Melitta CAFFEO® Passione® Operating Instructions Manual

Categorie
Koffie makers
Type
Operating Instructions Manual

Deze handleiding is ook geschikt voor

159
NEDERLANDS
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
1 Voor uw veiligheid .........................................................................................................161
1.1 Gebruikte symbolen ...........................................................................................161
1.2 Reglementair gebruik .........................................................................................162
1.3 Gevaar door elektrische stroom .....................................................................162
1.4 Gevaar voor brandwonden ..............................................................................163
1.5 Algemene veiligheid ...........................................................................................163
2 Overzicht ............................................................................................................................164
2.1 Overzicht van de apparaten .............................................................................164
2.2 Overzicht van het display..................................................................................166
2.3 Overzicht van de Cappuccinatore .................................................................168
3 Eerste stappen .................................................................................................................169
3.1 Apparaat uitpakken ............................................................................................169
3.2 Levering controleren ..........................................................................................169
3.3 Apparaat opstellen ..............................................................................................170
3.4 Apparaat aansluiten ............................................................................................170
3.5 Apparaat de eerste keer inschakelen en ontluchten ..............................170
4 Basisprincipes van de bediening .............................................................................172
4.1 Apparaat in- en uitschakelen ...........................................................................172
4.2 Gebruik van het display .....................................................................................173
4.3 Bonenreservoir vullen met koebonen......................................................173
4.4 Watertank vullen ..................................................................................................174
4.5 Uitloop voor koespecialiteiten instellen ..................................................176
4.6 Cappuccinatore aansluiten ..............................................................................176
4.7 Melk gebruiken .....................................................................................................177
4.8 Lekbakje en residubak legen ...........................................................................178
5 My Bean Select®-functie gebruiken ........................................................................179
5.1 Koebonen voor de My Bean Select®-functie bijvullen .......................179
6 Dranken bereiden ...........................................................................................................181
6.1 Koesterkte instellen .........................................................................................181
6.2 Koespecialiteiten bereiden ..........................................................................182
6.3 Koehoeveelheid instellen .............................................................................182
6.4 Twee koespecialiteiten tegelijk bereiden ................................................183
6.5 Koebereiding afbreken ..................................................................................183
6.6 Melkschuim of warme melk bereiden ..........................................................184
6.7 Heet water bereiden ...........................................................................................185
160
NEDERLANDS
Inhoudsopgave
7 Basisinstellingen wijzigen...........................................................................................186
7.1 Servicemodus oproepen ...................................................................................186
7.2 Energiebespaarprogramma instellen ...........................................................186
7.3 Automatische uitschakeling instellen ..........................................................187
7.4 Waterhardheid instellen ....................................................................................188
7.5 Zettemperatuur instellen ..................................................................................189
7.6 Terugzetten op de fabrieksinstellingen .......................................................190
7.7 Maalgraad instellen .............................................................................................190
8 Verzorging en onderhoud ..........................................................................................191
8.1 Algemene reiniging ............................................................................................191
8.2 Zetgroep reinigen ................................................................................................192
8.3 Cappuccinatore reinigen ...................................................................................194
8.4 Reinigingsprogramma uitvoeren ...................................................................195
8.5 Ontkalkingsprogramma uitvoeren ................................................................198
8.6 Waterlter gebruiken .........................................................................................202
9 Storingen ............................................................................................................................205
10 Transport, bewaring en verwijdering ....................................................................206
10.1 Apparaat ontluchten ..........................................................................................206
10.2 Apparaat transporteren .....................................................................................207
10.3 Apparaat verwijderen.........................................................................................208
11 Technische gegevens ....................................................................................................209
Voor uw veiligheid
161
NEDERLANDS
Geachte klant,
Hartelijk dank voor de aankoop van deze volautomatische koemachine
Caeo®Varianza® CS of Caeo® Passione®.
De gebruiksaanwijzing helpt u de diverse mogelijkheden van het apparaat
te leren kennen, zodat u een maximaal koegenot kunt beleven.
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door. Zo vermijdt u letsel en
materiële schade. Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Voeg de
gebruiksaanwijzing bij het apparaat als u dit later doorgeeft.
Melitta aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade door het niet in acht
nemen van de gebruiksaanwijzing.
Als u meer informatie wenst of vragen over het apparaat heeft, wendt u
zich dan tot Melitta of bezoekt u ons op internet onder:
www.melitta.nl of www.melitta.be
Wij wensen u veel plezier met het apparaat.
1 Voor uw veiligheid
Het apparaat voldoet aan de volgende Europese richtlijnen:
ū 2006 / 95 / EG (laagspanning),
ū 2004 / 108 / EG (elektromagnetische compatibiliteit),
ū 2011 / 65 / EU (RoHS),
ū 2009 / 125 / EG (Ecodesign/ ErP).
Het apparaat is gebouwd volgens de actuele stand van de technische
ontwikkeling. Toch bestaan er enkele restrisico's.
Om risico's te vermijden, dient u de veiligheidsinstructies in acht te nemen.
Melitta aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade door het niet in acht
nemen van veiligheidsinstructies.
1.1 Gebruikte symbolen
De volgende symbolen wijzen op bijzondere gevaren bij het gebruik van
het apparaat of geven nuttige tips.
VOORZICHTIG
Het signaalwoord VOORZICHTIG wijst op mogelijk letsel.
Voor uw veiligheid
162
NEDERLANDS
OPGELET
Het signaalwoord OPGELET wijst op mogelijke beschadigingen van het
apparaat.
Informatie
Het signaalwoord "Informatie" verwijst naar aanwijzingen of tips voor het
gebruik van het apparaat.
1.2 Reglementair gebruik
Het apparaat is bestemd voor de bereiding van
koespecialiteiten van koebonen en voor het
verwarmen van melk en water.
Het apparaat is bestemd voor privégebruik.
Elke andere vorm van gebruik geldt als niet-reglementair
en kan letsel en materiële schade veroorzaken. Melitta
aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die
het gevolg is van niet-reglementair gebruik van het
apparaat.
1.3 Gevaar door elektrische stroom
Als het apparaat of het netsnoer beschadigd is, bestaat
levensgevaar door een elektrische schok.
Neem de volgende veiligheidsinstructies in acht om
gevaren door elektrische stroom te vermijden:
ū Gebruik geen beschadigd netsnoer.
ū Een beschadigd netsnoer mag alleen worden
vervangen door de fabrikant, diens servicedienst of
diens servicepartner.
ū Open geen vastgeschroefde afdekpanelen van de
behuizing van het apparaat.
ū Gebruik het apparaat alleen als het zich in een
onberispelijke technische toestand bevindt.
ū Een defect apparaat mag alleen worden gerepareerd
door een geautoriseerd bedrijf. Repareer het apparaat
in geen geval zelf.
ū Breng geen veranderingen aan het apparaat, de
bestanddelen of de accessoires aan.
ū Dompel het apparaat niet onder in water.
Voor uw veiligheid
163
NEDERLANDS
1.4 Gevaar voor brandwonden
Uitstromende vloeistoen en stoom kunnen zeer heet
zijn. Delen van het apparaat worden ook zeer heet.
Neem de volgende veiligheidsinstructies in acht om
brandwonden te vermijden:
ū Vermijd huidcontact met de uitstromende
vloeistoen en stoom.
ū Raak de buisjes van de uitloop en de stoombuis
tijdens een drankbereiding niet aan. Wacht tot de
onderdelen zijn afgekoeld.
1.5 Algemene veiligheid
Neem de volgende veiligheidsinstructies in acht om
letsel en materiële schade te vermijden:
ū Grijp tijdens het gebruik niet in het apparaat.
ū Houd het apparaat en het netsnoer uit de buurt van
kinderen onder 8jaar.
ū Dit apparaat kan door kinderen vanaf 8 jaar en door
personen met verminderde psychische, sensorische
of mentale vaardigheden of een gebrek aan ervaring
en kennis worden bediend indien deze onder toezicht
staan of geïnformeerd werden over het veilige
gebruik van het apparaat en de resulterende gevaren
begrijpen.
ū Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud mogen niet worden
uitgevoerd door kinderen onder de 8 jaar. Kinderen
boven de 8 jaar moeten bij reiniging en onderhoud
onder toezicht staan.
ū Ontkoppel het apparaat van het stroomnet als het
gedurende langere tijd niet onder toezicht staat.
Overzicht
164
NEDERLANDS
2 Overzicht
2.1 Overzicht van de apparaten
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Afb. 1: Caeo® Passione® en Caeo® Varianza® CS vooraan links
1 Watertank met deksel 6 Lekbakje
2 Bonenreservoir met deksel 7 „Aan/uit“-toets
3 Kopjesplateau 8 In de hoogte verstelbare uitloop voor
koespecialiteiten met 2
koebuisjes
4 Display 9
Hendel
Maalgraadinstelling“ (intern)
5 Residubak (intern) 10 Doseerlepel* voor de
My Bean Select
®-functie
*Alleen beschikbaar bij Caeo® Varianza® CS
Overzicht
165
NEDERLANDS
12
13
14
11
15
16
Afb. 2: Caeo® Passione® en Caeo® Varianza® CS vooraan rechts
11 Afdekpaneel 14 Cappuccinatore
12 Zetgroep (intern) 15 Druprooster
13 Stoombuis 16 Vlotter
Overzicht
167
NEDERLANDS
Weergave Betekenis
brandt Apparaat is klaar voor gebruik
knippert Apparaat wordt opgewarmd of bereidt een
koespecialiteit
knippert snel Programma voor de instelling van de
koehoeveelheid loopt
brandt Aantal koebonen:
actueel ingestelde koesterkte
knippert Bonenreservoir vullen of
koebereiding is afgebroken
brandt* My Bean Select®-functie is klaar voor gebruik
knippert* Bonenschacht vullen
brandt Bereiding van twee kopjes is klaar voor gebruik
brandt Watertank vullen
knippert Watertank plaatsen
brandt Lekbakje en residubak legen
knippert Lekbakje en residubak plaatsen
brandt Filter vervangen
knippert Filtervervangingsprogramma loopt
brandt Apparaat ontkalken
knippert Ontkalkingsprogramma loopt
brandt Apparaat reinigen
knippert Reinigingsprogramma loopt
brandt Stoombereiding is klaar voor gebruik
knippert Apparaat wordt opgewarmd voor de
stoombereiding
*Alleen beschikbaar bij Caeo® Varianza® CS
Overzicht
168
NEDERLANDS
2.3 Overzicht van de Cappuccinatore
20
21
22
23
24
25
Afb. 4: Cappuccinatore
20 Luchtaanzuigbuisje
21 Houder voor de melkslang
22 Aansluiting van de melkslang
23 Melkslang
24 Uitloop voor heet water, melk of melkschuim
25 Keuzeschakelaar
Symbool op de
keuzeschakelaar
Functie
Instelling voor
warme melk
Instelling voor
heet water
Instelling voor
melkschuim
Eerste stappen
169
NEDERLANDS
3 Eerste stappen
Dit hoofdstuk beschrijft hoe u het apparaat voorbereidt voor het gebruik.
3.1 Apparaat uitpakken
Naast het apparaat bevinden zich accessoires in de verpakking, zoals
reinigingshulpmiddelen en reinigingsmiddelen.
VOORZICHTIG
Contact met reinigingsmiddelen kan irritaties van de ogen en de huid tot
gevolg hebben.
Bewaar de meegeleverde reinigingsmiddelen buiten het bereik van
kinderen.
Pak het apparaat uit. Verwijder het verpakkingsmateriaal, de
kleefstroken en de beschermende folie van het apparaat.
Bewaar het verpakkingsmateriaal voor het transport of een eventuele
terugzending.
Informatie
In het apparaat kunnen zich koe- en watersporen bevinden. De correcte
werking van het apparaat werd in de fabriek getest.
3.2 Levering controleren
Controleer aan de hand van de volgende lijst of de levering compleet is. Als
er delen ontbreken, wendt u zich tot uw handelaar a.u.b.
ū Cappuccinatore
ū melkslang
ū reiniger voor volautomatische koemachines
ū melksysteemreiniger
ū ontkalker voor volautomatische koemachines
ū waterlter
ū schroefhulp voor de waterlter
ū teststrook voor het bepalen van de waterhardheid.
Eerste stappen
170
NEDERLANDS
3.3 Apparaat opstellen
Neem de volgende aanwijzingen in acht:
ū Plaats het apparaat niet in vochtige ruimten.
ū Plaats het apparaat op een stabiele, vlakke en droge ondergrond.
ū Plaats het apparaat niet in de buurt van gootstenen e.d.
ū Plaats het apparaat niet op een hete ondergrond.
ū Houd ca. 10cm afstand van de muur en andere voorwerpen. De vrije
afstand boven het apparaat moet minstens 20cm bedragen.
ū Plaats het netsnoer zo dat het niet beschadigd kan worden door
scherpe randen of hete oppervlakken.
3.4 Apparaat aansluiten
Neem de volgende aanwijzingen in acht:
ū Controleer of de netspanning overeenstemt met de bedrijfsspanning
die vermeld is in de technische gegevens (zie tabel Technische gegevens
op pagina209).
ū Sluit het apparaat alleen aan op een correct geïnstalleerde en geaarde
contactdoos. Wendt u zich in geval van twijfel tot een elektricien.
ū De geaarde contactdoos moet minstens met een 10-A-zekering
beveiligd zijn.
3.5 Apparaat de eerste keer inschakelen en ontluchten
Zodra u het apparaat voor de eerste keer inschakelt, voert het
een automatische spoeling uit. Er stroomt eerst heet water uit de
Cappuccinatore, daarna uit de uitloop. Daarbij wordt het apparaat ontlucht.
VOORZICHTIG
Uitstromend heet water en hete stoombuis
Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan.
Wacht tot de stoombuis is afgekoeld.
Informatie
ū Wij adviseren de eerste beide kopjes koe na de ingebruikname weg te
gieten.
ū Als u een waterlter wilt gebruiken, dient u deze pas na de eerste
ingebruikname te plaatsen.
Eerste stappen
171
NEDERLANDS
7
Afb. 5: „Aan/uit“-toets
Voorwaarde: het apparaat is opgesteld en aangesloten.
1. Plaats een kopje of glas onder de Cappuccinatore.
2. Druk op de „Aan/uit“-toets(7).
» Het apparaat geeft aan dat de watertank gevuld moet worden.
3. Verwijder de watertank. Spoel de watertank uit met zuiver water. Vul de
watertank met vers water en breng hem opnieuw aan.
» De brandende weergave geeft aan dat de draairegelaar bediend
moet worden.
4. Draai de draaiknop op het display met de wijzers van de klok mee tot
aan de aanslag.
» Er stroomt heet water uit de Cappuccinatore.
5. Zodra er geen water meer uit de Cappuccinatore stroomt, draait u de
draaiknop tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag.
» Er stroomt heet water uit de uitloop.
» Het apparaat is ontlucht.
6. Vul het bonenreservoir met koebonen (zie hoofdstuk4.3
Bonenreservoir vullen met koebonen op pagina173).
7. Indien gewenst kunt u nu ofwel
a) de waterhardheid instellen (zie hoofdstuk7 Basisinstellingen wijzigen
op pagina186) ofwel
b) een waterlter gebruiken (zie hoofdstuk 8.6 Waterlter gebruiken op
pagina202).
Basisprincipes van de bediening
172
NEDERLANDS
4 Basisprincipes van de bediening
In dit hoofdstuk zijn de principiële bedieningsstappen beschreven voor het
dagelijks gebruik van het apparaat.
4.1 Apparaat in- en uitschakelen
Lees het hoofdstuk3.5 Apparaat de eerste keer inschakelen en ontluchten op
pagina170 voor u het apparaat voor de eerste keer inschakelt.
Informatie
ū Bij het in- en uitschakelen voert het apparaat een automatische
spoeling uit.
ū Het spoelwater komt ook in het lekbakje terecht.
Apparaat inschakelen
1. Plaats een kopje of glas onder de uitloop.
2. Druk op de „Aan/uit“-toets(7).
3. Het apparaat wordt opgewarmd en voert een automatische spoeling
uit.
» Het apparaat geeft de als laatste ingestelde koesterkte weer.
Informatie
Als het apparaat slechts korte tijd uitgeschakeld was, wordt na het
inschakelen geen automatische spoeling uitgevoerd.
Apparaat uitschakelen
1. Plaats een kopje of glas onder de uitloop.
2. Druk op de „Aan/uit“-toets(7).
» Het apparaat voert een automatische spoeling uit.
» Het apparaat wordt nu uitgeschakeld.
Informatie
ū Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld als het gedurende
langere tijd niet wordt bediend. Ook in dit geval wordt een
automatische spoeling uitgevoerd.
ū De uitschakeltijd kunt u instellen in de servicemodus (zie hoofdstuk7.3
Automatische uitschakeling instellen op pagina187).
ū Als sinds het inschakelen geen drank werd bereid of de watertank leeg
is, wordt er geen spoeling uitgevoerd.
Basisprincipes van de bediening
173
NEDERLANDS
4.2 Gebruik van het display
De belangrijkste programma's zijn bereikbaar via het display.
Druk op de gewenste toets. Gebruik de volgende acties voor de bediening
van de toetsen:
Kort drukken
Druk kort op een toets om een programma te selecteren.
2s
Lang drukken
Houd een toets langer dan 2 seconden ingedrukt om een
eventueel beschikbaar tweede programma te selecteren.
4.3 Bonenreservoir vullen met koebonen
Gebrande koebonen verliezen hun aroma. Doe daarom niet meer koe-
bonen in het bonenreservoir dan u de komende 3 tot 4dagen gebruikt.
OPGELET
Door het gebruik van ongeschikte koesoorten kan het maalwerk
verstopt raken.
Gebruik geen gevriesdroogde of gekaramelliseerde koebonen.
Gebruik geen gemalen koe of instantproducten.
Informatie
Bij een verandering van de bonensoort kunnen zich, afhankelijk van het
model, nog resten van de oude bonensoort in het maalwerk bevinden.
Caeo® Passione®:
Ook als het reservoir leeg wordt gemaakt en daarna met een nieuwe
bonensoort wordt gevuld, blijft er altijd nog een rest van de oude
bonensoort in het maalwerk. Daarom kunnen de eerste beide
koebereidingen nog resten van de oude bonensoort bevatten.
Caeo® Varianza® CS:
Om ervoor te zorgen dat de koebonen bij verandering van de
bonensoort (of bij gebruik van de MyBeanSelect®-functie) niet
vermengd worden, wordt het maalwerk na elk maalproces leeggemalen.
Toch kan een minimale vermenging van de koesoorten optreden. Het
leegmalen zorgt voor een ander geluid, dat is normaal.
Basisprincipes van de bediening
174
NEDERLANDS
26
2
Afb. 6: Deksel van het bonenreservoir openen (Caeo® Varianza® CS)
1. Open het deksel (26) van het bonenreservoir(2).
2. Vul het bonenreservoir met koebonen.
3. Sluit het deksel van het bonenreservoir.
Informatie
De knipperende weergave vraagt u om koebonen bij te vullen. Bij de
volgende koebereiding knippert de weergave niet meer.
4.4 Watertank vullen
Gebruik voor een optimaal koegenot alleen vers en koud water zonder
koolzuur. Ververs het water dagelijks.
Informatie
De kwaliteit van het water is bepalend voor de smaak van de koe. Gebruik
daarom een waterlter (zie hoofdstuk7.4 Waterhardheid instellen op
pagina188 en hoofdstuk8.6 Waterlter gebruiken op pagina202).
Basisprincipes van de bediening
175
NEDERLANDS
1
27
Afb. 7: Watertank (Caeo® Varianza® CS)
1. Open het deksel van de watertank(27) en trek de watertank(1) aan de
handgreep omhoog uit het apparaat.
2. Vul de watertank met water.
3. Plaats de watertank langs de bovenkant in het apparaat en sluit het
deksel.
Basisprincipes van de bediening
176
NEDERLANDS
4.5 Uitloop voor koespecialiteiten instellen
De uitloop voor koespecialiteiten(8) is in hoogte verstelbaar. Zorg voor
een zo klein mogelijke afstand tussen uitloop en kopje. Verplaats de uitloop
afhankelijk van het kopje omhoog of omlaag.
8
Afb. 8: Uitloop voor koespecialiteiten instellen (Caeo® Varianza® CS)
4.6 Cappuccinatore aansluiten
Met de Cappuccinatore kunt u heet water, warme melk of melkschuim
bereiden. Met de keuzeschakelaar(25) van de Cappuccinatore kunt u de
gewenste drank selecteren.
13
21
23
25
28
Afb. 9: Cappuccinatore aansluiten
Basisprincipes van de bediening
177
NEDERLANDS
1. Verbind de Cappuccinatoremet de stoombuis(13). Schuif hierbij de
aansluiting van de Cappuccinatore tot aan de aanslag(28) van de
stoombuis.
2. Verbind de melkslang(23) met de Cappuccinatore.
3. Als u nog geen melk wilt gebruiken, kunt u de melkslang vastklemmen
in de houder(21).
4.7 Melk gebruiken
Gebruik voor een optimaal koegenot gekoelde melk.
29
23
Afb. 10: Normale melkverpakking (Caeo® Varianza® CS)
1. Neem de melkslang(23) uit de houder (21).
2. Steek de melkslang in een normale melkver pakking(29) of in een met
melk gevuld kannetje.
Basisprincipes van de bediening
178
NEDERLANDS
4.8 Lekbakje en residubak legen
Na meerdere drankbereidingen kunnen het lekbakje(6) en de residubak(5)
vol zijn en moeten ze geleegd worden. De zichtbare vlotter(16) geeft het
actuele peil van het lekbakje aan.
Het apparaat geeft na een vastgelegd aantal drankbereidingen eveneens
aan dat het lekbakje en de residubak vol zijn.
Leeg het lekbakje en de residubak altijd als de melding in het display
verschijnt.
5
16
6
Afb. 11: Lekbakje en residubak legen (Caeo® Varianza® CS)
1. Trek het lekbakje(6) naar voren uit het apparaat.
2. Verwijder de residubak(5) en leeg deze.
3. Leeg het lekbakje.
4. Zet de residubak weer terug.
5. Schuif het lekbakje tot tegen de aanslag in het apparaat.
Informatie
Als u het lekbakje en de residubak leegt terwijl het apparaat uitgeschakeld
is, registreert het apparaat dit proces niet. Het kan hierdoor gebeuren
dat u gevraagd wordt om de bakjes te legen alhoewel het lekbakje en de
residubak nog niet vol zijn.
My Bean Select®-functie gebruiken
179
NEDERLANDS
5 My Bean Select®-functie gebruiken
De functie voor het bereiden van afzonderlijke porties is alleen voorhanden
bij de Caeo®Varianza® CS.
Met de My Bean Select®-functie kunt u een afzonderlijke koespecialiteit
met een andere koesoort bereiden. Voor de bereiding vult u apart een
portie koebonen bij.
Terwijl het bonenreservoir met bijvoorbeeld licht geroosterde koebonen
gevuld is, kunt u met de My Bean Select®-functie een koespecialiteit met
een portie donker geroosterde koebonen bereiden.
5.1 Koebonen voor de My Bean Select®-functie bijvullen
OPGELET
Door het gebruik van ongeschikte koesoorten kan het maalwerk
verstopt raken.
Gebruik geen gevriesdroogde of gekaramelliseerde koebonen.
Gebruik geen gemalen koe of instantproducten.
Informatie
Bij een verandering van de bonensoort kunnen zich, afhankelijk van het
model, nog resten van de oude bonensoort in het maalwerk bevinden.
Caeo® Varianza® CS:
Om ervoor te zorgen dat de koebonen bij verandering van de
bonensoort (of bij gebruik van de MyBeanSelect®-functie) niet
vermengd worden, wordt het maalwerk na elk maalproces leeggemalen.
Toch kan een minimale vermenging van de koesoorten optreden. Het
leegmalen zorgt voor een ander geluid, dat is normaal.
My Bean Select®-functie gebruiken
180
NEDERLANDS
10
30
Afb. 12: Doseerlepel verwijderen (Caeo® Varianza® CS)
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik.
1. Neem de doseerlepel(10) van de bonenschacht(30).
» De knipperende weergave vraagt u om de bonenschacht te vullen.
2. Doe met de doseerlepel een afzonderlijke portie koebonen in de
bonenschacht(30).
3. Plaats de doseerlepel terug op de bonenschacht.
» De brandende weergave geeft aan dat de My Bean Select®-functie
klaar is voor gebruik.
4. Bereid de gewenste koespecialiteit.
Informatie
De doseerlepel helpt u bij het vullen van de bonenschacht met de juiste
hoeveelheid koebonen.
ū Een gevulde doseerlepel bevat ca. 10 tot 11 g koebonen. Afhankelijk
van de gewenste koesterkte kunnen er ook minder koebonen
worden gebruikt.
ū Als zich minder dan 8g koebonen in de bonenschacht bevindt, is de
My Bean Select®-functie niet geactiveerd. Zodra u de doseerlepel weer
terugplaatst, gaat de weergave uit. Bij de volgende koebereiding
worden de koebonen uit de bonenschacht gemengd met de
koebonen uit het bonenreservoir.
Dranken bereiden
181
NEDERLANDS
6 Dranken bereiden
Voor de bereiding van dranken bestaan er twee mogelijkheden:
ū bereiding van koespecialiteiten met de uitloop voor
koespecialiteiten of
ū bereiding van heet water, warme melk en melkschuim met de
Cappuccinatore.
Opgelet:
ū In de watertank moet zich altijd voldoende water bevinden. Als het
vulpeil te laag is, vraagt het apparaat u om bij te vullen.
ū Ook in het bonenreservoir moeten zich altijd voldoende koebonen
bevinden. Als er geen koebonen meer zijn, breekt het apparaat de
bereiding van een koespecialiteit af.
ū Ontbrekende melk wordt door het apparaat niet gemeld.
ū De kopjes of glazen voor de dranken moeten groot genoeg zijn (zie
tabel Fabrieksinstellingen op pagina209).
6.1 Koesterkte instellen
Zodra het apparaat klaar is voor gebruik geeft het de actuele instelling van
de koesterkte weer. De volgende instellingen van de koesterkte zijn
mogelijk:
Weergave Koesterkte
zeer mild (zonder voorbesprenkeling)
mild
normaal
sterk
zeer sterk
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik.
1. Druk meermaals op de bedieningstoets „Koesterkte“ om de gewenste
koesterkte in te stellen.
» Het apparaat geeft de geselecteerde koesterkte weer.
Informatie
Bij het uitschakelen van het apparaat wordt de als laatste ingestelde
koesterkte opgeslagen.
Dranken bereiden
182
NEDERLANDS
6.2 Koespecialiteiten bereiden
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik.
1. Plaats een kopje of glas onder de uitloop.
2. Druk op de bereidingstoets „Klein kopje“, „Gemiddeld kopje“ of „Grote
kop“.
» Het maalproces en de drankuitgifte beginnen.
» De drankuitgifte eindigt automatisch.
3. Verwijder het kopje of glas.
6.3 Koehoeveelheid instellen
Door de keuze van een bereidingstoets kunt u de koehoeveelheid
bepalen.
Bereidingstoets Koehoeveelheid (fabrieksinstelling)
40 ml
120 ml
200 ml
De vooringestelde koehoeveelheden kunt u wijzigen, van 25ml
tot220ml:
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik.
1. Houd de gewenste bereidingstoets langer dan 2 seconden ingedrukt.
» De snel knipperende weergave geeft aan dat het programma voor
het instellen van de koehoeveelheid loopt.
» Het maalproces en de drankbereiding starten.
2. Druk zodra de gewenste koehoeveelheid is bereikt opnieuw op de
gekozen bereidingstoets.
» De drankuitgifte stopt.
» Het apparaat slaat de nieuwe koehoeveelheid op.
» Het apparaat is klaar voor gebruik.
Informatie
De koehoeveelheid kunt u weer terugzetten op de fabrieksinstelling (zie
hoofdstuk7.6 Terugzetten op de fabrieksinstellingen op pagina190).
Dranken bereiden
183
NEDERLANDS
6.4 Twee koespecialiteiten tegelijk bereiden
Met de bedieningstoets Twee kopjes“ bereidt u tegelijkertijd twee
koespecialiteiten. Bij de bereiding van twee kopjes voert het apparaat
twee maalprocessen uit.
31
8
Afb. 13: Bereiding van twee kopjes (Caeo® Varianza® CS)
1. Plaats twee kopjes onder de uitloop(8).
2. Druk op de bedieningstoets Twee kopjes“(31).
3. Druk op de bereidingstoets „Klein kopje“, „Gemiddeld kopje“ of „Grote
kop“.
» Het maalproces en de drankuitgifte beginnen.
» De drankuitgifte eindigt automatisch.
4. Neem de beide kopjes weg.
Informatie
ū De instelling geldt alleen voor een afzonderlijke drankbereiding zonder
melkschuim.
ū Als u binnen 1 minuut geen koespecialiteit bereidt, schakelt het
apparaat terug naar de bereiding van één kopje.
6.5 Koebereiding afbreken
Als u de bereiding van een koespecialiteit voortijdig af wilt breken, drukt
u opnieuw op de gekozen bereidingstoets.
Dranken bereiden
184
NEDERLANDS
6.6 Melkschuim of warme melk bereiden
Melkschuim en warme melk bereidt u met de Cappuccinatore.
De bereiding van melkschuim en warme melk is bijna identiek. Voor de
bereiding is stoom nodig.
VOORZICHTIG
Uitstromend heet water en hete stoombuis
Grijp niet in de uitstromende stoom.
Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan. Wacht
tot de stoombuis is afgekoeld.
Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. De Cappuccinatore is
aangesloten op het apparaat en de melk is aangesloten.
1. Plaats een kopje of glas onder de Cappuccinatore.
2. Druk op de bedieningstoets „Stoombereiding“.
» De knipperende weergave geeft aan dat het apparaat opwarmt voor
de stoombereiding.
» Daarna geeft de brandende weergave aan dat de stoombereiding
klaar is voor gebruik.
3. Draai aan de keuzeschakelaar van de Cappuccinatore tot de gewenste
instelling voor melkschuim of warme melk naar boven wijst.
4. Draai de draaiknop op het display met de wijzers van de klok mee tot
aan de aanslag.
» De drankuitgifte start.
5. Draai de draaiknop tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag.
» De drankuitgifte stopt.
6. Verwijder het kopje of glas.
7. U kunt meer dranken bereiden of de Cappuccinatore spoelen:
a) Bereid de volgende dranken en spoel de Cappuccinatore op een
later tijdstip.
b) Spoel de Cappuccinatore zoals hierna beschreven.
Informatie
Na 30 seconden schakelt het apparaat automatisch van de stoommodus
naar de normale functie. Druk op de bedieningstoets „Stoombereiding“ om
vroegtijdig over te schakelen naar de normale functie.
Dranken bereiden
185
NEDERLANDS
Cappuccinatore spoelen
1. Vul een bakje met schoon water.
2. Dompel de melkslang onder in het gevulde bakje.
3. Zet een leeg bakje onder de Cappuccinatore.
4. Druk op de bedieningstoets „Stoombereiding“.
» De knipperende weergave geeft aan dat het apparaat opwarmt voor
de stoombereiding.
» Daarna geeft de brandende weergave aan dat de stoombereiding
klaar is voor gebruik.
5. Draai de keuzeschakelaar van de Cappuccinatore tot de instelling voor
melkschuim naar boven wijst.
6. Draai de draaiknop met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag.
7. Draai de draaiknop, zodra er een schoon water-/stoommengsel in het
lege bakje stroomt, tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag.
» De Cappuccinatore is gespoeld.
Informatie
Wij raden u aan de Cappuccinatore niet alleen te spoelen, maar
ook regelmatig uit elkaar te halen en te reinigen (zie hoofdstuk8.3
Cappuccinatore reinigen op pagina194).
6.7 Heet water bereiden
Heet water bereidt u met de Cappuccinatore.
VOORZICHTIG
Uitstromend heet water en hete stoombuis
Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan.
Wacht tot de stoombuis is afgekoeld.
Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. De Cappuccinatore is
aangesloten.
1. Plaats een kopje of glas onder de Cappuccinatore.
2. Draai aan de keuzeschakelaar van de Cappuccinatore tot de instelling
voor heet water naar boven wijst.
3. Draai de draaiknop met de wijzers van de klok mee.
» De drankuitgifte start.
4. Draai de draaiknop tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag.
» De drankuitgifte stopt.
5. Verwijder het kopje of glas.
Basisinstellingen wijzigen
186
NEDERLANDS
7 Basisinstellingen wijzigen
In het volgende hoofdstuk wordt beschreven hoe u de basisinstellingen
van het apparaat kunt wijzigen.
7.1 Servicemodus oproepen
Enkele basisinstellingen kunt u alleen in de servicemodus van het apparaat
wijzigen.
Voorwaarde:
het apparaat is klaar voor gebruik.
1. Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt
om de servicemodus op te roepen.
» Het apparaat geeft weer dat het zich in een van de hierna beschreven
servicemodi bevindt.
Elke servicemodus heeft een eigen weergave.
Weergave Betekenis in de servicemodus
Energiebespaarprogramma
Automatische uitschakeling
Waterhardheid
Zettemperatuur
Informatie
Alle vier de basisinstellingen in de servicemodus kunt u weer terugzetten
op de fabrieksinstellingen (zie hoofdstuk7.6 Terugzetten op de
fabrieksinstellingen op pagina190).
7.2 Energiebespaarprogramma instellen
Als in de servicemodus de hiernaast afgebeelde weergave brandt, kunt u
het energiebespaarprogramma instellen.
Het energiebespaarprogramma verlaagt de verwarmingstemperatuur.
Daarnaast brandt de weergave op het bedieningsveld zwakker.
Als u het apparaat gedurende langere tijd niet bedient, wordt het na een
ingestelde tijd automatisch in het energiebespaarprogramma geschakeld.
Basisinstellingen wijzigen
187
NEDERLANDS
U kunt de volgende tijden instellen:
Weergave Tijd
3 min
30 min
60 min
120 min
240 min
Informatie
Door op een willekeurige toets te drukken wordt het
energiebespaarprogramma beëindigd.
Voorwaarde: de servicemodus is opgeroepen.
1.
Druk zo vaak op de bedieningstoets „Service“ tot de weergave voor het
energiebespaarprogramma verschijnt.
2. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Koesterkte“ tot de gewenste tijd
is ingesteld.
3.
U kunt de volgende basisinstelling in de servicemodus oproepen of de
servicemodus verlaten:
a) Druk kort op de bedieningstoets „Service“ om naar de volgende
basisinstelling te navigeren.
b) Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt
om de servicemodus te verlaten.
» De nieuwe tijd voor het inschakelen van de energiebespaarmodus is
opgeslagen.
7.3 Automatische uitschakeling instellen
Als in de servicemodus de hiernaast afgebeelde weergave brandt, kunt u de
automatische uitschakeling instellen.
Als u het apparaat gedurende langere tijd niet bedient, wordt het na een
ingestelde tijd automatisch uitgeschakeld. U kunt de volgende tijden
instellen:
Weergave Tijd
9 min
30 min
60 min
240 min
480 min
Basisinstellingen wijzigen
188
NEDERLANDS
Voorwaarde: de servicemodus is opgeroepen.
1. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Service“ tot de weergave voor de
servicemodus Automatische uitschakeling verschijnt.
2. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Koesterkte“ tot de gewenste tijd
is ingesteld.
3. U kunt de volgende basisinstelling in de servicemodus oproepen of de
servicemodus verlaten:
a) Druk kort op de bedieningstoets „Service“ om naar de volgende
basisinstelling te navigeren.
b) Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt
om de servicemodus te verlaten.
» De nieuwe tijd voor de automatische uitschakeling is opgeslagen.
7.4 Waterhardheid instellen
Als in de servicemodus de hiernaast afgebeelde weergave brandt, kunt u de
waterhardheid instellen.
Met de instelling van de waterhardheid wordt gereguleerd hoe vaak het
apparaat erom vraagt, ontkalkt te worden. Hoe harder het water is, des te
vaker moet het apparaat ontkalkt worden.
Informatie
Als u een waterlter gebruikt, kunt u geen waterhardheid instellen (zie
hoofdstuk8.6 Waterlter gebruiken op pagina202). Met waterlter is de
waterhardheid ingesteld op Zacht.
Bepaal de waterhardheid met het meegeleverde teststrookje. Neem
de instructies op de verpakking van het teststrookje en de tabel
Waterhardheidsklasse op pagina209 in acht.
De volgende waterhardheden kunnen worden ingesteld:
Weergave Waterhardheid
zacht, ontkalken na 150 liter
gemiddeld, ontkalken na 100 liter
hard, ontkalken na 60 liter
zeer hard, ontkalken na 35 liter
Basisinstellingen wijzigen
189
NEDERLANDS
Voorwaarde: de servicemodus is opgeroepen.
1.
Druk zo vaak op de bedieningstoets „Service“ tot de weergave voor de
servicemodus Waterhardheid verschijnt.
2. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Koesterkte“ tot de gewenste
waterhardheid is ingesteld
.
3. U kunt de volgende basisinstelling in de servicemodus oproepen of de
servicemodus verlaten:
a) Druk kort op de bedieningstoets „Service“ om naar de volgende
basisinstelling te navigeren.
b) Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt
om de servicemodus te verlaten.
» De nieuwe instelling voor de waterhardheid is opgeslagen.
7.5 Zettemperatuur instellen
Als in de servicemodus de hiernaast afgebeelde weergave brandt, kunt u de
zettemperatuur instellen.
De zettemperatuur heeft invloed op de smaak van de koespecialiteit. U
kunt de zettemperatuur als volgt naar uw smaak instellen:
Weergave Zettemperatuur
laag
gemiddeld
hoog
Voorwaarde: de servicemodus is opgeroepen.
1.
Druk zo vaak op de bedieningstoets „Service“ tot de weergave voor de
servicemodus Zettemperatuur verschijnt.
2. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Koesterkte“ tot de gewenste
zettemperatuur is ingesteld.
3.
U kunt de volgende basisinstelling in de servicemodus oproepen of de
servicemodus verlaten:
a) Druk kort op de bedieningstoets „Service“ om naar de volgende
basisinstelling te navigeren.
b) Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt
om de servicemodus te verlaten.
» De nieuwe zettemperatuur is opgeslagen.
Basisinstellingen wijzigen
190
NEDERLANDS
7.6 Terugzetten op de fabrieksinstellingen
U kunt het apparaat terugzetten op de fabrieksinstellingen.
Informatie
Als u het apparaat terugzet op de fabrieksinstellingen gaan alle persoonlijke
basisinstellingen in de servicemodus verloren (zie hoofdstuk 7.1
Servicemodus oproepen op pagina186).
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik.
1. Druk tegelijkertijd op de bedieningstoets „Service“ en de
bereidingstoets „Gemiddeld kopje“.
» De knipperende weergave geeft aan dat de functie geactiveerd is.
» Het apparaat is teruggezet op de fabrieksinstellingen (zie tabel
Fabrieksinstellingen op pagina209).
7.7 Maalgraad instellen
De maalgraad van de gemalen koe heeft invloed op de smaak van
de koe. De maalgraad werd voor de levering optimaal ingesteld. Wij
adviseren de maalgraad ten vroegste na ca. 1 000 koebereidingen
(ongeveer1jaar) aan te passen.
9
Afb. 14: Hendel voor de instelling van de maalgraad (Caeo® Varianza® CS)
Verzorging en onderhoud
191
NEDERLANDS
1. Verwijder de watertank.
» Aan de behuizing wordt de hendel "Maalgraadinstelling"(9)
zichtbaar.
2. Beweeg de hendel naar links of naar rechts, zoals afgebeeld op Afb. 14.
ū Naar links = maalgraad jner
ū Naar rechts = maalgraad grover
3. Plaats de watertank weer terug.
Informatie
ū Als u de maalgraad jner instelt, wordt de koe sterker.
ū De maalgraad is optimaal ingesteld als de koe gelijkmatig uit de
uitloop stroomt en een jne, vaste crema ontstaat.
8 Verzorging en onderhoud
Door regelmatige verzorging en onderhoud van het apparaat zorgt u voor
een permanent hoge kwaliteit van uw dranken.
8.1 Algemene reiniging
Reinig het apparaat geregeld. Verwijder externe verontreinigingen door
melk en koe onmiddellijk.
OPGELET
Het gebruik van ongeschikte reinigingsmiddelen kan krassen
veroorzaken op het oppervlak van het apparaat.
Gebruik geen schurende doeken, sponzen of reinigingsmiddelen.
Voorwaarde: het apparaat is uitgeschakeld.
Reinig het apparaat aan de buitenkant met een zachte, vochtige doek
en een normaal vaatwasmiddel.
Spoel het lekbakje en de residubak af. Gebruik hierbij een zachte,
vochtige doek en een normaal vaatwasmiddel.
Reinig het bonenreservoir met een zachte, droge doek.
De residubak(5) en het druprooster(15) mogen gereinigd worden in de
vaatwasmachine.
Verzorging en onderhoud
192
NEDERLANDS
8.2 Zetgroep reinigen
Om schade aan het apparaat te vermijden, adviseren wij de zetgroep
eenmaal per week te reinigen.
Tijdens de reiniging kunt u de koeresten op vlakken van het apparaat
achter het afdekpaneel met een droge, zachte doek verwijderen.
VOORZICHTIG
Elektrische schok bij het reinigen van het geopende apparaat
Schakel het apparaat uit voordat u vlakken van het apparaat achter het
afdekpaneel reinigt
32
11
12
Afb. 15: Zetgroep verwijderen (Caeo® Varianza® CS)
1. Open het afdekpaneel(11). Grijp daarvoor in de uitsparing aan de
rechterkant van het apparaat en schuif het afdekpaneel naar achteren.
Verwijder het afdekpaneel.
2. Houd de rode hendel(32) aan de greep van de zetgroep(12) ingedrukt
en draai deze met de wijzers van de klok mee tot hij vastklikt.
3. Trek de zetgroep aan de greep uit het apparaat.
Verzorging en onderhoud
193
NEDERLANDS
33
Afb. 16: Zetgroep reinigen
4. Spoel de zetgroep langs alle kanten zorgvuldig af onder stromend
water.
» De zetgroep en de zeef(33) zijn vrij van koeresten.
5. Laat de zetgroep uitdruppelen.
6. Plaats de zetgroep in het apparaat. Houd de rode hendel aan de greep
van de zetgroep ingedrukt en draai deze tegen de wijzers van de klok
in tot hij vastklikt.
7. Sluit het afdekpaneel. Plaats hiervoor het afdekpaneel en schuif het
naar voren tot het vastklikt.
Verzorging en onderhoud
194
NEDERLANDS
8.3 Cappuccinatore reinigen
Wij adviseren de Cappuccinatore en de melkslang geregeld te reinigen.
13
20
24
23
Afb. 17: Cappuccinatore uit elkaar halen
Om de Cappuccinatore uit elkaar te halen, gaat u als volgt te werk:
1. Trek de Cappuccinatore los van de stoombuis(13).
2. Trek de volgende onderdelen los van de Cappuccinatore:
ū melkslang(23)
ū luchtaanzuigbuis(20)
ū uitloop(24)
3. Reinig de Cappuccinatore en de verschillende delen met warm water.
4. Zet de Cappuccinatore weer in elkaar.
5. Sluit de Cappuccinatore aan op het apparaat (zie hoofdstuk 4.6
Cappuccinatore aansluiten op pagina176).
Verzorging en onderhoud
195
NEDERLANDS
8.4 Reinigingsprogramma uitvoeren
Met het reinigingsprogramma worden koe- en koe-olieresten
verwijderd met behulp van een reiniger voor volautomatische
koemachines.
Om schade aan het apparaat te vermijden, adviseren wij het
reinigingsprogramma alle 2 maanden uit te voeren – of als het apparaat
erom vraagt.
Het programma Reinigen duurt ongeveer 10 minuten en mag niet
onderbroken worden.
VOORZICHTIG
Contact met de reiniger voor volautomatische koemachines kan
irritaties van de ogen en de huid tot gevolg hebben.
Neem de gebruiksinstructies op de verpakking van de reiniger voor
volautomatische koemachines in acht.
OPGELET
Het gebruik van een ongeschikte reiniger voor volautomatische
koemachines kan schade aan het apparaat tot gevolg hebben.
Gebruik uitsluitend de reinigingstabletten Melitta® PERFECT CLEAN
Espresso Machines.
Verzorging en onderhoud
196
NEDERLANDS
Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. De watertank is gevuld.
Toetsen Weergaven Stappen
1. Houd de bedieningstoets „Service“
en de bedieningstoets „Koffiesterkte“
langer dan 2 seconden ingedrukt.
» Het apparaat geeft aan, dat
ū het reinigingsprogramma loopt,
ū de eerste programmastand is
bereikt,
ū het lekbakje en de residubak
geleegd moeten worden.
2. Leeg het lekbakje en de residubak (zie
hoofdstuk 4.8 Lekbakje en residubak
legen op pagina178).
3. Plaats het lekbakje zonder de
residubak terug.
» Het apparaat geeft aan dat de
tweede programmastand is bereikt.
» Het apparaat spoelt twee keer.
» De knipperende weergave vraagt u
om de zetgroep te verwijderen.
Afb. 18: Reinigingstablet in de zetgroep leggen.
Verzorging en onderhoud
197
NEDERLANDS
Toetsen Weergaven Stappen
4. Zet de residubak onder de uitloop.
5. Verwijder de zetgroep en reinig deze
zoals beschreven in hoofdstuk8.2
Zetgroep reinigen op pagina192.
Schakel het apparaat hierbij niet uit.
6. Leg een reinigingstablet in de
zetgroep (zie Afb. 18). Plaats de
zetgroep in het apparaat zoals
beschreven in hoofdstuk 8.2 Zetgroep
reinigen op pagina192.
» Het apparaat geeft aan dat de
derde programmastand is bereikt.
» Het reinigingsproces start.
» Na meerdere minuten geeft het
apparaat aan dat
ū de vierde programmastand is
bereikt,
ū het lekbakje en de residubak
geleegd moeten worden.
7. Leeg het lekbakje en de residubak.
8. Plaats het lekbakje zonder de
residubak terug.
9. Zet de residubak onder de uitloop.
» Het apparaat geeft aan dat de
laatste programmastand is bereikt.
» Het reinigingsproces wordt
voortgezet.
» Daarna geeft het apparaat aan
dat het lekbakje en de residubak
geleegd moeten worden.
10. Leeg het lekbakje en de residubak.
11. Plaats het lekbakje en de residubak
terug.
» Het apparaat is klaar voor gebruik.
Verzorging en onderhoud
198
NEDERLANDS
8.5 Ontkalkingsprogramma uitvoeren
Met het ontkalkingsprogramma worden kalkafzettingen uit het apparaat
verwijderd met behulp van een ontkalker voor volautomatische
koemachines.
Om schade aan het apparaat te vermijden, adviseren wij het programma
„Ontkalking“ elke 3 maanden uit te voeren – of als het apparaat erom
vraagt.
Het programma „Ontkalking“ duurt ongeveer 25 minuten en mag niet
onderbroken worden.
VOORZICHTIG
Contact met de ontkalker voor volautomatische koemachines kan
irritaties van de ogen en de huid tot gevolg hebben.
Neem de gebruiksinstructies op de verpakking van de ontkalker voor
volautomatische koemachines in acht.
VOORZICHTIG
Uitstromend heet water en hete stoombuis.
Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan.
Wacht tot de stoombuis is afgekoeld.
OPGELET
Het gebruik van een ongeschikte ontkalker kan schade aan het apparaat
tot gevolg hebben.
Gebruik uitsluitend de vloeibare ontkalker Melitta® ANTI CALC Espresso
Machines.
OPGELET
Een ingeschroefde waterlter kan tijdens het ontkalkingsprogramma
beschadigd raken.
Verwijder de waterlter.
Leg de waterlter tijdens het ontkalkingsprogramma in een bakje met
leidingwater.
Na aoop van het ontkalkingsprogramma kunt u de waterlter weer
aanbrengen en verder gebruiken.
Verzorging en onderhoud
199
NEDERLANDS
Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. Er is 0,5 liter
ontkalkeroplossing aangemaakt die gereedstaat.
Symbool op de
keuzeschake
laar of toetsen
Weergaven Stappen
1. Houd de bedieningstoets „Service“ en
de bedieningstoets „Stoombereiding“
langer dan 2 seconden ingedrukt.
» Het apparaat geeft aan, dat
ū het ontkalkingsprogramma
loopt,
ū de eerste programmastand is
bereikt,
ū het lekbakje en de residubak
geleegd moeten worden.
2. Leeg het lekbakje en de residubak (zie
hoofdstuk 4.8 Lekbakje en residubak
legen op pagina178).
3. Draai aan de keuzeschakelaar tot de
instelling voor heet water naar boven
wijst.
4. Plaats het lekbakje zonder de
residubak terug.
» Het apparaat geeft aan, dat
ū de tweede programmastand is
bereikt,
ū de watertank gevuld moet
worden,
ū er vloeibare ontkalker in de
watertank gevuld moet worden.
5. Zet de residubak onder de
Cappuccinatore.
6. Open het deksel van de watertanken
trek de watertankaan de handgreep
omhoog uit het apparaat.
7. Leeg de watertank en doe 0,5 liter
ontkalkeroplossing in de watertank.
Neem hierbij de overeenkomstige
gebruiksaanwijzing van de ontkalker
voor volautomatische koemachines
in acht.
Verzorging en onderhoud
200
NEDERLANDS
Symbool op de
keuzeschake
laar of toetsen
Weergaven Stappen
8. Plaats de watertank weer terug.
» Het ontkalkingsproces start.
» Na meerdere minuten geeft het
apparaat aan dat
ū de derde programmastand is
bereikt,
ū dat de draairegelaar bediend
moet worden.
9. Draai de draaiknop met de wijzers van
de klok mee tot aan de aanslag.
» Het ontkalkingsproces wordt
voortgezet.
» Na meerdere minuten geeft het
apparaat aan dat het lekbakje en
de residubak geleegd moeten
worden.
10. Leeg het lekbakje en de residubak.
11. Plaats het lekbakje zonder de
residubak terug.
» Het apparaat geeft aan, dat
ū de vierde programmastand is
bereikt,
ū de watertank gevuld moet
worden.
12. Zet de residubak onder de
Cappuccinatore.
13. Open het deksel van de watertanken
trek de watertankaan de handgreep
omhoog uit het apparaat.
14. Leeg en reinig de watertank.
15. Vul de watertank met vers water en
zet hem terug.
» Er stroomt heet water in de
residubak.
16. Zodra er geen heet water meer
stroomt, draait u de draaiknop tot aan
de aanslag tegen de wijzers van de
klok in.
Verzorging en onderhoud
201
NEDERLANDS
Symbool op de
keuzeschake
laar of toetsen
Weergaven Stappen
» Het apparaat geeft aan dat de
laatste programmastand is bereikt.
» Er stroomt heet water in het
lekbakje.
» Na enkele minuten geeft het
apparaat aan dat het lekbakje en
de residubak geleegd moeten
worden.
17. Leeg het lekbakje en de residubak.
18. Plaats het lekbakje en de residubak
terug.
» Het apparaat is klaar voor gebruik.
Verzorging en onderhoud
202
NEDERLANDS
8.6 Waterlter gebruiken
Het gebruik van een waterlter verlengt de levensduur van het apparaat en
u hoeft het apparaat niet zo vaak te ontkalken. De meegeleverde waterlter
ltert kalk en andere schadelijke stoen uit het water.
1
34
35
36
Afb. 19: Waterlter vast- of losschroeven
De waterlter(35) wordt met de schroefhulp(34) in of uit de
schroefdraad(36) op de bodem van de watertank(1) geschroefd.
Informatie
De waterlter mag niet gedurende langere tijd droogstaan. Wij adviseren
de waterlter in een bakje met leidingwater in de koelkast te bewaren als
het apparaat gedurende langere tijd niet wordt gebruikt.
Verzorging en onderhoud
203
NEDERLANDS
Waterlter aanbrengen
Informatie
Als u een waterlter gebruikt, kunt u geen waterhardheid instellen. De
waterhardheid is automatisch ingesteld op Zacht (zie hoofdstuk7.4
Waterhardheid instellen op pagina188).
Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. De nieuwe waterlter ligt
klaar.
1. Houd de bedieningstoets „Service“ en de bedieningstoets Twee kopjes“
langer dan 2seconden ingedrukt.
» Het apparaat geeft aan, dat
ū het lterprogramma loopt,
ū het lekbakje en de residubak geleegd moeten worden.
2. Leeg het lekbakje en de residubak.
3. Plaats het lekbakje zonder de residubak terug.
» Het apparaat geeft aan dat de watertank gevuld moet worden.
4. Zet de residubak onder de Cappuccinatore.
5. Open het deksel van de watertanken trek de watertankaan de
handgreep omhoog uit het apparaat.
6. Leeg de watertank.
7. Plaats een nieuwe lter in de watertank (zie Afb. 19).
8. Vul de watertank.
9. Plaats de watertank weer terug.
» De brandende weergave geeft aan dat de draairegelaar bediend
moet worden.
10. Draai de draaiknop met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag.
» De lter wordt met water gespoeld.
» Er stroomt water in het bakje onder de Cappuccinatore.
Informatie
Als het apparaat tijdens dit proces aangeeft dat de watertank gevuld moet
worden, draait u de draairegelaar eerst tegen de wijzers van de klok in
tot aan de aanslag. Vul de watertank. Zodra u de gevulde watertank heeft
geplaatst, draait u de draairegelaar weer met de wijzers van de klok mee tot
aan de aanslag.
11. Als er geen water meer in het bakje stroomt en het apparaat
niet aangeeft dat de watertank gevuld moet worden, draait u de
draairegelaar tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag.
12. Plaats de residubak weer in het lekbakje.
» De nieuwe lter is aangebracht en het apparaat is klaar voor gebruik.
Verzorging en onderhoud
204
NEDERLANDS
Waterlter vervangen
Breng een nieuwe waterlter aan (zie hoofdstuk Waterlter aanbrengen op
pagina203).
Waterlter permanent afmelden
Als u een aangebrachte waterlter heeft verwijderd en het apparaat zonder
waterlter verder wilt gebruiken, meldt u de waterlter af:
1. Verwijder de watertank.
2. Verwijder de waterlter (zie Afb. 19).
3. Vul de watertank.
4. Houd de bedieningstoets „Service“ en de bereidingstoets „Grote kop“
langer dan 2seconden ingedrukt.
» De waterlter is afgemeld.
» De waterhardheid is teruggezet op de hardheid die het apparaat
vóór het aanbrengen van een waterlter had opgeslagen.
5. Stel de waterhardheid eventueel opnieuw in (zie hoofdstuk 7.4
Waterhardheid instellen op pagina188).
Storingen
205
NEDERLANDS
9 Storingen
Als de storingen met de onderstaande maatregelen niet verholpen kunnen
worden of als er storingen optreden die hier niet vermeld staan, dan kunt u
zich tot onze hotline (lokaal tarief) wenden.
Nederland: + 31 (0)183 / 642 642
België: + 32 (0)9 / 331 52 30
Storing Oorzaak Maatregel
Koe druppelt slechts
uit de uitloop.
Maalgraad is te jn. Maalgraad grover instellen (zie
hoofdstuk7.7 op pagina190).
Apparaat is
verontreinigd.
Zetgroep reinigen (zie
hoofdstuk8.2 op pagina192).
Reinigingsprogramma
uitvoeren (zie hoofdstuk8.4 op
pagina195).
Apparaat is verkalkt. Ontkalkingsprogramma
uitvoeren (zie hoofdstuk8.5 op
pagina198).
Koe loopt niet. Watertank is niet
gevuld of niet juist
geplaatst.
Watertank vullen en correcte
plaatsing controleren (zie
hoofdstuk4.4 op pagina174).
Zetgroep is verstopt. Zetgroep reinigen (zie
hoofdstuk8.2 op pagina192).
Bij het opschuimen van
melk ontstaat te weinig
melkschuim.
Keuzeschakelaar
staat niet op de juiste
positie.
Keuzeschakelaar naar de
juiste positie draaien (zie
hoofdstuk6.6 op pagina184).
Cappuccinatore is
verontreinigd.
Cappuccinatore reinigen (zie
hoofdstuk8.3 op pagina194).
Hoewel het
bonenreservoir gevuld
is, geeft het apparaat
aan dat er koebonen
bijgevuld moeten
worden.
Koebonen vallen niet
in het maalwerk.
Op een bereidingstoets
drukken.
Lichtjes tegen het
bonenreservoir kloppen.
Bonenreservoir reinigen.
Koebonen zijn te sterk
oliehoudend. Andere
koebonen gebruiken.
Lawaai uit het
maalwerk.
Vreemd voorwerp in
het maalwerk.
Contact opnemen met de
hotline.
Bij de My Bean
Select®- functie gaat
de weergave uit als
de doseerlepel weer
wordt geplaatst.
In de bonenschacht
bevinden zich minder
dan 8 g koebonen.
Koebonen bijvullen (zie
hoofdstuk5.1 op pagina179).
Transport, bewaring en verwijdering
206
NEDERLANDS
Storing Oorzaak Maatregel
Zetgroep kan na
verwijdering niet terug
worden geplaatst.
Greep voor de
vergrendeling van de
zetgroep niet op de
juiste positie.
Controleren of de greep voor
de vergrendeling van de
zetgroep correct vergrendeld
is (zie hoofdstuk8.2 op
pagina192).
Aandrijving niet op de
juiste positie.
Op bedieningstoets
„Koesterkte“ drukken en
ingedrukt houden.
Tegelijkertijd op de „Aan/uit“-
toets drukken. Het apparaat
voert een initialisatie uit.
Toetsen weer loslaten.
Snel afwisselend
knipperen van de
weergaven:
Softwarestoring Apparaat uit- en weer
inschakelen (zie hoofdstuk4.1
op pagina172).
Contact opnemen met de
hotline.
Snel afwisselend
knipperen van de
weergaven:
Zetgroep is niet
geplaatst.
Zetgroep plaatsen.
Branden van de
weergave zonder dat
deze geactiveerd is.
Apparaat is niet
volledig ontlucht.
Apparaat ontluchten, hiervoor
de draairegelaar met de
wijzers van de klok mee tot
aan de aanslag draaien. Zodra
er water uit de Cappuccinatore
loopt, de draairegelaar tegen
de wijzers van de klok in tot
aan de aanslag draaien.
Zetgroep reinigen (zie
hoofdstuk8.2 op pagina192).
10 Transport, bewaring en verwijdering
10.1 Apparaat ontluchten
Wij adviseren het apparaat te ontluchten als het gedurende langere tijd niet
wordt gebruikt, voordat het wordt getransporteerd of bij vorstgevaar.
Bij het ontluchten wordt het resterende water uit het apparaat verwijderd.
VOORZICHTIG
Uitstromend heet water en hete stoombuis
Grijp niet in de uitstromende stoom.
Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan. Wacht
tot de stoombuis is afgekoeld.
Transport, bewaring en verwijdering
207
NEDERLANDS
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik.
1. Plaats een kopje of glas onder de Cappuccinatore.
2. Houd de bedieningstoets „Service“ en de bereidingstoets „Klein kopje“
langer dan 2 seconden ingedrukt.
» Tijdens het ontluchten knippert de weergave.
» De brandende weergave geeft aan dat de watertank verwijderd
moet worden.
3. Verwijder de watertank.
» De brandende weergave geeft aan dat de draairegelaar bediend
moet worden.
4. Draai de draaiknop met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag.
» Er komt water en stoom uit de Cappuccinatore.
» De weergave knippert.
5. Zodra er geen water en stoom meer te zien zijn, draait u de
draairegelaar tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag.
» Het apparaat is ontlucht en wordt automatisch uitgeschakeld.
Informatie
Als u het apparaat opnieuw in gebruik neemt, wordt er na het inschakelen
een automatische spoeling uitgevoerd en het apparaat wordt ontlucht
(zie hoofdstuk3.5 Apparaat de eerste keer inschakelen en ontluchten op
pagina170).
10.2 Apparaat transporteren
OPGELET
Bevroren restwater kan schade aan het apparaat veroorzaken.
Zorg ervoor dat het apparaat niet wordt blootgesteld aan temperaturen
onder 0°C.
Informatie
Transporteer het apparaat in de originele verpakking. Op die manier
vermijdt u transportschade.
Transport, bewaring en verwijdering
208
NEDERLANDS
Voer de volgende stappen uit voor u het apparaat transporteert:
1. Ontlucht het apparaat (zie hoofdstuk10.1 Apparaat ontluchten op
pagina206).
2. Leeg het lekbakje en de residubak.
3. Leeg de watertank.
4. Leeg het bonenreservoir.
5. Reinig het apparaat (zie hoofdstuk8.1 Algemene reiniging op
pagina191).
6. Bevestig losse onderdelen (kopjesplateau enz.) met geschikt plak band.
7. Verpak het apparaat.
10.3 Apparaat verwijderen
De met dit symbool gemarkeerde apparaten zijn onderworpen aan de
Europe se richtlijn 2002 / 96 / EG voor WEEE (Waste Electrical and Electronic
Equipment).
Elektrische apparaten horen niet bij het huisvuil.
Verwijder het apparaat op een milieuvriendelijke manier via de
geschikte inzamel kanalen.
Technische gegevens
209
NEDERLANDS
11 Technische gegevens
Technische gegevens
Bedrijfsspanning 220 V tot 240 V, 50 Hz
Opgenomen vermogen maximaal 1450 W
Pompdruk statisch maximaal 15 bar
Afmetingen
Breedte
Diepte
Hoogte
Caeo® Varianza® CS
– Caeo® Passione®
253 mm
380 mm
405 mm
390 mm
Inhoud
Bonenreservoir
Doseerlepel
Watertank
125 g
10 g tot 11 g (afhankelijk van de soort koe)
1,2 l
Vermogensgrenzen per
bereiding
Duur stoombereiding
Bereiding heet water
180 s
440 ml
Gewicht (leeg)
Caeo® Varianza® CS
– Caeo® Passione®
11,2 kg
11,0 kg
Omgevingsomstandigheden
Temperatuur
Relatieve luchtvochtigheid
10 °C tot 32 °C
30 % tot 80 % (niet condenserend)
Waterhardheidsklasse °d °e °f
Zacht 0tot10 0tot13 0tot18
Gemiddeld 10tot15 13tot19 18tot27
Hard 15tot20 19tot25 27tot36
Zeer hard > 20 > 25 > 36
Fabrieksinstellingen
Klein kopje Drankhoeveelheid 40 ml
Koesterkte Normaal
Zettemperatuur Normaal
Gemiddeld kopje Drankhoeveelheid 120 ml
Koesterkte Normaal
Zettemperatuur Normaal
Grote kop Drankhoeveelheid 200 ml
Koesterkte Normaal
Zettemperatuur Normaal
Melitta Europa GmbH & Co. KG
Division Household Products
Ringstr. 99
D-32427 Minden
Germany
www.melitta.de
Editorial department:
ZINDEL AG
www.zindel.de
Mel 005_Pas_Var_CS 0.3 de-en-fr-nl-it | 2014-07

Documenttranscriptie

Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Voor uw veiligheid..........................................................................................................161 1.1 Gebruikte symbolen............................................................................................161 1.2 Reglementair gebruik..........................................................................................162 1.3 Gevaar door elektrische stroom......................................................................162 1.4 Gevaar voor brandwonden...............................................................................163 1.5 Algemene veiligheid............................................................................................163 3 Eerste stappen..................................................................................................................169 3.1 Apparaat uitpakken.............................................................................................169 3.2 Levering controleren...........................................................................................169 3.3 Apparaat opstellen...............................................................................................170 3.4 Apparaat aansluiten.............................................................................................170 3.5 Apparaat de eerste keer inschakelen en ontluchten...............................170 4 Basisprincipes van de bediening..............................................................................172 4.1 Apparaat in- en uitschakelen............................................................................172 4.2 Gebruik van het display......................................................................................173 4.3 Bonenreservoir vullen met koffiebonen......................................................173 4.4 Watertank vullen...................................................................................................174 4.5 Uitloop voor koffiespecialiteiten instellen...................................................176 4.6 Cappuccinatore aansluiten...............................................................................176 4.7 Melk gebruiken......................................................................................................177 4.8 Lekbakje en residubak legen............................................................................178 5 My Bean Select®-functie gebruiken.........................................................................179 5.1 Koffiebonen voor de My Bean Select®-functie bijvullen........................179 6 Dranken bereiden............................................................................................................181 6.1 Koffiesterkte instellen..........................................................................................181 6.2 Koffiespecialiteiten bereiden ...........................................................................182 6.3 Koffiehoeveelheid instellen..............................................................................182 6.4 Twee koffiespecialiteiten tegelijk bereiden.................................................183 6.5 Koffiebereiding afbreken...................................................................................183 6.6 Melkschuim of warme melk bereiden...........................................................184 6.7 Heet water bereiden............................................................................................185 159 NEDERLANDS 2 Overzicht.............................................................................................................................164 2.1 Overzicht van de apparaten..............................................................................164 2.2 Overzicht van het display..................................................................................166 2.3 Overzicht van de Cappuccinatore..................................................................168 Inhoudsopgave 7 Basisinstellingen wijzigen...........................................................................................186 7.1 Servicemodus oproepen....................................................................................186 7.2 Energiebespaarprogramma instellen............................................................186 7.3 Automatische uitschakeling instellen...........................................................187 7.4 Waterhardheid instellen.....................................................................................188 7.5 Zettemperatuur instellen...................................................................................189 7.6 Terugzetten op de fabrieksinstellingen........................................................190 7.7 Maalgraad instellen..............................................................................................190 8 Verzorging en onderhoud...........................................................................................191 8.1 Algemene reiniging.............................................................................................191 8.2 Zetgroep reinigen.................................................................................................192 8.3 Cappuccinatore reinigen....................................................................................194 8.4 Reinigingsprogramma uitvoeren....................................................................195 8.5 Ontkalkingsprogramma uitvoeren.................................................................198 8.6 Waterfilter gebruiken..........................................................................................202 NEDERLANDS 9 Storingen.............................................................................................................................205 10 Transport, bewaring en verwijdering.....................................................................206 10.1 Apparaat ontluchten...........................................................................................206 10.2 Apparaat transporteren......................................................................................207 10.3 Apparaat verwijderen.........................................................................................208 11 Technische gegevens.....................................................................................................209 160 Voor uw veiligheid Geachte klant, Hartelijk dank voor de aankoop van deze volautomatische koffiemachine ­­Caffeo® Varianza® CS of Caffeo® Passione®. De gebruiksaanwijzing helpt u de diverse mogelijkheden van het apparaat te leren kennen, zodat u een maximaal koffiegenot kunt beleven. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door. Zo vermijdt u letsel en materiële schade. Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Voeg de gebruiksaanwijzing bij het apparaat als u dit later doorgeeft. Melitta aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade door het niet in acht nemen van de gebruiksaanwijzing. Als u meer informatie wenst of vragen over het apparaat heeft, wendt u zich dan tot Melitta of bezoekt u ons op internet onder: www.melitta.nl of www.melitta.be 1 NEDERLANDS Wij wensen u veel plezier met het apparaat. Voor uw veiligheid Het apparaat voldoet aan de volgende Europese richtlijnen: ūū 2006 / 95 / EG (laagspanning), ūū 2004 / 108 / EG (elektromagnetische compatibiliteit), ūū 2011 / 65 / EU (RoHS), ūū 2009 / 125 / EG (Ecodesign/ ErP). Het apparaat is gebouwd volgens de actuele stand van de technische ontwikkeling. Toch bestaan er enkele restrisico's. Om risico's te vermijden, dient u de veiligheidsinstructies in acht te nemen. Melitta aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade door het niet in acht nemen van veiligheidsinstructies. 1.1 Gebruikte symbolen De volgende symbolen wijzen op bijzondere gevaren bij het gebruik van het apparaat of geven nuttige tips. VOORZICHTIG Het signaalwoord VOORZICHTIG wijst op mogelijk letsel. 161 Voor uw veiligheid OPGELET Het signaalwoord OPGELET wijst op mogelijke beschadigingen van het apparaat. Informatie Het signaalwoord "Informatie" verwijst naar aanwijzingen of tips voor het gebruik van het apparaat. Reglementair gebruik Het apparaat is bestemd voor de bereiding van koffiespecialiteiten van koffiebonen en voor het verwarmen van melk en water. Het apparaat is bestemd voor privégebruik. Elke andere vorm van gebruik geldt als niet-reglementair en kan letsel en materiële schade veroorzaken. Melitta aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die het gevolg is van niet-reglementair gebruik van het apparaat. 1.3 Gevaar door elektrische stroom Als het apparaat of het netsnoer beschadigd is, bestaat levensgevaar door een elektrische schok. Neem de volgende veiligheidsinstructies in acht om gevaren door elektrische stroom te vermijden: NEDERLANDS 1.2 ūū Gebruik geen beschadigd netsnoer. ūū Een beschadigd netsnoer mag alleen worden vervangen door de fabrikant, diens servicedienst of diens servicepartner. ūū Open geen vastgeschroefde afdekpanelen van de behuizing van het apparaat. ūū Gebruik het apparaat alleen als het zich in een onberispelijke technische toestand bevindt. ūū Een defect apparaat mag alleen worden gerepareerd door een geautoriseerd bedrijf. Repareer het apparaat in geen geval zelf. ūū Breng geen veranderingen aan het apparaat, de bestanddelen of de accessoires aan. ūū Dompel het apparaat niet onder in water. 162 Voor uw veiligheid 1.4 Gevaar voor brandwonden Uitstromende vloeistoffen en stoom kunnen zeer heet zijn. Delen van het apparaat worden ook zeer heet. Neem de volgende veiligheidsinstructies in acht om brandwonden te vermijden: ūū Vermijd huidcontact met de uitstromende vloeistoffen en stoom. ūū Raak de buisjes van de uitloop en de stoombuis tijdens een drankbereiding niet aan. Wacht tot de onderdelen zijn afgekoeld. Algemene veiligheid Neem de volgende veiligheidsinstructies in acht om letsel en materiële schade te vermijden: ūū Grijp tijdens het gebruik niet in het apparaat. ūū Houd het apparaat en het netsnoer uit de buurt van kinderen onder 8 jaar. ūū Dit apparaat kan door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met verminderde psychische, sensorische of mentale vaardigheden of een gebrek aan ervaring en kennis worden bediend indien deze onder toezicht staan of geïnformeerd werden over het veilige gebruik van het apparaat en de resulterende gevaren begrijpen. ūū Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud mogen niet worden uitgevoerd door kinderen onder de 8 jaar. Kinderen boven de 8 jaar moeten bij reiniging en onderhoud onder toezicht staan. ūū Ontkoppel het apparaat van het stroomnet als het gedurende langere tijd niet onder toezicht staat. 163 NEDERLANDS 1.5 Overzicht 2 Overzicht 2.1 Overzicht van de apparaten 2 1 10 3 4 9 NEDERLANDS 8 5 7 6 Afb. 1: Caffeo® Passione® en Caffeo® Varianza® CS vooraan links 1 Watertank met deksel 6 Lekbakje 2 Bonenreservoir met deksel 7 „Aan/uit“-toets 3 Kopjesplateau 8 In de hoogte verstelbare uitloop voor koffiespecialiteiten met 2 koffiebuisjes 4 Display 5 Residubak (intern) 9 Hendel „Maalgraadinstelling“ (intern) 10 Doseerlepel* voor de My Bean Select®-functie *Alleen beschikbaar bij Caffeo® Varianza® CS 164 Overzicht 11 NEDERLANDS 12 13 14 16 15 Afb. 2: Caffeo® Passione® en Caffeo® Varianza® CS vooraan rechts 11 Afdekpaneel 14 Cappuccinatore 12 Zetgroep (intern) 15 Druprooster 13 Stoombuis 16 Vlotter 165 Overzicht Weergave Betekenis Apparaat is klaar voor gebruik knippert Apparaat wordt opgewarmd of bereidt een koffiespecialiteit knippert snel Programma voor de instelling van de koffiehoeveelheid loopt brandt Aantal koffiebonen: actueel ingestelde koffiesterkte knippert Bonenreservoir vullen of koffiebereiding is afgebroken brandt* My Bean Select®-functie is klaar voor gebruik knippert* Bonenschacht vullen brandt Bereiding van twee kopjes is klaar voor gebruik brandt Watertank vullen knippert Watertank plaatsen brandt Lekbakje en residubak legen knippert Lekbakje en residubak plaatsen brandt Filter vervangen knippert Filtervervangingsprogramma loopt brandt Apparaat ontkalken knippert Ontkalkingsprogramma loopt brandt Apparaat reinigen knippert Reinigingsprogramma loopt brandt Stoombereiding is klaar voor gebruik knippert Apparaat wordt opgewarmd voor de stoombereiding NEDERLANDS brandt *Alleen beschikbaar bij Caffeo® Varianza® CS 167 Overzicht 2.3 Overzicht van de Cappuccinatore 20 21 22 23 NEDERLANDS 25 24 Afb. 4: Cappuccinatore 20 Luchtaanzuigbuisje 21 Houder voor de melkslang 22 Aansluiting van de melkslang 23 Melkslang 24 Uitloop voor heet water, melk of melkschuim 25 Keuzeschakelaar Symbool op de keuzeschakelaar Functie Instelling voor warme melk Instelling voor heet water Instelling voor melkschuim 168 Eerste stappen 3 Eerste stappen Dit hoofdstuk beschrijft hoe u het apparaat voorbereidt voor het gebruik. 3.1 Apparaat uitpakken Naast het apparaat bevinden zich accessoires in de verpakking, zoals reinigingshulpmiddelen en reinigingsmiddelen. VOORZICHTIG ƒƒ Pak het apparaat uit. Verwijder het verpakkingsmateriaal, de kleefstroken en de beschermende folie van het apparaat. ƒƒ Bewaar het verpakkingsmateriaal voor het transport of een eventuele terugzending. Informatie In het apparaat kunnen zich koffie- en watersporen bevinden. De correcte werking van het apparaat werd in de fabriek getest. 3.2 Levering controleren Controleer aan de hand van de volgende lijst of de levering compleet is. Als er delen ontbreken, wendt u zich tot uw handelaar a.u.b. ūū ūū ūū ūū ūū ūū ūū ūū Cappuccinatore melkslang reiniger voor volautomatische koffiemachines melksysteemreiniger ontkalker voor volautomatische koffiemachines waterfilter schroefhulp voor de waterfilter teststrook voor het bepalen van de waterhardheid. 169 NEDERLANDS Contact met reinigingsmiddelen kan irritaties van de ogen en de huid tot gevolg hebben. ƒƒ Bewaar de meegeleverde reinigingsmiddelen buiten het bereik van kinderen. Eerste stappen 3.3 Apparaat opstellen Neem de volgende aanwijzingen in acht: ūū Plaats het apparaat niet in vochtige ruimten. ūū Plaats het apparaat op een stabiele, vlakke en droge ondergrond. ūū Plaats het apparaat niet in de buurt van gootstenen e.d. ūū Plaats het apparaat niet op een hete ondergrond. ūū Houd ca. 10 cm afstand van de muur en andere voorwerpen. De vrije afstand boven het apparaat moet minstens 20 cm bedragen. ūū Plaats het netsnoer zo dat het niet beschadigd kan worden door scherpe randen of hete oppervlakken. 3.4 Apparaat aansluiten NEDERLANDS Neem de volgende aanwijzingen in acht: ūū Controleer of de netspanning overeenstemt met de bedrijfsspanning die vermeld is in de technische gegevens (zie tabel  Technische gegevens op pagina 209). ūū Sluit het apparaat alleen aan op een correct geïnstalleerde en geaarde contactdoos. Wendt u zich in geval van twijfel tot een elektricien. ūū De geaarde contactdoos moet minstens met een 10-A-zekering beveiligd zijn. 3.5 Apparaat de eerste keer inschakelen en ontluchten Zodra u het apparaat voor de eerste keer inschakelt, voert het een automatische spoeling uit. Er stroomt eerst heet water uit de Cappuccinatore, daarna uit de uitloop. Daarbij wordt het apparaat ontlucht. VOORZICHTIG Uitstromend heet water en hete stoombuis ƒƒ Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan. ƒƒ Wacht tot de stoombuis is afgekoeld. Informatie ūū Wij adviseren de eerste beide kopjes koffie na de ingebruikname weg te gieten. ūū Als u een waterfilter wilt gebruiken, dient u deze pas na de eerste ingebruikname te plaatsen. 170 Eerste stappen 7 Afb. 5: „Aan/uit“-toets 1. Plaats een kopje of glas onder de Cappuccinatore. 2. Druk op de „Aan/uit“-toets (7). »» Het apparaat geeft aan dat de watertank gevuld moet worden. 3. Verwijder de watertank. Spoel de watertank uit met zuiver water. Vul de watertank met vers water en breng hem opnieuw aan. »» De brandende weergave geeft aan dat de draairegelaar bediend moet worden. 4. Draai de draaiknop op het display met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag. »» Er stroomt heet water uit de Cappuccinatore. 5. Zodra er geen water meer uit de Cappuccinatore stroomt, draait u de draaiknop tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag. »» Er stroomt heet water uit de uitloop. »» Het apparaat is ontlucht. 6. Vul het bonenreservoir met koffiebonen (zie hoofdstuk 4.3 Bonenreservoir vullen met koffiebonen op pagina 173). 7. Indien gewenst kunt u nu ofwel a) de waterhardheid instellen (zie hoofdstuk 7 Basisinstellingen wijzigen op pagina 186) ofwel b) een waterfilter gebruiken (zie hoofdstuk  8.6 Waterfilter gebruiken op pagina 202). 171 NEDERLANDS Voorwaarde: het apparaat is opgesteld en aangesloten. Basisprincipes van de bediening 4 Basisprincipes van de bediening In dit hoofdstuk zijn de principiële bedieningsstappen beschreven voor het dagelijks gebruik van het apparaat. 4.1 Apparaat in- en uitschakelen Lees het hoofdstuk 3.5 Apparaat de eerste keer inschakelen en ontluchten op pagina 170 voor u het apparaat voor de eerste keer inschakelt. Informatie ūū Bij het in- en uitschakelen voert het apparaat een automatische spoeling uit. ūū Het spoelwater komt ook in het lekbakje terecht. Apparaat inschakelen NEDERLANDS 1. Plaats een kopje of glas onder de uitloop. 2. Druk op de „Aan/uit“-toets (7). 3. Het apparaat wordt opgewarmd en voert een automatische spoeling uit. »» Het apparaat geeft de als laatste ingestelde koffiesterkte weer. Informatie Als het apparaat slechts korte tijd uitgeschakeld was, wordt na het inschakelen geen automatische spoeling uitgevoerd. Apparaat uitschakelen 1. Plaats een kopje of glas onder de uitloop. 2. Druk op de „Aan/uit“-toets (7). »» Het apparaat voert een automatische spoeling uit. »» Het apparaat wordt nu uitgeschakeld. Informatie ūū Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld als het gedurende langere tijd niet wordt bediend. Ook in dit geval wordt een automatische spoeling uitgevoerd. ūū De uitschakeltijd kunt u instellen in de servicemodus (zie hoofdstuk 7.3 Automatische uitschakeling instellen op pagina 187). ūū Als sinds het inschakelen geen drank werd bereid of de watertank leeg is, wordt er geen spoeling uitgevoerd. 172 Basisprincipes van de bediening 4.2 Gebruik van het display De belangrijkste programma's zijn bereikbaar via het display. Druk op de gewenste toets. Gebruik de volgende acties voor de bediening van de toetsen: Kort drukken Druk kort op een toets om een programma te selecteren. 2s Bonenreservoir vullen met koffiebonen Gebrande koffiebonen verliezen hun aroma. Doe daarom niet meer koffie­ bonen in het bonenreservoir dan u de komende ­3 tot  4 dagen gebruikt. OPGELET Door het gebruik van ongeschikte koffiesoorten kan het maalwerk verstopt raken. ƒƒ Gebruik geen gevriesdroogde of gekaramelliseerde koffiebonen. ƒƒ Gebruik geen gemalen koffie of instantproducten. Informatie Bij een verandering van de bonensoort kunnen zich, afhankelijk van het model, nog resten van de oude bonensoort in het maalwerk bevinden. Caffeo® Passione®: Ook als het reservoir leeg wordt gemaakt en daarna met een nieuwe bonensoort wordt gevuld, blijft er altijd nog een rest van de oude bonensoort in het maalwerk. Daarom kunnen de eerste beide koffiebereidingen nog resten van de oude bonensoort bevatten. Caffeo® Varianza® CS: Om ervoor te zorgen dat de koffiebonen bij verandering van de bonensoort (of bij gebruik van de My Bean Select®-functie) niet vermengd worden, wordt het maalwerk na elk maalproces leeggemalen. Toch kan een minimale vermenging van de koffiesoorten optreden. Het leegmalen zorgt voor een ander geluid, dat is normaal. 173 NEDERLANDS 4.3 Lang drukken Houd een toets langer dan 2 seconden ingedrukt om een eventueel beschikbaar tweede programma te selecteren. Basisprincipes van de bediening 26 2 NEDERLANDS Afb. 6: Deksel van het bonenreservoir openen (Caffeo® Varianza® CS) 1. Open het deksel (26) van het bonenreservoir (2). 2. Vul het bonenreservoir met koffiebonen. 3. Sluit het deksel van het bonenreservoir. Informatie De knipperende weergave vraagt u om koffiebonen bij te vullen. Bij de volgende koffiebereiding knippert de weergave niet meer. 4.4 Watertank vullen Gebruik voor een optimaal koffiegenot alleen vers en koud water zonder koolzuur. Ververs het water dagelijks. Informatie De kwaliteit van het water is bepalend voor de smaak van de koffie. Gebruik daarom een waterfilter (zie hoofdstuk 7.4 Waterhardheid instellen op pagina 188 en hoofdstuk 8.6 Waterfilter gebruiken op pagina 202). 174 Basisprincipes van de bediening 27 Afb. 7: Watertank (Caffeo® Varianza® CS) 1. Open het deksel van de watertank (27) en trek de watertank (1) aan de handgreep omhoog uit het apparaat. 2. Vul de watertank met water. 3. Plaats de watertank langs de bovenkant in het apparaat en sluit het deksel. 175 NEDERLANDS 1 Basisprincipes van de bediening 4.5 Uitloop voor koffiespecialiteiten instellen De uitloop voor koffiespecialiteiten (8) is in hoogte verstelbaar. Zorg voor een zo klein mogelijke afstand tussen uitloop en kopje. Verplaats de uitloop afhankelijk van het kopje omhoog of omlaag. NEDERLANDS 8 Afb. 8: Uitloop voor koffiespecialiteiten instellen (Caffeo® Varianza® CS) 4.6 Cappuccinatore aansluiten Met de Cappuccinatore kunt u heet water, warme melk of melkschuim bereiden. Met de keuzeschakelaar (25) van de Cappuccinatore kunt u de gewenste drank selecteren. 13 21 28 25 Afb. 9: Cappuccinatore aansluiten 176 23 Basisprincipes van de bediening 1. Verbind de Cappuccinatore met de stoombuis (13). Schuif hierbij de aansluiting van de Cappuccinatore tot aan de aanslag (28) van de stoombuis. 2. Verbind de melkslang (23) met de Cappuccinatore. 3. Als u nog geen melk wilt gebruiken, kunt u de melkslang vastklemmen in de houder (21). Melk gebruiken Gebruik voor een optimaal koffiegenot gekoelde melk. 23 NEDERLANDS 4.7 29 Afb. 10: Normale melkverpakking (Caffeo® Varianza® CS) 1. Neem de melkslang (23) uit de houder (21). 2. Steek de melkslang in een normale melkver­pakking (29) of in een met melk gevuld kannetje. 177 Basisprincipes van de bediening 4.8 Lekbakje en residubak legen Na meerdere drankbereidingen kunnen het lekbakje (6) en de residubak (5) vol zijn en moeten ze geleegd worden. De zichtbare vlotter (16) geeft het actuele peil van het lekbakje aan. NEDERLANDS Het apparaat geeft na een vastgelegd aantal drankbereidingen eveneens aan dat het lekbakje en de residubak vol zijn. Leeg het lekbakje en de residubak altijd als de melding in het display verschijnt. 5 16 6 Afb. 11: Lekbakje en residubak legen (Caffeo® Varianza® CS) 1. 2. 3. 4. 5. Trek het lekbakje (6) naar voren uit het apparaat. Verwijder de residubak (5) en leeg deze. Leeg het lekbakje. Zet de residubak weer terug. Schuif het lekbakje tot tegen de aanslag in het apparaat. Informatie Als u het lekbakje en de residubak leegt terwijl het apparaat uitgeschakeld is, registreert het apparaat dit proces niet. Het kan hierdoor gebeuren dat u gevraagd wordt om de bakjes te legen alhoewel het lekbakje en de residubak nog niet vol zijn. 178 My Bean Select®-functie gebruiken 5 My Bean Select®-functie gebruiken De functie voor het bereiden van afzonderlijke porties is alleen voorhanden bij de Caffeo® Varianza® CS. Met de My Bean Select®-functie kunt u een afzonderlijke koffiespecialiteit met een andere koffiesoort bereiden. Voor de bereiding vult u apart een portie koffiebonen bij. Terwijl het bonenreservoir met bijvoorbeeld licht geroosterde koffiebonen gevuld is, kunt u met de My Bean Select®-functie een koffiespecialiteit met een portie donker geroosterde koffiebonen bereiden. Koffiebonen voor de My Bean Select®-functie bijvullen OPGELET Door het gebruik van ongeschikte koffiesoorten kan het maalwerk verstopt raken. ƒƒ Gebruik geen gevriesdroogde of gekaramelliseerde koffiebonen. ƒƒ Gebruik geen gemalen koffie of instantproducten. NEDERLANDS 5.1 Informatie Bij een verandering van de bonensoort kunnen zich, afhankelijk van het model, nog resten van de oude bonensoort in het maalwerk bevinden. Caffeo® Varianza® CS: Om ervoor te zorgen dat de koffiebonen bij verandering van de bonensoort (of bij gebruik van de My Bean Select®-functie) niet vermengd worden, wordt het maalwerk na elk maalproces leeggemalen. Toch kan een minimale vermenging van de koffiesoorten optreden. Het leegmalen zorgt voor een ander geluid, dat is normaal. 179 My Bean Select®-functie gebruiken 10 NEDERLANDS 30 Afb. 12: Doseerlepel verwijderen (Caffeo® Varianza® CS) Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik. 1. Neem de doseerlepel (10) van de bonenschacht (30). »» De knipperende weergave vraagt u om de bonenschacht te vullen. 2. Doe met de doseerlepel een afzonderlijke portie koffiebonen in de bonenschacht (30). 3. Plaats de doseerlepel terug op de bonenschacht. »» De brandende weergave geeft aan dat de My Bean Select®-functie klaar is voor gebruik. 4. Bereid de gewenste koffiespecialiteit. Informatie De doseerlepel helpt u bij het vullen van de bonenschacht met de juiste hoeveelheid koffiebonen. ūū Een gevulde doseerlepel bevat ca. 10 tot 11 g koffiebonen. Afhankelijk van de gewenste koffiesterkte kunnen er ook minder koffiebonen worden gebruikt. ūū Als zich minder dan 8 g koffiebonen in de bonenschacht bevindt, is de My Bean Select®-functie niet geactiveerd. Zodra u de doseerlepel weer terugplaatst, gaat de weergave uit. Bij de volgende koffiebereiding worden de koffiebonen uit de bonenschacht gemengd met de koffiebonen uit het bonenreservoir. 180 Dranken bereiden 6 Dranken bereiden Voor de bereiding van dranken bestaan er twee mogelijkheden: ūū bereiding van koffiespecialiteiten met de uitloop voor koffiespecialiteiten of ūū bereiding van heet water, warme melk en melkschuim met de Cappuccinatore. 6.1 Koffiesterkte instellen Zodra het apparaat klaar is voor gebruik geeft het de actuele instelling van de koffiesterkte weer. De volgende instellingen van de koffiesterkte zijn mogelijk: Weergave Koffiesterkte zeer mild (zonder voorbesprenkeling) mild normaal sterk zeer sterk Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik. 1. Druk meermaals op de bedieningstoets „Koffiesterkte“ om de gewenste koffiesterkte in te stellen. »» Het apparaat geeft de geselecteerde koffiesterkte weer. Informatie Bij het uitschakelen van het apparaat wordt de als laatste ingestelde koffiesterkte opgeslagen. 181 NEDERLANDS Opgelet: ūū In de watertank moet zich altijd voldoende water bevinden. Als het vulpeil te laag is, vraagt het apparaat u om bij te vullen. ūū Ook in het bonenreservoir moeten zich altijd voldoende koffiebonen bevinden. Als er geen koffiebonen meer zijn, breekt het apparaat de bereiding van een koffiespecialiteit af. ūū Ontbrekende melk wordt door het apparaat niet gemeld. ūū De kopjes of glazen voor de dranken moeten groot genoeg zijn (zie tabel Fabrieksinstellingen op pagina 209). Dranken bereiden 6.2 Koffiespecialiteiten bereiden  Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik. 1. Plaats een kopje of glas onder de uitloop. 2. Druk op de bereidingstoets „Klein kopje“, „Gemiddeld kopje“ of „Grote kop“. »» Het maalproces en de drankuitgifte beginnen. »» De drankuitgifte eindigt automatisch. 3. Verwijder het kopje of glas. 6.3 Koffiehoeveelheid instellen Door de keuze van een bereidingstoets kunt u de koffiehoeveelheid bepalen. Bereidingstoets Koffiehoeveelheid (fabrieksinstelling) NEDERLANDS 40 ml 120 ml 200 ml De vooringestelde koffiehoeveelheden kunt u wijzigen, van 25 ml tot 220 ml: Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik. 1. Houd de gewenste bereidingstoets langer dan 2 seconden ingedrukt. »» De snel knipperende weergave geeft aan dat het programma voor het instellen van de koffiehoeveelheid loopt. »» Het maalproces en de drankbereiding starten. 2. Druk zodra de gewenste koffiehoeveelheid is bereikt opnieuw op de gekozen bereidingstoets. »» De drankuitgifte stopt. »» Het apparaat slaat de nieuwe koffiehoeveelheid op. »» Het apparaat is klaar voor gebruik. Informatie De koffiehoeveelheid kunt u weer terugzetten op de fabrieksinstelling (zie hoofdstuk 7.6 Terugzetten op de fabrieksinstellingen op pagina 190). 182 Dranken bereiden 6.4 Twee koffiespecialiteiten tegelijk bereiden Met de bedieningstoets „Twee kopjes“ bereidt u tegelijkertijd twee koffiespecialiteiten. Bij de bereiding van twee kopjes voert het apparaat twee maalprocessen uit. NEDERLANDS 8 31 Afb. 13: Bereiding van twee kopjes (Caffeo® Varianza® CS) 1. Plaats twee kopjes onder de uitloop (8). 2. Druk op de bedieningstoets „Twee kopjes“ (31). 3. Druk op de bereidingstoets „Klein kopje“, „Gemiddeld kopje“ of „Grote kop“. »» Het maalproces en de drankuitgifte beginnen. »» De drankuitgifte eindigt automatisch. 4. Neem de beide kopjes weg. Informatie ūū De instelling geldt alleen voor een afzonderlijke drankbereiding zonder melkschuim. ūū Als u binnen 1 minuut geen koffiespecialiteit bereidt, schakelt het apparaat terug naar de bereiding van één kopje. 6.5 Koffiebereiding afbreken Als u de bereiding van een koffiespecialiteit voortijdig af wilt breken, drukt u opnieuw op de gekozen bereidingstoets. 183 Dranken bereiden 6.6 Melkschuim of warme melk bereiden Melkschuim en warme melk bereidt u met de Cappuccinatore. De bereiding van melkschuim en warme melk is bijna identiek. Voor de bereiding is stoom nodig. VOORZICHTIG Uitstromend heet water en hete stoombuis ƒƒ Grijp niet in de uitstromende stoom. ƒƒ Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan. Wacht tot de stoombuis is afgekoeld. Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. De Cappuccinatore is aangesloten op het apparaat en de melk is aangesloten. NEDERLANDS 1. Plaats een kopje of glas onder de Cappuccinatore. 2. Druk op de bedieningstoets „Stoombereiding“. »» De knipperende weergave geeft aan dat het apparaat opwarmt voor de stoombereiding. »» Daarna geeft de brandende weergave aan dat de stoombereiding klaar is voor gebruik. 3. Draai aan de keuzeschakelaar van de Cappuccinatore tot de gewenste instelling voor melkschuim of warme melk naar boven wijst. 4. Draai de draaiknop op het display met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag. »» De drankuitgifte start. 5. Draai de draaiknop tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag. »» De drankuitgifte stopt. 6. Verwijder het kopje of glas. 7. U kunt meer dranken bereiden of de Cappuccinatore spoelen: a) Bereid de volgende dranken en spoel de Cappuccinatore op een later tijdstip. b) Spoel de Cappuccinatore zoals hierna beschreven. Informatie Na 30 seconden schakelt het apparaat automatisch van de stoommodus naar de normale functie. Druk op de bedieningstoets „Stoombereiding“ om vroegtijdig over te schakelen naar de normale functie. 184 Dranken bereiden Cappuccinatore spoelen 1. 2. 3. 4. Vul een bakje met schoon water. Dompel de melkslang onder in het gevulde bakje. Zet een leeg bakje onder de Cappuccinatore. Druk op de bedieningstoets „Stoombereiding“. »» De knipperende weergave geeft aan dat het apparaat opwarmt voor de stoombereiding. »» Daarna geeft de brandende weergave aan dat de stoombereiding klaar is voor gebruik. 5. Draai de keuzeschakelaar van de Cappuccinatore tot de instelling voor melkschuim naar boven wijst. 6. Draai de draaiknop met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag. 7. Draai de draaiknop, zodra er een schoon water-/stoommengsel in het lege bakje stroomt, tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag. »» De Cappuccinatore is gespoeld. NEDERLANDS Informatie Wij raden u aan de Cappuccinatore niet alleen te spoelen, maar ook regelmatig uit elkaar te halen en te reinigen (zie hoofdstuk 8.3 Cappuccinatore reinigen op pagina 194). 6.7 Heet water bereiden Heet water bereidt u met de Cappuccinatore. VOORZICHTIG Uitstromend heet water en hete stoombuis ƒƒ Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan. ƒƒ Wacht tot de stoombuis is afgekoeld. Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. De Cappuccinatore is aangesloten. 1. Plaats een kopje of glas onder de Cappuccinatore. 2. Draai aan de keuzeschakelaar van de Cappuccinatore tot de instelling voor heet water naar boven wijst. 3. Draai de draaiknop met de wijzers van de klok mee. »» De drankuitgifte start. 4. Draai de draaiknop tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag. »» De drankuitgifte stopt. 5. Verwijder het kopje of glas. 185 Basisinstellingen wijzigen 7 Basisinstellingen wijzigen In het volgende hoofdstuk wordt beschreven hoe u de basisinstellingen van het apparaat kunt wijzigen. 7.1 Servicemodus oproepen Enkele basisinstellingen kunt u alleen in de servicemodus van het apparaat wijzigen. Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik. 1. Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt om de servicemodus op te roepen. »» Het apparaat geeft weer dat het zich in een van de hierna beschreven servicemodi bevindt. Elke servicemodus heeft een eigen weergave. NEDERLANDS Weergave Betekenis in de servicemodus Energiebespaarprogramma Automatische uitschakeling Waterhardheid Zettemperatuur Informatie Alle vier de basisinstellingen in de servicemodus kunt u weer terugzetten op de fabrieksinstellingen (zie hoofdstuk 7.6 Terugzetten op de fabrieksinstellingen op pagina 190). 7.2 Energiebespaarprogramma instellen Als in de servicemodus de hiernaast afgebeelde weergave brandt, kunt u het energiebespaarprogramma instellen. Het energiebespaarprogramma verlaagt de verwarmingstemperatuur. Daarnaast brandt de weergave op het bedieningsveld zwakker. Als u het apparaat gedurende langere tijd niet bedient, wordt het na een ingestelde tijd automatisch in het energiebespaarprogramma geschakeld. 186 Basisinstellingen wijzigen U kunt de volgende tijden instellen: Weergave Tijd 3 min 30 min 60 min 120 min 240 min Informatie Door op een willekeurige toets te drukken wordt het energiebespaarprogramma beëindigd. 1. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Service“ tot de weergave voor het energiebespaarprogramma verschijnt. 2. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Koffiesterkte“ tot de gewenste tijd is ingesteld. 3. U kunt de volgende basisinstelling in de servicemodus oproepen of de servicemodus verlaten: a) Druk kort op de bedieningstoets „Service“ om naar de volgende basisinstelling te navigeren. b) Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt om de servicemodus te verlaten. »» De nieuwe tijd voor het inschakelen van de energiebespaarmodus is opgeslagen. 7.3 Automatische uitschakeling instellen Als in de servicemodus de hiernaast afgebeelde weergave brandt, kunt u de automatische uitschakeling instellen. Als u het apparaat gedurende langere tijd niet bedient, wordt het na een ingestelde tijd automatisch uitgeschakeld. U kunt de volgende tijden instellen: Weergave Tijd 9 min 30 min 60 min 240 min 480 min 187 NEDERLANDS Voorwaarde: de servicemodus is opgeroepen. Basisinstellingen wijzigen Voorwaarde: de servicemodus is opgeroepen. 1. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Service“ tot de weergave voor de servicemodus Automatische uitschakeling verschijnt. 2. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Koffiesterkte“ tot de gewenste tijd is ingesteld. 3. U kunt de volgende basisinstelling in de servicemodus oproepen of de servicemodus verlaten: a) Druk kort op de bedieningstoets „Service“ om naar de volgende basisinstelling te navigeren. b) Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt om de servicemodus te verlaten. »» De nieuwe tijd voor de automatische uitschakeling is opgeslagen. 7.4 Waterhardheid instellen NEDERLANDS Als in de servicemodus de hiernaast afgebeelde weergave brandt, kunt u de waterhardheid instellen. Met de instelling van de waterhardheid wordt gereguleerd hoe vaak het apparaat erom vraagt, ontkalkt te worden. Hoe harder het water is, des te vaker moet het apparaat ontkalkt worden. Informatie Als u een waterfilter gebruikt, kunt u geen waterhardheid instellen (zie hoofdstuk 8.6 Waterfilter gebruiken op pagina 202). Met waterfilter is de waterhardheid ingesteld op Zacht. Bepaal de waterhardheid met het meegeleverde teststrookje. Neem de instructies op de verpakking van het teststrookje en de tabel Waterhardheidsklasse op pagina 209 in acht. De volgende waterhardheden kunnen worden ingesteld: Weergave Waterhardheid zacht, ontkalken na 150 liter gemiddeld, ontkalken na 100 liter hard, ontkalken na 60 liter zeer hard, ontkalken na 35 liter 188 Basisinstellingen wijzigen Voorwaarde: de servicemodus is opgeroepen. 1. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Service“ tot de weergave voor de servicemodus Waterhardheid verschijnt. 2. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Koffiesterkte“ tot de gewenste waterhardheid is ingesteld. 3. U kunt de volgende basisinstelling in de servicemodus oproepen of de servicemodus verlaten: a) Druk kort op de bedieningstoets „Service“ om naar de volgende basisinstelling te navigeren. b) Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt om de servicemodus te verlaten. »» De nieuwe instelling voor de waterhardheid is opgeslagen. Zettemperatuur instellen Als in de servicemodus de hiernaast afgebeelde weergave brandt, kunt u de zettemperatuur instellen. De zettemperatuur heeft invloed op de smaak van de koffiespecialiteit. U kunt de zettemperatuur als volgt naar uw smaak instellen: Weergave Zettemperatuur laag gemiddeld hoog Voorwaarde: de servicemodus is opgeroepen. 1. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Service“ tot de weergave voor de servicemodus Zettemperatuur verschijnt. 2. Druk zo vaak op de bedieningstoets „Koffiesterkte“ tot de gewenste zettemperatuur is ingesteld. 3. U kunt de volgende basisinstelling in de servicemodus oproepen of de servicemodus verlaten: a) Druk kort op de bedieningstoets „Service“ om naar de volgende basisinstelling te navigeren. b) Houd de bedieningstoets „Service“ langer dan 2 seconden ingedrukt om de servicemodus te verlaten. »» De nieuwe zettemperatuur is opgeslagen. 189 NEDERLANDS 7.5 Basisinstellingen wijzigen 7.6 Terugzetten op de fabrieksinstellingen U kunt het apparaat terugzetten op de fabrieksinstellingen. Informatie Als u het apparaat terugzet op de fabrieksinstellingen gaan alle persoonlijke basisinstellingen in de servicemodus verloren (zie hoofdstuk  7.1 Servicemodus oproepen op pagina 186). Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik. 1. Druk tegelijkertijd op de bedieningstoets „Service“ en de bereidingstoets „Gemiddeld kopje“. »» De knipperende weergave geeft aan dat de functie geactiveerd is. NEDERLANDS »» Het apparaat is teruggezet op de fabrieksinstellingen (zie tabel Fabrieksinstellingen op pagina 209). 7.7 Maalgraad instellen De maalgraad van de gemalen koffie heeft invloed op de smaak van de koffie. De maalgraad werd voor de levering optimaal ingesteld. Wij adviseren de maalgraad ten vroegste na ca. 1 000 koffiebereidingen (ongeveer 1 jaar) aan te passen. 9 Afb. 14: Hendel voor de instelling van de maalgraad (Caffeo® Varianza® CS) 190 Verzorging en onderhoud 1. Verwijder de watertank. »» Aan de behuizing wordt de hendel "Maalgraadinstelling" (9) zichtbaar. 2. Beweeg de hendel naar links of naar rechts, zoals afgebeeld op Afb. 14. ūū Naar links = maalgraad fijner ūū Naar rechts = maalgraad grover 3. Plaats de watertank weer terug. Informatie ūū Als u de maalgraad fijner instelt, wordt de koffie sterker. ūū De maalgraad is optimaal ingesteld als de koffie gelijkmatig uit de uitloop stroomt en een fijne, vaste crema ontstaat. Verzorging en onderhoud Door regelmatige verzorging en onderhoud van het apparaat zorgt u voor een permanent hoge kwaliteit van uw dranken. 8.1 Algemene reiniging Reinig het apparaat geregeld. Verwijder externe verontreinigingen door melk en koffie onmiddellijk. OPGELET Het gebruik van ongeschikte reinigingsmiddelen kan krassen veroorzaken op het oppervlak van het apparaat. ƒƒ Gebruik geen schurende doeken, sponzen of reinigingsmiddelen. Voorwaarde: het apparaat is uitgeschakeld. ƒƒ Reinig het apparaat aan de buitenkant met een zachte, vochtige doek en een normaal vaatwasmiddel. ƒƒ Spoel het lekbakje en de residubak af. Gebruik hierbij een zachte, vochtige doek en een normaal vaatwasmiddel. ƒƒ Reinig het bonenreservoir met een zachte, droge doek. ƒƒ De residubak (5) en het druprooster (15) mogen gereinigd worden in de vaatwasmachine. 191 NEDERLANDS 8 Verzorging en onderhoud 8.2 Zetgroep reinigen Om schade aan het apparaat te vermijden, adviseren wij de zetgroep eenmaal per week te reinigen. Tijdens de reiniging kunt u de koffieresten op vlakken van het apparaat achter het afdekpaneel met een droge, zachte doek verwijderen. VOORZICHTIG Elektrische schok bij het reinigen van het geopende apparaat ƒƒ Schakel het apparaat uit voordat u vlakken van het apparaat achter het afdekpaneel reinigt 11 NEDERLANDS 12 32 Afb. 15: Zetgroep verwijderen (Caffeo® Varianza® CS) 1. Open het afdekpaneel (11). Grijp daarvoor in de uitsparing aan de rechterkant van het apparaat en schuif het afdekpaneel naar achteren. Verwijder het afdekpaneel. 2. Houd de rode hendel (32) aan de greep van de zetgroep (12) ingedrukt en draai deze met de wijzers van de klok mee tot hij vastklikt. 3. Trek de zetgroep aan de greep uit het apparaat. 192 Verzorging en onderhoud 33 4. Spoel de zetgroep langs alle kanten zorgvuldig af onder stromend water. »» De zetgroep en de zeef (33) zijn vrij van koffieresten. 5. Laat de zetgroep uitdruppelen. 6. Plaats de zetgroep in het apparaat. Houd de rode hendel aan de greep van de zetgroep  ingedrukt en draai deze tegen de wijzers van de klok in tot hij vastklikt. 7. Sluit het afdekpaneel. Plaats hiervoor het afdekpaneel en schuif het naar voren tot het vastklikt. 193 NEDERLANDS Afb. 16: Zetgroep reinigen Verzorging en onderhoud 8.3 Cappuccinatore reinigen Wij adviseren de Cappuccinatore en de melkslang geregeld te reinigen. 13 20 NEDERLANDS 23 24 Afb. 17: Cappuccinatore uit elkaar halen Om de Cappuccinatore uit elkaar te halen, gaat u als volgt te werk: 1. Trek de Cappuccinatore los van de stoombuis (13). 2. Trek de volgende onderdelen los van de Cappuccinatore: ūū melkslang (23) ūū luchtaanzuigbuis (20) ūū uitloop (24) 3. Reinig de Cappuccinatore en de verschillende delen met warm water. 4. Zet de Cappuccinatore weer in elkaar. 5. Sluit de Cappuccinatore aan op het apparaat (zie hoofdstuk  4.6 Cappuccinatore aansluiten op pagina 176). 194 Verzorging en onderhoud Reinigingsprogramma uitvoeren Met het reinigingsprogramma worden koffie- en koffie-olieresten verwijderd met behulp van een reiniger voor volautomatische koffiemachines. Om schade aan het apparaat te vermijden, adviseren wij het reinigingsprogramma alle 2 maanden uit te voeren – of als het apparaat erom vraagt. Het programma Reinigen duurt ongeveer 10 minuten en mag niet onderbroken worden. VOORZICHTIG Contact met de reiniger voor volautomatische koffiemachines kan irritaties van de ogen en de huid tot gevolg hebben. ƒƒ Neem de gebruiksinstructies op de verpakking van de reiniger voor volautomatische koffiemachines in acht. NEDERLANDS 8.4 OPGELET Het gebruik van een ongeschikte reiniger voor volautomatische koffiemachines kan schade aan het apparaat tot gevolg hebben. ƒƒ Gebruik uitsluitend de reinigingstabletten Melitta® PERFECT CLEAN Espresso Machines. 195 Verzorging en onderhoud Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. De watertank is gevuld. Toetsen Weergaven Stappen NEDERLANDS 1. Houd de bedieningstoets „Service“ en de bedieningstoets „Koffiesterkte“ langer dan 2 seconden ingedrukt. »» Het apparaat geeft aan, dat ūū het reinigingsprogramma loopt, ūū de eerste programmastand is bereikt, ūū het lekbakje en de residubak geleegd moeten worden. 2. Leeg het lekbakje en de residubak (zie hoofdstuk  4.8 Lekbakje en residubak legen op pagina 178). 3. Plaats het lekbakje zonder de residubak terug. »» Het apparaat geeft aan dat de tweede programmastand is bereikt. »» Het apparaat spoelt twee keer. »» De knipperende weergave vraagt u om de zetgroep te verwijderen. Afb. 18: Reinigingstablet in de zetgroep leggen. 196 Verzorging en onderhoud Weergaven Stappen 4. Zet de residubak onder de uitloop. 5. Verwijder de zetgroep en reinig deze zoals beschreven in hoofdstuk 8.2 Zetgroep reinigen op pagina 192. Schakel het apparaat hierbij niet uit. 6. Leg een reinigingstablet in de zetgroep (zie Afb. 18). Plaats de zetgroep in het apparaat zoals beschreven in hoofdstuk  8.2 Zetgroep reinigen op pagina 192. »» Het apparaat geeft aan dat de derde programmastand is bereikt. »» Het reinigingsproces start. »» Na meerdere minuten geeft het apparaat aan dat ūū de vierde programmastand is bereikt, ūū het lekbakje en de residubak geleegd moeten worden. 7. Leeg het lekbakje en de residubak. 8. Plaats het lekbakje zonder de residubak terug. 9. Zet de residubak onder de uitloop. »» Het apparaat geeft aan dat de laatste programmastand is bereikt. »» Het reinigingsproces wordt voortgezet. »» Daarna geeft het apparaat aan dat het lekbakje en de residubak geleegd moeten worden. 10. Leeg het lekbakje en de residubak. 11. Plaats het lekbakje en de residubak terug. »» Het apparaat is klaar voor gebruik. 197 NEDERLANDS Toetsen Verzorging en onderhoud 8.5 Ontkalkingsprogramma uitvoeren Met het ontkalkingsprogramma worden kalkafzettingen uit het apparaat verwijderd met behulp van een ontkalker voor volautomatische koffiemachines. Om schade aan het apparaat te vermijden, adviseren wij het programma „Ontkalking“ elke 3 maanden uit te voeren – of als het apparaat erom vraagt. Het programma „Ontkalking“ duurt ongeveer 25 minuten en mag niet onderbroken worden. VOORZICHTIG NEDERLANDS Contact met de ontkalker voor volautomatische koffiemachines kan irritaties van de ogen en de huid tot gevolg hebben. ƒƒ Neem de gebruiksinstructies op de verpakking van de ontkalker voor volautomatische koffiemachines in acht. VOORZICHTIG Uitstromend heet water en hete stoombuis. ƒƒ Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan. ƒƒ Wacht tot de stoombuis is afgekoeld. OPGELET Het gebruik van een ongeschikte ontkalker kan schade aan het apparaat tot gevolg hebben. ƒƒ Gebruik uitsluitend de vloeibare ontkalker Melitta® ANTI CALC Espresso Machines. OPGELET Een ingeschroefde waterfilter kan tijdens het ontkalkingsprogramma beschadigd raken. ƒƒ Verwijder de waterfilter. ƒƒ Leg de waterfilter tijdens het ontkalkingsprogramma in een bakje met leidingwater. ƒƒ Na afloop van het ontkalkingsprogramma kunt u de waterfilter weer aanbrengen en verder gebruiken. 198 Verzorging en onderhoud Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. Er is 0,5 liter ontkalkeroplossing aangemaakt die gereedstaat. Stappen 1. Houd de bedieningstoets „Service“ en de bedieningstoets „Stoombereiding“ langer dan 2 seconden ingedrukt. »» Het apparaat geeft aan, dat ūū het ontkalkingsprogramma loopt, ūū de eerste programmastand is bereikt, ūū het lekbakje en de residubak geleegd moeten worden. 2. Leeg het lekbakje en de residubak (zie hoofdstuk  4.8 Lekbakje en residubak legen op pagina 178). 3. Draai aan de keuzeschakelaar tot de instelling voor heet water naar boven wijst. 4. Plaats het lekbakje zonder de residubak terug. »» Het apparaat geeft aan, dat ūū de tweede programmastand is bereikt, ūū de watertank gevuld moet worden, ūū er vloeibare ontkalker in de watertank gevuld moet worden. 5. Zet de residubak onder de Cappuccinatore. 6. Open het deksel van de watertank en trek de watertank aan de handgreep omhoog uit het apparaat. 7. Leeg de watertank en doe 0,5 liter ontkalkeroplossing in de watertank. Neem hierbij de overeenkomstige gebruiksaanwijzing van de ontkalker voor volautomatische koffiemachines in acht. 199 NEDERLANDS Symbool op de Weergaven keuzeschake laar of toetsen Verzorging en onderhoud Symbool op de Weergaven keuzeschake laar of toetsen Stappen NEDERLANDS 8. Plaats de watertank weer terug. »» Het ontkalkingsproces start. »» Na meerdere minuten geeft het apparaat aan dat ūū de derde programmastand is bereikt, ūū dat de draairegelaar bediend moet worden. 9. Draai de draaiknop met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag. »» Het ontkalkingsproces wordt voortgezet. »» Na meerdere minuten geeft het apparaat aan dat het lekbakje en de residubak geleegd moeten worden. 10. Leeg het lekbakje en de residubak. 11. Plaats het lekbakje zonder de residubak terug. »» Het apparaat geeft aan, dat ūū de vierde programmastand is bereikt, ūū de watertank gevuld moet worden. 12. Zet de residubak onder de Cappuccinatore. 13. Open het deksel van de watertank en trek de watertank aan de handgreep omhoog uit het apparaat. 14. Leeg en reinig de watertank. 15. Vul de watertank met vers water en zet hem terug. »» Er stroomt heet water in de residubak. 16. Zodra er geen heet water meer stroomt, draait u de draaiknop tot aan de aanslag tegen de wijzers van de klok in. 200 Verzorging en onderhoud Stappen »» Het apparaat geeft aan dat de laatste programmastand is bereikt. »» Er stroomt heet water in het lekbakje. »» Na enkele minuten geeft het apparaat aan dat het lekbakje en de residubak geleegd moeten worden. 17. Leeg het lekbakje en de residubak. 18. Plaats het lekbakje en de residubak terug. »» Het apparaat is klaar voor gebruik. NEDERLANDS Symbool op de Weergaven keuzeschake laar of toetsen 201 Verzorging en onderhoud 8.6 Waterfilter gebruiken Het gebruik van een waterfilter verlengt de levensduur van het apparaat en u hoeft het apparaat niet zo vaak te ontkalken. De meegeleverde waterfilter filtert kalk en andere schadelijke stoffen uit het water. 34 NEDERLANDS 35 1 36 Afb. 19: Waterfilter vast- of losschroeven De waterfilter (35) wordt met de schroefhulp (34) in of uit de schroefdraad (36) op de bodem van de watertank (1) geschroefd. Informatie De waterfilter mag niet gedurende langere tijd droogstaan. Wij adviseren de waterfilter in een bakje met leidingwater in de koelkast te bewaren als het apparaat gedurende langere tijd niet wordt gebruikt. 202 Verzorging en onderhoud Waterfilter aanbrengen Informatie Als u een waterfilter gebruikt, kunt u geen waterhardheid instellen. De waterhardheid is automatisch ingesteld op Zacht (zie hoofdstuk 7.4 Waterhardheid instellen op pagina 188). 1. Houd de bedieningstoets „Service“ en de bedieningstoets „Twee kopjes“ langer dan 2 seconden ingedrukt. »» Het apparaat geeft aan, dat ūū het filterprogramma loopt, ūū het lekbakje en de residubak geleegd moeten worden. 2. Leeg het lekbakje en de residubak. 3. Plaats het lekbakje zonder de residubak terug. »» Het apparaat geeft aan dat de watertank gevuld moet worden. 4. Zet de residubak onder de Cappuccinatore. 5. Open het deksel van de watertank en trek de watertank aan de handgreep omhoog uit het apparaat. 6. Leeg de watertank. 7. Plaats een nieuwe filter in de watertank (zie Afb. 19). 8. Vul de watertank. 9. Plaats de watertank weer terug. »» De brandende weergave geeft aan dat de draairegelaar bediend moet worden. 10. Draai de draaiknop met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag. »» De filter wordt met water gespoeld. »» Er stroomt water in het bakje onder de Cappuccinatore. Informatie Als het apparaat tijdens dit proces aangeeft dat de watertank gevuld moet worden, draait u de draairegelaar eerst tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag. Vul de watertank. Zodra u de gevulde watertank heeft geplaatst, draait u de draairegelaar weer met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag. 11. Als er geen water meer in het bakje stroomt en het apparaat niet aangeeft dat de watertank gevuld moet worden, draait u de draairegelaar tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag. 12. Plaats de residubak weer in het lekbakje. »» De nieuwe filter is aangebracht en het apparaat is klaar voor gebruik. 203 NEDERLANDS Voorwaarden: het apparaat is klaar voor gebruik. De nieuwe waterfilter ligt klaar. Verzorging en onderhoud Waterfilter vervangen Breng een nieuwe waterfilter aan (zie hoofdstuk  Waterfilter aanbrengen op pagina 203). Waterfilter permanent afmelden Als u een aangebrachte waterfilter heeft verwijderd en het apparaat zonder waterfilter verder wilt gebruiken, meldt u de waterfilter af: Verwijder de watertank. Verwijder de waterfilter (zie Afb. 19). Vul de watertank. Houd de bedieningstoets „Service“ en de bereidingstoets „Grote kop“ langer dan 2 seconden ingedrukt. »» De waterfilter is afgemeld. »» De waterhardheid is teruggezet op de hardheid die het apparaat vóór het aanbrengen van een waterfilter had opgeslagen. 5. Stel de waterhardheid eventueel opnieuw in (zie hoofdstuk  7.4 Waterhardheid instellen op pagina 188). NEDERLANDS 1. 2. 3. 4. 204 Storingen Storingen Als de storingen met de onderstaande maatregelen niet verholpen kunnen worden of als er storingen optreden die hier niet vermeld staan, dan kunt u zich tot onze hotline (lokaal tarief ) wenden. Nederland: + 31 (0)183 / 642 642 België: + 32 (0)9 / 331 52 30 Storing Oorzaak Maatregel Koffie druppelt slechts uit de uitloop. Maalgraad is te fijn. ƒƒ Maalgraad grover instellen (zie hoofdstuk 7.7 op pagina 190). Apparaat is verontreinigd. ƒƒ Zetgroep reinigen (zie hoofdstuk 8.2 op pagina 192). ƒƒ Reinigingsprogramma uitvoeren (zie hoofdstuk 8.4 op pagina 195). Apparaat is verkalkt. ƒƒ Ontkalkingsprogramma uitvoeren (zie hoofdstuk 8.5 op pagina 198). Watertank is niet gevuld of niet juist geplaatst. ƒƒ Watertank vullen en correcte plaatsing controleren (zie hoofdstuk 4.4 op pagina 174). Zetgroep is verstopt. ƒƒ Zetgroep reinigen (zie hoofdstuk 8.2 op pagina 192). Koffie loopt niet. Bij het opschuimen van Keuzeschakelaar melk ontstaat te weinig staat niet op de juiste melkschuim. positie. Cappuccinatore is verontreinigd. ƒƒ Keuzeschakelaar naar de juiste positie draaien (zie hoofdstuk 6.6 op pagina 184). ƒƒ Cappuccinatore reinigen (zie hoofdstuk 8.3 op pagina 194). Hoewel het bonenreservoir gevuld is, geeft het apparaat aan dat er koffiebonen bijgevuld moeten worden. Koffiebonen vallen niet ƒƒ Op een bereidingstoets in het maalwerk. drukken. ƒƒ Lichtjes tegen het bonenreservoir kloppen. ƒƒ Bonenreservoir reinigen. ƒƒ Koffiebonen zijn te sterk oliehoudend. Andere koffiebonen gebruiken. Lawaai uit het maalwerk. Vreemd voorwerp in het maalwerk. ƒƒ Contact opnemen met de hotline. Bij de My Bean Select®- functie gaat de weergave uit als de doseerlepel weer wordt geplaatst. In de bonenschacht bevinden zich minder dan 8 g koffiebonen. ƒƒ Koffiebonen bijvullen (zie hoofdstuk 5.1 op pagina 179). 205 NEDERLANDS 9 Transport, bewaring en verwijdering Storing Oorzaak NEDERLANDS Zetgroep kan na Greep voor de verwijdering niet terug vergrendeling van de worden geplaatst. zetgroep niet op de juiste positie. Maatregel ƒƒ Controleren of de greep voor de vergrendeling van de zetgroep correct vergrendeld is (zie hoofdstuk 8.2 op pagina 192). Aandrijving niet op de juiste positie. ƒƒ Op bedieningstoets „Koffiesterkte“ drukken en ingedrukt houden. Tegelijkertijd op de „Aan/uit“toets drukken. Het apparaat voert een initialisatie uit. Toetsen weer loslaten. Snel afwisselend knipperen van de weergaven: Softwarestoring ƒƒ Apparaat uit- en weer inschakelen (zie hoofdstuk 4.1 op pagina 172). ƒƒ Contact opnemen met de hotline. Snel afwisselend knipperen van de weergaven: Zetgroep is niet geplaatst. ƒƒ Zetgroep plaatsen. Branden van de weergave zonder dat deze geactiveerd is. Apparaat is niet volledig ontlucht. ƒƒ Apparaat ontluchten, hiervoor de draairegelaar met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag draaien. Zodra er water uit de Cappuccinatore loopt, de draairegelaar tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag draaien. ƒƒ Zetgroep reinigen (zie hoofdstuk 8.2 op pagina 192). 10 Transport, bewaring en verwijdering 10.1 Apparaat ontluchten Wij adviseren het apparaat te ontluchten als het gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, voordat het wordt getransporteerd of bij vorstgevaar. Bij het ontluchten wordt het resterende water uit het apparaat verwijderd. VOORZICHTIG Uitstromend heet water en hete stoombuis ƒƒ Grijp niet in de uitstromende stoom. ƒƒ Raak de stoombuis tijdens en onmiddellijk na gebruik niet aan. Wacht tot de stoombuis is afgekoeld. 206 Transport, bewaring en verwijdering Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik. 1. Plaats een kopje of glas onder de Cappuccinatore. 2. Houd de bedieningstoets „Service“ en de bereidingstoets „Klein kopje“ langer dan 2 seconden ingedrukt. »» Tijdens het ontluchten knippert de weergave. »» De brandende weergave geeft aan dat de watertank verwijderd moet worden. 3. Verwijder de watertank. »» De brandende weergave geeft aan dat de draairegelaar bediend moet worden. 4. Draai de draaiknop met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag. »» Er komt water en stoom uit de Cappuccinatore. »» De weergave knippert. 5. Zodra er geen water en stoom meer te zien zijn, draait u de draairegelaar tegen de wijzers van de klok in tot aan de aanslag. Informatie Als u het apparaat opnieuw in gebruik neemt, wordt er na het inschakelen een automatische spoeling uitgevoerd en het apparaat wordt ontlucht (zie hoofdstuk 3.5 Apparaat de eerste keer inschakelen en ontluchten op pagina 170). 10.2 Apparaat transporteren OPGELET Bevroren restwater kan schade aan het apparaat veroorzaken. ƒƒ Zorg ervoor dat het apparaat niet wordt blootgesteld aan temperaturen onder 0 °C. Informatie Transporteer het apparaat in de originele verpakking. Op die manier vermijdt u transportschade. 207 NEDERLANDS »» Het apparaat is ontlucht en wordt automatisch uitgeschakeld. Transport, bewaring en verwijdering Voer de volgende stappen uit voor u het apparaat transporteert: 1. Ontlucht het apparaat (zie hoofdstuk 10.1 Apparaat ontluchten op pagina 206). 2. Leeg het lekbakje en de residubak. 3. Leeg de watertank. 4. Leeg het bonenreservoir. 5. Reinig het apparaat (zie hoofdstuk 8.1 Algemene reiniging op pagina 191). 6. Bevestig losse onderdelen (kopjesplateau enz.) met geschikt plak­band. 7. Verpak het apparaat. 10.3 Apparaat verwijderen De met dit symbool gemarkeerde apparaten zijn onderworpen aan de Europe­se richtlijn 2002 / 96 / EG voor WEEE (Waste Electrical and Electronic Equipment). NEDERLANDS Elektrische apparaten horen niet bij het huisvuil. ƒƒ Verwijder het apparaat op een milieuvriendelijke manier via de geschikte inzamel­kanalen. ƒƒ 208 Technische gegevens 11 Technische gegevens Technische gegevens Bedrijfsspanning 220 V tot 240 V, 50 Hz Opgenomen vermogen maximaal 1450 W Pompdruk statisch maximaal 15 bar Afmetingen Breedte Diepte Hoogte – Caffeo® Varianza® CS – Caffeo® Passione® 253 mm 380 mm 405 mm 390 mm 125 g 10 g tot 11 g (afhankelijk van de soort koffie) 1,2 l Vermogensgrenzen per bereiding Duur stoombereiding Bereiding heet water 180 s 440 ml Gewicht (leeg) – Caffeo® Varianza® CS – Caffeo® Passione® 11,2 kg 11,0 kg NEDERLANDS Inhoud Bonenreservoir Doseerlepel Watertank Omgevingsomstandigheden Temperatuur 10 °C tot 32 °C Relatieve luchtvochtigheid 30 % tot 80 % (niet condenserend) Waterhardheidsklasse °d °e °f Zacht 0 tot 10 0 tot 13 0 tot 18 Gemiddeld 10 tot 15 13 tot 19 18 tot 27 Hard 15 tot 20 19 tot 25 27 tot 36 Zeer hard > 20 > 25 > 36 Fabrieksinstellingen Klein kopje Gemiddeld kopje Grote kop Drankhoeveelheid 40 ml Koffiesterkte Normaal Zettemperatuur Normaal Drankhoeveelheid 120 ml Koffiesterkte Normaal Zettemperatuur Normaal Drankhoeveelheid 200 ml Koffiesterkte Normaal Zettemperatuur Normaal 209 Editorial department: ZINDEL AG www.zindel.de Mel 005_Pas_Var_CS 0.3 de-en-fr-nl-it | 2014-07 Melitta Europa GmbH & Co. KG Division Household Products Ringstr. 99 D-32427 Minden Germany www.melitta.de
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264

Melitta CAFFEO® Passione® Operating Instructions Manual

Categorie
Koffie makers
Type
Operating Instructions Manual
Deze handleiding is ook geschikt voor