utasítás HU Instrucţiuni originale RO Překlad CZ Preklad SK 1. Achterste handgreep 2. Aan /uitschakelaar 3. Inschakelblokkering 4. Olietankdop 5. Voorste handgreep 6. Handbescherming 7. Zwaard 8. Zaagketting 9. Klauwaanslag 10. Kettingspanknop 11. Afscherming 12. Kettingwiel 13. Looprichting- en snijrichtingsymbool 14. Zwaardgeleidingsbrug 15. Oliesproeier 16. Bevestigingsbout 17. Kettingvanger 18. Aanduiding van olieniveau 19. Kettingvangbout 97 20. Staafklem 21. Beschermkap voor het mes * * Niet alle afgebeelde of beschreven toebehoren worden standaard meegeleverd. kettingzaag op batterijen NL TECHNISCHE GEGEVENS Type WG368E WG368E.9 (3- aanduiding van machines, kenmerkend voor kettingzaag) WG368E WG368E.9 Spanning 40V Zwaardlengte Max* 30cm Snijlengte 25cm Kettingsnelheid 3.8m/s Inhoud olievoorraadreservoir 100ml Kettingmaat 9.5mm Aantal kettingschakels 45 Kettingmeting 1.1mm Type zaagketting Zwaardype Oregon®: 90PX Oregon®: 124MLEA041 Oplaadtijd 1uur / Gewicht (inclusief ketting en zwaard) 3.8kg 3.0kg *Spanning gemeten zonder belasting. Beginspanning batterij bereikt maximum 40 Volt. Nominale spanning is 36 Volt. 98 GELUIDSPRODUCTIE A-gewogen geluidsdruk A-gewogen geluidsniveau Kpa LpA:85dB(A) LwA.d:100dB(A) 3.0dB(A) Draag oorbescherming TRILLINGSGEGEVENS Totale trillingswaarden (triax vector-som) volgens EN 60745: Trillingsemissiewaarde: ah =3.5m/s2 Onzekerheid K =1.5m/s² De opgegeven totale trillingswaarde kan worden gebruikt om een gereedschap met een ander te vergelijken en kan ook dienen als een voorlopige beoordeling van de blootstelling. WAARSCHUWING: De trillingsemissiewaarde tijdens het feitelijke gebruik van dit elektrisch gereedschap kan afwijken van de opgegeven waarde, afhankelijk van de wijze waarop het gereedschap wordt gebruikt, zoals in de volgende voorbeelden: Hoe het gereedschap wordt gebruikt en welk materiaal wordt gesneden of geboord. Of het gereedschap in goede staat verkeerd en correct wordt onderhouden. kettingzaag op batterijen NL Gebruik van de juiste toebehoren voor het gereedschap en of deze scherp zijn en in goede staat verkeren. De stevigheid van de grip op de handgrepen en het eventuele gebruik van antivibratie-accessoires. En of het gereedschap wordt gebruikt waarvoor het ontworpen is en in overeenstemming met deze instructies. Dit gereedschap kan een trillingssyndroom in de handen en armen veroorzaken als het niet op de juiste wijze gehanteerd wordt. WAARSCHUWING: Voor de nauwkeurigheid moet bij een schatting van het blootstellingsniveau in de feitelijke gebruiksomstandigheden rekening worden gehouden met alle delen van de bedrijfscyclus, zoals het moment waarop het gereedschap wordt uitgeschakeld en terwijl het gereedschap in werking is zonder daadwerkelijk gebruikt te worden. Dit kan het blootstellingsniveau over de totale werkperiode aanzienlijk verminderen. Help de blootstelling aan trillingen te minimaliseren. Gebruik ALTIJD scherpe beitels, boren en messen. Onderhoud het gereedschap in overeenstemming met deze instructies en houd het goed gesmeerd (indien van toepassing). Schaf antivibratie-accessoires aan wanneer u het gereedschap geregeld gebruikt. Vermijd het gebruik van gereedschap bij temperaturen van 10oC of minder. Plan de werkzaamheden zodat de taken met veel trillingen over een aantal dagen verspreid worden. TOEBEHOREN WG368E WG368E.9 Zaagkettinghechtolie (100ml) 1 1 Beschermkap voor het mes 1 1 Lader (WA3735) 1 / Batterij (WA3536) 1 / 99 Wij adviseren u alle accessoires te kopen in de winkel waar u het gereedschap heeft aangekocht. Gebruik producten van goede kwaliteit met een bekende merknaam. Kies het type dat geschikt is voor het werk dat u van plan bent uit te voeren. Kijk op de verpakking van accessoires voor meer informatie. Ook het winkelpersoneel kan u helpen en adviseren. kettingzaag op batterijen NL Algemene veiligheidswaarschuwingen voor vermogensmachine WAARSCHUWING! Lees alle instructies zorgvuldig door. Indien u zich niet aan alle onderstaande instructies houdt, kan dat leiden tot een elektrische schok, brand en/of ernstig letsel. Bewaar alle waarschuwingen en instructies voor latere naslag. De term “(elektrisch) gereedschap” in de waarschuwingen hieronder, verwijst naar uw op netspanning werkende gereedschap (met stroomdraad) of uw accugereedschap (draadloos). 100 1) WERKGEBIED a) Houd uw werkgebied schoon en zorg ervoor dat deze goed verlicht is. In rommelige en slecht verlichte werkgebieden gebeuren sneller ongelukken. b) Gebruik elektrisch gereedschap niet in explosieve atmosferen, zoals in de nabijheid van ontvlambare vloeistoffen, gassen of stof. Elektrisch gereedschap veroorzaakt vonken die de stof of de gassen kunnen doen ontvlammen. c) Houd kinderen en omstanders uit de buurt terwijl u met elektrisch gereedschap werkt. Afleidingen kunnen ervoor zorgen dat u de controle over het gereedschap verliest. 2) ELEKTRISCHE VEILIGHEID a) De stekker van het elektrisch gereedschap moet passen in het stopcontact. Pas de stekker op geen enkele manier aan om te zorgen dat hij wel past. Gebruik geen adapterstekkers terwijl u geaard elektrisch gereedschap gebruikt. Onaangepaste stekkers die in het stopcontact passen, verminderen de kans op een elektrische schok. b) Vermijd lichamelijk contact met geaarde of gegronde oppervlakken, zoals buizen, radiatoren, fornuizen en koelkasten. Als uw lichaam geaard of gegrond is, is er een grotere kans op een elektrische schok. c) Stel uw elektrische gereedschap niet bloot aan regen of natte omstandigheden. Water dat elektrisch gereedschap kan binnendringen, vergroot de kans op een elektrische schok. d) Gebruik de stroomdraad niet op een andere manier dan waarvoor deze gemaakt is. Trek niet aan de stroomdraad, ook niet om de stekker uit het stopcontact te krijgen en draag het gereedschap niet door het aan de stroomdraad vast te houden. Houd de stroomdraad uit de buurt van hitte, olie, scherpe hoeken en bewegende onderdelen. Beschadigde of verwarde stroomdraden vergroten de kans op een elektrische schok. e) Wanneer u het elektrische gereedschap buitenshuis gebruikt, dient u te zorgen voor een verlengsnoer dat geschikt is voor gebruik buitenshuis. Het gebruik van een verlengsnoer dat geschikt is voor gebruik buitenshuis, vermindert de kans op een elektrische schok. f) Moet een krachtmachine in een vochtige locatie worden gebruikt, gebruik dan een aardlekschakelaar (ALS). Een ALS vermindert het gevaar op elektrische schokken. 3) PERSOONLIJKE VEILIGHEID a) Blijf alert, kijk waar u mee bezig bent en gebruik uw gezonde verstand wanneer u met elektrisch gereedschap werkt. Gebruik geen elektrisch gereedschap wanneer u moe bent of onder de invloed van drugs, alcohol of medicijnen. Een moment van onoplettendheid bij het gebruik van elektrisch gereedschap kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel. b) Gebruik een veiligheidsuitrusting. Draag altijd oogbescherming. Een veiligheidsuitrusting, zoals een stofmasker, schoenen met antislipzolen, een kettingzaag op batterijen NL veiligheidshelm, of oorbescherming die onder de juiste omstandigheden gebruikt wordt, vermindert de kans op persoonlijk letsel. c) Pas op dat het apparaat niet onbedoeld wordt gestart. Zorg ervoor dat de schakelaar uit staat voordat u de voeding en/of batterij aansluit, en als u de machine oppakt en draagt. Gereedschap dragen terwijl u uw vinger op de schakelaar houdt, of de stekker in het stopcontact steken terwijl het gereedschap ingeschakeld staat, is vragen om ongelukken. d) Verwijder inbussleutels of moersleutels voordat u het gereedschap inschakelt. Een sleutel die nog in of op een draaiend onderdeel van het elektrische gereedschap zit, kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel. e) Werk niet boven uw macht. Zorg er altijd voor dat u stevig staat en goed in balans bent. Hierdoor heft u betere controle over het gereedschap in onverwachte situaties. f) Draag geschikte kleding. Draag geen loszittende kleding of sieraden. Houd uw haar, kleding en handschoenen uit de buurt van bewegende onderdelen. Loszittende kleding, sieraden of lang haar kan vast komen te zitten in bewegende onderdelen. g) Wanneer er apparaten worden bijgeleverd voor stofafzuiging en – opvang, zorg er dan voor dat deze aangesloten zijn en op de juiste manier gebruikt worden. Het gebruik van deze apparaten vermindert de gevaren die door stof kunnen ontstaan. 4) GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN ELEKTRISCH GEREEDSCHAP a) Forceer het gereedschap niet. Gebruik gereedschap dat voor de toepassing geschikt is. Het gebruik van geschikt gereedschap levert beter werk af en werkt veiliger als het gebruikt wordt op de snelheid waar het voor ontworpen is. b) Gebruik het gereedschap niet wanneer de aan/uitschakelaar niet functioneert. Gereedschap dat niet kan worden bediend met behulp van de schakelaar is gevaarlijk en dient te worden gerepareerd. c) Neem de stekker uit het stopcontact en/of verwijder de batterij voordat u instellingen veranderd, toebehoren vervangt of de machine opbergt. Deze preventieve veiligheidsmaatregelen verminderen de kans op het ongewild inschakelen van het gereedschap. d) Berg gereedschap dat niet gebruikt wordt buiten het bereik van kinderen op en laat personen die niet bekend zijn met het gereedschap of met deze veiligheidsinstructies het gereedschap niet bedienen. Elektrisch gereedschap kan in de handen van ongetrainde gebruikers gevaarlijk zijn. e) Onderhoud elektrisch gereedschap op de juiste wijze. Controleer of bewegende onderdelen nog goed uitgelijnd staan, of ze niet ergens vastzitten en controleer op elke andere omstandigheid die ervoor kan zorgen dat het gereedschap niet goed functioneert. Wanneer het gereedschap beschadigd is, dient u het te repareren voordat u het in gebruik neemt. Veel ongelukken worden veroorzaakt door slecht onderhouden elektrisch gereedschap. f) Houd snijdend gereedschap schoon en scherp. Goed onderhouden snijdend gereedschap met scherpe zaagbladen/ messen zal minder snel vastlopen en is makkelijker te bedienen. g) Gebruik het gereedschap, de accessoires, de bitjes, enz. in overeenstemming met deze instructies en op de manier zoals bedoeld voor het specifieke type elektrisch gereedschap, rekening houdend met de werkomstandigheden en het uit te voeren werk. Het gereedschap gebruiken voor andere doeleinden dan waar deze voor ontworpen is, kan gevaarlijke situaties opleveren. kettingzaag op batterijen NL 101 102 5) GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN ACCUGEREEDSCHAP a) Laad het accupack alleen op met de door de fabrikant aangegeven oplader. Een oplader die geschikt is voor het ene type accupack, kan brand veroorzaken wanneer die gebruikt wordt voor een ander type accupack. b) Gebruik het gereedschap uitsluitend met het aangegeven accupack. Door het gebruik van andere accupacks ontstaat de kans op letsel of brand. c) Wanneer het accupack niet gebruikt wordt, dient u het uit de buurt te houden van metalen voorwerpen, zoals paperclips, munten, sleutels, spijkers, schroeven of andere kleine metalen voorwerpen die een verbinding kunnen maken tussen de contactpunten van de terminal. Het kortsluiten van de accuterminals kan zorgen voor brandwonden of brand. d) Onder extreme omstandigheden kan er vloeistof uit de accu lopen; raak deze vloeistof niet aan. Wanneer u toch onverhoopt met de vloeistof in aanraking komt, dient u dit onmiddellijk af te spoelen met water. Wanneer de vloeistof in de ogen komt, dient u zo snel mogelijk een arts te raadplegen. Vloeistof die afkomstig is uit de accu kan irritatie of brandwonden veroorzaken. 6) SERVICE a) Laat uw elektrisch gereedschap repareren door een bevoegde reparateur die alleen originele reserveonderdelen gebruikt. Zo bent u er zeker van dat uw gereedschap veilig blijft. Veiligheidsvoorschriften voor kettingzagen 1. Houd bij een lopende zaag alle lichaamsdelen uit de buurt van de zaagketting. Controleer voor het starten van de zaag dat de zaagketting niets aanraakt. Bij werkzaamheden met een kettingzaag kan een moment van onoplettendheid ertoe leiden dat kleding of lichaamsdelen door de zaagketting worden meegenomen. 2. Houd de kettingzaag met uw rechterhand aan de achterste handgreep en met uw linkerhand aan de voorste handgreep vast. Als u de kettingzaag anders vasthoudt, loopt u een hoger risico op verwondingen. Houd de kettingzaag daarom alleen zoals voorgeschreven vast. 3. Houd het gereedschap alleen aan de geïsoleerde handgrepen vast, omdat de kettingzaag in aanraking kan komen met verborgen bedrading. Als de zaagketting een onder stroom staande draad aanraakt, zorgt dit er voor dat nietgeïsoleerde delen van het gereedschap ook onder stroom komen, waardoor de gebruiker een elektrische schok kan krijgen. 4. Draag een veiligheidsbril en gehoorbescherming. Overige beschermende uitrusting voor hoofd, handen, benen en voeten wordt geadviseerd. Passende beschermende kleding vermindert het verwondingsgevaar door rondvliegend spaanmateriaal en toevallig aanraken van de zaagketting. 5. Werk met de kettingzaag niet op een boom. Bij gebruik van een kettingzaag op een boom bestaat verwondingsgevaar. 6. Let er altijd op dat u stevig staat en gebruik de kettingzaag alleen als u op een stevige en vlakke ondergrond staat. Een gladde of instabiele ondergrond kan, in het bijzonder bij het gebruik van een ladder, tot het verlies van de controle over uw evenwicht en de kettingzaag leiden. 7. Houd er bij het afzagen van een onder spanning staande tak rekening mee dat deze terugveert. Als de spanning in de houtvezels vrijkomt, kan de gespannen tak de bediener raken, of kan deze de bediener de controle over de kettingzaag doen verliezen. kettingzaag op batterijen NL 8. Wees bijzonder voorzichtig bij het zagen van laag houtgewas en jonge bomen. Het dunne materiaal kan in de zaagketting blijven hangen en op u slaan of u uit het evenwicht brengen. 9. Draag de kettingzaag aan de voorste handgreep met stilstaande zaagketting en naar achteren wijzende geleidingsrail. Breng altijd de veiligheidsafscherming aan voordat u de kettingzaag vervoert of opbergt. Een zorgvuldige omgang met de kettingzaag vermindert de kans op per ongeluk aanraken van de lopende zaagketting. 10. Volg de aanwijzingen voor het smeren, de kettingspanning en het wisselen van toebehoren op. Een onjuist gespannen of gesmeerde ketting kan breken of het terugslagrisico verhogen. 11. Houd handgrepen droog, schoon en vrij van olie en vet. Vettige grepen met olie zijn glad en leiden tot het verlies van de controle over de kettingzaag. 12. Zaag alleen hout. Gebruik de kettingzaag alleen voor werkzaamheden waarvoor deze bestemd is. Voorbeeld: Gebruik de kettingzaag niet voor het zagen van plastic, metselwerk of bouwmaterialen die niet van hout zijn. Het gebruik van de kettingzaag voor werkzaamheden waarvoor deze niet bestemd is, kan tot gevaarlijke situaties leiden. Oorzaken en voorkoming van een terugslag: Terugslag kan optreden als de punt van de geleidingsrail een voorwerp raakt of als het hout buigt en de zaagketting in de groef wordt vastgeklemd. Een aanraking met de punt van de geleidingsrail kan in veel gevallen tot een onverwachte en naar achteren gerichte actie leiden, waarbij de geleidingsrail omhoog en in de richting van de bediener wordt geslagen. Het vastklemmen van de zaagketting aan de bovenkant van de geleidingsrail kan de geleidingrail snel in de richting van de bediener terugstoten. Elk van deze reacties kan ertoe leiden dat u de controle over de zaag verliest en u zich mogelijk ernstig verwondt. Vertrouw niet uitsluitend op de in de kettingzaag ingebouwde veiligheidsvoorzieningen. Als gebruiker van een kettingzaag dient u verschillende maatregelen te treffen om zonder ongevallen en zonder verwondingen te kunnen werken. Een terugslag is het gevolg van het verkeerd gebruik of onjuiste gebruiksomstandigheden van het elektrische gereedschap. Terugslag kan worden voorkomen door geschikte voorzorgsmaatregelen, zoals hieronder beschreven: – Houd de zaag met beide handen vast, waarbij duim en vinger de grepen van de kettingzaag omsluiten. Neem een zodanige lichaamshouding in en houd uw armen in een zodanige positie, dat u stand kunt houden ten opzichte van de terugslagkrachten. Als geschikte maatregelen worden getroffen, kan de bediener de terugslagkrachten beheersen. Laat de kettingzaag nooit los. – Voorkom een abnormale lichaamshouding en zaag niet boven schouderhoogte. Daardoor wordt per ongeluk aanraken met punt van de kettinggeleider voorkomen en kan de kettingzaag in onverwachte situaties beter onder controle worden gehouden. – Gebruik altijd de door de fabrikant voorgeschreven vervangende kettinggeleiders en zaagkettingen. Verkeerde vervangende kettinggeleiders en zaagkettingen kunnen tot kettingbreuk en terugslag leiden. – Houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant voor het slijpen en het onderhoud van de zaagketting. Te lage dieptebegrenzers verhogen de neiging tot terugslag. Veiligheidsinstructies voor het accupack a) Batterijcellen en accupacks mogen niet gedemonteerd, geopend of vernietigd worden. kettingzaag op batterijen NL 103 104 b) Sluit accupacks niet kort. Bewaar accupacks niet willekeurig in een doos of lade waar ze elkaar kunnen kortsluiten of door geleidende voorwerpen kortgesloten kunnen worden. Houd het accupack op een afstand van andere metalen voorwerpen als paperclips, muntstukken, sleutels, nagels, schroeven en andere kleine metalen voorwerpen die de contacten van de accupack kunnen verbinden. Kortgesloten contacten van accupacks kunnen brandwonden of brand veroorzaken. c) Stel accupacks niet bloot aan warmte of vuur. Vermijd opslag in direct zonlicht. d) Stel accupacks niet bloot aan mechanische schokken. e) Als een accu lekt dient men voorzichtig te zijn dat de vloeistof niet in contact komt met de huid of de ogen. Als dat toch gebeurt spoelt men de huid onder stromend water en raadpleegt men een arts. f) Raadpleeg meteen een arts wanneer een batterij of accupack is ingeslikt . g) Houd batterijcellen en accupacks schoon en droog. h) Veeg de aansluitingen van het accupack schoon met een droge doek als ze vuil zijn geworden. i) Accupacks moeten voor gebruik worden opgeladen. Lees de gebruiksaanwijzing voor de juiste laadinstructies. j) Laat accupacks niet langdurig opladen als ze niet worden gebruikt. k) Na een lange opslagperiode kan het nodig zijn het accupack enkele keren op te laden en te ontladen voor een optimale prestatie. l) Accupacks presteren het best bij normale kamertemperatuur (20°C ± 5°C). m) Wanneer u accupacks wegwerpt, dient u accupacks van verschillende elektrochemische systemen van elkaar afgezonderd te houden. n) Laad alleen op met een lader met de technische gegevens van WORX. Gebruik geen andere lader dan de lader die specifiek voor dat doel met de apparatuur is meegeleverd. Een lader voor één type accupack geschikt is kan een brandgevaar inhouden wanneer gebruikt met een ander type. o) Gebruikt geen accupack dat niet bedoeld is voor gebruik met deze apparatuur. p) Houd accupacks buiten het bereik van kinderen. q) Bewaar de oorspronkelijke instructies van het product voor latere gebruik. r) Verwijder het batterijpakket uit de apparatuur als het niet in gebruik is. s) Volg de juiste procedure voor afvalverwijdering na afdanken van dit apparaat . kettingzaag op batterijen NL SYMBOLE Waarschuwing Lees de gebruikershandleiding om het risico op letsels te beperken. Draag oorbescherming Draag een veiligheidsbril Draag een stofmasker Niet blootstellen aan regen of water Niet blootstellen aan regen of water Niet verbranden Batterijen niet weggooien. Breng lege accu’s naar een recyclecentrum of inzamelpunt voor chemisch afval bij u in de buurt. Dit product is gemarkeerd met een symbool betreffende het verwijderen van elektrisch en elektronisch afval. Dat betekent dat het product niet bij het huisvuil geworpen mag worden, maar naar een inzamelingspunt moet worden gebracht dat voldoet aan de Europese Richtlijn 2002/96/CE. Daar wordt het dan gedemonteerd voor recycling, zodat de schade aan het milieu beperkt blijft. Elektrische en elektronische apparaten kunnn gevaarlijk zijn voor het milieu en de volksgezondheid aangezien ze gevaarlijke stoffen bevatten. Beoogd gebruik De machine is bestemd voor het vellen van bomen en het zagen van stammen, takken, houten balken, planken etc. en kan worden gebruikt voor schulpen (in de lengte van de houtnerf) en afkorten (dwars op de houtnerf). Deze machine is niet geschikt voor het zagen van minerale materialen. MONTAGE WAARSCHUWING! Voordat U de ketting aanraakt of andere aanpassingen maakt, zorg ervoor dat het gereedschap is uitgeschakeld en de batterij is verwijderd. Draag altijd werkhandschoenen bij de omgang met de zaagketting. MONTAGE VAN ZWAARD EN ZAAGKETTING 1. Pak alle delen voorzichtig uit. 2. Leg de kettingzaag neer op een recht oppervlak. 3. Gebuik uitsluitens een originele ketting van WORX die voor de kettingzaag ontworpen is. 4. Leg de zaagketting (8) in de rondlopende sleuf van het zwaard (7). Let op de juiste looprichting. Vergelijk de ketting met het looprichtingsymbool (13) (Zie B). Controleer of de vanger van de kettingspanner (17) naar buiten gericht is. (Zie A) 5. Leg de kettingschakels om het kettingwiel (12) zo aan dat de bevestigingsbouten (16) en de beide zwaardgeleidingsbruggen in het langgat van het zwaard (7). (Zie B) 6. Controleer of alle delen goed geplaatst zijn. (Zie C) 7. Breng de afscherming, controleer of de bout van de kettingvanger (19) past in de groef van de dekplaat (11). (Zie D) 8. Schroef de dekplaat vast (11) met de blokkeerknop (10). (Zie E) WAARSCHUWING: De ketting is nog niet gespannen. De ketting moet gespannen worden zoals beschreven is onder “De kettnig spannen”. De ketting moet worden geïnspecteerd om zeker te zijn dat de geschikte spanning aanwezig is. kettingzaag op batterijen NL 105 106 ZAAGKETTING SPANNEN Controleer de kettingspanning voor het begin van de werkzaamheden, na de eerste keren zagen en tijdens het zagen regelmatig. In het bijzonder bij nieuwe zaagkettingen moet in het begin met verslapping worden gerekend. WAARSCHUWING: Verwijder de batterij uit het gereedschap voordat U de spanning van de zaagketting aanpast. WAARSCHUWING: De snijranden van de zaagketting zijn scherp. Gebruik handschoenen als u de ketting hanteert. WAARSCHUWING: Zorg altijd voor de juiste kettingspanning. Een losse ketting geeft een hoger risico op terugslag. Een losse ketting kan uit de groef van het zwaard springen. Dit veroorzaakt verwonding voor de gebruiker en schade aan de ketting. Een losse ketting geeft hogere slijtage aan ketting, zwaard en tandwiel. 1. Leg de kettingzaag neer op een recht oppervlak. 2. Draai de kettingspanknop (10) in de richting van de wijzers van de klok tot de juiste kettingspanning is bereikt. De juiste kettingspanning wordt automatisch bereikt. Het ratelmechanisme verhindert dat de spanning te los is. (Zie F1) 3. Controleer de spanning die is ingesteld door de automatische kettingspanknop. De zaagketting (8) is correct gespannen wanneer deze in het midden ca. 3-6mm kan worden opgetild (de kettingschakels moeten gewoon in de zaagbladgeleider blijven). Dit moet met één hand gebeuren door het omhoogtrekken van de zaagketting tegen het eigen gewicht van de machine. (Zie F2) Gebruik een schroevendraaier om de ketting rond de geleiderstaaf te bewegen om te controleren of er geen kinken zijn. De ketting moet vrij draaien. (Zie F3) 4. Komt de ketting los, schroef dan de kettingspanknop volledig los en schroef de dekplaat met de blokkeerknop weer stevig vast. KETTINGSMERING Belangrijk: De kettingzaag wordt niet met zaagkettinghechtolie gevuld geleverd. Het is belangrijk om de kettingzaag voor gebruik met olie te vullen. Het gebruik van de kettingzaag zonder zaagkettinghechtolie of bij een oliepeil onder de minimummarkering leidt tot beschadiging van de kettingzaag. Opmerking: De levensduur en de snijcapaciteit van de ketting hangt af van de optimale smering. Daarom wordt tijdens het gebruik de zaagketting automatisch met zaagkettinghechtolie gesmeerd. Olietank vullen: 1. Plaats de kettingzaag met de olietankdop naar boven op een geschikte ondergrond. 2. Maak met een doek de omgeving van de olietankdop schoon, schroef de dop los en verwijder deze. 3. Giet er kettingzaagolie in tot het reservoir vol is. ISO VG32 staaf- en kettingolie van elk merk kan worden gebruikt. 4. Let erop dat er geen vuil in de olietank terechtkomt. Breng de olietankdop weer aan en sluit af. Belangrijk: Om uitwisseling van lucht tussen olietank en omgeving mogelijk te maken, zijn er kleine openingen in de olietankdop. Zet de zaag, wanneer u deze niet gebruikt, altijd horizontaal neer, om uitlopen van olie te voorkomen (olietankdop 4 wijst omhoog). Gebruik uitsluitend de geadviseerde, biologisch afbreekbare hechtolie om beschadiging van de kettingzaag te voorkomen. Gebruik nooit gerecyclede olie of oude olie. Bij gebruik van niettoegelaten olie vervalt de garantie. De automatische oliespuit controleren De goede werking van de automatische oliespuit kan worden gecontroleerd door de kettingzaag in te schakelen en de punt van de kettinggeleider (7) naar een stuk karton of papier op de grond te richten. kettingzaag op batterijen NL Als een toenemend oliepatroon ontwikkelt op het karton, werkt de automatische oliespuit goed. Als er geen oliepatroon is, ondanks een vol oliereservoir, moet u contact opnemen met de klantendienst van WORX of met een door WORX erkende onderhoudsagent. Voorzichtig: raak de grond niet met de ketting. Zorg voor een veiligheidsafstand van 30cm. BEDIENING 1. VOORDAT U HET DRAADLOOS GEREEDSCHAP GEBRUIKT WAARSCHUWING! De oplader en het accupack zijn ontworpen om samen gebruikt te worden, probeer dus geen andere apparaten te gebruiken. Zorg ervoor dat er nooit metalen objecten in de oplader of de contactpunten van het accupack komen, dit kan zorgen voor een elektrische schok en is gevaarlijk. Opmerking: Het accupack is NIET opgeladen. Deze moet u dus voor gebruik opladen. De bijgeleverde batterijlader past bij de Lithium-ionbatterij die in het apparaat is geplaatst. Gebruik geen andere batterijlader. 2. DE BATTERIJEN OPLADEN De Lithium-ionbatterij is beschermd tegen volledig ontladen. Als de batterij leeg is, wordt het toestel uitgeschakeld door een beschermingscircuit. In een warme omgeving, of na zwaar gebruik, kan het batterijpak te heet worden om te kunnen opladen. Laat de batterij enige tijd afkoelen voor het heropladen. 3. HET ACCUPACK VERWIJDEREN OF PLAATSEN (Zie G) Druk op de ontgrendelingsknop van de batterijdoos om de batterijdoos uit de kettingzaag te verwijderen. Stop de batterijdoos na het opladen in de batterijpoort (Zie G). U hoeft alleen maar licht te duwen en wat druk uit te oefenen tot een klik hoorbaar is. Controleer om te zien of de batterij volledig is vastgemaakt. Opmerking: Verwijdert u het batterijpakket, houd het dan stevig vast zodat het niet valt en letsel veroorzaakt. 4. LAMPJES VOOR DE ACCUTOESTAND (Zie H) OPMERKING: De lampjes geven de toestand van de accu aan als de knop van de accu wordt ingedrukt. De lampjes tonen constant de toestand en de conditie van de accu, en wel als volgt: Druk op de knop “POWERTEST” en het verlichtingsknopje wordt verlicht. Als de drie groene lichten branden, is de batterij zeer sterk opgeladen. Als twee groene lichten ( ) branden, is de batterij matig opgeladen. Als slechts één licht ( ) brandt, is de batterij leeg. BEANGRIJK: Wanneer slechts één lampje oplicht, is de batterij te veel ontladen, ondanks het feit dat het gereedschap nog steeds kan werken. Als u het gereedschap blijft verder gebruiken met de batterij in ontladen positie, kan de levensduur en prestaties van uw batterij beperken. 5. In- en uitschakelen (Zie I) Als u de machine wilt inschakelen, drukt u op de inschakelblokkering (3), vervolgens drukt u de aan/uitschakelaar (2) helemaal in en houdt u de schakelaar in deze stand vast. De inschakelblokkering (3) kunt u nu loslaten. Als u de machine wilt uitschakelen, laat u de aan/ uit-schakelaar (2) los. Werkzaamheden Belangrijk: Is de olietank gevuld? Controleer de oliepeilaanduiding (18) voor de werkzaamheden en regelmatig tijdens de werkzaamheden. Vul olie bij wanneer het oliepeil de onderkant van het peilglas bereikt heeft. De vulling is voldoende voor ca. 20 minuten, afhankelijk van de pauzes en de intensiteit van de werkzaamheden (Zie J). Controleer de kettingspanning tijdens het zagen elke 10 minuten. kettingzaag op batterijen NL 107 108 1. Installeer de batterijdoos in de machine. (Zie G). 2. Controleer of het deel van de boomstam niet op de grond ligt. Dit verhindert dat de ketting (8) de grond raakt wanneer door de stam wordt gezaagd. Als de grond wordt geraakt terwijl de ketting beweegt, kan dit gevaar opleveren en wordt de ketting bot. 3. Houd de zaag met beide handen stevig vast. Neem het voorste handvat in de linkerhand en het achterste handvat in de rechterhand. Gebruik een stevige greep. Omsluit de grepen altijd met duim en vingers. (Zie K). 4. Zorg dat u een stabiele positie aanneemt. Zet de voeten op schouderbreedte uit elkaar. Verdeel uw gewicht gelijkmatig over beide voeten. 5. Wanneer u klaar bent om te zagen, duwt u de ontgrendelingsknop (3) volledig naar binnen met de rechterduim en drukt u de starter samen. Hierdoor wordt de zaag ingeschakeld. Als u de starter loslaat, wordt de zaag uitgeschakeld. Controleer of de zaag op volle snelheid werkt voordat u het zagen start. 6. Wanneer u begint te zagen, plaatst u de bewegende ketting langzaam tegen het hout. Houd de zaag stevig op zijn plaats om mogelijk stuiteren of glijden (zijdelingse beweging) van de zaag te voorkomen. 7. Geleid de zaag met lichte druk en oefen geen overmatige kracht uit op de zaag. De motor wordt overbelast en kan doorbranden. Hierdoor doet de zaag zijn werk beter en veiliger aan de snelheid waarvoor deze was bedoeld. 8. Verwijder de zaag uit een inkeping terwijl de zaag op volle snelheid werkt. Stop de zaag door de aan/uit-schakelaar los te laten. Controleer of de zaag is gestopt voordat u de zaag neerzet. 9. Blijf oefenen op afvalstronken in een veilige werkomgeving tot u met de zaag vertrouwd bent en u gemakkelijk met een vloeiende beweging en een stabiele zaagsnelheid kunt werken. Apparaten voor de terugslagveiligheid op deze zaag Deze zaag heeft een ketting met een lage terugslag en een kettinggeleider met verminderde terugslag. Beide items verminderen de kans op terugslag. Er kan echter nog steeds wat terugslag optreden met deze zaag. Ter voorkoming van zaagterugslag. • Houd de zak met beide handen vast terwijl hij loopt. Gebruik een stevige greep. Omsluit de grepen altijd met duim en vingers. • Zorg ervoor dat alle veiligheidsvoorzieningen aanwezig zijn. Zorg ervoor dat ze goed functioneren. • Zorg dat u niet te ver reikt of zaagt boven schouderhoogte. • Zorg er altijd voor dat u stevig staat en goed in balans bent. • Sta een weinig aan de linkerzijde van de zaag. Hierdoor is uw lichaam niet in een directe lijn ten opzichte van de ketting. • Pas op dat de punt van het zwaard nergens mee in aanraking komt terwijl de ketting in beweging is. • Probeer niet twee blokken tegelijk door te zagen. Zaag een blok tegelijk. • Probeer niet de punt van het zwaard in het hout te begraven (boren in houtmet de punt van de zaag). • Wees bedacht op bewegende takken of andere krachten die de zaagsnede kunnen dichtknijpen of met de ketting in aanraking kunnen komen. • Ga zeer voorzichtig te werk wanneer u verder gaat zagen in een eerder gemaakte zaagsnede. • Gebruik alleen de ketting en de kettinggeleider met lage terugslag die bij deze kettingzaag zijn geleverd. • Werk nooit met een losse, verslapte of sterk versleten zaagketting. Let op de juiste kettingspanning. De zaag veilig gebruiken 1. Gebruik de kettingzaag alleen met een veilig steunpunt. 2. Houd de kettingzaag aan de rechterkant van uw lichaam (Zie L). kettingzaag op batterijen NL 3. De ketting (8) moet op volle snelheid lopen voordat het met het hout in contact mag komen. 4. Gebruik de metalen grijptand (9)om de zaag vast te zetten op het hout voordat u begint te zagen. 5. Gebruik de grijptanden als hefboompunt (a) tijdens het zagen. (Zie M) 6. Bedien de kettingzaag niet met volledig gestrekte armen, probeer geen gebieden te zagen die moeilijk te bereiken zijn of ga niet op een ladder staan tijdens het zagen. (Zie N) Zagen van hout onder spanning (Zie O) WAARSCHUWING: Houd er bij het afzagen van een onder spanning staande tak rekening mee dat deze terugveert. Als de spanning in de houtvezels vrijkomt, kan de gespannen tak de bediener raken, of kan deze de bediener de controle over de kettingzaag doen verliezen. Wanneer hout aan beide zijden wordt ondersteund, eerst van boven (Y) een derde gedeelte van de diameter door de stam zagen en vervolgens van onderen (Z) op dezelfde plaats de stam doorzagen om splinteren en vastklemmen van de zaag te voorkomen. Voorkom daarbij contact van de zaagketting met de grond. Wanneer hout slechts aan één zijde wordt ondersteund, eerst van onderen (Y) een derde van de diameter naar boven zagen en vervolgens op dezelfde plaats van boven (Z) de stam doorzagen om splinteren en vastklemmen van de zaag te voorkomen. Bomen vellen (Zie P) Draag altijd een helm om beschermd te zijn tegen vallende takken. Met de kettingzaag mogen alleen bomen worden geveld waarvan de stamdiameter kleiner is dan de lengte van het zwaard. Scherm de werkomgeving af. Let erop dat zich geen personen of dieren ophouden in de buurt waar de boom valt. Probeer nooit om een vastgeklemde zaag met een lopende motor vrij te krijgen. Gebruik houten spieën om de zaagketting te bevrijden. Als u met twee of meer personen tegelijkertijd zaagt en velt, houd dan als afstand tussen de vellende en de zagende personen minstens de dubbele hoogte aan van de te vellen boom. Let er bij het vellen van bomen op, dat u andere personen niet blootstelt aan gevaar, u geen leidingen raakt en geen materiële schade veroorzaakt. Als een boom met een stroomleiding in aanraking komt, breng dan direct de energiemaatschappij hiervan op de hoogte. Stel u als bediener van de kettingzaag, bij zaagwerkzaamheden op een helling, boven de te vellen boom op, omdat de boom na de val waarschijnlijk bergaf zal rollen of glijden. Voor het vellen dient een vluchtweg te worden gepland en wanneer nodig vrijgemaakt te worden. De vluchtweg dient van de te verwachten vallijn schuin naar achteren weg te leiden. Houd voor het vellen rekening met de natuurlijke helling van de boom, de plaats van grote takken en de windrichting, om de valrichting van de boom te kunnen beoordelen. Verwijder vuil, stenen, losse schors, spijkers, nieten en draad van de boom. Inkepingen zagen: Zaag haaks op de valrichting een kerf (X – W) met een diepte van 1/3 van de boomdiameter. Zaag eerst de onderste horizontale inkeping. Hierdoor voorkomt u het vastklemmen van de kettingzaag of van de geleidingsrails bij het zagen van de tweede inkeping. Inkeping voor het vellen van de boom zagen: Zaag de inkeping (Y) voor het vellen van de boom minstens 50 mm boven de horizontale inkeping. Zaag de inkeping voor het vellen van de boom parallel aan de horizontale inkeping. Zaag de inkeping slechts zo diep in, dat er nog een verbindingsstuk (valrand) blijft staan, dat als scharnier kan werken. Het verbindingsstuk verhindert, dat de boom draait en in de verkeerde richting valt. Zaag het verbindingsstuk niet door. Als de inkeping voor het vellen van de boom kettingzaag op batterijen NL 109 in de buurt van het verbindingsstuk komt, moet de boom met vallen beginnen. Als het erop lijkt, dat de boom mogelijkerwijs niet in de gewenste richting valt of terugbuigt en de zaagketting vastklemt, onderbreekt u het zagen van de inkeping voor het vellen van de boom en gebruikt u een spie van hout, kunststof of aluminium om de inkeping te openen en om de boom in de gewenste valrichting te doen omslaan. Als de boom begint te vallen, verwijdert u de kettingzaag uit de inkeping, schakelt u de zaag uit, legt u deze neer en verlaat u het gevarenbereik via de geplande vluchtroute. Let op naar beneden vallende takken en struikel niet. Door het indrijven van een spie (Z) in de zaaglijn moet de boom nu ten val worden gebracht. Let wanneer de boom begint te vallen op naar beneden vallende takken en twijgen. 110 Takken van de gevelde boom afzagen (Zie Q) Laat grote, naar beneden gerichte takken eerst nog staan wanneer u takken van de gevelde boom afzaagt. Zaag kleine takken in één keer af, zoals op de afbeelding getoond. Zaag onder spanning staande takken van onderen naar boven om astklemmen van de zaag te voorkomen. Boomstam in stukken zagen (Zie R) Zorg ervoor dat u stevig staat en verdeel uw lichaamsgewicht gelijkmatig over beide oeten wanneer u de gevelde boomstam in stukken zaagt. Leg indien mogelijk takken, balken of spieën onder de stam om deze te steunen. Houd u aan de aanwijzingen om gemakkelijk te zagen. Als de boomstam over de hele lengte gelijkmatig op de grond ligt, zoals afgebeeld, zaagt u vanaf de bovenkant. Als de boomstam aan één kant hoger ligt, zoals afgebeeld, zaagt u eerst een derde van de stamdiameter vanaf de onderkant en vervolgens de rest vanaf de bovenkant. (Zie S) Als de boomstam aan twee kanten wordt ondersteund, zoals afgebeeld, zaagt u eerst twee derde van de stamdiameter vanaf de bovenkant en vervolgens een derde vanaf de onderkant. (Zie T) WAARSCHUWING: (Zie U) • Werkt u op een helling,pas dan op dat het blok niet naar beneden rolt. Zet het blok met houten pennen vast. Sla de pennen onder het blok in de grond. Blijf tijdens het zagen boven het blok staat. Het blok kan na het zagen wegrollen. • Probeer niet twee blokken tegelijk door te zagen. U verhoogt daarmee het risico op terugslag. • Zaagt u een blok door, houd het dan niet met de hand of een been vast. • Zaagt u een blok door, sta dan niet toe dat een helper het blok vasthoudt. • Schakel de zaag uit en verwijder de batterijdoos voordat u de zaag van de ene plek naar de andere verplaatst. ONDERHOUD/ TERUGSLAG VAN DE ZAAG Let op de onderhoudsinstructies in deze handleiding. De kans op terugslag wordt verminderd door de zaag en de ketting en het zwaard goed schoon te maken en te onderhouden. Inspecteer en onderhoud de zaag steeds na gebruik. Hiermee verhoogt u de levensduur van de kettingzaag. Opmerking: Zelfs als de zaag goed geslepen wordt, kan de kans op terugslag met het slijpen groter worden. ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE KETTINGZAAG 1. Verwijder de batterij uit de zaag. • Als hij niet in gebruik is • Voordat u van de ene plaats naar de andere gaat • Bij reparaties • Voordat U accessoires of hulpstukken verwisselt, zoals de Zaagketting of het Zaagblad. 2. Inspecteer de zaag voor en na gebruik. Controleer de zaag nauwkeurig als de beschermkap of een ander onderdeel is kettingzaag op batterijen NL beschadigd. Controleer op schade die de veiligheid van de gebruikers of e werking van de zaag kan beïnvloeden. Controleer de uitlijning of verbinding van bewegende delen. Controleer op gebroken of beschadigde onderdelen. Gebruik de kettingzaag niet als de schade de veiligheid of werking beïnvloedt. Laat schade herstellen door een erkend onderhoudscentrum. Ga naar www.worx. com om een bevoegd onderhoudscentrum te vinden. 3. Onderhoud de kettingzaag met zorg. • Stel de zaag nooit bloot aan regen. • Houd de ketting scherp, schoon en gesmeerd voor een betere en veilige prestatie. • Volg de stappen in deze handleiding om de ketting te smeren. • Houd de handgrepen droog, schoon en vrij van olie en vet. • Zorg ervoor dat alle schroeven en moeren vastzitten. 4. Laat uw elektrisch gereedschap repareren door een bevoegde reparateur die alleen originele reserveonderdelen gebruikt. 5. Berg de kettingzaag altijd op wanneer u deze niet gebruikt. • Op een hoge, afgesloten plaats, buiten bereik van kinderen. • Op een droge plaats. Onderhoud van de geleider Voor een maximale levensduur van de geleider is het volgende onderhoud aanbevolen. De geleiderrails die de ketting dragen moeten worden schoongemaakt voordat u het gereedschap opbergt of als de geleider of ketting vuil lijken. De rails moeten elke keer wanneer de ketting wordt verwijderd, worden gereinigd. Na elk gebruik van 5 uur draait u de geleider om zodat de bovenrail onderaan komt en de onderste rail bovenaan. De geleiderrails reinigen: 1. Verwijder de kettingafdekking en de geleider en ketting. (Zie sectie ASSEMBLAGE) 2. Gebruik een draadborstel, schroevendraaier of een soortgelijk geschikt gereedschap, verwijdert u de resten van de rails van de geleider. (Zie V) 3. Zorg dat u alle oliedoorgangen grondig reinigt. Omstandigheden die het onderhoud van de geleiderstaaf vereisen: • De zaag zaagt aan één zijde of in een hoek. • De zaag moet door de inkeping worden geforceerd. • Onvoldoende toevoer van olie naar de geleider en ketting. Controleer de toestand van de geleiderstaaf telkens wanneer de ketting wordt geslepen. Een versleten geleiderbalk zal de ketting beschadigen en het zagen moeilijk maken. Na elk gebruik moet u al het zaagstof van de geleiderstaaf en de geleideopening verwijderen terwijl het gereedschap is losgekoppeld van de voedingsbron. Wanneer de bovenkant van de rail oneffen is, gebruikt u een platte vijl om vierkante randen en zijkanten te herstellen. Railranden en hellende vlakken vierkant vijlen Versleten groef 111 Correcte groef Vervang de geleiderbalk wanneer de groef versleten is, de geleiderstaaf gebogen of gebarsten is of wanneer een overmatige verhitting of afbraming van de rails optreedt. Als vervanging nodig is, mag u alleen de geleiderstaaf gebruiken die in de lijst met reparatieonderdelen of op het transferplaatje op de kettingzaag is opgegeven. Zaagketting en zwaard vervangen of keren Controleer de zaagketting en het zwaard volgens het gedeelte „Zaagketting spannen”. De geleidingssleuf van het zwaard verslijt in de loop van de tijd. Draai bij het vervangen van de zaagketting het zwaard 180° om de slijtage over beide zijden te verdelen. kettingzaag op batterijen NL Controleer het kettingwiel. Wanneer het wiel door de grote belasting versleten of beschadigd is, moet het door een klantenservicewerkplaats vervangenworden. Is het zwaard versleten of beschadigd, neem dan de spanning van het zwaard door de schroef linksom te draaien. Monteer daarna een nieuw zwaard en draai de schroef weer rechtsom. Het uitsteeksel moet passen in het gat van het zwaard. (Zie W) 112 Slijpen van de zaagketting WAARSCHUWING: Verwijder de batterij uit de zaag vooraleer te herstellen. Ernstige verwondingen en de dood kunnen resulteren door elektrische schokken of doordat het lichaam in contact komt met de bewegende ketting. De snijranden van de zaagketting zijn scherp. Gebruik handschoenen als u de ketting hanteert. Houd snijdend gereedschap schoon en scherp. De zaag werkt dan sneller en veiliger. Een botte zaag veroorzaakt ontijdige slijtage aan het tandwiel, het zwaard, de ketting en de motor. Als u de zaag met kracht in het hout moet duwen, terwijl er alleen zaagsel wordt geproduceerd en geen grote brokken, dan is de zaag bot. Smeer de tandwielen WAARSCHUWING: Draag zware handschoenen wanneer u onderhoud of reparaties aan dit gereedschap uitvoert Verwijder altijd de batterijdoos uit de zaag voordat u begint met het repareren of onderhouden van dit gereedschap. Opmerking: Het is niet nodig de ketting of het zwaard te verwijderen om het tandwiel te smeren. 1. Maak het zwaard en het tandwiel schoon. 2. Gebruik een smeerpistool. Steek de punt van het pistool in de smeeropening en spuit er vet in tot het er aan de buitenkant van het tandwiel uitkomt. (Zie X) 3. Om het tandwiel te draaien trekt u met de hand aan de ketting tot de ongesmeerde kant van het tandwiel bij de smeeropening is. Herhaal de procedure. REINIGEN/BEWAREN Reinig het kunststofhuis van de kettingzaag met behulp van een zachte borstel en een schone doek. Gebruik geen water, oplosmiddel of polijstmiddel. Verwijder alle verontreinigingen, in het bijzonder van de ventilatieopeningen van de motor. Demonteer na een gebruiksduur van 1 tot 3 uur de afscherming, het zwaard en de ketting en reinig deze met een borstel. Verwijder met een borstel al het vastzittende material onder de afscherming, het kettingwiel en de zwaardbevestiging. Reinig de oliesproeier met een schone doek. Wanneer de kettingzaag langdurig moet worden opgeborgen, moeten zaagketting en zwaard eerst worden gereinigd. Bewaar de kettingzaag op een veilige plaats droog en buiten bereik van kinderen. Plaats geen voorwerpen op het elektrische gereedschap. Voorkom lekkage door te controleren dat het gereedschap in horizontale positie wordt weggelegd (olievuldop naar boven gericht). Als het gereedschap in de verkoopverpakking wordt bewaard, moet de olietank zonder rest worden leeggemaakt. BESCHERMING VAN HET MILIEU Dit product is gemarkeerd met een symbool betreffende het verwijderen van elektrisch en elektronisch afval. Dat betekent dat het product niet bij het huisvuil geworpen mag worden, maar naar een inzamelingspunt moet worden gebracht dat voldoet aan de Europese Richtlijn 2002/96/ CE. Daar wordt het dan gedemonteerd voor recycling, zodat de schade aan het milieu beperkt blijft. Elektrische en elektronische apparaten kunnn gevaarlijk zijn voor het milieu en de volksgezondheid aangezien ze gevaarlijke stoffen bevatten. kettingzaag op batterijen NL Problemen oplossen Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing De kettingzaag werkt niet De batterij is leeg Zekering defect Laad de batterij op Vervang de zekering Kettingzaag werkt met onderbrekingen Extern los contact Intern los contact Aan/uit-schakelaar defect Breng de kettingzaag naar een reparatiewerkplaats Breng de kettingzaag naar een reparatiewerkplaats Breng de kettingzaag naar een reparatiewerkplaats Zaagketting droog Geen olie in de olietank Ontluchting in olietankdop verstopt Olieafvoerkanaal verstopt Vul olie bij Reinig de olietankdop Maak het olieafvoerkanaal vrij Terugslagrem en kettingrem Probleem met schakelmechanisme vooraan in handbescherming Breng de kettingzaag naar een reparatiewerkplaats Ketting of geleidingsral heet Geen olie in de olietank Ontluchting in olietankdop verstopt Olieafvoerkanaal verstopt Kettingspanning te hoog Ketting bot Vul olie bij Reinig de olietankdop Maak het olieafvoerkanaal vrij Stel de kettingspanning in Slijp de ketting of vervang deze Kettingzaag trekt, trilt of zaagt niet goed Kettingspanning te los Ketting bot Ketting versleten Zaagtanden wijzen in de verkeerde richting Stel de kettingspanning in Slijp de ketting of vervang deze Vervang de ketting Monteer de zaagketting opnieuw met de tanden in de juiste richting Gebruik nooit hulpmiddelen met een defecte aan/uitschakelaar of een defecte terugslagstopper (Handkap). Bij alle andere technische storingen neemt u contact op met de hulplijn of het plaatselijke reparatiecentrum. kettingzaag op batterijen NL 113 CONFORMITEITVERKLARING Wij, POSITEC Germany GmbH Konrad-Adenauer-Ufer 37 50668 Köln Verklaren dat het product, Beschrijving: WORX kettingzaag op batterijen Type: WG368E WG368E.9 (3- aanduiding van machines, kenmerkend voor kettingzaag) Functie: hout zagen Voldoet aan de volgende richtlijnen, 2006/42/EG, 2004/108/EG, 2011/65/EU, 2000/14/EG gewijzigd door 2005/88/EG De betrokken aangemelde instantie Naam: Intertek Deutschland GmbH (aangemelde instantie 0905) Adres: Stangenstraße 1, 70771 LEINFELDEN-ECHTERDINGEN 114 2000/14/EG gewijzigd door 2005/88/EG: - Procedure beoordeling conformiteit volgens conformidad de acuerdo con Annex V - Niveau gemeten geluidsvermogen 96.1dB(A) - Opgegeven, gegarandeerde niveau geluidsvermogen 100dB(A) Normen voldoen aan, EN 60745-1 EN 60745-2-13 EN ISO 3744 EN 55014-1 EN 55014-2 De persoon die bevoegd is om het technische bestand te compileren, Naam: Russell Nicholson Adres: Positec Power Tools (Europe)Ltd, PO Box 152, Leeds, LS10 9DS, UK 2013/12/26 Leo Yue Kwaliteitsmanager bij POSITEC kettingzaag op batterijen NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204

Worx WG368E de handleiding

Categorie
Dockstations voor mobiele apparaten
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor