Instelling van de code
Alleen bij op afstand bediende haspel.
Om het gebruik van meerdere
haspels op een locatie mogelijk
te maken moet de haspel
gecodeerd worden. Let op!
Elke haspel moet een aparte
code hebben. Bij levering is
code C vooraf ingesteld (zie
andere code:
1. Controleer of de haspel op een elektriciteitsvoor-
ziening is aangesloten.
2. Open de handmatige bediening
en stel een van de acht moge-
lijke codes in.
3. Sluit de handmatige bediening weer. Richt het
daarna op de indicator van de haspel en druk op
de SET -knop (minimaal 7 seconden). De indicator
-
rende ongeveer 2 seconden.
Markeer door middel van de meegeleverde etiketten
(A B C) de handmatige bediening en de haspel met
dezelfde codeletter.
Indien meer dan 8 oprollers in dezelfde ruimte gebruikt
worden, dienen de oprollers die de zelfde code hebben
minstens 10 meter van elkaar gemon-teerd te worden
om wederzijdse beïnvloeding te voorkomen.
De uiterste posities van de opgerolde of
uitgewikkelde slang aanpassen.
Bij levering zijn de uiterste posities van de slang
aangepast aan de slang die op de haspel gemonteerd
is. Indien gewenst kunnen deze uiterste posities weer
aangepast worden. Daartoe dienen eerst de huidige
uiterste posities op de volgende manier gereset te
worden. Druk tegelijkertijd op de up en
down - knoppen van de handmatige be-
diening (ongeveer 10 seconden). Wordt
aangeduid door een rood licht (2 s.)
Let op! Beide uiterste posities dienen
te worden aangepast. Eerst de bovenste
limiet en daarna de onderste.
Aanpassen van de bovenste uiterste positie.
1. Druk op de up -knop van de handmatige
bediening. Verplaats de slang naar de ge-
wenste uiterste positie. Laat de knop los.
2. Druk tegelijkertijd op de up en down -
knoppen. De indicator knippert even blauw
(8x). De uiterste positie is nu aangepast.
Aanpassen van de onderste uiterste positie.
1. Druk op de down -knop van de handmatige
bediening. Verplaats de slang naar de ge-
wenste uiterste positie. Laat de knop los.
2. Druk tegelijkertijd op de up en down -
knoppen. De indicator knippert even blauw
(5x). De uiterste positie is nu aangepast.
WAARSCHUWING! Explosiegevaar!
De haspel mag niet voor andere doele-
inden worden gebruikt dan het afzuigen
van rookgassen.
Toepassingen
De rookgasslanghaspels van Nederman zijn bedo-
eld voor sta-tionair gebruik en kunnen, afhankelijk
van de slangdiameter, wor-den aangesloten op
personen-auto’s, vrachtwagens of andere voertuigen
met een overeenkomende motorgrootte. De volgende
luchtmassa’s en drukvallen worden aanbevolen:
voor vrachtwagens: 800 - 2500 m
3
/h
Gebruiksaanwijzing
Bedienen van de slang en de ventilator.
Richt de handmatige bediening op de indicator van de
slanghaspel. De handmatige bediening zal alleen die
haspel aansturen die van de corresponderende code
is voorzien (alleen bij de op afstand bediende haspel).
Druk op de down -knop.
• De ventilator wordt ingeschakeld bij de
uiterste bovenste positie van de slang. Een
ingeschakelde ventilator wordt aangegeven
door een groen licht.
• De slang beweegt naar beneden, hetgeen wordt
aangeduid door een rood licht. Laat de knop los zodra
de slang tot de gewenste lengte is uitgerold.
Druk op de up -knop.
• Door een rood licht wordt aangegeven dat de
slang naar boven beweegt. Laat de knop los
zodra de uiterste bovenste positie is bereikt.
• De ventilator stopt alleen bij het bereiken
van de uiterste bovenste positie.
Bedienen van de ventilator
• Druk heel kort op de down -knop: De ventilator wordt
ingeschakeld. Dit wordt aangegeven door
een blauw licht.
• Druk heel kort op de up -knop: De ventilator wordt
uitgeschakeld. Dit wordt aangegeven door een
knipperend blauw licht.
Standby/Power on Wordt aangegeven door een knip-
perend blauw licht.
WAARSCHUWING! Uitlaatgassen kunnen
ernstige persoonlijke schade veroorzaken.
• Controleer of er voldoende afzuiging is
in de slang voordat de slang wordt ver-
bonden met de uitlaatpijp van het voertuig. Con-
troleer de draairichting van de ventilator en/of de
werking van de smoorklep. Indien nodig moet u
de installatie van de startschakelaar van de
ventilator controleren.
• Een gasalarm wordt aanbevolen.
verifeert de code via een blauw knipperend licht gedu