Makita LS0714L Handleiding

Categorie
Cirkelzagen
Type
Handleiding
54
NEDERLANDS
Verklaring van algemene gegevens
1 Aanslagpen
2Bout
3 Stelbout
4 Beschermkap A
5 Vleugelschroef
6 Zaagsnedeplaat
7 Zaagblad
8 Zaagbladtanden
9 Linkse schuine snede
10 Rechte snede
11 Draaitafel
12 Geleider
13 Bovenvlak van draaitafel
14 Omtrek van zaagblad
15 Stelschroef
16 Aanslagarm
17 Vergrendelnok
18 Verstekschaal
19 Wijzer
20 Handgreep
21 Hendel
22 Vrijmakingsknop
23 Schuine-hoek schaal
24 Arm
25 Schroef
26 Ontgrendelknop
27 Trekschakelaar
28 Handvat
29 Lamp
30 Lampschakelaar
31 Laserschakelaar
32 Sleutelhouder
33 Stanghouder
34 Middenkap
35 Dopsleutel
36 Zeskante bout
37 Veiligheidskap
38 Asblokkering
39 Pijltje
40 Zaagbladkast
41 Zeskante bout (linkse schroef-
draad)
42 Buitenflens
43 Binnenflens
44 As
45 Stofzak
46 Verbindingsstuk
47 Sluitstrip
48 Steun
49 Spanschroefarm
50 Spanschroefstang
51 Houder
52 Houdermontage
(los verkrijgbaar accessoire)
53 Spanschroefknop
54 Uitsteeksel
55 Spanschroefas
56 Voetstuk
57 Stang 12
58 Twee klemschroeven voor
bevestiging van de sledestang
59 Twee klemschroeven voor
bevestiging van de sledestang
60 Spanschroef
61 Vulblok
62 Aluminium werkstuk
63 Meer dan 15 mm
64 Meer dan 420 mm
65 Gaten
66 Stelplaat
67 Groeven zagen met het zaag-
blad
68 Driehoeksliniaal
69 Armhouder
70 Stelbout voor 0° schuine hoek
71 Stelbout voor 45° linkse schuine
hoek
72 Werkstuk
73 Zaaglijn
74 Verticale spanschroef
75 Naar buiten trekken
76 Duwen
77 Lampkast
78 Schroeven
79 TL-buis
80 Schroevendraaier
81 Schroef (één stuk)
82 Laserstraallens
83 Limietmarkering
84 Borstelhouderdop
85 Beschermkap B
(voor Europese landen)
86 Zaagselopvangdoos
87 Klep
88 Knop
89 Cilinder
90 Zaagsel
TECHNISCHE GEGEVENS
Model LS0714/LS0714F/LS0714FL/LS0714L
Diameter zaagblad.............................................................................................................................................. 190 mm
Diameter zaagbladgat (asgat)............................................................................................................................... 20 mm
Max. verstekhoek ...........................................................................................................................Links 47°, Rechts 57°
Max. schuine hoek ...........................................................................................................................Links 45°, Rechts 5°
Max. zaagcapaciteiten (H x B) met een zaagblad van 190 mm diameter
(Opmerking)
Het * teken duidt aan dat een houten hulpstuk van de volgende dikte wordt gebruikt.
1: Bij gebruik van een houten hulpstuk met een dikte van 20 mm.
2: Bij gebruik van een houten hulpstuk met een dikte van 15 mm.
3: Bij gebruik van een houten hulpstuk met een dikte van 10 mm.
Verstekhoek
Schuine hoek
45° (links) 45° (rechts)
*45 mm x 265 mm
(Opmerking 1)
*60 mm x 265 mm
(Opmerking 1)
40 mm x 300 mm 52 mm x 300 mm 40 mm x 300 mm
45° (links en rechts)
*45 mm x 185 mm
(Opmerking 2)
*60 mm x 185 mm
(Opmerking 2)
40 mm x 212 mm 52 mm x 212 mm
57° (rechts)
*60mmx145mm
(Opmerking 3)
52 mm x 163 mm
55
Toerental onbelast (min
–1
)....................................................................................................................................... 6 000
Lasertype (LS0714FL/L)............................................................................. Rode laser 650 nm, <1mW (Laser Klasse 2)
Afmetingen (L x B x H) .......................................................................................................670 mm x 430 mm x 458 mm
Netto gewicht.............................................LS0714: 12,5 kg, LS0714F: 12,8 kg, LS0714FL: 13,1 kg, LS0714L: 13,0 kg
In verband met ononderbroken research en ontwikke-
ling, behouden wij ons het recht voor de bovenstaande
technische gegevens zonder voorafgaande kennisge-
ving te wijzigen.
Opmerking: De technische gegevens kunnen van land
tot land verschillen.
Doeleinden van gebruik
Dit gereedschap is bedoeld voor nauwkeurig recht zagen
en verstekzagen in hout. Bij gebruik van de geschikte
zaagbladen kan ook aluminium worden gezaagd.
Stroomvoorziening
Het gereedschap mag alleen worden aangesloten op
een stroombron van hetzelfde voltage als aangegeven op
de naamplaat, en kan alleen op enkel-fase wisselstroom
worden gebruikt. Het gereedschap is dubbel-geïsoleerd
volgens de Europese standaard en kan derhalve ook op
een niet-geaard stopcontact worden gebruikt.
Veiligheidswenken
Voor uw veiligheid dient u de bijgevoegde Veiligheids-
voorschriften nauwkeurig op te volgen.
AANVULLENDE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR HET
GEREEDSCHAP
1. Draag oogbescherming.
2. Houd uw handen uit de buurt van het zaagblad.
Raak het freewheelende zaagblad niet aan, aange-
zien dit nog ernstige verwonding kan veroorzaken.
3. Gebruik de zaag niet zonder dat de veiligheids-
kappen zijn aangebracht.
Controleer vóór elk gebruik of de veiligheidskap
goed sluit. Gebruik de zaag niet indien de veilig-
heidskap niet goed beweegt en niet snel over het
zaagblad sluit. Klem of bind de veiligheidskap
nooit in de geopende stand vast.
4. Zaag nooit met het werkstuk in uw hand. Gebruik
altijd de spanschroef om het werkstuk goed vast te
zetten op het draaibaar voetstuk en tegen de gelei-
der. Gebruik nooit uw hand om het werkstuk tijdens
het zagen vast te houden.
5. Reik nooit in de nabijheid van het zaagblad.
6. Schakel het gereedschap uit en wacht totdat het
zaagblad volledig tot stilstand is gekomen alvo-
rens het werkstuk te verwijderen of instellingen
te veranderen.
7. Trek de stekker uit het stopcontact alvorens het
zaagblad te verwisselen of onderhoud aan het
gereedschap uit te voeren.
8. Zet altijd alle bewegende onderdelen vast alvo-
rens het gereedschap te dragen.
9. De aanslagpen die de zaagkop in de omlaagposi-
tie vergrendelt, wordt alleen gebruikt voor het
dragen en opbergen van het gereedschap en
niet voor zaagbedieningen.
10. Gebruik het gereedschap niet in de nabijheid van
ontvlambare gassen of vloeistoffen.
11. Controleer het zaagblad zorgvuldig op barsten of
beschadiging, alvorens het gereedschap te gebrui-
ken. Een gebarsten of beschadigd zaagblad dient
onmiddellijk te worden vervangen.
12. Gebruik alleen flenzen die voor dit gereedschap zijn
bestemd.
13. Pas op dat u de as, de flenzen (vooral hun montage-
vlak) of de bout niet beschadigt. Beschadiging van
deze onderdelen kan zaagbladbreuk veroorzaken.
14. Zorg dat het draaibaar voetstuk goed vastgezet is,
zodat het tijdens het zagen niet kan bewegen.
15. Verwijder voor uw eigen veiligheid zaagafval, stukjes
hout e.d. van de werktafel alvorens te gaan zagen.
16. Vermijd het zagen op spijkers. Inspecteer het werk-
stuk en verwijder alle eventuele spijkers alvorens
met het zagen te beginnen.
17. Zet de asvergrendeling in de vrije stand alvorens de
trekschakelaar in te drukken.
18. Zorg ervoor dat het zaagblad in zijn laagste positie
niet in aanraking komt met het draaibaar voetstuk.
19. Houd het handvat stevig vast. Denk eraan dat de
zaag bij het starten en stoppen even op- en neer-
gaat.
20. Zorg dat het zaagblad bij het inschakelen niet in con-
tact is met het werkstuk.
21. Laat het gereedschap een tijdje draaien alvorens het
op het werkstuk te gebruiken. Controleer op trillin-
gen of schommelingen die op onjuiste installatie of
op een slecht gebalanceerd zaagblad kunnen wij-
zen.
22. Wacht totdat het zaagblad op volle toeren draait,
alvorens het werkstuk te zagen.
23. Stop onmiddellijk met zagen indien u iets abnor-
maals opmerkt.
24. Probeer niet om de trekschakelaar in de INGE-
SCHAKELD positie te vergrendelen.
25. Laat uw aandacht nooit verslappen, vooral niet wan-
neer het werk saai is en uit herhalingen bestaat.
Laat u niet door een vals gevoel van veiligheid mis-
leiden, aangezien zaagbladen altijd uiterst gevaarlijk
zijn.
26. Gebruik uitsluitend de accessoires die in deze
gebruiksaanwijzing worden aanbevolen. Het gebruik
van ongeschikte accessoires, zoals slijpschijven,
kan verwonding veroorzaken.
27. Gebruik de zaag niet voor het zagen van andere
materialen dan aluminium, hout of soortgelijk
materiaal.
28. Sluit verstekzagen tijdens het zagen aan op een
stofvanginrichting.
29. Selecteer de zaagbladen in overeenstemming
met het te zagen materiaal.
30. Wees voorzichtig wanneer u gleuven zaagt.
31. Vervang de zaagsnedeplaat wanneer deze ver-
sleten is.
32. Gebruik geen zaagbladen die van sneldraaistaal
zijn gemaakt.
33. Sommig stofafval van de zaagbediening bevat
chemicaliën die kanker, geboorteafwijkingen of
andere voortplantingsdefecten kunnen veroorza-
ken. Een paar voorbeelden van deze chemicaliën
zijn:
llood van materiaal dat met loodhoudende inkt
is geverfd
larseen en chroom van chemisch behandeld
timmerhout
56
Het gevaar van blootstelling hangt af van hoe
vaak u dit soort werk uitvoert. Om blootstelling
aan deze chemicaliën tot een minimum te beper-
ken, dient u in een goed geventileerde omgeving
te werken en gebruik te maken van goedge-
keurde veiligheidsapparatuur zoals stofmaskers
die speciaal ontworpen zijn voor het filtreren van
microscopische deeltjes.
34. Zorg altijd dat het zaagblad scherp en schoon is
om het voortgebrachte geluid tot een minimum
te beperken.
35. De gebruiker dient volledig vertrouwd te zijn met
het gebruik, de afstelling en de bediening van
het gereedschap.
36. Gebruik juist aangescherpte zaagbladen. Neem
altijd de maximale snelheid, die op het zaagblad
is aangeduid, in acht.
37. Probeer niet om afgezaagde stukken of andere
delen van het werkstuk uit het zaaggebied te ver-
wijderen terwijl het gereedschap nog draait en
de zaagkop niet in de uitgangspositie staat.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
INSTALLEREN
Op een werktafel monteren
Bij de verzending uit de fabriek is het handvat door mid-
del van de aanslagpen in de omlaagpositie vergrendeld.
Ontgrendel de aanslagpen door het handvat ietwat
omlaag te drukken en aan de aanslagpen te trekken.
(Fig. 1)
Dit gereedschap dient op een effen en stabiel oppervlak
te worden gemonteerd door gebruik te maken van de
boutgaten in de voet van het gereedschap. Hierdoor
wordt voorkomen dat het gereedschap omkantelt en
mogelijk verwondingen veroorzaakt. (Fig. 2)
Draai de stelbout naar rechts of naar links totdat deze
met het vloeroppervlak in contact komt om het gereed-
schap stabiel te houden. (Fig. 3)
BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvo-
rens de functies op het gereedschap te controleren of
af te stellen.
Beschermkap (Fig. 4 en 5)
Wanneer het handvat omlaag wordt gebracht, gaat
beschermkap A automatisch omhoog. Beschermkap B
gaat omhoog wanneer deze het werkstuk raakt. De
beschermkappen zijn veerbelast zodat deze naar hun
oorspronkelijke posities terugkeren wanneer het zagen is
voltooid en het handvat omhoog wordt gebracht. ZET DE
BESCHERMKAP NOOIT VAST EN VERWIJDER NOOIT
DE BESCHERMKAP OF DE VEER DIE ERAAN IS
BEVESTIGD.
Voor uw persoonlijke veiligheid dienen de beschermkap-
pen altijd in goede staat te worden gehouden. Elke onre-
gelmatigheid in de werking van de beschermkap dient
onmiddellijk te worden gerepareerd. Controleer of de
veer goed werkt zodat de beschermkap goed terugkeert.
GEBRUIK HET GEREEDSCHAP NOOIT WANNEER DE
BESCHERMKAP OF DE VEER BESCHADIGD,
DEFECT, OF VERWIJDERD ZIJN. DIT IS NAMELIJK
BIJZONDER GEVAARLIJK EN KAN ERNSTIGE VER-
WONDINGEN VEROORZAKEN.
Als de transparante beschermkap vuil is of met zaagsel
is bedekt zodat het zaagblad niet meer goed zichtbaar is,
verwijder dan de stekker uit het stopcontact en maak de
beschermkap met een bevochtigde doek goed schoon.
Gebruik voor het reinigen van de plastic beschermkap
nooit oplosmiddelen of benzinehoudende schoonmaak-
middelen.
Als de beschermkap erg vuil is zodat het zaagblad moei-
lijk te zien is, gebruik dan de bijgeleverde dopsleutel om
de zeskante bout van de middenkap los te draaien. Draai
de zeskante bout linksom los en breng de beschermkap
en de middenkap omhoog. In deze positie kan de
beschermkap grondiger en gemakkelijker worden
schoongemaakt. Voer deze procedure in de omgekeerde
volgorde uit en draai de bout weer vast nadat het
schoonmaken is voltooid. Verwijder de veer van de
beschermkap niet. Wanneer de beschermkap door
ouderdom of blootstelling aan ultraviolet-licht verkleurd is
geraakt, neem dan contact op met een Makita service-
centrum voor een nieuwe beschermkap. DE
BESCHERMKAP NOOIT VASTZETTEN OF VERWIJDE-
REN.
Afstellen van de zaagsnedeplaten (Fig. 6 en 7)
Om scheuren op de uitlaatkant van een snede tot een
minimum te beperken, is dit gereedschap voorzien van
zaagsnedeplaten in de draaitafel. De zaagsnedeplaten
zijn in de fabriek zodanig afgesteld dat het zaagblad niet
met de zaagsnedeplaten in aanraking komt. Stel de
zaagsnedeplaten als volgt af alvorens de zaag in gebruik
te nemen:
Trek eerst de stekker uit het stopcontact. Draai alle
schroeven (2 aan de linkerzijde en 2 aan de rechterzijde)
waarmee de zaagsnedeplaten zijn vastgemaakt los. Trek
de schroeven weer aan in zulke mate dat de zaagsnede-
platen nog gemakkelijk met de hand kunnen worden
bewogen. Breng het handvat volledig omlaag en druk de
aanslagpen naar binnen om het handvat in de omlaagpo-
sitie te vergrendelen. Draai de twee klemschroeven
waarmee de sledestangen zijn vastgemaakt los. Trek de
slede helemaal naar u toe. Stel de positie van de
zaagsnedeplaten af zodat deze net in aanraking komen
met de zijkanten van de zaagbladtanden. Trek de voorste
schroeven aan (niet te hard aantrekken). Duw de slede
zo ver mogelijk naar de geleider en stel de positie van de
zaagsnedeplaten zodanig af dat deze net in aanraking
komen met de zijkanten van de zaagbladtanden. Trek de
achterste schroeven aan (niet te hard aantrekken).
Nadat de zaagsnedeplaten zijn afgesteld, ontgrendelt u
de aanslagpen en brengt u het handvat omhoog. Trek
vervolgens alle schroeven stevig aan.
LET OP:
Stel de zaagsnedeplaten altijd op de bovenstaande
manier af telkens voordat of nadat u de schuine hoek
wijzigt.
57
Handhaven van de maximale zaagcapaciteit
(Fig. 8 en 9)
Deze zaag is in de fabriek ingesteld voor het leveren van
maximale zaagcapaciteit met een 190 mm zaagblad.
Wanneer u een nieuw zaagblad installeert, dient u altijd
de laagste positie van het zaagblad te controleren en
indien nodig als volgt af te stellen:
Trek eerst de stekker uit het stopcontact. Duw de slede
zo ver mogelijk naar de geleider en breng het handvat
volledig omlaag. Gebruik de dopsleutel en verdraai de
stelbout totdat de omtrek van het zaagblad een beetje
onder het bovenvlak van de draaitafel komt te zitten op
het punt waar het voorvlak van de geleider in aanraking
komt met het bovenvlak van de draaitafel.
Zorg dat de stekker uit het stopcontact is verwijderd en
draai met de hand het zaagblad rond terwijl u het hand-
vat volledig omlaag gedrukt houdt, en controleer of het
zaagblad met geen enkel deel van het onderste voetstuk
in aanraking komt. Stel opnieuw een beetje af, indien
nodig.
LET OP:
Na het installeren van een nieuw zaagblad, dient u
altijd te controleren of het zaagblad met geen enkel
deel van het onderste voetstuk in aanraking komt wan-
neer het handvat volledig omlaag is gebracht. Trek voor
deze controle altijd de stekker van het gereedschap uit
het stopcontact.
Aanslagarm (Fig. 10)
Met de aanslagarm kunt u de laagste positie van het
zaagblad gemakkelijk instellen. Stel in door de aan-
slagarm in de richting van het pijltje te bewegen, zoals
afgebeeld. Stel de stelschroef zodanig in dat het zaag-
blad bij de gewenste positie stopt wanneer het handvat
volledig omlaag wordt gebracht.
Instellen van de verstekhoek (Fig. 11)
Draai de handgreep naar links los. Verdraai de draaitafel
terwijl u de vergrendelnok ingedrukt houdt. Beweeg de
handgreep naar de positie waar de wijzer de gewenste
hoek op de verstekschaal aanwijst en draai dan de hand-
greep weer stevig naar rechts vast.
LET OP:
Voor het verdraaien van de draaitafel dient u het hand-
vat in de hoogste positie te plaatsen.
Na het wijzigen van de verstekhoek, dient u de draaita-
fel altijd vast te zetten door de handgreep stevig vast te
draaien.
Instellen van de schuine hoek (Fig. 12 en 13)
Om de schuine hoek in te stellen, draait u de hendel op
de achterkant van het gereedschap naar links los.
Duw het handvat naar links om het zaagblad te kantelen
totdat de wijzer naar de gewenste hoek op de schuine-
hoek schaal wijst. Draai daarna de hendel weer stevig
naar rechts vast om de arm te vergrendelen.
Om het zaagblad naar rechts te kantelen, drukt u de vrij-
makingsknop op de achterkant van het gereedschap in
terwijl u het zaagblad ietwat naar links kantelt nadat de
hendel is losgedraaid. Houd de vrijmakingsknop inge-
drukt en kantel het zaagblad naar rechts.
LET OP:
• Voor het schuin zetten van het zaagblad dient u het
handvat in de hoogste positie te plaatsen.
Na het wijzigen van de schuine hoek, dient u altijd de
arm vast te zetten door de hendel naar rechts vast te
draaien.
Wanneer u de schuine hoek wijzigt, dient u de
zaagsnedeplaten in de juiste positie te zetten zoals
beschreven in “Afstellen van de zaagsnedeplaten”.
Afstellen van de hendelpositie (Fig. 14)
Indien de hendel niet stevig kan worden vastgedraaid,
kunt u de positie ervan bij elke hoek met 30° afstellen.
Draai de bevestigingsschroef van de hendel op de ach-
terkant van het gereedschap los en verwijder de schroef.
Verwijder de hendel en installeer hem opnieuw zodat hij
ietwat boven het niveau komt. Maak de hendel stevig
vast met de schroef.
Werking van de schakelaar
LET OP:
Alvorens de stekker in een stopcontact te steken, moet
u altijd controleren of de trekschakelaar goed werkt en
bij het loslaten naar de “OFF” (uitgeschakeld) positie
terugkeert.
• Verwijder de ontgrendelknop en bewaar hem op een
veilige plaats wanneer u het gereedschap niet gebruikt.
Hierdoor voorkomt u ongeoorloofd gebruik van het
gereedschap.
Druk de trekschakelaar niet hard in zonder dat de ont-
grendelknop is ingedrukt. Hierdoor kan de schakelaar
namelijk breken.
Voor Europese landen (Fig. 15)
Een ontgrendelknop is voorzien om te voorkomen dat de
trekschakelaar per ongeluk wordt ingedrukt. Om het
gereedschap te starten, duw de hendel naar links, druk
de ontgrendelknop in, en druk vervolgens de trekschake-
laar in. Laat de trekschakelaar los om het gereedschap
te stoppen.
Voor alle niet-Europese landen (Fig. 16)
Een ontgrendelknop is voorzien om te voorkomen dat de
trekschakelaar per ongeluk wordt ingedrukt. Om het
gereedschap te starten, druk de ontgrendelknop in en
druk vervolgens de trekschakelaar in. Laat de trekscha-
kelaar los om het gereedschap te stoppen.
WAARSCHUWINGEN:
Gebruik het gereedschap NOOIT met een defecte trek-
schakelaar. Elk gereedschap met een defecte schake-
laar is UITERST GEVAARLIJK en moet worden
gerepareerd alvorens het verder wordt gebruikt.
Voor uw veiligheid is dit gereedschap voorzien van een
ontgrendelknop die ongewild starten van het gereed-
schap voorkomt. Gebruik het gereedschap NOOIT
indien het gaat draaien wanneer u gewoon de trek-
schakelaar indrukt zonder de ontgrendelknop in te
drukken. Breng het naar een Makita servicecentrum
voor reparatie ALVORENS het verder te gebruiken.
• Zet de ontgrendelknop NOOIT vast met plakband en
belemmer nooit het doel en de functie ervan.
58
Aanzetten van de lampen (Fig. 17)
Voor de modellen LS0714F, LS0714FL
LET OP:
De lamp is niet waterdicht. Was de lamp niet in water
en gebruik hem niet in de regen of in een natte omge-
ving. Dit kan namelijk een elektrische schok en uitwa-
seming veroorzaken.
Raak de lens van de lamp niet aan, daar deze tijdens of
onmiddellijk na het gebruik uiterst heet is en brandwon-
den kan veroorzaken.
Stel de lamp niet bloot aan schokken of stoten, aange-
zien de lamp hierdoor beschadigd kan raken of minder
lang zal meegaan.
Richt de stralenbundel van de lamp niet langdurig naar
uw ogen. Dit kan namelijk oogletsel veroorzaken.
Bedek de brandende lamp niet met een doek, papier,
karton of soortgelijke voorwerpen. Dit kan namelijk
brand of ontbranding veroorzaken.
Druk op het bovenste gedeelte van de schakelaar om de
lamp aan te zetten, en op het onderste gedeelte om de
lamp uit te doen.
Beweeg de lamp om de gewenste plek te verlichten.
OPMERKING:
• Gebruik een droge doek om vuil op de lens van de
lamp eraf te vegen. Pas op dat u geen krassen maakt
op de lens, omdat de verlichtingssterkte hierdoor zal
verminderen.
Werking van de laserstraal (Fig. 18 en 19)
Voor de modellen LS0714FL, LS0714L
LET OP:
Kijk nooit in de laserstraal. Een directe laserstraal kan
oogletsel veroorzaken.
Om de laser in te schakelen, drukt u op de bovenkant (I)
van de schakelaar. Druk op de onderkant (O) om de
laser uit te schakelen.
U kunt de laserlijn verplaatsen naar de linker- of rechter-
zijde van het zaagblad door de stelschroef als volgt in te
stellen.
1. Draai de stelschroef naar links los.
2. Schuif de losgedraaide stelschroef zo ver mogelijk
naar links of rechts.
3. Draai de stelschroef stevig vast bij de positie waar
deze niet verder kan worden verschoven.
De laserlijn is in de fabriek zodanig ingesteld dat deze
zich binnen 1 mm vanaf het zijvlak van het zaagblad
(zaagpositie) bevindt.
OPMERKING:
Wanneer de laserlijn duister is en moeilijk of helemaal
niet zichtbaar is vanwege direct zonlicht in de werkplek
binnenshuis of buitenshuis, dient u een andere werk-
plek die niet blootstaat aan direct zonlicht te kiezen.
Afstellen van de laserlijn (Fig. 20)
U kunt de laserlijn verplaatsen naar de linker- of rechter-
zijde van het zaagblad, afhankelijk van de zaagbewer-
king. Voor het verplaatsen van de laserlijn, zie de uitleg
onder “Werking van de laserstraal”.
OPMERKING:
Plaats een houten hulpstuk tegen de geleider wanneer
u de zaaglijn instelt met de laserlijn aan de zijkant van
de geleider voor gecombineerd zagen (45° schuine
hoek en 45° rechtse verstekhoek).
A) Wanneer u de juiste afmeting krijgt aan de linker-
zijde van het werkstuk
Verplaats de laserlijn naar de linkerzijde van het
zaagblad.
B) Wanneer u de juiste afmeting krijgt aan de rechter-
zijde van het werkstuk
• Verplaats de laserlijn naar de rechterzijde van het
zaagblad.
Doe de zaaglijn op het werkstuk overeenkomen met de
laserlijn.
INEENZETTEN
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens enig
werk aan het gereedschap uit te voeren.
Opbergen van de dopsleutel (Fig. 21)
De dopsleutel wordt opgeborgen zoals afgebeeld. Trek
de dopsleutel uit de sleutelhouder om hem te gebruiken.
Berg hem na het gebruik weer op in de sleutelhouder.
Installeren of verwijderen van het zaagblad
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens het
zaagblad te installeren of te verwijderen.
Gebruik voor het installeren of verwijderen van het
zaagblad uitsluitend de bijgeleverde Makita dopsleutel.
Doet u dit niet, dan kan de zeskante bout te vast of te
los worden aangedraaid. Dit kan leiden tot persoonlijke
verwonding.
Druk de aanslagpen in om het handvat in de omhoogpo-
sitie te vergrendelen. (Fig. 22)
Om het zaagblad te verwijderen, gebruik de dopsleutel
om de zeskante bout, die de middenkap op haar plaats
houdt, naar links los te draaien. Breng de beschermkap
en de middenkap omhoog. (Fig. 23)
Druk de asblokkering in om de as te vergrendelen en
draai met de dopsleutel de zeskante bout naar rechts los.
Verwijder vervolgens de zeskante bout, de buitenflens en
het zaagblad. (Fig. 24)
Om het zaagblad te installeren, monteert u het zaagblad
zorgvuldig op de as, ervoor zorgend dat de pijltjes op het
zaagblad en op de zaagbladkast in dezelfde richting wij-
zen. Monteer de buitenflens en de zeskante bout, en
draai met de dopsleutel de zeskante bout (linkse schroef-
draad) stevig naar links vast terwijl u daarbij de asblokke-
ring ingedrukt houdt.
59
Breng de beschermkap en de middenkap terug naar hun
oorspronkelijke positie. Draai daarna de zeskante bout
naar rechts vast om de middenkap vast te zetten. Trek de
aanslagpen naar buiten om de omhoogpositie van het
handvat te ontgrendelen. Breng het handvat omlaag om
te controleren of de beschermkap goed beweegt. Zet de
asblokkering in de vrije stand alvorens te gaan zagen.
(Fig. 25 en 26)
Stofzak (accessoire) (Fig. 27)
Door de stofzak te gebruiken wordt het zaagsel opgevan-
gen en kunt u schoon werken. Om de stofzak te bevesti-
gen, monteert u hem op het verbindingsstuk.
Wanneer de stofzak ongeveer halfvol is, maakt u hem los
van het gereedschap en trekt u de sluitstrip eruit. Maak
de stofzak leeg en tik er zachtjes op voor het verwijderen
van achtergebleven stofdeeltjes die verdere stofopvan-
ging zouden kunnen belemmeren.
OPMERKING:
U kunt doeltreffender en schoner werken door een
Makita stofzuiger op het gereedschap aan te sluiten.
Zaagselopvangdoos (accessoire)
(zie afb. 28, 29 en 30)
Bevestig de zaagselopvangdoos op de afzuigaansluit-
mond.
Maak de zaagselopvangdoos zo snel mogelijk na met
werk leeg.
Om de zaagselopvangdoos leeg te maken, opent u de
klep door op de knop te drukken en gooit u het zaagsel
weg. Zet de klep terug in de oorspronkelijke stand zodat
deze wordt vergrendeld. U kunt de zaagselopvangdoos
eenvoudig verwijderen door deze vlakbij de afzuigaan-
sluitmond te draaien en naar achteren van het gereed-
schap af te trekken.
OPMERKING:
Als u een Makita-stofzuiger op het gereedschap aan-
sluit, kunt u nog efficiënter en schoner werken.
LET OP:
• Maak de zaagselopvangdoos leeg voordat het verza-
melde zaagsel in de cilinder komt.
Vastzetten van het werkstuk (Fig. 31)
WAARSCHUWING:
Het is uiterst belangrijk dat u het werkstuk altijd juist en
stevig vastzet met behulp van de spanschroef. Als u dit
niet doet, kan het gereedschap beschadiging oplopen
en/of het werkstuk worden vernield. OOK PERSOON-
LIJK LETSEL KAN HET GEVOLG ZIJN. Nadat het
zagen is voltooid, mag u de zaag NIET omhoogbren-
gen voordat het zaagblad volledig tot stilstand is geko-
men.
LET OP:
Bij het zagen van lange werkstukken moet u steunen
gebruiken die even hoog zijn als het bovenvlak van de
draaitafel. Verlaat u niet alleen op de verticale en/of
horizontale spanschroef om het werkstuk op zijn plaats
te houden.
Dun materiaal hangt gemakkelijk door. Ondersteun het
werkstuk over zijn hele lengte om vastklemmen van het
zaagblad en mogelijke TERUGSLAG te voorkomen.
Verticale spanschroef (Fig. 32)
De verticale spanschroef kan in twee posities, aan de lin-
kerzijde of rechterzijde van de geleider of de houdermon-
tage (los verkrijgbaar accessoire), worden geïnstalleerd.
Steek de stang van de spanschroef in het gat in de gelei-
der of houdermontage en trek de schroef aan om de
stang vast te zetten.
Zet de arm van de spanschroef in de positie die geschikt
is voor de dikte en vorm van het werkstuk, en zet de arm
vast door de schroef vast te draaien. Indien de bevesti-
gingsschroef van de arm in aanraking komt met de gelei-
der, moet u de schroef op de tegenovergestelde zijde
van de arm monteren. Controleer of geen enkel deel van
het gereedschap in aanraking komt met de spanschroef
wanneer het handvat volledig omlaag wordt gebracht en
de zaagslede zo ver mogelijk wordt getrokken of
geduwd. Indien dit wel het geval is, moet u de positie van
de spanschroef veranderen.
Druk het werkstuk vlak tegen de geleider en de draaita-
fel. Plaats het werkstuk in de gewenste zaagpositie en
zet het stevig vast door de knop van de spanschroef vast
te draaien.
LET OP:
Tijdens alle bedieningen moet het werkstuk door de
spanschroef stevig tegen de draaitafel en de geleider
worden gedrukt.
Horizontale spanschroef (los verkrijgbaar
accessoire) (Fig. 33)
De horizontale spanschroef kan aan de linkerzijde van de
gereedschapsvoet worden geïnstalleerd. Door de knop
van de spanschroef naar links te draaien wordt de span-
schroef in de vrije stand gezet en kunt u de
spanschroefas snel naar binnen en naar buiten bewe-
gen. Door de knop van de spanschroef naar rechts te
draaien wordt de spanschroef vastgezet. Om het werk-
stuk te grijpen, draait u de knop van de spanschroef
langzaam naar rechts totdat het uitsteeksel zijn hoogste
positie bereikt, en daarna draait u de knop stevig vast.
Indien de spanschroefknop naar binnen of naar buiten
wordt getrokken terwijl u hem naar rechts draait, kan het
uitsteeksel in een schuine positie stoppen. In dit geval
draait u de spanschroefknop terug naar links totdat de
spanschroef los komt, en dan draait u hem weer lang-
zaam naar rechts.
De maximale breedte van werkstukken die met de hori-
zontale spanschroef kunnen worden vastgezet is
120 mm.
LET OP:
Grijp het werkstuk alleen wanneer het uitsteeksel in
zijn hoogste positie staat. Als u dit niet doet, zal het
werkstuk mogelijk niet goed vastgezet zijn. Het werk-
stuk kan dan weggeslingerd worden, hetgeen bescha-
diging van het zaagblad, verlies van controle over het
gereedschap en mogelijke PERSOONLIJKE VER-
WONDING kan veroorzaken.
60
Houders en houdermontage (los verkrijgbare
accessoires) (Fig. 34 en 35)
U kunt de houders en de houdermontage aan beide zij-
den van het gereedschap aanbrengen om de werkstuk-
ken horizontaal te ondersteunen. Installeer deze
accessoires zoals afgebeeld. Draai daarna de schroeven
goed vast om de houders en de houdermontage vast te
zetten.
Gebruik de houder/stang montage (los verkrijgbaar
accessoire) voor het zagen van lange werkstukken. Deze
bestaat uit twee houdermontages en twee stangen 12.
LET OP:
Ondersteun lange werkstukken altijd op gelijke hoogte
met het bovenvlak van de draaitafel, om nauwkeurige
zaagsneden te krijgen en gevaarlijk controleverlies
over het gereedschap te voorkomen.
BEDIENING
LET OP:
Voordat u het gereedschap inschakelt, dient u het
handvat uit zijn omlaagpositie te halen door de aan-
slagpen naar buiten te trekken.
Zorg dat het zaagblad niet in aanraking is met het
werkstuk e.d. voordat u de trekschakelaar indrukt.
Oefen tijdens het zagen geen overmatige druk op het
handvat uit. Wanneer u te hard drukt, kan de motor
overbelast raken en/of de zaagcapaciteit verminderen.
Druk alleen zo hard als nodig is voor soepel zagen zon-
der dat de draaisnelheid van het zaagblad aanzienlijk
vermindert.
Druk het handvat zachtjes naar beneden om te zagen.
Indien het handvat met geweld omlaag wordt gedrukt
of zijwaartse druk erop wordt uitgeoefend, zal het
zaagblad trillen en een merkteken (zaagteken) in het
werkstuk achterlaten, en zal ook de zaagsnede minder
nauwkeurig zijn.
Voor glijdend zagen duwt u de zaagslede langzaam en
zonder te stoppen naar de geleider. Als de slede tij-
dens het zagen wordt gestopt, zal een merkteken in het
werkstuk achterblijven en zal de zaagsnede minder
nauwkeurig zijn.
1. Drukkend zagen (zagen van kleine werkstukken)
(Fig. 36)
Werkstukken die maximaal 50 mm hoog en 97 mm breed
zijn kunt u als volgt zagen.
Duw de slede zo ver mogelijk naar de geleider en zet de
slede vast door de twee klemschroeven van de slede-
stangen naar rechts vast te draaien. Zet het werkstuk
vast met de spanschroef. Schakel het gereedschap in
zonder dat het zaagblad met het werkstuk in contact is,
en wacht totdat het zaagblad op volle toeren draait.
Breng dan het handvat langzaam omlaag naar de laag-
ste positie om het werkstuk te zagen. Nadat het zagen is
voltooid, schakelt u het gereedschap uit. WACHT TOT-
DAT HET ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT STILSTAND IS
GEKOMEN alvorens het zaagblad naar zijn hoogste
positie terug te brengen.
LET OP:
Draai de twee klemschroeven van de sledestangen ste-
vig naar rechts vast zodat de slede tijdens het zagen
niet kan bewegen. Als deze schroeven niet goed vast-
zitten, kan het zaagblad onverwachts terugslaan, het-
geen ernstige PERSOONLIJKE VERWONDING kan
veroorzaken.
2. Glijdend (duwend) zagen (zagen van brede werk-
stukken) (Fig. 37)
Draai de twee klemschroeven van de sledestangen naar
links los zodat de slede vrij kan bewegen. Zet het werk-
stuk vast met de spanschroef. Trek de slede zo ver
mogelijk naar u toe. Schakel het gereedschap in zonder
dat het zaagblad met het werkstuk in contact is, en wacht
totdat het zaagblad op volle toeren draait. Druk het hand-
vat omlaag en DUW DE SLEDE NAAR DE GELEIDER
OM HET WERKSTUK TE ZAGEN. Nadat het zagen is
voltooid, schakelt u het gereedschap uit. WACHT TOT-
DAT HET ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT STILSTAND IS
GEKOMEN alvorens het zaagblad naar zijn hoogste
positie terug te brengen.
LET OP:
Voor glijdend zagen DIENT U EERST DE SLEDE ZO
VER MOGELIJK NAAR U TOE TE TREKKEN. Druk
dan het handvat omlaag tot in de laagste positie en
DUW DE SLEDE NAAR DE GELEIDER TOE. BEGIN
NOOIT MET ZAGEN WANNEER DE SLEDE NIET
VOLLEDIG NAAR U TOE IS GETROKKEN. Als u de
slede niet zo ver mogelijk naar u toe trekt of zaagt naar
uw richting toe, kan het zaagblad onverwachts worden
teruggeslagen, hetgeen ernstige PERSOONLIJKE
VERWONDING kan veroorzaken.
Glijdend zagen mag nooit worden uitgevoerd wanneer
het handvat in de laagste positie is vergrendeld door
het indrukken van de aanslagpen.
Draai de klemschroef van de slede nooit los terwijl het
zaagblad draait. Dit kan leiden tot ernstige verwonding.
3. Verstekzagen
Zie het gedeelte “Instellen van de verstekhoek” hierbo-
ven.
4. Schuine sneden zagen (Fig. 38)
Draai de hendel los en zet het zaagblad schuin om de
schuine hoek in te stellen (zie “Instellen van de schuine
hoek” hierboven). Draai daarna de hendel weer stevig
vast om de gekozen schuine hoek goed vast te houden.
Zet het werkstuk vast met een spanschroef. Zorg dat de
slede volledig naar u toe is getrokken. Schakel het
gereedschap in zonder dat het zaagblad met het werk-
stuk in contact is en wacht totdat het zaagblad op volle
toeren draait. Breng dan het handvat langzaam omlaag
naar de laagste positie door druk uit te oefenen evenwij-
dig met het zaagblad en DUW DE SLEDE NAAR DE
GELEIDER OM HET WERKSTUK TE ZAGEN. Nadat het
zagen is voltooid, schakelt u het gereedschap uit.
WACHT TOTDAT HET ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT
STILSTAND IS GEKOMEN alvorens het zaagblad naar
zijn hoogste positie terug te brengen.
LET OP:
Controleer tijdens het zagen van schuine sneden altijd
of het zaagblad in schuine richting naar beneden
beweegt. Houd uw handen uit de buurt van het zaag-
blad.
Tijdens het zagen van schuine sneden kan het gebeu-
ren dat het afgezaagde stuk tegen de zijkant van het
zaagblad komt te liggen. Indien het zaagblad omhoog
wordt gebracht terwijl het nog draait, kan dit stuk door
het draaiende zaagblad worden gegrepen zodat brok-
stukken in het rond worden geslingerd, hetgeen natuur-
lijk gevaarlijk is. Breng daarom het zaagblad omhoog
ALLEEN nadat het volledig tot stilstand is gekomen.
61
Wanneer u het handvat omlaag drukt, dient u druk uit
te oefenen evenwijdig met het zaagblad. Indien de druk
tijdens het zagen niet evenwijdig is met het zaagblad,
kan de hoek van het zaagblad verschuiven zodat de
zaagsnede minder nauwkeurig zal zijn.
5. Gecombineerd zagen
Gecombineerd zagen betekent dat het werkstuk tegelijk
met een schuine hoek en een verstekhoek wordt
gezaagd. Gecombineerd zagen is mogelijk voor de hoe-
ken aangegeven in de onderstaande tabel.
Voor de bedieningen voor gecombineerd zagen, zie de
beschrijvingen onder “Drukkend zagen”, “Glijdend
(duwend) zagen”, “Verstekzagen”, en “Schuine sneden
zagen”.
6. Zagen van aluminium werkstukken (Fig. 39)
Gebruik vulblokken of afgedankte blokstukken voor het
vastzetten van aluminium werkstukken, zoals afgebeeld,
om vervorming van de aluminium te voorkomen. Gebruik
voor het zagen ook zaagolie, om te voorkomen dat alumi-
nium zaagsel zich op het zaagblad vastzet.
LET OP:
Probeer nooit om dikke of ronde aluminium werkstuk-
ken te zagen. Dikke aluminium werkstukken kunnen tij-
dens het zagen los komen, terwijl ronde aluminium
werkstukken op dit gereedschap niet goed kunnen wor-
den vastgezet.
7. Houten hulpstuk (Fig. 40)
Het gebruik van een houten hulpstuk helpt om splinter-
vrije sneden te krijgen. Gebruik de gaten in de geleider
om een houten hulpstuk aan de geleider te bevestigen.
Zie de afbeelding voor de afmetingen van een dergelijk
houten hulpstuk.
LET OP:
• Gebruik als houten hulpstuk een recht stuk hout van
gelijke dikte.
Gebruik schroeven om het houten hulpstuk aan de
geleider te bevestigen. Zorg dat de schroefkoppen niet
uit het bovenvlak van het houten hulpstuk steken.
• Draai de draaitafel na het bevestigen van het houten
hulpstuk niet met het handvat in de omlaagpositie. Als
u dit doet, kan het zaagblad en/of het houten hulpstuk
worden beschadigd.
8. Stukken van gelijke lengte zagen (Fig. 41)
Wanneer u verschillende stukken van dezelfde lengte
tussen 220 mm en 385 mm wilt zagen, kunt u gemakkelij-
ker werken door de stelplaat (los verkrijgbaar accessoire)
te gebruiken. Monteer de stelplaat op de houder (los ver-
krijgbaar accessoire) zoals afgebeeld.
Breng de zaaglijn op uw werkstuk op één lijn met de lin-
kerzijde of de rechterzijde van de groef in de zaagsnede-
plaat. Houd het werkstuk vast zodat het niet kan
bewegen, en plaats de stelplaat vlak tegen het einde van
het werkstuk. Zet daarna de stelplaat vast met de
schroef. Wanneer u de stelplaat niet gebruikt, draait u de
schroef los en draait u de stelplaat uit de weg.
OPMERKING:
Door de houder/stang montage (los verkrijgbaar acces-
soire) te gebruiken kunt u stukken van dezelfde lengte
van ongeveer maximaal 2 200 mm zagen.
9. Groeven zagen (Fig. 42)
Sokkel-type zaagsneden kunnen als volgt worden
gemaakt:
Stel de laagste positie van het zaagblad in met behulp
van de stelschroef en de aanslagarm, om de zaagdiepte
van het zaagblad te beperken. Zie “Aanslagarm” hierbo-
ven.
Nadat de laagste positie van het zaagblad is ingesteld,
kunt u evenwijdige groeven over de breedte van het
werkstuk zagen door gebruik te maken van de methode
voor glijdend (duwend) zagen, zoals afgebeeld. Verwijder
daarna het werkstukmateriaal tussen de groeven met
behulp van een beitel. Probeer niet om dit soort
zaagsnede uit te voeren door gebruik te maken van een
breed (dik) zaagblad of een dado-zaagblad. Deze kun-
nen controleverlies en verwonding veroorzaken.
LET OP:
• Breng de aanslagarm terug naar zijn oorspronkelijke
positie voor andere zaagbedieningen dan het zagen
van groeven.
Het gereedschap dragen (Fig. 43 en 44)
Zorg dat de stekker uit het stopcontact is getrokken. Zet
het zaagblad vast op de 0° schuine hoek en zet de draai-
tafel vast op de maximale rechtse verstekhoek. Trek de
slede volledig naar de geleider en zet de sledestangen
vast. Breng het handvat volledig omlaag en vergrendel
het in de laagste positie door de aanslagpen naar binnen
te duwen.
Draag het gereedschap door beide zijden van de gereed-
schapsvoet vast te houden, zoals afgebeeld. Het gereed-
schap is gemakkelijker om dragen wanneer u de
houders, stofzak, enz., ervan verwijdert.
LET OP:
Zet altijd alle bewegende onderdelen vast alvorens het
gereedschap te dragen.
De aanslagpen dient alleen voor het dragen en opber-
gen van het gereedschap, en niet voor zaagbedienin-
gen.
ONDERHOUD
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens te
beginnen met inspectie of onderhoud.
WAARSCHUWING:
• Zorg altijd dat het zaagblad scherp en schoon is om
optimale en veilige prestaties te krijgen.
Verstekhoek Schuine hoek
Links en Rechts 45° Links 0° – 45°
Rechts 50° Links 0° – 40°
Rechts 55° Links 0° – 30°
Rechts 57° Links 0° – 25°
62
Afstellen van de zaaghoek
Dit gereedschap werd in de fabriek nauwkeurig afgesteld
en uitgelijnd, maar door ruwe behandeling kan de uitlij-
ning ervan verslechterd zijn. Doe het volgende indien uw
gereedschap niet meer juist is uitgelijnd:
1. Verstekhoek
Duw de slede naar de geleider toe en draai twee klem-
schroeven vast om de slede vast te zetten.
Draai de handgreep los om de draaitafel los te maken.
Draai de draaitafel zodat de wijzer wijst naar 0° op de
verstekschaal. Draai daarna de draaitafel een beetje
naar rechts en naar links zodat hij in de 0° verstek-inke-
ping komt te zitten. (Laat de draaitafel zoals hij is indien
de wijzer niet naar 0° wijst.) Draai de zeskante bouten
van de geleider los met de dopsleutel. (Fig. 45)
Breng het handvat volledig omlaag en vergrendel het in
de laagste positie door de aanslagpen in te drukken.
Gebruik een driehoeksliniaal of een winkelhaak e.d. om
de zijde van het zaagblad haaks te zetten ten opzichte
van het vlak van de geleider. Draai vervolgens de zes-
kante bouten op de geleider stevig vast, beginnend vanaf
de rechterzijde. (Fig. 46)
Controleer of de wijzer wijst naar 0° op de verstekschaal.
Indien de wijzer niet naar 0° wijst, draait u de bevesti-
gingsschroef van de wijzer los en stelt u de wijzer juist in
zodat hij naar 0° wijst. (Fig. 47)
2. Schuine hoek
1. 0° schuine hoek
Duw de slede naar de geleider toe en draai twee
klemschroeven vast om de slede vast te zetten.
Breng het handvat volledig omlaag en vergrendel
het in de laagste positie door de aanslagpen in te
drukken. Draai de hendel op de achterkant van het
gereedschap los.
Draai de 0° schuine-hoek stelbout (onderste bout)
op de rechterzijde van de arm twee of drie slagen
naar links om het zaagblad naar rechts te doen hel-
len. (Fig. 48)
Zet de zijde van het zaagblad haaks ten opzichte
van het bovenvlak van de draaitafel door de 0°
schuine-hoek stelbout voorzichtig naar rechts te
draaien; gebruik hiervoor een driehoeksliniaal, een
winkelhaak, e.d. Draai vervolgens de hendel stevig
vast. (Fig. 49)
Controleer of de wijzer op de arm wijst naar 0° op de
schuine-hoek schaal op de armhouder. Indien niet,
draai dan de bevestigingsschroef van de wijzer los
en verstel de wijzer zodat hij naar 0° wijst. (Fig. 50)
2. 45° schuine hoek
Stel de 45° schuine hoek pas in nadat de 0° schuine
hoek is ingesteld. Voor het instellen van de linkse
45° schuine hoek, draait u de hendel los en doet u
het zaagblad volledig naar links hellen. Controleer of
de wijzer op de arm wijst naar 45° op de schuine-
hoek schaal op de armhouder. Indien niet, dan
draait u de 45° schuine-hoek stelbout (bovenste
bout) op de rechterzijde van de arm totdat de wijzer
naar 45° wijst. (Fig. 51)
Afstellen van de positie van de laserlijn
(Fig. 52 en 53)
Voor de modellen LS0714FL, LS0714L
WAARSCHUWING:
Bij het afstellen van de laserlijn is het gereedschap op
het stopcontact aangesloten. Let daarom goed op dat u
de trekschakelaar niet indrukt. Bij toevallig indrukken
van de trekschakelaar zal de zaag beginnen draaien en
kan de gebruiker verwondingen oplopen.
LET OP:
Kijk nooit direct in de laserstraal. Een directe laser-
straal kan oogletsel veroorzaken.
Stel het gereedschap nooit bloot aan stoten of schok-
ken. Stoten of schokken kunnen leiden tot een onjuiste
positie van de laserlijn. Bovendien kan de laserstraal-
zender hierdoor beschadigd raken en zal het gereed-
schap minder lang meegaan.
Afstellen van de laserlijn aan de linkerzijde van het
zaagblad
1 Schroef voor verandering van het verplaatsingsbe-
reik van de stelschroef
2 Stelschroef
3 Inbussleutel
4 Laserlijn
5 Zaagblad
Afstellen van de laserlijn aan de rechterzijde van het
zaagblad
1 Schroef voor verandering van het verplaatsingsbe-
reik van de stelschroef
2 Zaagblad
3 Laserlijn
Voer beide afstellingen als volgt uit.
1. Haal de stekker van het gereedschap uit het stop-
contact.
2. Teken de zaaglijn op het werkstuk en plaats het
werkstuk op de draaitafel. Zet het werkstuk voorlopig
niet vast met een spanschroef of een soortgelijk
bevestigingsmiddel.
3. Breng het zaagblad omlaag door het handvat
omlaag te brengen en controleer de positie van het
zaagblad in vergelijking met de zaaglijn. (Bepaal de
te zagen positie op de zaaglijn.)
4. Nadat de te zagen positie is bepaald, brengt u het
handvat terug naar de oorspronkelijke positie. Zet nu
het werkstuk vast met de verticale spanschroef zon-
der daarbij het werkstuk te verschuiven uit de eerder
gecontroleerde positie.
1
2
3
4
5
1
2
3
63
5. Steek de stekker in het stopcontact en zet de laser-
schakelaar aan.
6. Stel de positie van de laserlijn als volgt af.
De positie van de laserlijn verandert wanneer u het ver-
plaatsingsbereik van de stelschroef voor de laser veran-
dert door twee schroeven te draaien met een
inbussleutel. (Het verplaatsingsbereik van de laserlijn is
in de fabriek ingesteld binnen 1 mm vanaf het zijvlak van
het zaagblad.)
Om het verplaatsingsbereik van de laserlijn verder weg
van het zijvlak van het zaagblad in te stellen, draait u de
stelschroef los en vervolgens draait u de twee schroeven
naar links. Draai de stelschroef los en draai de twee
schroeven naar rechts om het verplaatsingsbereik dich-
ter bij het zijvlak van het zaagblad in te stellen.
Zie het gedeelte “Werking van de laserstraal” hierboven
en stel de stelschroef zodanig in dat de zaaglijn op het
werkstuk precies overeenkomt met de laserlijn.
OPMERKING:
Controleer regelmatig of de positie van de laserlijn
nauwkeurig is.
In geval van een defect in de laserinrichting dient u het
gereedschap door een erkend Makita servicecentrum
te laten repareren.
Vervanging van de TL-buis (Fig. 54)
Voor de modellen LS0714F, LS0714FL
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens de
TL-buis te vervangen.
Bescherm de TL-buis tegen stoten, krassen of schok-
ken waardoor het glas van de TL-buis zou kunnen bre-
ken met mogelijke verwonding van uzelf of omstanders
als gevolg.
Laat de TL-buis na het gebruik een tijdje afkoelen alvo-
rens deze te vervangen. De buis is dan namelijk nog
heet en kan brandwonden veroorzaken.
Verwijder de schroeven van de lampkast.
Trek de lampkast eruit terwijl u lichtjes blijft drukken op
het bovenste gedeelte ervan, zoals afgebeeld.
Trek de TL-buis eruit en vervang deze door een nieuwe
originele Makita TL-buis.
Reinigen van de laserstraallens (Fig. 55 en 56)
Voor de modellen LS0714FL, LS0714L
Als de laserstraallens vuil is of met zaagsel is bedekt
zodat de laserlijn niet meer goed zichtbaar is, verwijder
dan de stekker uit het stopcontact en reinig de laser-
straallens voorzichtig met een bevochtigde, zachte doek.
Gebruik nooit oplosmiddelen of benzinehoudende
schoonmaakmiddelen op de lens.
Om de laserstraallens te verwijderen, verwijdert u eerst
het zaagblad volgens de aanwijzingen onder “Installeren
of verwijderen van het zaagblad” en daarna verwijdert u
de lens.
Draai met een schroevendraaier de bevestigingsschroef
van de lens los zonder de schroef te verwijderen.
Trek de lens eruit zoals afgebeeld.
OPMERKING:
Als de lens niet eruit komt, draai dan de schroef iets
verder los zonder deze te verwijderen en probeer
opnieuw om de lens eruit te trekken.
Vervangen van de koolborstels (Fig. 57 en 58)
Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Ver-
vang de koolborstels wanneer deze tot aan de limiet-
merkstreep versleten zijn. Houd de koolborstels schoon
zodat ze vlot in hun houders glijden. Beide koolborstels
dienen tegelijkertijd te worden vervangen. Gebruik uit-
sluitend identieke koolborstels.
Gebruik een schroevendraaier om de koolborsteldoppen
te verwijderen. Haal de versleten koolborstels eruit,
schuif de nieuwe erin, en zet de koolborsteldoppen goed
vast.
Na het gebruik
• Veeg na gebruik alle zaagsel en stof op het gereed-
schap eraf met een doek of iets dergelijks. Houd de
veiligheidskap schoon volgens de instructies die in de
paragraaf “Veiligheidskap” werden beschreven. Smeer
de glijdende onderdelen in met machine-olie om roest-
vorming te voorkomen.
Wanneer u de machine opbergt, moet u de slede zo ver
mogelijk naar u toe trekken zodat de glijstangen hele-
maal in het draaibaar voetstuk komen te zitten.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties,
onderhoud of afstellingen te worden uitgevoerd bij een
erkend Makita servicecentrum, en altijd met gebruik van
Makita vervangingsonderdelen.
ACCESSOIRES
LET OP:
• Deze accessoires of hulpstukken worden aanbevolen
voor gebruik met het Makita gereedschap dat in deze
gebruiksaanwijzing is beschreven. Bij gebruik van
andere accessoires of hulpstukken bestaat er gevaar
voor persoonlijke verwonding. Gebruik de accessoires
of hulpstukken uitsluitend voor hun bestemd doel.
Wenst u meer bijzonderheden over deze accessoires,
neem dan contact op met het plaatselijke Makita service-
centrum.
Hardmetalen zaagbladen
Spanschroefmontage (Horizontale spanschroef)
Verticale spanschroef
Dopsleutel 10
Houderset
Houdermontage
Houder/stang montage
Stelplaat
Stofzak
Driehoeksliniaal
Ontgrendelknop (2 stuks)
•TL-buis
Inbussleutel
132
ENH003-1
EC-DECLARATION OF CONFORMITY
We declare under our sole responsibility that this product is in com-
pliance with the following standards of standardized documents,
EN61029, EN55014, EN61000
in accordance with Council Directives, 89/336/EEC and 98/37/EC.
DÉCLARATION DE CONFORMITÉ CE
Nous déclarons sous notre entière responsabilité que ce produit
est conforme aux normes des documents standardisés suivants,
EN61029, EN55014, EN61000
conformément aux Directives du Conseil, 89/336/CEE et
98/37/EG.
CE-KONFORMITÄTSERKLÄRUNG
Hiermit erklärt wir unter unserer alleinigen Verantwortung, daß die-
ses Produkt gemäß den Ratsdirektiven 89/336/EWG und 98/37/EG
mit den folgenden Normen von Normendokumenten übereinstim-
men:
EN61029, EN55014, EN61000.
DICHIARAZIONE DI CONFORMITÀ
CON LE NORME DELLA COMUNITÀ EUROPEA
Dichiariamo sotto la nostra sola responsabilità che questo prodotto
è conforme agli standard di documenti standardizzati seguenti:
EN61029, EN55014, EN61000
secondo le direttive del Consiglio 89/336/CEE e 98/37/CE.
EG-VERKLARING VAN CONFORMITEIT
Wij verklaren hierbij uitsluitend op eigen verantwoordelijkheid dat
dit produkt voldoet aan de volgende normen van genormaliseerde
documenten,
EN61029, EN55014, EN61000
in overeenstemming met de richtlijnen van de Raad 89/336/EEC
en 98/37/EC.
DECLARACIÓN DE CONFORMIDAD DE LA CE
Declaramos bajo nuestra sola responsabilidad que este producto
cumple con las siguientes normas de documentos normalizados,
EN61029, EN55014, EN61000
de acuerdo con las directivas comunitarias, 89/336/EEC y
98/37/CE.
DECLARAÇÃO DE CONFORMIDADE DA CE
Declaramos sob inteira responsabilidade que este produto obe-
dece às seguintes normas de documentos normalizados,
EN61029, EN55014, EN61000
de acordo com as directivas 89/336/CEE e 98/37/CE do Conselho.
EU-DEKLARATION OM KONFORMITET
Vi erklærer hermed på eget ansvar, at dette produkt er i overens-
stemmelse med de følgende standarder i de normsættende doku-
menter,
EN61029, EN55014, EN61000
i overensstemmelse med Rådets Direktiver 89/336/EEC og
98/37/EC.
EG-DEKLARATION OM ÖVERENSSTÄMMELSE
Under eget ansvar deklarerar vi härmed att denna produkt över-
ensstämmer med följande standardiseringar för standardiserade
dokument,
EN61029, EN55014, EN61000
i enlighet med EG-direktiven 89/336/EEC och 98/37/EC.
EUs SAMSVARS-ERKLÆRING
Vi
erklærer
eget ansvar at dette produktet er i overensstem-
melse med følgende standard i de standardiserte dokumenter:
EN61029, EN55014, EN61000,
i samsvar med Råds-direktivene, 89/336/EEC og 98/37/EC.
VAKUUTUS EC-VASTAAVUUDESTA
Yksinomaisesti vastuullisina ilmoitamme, että tämä tuote on seu-
raavien standardoitujen dokumenttien standardien mukainen,
EN61029, EN55014, EN61000
neuvoston direktiivien 89/336/EEC ja 98/37/EC mukaisesti.
∆ΗΛΩΣΗ ΣΥΜΜΡΦΩΣΗΣ ΕΚ
∆ηλώνυµε υπ την µναδική µας ευθύνη τι αυτ τ πριν
ρίσκεται σε Συµφωνία µε τα ακλυθα πρτυπα
τυππιηµένων εγγράφων,
EN61029, EN55014, EN61000
σύµφωνα µε τις δηγίες τυ Συµυλίυ, 89/336/EEC και
98/37/ΚE.
Yasuhiko Kanzaki
CE2004
Director Director
Directeur Direktør
Direktor Direktör
Amministratore Direktor
Directeur Johtaja
Director ∆ιευθυντής
MAKITA INTERNATIONAL EUROPE LTD.
Michigan Drive, Tongwell, Milton Keynes,
Bucks MK15 8JD, ENGLAND
ENGLISH
FRANÇAISE
DEUTSCH
ITALIANO
NEDERLANDS
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
SVENSKA
NORSK
SUOMI
ΕΛΛΗΝΙΚΑ
133
ENG005-1
Noise and Vibration
The typical A-weighted noise levels are
sound pressure level: 92 dB (A)
sound power level: 105 dB (A)
– Wear ear protection. –
The typical weighted root mean square acceleration value is
not more than 2.5m/s
2
.
Bruit et vibrations
Les niveaux de bruit ponderes types A sont:
niveau de pression sonore: 92 dB (A)
niveau de puissance du son: 105 dB (A)
– Porter des protecteurs anti-bruit. –
L’accélération pondérée ne dépasse pas 2,5m/s
2
.
Geräusch- und Vibrationsentwicklung
Die typischen A-bewerteten Geräuschpegel betragen:
Schalldruckpegel: 92 dB (A)
Schalleistungspegel: 105 dB (A)
– Gehörschutz tragen. –
Der gewichtete Effektivwert der Beschleunigung beträgt nicht
mehr als 2,5m/s
2
.
Rumore e vibrazione
I livelli del rumore pesati secondo la curva A sono:
Livello pressione sonora: 92 dB (A)
Livello potenza sonora: 105 dB (A)
– Indossare i paraorecchi. –
Il valore quadratico medio di accellerazione non supera i
2,5m/s
2
.
Geluidsniveau en trilling
De typische A-gewogen geluidsniveau’s zijn
geluidsdrukniveau: 92 dB (A)
geluidsenergie-niveau: 105 dB (A)
– Draag oorbeschermers. –
De typische gewogen effectieve versnellingswaarde is niet
meer dan 2,5m/s
2
.
Ruido y vibración
Los niveles típicos de ruido ponderados A son
presión sonora: 92 dB (A)
nivel de potencia sonora: 105 dB (A)
– Póngase protectores en los oídos. –
El valor ponderado de la aceleración no sobrepasa los
2,5 m/s
2
.
Ruído e vibração
Os níveis normais de ruído A são
nível de pressão de som: 92 dB (A)
nível do sum: 105 dB (A)
– Utilize protectores para os ouvidos –
O valor médio da aceleração é inferior a 2,5m/s
2
.
Lyd og vibration
De typiske A-vægtede lydniveauer er
lydtryksniveau: 92 dB (A)
lydeffektniveau: 105 dB (A)
– Bær høreværn. –
Den vægtede effektive accelerationsværdi overstiger ikke
2,5m/s
2
.
Buller och vibration
De typiska A-vägda bullernivåerna är
ljudtrycksnivå 92 dB (A)
ljudeffektnivå: 105 dB (A)
– Använd hörselskydd –
Det typiskt vägda effektivvärdet för acceleration överstiger
inte 2,5m/s
2
.
Støy og vibrasjon
De vanlige A-belastede støynivå er
lydtrykksnivå: 92 dB (A)
lydstyrkenivå: 105 dB (A)
– Benytt hørselvern. –
Den vanlig belastede effektiv-verdi for akselerasjon over-
skrider ikke 2,5m/s
2
.
Melutaso ja tärinä
Tyypilliset A-painotetut melutasot ovat
äänenpainetaso: 92 dB (A)
äänen tehotaso: 105 dB (A)
– Käytä kuulosuojaimia. –
Tyypillinen kiihtyvyyden painotettu tehollisarvo ei ylitä
2,5m/s
2
.
Θρυς και κραδασµς
ι τυπικές A-µετρύµενες εντάσεις ήυ είναι
πίεση ήυ 92 dB (A)
δύναµη τυ ήυ: 105 dB (A)
– Φράτε ωτασπίδες. –
Η τυπική αία της µετρύµενης ρίας τυ µέσυ
τετραγώνυ της επιτάυνσης δεν επερνά τα 2,5 m/s
2
.
ENGLISH
FRANÇAISE
DEUTSCH
ITALIANO
NEDERLANDS
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
DANSK
SVENSKA
NORSK
SUOMI
ΕΛΛΗΝΙΚΑ

Documenttranscriptie

NEDERLANDS Verklaring van algemene gegevens 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 Aanslagpen Bout Stelbout Beschermkap A Vleugelschroef Zaagsnedeplaat Zaagblad Zaagbladtanden Linkse schuine snede Rechte snede Draaitafel Geleider Bovenvlak van draaitafel Omtrek van zaagblad Stelschroef Aanslagarm Vergrendelnok Verstekschaal Wijzer Handgreep Hendel Vrijmakingsknop Schuine-hoek schaal Arm Schroef Ontgrendelknop Trekschakelaar Handvat Lamp Lampschakelaar Laserschakelaar Sleutelhouder Stanghouder 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 Middenkap Dopsleutel Zeskante bout Veiligheidskap Asblokkering Pijltje Zaagbladkast Zeskante bout (linkse schroefdraad) Buitenflens Binnenflens As Stofzak Verbindingsstuk Sluitstrip Steun Spanschroefarm Spanschroefstang Houder Houdermontage (los verkrijgbaar accessoire) Spanschroefknop Uitsteeksel Spanschroefas Voetstuk Stang 12 Twee klemschroeven voor bevestiging van de sledestang Twee klemschroeven voor bevestiging van de sledestang Spanschroef Vulblok Aluminium werkstuk 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 Meer dan 15 mm Meer dan 420 mm Gaten Stelplaat Groeven zagen met het zaagblad Driehoeksliniaal Armhouder Stelbout voor 0° schuine hoek Stelbout voor 45° linkse schuine hoek Werkstuk Zaaglijn Verticale spanschroef Naar buiten trekken Duwen Lampkast Schroeven TL-buis Schroevendraaier Schroef (één stuk) Laserstraallens Limietmarkering Borstelhouderdop Beschermkap B (voor Europese landen) Zaagselopvangdoos Klep Knop Cilinder Zaagsel TECHNISCHE GEGEVENS Model LS0714/LS0714F/LS0714FL/LS0714L Diameter zaagblad .............................................................................................................................................. 190 mm Diameter zaagbladgat (asgat) ............................................................................................................................... 20 mm Max. verstekhoek ........................................................................................................................... Links 47°, Rechts 57° Max. schuine hoek ........................................................................................................................... Links 45°, Rechts 5° Max. zaagcapaciteiten (H x B) met een zaagblad van 190 mm diameter Schuine hoek Verstekhoek 0° 45° (links en rechts) 57° (rechts) 45° (links) 0° 45° (rechts) *45 mm x 265 mm (Opmerking 1) *60 mm x 265 mm (Opmerking 1) — 40 mm x 300 mm 52 mm x 300 mm 40 mm x 300 mm *45 mm x 185 mm (Opmerking 2) *60 mm x 185 mm (Opmerking 2) — 40 mm x 212 mm 52 mm x 212 mm — — *60 mm x 145 mm (Opmerking 3) — 52 mm x 163 mm (Opmerking) Het * teken duidt aan dat een houten hulpstuk van de volgende dikte wordt gebruikt. 1: Bij gebruik van een houten hulpstuk met een dikte van 20 mm. 2: Bij gebruik van een houten hulpstuk met een dikte van 15 mm. 3: Bij gebruik van een houten hulpstuk met een dikte van 10 mm. 54 Toerental onbelast (min–1)....................................................................................................................................... 6 000 Lasertype (LS0714FL/L)............................................................................. Rode laser 650 nm, <1mW (Laser Klasse 2) Afmetingen (L x B x H) .......................................................................................................670 mm x 430 mm x 458 mm Netto gewicht ............................................. LS0714: 12,5 kg, LS0714F: 12,8 kg, LS0714FL: 13,1 kg, LS0714L: 13,0 kg • In verband met ononderbroken research en ontwikkeling, behouden wij ons het recht voor de bovenstaande technische gegevens zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen. • Opmerking: De technische gegevens kunnen van land tot land verschillen. Doeleinden van gebruik Dit gereedschap is bedoeld voor nauwkeurig recht zagen en verstekzagen in hout. Bij gebruik van de geschikte zaagbladen kan ook aluminium worden gezaagd. Stroomvoorziening Het gereedschap mag alleen worden aangesloten op een stroombron van hetzelfde voltage als aangegeven op de naamplaat, en kan alleen op enkel-fase wisselstroom worden gebruikt. Het gereedschap is dubbel-geïsoleerd volgens de Europese standaard en kan derhalve ook op een niet-geaard stopcontact worden gebruikt. Veiligheidswenken Voor uw veiligheid dient u de bijgevoegde Veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op te volgen. AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR HET GEREEDSCHAP 1. 2. Draag oogbescherming. Houd uw handen uit de buurt van het zaagblad. Raak het freewheelende zaagblad niet aan, aangezien dit nog ernstige verwonding kan veroorzaken. 3. Gebruik de zaag niet zonder dat de veiligheidskappen zijn aangebracht. Controleer vóór elk gebruik of de veiligheidskap goed sluit. Gebruik de zaag niet indien de veiligheidskap niet goed beweegt en niet snel over het zaagblad sluit. Klem of bind de veiligheidskap nooit in de geopende stand vast. 4. Zaag nooit met het werkstuk in uw hand. Gebruik altijd de spanschroef om het werkstuk goed vast te zetten op het draaibaar voetstuk en tegen de geleider. Gebruik nooit uw hand om het werkstuk tijdens het zagen vast te houden. 5. Reik nooit in de nabijheid van het zaagblad. 6. Schakel het gereedschap uit en wacht totdat het zaagblad volledig tot stilstand is gekomen alvorens het werkstuk te verwijderen of instellingen te veranderen. 7. Trek de stekker uit het stopcontact alvorens het zaagblad te verwisselen of onderhoud aan het gereedschap uit te voeren. 8. Zet altijd alle bewegende onderdelen vast alvorens het gereedschap te dragen. 9. De aanslagpen die de zaagkop in de omlaagpositie vergrendelt, wordt alleen gebruikt voor het dragen en opbergen van het gereedschap en niet voor zaagbedieningen. 10. Gebruik het gereedschap niet in de nabijheid van ontvlambare gassen of vloeistoffen. 11. Controleer het zaagblad zorgvuldig op barsten of beschadiging, alvorens het gereedschap te gebruiken. Een gebarsten of beschadigd zaagblad dient onmiddellijk te worden vervangen. 12. Gebruik alleen flenzen die voor dit gereedschap zijn bestemd. 13. Pas op dat u de as, de flenzen (vooral hun montagevlak) of de bout niet beschadigt. Beschadiging van deze onderdelen kan zaagbladbreuk veroorzaken. 14. Zorg dat het draaibaar voetstuk goed vastgezet is, zodat het tijdens het zagen niet kan bewegen. 15. Verwijder voor uw eigen veiligheid zaagafval, stukjes hout e.d. van de werktafel alvorens te gaan zagen. 16. Vermijd het zagen op spijkers. Inspecteer het werkstuk en verwijder alle eventuele spijkers alvorens met het zagen te beginnen. 17. Zet de asvergrendeling in de vrije stand alvorens de trekschakelaar in te drukken. 18. Zorg ervoor dat het zaagblad in zijn laagste positie niet in aanraking komt met het draaibaar voetstuk. 19. Houd het handvat stevig vast. Denk eraan dat de zaag bij het starten en stoppen even op- en neergaat. 20. Zorg dat het zaagblad bij het inschakelen niet in contact is met het werkstuk. 21. Laat het gereedschap een tijdje draaien alvorens het op het werkstuk te gebruiken. Controleer op trillingen of schommelingen die op onjuiste installatie of op een slecht gebalanceerd zaagblad kunnen wijzen. 22. Wacht totdat het zaagblad op volle toeren draait, alvorens het werkstuk te zagen. 23. Stop onmiddellijk met zagen indien u iets abnormaals opmerkt. 24. Probeer niet om de trekschakelaar in de INGESCHAKELD positie te vergrendelen. 25. Laat uw aandacht nooit verslappen, vooral niet wanneer het werk saai is en uit herhalingen bestaat. Laat u niet door een vals gevoel van veiligheid misleiden, aangezien zaagbladen altijd uiterst gevaarlijk zijn. 26. Gebruik uitsluitend de accessoires die in deze gebruiksaanwijzing worden aanbevolen. Het gebruik van ongeschikte accessoires, zoals slijpschijven, kan verwonding veroorzaken. 27. Gebruik de zaag niet voor het zagen van andere materialen dan aluminium, hout of soortgelijk materiaal. 28. Sluit verstekzagen tijdens het zagen aan op een stofvanginrichting. 29. Selecteer de zaagbladen in overeenstemming met het te zagen materiaal. 30. Wees voorzichtig wanneer u gleuven zaagt. 31. Vervang de zaagsnedeplaat wanneer deze versleten is. 32. Gebruik geen zaagbladen die van sneldraaistaal zijn gemaakt. 33. Sommig stofafval van de zaagbediening bevat chemicaliën die kanker, geboorteafwijkingen of andere voortplantingsdefecten kunnen veroorzaken. Een paar voorbeelden van deze chemicaliën zijn: • llood van materiaal dat met loodhoudende inkt is geverfd • larseen en chroom van chemisch behandeld timmerhout 55 34. 35. 36. 37. Het gevaar van blootstelling hangt af van hoe vaak u dit soort werk uitvoert. Om blootstelling aan deze chemicaliën tot een minimum te beperken, dient u in een goed geventileerde omgeving te werken en gebruik te maken van goedgekeurde veiligheidsapparatuur zoals stofmaskers die speciaal ontworpen zijn voor het filtreren van microscopische deeltjes. Zorg altijd dat het zaagblad scherp en schoon is om het voortgebrachte geluid tot een minimum te beperken. De gebruiker dient volledig vertrouwd te zijn met het gebruik, de afstelling en de bediening van het gereedschap. Gebruik juist aangescherpte zaagbladen. Neem altijd de maximale snelheid, die op het zaagblad is aangeduid, in acht. Probeer niet om afgezaagde stukken of andere delen van het werkstuk uit het zaaggebied te verwijderen terwijl het gereedschap nog draait en de zaagkop niet in de uitgangspositie staat. BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN. INSTALLEREN Op een werktafel monteren Bij de verzending uit de fabriek is het handvat door middel van de aanslagpen in de omlaagpositie vergrendeld. Ontgrendel de aanslagpen door het handvat ietwat omlaag te drukken en aan de aanslagpen te trekken. (Fig. 1) Dit gereedschap dient op een effen en stabiel oppervlak te worden gemonteerd door gebruik te maken van de boutgaten in de voet van het gereedschap. Hierdoor wordt voorkomen dat het gereedschap omkantelt en mogelijk verwondingen veroorzaakt. (Fig. 2) Draai de stelbout naar rechts of naar links totdat deze met het vloeroppervlak in contact komt om het gereedschap stabiel te houden. (Fig. 3) BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES LET OP: • Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld en zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens de functies op het gereedschap te controleren of af te stellen. Beschermkap (Fig. 4 en 5) Wanneer het handvat omlaag wordt gebracht, gaat beschermkap A automatisch omhoog. Beschermkap B gaat omhoog wanneer deze het werkstuk raakt. De beschermkappen zijn veerbelast zodat deze naar hun oorspronkelijke posities terugkeren wanneer het zagen is voltooid en het handvat omhoog wordt gebracht. ZET DE BESCHERMKAP NOOIT VAST EN VERWIJDER NOOIT DE BESCHERMKAP OF DE VEER DIE ERAAN IS BEVESTIGD. Voor uw persoonlijke veiligheid dienen de beschermkappen altijd in goede staat te worden gehouden. Elke onregelmatigheid in de werking van de beschermkap dient onmiddellijk te worden gerepareerd. Controleer of de veer goed werkt zodat de beschermkap goed terugkeert. GEBRUIK HET GEREEDSCHAP NOOIT WANNEER DE BESCHERMKAP OF DE VEER BESCHADIGD, DEFECT, OF VERWIJDERD ZIJN. DIT IS NAMELIJK BIJZONDER GEVAARLIJK EN KAN ERNSTIGE VERWONDINGEN VEROORZAKEN. Als de transparante beschermkap vuil is of met zaagsel is bedekt zodat het zaagblad niet meer goed zichtbaar is, verwijder dan de stekker uit het stopcontact en maak de beschermkap met een bevochtigde doek goed schoon. Gebruik voor het reinigen van de plastic beschermkap nooit oplosmiddelen of benzinehoudende schoonmaakmiddelen. Als de beschermkap erg vuil is zodat het zaagblad moeilijk te zien is, gebruik dan de bijgeleverde dopsleutel om de zeskante bout van de middenkap los te draaien. Draai de zeskante bout linksom los en breng de beschermkap en de middenkap omhoog. In deze positie kan de beschermkap grondiger en gemakkelijker worden schoongemaakt. Voer deze procedure in de omgekeerde volgorde uit en draai de bout weer vast nadat het schoonmaken is voltooid. Verwijder de veer van de beschermkap niet. Wanneer de beschermkap door ouderdom of blootstelling aan ultraviolet-licht verkleurd is geraakt, neem dan contact op met een Makita servicecentrum voor een nieuwe beschermkap. DE BESCHERMKAP NOOIT VASTZETTEN OF VERWIJDEREN. Afstellen van de zaagsnedeplaten (Fig. 6 en 7) Om scheuren op de uitlaatkant van een snede tot een minimum te beperken, is dit gereedschap voorzien van zaagsnedeplaten in de draaitafel. De zaagsnedeplaten zijn in de fabriek zodanig afgesteld dat het zaagblad niet met de zaagsnedeplaten in aanraking komt. Stel de zaagsnedeplaten als volgt af alvorens de zaag in gebruik te nemen: Trek eerst de stekker uit het stopcontact. Draai alle schroeven (2 aan de linkerzijde en 2 aan de rechterzijde) waarmee de zaagsnedeplaten zijn vastgemaakt los. Trek de schroeven weer aan in zulke mate dat de zaagsnedeplaten nog gemakkelijk met de hand kunnen worden bewogen. Breng het handvat volledig omlaag en druk de aanslagpen naar binnen om het handvat in de omlaagpositie te vergrendelen. Draai de twee klemschroeven waarmee de sledestangen zijn vastgemaakt los. Trek de slede helemaal naar u toe. Stel de positie van de zaagsnedeplaten af zodat deze net in aanraking komen met de zijkanten van de zaagbladtanden. Trek de voorste schroeven aan (niet te hard aantrekken). Duw de slede zo ver mogelijk naar de geleider en stel de positie van de zaagsnedeplaten zodanig af dat deze net in aanraking komen met de zijkanten van de zaagbladtanden. Trek de achterste schroeven aan (niet te hard aantrekken). Nadat de zaagsnedeplaten zijn afgesteld, ontgrendelt u de aanslagpen en brengt u het handvat omhoog. Trek vervolgens alle schroeven stevig aan. LET OP: • Stel de zaagsnedeplaten altijd op de bovenstaande manier af telkens voordat of nadat u de schuine hoek wijzigt. 56 Handhaven van de maximale zaagcapaciteit (Fig. 8 en 9) Deze zaag is in de fabriek ingesteld voor het leveren van maximale zaagcapaciteit met een 190 mm zaagblad. Wanneer u een nieuw zaagblad installeert, dient u altijd de laagste positie van het zaagblad te controleren en indien nodig als volgt af te stellen: Trek eerst de stekker uit het stopcontact. Duw de slede zo ver mogelijk naar de geleider en breng het handvat volledig omlaag. Gebruik de dopsleutel en verdraai de stelbout totdat de omtrek van het zaagblad een beetje onder het bovenvlak van de draaitafel komt te zitten op het punt waar het voorvlak van de geleider in aanraking komt met het bovenvlak van de draaitafel. Zorg dat de stekker uit het stopcontact is verwijderd en draai met de hand het zaagblad rond terwijl u het handvat volledig omlaag gedrukt houdt, en controleer of het zaagblad met geen enkel deel van het onderste voetstuk in aanraking komt. Stel opnieuw een beetje af, indien nodig. LET OP: • Na het installeren van een nieuw zaagblad, dient u altijd te controleren of het zaagblad met geen enkel deel van het onderste voetstuk in aanraking komt wanneer het handvat volledig omlaag is gebracht. Trek voor deze controle altijd de stekker van het gereedschap uit het stopcontact. Aanslagarm (Fig. 10) Met de aanslagarm kunt u de laagste positie van het zaagblad gemakkelijk instellen. Stel in door de aanslagarm in de richting van het pijltje te bewegen, zoals afgebeeld. Stel de stelschroef zodanig in dat het zaagblad bij de gewenste positie stopt wanneer het handvat volledig omlaag wordt gebracht. Instellen van de verstekhoek (Fig. 11) Draai de handgreep naar links los. Verdraai de draaitafel terwijl u de vergrendelnok ingedrukt houdt. Beweeg de handgreep naar de positie waar de wijzer de gewenste hoek op de verstekschaal aanwijst en draai dan de handgreep weer stevig naar rechts vast. LET OP: • Voor het verdraaien van de draaitafel dient u het handvat in de hoogste positie te plaatsen. • Na het wijzigen van de verstekhoek, dient u de draaitafel altijd vast te zetten door de handgreep stevig vast te draaien. Instellen van de schuine hoek (Fig. 12 en 13) Om de schuine hoek in te stellen, draait u de hendel op de achterkant van het gereedschap naar links los. Duw het handvat naar links om het zaagblad te kantelen totdat de wijzer naar de gewenste hoek op de schuinehoek schaal wijst. Draai daarna de hendel weer stevig naar rechts vast om de arm te vergrendelen. Om het zaagblad naar rechts te kantelen, drukt u de vrijmakingsknop op de achterkant van het gereedschap in terwijl u het zaagblad ietwat naar links kantelt nadat de hendel is losgedraaid. Houd de vrijmakingsknop ingedrukt en kantel het zaagblad naar rechts. LET OP: • Voor het schuin zetten van het zaagblad dient u het handvat in de hoogste positie te plaatsen. • Na het wijzigen van de schuine hoek, dient u altijd de arm vast te zetten door de hendel naar rechts vast te draaien. • Wanneer u de schuine hoek wijzigt, dient u de zaagsnedeplaten in de juiste positie te zetten zoals beschreven in “Afstellen van de zaagsnedeplaten”. Afstellen van de hendelpositie (Fig. 14) Indien de hendel niet stevig kan worden vastgedraaid, kunt u de positie ervan bij elke hoek met 30° afstellen. Draai de bevestigingsschroef van de hendel op de achterkant van het gereedschap los en verwijder de schroef. Verwijder de hendel en installeer hem opnieuw zodat hij ietwat boven het niveau komt. Maak de hendel stevig vast met de schroef. Werking van de schakelaar LET OP: • Alvorens de stekker in een stopcontact te steken, moet u altijd controleren of de trekschakelaar goed werkt en bij het loslaten naar de “OFF” (uitgeschakeld) positie terugkeert. • Verwijder de ontgrendelknop en bewaar hem op een veilige plaats wanneer u het gereedschap niet gebruikt. Hierdoor voorkomt u ongeoorloofd gebruik van het gereedschap. • Druk de trekschakelaar niet hard in zonder dat de ontgrendelknop is ingedrukt. Hierdoor kan de schakelaar namelijk breken. Voor Europese landen (Fig. 15) Een ontgrendelknop is voorzien om te voorkomen dat de trekschakelaar per ongeluk wordt ingedrukt. Om het gereedschap te starten, duw de hendel naar links, druk de ontgrendelknop in, en druk vervolgens de trekschakelaar in. Laat de trekschakelaar los om het gereedschap te stoppen. Voor alle niet-Europese landen (Fig. 16) Een ontgrendelknop is voorzien om te voorkomen dat de trekschakelaar per ongeluk wordt ingedrukt. Om het gereedschap te starten, druk de ontgrendelknop in en druk vervolgens de trekschakelaar in. Laat de trekschakelaar los om het gereedschap te stoppen. WAARSCHUWINGEN: • Gebruik het gereedschap NOOIT met een defecte trekschakelaar. Elk gereedschap met een defecte schakelaar is UITERST GEVAARLIJK en moet worden gerepareerd alvorens het verder wordt gebruikt. • Voor uw veiligheid is dit gereedschap voorzien van een ontgrendelknop die ongewild starten van het gereedschap voorkomt. Gebruik het gereedschap NOOIT indien het gaat draaien wanneer u gewoon de trekschakelaar indrukt zonder de ontgrendelknop in te drukken. Breng het naar een Makita servicecentrum voor reparatie ALVORENS het verder te gebruiken. • Zet de ontgrendelknop NOOIT vast met plakband en belemmer nooit het doel en de functie ervan. 57 Aanzetten van de lampen (Fig. 17) Voor de modellen LS0714F, LS0714FL LET OP: • De lamp is niet waterdicht. Was de lamp niet in water en gebruik hem niet in de regen of in een natte omgeving. Dit kan namelijk een elektrische schok en uitwaseming veroorzaken. • Raak de lens van de lamp niet aan, daar deze tijdens of onmiddellijk na het gebruik uiterst heet is en brandwonden kan veroorzaken. • Stel de lamp niet bloot aan schokken of stoten, aangezien de lamp hierdoor beschadigd kan raken of minder lang zal meegaan. • Richt de stralenbundel van de lamp niet langdurig naar uw ogen. Dit kan namelijk oogletsel veroorzaken. • Bedek de brandende lamp niet met een doek, papier, karton of soortgelijke voorwerpen. Dit kan namelijk brand of ontbranding veroorzaken. Afstellen van de laserlijn (Fig. 20) U kunt de laserlijn verplaatsen naar de linker- of rechterzijde van het zaagblad, afhankelijk van de zaagbewerking. Voor het verplaatsen van de laserlijn, zie de uitleg onder “Werking van de laserstraal”. OPMERKING: • Plaats een houten hulpstuk tegen de geleider wanneer u de zaaglijn instelt met de laserlijn aan de zijkant van de geleider voor gecombineerd zagen (45° schuine hoek en 45° rechtse verstekhoek). A) Wanneer u de juiste afmeting krijgt aan de linkerzijde van het werkstuk • Verplaats de laserlijn naar de linkerzijde van het zaagblad. B) Wanneer u de juiste afmeting krijgt aan de rechterzijde van het werkstuk • Verplaats de laserlijn naar de rechterzijde van het zaagblad. Druk op het bovenste gedeelte van de schakelaar om de lamp aan te zetten, en op het onderste gedeelte om de lamp uit te doen. Beweeg de lamp om de gewenste plek te verlichten. Doe de zaaglijn op het werkstuk overeenkomen met de laserlijn. OPMERKING: • Gebruik een droge doek om vuil op de lens van de lamp eraf te vegen. Pas op dat u geen krassen maakt op de lens, omdat de verlichtingssterkte hierdoor zal verminderen. LET OP: • Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens enig werk aan het gereedschap uit te voeren. Werking van de laserstraal (Fig. 18 en 19) Voor de modellen LS0714FL, LS0714L LET OP: • Kijk nooit in de laserstraal. Een directe laserstraal kan oogletsel veroorzaken. Om de laser in te schakelen, drukt u op de bovenkant (I) van de schakelaar. Druk op de onderkant (O) om de laser uit te schakelen. U kunt de laserlijn verplaatsen naar de linker- of rechterzijde van het zaagblad door de stelschroef als volgt in te stellen. 1. Draai de stelschroef naar links los. 2. Schuif de losgedraaide stelschroef zo ver mogelijk naar links of rechts. 3. Draai de stelschroef stevig vast bij de positie waar deze niet verder kan worden verschoven. De laserlijn is in de fabriek zodanig ingesteld dat deze zich binnen 1 mm vanaf het zijvlak van het zaagblad (zaagpositie) bevindt. OPMERKING: • Wanneer de laserlijn duister is en moeilijk of helemaal niet zichtbaar is vanwege direct zonlicht in de werkplek binnenshuis of buitenshuis, dient u een andere werkplek die niet blootstaat aan direct zonlicht te kiezen. 58 INEENZETTEN Opbergen van de dopsleutel (Fig. 21) De dopsleutel wordt opgeborgen zoals afgebeeld. Trek de dopsleutel uit de sleutelhouder om hem te gebruiken. Berg hem na het gebruik weer op in de sleutelhouder. Installeren of verwijderen van het zaagblad LET OP: • Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens het zaagblad te installeren of te verwijderen. • Gebruik voor het installeren of verwijderen van het zaagblad uitsluitend de bijgeleverde Makita dopsleutel. Doet u dit niet, dan kan de zeskante bout te vast of te los worden aangedraaid. Dit kan leiden tot persoonlijke verwonding. Druk de aanslagpen in om het handvat in de omhoogpositie te vergrendelen. (Fig. 22) Om het zaagblad te verwijderen, gebruik de dopsleutel om de zeskante bout, die de middenkap op haar plaats houdt, naar links los te draaien. Breng de beschermkap en de middenkap omhoog. (Fig. 23) Druk de asblokkering in om de as te vergrendelen en draai met de dopsleutel de zeskante bout naar rechts los. Verwijder vervolgens de zeskante bout, de buitenflens en het zaagblad. (Fig. 24) Om het zaagblad te installeren, monteert u het zaagblad zorgvuldig op de as, ervoor zorgend dat de pijltjes op het zaagblad en op de zaagbladkast in dezelfde richting wijzen. Monteer de buitenflens en de zeskante bout, en draai met de dopsleutel de zeskante bout (linkse schroefdraad) stevig naar links vast terwijl u daarbij de asblokkering ingedrukt houdt. Breng de beschermkap en de middenkap terug naar hun oorspronkelijke positie. Draai daarna de zeskante bout naar rechts vast om de middenkap vast te zetten. Trek de aanslagpen naar buiten om de omhoogpositie van het handvat te ontgrendelen. Breng het handvat omlaag om te controleren of de beschermkap goed beweegt. Zet de asblokkering in de vrije stand alvorens te gaan zagen. (Fig. 25 en 26) Stofzak (accessoire) (Fig. 27) Door de stofzak te gebruiken wordt het zaagsel opgevangen en kunt u schoon werken. Om de stofzak te bevestigen, monteert u hem op het verbindingsstuk. Wanneer de stofzak ongeveer halfvol is, maakt u hem los van het gereedschap en trekt u de sluitstrip eruit. Maak de stofzak leeg en tik er zachtjes op voor het verwijderen van achtergebleven stofdeeltjes die verdere stofopvanging zouden kunnen belemmeren. OPMERKING: U kunt doeltreffender en schoner werken door een Makita stofzuiger op het gereedschap aan te sluiten. Zaagselopvangdoos (accessoire) (zie afb. 28, 29 en 30) Bevestig de zaagselopvangdoos op de afzuigaansluitmond. Maak de zaagselopvangdoos zo snel mogelijk na met werk leeg. Om de zaagselopvangdoos leeg te maken, opent u de klep door op de knop te drukken en gooit u het zaagsel weg. Zet de klep terug in de oorspronkelijke stand zodat deze wordt vergrendeld. U kunt de zaagselopvangdoos eenvoudig verwijderen door deze vlakbij de afzuigaansluitmond te draaien en naar achteren van het gereedschap af te trekken. OPMERKING: • Als u een Makita-stofzuiger op het gereedschap aansluit, kunt u nog efficiënter en schoner werken. LET OP: • Maak de zaagselopvangdoos leeg voordat het verzamelde zaagsel in de cilinder komt. Vastzetten van het werkstuk (Fig. 31) WAARSCHUWING: • Het is uiterst belangrijk dat u het werkstuk altijd juist en stevig vastzet met behulp van de spanschroef. Als u dit niet doet, kan het gereedschap beschadiging oplopen en/of het werkstuk worden vernield. OOK PERSOONLIJK LETSEL KAN HET GEVOLG ZIJN. Nadat het zagen is voltooid, mag u de zaag NIET omhoogbrengen voordat het zaagblad volledig tot stilstand is gekomen. LET OP: • Bij het zagen van lange werkstukken moet u steunen gebruiken die even hoog zijn als het bovenvlak van de draaitafel. Verlaat u niet alleen op de verticale en/of horizontale spanschroef om het werkstuk op zijn plaats te houden. Dun materiaal hangt gemakkelijk door. Ondersteun het werkstuk over zijn hele lengte om vastklemmen van het zaagblad en mogelijke TERUGSLAG te voorkomen. Verticale spanschroef (Fig. 32) De verticale spanschroef kan in twee posities, aan de linkerzijde of rechterzijde van de geleider of de houdermontage (los verkrijgbaar accessoire), worden geïnstalleerd. Steek de stang van de spanschroef in het gat in de geleider of houdermontage en trek de schroef aan om de stang vast te zetten. Zet de arm van de spanschroef in de positie die geschikt is voor de dikte en vorm van het werkstuk, en zet de arm vast door de schroef vast te draaien. Indien de bevestigingsschroef van de arm in aanraking komt met de geleider, moet u de schroef op de tegenovergestelde zijde van de arm monteren. Controleer of geen enkel deel van het gereedschap in aanraking komt met de spanschroef wanneer het handvat volledig omlaag wordt gebracht en de zaagslede zo ver mogelijk wordt getrokken of geduwd. Indien dit wel het geval is, moet u de positie van de spanschroef veranderen. Druk het werkstuk vlak tegen de geleider en de draaitafel. Plaats het werkstuk in de gewenste zaagpositie en zet het stevig vast door de knop van de spanschroef vast te draaien. LET OP: • Tijdens alle bedieningen moet het werkstuk door de spanschroef stevig tegen de draaitafel en de geleider worden gedrukt. Horizontale spanschroef (los verkrijgbaar accessoire) (Fig. 33) De horizontale spanschroef kan aan de linkerzijde van de gereedschapsvoet worden geïnstalleerd. Door de knop van de spanschroef naar links te draaien wordt de spanschroef in de vrije stand gezet en kunt u de spanschroefas snel naar binnen en naar buiten bewegen. Door de knop van de spanschroef naar rechts te draaien wordt de spanschroef vastgezet. Om het werkstuk te grijpen, draait u de knop van de spanschroef langzaam naar rechts totdat het uitsteeksel zijn hoogste positie bereikt, en daarna draait u de knop stevig vast. Indien de spanschroefknop naar binnen of naar buiten wordt getrokken terwijl u hem naar rechts draait, kan het uitsteeksel in een schuine positie stoppen. In dit geval draait u de spanschroefknop terug naar links totdat de spanschroef los komt, en dan draait u hem weer langzaam naar rechts. De maximale breedte van werkstukken die met de horizontale spanschroef kunnen worden vastgezet is 120 mm. LET OP: • Grijp het werkstuk alleen wanneer het uitsteeksel in zijn hoogste positie staat. Als u dit niet doet, zal het werkstuk mogelijk niet goed vastgezet zijn. Het werkstuk kan dan weggeslingerd worden, hetgeen beschadiging van het zaagblad, verlies van controle over het gereedschap en mogelijke PERSOONLIJKE VERWONDING kan veroorzaken. 59 Houders en houdermontage (los verkrijgbare accessoires) (Fig. 34 en 35) U kunt de houders en de houdermontage aan beide zijden van het gereedschap aanbrengen om de werkstukken horizontaal te ondersteunen. Installeer deze accessoires zoals afgebeeld. Draai daarna de schroeven goed vast om de houders en de houdermontage vast te zetten. Gebruik de houder/stang montage (los verkrijgbaar accessoire) voor het zagen van lange werkstukken. Deze bestaat uit twee houdermontages en twee stangen 12. LET OP: • Ondersteun lange werkstukken altijd op gelijke hoogte met het bovenvlak van de draaitafel, om nauwkeurige zaagsneden te krijgen en gevaarlijk controleverlies over het gereedschap te voorkomen. BEDIENING LET OP: • Voordat u het gereedschap inschakelt, dient u het handvat uit zijn omlaagpositie te halen door de aanslagpen naar buiten te trekken. • Zorg dat het zaagblad niet in aanraking is met het werkstuk e.d. voordat u de trekschakelaar indrukt. • Oefen tijdens het zagen geen overmatige druk op het handvat uit. Wanneer u te hard drukt, kan de motor overbelast raken en/of de zaagcapaciteit verminderen. Druk alleen zo hard als nodig is voor soepel zagen zonder dat de draaisnelheid van het zaagblad aanzienlijk vermindert. • Druk het handvat zachtjes naar beneden om te zagen. Indien het handvat met geweld omlaag wordt gedrukt of zijwaartse druk erop wordt uitgeoefend, zal het zaagblad trillen en een merkteken (zaagteken) in het werkstuk achterlaten, en zal ook de zaagsnede minder nauwkeurig zijn. • Voor glijdend zagen duwt u de zaagslede langzaam en zonder te stoppen naar de geleider. Als de slede tijdens het zagen wordt gestopt, zal een merkteken in het werkstuk achterblijven en zal de zaagsnede minder nauwkeurig zijn. 1. Drukkend zagen (zagen van kleine werkstukken) (Fig. 36) Werkstukken die maximaal 50 mm hoog en 97 mm breed zijn kunt u als volgt zagen. Duw de slede zo ver mogelijk naar de geleider en zet de slede vast door de twee klemschroeven van de sledestangen naar rechts vast te draaien. Zet het werkstuk vast met de spanschroef. Schakel het gereedschap in zonder dat het zaagblad met het werkstuk in contact is, en wacht totdat het zaagblad op volle toeren draait. Breng dan het handvat langzaam omlaag naar de laagste positie om het werkstuk te zagen. Nadat het zagen is voltooid, schakelt u het gereedschap uit. WACHT TOTDAT HET ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT STILSTAND IS GEKOMEN alvorens het zaagblad naar zijn hoogste positie terug te brengen. LET OP: • Draai de twee klemschroeven van de sledestangen stevig naar rechts vast zodat de slede tijdens het zagen niet kan bewegen. Als deze schroeven niet goed vastzitten, kan het zaagblad onverwachts terugslaan, hetgeen ernstige PERSOONLIJKE VERWONDING kan veroorzaken. 60 2. Glijdend (duwend) zagen (zagen van brede werkstukken) (Fig. 37) Draai de twee klemschroeven van de sledestangen naar links los zodat de slede vrij kan bewegen. Zet het werkstuk vast met de spanschroef. Trek de slede zo ver mogelijk naar u toe. Schakel het gereedschap in zonder dat het zaagblad met het werkstuk in contact is, en wacht totdat het zaagblad op volle toeren draait. Druk het handvat omlaag en DUW DE SLEDE NAAR DE GELEIDER OM HET WERKSTUK TE ZAGEN. Nadat het zagen is voltooid, schakelt u het gereedschap uit. WACHT TOTDAT HET ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT STILSTAND IS GEKOMEN alvorens het zaagblad naar zijn hoogste positie terug te brengen. LET OP: • Voor glijdend zagen DIENT U EERST DE SLEDE ZO VER MOGELIJK NAAR U TOE TE TREKKEN. Druk dan het handvat omlaag tot in de laagste positie en DUW DE SLEDE NAAR DE GELEIDER TOE. BEGIN NOOIT MET ZAGEN WANNEER DE SLEDE NIET VOLLEDIG NAAR U TOE IS GETROKKEN. Als u de slede niet zo ver mogelijk naar u toe trekt of zaagt naar uw richting toe, kan het zaagblad onverwachts worden teruggeslagen, hetgeen ernstige PERSOONLIJKE VERWONDING kan veroorzaken. • Glijdend zagen mag nooit worden uitgevoerd wanneer het handvat in de laagste positie is vergrendeld door het indrukken van de aanslagpen. • Draai de klemschroef van de slede nooit los terwijl het zaagblad draait. Dit kan leiden tot ernstige verwonding. 3. Verstekzagen Zie het gedeelte “Instellen van de verstekhoek” hierboven. 4. Schuine sneden zagen (Fig. 38) Draai de hendel los en zet het zaagblad schuin om de schuine hoek in te stellen (zie “Instellen van de schuine hoek” hierboven). Draai daarna de hendel weer stevig vast om de gekozen schuine hoek goed vast te houden. Zet het werkstuk vast met een spanschroef. Zorg dat de slede volledig naar u toe is getrokken. Schakel het gereedschap in zonder dat het zaagblad met het werkstuk in contact is en wacht totdat het zaagblad op volle toeren draait. Breng dan het handvat langzaam omlaag naar de laagste positie door druk uit te oefenen evenwijdig met het zaagblad en DUW DE SLEDE NAAR DE GELEIDER OM HET WERKSTUK TE ZAGEN. Nadat het zagen is voltooid, schakelt u het gereedschap uit. WACHT TOTDAT HET ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT STILSTAND IS GEKOMEN alvorens het zaagblad naar zijn hoogste positie terug te brengen. LET OP: • Controleer tijdens het zagen van schuine sneden altijd of het zaagblad in schuine richting naar beneden beweegt. Houd uw handen uit de buurt van het zaagblad. • Tijdens het zagen van schuine sneden kan het gebeuren dat het afgezaagde stuk tegen de zijkant van het zaagblad komt te liggen. Indien het zaagblad omhoog wordt gebracht terwijl het nog draait, kan dit stuk door het draaiende zaagblad worden gegrepen zodat brokstukken in het rond worden geslingerd, hetgeen natuurlijk gevaarlijk is. Breng daarom het zaagblad omhoog ALLEEN nadat het volledig tot stilstand is gekomen. • Wanneer u het handvat omlaag drukt, dient u druk uit te oefenen evenwijdig met het zaagblad. Indien de druk tijdens het zagen niet evenwijdig is met het zaagblad, kan de hoek van het zaagblad verschuiven zodat de zaagsnede minder nauwkeurig zal zijn. 5. Gecombineerd zagen Gecombineerd zagen betekent dat het werkstuk tegelijk met een schuine hoek en een verstekhoek wordt gezaagd. Gecombineerd zagen is mogelijk voor de hoeken aangegeven in de onderstaande tabel. Verstekhoek Schuine hoek Links en Rechts 45° Links 0° – 45° Rechts 50° Links 0° – 40° Rechts 55° Links 0° – 30° Rechts 57° Links 0° – 25° Voor de bedieningen voor gecombineerd zagen, zie de beschrijvingen onder “Drukkend zagen”, “Glijdend (duwend) zagen”, “Verstekzagen”, en “Schuine sneden zagen”. 6. Zagen van aluminium werkstukken (Fig. 39) Gebruik vulblokken of afgedankte blokstukken voor het vastzetten van aluminium werkstukken, zoals afgebeeld, om vervorming van de aluminium te voorkomen. Gebruik voor het zagen ook zaagolie, om te voorkomen dat aluminium zaagsel zich op het zaagblad vastzet. LET OP: • Probeer nooit om dikke of ronde aluminium werkstukken te zagen. Dikke aluminium werkstukken kunnen tijdens het zagen los komen, terwijl ronde aluminium werkstukken op dit gereedschap niet goed kunnen worden vastgezet. 7. Houten hulpstuk (Fig. 40) Het gebruik van een houten hulpstuk helpt om splintervrije sneden te krijgen. Gebruik de gaten in de geleider om een houten hulpstuk aan de geleider te bevestigen. Zie de afbeelding voor de afmetingen van een dergelijk houten hulpstuk. LET OP: • Gebruik als houten hulpstuk een recht stuk hout van gelijke dikte. • Gebruik schroeven om het houten hulpstuk aan de geleider te bevestigen. Zorg dat de schroefkoppen niet uit het bovenvlak van het houten hulpstuk steken. • Draai de draaitafel na het bevestigen van het houten hulpstuk niet met het handvat in de omlaagpositie. Als u dit doet, kan het zaagblad en/of het houten hulpstuk worden beschadigd. 8. Stukken van gelijke lengte zagen (Fig. 41) Wanneer u verschillende stukken van dezelfde lengte tussen 220 mm en 385 mm wilt zagen, kunt u gemakkelijker werken door de stelplaat (los verkrijgbaar accessoire) te gebruiken. Monteer de stelplaat op de houder (los verkrijgbaar accessoire) zoals afgebeeld. Breng de zaaglijn op uw werkstuk op één lijn met de linkerzijde of de rechterzijde van de groef in de zaagsnedeplaat. Houd het werkstuk vast zodat het niet kan bewegen, en plaats de stelplaat vlak tegen het einde van het werkstuk. Zet daarna de stelplaat vast met de schroef. Wanneer u de stelplaat niet gebruikt, draait u de schroef los en draait u de stelplaat uit de weg. OPMERKING: • Door de houder/stang montage (los verkrijgbaar accessoire) te gebruiken kunt u stukken van dezelfde lengte van ongeveer maximaal 2 200 mm zagen. 9. Groeven zagen (Fig. 42) Sokkel-type zaagsneden kunnen als volgt worden gemaakt: Stel de laagste positie van het zaagblad in met behulp van de stelschroef en de aanslagarm, om de zaagdiepte van het zaagblad te beperken. Zie “Aanslagarm” hierboven. Nadat de laagste positie van het zaagblad is ingesteld, kunt u evenwijdige groeven over de breedte van het werkstuk zagen door gebruik te maken van de methode voor glijdend (duwend) zagen, zoals afgebeeld. Verwijder daarna het werkstukmateriaal tussen de groeven met behulp van een beitel. Probeer niet om dit soort zaagsnede uit te voeren door gebruik te maken van een breed (dik) zaagblad of een dado-zaagblad. Deze kunnen controleverlies en verwonding veroorzaken. LET OP: • Breng de aanslagarm terug naar zijn oorspronkelijke positie voor andere zaagbedieningen dan het zagen van groeven. Het gereedschap dragen (Fig. 43 en 44) Zorg dat de stekker uit het stopcontact is getrokken. Zet het zaagblad vast op de 0° schuine hoek en zet de draaitafel vast op de maximale rechtse verstekhoek. Trek de slede volledig naar de geleider en zet de sledestangen vast. Breng het handvat volledig omlaag en vergrendel het in de laagste positie door de aanslagpen naar binnen te duwen. Draag het gereedschap door beide zijden van de gereedschapsvoet vast te houden, zoals afgebeeld. Het gereedschap is gemakkelijker om dragen wanneer u de houders, stofzak, enz., ervan verwijdert. LET OP: • Zet altijd alle bewegende onderdelen vast alvorens het gereedschap te dragen. • De aanslagpen dient alleen voor het dragen en opbergen van het gereedschap, en niet voor zaagbedieningen. ONDERHOUD LET OP: • Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens te beginnen met inspectie of onderhoud. WAARSCHUWING: • Zorg altijd dat het zaagblad scherp en schoon is om optimale en veilige prestaties te krijgen. 61 Afstellen van de zaaghoek Dit gereedschap werd in de fabriek nauwkeurig afgesteld en uitgelijnd, maar door ruwe behandeling kan de uitlijning ervan verslechterd zijn. Doe het volgende indien uw gereedschap niet meer juist is uitgelijnd: 1. Verstekhoek Duw de slede naar de geleider toe en draai twee klemschroeven vast om de slede vast te zetten. Draai de handgreep los om de draaitafel los te maken. Draai de draaitafel zodat de wijzer wijst naar 0° op de verstekschaal. Draai daarna de draaitafel een beetje naar rechts en naar links zodat hij in de 0° verstek-inkeping komt te zitten. (Laat de draaitafel zoals hij is indien de wijzer niet naar 0° wijst.) Draai de zeskante bouten van de geleider los met de dopsleutel. (Fig. 45) Breng het handvat volledig omlaag en vergrendel het in de laagste positie door de aanslagpen in te drukken. Gebruik een driehoeksliniaal of een winkelhaak e.d. om de zijde van het zaagblad haaks te zetten ten opzichte van het vlak van de geleider. Draai vervolgens de zeskante bouten op de geleider stevig vast, beginnend vanaf de rechterzijde. (Fig. 46) Controleer of de wijzer wijst naar 0° op de verstekschaal. Indien de wijzer niet naar 0° wijst, draait u de bevestigingsschroef van de wijzer los en stelt u de wijzer juist in zodat hij naar 0° wijst. (Fig. 47) 2. 1. 2. 62 Schuine hoek 0° schuine hoek Duw de slede naar de geleider toe en draai twee klemschroeven vast om de slede vast te zetten. Breng het handvat volledig omlaag en vergrendel het in de laagste positie door de aanslagpen in te drukken. Draai de hendel op de achterkant van het gereedschap los. Draai de 0° schuine-hoek stelbout (onderste bout) op de rechterzijde van de arm twee of drie slagen naar links om het zaagblad naar rechts te doen hellen. (Fig. 48) Zet de zijde van het zaagblad haaks ten opzichte van het bovenvlak van de draaitafel door de 0° schuine-hoek stelbout voorzichtig naar rechts te draaien; gebruik hiervoor een driehoeksliniaal, een winkelhaak, e.d. Draai vervolgens de hendel stevig vast. (Fig. 49) Controleer of de wijzer op de arm wijst naar 0° op de schuine-hoek schaal op de armhouder. Indien niet, draai dan de bevestigingsschroef van de wijzer los en verstel de wijzer zodat hij naar 0° wijst. (Fig. 50) 45° schuine hoek Stel de 45° schuine hoek pas in nadat de 0° schuine hoek is ingesteld. Voor het instellen van de linkse 45° schuine hoek, draait u de hendel los en doet u het zaagblad volledig naar links hellen. Controleer of de wijzer op de arm wijst naar 45° op de schuinehoek schaal op de armhouder. Indien niet, dan draait u de 45° schuine-hoek stelbout (bovenste bout) op de rechterzijde van de arm totdat de wijzer naar 45° wijst. (Fig. 51) Afstellen van de positie van de laserlijn (Fig. 52 en 53) Voor de modellen LS0714FL, LS0714L WAARSCHUWING: • Bij het afstellen van de laserlijn is het gereedschap op het stopcontact aangesloten. Let daarom goed op dat u de trekschakelaar niet indrukt. Bij toevallig indrukken van de trekschakelaar zal de zaag beginnen draaien en kan de gebruiker verwondingen oplopen. LET OP: • Kijk nooit direct in de laserstraal. Een directe laserstraal kan oogletsel veroorzaken. • Stel het gereedschap nooit bloot aan stoten of schokken. Stoten of schokken kunnen leiden tot een onjuiste positie van de laserlijn. Bovendien kan de laserstraalzender hierdoor beschadigd raken en zal het gereedschap minder lang meegaan. Afstellen van de laserlijn aan de linkerzijde van het zaagblad 1 2 4 5 3 1 Schroef voor verandering van het verplaatsingsbereik van de stelschroef Stelschroef Inbussleutel Laserlijn Zaagblad 2 3 4 5 Afstellen van de laserlijn aan de rechterzijde van het zaagblad 1 1 2 3 2 3 Schroef voor verandering van het verplaatsingsbereik van de stelschroef Zaagblad Laserlijn Voer beide afstellingen als volgt uit. 1. Haal de stekker van het gereedschap uit het stopcontact. 2. Teken de zaaglijn op het werkstuk en plaats het werkstuk op de draaitafel. Zet het werkstuk voorlopig niet vast met een spanschroef of een soortgelijk bevestigingsmiddel. 3. Breng het zaagblad omlaag door het handvat omlaag te brengen en controleer de positie van het zaagblad in vergelijking met de zaaglijn. (Bepaal de te zagen positie op de zaaglijn.) 4. Nadat de te zagen positie is bepaald, brengt u het handvat terug naar de oorspronkelijke positie. Zet nu het werkstuk vast met de verticale spanschroef zonder daarbij het werkstuk te verschuiven uit de eerder gecontroleerde positie. 5. 6. Steek de stekker in het stopcontact en zet de laserschakelaar aan. Stel de positie van de laserlijn als volgt af. De positie van de laserlijn verandert wanneer u het verplaatsingsbereik van de stelschroef voor de laser verandert door twee schroeven te draaien met een inbussleutel. (Het verplaatsingsbereik van de laserlijn is in de fabriek ingesteld binnen 1 mm vanaf het zijvlak van het zaagblad.) Om het verplaatsingsbereik van de laserlijn verder weg van het zijvlak van het zaagblad in te stellen, draait u de stelschroef los en vervolgens draait u de twee schroeven naar links. Draai de stelschroef los en draai de twee schroeven naar rechts om het verplaatsingsbereik dichter bij het zijvlak van het zaagblad in te stellen. Zie het gedeelte “Werking van de laserstraal” hierboven en stel de stelschroef zodanig in dat de zaaglijn op het werkstuk precies overeenkomt met de laserlijn. OPMERKING: • Controleer regelmatig of de positie van de laserlijn nauwkeurig is. • In geval van een defect in de laserinrichting dient u het gereedschap door een erkend Makita servicecentrum te laten repareren. Vervanging van de TL-buis (Fig. 54) Vervangen van de koolborstels (Fig. 57 en 58) Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Vervang de koolborstels wanneer deze tot aan de limietmerkstreep versleten zijn. Houd de koolborstels schoon zodat ze vlot in hun houders glijden. Beide koolborstels dienen tegelijkertijd te worden vervangen. Gebruik uitsluitend identieke koolborstels. Gebruik een schroevendraaier om de koolborsteldoppen te verwijderen. Haal de versleten koolborstels eruit, schuif de nieuwe erin, en zet de koolborsteldoppen goed vast. Na het gebruik • Veeg na gebruik alle zaagsel en stof op het gereedschap eraf met een doek of iets dergelijks. Houd de veiligheidskap schoon volgens de instructies die in de paragraaf “Veiligheidskap” werden beschreven. Smeer de glijdende onderdelen in met machine-olie om roestvorming te voorkomen. • Wanneer u de machine opbergt, moet u de slede zo ver mogelijk naar u toe trekken zodat de glijstangen helemaal in het draaibaar voetstuk komen te zitten. Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties, onderhoud of afstellingen te worden uitgevoerd bij een erkend Makita servicecentrum, en altijd met gebruik van Makita vervangingsonderdelen. Voor de modellen LS0714F, LS0714FL LET OP: • Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens de TL-buis te vervangen. • Bescherm de TL-buis tegen stoten, krassen of schokken waardoor het glas van de TL-buis zou kunnen breken met mogelijke verwonding van uzelf of omstanders als gevolg. • Laat de TL-buis na het gebruik een tijdje afkoelen alvorens deze te vervangen. De buis is dan namelijk nog heet en kan brandwonden veroorzaken. Verwijder de schroeven van de lampkast. Trek de lampkast eruit terwijl u lichtjes blijft drukken op het bovenste gedeelte ervan, zoals afgebeeld. Trek de TL-buis eruit en vervang deze door een nieuwe originele Makita TL-buis. Reinigen van de laserstraallens (Fig. 55 en 56) Voor de modellen LS0714FL, LS0714L Als de laserstraallens vuil is of met zaagsel is bedekt zodat de laserlijn niet meer goed zichtbaar is, verwijder dan de stekker uit het stopcontact en reinig de laserstraallens voorzichtig met een bevochtigde, zachte doek. Gebruik nooit oplosmiddelen of benzinehoudende schoonmaakmiddelen op de lens. Om de laserstraallens te verwijderen, verwijdert u eerst het zaagblad volgens de aanwijzingen onder “Installeren of verwijderen van het zaagblad” en daarna verwijdert u de lens. Draai met een schroevendraaier de bevestigingsschroef van de lens los zonder de schroef te verwijderen. Trek de lens eruit zoals afgebeeld. ACCESSOIRES LET OP: • Deze accessoires of hulpstukken worden aanbevolen voor gebruik met het Makita gereedschap dat in deze gebruiksaanwijzing is beschreven. Bij gebruik van andere accessoires of hulpstukken bestaat er gevaar voor persoonlijke verwonding. Gebruik de accessoires of hulpstukken uitsluitend voor hun bestemd doel. Wenst u meer bijzonderheden over deze accessoires, neem dan contact op met het plaatselijke Makita servicecentrum. • • • • • • • • • • • • • Hardmetalen zaagbladen Spanschroefmontage (Horizontale spanschroef) Verticale spanschroef Dopsleutel 10 Houderset Houdermontage Houder/stang montage Stelplaat Stofzak Driehoeksliniaal Ontgrendelknop (2 stuks) TL-buis Inbussleutel OPMERKING: • Als de lens niet eruit komt, draai dan de schroef iets verder los zonder deze te verwijderen en probeer opnieuw om de lens eruit te trekken. 63 ENH003-1 ENGLISH PORTUGUÊS EC-DECLARATION OF CONFORMITY DECLARAÇÃO DE CONFORMIDADE DA CE We declare under our sole responsibility that this product is in compliance with the following standards of standardized documents, EN61029, EN55014, EN61000 in accordance with Council Directives, 89/336/EEC and 98/37/EC. Declaramos sob inteira responsabilidade que este produto obedece às seguintes normas de documentos normalizados, EN61029, EN55014, EN61000 de acordo com as directivas 89/336/CEE e 98/37/CE do Conselho. FRANÇAISE DANSK DÉCLARATION DE CONFORMITÉ CE EU-DEKLARATION OM KONFORMITET Nous déclarons sous notre entière responsabilité que ce produit est conforme aux normes des documents standardisés suivants, EN61029, EN55014, EN61000 conformément aux Directives du Conseil, 89/336/CEE et 98/37/EG. Vi erklærer hermed på eget ansvar, at dette produkt er i overensstemmelse med de følgende standarder i de normsættende dokumenter, EN61029, EN55014, EN61000 i overensstemmelse med Rådets Direktiver 89/336/EEC og 98/37/EC. DEUTSCH SVENSKA CE-KONFORMITÄTSERKLÄRUNG Hiermit erklärt wir unter unserer alleinigen Verantwortung, daß dieses Produkt gemäß den Ratsdirektiven 89/336/EWG und 98/37/EG mit den folgenden Normen von Normendokumenten übereinstimmen: EN61029, EN55014, EN61000. EG-DEKLARATION OM ÖVERENSSTÄMMELSE Under eget ansvar deklarerar vi härmed att denna produkt överensstämmer med följande standardiseringar för standardiserade dokument, EN61029, EN55014, EN61000 i enlighet med EG-direktiven 89/336/EEC och 98/37/EC. ITALIANO NORSK DICHIARAZIONE DI CONFORMITÀ CON LE NORME DELLA COMUNITÀ EUROPEA EUs SAMSVARS-ERKLÆRING Dichiariamo sotto la nostra sola responsabilità che questo prodotto è conforme agli standard di documenti standardizzati seguenti: EN61029, EN55014, EN61000 secondo le direttive del Consiglio 89/336/CEE e 98/37/CE. Vi erklærer på eget ansvar at dette produktet er i overensstemmelse med følgende standard i de standardiserte dokumenter: EN61029, EN55014, EN61000, i samsvar med Råds-direktivene, 89/336/EEC og 98/37/EC. NEDERLANDS SUOMI EG-VERKLARING VAN CONFORMITEIT VAKUUTUS EC-VASTAAVUUDESTA Wij verklaren hierbij uitsluitend op eigen verantwoordelijkheid dat dit produkt voldoet aan de volgende normen van genormaliseerde documenten, EN61029, EN55014, EN61000 in overeenstemming met de richtlijnen van de Raad 89/336/EEC en 98/37/EC. Yksinomaisesti vastuullisina ilmoitamme, että tämä tuote on seuraavien standardoitujen dokumenttien standardien mukainen, EN61029, EN55014, EN61000 neuvoston direktiivien 89/336/EEC ja 98/37/EC mukaisesti. ESPAÑOL ΕΛΛΗΝΙΚΑ DECLARACIÓN DE CONFORMIDAD DE LA CE ∆ΗΛΩΣΗ ΣΥΜΜΟΡΦΩΣΗΣ ΕΚ Declaramos bajo nuestra sola responsabilidad que este producto cumple con las siguientes normas de documentos normalizados, EN61029, EN55014, EN61000 de acuerdo con las directivas comunitarias, 89/336/EEC y 98/37/CE. ∆ηλώνουµε υπ την µοναδική µας ευθύνη τι αυτ το προιν βρίσκεται σε Συµφωνία µε τα ακλουθα πρτυπα τυποποιηµένων εγγράφων, EN61029, EN55014, EN61000 σύµφωνα µε τις Οδηγίες του Συµβουλίου, 89/336/EEC και 98/37/ΚE. Yasuhiko Kanzaki Director Directeur Direktor Amministratore Directeur Director CE2004 Director Direktør Direktör Direktor Johtaja ∆ιευθυντής MAKITA INTERNATIONAL EUROPE LTD. Michigan Drive, Tongwell, Milton Keynes, Bucks MK15 8JD, ENGLAND 132 ENG005-1 ENGLISH PORTUGUÊS Noise and Vibration Ruído e vibração The typical A-weighted noise levels are sound pressure level: 92 dB (A) sound power level: 105 dB (A) – Wear ear protection. – The typical weighted root mean square acceleration value is not more than 2.5 m/s2. FRANÇAISE Os níveis normais de ruído A são nível de pressão de som: 92 dB (A) nível do sum: 105 dB (A) – Utilize protectores para os ouvidos – O valor médio da aceleração é inferior a 2,5 m/s2. DANSK Lyd og vibration Bruit et vibrations Les niveaux de bruit ponderes types A sont: niveau de pression sonore: 92 dB (A) niveau de puissance du son: 105 dB (A) – Porter des protecteurs anti-bruit. – L’accélération pondérée ne dépasse pas 2,5 m/s2. DEUTSCH De typiske A-vægtede lydniveauer er lydtryksniveau: 92 dB (A) lydeffektniveau: 105 dB (A) – Bær høreværn. – Den vægtede effektive accelerationsværdi overstiger ikke 2,5 m/s2. SVENSKA Geräusch- und Vibrationsentwicklung Buller och vibration Die typischen A-bewerteten Geräuschpegel betragen: Schalldruckpegel: 92 dB (A) Schalleistungspegel: 105 dB (A) – Gehörschutz tragen. – Der gewichtete Effektivwert der Beschleunigung beträgt nicht mehr als 2,5m/s2. De typiska A-vägda bullernivåerna är ljudtrycksnivå 92 dB (A) ljudeffektnivå: 105 dB (A) – Använd hörselskydd – Det typiskt vägda effektivvärdet för acceleration överstiger inte 2,5 m/s2. ITALIANO NORSK Rumore e vibrazione Støy og vibrasjon I livelli del rumore pesati secondo la curva A sono: Livello pressione sonora: 92 dB (A) Livello potenza sonora: 105 dB (A) – Indossare i paraorecchi. – Il valore quadratico medio di accellerazione non supera i 2,5m/s2. De vanlige A-belastede støynivå er lydtrykksnivå: 92 dB (A) lydstyrkenivå: 105 dB (A) – Benytt hørselvern. – Den vanlig belastede effektiv-verdi for akselerasjon overskrider ikke 2,5 m/s2. NEDERLANDS SUOMI Geluidsniveau en trilling De typische A-gewogen geluidsniveau’s zijn geluidsdrukniveau: 92 dB (A) geluidsenergie-niveau: 105 dB (A) – Draag oorbeschermers. – De typische gewogen effectieve versnellingswaarde is niet meer dan 2,5m/s2. ESPAÑOL Ruido y vibración Los niveles típicos de ruido ponderados A son presión sonora: 92 dB (A) nivel de potencia sonora: 105 dB (A) – Póngase protectores en los oídos. – El valor ponderado de la aceleración no sobrepasa los 2,5 m/s2. Melutaso ja tärinä Tyypilliset A-painotetut melutasot ovat äänenpainetaso: 92 dB (A) äänen tehotaso: 105 dB (A) – Käytä kuulosuojaimia. – Tyypillinen kiihtyvyyden painotettu tehollisarvo ei ylitä 2,5 m/s2. ΕΛΛΗΝΙΚΑ Θρυβος και κραδασµς Οι τυπικές A-µετρούµενες εντάσεις ήχου είναι πίεση ήχου 92 dB (A) δύναµη του ήχου: 105 dB (A) – Φοράτε ωτοασπίδες. – Η τυπική αξία της µετρούµενης ρίζας του µέσου τετραγώνου της επιτάχυνσης δεν ξεπερνά τα 2,5 m/s2. 133
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136

Makita LS0714L Handleiding

Categorie
Cirkelzagen
Type
Handleiding