8
3.2 Web modus
De Ethernet Remote probeert periodiek data te loggen naar de centrale website, https://vrm.victronenergy.com, zodat het op
een later moment bekeken kan worden. Om dit te doen, moet de Ethernet Remote verbinding hebben met een LAN of een
GPRS netwerk.
Om de data te bekijken, ga naar https://vrm.victronenergy.com een maak een account aan. Zodra u bent ingelogd, klik op de
‘Add a site link’ aan de linkerkant, vul het serienummer van uw VER in en klik op de ’Add site’ knop. Uw apparaat wordt nu
weergegeven in de linkerbovenhoek van de pagina. U kunt de omschrijving van het apparaat veranderen.
Tip: U kunt meerdere apparaten toevoegen op hetzelfde account.
Klik op de apparaat beschrijving linksboven om de data te bekijken.
Opmerking: Vraag uw netwerk administrator of u een HTTP proxy server nodig heeft om toegang te krijgen tot de website. In
dit geval, dient u de HTTP proxy server te configureren met behulp van de VGR Configure tool.
3.3 SNMP
SNMP (Simple Network Management Protocol) is standaard geactiveerd. SNMPv1 en SNMPv2c worden ondersteund. Dit geldt
ook voor System MIB (RFC1213) en UPS MIB (RFC1628).
UPS MIB ondersteunt:
1. Apparaat identificatie groep
2. Accu groep
3. Input groep
4. Output groep
5. Alarm groep
6. Configuratie groep – alleen upsConfigLowBattTime
7. Meldingen (bijv. SNMP traps)
Alle essentiële informatie met betrekking tot UPS MIB is beschikbaar wanneer de VER verbonden is met een VE.Bus systeem.
U kunt deze informatie verkrijgen door middel van beschikbare SNMP Management Software (zoals MIB Browser).
De eerste configuratie van SNMP-gerelateerde parameters dient uitgevoerd te worden met behulp van de VGR Configure
software. System MIB en UPS MIB variabelen, die hieronder beschreven staan, kunnen ook ingesteld worden door middel van
SNMP ‘set operation’. Alle instellingen zijn opgeslagen in flash en bewaard na een herstart.
3.3.1 SNMP community strings
Configureer alleen-lezen en lees-schrijf Community strings.
1. RO Community string wordt gebruikt voor alleen-lezen toegang. De standaard waarde is public.
2. RW Community string wordt gebruikt voor lees-schrijf toegang. De standaard waarde is private.
Community strings dienen hetzelfde te zijn als voor de MIB browser die u gebruikt.
Community strings dienen printbare tekens te zijn met een lengte van minder dan of gelijk aan 32.
3.1.2 System MIB variabelen
Configureer de sysContact, sysName en sysLocation variabelen.
4.
sysContact : Identificatie van de contactpersoon. Bijvoorbeeld: Dave Hum [email protected]. De standaard waarde is lege string.
5. sysName : domeinnaam. Bijvoorbeeld: UPS#1.almere.victronenergy.com. De standaard waarde is lege string.
6. sysLocation : Fysieke locatie. Bijvoorbeeld: Almere-Haven office, 2-nd floor. De standaard waarde is lege string.
Zie rfc1213 voor de volledige omschrijving van de variabelen.
3.1.3 UPS MIB variabelen
Configureer de upsIdentName, upsIdentAttachedDevices en upsConfigLowBattTime variabelen.
4. upsIdentName : string die de UPS identificeert. Bijvoorbeeld: UPS met een rood label. De standaard waarde is lege
string.
5. upsIdentAttachedDevices: gekoppelde apparaten. Bijvoorbeeld: Plezier, Koelkast. De standaard waarde is lege
string.
6. upsConfigLowBattTime : een naar schatting aantal resterende minuten wanneer de ‘Low Battery’ toestand
verklaard wordt. Deze waarde dient afhankelijk te zijn van de systeem doeleinden en dienen individueel ingesteld te
worden. De standaard waarde voor upsConfigLowBattTime is 0.
Zie rfc1628 voor de volledige omschrijving van de variabelen.
3.1.4 Traps
Traps worden gebruikt om de SNMP Management software op de hoogte te stellen van significante veranderingen binnen het
systeem. Zoals verbinding met het VE.Bus systeem verbroken, systeem loopt niet, verschillende alarmen zoals ‘Accu bijna
leeg’, ‘Accu leeg’ of ‘Input werkt niet goed’, ‘Systeem op accu’ of ‘Systeem uit’.
Gebruik een beschikbare SNMP tool om traps te ontvangen.
Configureer de volgende traps parameters:
3. Trap Community string. Dient hetzelfde te zijn als voor de trap luisteraar. De standaard waarde voor Trap
Community is public. Trap Community dient te bestaan uit printbare tekens met een lengte van minder dan of gelijk
aan 32.
4. Trap Destination IP – het IP adres van uw PC waar de trap luisteraar loopt. Er zijn standaard geen Trap
Destinations geconfigureerd.
5. Trap Destination Port – de UDP poort in uw PC waar de trap luisteraar op is aangesloten. De standaard warde voor
de Trap Destination Port is 162.