CMT-BT60/BT60B (NL) 4-456-714-53 (1)
6 Bedien het BLUETOOTH-apparaat en breng de
BLUETOOTH-verbinding tot stand.
Wanneer het koppelen voltooid is en er een
verbinding met het BLUETOOTH-apparaat tot
stand is gebracht, verandert de display
van
"PAIRING" naar "BT AUDIO" en knippert de
BLUETOOTH-aanduiding langzaam blauw.
ˎAfhank
elijk van het type BLUETOOTH-
apparaat kan de verbinding automatisch
beginnen nadat het koppelen is uitgevoerd.
Opmerkingen
ˎ"Passkey" kan afhankelijk van het apparaat worden
aangeduid als "activeringscode", "PIN-code", "PIN-nummer",
"wachtwoord", enzovoort.
ˎDe stand-bystatus voor het koppelen van het systeem wordt
na ongeveer 5 minuten geannuleerd. Als het koppelen
mislukt, voert u de procedure opnieuw uit vanaf stap 1.
ˎAls u aan verschillende BLUETOOTH-apparaten wilt
koppelen, voert u de procedure van stap 1 tot en met
6afzonderlijk uit voor elk BLUETOOTH-apparaat.
Tip
U kunt het koppelen uitvoeren of proberen een BLUETOOTH-
verbinding te maken met een ander BLUETOOTH-apparaat
terwijl de BLUETOOTH-verbinding tot stand wordt gebracht
met één BLUETOOTH-apparaat. De momenteel ingestelde
BLUETOOTH-verbinding wordt geannuleerd wanneer met
succes een BLUETOOTH-verbinding met een ander apparaat
tot stand is gebracht.
De informatie van het koppelen wissen
1 Druk op BLUETOOTH FUNCTION
op de
afstandsbediening of druk herhaaldelijk op
FUNCTION
op het apparaat totdat "BT
AUDIO" op de display
verschijnt.
Wanneer het systeem verbonden is met
een BLUETOOTH-apparaat, verschijnt de
apparaatnaam die is ingesteld voor het
verbonden BLUETOOTH-apparaat op de display
van het systeem. Druk op BLUETOOTH
op het apparaat om de verbinding met dat
BLUETOOTH-apparaat te annuleren en geef
vervolgens "BT AUDIO" weer.
2 Druk op OPTIONS
om het instelmenu weer
te geven.
3 Druk herhaaldelijk op
/
om "DEL LINK" te
selecteren en druk vervolgens op
.
4 Druk herhaaldelijk op
/
om "OK" te
selecteren en druk vervolgens op
.
"COMPLETE" verschijnt en alle informatie van
het koppelen wordt gewist.
Opmerking
Als u de informatie van het koppelen gewist hebt, kunt u
geen BLUETOOTH-verbinding maken tenzij het koppelen
opnieuw wordt uitgevoerd. Als u weer verbinding wilt maken
met een BLUETOOTH-apparaat, moet u het wachtwoord op
het BLUETOOTH-apparaat invoeren.
Verbinden met one-touch (NFC)
NFC maakt datacommunicatie mogelijk door met
uw apparaat een opgegeven locatie aan te raken.
Compatibele smartphones zijn uitgerust met de
NFC-functie (compatibel besturingssysteem: Android
versie 2.3.3 of later, met uitzondering van Android 3.x).
Raadpleeg de onderstaande website voor
informatie over compatibele apparaten.
Voor klanten in Europa:
http://support.sony-europe.com/
Voor klanten in Latijns Amerika:
http://www.sony-latin.com/index.crp
Voor klanten in andere landen/regio's:
http://www.sony-asia.com/support
Voorbereiding op uw smartphone (Android)
Een NFC-compatibele toepassing moet op
uw smartphone zijn geïnstalleerd. Als het niet
geïnstalleerd is, kunt u "NFC Easy Connect"
downloaden van Google Play.
ˎ In sommige landen en regio's kunnen NFC-
compatibele toepassingen niet worden gedownload.
ˎOp sommige smartphones kan deze functie
beschikbaar zijn zonder dat u "NFC Easy Connect"
hoeft te downloaden. In dit geval kunnen de
bediening en de specificaties van de smartphone
afwijken van de beschrijving in deze handleiding.
1 Installeer de toepassing.
Als u toegang krijgt via de 2D-code
Gebruik de 2D-codelezer.
2 Stel uw smartphone zo in dat de NFC-functie
ingeschakeld is.
Raadpleeg voor meer informatie de
gebruikershandleiding van uw smartphone.
Informatie over de toepassing "NFC Easy
Connect"
Dit is een gratis toepassing die speciaal voor Android
wordt gebruikt. Zoek op het internet naar gedetailleerde
informatie over "NFC Easy Connect" en download
de toepassing.
ˎ In sommige landen en regio's kunnen NFC-
compatibele toepassingen niet worden gedownload.
Een verbinding maken met uw
smartphone via one-touch
Raak gewoon met uw smartphone het systeem
aan. Het systeem wordt automatisch ingeschakeld
en het koppelen en de BLUETOOTH-verbinding
worden tot stand gebracht.
1 Start de toepassing "NFC Easy Connect" op uw
smartphone.
Controleer of de display van de toepassing verschijnt.
2 Raak met uw smartphone het apparaat aan.
Raak met uw smartphone de N-markering
op het apparaat aan en houd contact totdat de
smartphone gaat trillen.
Voltooi de verbinding met uw smartphone door
de instructies op het scherm te volgen.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw
smartphone voor het gedeelte van uw smartphone
dat u voor het aanraakcontact moet gebruiken.
ˎU verbreekt de gemaakte verbinding door met
uw smartphone de N-markering op het apparaat
aan te raken.
ˎ Wanneer u het apparaat aanraakt met een
NFC-compatibele smartphone terwijl een ander
BLUETOOTH-apparaat met dit systeem is verbonden,
wordt het BLUETOOTH-apparaat ontkoppeld en het
systeem met de smartphone verbonden.
ˎ Als u met de smartphone die met dit systeem is
verbonden, een ander NFC-compatibele BLUETOOTH-
hoofdtelefoon of luidspreker aanraakt, wordt de
verbinding tussen het systeem en de smartphone
verbroken en wordt een verbinding gemaakt met het
aangeraakte BLUETOOTH-apparaat.
Luisteren naar muziek via een
BLUETOOTH-verbinding
U kunt een BLUETOOTH-apparaat bedienen
door het systeem en BLUETOOTH-apparaat te
verbinden met gebruik van AVRCP.
Controleer het volgende voordat u muziek gaat
afspelen:
ˎDe BL
UETOOTH-functie van het BLUETOOTH-
apparaat is ingeschakeld.
ˎHe
t koppelen is voltooid.
1 Druk op BLUETOOTH FUNCTION p de
afstandsbediening of druk herhaaldelijk op
FUNCTION op het apparaat totdat "BT
AUDIO" op de display .
2 Maak een BLUETOOTH-verbinding met het
BLUETOOTH-apparaat.
Wanneer de verbinding is gemaakt, verschijnt
"LINKED" op de display en vervolgens
verschijnt de BLUETOOTH-naam die is ingesteld
op het verbonden BLUETOOTH-apparaat.
Indien het BLUETOOTH-apparaat reeds hiervoor
met dit systeem werd verbonden, kan het
automatisch opnieuw worden verbonden
zonder dat u een handeling hoeft uit te voeren.
3 Druk op om het afspelen te starten.
Afhankelijk van het BLUETOOTH-apparaat moet
u mogelijk twee keer op drukken.
Afhankelijk van het BLUETOOTH-apparaat
moet u mogelijk de AV-toepassing op het
BLUETOOTH-apparaat van tevoren starten.
4 Druk op VOLUME +/ op de
afstandsbediening of op VOL +/ op het
apparaat om het volume in te stellen.
Andere bewerkingen
Actie Handeling:
Afspelen
onderbreken
Druk op *.
Afspelen stoppen
Druk op
.
Een map
selecteren
Druk op
+/
.
Een bestand
selecteren
Druk op /
.
Een punt in een
bestand zoeken
Houd /
(/
op het apparaat) ingedrukt
tijdens het afspelen en laat de
knop op het gewenste punt los.
* Afhankelijk van het BLUETOOTH-apparaat moet u mogelijk
twee keer op drukken.
Opmerking
Deze bediening is mogelijk niet beschikbaar voor bepaalde
BLUETOOTH-apparaten. Daarnaast kunnen de werkelijke
bewerkingen verschillen, afhankelijk van het aangesloten
BLUETOOTH-apparaat.
Het adres van een aangesloten
BLUETOOTH-apparaat controleren
Druk op DISPLAY terwijl de naam van het
BLUETOOTH-apparaat die op het aangesloten
BLUETOOTH-apparaat is ingesteld, op de display
wordt weergegeven. Het adres van het
BLUETOOTH-apparaat verschijnt in twee delen
8seconden op de display.
De verbinding met het BLUETOOTH-
apparaat annuleren
Druk op BLUETOOTH op het apparaat.
"UNLINKED" verschijnt op de display .
Afhankelijk van het BLUETOOTH-apparaat kan
de verbinding automatisch geannuleerd worden
wanneer u stopt met afspelen.
Optionele audiocomponenten
gebruiken
1 Druk op VOLUME
op de
afstandsbediening of op VOL – op het
apparaat om het volume te verlagen.
2 Verbind een extra audiocomponent met de
AUDIO IN-aansluiting
met gebruik van een
audiokabel (niet bijgeleverd).
3 Druk op AUDIO IN FUNCTION
op de
afstandsbediening of druk herhaaldelijk op
FUNCTION
op het apparaat totdat "AUDIO
IN" op de display
verschijnt.
4 Start het afspelen op het aangesloten
component.
Pas het volume op de aangesloten component
aan tijdens het afspelen.
5 Druk op VOLUME +/
op de
afstandsbediening of op VOL +/
op het
apparaat om het volume in te stellen.
Opmerking
De stand-bystand van het systeem wordt mogelijk
automatisch geactiveerd als het volumeniveau van de
aangesloten component te laag is. Pas het volume van de
component aan.
De automatische stand-byfunctie
instellen
Met automatisch stand-by wordt de stand-
byfunctie van dit systeem na ongeveer 30 minuten
automatisch geactiveerd als er geen bewerking
wordt uitgevoerd of er geen audio-uitgangssignaal
is. "AUTO:STBY" verschijnt 2 minuten op de display
voordat het systeem stand-by schakelt. Standaard
is de automatische stand-byfunctie ingeschakeld. U
kunt de functie uitschakelen in het optiemenu.
1 Druk op OPTIONS
om het instelmenu weer
te geven.
2 Druk herhaaldelijk op / om "AUTO:STBY"
te selecteren en druk vervolgens op
.
3 Druk herhaaldelijk op /
om "ON" of "OFF"
te selecteren en druk vervolgens op
.
Opmerkingen
ˎDe automatische stand-byfunctie is niet geldig voor
de tunerfunctie (FM/AM/DAB), zelfs als u deze hebt
ingeschakeld.
ˎDe stand-bystand van het systeem kan niet automatisch
worden geactiveerd in de volgende gevallen:
terwijl een audio-signaal wordt gedetecteerd
tijdens het afspelen van audiotracks of bestanden
terwijl de vooraf ingestelde slaaptimer of afspeeltimer in
werking is
ˎHet systeem telt de tijd weer af (30 minuten) totdat
de stand-bystand wordt geactiveerd, ook wanneer de
automatische stand-bystand is geactiveerd wanneer een
USB-apparaat is verbonden of wanneer op een toets van de
afstandsbediening wordt gedrukt.
De BLUETOOTH-stand-bystand
instellen
Wanneer de BLUETOOTH stand-bystand ingeschakeld
is, gaat het systeem naar de wachtstand voor de
BLUETOOTH-verbinding, zelfs als het systeem
uitgeschakeld is. Wanneer het systeem een
weergavecommando ontvangt van het aangesloten
BLUETOOTH-apparaat, wordt het ingeschakeld en de
muziek afgespeeld. De BLUETOOTH-stand-byfunctie
is als basisinstelling uitgeschakeld.
1 Druk op OPTIONS
om het instelmenu weer
te geven.
2 Druk herhaaldelijk op
/
om "BT STBY" te
selecteren en druk vervolgens op
.
3 Druk herhaaldelijk op /
om "ON" of "OFF"
te selecteren en druk vervolgens op
.
4 Druk op
/
om het systeem uit te schakelen.
Wanneer "BT STBY" op "ON" is gezet, wordt het
systeem ingeschakeld en kunt u naar muziek
luisteren door de BLUETOOTH-verbinding op het
aangesloten component in te schakelen
Het geluid aanpassen
De lage-tonen-boost instellen
Druk herhaaldelijk op BASS BOOST om "ON" of
"OFF" te selecteren.
De lage tonen en hoge tonen aanpassen
Druk op BASS +/ op de afstandsbediening
om de lage tonen in te stellen of druk op TREBLE
+/ om de hoge tonen in te stellen.
Tip
Dit systeem is uitgerust met de DSEE-functie om duidelijke
hoge tonen te reproduceren, ongeacht de afname van de
geluidskwaliteit als gevolg van compressie.
De DSEE-functie wordt gewoonlijk automatisch geactiveerd
door de geluidsbron te herkennen, maar wordt mogelijk niet
geactiveerd afhankelijk van de gebruikte functie.
De display wijzigen
Actie Handeling:
Informatie op
de display
wijzigen
*1
Druk herhaaldelijk op DISPLAY
wanneer het systeem
ingeschakeld is.
Klok weergeven Druk herhaaldelijk op DISPLAY
wanneer het systeem
uitgeschakeld is.
*2
De klok wordt
ongeveer 8 seconden getoond.
*1
U kunt de hieronder beschreven informatie bekijken tijdens
het afspelen van een CD-DA-/MP3-disc.
*2
De informatie verschijnt niet tijdens de BLUETOOTH-modus.
Het starten van het afspelen duurt langer
dan gebruikelijk.
ˎDe volgende discs kunnen de benodigde
voorbereidingstijd voor het afspelen verlengen:
een disc met een ingewikkelde mapstructuur.
e
en disc met het multi-sessieformaat.
een disc met te veel mappen.
USB-apparaat
Gebruikt u een ondersteund USB-apparaat?
ˎAls u een niet-ondersteund USB-apparaat aansluit,
kunnen de volgende problemen optreden.
Controleer de informatie op de websites over
compatibele USB-apparaten aan de hand van de
URL's die worden vermeld onder "Afspelen van een
bestand op een USB-apparaat".
ˎHet USB-apparaat wordt niet herkend.
ˎBest
ands- of mapnamen worden niet
weergegeven op dit systeem.
ˎAfspelen is nie
t mogelijk.
ˎHet geluid slaat over.
ˎEr is ruis.
ˎEen vervormd geluid wordt voortgebracht.
Er is geen geluid.
ˎHet USB-apparaat is niet juist aangesloten.
Schakel het systeem uit en sluit vervolgens het
USB-apparaat opnieuw aan.
Er is ruis hoorbaar, het geluid slaat over of
het geluid is vervormd.
ˎ Er is een niet-ondersteund USB-apparaat aangesloten.
Sluit een ondersteund USB-apparaat aan.
ˎSchakel het systeem uit en sluit vervolgens het
USB-apparaat opnieuw aan.
ˎDe muziekgegevens zelf bevatten ruis, of het
geluid is vervormd. Mogelijk is ruis opgenomen
tijdens het maken van muziekgegevens
als gevolg van de omstandigheden van de
computer. Verwijder in dit geval het bestand en
verzend de muziekgegevens opnieuw.
ˎVoor het coderen van de bestanden werd een lage
bitsnelheid gebruikt. Stuur bestanden gecodeerd
met hogere bitsnelheden naar het USB-apparaat.
"READING" wordt langdurig weergegeven, of
het duurt erg lang voordat het afspelen start.
ˎHet leesproces kan lang duren in de volgende
gevallen.
Er staan veel bestanden of mappen op het
USB-apparaat.
De bestandsstructuur is uitermate complex.
Er is nie
t voldoende vrije ruimte in het geheugen.
Het interne geheugen is gefragmenteerd.
Foutieve weergave
ˎStuur de muziekgegevens nogmaals naar het USB-
apparaat, aangezien de gegevens die in het USB-
apparaat zijn opgeslagen mogelijk beschadigd zijn.
ˎU k
unt op dit systeem de volgende tekencodes
gebruiken:
Hoof
dletters (A t/m Z).
Cijfers (0 t/m 9).
S
ymbolen (< > * +, [ ] @ \ _).
Andere tekens verschijnen als "_".
Het USB-apparaat wordt niet herkend.
ˎSchakel het systeem uit, sluit vervolgens
het USB-apparaat opnieuw aan en schakel
vervolgens het systeem in.
ˎC
ontroleer de informatie op de websites over
compatibele USB-apparaten aan de hand van de
URL's die worden vermeld onder "Afspelen van
een bestand op een USB-apparaat".
ˎHe
t USB-apparaat werkt niet goed. Raadpleeg
de gebruiksaanwijzing die met het USB-apparaat
is meegeleverd voor informatie over hoe u dit
probleem kunt oplossen.
Het afspelen start niet.
ˎSchakel het systeem uit, sluit vervolgens
het USB-apparaat opnieuw aan en schakel
vervolgens het systeem in.
ˎC
ontroleer de informatie op de websites over
compatibele USB-apparaten aan de hand van de
URL's die worden vermeld onder "Afspelen van
een bestand op een USB-apparaat".
Het afspelen start niet vanaf de eerste track.
ˎStel de afspeelmodus in op de modus voor
normaal afspelen.
Het USB-apparaat kan niet worden
opgeladen.
ˎControleer of het USB-apparaat goed is
aangesloten.
ˎOpladen is onmogelijk wanneer de stroom van
het systeem is uitgeschakeld.
ˎHet USB-apparaat wordt mogelijk niet door dit
systeem ondersteund. Raadpleeg de websites
voor informatie over compatibele USB-apparaten.
Tuner
Ernstige bromtoon of ruis of zenders
kunnen niet worden ontvangen. ("ST"
knippert op de display.)
ˎSluit de antenne op de juiste wijze aan.
ˎZ
oek een locatie en een richting waarbij een
goede ontvangst mogelijk is en plaats de
antenne opnieuw.
ˎHoud de antennes uit de buurt van het netsnoer
om ruis te voorkomen.
ˎSchakel elektrische apparaten uit die zich in de
buurt van het toestel bevinden.
CD-DA-disc
resterende afspeeltijd van het spelende track
totale resterende afspeeltijd
MP3-disc
track- of bestandsnaam
artiestennaam
albumnaam
Opmerkingen over de displayinformatie
ˎTekens die niet kunnen worden weergegeven, verschijnen als "_".
ˎHet volgende wordt niet weergegeven:
resterende afspeeltijd of totale afspeeltijd voor een MP3-disc
totale afspeeltijd voor een MP3-bestand
ˎHet volgende wordt niet correct weergegeven:
verstreken afspeeltijd van een MP3-bestand dat is
gecodeerd met VBR (variabele bitsnelheid).
map- en bestandsnamen die niet voldoen aan de norm
ISO9660 niveau 1/niveau 2 of Joliet in de expansie-indeling.
ˎHet volgende wordt weergegeven:
totale afspeeltijd voor een CD-DA-disc (behalve wanneer
de PGM-modus is geselecteerd en de speler is gestopt)
resterende afspeeltijd van een track van een CD-DA-disc
resterende afspeeltijd voor een CD-DA-disc (alleen
wanneer de modus voor normaal afspelen tijdens het
afspelen is geselecteerd)
ID3- taginformatie voor MP3-bestanden. ID3-
taginformatieweergave versie 2 heeft voorrang wanneer
zowel versie 1 als versie 2 ID3-tags voor één MP3-bestand
worden gebruikt.
tot 64 tekens voor een ID3-tag; toegestane tekens:
hoofdletters (A t/m Z), cijfers (0 t/m 9) en symbolen (˝ $ %
’ ( ) * + , – . / < = > @ [ \ ] _ ` { | } ! ? ^ ~)
Opmerkingen over de DAB/DAB+
displayinformatie
Het volgende wordt tevens weergegeven:
tot 8 tekens voor een servicenaam, tot 128 tekens voor
DLS (Dynamic Label Segment) en tot 16 tekens voor een
ensemblelabel.
een waarde tussen 0 en 100 toont de signaalkwaliteit.
De timers gebruiken
Het systeem heeft een slaaptimer en een
afspeeltimer. De slaaptimer heeft voorrang boven
de afspeeltimer.
Stel de timer in met de knoppen op de
afstandsbediening.
De slaaptimer instellen
Het systeem wordt automatisch uitgeschakeld nadat
de tijd die voor de slaaptimer is ingesteld, is verstreken.
De slaaptimer werkt zelfs als de klok niet is ingesteld.
1 Druk herhaaldelijk op SLEEP
om de tijd op
te geven.
ˎSele
cteer "30MIN" om het systeem na
30minuten uit te schakelen.
ˎSele
cteer "OFF" om de slaaptimer te annuleren.
De afspeel-instellen
U kunt elke dag op een vooraf ingestelde tijd naar
een CD-DA of MP3-disc luisteren.
Zorg dat u de klok hebt ingesteld voordat u de
timer instelt.
1 Bereid de geluidsbron voor en druk
vervolgens op VOLUME (of VOL) +/–
om het
volume aan te passen.
De beschikbare geluidsbronnen zijn CD, USB en
TUNER (FM, AM of DAB)* FUNCTION.
Maak uw eigen programma om het afspelen
met een bepaald CD-track, audiobestand of
radiozender te starten.
* FM of AM voor CMT-BT60 of FM of DAB voor CMT-BT60B.
2 Druk op TIMER MENU
.
3 Druk herhaaldelijk op
/
om "PLAY SET" te
selecteren en druk vervolgens op
.
De starttijd knippert in de display.
4 Stel de tijd in waarop de werking moet starten.
Druk herhaaldelijk op
/
om het uur in te
stellen en druk vervolgens op
.
De minutenaanduiding knippert. Gebruik de
bovenstaande procedure om de minuten in te stellen.
Wanneer de starttijd ingesteld is, gaat het
systeem naar de instelling van de stoptijd.
5 Gebruik dezelfde procedure als in stap 4 om de
tijd in te stellen voor het stoppen van de werking.
Als "TIME NG" op de display knippert
De starttijd en stoptijd zijn ingesteld op
dezelfde tijd. Verander de stoptijd.
6 Bereid de geluidsbron voor.
Druk herhaaldelijk op
/
totdat de
gewenste geluidsbron verschijnt en druk
vervolgens op
.
Zie stap 1 voor de beschikbare geluidsbronnen.
Nadat de geluidsbron geselecteerd is, verschijnt
de bevestigingsdisplay voor de afspeeltimer.
7 Druk op
/
om het systeem uit te schakelen.
ˎWanneer de afspeeltimer ingesteld is, wordt het
systeem automatisch ongeveer 15 seconden
(voor FM, AM of DAB) of ongeveer 90 seconden
(voor een CD-DA-disc of USB-apparaat) vóór de
ingestelde tijd ingeschakeld.
ˎ De afspeeltimer werkt niet als het systeem op de
vooraf ingestelde tijd is ingeschakeld. Gebruik het
systeem pas als het is ingeschakeld en begint af
te spelen met de timer.
De instelling controleren
1 Druk op TIMER MENU
.
2 Druk herhaaldelijk op
/
om "SELECT" te
selecteren en druk vervolgens op
.
3 Druk herhaaldelijk op
/
om "PLAY SEL" te
selecteren en druk vervolgens op
.
De timerinstelling verschijnt in de display.
De timer annuleren
Herhaal dezelfde procedure als van "Controleren
van de instelling" totdat "OFF" in stap 3 verschijnt
en druk vervolgens op
.
De instelling wijzigen
Start opnieuw vanaf stap 1.
Opmerkingen
ˎWanneer de geluidsbron voor een afspeeltimer op
een radiozender is ingesteld die u hebt ingesteld met
automatisch scannen (AUTO) of handmatig afstemmen
(MANUAL) en u de radiofrequentie of band wijzigt nadat
u de timer hebt ingesteld, wordt de instelling van de
radiozender voor de timer ook gewijzigd.
ˎWanneer de geluidsbron voor een afspeeltimer op een
vooraf vastgelegde radiozender (vooraf ingesteld nummer
1 tot 20) is ingesteld en u de radiofrequentie of band wijzigt
nadat u de timer hebt ingesteld, wordt de instelling van de
radiozender voor de timer niet gewijzigd. De afstemming
van de radiozender voor de timer staat vast op de zender
die u ervoor hebt ingesteld.
Tip
De instelling van de afspeeltimer blijft staan zo lang deze niet
handmatig wordt gewijzigd.
Problemen oplossen
1 Controleer dat het netsnoer goed is aangesloten.
2 Zoek uw probleem op in de onderstaande lijst
en neem de aangegeven aktie.
Als het probleem blijft optreden, neemt u contact
op met de dichtstbijzijnde Sony-leverancier.
Als de STANDBY-aanduiding knippert
Haal het netsnoer onmiddellijk uit het
stopcontact en controleer het volgende.
ˎW
orden de ventilatieopeningen van het
systeem geblokkeerd?
Nadat de STANDBY-aanduiding
niet meer
knippert, kunt u het netsnoer weer aansluiten
en het systeem inschakelen. Als het probleem
blijft optreden, neemt u contact op met de
dichtstbijzijnde Sony-leverancier.
Algemeen
Het systeem gaat niet aan.
ˎIs het netsnoer correct aangesloten?
De stand-bystand van het systeem is
onverwacht geactiveerd.
ˎDit is geen storing. De stand-bystand van
het systeem wordt na ongeveer 30 minuten
automatisch geactiveerd als er geen
bewerking wordt uitgevoerd of er geen audio-
uitgangssignaal is. Zie "De automatische stand-
byfunctie instellen".
De klokinstelling of de bediening van de
afspeeltimer is onverwacht geannuleerd.
ˎAls er ongeveer een minuut verstrijkt zonder dat
u een bewerking uitvoert, wordt de klokinstelling
of de afspeeltimer automatisch geannuleerd.
Voer de bewerking opnieuw uit vanaf het begin.
Er is geen geluid.
ˎ Druk op VOLUME +
om het volume hoger te zetten.
ˎControleer dat de extra audiocomponenten
goed zijn verbonden en de functie op AUDIO IN
is gesteld.
ˎEr zijn mogelijk tijdelijk ge
en uitzendingen op de
opgegeven zender.
Ernstige bromtoon of ruis.
ˎZet het systeem uit de buurt van ruisbronnen.
ˎSluit he
t systeem aan op een ander stopcontact.
ˎHet gebruik van een wisselstroom-tap met
ruisfilter (niet bijgeleverd) wordt aanbevolen.
De afstandsbediening werkt niet.
ˎVerwijder obstakels tussen de afstandsbediening
en de sensor voor de afstandsbediening
op
het apparaat en plaats het apparaat uit de buurt
van TL-lampen.
ˎRicht de afst
andsbediening op de sensor van
het systeem
.
ˎBr
eng de afstandsbediening dichter naar het
systeem toe.
CD-DA-/MP3-disc
De disc wordt niet uitgeworpen en
"LOCKED" verschijnt op de display
.
ˎRaadpleeg de dichtstbijzijnde Sony-leverancier
of het lokale erkende Sony-servicepunt.
De disc kan niet in het apparaat worden
geplaatst.
ˎControleer of het systeem is ingeschakeld.
ˎPlaa
ts geen disc in de discsleuf voordat "NO
DISC" op de display
verschijnt.
De disc of het bestand wordt niet
afgespeeld.
ˎDe disc is niet afgesloten (een CD-R- of CD-RW-disc
waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd).
Het geluid verspringt tijdens het afspelen,
of de disc kan niet worden afgespeeld.
ˎMaak de disc schoon en plaats deze daarna
weer in het systeem.
ˎVerplaats het systeem naar een locatie waar
geen trillingen optreden (bijvoorbeeld boven op
een stabiel rek).
Het afspelen start niet vanaf de eerste track.
ˎGa terug naar normaal afspelen door enkele
keren te drukken op PLAY MODE
totdat zowel
"PGM" als "SHUF" van de display
verdwijnen.
U hoort verschillende radiozenders
tegelijkertijd.
ˎZoek een locatie en een richting waarbij een
goede ontvangst mogelijk is en plaats de
antenne opnieuw.
ˎBundel de ant
ennekabels met bijvoorbeeld in de
handel verkrijgbare kabelklemmetjes en pas de
kabellengtes aan.
DAB/DAB+-radiozender kan niet goed
worden ontvangen.
ˎControleer de antenne-verbindingen en voer
vervolgens de automatische DAB-scanprocedure
uit (zie "Handmatig een automatische scan voor
DAB uitvoeren (alleen CMT-BT60B)").
ˎDe huidige DAB/DAB+-service is niet
beschikbaar. Druk op TUNE +/
om een
andere service te selecteren.
ˎAls u naar een andere regio bent verhuisd,
zijn sommige services/frequenties mogelijk
gewijzigd en kunt u niet meer afstemmen
op de gebruikelijke uitzendingen. Voer de
automatische DAB-scanprocedure uit om de
inhoud van uitzendingen opnieuw te registreren.
(Wanneer u deze procedure uitvoert, worden alle
eerder opgeslagen instellingen gewist.)
De DAB/DAB+-uitzending wordt onderbroken.
ˎControleer de locatie van het systeem of pas de
richting van de antenne aan om de aangegeven
waarde voor de signaalkwaliteit te verhogen. Zie
"De display wijzigen" voor meer informatie over
de signaalkwaliteit.
Het systeem terugzetten op de
fabrieksinstellingen
Als het systeem nog steeds niet goed werkt, zet u
het systeem terug op de fabrieksinstellingen.
Met de knoppen op het toestel kunt u het
systeem terugzetten op de fabrieksinstellingen.
1 Ontkoppel het netsnoer en controleer dat
de STANDBY-aanduiding niet is opgelicht.
Sluit het netsnoer opnieuw aan, en schakel
vervolgens het systeem in.
2 Houd
en /
op het apparaat ingedrukt
totdat "RESET" op de display verschijnt.
Alle door de gebruiker geconfigureerde instellingen,
zoals de vooraf ingestelde radiozenders, de timer
en de klok worden verwijderd.
Als u al het voorgaande hebt gedaan en het
probleem zich blijft voordoen, neemt u contact
op met de plaatselijke Sony-leverancier.
Berichten
CANNOT PLAY: Het systeem kan geen
audiobestanden afspelen door een
niet-ondersteunde bestandsindeling of
afspeelbeperking.
CAN’T PLAY: U heeft een disc geplaatst die
niet met dit systeem kan worden afgespeeld,
bijvoorbeeld een CD-ROM of DVD.
COMPLETE: Het vooraf instellen van de zender is
normaal beëindigd.
DATA ERROR: U hebt geprobeerd een niet-
afspeelbaar bestand af te spelen.
ERROR: U heeft het systeem tijdens het
initialiseren bediend. Wacht even totdat het
initialiseren is voltooid.
FULL: U hebt geprobeerd meer dan 25 tracks of
bestanden (stappen) te programmeren.
LOCKED: De discsleuf is vergrendeld en u kunt de
disc niet verwijderen. Neem contact op met de
dichtstbijzijnde Sony-leverancier.
NO DEVICE: Er is geen USB-apparaat aangesloten
of het aangesloten USB-apparaat is verwijderd.
NO DISC: Er zit geen disc in de speler, of u
hebt een disc geplaatst die niet kan worden
afgespeeld.
NO MEMORY: De geheugenmedia is niet in het
USB-apparaat geplaatst of het systeem herkent
de geheugenmedia niet.
NO STEP: Alle geprogrammeerde tracks zijn gewist.
NO SUPPORT: Het systeem ondersteunt het
aangesloten USB-apparaat niet.
NO TRACK: Er zijn geen afspeelbare bestanden
op het USB-apparaat of de disc.
NOT USED: U hebt op een onafspeelbare knop
gedrukt.
OVER CURRENT: Haal het USB-apparaat van de
poort en schakel het systeem uit en vervolgens
weer in.
PUSH STOP: U hebt op PLAY MODE gedrukt
tijdens het afspelen in de CD- of USB-functie.
READING: Het systeem leest de informatie op de
disc of het USB-apparaat. Sommige knoppen
werken niet tijdens het lezen.
TIME NG: De starttijd en eindtijd van de
afspeeltimer zijn ingesteld op dezelfde tijd.
Voorzorgsmaatregelen
Discs die WEL met dit systeem kunnen
worden afgespeeld
ˎAudio CD-DA-discs
ˎCD-R/CD-RW (audiogegevens v
an CD-DA-tracks
en MP3-bestanden)
Gebruik geen CD-R-/CD-RW-disc waarop geen
data zijn opgeslagen. Dit zou namelijk de disc
kunnen beschadigen.
Discs die NIET met dit systeem kunnen
worden afgespeeld
ˎCD-ROM
ˎ8 cm discs
ˎCD-R/CD-RW-discs die op een andere manier zijn
gebrand dan met de muziek-CD-indeling of MP3-
indeling volgens ISO9660 niveau 1/niveau 2, Joliet
ˎCD-R/CD-RW
-discs in multisessie-indeling
waarbij de sessie niet afgesloten is
ˎ CD-R/CD-RW-discs van een slechte opnamekwaliteit,
CD-R/CD-RW-discs waarop krassen zitten of die
vuil zijn, of CD-R/CD-RW-discs die zijn gebrand met
behulp van een incompatibele brander
ˎCD-R/CD-RW-discs die niet op de juiste wijze
zijn afgesloten
ˎDiscs die andere bestanden dan MPEG 1 Audio
Layer-3-bestanden (MP3-bestanden) bevatten
ˎDiscs met een ongewone vorm (bijvoorbeeld
hartvormig, vierkant of stervormig)
ˎDiscs waarop plakband, papier of een sticker zit
ˎGehuur
de of tweedehands discs met een zegel
waarbij de lijm onder het zegel vandaan komt
ˎDiscs voorzien v
an een label, waarvan de inkt
plakkerig aanvoelt
Opmerkingen over CD-DA-discs
ˎVeeg vóór het afspelen de disc met een
reinigingsdoek vanaf het midden naar de rand af.
ˎReinig discs niet met oplosmiddelen, zoals benzine,
thinner of in de handel verkrijgbare reinigers of
anti-statische spray bedoeld voor vinyl lp's.
ˎS
tel discs niet bloot aan zonlicht of
warmtebronnen zoals heteluchtroosters, en laat
ze ook niet in een auto in de volle zon liggen.
Veiligheid
ˎTrek het netsnoer uit het stopcontact als het
systeem langere tijd niet gebruikt wordt. Als u de
stekker uit het stopcontact trekt, moet u altijd de
stekker vastpakken. Trek nooit aan het netsnoer.
ˎWanneer er een voorwerp of vloeistof in het
systeem terechtkomt, verwijdert u het netsnoer
uit het stopcontact en moet u het toestel door
gekwalificeerd personeel laten controleren
voordat u het weer in gebruik neemt.
ˎHe
t netsnoer mag alleen worden vervangen
door een gekwalificeerde serviceleverancier.
Opstelling
ˎPlaats het systeem niet op een hellende
ondergrond of in extreem warme, koude,
stoffige, vuile of vochtige ruimtes, ruimtes
die niet goed kunnen worden geventileerd of
ruimtes waarin het toestel wordt blootgesteld
aan trillingen, direct zonlicht of fel licht.
ˎWanneer u het systeem installeert op
oppervlakken die zijn behandeld met een
speciale afwerking (bijvoorbeeld met was, olie of
poetsmiddelen), kan dit resulteren in vlekken op
of verkleuring van het oppervlak.
ˎAls he
t systeem van een koude naar een warme
locatie wordt overgebracht of wordt geïnstalleerd
in een zeer vochtige ruimte, kan vocht
condenseren op de lens in de CD-speler en kan
er een storing optreden. Verwijder in dat geval de
disc en schakel het systeem pas na ongeveer een
uur uit wanneer het vocht is verdampt.
Ophoping van warmte
ˎHet is normaal dat het toestel tijdens gebruik
warmer wordt.
ˎ Raak de kast niet aan als het toestel continu op een
hoog volume is gebruikt, want deze kan heet worden.
ˎBlokkeer de ventilatieopeningen niet.
Het luidsprekersysteem
Dit luidsprekersysteem is niet magnetisch
afgeschermd en het beeld op televisies in de
nabije omgeving kan mogelijk magnetisch
vervormd raken. Zet in dat geval de tv uit, wacht
15 tot 30 minuten en zet de tv weer aan.
De kast reinigen
Reinig dit systeem met een zachte doek die licht is
bevochtigd met een niet-agressief reinigingsmiddel.
Gebruik nooit schuursponsjes, schuurpoeder of
oplosmiddelen, zoals thinner, benzine of alcohol.
BLUETOOTH draadloze
technologie
BLUETOOTH draadloze technologie is een draadloze
technologie voor de korte afstand voor het verbinden
van digitale apparatuur, zoals personal computers en
digitale fotocamera's. Met de BLUETOOTH draadloze
technologie kunt u de betreffende apparaten binnen
een bereik van ongeveer 10 meter bedienen.
De BLUETOOTH draadloze technologie wordt
gewoonlijk tussen twee apparaten gebruikt, maar één
apparaat kan op meerdere apparaten zijn aangesloten.
U hebt geen snoeren voor de aansluiting nodig,
zoals bij een USB-aansluiting, en u hoeft apparaten
niet naar elkaar toe te richten zoals bij draadloze
infraroodtechnologie. U kunt de technologie gebruiken
met één BLUETOOTH-apparaat in uw tas of zak.
BLUETOOTH draadloze technologie is een
wereldwijde norm die door duizenden bedrijven
wordt ondersteund. Deze bedrijven produceren
producten die aan de wereldwijde norm voldoen.
Ondersteunde BLUETOOTH-versies en
-profielen
Met een profiel wordt een standaardset capaciteiten
voor diverse BLUETOOTH-productcapaciteiten
bedoeld. Dit systeem ondersteunt de volgende
BLUETOOTH-versies en -profielen.
Ondersteunde BLUETOOTH-versie:
BLUETOOTH-standaardversie 3.0
Ondersteunde BLUETOOTH-profielen:
A2DP (Advanced Audio Distribution Profile)
A
VRCP (Audio Video Remote Control Profile)
Opmerkingen
ˎVoor het gebruik van een met dit systeem verbonden
BLUETOOTH-apparaat, moet het apparaat hetzelfde profiel
als dit systeem ondersteunen. Vergeet niet dat ook wanneer
het profiel hetzelfde als dit systeem is, de functies van het
BLUETOOTH-apparaat afhankelijk van de specificaties van
het apparaat anders kunnen zijn.
ˎVanwege de eigenschappen van de draadloze BLUETOOTH-
technologie, is de weergave op dit systeem in verhouding
tot de audioweergave van de zendapparatuur iets
vertraagd.
Effectief communicatiebereik
BLUETOOTH-apparaten dienen te worden
gebruikt binnen ongeveer 10 meter
(onbelemmerde afstand) van elkaar. Het effectieve
communicatiebereik kan onder de volgende
omstandigheden korter worden.
W
anneer een persoon, metalen voorwerp,
muur of andere blokkade tussen de apparaten
met een BLUETOOTH-verbinding zit
Locaties waar een draadloos LAN-netwerk is
geïnstalleerd
In de buurt van magnetrons die in gebruik zijn
L
ocaties met andere elektromagnetische golven
Effecten van andere apparaten
BLUETOOTH-apparaten en draadloze LAN-
netwerken (IEEE 802.11b/g) gebruiken
dezelfde frequentieband (2,4 GHz). Wanneer
u uw BLUETOOTH-apparaat gebruikt in de
buurt van een apparaat met draadloze LAN-
netwerkcapaciteit, kan elektromagnetische
interferentie plaatsvinden. Dit zou kunnen leiden
tot lagere gegevensoverdrachtssnelheden, ruis of
onmogelijkheid tot verbinden. Probeer in dit geval
de volgende oplossingen:
P
robeer een verbinding te maken tussen dit
systeem en een BLUETOOTH mobiele telefoon
met of een BLUETOOTH-apparaat wanneer
u op ten minste 10 meter afstand van de
draadloze LAN-netwerkapparatuur bent.
Schakel de stroom naar de draadloze
netwerkapparatuur uit wanneer u uw
BLUETOOTH-apparaat binnen 10 meter gebruikt
Effecten op andere apparaten
De radiogolven die worden uitgezonden door
dit systeem, kunnen de werking van bepaalde
medische apparatuur belemmeren. Aangezien
deze interferentie tot storingen kan leiden, dient u
altijd de stroom van dit systeem, de BLUETOOTH
mobiele telefoon met en het BLUETOOTH-
apparaat uit te schakelen in de volgende locaties:
in ziek
enhuizen, in treinen, in vliegtuigen,
bij benzinestations en op plaatsen waar
brandbare gassen aanwezig kunnen zijn
bij automatische deuren of brandalarms
Opmerkingen
ˎDit systeem ondersteunt beveiligingsfuncties die voldoen
aan de BLUETOOTH-specificatie als een manier om de
beveiliging te garanderen tijdens communicatie met
BLUETOOTH-technologie. Deze beveiliging kan echter
onvoldoende zijn, afhankelijk van de inhoud en andere
factoren van de instelling, dus ga altijd zorgvuldig te werk
wanneer u de communicatie uitvoert met BLUETOOTH-
technologie.
ˎSony kan in geen geval aansprakelijk worden gehouden
voor schade of andere verliezen als gevolg van
informatielekken tijdens de communicatie met BLUETOOTH-
technologie.
ˎBLUETOOTH-communicatie wordt niet noodzakelijk
gegarandeerd met alle BLUETOOTH-apparaten die hetzelfde
profiel hebben als dit systeem.
ˎBLUETOOTH-apparaten die op dit systeem aangesloten
zijn, moeten voldoen aan de BLUETOOTH-specificatie die
wordt voorgeschreven door BLUETOOTH SIG, Inc. en er
moet worden gecertificeerd dat ze daaraan voldoen. Zelfs
wanneer een apparaat aan de BLUETOOTH-specificatie
voldoet, kunnen er echter gevallen zijn waar de kenmerken
of specificaties van het BLUETOOTH-apparaat het
onmogelijk maken een verbinding te maken of tot andere
bedieningsmethoden, weergave of werking kunnen leiden.
ˎEr kan sprake zijn van ruis of het geluid kan worden
onderbroken, afhankelijk van het BLUETOOTH-apparaat dat
op dit systeem is aangesloten, de communicatieomgeving
of de omgevingsomstandigheden.
Technische gegevens
Versterker
Uitgangsvermogen (nominaal): 16 Watt + 16 Watt (8 ohm bij 1 kHz,
1% THV)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde): 20 Watt +
20Watt (8 ohm bij 1 kHz, 10% THV)
In-/uitgangen
AUDIO IN (stereomini-aansluiting): Gevoeligheid 700mV, impedantie
47 kilo-ohm
USB:
Ondersteunde bitsnelheid: MP3 (MPEG 1 Audio Layer-3): 32 kbps –
320 kbps, variabele bitsnelheid
WMA: 48 kbps – 192 kbps, variabele bitsnelheid
AAC: 48 kbps – 320 kbps
Samplingfrequenties: MP3 (MPEG 1 Audio Layer-3): 32/44,1/48kHz
WMA: 44,1 kHz
AAC: 44,1 kHz
USB-poort: Type A, 5V DC 2,1 A
CD-DA/MP3-spelergedeelte
Systeem: CD en digitaal audiosysteem
Eigenschappen van de laserdiode
Emissieduur: continu
Laseruitgangsvermogen*: minder dan 44,6 µW
* Dit uitgangsvermogen is de waarde gemeten op een afstand van
200 mm vanaf het oppervlak van de objectieflens op het optisch-
opnameblok met een diafragma van 7 mm.
Frequentiebereik: 20 Hz 20 kHz
Signaal-ruisverhouding: Meer dan 90 dB
Dynamisch bereik: Meer dan 90 dB
Tunergedeelte
AM-tunergedeelte (alleen op de CMT-BT60):
Afstembereik:
531 kHz – 1.602 kHz (bij afsteminterval van 9 kHz)
Antenne: AM-raamantenne
Tussenfrequentie: 400 kHz
FM-tunergedeelte:
FM-stereo, superheterodyne FM-tuner
Antenne: FM-draadantenne
Afstembereik: 87,5MHz 108,0MHz (stappen van 50kHz)
DAB/DAB+-tunergedeelte (alleen op de CMT-BT60B):
FM-stereo, superheterodyne DAB/FM-tuner
Frequentiebereik*
Band-III: 174,928 (5A)MHz 239,200 (13F)MHz
* Zie voor details de "DAB/DAB+-frequentietabel" hieronder.
Antenne: DAB/FM-draadantenne
DAB/DAB+-services zijn alleen beschikbaar in landen/regio's die
DAB/DAB+-services ondersteunen.
DAB/DAB+-frequentietabel (Band-III)
Frequentie Label Frequentie Label
174,928 MHz 5A 209,936 MHz 10A
176,640 MHz 5B 211,648 MHz 10B
178,352 MHz 5C 213,360 MHz 10C
180,064 MHz 5D 215,072 MHz 10D
181,936 MHz 6A 216,928 MHz 11A
183,648 MHz 6B 218,640 MHz 11B
185,360 MHz 6C 220,352 MHz 11C
187,072 MHz 6D 222,064 MHz 11D
188,928 MHz 7A 223,936 MHz 12A
190,640 MHz 7B 225,648 MHz 12B
192,352 MHz 7C 227,360 MHz 12C
194,064 MHz 7D 229,072 MHz 12D
195,936 MHz 8A 230,784 MHz 13A
197,648 MHz 8B 232,496 MHz 13B
199,360 MHz 8C 234,208 MHz 13C
201,072 MHz 8D 235,776 MHz 13D
202,928 MHz 9A 237,488 MHz 13E
204,640 MHz 9B 239,200 MHz 13F
206,352 MHz 9C
208,064 MHz 9D
* Frequenties worden op dit systeem op twee decimalen
weergegeven.
BLUETOOTH-sectie
Communicatiesysteem:
BLUETOOTH-standaardversie 3.0
Uitgang:
BLUETOOTH-standaardvermogensklasse 2
Maximaal communicatiebereik:
Zichtlijn ongeveer 10 m
*1
Frequentieband:
2,4 GHz band (2,4000 GHz - 2,4835 GHz)
Modulatiemethode:
FHSS
Compatibele BLUETOOTH-profielen
*2
:
A2DP (Advanced Audio Distribution Profile)
AVRCP (Audio Video Remote Control Profile)
Ondersteunde contentbeschermingsmethode:
SCMS-T
Transmissiebandbreedte:
20Hz – 20.000Hz (bij 44,1kHz sampling)
*1
Het werkelijke bereik varieert, afhankelijk van factoren zoals
obstakels tussen apparaten, magnetische velden rond een
magnetron, statische elektriciteit, ontvangstgevoeligheid,
antenneprestaties, besturingssysteem, softwaretoepassing
enzovoort.
*2
BLUETOOTH-standaardprofielen geven het doel van BLUETOOTH-
communicatie tussen apparaten aan.
Luidsprekergedeelte
Luidspreker met volledig bereik
Passieve radiator
Nominale impedantie: 8 ohm
Algemeen
Stroomvereisten:
220 V – 240 V wisselstroom, 50 Hz/60Hz
Stroomverbruik: 29 watt
Afmetingen (b/h/d):
Ongeveer 481 mm × 202 mm × 86 mm (inclusief uitstekende
onderdelen)
Gewicht: Ca. 3,0 kg
Bijgeleverde accessoires: Afstandsbediening (RM-AMU171) (1), R6
(formaat AA) batterijen (2), Netsnoer (1), FM/AM-antenne (1) (alleen
CMT-BT60), DAB/FM-raamantenne (1) (alleen CMT-BT60B)
Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder voorafgaande
kennisgeving worden gewijzigd.
Stroomverbruik in Standby: 0,5 W