AL-KO Motorsense 130H, 130 H, AL-KO 130 H Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de AL-KO Motorsense 130H Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Originele gebruikershandleiding
469606_a 23
ORIGINELE
GEBRUIKERSHANDLEIDING
Inhoudsopgave
Over dit handboek............................................23
Productbeschrijving.......................................... 23
Veiligheidsvoorschriften....................................24
Montage............................................................25
Brandstof en Verbruiksstoffen..........................26
Inbedrijfstelling..................................................26
Bediening..........................................................27
Onderhoud........................................................29
Opslag.............................................................. 29
Terug in bedrijf nemen.....................................30
Verwijderen.......................................................30
Hulp bij storingen............................................. 30
GARANTIE....................................................... 31
OVER DIT HANDBOEK
Lees deze documentatie vóór ingebruikname
door. Dit is een voorwaarde voor veilig wer-
ken en storingsvrij gebruik.
Neem de veiligheidsvoorschriften en waar-
schuwingen in deze documentatie en op het
product in acht.
Deze documentatie is permanent onderdeel
van het beschreven product en dient bij ver-
koop aan de koper te worden overgedragen.
Legenda
LET OP!
Het nauwkeurig in acht nemen van deze
waarschuwingen kan verwondingen en/
of materiële schade voorkomen.
ADVICE
Speciale aanwijzingen voor een beter
begrip en gebruik.
PRODUCTBESCHRIJVING
Deze documentatie beschrijft een hand-held zeis
met een benzinemotor.
Symbolen op apparatuur
Opgelet! Wees extra voorzichtig bij het
hanteren.
Lees voor inbedrijfstelling!
Draag een beschermbril, een helm en
gehoorbescherming.
Draag handschoenen.
Draag veiligheidsschoenen.
Het lichaam en de kleding van het sni-
jdmechanisme verwijderd houden.
Gevaar door naar buiten geslingerde
voorwerpen!
15m(50ft)
De afstand tussen de machine en der-
den moet minstens 15 m bedragen.
Productoverzicht
zie figuur 1
1 Snijdmessen
2 Versnellingsbak
3 Beschermkap
4 "Bike" fietsgreep
5 Gashefboom
6 Schakelaar motor “uit / aan“
7 Arret gashefboom
8 Draaggordel
9 Afdekking luchtfilter
10 Benzinetank
11 Hefboom “Choke / Run”
12 Choke (Koude start)
Veiligheidsvoorzieningen
Noodstop
Plaats in noodgevallen de ontstekingsschakelaar
op "STOP".
nl
Productbeschrijving
24 130 H
Steenslag-beschermingsplaat
Beschermt de gebruiker tegen weggeslingerde
voorwerpen. Het geïntegreerde mes kort het sni-
jddraad in tot op de toegelaten lengte.
LET OP!
Gevaar voor letsel!
Veiligheidsinrichtingen en bescher-
mende componenten mogen niet buiten
werking worden gesteld.
Reglementair gebruik
Deze machine is bestemd voor het trimmen en het
maaien van een gazon thuis. Elk ander, daar bui-
ten liggend gebruik geldt als niet conform de bes-
temming.
Mogelijk foutief gebruik
LET OP!
Het apparaat mag niet commercieel wor-
den gebruikt.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Gebruik het apparaat uitsluitend indien het
zich in een perfecte toestand bevindt
Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen
niet buiten werking stellen
De machine mag niet worden gebruikt met
andere snijdgereedschappen of aanbouwap-
paraten.
Geschikte werkkledij dragen:
Lange broek, vaste schoenen, hand-
schoenen.
Helm, beschermbril, gehoorbescher-
ming.
Let bij het werken op een zekere stand.
De machine niet bedienen onder invloed van
alcohol, drugs of medicatie.
Bedien het apparaat altijd met beide handen.
De greep droog en zuiver houden.
Het lichaam en de kleding van het snijdme-
chanisme verwijderd houden.
Derden buiten de gevarenzone houden
Vreemde voorwerpen uit het werkgebied ver-
wijderen
De beschermplaat, de draadkop en de motor
steeds vrij houden van maairesten.
Bij het verlaten van het apparaat:
motor uitschakelen
wachten tot het snijmechanisme stilstaat
Laat het apparaat nooit zonder toezicht.
Kinderen of andere personen, die de gebruik-
saanwijzing niet kennen, mogen het apparaat
niet gebruiken
Vergewis u er voor het gebruik van, dat alle
schroeven, moeren en bouten aan het appa-
raat stevig vastzitten.
Plaats de beschermkap is niet altijd voor het
transport van de eenheid of het mes of de
winkel.
Technische gegevens
469606_a 25
TECHNISCHE GEGEVENS
130 H
Motortype 4-takt
Cilinderinhoud 35,8 cm³
Vermogen 1,2 kW
Gebruiksgewicht zon-
der benzine
7,3 kg
Brandstofhoeveelheid 0,65 l
Ontsteking elektronisch
Bougie CM5H (NGK)
Aandrijving Centrifugaalkoppe-
ling
Greep Fietsstuurtype
Niveau geluidsvermo-
gen
107 dB(A)
Geluidsdrukniveau 95 dB(A)
Vibratie 4,3 m/s
2
K = 2,5 m/s
2
Maaibreedte blad 25 cm
Max. motortoerental 7000 slagen/min
Motortoerental bij sta-
tionair
2780 slagen/min
MONTAGE
LET OP!
Het apparaat mag pas na volledige mon-
tage worden gebruikt.
Fietsstuurgreep Bike monteren
zie Afb. 2
1 Sterschroef uit de greepsteun schroeven.
2 Beide halve schalen van de greepsteun ver-
wijderen.
3 "Bike"-fietsstuurgreep in de halve schalen
plaatsen.
4 "Bike"-fietsstuurgreep en de halve schalen op
de greepsteun plaatsen.
5 Met sterschroef vastschroeven.
Beschermkap monteren
zie Afb. 3
1 De bosmaaier zo leggen dat de werkas naar
beneden wijst.
2 Het steelbuisstuk optillen en de bescherming
(1) aan de onderkant van het steelbuisstuk in
de correcte positie schuiven (op aanslag van
tandwieloverbrenging).
3 Het steelbuisstuk met de bescherming weg-
leggen.
4 Het bevestigingsdeel (2) eerst met een
schroef 5 x 20 mm door het boorgat (a) aan
de bescherming vastschroeven.
5 Daarna pas de tweede schroef 5 x 20 mm
door het boorgat (b) lichtjes indraaien.
ADVICE
Het bevestigingsdeel (2) heeft binnen bij
het boorgat (a) een verhoging. Daardoor
kan de eerste schroef door het boorgat
(a) meteen op het blok worden vastge-
trokken zonder dat de verbinding schuin
zit
zie Afb. 4 en 3
1 De bosmaaier vervolgens zo leggen dat de
werkas naar boven wijst.
2 Met de 2 schroeven 5 x 35 mm door de bo-
orgaten aan de houdplaat van de tandwiel-
overbrenging de bescherming en het beves-
tigingsdeel vastschroeven. De positie van de
beschermkap eventueel op voorhand corri-
geren, de boorgaten moeten exact boven el-
kaar liggen.
3 Tot slot de schroef in het boorgat (b) vast-
draaien.
Snijmes monteren
zie Afb. 5
1 De bosmaaier zo leggen dat de werkas naar
boven wijst.
2 Het snijmechanisme op het drukstuk (1)
plaatsen.
nl
Montage
26 130 H
ADVICE
Om het snijblad te centreren, moet de af-
zet van het drukstuk zich exact in het bo-
orgat van het snijblad bevinden.
3 De drukschijf (2) monteren.
4 Het loopbord (3) erop plaatsen en de beveili-
gingsmoer (4) op de as draaien.
ADVICE
Let op - linkse schroefdraad - tegen de
klok in aantrekken!
Zorg ervoor dat alle delen gecentreerd
zijn!
5 De as met hulppen (5) blokkeren en de moer
vastdraaien.
LET OP!
Indien de beveiligingsmoer (4) door vaak
losmaken en vastdraaien glad geworden
is, dient deze absoluut te worden vervan-
gen!
De vaste en gecentreerde zitting van het sni-
jblad controleren.
Draadkop monteren
(Afbeelding 7)
1. Splitpen en flens verwijderen.
2. De inbussleutel in de boring van de meenee-
mschijf steken en de draadkop linksom vast-
draaien op de centreerstift van de aandrijfas.
3. De meeneemschijf met de inbussleutel blok-
keren om de draadkop vast te zetten.
Schoudergordel instellen
zie figuur 10
1. De schoudergordel eerst over de linkerschou-
der halen.
2. De vergrendelhaak in het oog haken.
3. De schoudergordellengte met enkele zwaai-
bewegingen controleren, zonder de motor te
laten draaien.
De draadmotorkop of het snijmes moet
evenwijdig aan de ondergrond bewegen.
LET OP!
Tijdens het werken steeds de schou-
dergordel gebruiken. De schoudergror-
del pas na het starten van de motor, bij
onbelast lopen, inhaken.
BRANDSTOF EN VERBRUIKSSTOFFEN
Veiligheid
WAARSCHUWING!
Brandgevaar! Benzine is sterk ontvlam-
baar!
Benzine alleen in daarvoor bestemde reser-
voirs bewaren
Alleen buiten tanken
Bij het tanken niet roken
De tankdop bij lopende of warme motor niet
openen
Beschadigde tank of tankdop vervangen
De tankdop altijd goed sluiten
Wanneer er benzine is uitgelopen:
motor niet starten
ontstekingspogingen vermijden
apparaat reinigen
WAARSCHUWING!
De motor nooit in afgesloten ruimten la-
ten lopen. Vergiftigingsgevaar!
INBEDRIJFSTELLING
LET OP!
Voor inbedrijfstelling altijd een visuele in-
spectie uitvoeren.
Met een los zittend, beschadigd of versleten
snijmechanisme en/of bevestigingsonderde-
len mag het apparaat niet gebruikt worden.
De motor steeds gebruiken met bescherm-
plaat.
Altijd de meegeleverde gebruiksaanwijzing
van de motorfabrikant in acht nemen
Snij voor gebruik op beschadigingen of
scheuren, te vervangen als ze beschadigd of
versleten onderdelen met originele onderde-
len.
Motor starten
WAARSCHUWING!
De motor nooit in afgesloten ruimten la-
ten lopen. Vergiftigingsgevaar!
Snijdkoorden voor het starten inkorten tot op
13 cm, om de motor niet te overbelasten.
Neem de specifieke voorschriften voor de ge-
bruikstijden in uw land in acht.
Inbedrijfstelling
469606_a 27
Instelling startklep (choke):
Afb. 6
CHOKE
RUN
Koude start
LET OP!
Risico op terugslag!
Het startkoord steeds recht naar buiten
trekken. Niet abrupt laten terugvliegen.
zie figuur 7
1. De onstekingsschakelaar in de stand "start"
plaatsen.
2. De gashefboom vast zetten.
a) "Lock off" schakelaar (2) naar binnen
drukken. Aansluitend gelijktijdig de gas-
hefboom (3) en de gashefboomvergren-
deling (4) indrukken.
b) De "Lock off" schakelaar loslaten. De
gashefboom klikt vast op volle gas.
zie figuur 6
3. De startklep (1) in de stand "CHOKE"
plaatsen.
4. 10x op de brandstofpomp (2) drukken.
5. De starterkabel 3-4 keer recht uittrekken
tot de motor hoorbaar en kortstondig start
(ontsteekt).
6. Na het starten van de motor: De startklep op
"RUN" zetten.
7. De startkabel uittrekken tot de motor start.
8. Start de motor niet, dan de stappen 1-7 her-
halen.
Warme start
1. De onstekingsschakelaar in de stand "start"
plaatsen.
2. Chokehendel in de stand „RUN“ zetten.
3. De gashefboom vastnemen en de veiligheid
doordrukken.
4. Het startkoord maximaal 6 keer snel uittrek-
ken - de motor slaat aan. De gashendel hele-
maal aangedrukt houden totdat de motor rus-
tig loopt.
De motor springt niet aan
1. Chokehendel in de stand „RUN“ zetten.
2. Startkoord 5 keer uittrekken.
De motor springt nog niet aan
1. 5 minuten wachten en aansluitend nogmaals
proberen met doorgedrukte gashefboom.
BEDIENING
De motor tijdens het trimmen en het snijden
steeds laten lopen in het bovenste toerentalge-
bied.
Veiligheidsvoorschriften
LET OP!
Neem de veiligheidsinstructies en waar-
schuwingen in deze documentatie en op
het product in acht.
LET OP!
Bij langere werken kan het door trillingen
tot storingen aan bloedvaten of van het
zenuwsysteem aan vingers, handen of
polsen komen. Slapende lichaamsdelen,
steken, pijn of huidveranderingen kun-
nen optreden. Wanneer een van deze
symptomen optreedt, laat u dan door
een arts onderzoeken!
Snijdkop nooit hoger dan kniehoogte houden
als de machine in bedrijf is.
Nooit op een gladde, glibberige heuvel of hel-
ling werken.
Bij hangmaaiwerkzaamheden steeds onder
de snijdmachine staan.
Het apparaat nooit gebruiken nabij gemakke-
lijk ontvlambare vloeistoffen of gassen - ex-
plosie- en/of brandgevaar!
Na contact met een vreemd voorwerp:
Motor uitschakelen.
De machine controleren op schade.
Personen, die niet vertrouwd zijn met de trim-
mer, moeten de omgang oefenen met uitge-
schakelde motor.
Vermijden van terugslag
LET OP!
Gevaar voor letsel door ongecontro-
leerde terugslag!
Snijdmessen niet gebruiken in de buurt
van vaste hindernissen.
Dichte vegetatie, jonge bomen of struikgewas,
kunnen het snijdblad blokkeren en tot stilstand
brengen.
nl
Bediening
28 130 H
Vermjd blokkeren door te kijken in welke
richting het struikgewas neigt, en het in de te-
gengestelde richting te snijden.
Indien het snijdblad bij het snijden vastloopt:
De motor meteen utischakelen.
De machine omhoog houden, zodat het
snijdblad niet springt of breekt
Vast zittend materiaal van de snede
wegstoten
Trimmen
1. Het terrein bekijken en de gewenste sni-
jdhoogte vastleggen.
2. De draadkop op de gewenste hoogte brengen
en houden.
3. De machine in een sikkelvormige beweging
van de ene zijde naar de andere bewegen.
4. Er voor zorgen dat de draadkop steeds paral-
lel met de bodem blijft.
Laag trimmen
1. De machine met een lichte helling naar voor
voeren, zodat ze zich net boven de bodem be-
weegt.
2. Steeds trimmen van het lichaam weg.
Trimmen aan omheiningen en funderingen
LET OP!
Gevaar voor letsel door ongecontro-
leerde terugslag!
Snijdmessen niet gebruiken in de buurt
van vaste hindernissen.
1. Voer de machine traag en voorzichtig, zonder
de draad tegen hindernissen te laten klette-
ren.
Trimmen rond boomstammen
1. De machine voorzichtig en traag rond boom-
stammen voeren, zodat de snijddraad de
boomschors niet raakt.
2. Van links naar rechts rond de boomstam
maaien.
3. Gras en onkruid met de punt van de draad be-
werken, en de draadkop licht naar voor hellen.
ADVICE
Trimmen aan stenen muren, funderin-
gen, bomen leidt tot een hogere slijtage
van de draad.
Maaien
1. De snijdkop onder een hoek van 30 graden
naar rechts hellen.
2. De handgreep in de gewenste stand brengen.
LET OP!
Gevaar op letsels/schade aan
vorowerpen door weggeslingerde-
vreemde voorwerpen!
Vreemde voorwerpen uit de werkomge-
ving verwijderen.
Maaien met de snijdmessen
Bij het maaien met het snijdmes wordt het snijd-
mes in een horizontale, boogvormige beweging
van de ene zijde naar de andere gebracht.
Bij gebruik van het snijdmes bovendien op het vol-
gendeletten:
Draaggordel gebruiken.
Het snijdblad contoleren op correcte plaats-
ing.
Beschermkledij en oogbescherming dragen.
Geen onkruid-snijdmes gebruiken voor het
snijden van struiken en jonge bomen.
LET OP!
Uitsluitend originele snijmessen en to-
ebehoren gebruiken! Foutief toebehoren
kan letsel veroorzaken of leiden tot func-
tionele storingen aan het apparaat!
Niet-originele onderdelen kunnen letsel
veroorzaken of leiden tot functionele sto-
ringen aan het apparaat!
Motor uitschakelen
1. De gashefboom lossen en de motor in vrijloop
laten lopen.
2. De onstekingsschakelaar in de stand "STOP"
zetten.
LET OP!
Gevaar op letsels!
De motor loopt na het uitschakelen na.
Verlengen snijddraad
1. De motor volgas laten lopen en de draadkop
tegen de bodem drukken.
De draad wordt automatisch verlengd.
ADVICE
Het mes op de beschermplaat kort de
draad in tot de toegelaten lengte.
Bediening
469606_a 29
Beschermplaat reinigen
1. De machine uitschakelen.
2. Maairesten met een schroevendraaier of iets
dergelijks voorzichtig verwijderen.
ADVICE
De beschermplaat regelmatig reinigen,
om oververhitten van de schachtbuis te
vermijden.
ONDERHOUD
Luchtfilter
LET OP!
Gebruik de machine nooit zonder lucht-
filter. Het luchtfilter regelmatig reinigen.
Een beschadigd luchtfilter vervangen.
1. De stervormige knop verwijderen, het deksel
loshalen en het luchtfilter uitnemen, zie af-
beelding 20.
2. Het luchtfilter reinigen met zeep en water. Ge-
bruik geen benzine!
3. Laat het luchtfilter drogen.
4. Bouw het luchtfilter in omgekeerde volgorde
in.
Brandstoffilter
LET OP!
Gebruik de machine nooit zonder brand-
stoffilter. Dit kan leiden tot zware schade
aan de motor.
1. Tankdeksel volledig uitnemen
2. De aanwezige brandstof in een geschikt re-
servoir gieten.
3. Met een draadhaak het filter uit de tank ne-
men
4. Het filter met een draaibeweging afnemen.
5. Filter vervangen.
Bowdenkabels instellen
zie figuur 9
De bowdenkabels van uw Motorsense zijn in de
fabriek ingesteld. Als u de positie van het „Bike
handvat“ verandert, kan het zijn dat de bowden-
kabel verlengd wordt waardoor de werking van de
gashendel gestoord wordt.
Als het snijgereedschap van de Sense na het star-
ten en ontgrendelen van de halfgasblokkering niet
tot stilstand komt, moet de bowdenkabel met de
stelschroef (1) afgesteld worden. Daarna werkt de
gashendel weer correct.
VOORZICHTIG!
Verwondingsgevaar doordraaiend
snijgereedschap!
Bowdenkabels alleen bij uitgescha-
kelde motor afstellen.
Werking alleen bij liggende Sense
controleren.
Bougie
1. De bougie aanspannen met een moment van
12-15 Nm.
2. De bougiestekker op de bougie plaatsen.
ADVICE
Elektrodenafstand = 0,6 - 0,7 mm
[0.025“].
zie figuur 8
Instelling carburator
De carburator is van in de fabriek optimaal inge-
steld.
OPSLAG
VOORZICHTIG!
Gevaar op brand en explosies!
De motor niet voor open vuur of warmte-
bronnen opslaan.
In geval van een langere opslag (tijdens de
winter) de benzinetank legen.
De benzinetank alleen in open lucht legen.
De motor voor de opslag laten afkoelen.
1. Brandstoftank ledigen.
2. De motor starten en on, belast laten draaien
tot hij stopt.
3. De motor laten afkoelen.
4. De bougie met een bougiesleutel losdraaien.
5. Een theelepel 2-tact olie in de ontbrandings-
ruimte gieten.
6. Om de olie te evrdelen over de binnenruimte
van de motor meerdere keren traag trekken
aan de startkoord.
7. Bougie weer vast draaien.
8. De machine grondig reinigen en onderhou-
den.
9. De machine op en droge, koele plaats ops-
laan.
nl
Opslag
30 130 H
VOORZICHTIG!
Brandgevaar!
Getankte machine niet in gebouwen be-
waren, waarin benzinedampen met open
vuur of vonken in aanraking zouden kun-
nen komen!
TERUG IN BEDRIJF NEMEN
1. Bougie verwijderen.
2. Het startkoord snel doortrekken, om rester-
ende olie uit de verbrandingskamer te vewij-
deren.
3. Bougie reinigen, elektrode-abstand controle-
ren, desnoods vervangen.
4. De machine gebruiksklaar maken.
5. De tank met het juiste mengsel brandstof-olie
(50 : 1) vullen.
VERWIJDEREN
Afgedankte apparaten, batterijen of
accu´s niet samen met huishoudelijk
afval laten afvoeren!
Verpakking, apparaat en toebehoren
zijn vervaardigd van materialen die voor
hergebruik geschikt zijn. Verwijder deze
daarom dienovereenkomstig.
HULP BIJ STORINGEN
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK HERSTELLING
Motor start niet Verkeerde wijze van starten Lees de handleiding
Verkeerde hefboomstand aan
de choke
Zet de hefboom op RUN
Vuile, verkeerd ingestelde, of
verkeerde bougie
Bougie reinigen / instellen of
vervangen
Motor start, maar loopt niet ver-
der
Vuil brandstoffilter Filter vervangen
Verkeerde hefboomstand aan
de choke
Zet de hefboom op RUNMotor start, maar loopt niet met
vol vermogen.
Vuil luchtfilter Filter reinigen of vervangen
Motor loops sprongsgewijs Vuile, verkeerd ingestelde, of
verkeerde bougie
Bougie reinigen / instellen of
vervangen
Overdreven veel rook Verkkerd brandstofmengsel Het juiste brandstofmengsel ge-
bruiken
ADVICE
Bij storingen, die niet in deze tabel werden opgenomen of die u niet zelf kunt verhelpen,richt u
zich tot de betrokken klantendienst.
GARANTIE
469606_a 31
GARANTIE
Eventuele materiaal- of fabricagefouten aan het apparaat verhelpen we gedurende de wettelijke termijn
voor garantieaanspraken naar onze keuze door reparatie of een vervangende levering. Deze garantie-
termijn wordt bepaald door de wetgeving in het land, waar het apparaat is gekocht.
Onze garantietoezegging geldt enkel bij:
correcte behandeling van het apparaat
inachtneming van de bedieningshandleiding
gebruik van originele reserveonderdelen
De garantie vervalt bij:
pogingen tot reparatie van het apparaat
technische wijzigingen aan het apparaat
gebruik dat niet in overeenstemming is met de
bestemming
Uitgesloten van de garantie zijn:
lakschade die is veroorzaakt door normale slijtage
slijtageonderdelen, die op de kaart met reserveonderdelen zijn gekenmerkt met de omkadering [xxx
xxx (x)]
verbrandingsmotoren (hiervoor gelden de aparte garantiebepalingen van de betreffende motorfabri-
kant)
De garantieperiode begint op de aankoop door de eerste eindgebruiker. Bepalend is de datum van het
ontvangstbewijs. Bij garantieaanspraken kunt u zich met deze garantieverklaring en het aankoopbewijs
wenden tot de distributeur o f de bevoegde klantenservice bij u in de buurt. Met deze garantietoezegging
blijven de wettelijke aanspraken bij gebreken van de koper tegenover de verkoper onverkort van kracht.
1/248