De eXplorist 200 gebruiken 6
Stap twee: Waar wilt u naartoe?
De eXplorist weet nu waar u bent. Vervolgens kunt u vertellen waar u naartoe wilt. Er zijn veel
verschillende manieren waarop dit kan, maar de meest eenvoudige en meest gebruikte manier
is via een GOTO-route. Dit is een route in één etappe met een startpunt (waar u nu bent) en
een bestemming (waar u naartoe wilt). De bestemming wordt gekozen met behulp van de
database Bezienswaardigheden. Deze database heeft twee hoofdfuncties; posities die u hebt
opgeslagen (Mijn bezienswaardigheden) of bezienswaardigheden die al kant en klaar zijn
geladen in de eXplorist (Achtergrond kaart).
Het aanmaken van een GOTO-route is niet meer dan het indrukken van de knop GOTO en het
kiezen van een bestemming uit de database van bezienswaardigheden.
Stap drie: Voortbeweging berekenen
Als u zich voortbeweegt, berekent de eXplorist continu nieuwe posities, waarbij de nieuwe
positie steeds wordt vergeleken met vorige posities om bijvoorbeeld koers en snelheid te
bepalen. Dit is allemaal het werk van de interne software van de eXplorist, die communiceert
met satellieten en alles direct op het scherm weergeeft.
Stap vier: Richting aangeven
De eXplorist berekent continu een directe lijn van uw huidige positie naar uw bestemming.
Hiermee worden instructies gegeven om u de juiste weg te wijzen. Tenzij u zich op een groot
open water bevindt, is het niet waarschijnlijk dat u deze instructies nauwkeurig kunt opvolgen.
Om dit te compenseren werkt de eXplorist de route automatisch bij, om u te voorzien van de
meest actuele gegevens over het bereiken van uw bestemming.
De eenvoudigste en meest gebruikte functie van de eXplorist 200 bestaat uit GOTO-routes.
Door alleen de knop GOTO te gebruiken voorziet de eXplorist u van alle gereedschappen om u
naar één van de bezienswaardigheden uit de database te brengen.
Uw positie opslaan
Een andere, veel gebruikte, functie van de eXplorist is het opslaan van uw positie in de
database met bezienswaardigheden. Deze functie bereikt u door de toets MARK in te drukken.
Bij het opslaan van een positie kunt u ook attributen toevoegen, zoals een icoon of een naam
voor de bezienswaardigheid. Hiermee kunt u de betreffende bezienswaardigheid in de
toekomst eenvoudiger in de database vinden.
Stel dat u een kampement opmaakt. Morgen bent u van plan om de natuur te gaan verkennen,
waarna u weer naar uw huidige kampement wilt terugkeren. Druk op de knop MARK en geef
de bezienswaardigheid de naam "kamp". Druk als uw trektocht is voltooid gewoon op de knop
GOTO en selecteer "Kamp" in de lijst met Mijn bezienswaardigheden. Zo eenvoudig is het om
de weg terug te vinden.
Tijdens het vissen op het meer komt u op een plek waar u erg veel kunt vangen. Volgend jaar
wilt u weer naar dezelfde plek terugkeren. Schakel de eXplorist in en druk, nadat deze uw
positie heeft berekend, op de knop MARK om deze plek op te slaan. U kunt bijvoorbeeld de
naam "Meerval1" gebruiken om deze bezienswaardigheid op te slaan. Volgend jaar kunt u met
een druk op de knop GOTO weer naar deze plek terugkeren.