CMT-V75BTiP (NL) 4-418-714-53 (1)
Opmerking
Het systeem kan automatisch naar de stand-byfunctie overschakelen
als het volumeniveau van de aangesloten component te laag is. Stel
het volumeniveau van de component in. Zie "De automatische stand-
byfunctie uitschakelen".
Regeling van het geluid
Om Drukt u op
Het volume in te
stellen
VOLUME +/
.
Een dynamischer
geluid te
produceren
BASS BOOST .
Een geluidseffect
in te stellen
SOUND EFFECT herhaaldelijk
totdat het gewenste geluidseffect
wordt weergegeven.
De displayinformatie veranderen
Om Drukt u op
De informatie
op de display te
veranderen
1)
DISPLAY
herhaaldelijk wanneer
het systeem ingeschakeld is.
De displayfunctie
te veranderen (zie
hieronder).
DISPLAY
herhaaldelijk wanneer
het systeem uitgeschakeld is.
2)
1)
U kunt bijvoorbeeld informatie over een CD/MP3-disc bekijken,
zoals:
Cd-da-disc
resterende weergaveduur van een track tijdens weergave
totale resterende weergaveduur
MP3-disc
track- of bestandsnaam (" ")
artiestnaam (" ")
albumnaam (" ")
U kunt ook informatie over een DAB/DAB+-zender bekijken, zoals
de servicenaam, het kanaallabel, het voorkeurzendernummer, de
frequentie, DLS (Dynamic Label Segment) of het ensemblelabel.
2)
Het STANDBY-lampje
op het apparaat brandt wanneer het systeem
uitgeschakeld is.
Het systeem kent de volgende displayfuncties.
Displayfunctie Bij uitgeschakeld
systeem
1)
Energiebesparingsfunctie
2)
De display wordt
uitgeschakeld om energie
te besparen. De timer en de
klok blijven werken.
Klok
3)
De klok wordt weergegeven.
1)
Het STANDBY-lampje
op het apparaat brandt wanneer het systeem
uitgeschakeld is.
2)
U kunt de klok niet instellen in de energiebesparingsfunctie.
3)
De klokweergave schakelt na 8 seconden automatisch over naar de
energiebesparingsfunctie.
Opmerkingen over de informatie op de display
Tekens die niet kunnen worden weergegeven op de display,
verschijnen als "_".
De volgende gegevens verschijnen niet op de display:
totale weergaveduur voor een MP3-disc.
totale resterende weergaveduur voor een MP3-disc.
resterende weergaveduur voor een MP3-bestand.
De volgende gegevens worden niet juist weergegeven op de display:
de verstreken weergaveduur van een MP3-bestand dat gecodeerd
is met VBR (variabele bitsnelheid).
namen van mappen en bestanden die niet voldoen aan de norm
ISO9660 niveau 1, niveau 2 of Joliet in het expansieformaat.
De volgende gegevens verschijnen wel op de display:
totale weergaveduur voor een cd-da-disc (behalve wanneer de
geprogrammeerde weergavefunctie is geselecteerd en de speler in
de stopstand staat).
resterende weergaveduur voor een track op een cd-da-disc.
resterende weergaveduur voor een cd-da-disc (alleen tijdens
weergave, wanneer de normale weergavefunctie is geselecteerd).
ID3-taginformatie voor MP3-bestanden wanneer ID3-tags van
versie 1 en versie 2 worden gebruikt (de weergave van ID3-
taginformatie van versie 2 heeft voorrang wanneer ID3-tags van
zowel versie 1 als versie 2 worden gebruikt voor hetzelfde MP3-
bestand).
tot 64 tekens voor een ID3-tag, waarbij de volgende tekens zijn
toegestaan: hoofdletters (A tot en met Z), cijfers (0 tot en met 9)
en symbolen (˝ $ % ’ ( ) * + , – . / < = > @ [ \ ] _ ` { | } ! ? ^ ~).
Opmerkingen over de DAB/DAB+-informatie op de
display
Het volgende wordt ook weergegeven:
maximaal 8 tekens van de servicenaam, maximaal 128 tekens van
DLS (Dynamic Label Segment) en maximaal 16 tekens van het
ensemblelabel.
een waarde tussen 0 en 100 die de signaalkwaliteit aangeeft.
De timers gebruiken
Het systeem kent 2 timerfuncties. Bij gebruik van beide
timers heeft de slaaptimer voorrang.
Slaaptimer:
U kunt met muziek in slaap vallen. Deze functie werkt
zelfs als de klok niet is ingesteld.
Houd SHIFT
ingedrukt en druk herhaaldelijk op
SLEEP
. Iedere keer dat u op SLEEP
drukt terwijl
u SHIFT
ingedrukt houdt, neemt de insteltijd af met
10 minuten, van maximaal 90 minuten tot minimaal 10
minuten.
Om de slaaptimer uit te schakelen, selecteert u "OFF".
Weergavetimer:
U kunt op een vooraf ingesteld tijdstip worden gewekt
door een cd, FM-zender, DAB/DAB+-zender of iPod/
iPhone/iPad. Zorg ervoor dat u de klok hebt ingesteld.
1 Bereid de geluidsbron voor.
Bereid de geluidsbron voor, en druk daarna op
VOLUME +/
om het volumeniveau in te stellen.
Op basis van een bepaalde cd-track, een bepaald
audiobestand of radiozender maakt u uw eigen
programma.
2 Selecteer de timerinstelfunctie.
Houd SHIFT
en TIMER MENU
ingedrukt.
3 Stel de weergavetimer in.
Druk herhaaldelijk op /
om "PLAY SET" te
selecteren en druk daarna op
.
4 Stel het tijdstip in waarop de weergave moet
beginnen.
Druk herhaaldelijk op /
om het uur in te
stellen en druk daarna op
. Volg bovenstaande
procedure om de minuten in te stellen.
5 Volg dezelfde procedure als in stap 4 om de tijd in
te stellen waarop de weergave moet stoppen.
6 Selecteer de geluidsbron.
Druk herhaaldelijk op /
tot de gewenste
geluidsbron verschijnt, en druk daarna op
.
7 Schakel het systeem uit.
Druk op
. Het systeem wordt automatisch
ingeschakeld vóór het ingestelde tijdstip.
Als het systeem bij het bereiken van het ingestelde
tijdstip ingeschakeld is, zal de weergavetimer niet in
werking treden. Gebruik het systeem niet vanaf het
moment waarop het systeem wordt ingeschakeld tot
het moment waarop het weergeven begint.
Als een FM-zender wordt ingesteld als geluidsbron
voor een timer, wordt het systeem automatisch
15 seconden vóór het ingestelde tijdstip ingeschakeld.
Als CD wordt ingesteld als geluidsbron, wordt
het systeem automatisch 90 seconden vóór het
ingestelde tijdstip ingeschakeld. Als iPod/iPhone/iPad
wordt ingesteld als geluidsbron, wordt het systeem
automatisch 30 seconden vóór het ingestelde tijdstip
ingeschakeld.
De instelling controleren
1 Houd SHIFT en TIMER MENU ingedrukt.
2 Druk herhaaldelijk op /
om "SELECT" te
selecteren en druk daarna op
.
3 Druk herhaaldelijk op /
om "PLAY SEL" te
selecteren en druk daarna op .
De timer uitschakelen
Herhaal dezelfde procedure als hierboven tot "OFF"
verschijnt in stap 3, en druk daarna op
.
De instelling wijzigen
Begin opnieuw bij stap 1.
Opmerkingen
Als een FM-zender wordt ingesteld als geluidsbron voor een
weergavetimer door af te stemmen op een voorkeurzender, wordt
de radiozender die u instelt voor de weergavetimer, vast ingesteld.
De radiozenderinstelling voor de weergavetimer blijft gehandhaafd,
zelfs als u na het instellen van de weergavetimer afstemt op een
andere radiozender.
Als een FM-zender wordt ingesteld als geluidsbron voor een
weergavetimer door automatisch te scannen of handmatig af te
stemmen en u na het instellen van de weergavetimer afstemt op een
andere radiozender, wordt de radiozender die u hebt ingesteld voor
de weergavetimer, ook gewijzigd.
Opmerkingen voor de iPod/iPhone/iPad-gebruiker
Zorg ervoor dat de iPod/iPhone/iPad niets weergeeft tijdens het
gebruik van de weergavetimer.
De weergavetimer wordt mogelijk niet geactiveerd, afhankelijk van
de status van de aangesloten iPod/iPhone/iPad.
Tip
De weergavetimerinstelling blijft gehandhaafd zolang de instelling
niet handmatig wordt geannuleerd.
Storingen verhelpen
1 Zorg dat het netsnoer goed is aangesloten.
2 Zoek uw probleem op in de onderstaande
controlelijst en voer de aangegeven corrigerende
handeling uit.
Neem als het probleem blijft bestaan, contact op met
uw dichtstbijzijnde Sony-dealer.
Als het STANDBY-lampje knippert
Trek onmiddellijk de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact en controleer de onderstaande punten.
Worden de ventilatieopeningen van het systeem
ergens door geblokkeerd?
Maakt de iPod/iPhone/iPad-aansluiting
kortsluiting?
Nadat het STANDBY-lampje
stopt met
knipperen, sluit u het netsnoer weer aan en schakelt
u het systeem in. Neem als het probleem blijft
bestaan, contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-
dealer.
Algemeen
Het systeem wordt niet ingeschakeld.
Is het netsnoer op de juiste wijze aangesloten?
Het systeem is onverwacht naar de stand-
byfunctie overgeschakeld.
Dit is geen storing. Het systeem schakelt automatisch
over naar de stand-byfunctie wanneer er gedurende
30 minuten geen bediening plaatsvindt of geen
geluidssignaal wordt verzonden. Zie "De automatische
stand-byfunctie uitschakelen".
De klokinstelling of de
weergavetimerbediening is onverwacht
geannuleerd.
Als ongeveer een minuut verstrijkt zonder dat er op
toetsen wordt gedrukt, wordt de klokinstelling of de
weergavetimerinstelling automatisch geannuleerd.
Voer de bediening opnieuw uit vanaf het begin.
Er is geen geluid.
Druk op VOLUME + om het volumeniveau te
verhogen.
Zorg ervoor dat de hoofdtelefoon niet aangesloten is
op de
(hoofdtelefoon) aansluiting .
Zorg ervoor dat extra geluidscomponenten op de juiste
wijze aangesloten zijn.
Zorg ervoor dat het systeem ingesteld is op de AUDIO
IN-functie.
Worden de ventilatieopeningen van het systeem ergens
door geblokkeerd?
De opgegeven zender zendt tijdelijk mogelijk niet uit.
Zware brom of ruis.
Houd het systeem uit de buurt van ruisbronnen.
Sluit het systeem aan op een ander stopcontact.
Monteer een ruisfilter (niet bijgeleverd) op het
netsnoer.
De afstandsbediening werkt niet.
Verwijder elk obstakel tussen de afstandsbediening
en de afstandsbedieningssensor
op het apparaat
en houd het apparaat uit de buurt van fluorescerende
lampen.
Richt de afstandsbediening op de
afstandsbedieningssensor
.
Breng de afstandsbediening dichter naar het systeem.
Het STANDBY-lampje blijft branden
nadat de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact is getrokken.
Het is mogelijk dat het STANDBY-lampje
niet
onmiddellijk uitgaat nadat de stekker van het netsnoer
uit het stopcontact is getrokken. Het lampje gaat na
ongeveer 40 seconden uit. Dit is geen storing.
Cd/MP3-disc
Het systeem werpt de disc niet uit en
"LOCKED" verschijnt.
Raadpleeg uw dichtstbijzijnde Sony-dealer of
plaatselijke erkende Sony-servicedienst.
De disc kan niet worden geplaatst.
Controleer dat het systeem ingeschakeld is.
Plaats geen disc in de discsleuf als "NO DISC" nog niet
is verschenen op de display.
een disc die nog niet gefinaliseerd is (een disc waaraan
nog gegevens toegevoegd kunnen worden).
Het geluid slaat over of weergave van de disc
is niet mogelijk.
Maak de disc schoon en plaats deze daarna weer in het
systeem.
Zet het systeem op een plaats neer waar geen trillingen
optreden (bijvoorbeeld op een stabiele standaard).
De weergave begint niet bij de eerste track.
Druk om terug te keren naar normale weergave
herhaaldelijk op PLAY MODE
totdat de
aanduidingen "PGM" en "SHUF" allebei verdwijnen.
De weergave begint later dan normaal.
De volgende discs kunnen de benodigde
voorbereidingstijd voor het weergeven verlengen:
een disc met een ingewikkelde mapstructuur.
een disc met veel mappen.
Foutieve display.
De gegevens op de cd-da-disc of MP3-disc zijn
mogelijk beschadigd. Breng de muziekgegevens
opnieuw over.
De volgende tekens kunnen worden weergegeven door
dit systeem:
Hoofdletters (A tot en met Z).
Cijfers (0 tot en met 9).
Symbolen (< > * +, [ ] \ _).
Overige tekens verschijnen als "_".
iPod/iPhone/iPad
Er is geen geluid.
Zorg ervoor dat de iPod/iPhone/iPad op de juiste wijze
aangesloten is.
Zorg ervoor dat de iPod/iPhone/iPad muziek
weergeeft.
Zorg ervoor dat de iPod/iPhone/iPad bijgewerkt is met
de meest recente softwareversie. Als dat niet het geval
is, update de iPod/iPhone/iPad voordat u deze met het
systeem gebruikt.
Stel het volume in.
Het geluid is vervormd.
Zorg ervoor dat de iPod/iPhone/iPad op de juiste wijze
aangesloten is.
Verlaag het volumeniveau.
Stel de instelling "EQ" van de iPod/iPhone/iPad in op
"Uit" of "Neutraal".
De iPod/iPhone/iPad werkt niet.
Sluit eventuele andere iOS-programma's af die op de
iPod/iPhone/iPad actief zijn. Raadpleeg voor meer
informatie de gebruiksaanwijzing van de iPod/iPhone/
iPad.
Zorg ervoor dat de iPod/iPhone/iPad op de juiste wijze
aangesloten is.
Zorg ervoor dat de iPod/iPhone/iPad bijgewerkt is met
de meest recente softwareversie. Als dat niet het geval
is, update de iPod/iPhone/iPad voordat u deze met het
systeem gebruikt.
Omdat de bediening van het systeem anders is dan die
van de iPod/iPhone/iPad, kunt u de iPod/iPhone/iPad
niet bedienen met de toetsen op de afstandsbediening
of het apparaat. Gebruik in dit geval de toetsen op de
iPod/iPhone/iPad.
De iPod/iPhone/iPad kan niet worden
opgeladen.
Zorg ervoor dat de iPod/iPhone/iPad op de juiste wijze
aangesloten is.
Als u op DISPLAY drukt terwijl u oplaadt wanneer
het systeem uitgeschakeld is, stopt het systeem met het
opladen van een iPod/iPhone/iPad. Om het opladen
van een iPod/iPhone/iPad opnieuw te beginnen, sluit u
de iPod/iPhone/iPad weer aan wanneer de display op
de energiebesparingsfunctie staat.
Discs met een ongewone vorm (bijvoorbeeld
hartvormig, vierkant of stervormig)
Discs waarop plakband, papier of een sticker zit
Verhuurdiscs of tweedehands discs waarop een sticker
zit en waarvan de lijm onder de sticker uitkomt
Discs waarop een label is afgedrukt, waarvan de inkt
plakkerig aanvoelt
Opmerkingen over discs
Voordat u een disc gaat weergeven, moet u deze met
een schoonmaakdoekje vanuit het midden naar de
rand schoonvegen.
Reinig discs niet met oplosmiddelen, zoals
wasbenzine, thinner, in de handel verkrijgbare
schoonmaakmiddelen of antistatische sprays bedoeld
voor langspeelplaten.
Stel een disc niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen, zoals bijvoorbeeld een warme
luchtstroom, en laat ze niet achter in een auto die in de
volle zon geparkeerd staat.
Voor uw veiligheid
Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact
als u het apparaat langere tijd niet gaat gebruiken. Als
u de stekker uit het stopcontact trekt, moet u altijd de
stekker vastpakken. Trek nooit aan het snoer zelf.
Mocht er ooit een vast voorwerp of vloeistof in het
systeem komen, dan schakelt u het systeem uit en
laat u het controleren door gekwalificeerd personeel,
voordat u het weer gaat gebruiken.
Het netsnoer mag alleen vervangen worden door een
erkende servicedienst.
Installeren
Zet het systeem niet op een hellende ondergrond, niet
op plaatsen die erg heet, koud, stoffig, vuil of vochtig
zijn of waar onvoldoende ventilatie is, en niet op
plaatsen met trillingen, in direct zonlicht of onder een
felle verlichting.
Wees voorzichtig met het plaatsen van het systeem op
een ondergrond die een speciale behandeling heeft
ondergaan (bijvoorbeeld met was, olie of poetsmiddel),
want dit kan tot vlekken en verkleuringen op het
oppervlak leiden.
Als het systeem rechtstreeks van een koude naar
een warme omgeving wordt gebracht, of in een zeer
vochtige ruimte wordt gezet, kan vocht condenseren
op de lens in de cd-speler, wat kan leiden tot storingen
in het systeem. In dit geval moet u de disc verwijderen
en het systeem ingeschakeld ongeveer een uur laten
staan totdat het vocht verdampt is.
Warmteophoping
Warmteophoping in het apparaat tijdens gebruik is
normaal en geen reden voor bezorgdheid.
Raak de behuizing niet aan als het systeem gedurende
langere tijd op een hoog volumeniveau continu in
gebruik is geweest, omdat de behuizing dan warm kan
zijn geworden.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet
geblokkeerd worden.
Luidsprekersysteem
Dit luidsprekersysteem heeft geen magnetische
afscherming en daardoor kan het beeld op
televisietoestellen die zich dichtbij bevinden
magnetisch vervormd raken. In dat geval schakelt u het
televisietoestel uit, wacht u 15 tot 30 minuten en schakelt
u het daarna weer in.
De behuizing reinigen
Maak dit systeem schoon met een zachte doek die
een beetje bevochtigd is met een oplossing van een
mild schoonmaakmiddel in water. Gebruik nooit een
schuursponsje, schuurpoeder of een oplosmiddel zoals
verdunner, wasbenzine of alcohol.
Bluetooth draadloze
technologie
De Bluetooth draadloze technologie is een draadloze
technologie met een kort bereik die digitale apparaten,
zoals computers en digitale fotocamera's, met elkaar
verbindt. Met behulp van de Bluetooth draadloze
technologie kunt u de verbonden apparaten bedienen
binnen een bereik van ongeveer 10 meter.
De Bluetooth draadloze technologie wordt normaal
gesproken gebruikt tussen twee apparaten, maar
één apparaat kan ook verbonden zijn met meerdere
apparaten.
U hoeft geen kabels aan te sluiten zoals bij een
USB-verbinding en u hoeft de apparaten niet recht
tegenover elkaar te plaatsen zoals bij draadloze
infraroodtechnologie. U kunt de technologie gebruiken
met één Bluetooth-apparaat in uw tas of broekzak.
Bluetooth draadloze technologie is een wereldwijde
norm die door duizenden bedrijven wordt ondersteund.
Deze bedrijven maken producten die voldoen aan de
wereldwijde norm.
Ondersteunde Bluetooth-versie en
-profielen
Een profiel is een standaardset aan mogelijkheden voor
diverse Bluetooth-productmogelijkheden. Dit systeem
ondersteunt de volgende Bluetooth-versie en -profielen.
Ondersteunde Bluetooth-versie:
Bluetooth-norm, versie 2.0
Ondersteunde Bluetooth-profielen:
A2DP (Advanced Audio Distribution Profile)
AVRCP (Audio Video Remote Control Profile)
Effectief communicatiebereik
Bluetooth-apparaten moeten binnen ongeveer 10 meter
(open afstand zonder obstakels) van elkaar worden
gebruikt. Het effectieve communicatiebereik kan kleiner
worden onder de volgende omstandigheden.
Het volumeniveau van de beltoon van de
iPhone verandert niet.
Stel het volumeniveau van de beltoon in op de iPhone.
Bluetooth-apparaat
Het paren kan niet worden uitgevoerd.
Plaats het Bluetooth-apparaat dichter bij het systeem.
Het paren kan mogelijk niet worden uitgevoerd als er
zich andere Bluetooth-apparaten in de buurt van het
systeem bevinden. In dat geval schakelt u de andere
Bluetooth-apparaten uit.
Voer hetzelfde wachtwoord dat op het Bluetooth-
apparaat is ingevoerd, juist in.
De verbinding kan niet tot stand worden
gebracht.
Het Bluetooth-apparaat waarmee u een verbinding tot
stand probeerde te brengen, biedt geen ondersteuning
voor het A2DP-profiel en kan niet worden verbonden
met dit systeem.
Schakel de Bluetooth-functie van het Bluetooth-
apparaat in.
Breng een verbinding tot stand vanaf het Bluetooth-
apparaat.
De paringsregistratie-informatie is gewist. Voer de
paringsbediening opnieuw uit.
Zolang dit systeem verbonden is met een Bluetooth-
apparaat, kan dit systeem niet worden gevonden en
kan er geen verbinding tot stand worden gebracht
vanaf een ander Bluetooth-apparaat.
Wis de paringsregistratie-informatie van een
Bluetooth-apparaat en voer de paringsbediening
opnieuw uit.
Het geluid slaat over of fluctueert, of de
verbinding wordt verbroken.
Het systeem en het Bluetooth-apparaat staan te ver uit
elkaar.
Als er zich obstakels bevinden tussen het systeem en
uw Bluetooth-apparaat, verwijdert of omzeilt u de
obstakels.
Als er apparatuur in de buurt staat die
elektromagnetische straling genereert, zoals een
draadloos LAN, een ander Bluetooth-apparaat of een
magnetron, verplaatst u deze.
Het geluid van uw Bluetooth-apparaat is niet
hoorbaar op dit systeem.
Verhoog eerst het volumeniveau op uw Bluetooth-
apparaat, en verhoog daarna het volumeniveau met
behulp van VOLUME +/ .
Zware bromtoon of ruis is hoorbaar
Als er zich obstakels bevinden tussen het systeem en
uw Bluetooth-apparaat, verwijdert of omzeilt u de
obstakels.
Als er apparatuur in de buurt staat die
elektromagnetische straling genereert, zoals een
draadloos LAN, een ander Bluetooth-apparaat of een
magnetron, verplaatst u deze.
Verlaag het volumeniveau van het verbonden
Bluetooth-apparaat.
Tuner
Zware brom of ruis, of ontvangst van
radiozenders is niet mogelijk. (De aanduiding
"TUNED" of "STEREO" knippert op de display.)
Sluit de antenne op de juiste wijze aan.
Zoek een positie en richting waarbij een goede
ontvangst mogelijk is en stel daarna de antenne weer
op.
Houd de antennes uit de buurt van het netsnoer om te
voorkomen dat ze ruis oppikken.
Schakel elektrische apparatuur in de buurt uit.
Er zijn meerdere radiozenders tegelijk te
horen.
Zoek een positie en richting waarbij een goede
ontvangst mogelijk is en stel daarna de antenne weer
op.
Houd de antennekabels samen met bijvoorbeeld in de
handel verkrijgbare kabelklemmen en pas de lengte
van de kabels aan.
DAB/DAB+-radiozender wordt niet goed
ontvangen.
Controleer alle antenneaansluitingen en voer
vervolgens de procedure automatische DAB-scan uit
(zie "Ontvangst van DAB/DAB+-radiozender").
De huidige DAB/DAB+-service is mogelijk niet
beschikbaar. Druk op +/
om een andere service
te selecteren.
Als u naar een ander gebied bent verhuisd, kunnen
sommige services/frequenties zijn gewijzigd en
kunt u mogelijk niet afstemmen op uw gebruikelijke
uitzending. Voer de procedure automatische DAB-
scan uit om de inhoud van uitzendingen opnieuw te
registreren. (Met deze procedure wist u alle eerder
opgeslagen voorkeurzenders.)
De DAB/DAB+-uitzending is onderbroken.
Controleer de positie van het systeem of pas de
richting van de antenne aan om de aangeduide waarde
van de signaalkwaliteit te verhogen. Raadpleeg "De
displayinformatie veranderen" voor meer informatie
over de signaalkwaliteit.
Het systeem terugzetten op de
fabrieksinstellingen
Als het systeem nog steeds niet naar behoren
functioneert, moet u het systeem terugzetten op de
fabrieksinstellingen.
Gebruik de toetsen op het apparaat om het systeem
terug te zetten op de fabrieksinstellingen.
1 Trek de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact, steek de stekker daarna weer terug in
het stopcontact en schakel het systeem in.
2 Druk op
en /
op het apparaat en houd
uw vinger erop totdat "RESET" verschijnt op de
display.
Alle door de gebruiker geconfigureerde instellingen,
zoals de voorkeurzenders, de timer en de
klokinstelling, worden gewist.
De automatische stand-byfunctie
uitschakelen
Dit systeem is uitgerust met een automatische stand-
byfunctie. Met deze functie schakelt het systeem
automatisch over naar de stand-byfunctie wanneer er
gedurende 30 minuten geen bediening plaatsvindt of
geen geluidssignaal wordt uitgevoerd.
Standaard is de automatische stand-byfunctie
ingeschakeld.
Gebruik de toetsen op het apparaat om de automatische
stand-byfunctie uit te schakelen.
Houd
ingedrukt terwijl het systeem
ingeschakeld is, totdat "AUTO. STBY OFF" verschijnt.
Om de functie in te schakelen, herhaalt u de
procedure totdat "AUTO. STBY ON" verschijnt.
Opmerkingen
"AUTO. STBY" verschijnt gedurende 2 minuten op de display
voordat het systeem naar de stand-byfunctie overschakelt.
De automatische stand-byfunctie werkt niet voor de tunerfunctie
(DAB/FM), ook niet wanneer u deze hebt ingeschakeld.
Mogelijk schakelt het systeem in de volgende gevallen niet
automatisch over naar de stand-byfunctie:
wanneer er een audiosignaal wordt waargenomen.
tijdens weergave van audiotracks of bestanden.
terwijl de vooraf ingestelde slaaptimer of weergavetimer wordt
uitgevoerd.
In de volgende gevallen begint het systeem het aftellen van de tijd
tot het overschakelt naar de stand-byfunctie opnieuw, zelfs als de
automatische stand-byfunctie ingeschakeld is:
wanneer een iPod/iPhone/iPad wordt aangesloten.
wanneer op een toets op de afstandsbediening of het apparaat
wordt gedrukt.
De pieptoon uitschakelen
In de fabriek is het systeem zo ingesteld dat er een
bevestigingspieptoon weerklinkt telkens als u drukt op
een toets op het aanraakpaneel van het apparaat. U kunt
de pieptoon uitschakelen.
1 Druk op / om het systeem in te schakelen.
2 Houd en VOLUME op het apparaat
langer dan 3 seconden ingedrukt.
Als u de pieptoon wilt inschakelen, volgt u dezelfde
procedure als in stap 1 en 2.
Opmerking
Maar zelfs als de pieptoon is ingeschakeld laat het
systeem de pieptoon niet klinken ter bevestiging van
een toetsaanraking als het Docklampje knippert, hoewel
bediening van het aanraakpaneel wel mogelijk is als het
Docklampje knippert.
Meldingen
CAN’T PLAY : u hebt een disc geplaatst die niet kan
worden weergegeven op dit systeem.
COMPLETE : de bediening van het voorprogrammeren
is normaal beëindigd.
ERROR : onvoorspelbare situaties of er is een onbekend
apparaat aangesloten.
FULL : u hebt geprobeerd om meer dan 25 tracks of
bestanden (stappen) te programmeren.
LOCKED : de discsleuf werkt niet. Neem contact op met
uw dichtstbijzijnde Sony-dealer.
NO DISC : er is geen disc in de speler geplaatst, of u hebt
een disc geplaatst die niet kan worden weergegeven.
NO PRESET (alleen DAB/DAB+) : er is geen
voorkeurzender opgeslagen.
NO SERV (alleen DAB/DAB+) : DAB/DAB+-
uitzendingen worden in uw land of regio niet
ondersteund.
NO STEP : alle geprogrammeerde tracks zijn gewist.
NO SUPPORT : er is een niet-ondersteunde iPod/
iPhone/iPad aangesloten of er is een iPod/iPhone/iPad
aangesloten waarvan de accu leeg is.
NO TEXT (alleen DAB/DAB+) : er is geen
tekstinformatie aanwezig in de ontvangen service.
NO TRACK : er staan geen weergeefbare bestanden op
de cd.
NOT USED : u hebt geprobeerd een bepaalde bediening
uit te voeren onder omstandigheden waarin die
bediening niet mogelijk is.
PUSH STOP : u hebt op PLAY MODE
gedrukt
tijdens weergave met de CD-functie.
TIME NG : de begin- en eindtijden van de weergavetimer
zijn ingesteld op hetzelfde tijdstip.
Voorzorgsmaatregelen
Discs die WEL met dit systeem kunnen worden
weergegeven
Audio-cd
Cd-r/cd-rw (audiogegevens/MP3-bestanden)
Discs die NIET met dit systeem kunnen worden
weergegeven
Cd-rom
Cd-r/cd-rw-discs die op een andere manier zijn
gebrand dan met het muziek-cd-formaat of MP3-
formaat volgens ISO9660 niveau 1/niveau 2, Joliet
Cd-r/cd-rw-discs van een slechte opnamekwaliteit,
cd-r/cd-rw-discs- waarop krassen zitten of die vuil
zijn, of -cd-r/cd-rw-discs die zijn gebrand op een
incompatibel opnameapparaat
Cd-r/cd-rw-discs die niet op de juiste wijze
gefinaliseerd zijn
Discs die andere bestanden dan MPEG 1 Audio Layer-
3-bestanden (MP3-bestanden) bevatten
Als er al een Bluetooth-apparaat verbonden is
waarmee dit systeem in het verleden een verbinding
tot stand heeft gebracht, bent u mogelijk automatisch
verbonden zonder het Bluetooth-apparaat te
bedienen.
3 Start de weergave.
Druk op (of op het apparaat).
Afhankelijk van het Bluetooth-apparaat, moet u
mogelijk twee keer drukken op
.
Afhankelijk van het Bluetooth-apparaat, moet u
mogelijk vooraf de AV-software van het Bluetooth-
apparaat starten.
4 Stel het volumeniveau in.
Druk op VOLUME +/ .
Andere bedieningsmogelijkheden
Om Drukt u op
De weergave te
pauzeren
1)
(of
1)
op het
apparaat).
De weergave te
stoppen
.
Een map te selecteren
+/ .
Een bestand te
selecteren
/ .
Een punt in een
bestand te zoeken
Houd / (of
/ op het
apparaat) ingedrukt.
1) Afhankelijk van het Bluetooth-apparaat, moet u mogelijk twee
keer drukken op ( op het apparaat).
Opmerking
Deze bedieningen zijn mogelijk niet beschikbaar voor bepaalde
Bluetooth-apparaten. Bovendien kunnen de werkelijke bedieningen
verschillen afhankelijk van het verbonden Bluetooth-apparaat.
Het adres van een verbonden Bluetooth-
apparaat controleren
Druk op DISPLAY terwijl de naam van het
Bluetooth-apparaat wordt weergegeven die is ingesteld
met het Bluetooth-apparaat.
Het adres van het Bluetooth-apparaat verschijnt twee
keer gedurende 8 seconden op de display van het
systeem.
De verbinding met een Bluetooth-apparaat
verbreken
Druk op (Bluetooth) op het apparaat totdat
"UNLINKED" verschijnt.
Afhankelijk van het Bluetooth-apparaat, wordt de
verbinding met het Bluetooth-apparaat mogelijk
automatisch verbroken als u de weergave stopt.
De stand-bystand voor Bluetooth
instellen/uitschakelen
Er kan worden overgeschakeld naar de stand-bystand
voor Bluetooth wanneer het systeem overschakelt naar
de wachtstand voor de Bluetooth-verbinding, zelfs
wanneer het systeem uitgeschakeld is.
U kunt de stand-bystand voor Bluetooth niet
instellen als het paren niet is uitgevoerd of als de
paringsinformatie wordt gewist.
1 Selecteer de BLUETOOTH-functie.
Druk op BLUETOOTH FUNCTION op de
afstandsbediening of druk op herhaaldelijk op
FUNCTION op het apparaat.
Het functielampje knippert blauw.
Als er al een Bluetooth-apparaat verbonden
is waarmee dit systeem in het verleden door
automatische verbinding een verbinding tot stand
heeft gebracht, drukt u op (Bluetooth) om de
verbinding met het Bluetooth-apparaat te verbreken.
"BT AUDIO" verschijnt.
2 Druk op TOOL MENU
.
"BT STBY" verschijnt.
Als het systeem niet beschikt over paringsinformatie,
knippert "NOT USED".
3 Druk op
.
"ON" of "OFF" verschijnt.
4 Selecteer "ON" of "OFF".
Druk herhaaldelijk op / .
5 Schakel het systeem uit.
Druk op / .
Wanneer de stand ingesteld is op aan, kunt u via het
systeem luisteren naar muziek als het ingeschakeld
is, door de Bluetooth-verbinding op het Bluetooth-
apparaat te gebruiken.
Opmerking
Als u de paringsinformatie wist, wordt de stand-bystand voor
Bluetooth ingesteld op uit.
Optionele geluidscomponenten
gebruiken
1 Bereid de geluidsbron voor.
Sluit een extra geluidscomponent aan op de AUDIO
IN-aansluiting van het apparaat met behulp van
een analoge geluidskabel (niet bijgeleverd).
2 Verlaag het volumeniveau.
Druk op VOLUME
.
3 Selecteer de AUDIO IN-functie.
Druk op AUDIO IN FUNCTION
op de
afstandsbediening of druk herhaaldelijk op
FUNCTION
op het apparaat.
Het functielampje gaat oranje branden.
4 Start de weergave.
Start de weergave op de aangesloten component en
stel het volumeniveau in.
2 Selecteer de BLUETOOTH-functie.
Druk op BLUETOOTH FUNCTION op
de afstandsbediening of druk herhaaldelijk op
FUNCTION op het apparaat.
Het functielampje knippert traag blauw en op de
display verschijnt "BT AUDIO".
Als er al een Bluetooth-apparaat verbonden
is waarmee dit systeem in het verleden door
automatische verbinding een verbinding tot stand
heeft gebracht, drukt u op (Bluetooth) op
het apparaat om de verbinding met het Bluetooth-
apparaat te verbreken. "BT AUDIO" verschijnt.
3 Houd (Bluetooth) op het apparaat 2 seconden
of langer ingedrukt.
Het functielampje gaat snel blauw branden en
"PAIRING" knippert. Het systeem staat in de stand
voor het paren.
4 Bedien het Bluetooth-apparaat en voer de
paringsbediening uit.
Voor meer informatie over de bediening
van het Bluetooth-apparaat, raadpleegt u de
gebruiksaanwijzing die bij uw Bluetooth-apparaat
werd geleverd.
Wanneer het Bluetooth-apparaat naar dit systeem
zoekt, verschijnt mogelijk een lijst met gevonden
Bluetooth-apparaten op de display van het Bluetooth-
apparaat, afhankelijk van het type Bluetooth-
apparaat.
Dit systeem verschijnt als "CMT-V75BTiP (S)".
Wanneer u een verbinding met dit systeem tot stand
brengt, selecteert u het audioprofiel (A2DP, AVRCP)
op het Bluetooth-apparaat. Als het Bluetooth-
apparaat geen ondersteuning biedt voor het AVRCP-
profiel, kunt u de weergavebediening of andere
bedieningen niet uitvoeren met het systeem.
5 Selecteer "CMT-V75BTiP(S)" op de display van het
Bluetooth-apparaat.
Als u op het Bluetooth-apparaat wordt gevraagd een
wachtwoord in te voeren, voert u "0000" in.
6 Bedien het Bluetooth-apparaat en breng de
Bluetooth-verbinding tot stand.
Wanneer het paren is uitgevoerd en de verbinding
met het Bluetooth-apparaat op de juiste wijze tot
stand is gebracht, verschijnt "BT AUDIO" en knippert
het functielampje traag blauw.
Afhankelijk van het type Bluetooth-apparaat, wordt
de verbinding mogelijk automatisch tot stand
gebracht nadat het paren is uitgevoerd.
Opmerkingen
In plaats van "Wachtwoord" kan ook "Toegangscode", "PIN-code",
"PIN-nummer", "Paswoord", enz. worden gebruikt, afhankelijk van
het apparaat.
Het systeem wordt na ongeveer 5 minuten uit de stand-bystand
voor het paren van het systeem gehaald. Als het paren niet is gelukt,
volgt u de procedure opnieuw vanaf stap 1.
Zolang dit systeem verbonden is met een Bluetooth-apparaat, kan
dit systeem niet worden gevonden en kan er geen verbinding tot
stand worden gebracht vanaf een ander Bluetooth-apparaat.
Als u het systeem wilt paren met meerdere Bluetooth-apparaten,
voert u de procedure van stap 1 tot en met 6 uit voor elk
afzonderlijk Bluetooth-apparaat.
Alle paringsregistratie-informatie wissen
1 Selecteer de BLUETOOTH-functie.
Druk op BLUETOOTH FUNCTION op
de afstandsbediening of druk herhaaldelijk op
FUNCTION op het apparaat.
Het functielampje knippert traag blauw en op de
display verschijnt "BT AUDIO".
Wanneer het systeem een verbinding tot stand brengt
met een Bluetooth-apparaat, verschijnt de naam
van het Bluetooth-apparaat die is ingesteld met het
Bluetooth-apparaat.
Druk op (Bluetooth) om de verbinding met
het Bluetooth-apparaat te verbreken. "BT AUDIO"
verschijnt.
2 Houd SHIFT en CLEAR ingedrukt.
"DELETE" knippert.
3 Druk op .
"COMPLETE" verschijnt en alle paringsinformatie
wordt gewist.
Opmerkingen
Als u de paringsinformatie wist, kunt u geen Bluetooth-verbinding
tot stand brengen tenzij het paren wordt uitgevoerd. Om na deze
bediening een verbinding tot stand te brengen met een Bluetooth-
apparaat, moet u opnieuw het wachtwoord invoeren.
Als u de paringsinformatie wist, wordt de stand-bystand voor
Bluetooth ingesteld op uit.
Muziek weergeven vanaf een Bluetooth-
apparaat
U kunt een Bluetooth-apparaat bedienen door een
verbinding tussen het systeem en een Bluetooth-
apparaat tot stand te brengen met behulp van AVRCP.
Controleer het volgende voordat u muziek weergeeft:
De Bluetooth-functie van het Bluetooth-apparaat is ingeschakeld.
Het paren is uitgevoerd.
1 Selecteer de BLUETOOTH-functie.
Druk op BLUETOOTH FUNCTION op
de afstandsbediening of druk herhaaldelijk op
FUNCTION op het apparaat.
Het functielampje knippert traag blauw en op de
display verschijnt "BT AUDIO".
2 Breng een verbinding met het Bluetooth-apparaat
tot stand.
Voor meer informatie over de bediening
van het Bluetooth-apparaat, raadpleegt u de
gebruiksaanwijzing die bij uw Bluetooth-apparaat
werd geleverd.
Zodra de verbinding tot stand is gebracht, verschijnt
eerst "LINKED" en vervolgens de naam van
het Bluetooth-apparaat die is ingesteld met het
Bluetooth-apparaat.
Wanneer er zich een persoon, metalen voorwerp,
muur of ander obstakel bevindt tussen de apparaten
die door middel van Bluetooth met elkaar
verbonden zijn
Plaatsen waar een draadloos LAN aanwezig is
Rondom een magnetron die wordt gebruikt
Plaatsen waar andere elektromagnetische golven
aanwezig zijn
Effecten van andere apparaten
Bluetooth-apparaten en een draadloos LAN (IEEE
802.11b/g) maken gebruik van dezelfde freqentieband
(2,4 GHz). Als u uw Bluetooth-apparaat gebruikt
in de buurt van een apparaat met ondersteuning
voor een draadloos LAN, kan er elektromagnetische
interferentie optreden. Dat kan leiden tot lagere
gegevensoverdrachtsnelheden, ruis of de onmogelijkheid
een verbinding tot stand te brengen. Als dat zich
voordoet, probeert u de volgende oplossingen:
Probeer dit systeem en het Bluetooth-mobieltje of
Bluetooth-apparaat met elkaar te verbinden terwijl
u minstens 10 meter uit de buurt bent van de
apparatuur met ondersteuning voor een draadloos
LAN
Schakel de stroom van de apparatuur met
ondersteuning voor een draadloos LAN uit wanneer
u uw Bluetooth-apparaat op minder dan 10 meter
afstand ervan gebruikt
Effecten op andere apparaten
De radiogolven die door dit systeem worden
uitgezonden, kunnen de werking van sommige medische
apparaten hinderen. Aangezien dit hinderen kan leiden
tot storing, moet u altijd dit systeem, het Bluetooth-
mobieltje en het Bluetooth-apparaat uitschakelen op de
volgende plaatsen:
In ziekenhuizen, treinen, vliegtuigen,
benzinestations en alle plaatsen waar brandbare
gassen aanwezig kunnen zijn
In de buurt van automatische deuren of
brandalarmen
Opmerkingen
Dit systeem ondersteunt beveiligingsfuncties die voldoen aan de
Bluetooth-specificatie om zo de beveiliging te garanderen van
communicatie die gebruikmaakt van Bluetooth-technologie.
Deze beveiliging kan echter onvoldoende zijn afhankelijk van
de ingestelde instellingen en andere factoren. Wees dus altijd
voorzichtig tijdens communicatie die gebruikmaakt van Bluetooth-
technologie.
Sony kan op geen enkele manier aansprakelijk worden gesteld voor
schade of ander verlies dat voortvloeit uit informatielekken die
optreden tijdens communicatie die gebruikmaakt van Bluetooth-
technologie.
Bluetooth-communicatie kan niet worden gegarandeerd met alle
Bluetooth-apparaten die hetzelfde profiel hebben als dit systeem.
Bluetooth-apparaten die verbonden zijn met dit systeem, moeten
voldoen aan de Bluetooth-specificatie, zoals voorgeschreven door
Bluetooth SIG, Inc., en moeten daarvoor gecertificeerd zijn. Echter,
zelfs als een apparaat voldoet aan de Bluetooth-specificatie, kunnen
zich gevallen voordoen waarin de eigenschappen of specificaties
van het Bluetooth-apparaat het onmogelijk maken een verbinding
tot stand te brengen, of leiden tot verschillende werkingsmethoden,
weergave of bediening.
Afhankelijk van het Bluetooth-apparaat dat met het systeem
verbonden is, de communicatieomstandigheden en de
omgevingsomstandigheden, kan er ruis optreden of kan het geluid
wegvallen.
Technische gegevens
Versterkergedeelte
Uitgangsvermogen (nominaal): 16 W + 16 W (8 ohm bij 1 kHz, 1 % THV)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde): 20 W + 20 W (8 ohm
bij 1 kHz, 10 % THV)
Ingang
AUDIO IN (stereominiaansluiting): gevoeligheid 700 mV, impedantie
47 kilo-ohm
Uitgangen
PHONES (stereominiaansluiting): geschikt voor een hoofdtelefoon van 8
ohm of meer
Cd-spelergedeelte
Systeem: compactdisc- en digitaal audiosysteem
Eigenschappen van de laserdiode
Emissieduur: continu
Laser-uitgangsvermogen*: Minder dan 44,6 µW
* Deze uitvoer is de waarde gemeten op een afstand van 200 mm vanaf
het oppervlak van de objectieflens op het optisch-opnameblok met een
diafragma van 7 mm.
Frequentiebereik: 20 Hz 20 kHz
Signaal-ruisverhouding: meer dan 90 dB
Dynamisch bereik: meer dan 90 dB
Tunergedeelte
FM-stereo, superheterodyne FM-tuner
Antenne: FM-draadantenne
Afstembereik:
87,5 MHz 108,0 MHz (stappen van 50 kHz)
DAB/DAB+-tunergedeelte:
FM-stereo, superheterodyne DAB/FM-tuner
Frequentiebereik*
Band-III: 174,928 (5A) MHz
239,200 (13F) MHz
* Voor verdere informatie, zie "DAB/DAB+-frequentietabel" hieronder.
Antenne: DAB/FM-draadantenne
De DAB/DAB+-services zijn alleen beschikbaar in landen/regio's die
DAB/DAB+-services ondersteunen.
DAB/DAB+-frequentietabel (Band-III)
Frequentie Label Frequentie Label
174,928 MHz 5A 209,936 MHz 10A
176,640 MHz 5B 211,648 MHz 10B
178,352 MHz 5C 213,360 MHz 10C
180,064 MHz 5D 215,072 MHz 10D
181,936 MHz 6A 216,928 MHz 11A
183,648 MHz 6B 218,640 MHz 11B
185,360 MHz 6C 220,352 MHz 11C
187,072 MHz 6D 222,064 MHz 11D
188,928 MHz 7A 223,936 MHz 12A
190,640 MHz 7B 225,648 MHz 12B
192,352 MHz 7C 227,360 MHz 12C
194,064 MHz 7D 229,072 MHz 12D
195,936 MHz 8A 230,784 MHz 13A
197,648 MHz 8B 232,496 MHz 13B
199,360 MHz 8C 234,208 MHz 13C
201,072 MHz 8D 235,776 MHz 13D
202,928 MHz 9A 237,488 MHz 13E
204,640 MHz 9B 239,200 MHz 13F
206,352 MHz 9C
208,064 MHz 9D
* De frequenties worden op dit systeem aangegeven tot twee cijfers achter de
komma.
iPod/iPhone/iPad-gedeelte
Compatibele iPod/iPhone/iPad-modellen:
iPod touch 4e generatie
iPod touch 3e generatie
iPod touch 2e generatie
iPod nano 6e generatie
iPod nano 5e generatie (videocamera)
iPod nano 4e generatie (video)
iPod nano 3e generatie (video)
iPod classic 160 GB (2009)
iPhone 4S
iPhone 4
iPhone 3GS
iPhone 3G
iPad2
iPad
"Made for iPod", "Made for iPhone" en "Made for iPad" betekenen dat
een elektronisch accessoire speciaal is ontworpen om aan te sluiten op,
respectievelijk, een iPod, iPhone of iPad en dat de ontwikkelaar van het
accessoire verklaart dat het voldoet aan de prestatienormen van Apple. Apple
is niet verantwoordelijk voor de werking van dit apparaat of voor het voldoen
ervan aan de veiligheids- en overheidsvoorschriften. Merk op dat het gebruik
van dit accessoire met een iPod, iPhone of iPad de draadloze prestaties kan
beïnvloeden.
Bluetooth-gedeelte
Communicatiesysteem:
Bluetooth-norm, versie 2.1+EDR (Enhanced Data Rate)
Uitvoer:
Bluetooth-norm, vermogensklasse 2
Maximaal communicatiebereik:
Ongeveer 10 m
*1
Frequentieband:
2,4 GHz-band (2,4000 GHz - 2,4835 GHz)
Modulatiemethode:
FHSS
Compatibele Bluetooth-profielen
*2
:
A2DP (Advanced Audio Distribution Profile)
AVRCP 1.3 (Audio Video Remote Control Profile)
Ondersteunde codecs:
Ontvangen: SBC (Sub Band Codec)
Zenden: SBC (Sub Band Codec)
1)
Het werkelijke bereik zal variëren afhankelijk van factoren zoals
obstakels tussen apparaten, magnetische velden rondom een magnetron,
statische elektriciteit, ontvangstgevoeligheid, prestaties van de antenne,
besturingssysteem, softwareprogramma, enz.
2)
Bluetooth-normprofielen geven het doel aan van de Bluetooth-
communicatie tussen apparaten.
Luidsprekergedeelte
Luidspreker met volledig bereik: 65 mm, conustype
Passieve radiator: 67 mm × 108 mm
Nominale impedantie: 8 ohm
Algemeen
Stroomvereisten:
Netadapter
Ingangsspanning: 100 V 240 V AC, 50/60 Hz
Uitgangsspanning: DC 19,5 V 3,9 A
Energieverbruik: 32 W
Afmetingen (b/h/d):
Ca. 449 mm × 212 mm × 137 (95) mm (incl. uitstekende delen)
Gewicht: ca. 2,8 kg
Aantal hoofdapparaten: 1 stuk
Bijgeleverde accessoires: afstandsbediening (1), netadapter (1),
netsnoer (1), DAB/FM-draadantenne (1), beschermkussen (2),
R6-batterijen (AA-formaat) (2)
Het ontwerp en de technische gegevens zijn onderhevig aan veranderingen
zonder voorafgaande kennisgeving.
Stroomverbruik in stand-by: 0,5 W