Toro 44" Vac-Bagger, TimeCutter Z Riding Mowers Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruikershandleiding
Nederlands (NL)
Form No. 3327-476
44 Vac Bagger
TimeCutter Z Werktuig voor
Rijdende Maaimachine
Modelnr. 79161—220000001 en hoger
2
Alle rechten voorbehouden
Gedrukt in de VS
2001 door The Toro Company
8111 Lyndale Avenue South
Bloomington, MN 55420-1196
Inhoud
Blz.
Inleiding 2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Veiligheid 3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Geluidsdruk 3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Geluidsniveau 3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Trillingsniveau 3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Veiligheids- en instructiestickers 3. . . . . . . . . . . . .
Montage 4. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Losse onderdelen 4. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het maaidek gebruiksklaar maken 6. . . . . . . . . . . .
Ventilator monteren 8. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De vanger monteren 10. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De tractor gebruiksklaar maken 10. . . . . . . . . . . . . .
De Vac-Bagger monteren op de tractor 11. . . . . . . .
De vanger verwijderen 12. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Gebruiksaanwijzing 17. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De VOL-tester gebruiken 17. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Graszakken leegmaken 17. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Verstoppingen verwijderen uit de vanger 18. . . . . . .
Tips voor bediening en opvangen
van het maaisel 18. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Onderhoud 19. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De vanger controleren 19. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De maaimessen controleren 19. . . . . . . . . . . . . . . . .
Onderhoud van de graszakken 19. . . . . . . . . . . . . . .
De vanger reinigen 19. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Opslag van de vanger 19. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inleiding
Lees deze handleiding zorgvuldig, zodat u weet hoe u de
machine op de juiste wijze kunt gebruiken en onderhouden.
De informatie in deze handleiding kan u en anderen helpen
letsel en schade te voorkomen. Hoewel Toro veilige
producten ontwerpt en fabriceert, blijft u verantwoordelijk
voor het juiste en veilige gebruik van de machine.
Als u service, originele Toro-onderdelen of aanvullende
informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met een
erkende Service Dealer of met de klantenservice van Toro.
U dient hierbij altijd het modelnummer en het serienummer
van het product te vermelden. De locatie van het plaatje
met het modelnummer en het serienummer van het product
is aangegeven op figuur 1.
1
1375
Figuur 1
1. Locatie van het modelnummer en het serienummer
U kunt het modelnummer en het serienummer noteren in de
ruimte hieronder:
Modelnr.:
Serienr.:
In deze handleiding is een systeem gebruikt om mogelijke
gevaren aan te duiden en u te attenderen op bijzondere
aanwijzingen om lichamelijk (mogelijk dodelijk) letsel van
u en anderen te voorkomen. De termen Gevaar,
Waarschuwing en Voorzichtig duiden de mate van het
risico aan. Ga als regel altijd voorzichtig te werk.
Gevaar duidt op een zeer gevaarlijke situatie die ernstig
lichamelijk letsel of de dood tot gevolg zal hebben wanneer
de veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen.
Waarschuwing duidt op een gevaarlijke situatie die ernstig
lichamelijk letsel of de dood tot gevolg kan hebben
wanneer de veiligheidsvoorschriften niet in acht worden
genomen.
Voorzichtig duidt op een gevaarlijke situatie die licht letsel
tot gevolg kan hebben wanneer de veiligheidsvoorschriften
niet in acht worden genomen.
Er worden in deze handleiding nog twee woorden gebruikt
om u op belangrijke informatie te wijzen. Belangrijk
attendeert u op bijzondere technische informatie en
Opmerking: duidt algemene informatie aan die uw
bijzondere aandacht verdient.
3
Veiligheid
Geluidsdruk
Dit voertuig oefent een A-gewogen equivalente continue
geluidsdruk uit op het gehoor van de bestuurder van
88 dB(A), gebaseerd op metingen bij identieke machines
volgens procedures vastgelegd in Richtlijn 98/37/EG en
wijzigingen daarvan.
Geluidsniveau
Deze machine heeft een geluidsniveau van 100 dBA, op
basis van metingen bij identieke machines, uitgevoerd
volgens de procedures in Richtlijn 2000/14/EG en
wijzigingen daarvan.
Trillingsniveau
Bij gebruik van deze machine worden de handen – en
armen – van de bestuurder blootgesteld aan een maximaal
trillingsniveau van 1,5 m/s
2
en wordt het gehele lichaam
blootgesteld aan een maximaal trillingsniveau van 1,4 m/s
2
,
op basis van metingen bij identieke machines, uitgevoerd
volgens de procedures in Richtlijn 98/37EG en wijzigingen
daarvan.
Veiligheids- en instructiestickers
Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en
bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen
stickers.
93-7320
1. Vingers of handen kunnen bekneld raken—vanger niet verwijderen als de bovenkant gesloten is.
2. Om de vanger te verwijderen, opent u de bovenkant van de vanger en verwijdert u de vanger; daarna neemt u de bovenkant van de
vanger weg. U mag de bovenkant van de vanger niet verwijderen, als die is neergelaten.
93-7329
1. Lees de gebruikers-
handleiding voor verdere
instructies.
2. De zak is niet vol.
3. De zak is vol.
Geperst in de drijfriemkap en het ventilatorhuis
1. Handen of voeten kunnen
worden gesneden—Blijf
uit de buurt van draaiende
messen en bewegende
onderdelen.
2. Waarschuwing—Haal het
sleuteltje uit het contact
en lees de gebruikers-
handleiding voor de
onderhoudsprocedures.
4
Geperst in de drijfriemkap
1. Machine kan voorwerpen
uitwerpen—Houd
omstanders op een
afstand.
2. Maaimachine kan
voorwerpen uitwerpen—
Zorg ervoor dat de
grasgeleider op zijn plaats
zit.
3. Handen of voeten kunnen
worden gesneden/
geamputeerd—Blijf uit de
buurt van draaiende
messen en bewegende
onderdelen.
Geperst in de drijfriemkap
1. Risico om gegrepen te worden—Blijf uit de buurt van
bewegende onderdelen.
Montage
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
Losse onderdelen
Opmerking: Gebruik onderstaande lijst om te bepalen welke onderdelen worden gebruikt bij de montage.
Omschrijving Hoeveelheid Gebruik
Mes (hi-lift) 3 Vervangt de standaard lift-messen
Frontgrasplaat
Rijtuigschroef, 5/16 x 7/8 inch
Rijtuigschroef, 5/16 x 1/2 inch
Borgmoer, 5/16 inch
Borgmoer (dun), 5/16 inch
1
3
1
3
1
Voor montage van frontgrasplaat
Achtergrasplaat
Grasring
Bout, 1/4 x 3/4 inch
Borgmoer, 1/4 inch
Rijtuigschroef, 5/16 x 7/8 inch
Rijtuigschroef, 5/16 x 2-1/2 inch
Grendelbuis
Borgmoer, 5/16 inch
1
1
2
2
3
1
1
4
Voor montage van het achtergrasplaat en de
grasring
5
Omschrijving GebruikHoeveelheid
Steun van draaipunt
Draaibeugel
Afstandsbuis
Rijtuigschroef, 5/16 x 4-1/2 inch
Rijtuigschroef, 5/16 x 7/8 inch
Ring, 5/16 inch
Borgmoer, 5/16 inch
1
1
1
1
1
2
4
Voor montage van steun van draaipunt van
ventilator
Poelie
Drijfriemkap van maaidek
Schroef, 1/4 x 1/2 inch
Ventilator
Riem
Kap van ventilatorriem
Ring
Borgmoer, 5/16 inch
1
1
1
1
1
1
4
2
Voor montage van de ventilator
Stelbeugels 2 Voor montage van het maaidek aan de tractor
Deksel
Stang van indicator
Handgreep
Moer, 1/4 inch
Klemmen
Schroef, 3/4 x 1/4 inch
Borgmoer, 1/4 inch
Frame
1
1
1
1
2
2
4
1
Voor montage van de vanger
Gewicht
Schroef, 3/8 x 1,50 inch
1
4
Voor montage van het gewicht op de tractor
Versterkingsplaat
Afstandsstuk
Bout, 5/16 x 2 inch
Bout, 1/4 x 1-3/4 inch
Ring, 1/4 inch
Borgmoer, 1/4 inch
Snelkoppeling
R-pen
Plaat
Bout, 1/4 x 3/4 inch
2
4
4
4
12
8
1
1
2
4
Voor montage van de houder van de vanger
Afvoerbuis
Graszakken
1
2
Voor montage van de vanger
Gebruikershandleiding 1
Lezen voordat de tractor in gebruik wordt
genomen
6
Het maaidek gebruiksklaar
maken
Haal het maaidek van de tractor; zie de
Gebruikershandleiding van de tractor voor instructies.
De recycle-platen verwijderen
Als u werkt met een recycler-maaidek, moet u eerst de
recycle-platen verwijderen om de Vac Bagger te kunnen
gebruiken
1. Maak het maaidek grondig schoon.
2. Verwijder de borgmoeren en ringen van de linker- en
rechterplaten (Fig. 2). Til de platen van het maaidek.
Bewaar alle onderdelen voor latere montage.
m–4839
1
3
5
2
3
5
4
4
5
5
6
6
Figuur 2
1. Plaat, links
2. Plaat, rechts
3. Bout, 5/16 x 1-1/4 inch
4. Belleville-ring—holle kant
naar bovenvlak van
maaidek
5. Borgmoer, 5/16 inch
6. Sleufgat
Het maaidek kan rommel uitwerpen uit
niet-afgedichte openingen, waardoor u en anderen
letsel kunnen oplopen.
Gebruik het maaidek nooit zonder dat alle
openingen in de machine zijn afgedicht met
bouten en moeren.
Monteer de bouten en moeren in de
montage-openingen als de recycle-plaat is
verwijderd.
Voorzichtig
3. Monteer 2 rijtuigschroeven (3/8 x 3/4 inch) (uit de
onderkant van het maaidek), 2 ringen, (1/2 inch) en
2 borgmoeren (3/8 inch) in de 2 open sleufgaten van het
maaidek zoals is getoond op Figuur 2.
Opmerking: Losse bouten en moeren worden geleverd met
het maaidek.
De Hi-lift messen monteren
Monteer de hi-lift messen uit de vanger in plaats van de
standaardmessen; zie het hoofdstuk Maaimessen in de
Gebruikershandleiding van de tractor.
Opmerking: De hi-lift-messen worden ook gebruikt voor
recycler-maaidekken.
Afvoertunnel verwijderen
Verwijder de afvoertunnel en de bevestigingsbeugels uit het
maaidek (Fig. 3). Bewaar alle onderdelen voor latere
montage.
1
5
3
6
m–3484
4
2
7
Figuur 3
1. Beugel
2. Haakeind van veer
3. Ruimte voor veer
4. Afvoertunnel
5. Bout
6. Borgmoer
7. Rijtuigschroef
7
Grasplaten monteren
1. Plaats de frontgrasplaat binnen de voorrand van het
maaidek. De plaat moet rusten op de voorrand van het
maaidek. Het rechterlipje op de plaat moet 1/8 inch
buiten de rechterrand van het maaidek steken (Fig. 4).
Klem de plaat vast op zijn plaats.
2. Markeer de gaten voor de openingen in de plaat en
verwijder de klem en de grasplaat. Boor 4 gaten
(11/32 inch) (Fig. 4).
3. Monteer de grasplaat binnen de voorrand van het
maaidek met behulp van 3 rijtuigschroeven (5/16 x
7/8 inch) en 3 borgmoeren (5/16 inch) langs de
voorkant. Aan de rechterkant moet een rijtuigschroef
(5/16 x 1/2 inch) en de dunne borgmoer (5/16 inch)
(Fig. 4).
1
m–3634
2
3
4
5
6
7
8
Figuur 4
1. Frontgrasplaat
2. Boor een gat van
11/32 inch
3. Rijtuigschroef, 5/16 x
7/8 inch
4. Borgmoer, 5/16 inch
5. Rijtuigschroef, 5/16 x
1/2 inch
6. Borgmoer (dun), 5/16 inch
7. Rechterlipje op plaat
8. Rechterrand van maaidek
4. Bevestig de achtergrasplaat aan de grasring met 2
rijtuigschroeven (5/16 x 7/8 inch) en 2 borgmoeren
(5/16 inch) (Fig. 5).
5. Monteer de achtergrasplaat en de grasring binnen het
afvoersysteem. Bevestig de achtergrasplaat aan het
maaidek met een korte rijtuigschroef (5/16 x 7/8 inch)
en een lange rijtuigschroef (5/16 x 2-1/2 inch). Plaats de
grendelbuis boven het maaidek en zet deze vast met 2
borgmoeren (5/16 inch). Zet de grasring vast aan het
maaidek met 2 bouten (1/4 x 3/4 inch) en 2 borgmoeren
(1/4 inch) (Fig. 5).
m–3637
1
2
3
4
5
6
7
8
4
5
Figuur 5
1. Achtergrasplaat
2. Grasring
3. Grendelbuis
4. Rijtuigschroef, 5/16 x
7/8 inch
5. Borgmoer, 5/16 inch
6. Rijtuigschroef, 5/16 x
2-1/2 inch
7. Schroef, 3/4 x 1/4 inch
8. Borgmoer, 1/4 inch
6. Draai de messen om te controleren of zij niet de platen
en de grasring raken. Verschuif de platen indien dit
noodzakelijk is.
8
Steun van draaipunt van ventilator
monteren
1. Plaats de steun van het draaipunt op het maaidek op de
vierkante gaten bij de afvoeropening (Fig. 6).
4
2
m–2017
1
5
3
5
7
6
Figuur 6
1. Steun van draaipunt
2. Rijtuigschroef, 5/16 x
4-1/2 inch
3. Afstandsbuis
4. Rijtuigschroef, 5/16 x
7/8 inch
5. Borgmoer, 5/16 inch
6. Ring, 5/16 inch
7. Draaibeugel
2. Druk de verticale kant (voorzijde) van de steun van het
draaipunt tegen de voorkant van het maaidek en klem
deze goed vast zodat de bovenkant van de steun van het
draaipunt plat op de bovenkant van het maaidek ligt.
3. Zet de steun vast aan de bovenkant van het maaidek met
een bout (5/16 x 4-1/2 inch), afstandsbuis en bout
(5/16 x 7/8 inch) (uit de onderkant van het maaidek) en
borgmoeren (5/16 inch) (Fig. 6).
4. Bevestig de draaibeugel aan de steun met 2 ringen
(5/16 inch) en 2 borgmoeren (5/16 inch) (Fig. 6).
Ventilator monteren
Poelie van ventilator monteren
1. Verwijder de drijfriem van het maaidek van de
rechtermotorpoelie (Fig. 7).
Opmerking: Bewaar alle onderdelen en de bouten en
schroeven.
2. Verwijder de moer van de aspoelie. Blokkeer het mes
met een stuk hout of een ander object zodat het niet kan
draaien als u de moer van de poelie verwijdert.
3. Draai de poelie van de nieuwe ventilator op de spilas in
plaats van de moer van de poelie (Fig. 7). Draai de
poelie vast met een torsie van 68 tot 102 Nm.
3
2
1
4
m–5325
Figuur 7
1. Drijfriemkap
2. Moer
3. Spilas
4. Poelie van ventilator
Ventilatorriem monteren
1. Leg de ventilatorriem rond de poelie van de ventilator
(Fig. 8).
2. Monteer de riemkap met behulp van de aanwezige
schroeven en een nieuwe schroef (1/4 inch x 1/2 inch)
(Fig. 8).
2
3
1
4
m–5306
5
Figuur 8
1. Drijfriemkap
2. Ventilatorriem
3. Poelie van ventilator
4. Schroef (aanwezig)
5. Schroef, 1/4 x 1/2 inch
3. Monteer het maaidek op de tractor; zie de
Gebruikershandleiding van de tractor voor instructies.
9
4. Monteer de ventilator door de draaipen in de steun van
het draaipunt te steken (Fig. 9).
1
2
m–3593
3
Figuur 9
1. Draaipen
2. Steun van draaipunt
3. Ventilator
5. Maak de vergrendeling los en draai de ventilator naar
buiten van het maaidek af. Leg de ventilatorriem rond
de spanpoelie en de poelie van de ventilator zoals wordt
getoond op Figuur 10.
1
2
3
m–3557
Figuur 10
1. Beugel van spanpoelie en
poelie
2. Bovenkant van riem tegen
onderste poelie
3. V-zijde van riem in
bovenste poelie
6. Als de riem is gemonteerd, draait u de ventilator in de
richting van het maaidek totdat de vergrendeling van de
ventilator vastklikt op de pen aan de achterkant van het
maaidek (Fig. 11).
Belangrijk U moet soms de ventilator iets oplichten om
de vergrendeling dicht te klikken. Zorg ervoor dat de
vergrendeling soepel werkt en volledig dichtklikt.
1
2
m–3594
Figuur 11
1. Vergrendeling van
ventilator
2. Pen
7. Monteer de kap van de ventilatorriem met behulp van 4
ringen en 2 borgmoeren (5/16 inch) (Fig. 12).
m–4840
1
3
2
2
Figuur 12
1. Drijfriemkap van maaidek
2. Ring
3. Borgmoer, 5/16 inch
10
Stelbeugels monteren
1. Vervang de linkse stelbeugel (met gleuf) van het maaidek
door een nieuwe stelbeugel (met gat) (Fig. 13). Zet deze
vast met de aanwezige ringen en R-pennen (Fig. 13).
Opmerking: Bewaar de stelbeugel met gleuf voor het geval
dat u de machine later gaat gebruiken met de zijafvoer.
m–5177
1
2
Figuur 13
1. Stelbeugel met gleuf 2. Ring en R-pen
2. Controleer de schuinstand en de horizontale stand van
het maaidek; zie Gebruikershandleiding van de tractor.
De vanger monteren
1. Steek de stang van de VOL-indicator van de graszak
door het gat in de rubberen afdichting en de gleuf in de
kap van de vanger (Fig. 14). Monteer de stang van de
VOL-indicator tegen de kap van de vanger met twee
klemmen, schroeven (1/4 x 3/4 inch), en borgmoeren
(1/4 inch) (Fig. 14).
2. Draai de moer helemaal op de stang van de indicator
(Fig. 14). Schroef vervolgens de handgreep (Fig. 14)
dicht tegen de moer zodat de sticker leesbaar is vanaf de
positie van de bestuurder. Draai de moer tegen de
handgreep zodat deze goed vastzit.
1
3
2
14994
2
6
5
Figuur 14
1. Stang van indicator
2. Klemmen
3. Schroef, 3/4 x 1/4 inch
4. Borgmoer, 1/4 inch
5. Moer
6. Handgreep
3. Bevestig het frame aan de kap van de vanger met
2 borgmoeren (1/4 inch) (Fig. 15).
1
3
1849
2
Figuur 15
1. Frame
2. Kap van vanger
3. Borgmoer, 1/4 inch
De tractor gebruiksklaar maken
Het gewicht monteren
Bevestig het gewicht aan de voorkant van de tractor met
4 schroeven (3/8 x 1,50 inch) (Fig. 16).
m–5305
1
2
Figuur 16
1. Gewicht 2. Schroef, 3/8 x 1,50 inch
De houder van de vanger monteren
1. Verwijder de bouten, ringen en moeren waarmee de
achterste steunstang is bevestigd aan de tractor. Gooi de
bouten weg.
2. Bevestig de steunstang en de versterkingsplaten aan de
tractor met 4 bouten (5/16 x 2 inch) en 4 afstands-
stukken en de ringen en de borgmoeren die zijn
verwijderd bij stap 1 (Fig. 17).
11
m–5302
1
2
3
4
56
6
7
8
9
10
11
12
6
Figuur 17
1. Steunstang
2. Versterkingsplaat
3. Bout, 5/16 x 2 inch
4. Afstandsstuk
5. Bout, 1/4 x 1-3/4 inch
6. Ring, 1/4 inch
7. Borgmoer, 1/4 inch
8. Snelkoppeling
9. R-pen
10. Plaat
11. Bout, 1/4 x 3/4 inch
12. Borgmoer, 1/4 inch
3. Zet de bovenste helft van de versterkingsplaat vast aan
de achterste steunstang met 4 bouten (1/4 x 1-3/4 inch),
8 ringen (1/4 inch), and 4 borgmoeren (1/4 inch)
(Fig. 17).
4. Schuif het onderste deel van de snelkoppeling in het gat
in de haak en zet de achterste steunstang vast in de
inkepingen (Fig. 17).
5. Schuif de R-pen door het gat in het onderste deel van de
snelkoppeling (Fig. 17).
6. Bevestig de platen aan de snelkoppeling met behulp van
4 bouten (1/4 x 3/4 inch), 4 ringen (1/4 inch) en
4 borgmoeren (1/4 inch) (Fig. 17).
De Vac-Bagger monteren op de
tractor
De vanger monteren
1. Til de bovenkant van de vanger voorzichtig omhoog en
schuif deze op de snelkoppeling (Fig. 18). De
bovenkant van de vanger kan gemakkelijker worden
gemonteerd met twee personen.
m–5303
1
2
Figuur 18
1. Bovenkant van vanger 2. Snelkoppeling
Wanneer u de veerbelaste bovenkant van de
vanger verwijdert als deze gesloten is (in de
neerwaartse stand), bestaat de kans dat de
bovenkant plotseling openklapt waardoor u of
iemand anders wordt gekneusd of bekneld dan wel
letsel van andere aard oploopt.
U moet altijd eerst de bovenkant van vanger
openen (omhoogtillen) voordat u deze verwijdert
van of monteert op de snelkoppeling.
Voorzichtig
12
2. U plaatst de zakken door de zakframehaken op de
bevestigingsbeugels te schuiven (Fig. 19).
1373
1
2
Figuur 19
1. Zakframehaak 2. Bevestigingsbeugel
3. Laat de bovenkant van de vanger neer op de zakken.
Druk daarna beide hendels van de zakhouder naar
beneden totdat zij vastzitten tegen het zakframe
(Fig. 20).
1376
2
1
Figuur 20
1. Bovenkant van vanger 2. Hendels van zakhouder
4. Zet de bestuurdersstoel van de tractor in de normale
stand.
De afvoerbuis monteren
1. Steek het bovenste uiteinde van de afvoerbuis in de
bovenkant van de vanger. Schuif het onderste uiteinde
van de afvoerbuis op de afvoeropening van de ventilator
(Fig. 21).
2. Haak de rubberen sluiting op de knop (Fig. 21).
1
2
1847
Figuur 21
1. Rubberen sluiting 2. Knop
De vanger verwijderen
De afvoerbuis verwijderen
1. Maak de rubberen sluiting op de knop los (Fig. 22).
2. Schuif het onderste uiteinde van de afvoerbuis van de
afvoeropening van de ventilator (Fig. 22). Trek het
bovenste uiteinde van de afvoerbuis uit de bovenkant
van de vanger.
1
2
1847
Figuur 22
1. Rubberen sluiting 2. Knop
13
De vanger verwijderen
1. Til de bovenkant van de vanger omhoog en verwijder
de graszakken van het zakframe (Fig. 23).
1376
2
1
Figuur 23
1. Bovenkant van vanger 2. Hendels van zakhouder
2. Til de bovenkant van de vanger voorzichtig omhoog en
schuif deze van de snelkoppeling af (Fig. 24). De
bovenkant van de vanger kan gemakkelijker worden
verwijderd met twee personen.
m–5303
1
2
Figuur 24
1. Bovenkant van vanger 2. Snelkoppeling
Wanneer u de veerbelaste bovenkant van de
vanger verwijdert als deze gesloten is (in de
neerwaartse stand), bestaat de kans dat de
bovenkant plotseling openklapt waardoor u of
iemand anders wordt gekneusd of bekneld dan wel
letsel van andere aard oploopt.
U moet altijd eerst de bovenkant van vanger
openen (omhoogtillen) voordat u deze verwijdert
van of monteert op de snelkoppeling.
Voorzichtig
3. Verwijder de platen en bevestigingselementen van de
snelkoppeling (Fig. 25).
4. Verwijder de R-pen uit het gat in het onderste deel van
de snelkoppeling (Fig. 25).
5. Schuif het onderste deel van de snelkoppeling onhoog
uit het gat in de haak (Fig. 25).
m–5327
1
2
3
Figuur 25
1. Snelkoppeling
2. Plaat
3. R-pen
14
De ventilator verwijderen
1. Haal de kap van de ventilatorriem weg door de
2 borgmoeren (5/16 inch) en 4 ringen (Fig. 26) te
verwijderen. Bewaar alle onderdelen voor latere
montage.
m–4840
1
3
2
2
Figuur 26
1. Kap van ventilatorriem
2. Ring
3. Borgmoer, 5/16 inch
2. Maak de vergrendeling los en draai de ventilator naar
buiten van het maaidek af. Verwijder de ventilatorriem
van de spanpoelie en de poelie van de ventilator
(Fig. 27).
1
2
3
m–3557
Figuur 27
1. Beugel van spanpoelie en
poelie
2. Bovenkant van riem tegen
onderste poelie
3. V-zijde van riem in
bovenste poelie
3. Verwijder de ventilator door de draaipen uit de steun
van het draaipunt te halen (Fig. 28).
1
2
m–3593
Figuur 28
1. Draaipen 2. Steun van draaipunt
De ventilatorriem verwijderen
1. Verwijder de drijfriem van het maaidek van de
rechtermotorpoelie (Fig. 29). Bewaar de
bevestigingselementen.
2. Haal de ventilatorriem van de poelie van de ventilator
(Fig. 29).
2
3
1
4
m–5306
5
Figuur 29
1. Drijfriemkap
2. Ventilatorriem
3. Poelie van ventilator
4. Schroef (aanwezig)
5. Schroef, 1/4 x 1/2 inch
15
3. Monteer de drijfriemkap met behulp van de aanwezige
bevestigingselementen (Fig. 30).
1
2
m–5304
Figuur 30
1. Drijfriemkap 2. Schroef (aanwezig)
Steun van draaipunt van ventilator
verwijderen
1. Haal het maaidek van de tractor; zie de
Gebruikershandleiding van de tractor voor instructies.
2. Verwijder de steun van het draaipunt en de draaibeugel
uit het maaidek (Fig. 31). Bewaar alle onderdelen voor
latere montage.
4
2
m–2017
1
5
3
5
7
6
Figuur 31
1. Steun van draaipunt
2. Rijtuigschroef, 5/16 x
4-1/2 inch
3. Afstandsbuis
4. Rijtuigschroef, 5/16 x
7/8 inch
5. Borgmoer, 5/16 inch
6. Ring, 5/16 inch
7. Draaibeugel
De standaard-lift-messen monteren
Monteer de standaard-lift-messen voor zijafvoer in plaats
van de hi-lift messen; zie het hoofdstuk Maaimessen in de
Gebruikershandleiding van de tractor.
Opmerking: De hi-lift messen worden gebruikt met de
recycle-platen (zie blz. 16).
Grasplaten verwijderen
1. Verwijder de grasplaat aan de binnenkant van de
voorste lip van het maaidek (Fig. 32).
Opmerking: Vul de openingen in het maaidek op met
bouten en moeren.
Het maaidek kan rommel uitwerpen uit
niet-afgedichte openingen, waardoor u en anderen
letsel kunnen oplopen.
Gebruik het maaidek nooit zonder dat alle
openingen in de machine zijn afgedicht met
bouten en moeren.
Monteer de bouten en moeren in de
montage-openingen als de recycle-plaat is
verwijderd.
Voorzichtig
c-2332
1
5
2
3
4
Figuur 32
1. Grasplaat
2. Rijtuigschroef, 5/16 x
7/8 inch
3. Borgmoer, 5/16 inch
4. Rijtuigschroef, 5/16 x
1/2 inch
5. Borgmoer (dun), 5/16 inch
16
2. Verwijder de achtergrasplaat en de grasring uit het
afvoersysteem (Fig. 33). Bewaar alle onderdelen voor
latere montage.
m–4468
3
2
7
4
6
5
3
1
Figuur 33
1. Achterste grasplaat en ring
2. Grendelbuis
3. Borgmoer, 5/16 inch
4. Rijtuigschroef, 5/16 x
7/8 inch
5. Borgmoer, 1/4 inch
6. Schroef, 3/4 x 1/4 inch
7. Rijtuigschroef, 5/16 x
2-1/2 inch
De recycle-platen monteren
Als u het recycle-maaidek wilt gebruiken, moet u de
recycle-platen monteren; raadpleeg de montage-instructies
bij uw Recycler-kit.
Afvoertunnel monteren
1. Monteer de bevestigingsbeugels aan het maaidek met
rijtuigschroeven (5/16 x 3/4 inch) en borgmoeren
(16/4 inch) (Fig. 34).
m–3484
1
5
3
6
4
2
7
Figuur 34
1. Beugel
2. Haakeind van veer
3. Ruimte voor veer
4. Afvoertunnel
5. Bout
6. Borgmoer
7. Rijtuigschroef
2. Plaats de veren in de beugels op het maaidek met de
haakeinden over de opstaande achterkant (Fig. 34).
3. Houd de afvoertunnel recht voor de gaten in de beugels
en de rechte uiteinden van de veren onder het scharnier
en boven de tunnel (Fig. 34).
4. Bevestig de tunnel aan de beugel met de bouten door de
afvoertunnel, veren en beugels. Met borgmoeren
vastzetten (Fig. 34).
5. Til de afvoertunnel omhoog en controleer of deze
veerbelast is en onbelemmerd volledig omlaag kan
worden geklapt.
Belangrijk De afvoertunnel moet onder veerspanning
omlaag worden gehouden. Til de grasgeleider omhoog om
te controleren of deze volledig omlaag klapt.
Zonder aangebrachte grasgeleider, afvoerafsluiter
of complete grasvanger kunnen u of anderen in
aanraking met het maaimes of uitgeworpen
voorwerpen komen. Contact met draaiende
maaimes(sen) en uitgeworpen voorwerpen kan
lichamelijk letsel of de dood veroorzaken.
Verwijder de grasgeleider nooit van het maaidek
omdat hiermee het maaisel wordt afgevoerd
naar het gazon. Als de grasgeleider is
beschadigd, moet u deze onmiddellijk
vervangen.
Steek nooit handen of voeten onder het
maaidek.
Probeer nooit het afvoersysteem of de
maaibladen te reinigen zonder eerst de aftakas
uit te schakelen en het contactsleuteltje op UIT
te draaien. Verwijder verder het
contactsleuteltje en trek de bougiekabel van de
bougie(s).
Waarschuwing
17
Het maaidek aan de tractor monteren
1. Monteer het maaidek op de tractor; zie de
Gebruikershandleiding van de tractor voor instructies.
2. Vervang de linkse stelbeugel (met gat) van het maaidek
door een stelbeugel met een gleuf (Fig. 35). Zet deze
vast met de aanwezige ringen en R-pennen (Fig. 35).
Opmerking: Bewaar de stelbeugel (met gat) voor het geval
dat u de machine met de ventilator gaat gebruiken.
m–5177
1
2
Figuur 35
1. Stelbeugel 2. Ring en R-pen
3. Controleer de schuinstand en de horizontale stand van
het maaidek; zie Gebruikershandleiding van de tractor.
Gebruiksaanwijzing
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie
de linker- en rechterzijde van de machine.
Om lichamelijk letsel te voorkomen, moet u de
volgende richtlijnen in acht nemen:
Zorg ervoor dat u bekend bent met alle
gebruiksaanwijzingen en veiligheidsinstructies
in de gebruikershandleiding van de tractor en
het maaidek voordat u dit werktuig gaat
gebruiken.
Verwijder nooit de afvoerbuis, zakken, de
bovenkant van de vanger of de ventilator als de
motor loopt.
Zet altijd de motor af en wacht totdat alle
bewegende delen tot stilstand gekomen zijn
voordat u een verstopping uit de Vac Bagger
verwijdert.
Verricht nooit onderhouds- of reparatie-
werkzaamheden als de motor loopt.
Waarschuwing
De VOL-tester gebruiken
Als het gras wordt gemaaid en in de zakken wordt
geblazen, wordt eerst de linkerzak gevuld en daarna de
rechterzak. Als de zakken te vol worden, zal het gras
uiteindelijk de afvoerbuis verstoppen of zich een weg naar
buiten forceren.
1. Zet de tractor stil en trap de rem in.
2. Om te controleren of beide zakken vol zijn, moet u
geregeld de hendel van de VOL-tester omhoogtrekken
(Fig. 36). Wanneer u weerstand voelt als u hendel
omhoogtrekt, zijn de zakken vol en moeten ze worden
leeggemaakt (Fig. 36).
1381
1
2
Figuur 36
1. Hendel van VOL-tester 2. Zak Vol
Graszakken leegmaken
Ga voorzichtig te werk als u volle gras optilt of leegmaakt.
Om de graszakken leeg te maken, gaat u als volgt te werk:
1. Stop de tractor, stel de parkeerrem in werking en
schakel de aftakas uit. Zet de motor af en haal het
sleuteltje uit het contact.
2. Trek daarna beide hendels van de zakhouder omhoog
totdat zij loskomen van het zakframe (Fig. 20).
Vervolgens moet u de bovenkant van de vanger openen
(omhoogtillen).
3. Druk het maaisel in de zakken samen. Til de zak met
beide handen omhoog en haak deze los van de
bevestigingsbeugel (Fig. 19). Maak de zak leeg. Doe
hetzelfde met de andere zak.
4. U plaatst de zakken door de zakframehaken op de
bevestigingsbeugels te schuiven (Fig. 19).
5. Laat de bovenkant van de vanger neer op de zakken.
Druk daarna beide hendels van de zakhouder naar
beneden totdat zij vastzitten tegen het zakframe
(Fig. 20).
18
Verstoppingen verwijderen uit
de vanger
1. Stop de tractor, zet de versnelling in de neutraalstand,
stel de parkeerrem in werking, schakel de aftakas uit,
zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
Wacht tot alle bewegende delen tot stilstand gekomen
zijn.
2. Controleer de graszakken en maak ze leeg als zij vol
zijn.
3. Verwijder de afvoerbuis en de ventilator van de
bovenkant van de vanger en het maaidek. Verwijder
voorzichtig met een stok of een soortgelijk voorwerp de
verstopping uit het maaidek, de afvoerbuis, de
ventilator en de bovenkant van de vanger.
4. Nadat u de verstopping hebt verwijdert, monteert u het
complete vangsysteem en gaat u verder met maaien.
Tips voor bediening en
opvangen van het maaisel
Afmeting
Denk eraan dat de tractor langer en breder is als dit
werktuig is gemonteerd. Als u een te scherpe bocht maakt
in een besloten ruimte, kunt u de vanger beschadigen.
Trimmen
U moet altijd trimmen met de linkerkant van het maaidek.
Trim nooit met de rechterkant van het maaidek omdat u dan
de ventilator van de vanger en de afvoerbuis kunt
beschadigen.
Maaihoogte
Zorg ervoor dat de maaihoogte van het maaidek niet te laag
is, want hoog gras rond het maaidek kan verhinderen dat er
lucht onder het maaidek komt en in het vangsysteem
stroomt. Als er niet voldoende lucht onder het maaidek
komt, zal het vangsysteem verstopt raken.
Maaifrequentie
U moet het gras veelvuldig maaien, vooral als het snel
groeit. U zult het gras twee keer moeten maaien als dit
buitengewoon lang is (zie Lang gras opvangen, blz. 19).
Maaitechniek
Om het gazon een zo fraai mogelijk uiterlijk te geven, moet
u het gras maaien in banen die elkaar enigszins overlappen.
Dit vermindert de belasting van de motor en beperkt het
risico dat de ventilator en de afvoerbuis verstopt raken.
Gebruik van binnenzakken
Hoewel dit niet vereist is, kan in elke graszak van textiel een
binnenzak worden geplaatst om het maaisel te verzamelen en
de afvoer te vergemakkelijken (Fig. 37). Als u een
binnenzak gebruikt, moet u de volle graszak verwijderen en
de bovenkant van de binnenzak sluiten. Vervolgens moet u
de binnenzak uit de graszak trekken of de graszak omkeren
terwijl u de handgreep op de onderkant van de graszak
vasthoudt, zodat de binnenzak eruit kan schuiven.
1378
1
2
Figuur 37
1. Graszak van textiel 2. Binnenzak
Vangsnelheid
Heel vaak zult u de vanger gebruiken met de gashendel van
de tractor op SNEL en zult u met een normale snelheid
rijden. Maar in buitengewoon droge en stoffige
omstandigheden zult u wellicht het motortoerental
enigszins willen verminderen en de rijsnelheid van de
tractor verhogen. Het vangsysteem kan verstopt raken als u
te snel rijdt en het motortoerental te laag is. Op
heuvelachtig terrein kan het noodzakelijk zijn de rijsnelheid
van de tractor te verminderen. Hierdoor handhaaft u het
motortoerental en blijft het vangsysteem efficiënt werken.
Maai heuvel afwaarts als dit mogelijk is.
Als de graszakken vol raken, komt er extra
gewicht op de achterkant van de tractor. Als u
abrupt stopt en start op een helling, bestaat de
kans dat u de macht over het stuur verliest of dat
de tractor omkiept.
U mag daarom nooit plotseling starten of
stoppen bij het op- en afrijden van een helling.
Start nooit heuvelopwaarts op een helling.
Als u de tractor stopt terwijl u heuvelopwaarts
rijdt, moet u de aftakas uitschakelen. Rij dan
langzaam heuvelafwaarts in de Achteruit.
U mag nooit schakelen of stoppen op een helling.
Waarschuwing
19
Lang gras opvangen
Buitengewoon lang gras is zwaar en kan niet volledig in de
graszakken worden geblazen. Als dit gebeurt, kunnen de
afvoerbuis en de ventilator verstopt raken. Om verstopping
van het vangsysteem te voorkomen, moet u het gras bij een
hoge maaistand maaien; vervolgens zet u het maaidek lager in
de normale maaistand en kunt u de vanger weer gebruiken.
Nat gras opvangen
Wij adviseren u het gras altijd te maaien als het droog is,
omdat het gazon dan een keurig uiterlijk krijgt. Als u nat
gras maait, moet u de conventionele zijafvoer van het
maaidek gebruiken. Als het maaisel een paar uur later
droog is, monteert u de complete vanger en zuigt u het
maaisel op.
Tekenen van verstopping
Als u het gras in zakken verzamelt, zal normaliter een
geringe hoeveelheid maaisel worden uitgeblazen aan de
voorkant van het maaidek. Indien er een buitensporige
hoeveelheid maaisel wordt uitgeblazen, duidt dit erop dat
de zakken vol zijn of dat het systeem is verstopt.
Onderhoud
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie
de linker- en rechterzijde van de machine.
De vanger controleren
U moet de vanger controleren na de eerste 10 bedrijfsuren
en daarna elke maand.
1. Inspecteer de ventilator, de afvoerbuis en de bovenkant
van de vanger. Vervang deze onderdelen als zij
gebarsten of gebroken zijn.
2. Draai alle moeren, bouten en schroeven goed aan.
3. Controleer de graszakken op slijtage.
De bestuurder of omstanders kunnen ernstig letsel
oplopen als gevolg van rondvliegende brokstukken
of uitgeworpen voorwerpen uit gescheurde,
beschadigde of versleten graszakken.
Controleer de graszakken regelmatig op gaten,
scheuren, slijtage en andere beschadigingen.
U mag de graszakken niet wassen.
Als de zak is versleten, moet u een nieuwe
graszak plaatsen die verkrijgbaar is bij de
fabriek van deze vanger.
Waarschuwing
De maaimessen controleren
1. Controleer de maaimessen regelmatig, vooral als het
mes een vreemd voorwerp heeft geraakt.
2. Als de messen sterk zijn versleten of beschadigd, moet
u nieuwe messen monteren. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de tractor of het maaidek
voor het volledige onderhoud van de messen.
Onderhoud van de graszakken
U wordt afgeraden de graszakken te wassen.
Om te voorkomen dat het materiaal waaruit de zakken zijn
vervaardigd, snel slijt, moet u de zakken opslaan op een
plaats waar zij na gebruik volledig kunnen drogen.
De vanger reinigen
1. Na elk gebruik moet de binnen- en buitenzijde van de
bovenkant van de vanger, de afvoerbuis, de ventilator
en de onderkant van het maaidek verwijderen en met
behulp van een tuinslang schoonspuiten met water.
Gebruik een mild reinigingsmiddel voor auto’s om
hardnekkig vuil te verwijderen.
2. Let erop dat u aangekoekt gras op alle onderdelen
verwijdert.
3. Na het wassen moet u alle onderdelen grondig laten
drogen. U mag de graszakken niet wassen.
Opslag van de vanger
1. Reinig de vanger; zie De vanger reinigen, blz. 19.
2. Controleer de vanger op beschadiging; zie De vanger
controleren, blz. 19.
3. Zorg ervoor dat de graszakken leeg en volkomen droog
zijn.
4. De vanger moet worden opgeslagen in een schone en
droge ruimte, buiten het bereik van direct zonlicht. Dit
beschermt de kunststofonderdelen en verlengt de
levensduur van de vanger. Als u de vanger buiten moet
opslaan, wordt u geadviseerd deze af te dekken met een
weerbestendig dekzeil.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

Toro 44" Vac-Bagger, TimeCutter Z Riding Mowers Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor