Melitta Purista® Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
1
NEDERLANDS
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
1 Overzicht van het apparaat ............................................................................................ 3
1.1 Overzicht van de onderdelen .............................................................................. 3
1.2 Overzicht van het bedieningspaneel ................................................................ 4
2 Voor uw veiligheid ..............................................................................................................5
2.1 Reglementair gebruik ............................................................................................. 5
2.2 Gevaar door elektrische stroom..........................................................................5
2.3 Gevaar voor brandwonden ..................................................................................6
2.4 Overige gevaren ....................................................................................................... 6
3 Eerste stappen ......................................................................................................................6
3.1 Apparaat uitpakken ................................................................................................. 6
3.2 Apparaat opstellen ..................................................................................................7
3.3 Apparaat aansluiten ................................................................................................ 7
3.4 Apparaat de eerste keer inschakelen ................................................................7
4 Basisprincipes van de bediening..................................................................................8
4.1 Apparaat in- en uitschakelen ............................................................................... 8
4.2 Bonenreservoir vullen met koebonen .......................................................... 8
4.3 Watertank vullen ...................................................................................................... 9
4.4 Uitloop voor koespecialiteiten instellen ...................................................... 9
4.5 Lekbakje en residubak legen .............................................................................10
5 Dranken bereiden .............................................................................................................10
5.1 Koesterkte instellen ...........................................................................................10
5.2 Koehoeveelheid instellen ................................................................................11
5.3 Koespecialiteit bereiden ..................................................................................11
5.4 Favoriete koe programmeren ........................................................................11
5.5 Koebereiding afbreken.....................................................................................11
5.6 Twee koespecialiteiten tegelijk bereiden ..................................................11
6 Basisinstellingen wijzigen .............................................................................................12
6.1 Servicemodus1 ......................................................................................................12
6.2 Automatische uitschakeling instellen ............................................................13
6.3 Waterhardheid instellen ......................................................................................13
6.4 Uitschakelspoeling activeren/deactiveren ...................................................14
6.5 Zettemperatuur instellen ....................................................................................14
6.6 Servicemodus2 ......................................................................................................15
6.7 Resetten naar fabrieksinstellingen ..................................................................15
6.8 Maalgraad instellen ...............................................................................................15
7 Verzorging en onderhoud .............................................................................................16
7.1 Algemene reiniging ...............................................................................................16
7.2 Zetgroep reinigen ..................................................................................................16
2
NEDERLANDS
Inhoudsopgave
7.3 Reinigingsprogramma uitvoeren .....................................................................17
7.4 Ontkalkingsprogramma uitvoeren ..................................................................19
7.5 Waterlter gebruiken ............................................................................................ 20
8 Transport, bewaring en verwijdering ......................................................................22
8.1 Apparaat ontluchten .............................................................................................22
8.2 Apparaat transporteren .......................................................................................22
8.3 Apparaat afdanken ................................................................................................23
9 Technische gegevens ......................................................................................................23
10 Storingen ..............................................................................................................................24
Overzicht van het apparaat
3
NEDERLANDS
1 Overzicht van het apparaat
1.1 Overzicht van de onderdelen
1
3
4
5
6
7
2
Afb. 1: Apparaat vooraan links
9
10
12
13
8
11
Afb. 2: Apparaat vooraan rechts
1 Watertank
2 Deksel van de watertank
3 Bonenreservoir met deksel
4 Kopjesplateau
5 Bedieningspaneel
6 Uitloop met 2 koebuisjes voor kof-
especialiteiten
7 Lekbakje
8 Schakelaar "Maalgraadinstelling"
(intern)
9 Afdekpaneel
10 Zetgroep (intern)
11 Residubak (intern)
12 Vlotter
13 Druprooster
Overzicht van het apparaat
4
NEDERLANDS
1.2 Overzicht van het bedieningspaneel
16
15
14
17
Afb. 3: Bedieningspaneel
14 Weergaven
15 "Aan/Uit"-knop
16 Toetsen
17 Draaiknop "Koehoeveelheid"
Display Benaming
Stand-by-indicatie
Weergave 2 keer
Weergave Water
Weergave Lekbakje
Weergave Koebonen
Weergave Filter
Weergave Reinigen
Weergave Ontkalken
Weergave Ontluchten
Bedieningsele-
ment
Benaming
Bereidingstoets "Koe"
Bedieningstoets "2kopjes"
Bedieningstoets "Koes-
terkte"
Bereidingstoets "Favoriete
koe"
Bedieningstoets "Service"
Voor uw veiligheid
5
NEDERLANDS
Geachte klant,
Hartelijk dank voor de aankoop van
deze volautomatische koemachine
Melitta®Purista®.
De gebruiksaanwijzing helpt u de diverse
mogelijkheden van het apparaat te leren
kennen, zodat u maximaal van de koe
kunt genieten.
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig
door. Zo vermijdt u letsel en materiële
schade. Bewaar de gebruiksaanwijzing
zorgvuldig. Voeg de gebruiksaanwijzing
bij het apparaat, als u dit later doorgeeft.
Melitta aanvaardt geen aansprakelijkheid
voor schade door het niet in acht nemen
van de gebruiksaanwijzing.
Als u meer informatie wenst of vragen
over het apparaat heeft, neem dan contact
op met Melitta of bezoek ons op het inter-
net onder:
www.melitta.nl of www.melitta.be
Wij wensen u veel plezier met het appa-
raat.
2 Voor uw veiligheid
Het apparaat voldoet aan
de geldende Europese
richtlijnen en is gebouwd vol-
gens de actuele stand van de
techniek. Toch bestaan er enkele
restrisico's.
Om risico's te vermijden, dient u
de veiligheidsinstructies in acht
te nemen. Melitta aanvaardt
geen aansprakelijkheid voor
schade door het niet in acht
nemen van de veiligheidsinstruc-
ties.
2.1 Reglementair gebruik
Het apparaat is bestemd voor de
bereiding van koespecialiteiten
van koebonen.
Het apparaat is bestemd voor
privégebruik.
Elke andere vorm van gebruik
geldt als niet-reglementair en
kan letsel en materiële schade
veroorzaken. Melitta aanvaardt
geen aansprakelijkheid voor
schade die het gevolg is van
niet-reglementair gebruik van
het apparaat.
2.2 Gevaar door elektrische
stroom
Als het apparaat of het netsnoer
beschadigd is, bestaat levensge-
vaar door een elektrische schok.
Neem de volgende veiligheidsin-
structies in acht om gevaren door
elektrische stroom te vermijden:
ū Gebruik geen beschadigd
netsnoer.
ū Een beschadigd netsnoer mag
alleen worden vervangen door
de fabrikant, zijn servicedienst
of zijn servicepartner.
ū Open geen vastgeschroefde
afdekpanelen van de behui-
zing van het apparaat.
ū Gebruik het apparaat alleen,
wanneer het zich in een onbe-
rispelijke, technische toestand
bevindt.
ū Een defect apparaat mag
alleen worden gerepareerd
door een geautoriseerd bedrijf.
Eerste stappen
6
NEDERLANDS
Repareer het apparaat nooit
zelf.
ū Breng geen veranderingen aan
het apparaat, de onderdelen
en de accessoires aan.
ū Dompel het apparaat niet
onder in water.
ū Zorg ervoor dat het netsnoer
niet in contact komt met
water.
2.3 Gevaar voor
brandwonden
Uitstromende vloeistoen en
stoom kunnen zeer heet zijn.
Delen van het apparaat worden
ook zeer heet.
Neem de volgende veiligheidsin-
structies in acht om brandwon-
den te vermijden:
ū Vermijd huidcontact met de
uitstromende vloeistoen en
stoom.
ū Raak de buisjes van de uitloop
tijdens of onmiddellijk na
een drankbereiding niet aan.
Wacht tot de onderdelen zijn
afgekoeld.
2.4 Overige gevaren
Neem de volgende veiligheids-
instructies in acht om letsel en
materiële schade te vermijden:
ū Gebruik het apparaat niet in
een kast e.d.
ū Grijp tijdens het gebruik niet in
het apparaat.
ū Houd het apparaat en het net-
snoer uit de buurt van kinde-
ren jonger dan 8jaar.
ū Dit apparaat kan worden
bediend door kinderen vanaf
8 jaar en door personen met
verminderde fysieke, sensori-
sche of mentale vaardigheden,
of een gebrek aan ervaring
en kennis, indien deze onder
toezicht staan of geïnfor-
meerd werden over het veilige
gebruik van het apparaat en
de gevaren die daaruit voort-
vloeien, begrijpen.
ū Kinderen mogen niet met het
apparaat spelen. Reiniging en
onderhoud mogen niet wor-
den uitgevoerd door kinderen
jonger dan 8 jaar. Kinderen
ouder dan 8 jaar moeten bij
reiniging en onderhoud onder
toezicht staan.
ū Ontkoppel het apparaat van
het stroomnet, wanneer het
gedurende langere tijd niet
onder toezicht staat.
ū Het apparaat mag niet worden
gebruikt op niveaus met een
hoogte van meer dan 2000m.
3 Eerste stappen
Dit hoofdstuk beschrijft hoe u het appa-
raat voorbereidt voor gebruik.
3.1 Apparaat uitpakken
Pak het apparaat uit. Verwijder het
verpakkingsmateriaal, de hechtstroken
en de beschermende folie van het
apparaat.
Bewaar het verpakkingsmateriaal voor
transport of een eventuele terugzen-
ding.
Eerste stappen
7
NEDERLANDS
Informatie
In het apparaat kunnen zich koe- en
waterresten bevinden. De correcte wer-
king van het apparaat werd in de fabriek
getest.
3.2 Apparaat opstellen
Neem de volgende aanwijzingen in acht:
ū Plaats het apparaat niet in vochtige
ruimten.
ū Plaats het apparaat op een stabiele,
vlakke en droge ondergrond.
ū Plaats het apparaat niet in de buurt van
gootstenen e.d.
ū Plaats het apparaat niet op een hete
ondergrond.
ū Houd ca. 10cm afstand van de wand
en andere voorwerpen. De vrije afstand
boven het apparaat moet minstens
20cm bedragen.
ū Plaats het netsnoer zo dat het niet
beschadigd kan worden door scherpe
randen of hete oppervlakken.
3.3 Apparaat aansluiten
Neem de volgende aanwijzingen in acht:
ū Controleer of de netspanning over-
eenkomt met de bedrijfsspanning die
vermeld is in de technische gegevens
(zie tabelTechnische gegevens op
pagina23).
ū Sluit het apparaat alleen aan op een
correct geïnstalleerde en geaarde
contactdoos. Neem in geval van twijfel
contact op met een elektricien.
ū De geaarde contactdoos moet min-
stens met een zekering van 10 A zijn
beveiligd.
3.4 Apparaat de eerste keer
inschakelen
Zodra u het apparaat voor de eerste keer
inschakelt, voert het een automatische
spoeling uit. Er stroomt heet water uit
de uitloop. Daarbij wordt het apparaat
ontlucht.
Informatie
ū Wij adviseren de eerste kopjes koe na
de ingebruikname weg te gieten.
ū Als u een waterlter wilt gebruiken,
dient u deze pas na de eerste inge-
bruikname te plaatsen.
15
Afb. 4: "Aan/Uit"-knop
Voorwaarde: het apparaat is opgesteld en
aangesloten.
1. Plaats een kopje of glas onder de
uitloop.
2. Druk op de "Aan/Uit"-knop(15).
» De stand-by-indicatie brandt kort.
» Op het display brandt Water. U
krijgt de vraag om de watertank te
vullen.
3. Open het deksel van de watertank en
trek de watertank aan de handgreep
omhoog uit het apparaat.
4. Spoel de watertank uit met schoon
water. Vul de watertank met vers water.
5. Plaats de watertank langs de boven-
kant in het apparaat en sluit het deksel.
» Op het display brandt Ontluch-
ten. U krijgt de vraag om het
apparaat te ontluchten.
6. Druk op de bedieningstoets
"Koesterkte".
» Er stroomt water in het lekbakje.
» Het apparaat warmt op en er
stroomt heet water uit de uitloop.
7. Zodra er geen water meer uit de
uitloop stroomt, brandt op het display
Koebonen.
» Het apparaat is ontlucht.
8. Vul het bonenreservoir met koe-
bonen (zie hoofdstuk4.3 Het bonen-
reservoir met koebonen vullen, op
pagina11).
9. Indien gewenst, kunt u nu
Basisprincipes van de bediening
8
NEDERLANDS
a) de waterhardheid instellen (zie
hoofdstuk1.1 Overzicht van de
onderdelen op pagina3) of
b) een waterlter inschroeven (zie
hoofdstuk7.5 Waterlter gebruiken
op pagina20).
4 Basisprincipes van de
bediening
4.1 Apparaat in- en
uitschakelen
Lees het hoofdstuk3.4 Apparaat de eerste
keer inschakelen op pagina7 voor u het
apparaat voor de eerste keer inschakelt.
Informatie
ū Bij het in- en uitschakelen voert het
apparaat een automatische spoeling
uit.
ū Het spoelwater komt ook in het lek-
bakje terecht.
Apparaat inschakelen
1. Plaats een kopje of glas onder de
uitloop.
2. Druk op de "Aan/Uit"-knop (15).
» Het apparaat warmt op en voert een
automatische spoeling uit.
» Het apparaat schakelt om naar de
stand-bymodus.
Informatie
Als het apparaat slechts korte tijd uitge-
schakeld was, wordt na het inschakelen
geen automatische spoeling uitgevoerd.
Apparaat uitschakelen
1. Plaats een kopje of glas onder de
uitloop.
2. Druk op de "Aan/Uit"-knop (15).
» Het apparaat voert een automatische
spoeling uit.
» Het apparaat schakelt nu uit.
Informatie
ū Het apparaat schakelt automatisch uit,
wanneer het gedurende langere tijd
niet wordt bediend. Ook in dit geval
wordt een automatische spoeling
uitgevoerd.
ū De uitschakeltijd kunt u instellen in
de Servicemodus1 (zie hoofdstuk6.2
Automatische uitschakeling instellen op
pagina13).
ū Wanneer sinds het inschakelen geen
drank werd bereid of de watertank leeg
is, wordt er geen spoeling uitgevoerd.
4.2 Bonenreservoir vullen met
koebonen
Gebrande koebonen verliezen hun
aroma. Vul het bonenreservoir daarom
niet met meer koebonen dan u de
komende 3 tot 4dagen gebruikt.
OPGELET
Door het gebruik van ongeschikte
koesoorten kan het maalwerk verstopt
raken.
Gebruik geen gevriesdroogde of geka-
ramelliseerde koebonen.
Gebruik geen gemalen koe of instant-
producten.
Informatie
Bij een verandering van de bonensoort
kunnen zich nog resten van de oude
bonensoort in het maalwerk bevinden.
Ook wanneer het bonenreservoir leeg
wordt gemaakt en daarna met een nieuwe
bonensoort wordt gevuld, blijft er altijd
nog een rest van de oude bonensoort in
het maalwerk. Daarom kunnen de eerste
beide koebereidingen nog resten van de
oude bonensoort bevatten.
Op het display knippert Koebonen. U
krijgt de vraag om koebonen bij te
vullen.
Basisprincipes van de bediening
9
NEDERLANDS
3
Afb. 5: Deksel van het bonenreservoir
openen
1. Open het deksel van het bonenreser-
voir(3).
2. Vul het bonenreservoir met koebo-
nen.
3. Sluit het deksel van het bonenreservoir.
Bij de volgende koebereiding knip-
pert de weergave niet meer.
Als het bonenreservoir tijdens de drank-
bereiding leegloopt, wordt de afgifte
afgebroken en knippert op het display
Koebonen. Als u het bonenreservoir met
koebonen vult, knippert de weergave
eerst opnieuw. Na het drukken op een
bereidingstoets vallen koebonen in
het maalwerk. Er wordt koe bereid en
de weergave stopt met knipperen. De
stand-byweergave en de weergave Koe-
bonen branden.
4.3 Watertank vullen
Gebruik alleen vers en koud water zonder
koolzuur om optimaal te kunnen genieten
van de koe. Ververs het water dagelijks.
Informatie
De kwaliteit van het water is bepalend
voor de smaak van de koe. Gebruik
daarom een waterlter (zie hoofdstuk6.3
Waterhardheid instellen op pagina13
en hoofdstuk7.5 Waterlter gebruiken op
pagina20).
Op het display brandt Water. U krijgt de
vraag om water bij te vullen.
2
1
Afb. 6: Watertank verwijderen
1. Open het deksel(2) van de water-
tank(1) en trek de watertank aan de
handgreep omhoog uit het apparaat.
2. Vul de watertank met water.
3. Plaats de watertank langs de boven-
kant in het apparaat en sluit het deksel.
4.4 Uitloop voor koespecia-
liteiten instellen
De uitloop(6) is in hoogte verstelbaar.
Zorg voor een zo klein mogelijke afstand
tussen uitloop en kopje. Verplaats de
uitloop afhankelijk van het kopje omhoog
of omlaag.
6
Afb. 7: Uitloop voor koespecialiteiten
instellen
Dranken bereiden
10
NEDERLANDS
4.5 Lekbakje en residubak
legen
Wanneer het lekbakje(7) en de
residubak(11) vol zijn, brandt op het
display Lekbakje en wordt u verzocht om
deze te legen. De weergave verschijnt na
ca. 8drankbereidingen.
De zichtbare vlotter(12) wijst eveneens op
een gevuld lekbakje.
Leeg steeds beide bakjes. Wanneer het
lekbakje eruit is getrokken, knippert op
het display Lekbakje.
7
13
11
Afb. 8: Lekbakje en residubak legen
1. Trek het lekbakje(7) naar voren uit het
apparaat.
2. Verwijder de residubak(11) en leeg
deze.
3. Leeg het lekbakje.
4. Zet de residubak weer terug.
5. Schuif het lekbakje tot tegen de aan-
slag in het apparaat.
Informatie
Wanneer u het lekbakje en de residubak
leegt, terwijl het apparaat uitgeschakeld
is, registreert het apparaat dit proces niet.
Het kan hierdoor gebeuren dat u de vraag
krijgt om de bakjes te legen alhoewel het
lekbakje en de residubak nog niet vol zijn.
5 Dranken bereiden
Opgelet:
ū De watertank dient altijd voldoende
water te bevatten. Wanneer het vulpeil
te laag is, krijgt u de vraag van het
apparaat om bij te vullen.
ū Ook het bonenreservoir dient altijd
voldoende koebonen te bevatten. Als
er geen koebonen meer zijn, breekt
het apparaat de bereiding van een
koespecialiteit af.
ū De kopjes of glazen voor de dranken
moeten groot genoeg zijn.
De maximale koehoeveelheid
bedraagt 220ml.
5.1 Koesterkte instellen
Zodra het apparaat klaar is voor gebruik
geeft het de actuele instelling van de
koesterkte weer.
De volgende instellingen van de koes-
terkte zijn mogelijk:
Display Koesterkte
mild

normaal
 
sterk
U kunt de koesterkte instellen door
één of meerdere malen te drukken op de
bedieningstoets "Koesterkte".
U kunt de koesterkte instellen vóór de
drankbereiding of tijdens het maalproces.
Informatie
Bij het uitschakelen van het apparaat
wordt de als laatste ingestelde koes-
terkte opgeslagen.
Dranken bereiden
11
NEDERLANDS
5.2 Koehoeveelheid
instellen
17
Afb. 9: Koehoeveelheid instellen
De koehoeveelheid kunt u instellen met
de draaiknop "Koehoeveelheid"(17).
U kunt de koehoeveelheid instellen vóór
of tijdens de drankbereiding.
U kunt koehoeveelheden traploos instel-
len tussen 25ml en 220ml.
5.3 Koespecialiteit bereiden
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Plaats een kopje of glas onder de
uitloop.
2.  Druk op één van de berei-
dingstoetsen.
» Het maalproces en de drankuitgifte
gaan van start.
» De drankuitgifte eindigt automa-
tisch.
3. Verwijder het kopje of glas.
5.4 Favoriete koe
programmeren
Met behulp van de bereidingstoets
"Favoriete koe" kunt u de koesterkte
en koehoeveelheid van uw voorkeur
permanent opslaan.
De instellingen worden gebruikt tijdens de
bereiding van een kopje koe.
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bereidingstoets "Favo-
riete koe" langer dan 2seconden
ingedrukt.
» De stand-by-indicatie en de
weergave Koebonen knipperen
snel.
2. Druk één of meerdere keren op de
bedieningstoets "Koesterkte" om de
gewenste koesterkte in te stellen.
3. Druk op de bereidingstoets
"Favoriete koe".
» Het maalproces gaat van start.
Tijdens het maalproces kunt u de
koesterkte opnieuw veranderen.
» De drankuitgifte gaat van start.
4. Wanneer de koehoeveelheid
van uw voorkeur is bereikt, drukt u
tijdens de drankuitgifte op de berei-
dingstoets "Favoriete koe".
» De drankuitgifte stopt.
» De instellingen worden opgeslagen.
Als de drankbereiding met de berei-
dingstoets "Koe" wordt afgebroken,
worden de koehoeveelheid en de kof-
esterkte niet opgeslagen.
Druk op de bereidingstoets "Favo-
riete koe" om een kopje koe te
bereiden met de opgeslagen koesterkte
en koehoeveelheid.
5.5 Koebereiding afbreken
Als u de bereiding van een koespeci-
aliteit voortijdig af wilt breken, drukt u
opnieuw op de bereidingstoets.
5.6 Twee koespecialiteiten
tegelijk bereiden
Met de bedieningstoets "2kopjes" bereidt
u tegelijkertijd twee koespecialiteiten.
Bij de bereiding van twee kopjes voert het
apparaat twee maalprocessen uit.
Basisinstellingen wijzigen
12
NEDERLANDS
18
Afb. 10: Bereiding van twee kopjes
1. Plaats twee kopjes onder de uitloop.
2. Druk op de bedieningstoets
"2kopjes"(18).
» Op het display brandt 2 keer.
3.  Druk op een bereidingstoets.
» Het maalproces en de drankuitgifte
gaan van start.
» De drankuitgifte eindigt automa-
tisch.
4. Haal de beide kopjes weg.
Informatie
ū De instelling geldt alleen voor een
afzonderlijke drankbereiding.
ū Wanneer u binnen 1 minuut geen
koespecialiteit bereidt, schakelt het
apparaat naar de bereiding van één
kopje.
6 Basisinstellingen wijzigen
U kunt de basisinstellingen van het appa-
raat via verschillende functies wijzigen. De
functies zijn ingedeeld in twee service-
modi.
6.1 Servicemodus1
Elke functie heeft een eigen weergave.
Servicemodus1
Display Functie
Automatische uitschakeling
Waterhardheid
Uitschakelspoeling
Filterprogramma
Reinigingsprogramma
Ontkalkingsprogramma
Zettemperatuur
Doe het volgende voor het oproepen van
Servicemodus1:
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
»  De stand-by-indicatie
knippert snel en op het display
brandt 2 keer.
2. Door één of meerdere keren te
drukken op de bedieningstoets
"Service" komt u terecht bij de
gewenste functie.
» Er brandt een weergave in overeen-
stemming met de gekozen functie, zie
tabel Servicemodus1.
» Het aantal brandende bonensymbo-
len geeft de actieve instelling van de
functie aan.
Druk op de bereidingstoets "Koe" om
de servicemodus te verlaten zonder de
instellingen op te slaan.
Informatie
Wanneer er binnen 1minuut niets meer
wordt ingevoerd, schakelt het apparaat
terug naar de stand-bymodus.
Basisinstellingen wijzigen
13
NEDERLANDS
6.2 Automatische uitschake-
ling instellen
Wanneer u het apparaat gedurende
langere tijd niet bedient, wordt het eerst
in de energiebespaarmodus gezet. Na een
andere, ingestelde periode schakelt het
apparaat uit.
De volgende instellingen zijn mogelijk:
Display Energiebe-
spaarmodus
na:
Uitschakelen
na:
3 minuten 30 minuten

10 minuten 1 uur
 
20 minuten 4 uur
 
knippe-
ren
30 minuten 8 uur
Informatie
U kunt de energiebespaarmodus beëin-
digen door op een willekeurige toets te
drukken.
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
2.  Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Service" tot de weergave
voor de functie Automatisch uitschake-
len verschijnt.
3. Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Koesterkte" tot de
gewenste tijd is ingesteld.
4. U kunt de volgende functie
oproepen of de servicemodus verlaten:
a) Druk kort op de bedieningstoets
"Service" om naar de volgende func-
tie te navigeren.
b) Houd de bedieningstoets "Service"
langer dan 2seconden ingedrukt
om de instelling op te slaan en de
servicemodus te verlaten.
6.3 Waterhardheid instellen
Met de instelling van de waterhardheid
wordt gereguleerd hoe vaak het apparaat
erom vraagt, ontkalkt te worden. Hoe
harder het water is, des te vaker moet het
apparaat ontkalkt worden.
Informatie
Terwijl u een waterlter gebruikt, kunt
u geen waterhardheid instellen (zie
hoofdstuk7.5 Waterlter gebruiken op
pagina20).
Bepaal de waterhardheid met het meege-
leverde teststrookje. Neem de instructies
op de verpakking van het teststrookje
en in de tabel Technische gegevens op
pagina23 in acht.
De volgende instellingen zijn mogelijk:
Display Waterhardheid
zacht, ontkalken na 150liter

gemiddeld, ontkalken na
100liter
 
hard, ontkalken na 70liter
 
knipperen
zeer hard, ontkalken na 30liter
geen
koebonen
Er wordt een waterlter
gebruikt. Instellen is niet
mogelijk.
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
2.  Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Service" tot de weergave
voor de functie Waterhardheid
verschijnt.
3. Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Koesterkte" tot de
gewenste waterhardheid is ingesteld.
4. U kunt de volgende functie
oproepen of de servicemodus verlaten:
Basisinstellingen wijzigen
14
NEDERLANDS
a) Druk kort op de bedieningstoets
"Service" om naar de volgende func-
tie te navigeren.
b) Houd de bedieningstoets "Service"
langer dan 2seconden ingedrukt
om de instelling op te slaan en de
servicemodus te verlaten.
6.4 Uitschakelspoeling
activeren/deactiveren
Het koesysteem wordt altijd onmid-
dellijk na inschakeling gespoeld. Alleen
de uitschakelspoeling kan worden
geactiveerd/gedeactiveerd. Als deze is
geactiveerd, wordt het koesysteem na
uitschakeling gespoeld.
Informatie
Wij adviseren om de uitschakelspoeling
niet permanent te deactiveren, omdat
de uitschakelspoeling het koesysteem
reinigt.
De volgende instellingen zijn mogelijk:
Display Uitschakelspoeling
geactiveerd
geen koebonen gedeactiveerd
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
2.  Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Service" tot de weergave
voor de functie Uitschakelspoeling
verschijnt.
3. Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Koesterkte" tot de
uitschakelspoeling is geactiveerd of
gedeactiveerd.
4. U kunt de volgende functie
oproepen of de servicemodus verlaten:
a) Druk kort op de bedieningstoets
"Service" om naar de volgende func-
tie te navigeren.
b) Houd de bedieningstoets "Service"
langer dan 2seconden ingedrukt
om de instelling op te slaan en de
servicemodus te verlaten.
6.5 Zettemperatuur instellen
De zettemperatuur heeft invloed op de
smaak van de koespecialiteit.
De volgende instellingen zijn mogelijk:
Display Zettemperatuur
laag

gemiddeld
 
hoog
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
2.  Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Service" tot de weergave
voor de functie Zettemperatuur
verschijnt.
3. Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Koesterkte" tot de
gewenste zettemperatuur is ingesteld.
4. U kunt de volgende functie
oproepen of de servicemodus verlaten:
a) Druk kort op de bedieningstoets
"Service" om naar de volgende func-
tie te navigeren.
b) Houd de bedieningstoets "Service"
langer dan 2seconden ingedrukt
om de instelling op te slaan en de
servicemodus te verlaten.
Basisinstellingen wijzigen
15
NEDERLANDS
6.6 Servicemodus2
Elke functie heeft een eigen weergave.
Servicemodus2
Display Functie
Fabrieksinstellingen
Ontluchten
Ga als volgt te werk voor het oproepen
van de Servicemodus2:
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1.  Houd de bedieningstoets
"Service" en bovendien de berei-
dingstoets "Koe" langer dan 2secon-
den ingedrukt om de Servicemodus2
op te roepen.
»  De stand-by-indicatie en de
weergave 2 keer knipperen snel.
2. Door één of meerdere keren te
drukken op de bedieningstoets
"Service" komt u terecht bij de
gewenste functie.
» Er brandt een weergave in overeen-
stemming met de gekozen functie, zie
de tabel Servicemodus2.
» Het aantal brandende bonensymbo-
len geeft de actieve instelling van de
functie aan.
Druk op de bereidingstoets "Koe" om
de servicemodus te verlaten zonder de
instellingen op te slaan.
Informatie
Wanneer er binnen 1minuut niets meer
wordt ingevoerd, schakelt het apparaat
terug naar de stand-bymodus.
6.7 Resetten naar
fabrieksinstellingen
U kunt het apparaat resetten naar de
fabrieksinstellingen. Bij het resetten raakt
u uw instelwaarden van de functies kwijt.
De koesterkte en koehoeveelheid die
met de functie Favoriete koe zijn opge-
slagen, raakt u ook kwijt.
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1.  Houd de bedieningstoets
"Service" en bovendien de berei-
dingstoets "Koe" langer dan 2secon-
den ingedrukt om de Servicemodus2
op te roepen.
2.  Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Service" tot de weergave
voor de functie Fabrieksinstellingen
verschijnt.
3. Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Koesterkte" tot op het
display één koeboon brandt.
4. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om het apparaat naar de
fabrieksinstellingen te resetten en de
servicemodus te verlaten.
6.8 Maalgraad instellen
De maalgraad van de gemalen koe heeft
invloed op de smaak van de koe.
Wanneer u de maalgraad jner instelt,
wordt de koe sterker.
OPGELET
Zeer jn gemalen koepoeder kan de
zetgroep verstoppen.
De maalgraad werd voor de levering
optimaal ingesteld. Stel de maalgraad
ten vroegste na ca. 50koebereidin-
gen weer af (na ongeveer1maand,
afhankelijk van de koeconsumptie).
Stel de maalgraad niet te jn in. De
maalgraad is optimaal ingesteld, wan-
neer de koe gelijkmatig uit de uitloop
Verzorging en onderhoud
16
NEDERLANDS
stroomt en een jne, vaste crema
ontstaat.
Stel de maalgraad in, terwijl het maalwerk
loopt.
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
9
8
Afb. 11: Maalgraad instellen
1. Open het afdekpaneel(9). Grijp daar-
voor in de uitsparing aan de rech-
terkant van het apparaat en trek het
afdekpaneel er naar de zijkant toe af.
2. Bereid een kopje koe.
3. Beweeg de schakelaar(8) naar links of
naar rechts, terwijl het maalwerk loopt.
Naar links = maalgraad jner
Naar rechts = maalgraad grover
4. Plaats het afdekpaneel(9) er aan de
zijkant in tot het vastklikt.
7 Verzorging en onderhoud
Door regelmatige verzorging en onder-
houd van het apparaat zorgt u voor
een permanent hoge kwaliteit van uw
dranken.
7.1 Algemene reiniging
Reinig het apparaat regelmatig. Maak
externe verontreinigingen door koe
onmiddellijk schoon.
OPGELET
Het gebruik van ongeschikte reinigings-
middelen kan krassen veroorzaken op
het oppervlak van het apparaat.
Gebruik geen schurende doeken, spon-
zen of reinigingsmiddelen.
Voorwaarde: het apparaat is uitgescha-
keld.
Reinig het apparaat aan de buitenkant
met een zachte, vochtige doek en een
normaal vaatwasmiddel.
Spoel het lekbakje, de residubak en
het druprooster af. Gebruik hierbij een
zachte, vochtige doek en een normaal
vaatwasmiddel.
De residubak mag worden gereinigd in
de vaatwasmachine.
Reinig het bonenreservoir met een
zachte, droge doek.
7.2 Zetgroep reinigen
Om schade aan het apparaat te vermijden,
adviseren wij de zetgroep eenmaal per
week te reinigen.
10
19
Afb. 12: Zetgroep demonteren
Verzorging en onderhoud
17
NEDERLANDS
20
Afb. 13: Zetgroep reinigen
Voorwaarde: het apparaat is uitgescha-
keld.
1. Open het afdekpaneel(9). Grijp daar-
voor in de uitsparing aan de rech-
terkant van het apparaat en trek het
afdekpaneel er naar de zijkant toe af.
2. Houd de rode knop(19) aan de hendel
van de zetgroep(10) ingedrukt en draai
deze met de wijzers van de klok mee
tot hij vastklikt.
3. Trek de zetgroep aan de greep uit het
apparaat.
4. Spoel de volledige zetgroep langs alle
kanten zorgvuldig af onder stromend
water. Zorg er met name voor dat er
geen koeresten meer aanwezig zijn in
de zeef(20).
5. Laat de zetgroep uitdruppelen.
6. Verwijder met een zachte, droge doek
koeresten van de oppervlakken bin-
nenin het apparaat.
7. Plaats de zetgroep in het apparaat.
Houd de rode hendel aan de greep van
de zetgroep ingedrukt en draai deze
tegen de wijzers van de klok in tot deze
vastklikt.
8. Plaats het afdekpaneel er aan de zijkant
in tot het vastklikt.
Bij een ingeschakeld apparaat geven
afwisselend knipperen van de stand-by-in-
dicatie en de weergave clean weer dat er
een zetgroep ontbreekt. Nadat de zet-
groep is geplaatst, schakelt het apparaat
om naar de stand-bymodus.
7.3 Reinigingsprogramma
uitvoeren
Met het reinigingsprogramma worden
koe- en koeolieresten verwijderd met
behulp van een reinigingsmiddel voor
volautomatische koemachines.
Om schade aan het apparaat te vermijden,
adviseren wij het reinigingsprogramma
alle 2 maanden uit te voeren – of wanneer
het apparaat erom vraagt.
Op het display brandt Reinigen. U
krijgt de vraag om het apparaat te
reinigen.
VOORZICHTIG
Contact met het reinigingsmiddel voor
volautomatische koemachines kan irri-
tatie van de ogen en de huid tot gevolg
hebben.
Neem de gebruiksinstructies op de
verpakking van het reinigingsmiddel
voor volautomatische koemachines
in acht.
OPGELET
Het gebruik van een ongeschikt rei-
nigingsmiddel voor volautomatische
koemachines kan schade aan het
apparaat tot gevolg hebben.
Gebruik uitsluitend de Melitta® PER-
FECT CLEAN Reinigingstabletten voor
volautomatische koemachines.
Het reinigingsprogramma duurt ongeveer
15minuten en mag niet worden onder-
broken.
Het reinigingsprogramma verloopt in ver-
schillende fasen. Het aantal weergegeven
koebonen maakt de voortgang duidelijk.
Tijdens het reinigingsprogramma voert
het apparaat verschillende spoelprocessen
uit. Daarbij wordt ook de binnenkant van
het lekbakje gespoeld.
Reinig vóór de start van het reinigingspro-
gramma de zetgroep en de binnenruimte
Verzorging en onderhoud
18
NEDERLANDS
(zie hoofdstuk7.2 Zetgroep reinigen op
pagina16).
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
2.  Druk zo vaak op de
bedieningstoets "Service" tot de
weergave voor het reinigingspro-
gramma verschijnt.
3. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om het reinigingspro-
gramma te starten.
» De weergave Reinigen
knippert tot aan het einde van het
reinigingsprogramma.
De eerste fase van het reinigingspro-
gramma start. Op het display brandt één
koeboon.
» Op het display brandt Lekbakje.
U krijgt de vraag om het lekbakje en
de residubak te legen.
4. Leeg het lekbakje en de residubak.
5. Plaats het lekbakje zonder de residubak
terug.
6. Zet de residubak onder de uitloop.
» Het apparaat spoelt twee keer.
» Op het display knippert
Reinigen snel. U krijgt de vraag om
de zetgroep te verwijderen en een
reinigingstablet erin te leggen.
7. Verwijder de zetgroep. Schakel het
apparaat hierbij niet uit.
8. Spoel de zetgroep af onder stromend
water (zie hoofdstuk7.2 Zetgroep reini-
gen op pagina16).
9. Leg een reinigingstablet in de zetgroep.
Plaats de zetgroep in het apparaat.
Afb. 14: Reinigingstablet in de zetgroep
leggen.
 De tweede fase van het reinigings-
programma gaat van start. Op het display
branden twee koebonen.
» Het apparaat voert verschillende
spoelprocessen uit.
» Op het display brandt Lekbakje.
U krijgt de vraag om het lekbakje en
de residubak te legen.
  De derde fase van het reinigings-
programma gaat van start. Op het display
branden drie koebonen.
10. Leeg het lekbakje en de residubak.
11. Plaats het lekbakje zonder de residubak
terug.
  De vierde fase van het reinigings-
programma gaat van start. Op het display
knipperen de drie koebonen.
12. Zet de residubak onder de uitloop.
» Het apparaat voert verschillende
spoelprocessen uit.
» Op het display brandt Lekbakje.
U krijgt de vraag om het lekbakje en
de residubak te legen.
13. Leeg het lekbakje en de residubak.
14. Plaats het lekbakje en de residubak
terug.
» Het reinigingsprogramma is voltooid.
» Op het display dooft Reinigen.
» Het apparaat is klaar voor gebruik.
Informatie
Wanneer het reinigingsprogramma wordt
afgebroken (bijv. door uitschakelen), scha-
Verzorging en onderhoud
19
NEDERLANDS
kelt u het apparaat opnieuw in en volgt u
de aanwijzingen vanaf stap 8.
7.4 Ontkalkingsprogramma
uitvoeren
Met het ontkalkingsprogramma worden
kalkafzettingen uit het apparaat verwij-
derd met behulp van een ontkalker voor
volautomatische koemachines.
Om schade aan het apparaat te vermijden,
adviseren wij het ontkalkingsprogramma
elke 3 maanden uit te voeren – of wanneer
het apparaat erom vraagt.
Op het display brandt Ontkalken.
U krijgt de vraag om het apparaat te
ontkalken.
VOORZICHTIG
Contact met ontkalker kan irritaties van
de ogen en de huid tot gevolg hebben.
Neem de gebruiksinstructies op de
verpakking van de ontkalker in acht.
OPGELET
Het gebruik van een ongeschikte ontkal-
ker en het negeren van de gebruiksin-
structies kunnen schade veroorzaken
aan het apparaat.
Gebruik uitsluitend de Melitta® ANTI
CALC Vloeibare ontkalker voor volauto-
matische koemachines.
Neem de gebruiksinstructies op de
verpakking van de ontkalker in acht.
OPGELET
Een ingeschroefde waterlter kan tijdens
het ontkalkingsprogramma beschadigd
raken.
Verwijder de waterlter (zieAfb. 15 op
pagina20).
Leg de waterlter tijdens het ontkal-
kingsprogramma in een bakje met
leidingwater.
Na aoop van het ontkalkingspro-
gramma kunt u de waterlter weer
aanbrengen en verder gebruiken.
Het ontkalkingsprogramma duurt onge-
veer 25minuten en mag niet worden
onderbroken.
Het ontkalkingsprogramma verloopt
volgens verschillende fasen. Het aantal
weergegeven koebonen maakt de
voortgang duidelijk.
Tijdens het ontkalkingsprogramma voert
het apparaat verschillende spoelprocessen
uit. Daarbij wordt ook de binnenkant van
het lekbakje gespoeld.
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
2.  Druk zo vaak op de
bedieningstoets "Service" tot de
weergave voor de functie Ontkalken
verschijnt.
3. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om het ontkalkingspro-
gramma te starten.
» Op het display knippert
Ontkalken totdat het ontkalkings-
programma is voltooid.
De eerste fase van het ontkalkingspro-
gramma gaat van start. Op het display
brandt één koeboon.
» Op het display brandt Lekbakje.
U krijgt de vraag om het lekbakje en
de residubak te legen.
4. Leeg het lekbakje en de residubak.
5. Plaats het lekbakje terug.
» Op het display brandt Water. U
krijgt de vraag om de watertank te
vullen met de ontkalkingsoplossing.
6. Verwijder de watertank.
7. Vul de watertank met 0,5 liter ontkal-
keroplossing. Neem hierbij de over-
eenkomstige gebruiksaanwijzing van
Verzorging en onderhoud
20
NEDERLANDS
de ontkalker voor volautomatische
koemachines in acht.
8. Plaats de watertank weer terug.
 De tweede fase van het ontkalkings-
programma gaat van start. Op het display
branden twee koebonen.
De ontkalker moet gedurende ca.
20minuten inwerken. Tijdens deze peri-
ode worden verschillende spoelprocessen
uitgevoerd.
» Op het display brandt Lekbakje.
U krijgt de vraag om het lekbakje en
de residubak te legen.
9. Leeg het lekbakje en de residubak.
10. Plaats het lekbakje terug.
» Op het display brandt Water. U
krijgt de vraag om de watertank te
vullen.
11. Verwijder de watertank.
12. Spoel de watertank grondig uit en vul
deze met vers water.
13. Plaats de watertank terug.
  De derde fase van het ontkal-
kingsprogramma gaat van start. Op het
display branden drie koebonen.
» Er stroomt heet water in het lek-
bakje.
» Op het display brandt Lekbakje.
U krijgt de vraag om het lekbakje en
de residubak te legen.
14. Leeg het lekbakje.
15. Plaats het lekbakje en de residubak
terug.
» Het ontkalkingsprogramma is voltooid.
» Op het display dooft Ontkalken.
» Het apparaat is klaar voor gebruik.
Informatie
Wanneer het ontkalkingsprogramma
wordt afgebroken (bijv. door uitschake-
len), schakelt u het apparaat opnieuw in
en volgt u de aanwijzingen vanaf stap 8.
7.5 Waterlter gebruiken
Het gebruik van een waterlter verlengt
de levensduur van het apparaat en u hoeft
het apparaat niet zo vaak te ontkalken. De
waterlter ltert kalk en andere schade-
lijke stoen uit het water.
Gebruik uitsluitend de Melitta® Pro Aqua
Filterpatronen voor volautomatische
koemachines. Neem de gebruiksinstruc-
ties op de verpakking van de waterlter
in acht.
Informatie
Bij gebruik en regelmatige vervanging van
de Melitta® Pro Aqua Filterpatronen moet
het apparaat nog maar één keer per jaar
worden ontkalkt.
De opgave is gebaseerd op gemiddeld
6kopjes koe van telkens 120ml per dag
en 6 ltervervangingen per jaar.
1
21
22
Afb. 15: Waterlter vast- of losschroeven
De waterlter(1) wordt in of uit het
schroefdraad(21) op de bodem van de
watertank(22) geschroefd.
Informatie
De waterlter mag niet gedurende
langere tijd droogstaan. Wij adviseren de
waterlter in een bakje met leidingwater
in de koelkast te bewaren, als het appa-
raat gedurende langere tijd niet wordt
gebruikt.
Verzorging en onderhoud
21
NEDERLANDS
Waterlter aanbrengen
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
2.  Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Service" tot de weergave
voor de functie Filter verschijnt.
3.  Druk op de bedieningstoets
"Koesterkte" tot er één koeboon
brandt.
4. Volg de aanwijzingen vanaf stap 3 in
het hoofdstuk Waterlter aanbrengen.
Waterlter vervangen
Om een stabiele werking van de water-
lter te behouden, adviseren wij om de
waterlter om de 2maanden te vervangen
– of wanneer het apparaat daarom vraagt.
Op het display brandt Filter. U krijgt de
vraag om de waterlter te vervangen.
Informatie
ū Wanneer u een waterlter gebruikt,
kunt u geen waterhardheid instellen.
De waterhardheid is automatisch inge-
steld op Zacht (zie hoofdstuk6.3 Water-
hardheid instellen op pagina13).
ū Leg de waterlter enkele minuten in
een bakje met vers leidingwater voor u
deze in de watertank schroeft.
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
2.  Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Service" tot de weergave
voor het lterprogramma verschijnt.
» Op het display brandt één boon.
3. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om het lterprogramma te
starten.
» Op het display knippert Filter
totdat het lterprogramma is
voltooid.
» Op het display brandt Lekbakje.
U krijgt de vraag om het lekbakje en
de residubak te legen.
4. Leeg het lekbakje en de residubak.
5. Plaats het lekbakje zonder de residubak
terug.
6. Zet de residubak onder de uitloop.
» Op het display brandt Water. U
krijgt de vraag om de watertank te
verwijderen en de waterlter erin te
zetten.
7. Verwijder de watertank.
8. Leeg de watertank.
9. Plaats een nieuwe lter in de watertank
(zie Afb. 15).
10. Vul de watertank.
11. Plaats de watertank weer terug.
» De lter wordt met water gespoeld.
» Er stroomt water in het lekbakje.
12. Leeg het lekbakje en de residubak.
13. Plaats het lekbakje en de residubak
terug.
» Het lterprogramma is voltooid.
» Op het display dooft Filter.
» Het apparaat is klaar voor gebruik.
Waterlter permanent afmelden
Wanneer u een aangebrachte waterlter
heeft verwijderd en het apparaat zonder
waterlter verder wilt gebruiken, meldt u
de waterlter af op het apparaat:
1. Verwijder de watertank.
2. Leeg de watertank.
3. Verwijder de waterlter (zie Afb. 15).
4. Vul de watertank.
5. Plaats de watertank weer terug.
6. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de Servicemodus1 op te
roepen.
Transport, bewaring en verwijdering
22
NEDERLANDS
7.  Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Service" tot de weergave
voor de functie Filter verschijnt.
8. Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Koesterkte" tot er geen
koeboon meer brandt.
9. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om de instelling op te slaan
en de servicemodus te verlaten.
» De waterlter is afgemeld.
» De waterhardheid is gereset naar de
hardheid die het apparaat vóór het
aanbrengen van een waterlter had
opgeslagen.
10. Stel de waterhardheid eventueel in (zie
hoofdstuk6.3 Waterhardheid instellen
op pagina13).
8 Transport, bewaring en
verwijdering
8.1 Apparaat ontluchten
Wij adviseren het apparaat te ontluchten
als het gedurende langere tijd niet wordt
gebruikt, voordat het wordt getranspor-
teerd of bij vorstgevaar.
Bij het ontluchten wordt het resterende
water uit het apparaat verwijderd.
Wanneer u het apparaat opnieuw in
gebruik neemt, wordt er na het inschake-
len een automatische spoeling uitgevoerd
en wordt het apparaat ontlucht (zie hoofd-
stuk3.4 Apparaat de eerste keer inschakelen
op pagina7).
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor
gebruik.
1.  Houd de bedieningstoets
"Service" en bovendien de berei-
dingstoets "Koe" langer dan 2secon-
den ingedrukt om de Servicemodus2
op te roepen.
2.  Druk zo vaak op de bedie-
ningstoets "Service" tot de weergave
voor de functie Ontluchten verschijnt.
3. Houd de bedieningstoets
"Service" langer dan 2seconden
ingedrukt om het ontluchten te starten.
» De stand-by-indicatie knippert tot
de stoomtoevoer in stand-by staat.
» Op het display brandt Water. U
krijgt de vraag om de watertank te
verwijderen.
4. Verwijder de watertank en maak deze
leeg.
» Het apparaat is ontlucht en wordt auto-
matisch uitgeschakeld.
8.2 Apparaat transporteren
OPGELET
Bevroren restwater kan schade aan het
apparaat veroorzaken.
Zorg ervoor dat het apparaat niet
wordt blootgesteld aan temperaturen
onder 0°C.
Transporteer het apparaat in de originele
verpakking. Op die manier vermijdt u
transportschade.
Voer de volgende stappen uit voor u het
apparaat transporteert:
1. Ontlucht het apparaat (zie hoofd-
stuk8.1 Apparaat ontluchten op
pagina22).
2. Leeg het lekbakje en de residubak.
3. Leeg de watertank.
4. Leeg het bonenreservoir.
5. Reinig het apparaat (zie hoofdstuk7.1
Algemene reiniging op pagina16).
6. Verpak het apparaat.
Informatie
ū Bij verzending van het apparaat naar
de servicepunten van Melitta is het
niet nodig om het druprooster mee te
sturen. Daardoor vermijdt u krassen die
worden veroorzaakt door het transport.
Technische gegevens
23
NEDERLANDS
ū Gebruik geen gangbare plak- en
pakketbanden voor het bevestigen
van losse onderdelen. Wanneer deze
worden verwijderd, blijven lijmresten
aan het apparaat plakken, die slechts
moeilijk kunnen worden verwijderd.
8.3 Apparaat afdanken
De met dit symbool gemarkeerde
apparaten zijn onderworpen aan
de Europese r ichtlijn 2002 / 96 / EG
voor WEEE (Waste Electrical and Electronic
Equipment, AEEA).
Elektrische apparaten horen niet bij het
huisvuil.
Dank het apparaat op een milieuvriende-
lijke manier af via de geschikte inzamel-
punten.
9 Technische gegevens
Technische gegevens
Bedrijfsspanning 220V – 240V, 50Hz – 60Hz
Verbruik 1450W
Pompdruk maximaal 15bar
Afmetingen
Breedte
Diepte
Hoogte
200mm
460mm
334mm
Inhoud
Bonenreservoir
Watertank
125g
1,2l
Gewicht (leeg) 7,9kg
Omgevingsomstan-
digheden
Temperatuur
Relatieve luchtvoch-
tigheid
10°C – 32°C
30% – 80% (niet condenserend)
Waterhardheids-
klasse
°dH °e °fH
Zacht 0tot10 0tot13 0tot18
Gemiddeld 10tot15 13tot19 18tot27
Hard 15tot20 19tot25 27tot36
Zeer hard > 20 > 25 > 36
Storingen
24
NEDERLANDS
10 Storingen
Wanneer de storingen niet met de onder-
staande maatregelen verholpen kunnen
worden of wanneer er storingen optreden
die hier niet vermeld staan, kunt u contact
opnemen met onze hotline (lokaal tarief).
Het hotline-nummer vindt u in het deksel
van de watertank of op onze internetpa-
gina in het gedeelte Service.
Storingen
25
NEDERLANDS
Storing Oorzaak Maatregel
Koe druppelt slechts uit
de uitloop.
Maalgraad is te jn. Maalgraad grover instellen (zie
hoofdstuk6.8 op pagina15).
Apparaat is verontreinigd. Zetgroep reinigen (zie hoofdstuk7.2
op pagina16).
Reinigingsprogramma uitvoeren (zie
hoofdstuk7.3 op pagina17).
Apparaat is verkalkt. Ontkalkingsprogramma uitvoeren
(zie hoofdstuk7.4 op pagina19).
Koe loopt niet door. Watertank is niet gevuld of
niet juist geplaatst.
Watertank vullen en correcte plaat-
sing controleren (zie hoofdstuk4.3 op
pagina9).
Zetgroep is verstopt. Zetgroep reinigen (zie hoofdstuk7.2
op pagina16).
Hoewel het bonenreservoir
gevuld is, geeft het appa-
raat aan dat er koebonen
bijgevuld moeten worden.
Koebonen vallen niet in
het maalwerk.
Op een bereidingstoets drukken.
Lichtjes tegen het bonenreservoir
kloppen.
Bonenreservoir reinigen.
Koebonen hebben een te hoog
oliegehalte. Andere koebonen
gebruiken.
Lawaai uit het maalwerk. Vreemd voorwerp in het
maalwerk.
Contact opnemen met de hotline.
Zetgroep kan na verwij-
dering niet terug worden
geplaatst.
Greep voor de vergrende-
ling van de zetgroep niet op
de juiste positie.
Controleren of de greep voor de ver-
grendeling van de zetgroep correct
vergrendeld is (zie hoofdstuk7.2 op
pagina16).
Aandrijving niet op de juiste
positie.
Druk langer dan 2seconden gelijktij-
dig op de bereidingstoets "Koe" en
de bedieningstoets "2kopjes".
Het apparaat voert een initialisatie
uit.
Snel afwisselend knipperen
van de weergaven:

Softwarestoring Apparaat uit- en weer inschakelen
(zie hoofdstuk4.1 op pagina8).
Contact opnemen met de hotline.
Snel afwisselend knipperen
van de weergaven:

Zetgroep is niet geplaatst. Plaats de zetgroep en vergrendel
deze.
Branden van de weergave
zonder dat deze geacti-
veerd is.
Apparaat is niet volledig
ontlucht.
Ontlucht het apparaat. Vul daarvoor
evt. de watertank en druk vervolgens
gelijktijdig op de bereidingstoetsen
"Koe" en "Favoriete koe".
Hierbij stroomt water in het lekbakje.
Vervolgens is het apparaat klaar voor
gebruik.
Reinig de zetgroep (zie hoofdstuk7.2
op pagina16).
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25

Melitta Purista® Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding