Dell Precision T5500 de handleiding

Type
de handleiding
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Opmerkingen, waarschuwingen en gevaar-kennisgevingen
AlsueenDell™-computer uit de N-serie hebt aangeschaft, zijn de verwijzingen naar de Microsoft®Windows®-besturingssystemen in dit document niet van
toepassing.
De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
©2009DellInc.Allerechtenvoorbehouden.
Verveelvoudiging van dit materiaal, op welke wijze dan ook, zonder de schriftelijke toestemming van Dell Inc. is strikt verboden.
Handelsmerken in deze tekst: Dell , het DELL-logo en Dell Precision zijn handelsmerken van Dell Inc.; Intel en Xeon zijn gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation;
Bluetooth is een gedeponeerd handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc. en wordt onder licentie gebruikt door Dell; Blu-ray Disc is een handelsmerk van Blu-ray Disc Association;
Microsoft, Windows, Windows Server, MS-DOS, Aero, Windows Vista. en de startknop van Windows Vista zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Overige handelsmerken en handelsnamen kunnen in dit document worden gebruikt om naar entiteiten te verwijzen die het eigendomsrecht op de merken dan wel de namen van
hun producten claimen. Dell Inc. claimt op geen enkele wijze enig eigendomsrecht ten aanzien van andere handelsmerken of handelsnamen dan haar eigen handelsmerken en
handelsnamen.
Model DCTA
September2009Rev.A01
Aan de computer werken
Onderdelen toevoegen en vervangen
Specificaties
Diagnoseprogramma
Informatie over het geheugen
Informatie over het moederbord
System Setup-programma
N.B.: N.B. duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van de computer.
WAARSCHUWING: een WAARSCHUWING geeft aan dat er schade aan hardware of potentieel gegevensverlies kan optreden als de instructies
niet worden opgevolgd.
GEVAAR: GEVAAR duidt een risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan .
Het geheugen
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Geheugenmodules
Ondersteunde geheugenconfiguraties
Geheugensubsysteem
Geheugensleuven
Regels voor geheugenbezetting
Uw computer gebruikt 1066 MHz en 1333 MHz DDR3 ongebufferd of geregistreerd ECC SDRAM-geheugen. DDR3 SDRAM, of Double-Data-Rate Three
Synchronous Dynamic Random Access Memory (dubbele gegevenssnelheid drie voor synchroon dynamisch directe-toegangsgeheugen), is een RAM-
technologie. DDR3 SDRAM is onderdeel van de SDRAM-technologieëndiedeeluitmakenvandegrotegroepDRAM-implementaties (dynamisch directe-
toegangsgeheugen). DDR3 SDRAM biedt aanzienlijke verbeteringen ten opzichte van de voorgaande versie, DDR2 SDRAM.
Het grootste voordeel van DDR3 SDRAM is dat bij dit geheugen de I/O-bus gebruikt wordt met een snelheid die het viervoud bedraagt van de snelheid van de
geheugencellen. Hierdoor zijn hogere bussnelheden en een snellere piekdoorvoer mogelijk dan voorheen. De prijs die hiervoor moet worden betaald, is een
hogere latentie. De DDR3-standaard ondersteunt ook een chipcapaciteit van 512 megabit tot 8 gigabit, waardoor geheugenmodules mogelijk zijn met een
maximale grootte van 16 gigabyte.
Dankzij de 1,5 volt voedingsspanning is bij DDR3-geheugeneenbeperkingvanhetstroomverbruiktot30%mogelijkinvergelijkingmethuidigecommerciële
DDR2-modules. Deze voedingsspanning werkt uitstekend bij de 90 nm-technologie die voor de meeste DDR3-chips gebruikt wordt. Sommige fabrikanten
stellen ook voor, 'dual-gate'-transistors te gebruiken om het lekken van stroom te verminderen.
Het belangrijkste voordeel van DDR3 ligt in de grotere bandbreedte die mogelijk is dankzij de 8 bits diepe prefetch-buffer. Deze bedroeg bij DDR2 en DDR1
respectievelijk 4 en 2 bits.
Geheugenmodules
Ondersteunde geheugenconfiguraties
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
Standaardnaam
Geheugenklok
Cyclustijd
Overgedragen aantal gegevensblokken per
seconde
Modulenaam
Hoogste
overdrachtssnelheid
DDR3-1066
133 MHz
7,5 ns
1066 miljoen
PC3-8500
8533 MB/s
DDR3-1333
166 MHz
6 ns
1333 miljoen
PC3-10600
10667 MB/s
Geheugenconfiguratiesmetéénprocessor
Afmetingen
(GB)
DIMM-
rijen
DIMM1
DIMM2
DIMM3
DIMM4
DIMM5
DIMM6
2
ER
1 GB
1 GB
3
ER
1 GB
1 GB
1 GB
4
ER
1 GB
1 GB
1 GB
1 GB
4
2 GB
1 GB
1 GB
6
TR
2 GB
2 GB
2 GB
12
TR
2 GB
2 GB
2 GB
2 GB
2 GB
2 GB
12
TR
4 GB
4 GB
4 GB
24
TR
4 GB
4 GB
4 GB
4 GB
4 GB
4 GB
24
QR
8 GB
8 GB
8 GB
48
QR
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
Configuraties met twee CPU's
Afmetingen
(GB)
DIMM-
rijen
MB
DIMM1
MB
DIMM2
MB
DIMM3
MB
DIMM4
MB
DIMM5
MB
DIMM6
Uitbreidingskaart
DIMM1
Uitbreidingskaart
DIMM2
Uitbreidingskaart
DIMM3
2
ER
1 GB
1 GB
3
ER
1 GB
1 GB
1 GB
4
ER
1 GB
1 GB
1 GB
1 GB
6
ER
1 GB
1 GB
1 GB
1 GB
1 GB
1 GB
12
TR
2 GB
2 GB
2 GB
2 GB
2 GB
2 GB
24
TR
4 GB
4 GB
4 GB
4 GB
4 GB
4 GB
24
TR
2 GB
2 GB
2 GB
2 GB
2 GB
2 GB
4 GB
4 GB
4 GB
48
QR
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
Geheugensubsysteem
Het geheugensubsysteem bestaat uit drie DDR3-geheugenkanalendiemetelkeprocessorverbondenzijn.Bijalleconfiguratiesmetéénprocessorzijnzes
DIMM-sleuven (twee per kanaal) verbonden met de primaire processor die zich op de systeemkaart bevindt. Bij configuraties met twee processors is een
optionele uitbreidingskaart vereist. Deze bevat zowel de secundaire processor als de DIMM's die met deze processor samenhangen. De uitbreidingskaart
bevat zes DIMM-sleuven voor een totaal van twaalf DIMM's in het systeem.
Geheugensleuven
De systeemkaart bevat zes geheugensleuven. De sleuven zijn genummerd van DIMM1 tot en met DIMM6. DIMM1 bevindt zich het verst van de processor
vandaan.
Bovendien bevat de uitbreidingskaart met twee processors drie extra geheugensleuven. De sleuven zijn genummerd van DIMM1 tot en met DIMM3. DIMM1
bevindt zich het verst van de processor vandaan.
48
4 GB
4 GB
4 GB
4 GB
4 GB
4 GB
8 GB
8 GB
8 GB
72
QR
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
8 GB
N.B.:Alsbinneneenkanaal(DIMM1&DIMM4,DIMM2&DIMM5,DIMM3&DIMM6)meerdanéénQuadRank-DIMMwordtgeïnstalleerd,wordtde
maximale DDR3-snelheid beperkt tot 800 MHz. Aanbevolen wordt, Quad Rank-geheugenmodules over meerdere kanalen te verdelen.
N.B.: DDR3 DIMM's bevatten 240 pinnen, net als DDR2, en ook het formaat is gelijk. DDR2 en DDR3 zijn echter elektrisch incompatibel en de inkepingen
bevinden zich op verschillende plaatsen.
Configuratie van een DIMM-sleufvooréénprocessorofeentweedeprocessoropdeuitbreidingskaart.
Regels voor geheugenbezetting
Op uw computer moeten DIMM's binnen een kanaal zodanig worden bezet dat wordt begonnen met de DIMM's die zich het verst van de processor vandaan
bevinden. Met andere woorden: de DIMM-sleuven1,2en3moetenvóórdeDIMM-sleuven 4, 5 en 6 worden bezet. Als een Quad Rank-DIMM in hetzelfde
kanaal met een Single- of een Dual Rank-DIMM wordt bezet, moet de Quad Rank-DIMM worden bezet die zich het verst van de CPU vandaan bevindt.
Om de beschikbare geheugenbandbreedte te maximaliseren, moeten DIMM's binnen een configuratie over zoveel mogelijk kanalen worden verdeeld voordat
meerdere DIMM's per kanaal worden gebruikt. Raadpleeg hiervoor de onderstaande bezettingsrichtlijnen.
ConfiguratiesmetéénCPU(6DIMM-sleuven op MB)
l Indien de configuratie alleen DIMM's van dezelfde grootte bevat, kiest u voor deze bezettingsvolgorde: DIMM1, DIMM2, DIMM3, DIMM4, DIMM5, DIMM6.
l Indien de configuratie DIMM's van verschillende grootten bevat, bezet u de grootste DIMM's als eerste. Bijvoorbeeld: bij een configuratie van 4GB met
één2GB-DIMM en twee 1GB-DIMM's, is de bezetting: DIMM1=2GB, DIMM2=1GB, DIMM3=1GB, DIMM4=leeg, DIMM5=leeg, DIMM6=leeg.
Configuraties met twee CPU's (6 DIMM-sleuven op MB plus 3 DIMM-sleuven op de
uitbreidingskaart)
l Indien de configuratie alleen DIMM's van dezelfde grootte bevat, is de bezettingsvolgorde: MB_DIMM1, Uitbreidingskaart_DIMM1, MB_DIMM2,
Uitbreidingskaart_DIMM2, MB_DIMM3, Uitbreidingskaart_DIMM3, MB_DIMM4, MB_DIMM5, MB_DIMM6.
l Indien de configuratie DIMM's van verschillende grootten bevat, wijst u de grootste DIMM's toe aan de uitbreidingskaart.

N.B.: Indien sommige DIMM's >30 mm lang zijn (zoals vroege 16GB-DIMM's),mogendezealleenopdesysteemkaartwordengeïnstalleerd.
Informatie over het moederbord
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Moederbordschema
Vergeten wachtwoorden wissen
CMOS-instellingen wissen
Moederbordschema
Vergeten wachtwoorden wissen
1. Verwijder de computerkap.
2. Zoek naar de 4-pins-wachtwoordconnector (PSWD) op het moederbord.
3. Trek de 2-pins-jumperstekker uit pin 3 en 4 en leg de jumperstekker terzijde.
4. Plaats de computerkap terug.
5. Sluit de toetsenbord en muis aan, sluit de stekker van de computer en monitor op het stopcontact aan en zet de computer en monitor aan.
1
aansluiting hoofdvoeding (POWER1)
15
type A USB-poort (INT_USB2)
2
SATA-connectors (SATA0-4)
16
CPU uitbreidingskaart 2 (CPU2_RSR2)
3
wachtwoordjumper (PSWD)
17
CPU uitbreidingskaart 1 (CPU_RSR1)
4
aansluiting voor vaste-schijfventilator (FAN_HDD)
18
aansluiting primaire processor (CPU1)
5
diskettestation (DSKT)
19
aansluiting voeding (POWER_CPU1)
6
Connector voorpaneel (FRONTPANEL)
20
aansluiting voorste ventilator (FAN_FRONT)
7
chassisintrusiekop (INTRUDER)
21
ventilator voor de kaartbehuizing (FAN_CCAG)
8
sleuf voor PCI-X-kaart (SLOT6)
22
aansluitingen geheugenmodules (DIMM1-6)
9
PCI-kaartsleuf (SLOT5)
23
optioneleseriële/PS2-aansluiting (SERIAL2)
10
PCI Express 2.0 x16-kaartsleuf (SLOT4)
24
LED-aansluiting extra vaste schijf (AUX_LED)
11
PCI Express 2.0 x16-kaartsleuf, aangesloten als x8 (SLOT3)
25
batterijhouder (BATTERY)
12
PCI Express 2.0 x16-kaartsleuf (SLOT2)
26
aansluiting voor interne luidspreker (INT_SPKR)
13
PCI Express 2.0 x16-kaartsleuf, aangesloten als x8 (SLOT1)
27
FlexBay USB (INT_USB)
14
audioaansluiting voorpaneel (FP_AUDIO)
28
RTC-resetjumper (RTCRST)
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
6. Schakel de computer uit nadat het besturingssysteem geladen is.
7. Verwijder de stekker van het toetsenbord en de muis uit de computer en verwijder vervolgens de stekker van de computer en monitor uit het
stopcontact.
8. Druk op de aan-uitknop op de computer om het moederbord te aarden.
9. Verwijder de computerkap.
10. Zet de 2-pins-jumperstekker terug op pin 3 en 4 van de wachtwoordconnector (RTCRST_PSWD) op de moederkaart.
11. Sluit uw computer en apparaten aan op het lichtnet en zet deze vervolgens aan.
CMOS-instellingen wissen
1. Verwijder de computerkap.
2. Zoek naar de 4-pins-wachtwoordconnector (PSWD) op het moederbord.
3. Trek de 2-pins-jumperstekker uit pin 3 en 4.
4. Zoek de 4-pins CMOS-jumper (RTCRST) op het moederbord.
5. Verplaats de 2-pins-jumperstekker van de wachtwoordjumper naar pin 1 en 2 van de CMOS-jumper.
6. Steek de stekker van het systeem in het stopcontact en wacht 10 seconden tot het CMOS schoon is.
7. Verplaats de 2-pins-jumperstekker weer naar pin 3 en 4 van de wachtwoordjumper.
8. Plaats de computerkap terug.
9. Sluit de computer en alle apparaten aan op het stopcontact en zet deze vervolgens aan.

N.B.: Zorg ervoor dat de computer is uitgeschakeld en zich niet in een energiebeheermodus bevindt. Als u de computer niet via het besturingssysteem
kunt uitzetten, houdt u de aan-uitknop gedurende 6 seconden ingedrukt.
N.B.:Dewachtwoordjumpermoetopnieuwwordengeïnstalleerdopdepinnenvandewachtwoordjumperomdewachtwoordfunctieteactiveren.
N.B.: In het systeemsetupprogramma zijn zowel het systeemwachtwoord als het beheerderwachtwoord ingesteld op Not Set (Niet ingesteld). De
wachtwoordfunctie is geactiveerd, maar er is geen wachtwoord toegekend.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
N.B.: Om de CMOS-instellingen te wissen moet u de stekker van de computer uit het stopcontact verwijderen.
N.B.: U kunt bovenstaande procedure voor de RTCRST-jumper gebruiken als hulpmiddel voor het oplossen van problemen bij het opstarten of bij
videoproblemen.
System Setup-programma
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Toetsaanslagen voor POST
Opstartmenu
Het System Setup-programma openen
Navigatietoetsen voor het System Setup-programma
Toetsaanslagen voor POST
De computer biedt verschillende toetsopties tijdens het POST-procesinhetschermmethetDell™-logo.
Opstartmenu
NetalseerdereDellPrecision™- workstationplatforms, bevat deze computer een menu voor eenmalige opstartprocedures. Deze functie biedt een snelle en
gemakkelijke methode waarmee u het in het System Setup-programma gedefinieerde opstartvolgorde kunt overslaan en rechtstreeks kunt opstarten vanaf
een bepaald apparaat (zoals een diskette, cd-rom of vaste schijf).
Deverbeteringenvanhetopstartmenudieineerdereplatformszijngeïntroduceerd,zijnalsvolgt:
l Gemakkelijker toegankelijk: de toetsencombinatie <Ctrl><Alt><F8> is nog steeds beschikbaar maar u kunt tijdens het opstarten van de computer ook
eenvoudigweg op <F12> drukken.
l Diagnostische opties: het opstartmenu bevat de twee diagnostische opties IDE Drive Diagnostics (90/90 Hard Drive Diagnostics) en Boot to the Utility
Partition (opstarten vanaf de partitie met het hulpprogramma).
Het System Setup-programma openen
Druk op <F2> om het System Setup-programma te openen en de door de gebruiker definieerbare instellingen te wijzigen. Als u het System Setup-programma
niet met deze toets kunt openen, drukt u op <F2> wanneer de lampjes van het toetsenbord beginnen te knipperen.
Volg de instructies op het scherm om instellingen te bekijken en/of te wijzigen. De opties van het System Setup-programma worden aan de linkerzijde van elk
scherm weergegeven. De instelling of waarde voor elke optie wordt aan de rechterkant van de optie in kwestie weergegeven. U kunt instellingen wijzigen als
deze wit in het venster worden weergegeven. Opties en waardes die u niet kunt wijzigen (omdat ze door de tablet-pc zijn bepaald) worden gedimd
weergegeven.
Rechts bovenin het venster wordt help-informatie voor de gemarkeerde optie weergegeven. Rechts onderin het venster wordt informatie over de computer
weergegeven. De toetsfuncties van het System Setup-programma worden onderin het venster weergegeven.
De schermen van het System Setup-programma tonen de huidige instellingen voor uw computer, zoals:
l De systeemconfiguratie
l De opstartvolgorde
l De opstartconfiguratie
l Basisinstellingen voor apparaten
l Instellingen voor de systeembeveiliging en wachtwoorden voor de vaste schijf
Navigatietoetsen voor het System Setup-programma
Gebruik de volgende toetsaanslagen om door de BIOS-schermen te navigeren.
Toetsaanslag
Functie
Beschrijving
<F2>
Het System Setup-programma
openen
Gebruik het System Setup-programma om wijzigingen aan te brengen in de door de
gebruiker definieerbare instellingen.
<F12> of
<Ctrl><Alt><F8>
Het opstartmenu openen
Menu voor eenmalige opstartprocedures en diagnostisch hulpprogramma
<F3>
Opstarten vanaf netwerk
De opstartvolgorde van het BIOS overslaan en rechtstreeks vanaf het netwerk opstarten
Toetsaanslagen voor de navigatie
Actie
Toetsaanslag
Veld uitklappen en inklappen
<Enter>, pijltoetsen naar links of rechts, of +/
Alle velden uitklappen of inklappen
< >
BIOS afsluiten
<Esc> - in Setup blijven, opslaan/afsluiten, annuleren/afsluiten
Een instelling wijzigen
Pijltoetsen naar links en rechts
Veld selecteren om te wijzigen
<Enter>
Een wijziging ongedaan maken
<Esc>
Standaardwaarden terugzetten
<Alt><F> of menukeuze Load Defaults (Standaardwaarden laden)
N.B.:Afhankelijkvanuwcomputerendegeïnstalleerdeapparatenkunnendeinditgedeeltevermeldeitemswelofnietverschijnen.
Diagnoseprogramma
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)
Codes van het lampje van de aan/uit-knop
Diagnostische lampcodes
Pre-POST-diagnostische lamppatronen
POST-diagnostische lamppatronen
Pieptooncodes
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek)
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) gebruiken
Het is raadzaam om deze procedures af te drukken voordat u begint.
Open het System Setup-programma (zie Het System Setup-programma openen), controleer de configuratiegegevens voor uw computer en zorg ervoor dat het
apparaat dat u wilt testen in het System Setup-programma, wordt weergegeven en actief is.
Start Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) vanaf de vaste schijf of vanaf de cd/dvd Drivers and Utilities .
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) starten vanaf de vaste schijf
1. Zet de computer aan of start deze opnieuw op.
2. Druk zodra het DELL-logo wordt weergegeven, onmiddellijk op <F12>.
Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem verschijnt, moet u wachten tot u het bureaublad van Microsoft®Windows®ziet. Sluit
vervolgens de computer af (zie De computer uitschakelen) en probeer het opnieuw.
3. Selecteer in de lijst met opstartapparaten Boot to Utility Partition (Opstarten vanaf partitie van hulpprogramma) en druk op <Enter>.
4. Als het hoofdmenu van Dell Diagnostics verschijnt, selecteert u de test van uw keuze.
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) starten vanaf de cd/dvd Drivers and Utilities
1. Plaats de cd/dvd Drivers and Utilities in het station.
2. Zet de computer uit en start deze opnieuw.
Druk zodra het DELL-logo wordt weergegeven, onmiddellijk op <F12>.
Als u te lang wacht en het logo van Windows verschijnt, moet u wachten totdat u het bureaublad van Windows ziet. Sluit vervolgens de computer af en
probeer het opnieuw.
3. Selecteer Onboard or USB CD-ROM Drive (GeïntegreerdofUSBcd-rom-station) in de lijst met opstartapparaten en druk op <Enter>.
4. Kies in het menu de optie Boot from CD-ROM (Opstarten vanaf cd-rom) en druk op <Enter>.
5. Typ 1 om het menu te openen en druk op <Enter> om verder te gaan.
6. Selecteer Run the Dell 32-bit Diagnostics (32-bits Dell-diagnostiek uitvoeren) in de genummerde lijst. Als er meerdere versies worden aangegeven,
moet u de versie selecteren die op uw computer van toepassing is.
7. Wanneer het hoofdmenu van Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) wordt weergegeven, selecteert u de test die u wilt uitvoeren.
Hoofdmenu van Dell Diagnostics
1. Nadat Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) is geladen en het hoofdmenu wordt weergegeven, klikt u op de knop voor de gewenste optie.
N.B.: Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) werkt alleen op Dell-computers.
N.B.: de cd/dvd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) is optioneel en wordt mogelijk niet met de computer meegeleverd.
N.B.: Als een bericht wordt weergegeven dat er geen partitie met een diagnostisch hulpprogramma is gevonden, voert u Dell Diagnostics (Dell-
diagnostiek) uit vanaf de cd/dvd Drivers and Utilities .
N.B.:Metdevolgendestappenwordtdeopstartvolgordevoorslechtséénkeergewijzigd.Devolgendekeerdatudecomputerweeropstart,wordtde
volgorde gebruikt die in het System Setup-programma is opgeslagen.
Optie
Functie
Express Test (Snelle test)
Voert een snelle test van de apparaten uit. Deze test neemt normaliter 10 tot 20 minuten in beslag en vereist geen interactie
van uw kant. Als u de snelle test eerst uitvoert, vergroot u de kans om het probleem snel op te sporen.
Extended Test (Uitgebreide
test)
Voert een grondige controle van de apparaten uit. Deze test neemt doorgaans een uur of langer in beslag. U moet af en toe
vragen beantwoorden.
Custom Test (Aangepaste
test)
Test een specifiek apparaat. U kunt de tests die u wilt uitvoeren, zelf aanpassen.
2. Als er tijdens een test een probleem wordt gedetecteerd, wordt er een bericht weergegeven met de foutcode en een beschrijving van het probleem.
Schrijf de foutcode en de beschrijving van het probleem op en volg de aanwijzingen op het scherm.
3. Wanneer u een test uitvoert van de optie Custom Test (Aangepaste test) of Symptom Tree (Symptomenstructuur), kunt u voor meer informatie over de
test op een van de tabbladen klikken die in de volgende tabel worden beschreven.
4. Als de tests zijn voltooid en u Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) vanaf de cd/dvd Drivers and Utilities hebt uitgevoerd, moet u deze cd verwijderen.
5. Sluit het testscherm om terug te keren naar het hoofdmenu. Als u Dell Diagnostics wilt afsluiten en de computer opnieuw wilt opstarten, sluit u het
scherm Hoofd menu.
Codes van het lampje van de aan/uit-knop
De diagnostische lampjes geven veel meer informatie over de systeemstatus, maar statussen van het oude aan-uitlampje worden ook ondersteund op uw
computer. De statussen van het aan-uitlampje worden getoond in de volgende tabel.
Diagnostische lampcodes
Hetbedieningspaneelaandevoorzijdebevatvier(4)lampjesinéénkleuralsdiagnostischhulpmiddelbijhetoplossenvanproblementijdenshetopstartenof
bij videoproblemen. De lampjes geven GEEN runtime-fouten aan.
Elk lampje kent twee mogelijke statussen van UIT of AAN. Aan de meest significante status is het cijfer 1 toegekend, aan de andere respectievelijk 2, 3 en 4 in
de lengte- of dwarsrichting van de LED-reeks. De normale bedrijfsconditie na POST is dat alle vier lampjes AAN zijn en vervolgens doven naargelang het BIOS
de besturing overdraagt aan het besturingssysteem.
Pre-POST-diagnostische lamppatronen
Symptom Tree
(Symptoomstructuur)
Geeft een overzicht van de problemen die het vaakst optreden en stelt u in staat om een test te selecteren op basis van de
symptomen van het probleem dat u ondervindt.
Tabblad
Functie
Results
(Resultaten)
Geeft de resultaten van de test weer, samen met eventuele foutcondities die zijn aangetroffen.
Errors (Fouten)
Geeft de aangetroffen foutcondities weer en een beschrijving van het probleem.
Help
Geeft een beschrijving van de test en mogelijke vereisten voor het uitvoeren van de test weer.
Configuration
(Configuratie)
Geeft de hardware-instellingen voor het geselecteerde apparaat weer.
Dell Diagnostics haalt configuratiegegevens op voor alle apparaten in het System Setup-programma, het geheugen, verschillende
interne tests en geeft de informatie weer in de lijst met apparaten in het linkervenster van het scherm. Mogelijk worden in het
apparaatoverzichtnietdenamenvanalleonderdelenweergegevendiezijngeïnstalleerdinofaangeslotenopdecomputer.
Parameters
Hiermee kunt u de test aanpassen door de testinstellingen te wijzigen.
Status van het aan-
uitlampje
Beschrijving
Uit
Voeding is uitgeschakeld, lampje is uit.
Geel knipperend
Beginstatus van het lampje bij het opstarten.
Geeft aan dat het systeem stroom krijgt, maar het signaal POWER_GOOD is nog niet actief.
Als het lampje van de vaste schijf uit is, moet waarschijnlijk de voedingseenheid worden vervangen.
Als het lampje van de vaste schijf aan is,duidtditwaarschijnlijkopeenstoringvandegeïntegreerderegulatorofVRM.Bekijkde
diagnostische lampjes voor meer informatie.
Continu geel
brandend
Tweede status van het lampje bij het opstarten. Geeft aan dat het signaal POWER_GOOD actief is en dat de voedingseenheid
waarschijnlijk in orde is. Bekijk de diagnostische lampjes voor meer informatie.
Groen knipperend
Systeem bevindt zich in een status van laag energieverbruik, hetzij S1 of S3. Raadpleeg de diagnostische lampjes om te bepalen in
welke status het systeem zich bevindt.
Continu groen
brandend
Het systeem is in de S0-status, de normale voedingsstatus van een functionele machine.
Het BIOS zet het lampje in deze status om aan te geven dat het ophalen van opdrachtcodes begonnen is.
Status
Lampjespatroon
( 1 2 3 4 )
Omschrijving
lampje
Aan-
uitlampje
Toewijzing status
Omschrijving status
Pb0a
1- Uit
2- Uit
3- Uit
4- Uit
Systeem
losgekoppeld
Het systeem is niet op de voeding aangesloten, de PSU is niet in de
systeemkaart gestoken of het bedieningspaneel is niet met de systeemkaart
verbonden.
Pb0b
1- Uit
2- Uit
3- Uit
4- Uit
ACPI S0; normaal
bedrijf
Het systeem is aan en er zijn geen storingsmeldingen. Dit is feitelijk een status
die door het BIOS wordt geregeld en is ook S0e.
POST-diagnostische lamppatronen
Alle POST-codes behalve S0 gaan vergezeld van een continu brandend groen lampje. Als het aan-uitlampje niet groen is, raadpleeg dan Pre-POST-
diagnostische lamppatronen.
Pb0c
1- Uit
2- Uit
3- Uit
4- Uit
ACPI S1
Stand-bymodus Windows.
Pb1
1- Uit
2- Uit
3- Uit
4- Uit
ACPI S4 of S5
Slaapstand of soft-off. Het systeem is aangesloten, maar ofwel uitgeschakeld
of in de slaapstand van Windows.
Pb2
1- Uit
2- Uit
3- Aan
4- Uit
-
Gereserveerd
Gereserveerd
Pb3
1- Uit
2- Uit
3- Aan
4- Aan
ACPI S3
Overschakelen naar stand-bymodus voor RAM onder Windows.
Pb4
1- Uit
2- Groen
3- Uit
4- Uit
-
Gereserveerd
Gereserveerd
Pb5
1- Uit
2- Groen
3- Uit
4- Groen
-
Gereserveerd
Gereserveerd
Pb6
1- Uit
2- Groen
3- Groen
4- Uit
-
Gereserveerd
Gereserveerd
Pb7
1- Uit
2- Knipperend
3- Knipperend
4- Knipperend
ACPI S0, overgave
naar besturing
door BIOS
Systeem aan. BIOS niet in uitvoering. Dit is de overgangstoestand naar POST-
statussen.
Pb8
1- Groen
2- Uit
3- Uit
4- Uit
-
Gereserveerd
Gereserveerd
Pb9
1- Knipperend
2- Uit
3- Uit
4- Knipperend
Storing van
regulator buiten
systeemkaart om
Er is een voedingsstoring opgetreden bij een insteekcomponent, zoals een
VRM, een videouitbreidingskaart of geheugenuitbreidingskaart.
Pb10
1- Knipperend
2- Uit
3- Knipperend
4- Uit
PSU-storing
De PSU is slecht of de PSU-kabel is gekruld waardoor een kortsluiting is
ontstaan bij een stroomrail. (PS_ON bevestigd, PS_PWRGOOD niet bevestigd)
Pb11
1- Knipperend
2- Uit
3- Knipperend
4- Knipperend
Storing PSU-kabel
Mogelijk zijn niet alle PSU-kabels goed met de systeemkaart verbonden.
(PS_ON bevestigd, er ontbreekt een stroomrail)
Pb12
1- Knipperend
2- Knipperend
3- Uit
4- Uit
Storing van de
regulator op de
systeemkaart
Eriseenvoedingsstoringvastgesteldineenvandegeïntegreerde
systeemkaartregulators. Dit wordt mogelijk veroorzaakt door een defecte
component van de systeemkaart of door een insteekapparaat dat een
kortsluiting veroorzaakt bij een geregelde stroomrail. (PS_ON bevestigd,
PS_PWRGOOD bevestigd, SYS_PWRGOOD niet bevestigd)
Pb13
1- Knipperend
2- Knipperend
3- Uit
4- Knipperend
Verkeerde
combinatie
De hardware heeft een bezettingsfout bij een kritische systeemcomponent
ontdekt, zoals een CPU, VRM, PSU, of geheugenuitbreidingskaart.
Pb14
1- Groen
2- Groen
3- Groen
4- Uit
-
Gereserveerd
Gereserveerd
Pb15
1- Groen
2- Groen
3- Groen
4- Groen
-
Gereserveerd
Gereserveerd
Status
Lampjespatroon
( 1 2 3 4 )
Omschrijving
lampje
Statusnaam
Toewijzing status
Omschrijving status
S0a
1- Uit
2- Uit
3- Uit
4- Uit
UIT
UIT
Aan-uitlampje is uit. Het systeem krijgt geen stroom.
S0e
1- Uit
2- Uit
3- Uit
4- Uit
AAN
Normaal bedrijf,
ACPI S0
Aan-uitlampje brandt continu groen. Het systeem is opgestart en werkt
normaal.
S1
1- Uit
2- Uit
3- Uit
4- Aan
RCM
Systeem is in de
herstelmodus
Er is een BIOS-checksumfout opgetreden en het systeem bevindt zich in de
herstelmodus.
Pieptooncodes
Wanneer tijdens het opstarten fouten optreden die niet op het beeldscherm kunnen worden gemeld, klinkt mogelijk een pieptooncode waarmee het probleem
wordtgeïdentificeerd.Depieptooncodeiseengeluidspatroon.Eenpieptoongevolgddooreentweedepieptoonenvervolgenseensnellereeksvandrie
pieptonen (code 1-1-3) betekent bijvoorbeeld dat de computer niet in staat was de gegevens in het NVRAM (Non-Volatile Random Access Memory) te lezen.
Als de stroomtoevoer van de computer uitvalt en de computer voortdurend piept wanneer u de computer opnieuw opstart, is het BIOS waarschijnlijk
beschadigd.
S2
1- Uit
2- Uit
3- Aan
4- Uit
CPU
CPU
Configuratie van de CPU is aan de gang of er is een CPU-storing
opgetreden.
S3
1- Uit
2- Uit
3- Aan
4- Aan
MEM
Geheugen
Het geheugensubsysteem wordt momenteel geconfigureerd. De juiste
geheugenmodules zijn gedetecteerd, maar er is een geheugenfout
opgetreden.
S4
1- Uit
2- Aan
3- Uit
4- Uit
PCI
PCI-apparaat
Het PCI-apparaat wordt momenteel geconfigureerd of er is een storing in
het PCI-apparaat opgetreden.
S5
1- Uit
2- Aan
3- Uit
4- Aan
VID
Videokaart
Het videosubsysteem wordt momenteel geconfigureerd of er is een storing
in het videosubsysteem opgetreden.
S6
1- Uit
2- Aan
3- Aan
4- Uit
STO
Opslag
Het opslagapparaat wordt momenteel geconfigureerd of er is een storing in
het opslagsubsysteem opgetreden.
S7
1- Uit
2- Aan
3- Aan
4- Aan
USB
USB
Het USB-subsysteem wordt momenteel geconfigureerd of er is een storing
in het USB-subsysteem opgetreden.
S8
1- Aan
2- Uit
3- Uit
4- Uit
MEM
Geheugen
Het geheugensubsysteem wordt momenteel geconfigureerd. Er zijn geen
geheugenmodules gedetecteerd.
S9
1- Aan
2- Uit
3- Uit
4- Aan
MBF
Systeemkaart
Er is een onherstelbare storing in de systeemkaart opgetreden.
S10
1- Aan
2- Uit
3- Aan
4- Uit
MEM
Geheugen
Het geheugensubsysteem wordt momenteel geconfigureerd. Er zijn
geheugenmodules gedetecteerd, maar deze zijn blijkbaar niet compatibel of
de configuratie is onjuist.
S11
1- Aan
2- Uit
3- Aan
4- Aan
PRV
Andere pre-
videoactiviteit
Geeft normale systeemactiviteit aan die voorafgaat aan de video-
initialisatie.
S12
1- Aan
2- Aan
3- Uit
4- Uit
CFG
Bronconfiguratie
De systeembron wordt momenteel geconfigureerd.
S13
1- Aan
2- Aan
3- Uit
4- Aan
Gereserveerd
Gereserveerd voor toekomstig gebruik. Dit patroon wordt overwogen om de
visuele uitstand van de Dimension-systemen aan te geven.
S14
1- Aan
2- Aan
3- Aan
4- Uit
POV
Andere post-
videoactiviteit
Geeft normale systeemactiviteit aan die volgt op de video-initialisatie.
S15
1- Aan
2- Aan
3- Aan
4- Aan
STD
Overdracht van het
opstarten
Geeft het einde van het POST-proces aan. Tijdens de voltooiing van het
POST-proces zijn de lampjes normaliter in deze status. Zodra de overdracht
aan het besturingssysteem voltooid is, gaan de lampjes uit en gaat het
systeem naar de S0e-status.
Pieptooncodes van het systeem
Pieptoon
-
code
Beschrijving
Pieptoon
-
code
Beschrijving
1-1-2
Testen van CPU-register bezig of fout
2-4-3
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit E
1-1-3
Testen van lezen/schrijven CMOS bezig of
fout
2-4-4
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit F
1-1-4
BIOS ROM-checksum bezig of fout
3-1-1
Testen van slave-DMA-register bezig of fout
1-2-1
Testen van timer bezig of fout
3-1-2
Testen van master-DMA-register bezig of fout
1-2-2
Initialisatie van DMA bezig of fout
3-1-3
Testen van master-IMR bezig of fout
1-2-3
Testen van lezen/schrijven DMA-
paginaregister bezig of fout
3-1-4
Testen van slave-IMR bezig of fout
1-3-1
Verificatie van vernieuwen RAM bezig of fout
3-2-2
Bezig met laden van interruptvectors
1-3-2
Testen van 1e 64 K RAM bezig of fout
3-2-4
Testen van toetsenbordcontroller bezig of fout
1-3-3
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn (multi-
bits)
3-3-1
CMOS-stroomstoring- en checksum-test bezig

1-3-4
Fout in oneven/even-logica 1e 64 K RAM
3-3-2
Bezig met validatie CMOS-configuratie-
informatie
1-4-1
Fout in 1e 64 K RAM-adresregel
3-3-3
RTC-/toetsenbordcontroller niet gevonden
1-4-2
Testen van 1e 64 K RAM bezig of fout
3-3-4
Testen van schermgeheugen bezig of fout
1-4-3
Bezig met testen fail-save-timer
3-4-1
Testen van initialisatie scherm bezig of fout
1-4-4
Bezig met testen van software-NMI-poort
3-4-2
Testen van opnieuw traceren scherm bezig of
fout
2-1-1
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 0
3-4-3
Bezig met zoeken naar video-ROM
2-1-2
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 1
4-2-1
Testen van timertikonderbreking bezig of fout
2-1-3
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 2
4-2-2
Testen van afsluiten bezig of fout
2-1-4
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 3
4-2-3
Fout in poort A20.
2-2-1
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 4
4-2-4
Onverwachte onderbreking in veilige modus
2-2-2
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 5
4-3-1
Testen van RAM bezig of fout boven adres
0FFFFh
2-2-3
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 6
4-3-2
Geen geheugen in Bank 0
2-2-4
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 7
4-3-3
Testen van intervaltimerkanaal 2 test bezig of
fout
2-3-1
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 8
4-3-4
Testen van tijdklok bezig of fout
2-3-2
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit 9
4-4-1
Fout in Super I/O-chip.
2-3-3
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit A
4-4-4
Cachetestfout
2-3-4
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit B
2-4-1
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit C
2-4-2
Fout in 1e 64 K RAM-chip of datalijn - bit D
Onderdelen toevoegen en vervangen
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Computerkap
Batterij
Montagekader van stations
Schuiflade voor vaste schijven
Voorste ventilator
Geheugenkaartlezer
Geheugen
Uitbreidingskaart met twee processors (optioneel)
Moederbord
I/O-gegevenskabel
Chassisintrusieschakelaar
Montagekader aan voorzijde
Vaste schijf
Diskettestation
Optisch station
Uitbreidingskaarten
Warmteafleider en processor
Voedingseenheid
Specificaties
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500


Processors
Systeeminformatie
Geheugen
Video
Geluidskaart
Uitbreidingsbus
Schijven en stations
Connectoren
Schakelaars en lampjes
Voeding
Fysieke specificaties
Omgeving
N.B.: Aanbiedingen kunnen per regio verschillen. Voor meer informatie over de configuratie van uw tablet-pc klikt u op Start (of Start in Windows
XP)® Help en ondersteuning, en selecteert u de optie om informatie over uw tablet-pc te zien.
Processor
Processortypen
Dual-Core Intel®Xeon®-processor 5500-serie
Quad-Core Intel®Xeon®-processor 5500-serie
Systeeminformatie
Systeem-chipset
Intel 5500/5520
Gegevensbusbreedte
64-bits
Geheugen
Connectoren geheugenmodules
Zes
Negen met optionele uitbreidingskaart
Capaciteit geheugenmodules
1 GB, 2 GB, 4 GB of 8 GB
Type geheugen
DDR3 1066 MHz SDRAM
DDR3 1333 MHz SDRAM
(DDR3 800 MHz mogelijk)
Minimumgeheugen
1 GB
Maximumgeheugen
48 GB
72 GB met optionele uitbreidingskaart
Video
Type videokaart:
Afzonderlijk
PCI Express 2,0 x16 (twee sleuven)
N.B.: Ondersteuning voor twee grafische kaarten van
volledige hoogte en lengte die passen in de PCIe
x16-sleuf.
Geluidskaart
Type geluidskaart
GeïntegreerdegeluidskaartADI1984A
Uitbreidingsbus
Bustype
PCI Express 2.0
PCI 2.3
PCI-X 2.0A
SATA 1.0 en 2.0
eSATA 2.0
USB 2.0
Bussnelheid
PCI: 133 MB/sec.
x1-sleuf, bidirectionele snelheid - 500 MB/sec. (PCI
Express)
x16-sleuf, bidirectionele snelheid - 8 GB/sec. (PCI
Express)
SATA: 1,5 Gbps en 3,0 Gbps
480 Mbps hoge snelheid, 12 Mbps volle snelheid, 1,2
Mbps
lage snelheid (USB)
Twee PCI Express 2.0 x16-sleuven (video)
Aansluitpinnen
164 pinnen
Maximalegegevensbreedteconnector
16 PCI Express-lanes (beide richtingen)
Twee PCI Express 2.0 x8-sleuven (fysieke x16-
aansluiting)
Aansluitpinnen
164 pinnen
Maximalegegevensbreedteconnector
8 PCI Express-lanes (beide richtingen)
EénPCI-sleuf
Aansluitpinnen
120 pinnen
Maximalegegevensbreedteconnector
32-bits
EénPCI-X-sleuf



Aansluitpinnen
188-pins
Maximalegegevensbreedteconnector
64-bits
Schijven en stations
Extern toegankelijk
Eén3,5-inch stationcompartiment (FlexBay)
Twee 5,25-inch stationcompartimenten
Intern toegankelijk
Twee 3,5-inch compartimenten voor vaste SATA-
schijven
Beschikbare apparaten
Maximaal twee van de volgende 5,25-inch apparaten:
SATA dvd-rom/cd-rw combo, dvd +/- rwBlu-ray™-
station, hd/dvd combo Blu-ray-station
Eén3,5-inch USB-mediakaartlezer of
intern 1,44 MB 3,5-inch station
extern USB 3,5-inch station
interne USB Flash-kaartlezer
Maximaal drie 3,5-inch SATA of SAS vaste schijven
(vaste schijven kunnen met een optionele adapter in
5,25-inch compartimenten worden geplaatst)
Connectoren
Externe connectoren:
Video
(afhankelijk van videokaart)
DVI-connector
Beeldschermpoort
Netwerkadapter
RJ-45-connector
USB
Geschikt voor USB 2.0
Twee interne connectoren
Twee aan voorzijde
Zes aan achterzijde
Geluidskaart
Geïntegreerdeondersteuningvoorstereogeluid
(ondersteuning 5.1-kanaal)
N.B.: ondersteuning van het 5,1-kanaal alleen
door een insteekkaart.
Serieel
Eén9-pins-connector, 16550C-compatibel
PS/2
Twee 6-pins mini-DIN-poorten
Connectoren op moederbord:
SeriëleATA
Vijf 7-pins SATA-connectors
InternUSB-apparaat
Eén10-pins-connector die twee USB-poorten kan
ondersteunen
Ventilatoren:

Voorsteventilator
Eén7-pins-connector
Ventilatorvoordekaartbehuizing
Eén7-pins-connector
HDD-ventilator
Eén5-pins-connector
PCI
Eén120-pins-connector
PCI-X
Eén188-pins-connector
PCIExpressx8
Twee 164-pins-connectors (fysieke x16-connector)
PCIExpressx16
Twee 164-pins-connectors
Bedieningspaneelvoorzijde(inclusiefUSB)
Eén10-pins-connector
HDA-kop audio voorpaneel
Eén10-pins-connector
Processor
Eénconnector
Tweede connector op optionele uitbreidingskaart
Geheugen
Zes 240-pins-connectors
Drie 240-pins-connectors op optionele
uitbreidingskaart
Voeding12V
Eén4-pins-connector
Tweede 4-pins-connector op optionele
uitbreidingskaart
Voeding
Eén24-pins-connector
Schakelaars en lampjes
Voorzijde van de computer
Aan/uit-knop
Drukknop
Aan/uit-lampje
Geel lampje: een continu geel lampje geeft aan dat
ersprakeisvaneenprobleemmeteengeïnstalleerd
apparaat. Een knipperend geel lampje geeft een
intern voedingsprobleem aan.
Groen lampje: een knipperend groen lampje geeft
aan dat het systeem zich in de slaapstand bevindt;
een continu groen lampje geeft aan dat het systeem
is ingeschakeld.
Activiteitslampjestation
Groen lampje: een knipperend groen lampje geeft
aan dat de computer gegevens leest van of schrijft
naar de SATA vaste schijf of cd/dvd.
Verbindingsintegriteitslampje
Groen lampje: een continu groen lampje geeft aan
dat er verbinding is met een actief netwerk.

Uit (er brandt geen lampje): er is geen
netwerkverbinding.
Achterzijde van de computer
Lampjevoordeverbindingsintegriteit(opde
ingebouwdenetwerkadapter)
Groen lampje: er is een goede 10 Mb/s-verbinding
tussen het netwerk en de computer
Oranje lampje: er is een goede 100 Mb/s-verbinding
tussen het netwerk en de computer
Geel lampje: er is een goede 1000 Mb/s-verbinding
tussen het netwerk en de computer
Uit: de computer detecteert geen fysieke verbinding
met het netwerk.
Netwerkactiviteitslampje(opdeingebouwde
netwerkadapter)
Geel knipperend lampje
Voeding
Voeding (gelijkstroom):

Wattage
875 W
Spanning
100240 VAC, 5060 Hz, 12,0 A
Knoopcelbatterij
CR2032-lithiumknoopcel van 3 V
Fysieke specificaties
Hoogte
44,80 cm
Breedte
17,25 cm
Diepte
46,83 cm
Gewicht
17,20 kg
Omgeving
Temperatuurbereik:
Inbedrijf
10°tot35°C
Opslag
-40°tot65°C
Relatieve vochtigheid (maximum):
20% tot 80% (niet-condenserend)
Maximumvibratie:
Inbedrijf
5 tot 350 Hz bij 0,0002 G²/Hz
Opslag
5 tot 500 Hz bij 0,001 tot 0,01 G²/Hz
Maximumimpact:
Inbedrijf
40 G +/ 5% bij pulsduur van 2 msec +/ 10%
(equivalent aan 51 cm/sec.)
Opslag
105 G +/ 5% bij pulsduur van 2 msec +/ 10%
(equivalent aan 127 cm/sec.)
Hoogte (maximum):

Inbedrijf
-15,2 tot 3048 m
Opslag
-15,2 tot 10.668 m
Contaminatieniveau in de lucht
G2 of lager, zoals gedefinieerd in ISA-S71.04-1985
Batterij
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
De batterij verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Gebruik een kleine schroevendraaier of een pennetje om het ontgrendellipje van de knoopcelbatterij naar beneden te duwen.
4. Verwijder de knoopcelbatterij uit de computer.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
Computerkap
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
De computerkap verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Schuif de hendel op de kap naar de achterzijde van de computer.
3. Trek de kap van de computer.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Verwijder de kap van de computer.
Montagekader van vaste schijf
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Het montagekader van de vaste schijf verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Druk het hendeltje van de schuifplaat in de richting van de basis van de computer om het montagekader van de vaste schijf vrij te geven.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Verwijder het montagekader van de vaste schijf.
Montagekader aan voorzijde
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Het montagekader aan de voorzijde verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Trek aan het ontgrendellipje van het montagekader aan de voorzijde.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Schuif het montagekader aan de voorzijde in de richting van de bovenkant van de computer.
5. Verwijder het montagekader aan de voorzijde uit de computer.
Voorste ventilator
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
De voorste ventilator verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Open de schuiflade van de vaste schijven.
4. Verwijder de geheugenmodulekap.
5. Koppel de twee kabels van de ventilatoren los van het moederbord.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
6. Verwijder de schroef waarmee de voorste ventilator bevestigd is.
7. Verwijder de ventilator uit de computer.
Diskettestation
OnderhoudshandleidingDellPrecision™T5500
Het diskettestation verwijderen
1. Volg de instructies in Voordat u handelingen uitvoert in uw computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Verwijder het montagekader vooraan.
4. Verwijder het montagekader van stations.
5. Koppel de voedings- en gegevenskabel los van de achterzijde van het diskettestation.
6. Duw de schuifplaathendel omlaag om het diskettestation te ontgrendelen.
7. Haal het diskettestation uit de computer.
Het diskettestation plaatsen
1. Volg de instructies in Voordat u handelingen uitvoert in uw computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Verwijder het montagekader vooraan.
4. Verwijder het montagekader van stations.
5. Sluit de voedings- en gegevenskabel aan op de achterzijde van het diskettestation.
6. Duw de schuifplaathendel omlaag.
7. Plaats het diskettestation in de computer.
GEVAAR: Lees de veiligheidsinformatie die bij uw computer is geleverd voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken. Zie voor extra
informatie over de beste veiligheidsmaatregelen de pagina over regelgevingnaleving op www.dell.com/regulatory_compliance.
Vaste schijven
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
De vaste schijven verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Koppel de stroomkabel los van de eerste vaste schijf.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Koppel de datakabel los van de eerste vaste schijf.
5. Trek aan de twee blauwe ontgrendellipjes van de vaste schijf.
6. Verwijderdeeerstevasteschijfuitdecomputer.Herhaaldezestappenvooreventueleanderegeïnstalleerdevasteschijven.
Schuiflade voor vaste schijven
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
De schuiflade voor vaste schijven optillen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
.
3. Duw de ontgrendelingshendel van de vaste schijf in de richting van de onderkant van de computer.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Til en draai de schuiflade voor vaste schijven in de richting van de onderkant van de computer.
Chassisintrusieschakelaar
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
De chassisintrusieschakelaar verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Til de klemarm van de uitbreidingskaart op.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Koppel de kabel van de detectieschakelaar los van het moederbord.
5. Schuif de detectieschakelaar naar het midden van de computer.
6. Verwijder de detectieschakelaar uit de computer.
I/O-gegevenskabel
OnderhoudshandleidingDellPrecision™T5500
De I/O-gegevenskabel verwijderen
1. Volg de instructies in Voordat u handelingen uitvoert in uw computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Til de schuiflade voor vaste schijven op.
4. Verwijder de geheugenmodulekap.
5. Verwijder de voorste ventilator.
6. Koppel de I/O-gegevenskabel los van het I/O-paneel.
De I/O-gegevenskabel plaatsen
1. Volg de instructies in Voordat u handelingen uitvoert in uw computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Til de schuiflade voor vaste schijven op.
4. Verwijder de geheugenmodulekap.
5. Verwijder de voorste ventilator.
6. Sluit de I/O-gegevenskabel aan op het I/O-paneel.
GEVAAR: Lees de veiligheidsinformatie die bij uw computer is geleverd voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken. Zie voor extra
informatie over de beste veiligheidsmaatregelen de pagina over regelgevingnaleving op www.dell.com/regulatory_compliance.
Geheugen en geheugenmodulekap
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Uw computer bevat een optionele uitbreidingskaart met twee processors die plaats biedt aan een twee processors en uitbreidingsgeheugen (zie
Uitbreidingskaart met twee processors (optioneel)). Geheugenmodules worden op dezelfde manier verwijderd uit en aangebracht in sleuven op de
moederkaart of op de uitbreidingskaart met twee processors, hoewel hieronder alleen de sleuven op de moederkaart zijn afgebeeld.
De geheugenkap en geheugenmodules verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Til de schuiflade van de vaste schijven omhoog.
4. Til de geheugenmodulekap recht omhoog en neem de geheugenmodulekap van de computer.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
5. Druk met uw duimen lichtjes op de klembeugeltjes van de geheugenmodule om de module los te maken van de connector op de systeemkaart.
6. Til de eerste geheugenmodule recht omhoog uit de computer, en herhaal deze procedure voor de overige geheugenmodules.

Geheugenkaartlezer
OnderhoudshandleidingDellPrecision™T5500
De geheugenkaartlezer verwijderen
1. Volg de instructies in Voordat u handelingen uitvoert in uw computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Verwijder het montagekader vooraan.
4. Verwijder het montagekader van stations.
5. Koppel de voedings- en gegevenskabel los van de achterzijde van de geheugenkaartlezer.
6. Duw de schuifplaathendel omlaag om de geheugenkaartlezer te ontgrendelen.
7. Haal de geheugenkaartlezer uit de computer.
De geheugenkaartlezer plaatsen
1. Volg de instructies in Voordat u handelingen uitvoert in uw computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Verwijder het montagekader vooraan.
4. Verwijder het montagekader van stations.
5. Sluit de voedings- en gegevenskabel aan op de achterzijde van de geheugenkaartlezer.
6. Duw de schuifplaathendel omlaag.
7. Plaats de geheugenkaartlezer in de computer.
GEVAAR: Lees de veiligheidsinformatie die bij uw computer is geleverd voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken. Zie voor extra
informatie over de beste veiligheidsmaatregelen de pagina over regelgevingnaleving op www.dell.com/regulatory_compliance.
Optisch station
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Het optische station verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Maak de voedingskabel los van de achterzijde van het optische station.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Maak de datakabel los van de achterzijde van het optische station.
5. Druk het hendeltje van de schuifplaat in en houd het ingedrukt.
6. Schuif het optische station uit de voorzijde van het chassis en verwijder het uit de computer.
Warmteafleider en processor
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
De warmteafleider en de processor verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computer kap.
3. Open de schuiflade van de vaste schijven.
4. Draai de vier borgschroefjes op de warmteafleider los.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
5. Til de warmteafleider recht omhoog en verwijder deze uit de computer.
6. Duw de ontgrendelingshendel van de processor omlaag en naar buiten om de processor los te maken.
7. Til de kap van de processor op.
8. Til de processor recht omhoog en verwijder deze uit de computer.
Uitbreidingskaart met twee processors (optioneel)
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
De optionele uitbreidingskaart met twee processors verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Druk de ontgrendelingshendel van de uitbreidingskaart met twee processors naar beneden.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Schuif de uitbreidingskaart met twee processors voorzichtig tot halverwege naar buiten.
5. Koppel de stroomkabel los van de kaart met twee processors.
6. Verwijder de uitbreidingskaart met twee processors helemaal uit de computer.
7. Koppel de kabel van de ventilator voor de dubbele processor los van de kaart met de dubbele processor.
8. Terwijl u op het blauwe ontgrendellipje drukt, trekt u de ventilator voor de dubbele processor uit de beugel voor de dubbele processor.
9. Druk voorzichtig op de ontgrendellipjes voor de geheugenmodule om de eerste geheugenmodule voor de dubbele processor uit de connector te
verwijderen.
10. Verwijder de eerste geheugenmodule uit de kaart voor de dubbele processor en herhaal de procedure voor de overige geheugenmodules.
11. Koppel de kabel van de warmteafleider/ventilator voor de dubbele processor los van de kaart met de dubbele processor.
12. Maak de vier bevestigingsschroeven op de warmteafleider/ventilator voor de dubbele processor los.
13. Maak de kabel van de warmteafleider/ventilator voor de dubbele processor los van de uitbreidingskaart met de dubbele processor.
14. Maak de kap van de dubbele processor los door de ontgrendelingsarm naar beneden en naar buiten te duwen.
15. Open de kap van de dubbele processor.
16. Verwijder de dubbele processor uit de kaart voor de dubbele processor.
Voedingseenheid
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
De voedingseenheid verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Verwijder de vier schroefjes waarmee de voedingseenheid tegen de buitenkant van de computer bevestigd is.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Draai de klemarm van de uitbreidingskaart in de richting van de buitenkant van de computer.
5. Koppel de voedingskabel los van de voedingseenheid.
6. Druk op het ontgrendelklemmetje van de voedingseenheid (1) en houd het ingedrukt; schuif de voedingseenheid in de richting van het midden van de
computer (2).
7. Trek de voedingseenheid onder een hoek uit het systeem.
Moederbord
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Het moederbord verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Til de schuiflade van de vaste schijven omhoog.
4. Verwijder de geheugenmodulekap.
5. Verwijder de voorste ventilator.
6. Verwijder eventuele uitbreidings- of videokaarten en til de klemarm van de uitbreidingskaart op.
7. Verwijder de warmteafleider en de processor.
8. Verwijder de geheugenmodules.
9. Koppel de audiokabel van het voorpaneel los van het moederbord.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
10. Koppel de kabel van de detectieschakelaar los van het moederbord.
11. Koppel de connector van de I/O-datakabel los van het moederbord.
12. Koppel de kabels van de vaste schijf en van het optische station los van het moederbord.
13. Koppel de voedingskabel los van het moederbord.
14. Koppel de datakabel van de voedingseenheid los van het moederbord.
15. Verwijder de drie schroefjes waarmee de uitbreidingskaart met twee processors op het moederbord bevestigd is.
16. Verwijder de uitbreidingskaart met twee processors.
17. Verwijder de acht schroefjes waarmee het moederbord aan het computerchassis bevestigd is.
18. Maak de datakabel van het optische station los.
19. Verwijder het moederbord.
Uitbreidingskaarten
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Een uitbreidingskaart verwijderen
1. Volg de procedures in Voordat u handelingen uitvoert in de computer.
2. Verwijder de computerkap.
3. Druk op de ontgrendellipjes en trek de klemarm van de uitbreidingskaart vervolgens van de computer vandaan.
GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
4. Trek aan het klembeugeltje van de uitbreidingskaart.
5. Verwijder de uitbreidingskaart uit de computer.
Aan de computer werken
OnderhoudshandleidingvoordeDellPrecision™T5500
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
Volg onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te garanderen en de computer en werkomgeving te beschermen tegen mogelijke schade.
Tenzij anders vermeld, gaat elke procedure in dit document ervan uit dat aan de volgende voorwaarden voldaan is:
l U hebt de stappen in Aan de computer werken uitgevoerd.
l U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is geleverd.
l U vervangt of (indien los aangeschaft) plaatst onderdelen door de verwijderingsprocedure in omgekeerde volgorde uit te voeren.
Om schade aan de computer te voorkomen, volgt u de volgende instructies voordat u werkzaamheden in de computer uitvoert.
1. Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak en schoon is om te voorkomen dat de computerkap bekrast raakt.
2. Schakel de computer uit (zie De computer uitschakelen).
3. Verwijder alle connectoren van externe kabels uit de computer.
4. Verwijder de stekker van de computer en alle daarop aangesloten apparaten uit het stopcontact.
5. Houd de aan-uitknop ingedrukt terwijl de stekker van de computer uit het stopcontact is verwijderd om het moederbord te aarden.
6. Verwijder de computerkap (zie De kap verwijderen).
Aanbevolen hulpmiddelen
Voor de procedures in dit document hebt u mogelijk de volgende hulpmiddelen nodig:
l Kleine platte schroevendraaier
l Kruiskopschroevendraaier
l Klein plastic pennetje
l Een cd met een Flash BIOS-update (zie de Dell Support-website op support.dell.com)
De computer uitschakelen
1. Sluit het besturingssysteem af::
In Windows Vista:
Klik op Start , klik op de pijl rechts onderin het menu Start en klik vervolgens op Afsluiten.
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
Aanbevolen hulpmiddelen
De computer uitschakelen
Nadat u handelingen hebt uitgevoerd in de computer

GEVAAR: Volg de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg
voor meer informatie over beste praktijken op het gebied van veiligheid onze website over de naleving van wet- en regelgeving op
www.dell.com/regulatory_compliance.
WAARSCHUWING: Alleen een bevoegde onderhoudsmonteur mag reparaties aan uw computer uitvoeren. Schade als gevolg van
onderhoudswerkzaamheden die niet door Dell zijn goedgekeurd, valt niet onder de garantie.
WAARSCHUWING: Voorkom elektrostatische ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een ongeverfd
metalen oppervlak aan te raken, zoals een connector aan de achterkant van de computer.
WAARSCHUWING: Ga voorzichtig met componenten en kaarten om. Raak de componenten en de contacten op kaarten niet aan. Pak kaarten bij
de uiteinden vast of bij de metalen bevestigingsbeugel. Houd een component, zoals een processor, vast aan de uiteinden, niet aan de pinnen.
WAARSCHUWING: Verwijder kabels door aan de stekker of aan de kabelontlastingslus te trekken en niet aan de kabel zelf. Sommige kabels zijn
voorzien van een connector met vergrendellipjes. Als u dit type kabel loskoppelt, moet u de borglippen ingedrukt houden voordat u de kabel
verwijdert. Als u de connectoren van elkaar los trekt, moet u ze op evenwijdige wijze uit elkaar houden om te voorkomen dat een van de
connectorpennen wordt verbogen. Ook moet u voordat u een kabel verbindt, controleren of beide connectors op juiste wijze zijn opgesteld en
uitgelijnd.
N.B.: De kleur van uw computer en bepaalde onderdelen kunnen verschillen van de kleur die in dit document is afgebeeld.
WAARSCHUWING: Wanneer u een netwerkkabel wilt verwijderen, moet u eerst de connector van de netwerkkabel uit de computer verwijderen.
Vervolgens verwijdert u de connector van de netwerkkabel uit het netwerkapparaat.
WAARSCHUWING: Raak onderdelen pas aan nadat u zich hebt geaard door een ongeverfd metalen oppervlak van de behuizing aan te raken,
zoals het metaal rondom de openingen voor de kaarten aan de achterkant van de computer. Raak tijdens het werken aan uw computer af en toe
een ongeverfd metalen oppervlak aan om eventuele statische elektriciteit, die schadelijk kan zijn voor interne componenten, te ontladen.
WAARSCHUWING: U voorkomt gegevensverlies door alle geopende bestanden op te slaan en te sluiten. Sluit vervolgens alle geopende
programma's voordat u de computer uitschakelt.
In Windows XP:
Klik op . Start® Computer uitschakelen® Uitschakelen.
De computer wordt uitgezet nadat het besturingssysteem is afgesloten.
2. Controleer of de computer en alle daaraan gekoppelde apparaten zijn uitgeschakeld. Houd de aan/uit-knop 6 seconden ingedrukt, indien uw computer
en aangesloten apparaten niet automatisch worden uitgeschakeld wanneer u het besturingssysteem afsluit.
Nadat u handelingen hebt uitgevoerd in de computer
Nadat u onderdelen hebt vervangen of geplaatst, moet u controleren of u alle externe apparaten, kaarten, kabels etc. hebt aangesloten voordat u de
computer inschakelt.
1. Plaats de computerkap terug (zie De kap verwijderen).
2. Sluit alle telefoon- of netwerkkabels aan op uw computer.
3. Sluit uw computer en alle aangesloten apparaten aan op het stopcontact.
4. Zet de computer aan.
5. Controleer of de computer goed functioneert door Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uit te voeren. Zie Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek).
WAARSCHUWING : Als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst aan op het netwerkapparaat en sluit u de kabel vervolgens aan
op de computer.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80

Dell Precision T5500 de handleiding

Type
de handleiding