Dometic MCST6, MCST12, MCST16 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16
117
Lees deze handleiding voor de ingebruikneming zorgvuldig door en
bewaar hem. Geef de handleiding bij het doorgeven van het product aan
de gebruiker.
Inhoud
1 Verklaring van de symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 118
2 Veiligheidsinstructies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 118
3 Doelgroep van deze handleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .119
4 Gebruik volgens bestemming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119
5 Technische beschrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119
6 Bedienelementen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .120
7 Handleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .122
8 Programmeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .130
9 Oplossing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .140
10 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .149
11 Garantie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .153
12 Afvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .153
13 Technische gegevens. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .154
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 117 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Verklaring van de symbolen MCS T6, MCS T12, MCS T16
118
1 Verklaring van de symbolen
!
!
A
I
2 Veiligheidsinstructies
De fabrikant kan in de volgende gevallen niet aansprakelijk worden gesteld voor
schade:
montage- of aansluitfouten
beschadiging van het product door mechanische invloeden en overspanningen
veranderingen aan het product zonder uitdrukkelijke toestemming van de
fabrikant
gebruik voor andere dan de in de handleiding beschreven toepassingen
2.1 Algemene veiligheid
!
VOORZICHTIG!
Elektrische toestellen zijn geen speelgoed!
Houd kinderen en gebrekkige personen uit de buurt van elektrische
apparaten.
Laat ze elektrische apparaten alleen onder toezicht gebruiken.
Personen (ook kinderen) die door hun fysieke, zintuiglijke of geeste-
lijke vermogens of hun onervarenheid of onwetendheid niet in staat
zijn om de installatie veilig te gebruiken, mogen dit niet zonder toe-
zicht of instructie door een verantwoordelijk persoon doen.
WAARSCHUWING!
Veiligheidsaanwijzing: Het niet naleven kan leiden tot overlijden of
ernstig letsel.
VOORZICHTIG!
Veiligheidsaanwijzing: Het niet naleven kan leiden tot letsel.
LET OP!
Het niet naleven ervan kan leiden tot materiële schade en de werking
van het product beperken.
INSTRUCTIE
Aanvullende informatie voor het bedienen van het product.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 118 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Doelgroep van deze handleiding
119
Gebruik het apparaat alleen volgens de voorschriften.
Voer geen wijzigingen of verbouwingen aan het toestel uit!
Installatie van en reparatie aan de afzuigkap mogen alleen door vak-
mensen worden uitgevoerd die bekend zijn met de betreffende geva-
ren en voorschriften. Door onvakkundige reparaties kunnen grote
gevaren ontstaan. Neem bij reparaties contact op met het services-
teunpunt in uw land (adressen aan de achterzijde).
3 Doelgroep van deze handleiding
Deze gebruiksaanwijzing is bestemd voor de gebruiker van de airco.
4 Gebruik volgens bestemming
De bootairco werd voor gebruik op boten en jachten ontwikkeld. De airco kan de
binnenruimtes van de boot of de jacht afkoelen of verwarmen.
5 Technische beschrijving
De bootairco's MCS T6, MCS T12 en MCS T16 zijn geschikt voor variabele klimati-
sering in een boot of een jacht. Ruimtes kunnen worden gekoeld of verwarmd.
De bootairco bestaat uit een aircotoestel en een bedienveld. Het koelmiddel circu-
leert door de installatie die met zeewater water wordt gekoeld.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 119 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Bedienelementen MCS T6, MCS T12, MCS T16
120
6 Bedienelementen
6.1 Bedieningspaneel
Sleutel voor afb. 1, pagina 3:
Pos. Naam Beschrijving
1 Toets „Power“ Druk op de toets om de installatie in of uit te schakelen.
2
Toets „Ventilator
Door drukken op de toets schakelt u door de beschik-
bare ventilatorinstellingen. Voor de bedrijfsmodus
handmatige ventilatorinstellingen bestaan de instellin-
gen „1” (laagste) tot „6” (hoogste).
De letter „a” geeft aan dat de bedrijfsmodus voor auto-
matische ventilatorinstelling werd geselecteerd.
3 Toets „Omlaag” Druk op de toets om de ingestelde waarde weer te
geven.
Houd de toets „Omlaag” ingedrukt om de ingestelde
waarde te verlagen. Door elke keer drukken op de knop
wordt de ingestelde waarde met 0,5 °C of 1 °F ver-
laagd.
4 Frontplaatsensor Via de frontplaatsensor wordt de ruimtetemperatuur
vastgesteld, tenzij een afstandsluchtsensor werd geïn-
stalleerd.
5 Toets „Omhoog” Druk op de toets om de ingestelde waarde weer te
geven.
Houd de toets „Omhoog” ingedrukt om de ingestelde
waarde te verhogen. Door elke keer drukken op de
knop wordt de ingestelde waarde met 0,5 °C of 1 °F
verhoogd.
6 Weergave op het dis-
play
Bij ingeschakelde besturing wordt de binnentempera-
tuur weergegeven. De ingestelde waarde wordt door
drukken op de toetsen „Omlaag” of „Omhoog” weer-
gegeven.
Op het display verschijnen ook productinformatie en
foutcodes.
Als de besturing na een stroomuitval weer in bedrijf
wordt genomen, worden alle displayleds een seconde
lang ingeschakeld. Hierbij gaat het om een normale
bedrijfstoestand die als „Terugzetten bij inschakelen”
wordt aangeduid.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 120 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Bedienelementen
121
6.2 Toetsen met dubbele functiebezetting
Toetsen „Omhoog” en „Omlaag”
In de bedrijfsmodus „Aan”: Druk gelijktijdig op de toetsen „Omhoog” en
„Omlaag” om de buitentemperatuur weer te geven, onder voorwaarde dat de
optionele buitenlucht-temperatuursensor werd geïnstalleerd.
In de bedrijfsmodus „Programma”: Druk gelijktijdig op de toetsen
„Omhoog” en „Omlaag” om nieuwe standaardwaarden voor het programma in
te voeren.
Toetsen „Power” en „Omlaag”
Bij de weergave van het onderhoudsfoutprotocol: Druk gelijktijdig op de
toetsen „Power” en „Omlaag” om de vermeldingen in het foutprotocol te wissen
(zie hoofdstuk „Onderhoudsprotocol” op pagina 129).
In de bedrijfsmodus „Aan”: Druk gelijktijdig op de toetsen „Power” en
„Omlaag” om de bedrijfsmodus „Ontvochtiging” te activeren (zie hoofdstuk
„Bedrijfsmodus „Ontvochtiging”” op pagina 125).
7 Led „Bedrijfsmodus
verwarmen”
Deze led brandt, als
– de bedrijfsmodus „Alleen verwarmen” werd geselec-
teerd
– of als het toestel een verwarmingscyclus uitvoert.
8 Led „Ventilatorweer-
gave”
Deze led brandt, als een handmatig ventilatortoerental
werd geselecteerd.
9 Led „Koelmodus” Deze led brandt, als
– de bedrijfsmodus „Alleen koelen” werd geselecteerd
– of als het toestel een koelcyclus uitvoert.
Pos. Naam Beschrijving
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 121 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Handleiding MCS T6, MCS T12, MCS T16
122
7Handleiding
7.1 Eerste ingebruikname
A
Controleer of de kogelklep voor de zeewaterinlaat (zeeklep) geopend is.
Schakel de vermogenschakelaar van de airco in.
Als de zeewaterpomp over een vermogenschakelaar beschikt, schakel deze dan
in.
Druk op de ventilatortoets (afb. 1 2, pagina 3).
Hierdoor wordt de ventilator ingeschakeld.
Controleer of de ventilator draait en een regelmatige luchtstroom uit het toevoer-
lucht-beschermrooster stroomt.
Kies als ingestelde waarde voor de temperatuur een lagere waarde dan de
actuele cabinetemperatuur.
Hierdoor worden de compressor en de zeewaterpomp gestart.
Controleer of een regelmatige zeewaterstroom uit de buitenboord-uitlaat
stroomt.
Als u vermoedt dat het toestel niet correct functioneert, lees dan de richtlijnen
voor het verhelpen van storingen (hoofdstuk „Oplossing” op pagina 140).
7. 2 O v e r z ic h t
Inschakelen
Druk een keer op de toets „Power” (afb. 1 1, pagina 3) om het toestel te
starten.
Bij ingeschakeld systeem wordt op het display de ruimtetemperatuur weergege-
ven. Als het toestel is uitgeschakeld, blijft het display leeg.
LET OP!
Schakel het apparaat niet uit en onmiddellijk daarna weer in. Wacht
minstens 30 s voor een koelmiddeldrukcompensatie.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 122 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Handleiding
123
Temperatuur instellen
Druk op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” (afb. 1 3 en 4, pagina 3) om de
gewenste ruimtetemperatuur in te stellen.
Door kort drukken op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” kunt u de ingestelde
waarde tijdens bedrijf weergeven.
Ventilatortoerental
Het ventilatortoerental wordt automatisch geregeld; het wordt automatisch ver-
laagd, als de cabinetemperatuur in bedrijfsmodus „Koelen” de ingestelde waarde
nadert. Bij bereiken van de ingestelde waarde draait de ventilator met laag toerental.
Door drukken op de ventilatortoets (afb. 1 2, pagina 3) kunt u de handmatige
ventilatortoerentallen selecteren.
Via het programma kunt u de ventilator zodanig instellen dat deze alleen draait, als
verwarmen of koelen vereist is. Normaal verloopt de automatische instelling van het
ventilatortoerental in de bedrijfsmodus„Verwarmen” omgekeerd. De ventilator kan
echter ook via de programmering zodanig worden ingesteld dat deze in de bedrijfs-
modus „Koelen” functioneert.
Geheugen
Het niet-vluchtige geheugen van de besturing heeft geen batterijen of stroomvoor-
ziening nodig. Als de stroom uitvalt, gaan de bedrijfsparameters niet verloren. Als de
stroom terugkeert, zet de besturing het bedrijf overeenkomstig de laatste program-
mering weer voort.
7.3 Bedrijfsmodi
Bedrijfsmodus „Uit”
Als de bootairco in de bootairco „Uit” is, zijn alle uitgangen van de besturing uitge-
schakeld. De programmaparameters en gebruikersinstellingen worden in het niet-
vluchtige geheugen opgeslagen.
Bedrijfsmodus „Aan”
Als de bootairco in de bedrijfsmodus „Aan” is, staan de desbetreffende uitgangen
onder stroom en wordt op het display de actuele bedrijfsstatus weergegeven.
Gebruik wordt overeenkomstig de programmaparameters voortgezet die werden
opgeslagen toen het apparaat de laatste keer werd gebruikt.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 123 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Handleiding MCS T6, MCS T12, MCS T16
124
Bedrijfsmodus „Koelen”
Als de bedrijfsmodus „Koelen” is geselecteerd, brandt de led voor de bedrijfs-
modus „Koelen” en worden de koelsystemen overeenkomstig gebruikt. Als de tem-
peratuur tot onder de ingestelde waarde daalt, wisselt de installatie niet
automatisch naar de bedrijfsmodus „Verwarmen”.
Bedrijfsmodus „Verwarmen”
Als de led van de bedrijfsmodus „Verwarmen” brandt, zijn alleen de verwarmings-
systemen geselecteerd en worden overeenkomstig gebruikt. Als de temperatuur
boven de ingestelde waarde stijgt, wisselt de installatie niet automatisch naar de
bedrijfsmodus „Koelen”.
Bedrijfsmodus „Automatisch”
In de bedrijfsmodus „Automatisch” stelt de installatie naar behoefte verwarmings- of
koelfuncties beschikbaar. De led „Verwarmen” of „Koelen” brandt overeenkomstig
de bedrijfsmodus.
De temperatuur in een bepaalde bedrijfsmodus wordt binnen 1,1 °C (2 °F) van de
ingestelde waarde gehandhaafd. Toch is een verschil van 2,2 °C (4 °F) vereist om de
bootairco naar een andere bedrijfsmodus te laten wisselen.
Na de bedrijfsmoduswissel wordt de temperatuur weer binnen 1,1 °C (2 °F) van de
ingestelde waarde gehandhaafd.
Handmatige ventilatorbediening
In de bedrijfsmodus voor handmatige ventilatorbediening kunt u het gewenste ven-
tilatortoerental handmatig selecteren. Na selectie van een handmatig ventilatortoe-
rental gaat de ventilator-led branden. De bedrijfsmodus voor handmatige
ventilatorbediening is soms de beste keuze, als de cabinetemperatuur door wisse-
lende warmtebelastingen constant verandert.
Het snelste ventilatortoerental is „6”, het langzaamste toerental is „1”.
Houd de toets „Ventilator” tijdens normaal bedrijf ingedrukt om een van de zes
mogelijke, handmatige ventilatortoerentallen te selecteren.
Bedrijfsmodus „Circulatielucht”
Als de installatie op het bedienveld is uitgeschakeld, kan de ventilator alleen in de
bedrijfsmodus circulatielucht worden gebruikt.
Houd de toets „Ventilator” bij uitgeschakeld display ingedrukt tot het gewenste
toerentalnummer in het venster wordt weergegeven.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 124 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Handleiding
125
Laat de toets „Ventilator” los.
De ventilator draait met het geselecteerde toerental als ventilator zonder de lucht
te verwarmen of te koelen.
Druk een keer op de toets „Power” om de bedrijfsmodus „Circulatielucht” te
beëindigen en de bedrijfsmodus „Aan” te activeren.
Bedrijfsmodus „Ontvochtiging”
Druk bij actieve bedrijfsmodus „Aan” gelijktijdig op de toetsen „Power” en
„Omlaag”.
De eerste cyclus start na een minuut.
Druk op de toets „Power” om de bedrijfsmodus „Ontvochtiging” te beëindigen.
Als de bedrijfsmodus „Ontvochtiging” actief is, wordt op het display de korte
code „HU1” weergegeven.
Bedrijfsmodus „Programma”
I
Als de bedrijfsmodus „Programma” actief is, kunt u de bedrijfsparameters van de
installatie aan bepaalde behoefte van individuele gebruikers aanpassen. Via de
bedrijfsmodus „Programma” kunt u het gebruik van de airco binnen een installatie
optimaal aanpassen.
Variabelen zoals buisleidingen, positie van de sensor en systeemopbouw beïnvloe-
den de werking van de installatie. De bootairco beschikt over standaardinstellingen
die in het permanente geheugen zijn opgeslagen en te allen tijde weer kunnen wor-
den opgeroepen.
INSTRUCTIE
De bedrijfsmodus „Programma” kan alleen vanuit de bedrijfsmodus
„Uit” worden geactiveerd.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 125 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Handleiding MCS T6, MCS T12, MCS T16
126
7.4 Gebruik van de bootairco
A
I
Druk een keer kort op de toets „Power” (afb. 1 1, pagina 3) om het toestel te
starten.
Bij ingeschakeld systeem wordt op het display de ruimtetemperatuur weergege-
ven. Als het toestel is uitgeschakeld, blijft het display leeg.
Druk op de toetsen „Omlaag” (afb. 1 3, pagina 3) of „Omhoog” (afb. 1 5,
pagina 3) om de gewenste ingestelde waarde te selecteren.
Bij ingeschakeld systeem wordt op het display de ruimtetemperatuur weergege-
ven. Als het toestel is uitgeschakeld, blijft het display leeg.
De thermostaat is nu ingesteld om een constante cabinetemperatuur te handha-
ven.
Druk op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” om de gewenste cabinetempera-
tuur in te stellen.
Door kort drukken op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” kunt u de ingestelde
waarde tijdens bedrijf weergeven.
Het niet-vluchtige geheugen van de bootairco heeft geen batterijen of stroomvoor-
ziening nodig. Als de stroom uitvalt, gaan de bedrijfsparameters niet verloren. Als de
stroom terugkeert, zet de bootairco het bedrijf overeenkomstig de laatste program-
mering weer voort.
Door de automatische regeling van het ventilatortoerental kan automatisch het toe-
rental worden verlaagd, als in de bedrijfsmodus „Koelen” de cabinetemperatuur de
ingestelde waarde nadert. Bij het bereiken van de ingestelde waarde wordt de ven-
tilator met lage snelheid bedreven.
LET OP!
Schakel het apparaat niet uit en onmiddellijk daarna weer in. Wacht min-
stens 30 s voor een koelmiddeldrukcompensatie.
INSTRUCTIE
Druk bij het inschakelen van de bootairco slechts heel kort op de toets
„Power” om niet onbedoeld de bedrijfsmodus „Programma” te active-
ren.
Als u de bedrijfsmodus „Programma” onbedoeld activeert, wordt door
elke volgende keer drukken op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” de
instelling van de parameter „P-1” gewijzigd. Dit kan leiden tot storing
van de installatie.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 126 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Handleiding
127
De handmatige ventilatorsnelheden kunnen via de toets „Ventilator” worden gese-
lecteerd.
De ventilator kan zodanig worden ingesteld dat deze alleen draait, als verwarmen of
koelen vereist is. Normaal verloopt de automatische instelling van het ventilatortoe-
rental in de bedrijfsmodus„Verwarmen” omgekeerd. De ventilator kan echter ook
via de programmering zodanig worden ingesteld dat deze in de bedrijfsmodus
„Koelen” functioneert.
7.5 Automatisch zelftestprogramma
De bootairco beschikt over een zelftestprogramma waarbij de totale bootairco als
bij een keuring in de fabriek wordt getest. Na de activering van het zelftestpro-
gramma wordt de testcyclus voortgezet tot de energietoevoer wordt onderbroken
of de toets „Power” een keer wordt ingedrukt om de installatie in de bedrijfsmodus
„Uit” te schakelen.
U activeert het zelftestprogramma door de toets „Power” in te drukken terwijl u
de installatie met de vermogenschakelaar inschakelt.
Laat de toets „Power” los, als op het display „888” wordt weergegeven en de
leds branden.
De bootairco voert nu het zelftestprogramma uit.
Terwijl het zelftestprogramma actief is, wordt op het display „tSt” weergegeven.
Na de activering voert de zelftestsoftware de volgende procedure tijdens continu-
bedrijf uit:
De bedrijfsmodus „Verwarmen” wordt geactiveerd en de installatie verwarmt
10 min lang.
De bedrijfsmodus „Verwarmen” wordt aangehouden en de ventilator draait
5 min lang in ventilatormodus.
De installatie wisselt naar de bedrijfsmodus „Koelen” en koelt 10 min lang.
De bedrijfsmodus „Koelen” wordt aangehouden en de ventilator draait 5 min
lang in ventilatorbedrijf.
De programma keert terug naar stap 1 en de procedure wordt voortgezet tot het
programma wordt onderbroken.
Het zelftestprogramma wordt voortgezet tot de energietoevoer wordt onderbroken
of de test door een keer drukken op de toets„Power” wordt aangehouden.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 127 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Handleiding MCS T6, MCS T12, MCS T16
128
7.6 Hulpmiddelen voor onderhoud
Urenweergave
De totale compressorcyclustijd wordt elke zes minuten bij continue compressor-
looptijd in de EEPROM opgeslagen. Cycli met geringere looptijden dan zes minuten
worden verworpen om de benodigde geheugenruimte te reduceren en een zo flexi-
bel mogelijke urenweergave te garanderen.
Ga als volgt te werk om de urenweergave weer te geven:
Schakel het apparaat uit met de vermogenschakelaar.
Houd de toets „Omlaag” ingedrukt.
Schakel het apparaat weer in met de vermogenschakelaar.
Nadat „Terugzetten bij inschakelen” is afgesloten, wordt op het display het vol-
gende weergegeven:
„Hr” wordt gedurende een seconde weergegeven.
De displayweergave gaat enkele seconden uit, en vervolgens worden drie
seconden lang de eerste beide tekens van de bedrijfsuren weergegeven.
De displayweergave gaat een seconde uit, en vervolgens worden drie secon-
den lang de laatste drie tekens van de bedrijfsuren weergegeven.
De installatie keert terug naar de laatste bedrijfsstatus – die actief was voordat de
energietoevoer werd uitgeschakeld.
Maximaal kunnen 65.536 uren worden geregistreerd. Als deze waarde wordt
bereik, stopt de registratie en kan deze alleen door een klantendiensttechnicus wor-
den teruggezet.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 128 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Handleiding
129
Onderhoudsprotocol
De bootairco registreert de laatste acht fouten in een protocol. Bij elke herkende fout
wordt een urentimer gestart.
Als binnen dit uur drie fouten achtereen optreden, wordt de installatie uitgescha-
keld, de energietoevoer geblokkeerd en een foutcode weergegeven. Als tijdens dit
uur dezelfde fout opnieuw optreedt, wordt de fout slechts één keer in het onder-
houdsprotocol geregistreerd omgeheugenruimte te besparen. Als tijdens continu-
bedrijf dezelfde fout niet binnen een uur weer optreedt, wordt de foutteller
teruggezet, maar het resultaat blijft in het onderhoudsprotocol tot het wordt over-
schreven. Als tijdens dit uur een andere fout wordt herkend, wordt deze fout in het
serviceprotocol geregistreerd.
De volgende gebeurtenissen worden in het serviceprotocol geregistreerd:
Koudemiddeldruk te hoog
Koudemiddeldruk te laag
Luchtsensorfout
Ga als volgt te werk om het onderhoudsprotocol weer te geven:
Schakel het apparaat uit met de vermogenschakelaar.
Houd de toets „Ventilator” ingedrukt.
Schakel het apparaat in met de vermogenschakelaar.
Nadat „Terugzetten bij inschakelen” werd afgesloten (op het display wordt
„888” weergegeven en alle leds branden), laat u de toets „Ventilator” los.
De displayweergave knippert en toont de laatst herkende fout, gevolgd door het
nummer van de gebeurtenischronologie.
Als u andere gebeurtenissen wilt laten weergeven, drukt u op de toetsen
„Omhoog” of „Omlaag”.
Druk gelijktijdig op de toetsenPower enOmlaag om de vermeldingen in het
onderhoudsprotocol te wissen.
Zo verlaat u het onderhoudsprotocol:
Druk op de toets „Power”, „Omhoog” of „Omlaag” of
wacht 30 seconden zonder een toets in te drukken.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 129 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Programmeren MCS T6, MCS T12, MCS T16
130
8 Programmeren
8.1 Bedrijfsmodus „Programma” activeren
Houd de toets „Power” ingedrukt, terwijl de installatie zich in de bedrijfs-
modus „Uit” bevindt tot de letter „P” op het display wordt weergegeven.
De lettercombinatie „P1” gevolgd door de parameterinstelling wordt op het dis-
play weergegeven.
De bootairco bevindt zich nu in de bedrijfsmodus „Programma”.
I
8.2 Programmaparameters wijzigen
Druk op de toets „Ventilator” om van een programmaparameter naar de vol-
gende te schakelen.
Druk op de toetsenOmhoog ofOmlaag om de gegevens te selecteren of de
gewenste grenswaarden voor de te programmeren parameters vast te leggen.
8.3 Nieuwe programmaparameters opslaan
I
Druk gelijktijdig op de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” om de nieuwe program-
maparameters op te slaan.
Daarna worden de nieuwe standaardwaarden voor het programma vastgelegd.
INSTRUCTIE
De bootairco verlaat de bedrijfsmodus „Programma” en keert terug naar
de bedrijfsmodus „Uit”, als een minuut lang geen programmering
wordt ingevoerd.
INSTRUCTIE
De fabrieksinstellingen uit hoofdstuk „Tabel van de programmeerbare
parameters” op pagina 132 kunnen handmatig worden hersteld (zie
hoofdstuk „Opgeslagen standaardinstellingen herstellen” op
pagina 131).
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 130 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Programmeren
131
8.4 Bedrijfsmodus „Programma” verlaten
Er zijn twee methoden om de bedrijfsmodus „Programma” te verlaten.
Druk op de toets „Power”.
De bootairco keert terug naar de bedrijfsmodus „Uit”.
… of
Druk een minuut lang geen toets in en voer geen programmawijzigingen uit.
De bootairco verlaat de bedrijfsmodus „Programma”.
8.5 Software-identificatie
Voor het verlaten van de bedrijfsmodus „Programma” wordt gedurende een
seconde de softwareversie van de bootairco weergegeven. Het software-identifica-
tienummer, bijvoorbeeld (A12) wordt gedurende een seconde op het display weer-
gegeven. Vervolgens keert de bootairco terug naar de bedrijfsmodus „Uit”.
I
8.6 Opgeslagen standaardinstellingen herstellen
U kunt de opgeslagen standaardinstelling als volgt herstellen.
Activeer de bedrijfsmodus „Programma”.
Leg voor P-17 „rSt” vast.
Verlaat de bedrijfsmodus „Programma”.
Het softwareversienummer (bijvoorbeeld „A12”) wordt op het display weerge-
geven.
De opgeslagen standaardinstellingen worden hersteld en de bootairco keert
terug naar de bedrijfsmodus „Uit”.
INSTRUCTIE
Als u met betrekking tot het systeem of de programmering van de boot-
airco met Dometic contact opneemt, houd dan steeds het software-
identificatienummer en het serienummer van de bootairco gereed. Het
serienummer staat op het typeplaatje.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 131 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Programmeren MCS T6, MCS T12, MCS T16
132
8.7 Programmeerbare parameters
Tabel van de programmeerbare parameters
Programma-
nummer
Beschrijving Standaard Waardenbereik
P-1 Bedrijfsmodus 0 0 = automatische modus
1 = alleen koelen
2 = alleen verwarmen
P-2 Begrenzing voor het
hoogste ventilatortoeren-
tal (willekeurige eenhe-
den)
95 65 – 95
P-3 Begrenzing voor het
laagste ventilatortoeren-
tal (willekeurige eenhe-
den)
55 30 – 64
P-4 Tijdsvertraging voor
compressorordening
met meerdere niveaus
15 5 – 135 s
P-5 Kalibratie van de tempe-
ratuursensor
Omgevingstempe-
ratuur
Omgeving 10 °F, –12,2 °C
P-6 Uitvalbeveiliging 3 0 = minimale bescherming
1 = continu, zonder weergave
2 = continu, met weergave
3 = vier fouten, terugzetten vereist
P-7 Uitschakeling bij lage
wisselspanningsvoorzie-
ning (volt)
115 V – OFF
220/230 V – OFF
75 – 105
175 – 205
P-8 Ontdooicyclus 1 OFF
1 = aan, bij een frontplaatsensorver-
schil van 5 °F, –15 °C
2 = aan, bij een frontplaatsensorver-
schil vanF,13,C
P-9 Temperatuurbegrenzing
bij hoog water (°F)
OFF 100 – 150
P-10 Helderheidsbesturing
voor het display
9 4 = minimum
13 = maximum
P-11
Graadweergave in
º
F of
º
C
F F = Fahrenheit
C = Celsius
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 132 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Programmeren
133
I
P-12 Pompcyclus met com-
pressor of pomp in conti-
nubedrijf
OFF OFF = cyclus met compressor
On = pomp in continubedrijf
P-13 Ventilatortoerentallen in
de bedrijfsmodus „Ver-
warmen” omkeren
rEF nor = normaal ventilatorbedrijf
rEF = ventilatoromkering bij verwar-
men
P-14 Ventilator in continube-
drijf of ventilatorcyclus
met compressor
con CYC = ventilatorcycylus met com-
pressor
con = ventilator in continubedrijf
P-15 Omgekeerde verwar-
mingscyclus of geïnstal-
leerde optie voor
uitsluitend elektrische
verwarming (apparaten
die alleen koelen)
nor nor = omgekeerde verwarmings-
cyclus
ELE = elektrische verwarmings-
module geïnstalleerd
P-16 Selectie van de ventila-
tormotorsoort: Schakel-
pool of condensator.
SC SP = schakelpool-ventilatormotor
SC = condensator-ventilatormotor
P-17 Opgeslagen pro-
gramma-standaardwaar-
den herstellen
nor rSt = standaardwaarden herstellen
nor = normaal
P-18 Gereserveerd voor toe-
komstige opties
––
P-19 Gereserveerd voor toe-
komstige opties
––
P-20 Filterdrempelwaarde
(x10 uur)
00 00 – 250
P-21 Actuele filtertijd (x10 uur) x10 bedrijfsuren
van het actuele fil-
ter
P-22 Spanningskalibratie (volt) Wisselspanning
INSTRUCTIE
Bij problemen met de programmering of instelling herstelt u de opge-
slagen standaardinstellingen door de bedrijfsmodus „Programma” te
activeren en voor de parameter „P-17” als waarde „rSt” vast te leggen.
Nog niet opgeslagen programmawijzigingen wordt op de als laatste
opgeslagen standaardwaarden teruggezet die van de fabrieksinstellin-
gen kunnen afwijken.
Programma-
nummer
Beschrijving Standaard Waardenbereik
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 133 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Programmeren MCS T6, MCS T12, MCS T16
134
P-1: Bedrijfsmodus
U kunt de volgende bedrijfsmodi selecteren:
Voor de bedrijfsmodus „Automatisch” selecteert u de „0”.
Voor de bedrijfsmodus „Alleen koelen” selecteert u de „1”.
Voor de bedrijfsmodus „Alleen verwarmen” selecteert u de „2”.
P-2: Begrenzing voor het hoogste ventilatortoerental
U kunt de bovenste toerentalbegrenzing voor verschillende motoren instellen. De
bovenste toerentalbegrenzing voor de ventilatormotor wordt bij geïnstalleerde en
lopende installatie ingesteld. Het waardenbereik reikt van 65 tot 95 (willekeurige
eenheden).
Stel met de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” het gewenste toerental in.
Verhoog de waarde voor een hoger ventilatortoerental.
Verlaag de waarde voor een lager ventilatortoerental.
P-3: Begrenzing voor het laagste ventilatortoerental
De begrenzing voor het laagste ventilatortoerental bepaalt de toegestane minimale
uitvoer voor het laagste ventilatortoerental. Het waardenbereik reikt van 30 tot 64
(willekeurige eenheden).
Stel met de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” het gewenste toerental voor de
onderste begrenzingswaarde in.
Verhoog de waarde voor een hoger ventilatortoerental.
Verlaag de waarde voor een lager ventilatortoerental.
I
INSTRUCTIE
Nadat u de bovenste en onderste begrenzingswaarde voor het ventila-
tortoerental heeft vastgelegd, legt het apparaat automatisch de reste-
rende toerentallen vast om drie gelijkmatig verdeelde
ventilatorsnelheden voor de ventilatormodi „Automatisch” en „Hand-
matig” beschikbaar te stellen.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 134 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Programmeren
135
P-4: Tijdsvertraging voor compressorordening met meerdere niveaus
De tijdsvertraging voor compressorordening met meerdere niveaus wordt voor
installaties beschikbaar gesteld waarin meer dan een installatie door dezelfde
stroombron wordt gevoed. Door vertragingen voor een meervoudige ordening vast
te leggen, kunnen de compressors bij een stroomuitval op verschillende tijden star-
ten.
De apparaten moeten met een afstand van 5 s worden gestart. De minimale vertra-
ging bedraagt 5 s en de maximale 135 s.
P-5: Kalibreren van de temperatuursensor
Met deze functie kalibreert u de omgevingssensor.
Selecteer P-5.
De omgevingstemperatuur wordt op het display weergegeven.
Stel met de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” de gewenste waarde in.
De temperatuurweergave op het display wordt overeenkomstig de instelling
verhoogd of verlaagd.
P-6: Niveau van uitvalbeveiliging
Er zijn vier niveaus van uitvalbeveiliging (zie hoofdstuk „Codes voor uitvalbeveiliging
en het verhelpen van storingen” op pagina 144).
P-7: Onderspanningsuitschakeling
Als u deze functie selecteert, schakelt het apparaat uit, als de spanning tot onder een
gevaarlijk laag niveau daalt.
Deze functie is standaard gedeactiveerd, maar kan op een waarde van 175 – 205
worden ingesteld. De functie is vanaf het inschakelen van de installatie actief. Als de
installatie loopt, is echter een vertraging van 5 min vereist voordat een fout wordt
weergegeven – om misbruik te voorkomen.
De standaardcode is „LAC” (Low AC).
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 135 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Programmeren MCS T6, MCS T12, MCS T16
136
P-8: Ontdooicyclus
De bootairco is met een ontdooicyclus uitgerust die voorkomt dat zich ijs op de ver-
damperspoel vormt, als de installatie langdurig koelt. Installatievariabelen zoals de
grootte van de beschermroosters, de lengte van de buisleidingen, R-factors van de
isolatie en omgevingstemperaturen bepalen de vereiste looptijd bij het koelen om
de ingestelde waarde te bereiken. De looptijd kan ook door het gedrag van de klant
worden beïnvloed, als de installatie met geopende luiken en deuren wordt bedre-
ven.
De programmering van een onrealistische ingestelde waarde (bijvoorbeeld
18,3 °C/65 °F) en een geopende deur leiden er meestal toe dat de verdamper op
warme dagen bij hoge luchtvochtigheid bevriest.
Ontdooien wordt uitgevoerd aan de hand van de algoritme die de ruimtetempera-
tuur tijdens een koelperiode elke 10 min meet.
De ontdooifunctie beschikt over twee selecteerbare bedrijfsmodi die verschillend
functioneren en samen met de in het bedienveld geïntegreerde ruimtetemperatuur-
sensor worden gebruikt. Hierbij wordt geprobeerd om alle temperatuurdiscrepan-
ties te compenseren die eventueel op de frontplaatsensor optreden. Hoewel deze
discrepantie niet typisch is, kunnen installatievariabelen (bijvoorbeeld waar zich het
bedienveld in de ruimte bevindt, nabijheid van een open deur of direct zonlicht)
beïnvloeden hoe nauwkeurig de daadwerkelijke ruimtetemperatuur kan worden
gemeten.
Bij de standaardinstelling P-8 is „1” (AAN) wordt het algoritme toegepast in de ver-
onderstelling dat de frontplaatsensor de ruimtetemperatuur met tot 2,8 °C (5 °F)
hoger meet dan de daadwerkelijke verdampertemperatuur.
Als voor de programmeerbare parameters P-8 als waarde „2” wordt vastgelegd,
wordt het temperatuurverschil dat voor de meetwaarde van de frontplaatsensor
wordt toegepast tot 3,9 °C (7 °F) verhoogd. Deze instelling is geschikt voor extre-
mere installaties. Voor P-8 moet u als waarde alleen „2” vastleggen, als bij de instel-
ling van „1” niet kan worden voorkomen dat de verdamper vereist.
Naar keuze kunt u een optionele, alternatieve luchttemperatuursensor installeren
(die zich in de luchtuitlaat bevindt) die de effectiviteit van de ontdooifunctie duidelijk
verhoogt. Overweeg dit, als de frontplaatsensor de ruimtetemperatuur niet exact
kan vastleggen.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 136 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Programmeren
137
P-9: Temperatuurbegrenzing bij hoog water
Selecteer deze functie om het apparaat ui te schakelen, als het waterpeil in de con-
densatorspoel gevaarlijk hoog wordt.
Deze parameter is standaard gedeactiveerd, maar kan op een waarde tussen 100 en
150 °F worden ingesteld.
De standaardcode is „PLF”.
P-10: Helderheidsbesturing voor het display
De helderheidsinstelling voor het display kan tot een waarde tussen 4 (donker) tot 13
(helder) worden ingesteld.
P-11: Selectie van Fahrenheit of Celsius
De standaardinstelling is „°F”. Selecteer „°C” voor Celsius. Celsius-waarden worden
met een decimaal weergegeven, bijvoorbeeld 22,2.
P-12: Pompcyclus met compressor
Via het programma kan worden vastgelegd of de pomp in continubedrijf of in de
cyclus naar behoefte wordt gebruikt.
Als u continubedrijf wilt programmeren, leg dan als instelling „On” vast.
P-13: Automatische ventilatortoerentallen in de bedrijfsmodus „Verwar-
men” omkeren
De automatische ventilatortoerentallen kunnen in de bedrijfsmodus „Verwarmen”
worden omgekeerd. Bij benaderen van de ingestelde waarde draait de ventilator
met hogere toerental. Als het ventilatortoerental bij koude cabine wordt verlaagd,
wordt de waterdruk hoger; dit leidt ertoe dat de toevoerluchttemperatuur wordt
verhoogd. Bij het bereiken van de ingestelde waarde wisselt de vervangen naar
lagere snelheid en wordt de compressor uitgeschakeld.
Normaal ventilatorbedrif wordt met „nor” aangegeven.
Om de ventilatortoerentallen bij het verwarmen om te keren, selecteert u „rEF”.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 137 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Programmeren MCS T6, MCS T12, MCS T16
138
P-14: Ventilatorcycylus met compressor
U kunt de ventilator zodanig programmeren dat deze in ingeschakelde toestand in
continubedrijf wordt bedreven of dat hij met de compressor wordt gesynchroni-
seerd.
De standaardinstelling is „con” voor ventilator in continubedrijf.
Om het bedrijf van de ventilator met dat van de compressor te koppelen, selec-
teert u „CYC”.
I
P-15: Omgekeerde cyclus of elektrische verwarmingsmodule
Wijzig de standaardparameter niet.
P-16: Selectie van de ventilatormotor
I
Via het programma kan worden vastgelegd of de ventilator met schakelpool-ventila-
tormotor (SP) wordt gebruikt.
Als u de schakelpool-ventilatormotor wilt programmeren, legt u als instelling
„SP” vast.
INSTRUCTIE
Als u de ventilator samen met de optionele, elektrische verwarmings-
module gebruikt, draait de ventilator nog 4 min nadat de verwarmings-
module werd uitgeschakeld.
INSTRUCTIE
De hogesnelheidventilator (HV) van het apparaat beschikt over een con-
densator-ventilatormotor (SC). Deze parameterinstelling is standaard op
„SC” vooringesteld zodat de ventilator met maximale efficiëntie werkt.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 138 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Programmeren
139
P-17: Opgeslagen standaardwaarden herstellen
U kunt de opgeslagen standaard-programmaparameter als volgt herstellen:
Selecteer „rSt”.
Hierdoor worden standaardinstellingen voor de programmeerbare parameters
hersteld.
De in hoofdstuk „Tabel van de programmeerbare parameters” op pagina 132 ver-
melde standaardparameters kunnen door de handelaar bij de installatie of door de
eindgebruiker worden gewijzigd. Nadat de nieuwe standaardwaarden werden
ingevoerd en opgeslagen, worden de fabrieksinstellingen overschreven. De oor-
spronkelijke fabrieksinstellingen voor de programmaparameters kunnen overeen-
komstig de tabel handmatig worden hersteld.
P-18, P-19: Gereserveerd voor toekomstige opties
P-20: Filterdrempelwaarde
Deze functie herinnert u eraan dat het luchtfilter moet worden vervangen. De eenhe-
den zijn x10 uur.
Deze parameter is standaard gedeactiveerd. Dit wordt door de instelling „00” vast-
gelegd. U kunt echter een waarde tussen 100 en 2500 uur instellen. Nadat de instal-
latie de drempeltijd bereikt, wordt elke 10 s een seconde lang „FIL” weergegeven.
P-21: Actuele filtertijd
Deze functie wordt gebruikt om de tijdsduur weer te geven die het actuele filter in
de installatie al in bedrijf is. De eenheden zijn x10 uur.
Om deze parameter terug te zetten, drukt u eenvoudig op de toetsen
„Omhoog” of „Omlaag”.
P-22: Spanningskalibratie
Deze functie toont de gemeten spanning op het display. Door de kalibratie van deze
parameter heeft u een exactere spanningsweergave bij de berekening van de lage
spanning voor P-7. De waarde toont de actueel gemeten spanning.
Druk op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” om de meetwaarde te manipule-
ren.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 139 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Oplossing MCS T6, MCS T12, MCS T16
140
9Oplossing
9.1 Algemene oplossing
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De installatie kan niet
worden gestart.
De vermogenschakelaar van de
airco is uitgeschakeld.
Schakel de vermogenschakelaar op de
console van de boot in.
De besturing is niet ingeschakeld. Schakel de besturing in.
De bekabeling aan de kroonsteen
is verkeerd.
Controleer het schakelschema en corri-
geer eventueel.
Tijdens de installatie werden de
aansluitingen voor de toetsen
gescheiden.
Scheid de installatie van de stroomvoor-
ziening en open de schakelkast.
Controleer het schakelschema en corri-
geer eventueel.
De spanning aan de leidingingang
is onvoldoende.
Controleer of de stroombron
(land/generator) de juiste spanning
beschikbaar stelt.
Controleer de grootten en verbindingen
van de kabels en aansluitingen.
Controleer met een voltmeter of aan het
apparaat dezelfde spanning als aan de
stroombron voorhanden is.
De ventilator draait
niet.
Lees het desbetreffende gedeelte in
hoofdstuk „Verhelpen van fouten –
Bedienveld” op pagina 146.
Geen koel- of verwar-
mingsfunctie.
De ingestelde temperatuurwaarde
werd bereikt.
Verlaag of verhoog de ingestelde
waarde.
De zeewaterstroom is geblok-
keerd.
Reinig de zeewaterzeef.
Controleer of de Speed-Scoop-rompin-
laat geblokkeerd is.
Controleer of uit de buitenboord-uitlaat
een permanente waterstraal stroomt.
De zeewaterpomp is eventueel
door cavitatie geblokkeerd.
Verwijder de slang van de pompuitlaat en
laat de lucht uit de leiding.
Koelmiddelgas is uitgetreden. Controleer op de airco of door een lek
koelmiddelolie is uitgetreden.
Raadpleeg een servicetechnicus.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 140 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Oplossing
141
Geen koel- of verwar-
mingsfunctie (voort-
zetting).
De zeewatertemperatuur te hoog
om te koelen of te laag om te ver-
warmen.
De zeewatertemperatuur is direct van
invloed op de efficiëntie van de airco.
Deze airco kan boten effectief bij een
maximale watertemperatuur van 32,2 °C
(90 °F) koelen en bij een minimale water-
temperatuur van tot 4,4 °C (40 °F) ver-
warmen.
De ventilatorspoel is bevroren (bij
koelen).
Zie onderstaande.
De ventilator draait niet. Lees het desbetreffende gedeelte in
hoofdstuk „Verhelpen van fouten –
Bedienveld” op pagina 146.
De zeewaterbuisleidingen zijn
door cavitatie geblokkeerd.
Controleer of de zeewaterbuisleidingen
volgens de richtlijnen uit de installatie-
handleiding werden geïnstalleerd.
De bootairco werd voor „Alleen
verwarmen” of „Alleen koelen”
geprogrammeerd, of de mechani-
sche thermostaatregelaar werd te
ver richting „koeler” of „warmer
gedraaid.
Leg voor P-1 de gewenste waarde vast of
stel de mechanische thermostaatregelaar
correct in.
De hogedrukschakelaar is
geopend (bij koelen), omdat de
zeewaterstroom onvoldoende is.
Filter of inlaat zijn eventueel ver-
stopt, de zeeklep is eventueel
gesloten.
Controleer of de zeewaterslang geknikt
of ingedrukt is.
Controleer de werking van de pomp.
Controleer eventueel de vermogenscha-
kelaar van de pomp.
De hogedrukschakelaar is
geopend (bij verwarmen), omdat
de luchtstroom onvoldoende is.
Verwijder alle blokkeringen in de luchtuit-
laat.
Reinig het uitlaatfilter en het bescherm-
rooster.
Controleer de buisleidingen op kneuzin-
gen en blokkeringen (de buisleidingen
moeten zo recht, effen en stevig als
mogelijk worden gemonteerd).
De hogedrukschakelaar is in de
bedrijfsmodus „Verwarmen”
geopend.
De installatie schakelt bij hogedruk even-
tueel, als de zeewatertemperatuur hoger
is dan 12,8 °C (55 °F).
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 141 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Oplossing MCS T6, MCS T12, MCS T16
142
Geen koel- of verwar-
mingsfunctie (voort-
zetting).
De thermische overlastbeveiliging
is uit een van bovengenoemde
redenen open.
De compressor moet afkoelen.
Schakel de installatie uit (bij een thermi-
sche overbelasting duurt het eventueel
tot drie uur om de beveiliging terug te
zetten).
Geen koeling Op het bedienveld werd de positie
„Koelen” niet ingesteld.
Stel het bedienveld terug.
De spoel is bevroren. Zie onderstaande.
Geen verwarming. Op de installatie werd „Alleen koe-
len” ingesteld of als zich de installa-
tie in omkeercyclus bevindt is de
omkeerklep eventueel vastge-
klemd.
Klop voorzichtig met een rubberhamer
op de omkeerklep terwijl de installatie
zich in de bedrijfsmodus „Verwarmen”
bevindt.
Raadpleeg de service, als het probleem
niet kan worden gecorrigeerd.
Lage luchtstroming. De luchtstroom is geblokkeerd. Verwijder alle blokkeringen in de uitlaat.
Reinig het uitlaatfilter en het bescherm-
rooster.
Controleer de buisleidingen op kneuzin-
gen en blokkeringen. De buisleidingen
moeten recht, effen en stevig worden
gemonteerd.
De ventilatorspoel is bevroren. Zie onderstaande.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 142 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Oplossing
143
De ventilatorspoel is
bevroren.
De ingestelde waarde van de ther-
mostaat is te laag ingesteld.
Controleer de instelling op het bedien-
veld.
Bij een te extreme instelling voor de voor-
waarden verhoogt u de ingestelde
waarde tot de installatie wordt uitgescha-
keld, zodat de spoel tijd heeft om te ont-
dooien.
Onvoldoende luchtstroming. Verwijder alle blokkeringen in de luchtuit-
laat.
Reinig het uitlaatfilter en het bescherm-
rooster.
Controleer de buisleidingen op kneuzin-
gen en blokkeringen.
De buisleidingen moeten zo recht moge-
lijk worden gemonteerd. Verwijder over-
tollige buisleidingen.
Informatie over het opnieuw programme-
ren vindt u in hoofdstuk „Verhelpen van
fouten – Bedienveld” op pagina 146.
De luchttoevoer wordt te snel
geschakeld.
Leid de luchttoevoer om, zodat deze niet
in de afvoerluchtstroom blaast.
Dicht luchtlekken in de buisleidingen af.
De luchtvochtigheid is te hoog. Sluit luiken en deuren.
Als niets anders lukt. Schakel de airco in de bedrijfsmo-
dus„Verwarmen” om het ijs te doen smel-
ten of gebruik hiervoor een föhn.
De waterspoel is in de
bedrijfsmodus „Ver-
warmen” bevroren.
De zeewatertemperatuur is lager
dan 4,4 °C (40 °F).
Schakel de installatie uit om beschadi-
ging van de condensator te voorkomen.
Laat de spoel ontdooien.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 143 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Oplossing MCS T6, MCS T12, MCS T16
144
9.2 Codes voor uitvalbeveiliging en het verhelpen van
storingen
Als een fout van de bootairco wordt gevonden, wordt een van de volgende korte
foutcodes weergegeven:
„ASF”: Meldt een fout van de luchtsensor.
„FIL”: Meldt dat het filter moet worden vervangen (onder voorwaarde dat deze
parameter werd geactiveerd).
„HPF”: Meldt een te hoge druk van het -koudemiddel.
„LAC”: Meldt dat de wisselspanning te laag is (onder voorwaarde dat deze
parameter werd geactiveerd).
„PLF”: Meldt een te hoge watertemperatuur in de verdamperspoel (onder voor-
waarde dat deze parameter werd geactiveerd).
I
De installatie loopt
continu.
De ingestelde temperatuurwaarde
is niet correct ingesteld: te laag om
te koelen of te hoog om te verwar-
men.
Verhoog of verlaag de ingestelde
waarde.
Een patrijspoort of luiken zijn
geopend.
Sluit alle patrijspoorten en luiken.
De zeewatertemperatuur te hoog
om te koelen of te laag om te ver-
warmen.
De zeewatertemperatuur is direct van
invloed op de efficiëntie van de airco.
Deze airco kan boten effectief bij een
maximale watertemperatuur van 32,2 °C
(90 °F) koelen en bij een minimale water-
temperatuur van tot 4,4 °C (40 °F) ver-
warmen (bij geïnstalleerde optie voor de
omkeercycylus).
De positie van de luchtsensor is
ongunstig gekozen.
Lees het desbetreffende gedeelte in
hoofdstuk „Verhelpen van fouten –
Bedienveld” op pagina 146.
De compressor werd
te snel geschakeld.
Koude luchttoevoer wordt direct
naar het beschermrooster van de
afvoerlucht geleid.
Leid de luchttoevoer om, zodat deze niet
in de afvoerluchtstroom wordt geleid.
INSTRUCTIE
„HPF” wordt in de bedrijfsmodus „Verwarmen” niet weergegeven en
leidt niet tot een blokkering.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 144 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Oplossing
145
Uitvalbeveiliging niveau 0
Alleen „ASF” wordt vastgesteld en weergegeven.
De bootairco wordt uitgeschakeld en kan pas weer worden ingeschakeld, als de
fout werd gerepareerd.
Na de reparatie van fout wordt de bootairco opnieuw gestart.
Uitvalbeveiliging niveau 1
Alle acties van niveau 0 en alle andere fouten worden herkend maar niet weergege-
ven.
De installatie wordt 2 min of tot de fout is verholpen uitgeschakeld, afhankelijk van
wat langer duurt.
De installatie wordt opnieuw gestart, nadat de fout werd verholpen.
Uitvalbeveiliging niveau 2
Alle acties van niveau 0 en 1. Fouten worden weergegeven.
De installatie wordt 2 min of tot de fout is verholpen uitgeschakeld, afhankelijk van
wat langer duurt.
Uitvalbeveiliging niveau 3
Alle actie van niveau 0, 1 en 2.
De installatie wordt 2 min of tot de fout is verholpen uitgeschakeld, afhankelijk van
wat langer duurt.
Na vier achtereenvolgende fouten van het type „HPF” en „LPF” wordt de installatie
geblokkeerd.
Zo maakt u een blokkering ongedaan:
Druk een keer op de toets „Power” om de bedrijfsmodus „Uit” te deactiveren.
Als u de „Power” opnieuw af te drukken, wordt de bedrijfsmodus „Aan” geacti-
veerd.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 145 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Oplossing MCS T6, MCS T12, MCS T16
146
9.3 Verhelpen van fouten – Bedienveld
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het bedienveld wordt
niet verlicht.
De stekkers van de 8-polige display-
kabels hebben geen contact (de
stekkers zijn ontkoppeld, vervuild,
verbogen of stiften zijn afgebroken).
Schakel de installatie met de vermo-
genschakelaar uit.
Trek de stekker eruit en controleer
deze.
Als u een beschadiging vaststelt, ver-
vang dan de stekker of de gehele
displaykabel.
De ventilator draait niet,
of niet continu.
Bij de programmering van de boot-
airco werd ofwel ventilatorcycylus
met compressor of ventilator in conti-
nubedrijf vastgelegd.
Programmeer parameter P-14
opnieuw.
Aanwijzing: Als de compressor
wordt uitgeschakeld, draait de venti-
lator onafhankelijk van de paramete-
rinstelling in de bedrijfsmodus
„Alleen koelen” 2 min lang en in de
bedrijfsmodus „Alleen verwarmen”
4 min lang verder.
De ventilator draait niet,
hoewel de compressor
loopt.
De triac op de geleideplaat van het
bedienveld is uitgevallen.
Verstuur de geleideplaat voor repa-
ratie, of raadpleeg een lokale ser-
vicetechnicus.
De ventilator draait in
continubedrijf, hoewel
de ventilatorcycylus met
compressor is ingesteld.
De triac op de geleideplaat van het
bedienveld is uitgevallen.
Verstuur de geleideplaat voor repa-
ratie, of raadpleeg een lokale ser-
vicetechnicus.
Geen koel- of verwar-
mingsfunctie.
De bootairco werd voor „Alleen ver-
warmen” of „Alleen koelen” gepro-
grammeerd.
Programmeer parameter P-1
opnieuw.
„HPF” of „LPF” wordt weergegeven. Zie onderstaande.
Geen verwarmingsfunc-
tie.
De bootairco werd eventueel
voor„Elektrische verwarmingsmo-
dule”, niet „Omkeercycylus” inge-
steld.
Programmeer parameter P-15
opnieuw.
De installatie schakelt in
de bedrijfsmodus „Koe-
len” naar verwarmen.
Als de spoel bevroren is, werd de
ontdooifunctie geactiveerd.
Programmeer parameter P-8
opnieuw.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 146 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Oplossing
147
De ventilatorspoel is
bevroren.
Onvoldoende luchtstroming. Lees het desbetreffende gedeelte in
hoofdstuk „Algemene oplossing” op
pagina 140, alvorens de bootairco
opnieuw te programmeren.
Programmeer parameters P-8
opnieuw om het ontdooien te active-
ren.
Als de ontdooicyclus het ijs niet doet
dooien, de airco in de bedrijfsmodus
„Verwarmen” schakelen tot het ijs
smelt of hiervoor een föhn gebrui-
ken.
Als het probleem blijft bestaan, pro-
grammeer dan de parameter dan
voor de „Begrenzing voor het laag-
ste ventilatortoerental” en leg hierbij
de maximale waarde vast: leg voor
P-3 „64” vast.
De installatie loopt con-
tinu.
De positie van de luchtsensor is
ongunstig gekozen.
Controleer de positie van de display-
kop.
Monteer eventueel de alternatieve
luchtsensor.
De ingestelde waarde is onrealis-
tisch.
Pas de ingestelde waarde aan tot de
installatie wordt uitgeschakeld.
„ASF” (luchtsensorfout)
wordt weergegeven.
Meldt dat de luchtsensor in de front-
plaat de alternatieve luchtsensor of
de displaykabel is uitgevallen.
Trek de kabel van de alternatieve
luchtsensor eruit, als deze geïnstal-
leerd is of verbind de kabel van de
alternatieve luchtsensor, als deze niet
geïnstalleerd is.
Probeer een andere displaykabel.
Steker/bus in de displaykop of op de
geleideplaat zijn beschadigd.
Voer een visuele controle uit en stel
vast of pennen in de bus zijn verbo-
gen of verroest.
Repareer het display of de geleide-
plaat of voer eventueel een vervan-
ging uit.
„FIL” (filtervervanging)
knippert.
Het filter moet worden vervangen. Vervang het filter.
Zet P-21 op „00” terug.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 147 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Oplossing MCS T6, MCS T12, MCS T16
148
„HPF” (hoge koudemid-
deldruk) wordt weerge-
geven.
De hogedrukschakelaar is geopend
(bij koelen), omdat de zeewater-
stroom onvoldoende is.
Filter of inlaat zijn eventueel verstopt,
de zeeklep is eventueel gesloten.
Controleer of de zeewaterslang
geknikt of ingedrukt is.
Controleer de werking van de
pomp.
Controleer eventueel de vermogen-
schakelaar van de pomp.
De hogedrukschakelaar is geopend
(bij verwarmen), omdat de
luchtstroom onvoldoende is.
Verwijder alle blokkeringen van de
luchtuitlaat.
Reinig het uitlaatfilter en het
beschermrooster.
Controleer de buisleidingen op
kneuzingen en blokkeringen (de
buisleidingen moeten zo recht, effen
en stevig als mogelijk worden
gemonteerd).
Als het probleem nog steeds
bestaat,
Programmeer dan de parameter
dan voor de „Begrenzing voor het
laagste ventilatortoerental” en leg
hierbij de maximale waarde vast:
leg voor P-3 „64” vast.
Leg voor de parameter voor de
omgekeerde ventilatorsnelheden
P-13 als waarde „rEF” vast of stel
handmatig de hoge ventilatorsnel-
heid in.
„LAC” (lage wisselspan-
ning) wordt weergege-
ven.
De voedingsspanning is te laag. Controleer de energievoorziening
voor de installatie met een multime-
ter.
De spanning is onvoldoende gekali-
breerd.
Controleer met een multimeter of
P-22 ,et de spanningswaarde van de
installatie overeenkomt.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 148 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Onderhoud
149
10 Onderhoud
10.1 Omkeerklep
De omkeerklep moet regelmatig onder spanning worden gezet zodat de interne
bouwdelen vrij kunnen bewegen.
Schakel een keer per maand de airco enkele seconden in en activeer de bedrijfs-
modus „Verwarmen”.
10.2 Zeewaterzeeffilter
Controleer of de zeewatertoevoer naar de pomp voldoende is door de filterkorf
regelmatig te reinigen.
Controleer regelmatig of uit de buitenboord-uitlaat een permanente waterstraal
stroomt.
Controleer of de Speed-Scoop van de zeewaterinlaat niet geblokkeerd is.
Controleer of de slangen niet zijn in elkaar verwikkeld zijn, niet geknikt of inge-
drukt zijn.
„PLF” (laag pompde-
biet) wordt weergege-
ven.
De condensatorspoel is te heet
geworden.
Controleer of water het apparaat
instroomt, en of de condensator
bedekt is met algen of afzettingen.
De thermistor is beschadigd. Maak de kabel van de watersensor
los, indien deze geïnstalleerd is.
Sluit een andere aan, indien moge-
lijk.
Bus/stekker op de geleideplaat is
beschadigd.
Voer een visuele controle uit en stel
vast of pennen in de bus zijn verbo-
gen of verroest.
Repareer de geleideplaat of vervang
deze eventueel.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 149 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Onderhoud MCS T6, MCS T12, MCS T16
150
10.3 Reiniging van de condensatorspoel
!
I
De reiniging van de condensatorspoel is geen standaardonderhoud en moet alleen
worden uitgevoerd, als de zeewaterpomp de volgende eigenschappen heeft:
Gedurende een periode van weken of maanden stijgen geleidelijk, vanwege ver-
vuilde condensatorspoelen, de druk en de stroomsterkte terwijl het vermogen daalt.
Schakel de installatie van de vermogenschakelaar op de console op de boot.
Scheid de ingangs- en uitgangsverbindingen naar de condensatorspoel.
!
WAARSCHUWING!
Een overmatige, langdurige reiniging van de condensatorspoel met
zuurhoudende reinigingsmiddelen verkort de levensduur van de
condensator. Door een onvakkundige reiniging vervalt de
garantie. Een geautoriseerde vakhandelaar moet voor een reini-
ging van de condensatorspoel de stroomsterkte-, druk-, tempera-
tuur- en debietwaarden exact documenteren om te controleren
wanneer een reiniging nodig is.
Gebruik geen zoutzuur (waterstofchloride), bleekmiddel of broom.
Verhoog niet het debiet, bijvoorbeeld door het blokkeren van con-
densatoren om een grotere waterhoeveelheid door de andere te
laten stromen.
Bij onvakkundig gebruik kan chloor zeer corrosief reageren.
Dometic wijst erop dat de gebruiker bij gebruik van chloorhou-
dende reinigingsoplossing het risico voor de installatie moet accep-
teren en de gevaren bij de hantering van corrosieve chemicaliën
volledig moet hebben begrepen. Bij overmatig of onvakkundig
gebruik kan de installatie worden beschadigd.
INSTRUCTIE
Om het milieu te beschermen moet u alle gecontamineerde oplossin-
gen overeenkomstig de wettelijke regelingen en bepalingen afvoeren.
WAARSCHUWING!
Dometic garandeert geen effectiviteit van reinigingsoplossingen van
andere fabrikanten.
Gebruik geen zoutzuur (waterstofchloride), bleekmiddel of broom. De
chemicaliën zijn corrosief en kunnen de condensatorspoel beschadi-
gen. Neem de gebruiksaanwijzing in acht en houd de aangegeven con-
centratie en gebruiksduur aan.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 150 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Onderhoud
151
Gebruik chemicaliebestendige slangen (MAS wit PVC 5/8"/16 mm binnendoor-
snede, etc.) om de inlaat van de condensatorspoel met de uitlaat van een chemi-
caliebestendige dompelpomp (MAS P-500 pomp etc.) te verbinden, en laat de
slang die met de spoeluitlaat is verbonden, vrij in de container drijven.
Gebruik voor de oplossing een zo groot mogelijk container (19 – 95 l).
Schakel de pomp in en laat de reinigingsoplossing afhankelijk van de grootte van
de spoelen en de afmeting van de vervuilingen 15 – 45 min door de condensa-
torspoel circuleren.
Middels een visuele controle van de oplossing in de container herkent u wan-
neer de verwijdering van de vervuiling voltooid is.
Spoel de spoel met schoon water om eventueel voorhandene zuurresten uit de
installatie te verwijderen.
Start de installatie opnieuw.
Controleer de bedrijfsparameters om te garanderen dat de reiniging grondig
werd uitgevoerd.
Bij extreme vervuiling is eventueel nog een reiniging vereist.
10.4 Afvoerluchtfilter
Controleer maandelijks het afvoerluchtfilter en reinig indien nodig.
Zo reinigt u het filter:
Verwijder het filter uit het afvoerlucht-beschermrooster.
–Spoel deze met water.
Laat het filter in de lucht drogen en
monteer het weer.
Als een afvoerluchtrooster deel uitmaakt van de installatie, moet u het op de ver-
damper gemonteerde filter verwijderen.
Twee filters zijn niet beter dan één, omdat de gereduceerde luchtstroming het
vermogen vermindert en eventueel de verdamperspoel doet bevriezen.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 151 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Onderhoud MCS T6, MCS T12, MCS T16
152
10.5 Winterbestendig maken
I
Kies de optimaalste methode. Bij de volgende vier methoden wordt bij de eerste
twee een voor het milieu niet-schadelijke, biologisch afbreekbare 50/50-oplossing
van antivries en water gebruikt:
Pomp de antivriesoplossing in de buitenboord-rompaansluiting en leid de oplos-
sing door de inlaat-rompaansluiting wegstromen tot al het water is uitgespoeld
en de oplossing niet meer verdund verschijnt.
Gebruik de zeewaterpomp om de antivriesoplossing door de installatie te pom-
pen. Laat de oplossing door de buitenboord-rompaansluiting wegstromen tot al
het water is weggespoeld en de oplossing niet meer verdund verschijnt:
Sluit de zeeklep.
Verwijder de slang van de filteruitlaat.
Til de slang over de pomp heen (zodat de pomp de aanzuigdruk niet verliest).
Vul de antivriesoplossing bij.
Pomp de oplossing door de installatie.
Ontwater het filter en de slang naar de zeeklep.
Leid perslucht naar binnen door de buitenboord-uitlaataansluiting. Het water
wordt via de zeewater-inlaataansluiting geleid.
Door de perslucht wordt het water van de uitlaat door de buitenboord-uitlaat
naar buiten geleid.
De methode die antivriesoplossing omlaag laat stromen moet als methode worden
gekozen. Hierbij vervangt de antivriesoplossing alle waterresten en voorkomt dat in
deze delen ijs kan worden gevormd.
Omdat de zeewaterpomp een magnetisch aangedreven schoepenrad gebruikt,
voert u bovendien het volgende uit:
Verwijder het schoepenrad van de nattebouwgroep.
Reinig het schoepenrad met een alcoholoplossing.
Bewaar het schoepenrad tot ingebruikname op een droge en koele plaats.
INSTRUCTIE
Verzamel alle wegstromende vloeistoffen en recycle deze of voer ze op
correcte wijze af.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 152 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Garantie
153
11 Garantie
De wettelijke garantieperiode is van toepassing. Indien het product defect is, dient
u contact op te nemen met een servicepartner in uw land (zie achterzijde van de
gebruiksaanwijzing voor adressen).
Onze specialisten helpen u graag verder en bespreken het verdere verloop van de
garantie met u.
12 Afvoer
Laat het verpakkingsmateriaal indien mogelijk recyclen.
M
Als u het product definitief buiten bedrijf stelt, informeer dan bij het
dichtstbijzijnde recyclingcentrum of uw speciaalzaak naar de betreffende
afvoervoorschriften.
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 153 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
Technische gegevens MCS T6, MCS T12, MCS T16
154
13 Technische gegevens
13.1 Legendagegevens
Bevat gefluoreerde broeikasgassen
Hermetisch afgesloten apparatuur
Bootairco MCS T6 Bootairco MCS T12 Bootairco MCS T16
Koelvermogen: 6000 BTU/h
1758 W
12000 BTU/h
3517 W
16000 BTU/h
4689 W
Ingangsspanning: 230 V 230 V 230 V
Stroomverbruik
Koeling: 3,7 A 4,3 A 5,5 A
Verwarmen: 4,7 A 5,3 A 6,9 A
Koelmiddel: R-410A R-410A R-410A
Koelmiddelhoe-
veelheid:
8,5 oz/241 g 10,5 oz/298 g 12,5 oz/354 g
CO2-equivalent: 0,503 t 0,622 t 0,739 t
Aardopwarmings-
vermogen (GWP):
2088 2088 2088
Afmetingen
(b x h x d):
Installatie:
Bedienveld:
Paneeluitsneding:
448 x 282 x 272 mm
81 x 64 x 24 mm
64 x 48 mm
519 x 318 x 315 mm
81 x 64 x 24 mm
64 x 48 mm
544 x 341 x 338 mm
81 x 64 x 24 mm
64 x 48 mm
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 154 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11
NL
MCS T6, MCS T12, MCS T16 Technische gegevens
155
13.2 Specificaties van de installatiebesturing
13.3 Installatie-ingangen
Ingestelde waarde-bedrijfsbereik: 18,3 °C tot 29,4 °C (65 °F tot 85 °F)
Weergegeven bedrijfsbereik van de omgevings-
temperatuur:
–15 °C tot 65,6 °C (5 °F tot 150 °F)
Sensornauwkeurigheid: ±1,1 °C bij 25 °C (±2 °F bij 77 °F)
Laagspanningsgrens voor installatie met 230 V: 175 Vw
Laagspanning-processor terugzetten: 50 Vw
Leidingspanning: 230 Vw
Frequentie: 50 Hz
Ventilator-uitgangsvermogen (max.): 6 A bij 230 Vw
Klep-uitgangsvermogen: 0,25 A bij 230 Vw
Verwarming-uitgangsvermogen (max.): 20 A bij 230 Vw
Pomp-uitgangsvermogen: 1/2 HP bij 230 Vw
Compressor-uitgangsvermogen: 2 HP bij 230 Vw
Minimale bedrijfstemperatuur: –17,8 °C (0 °F)
Maximale omgeving-bedrijfstemperatuur: 82,2 °C (180 °F)
Maximale Rh-voorwaarden: 99 % zonder condenswatervorming
Stroomopname display: < 5 W
Omgevingstemperatuur of ruimtetemperatuur: 1
Drukschakelaar High Pressure Switch, HPF: 1
Drukschakelaar Low Pressure Switch, LPF (bij
MCS niet gebruikt):
1
Alternatieve omgevingstemperatuur-sensor voor
binnenruimtes:
1
Omgevingstemperatuur-sensor voor de buiten-
lucht (optioneel):
1
MCS-6-12-16--O-West.book Seite 155 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11

Documenttranscriptie

MCS-6-12-16--O-West.book Seite 117 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Lees deze handleiding voor de ingebruikneming zorgvuldig door en bewaar hem. Geef de handleiding bij het doorgeven van het product aan de gebruiker. Inhoud 1 Verklaring van de symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 118 2 Veiligheidsinstructies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 118 3 Doelgroep van deze handleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119 4 Gebruik volgens bestemming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119 5 Technische beschrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119 6 Bedienelementen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .120 7 Handleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .122 8 Programmeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .130 9 Oplossing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .140 10 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .149 11 Garantie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .153 12 Afvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .153 13 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .154 NL 117 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 118 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Verklaring van de symbolen 1 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Verklaring van de symbolen ! ! A I 2 WAARSCHUWING! Veiligheidsaanwijzing: Het niet naleven kan leiden tot overlijden of ernstig letsel. VOORZICHTIG! Veiligheidsaanwijzing: Het niet naleven kan leiden tot letsel. LET OP! Het niet naleven ervan kan leiden tot materiële schade en de werking van het product beperken. INSTRUCTIE Aanvullende informatie voor het bedienen van het product. Veiligheidsinstructies De fabrikant kan in de volgende gevallen niet aansprakelijk worden gesteld voor schade: • montage- of aansluitfouten • beschadiging van het product door mechanische invloeden en overspanningen • veranderingen aan het product zonder uitdrukkelijke toestemming van de fabrikant • gebruik voor andere dan de in de handleiding beschreven toepassingen 2.1 Algemene veiligheid ! VOORZICHTIG! 118 • Elektrische toestellen zijn geen speelgoed! Houd kinderen en gebrekkige personen uit de buurt van elektrische apparaten. Laat ze elektrische apparaten alleen onder toezicht gebruiken. • Personen (ook kinderen) die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of hun onervarenheid of onwetendheid niet in staat zijn om de installatie veilig te gebruiken, mogen dit niet zonder toezicht of instructie door een verantwoordelijk persoon doen. NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 119 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 3 Doelgroep van deze handleiding • Gebruik het apparaat alleen volgens de voorschriften. • Voer geen wijzigingen of verbouwingen aan het toestel uit! • Installatie van en reparatie aan de afzuigkap mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd die bekend zijn met de betreffende gevaren en voorschriften. Door onvakkundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. Neem bij reparaties contact op met het servicesteunpunt in uw land (adressen aan de achterzijde). Doelgroep van deze handleiding Deze gebruiksaanwijzing is bestemd voor de gebruiker van de airco. 4 Gebruik volgens bestemming De bootairco werd voor gebruik op boten en jachten ontwikkeld. De airco kan de binnenruimtes van de boot of de jacht afkoelen of verwarmen. 5 Technische beschrijving De bootairco's MCS T6, MCS T12 en MCS T16 zijn geschikt voor variabele klimatisering in een boot of een jacht. Ruimtes kunnen worden gekoeld of verwarmd. De bootairco bestaat uit een aircotoestel en een bedienveld. Het koelmiddel circuleert door de installatie die met zeewater water wordt gekoeld. NL 119 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 120 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Bedienelementen MCS T6, MCS T12, MCS T16 6 Bedienelementen 6.1 Bedieningspaneel Sleutel voor afb. 1, pagina 3: Pos. 120 Naam Beschrijving 1 Toets „Power“ Druk op de toets om de installatie in of uit te schakelen. 2 Toets „Ventilator“ Door drukken op de toets schakelt u door de beschikbare ventilatorinstellingen. Voor de bedrijfsmodus handmatige ventilatorinstellingen bestaan de instellingen „1” (laagste) tot „6” (hoogste). De letter „a” geeft aan dat de bedrijfsmodus voor automatische ventilatorinstelling werd geselecteerd. 3 Toets „Omlaag” Druk op de toets om de ingestelde waarde weer te geven. Houd de toets „Omlaag” ingedrukt om de ingestelde waarde te verlagen. Door elke keer drukken op de knop wordt de ingestelde waarde met 0,5 °C of 1 °F verlaagd. 4 Frontplaatsensor Via de frontplaatsensor wordt de ruimtetemperatuur vastgesteld, tenzij een afstandsluchtsensor werd geïnstalleerd. 5 Toets „Omhoog” Druk op de toets om de ingestelde waarde weer te geven. Houd de toets „Omhoog” ingedrukt om de ingestelde waarde te verhogen. Door elke keer drukken op de knop wordt de ingestelde waarde met 0,5 °C of 1 °F verhoogd. 6 Weergave op het dis- Bij ingeschakelde besturing wordt de binnentemperaplay tuur weergegeven. De ingestelde waarde wordt door drukken op de toetsen „Omlaag” of „Omhoog” weergegeven. Op het display verschijnen ook productinformatie en foutcodes. Als de besturing na een stroomuitval weer in bedrijf wordt genomen, worden alle displayleds een seconde lang ingeschakeld. Hierbij gaat het om een normale bedrijfstoestand die als „Terugzetten bij inschakelen” wordt aangeduid. NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 121 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Pos. Bedienelementen Naam Beschrijving 7 Led „Bedrijfsmodus verwarmen” Deze led brandt, als – de bedrijfsmodus „Alleen verwarmen” werd geselecteerd – of als het toestel een verwarmingscyclus uitvoert. 8 Led „Ventilatorweergave” Deze led brandt, als een handmatig ventilatortoerental werd geselecteerd. 9 Led „Koelmodus” Deze led brandt, als – de bedrijfsmodus „Alleen koelen” werd geselecteerd – of als het toestel een koelcyclus uitvoert. 6.2 Toetsen met dubbele functiebezetting Toetsen „Omhoog” en „Omlaag” • In de bedrijfsmodus „Aan”: Druk gelijktijdig op de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” om de buitentemperatuur weer te geven, onder voorwaarde dat de optionele buitenlucht-temperatuursensor werd geïnstalleerd. • In de bedrijfsmodus „Programma”: Druk gelijktijdig op de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” om nieuwe standaardwaarden voor het programma in te voeren. Toetsen „Power” en „Omlaag” • Bij de weergave van het onderhoudsfoutprotocol: Druk gelijktijdig op de toetsen „Power” en „Omlaag” om de vermeldingen in het foutprotocol te wissen (zie hoofdstuk „Onderhoudsprotocol” op pagina 129). • In de bedrijfsmodus „Aan”: Druk gelijktijdig op de toetsen „Power” en „Omlaag” om de bedrijfsmodus „Ontvochtiging” te activeren (zie hoofdstuk „Bedrijfsmodus „Ontvochtiging”” op pagina 125). NL 121 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 122 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Handleiding 7 Handleiding 7.1 Eerste ingebruikname A MCS T6, MCS T12, MCS T16 LET OP! Schakel het apparaat niet uit en onmiddellijk daarna weer in. Wacht minstens 30 s voor een koelmiddeldrukcompensatie. ➤ Controleer of de kogelklep voor de zeewaterinlaat (zeeklep) geopend is. ➤ Schakel de vermogenschakelaar van de airco in. ➤ Als de zeewaterpomp over een vermogenschakelaar beschikt, schakel deze dan in. ➤ Druk op de ventilatortoets (afb. 1 2, pagina 3). ✓ Hierdoor wordt de ventilator ingeschakeld. ➤ Controleer of de ventilator draait en een regelmatige luchtstroom uit het toevoerlucht-beschermrooster stroomt. ➤ Kies als ingestelde waarde voor de temperatuur een lagere waarde dan de actuele cabinetemperatuur. ✓ Hierdoor worden de compressor en de zeewaterpomp gestart. ➤ Controleer of een regelmatige zeewaterstroom uit de buitenboord-uitlaat stroomt. ➤ Als u vermoedt dat het toestel niet correct functioneert, lees dan de richtlijnen voor het verhelpen van storingen (hoofdstuk „Oplossing” op pagina 140). 7.2 Overzicht Inschakelen ➤ Druk een keer op de toets „Power” (afb. 1 1, pagina 3) om het toestel te starten. ✓ Bij ingeschakeld systeem wordt op het display de ruimtetemperatuur weergegeven. Als het toestel is uitgeschakeld, blijft het display leeg. 122 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 123 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Handleiding Temperatuur instellen ➤ Druk op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” (afb. 1 3 en 4, pagina 3) om de gewenste ruimtetemperatuur in te stellen. Door kort drukken op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” kunt u de ingestelde waarde tijdens bedrijf weergeven. Ventilatortoerental Het ventilatortoerental wordt automatisch geregeld; het wordt automatisch verlaagd, als de cabinetemperatuur in bedrijfsmodus „Koelen” de ingestelde waarde nadert. Bij bereiken van de ingestelde waarde draait de ventilator met laag toerental. ➤ Door drukken op de ventilatortoets (afb. 1 2, pagina 3) kunt u de handmatige ventilatortoerentallen selecteren. Via het programma kunt u de ventilator zodanig instellen dat deze alleen draait, als verwarmen of koelen vereist is. Normaal verloopt de automatische instelling van het ventilatortoerental in de bedrijfsmodus„Verwarmen” omgekeerd. De ventilator kan echter ook via de programmering zodanig worden ingesteld dat deze in de bedrijfsmodus „Koelen” functioneert. Geheugen Het niet-vluchtige geheugen van de besturing heeft geen batterijen of stroomvoorziening nodig. Als de stroom uitvalt, gaan de bedrijfsparameters niet verloren. Als de stroom terugkeert, zet de besturing het bedrijf overeenkomstig de laatste programmering weer voort. 7.3 Bedrijfsmodi Bedrijfsmodus „Uit” Als de bootairco in de bootairco „Uit” is, zijn alle uitgangen van de besturing uitgeschakeld. De programmaparameters en gebruikersinstellingen worden in het nietvluchtige geheugen opgeslagen. Bedrijfsmodus „Aan” Als de bootairco in de bedrijfsmodus „Aan” is, staan de desbetreffende uitgangen onder stroom en wordt op het display de actuele bedrijfsstatus weergegeven. Gebruik wordt overeenkomstig de programmaparameters voortgezet die werden opgeslagen toen het apparaat de laatste keer werd gebruikt. NL 123 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 124 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Handleiding MCS T6, MCS T12, MCS T16 Bedrijfsmodus „Koelen” Als de bedrijfsmodus „Koelen” is geselecteerd, brandt de led voor de bedrijfsmodus „Koelen” en worden de koelsystemen overeenkomstig gebruikt. Als de temperatuur tot onder de ingestelde waarde daalt, wisselt de installatie niet automatisch naar de bedrijfsmodus „Verwarmen”. Bedrijfsmodus „Verwarmen” Als de led van de bedrijfsmodus „Verwarmen” brandt, zijn alleen de verwarmingssystemen geselecteerd en worden overeenkomstig gebruikt. Als de temperatuur boven de ingestelde waarde stijgt, wisselt de installatie niet automatisch naar de bedrijfsmodus „Koelen”. Bedrijfsmodus „Automatisch” In de bedrijfsmodus „Automatisch” stelt de installatie naar behoefte verwarmings- of koelfuncties beschikbaar. De led „Verwarmen” of „Koelen” brandt overeenkomstig de bedrijfsmodus. De temperatuur in een bepaalde bedrijfsmodus wordt binnen 1,1 °C (2 °F) van de ingestelde waarde gehandhaafd. Toch is een verschil van 2,2 °C (4 °F) vereist om de bootairco naar een andere bedrijfsmodus te laten wisselen. Na de bedrijfsmoduswissel wordt de temperatuur weer binnen 1,1 °C (2 °F) van de ingestelde waarde gehandhaafd. Handmatige ventilatorbediening In de bedrijfsmodus voor handmatige ventilatorbediening kunt u het gewenste ventilatortoerental handmatig selecteren. Na selectie van een handmatig ventilatortoerental gaat de ventilator-led branden. De bedrijfsmodus voor handmatige ventilatorbediening is soms de beste keuze, als de cabinetemperatuur door wisselende warmtebelastingen constant verandert. Het snelste ventilatortoerental is „6”, het langzaamste toerental is „1”. ➤ Houd de toets „Ventilator” tijdens normaal bedrijf ingedrukt om een van de zes mogelijke, handmatige ventilatortoerentallen te selecteren. Bedrijfsmodus „Circulatielucht” Als de installatie op het bedienveld is uitgeschakeld, kan de ventilator alleen in de bedrijfsmodus circulatielucht worden gebruikt. ➤ Houd de toets „Ventilator” bij uitgeschakeld display ingedrukt tot het gewenste toerentalnummer in het venster wordt weergegeven. 124 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 125 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Handleiding ➤ Laat de toets „Ventilator” los. ✓ De ventilator draait met het geselecteerde toerental als ventilator zonder de lucht te verwarmen of te koelen. ➤ Druk een keer op de toets „Power” om de bedrijfsmodus „Circulatielucht” te beëindigen en de bedrijfsmodus „Aan” te activeren. Bedrijfsmodus „Ontvochtiging” ➤ Druk bij actieve bedrijfsmodus „Aan” gelijktijdig op de toetsen „Power” en „Omlaag”. ✓ De eerste cyclus start na een minuut. ➤ Druk op de toets „Power” om de bedrijfsmodus „Ontvochtiging” te beëindigen. ✓ Als de bedrijfsmodus „Ontvochtiging” actief is, wordt op het display de korte code „HU1” weergegeven. Bedrijfsmodus „Programma” I INSTRUCTIE De bedrijfsmodus „Programma” kan alleen vanuit de bedrijfsmodus „Uit” worden geactiveerd. Als de bedrijfsmodus „Programma” actief is, kunt u de bedrijfsparameters van de installatie aan bepaalde behoefte van individuele gebruikers aanpassen. Via de bedrijfsmodus „Programma” kunt u het gebruik van de airco binnen een installatie optimaal aanpassen. Variabelen zoals buisleidingen, positie van de sensor en systeemopbouw beïnvloeden de werking van de installatie. De bootairco beschikt over standaardinstellingen die in het permanente geheugen zijn opgeslagen en te allen tijde weer kunnen worden opgeroepen. NL 125 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 126 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Handleiding 7.4 A I MCS T6, MCS T12, MCS T16 Gebruik van de bootairco LET OP! Schakel het apparaat niet uit en onmiddellijk daarna weer in. Wacht minstens 30 s voor een koelmiddeldrukcompensatie. INSTRUCTIE Druk bij het inschakelen van de bootairco slechts heel kort op de toets „Power” om niet onbedoeld de bedrijfsmodus „Programma” te activeren. Als u de bedrijfsmodus „Programma” onbedoeld activeert, wordt door elke volgende keer drukken op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” de instelling van de parameter „P-1” gewijzigd. Dit kan leiden tot storing van de installatie. ➤ Druk een keer kort op de toets „Power” (afb. 1 1, pagina 3) om het toestel te starten. ✓ Bij ingeschakeld systeem wordt op het display de ruimtetemperatuur weergegeven. Als het toestel is uitgeschakeld, blijft het display leeg. ➤ Druk op de toetsen „Omlaag” (afb. 1 3, pagina 3) of „Omhoog” (afb. 1 5, pagina 3) om de gewenste ingestelde waarde te selecteren. ✓ Bij ingeschakeld systeem wordt op het display de ruimtetemperatuur weergegeven. Als het toestel is uitgeschakeld, blijft het display leeg. ✓ De thermostaat is nu ingesteld om een constante cabinetemperatuur te handhaven. ➤ Druk op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” om de gewenste cabinetemperatuur in te stellen. Door kort drukken op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” kunt u de ingestelde waarde tijdens bedrijf weergeven. Het niet-vluchtige geheugen van de bootairco heeft geen batterijen of stroomvoorziening nodig. Als de stroom uitvalt, gaan de bedrijfsparameters niet verloren. Als de stroom terugkeert, zet de bootairco het bedrijf overeenkomstig de laatste programmering weer voort. Door de automatische regeling van het ventilatortoerental kan automatisch het toerental worden verlaagd, als in de bedrijfsmodus „Koelen” de cabinetemperatuur de ingestelde waarde nadert. Bij het bereiken van de ingestelde waarde wordt de ventilator met lage snelheid bedreven. 126 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 127 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Handleiding De handmatige ventilatorsnelheden kunnen via de toets „Ventilator” worden geselecteerd. De ventilator kan zodanig worden ingesteld dat deze alleen draait, als verwarmen of koelen vereist is. Normaal verloopt de automatische instelling van het ventilatortoerental in de bedrijfsmodus„Verwarmen” omgekeerd. De ventilator kan echter ook via de programmering zodanig worden ingesteld dat deze in de bedrijfsmodus „Koelen” functioneert. 7.5 Automatisch zelftestprogramma De bootairco beschikt over een zelftestprogramma waarbij de totale bootairco als bij een keuring in de fabriek wordt getest. Na de activering van het zelftestprogramma wordt de testcyclus voortgezet tot de energietoevoer wordt onderbroken of de toets „Power” een keer wordt ingedrukt om de installatie in de bedrijfsmodus „Uit” te schakelen. ➤ U activeert het zelftestprogramma door de toets „Power” in te drukken terwijl u de installatie met de vermogenschakelaar inschakelt. ➤ Laat de toets „Power” los, als op het display „888” wordt weergegeven en de leds branden. ✓ De bootairco voert nu het zelftestprogramma uit. ✓ Terwijl het zelftestprogramma actief is, wordt op het display „tSt” weergegeven. Na de activering voert de zelftestsoftware de volgende procedure tijdens continubedrijf uit: • De bedrijfsmodus „Verwarmen” wordt geactiveerd en de installatie verwarmt 10 min lang. • De bedrijfsmodus „Verwarmen” wordt aangehouden en de ventilator draait 5 min lang in ventilatormodus. • De installatie wisselt naar de bedrijfsmodus „Koelen” en koelt 10 min lang. • De bedrijfsmodus „Koelen” wordt aangehouden en de ventilator draait 5 min lang in ventilatorbedrijf. • De programma keert terug naar stap 1 en de procedure wordt voortgezet tot het programma wordt onderbroken. Het zelftestprogramma wordt voortgezet tot de energietoevoer wordt onderbroken of de test door een keer drukken op de toets„Power” wordt aangehouden. NL 127 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 128 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Handleiding 7.6 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Hulpmiddelen voor onderhoud Urenweergave De totale compressorcyclustijd wordt elke zes minuten bij continue compressorlooptijd in de EEPROM opgeslagen. Cycli met geringere looptijden dan zes minuten worden verworpen om de benodigde geheugenruimte te reduceren en een zo flexibel mogelijke urenweergave te garanderen. Ga als volgt te werk om de urenweergave weer te geven: ➤ Schakel het apparaat uit met de vermogenschakelaar. ➤ Houd de toets „Omlaag” ingedrukt. ➤ Schakel het apparaat weer in met de vermogenschakelaar. ✓ Nadat „Terugzetten bij inschakelen” is afgesloten, wordt op het display het volgende weergegeven: – „Hr” wordt gedurende een seconde weergegeven. – De displayweergave gaat enkele seconden uit, en vervolgens worden drie seconden lang de eerste beide tekens van de bedrijfsuren weergegeven. – De displayweergave gaat een seconde uit, en vervolgens worden drie seconden lang de laatste drie tekens van de bedrijfsuren weergegeven. ✓ De installatie keert terug naar de laatste bedrijfsstatus – die actief was voordat de energietoevoer werd uitgeschakeld. Maximaal kunnen 65.536 uren worden geregistreerd. Als deze waarde wordt bereik, stopt de registratie en kan deze alleen door een klantendiensttechnicus worden teruggezet. 128 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 129 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Handleiding Onderhoudsprotocol De bootairco registreert de laatste acht fouten in een protocol. Bij elke herkende fout wordt een urentimer gestart. Als binnen dit uur drie fouten achtereen optreden, wordt de installatie uitgeschakeld, de energietoevoer geblokkeerd en een foutcode weergegeven. Als tijdens dit uur dezelfde fout opnieuw optreedt, wordt de fout slechts één keer in het onderhoudsprotocol geregistreerd omgeheugenruimte te besparen. Als tijdens continubedrijf dezelfde fout niet binnen een uur weer optreedt, wordt de foutteller teruggezet, maar het resultaat blijft in het onderhoudsprotocol tot het wordt overschreven. Als tijdens dit uur een andere fout wordt herkend, wordt deze fout in het serviceprotocol geregistreerd. De volgende gebeurtenissen worden in het serviceprotocol geregistreerd: • Koudemiddeldruk te hoog • Koudemiddeldruk te laag • Luchtsensorfout Ga als volgt te werk om het onderhoudsprotocol weer te geven: ➤ Schakel het apparaat uit met de vermogenschakelaar. ➤ Houd de toets „Ventilator” ingedrukt. ➤ Schakel het apparaat in met de vermogenschakelaar. ➤ Nadat „Terugzetten bij inschakelen” werd afgesloten (op het display wordt „888” weergegeven en alle leds branden), laat u de toets „Ventilator” los. ✓ De displayweergave knippert en toont de laatst herkende fout, gevolgd door het nummer van de gebeurtenischronologie. ➤ Als u andere gebeurtenissen wilt laten weergeven, drukt u op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag”. ➤ Druk gelijktijdig op de toetsen „Power” en „Omlaag” om de vermeldingen in het onderhoudsprotocol te wissen. ➤ Zo verlaat u het onderhoudsprotocol: – Druk op de toets „Power”, „Omhoog” of „Omlaag” of – wacht 30 seconden zonder een toets in te drukken. NL 129 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 130 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Programmeren MCS T6, MCS T12, MCS T16 8 Programmeren 8.1 Bedrijfsmodus „Programma” activeren ➤ Houd de toets „Power” ingedrukt, terwijl de installatie zich in de bedrijfsmodus „Uit” bevindt tot de letter „P” op het display wordt weergegeven. ✓ De lettercombinatie „P1” gevolgd door de parameterinstelling wordt op het display weergegeven. ✓ De bootairco bevindt zich nu in de bedrijfsmodus „Programma”. I 8.2 INSTRUCTIE De bootairco verlaat de bedrijfsmodus „Programma” en keert terug naar de bedrijfsmodus „Uit”, als een minuut lang geen programmering wordt ingevoerd. Programmaparameters wijzigen ➤ Druk op de toets „Ventilator” om van een programmaparameter naar de volgende te schakelen. ➤ Druk op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” om de gegevens te selecteren of de gewenste grenswaarden voor de te programmeren parameters vast te leggen. 8.3 I Nieuwe programmaparameters opslaan INSTRUCTIE De fabrieksinstellingen uit hoofdstuk „Tabel van de programmeerbare parameters” op pagina 132 kunnen handmatig worden hersteld (zie hoofdstuk „Opgeslagen standaardinstellingen herstellen” op pagina 131). ➤ Druk gelijktijdig op de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” om de nieuwe programmaparameters op te slaan. ✓ Daarna worden de nieuwe standaardwaarden voor het programma vastgelegd. 130 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 131 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 8.4 Programmeren Bedrijfsmodus „Programma” verlaten Er zijn twee methoden om de bedrijfsmodus „Programma” te verlaten. ➤ Druk op de toets „Power”. ✓ De bootairco keert terug naar de bedrijfsmodus „Uit”. … of ➤ Druk een minuut lang geen toets in en voer geen programmawijzigingen uit. ✓ De bootairco verlaat de bedrijfsmodus „Programma”. 8.5 Software-identificatie Voor het verlaten van de bedrijfsmodus „Programma” wordt gedurende een seconde de softwareversie van de bootairco weergegeven. Het software-identificatienummer, bijvoorbeeld (A12) wordt gedurende een seconde op het display weergegeven. Vervolgens keert de bootairco terug naar de bedrijfsmodus „Uit”. I 8.6 INSTRUCTIE Als u met betrekking tot het systeem of de programmering van de bootairco met Dometic contact opneemt, houd dan steeds het softwareidentificatienummer en het serienummer van de bootairco gereed. Het serienummer staat op het typeplaatje. Opgeslagen standaardinstellingen herstellen U kunt de opgeslagen standaardinstelling als volgt herstellen. ➤ Activeer de bedrijfsmodus „Programma”. ➤ Leg voor P-17 „rSt” vast. ➤ Verlaat de bedrijfsmodus „Programma”. ✓ Het softwareversienummer (bijvoorbeeld „A12”) wordt op het display weergegeven. ✓ De opgeslagen standaardinstellingen worden hersteld en de bootairco keert terug naar de bedrijfsmodus „Uit”. NL 131 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 132 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Programmeren 8.7 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Programmeerbare parameters Tabel van de programmeerbare parameters ProgrammaBeschrijving nummer P-1 Bedrijfsmodus Standaard 0 Waardenbereik 0 = automatische modus 1 = alleen koelen 2 = alleen verwarmen P-2 Begrenzing voor het hoogste ventilatortoerental (willekeurige eenheden) 95 65 – 95 P-3 Begrenzing voor het laagste ventilatortoerental (willekeurige eenheden) 55 30 – 64 P-4 Tijdsvertraging voor compressorordening met meerdere niveaus 15 5 – 135 s P-5 Kalibratie van de temperatuursensor P-6 Uitvalbeveiliging Omgevingstempe- Omgeving 10 °F, –12,2 °C ratuur 3 0 = minimale bescherming 1 = continu, zonder weergave 2 = continu, met weergave 3 = vier fouten, terugzetten vereist P-7 P-8 Uitschakeling bij lage wisselspanningsvoorziening (volt) Ontdooicyclus 115 V – OFF 75 – 105 220/230 V – OFF 175 – 205 1 OFF 1 = aan, bij een frontplaatsensorverschil van 5 °F, –15 °C 2 = aan, bij een frontplaatsensorverschil van 7 °F, –13,9 °C P-9 Temperatuurbegrenzing bij hoog water (°F) P-10 Helderheidsbesturing voor het display 9 Graadweergave in ºF of F P-11 º 132 C OFF 100 – 150 4 = minimum 13 = maximum F = Fahrenheit C = Celsius NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 133 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 ProgrammaBeschrijving nummer Standaard Waardenbereik Pompcyclus met compressor of pomp in continubedrijf OFF Ventilatortoerentallen in de bedrijfsmodus „Verwarmen” omkeren rEF Ventilator in continubedrijf of ventilatorcyclus met compressor con Omgekeerde verwarmingscyclus of geïnstalleerde optie voor uitsluitend elektrische verwarming (apparaten die alleen koelen) nor Selectie van de ventilatormotorsoort: Schakelpool of condensator. SC Opgeslagen programma-standaardwaarden herstellen nor P-18 Gereserveerd voor toekomstige opties – – P-19 Gereserveerd voor toekomstige opties – – P-20 Filterdrempelwaarde (x10 uur) P-21 Actuele filtertijd (x10 uur) x10 bedrijfsuren van het actuele filter – P-22 Spanningskalibratie (volt) Wisselspanning – P-12 P-13 P-14 P-15 P-16 P-17 I NL Programmeren OFF = cyclus met compressor On = pomp in continubedrijf nor = normaal ventilatorbedrijf rEF = ventilatoromkering bij verwarmen CYC = ventilatorcycylus met compressor con = ventilator in continubedrijf nor = omgekeerde verwarmingscyclus ELE = elektrische verwarmingsmodule geïnstalleerd SP = schakelpool-ventilatormotor SC = condensator-ventilatormotor rSt = standaardwaarden herstellen nor = normaal 00 00 – 250 INSTRUCTIE Bij problemen met de programmering of instelling herstelt u de opgeslagen standaardinstellingen door de bedrijfsmodus „Programma” te activeren en voor de parameter „P-17” als waarde „rSt” vast te leggen. Nog niet opgeslagen programmawijzigingen wordt op de als laatste opgeslagen standaardwaarden teruggezet die van de fabrieksinstellingen kunnen afwijken. 133 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 134 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Programmeren MCS T6, MCS T12, MCS T16 P-1: Bedrijfsmodus U kunt de volgende bedrijfsmodi selecteren: • Voor de bedrijfsmodus „Automatisch” selecteert u de „0”. • Voor de bedrijfsmodus „Alleen koelen” selecteert u de „1”. • Voor de bedrijfsmodus „Alleen verwarmen” selecteert u de „2”. P-2: Begrenzing voor het hoogste ventilatortoerental U kunt de bovenste toerentalbegrenzing voor verschillende motoren instellen. De bovenste toerentalbegrenzing voor de ventilatormotor wordt bij geïnstalleerde en lopende installatie ingesteld. Het waardenbereik reikt van 65 tot 95 (willekeurige eenheden). ➤ Stel met de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” het gewenste toerental in. – Verhoog de waarde voor een hoger ventilatortoerental. – Verlaag de waarde voor een lager ventilatortoerental. P-3: Begrenzing voor het laagste ventilatortoerental De begrenzing voor het laagste ventilatortoerental bepaalt de toegestane minimale uitvoer voor het laagste ventilatortoerental. Het waardenbereik reikt van 30 tot 64 (willekeurige eenheden). ➤ Stel met de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” het gewenste toerental voor de onderste begrenzingswaarde in. – Verhoog de waarde voor een hoger ventilatortoerental. – Verlaag de waarde voor een lager ventilatortoerental. I 134 INSTRUCTIE Nadat u de bovenste en onderste begrenzingswaarde voor het ventilatortoerental heeft vastgelegd, legt het apparaat automatisch de resterende toerentallen vast om drie gelijkmatig verdeelde ventilatorsnelheden voor de ventilatormodi „Automatisch” en „Handmatig” beschikbaar te stellen. NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 135 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Programmeren P-4: Tijdsvertraging voor compressorordening met meerdere niveaus De tijdsvertraging voor compressorordening met meerdere niveaus wordt voor installaties beschikbaar gesteld waarin meer dan een installatie door dezelfde stroombron wordt gevoed. Door vertragingen voor een meervoudige ordening vast te leggen, kunnen de compressors bij een stroomuitval op verschillende tijden starten. De apparaten moeten met een afstand van 5 s worden gestart. De minimale vertraging bedraagt 5 s en de maximale 135 s. P-5: Kalibreren van de temperatuursensor Met deze functie kalibreert u de omgevingssensor. ➤ Selecteer P-5. ✓ De omgevingstemperatuur wordt op het display weergegeven. ➤ Stel met de toetsen „Omhoog” en „Omlaag” de gewenste waarde in. ✓ De temperatuurweergave op het display wordt overeenkomstig de instelling verhoogd of verlaagd. P-6: Niveau van uitvalbeveiliging Er zijn vier niveaus van uitvalbeveiliging (zie hoofdstuk „Codes voor uitvalbeveiliging en het verhelpen van storingen” op pagina 144). P-7: Onderspanningsuitschakeling Als u deze functie selecteert, schakelt het apparaat uit, als de spanning tot onder een gevaarlijk laag niveau daalt. Deze functie is standaard gedeactiveerd, maar kan op een waarde van 175 – 205 worden ingesteld. De functie is vanaf het inschakelen van de installatie actief. Als de installatie loopt, is echter een vertraging van 5 min vereist voordat een fout wordt weergegeven – om misbruik te voorkomen. De standaardcode is „LAC” (Low AC). NL 135 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 136 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Programmeren MCS T6, MCS T12, MCS T16 P-8: Ontdooicyclus De bootairco is met een ontdooicyclus uitgerust die voorkomt dat zich ijs op de verdamperspoel vormt, als de installatie langdurig koelt. Installatievariabelen zoals de grootte van de beschermroosters, de lengte van de buisleidingen, R-factors van de isolatie en omgevingstemperaturen bepalen de vereiste looptijd bij het koelen om de ingestelde waarde te bereiken. De looptijd kan ook door het gedrag van de klant worden beïnvloed, als de installatie met geopende luiken en deuren wordt bedreven. De programmering van een onrealistische ingestelde waarde (bijvoorbeeld 18,3 °C/65 °F) en een geopende deur leiden er meestal toe dat de verdamper op warme dagen bij hoge luchtvochtigheid bevriest. Ontdooien wordt uitgevoerd aan de hand van de algoritme die de ruimtetemperatuur tijdens een koelperiode elke 10 min meet. De ontdooifunctie beschikt over twee selecteerbare bedrijfsmodi die verschillend functioneren en samen met de in het bedienveld geïntegreerde ruimtetemperatuursensor worden gebruikt. Hierbij wordt geprobeerd om alle temperatuurdiscrepanties te compenseren die eventueel op de frontplaatsensor optreden. Hoewel deze discrepantie niet typisch is, kunnen installatievariabelen (bijvoorbeeld waar zich het bedienveld in de ruimte bevindt, nabijheid van een open deur of direct zonlicht) beïnvloeden hoe nauwkeurig de daadwerkelijke ruimtetemperatuur kan worden gemeten. Bij de standaardinstelling P-8 is „1” (AAN) wordt het algoritme toegepast in de veronderstelling dat de frontplaatsensor de ruimtetemperatuur met tot 2,8 °C (5 °F) hoger meet dan de daadwerkelijke verdampertemperatuur. Als voor de programmeerbare parameters P-8 als waarde „2” wordt vastgelegd, wordt het temperatuurverschil dat voor de meetwaarde van de frontplaatsensor wordt toegepast tot 3,9 °C (7 °F) verhoogd. Deze instelling is geschikt voor extremere installaties. Voor P-8 moet u als waarde alleen „2” vastleggen, als bij de instelling van „1” niet kan worden voorkomen dat de verdamper vereist. Naar keuze kunt u een optionele, alternatieve luchttemperatuursensor installeren (die zich in de luchtuitlaat bevindt) die de effectiviteit van de ontdooifunctie duidelijk verhoogt. Overweeg dit, als de frontplaatsensor de ruimtetemperatuur niet exact kan vastleggen. 136 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 137 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Programmeren P-9: Temperatuurbegrenzing bij hoog water Selecteer deze functie om het apparaat ui te schakelen, als het waterpeil in de condensatorspoel gevaarlijk hoog wordt. Deze parameter is standaard gedeactiveerd, maar kan op een waarde tussen 100 en 150 °F worden ingesteld. De standaardcode is „PLF”. P-10: Helderheidsbesturing voor het display De helderheidsinstelling voor het display kan tot een waarde tussen 4 (donker) tot 13 (helder) worden ingesteld. P-11: Selectie van Fahrenheit of Celsius De standaardinstelling is „°F”. Selecteer „°C” voor Celsius. Celsius-waarden worden met een decimaal weergegeven, bijvoorbeeld 22,2. P-12: Pompcyclus met compressor Via het programma kan worden vastgelegd of de pomp in continubedrijf of in de cyclus naar behoefte wordt gebruikt. ➤ Als u continubedrijf wilt programmeren, leg dan als instelling „On” vast. P-13: Automatische ventilatortoerentallen in de bedrijfsmodus „Verwarmen” omkeren De automatische ventilatortoerentallen kunnen in de bedrijfsmodus „Verwarmen” worden omgekeerd. Bij benaderen van de ingestelde waarde draait de ventilator met hogere toerental. Als het ventilatortoerental bij koude cabine wordt verlaagd, wordt de waterdruk hoger; dit leidt ertoe dat de toevoerluchttemperatuur wordt verhoogd. Bij het bereiken van de ingestelde waarde wisselt de vervangen naar lagere snelheid en wordt de compressor uitgeschakeld. Normaal ventilatorbedrif wordt met „nor” aangegeven. ➤ Om de ventilatortoerentallen bij het verwarmen om te keren, selecteert u „rEF”. NL 137 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 138 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Programmeren MCS T6, MCS T12, MCS T16 P-14: Ventilatorcycylus met compressor U kunt de ventilator zodanig programmeren dat deze in ingeschakelde toestand in continubedrijf wordt bedreven of dat hij met de compressor wordt gesynchroniseerd. De standaardinstelling is „con” voor ventilator in continubedrijf. ➤ Om het bedrijf van de ventilator met dat van de compressor te koppelen, selecteert u „CYC”. I INSTRUCTIE Als u de ventilator samen met de optionele, elektrische verwarmingsmodule gebruikt, draait de ventilator nog 4 min nadat de verwarmingsmodule werd uitgeschakeld. P-15: Omgekeerde cyclus of elektrische verwarmingsmodule ➤ Wijzig de standaardparameter niet. P-16: Selectie van de ventilatormotor I INSTRUCTIE De hogesnelheidventilator (HV) van het apparaat beschikt over een condensator-ventilatormotor (SC). Deze parameterinstelling is standaard op „SC” vooringesteld zodat de ventilator met maximale efficiëntie werkt. Via het programma kan worden vastgelegd of de ventilator met schakelpool-ventilatormotor (SP) wordt gebruikt. ➤ Als u de schakelpool-ventilatormotor wilt programmeren, legt u als instelling „SP” vast. 138 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 139 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Programmeren P-17: Opgeslagen standaardwaarden herstellen U kunt de opgeslagen standaard-programmaparameter als volgt herstellen: ➤ Selecteer „rSt”. ✓ Hierdoor worden standaardinstellingen voor de programmeerbare parameters hersteld. De in hoofdstuk „Tabel van de programmeerbare parameters” op pagina 132 vermelde standaardparameters kunnen door de handelaar bij de installatie of door de eindgebruiker worden gewijzigd. Nadat de nieuwe standaardwaarden werden ingevoerd en opgeslagen, worden de fabrieksinstellingen overschreven. De oorspronkelijke fabrieksinstellingen voor de programmaparameters kunnen overeenkomstig de tabel handmatig worden hersteld. P-18, P-19: Gereserveerd voor toekomstige opties P-20: Filterdrempelwaarde Deze functie herinnert u eraan dat het luchtfilter moet worden vervangen. De eenheden zijn x10 uur. Deze parameter is standaard gedeactiveerd. Dit wordt door de instelling „00” vastgelegd. U kunt echter een waarde tussen 100 en 2500 uur instellen. Nadat de installatie de drempeltijd bereikt, wordt elke 10 s een seconde lang „FIL” weergegeven. P-21: Actuele filtertijd Deze functie wordt gebruikt om de tijdsduur weer te geven die het actuele filter in de installatie al in bedrijf is. De eenheden zijn x10 uur. ➤ Om deze parameter terug te zetten, drukt u eenvoudig op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag”. P-22: Spanningskalibratie Deze functie toont de gemeten spanning op het display. Door de kalibratie van deze parameter heeft u een exactere spanningsweergave bij de berekening van de lage spanning voor P-7. De waarde toont de actueel gemeten spanning. ➤ Druk op de toetsen „Omhoog” of „Omlaag” om de meetwaarde te manipuleren. NL 139 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 140 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Oplossing MCS T6, MCS T12, MCS T16 9 Oplossing 9.1 Algemene oplossing Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing De installatie kan niet worden gestart. De vermogenschakelaar van de airco is uitgeschakeld. Schakel de vermogenschakelaar op de console van de boot in. De besturing is niet ingeschakeld. Schakel de besturing in. De bekabeling aan de kroonsteen is verkeerd. Controleer het schakelschema en corrigeer eventueel. Tijdens de installatie werden de aansluitingen voor de toetsen gescheiden. Scheid de installatie van de stroomvoorziening en open de schakelkast. De spanning aan de leidingingang is onvoldoende. Controleer of de stroombron (land/generator) de juiste spanning beschikbaar stelt. Controleer het schakelschema en corrigeer eventueel. Controleer de grootten en verbindingen van de kabels en aansluitingen. Controleer met een voltmeter of aan het apparaat dezelfde spanning als aan de stroombron voorhanden is. De ventilator draait niet. – Geen koel- of verwar- De ingestelde temperatuurwaarde mingsfunctie. werd bereikt. De zeewaterstroom is geblokkeerd. Lees het desbetreffende gedeelte in hoofdstuk „Verhelpen van fouten – Bedienveld” op pagina 146. Verlaag of verhoog de ingestelde waarde. Reinig de zeewaterzeef. Controleer of de Speed-Scoop-rompinlaat geblokkeerd is. Controleer of uit de buitenboord-uitlaat een permanente waterstraal stroomt. De zeewaterpomp is eventueel door cavitatie geblokkeerd. Verwijder de slang van de pompuitlaat en laat de lucht uit de leiding. Koelmiddelgas is uitgetreden. Controleer op de airco of door een lek koelmiddelolie is uitgetreden. Raadpleeg een servicetechnicus. 140 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 141 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Probleem Mogelijke oorzaak Geen koel- of verwar- De zeewatertemperatuur te hoog om te koelen of te laag om te vermingsfunctie (voortwarmen. zetting). Oplossing Oplossing De zeewatertemperatuur is direct van invloed op de efficiëntie van de airco. Deze airco kan boten effectief bij een maximale watertemperatuur van 32,2 °C (90 °F) koelen en bij een minimale watertemperatuur van tot 4,4 °C (40 °F) verwarmen. De ventilatorspoel is bevroren (bij koelen). Zie onderstaande. De ventilator draait niet. Lees het desbetreffende gedeelte in hoofdstuk „Verhelpen van fouten – Bedienveld” op pagina 146. De zeewaterbuisleidingen zijn door cavitatie geblokkeerd. Controleer of de zeewaterbuisleidingen volgens de richtlijnen uit de installatiehandleiding werden geïnstalleerd. De bootairco werd voor „Alleen verwarmen” of „Alleen koelen” geprogrammeerd, of de mechanische thermostaatregelaar werd te ver richting „koeler” of „warmer” gedraaid. Leg voor P-1 de gewenste waarde vast of stel de mechanische thermostaatregelaar correct in. De hogedrukschakelaar is geopend (bij koelen), omdat de zeewaterstroom onvoldoende is. Controleer of de zeewaterslang geknikt of ingedrukt is. Filter of inlaat zijn eventueel verstopt, de zeeklep is eventueel gesloten. Controleer eventueel de vermogenschakelaar van de pomp. De hogedrukschakelaar is geopend (bij verwarmen), omdat de luchtstroom onvoldoende is. Verwijder alle blokkeringen in de luchtuitlaat. Controleer de werking van de pomp. Reinig het uitlaatfilter en het beschermrooster. Controleer de buisleidingen op kneuzingen en blokkeringen (de buisleidingen moeten zo recht, effen en stevig als mogelijk worden gemonteerd). De hogedrukschakelaar is in de bedrijfsmodus „Verwarmen” geopend. NL De installatie schakelt bij hogedruk eventueel, als de zeewatertemperatuur hoger is dan 12,8 °C (55 °F). 141 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 142 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Oplossing Probleem MCS T6, MCS T12, MCS T16 Mogelijke oorzaak Geen koel- of verwar- De thermische overlastbeveiliging is uit een van bovengenoemde mingsfunctie (voortredenen open. zetting). Geen koeling Geen verwarming. Lage luchtstroming. Oplossing De compressor moet afkoelen. Schakel de installatie uit (bij een thermische overbelasting duurt het eventueel tot drie uur om de beveiliging terug te zetten). Op het bedienveld werd de positie Stel het bedienveld terug. „Koelen” niet ingesteld. De spoel is bevroren. Zie onderstaande. Op de installatie werd „Alleen koelen” ingesteld of als zich de installatie in omkeercyclus bevindt is de omkeerklep eventueel vastgeklemd. Klop voorzichtig met een rubberhamer op de omkeerklep terwijl de installatie zich in de bedrijfsmodus „Verwarmen” bevindt. De luchtstroom is geblokkeerd. Verwijder alle blokkeringen in de uitlaat. Raadpleeg de service, als het probleem niet kan worden gecorrigeerd. Reinig het uitlaatfilter en het beschermrooster. Controleer de buisleidingen op kneuzingen en blokkeringen. De buisleidingen moeten recht, effen en stevig worden gemonteerd. De ventilatorspoel is bevroren. 142 Zie onderstaande. NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 143 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Oplossing Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing De ventilatorspoel is bevroren. De ingestelde waarde van de thermostaat is te laag ingesteld. Controleer de instelling op het bedienveld. Bij een te extreme instelling voor de voorwaarden verhoogt u de ingestelde waarde tot de installatie wordt uitgeschakeld, zodat de spoel tijd heeft om te ontdooien. Onvoldoende luchtstroming. Verwijder alle blokkeringen in de luchtuitlaat. Reinig het uitlaatfilter en het beschermrooster. Controleer de buisleidingen op kneuzingen en blokkeringen. De buisleidingen moeten zo recht mogelijk worden gemonteerd. Verwijder overtollige buisleidingen. Informatie over het opnieuw programmeren vindt u in hoofdstuk „Verhelpen van fouten – Bedienveld” op pagina 146. De luchttoevoer wordt te snel geschakeld. Leid de luchttoevoer om, zodat deze niet in de afvoerluchtstroom blaast. Dicht luchtlekken in de buisleidingen af. De luchtvochtigheid is te hoog. Sluit luiken en deuren. Als niets anders lukt. Schakel de airco in de bedrijfsmodus„Verwarmen” om het ijs te doen smelten of gebruik hiervoor een föhn. De waterspoel is in de De zeewatertemperatuur is lager dan 4,4 °C (40 °F). bedrijfsmodus „Verwarmen” bevroren. NL Schakel de installatie uit om beschadiging van de condensator te voorkomen. Laat de spoel ontdooien. 143 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 144 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Oplossing MCS T6, MCS T12, MCS T16 Probleem Mogelijke oorzaak De installatie loopt continu. De ingestelde temperatuurwaarde Verhoog of verlaag de ingestelde is niet correct ingesteld: te laag om waarde. te koelen of te hoog om te verwarmen. De compressor werd te snel geschakeld. 9.2 Oplossing Een patrijspoort of luiken zijn geopend. Sluit alle patrijspoorten en luiken. De zeewatertemperatuur te hoog om te koelen of te laag om te verwarmen. De zeewatertemperatuur is direct van invloed op de efficiëntie van de airco. De positie van de luchtsensor is ongunstig gekozen. Lees het desbetreffende gedeelte in hoofdstuk „Verhelpen van fouten – Bedienveld” op pagina 146. Koude luchttoevoer wordt direct naar het beschermrooster van de afvoerlucht geleid. Leid de luchttoevoer om, zodat deze niet in de afvoerluchtstroom wordt geleid. Deze airco kan boten effectief bij een maximale watertemperatuur van 32,2 °C (90 °F) koelen en bij een minimale watertemperatuur van tot 4,4 °C (40 °F) verwarmen (bij geïnstalleerde optie voor de omkeercycylus). Codes voor uitvalbeveiliging en het verhelpen van storingen Als een fout van de bootairco wordt gevonden, wordt een van de volgende korte foutcodes weergegeven: • „ASF”: Meldt een fout van de luchtsensor. • „FIL”: Meldt dat het filter moet worden vervangen (onder voorwaarde dat deze parameter werd geactiveerd). • „HPF”: Meldt een te hoge druk van het -koudemiddel. • „LAC”: Meldt dat de wisselspanning te laag is (onder voorwaarde dat deze parameter werd geactiveerd). • „PLF”: Meldt een te hoge watertemperatuur in de verdamperspoel (onder voorwaarde dat deze parameter werd geactiveerd). I 144 INSTRUCTIE „HPF” wordt in de bedrijfsmodus „Verwarmen” niet weergegeven en leidt niet tot een blokkering. NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 145 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Oplossing Uitvalbeveiliging niveau 0 Alleen „ASF” wordt vastgesteld en weergegeven. De bootairco wordt uitgeschakeld en kan pas weer worden ingeschakeld, als de fout werd gerepareerd. Na de reparatie van fout wordt de bootairco opnieuw gestart. Uitvalbeveiliging niveau 1 Alle acties van niveau 0 en alle andere fouten worden herkend maar niet weergegeven. De installatie wordt 2 min of tot de fout is verholpen uitgeschakeld, afhankelijk van wat langer duurt. De installatie wordt opnieuw gestart, nadat de fout werd verholpen. Uitvalbeveiliging niveau 2 Alle acties van niveau 0 en 1. Fouten worden weergegeven. De installatie wordt 2 min of tot de fout is verholpen uitgeschakeld, afhankelijk van wat langer duurt. Uitvalbeveiliging niveau 3 Alle actie van niveau 0, 1 en 2. De installatie wordt 2 min of tot de fout is verholpen uitgeschakeld, afhankelijk van wat langer duurt. Na vier achtereenvolgende fouten van het type „HPF” en „LPF” wordt de installatie geblokkeerd. Zo maakt u een blokkering ongedaan: ➤ Druk een keer op de toets „Power” om de bedrijfsmodus „Uit” te deactiveren. ➤ Als u de „Power” opnieuw af te drukken, wordt de bedrijfsmodus „Aan” geactiveerd. NL 145 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 146 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Oplossing 9.3 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Verhelpen van fouten – Bedienveld Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Het bedienveld wordt niet verlicht. De stekkers van de 8-polige displaykabels hebben geen contact (de stekkers zijn ontkoppeld, vervuild, verbogen of stiften zijn afgebroken). Schakel de installatie met de vermogenschakelaar uit. Trek de stekker eruit en controleer deze. Als u een beschadiging vaststelt, vervang dan de stekker of de gehele displaykabel. Bij de programmering van de bootairco werd ofwel ventilatorcycylus met compressor of ventilator in continubedrijf vastgelegd. Programmeer parameter P-14 opnieuw. De triac op de geleideplaat van het bedienveld is uitgevallen. Verstuur de geleideplaat voor reparatie, of raadpleeg een lokale servicetechnicus. De triac op de geleideplaat van het De ventilator draait in bedienveld is uitgevallen. continubedrijf, hoewel de ventilatorcycylus met compressor is ingesteld. Verstuur de geleideplaat voor reparatie, of raadpleeg een lokale servicetechnicus. Geen koel- of verwarmingsfunctie. Programmeer parameter P-1 opnieuw. De ventilator draait niet, of niet continu. De ventilator draait niet, hoewel de compressor loopt. De bootairco werd voor „Alleen verwarmen” of „Alleen koelen” geprogrammeerd. Aanwijzing: Als de compressor wordt uitgeschakeld, draait de ventilator onafhankelijk van de parameterinstelling in de bedrijfsmodus „Alleen koelen” 2 min lang en in de bedrijfsmodus „Alleen verwarmen” 4 min lang verder. „HPF” of „LPF” wordt weergegeven. Zie onderstaande. Geen verwarmingsfunc- De bootairco werd eventueel tie. voor„Elektrische verwarmingsmodule”, niet „Omkeercycylus” ingesteld. De installatie schakelt in de bedrijfsmodus „Koelen” naar verwarmen. 146 Als de spoel bevroren is, werd de ontdooifunctie geactiveerd. Programmeer parameter P-15 opnieuw. Programmeer parameter P-8 opnieuw. NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 147 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Oplossing Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing De ventilatorspoel is bevroren. Onvoldoende luchtstroming. Lees het desbetreffende gedeelte in hoofdstuk „Algemene oplossing” op pagina 140, alvorens de bootairco opnieuw te programmeren. Programmeer parameters P-8 opnieuw om het ontdooien te activeren. Als de ontdooicyclus het ijs niet doet dooien, de airco in de bedrijfsmodus „Verwarmen” schakelen tot het ijs smelt of hiervoor een föhn gebruiken. Als het probleem blijft bestaan, programmeer dan de parameter dan voor de „Begrenzing voor het laagste ventilatortoerental” en leg hierbij de maximale waarde vast: leg voor P-3 „64” vast. De installatie loopt continu. De positie van de luchtsensor is ongunstig gekozen. Controleer de positie van de displaykop. Monteer eventueel de alternatieve luchtsensor. De ingestelde waarde is onrealistisch. „ASF” (luchtsensorfout) wordt weergegeven. Pas de ingestelde waarde aan tot de installatie wordt uitgeschakeld. Meldt dat de luchtsensor in de front- Trek de kabel van de alternatieve luchtsensor eruit, als deze geïnstalplaat de alternatieve luchtsensor of leerd is of verbind de kabel van de de displaykabel is uitgevallen. alternatieve luchtsensor, als deze niet geïnstalleerd is. Probeer een andere displaykabel. Steker/bus in de displaykop of op de Voer een visuele controle uit en stel geleideplaat zijn beschadigd. vast of pennen in de bus zijn verbogen of verroest. Repareer het display of de geleideplaat of voer eventueel een vervanging uit. „FIL” (filtervervanging) knippert. NL Het filter moet worden vervangen. Vervang het filter. Zet P-21 op „00” terug. 147 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 148 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Oplossing Probleem MCS T6, MCS T12, MCS T16 Mogelijke oorzaak „HPF” (hoge koudemid- De hogedrukschakelaar is geopend deldruk) wordt weerge- (bij koelen), omdat de zeewaterstroom onvoldoende is. geven. Oplossing Controleer of de zeewaterslang geknikt of ingedrukt is. Controleer de werking van de Filter of inlaat zijn eventueel verstopt, pomp. de zeeklep is eventueel gesloten. Controleer eventueel de vermogenschakelaar van de pomp. De hogedrukschakelaar is geopend (bij verwarmen), omdat de luchtstroom onvoldoende is. Verwijder alle blokkeringen van de luchtuitlaat. Reinig het uitlaatfilter en het beschermrooster. Controleer de buisleidingen op kneuzingen en blokkeringen (de buisleidingen moeten zo recht, effen en stevig als mogelijk worden gemonteerd). Als het probleem nog steeds bestaat, – Programmeer dan de parameter dan voor de „Begrenzing voor het laagste ventilatortoerental” en leg hierbij de maximale waarde vast: leg voor P-3 „64” vast. – Leg voor de parameter voor de omgekeerde ventilatorsnelheden P-13 als waarde „rEF” vast of stel handmatig de hoge ventilatorsnelheid in. „LAC” (lage wisselspanning) wordt weergegeven. 148 De voedingsspanning is te laag. Controleer de energievoorziening voor de installatie met een multimeter. De spanning is onvoldoende gekalibreerd. Controleer met een multimeter of P-22 ,et de spanningswaarde van de installatie overeenkomt. NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 149 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Onderhoud Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing „PLF” (laag pompdebiet) wordt weergegeven. De condensatorspoel is te heet geworden. Controleer of water het apparaat instroomt, en of de condensator bedekt is met algen of afzettingen. De thermistor is beschadigd. Maak de kabel van de watersensor los, indien deze geïnstalleerd is. Sluit een andere aan, indien mogelijk. Bus/stekker op de geleideplaat is beschadigd. Voer een visuele controle uit en stel vast of pennen in de bus zijn verbogen of verroest. Repareer de geleideplaat of vervang deze eventueel. 10 Onderhoud 10.1 Omkeerklep De omkeerklep moet regelmatig onder spanning worden gezet zodat de interne bouwdelen vrij kunnen bewegen. ➤ Schakel een keer per maand de airco enkele seconden in en activeer de bedrijfsmodus „Verwarmen”. 10.2 Zeewaterzeeffilter ➤ Controleer of de zeewatertoevoer naar de pomp voldoende is door de filterkorf regelmatig te reinigen. ➤ Controleer regelmatig of uit de buitenboord-uitlaat een permanente waterstraal stroomt. ➤ Controleer of de Speed-Scoop van de zeewaterinlaat niet geblokkeerd is. ➤ Controleer of de slangen niet zijn in elkaar verwikkeld zijn, niet geknikt of ingedrukt zijn. NL 149 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 150 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Onderhoud 10.3 ! I MCS T6, MCS T12, MCS T16 Reiniging van de condensatorspoel WAARSCHUWING! • Een overmatige, langdurige reiniging van de condensatorspoel met zuurhoudende reinigingsmiddelen verkort de levensduur van de condensator. Door een onvakkundige reiniging vervalt de garantie. Een geautoriseerde vakhandelaar moet voor een reiniging van de condensatorspoel de stroomsterkte-, druk-, temperatuur- en debietwaarden exact documenteren om te controleren wanneer een reiniging nodig is. • Gebruik geen zoutzuur (waterstofchloride), bleekmiddel of broom. Verhoog niet het debiet, bijvoorbeeld door het blokkeren van condensatoren om een grotere waterhoeveelheid door de andere te laten stromen. • Bij onvakkundig gebruik kan chloor zeer corrosief reageren. Dometic wijst erop dat de gebruiker bij gebruik van chloorhoudende reinigingsoplossing het risico voor de installatie moet accepteren en de gevaren bij de hantering van corrosieve chemicaliën volledig moet hebben begrepen. Bij overmatig of onvakkundig gebruik kan de installatie worden beschadigd. INSTRUCTIE Om het milieu te beschermen moet u alle gecontamineerde oplossingen overeenkomstig de wettelijke regelingen en bepalingen afvoeren. De reiniging van de condensatorspoel is geen standaardonderhoud en moet alleen worden uitgevoerd, als de zeewaterpomp de volgende eigenschappen heeft: Gedurende een periode van weken of maanden stijgen geleidelijk, vanwege vervuilde condensatorspoelen, de druk en de stroomsterkte terwijl het vermogen daalt. ➤ Schakel de installatie van de vermogenschakelaar op de console op de boot. ➤ Scheid de ingangs- en uitgangsverbindingen naar de condensatorspoel. ! 150 WAARSCHUWING! Dometic garandeert geen effectiviteit van reinigingsoplossingen van andere fabrikanten. Gebruik geen zoutzuur (waterstofchloride), bleekmiddel of broom. De chemicaliën zijn corrosief en kunnen de condensatorspoel beschadigen. Neem de gebruiksaanwijzing in acht en houd de aangegeven concentratie en gebruiksduur aan. NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 151 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 Onderhoud ➤ Gebruik chemicaliebestendige slangen (MAS wit PVC 5/8"/16 mm binnendoorsnede, etc.) om de inlaat van de condensatorspoel met de uitlaat van een chemicaliebestendige dompelpomp (MAS P-500 pomp etc.) te verbinden, en laat de slang die met de spoeluitlaat is verbonden, vrij in de container drijven. Gebruik voor de oplossing een zo groot mogelijk container (19 – 95 l). ➤ Schakel de pomp in en laat de reinigingsoplossing afhankelijk van de grootte van de spoelen en de afmeting van de vervuilingen 15 – 45 min door de condensatorspoel circuleren. Middels een visuele controle van de oplossing in de container herkent u wanneer de verwijdering van de vervuiling voltooid is. ➤ Spoel de spoel met schoon water om eventueel voorhandene zuurresten uit de installatie te verwijderen. ➤ Start de installatie opnieuw. ➤ Controleer de bedrijfsparameters om te garanderen dat de reiniging grondig werd uitgevoerd. Bij extreme vervuiling is eventueel nog een reiniging vereist. 10.4 Afvoerluchtfilter ➤ Controleer maandelijks het afvoerluchtfilter en reinig indien nodig. ➤ Zo reinigt u het filter: – Verwijder het filter uit het afvoerlucht-beschermrooster. – Spoel deze met water. – Laat het filter in de lucht drogen en – monteer het weer. ➤ Als een afvoerluchtrooster deel uitmaakt van de installatie, moet u het op de verdamper gemonteerde filter verwijderen. Twee filters zijn niet beter dan één, omdat de gereduceerde luchtstroming het vermogen vermindert en eventueel de verdamperspoel doet bevriezen. NL 151 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 152 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Onderhoud 10.5 I MCS T6, MCS T12, MCS T16 Winterbestendig maken INSTRUCTIE Verzamel alle wegstromende vloeistoffen en recycle deze of voer ze op correcte wijze af. Kies de optimaalste methode. Bij de volgende vier methoden wordt bij de eerste twee een voor het milieu niet-schadelijke, biologisch afbreekbare 50/50-oplossing van antivries en water gebruikt: • Pomp de antivriesoplossing in de buitenboord-rompaansluiting en leid de oplossing door de inlaat-rompaansluiting wegstromen tot al het water is uitgespoeld en de oplossing niet meer verdund verschijnt. • Gebruik de zeewaterpomp om de antivriesoplossing door de installatie te pompen. Laat de oplossing door de buitenboord-rompaansluiting wegstromen tot al het water is weggespoeld en de oplossing niet meer verdund verschijnt: – Sluit de zeeklep. – Verwijder de slang van de filteruitlaat. – Til de slang over de pomp heen (zodat de pomp de aanzuigdruk niet verliest). – Vul de antivriesoplossing bij. – Pomp de oplossing door de installatie. – Ontwater het filter en de slang naar de zeeklep. • Leid perslucht naar binnen door de buitenboord-uitlaataansluiting. Het water wordt via de zeewater-inlaataansluiting geleid. • Door de perslucht wordt het water van de uitlaat door de buitenboord-uitlaat naar buiten geleid. De methode die antivriesoplossing omlaag laat stromen moet als methode worden gekozen. Hierbij vervangt de antivriesoplossing alle waterresten en voorkomt dat in deze delen ijs kan worden gevormd. Omdat de zeewaterpomp een magnetisch aangedreven schoepenrad gebruikt, voert u bovendien het volgende uit: • Verwijder het schoepenrad van de nattebouwgroep. • Reinig het schoepenrad met een alcoholoplossing. • Bewaar het schoepenrad tot ingebruikname op een droge en koele plaats. 152 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 153 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 11 Garantie Garantie De wettelijke garantieperiode is van toepassing. Indien het product defect is, dient u contact op te nemen met een servicepartner in uw land (zie achterzijde van de gebruiksaanwijzing voor adressen). Onze specialisten helpen u graag verder en bespreken het verdere verloop van de garantie met u. 12 Afvoer ➤ Laat het verpakkingsmateriaal indien mogelijk recyclen. M NL Als u het product definitief buiten bedrijf stelt, informeer dan bij het dichtstbijzijnde recyclingcentrum of uw speciaalzaak naar de betreffende afvoervoorschriften. 153 MCS-6-12-16--O-West.book Seite 154 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 Technische gegevens MCS T6, MCS T12, MCS T16 13 Technische gegevens 13.1 Legendagegevens Bootairco MCS T6 Koelvermogen: Bootairco MCS T12 Bootairco MCS T16 6000 BTU/h 1758 W 12000 BTU/h 3517 W 16000 BTU/h 4689 W Ingangsspanning: 230 V 230 V 230 V Stroomverbruik Koeling: 3,7 A 4,3 A 5,5 A Verwarmen: 4,7 A 5,3 A 6,9 A Koelmiddel: R-410A R-410A R-410A Koelmiddelhoeveelheid: 8,5 oz/241 g 10,5 oz/298 g 12,5 oz/354 g CO2-equivalent: 0,503 t 0,622 t 0,739 t Aardopwarmingsvermogen (GWP): 2088 2088 2088 448 x 282 x 272 mm 81 x 64 x 24 mm 64 x 48 mm 519 x 318 x 315 mm 81 x 64 x 24 mm 64 x 48 mm 544 x 341 x 338 mm 81 x 64 x 24 mm 64 x 48 mm Afmetingen (b x h x d): Installatie: Bedienveld: Paneeluitsneding: Bevat gefluoreerde broeikasgassen Hermetisch afgesloten apparatuur 154 NL MCS-6-12-16--O-West.book Seite 155 Dienstag, 14. November 2017 11:28 11 MCS T6, MCS T12, MCS T16 13.2 Technische gegevens Specificaties van de installatiebesturing Ingestelde waarde-bedrijfsbereik: 18,3 °C tot 29,4 °C (65 °F tot 85 °F) Weergegeven bedrijfsbereik van de omgevingstemperatuur: –15 °C tot 65,6 °C (5 °F tot 150 °F) Sensornauwkeurigheid: ±1,1 °C bij 25 °C (±2 °F bij 77 °F) Laagspanningsgrens voor installatie met 230 V: 175 Vw Laagspanning-processor terugzetten: 50 Vw Leidingspanning: 230 Vw Frequentie: 50 Hz Ventilator-uitgangsvermogen (max.): 6 A bij 230 Vw Klep-uitgangsvermogen: 0,25 A bij 230 Vw Verwarming-uitgangsvermogen (max.): 20 A bij 230 Vw Pomp-uitgangsvermogen: 1/2 HP bij 230 Vw Compressor-uitgangsvermogen: 2 HP bij 230 Vw Minimale bedrijfstemperatuur: –17,8 °C (0 °F) Maximale omgeving-bedrijfstemperatuur: 82,2 °C (180 °F) Maximale Rh-voorwaarden: 99 % zonder condenswatervorming Stroomopname display: <5W 13.3 Installatie-ingangen Omgevingstemperatuur of ruimtetemperatuur: 1 Drukschakelaar High Pressure Switch, HPF: 1 Drukschakelaar Low Pressure Switch, LPF (bij MCS niet gebruikt): 1 Alternatieve omgevingstemperatuur-sensor voor 1 binnenruimtes: Omgevingstemperatuur-sensor voor de buitenlucht (optioneel): NL 1 155
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156

Dometic MCST6, MCST12, MCST16 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor