Panasonic EY7542 de handleiding

Categorie
Boormachines
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

-
3
-
(
A
)
6.35 mm (1/4") hex quick connect chuck
6,35 mm (1/4") Sechskant-Schnellaufspannfutter
Mandrin de connexion rapide hexagonal de 6,35 mm (1/4")
Mandrino esagonale di collegamento rapido da 6,35 mm (1/4")
6,35 mm zeskantboorkop met snelkoppeling
Mandril hexagonal de conexión rápida de 6,35 mm (1/4")
6,35 mm (1/4") hexagonal borepatron til hurtig tilslutning
Snabbchuck med 6,35 mm sexkantshylsa
6,35 mm (1/4") hex hurtigtilkoplingschuck
6,35 mm (1/4") kuusiopikaistukka
6,35мм(1/4")шестигранныйпатронбыстрогоподсоединения
6,35мм(1/4")шестиграннийпатроншвидкогоприєднання
(
B
)
Clutch handle
Kupplungsring
Poignée de l’embrayage
Impugnatura frizione
Koppelingshandgreep
Mango de embrague
Koblinghåndtag
Kopplingshandtag
Koblingshåndtak
Kytkimen kahva
Рукояткамуфты
Рукояткамуфти
(
C
)
Impact/Drill Driver Switch
Schlag-/Bohrschrauber-Wahlschalter
Commutateur de l’entraînement perceuse/percussion
Interruttore Avvitatore ad Impulsi/Trapano Avvitatore
Hamerboor/Schroefboor schakelaar
Interruptor de pistola taladradora/impactos
Slag-borskruetrækker-vælger
Slag/borrdragaromkopplare
Slag/bormaskin skrutrekker-bryter
Isku/poravääntimen kytkin
Переключательрежимаударнойдрели/шуруповерта
Перемикачрежимуударногодриля/шуруповерта
(
D
)
Forward/Reverse lever
Rechts-/Linkslaufhebel
Levier d’inversion marche avant-marche arrière
Leva di avanzamento/inversione
Links/rechtsschakelaar
Palanca de avance/marcha atrás
Greb til forlæns/baglæns retning
Riktningsomkopplare
Forover-/bakoverbryter
Eteenpäin/taaksepäin vipu
Рычагпереключениявперед/назад
Важільперемиканнявперед/назад
(
E
)
Belt hook lock lever
Riemenhaken-Verriegelungshebel
Levier de verrouillage du crochet de ceinture
Leva di blocco gancio da cintura
Borghendel voor riemclip
Palanca de bloqueo del gancho de cinturón
Låsehåndtag til bæltekrog
Låsknapp för bälteskrok
Låsespak for beltekrok
Vyölenkin lukitusvipu
Рычагфиксациипоясногокрюка
Важільфіксаціїпоясногокрюка
(
F
)
Belt hook
Riemenhaken
Crochet de ceinture
Gancio da cintura
Riemclip
Gancho del cinturón
Bæltekrog
Bälteskrok
Beltekrok
Vyölenkki
Пояснойкрюк
Пояснийкрюк
(
G
)
Alignment marks
Ausrichtmarkierungen
Marques d’alignement
Marcature allineamento
Uitlijntekens
Marcas de alineación
Flugtemærker
Anpassningsmärken
Opprettingsmerke
Sovitusmerkit
Меткисовмещения
Міткивирівнювання
(
H
)
Battery pack release button
Akku-Entriegelungsknopf
Bouton de libération de batterie autonome
Tasto di rilascio blocco batteria
Accu-ontgrendeltoets
Botón de liberación de la batería
Udløserknap til batteripakning
Frigöringsknapp för batteri
Utløserknapp for batteripakke
Akkupaketin irrotuspainike
Кнопкаосвобождениябатарейногоблока
Кнопкавивільненнябатарейногоблоку
(
I
)
Battery pack (EY9L40/EY9L41)
Akku (EY9L40/EY9L41)
Batterie autonome (EY9L40/EY9L41)
Pacco batteria (EY9L40/EY9L41)
Accu (EY9L40/EY9L41)
Batería (EY9L40/EY9L41)
Batteripakning (EY9L40/EY9L41)
Batteri (EY9L40/EY9L41)
Batteripakke (EY9L40/EY9L41)
Akku (EY9L40/EY9L41)
Батарейныйблок(EY9L40
/EY9L41)
Батарейнийблок(EY9L40
/EY9L41)
(
J
)
Control panel
Bedienfeld
Panneau de commande
Pannello di controllo
Bedieningspaneel
Panel de controle
Kontrolpanel
Kontrollpanel
Kontrollpanel
Säätöpaneeli
Панельуправления
Панельуправління
-
56
-
I
. TOEPASSING
Dit gereedschap is de Multi-Hamerboor
& Schroefboormachine voorzien van 2
bedieningsfuncties, “Hamerboor stand”
en Schroefboor stand”. De bedien-
ingsfuncties kunnen gekozen worden
door het schuiven van de hamerboor/
schroefboor schakelaar.
Lees de “Veiligheidsadviezen” in het af-
zonderlijke boekje en de onderstaande
voorschriften alvorens gebruik.
II
.
EXTRA VEILIGHEIDS-
VOORSCHRIFTEN
1) Draag oorbescherming wanneer
u het gereedschap gedurende
langere tijd achtereen gebruikt.
Langdurige blootstelling aan hard
lawaai kan resulteren in gehoorver-
lies.
2) Denk eraan dat dit gereedschap
altijd gebruiksklaar is zonder dat
er een stekker in het stopcontact
gestoken hoeft te worden.
3) Bij het boren of schroeven in muren
en vloeren is het mogelijk dat u
elektriciteitsdraden raakt. RAAK
DERHALVE NOOIT DE ZESKANT-
BOORKOP OF ANDERE METALEN
ONDERDELEN VAN HET GEREED-
SCHAP AAN! Houd het gereedschap
alleen aan de plastic handgreep vast
zodat u geen elektrische schok krijgt
als u per ongeluk een elektriciteitsd-
raad raakt.
4) Laat de startschakelaar onmiddel
-
lijk los als de bit vast komt te zitten.
Op deze manier kunt u voorkomen
dat de motor overbelast wordt en de
motor of de accu wordt beschadigd.
Draai een vastzittende bit in omge-
keerde draairichting los.
5) Bedien de links/rechtsschakelaar
NIET zolang de startschakelaar is
ingedrukt. Anders wordt de accu
snel ontladen en kan het gereed-
schap worden beschadigd.
6) De acculader wordt tijdens het op
-
laden warm. Dit is normaal. Laad de
accu echter NIET te lang op.
7) Zet de links/rechtsschakelaar in
de middelste stand (schakelaarver-
grendeling) indien u het gereed-
schap opbergt of meeneemt.
8) Overbelast het gereedschap niet
door de startschakelaar (toerental-
regeling) slechts zo ver in te drukken
dat de motor tot stilstand komt.
Symbool Betekenis
V Volt
Gelijkstroom
n
0
Onbelas
t
… min
-1
Omwentelingen of toeren per
minuut
Ah
Elektrische capaciteit van de
accu
Alleen draaien
Hamerboor stand
Lees voor gebruik de
gebruiksaanwijzing.
Alleen voor gebruik binnenshuis.
WAARSCHUWING:
Gebruik enkel Panasonic accu's die
bestemd zijn voor gebruik met dit
oplaadbare gereedschap.
Gooi de accu nooit in vuur of stel deze
ook niet aan overmatige hitte bloot.
Sla geen nagels en dergelijke in de
accu en stel deze ook niet bloot aan
schokken. Probeer de accu ook niet
te demonteren of er wijzigingen in aan
te brengen.
Zorg dat de accupolen niet in contact
komen met metalen voorwerpen.
Berg de accu niet in dezelfde doos op
waarin nagels of andere metalen voor-
werpen zijn.
Laad de accu niet op een plaats met
hoge temperaturen op, zoals in de
buurt van een vuur of in direct zonli-
cht. De accu kan oververhit worden, in
brand vliegen of exploderen.
-
57
-
Gebruik uitsluitend de voorgeschreven
acculader voor het opladen van de
accu. De accu zou anders kunnen
gaan lekken, oververhit worden of
exploderen.
Bevestig altijd het accudeksel nadat
u de accu van het gereedschap of de
acculader hebt losgemaakt. Het is
anders mogelijk dat de accupolen kort-
gesloten worden met mogelijk brand
tot gevolg.
III
. MONTAGE
Bevestigen of verwijderen
van de bit
OPMERKING:
Voordat u de bit bevestigt of verwi-
jdert, moet u de accu losmaken van
het gereedschap of de schakelaar
in de middenstand zetten (schake-
laarvergrendeling).
1. Pak de kraag van de snelkoppeling-
boorkop vast en trek deze weg van het
gereedschap.
2.
Steek de bit in de boorkop. Laat de
kraag los.
3. De kraag keert in de oorspronkelijke
stand terug wanneer deze wordt los-
gelaten.
4. Trek even aan de bit om er zeker van
te zijn dat de bit vastzit.
5.
Om de bit te verwijderen, trekt u de
kraag op dezelfde wijze weg van het
gereedschap.
OPGELET:
Als de kraag niet in de oorspron
-
kelijke stand terugkeert of als de
bit gemakkelijk uit de bithouder kan
worden getrokken, is de bit niet op
de juiste wijze bevestigd. Controleer
vóór gebruik altijd of de bit goed is
bevestigd.
Gebruik 6,35 mm (1/4") zeskantbits.
Voor een stevige bevestiging van de
bit mag u alleen zeskantbits met een
9,5 mm (3/8") uitsparing gebruiken.
6,35 mm (1/4")
9,5 mm (3/8")
Bevestigen en verwijderen
van de accu
1. Bevestigen van de accu:
Zet de uitlijntekens tegenover elkaar
en bevestig de accu.
Schuif de accu op het gereedschap
totdat deze op de plaats vastklikt.
Uitlijntekens
2. Verwijderen van de accu:
Duw vanaf de voorkant tegen de knop
om de accu los te maken.
Knop
IV
. BEDIENING
[Op het gereedschap]
Bediening van de schakelaar
1. De draaisnelheid neemt toe naar-
mate de startschakelaar verder
wordt ingedrukt. Wanneer u begint,
drukt u de startschakelaar een klein
stukje in zodat de snelheid niet me-
teen te hoog is.
2. Aangezien er een elektronische
regeleenheid met terugkoppeling is
toegepast, zal er ook bij lage snel-
heid een sterk draaimoment zijn.
3. De rem treedt in werking wanneer
de startschakelaar wordt losgelaten,
waardoor de motor meteen stopt.
OPMERKING:
Wanneer de rem in werking treedt,
is het mogelijk dat u een remgeluid
hoort. Dit is normaal.
-
58
-
Bediening van de startschake-
laar en de links/rechtsschakelaar
Rechts
Links
Vergrendelstand
OPGELET:
Bedien de links/rechtsschakelaar niet
voordat de bit volledig tot stilstand is
gekomen, om beschadiging van de
motor te voorkomen.
Bediening van de schake-
laar voor rechtsomdraaien
1. Druk de schakelaar voor rechtsom-
draaien in.
2. Druk de startschakelaar iets in om
het gereedschap langzaam te laten
beginnen met draaien.
3. Naarmate de startschakelaar dieper
wordt ingedrukt, neemt het toerental
toe om de schroeven op efficiënte
wijze vast te draaien en te boren.
De rem treedt in werking en de
boorkop komt vrijwel onmiddellijk tot
stilstand wanneer de startschake-
laar wordt losgelaten.
4. Zet de schakelaar na gebruik in de
middelste stand (vergrendelstand).
Bediening van de schake-
laar voor linksomdraaien
1. Druk de schakelaar voor linksom-
draaien in. Controleer vóór gebruik
de draairichting van de boorkop.
2. Druk de startschakelaar iets in om
het gereedschap langzaam te laten
beginnen met draaien.
3. Zet de schakelaar na gebruik in de
middelste stand (vergrendelstand).
Kiezen van de stand
Kies stand Toepassing Werkmateriaal
Hamerboor
Bevestigen Bout
Moer
Vastdraaien Houtschroef
Metaalschroef
Zelftappende
schroef
Schroef-
boorstand
met koppel-
ingsfunctie
Boren Hout
Metaal
WAARSCHUWING!
Dit gereedschap mag in de “Hamerboor
stand” niet gebruikt worden als boor. Bij
het boren in staal, kan de boorbit afbreken
in het geval deze blokkeert waardoor
gevaarlijke snijwonden veroorzaakt
kunnen worden.
Gebruik van de hamerboor
Kies Hamerboor met de hamerboor/
schroefboor schakelaar.
Schakel pas over naar de hamerboor/
schroefboor stand nadat het gereed-
schap volledig met draaien gestopt is.
Als het gereedschap nog draait, kan er
beschadiging ontstaan.
Het hamerboordisplay ( symbool) verandert
naar zilverkleurig.
Gebruik van de schroefboor
Kies Schroefboor met de hamerboor/
schroefboor schakelaar.
Schakel pas over naar de hamerboor/
schroefboor stand nadat het gereed-
schap volledig met draaien gestopt is.
Als het gereedschap nog draait, kan er
beschadiging ontstaan.
-
59
-
Het schroefboordisplay ( symbool) verandert
naar zilverkleurig.
Instellen van het koppe-
lingsdraaimoment
Stel het draaimoment in op een van de
21 koppelingsstanden of kies de
stand.
OPGELET:
Test de instelling voordat u de klus
uitvoert.
Zet de schaalaanduiding tegenover deze
markering ( ).
Gebruik van de riemclip
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de riemclip stevig aan
de behuizing van het gereedschap
wordt bevestigd door de schroef goed
vast te draaien. Als de schroef niet
goed vastzit, kan de riemclip losraken
waardoor het gereedschap kan vallen.
Dit kan lichamelijk letsel of beschadi-
ging van het gereedschap tot gevolg
hebben.
Controleer regelmatig of de schroef
goed vastzit. Draai de schroef indien
nodig stevig vast.
Bevestig de riemclip goed en stevig
aan de broekriem of gordel. Let er op
dat het gereedschap niet van de riem
losschiet. Dit kan lichamelijk letsel of
beschadiging van het gereedschap tot
gevolg hebben.
Ga niet hardlopen of springen terwijl het
gereedschap aan de riemclip hangt. De
riemclip kan van de riem losschieten
waardoor het gereedschap valt.
Dit kan lichamelijk letsel of beschadi-
ging van het gereedschap tot gevolg
hebben.
Zet de riemclip in de bewaarstand wan-
neer de clip niet wordt gebruikt. Anders
kan de riemclip achter andere voor-
werpen blijven hangen.
Dit kan lichamelijk letsel of beschadi-
ging van het gereedschap tot gevolg
hebben.
Bevestig geen andere bit dan een sch-
roefbit aan het gereedschap wanneer
dit aan de riemclip wordt gedragen.
Scherpe voorwerpen, zoals boren en
schroefbits, kunnen lichamelijk letsel
veroorzaken.
Instellen van de stand van
de riemclip
1.Verschuif de borghendel voor de
riemclip 1 en houd de hendel vast
om de riemclip te ontgrendelen.
2
1
3
2. Trek de riemclip uit
de bewaarstand 2
en zet deze in de
juiste stand.
3.
Laat de borghendel voor de riemclip
los om de riemclip in de gekozen
stand te vergrendelen.
4.
Controleer of de riemclip goed vastzit.
Zorg ook dat de borghendel van de
riemclip stevig vergrendeld is 3.
De riemclip kan niet
in deze stand ver-
grendeld word en.
Zorg dat de riemclip
degelijk vergrendeld
is voordat u het ge-
reedschap gebruikt.
Om de riemclip in de bewaarstand
terug te brengen, volgt u de boven-
staande stappen 1 en 2 en haalt dan de
riemclip omlaag.
Om de riemclip in deze stand te ver-
grendelen, volgt u de bovenstaande
stappen 3 en 4.
Verplaatsen van de riemclip
De riemclip kan aan beide zijden van
het gereedschap worden bevestigd.
-
60
-
1. Zet de riemclip in de bewaarstand.
2.
Draai de schroef met behulp van
een plat stukje metaal of een platte
schroevendraaier linksom los.
3.
Pak de riemclip en steek deze in de
gleuf aan de andere zijde van het
gereedschap.
4.
Draai de schroef rechtsom vast.
De riemclip kan alleen vanuit de be-
waarstand uit het gereedschap worden
genomen.
Bedieningspaneel
(1)
(2)
(3)
(1) LED-lampje
Trek altijd een keer aan de
hoofdschakelaar voordat u
het LED-lampje gebruikt.
Druk op om het LED-
lampje in en uit te schake-
len.
Het lampje verbruikt erg
weinig stroom en zal de prestatie van
het gereedschap en de capaciteit van de
accu bijna niet beïnvloeden.
OPGELET:
Het ingebouwde LED-lampje is
slechts bedoeld om het werkgebied
kortstondig te verlichten.
Gebruik het lampje niet als vervan-
ging voor een normale zaklantaarn,
want het licht is niet sterk genoeg.
Het LED-lampje gaat automatisch
uit wanneer het gereedschap langer
dan 5 minuten niet wordt gebruikt.
Opgelet
: KIJK NIET RECHTSTREEKS IN
DE LICHTSTRAAL.
Het gebruik van bedieningsorganen, het maken
van afstellingen of het uitvoeren van procedures
die niet in deze handleiding staan beschreven,
kan leiden tot blootstelling aan gevaarlijke straling.
(2) Oververhitting-waarschuwings-
lampje
Uit
(normale
werking)
Knippert: Oververhitting
De werking van het
gereedschap is gestopt omdat
de accu te heet is geworden.
De oververhitting-beveiligingsfunctie
zorgt ervoor dat het gereedschap stopt
wanneer de accu te heet wordt. Het
oververhitting-waarschuwingslampje
op het bedieningspaneel knippert
wanneer deze beveiligingsfunctie is
geactiveerd.
Wanneer de oververhitting-beveili-
gingsfunctie is geactiveerd, moet
u het gereedschap goed laten
afkoelen (minstens 30 minuten).
Het gereedschap kan weer gebruikt
worden wanneer het oververhitting-
waarschuwingslampje uitgaat.
Zorg ervoor dat u het gereedschap
niet zodanig gebruikt dat de over-
verhitting-beveiligingsfunctie veel-
vuldig in werking treedt.
(3) Waarschuwingslampje voor lage
accuspanning
Uit
(normale
werking)
Knippert
(Accu is ontladen)
De accu-beveiligingsfunctie
is geactiveerd.
Buitensporige (volledige) ontlading
van een Li-ion accu heeft een zeer
nadelige invloed op de levensduur van
de accu. Het gereedschap is uitgerust
met een accu-beveiligingsfunctie om
buitensporige ontlading van de accu
te voorkomen.
De accu-beveiligingsfunctie wordt
geactiveerd meteen voordat de accu
ontladen is en zorgt ervoor dat het
waarschuwingslampje voor lage
accuspanning begint te knipperen.
-
61
-
Als u ziet dat het waarschuwings-
lampje voor lage accuspanning
knippert, moet u de accu meteen
opladen.
[Accu]
Voor een juist gebruik van
de accu
Li-ion accu (EY9L40/EY9L41)
Voor een optimale levensduur van de
Li-ion accu moet u de accu na gebruik
opbergen zonder dat u deze oplaadt.
Kijk bij het laden van de accu of de
aansluitingen op de acculader vrij zijn
van vreemde bestanddelen zoals stof
en water, enz. Reinig de aansluitin-
gen als u vreemde bestanddelen op de
aansluitingen aantreft.
De levensduur van de accu-aansluitin
-
gen kan tijdens gebruik nadelig beïnv-
loed worden door vreemde bestanddel-
en zoals stof en water, enz.
Wanneer de accu niet wordt gebruikt,
dient u deze uit de buurt van metalen
voorwerpen te houden zoals paperclips,
munten, sleutels, nagels, schroeven
of andere kleine metalen voorwerpen
die de aansluitpunten van de accu met
elkaar in contact kunnen brengen.
Wanneer de aansluitpunten van de
accu worden kortgesloten, kan dit
resulteren in vonken, brandwonden of
zelfs brand.
Zorg er bij gebruik van de accu voor
dat de werkplaats goed geventileerd is.
Wanneer de accu van het gereedschap
wordt losgemaakt, moet u meteen het
accudeksel op de accu aanbrengen om
te voorkomen dat er stof en vuil op de
accu-aansluitingen komt waardoor er
kortsluiting kan ontstaan.
Levensduur van de accu
De levensduur van de oplaadbare
accu is niet onbeperkt. U dient een
nieuwe accu aan te schaffen indien
de gebruikstijd na de accu geladen te
hebben aanzienlijk korter wordt.
Recyclen van de accu
ATTENTIE:
Om het milieu te beschermen en
nogmaals bruikbare materialen te
recyclen, dient u de accu naar een
hiervoor bestemd inzamelpunt te
brengen.
Li-ion accu EY9L40/EY9L41
Bij dit product zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze
niet weggooien maar inleveren als
KCA.
[Acculader]
Opladen
Belangrijke informatie voor
Li-ion accu's
Als de temperatuur van de accu lager
wordt dan ongeveer −1C, zalhet
opladen automatisch stoppen om een
verslechtering van de toestand van
de accu te voorkomen.
Algemene informatie voor Li-
ion/Ni-MH/Ni-Cd accu's
De optimale omgevingstemperatuur is
tussen 0°C (32°F) en 40°C (104°F).
Als de accu wordt gebruikt terwijl de
temperatuur van de accu lager is dan
C (32°F), kan het voorkomen dat het
elektrisch gereedschap niet goed func-
tioneert.
Laat een koude accu (kouder dan
0°C (32°F)), voordat deze wordt
opgeladen in een warme omgeving,
eerst minimaal een uur in deze ruimte
liggen om op temperatuur te komen.
Laat de lader afkoelen wanneer u
meer dan twee accus na elkaar
oplaadt.
Steek uw vingers niet in de contact-
opening wanneer u de lader vastpakt.
-
62
-
OPGELET:
Om brandgevaar en beschadiging
van de acculader te voorkomen.
Gebruik geen stroom van een
motorgenerator.
Voorkom dat de ventilatiegaten
van de lader en de accu worden
bedekt.
Maak de acculader los wanneer
deze niet wordt gebruikt.
Li-ion accu
OPMERKING:
De accu is niet volledig opgeladen
wanneer u deze koopt. Laad de
accu daarom voor gebruik op.
Acculader (EY0L80)
1. Steek de lader in een stopcontact.
OPMERKING:
Wanneer de stekker in het stopcon-
tact wordt gestoken, kunnen er vonk-
en zijn, maar dit is niet gevaarlijk.
2.
Plaats de accu goed in de lader.
1. Zet de uitlijntekens tegenover elkaar
en plaats de accu in de acculader.
2. Schuif de accu in de richting van de
pijl naar voren.
Uitlijntekens
3.
De laadindicator licht op tijdens het
laden.
Wanneer de accu is geladen, wordt
automatisch een interne elektronische
schakeling geactiveerd die voorkomt
dat de accu wordt overladen.
• Wanneer de accu warm is, zal deze
niet worden opgeladen (bijvoor-
beeld direct na intensief gebruik).
De oranje standby-indicator knippert
tot de accu is afgekoeld.
Vanaf dat moment wordt de accu
automatisch opnieuw geladen.
4. De laadindicator (groen) knippert
langzaam wanneer de accu ongeveer
80% is opgeladen.
5.
Wanneer het opladen is voltooid, zal
de laadindicator snel groen gaan knip-
peren.
6. Als de temperatuur van de accu mind-
er dan C is, zal het volledig opladen
van de accu langer duren dan de stan-
daard oplaadtijd.
Zelfs nadat de accu volledig is opge
-
laden, zal deze in dit geval slechts
ongeveer 50% van het accuvermogen
hebben in vergelijking met een accu
die bij normale bedrijfstemperatuur
volledig is opgeladen.
7.
Als de spanningsindicator niet meteen
oplicht nadat de acculader op een
stopcontact is aangesloten of als de
laadindicator niet snel groen knippert
nadat de standaard oplaadtijd is ver-
streken, moet u contact opnemen met
een officiëel onderhoudscentrum.
8. Als een volledig opgeladen accu
opnieuw in de acculader wordt ge-
plaatst, zal het oplaadlampje oplichten.
Na enkele minuten kan het oplaadin-
dicatielampje snel gaan knipperen
om aan te geven dat het opladen is
voltooid.
Ni-MH/Ni-Cd accu
OPMERKING:
Laad een nieuwe accu, of een accu
die u voor een lange tijd niet heeft
gebruikt, ca. 24 uur op voor het ver
-
krijgen van een optimale gebruikstijd.
Acculader (EY0L80)
1. Steek de lader in een stopcontact.
OPMERKING:
Wanneer de stekker in het stop-
contact wordt gestoken, kunnen er
vonken zijn, maar dit is niet gevaar-
lijk.
2.
Plaats de accu goed in de lader.
3. De laadindicator licht op tijdens het
laden.
Wanneer de accu is geladen, wordt
automatisch een interne elektronische
schakeling geactiveerd die voorkomt
dat de accu wordt overladen.
Wanneer de accu warm is, zal deze
-
63
-
niet worden opgeladen (bijvoor-
beeld direct na intensief gebruik).
De oranje standby-indicator knippert
tot de accu is afgekoeld. Vanaf dat
moment wordt de accu automatisch
opnieuw geladen.
4.
Wanneer het opladen is voltooid, zal
de laadindicator snel groen gaan knip-
peren.
5.
Als de laadindicator niet meteen oplicht
nadat de acculader op een stopcontact is
aangesloten of als de laadindicator niet
snel groen knippert nadat de standaard
oplaadtijd is verstreken, moet u contact
opnemen met een officiëel onderhoud-
scentrum.
6. Als een volledig opgeladen accu
opnieuw in de acculader wordt ge-
plaatst, zal het oplaadlampje oplichten.
Na enkele minuten kan het oplaadin-
dicatielampje snel gaan knipperen
om aan te geven dat het opladen is
voltooid.
-
64
-
LAMPINDICATIES
Brandt groen
Lader is aangesloten op een stopcontact.
Klaar om op te laden.
Knippert snel groen
Opladen voltooid. (Volledig opgeladen.)
Knippert groen
De accu is ongeveer 80% opgeladen. (Voldoende opgela-
den. Alleen Li-ion)
Brandt groen
Aan het opladen.
Brandt oranje
De accu is koud.
De accu wordt langzaam opgeladen om de belasting van de
accu te verminderen. (Alleen Li-ion)
Knippert oranje
De accu is warm. Het opladen zal beginnen wanneer de
temperatuur van de accu is gedaald.
Als de temperatuur van de accu minder dan -10°C (14°F) is,
zal de laadindicator (oranje) ook gaan knipperen. Het opladen
begint wanneer de statustemperatuur van de accu hoger wordt.
(Alleen Li-ion)
Laadstatusindicator
De aanduiding is Links: groen en Rechts: oranje.
Knippert snel oranje en groen
Opladen is niet mogelijk. Stof op de accu of accu defect.
Informatie voor gebruikers betreffende het verzamelen en ver-
wijderen van oude uitrustingen en lege batterijen
Deze symbolen op de producten, verpakkingen, en/of begeleidende docu-
menten betekenen dat gebruikte elektrische en elektronische producten
en batterijen niet met het algemene huishoudelijke afval gemengd mogen
worden.
Voor een correcte behandeling, recuperatie en recyclage van oude producten
en lege batterijen moeten zij naar de bevoegde verzamelpunten gebracht
worden in overeenstemming met uw nationale wetgeving en de Richtlijnen
2002/96/EC en 2006/66/EC.
Door deze producten en batterijen correct te verwijderen draagt u uw steentje
bij tot het beschermen van waardevolle middelen en tot de preventie van
potentiële negatieve effecten op de gezondheid van de mens en op het milieu
die anders door een onvakkundige afvalverwerking zouden kunnen ontstaan.
Voor meer informatie over het verzamelen en recycleren van oude producten
en batterijen, gelieve contact op te nemen met uw plaatselijke gemeente, uw
afvalverwijderingsdiensten of de winkel waar u de goederen gekocht hebt.
Voor een niet-correcte verwijdering van dit afval kunnen boetes opgelegd
worden in overeenstemming met de nationale wetgeving.
Voor zakengebruikers in de Europese Unie
Indien u elektrische en elektronische uitrusting wilt vewijderen, neem dan contact
op met uw dealer voor meer informatie.
-
65
-
[Informatie over de verwijder-
ing in andere landen buiten de
Europese Unie]
Deze symbolen zijn enkel geldig in
de Europese Unie. Indien u wenst
deze producten te verwijderen, neem
dan contact op met uw plaatselijke
autoriteiten of dealer, en vraag
informatie over de correcte wijze om
deze producten te verwijderen.
Opmerking over het batteri-
jensymbool (beneden twee
voorbeelden):
Dit symbool kan gebruikt worden
in verbinding met een chemisch
symbool. In dat geval wordt de eis,
vastgelegd door de Richtlijn voor
de betrokken chemische producten
vervuld.
V. ONDERHOUD
Maak het gereedschap met een
droge, zachte doek schoon. Gebruik
nooit een vochtige doek, witte spiritus,
benzine of andere ontvlambare mid-
delen om het gereedschap schoon te
maken.
VI
.
AANHAALMOMENT
De kracht die vereist is voor het vast-
draaien van een bout hangt af van
het materiaal en de afmeting van de
bout, en het materiaal waarin de bout
gedraaid wordt.
De aanhaaltijd moet daarop worden
aangepast. De onderstaande waarden
zijn bedoeld als referentie.
(D e feite lijk e wa arde n ku nne n
verschillen a f h a n k e l i j k van de
aanhaalomstandigheden.)
Factoren die het aanhaal-
moment beïnvloeden
Het aanhaalmoment wordt beïnv-
loed door een groot aantal factoren,
die hierna worden beschreven.
Controleer het aanhaalmoment altijd
met een momentsleutel.
1) Spanning
Naarmate de accu leger wordt, neemt
de spanning af en daarmee ook het
aanhaalmoment.
Aanhaalmomenten van bouten
0,50,0 1,0 1,5 2,0 3,02,5
M6
M12
M8
M10
50
100
150
Aanhaalmoment
Aanhaaltijd (sec.)
M8, M10 x 35 mm. M12 x 45 mm
Hoogwaardige bout
(Boutmaat: millimeter)
N·m
(k
g
f-cm)
0,50,0 1,0 1,5 2,0 3,02,5
M6
M12
M14
M8
M10
50
100
150
Aanhaalmoment
Aanhaaltijd (sec.)
M10 x 35 mm. M12, M14, M16 x 45 mm
Standaardbout
N·m
(k
g
f-cm)
Bout
Moer
Onderlegring
Plaatstaal
dikte 10 mm (3/8")
Onderlegring
Veerring
-
66
-
Aanhaalomstandigheden
De volgende bouten zijn gebruikt.
Standaardbout: Sterktetype 4,8
Hoogwaardig type 12,9
4,8
Verklaring van sterktetype
Vloeigrens van bout
(80% van trekvastheid)
32 kgf/mm
2
(45000 psi)
Trekvastheid van bout
40 kgf/mm
2
(56000 psi)
2) Aanhaaltijd
Een langere aanhaaltijd resulteert in
een hoger aanhaalmoment. Een hoog
aanhaalmoment heeft echter geen
toegevoegde waarde en verkort de
levensduur van het gereedschap.
3) Verschillende boutdiktes
De boutdikte is van invloed op het
aanhaalmoment van de bout.
Ove r h e t alg e m e en nee m t h et
aanhaalmoment toe naarmate de
bout dikker wordt.
4) Aanhaalomstandigheden
Het aanhaalmoment is zelfs bij
dezelfde type bouten afhankelijk van
de kwaliteit, de lengte en de torsiecoëf-
ficiënt (een bij de productie door de
fabrikant vastgestelde cfficiënt).
Het aanhaalmoment is zelfs bij het-
zelfde bevestigingsmateriaal (b.v.
staal) afhankelijk van de afwerking-
slaag van het materiaal.
Het aanhaalmoment neemt aan-
zienlijk af wanneer de bout en moer
met elkaar meedraaien.
5) Speling in de dopsleutel
Het aanhaalmoment neemt af als
voor het vastdraaien van een bout
een verkeerde dopsleutel wordt
gebruikt.
6) Startschakelaar (startschakelaar met
variabele toerentalregeling)
Het aanhaalmoment is lager wanneer
de schakelaar van het gereedschap
niet volledig is ingedrukt.
7) Invloed van een adapter
Het aanhaalmoment neemt af bij
gebruik van een universeelkoppeling
of een boorhouderadapter.
Universeelkoppeling
• Boorhouderadapter
VII
. ACCESSOIRES
Boorkop
EY9HX409E
Gebruiken met een schroeven-
draaierbit, houtboorbit of metaal-
boorbit met een rechte schacht en
een diameter van 1,5 mm tot 10
mm.
Universeelkoppeling (in de handel
verkrijgbaar)
Boorhouderadapter (in de handel
verkrijgbaar)
-
67
-
VIII
.
AANBEVOLEN MAXIMALE CAPACITEITEN
Model EY7542
Schroeven
Houtschroef
Hamerboor stand
Schroefboor stand
ø 9,5 mm (3/8")
ø 6,2 mm (1/4")
Zelfborende schroef
Hamerboor stand
Schroefboor stand
ø 6 mm (15/64")
ø 6 mm (15/64")
Bouten vastdraaien Hamerboor stand
Standaardbout: M14
Bout met hoge trekvastheid: M12
Boor
Staal
Schroefboor stand
ø 10 mm (25/64")
Hout ø 21 mm (53/64")
IX
. TECHNISCHE GEGEVENS
GEREEDSCHAP
Model EY7542
Motor 14,4 V gelijkstroom
Onbelast toerental
Hamerboor stand: 0 – 2350 min
-1
(tpm)
Schroefboor stand: 0 – 700 min
-1
(tpm)
Maximaal aanhaalmoment
Hamerboor stand: 140 N·m (1430 k f-cm, 1239 in-lbs)
Schroefboor stand: 14,0 N·m (143 k f-cm, 124 in-lbs)
Koppelingsdraaimoment
Ong. 0,7 N·m (7 k f-cm, 6,2 in-lbs) –
4,4 N·m (45 k f-cm, 39 in-lbs)
Totale lengte 193 mm (7-1/2")
Gewicht (met accu: EY9L40) 1,65 k (3,6 lbs)
Gewicht (met accu: EY9L41) 1,7 k (3,7 lbs)
Geluid
Trillingen
Zie het ingesloten sheet.
ACCU
Model EY9L40 EY9L41
Soort accu Li-ion accu
Accuspanning 14,4 V gelijkstroom (3,6 V × 4 cellen)
Capaciteit 3 Ah 3,3 Ah
ACCULADER
Model EY0L80
Toelaatbaar
vermogen
Ziehetspecicatieplaatjeopdeonderkantvandeacculader.
Gewicht 0,95 k (2,1 lbs)
-
68
-
[Li-ion accu]
Laadtijd
3 Ah
14,4 V 21,6 V 28,8 V
EY9L40 EY9L60 EY9L80
Bruikbaar: 35 min. Bruikbaar: 45 min. Bruikbaar: 55 min.
Vol: 50 min. Vol: 60 min. Vol: 70 min.
Laadtijd
3,3 Ah
14,4 V
EY9L41
Bruikbaar: 45 min.
Vol: 60 min.
[Ni-MH/Ni-Cd accu]
Laadtijd
7,2 V 9,6 V 12 V 15,6 V 18 V 24 V
1,2 Ah
EY9065
EY9066
EY9080
EY9086
EY9001
20 min.
1,7 Ah
EY9180
EY9182
EY9101
EY9103
25 min.
2 Ah
EY9168 EY9188
EY9106
EY9107
EY9108
EY9136
EY9116
EY9117
30 min.
60 min.
3 Ah
EY9200 EY9230 EY9210
45 min. 90 min.
3,5 Ah
EY9201 EY9231 EY9251
55 min. 65 min.
OPMERKING: In deze tabel zijn mogelijk modellen opgenomen die niet in de handel ver-
krijgbaar zijn. Zie de meest recente algemene catalogus.
OPMERKING:
Zie de ingesloten garantiekaart voor de naam en het adres van de dealer.

Documenttranscriptie

(A) 6.35 mm (1/4") hex quick connect chuck 6,35 mm (1/4") Sechskant-Schnellaufspannfutter Mandrin de connexion rapide hexagonal de 6,35 mm (1/4") Mandrino esagonale di collegamento rapido da 6,35 mm (1/4") 6,35 mm zeskantboorkop met snelkoppeling Mandril hexagonal de conexión rápida de 6,35 mm (1/4") 6,35 mm (1/4") hexagonal borepatron til hurtig tilslutning Snabbchuck med 6,35 mm sexkantshylsa 6,35 mm (1/4") hex hurtigtilkoplingschuck 6,35 mm (1/4") kuusiopikaistukka 6,35 мм (1/4") шестигранный патрон быстрого подсоединения 6,35 мм (1/4") шестигранний патрон швидкого приєднання (C) Impact/Drill Driver Switch Schlag-/Bohrschrauber-Wahlschalter Commutateur de l’entraînement perceuse/percussion Interruttore Avvitatore ad Impulsi/Trapano Avvitatore Hamerboor/Schroefboor schakelaar Interruptor de pistola taladradora/impactos Slag-borskruetrækker-vælger Slag/borrdragaromkopplare Slag/bormaskin skrutrekker-bryter Isku/poravääntimen kytkin Переключатель режима ударной дрели/шуруповерта Перемикач режиму ударного дриля/шуруповерта (E) Belt hook lock lever Riemenhaken-Verriegelungshebel Levier de verrouillage du crochet de ceinture Leva di blocco gancio da cintura Borghendel voor riemclip Palanca de bloqueo del gancho de cinturón Låsehåndtag til bæltekrog Låsknapp för bälteskrok Låsespak for beltekrok Vyölenkin lukitusvipu Рычаг фиксации поясного крюка Важіль фіксації поясного крюка (G) Alignment marks Ausrichtmarkierungen Marques d’alignement Marcature allineamento Uitlijntekens Marcas de alineación Flugtemærker Anpassningsmärken Opprettingsmerke Sovitusmerkit Метки совмещения Мітки вирівнювання (I) Battery pack (EY9L40/EY9L41) Akku (EY9L40/EY9L41) Batterie autonome (EY9L40/EY9L41) Pacco batteria (EY9L40/EY9L41) Accu (EY9L40/EY9L41) Batería (EY9L40/EY9L41) Batteripakning (EY9L40/EY9L41) Batteri (EY9L40/EY9L41) Batteripakke (EY9L40/EY9L41) Akku (EY9L40/EY9L41) Батарейный блок (EY9L40/EY9L41) Батарейний блок (EY9L40/EY9L41) (B) Clutch handle Kupplungsring Poignée de l’embrayage Impugnatura frizione Koppelingshandgreep Mango de embrague Koblinghåndtag Kopplingshandtag Koblingshåndtak Kytkimen kahva Рукоятка муфты Рукоятка муфти (D) Forward/Reverse lever Rechts-/Linkslaufhebel Levier d’inversion marche avant-marche arrière Leva di avanzamento/inversione Links/rechtsschakelaar Palanca de avance/marcha atrás Greb til forlæns/baglæns retning Riktningsomkopplare Forover-/bakoverbryter Eteenpäin/taaksepäin vipu Рычаг переключения вперед/назад Важіль перемикання вперед/назад (F) Belt hook Riemenhaken Crochet de ceinture Gancio da cintura Riemclip Gancho del cinturón Bæltekrog Bälteskrok Beltekrok Vyölenkki Поясной крюк Поясний крюк (H) Battery pack release button Akku-Entriegelungsknopf Bouton de libération de batterie autonome Tasto di rilascio blocco batteria Accu-ontgrendeltoets Botón de liberación de la batería Udløserknap til batteripakning Frigöringsknapp för batteri Utløserknapp for batteripakke Akkupaketin irrotuspainike Кнопка освобождения батарейного блока Кнопка вивільнення батарейного блоку (J) Control panel Bedienfeld Panneau de commande Pannello di controllo Bedieningspaneel Panel de controle Kontrolpanel Kontrollpanel Kontrollpanel Säätöpaneeli Панель управления Панель управління -- I. TOEPASSING 7) Zet de links/rechtsschakelaar in de mid­delste stand (schakelaarver­ grendeling) indien u het gereed­ schap opbergt of meeneemt. 8) Overbelast het gereedschap niet door de startschakelaar (toerentalregeling) slechts zo ver in te drukken dat de motor tot stilstand komt. Dit gereedschap is de Multi-Hamerboor & Schroefboormachine voorzien van 2 bedieningsfuncties, “Hamerboor stand” en “Schroefboor stand”. De bedieningsfuncties kunnen gekozen worden door het schuiven van de hamerboor/ schroefboor schakelaar. Lees de “Veiligheidsadviezen” in het af­ zonderlijke boekje en de onderstaande voorschriften alvorens gebruik. Symbool Betekenis V Volt II. EXTRA VEILIGHEIDS­ Gelijkstroom VOORSCHRIFTEN 1) Draag oorbescherming wanneer u het gereedschap gedurende langere tijd achtereen gebruikt. Langdurige blootstelling aan hard lawaai kan resulteren in gehoorverlies. 2) Denk eraan dat dit gereedschap altijd gebruiksklaar is zonder dat er een stekker in het stopcontact gestoken hoeft te worden. 3) Bij het boren of schroeven in muren en vloeren is het mogelijk dat u elektriciteitsdraden raakt. RAAK DERHALVE NOOIT DE ZESKANTBOORKOP OF ANDERE METALEN ONDERDELEN VAN HET GEREED­ SCHAP AAN! Houd het gereedschap alleen aan de plastic hand­greep vast zodat u geen elektrische schok krijgt als u per ongeluk een elek­triciteitsd­ raad raakt. 4) Laat de startschakelaar onmiddellijk los als de bit vast komt te zitten. Op deze manier kunt u voorkomen dat de motor overbelast wordt en de motor of de accu wordt beschadigd. Draai een vastzittende bit in omge­ keerde draairichting los. 5) Bedien de links/rechtsschakelaar NIET zolang de startschakelaar is ingedrukt. Anders wordt de accu snel ontladen en kan het gereed­ schap worden beschadigd. 6) De acculader wordt tijdens het opladen warm. Dit is normaal. Laad de accu echter NIET te lang op. n0 Onbelast … min-1 Omwentelingen of toeren per minuut Ah Elektrische capaciteit van de accu Alleen draaien Hamerboor stand Lees voor gebruik de gebruiksaanwijzing. Alleen voor gebruik binnenshuis. WAARSCHUWING: • Gebruik enkel Panasonic accu's die bestemd zijn voor gebruik met dit oplaadbare gereedschap. • Gooi de accu nooit in vuur of stel deze ook niet aan overmatige hitte bloot. • Sla geen nagels en dergelijke in de accu en stel deze ook niet bloot aan schokken. Probeer de accu ook niet te demonteren of er wijzigingen in aan te brengen. • Zorg dat de accupolen niet in contact komen met metalen voorwerpen. • Berg de accu niet in dezelfde doos op waarin nagels of andere metalen voorwerpen zijn. • Laad de accu niet op een plaats met hoge temperaturen op, zoals in de buurt van een vuur of in direct zonlicht. De accu kan oververhit worden, in brand vliegen of exploderen. - 56 - • Gebruik uitsluitend de voorgeschreven acculader voor het opladen van de accu. De accu zou anders kunnen gaan lekken, oververhit worden of exploderen. • Bevestig altijd het accudeksel nadat u de accu van het gereedschap of de acculader hebt losgemaakt. Het is anders mogelijk dat de accupolen kortgesloten worden met mogelijk brand tot gevolg. Bevestigen en verwijderen van de accu 1. Bevestigen van de accu: Zet de uitlijntekens tegenover elkaar en bevestig de accu. • Schuif de accu op het gereedschap totdat deze op de plaats vastklikt. Uitlijntekens III. MONTAGE Bevestigen of verwijderen van de bit 1. 2. 3. 4. 5. OPMERKING: • Voordat u de bit bevestigt of verwijdert, moet u de accu losmaken van het gereedschap of de schakelaar in de middenstand zetten (schakelaarvergrendeling). Pak de kraag van de snelkoppelingboorkop vast en trek deze weg van het gereedschap. Steek de bit in de boorkop. Laat de kraag los. De kraag keert in de oorspronkelijke stand terug wanneer deze wordt losgelaten. Trek even aan de bit om er zeker van te zijn dat de bit vastzit. Om de bit te verwijderen, trekt u de kraag op dezelfde wijze weg van het gereedschap. OPGELET: • Als de kraag niet in de oorspronkelijke stand terugkeert of als de bit gemakkelijk uit de bithouder kan worden ge­trokken, is de bit niet op de juiste wijze bevestigd. Controleer vóór gebruik altijd of de bit goed is bevestigd. Gebruik 6,35 mm (1/4") zeskantbits. Voor een stevige bevestiging van de bit mag u alleen zeskantbits met een 9,5 mm (3/8") uitsparing gebruiken. 6,35 mm (1/4") 9,5 mm (3/8") 2. Verwijderen van de accu: Duw vanaf de voorkant tegen de knop om de accu los te maken. Knop IV. BEDIENING [Op het gereedschap] Bediening van de schakelaar 1. De draaisnelheid neemt toe naarmate de startschakelaar verder wordt ingedrukt. Wanneer u begint, drukt u de startschakelaar een klein stukje in zodat de snelheid niet meteen te hoog is. 2. Aangezien er een elektronische regeleenheid met terugkoppeling is toegepast, zal er ook bij lage snelheid een sterk draaimoment zijn. 3. De rem treedt in werking wanneer de startschakelaar wordt losgelaten, waardoor de motor meteen stopt. OPMERKING: Wanneer de rem in werking treedt, is het mogelijk dat u een remgeluid hoort. Dit is normaal. - 57 - Bediening van de startschake­ laar en de links/rechtsschakelaar Kiezen van de stand Kies stand Hamerboor Links Rechts Schroefboorstand met koppelingsfunctie Toepassing Werkmateriaal Bevestigen Bout Moer Vastdraaien Houtschroef Metaalschroef Zelftappende schroef Boren Hout Metaal Vergrendelstand OPGELET: Bedien de links/rechtsschakelaar niet voordat de bit volledig tot stilstand is gekomen, om beschadiging van de motor te voorkomen. Bediening van de schake­ laar voor rechtsomdraaien 1. Druk de schakelaar voor rechtsom­ draaien in. 2. Druk de startschakelaar iets in om het gereedschap langzaam te laten begin­nen met draaien. 3. Naarmate de startschakelaar dieper wordt ingedrukt, neemt het toerental toe om de schroeven op efficiënte wijze vast te draaien en te boren. De rem treedt in werking en de boorkop komt vrijwel onmiddellijk tot stilstand wanneer de startschakelaar wordt losgelaten. 4. Zet de schakelaar na gebruik in de mid­delste stand (vergrendelstand). Bediening van de schake­ laar voor linksomdraaien 1. Druk de schakelaar voor linksomdraaien in. Controleer vóór gebruik de draairich­ting van de boorkop. 2. Druk de startschakelaar iets in om het gereedschap langzaam te laten beginnen met draaien. 3. Zet de schakelaar na gebruik in de mid­delste stand (vergrendelstand). WAARSCHUWING! Dit gereedschap mag in de “Hamerboor stand” niet gebruikt worden als boor. Bij het boren in staal, kan de boorbit afbreken in het geval deze blokkeert waardoor gevaarlijke snijwonden veroorzaakt kunnen worden. Gebruik van de hamerboor Kies Hamerboor met de hamerboor/ schroefboor schakelaar. • Schakel pas over naar de hamerboor/ schroefboor stand nadat het gereedschap volledig met draaien gestopt is. Als het gereedschap nog draait, kan er beschadiging ontstaan. Het hamerboordisplay ( symbool) verandert naar zilverkleurig. Gebruik van de schroefboor Kies Schroefboor met de hamerboor/ schroefboor schakelaar. • Schakel pas over naar de hamerboor/ schroefboor stand nadat het gereedschap volledig met draaien gestopt is. Als het gereedschap nog draait, kan er beschadiging ontstaan. - 58 - Het schroefboordisplay ( symbool) verandert naar zilverkleurig. Instellen van het koppe­ lingsdraaimoment Stel het draaimoment in op een van de 21 koppelingsstanden of kies de “ ” stand. OPGELET: Test de instelling voordat u de klus uitvoert. • Zet de riemclip in de bewaarstand wan­ neer de clip niet wordt gebruikt. Anders kan de riemclip achter andere voor­ werpen blijven hangen. Dit kan lichamelijk letsel of beschadi­ ging van het gereedschap tot gevolg hebben. • Bevestig geen andere bit dan een sch­ roefbit aan het gereedschap wan­neer dit aan de riemclip wordt gedragen. Scherpe voorwerpen, zoals boren en schroefbits, kunnen lichamelijk letsel veroorzaken. Instellen van de stand van de riemclip 1.Verschuif de borghendel voor de riemclip 1 en houd de hendel vast om de riemclip te ontgrendelen. 2. Trek de riemclip uit 2 1 de bewaarstand 2 en zet deze in de 3 juiste stand. 3. Laat de borghendel voor de riemclip los om de riemclip in de gekozen stand te vergrendelen. 4. Controleer of de riemclip goed vastzit. Zorg ook dat de borghendel van de riemclip stevig vergrendeld is 3. • De riemclip kan niet in deze stand vergrendeld worden. Zorg dat de riemclip degelijk vergrendeld is voordat u het ge­ reedschap gebruikt. Om de riemclip in de bewaarstand terug te brengen, volgt u de boven­ staan­de stappen 1 en 2 en haalt dan de riemclip omlaag. Om de riemclip in deze stand te ver­ gren­delen, volgt u de bovenstaande stappen 3 en 4. Zet de schaalaanduiding tegenover deze markering ( ). Gebruik van de riemclip WAARSCHUWING! • Zorg ervoor dat de riemclip stevig aan de behuizing van het gereedschap wordt bevestigd door de schroef goed vast te draaien. Als de schroef niet goed vastzit, kan de riemclip losraken waardoor het gereedschap kan vallen. Dit kan lichamelijk letsel of beschadi­ ging van het gereedschap tot gevolg hebben. • Controleer regelmatig of de schroef goed vastzit. Draai de schroef indien nodig stevig vast. • Bevestig de riemclip goed en stevig aan de broekriem of gordel. Let er op dat het gereedschap niet van de riem los­schiet. Dit kan lichamelijk letsel of beschadiging van het gereedschap tot gevolg hebben. • Ga niet hardlopen of springen terwijl het gereedschap aan de riemclip hangt. De riemclip kan van de riem losschieten waardoor het gereed­schap valt. Dit kan lichamelijk letsel of beschadi­ ging van het gereedschap tot gevolg hebben. Verplaatsen van de riemclip - 59 - De riemclip kan aan beide zijden van het gereedschap worden bevestigd. 1. Zet de riemclip in de bewaarstand. 2. Draai de schroef met behulp van een plat stukje metaal of een platte schroevendraaier linksom los. 3. Pak de riemclip en steek deze in de gleuf aan de andere zijde van het ge­reedschap. 4. Draai de schroef rechtsom vast. De riemclip kan alleen vanuit de be­ waar­stand uit het gereedschap worden genomen. (2) Oververhitting-waarschuwings­ lampje Uit (normale werking) De oververhitting-beveiligingsfunctie zorgt ervoor dat het gereedschap stopt wanneer de accu te heet wordt. Het oververhitting-waarschuwingslam­p­je op het bedieningspaneel knippert wanneer deze beveiligingsfunctie is geactiveerd. • Wanneer de oververhitting-beveili­ gings­functie is geactiveerd, moet u het gereedschap goed laten afkoe­len (minstens 30 minuten). Het gereedschap kan weer gebruikt worden wanneer het oververhittingwaarschuwingslampje uitgaat. • Zorg ervoor dat u het gereedschap niet zodanig gebruikt dat de over­ verhitting-beveiligingsfunctie veel­ vuldig in werking treedt. Bedieningspaneel (3) (1) (2) (1) LED-lampje Trek altijd een keer aan de hoofdschakelaar voordat u het LED-lampje gebruikt. Druk op om het LEDlampje in en uit te schake­ len. Het lampje verbruikt erg weinig stroom en zal de prestatie van het gereedschap en de capaciteit van de accu bijna niet beïnvloeden. OPGELET: • Het ingebouwde LED-lampje is slechts bedoeld om het werkgebied kortstondig te verlichten. • Gebruik het lampje niet als vervanging voor een normale zaklantaarn, want het licht is niet sterk genoeg. • Het LED-lampje gaat automatisch uit wanneer het gereedschap langer dan 5 minuten niet wordt gebruikt. Knippert: Oververhitting De werking van het gereedschap is gestopt omdat de accu te heet is geworden. (3) Waarschuwingslampje voor lage accuspanning Opgelet: KIJK NIET RECHTSTREEKS IN DE LICHTSTRAAL. Het gebruik van bedieningsorganen, het maken van afstellingen of het uitvoeren van procedures die niet in deze handleiding staan beschreven, kan leiden tot blootstelling aan gevaarlijke straling. - 60 - Uit (normale werking) Knippert (Accu is ontladen) De accu-beveiligingsfunctie is geactiveerd. Buitensporige (volledige) ontlading van een Li-ion accu heeft een zeer nadelige invloed op de levensduur van de accu. Het gereedschap is uitgerust met een accu-beveiligingsfunctie om buitensporige ontlading van de accu te voorkomen. • De accu-beveiligingsfunctie wordt geactiveerd meteen voordat de accu ontladen is en zorgt ervoor dat het waarschuwingslampje voor lage accuspanning begint te knipperen. • Als u ziet dat het waarschuwings­ lampje voor lage accuspanning knippert, moet u de accu meteen opladen. [Accu] Voor een juist gebruik van de accu Li-ion accu (EY9L40/EY9L41) • Voor een optimale levensduur van de Li-ion accu moet u de accu na gebruik opbergen zonder dat u deze oplaadt. • Kijk bij het laden van de accu of de aansluitingen op de acculader vrij zijn van vreemde bestanddelen zoals stof en water, enz. Reinig de aansluitingen als u vreemde bestanddelen op de aansluitingen aantreft. De levensduur van de accu-aansluitingen kan tijdens gebruik nadelig beïnvloed worden door vreemde bestanddelen zoals stof en water, enz. • Wanneer de accu niet wordt gebruikt, dient u deze uit de buurt van metalen voorwerpen te houden zoals paperclips, munten, sleutels, nagels, schroe­ven of andere kleine metalen voor­werpen die de aansluitpunten van de accu met elkaar in contact kunnen brengen. Wanneer de aansluitpunten van de accu worden kortgesloten, kan dit resulteren in vonken, brandwonden of zelfs brand. • Zorg er bij gebruik van de accu voor dat de werkplaats goed geventileerd is. • Wanneer de accu van het gereed­schap wordt losgemaakt, moet u meteen het accudeksel op de accu aanbrengen om te voorkomen dat er stof en vuil op de accu-aansluitingen komt waardoor er kortsluiting kan ontstaan. nieuwe accu aan te schaffen indien de gebruikstijd na de accu geladen te hebben aanzienlijk korter wordt. Recyclen van de accu ATTENTIE: Om het milieu te beschermen en nog­maals bruikbare materialen te recyclen, dient u de accu naar een hiervoor bestemd inzamelpunt te brengen. Li-ion accu EY9L40/EY9L41 Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA. [Acculader] Opladen Belangrijke informatie voor Li-ion accu's • Als de temperatuur van de accu lager wordt dan ongeveer −10°C, zal het opladen automatisch stoppen om een verslechtering van de toestand van de accu te voorkomen. Algemene informatie voor Liion/Ni-MH/Ni-Cd accu's Levensduur van de accu De levensduur van de oplaadbare accu is niet onbeperkt. U dient een - 61 - • De optimale omgevingstemperatuur is tussen 0°C (32°F) en 40°C (104°F). Als de accu wordt gebruikt terwijl de temperatuur van de accu lager is dan 0°C (32°F), kan het voorkomen dat het elektrisch gereedschap niet goed functioneert. • Laat een koude accu (kouder dan 0°C (32°F)), voordat deze wordt opgeladen in een warme omgeving, eerst minimaal een uur in deze ruimte liggen om op temperatuur te komen. • Laat de lader afkoelen wanneer u meer dan twee accu’s na elkaar oplaadt. • Steek uw vingers niet in de contact­ opening wanneer u de lader vastpakt. OPGELET: Om brandgevaar en beschadiging van de acculader te voorkomen. • Gebruik geen stroom van een motor­generator. • Voorkom dat de ventilatiegaten van de lader en de accu worden bedekt. • Maak de acculader los wanneer deze niet wordt gebruikt. Li-ion accu OPMERKING: De accu is niet volledig opgeladen wanneer u deze koopt. Laad de accu daarom voor gebruik op. Acculader (EY0L80) 1. Steek de lader in een stopcontact. OPMERKING: Wanneer de stekker in het stopcontact wordt gestoken, kunnen er vonken zijn, maar dit is niet gevaarlijk. 2. Plaats de accu goed in de lader. 1. Zet de uitlijntekens tegenover elkaar en plaats de accu in de acculader. 2. Schuif de accu in de richting van de pijl naar voren. 6. Als de temperatuur van de accu minder dan 0°C is, zal het volledig opladen van de accu langer duren dan de standaard oplaadtijd. Zelfs nadat de accu volledig is opgeladen, zal deze in dit geval slechts ongeveer 50% van het accuvermogen hebben in vergelijking met een accu die bij normale bedrijfstemperatuur volledig is opgeladen. 7. Als de spanningsindicator niet meteen oplicht nadat de acculader op een stopcontact is aangesloten of als de laadindicator niet snel groen knippert nadat de standaard oplaadtijd is verstreken, moet u contact opnemen met een officiëel onderhoudscentrum. 8. Als een volledig opgeladen accu opnieuw in de acculader wordt ge­ plaatst, zal het oplaadlampje oplichten. Na enkele minuten kan het oplaadin­ dicatielampje snel gaan knipperen om aan te geven dat het opladen is voltooid. Ni-MH/Ni-Cd accu OPMERKING: Laad een nieuwe accu, of een accu die u voor een lange tijd niet heeft gebruikt, ca. 24 uur op voor het verkrijgen van een optimale gebruiks­tijd. Uitlijntekens Acculader (EY0L80) 3. De laadindicator licht op tijdens het laden. Wanneer de accu is geladen, wordt automatisch een interne elektronische schakeling geactiveerd die voorkomt dat de accu wordt overladen. • Wanneer de accu warm is, zal deze niet worden opgeladen (bijvoorbeeld direct na intensief gebruik). De oranje standby-indicator knippert tot de accu is afgekoeld. Vanaf dat moment wordt de accu automatisch opnieuw geladen. 4. De laadindicator (groen) knippert langzaam wanneer de accu ongeveer 80% is opgeladen. 5. Wanneer het opladen is voltooid, zal de laadindicator snel groen gaan knipperen. 1. Steek de lader in een stopcontact. OPMERKING: Wanneer de stekker in het stopcontact wordt gestoken, kunnen er vonken zijn, maar dit is niet gevaarlijk. 2. Plaats de accu goed in de lader. 3. De laadindicator licht op tijdens het laden. Wanneer de accu is geladen, wordt automatisch een interne elektronische schakeling geactiveerd die voorkomt dat de accu wordt overladen. • Wanneer de accu warm is, zal deze - 62 - niet worden opgeladen (bijvoorbeeld direct na intensief gebruik). De oranje standby-indicator knippert tot de accu is afgekoeld. Vanaf dat moment wordt de accu automatisch opnieuw geladen. 4. Wanneer het opladen is voltooid, zal de laadindicator snel groen gaan knipperen. 5. Als de laadindicator niet meteen oplicht nadat de acculader op een stopcontact is aangesloten of als de laadindicator niet snel groen knippert nadat de standaard oplaadtijd is verstreken, moet u contact opnemen met een officiëel onderhoudscentrum. 6. Als een volledig opgeladen accu opnieuw in de acculader wordt ge­ plaatst, zal het oplaadlampje oplichten. Na enkele minuten kan het oplaadin­ dicatielampje snel gaan knipperen om aan te geven dat het opladen is voltooid. - 63 - LAMPINDICATIES Brandt groen Lader is aangesloten op een stopcontact. Klaar om op te laden. Knippert snel groen Opladen voltooid. (Volledig opgeladen.) Knippert groen De accu is ongeveer 80% opgeladen. (Voldoende opgela­ den. Alleen Li-ion) Brandt groen Aan het opladen. Brandt oranje De accu is koud. De accu wordt langzaam opgeladen om de belasting van de accu te verminderen. (Alleen Li-ion) Knippert oranje De accu is warm. Het opladen zal beginnen wanneer de temperatuur van de accu is gedaald. Als de temperatuur van de accu minder dan -10°C (14°F) is, zal de laadindicator (oranje) ook gaan knipperen. Het opladen begint wanneer de statustemperatuur van de accu hoger wordt. (Alleen Li-ion) Laadstatusindicator De aanduiding is Links: groen en Rechts: oranje. Knippert snel oranje en groen Opladen is niet mogelijk. Stof op de accu of accu defect. Informatie voor gebruikers betreffende het verzamelen en ver­ wijderen van oude uitrustingen en lege batterijen Deze symbolen op de producten, verpakkingen, en/of begeleidende docu­ menten betekenen dat gebruikte elektrische en elektronische producten en batterijen niet met het algemene huishoudelijke afval gemengd mogen worden. Voor een correcte behandeling, recuperatie en recyclage van oude producten en lege batterijen moeten zij naar de bevoegde verzamelpunten gebracht worden in overeenstemming met uw nationale wetgeving en de Richtlijnen 2002/96/EC en 2006/66/EC. Door deze producten en batterijen correct te verwijderen draagt u uw steentje bij tot het beschermen van waardevolle middelen en tot de preventie van potentiële negatieve effecten op de gezondheid van de mens en op het milieu die anders door een onvakkundige afvalverwerking zouden kunnen ontstaan. Voor meer informatie over het verzamelen en recycleren van oude producten en batterijen, gelieve contact op te nemen met uw plaatselijke gemeente, uw afvalverwijderingsdiensten of de winkel waar u de goederen gekocht hebt. Voor een niet-correcte verwijdering van dit afval kunnen boetes opgelegd worden in overeenstemming met de nationale wetgeving. Voor zakengebruikers in de Europese Unie Indien u elektrische en elektronische uitrusting wilt vewijderen, neem dan contact op met uw dealer voor meer informatie. - 64 - [Informatie over de verwijdering in andere landen buiten de Euro­pese Unie] Deze symbolen zijn enkel geldig in de Europese Unie. Indien u wenst deze producten te verwijderen, neem dan contact op met uw plaatselijke a u t o r i t e i t e n o f d e a l e r, e n v r a a g informatie over de correcte wijze om deze producten te verwijderen. 1) Spanning Naarmate de accu leger wordt, neemt de spanning af en daarmee ook het aanhaalmoment. Aanhaalmomenten van bouten M8, M10 x 35 mm. M12 x 45 mm Hoogwaardige bout N·m (kgf-cm) (Boutmaat: millimeter) 150 Aanhaalmoment Opmerking over het batterijensymbool (beneden twee voorbeel­den): Dit symbool kan gebruikt worden in verbinding met een chemisch symbool. In dat geval wordt de eis, vastgelegd door de Richtlijn voor de betrokken chemische producten vervuld. M12 100 M10 50 M8 V. ONDERHOUD M6 0,0 Maak het gereed schap me t ee n droge, zachte doek schoon. Gebruik nooit een vochtige doek, witte spiritus, benzine of andere ontvlambare middelen om het ge­reed­schap schoon te maken. 1,5 2,0 2,5 3,0 M10 x 35 mm. M12, M14, M16 x 45 mm Standaardbout N·m (kgf-cm) 150 M14 Aanhaalmoment De kracht die vereist is voor het vast­ draaien van een bout hangt af van het materiaal en de afmeting van de bout, en het materiaal waarin de bout gedraaid wordt. De aanhaaltijd moet daarop worden aangepast. De onderstaande waarden zijn bedoeld als referentie. (De feitelijke waarden kunnen v e r s c h i l­ l e n a f h a n k e l i j k v a n d e aanhaalomstandig­heden.) Het aanhaalmoment wordt beïnvloed door een groot aantal factoren, die hierna worden beschreven. Controleer het aanhaalmoment altijd met een momentsleutel. 1,0 Aanhaaltijd (sec.) VI. AANHAALMOMENT Factoren die het aanhaal­ moment beïnvloeden 0,5 100 M12 50 M10 M8 M6 0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 Aanhaaltijd (sec.) Bout Moer - 65 - Onderlegring Plaatstaal dikte 10 mm (3/8") Onderlegring Veerring • Universeelkoppeling Aanhaalomstandigheden • De volgende bouten zijn gebruikt. Standaardbout: Sterktetype 4,8 Hoogwaardig type 12,9 • Boorhouderadapter Verklaring van sterktetype 4,8 Vloeigrens van bout (80% van trekvastheid) 32 kgf/mm2 (45000 psi) Trekvastheid van bout 40 kgf/mm2 (56000 psi) VII. ACCESSOIRES 2) Aanhaaltijd Een langere aanhaaltijd resulteert in een hoger aanhaalmoment. Een hoog aanhaalmoment heeft echter geen toegevoegde waarde en verkort de levensduur van het gereedschap. 3) Verschillende boutdiktes De boutdikte is van invloed op het aanhaalmoment van de bout. Over het algemeen neemt het aanhaal­moment toe naarmate de bout dikker wordt. 4) Aanhaalomstandigheden Het aanhaalmoment is zelfs bij dezelfde type bouten afhankelijk van de kwaliteit, de lengte en de torsiecoëfficiënt (een bij de productie door de fabrikant vastgestelde coëfficiënt). Het aanhaalmoment is zelfs bij het­ zelfde bevestigingsmateriaal (b.v. staal) afhankelijk van de afwerkingslaag van het materiaal. Het aanhaalmoment neemt aanzienlijk af wanneer de bout en moer met elkaar meedraaien. 5) Speling in de dopsleutel Het aanhaalmoment neemt af als voor het vastdraaien van een bout een ver­keerde dopsleutel wordt gebruikt. 6) Startschakelaar (startschakelaar met variabele toerentalregeling) Het aanhaalmoment is lager wanneer de schakelaar van het gereedschap niet volledig is ingedrukt. 7) Invloed van een adapter Het aanhaalmoment neemt af bij gebruik van een universeelkoppeling of een boorhouderadapter. - 66 - Boorkop • EY9HX409E Gebruiken met een schroevendraaierbit, houtboorbit of metaalboorbit met een rechte schacht en een diameter van 1,5 mm tot 10 mm. Universeelkoppeling (in de handel verkrijgbaar) Boorhouderadapter (in de handel verkrijgbaar) VIII. AANBEVOLEN MAXIMALE CAPACITEITEN Model EY7542 ø 9,5 mm (3/8") ø 6,2 mm (1/4") ø 6 mm (15/64") ø 6 mm (15/64") Standaardbout: M14 Bout met hoge trekvastheid: M12 ø 10 mm (25/64") ø 21 mm (53/64") Hamerboor stand Houtschroef Schroefboor stand Schro­even Hamerboor stand Zelfborende schroef Schroefboor stand Bouten vastdraaien Boor Hamerboor stand Staal Hout Schroefboor stand IX. TECHNISCHE GEGEVENS GEREEDSCHAP Model Motor Onbelast toerental Maximaal aanhaalmoment Koppelingsdraaimoment Totale lengte Gewicht (met accu: EY9L40) Gewicht (met accu: EY9L41) Geluid Trillingen EY7542 14,4 V gelijkstroom Hamerboor stand: 0 – 2350 min-1 (tpm) Schroefboor stand: 0 – 700 min-1 (tpm) Hamerboor stand: 140 N·m (1430 k f-cm, 1239 in-lbs) Schroefboor stand: 14,0 N·m (143 k f-cm, 124 in-lbs) Ong. 0,7 N·m (7 k f-cm, 6,2 in-lbs) – 4,4 N·m (45 k f-cm, 39 in-lbs) 193 mm (7-1/2") 1,65 k (3,6 lbs) 1,7 k (3,7 lbs) Zie het ingesloten sheet. ACCU Model Soort accu Accuspanning Capaciteit EY9L40 EY9L41 Li-ion accu 14,4 V gelijkstroom (3,6 V × 4 cellen) 3 Ah 3,3 Ah ACCULADER Model Toelaatbaar vermogen Gewicht EY0L80 Zie het specificatieplaatje op de onderkant van de acculader. 0,95 k (2,1 lbs) - 67 - [Li-ion accu] Laadtijd Laadtijd 3 Ah 3,3 Ah 14,4 V EY9L40 21,6 V EY9L60 28,8 V EY9L80 Bruikbaar: 35 min. Bruikbaar: 45 min. Bruikbaar: 55 min. Vol: 50 min. Vol: 60 min. Vol: 70 min. 14,4 V EY9L41 Bruikbaar: 45 min. Vol: 60 min. [Ni-MH/Ni-Cd accu] 1,2 Ah 7,2 V EY9065 EY9066 1,7 Ah Laadtijd 9,6 V 12 V EY9080 EY9001 EY9086 20 min. EY9180 EY9101 EY9182 EY9103 25 min. EY9106 EY9188 EY9107 EY9108 30 min. 15,6 V 18 V 24 V EY9136 EY9116 EY9117 3 Ah EY9200 EY9230 45 min. EY9210 90 min. 3,5 Ah EY9201 EY9231 55 min. 2 Ah EY9168 60 min. EY9251 65 min. OPMERKING: In deze tabel zijn mogelijk modellen opgenomen die niet in de handel verkrijgbaar zijn. Zie de meest recente algemene catalogus. OPMERKING: Zie de ingesloten garantiekaart voor de naam en het adres van de dealer. - 68 -
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160

Panasonic EY7542 de handleiding

Categorie
Boormachines
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor