Endres+Hauser BA Turbimax CUS51D Handleiding

Type
Handleiding
Products Solutions Services
Inbedrijfstellingsvoorschrift
Turbimax CUS51D
Sensor voor troebelheid en vastestofgehalte
BA00461C/15/NL/20.23-00
71624513
2023-07-08
Turbimax CUS51D Inhoudsopgave
Endress+Hauser 3
Inhoudsopgave
1 Over dit document .................. 4
1.1 Veiligheidsinformatie ................... 4
1.2 Gebruikte symbolen ..................... 4
1.3 Symbolen op het instrument .............. 4
1.4 Documentatie ......................... 5
2 Fundamentele
veiligheidsinstructies ............... 6
2.1 Voorwaarden voor het personeel ........... 6
2.2 Bedoeld gebruik ........................ 6
2.3 Arbeidsveiligheid ....................... 6
2.4 Bedrijfsveiligheid ....................... 7
2.5 Productveiligheid ....................... 7
3 Productbeschrijving ................ 8
3.1 Productopbouw ........................ 8
4 Goederenontvangst en
productidentificatie ............... 13
4.1 Goederenontvangst .................... 13
4.2 Productidentificatie .................... 13
4.3 Leveringsomvang ...................... 14
4.4 Certificaten en goedkeuringen ............ 14
5 Montage .......................... 15
5.1 Montagevoorwaarden .................. 15
5.2 Montage van de sensor ................. 16
5.3 Controles voor de montage ............... 23
6 Elektrische aansluiting ............ 24
6.1 Aansluiten van de sensoren .............. 24
6.2 Waarborgen beschermingsklasse .......... 25
6.3 Controles voor de aansluiting ............. 26
7 Inbedrijfname ..................... 27
7.1 Installatiecontrole ..................... 27
8 Bedrijf ............................ 28
8.1 Aanpassen van het meetinstrument op de
procesomstandigheden ................. 28
9 Diagnose en storingen oplossen .... 38
9.1 Algemene oplossing van storingen ......... 38
10 Onderhoud ........................ 39
10.1 Onderhoudstaken ..................... 39
11 Reparatie ......................... 40
11.1 Algemene opmerkingen ................. 40
11.2 Reservedelen ......................... 40
11.3 Retour zenden ........................ 40
11.4 Afvoeren ............................ 40
12 Accessoires ....................... 41
12.1 Instrumentspecifieke toebehoren .......... 41
13 Technische gegevens .............. 43
13.1 Ingang .............................. 43
13.2 Voedingsspanning ..................... 43
13.3 Specificaties .......................... 43
13.4 Omgeving ........................... 44
13.5 Proces .............................. 45
13.6 Mechanische constructie ................ 45
Trefwoordenregister .................... 46
Over dit document Turbimax CUS51D
4 Endress+Hauser
1 Over dit document
1.1 Veiligheidsinformatie
Informatiestructuur Betekenis
LGEVAAR
Oorzaak (/gevolgen)
Indien nodig, de gevolgen indien
niet aangehouden (indien van
toepassing)
Corrigerende maatregel
Dit symbool wijst op een gevaarlijke situatie.
Wanneer deze gevaarlijk situatie niet wordt vermeden zal ernstig of
dodelijk lichamelijk letsel ontstaan.
LWAARSCHUWING
Oorzaak (/gevolgen)
Indien nodig, de gevolgen indien
niet aangehouden (indien van
toepassing)
Corrigerende maatregel
Dit symbool wijst op een gevaarlijke situatie.
Wanneer deze gevaarlijk situatie niet wordt vermeden kan ernstig of
dodelijk lichamelijk letsel ontstaan.
LVOORZICHTIG
Oorzaak (/gevolgen)
Indien nodig, de gevolgen indien
niet aangehouden (indien van
toepassing)
Corrigerende maatregel
Dit symbool wijst op een gevaarlijke situatie.
Wanneer deze situatie niet wordt vermeden, kan licht of middelzwaar letsel
ontstaan.
LET OP
Oorzaak/situatie
Indien nodig, de gevolgen indien
niet aangehouden (indien van
toepassing)
Actie/opmerking
Dit symbool wijst op situaties die materiële schade kunnen veroorzaken.
1.2 Gebruikte symbolen
Aanvullende informatie, tips
Toegestaan
Aanbevolen
Verboden of niet aangeraden
Verwijzing naar instrumentdocumentatie
Verwijzing naar pagina
Verwijzing naar afbeelding
Resultaat van de handelingsstap
1.3 Symbolen op het instrument
Symbool Betekenis
Verwijzing naar instrumentdocumentatie
Voer als zodanig gemarkeerde producten niet af als ongesorteerd
gemeentelijk afval. Stuur deze retour aan de fabrikant voor afvoeren onder
de geldende condities.
Turbimax CUS51D Over dit document
Endress+Hauser 5
1.4 Documentatie
De volgende handleidingen, welke deze bedieningshandleiding aanvullen, zijn te vinden op
de productpagina's op internet:
Technische informatie Turbimax CUS51D, TI00461C
Fundamentele veiligheidsinstructies Turbimax CUS51D
6 Endress+Hauser
2 Fundamentele veiligheidsinstructies
2.1 Voorwaarden voor het personeel
Installatie, inbedrijfname, bediening en onderhoud van het meetsysteem mogen alleen
worden uitgevoerd door speciaal opgeleid technisch personeel.
Het technisch personeel moet door de exploitant van de installatie zijn geautoriseerd
voor het uitvoeren van de specifieke taken.
De elektrische aansluiting mag alleen worden uitgevoerd door een elektrotechnicus.
Het technisch personeel moet deze beknopte handleiding hebben gelezen en begrepen
en de instructies daarin opgenomen opvolgen.
Storingen aan het meetpunt mogen alleen worden opgelost door geautoriseerd en
speciaal opgeleid personeel.
Reparaties, welke niet zijn beschreven in de meegeleverde bedieningsinstructies
mogen alleen worden uitgevoerd bij de fabrikant of door haar serviceorganisatie.
2.2 Bedoeld gebruik
De sensor wordt gebruikt voor het meten van de troebelheid en het vastestofgehalte in
water en afvalwater.
De sensor is met name geschikt voor gebruik in de volgende applicaties:
Troebelheidsmeting in het effluent
Vastestofgehalte in actief slib en recirculatie
Vastestofgehalte in slibbehandeling
Filterbaar materiaal in effluent van afvalwaterzuiveringsinstallaties
Gebruik van het instrument voor een ander doel dan hier beschreven, veroorzaakt gevaar
voor de veiligheid van mensen en voor het gehele meetsysteem en is daarom verboden.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door verkeerd gebruik of
gebruik niet conform de bedoeling.
2.3 Arbeidsveiligheid
Als gebruiker bent u verantwoordelijk voor het aanhouden van de volgende
veiligheidsvoorwaarden:
• Installatierichtlijnen
Lokale normen en regelgeving
Regelgeving betreffende explosiebeveiliging
Elektromagnetische compatibiliteit
Het product is getest voor wat betreft de elektromagnetische compatibiliteit conform de
geldende internationale normen voor industriële applicaties.
De gespecificeerde elektromagnetische compatibiliteit is alleen van toepassing op een
product, dat is aangesloten overeenkomstig deze bedieningshandleiding.
Turbimax CUS51D Fundamentele veiligheidsinstructies
Endress+Hauser 7
2.4 Bedrijfsveiligheid
Voor de inbedrijfname van het complete meetsysteem:
1. Controleer of alle aansluitingen correct zijn uitgevoerd.
2. Waarborg dat de elektrische kabels en slangaansluitingen niet zijn beschadigd.
3. Gebruik geen beschadigde producten en beveilig deze tegen onbedoelde
inbedrijfname.
4. Label beschadigde producten als zijnde defect.
Tijdens bedrijf:
Indien fouten niet kunnen worden opgelost:
Producten moeten buiten bedrijf worden gesteld en worden beveiligd tegen onbedoelde
inbedrijfname.
2.5 Productveiligheid
Het product is ontworpen om te voldoen aan de meest recente veiligheidsvoorschriften, is
getest en heeft de fabriek verlaten in een bedrijfsveilige toestand. De relevante regelgeving
en internationale normen zijn aangehouden.
Productbeschrijving Turbimax CUS51D
8 Endress+Hauser
3 Productbeschrijving
3.1 Productopbouw
De sensor is ontwikkeld voor continue meting van troebelheid en vastestofgehalte.
De sensor met 40 mm (1,57 in) diameter kan direct en geheel in het proces worden
toegepast zonder de noodzaak tot verdere monstername (in-situ).
De sensor omvat alle noodzakelijke modules:
• Voedingsspanning
• Lichtbronnen
• Detectoren
Detectoren detecteren de meetsignalen, digitaliseren deze en converteren deze in een
meetwaarde.
• Sensor-microprocessor
Deze is verantwoordelijk voor het aansturen van de interne processen en het overdragen
van de gegevens\.
Alle gegevens, inclusief de kalibratiegegevens, zijn opgeslagen in de sensor. De sensor kan
vooraf worden gekalibreerd en worden gebruikt op een meetpunt, extern worden
gekalibreerd of worden gebruikt op verschillende meetpunten met verschillende
kalibraties.
3.1.1 Meetprincipe
Voor de troebelheidsmeting wordt een lichtstraal door het medium gestuurd en van de
originele richting afgebogen door optisch dichtere deeltjes, bijv. deeltjes vaste stoffen. Dit
proces wordt verstrooiing genoemd.
1
2
3
4
A0030850
 1 Afbuiging van licht
1 Lichtbron
2 Lichtstraal
3 Deeltje
4 Strooilicht
Het licht wordt verstrooid in vele richtingen, d.w.z. onder verschillende hoeken ten
opzichte van de voortplantingsrichting. 2 hoekbereiken zijn hier met name interessant:
Licht verstrooid onder een hoek van 90° wordt primair gebruikt voor troebelheidsmeting
in drinkwater.
Licht verstrooid onder een hoek van 135° is een uitbreiding van het bereik voor hoge
deeltjesdichtheid.
Turbimax CUS51D Productbeschrijving
Endress+Hauser 9
90°
135°
123
A0030846
 2 Principiële werking van troebelheidssensor
1 Lichtbron
2 135° lichtontvanger
3 90° lichtontvanger
Wanneer de deeltjesdichtheid in het medium laag is, wordt het meeste licht verstrooid
onder 90° en een kleine hoeveelheid onder 135°. Wanneer de deeltjesdichtheid groter
wordt, verschuift deze verhouding (meer licht onder 135°, minder licht onder 90°).
1
Ir
FNU
90°
135°
A0030849
 3 Signaalverdeling als functie van de deeltjesdichtheid
Ir Relatieve intensiteit
FNU Troebelheidseenheid
De CUS51D troebelheidssensor heeft 2 sensoreenheden, welke onafhankelijk van elkaar
werken en parallel zijn opgesteld. De toepassingsafhankelijke verwerking van beide
signalen heeft stabiele meetwaarden als resultaat.
Productbeschrijving Turbimax CUS51D
10 Endress+Hauser
12
3
4
5
6
A0030845
 4 Opstelling van lichtbronnen en lichtontvangers
1, 2 Lichtbronnen 1 en 2
3, 5 135° lichtontvanger
4, 6 90° lichtontvanger
De sensor bestrijkt een breed bereik troebelheids- en vaste stofmetingen dankzij de
optische opstelling met 2 lichtbronnen, elk met 2 lichtontvangers geplaatst onder
verschillende hoeken (90° en 135°).
Zodra de klant een toepassing selecteert, bijv. Actief slib, wordt de optische methode
welke het best geschikt is voor de betreffende meettaak automatisch in de sensor
geactiveerd (bijv. 90° meting met beide lichtbronnen).
Een dubbel sensorsysteem (2 lichtbronnen met 2 ontvangers per bron) compenseert
grotendeels meetfouten die worden veroorzaakt door vervuiling (4-straals
pulslichtmethode →  10).
De leverbare sensoruitvoeringen variëren voor wat betreft het meetbereik en daarom
voor wat betreft de mogelijke toepassingen.
3.1.2 Meetmethoden
4-straals pulslichtmethode
Deze methode is gebaseerd op 2 lichtbronnen en 4 lichtontvangers. Duurzame leds worden
gebruikt als monochromatische lichtbronnen. Deze leds worden afwisselend gepulst en
genereren 4 strooilichtsignalen per led-puls aan de ontvangers.
Deze compenseert interferentie-invloeden zoals extern licht, ledveroudering, vervuiling
van het venster en absorptie in het medium. Afhankelijk van de gekozen toepassing,
worden verschillende strooilichtsignalen verwerkt. Het signaaltype, aantal en de
berekening worden opgeslagen in de sensor.
Turbimax CUS51D Productbeschrijving
Endress+Hauser 11
S1E1-135
E2-135
S2
E1-90
E2-90
A0030847
 5 4-straals pulslichtmethode
S1 S2Lichtbron
E90 Lichtontvanger voor 90° strooilicht
E135 Lichtontvanger voor 135° strooilicht
90° strooilichtmethode
Meting wordt uitgevoerd bij een golflengte van 860 nm, zoals beschreven in ISO 7027 /
EN 27027.
De uitgestraalde lichtstraal wordt verstrooid door vaste deeltjes in het medium. De
verstrooide straling die op deze manier wordt gegenereerd wordt gemeten door
strooilichtontvangers onder een hoek van 90° ten opzichte van de lichtbronnen. De
troebelheid van het medium wordt bepaald door de hoeveelheid strooilicht.
S
E
a
P
A0030852
 6 90° strooilichtmethode
S Lichtbron
E Ontvanger
P Deeltje
135° terugstrooilicht methode
De uitgestraalde lichtstraal wordt verstrooid door vaste deeltjes in het medium. De
terugstrooiing die wordt gegenereerd wordt gemeten door strooilichtontvangers, die zijn
opgesteld naast de lichtbronnen. De troebelheid van het medium wordt bepaald gebaseerd
op de hoeveelheid teruggestrooid licht. Het is mogelijk om zeer hoge troebelheidswaarden
te meten met dit type strooilichtmeting.
Productbeschrijving Turbimax CUS51D
12 Endress+Hauser
S1
E1P
I0
IS
a
Is= I0· C · A· f(a)
A0030855
 7 Principe van de terugstrooilichtmethode
IoIntensiteit van doorgelaten licht
IsIntensiteit van verstrooid licht
A Geometrische factor
C Concentratie
P Deeltje
f(α) Hoekcorrelatie
Turbimax CUS51D Goederenontvangst en productidentificatie
Endress+Hauser 13
4 Goederenontvangst en productidentificatie
4.1 Goederenontvangst
1. Controleer of de verpakking niet is beschadigd.
Informeer de leverancier in geval van beschadiging van de verpakking.
Bewaar de beschadigde verpakking tot de zaak is opgelost.
2. Controleer of de inhoud niet is beschadigd.
Informeer de leverancier in geval van beschadiging van de levering.
Bewaar de beschadigde goederen tot de zaak is opgelost.
3. Controleer of de levering compleet is en er niets ontbreekt.
Vergelijk de pakbon met uw bestelling.
4. Verpak het product voor opslag en transport zodanig, dat het is beschermd tegen
stoten en vocht.
De originele verpakking biedt de beste bescherming.
Waarborg dat een de toegestane omgevingscondities wordt voldaan.
Wanneer u vragen heeft, neem dan contact op met uw verkoopvertegenwoordiging.
4.2 Productidentificatie
4.2.1 Typeplaat
De typeplaat bevat de volgende informatie over het instrument:
Identificatie fabrikant
• Bestelcode
Uitgebreide bestelcode
• Serienummer
Veiligheidsinformatie en waarschuwingen
Vergelijk de informatie op de typeplaat met de bestelling.
4.2.2 Identificatie van het product
Productpagina
www.endress.com/cus51d
Betekenis van de bestelcode
De bestelcode en het serienummer van uw product zijn vermeld op de volgende locaties:
Op de typeplaat
Op de pakbon
Bevat informatie over het product
1. Ga naar www.endress.com.
2. Pagina zoeken (vergrootglassymbool): voer geldig serienummer in.
3. Zoeken (vergrootglas).
De productstructuur wordt in een popup-venster getoond.
4. Klik op het productoverzicht.
Een nieuw venster wordt geopend. Hier vindt u informatie over uw instrument,
inclusief de productdocumentatie.
Goederenontvangst en productidentificatie Turbimax CUS51D
14 Endress+Hauser
Adres van de fabrikant
Endress+Hauser Conducta GmbH+Co. KG
Dieselstraße 24
70839 Gerlingen
Duitsland
4.3 Leveringsomvang
De leveringsomvang omvat:
1 sensor, versie zoals besteld
1 x bedieningshandleiding
Indien u vragen heeft:
neem contact op met uw leverancier of lokale vertegenwoordiging.
4.4 Certificaten en goedkeuringen
Actuele certificaten en goedkeuringen voor het product zijn beschikbaar via
www.endress.com op de bijbehorende productpagina:
1. Kies het product via de filters en het zoekveld.
2. Open de productpagina.
3. Kies Downloads.
Turbimax CUS51D Montage
Endress+Hauser 15
5 Montage
5.1 Montagevoorwaarden
5.1.1 Afmetingen
Ø 40
(1.57)
NPT ¾“
G1
82.7 (3.26)
188.5 (7.42)
12.5 (0.49)
20.5
(0.81)
13.5 (0.53)
36
(1.42)
A0030853
 8 Afmetingen. Technische eenheid: mm (in)
Montage Turbimax CUS51D
16 Endress+Hauser
Persluchtreiniging
A0030854
 9 Persluchtreiniging. Technische eenheid: mm (in)
A Versie 6 mm (0,24 in)
B Versie 6,35 mm (0,25 in)
5.2 Montage van de sensor
De sensor kan worden gemonteerd met verschillende armaturen of direct in een
leidingaansluiting. Echter, de dompelarmatuur CYA112 moet worden gebruikt voor
continu bedrijf van de sensor onder water.
5.2.1 Meetsysteem
Een compleet meetsysteem bestaat uit:
Turbimax CUS51D troebelheidssensor
Liquiline CM44x meerkanaals transmitter
• Armatuur:
Flexdip CYA112 armatuur en Flexdip CYH112 houder of
Uittrekbare armatuur, bijv. Cleanfit CUA451
Turbimax CUS51D Montage
Endress+Hauser 17
1
2
3
4
5
6
A0051207
 10 Meetsysteem met dompelarmatuur (voorbeeld)
1 Hoofdpijp, Flexdip CYH112 houder
2 Liquiline CM44x meerkanaals transmitter
3 Zonnedak
4 Dwarspijp, Flexdip CYH112 houder
5 Afvalwaterarmatuur Flexdip CYA112
6 Turbimax CUS51D troebelheidssensor
2
3
5
4
1
A0030856
 11 Meetsysteem met dompelarmatuur (voorbeeld)
1 Liquiline CM44x meerkanaals transmitter
2 Zonnedak
3 Dwarspijp, Flexdip CYH112 houder
4 Afvalwaterarmatuur Flexdip CYA112
5 Turbimax CUS51D troebelheidssensor
Montage Turbimax CUS51D
18 Endress+Hauser
1
3
4
2
5
A0030843
 12 Meetsysteem met uittrekbare armatuur (voorbeeld)
1 Turbimax CUS51D troebelheidssensor
2 Liquiline CM44x meerkanaals transmitter
3 Cleanfit CUA451 uittrekbare armatuur
4 Doorstroomrichting
5 Optisch venster
5.2.2 Installatievoorbeelden
Leidinginstallatie
a
1
2
A0051206
 13 Installatie met uittrekbare armatuur
1 Doorstroomrichting
2 Optisch venster
De installatiehoek α mag niet groter zijn dan 90° →  13,  18. De aanbevolen
installatiehoek is 75°. Het optische venster van de sensor moet worden uitgelijnd langs de
doorstroomrichting.
De mediumdruk mag niet hoger worden dan 2 bar (29 psi) voor handmatig uittrekken van
de armatuur.
Turbimax CUS51D Montage
Endress+Hauser 19
A0035858
 14 Installeren met CYA251 doorstroomarmatuur
De installatiehoek is 90°. Voor troebelheidsmetingen < 200 FNU, veroorzaakt de
terugstrooiing van de interne oppervlakken van de armatuur verstoringen van de
meetwaarden.
Het diagram hierna toont verschillende installatiemogelijkheden in leidingen met daarbij
of deze wel of niet zijn toegestaan.
4
5
2
2
1
3
3
A0030848
 15 Oriëntatie en positie (met CUA451 uittrekbare armatuur )
Bij gebruik van reflecterende materialen (bijv. roestvast staal), moet de leidingdiameter
minimaal 100 mm (3,9 in)zijn. Een lokale kalibratie wordt geadviseerd.
Installeer de sensor op plaatsen met consistente doorstroomomstandigheden.
De beste installatielocatie is in de stijgleiding (pos. 1). Installatie is ook mogelijk in de
horizontale leiding (pos. 5).
Installeer de sensor niet op plaatsen waar luchtzakken of luchtbellen optreden (pos. 3)
of waar afzettingen kunnen ontstaan (pos. 2).
Vermijd installatie in een zakleiding (pos. 4).
Bij het meten van troebelheid < 200 FNU, veroorzaakt de terugstrooiing vanaf de
leidingwand verstoringen van de meetwaarden. Daarom wordt meetwaarde-inregeling
met een offset hier aanbevolen.
Vermijd armaturen benedenstrooms van drukverminderingen om uitgassen te
voorkomen.
Montage Turbimax CUS51D
20 Endress+Hauser
Dompelbedrijf
Vaste installatie met afvalwaterarmatuur
1
2
3
4
A0013383
 16 Installatie op reling
1 Turbimax CUS51D troebelheidssensor
2 Afvalwaterarmatuur Flexdip CYA112
3 Dwarspijp, Flexdip CYH112 houder
4 Hoofdpijp, Flexdip CYH112 houder
1
2
3
4
5
6
A0051207
 17 Installatie met verticale mast
1 Hoofdpijp, Flexdip CYH112 houder
2 Liquiline CM44x meerkanaals transmitter
3 Zonnedak
4 Dwarspijp, Flexdip CYH112 houder
5 Afvalwaterarmatuur Flexdip CYA112
6 Turbimax CUS51D troebelheidssensor
Turbimax CUS51D Montage
Endress+Hauser 21
Dit type installatie is vooral geschikt voor krachtige of turbulente stroming
(> 0,5 m/s (1,6 ft/s)) in bekkens of kanalen.
Installatie met kettinghouder
1
2
3
4
5
A0013384
 18 Kettinghouder op reling
1 Turbimax CUS51D troebelheidssensor
2 Afvalwaterarmatuur Flexdip CYA112
3 Ketting van Flexdip CYH112 houder
4 Dwarspijp, Flexdip CYH112 houder
5 Hoofdpijp, Flexdip CYH112 houder
1
2
3
4
5
6
7
A0051208
 19 Kettinghouder op verticale mast
1 Hoofdpijp, Flexdip CYH112 houder
2 Liquiline CM44x meerkanaals transmitter
3 Zonnedak
4 Dwarspijp, Flexdip CYH112 houder
5 Ketting van Flexdip CYH112 houder
6 Afvalwaterarmatuur Flexdip CYA112
7 Turbimax CUS51D troebelheidssensor
De kettinghouder is speciaal geschikt voor toepassingen waar voldoende afstand nodig is
tussen de montagepositie en de wand van het beluchtingsbekken. Omdat de armatuur vrij
wordt opgehangen, wordt invloed van de trillingen van de mast uitgesloten. De beweging
van de ketting verbetert het zelfreinigende effect van de optiek.
Zie voor gedetailleerde informatie over de montage van de afvalwaterarmatuur, de
bedieningshandleiding BA00432C
Montage Turbimax CUS51D
22 Endress+Hauser
Montage van de reinigingseenheid
A0031105
 20 Turbimax CUS51D sensor met reinigingseenheid
De reinigingseenheid is vooral geschikt voor schoon water of media met een hoog
vetgehalte die neigen tot zware afzettingen.
1
2
1
A0030860
 21 Uitlijnen van de reinigingseenheid
1 LED's
2 Sok
1
2
A0030861
 22 Bevestigen van de reinigingseenheid
1 Slangaansluiting
2 Bevestigingsschroef
Monteer de reinigingseenheid als volgt:
1. Monteer de reinigingseenheid op de sensor zover als mogelijk.
2. Bepaal de positie van de beide LED's (deze zijn onder een hoek geïnstalleerd en
hebben een lichte achtergrond).
3. Positioneer de reinigingseenheid zodanig dat de nozzle zich aan de zijde met de twee
LED's bevindt (→  21).
4. Bevestig de reinigingseenheid met de borgschroef met een inbussleutel (max.
aanhaalmoment: 2,5 mm (0,1 in)0,5 Nm (0,37 lbf ft).
5. Sluit de persluchtslang van de compressor op de slangaansluiting aan.
Turbimax CUS51D Montage
Endress+Hauser 23
5.3 Controles voor de montage
Neem de sensor alleen in bedrijf wanneer de volgende vragen met "ja" kunnen worden
beantwoord:
Zijn de sensor en de kabel onbeschadigd?
Is de inbouwpositie correct?
Is de sensor geïnstalleerd in de procesaansluiting en hangt deze niet vrij aan de kabel?
Elektrische aansluiting Turbimax CUS51D
24 Endress+Hauser
6 Elektrische aansluiting
LWAARSCHUWING
Instrument staat onder spanning!
Verkeerde aansluiting kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben!
De elektrische aansluiting mag alleen worden uitgevoerd door een elektrotechnicus.
De elektrotechnicus moet deze beknopte handleiding hebben gelezen en begrepen en
de instructies daarin opgenomen opvolgen.
Voor het uitvoeren van de aansluitwerkzaamheden, moet worden gewaarborgd dat op
geen enkele kabel nog spanning staat.
6.1 Aansluiten van de sensoren
De volgende aansluitmogelijkheden zijn beschikbaar:
Via M12-connector (versie: vaste kabel, M12-connector)
Via sensorkabel op de insteekklemmen of een sensoringang op de transmitter (versie:
vaste kabel, adereindhulzen)
85 86 85
2DS
1
2
86
97 88 8798 97 88 8798
Sensor 1
Sensor 2
PK
GY
GN
YE
Sensor
85 86 85
1
2
86
97 88 8798
Sensor 1
PK
GY
GN
YE
BN
WH
Sensor
A0033092
 23 Sensoraansluiting op de sensoringang (links) of via M12-connector (rechts)
De maximale kabellengte is 100 m (328,1 ft).
6.1.1 Aansluiten van de kabelafscherming
Instrumentkabel moeten zijn afgeschermd.
Gebruik alleen afgesloten originele kabels waar mogelijk.
Klembereik van kabelklemmen: 4 … 11 mm (0,16 … 0,43 in)
Turbimax CUS51D Elektrische aansluiting
Endress+Hauser 25
Kabelvoorbeeld (komt niet perse overeen met de originele meegeleverde kabel)
12
3
 24 Afgesloten kabel
1 Buitenste afscherming
(blootgelegd)
2 Kabeladers met adereindhulzen
3 Kabelmantel (isolatie)
4
A0045763
 25 Sluit de kabel aan op de
aardklem
4 Aardklem
A0045764
 26 Druk de kabel in de
aardklem
De kabelafscherming wordt geaard
via de aardklem 1)
1) Zie ook de instructies in het hoofdstuk "Waarborgen van de beschermingsklasse"
1. Maak een passende kabelwartel op de bodem van de behuizing los.
2. Verwijder de dummyplug.
3. Bevestig de wartel aan het kabeluiteinde, waarbij de wartel in de juiste richting moet
wijzen.
4. Trek de kabel door de wartel in de behuizing.
5. Installeer de kabel zodanig in de behuizing dat de blootgelegde kabelafscherming in
één van de kabelklemmen past en de kabeladers eenvoudig kunnen worden
doorgetrokken tot de aansluitstekker op de elektronicamodule.
6. Sluit de kabel aan op de kabelklem.
7. Klem de kabel vast.
8. Sluit de aders aan conform het aansluitschema.
9. Draai de kabelwartel aan de buitenkant vast.
6.2 Waarborgen beschermingsklasse
Alleen de mechanische en elektrische aansluitingen welke zijn beschreven in deze
handleiding en die nodig zijn voor het gewenste, bedoelde gebruik mogen worden
uitgevoerd op een geleverd instrument.
Wees voorzichtig bij het uitvoeren van de werkzaamheden.
De individuele bescherming van dit product (beschermingsklasse (IP), elektrische
veiligheid, EMC ongevoeligheid voor interferentie) kan niet langer worden gegarandeerd
indien, bijvoorbeeld :
Deksels worden open gelaten
Andere voedingseenheden dan welke geleverd worden gebruikt
Kabelwartels niet voldoende zijn aangedraaid (moet worden aangedraaid met
2 Nm (1,5 lbf ft) voor de gespecificeerde IP-bescherming)
Verkeerde kabeldiameters worden gebruikt voor de kabelwartels
Modules niet volledig zijn gezekerd
Het display niet volledig is vastgezet (risico dat vocht binnendringt door onvoldoende
afdichting)
Losse of onvoldoende vastgezette kabels/kabeluiteinden
Geleidende kabeldelen zijn achtergebleven in het instrument
Elektrische aansluiting Turbimax CUS51D
26 Endress+Hauser
6.3 Controles voor de aansluiting
Gezondheid en specificaties van het instrument Actie
Zijn buitenkanten van de sensor, armatuur of
kabels onbeschadigd?
Voer een visuele inspectie uit.
Elektrische aansluiting Actie
Zijn de geïnstalleerde kabels voorzien van een
trekontlasting en niet getwist?
Voer een visuele inspectie uit.
Draai de kabels uit elkaar.
Is een voldoende lengte van de kabeladers gestript
en zijn de aders correct in de klemmen geplaatst?
Voer een visuele inspectie uit.
Trek voorzichtig om de goede bevestiging te
controleren.
Zijn de voedings- en signaalkabels goed
aangesloten?
Gebruik het aansluitschema van de transmitter.
Zijn alle schroefklemmen goed vastgezet? Zet de schroefklemmen vast.
Zijn alle kabelinvoeren gemonteerd, vastgezet en
lekdicht?
Voer een visuele inspectie uit.
In geval van laterale kabelwartels:
Richt kabellussen naar benden zodat water kan
afdruipen.
Zijn alle kabelinvoeren naar beneden of zijwaarts
gericht gemonteerd?
Turbimax CUS51D Inbedrijfname
Endress+Hauser 27
7 Inbedrijfname
7.1 Installatiecontrole
Waarborg voor de eerste inbedrijfname, dat:
de sensor correct is geïnstalleerd
De elektrische aansluiting correct is uitgevoerd
Bedrijf Turbimax CUS51D
28 Endress+Hauser
8 Bedrijf
8.1 Aanpassen van het meetinstrument op de
procesomstandigheden
8.1.1 Toepassingen
De sensor maakt metingen mogelijk in een groot aantal verschillende toepassingen. De
meetmethode wordt automatisch ingesteld door de betreffende toepassing te kiezen.
Troebelh. type applicatie
Applicatie Methode Meetbereik
Formazine 135° - eenkanaals-meting 0 tot 4000 FNU
Weergavebereik tot 9999 FNU
Kaolin 135° - eenkanaals-meting 0 tot 5 g/l
TiO2 135°, 4-straals pulslicht 0,2 tot 150 g/l
SiO2 135°, 4-straals pulslicht 5 tot 100 g/l
010 20 30 40 50 60 100 120 140 160
0
1000
9999
2000
3000
4000
5000
6000
7000
8000
9000
70 80 90 110 130 150
FNU
D
C
g/l
B
A
A0050651
 27 Troebelh. type applicatie
A TiO2
B SiO2
C Kaolin
D Formazine
Drogestof (gr/l, %) type applicatie
Applicatie Methode Meetbereik
Dun slib 135° troebelheid, eenkanaals 0 tot 5 g/l
Actief slib 90°, 4-straals pulslicht 2 tot 15 g/l
Prim./surpl.slib 135°, 4-straals pulslicht 3 tot 50 g/l
Sludge, general 135°, eenkanaals (voor lage TS-gehalte) 0 tot 50 g/l
135°, 4-straals pulslicht (voor hoog TS-gehalte)
Uitgegist slib 135° troebelheid, eenkanaals 5 tot 100 g/l / 300 g/l
Turbimax CUS51D Bedrijf
Endress+Hauser 29
010 20 30 40 50 60 80 90 10070
g/l
E
D
C
B
A
A0050652
 28 Drogestof (gr/l, %) type applicatie
A Uitgegist slib
B Prim./surpl.slib
CSludge, general (met name voor SBR toepassingen)
DActief slib (alleen voor TS-bereiken > 2 g/l)
E Dun slib
De Dun slib-applicatie maakt metingen mogelijk in slibapplicaties vanaf
0 … 5 g/l (0 … 0,04 lb/gal). Metingen en vele slibapplicaties vanaf
0 … 50 g/l (0 … ⁰,⁴⁄ lb/ga) (bijv. SBR) zijn mogelijk met de Sludge, general-applicatie. Deze
applicaties kunnen worden gekalibreerd op een enkel punt in het proces tijdens bedrijf.
Toepassingsgebieden en bijbehorende applicaties →  29
LET OP
Meervoudige verstrooiing in de volgende applicaties: formazine, kaoline en dun slib
Wanneer het specifieke bedrijfsbereik wordt overschreden, kan de door de sensor
getoonde waarde afnemen ondanks een toenemende troebelheid of TS-gehalte. Het
gespecificeerde bedrijfsbereik wordt gereduceerd in geval van hoog absorberende (bijv.
donkere) media.
In geval van hoge absorptie (bijv. donkere) media, moet het bedrijfsbereik
experimenteel vooraf worden bepaald.
8.1.2 Kalibratie
De sensor is af fabriek gekalibreerd. Daarom kan het in veel applicaties worden toegepast
(bijv. schoonwatermeting) zonder dat extra kalibratie nodig is. De fabriekskalibraties zijn
gebaseerd op drie-punts kalibraties. De Formazine-toepassing is al volledig gekalibreerd
en kan zonder verdere kalibratie worden gebruikt.
Alle andere toepassingen zijn voorgekalibreerd met referentiemonsters en daarom is een
kalibratie voor de betreffende toepassing nodig.
Naast de fabriekskalibratiegegevens, die niet kunnen worden veranderd, heeft de sensor
vijf andere gegevensrecords die worden gebruikt voor het opslaan van proceskalibraties.
Selectie van de toepassing
Tijdens de eerste inbedrijfname of kalibratie op de transmitter, moet de passende
applicatie en meetbereik worden gekozen.
Toepassing: afvalwater
Toepassingsgebied Bereik Applicatie Aanbevolen type
kalibratie
Inlaat < 5 g/l Dun slib [mg/l, g/l]
Formazine
[FNU, NTU]
Eenpunts (in het
proces)
> 5 g/l Prim./surpl.slib [g/l, %TS] Tweepunts (buiten het
proces)
Bedrijf Turbimax CUS51D
30 Endress+Hauser
Toepassingsgebied Bereik Applicatie Aanbevolen type
kalibratie
Primair slibextractie,
primair zuivering
3 tot circa
50 g/l
Prim./surpl.slib [g/l, %TS] Tweepunts (buiten het
proces)
> circa 50
g/l
Uitgegist slib[g/l, %TS] Tweepunts (buiten het
proces)
Beluchtingsbassin 0 tot 5 g/l Dun slib [mg/l, g/l] Eenpunts (in het
proces)
2 tot 15 g/l Actief slib [mg/l, g/l]
Prim./surpl.slib
[g/l, %TS]
Tweepunts (buiten het
proces)
Sequentiële
batchreactoren
0 tot circa
50 g/l
Sludge, general [mg/l, g/l, %TS]
Voor toepassingen met een breed dynamisch
bereik, van helder water tot hoog
vastestofgehalte
Eenpunts (in het
proces)
Recirculatieleiding 3 tot circa
50 g/l
Prim./surpl.slib [g/l, %TS] Tweepunts (buiten het
proces)
Afvalwater actief
slibextractie
3 tot circa
50 g/l
Prim./surpl.slib [g/l, %TS] Tweepunts (buiten het
proces)
> circa 50
g/l
Uitgegist slib [g/l, %TS] Tweepunts (buiten het
proces)
Slibverdikker (primair
slib)
3 tot circa
50 g/l
Prim./surpl.slib [g/l, %TS] Tweepunts (buiten het
proces)
> circa 50
g/l
Uitgegist slib
[g/l, %TS]
Tweepunts (buiten het
proces)
Inlaat vergister 3 tot circa
50 g/l
Prim./surpl.slib [g/l, %TS] Tweepunts (buiten het
proces)
> circa 50
g/l
Uitgegist slib
[g/l, %TS]
Tweepunts (buiten het
proces)
Uitlaat vergister (slib) > 5 g/l Uitgegist slib [g/l, %TS] Tweepunts (buiten het
proces)
3 tot
maximaal
50 g/l
Prim./surpl.slib
[g/l, %TS]
Tweepunts (buiten het
proces)
Afvalwaterzuiveringsin
stallatie effluent
0 tot 5 g/l Formazine [FNU, NTU], Dun slib [mg/l, g/l]
Kaolin
[mg/l, g/l]
Eenpunts (in het
proces)
Zandfilterbewaking 0 tot 5 g/l Formazine [FNU, NTU], Dun slib [mg/l, g/l] Eenpunts (in het
proces)
Voorkeurstoepassingen zijn vet gedrukt.
Toepassing: proceswater
Toepassingsgebied Bereik Applicatie Aanbevolen type
kalibratie
Siliciumdioxide
proceswater
0 tot 5 g/l Formazine [FNU, NTU],
Dun slib
[mg/l, g/l], Kaolin [mg/l, g/l])
Eenpunts (in het
proces)
Siliciumdioxide
processlib
5 tot 100
g/l
SiO2 [ppm, g/l] Tweepunts (buiten het
proces)
Titaniumdioxide
proceswater
0 tot 1 g/l Formazine [FNU, NTU],
Dun slib
(mg/l, g/l), Kaolina[mg/l, g/l])
Eenpunts (in het
proces)
Turbimax CUS51D Bedrijf
Endress+Hauser 31
Toepassingsgebied Bereik Applicatie Aanbevolen type
kalibratie
Titaniumdioxide
processlib
1 tot 150
g/l
TiO2 [ppm, g/l] Tweepunts (buiten het
proces)
Kaolien proceswater/
proceswaterslib
0 tot 5 g/l Kaolin [mg/l, g/l] Eenpunts (in het
proces)
Voorkeurstoepassingen zijn vet gedrukt.
Type kalibratie (aantal kalibratiepunten)
Eenpuntskalibratie
0
0 2 46 8
g/l
signal
a
b
c
A0050659
 29 Eenpuntskalibratie
a Fabriekskalibratiecurve
b Nieuwe kalibratiecurve
c Kalibratiepunt
Een eenpunts kalibratie heeft een verandering van de helling van de
fabriekskalibratiecurve tot gevolg, die is geprogrammeerd in het instrument.
Tweepuntskalibratie
0
0 2 46 8
g/l
signal
a
b
cc
A0050661
 30 Tweepuntskalibratie
a Fabriekskalibratiecurve
b Nieuwe kalibratiecurve
c Kalibratiepunten
Een tweepunts kalibratie heeft een verandering van de helling en het nulpunt van de
fabriekskalibratiecurve tot gevolg, die is geprogrammeerd in het instrument. Dit type
Bedrijf Turbimax CUS51D
32 Endress+Hauser
kalibratie wordt geadviseerd als standaard methode omdat deze goede kalibratiecurves en
goede meetresultaten geeft bij minimale kalibratiewerkzaamheden.
1. Kies de twee kalibratiepunten in de nabijheid van de grenswaarden van het
verwachte meetbereik.
2. Kies geen kalibratiepunten buiten het gespecificeerde meetbereik voor de applicatie.
Driepuntskalibratie
0
0 2 46 8
g/l
signal
a
b
ccc
A0050664
 31 Driepuntskalibratie
a Fabriekskalibratiecurve
b Nieuwe kalibratiecurve
c Kalibratiepunten
Met een driepuntskalibratie, wordt een nieuwe kalibratiecurve gecreëerd door alle 3
kalibratiepunten, waardoor een hoge mate van nauwkeurigheid binnen het
kalibratiebereik wordt gerealiseerd.
1. Kies binnen het meetbereik kalibratiepunten die zo ver mogelijk uit elkaar liggen.
2. Kies geen kalibratiepunten buiten het gespecificeerde meetbereik voor de applicatie.
Wanneer de gekozen kalibratiepunten niet geschikt zijn, wordt het curveprofiel
zodanig verstoord dat niet-plausibele meetwaarden het gevolg kunnen zijn.
Vijfpuntskalibratie
0
0 2 46 8
g/l
signal
a
b
c
Δ1
Δ2 Δ3
Δ4
Δ5
c
c
c
c
A0050665
 32 Vijfpuntskalibratie
a Fabriekskalibratiecurve
b Nieuwe kalibratiecurve
c Kalibratiepunten
Turbimax CUS51D Bedrijf
Endress+Hauser 33
Met een vier- of vijfpuntskalibratie, wordt de kalibratiecurve bepaald tussen de
kalibratiepunten. Dit type kalibratie moet zo mogelijk worden vermeden omdat het de
nauwkeurigheid niet significant verbetert.
Verklaring type kalibratie
Eenpunts- en tweepuntskalibraties zijn gebaseerd op de fabrieksgegevensrecord die intern
in het instrument is opgeslagen. In geval van een kalibratie op 3 punten of meer, wordt de
originele fabriekskalibratiecurve altijd genegeerd en wordt een compleet nieuwe
kalibratiecurve berekend.
Voor multipuntkalibraties, moeten de kalibratiepunten altijd het gehele meetbereik
van de toepassingen bestrijken.
Een kalibratie met nulwater (0 g/l) zal resulteren in onbruikbare kalibraties voor de
volgende toepassingen:
Actief slib
• Prim./surpl.slib
Uitgegist slib
• SiO2
• TiO2
Procedure voor eenpuntskalibratie
Met de 1-puntskalibratie kan de sensor ondergedompeld blijven in het medium.
1. Neem voor de laboratoriummeting een monster van het medium in de directe
nabijheid van de sensor.
2. Geef het monster aan het laboratorium zodat de troebelheid of het vastestofgehalte
kan worden bepaald.
3. Kies een gegevensrecord op de CM44x transmitter.
4. Start indien mogelijk, de kalibratie op hetzelfde moment als de
monsternameprocedure en voer de laboratoriumwaarde van het monster in als
setpoint.
5. Voer een benaderingswaarde in als setpoint wanneer er geen laboratoriumwaarde
beschikbaar is tijdens de kalibratie.
Wijzig zodra de laboratoriumwaarde beschikbaar is, het setpoint op de
transmitter.
Procedure voor multipuntkalibratie
LVOORZICHTIG
Zuur of medium
Risico voor lichamelijk letsel, schade aan kleding en systeem!
Schakel de reinigingseenheid uit voordat de sensor uit het medium wordt verwijderd.
Draag een veiligheidsbril en veiligheidshandschoenen.
Maak spatten op kleding en andere objecten direct schoon.
Bedrijf Turbimax CUS51D
34 Endress+Hauser
Monstervoorbereiding van de kalibratie-oplossingen:
In geval van multipuntkalibratie, vindt de kalibratie buiten het proces plaats. Hiervoor
wordt een monster uit het proces genomen en voorbereid.
1.
A0020482
Neem een monster uit het proces (bijv.10 l (2,6 gal) emmer).
2.
A0035855
Wacht tot de slibcomponenten zijn bezonken.
3.
A0035856
Verwijder het overtollige water (indien mogelijk) om de concentratie van het monster
te verhogen.
4. Roer het monster om dit meer homogeen te maken.
5.
A0020485
Verwijder een deel van het monster voor laboratoriumanalyse.
6.
A0020486
Doe een gedefinieerde hoeveelheid monster (bijv.2 l (0,5 gal)) in de
kalibratiecontainer (emmer).
7. Ga door met roeren van het monster om de homogeniteit te waarborgen.
Turbimax CUS51D Bedrijf
Endress+Hauser 35
Kalibratie van de sensor
A0020487
 33 Onderdompelen van de sensor
Voorbereiden van de sensor voor kalibratie:
1. Reinig de optische componenten (venster) van de sensor met water en een borstel of
spons.
2. Plaats de sensor in het kalibratiereservoir.
3. De sensor moet onder een hoek in het monster worden geplaatst, niet verticaal.
→  33,  35
Dit voorkomt dat luchtbellen aan de vensters blijven hangen.
Let op het volgend:
De sensor-LED's zijn op het midden van het kalibratievat gericht.
De minimale afstand van de sensor tot de wand is 10 mm (0,4 in).
De afstand tot de bodem van het vat is zo groot mogelijk. De sensor moet echter
tenminste 10 mm (0,4 in) in het medium zijn ondergedompeld.
Zet de sensor vast in deze positie (bij voorkeur met een laboratoriumstaander).
>10
(0.39)
~10 (0.39)
1
2
A0030900
 34 Positioneren van de sensor. Afmetingen: mm (in)
1 Straalrichting van LED's
2 LED's
Let op het volgende bij de kalibratie:
De kalibratiepunten moeten het gehele meetbereik beslaan.
Waarborg tijdens de kalibratie dat het medium goed homogeen is (gebruik een
magnetische roerder).
Bepaal de laboratoriummeetwaarden met uiterste zorgvuldigheid (de kwaliteit van de
laboratoriummetingen heeft een directe invloed op de nauwkeurigheid van de sensor).
Wees zeer precies bij het doseren van volumes voor het monster en het
verdunningswater (gebruik een maatbeker).
Bedrijf Turbimax CUS51D
36 Endress+Hauser
Luchtbellen op optische componenten hebben een grote verstorende invloed op het
kalibratieresultaat. Verwijder daarom luchtbellen voor elke kalibratiehandeling.
Waarborg dat het medium altijd goed is gemengd (homogeen).
Vermijd temperatuurvariaties tijdens de kalibratie.
Waarborg dat de temperaturen van het verdunningswater en het medium zo gelijk
mogelijk zijn.
Verander de positie van de sensor niet tijdens de kalibratie.
Het is ook mogelijk de kalibratiesetpoints in een later stadium in de CM44x te bewerken
(bijv. wanneer de referentiewaarde van de laboratoriummeting nog niet bekend is
tijdens de kalibratie).
Uitvoeren van een kalibratie:
Aan de hand van het voorbeeld van een tweepuntskalibratie in het verwachte meetbereik
2 … 6 g/l.
1. Kies op de CM44x transmitter, een vrije gegevensrecord en de passende applicatie.
2. Wacht tenminste 1 minuut (voor stabilisatie).
3.
A0020489
Start de kalibratie voor meetpunt 1 (bijv.2 l (0,5 gal). Monster met een concentratie
van 6 g/l (0,05 lb/gal)).
4. Voer de laboratoriumwaarde van het monster in als setpoint (bijv.
6 g/l (0,05 lb/gal)l) of bewerk deze waarde later.
5.
H O
2
A0030902
Voer een 1:3 verdunning uit van het monster. Voet water toe (4 l (1,1 gal)); in het
voorbeeld resulteert dit in 2 g/l (0,02 lb/gal).
6. Vermijd luchtbellen onder de sensor.
7. Kalibreer meetpunt 2. Voer als setpoint derde van de laboratoriumwaarde in.
De kalibratie kan ook worden uitgevoerd bij toenemende concentraties (niet
aanbevolen).
Stabiliteitscriterium
Tijdens de kalibratie woren de meetwaarden zoals geleverd door de sensor gecontroleerd
om te waarborgen dat deze constant zijn. De maximale afwijkingen die mogen optreden in
meetwaarden tijdens de kalibratie zijn gedefinieerde in het stabiliteitscriterium.
De specificaties omvatten het volgende:
De maximaal toegestane afwijking in temperatuurmeting
De maximaal toegestane afwijking meet meetwaarde als een %
Het minimale tijdvenster waarbinnen deze waarden moeten worden aangehouden
De kalibratie wordt hervat zodra aan de stabiliteitscriteria voor signaalwaarden en
temperatuur is voldaan. Wanneer niet aan deze criteria is voldaan binnen een maximaal
tijdvenster van 5 minuten, wordt geen kalibratie uitgevoerd en een waarschuwing
uitgestuurd.
Turbimax CUS51D Bedrijf
Endress+Hauser 37
De stabiliteitscriteria worden gebruikt om de kwaliteit van de afzonderlijke
kalibratiepunten te bewaken in de loop van het kalibratieproces. Het doel is het bereiken
van de hoogst mogelijke kalibratiekwaliteit in de kortst mogelijke tijdsperiode, rekening
houdend met externe omstandigheden.
Voor kalibraties in het veld onder slechte weers- en omgevingsomstandigheden, kan
het geselecteerde meetwaardevenster passen lang en het gekozen tijdvenster passen
kort zijn.
8.1.3 Cyclische reiniging
Voor cyclische reiniging, is perslucht de meest geschikte optie. De reinigingseenheid is
meegeleverd of kan naderhand worden uitgerust, en is bevestigd aan de sensorkop. De
volgende instellingen worden aanbevolen voor de reinigingsunit:
Type vervuiling Reinigingsinterval Reinigingstijd
Ernstige vervuiling met snel opbouwende afzettingen 5 minuten 10 seconden
Lage mate van vervuiling 10 minuten 10 seconden
8.1.4 Signaalfilter
De sensor is voorzien van een interne signaalfilterfunctie om de meetflexibiliteit aan te
passen op verschillende meetwensen. Troebelheidsmetingen gebaseerd op het principe
van strooilicht hebben een lage signaal-ruis-verhouding. Bovendien kunnen er
verstoringen aanwezig zijn door luchtbellen of vervuiling bijvoorbeeld.
Echter, een hoog dempingsniveau beïnvloedt de gevoeligheid voor de meetwaarde die in
applicaties nodig is.
Meetwaardefilter
De volgende filterinstellingen zijn beschikbaar:
Meetwaardefilter Description
Zwak Lage filtering, hoge gevoeligheid, snelle respons op veranderingen (2 seconden)
Normaal (standaard) Medium filtering, 10 seconden responstijd
Sterk Sterke filtering, lage gevoeligheid, trage respons op veranderingen (25 seconden)
Specialist Dit menu is bedoeld voor de Endress+Hauser-servicedienst.
Diagnose en storingen oplossen Turbimax CUS51D
38 Endress+Hauser
9 Diagnose en storingen oplossen
9.1 Algemene oplossing van storingen
Bij het oplossen van storingen, moet het gehele meetpunt worden beschouwd:
• Transmitter
Elektrische aansluitingen en kabels
• Montage
• Sensor
De mogelijke oorzaken van de fout in de tabel hierna refereren primair aan de sensor.
Probleem Controle Oplossing
Geen displayweergave, geen
sensorreactie
Voedingsspanning aan de
transmitter?
Sensor correct aangesloten?
Afzetting op optische vensters?
Sluit de voedingsspanning aan.
Zorg voor een correcte aansluiting.
Reinig de sensor.
Displaywaarde te hoog of te
laag
Afzetting op optische vensters?
Sensor gekalibreerd?
Reinig instrument.
Kalibreer instrument.
Displaywaarde varieert in
grote mate
Is de montagelocatie correct? Kies een andere montagelocatie.
Stel het meetwaardefilter in.
Houd de instructies betreffende het oplossen van storingen aan in de
bedieningshandleiding van de transmitter. Controleer de transmitter indien nodig.
Turbimax CUS51D Onderhoud
Endress+Hauser 39
10 Onderhoud
LVOORZICHTIG
Zuur of medium
Risico voor lichamelijk letsel, schade aan kleding en systeem!
Schakel de reiniging uit voordat de sensor uit het medium wordt verwijderd.
Draag een veiligheidsbril en veiligheidshandschoenen.
Maak spatten op kleding en andere objecten direct schoon.
U moet onderhoud met regelmatige intervallen uitvoeren.
Wij adviseren de onderhoudstijdstippen vooraf in een logboek op te nemen.
De onderhoudscyclus hangt primair af van het volgende:
Het systeem
De installatie-omstandigheden
Het medium waarin de meting plaatsvindt
10.1 Onderhoudstaken
LET OP
Demontage op de sensorkop
Sensor kan lekken!
Draai alleen via de schacht.
Nooit draaien aan de sensorkop!
10.1.1 Reinigen van de sensor
Sensorvervuiling kan de meetresultaten nadelig beïnvloeden en zelfs een storing
veroorzaken.
Reinig de sensor regelmatig om betrouwbare metingen te waarborgen. De frequentie
en de intensiteit van het reinigen hangen af van het medium.
Reinig de sensor:
Zoals gespecificeerd in het onderhoudsschema
Voor elke kalibratie
Voor retourneren voor reparatie
Type vervuiling Reinigingstaak
Kalkafzettingen Dompel de sensor in 1 tot 5% zoutzuur (gedurende enkele minuten).
Vuildeeltjes op de optiek Reinig de optiek met een reinigingsdoek.
Na het reinigen:
Spoel de sensor grondig met water.
Reparatie Turbimax CUS51D
40 Endress+Hauser
11 Reparatie
11.1 Algemene opmerkingen
Gebruik alleen reserveonderdelen van Endress+Hauser om de veilige en stabiele
werking van het instrument te waarborgen.
Meer informatie over de reserveonderdelen is beschikbaar onder:
www.endress.com/device-viewer
11.2 Reservedelen
Zie voor meer informatie over reservedelensets de "Spare Part Finding Tool" op internet:
www.products.endress.com/spareparts_consumables
11.3 Retour zenden
Het product moet worden retour gezonden indien reparaties of een fabriekskalibratie
nodig zijn of wanneer het verkeerde product is besteld of geleverd. als ISO-gecertificeerde
onderneming en vanwege wettelijke regelgeving, moet Endress+Hauser bepaalde
procedures volgen bij het omgaan met geretourneerde producten welke in aanraking zijn
geweest met medium.
Voor het waarborgen van een snelle, veilige en professionele retourzending van het
instrument:
Zie de website www.endress.com/support/return-material voor informatie over de
procedure en de voorwaarden voor het retourneren van instrumenten.
11.4 Afvoeren
Het instrument bevat elektronische componenten. Het product moet worden afgevoerd als
elektronisch afval.
Houd de locale voorschriften aan.
Indien voorgeschreven door de richtlijn 2012/19 EU betreffende elektrisch en
elektronisch afval (WEEE), is het product gemarkeerd met het getoonde symbool
teneinde de afvoer van WEEE als ongesorteerd gemeentelijk afval te minimaliseren. Voer
als zodanig gemarkeerde producten niet af als ongesorteerd gemeentelijk afval. Stuur
deze retour aan de fabrikant voor afvoeren onder de geldende condities.
Turbimax CUS51D Accessoires
Endress+Hauser 41
12 Accessoires
Hierna volgende de belangrijkste leverbare toebehoren op het moment dat deze
documentatie was uitgegeven.
Opgesomde accessoires zijn technisch compatibel met het product in de instructies.
1. Applicatiespecifieke beperkingen van de productcombinatie zijn mogelijk.
Waarborg conformiteit van het meetpunt op de toepassing. Dit is de
verantwoordelijkheid van de operator van het meetpunt.
2. Let op de informatie in de instructies voor alle producten, met name de technische
gegevens.
3. Voor toebehoren, welke hier niet is opgesomd, neemt u contact op met uw service- of
verkoopvertegenwoordiging.
12.1 Instrumentspecifieke toebehoren
12.1.1 Armaturen
FlowFit CUA120
Flensadapter voor montage troebelheidssensoren
Productconfigurator op de productpagina: www.endress.com/cua120
Technische informatie TI096C
Flexdip CYA112
Dompelarmatuur voor water en afvalwater
Modulair armatuursysteem voor sensoren in open bekkens, kanalen en tanks
Materiaal: PVD of roestvast staal
Productconfigurator op de productpagina: www.endress.com/cya112
Technische informatie TI00432C
Cleanfit CUA451
Handmatig uittrekbare armatuur van roestvast staal met kogelafsluiter voor
troebelheidssensoren
Productconfigurator op de productpagina: www.endress.com/cua451
Technische informatie TI00369C
Flowfit CYA251
Aansluiting: zie productstructuur
Materiaal: PVC-U
Productconfigurator op de productpagina: www.endress.com/cya251
Technische informatie TI00495C
12.1.2 Kabel
Memosens datakabel CYK11
Verlengkabel voor digitale sensoren met Memosens protocol
Productconfigurator op de productpagina: www.endress.com/cyk11
Technische informatie TI00118C
Accessoires Turbimax CUS51D
42 Endress+Hauser
12.1.3 Houder
Flexdip CYH112
Modulair bevestigingssysteem voor sensoren en armaturen in open bekkens, kanalen en
tanks
Voor Flexdip CYA112 water- en afvalwaterarmaturen
Kan overal worden bevestigd: op de grond, op een steen, de muur of op een reling.
Roestvaststalen uitvoering
Productconfigurator op de productpagina: www.endress.com/cyh112
Technische informatie TI00430C
12.1.4 Persluchtreiniging
Persluchtreiniging voor CUS51D
Aansluiting 6 mm (0,24 in) of 8 mm (0,31 in) (metrisch) of 6,35 mm (0,25 in)
Materialen: POM/V4A
Verbruik: 50 l/min (13,2 gal/min)
6 mm (0,24 in) of 8 mm (0,31 in) bestelnummer: 71110782
6,35 mm (0,25 in) Bestelnummer: 71110783
Compressor
Voor persluchtreiniging
230 V AC, bestelnummer: 71072583
115 V AC, bestelnummer: 71194623
12.1.5 Kabel
Memosens datakabel CYK11
Verlengkabel voor digitale sensoren met Memosens protocol
Productconfigurator op de productpagina: www.endress.com/cyk11
Technische informatie TI00118C
Turbimax CUS51D Technische gegevens
Endress+Hauser 43
13 Technische gegevens
13.1 Ingang
Gemeten variabele • Troebelheid
• Vastestofgehalte
• Temperatuur
Meetbereik CUS51D-**C1 Applicatie
Troebelheid 0.000 tot 4000 FNU
Weergavebereik tot 9999 FNU
Formazine
Vastestofgehalte 0 tot 5 g/l Kaolin
Filtreerbaar materiaal
Temperatuur –20 … 80 °C (–4 … 176 °F)
CUS51D-**D1 Applicatie
Troebelheid 0.000 tot 4000 FNU
Weergavebereik tot 9999 FNU
Formazine
Vastestofgehalte 0 … 300 g/l (0 … 2,5 lb/gal)
0 tot 30%
Vastestofgehalte afhankelijk van de
gekozen toepassing (zie lijst)
Temperatuur –20 … 80 °C (–4 … 176 °F)
Meetbereik met vastestofgehalte:
Voor vaste stoffen, hangen de meetbereiken af van de media die aanwezig zijn en
kunnen verschillen van de aanbevolen bedrijfsbereiken. Extreem inhomogene media
kunnen fluctuaties in de meetwaarden veroorzaken waardoor het meetbereik wordt
beperkt.
13.2 Voedingsspanning
Opgenomen vermogen 24V DC (-15%/+ 20%), 1,8 watt
13.3 Specificaties
Referentiebedrijfsomstandi
gheden
20 °C (68 °F), 1013 hPa (15 psi)
Technische gegevens Turbimax CUS51D
44 Endress+Hauser
Maximale meetfout Troebelheid < 2% van meetwaarde of 0,1 FNU (de grootste waarde is van
toepassing).
Vaste stoffen < 5% van de meetwaarde of 1% van de eindwaarde (de grootste waarde
is van toepassing); van toepassing op sensoren die zijn gekalibreerd
voor het betreffende meetbereik.
De meetfout omvat alle onnauwkeurigheden van de meetkring (sensor en
transmitter). Echter het omvat niet de onnauwkeurigheid van het referentiemateriaal
dat is gebruikt voor de kalibratie.
Voor vaste stoffen, hangen de meetfouten af van de media die aanwezig zijn en
kunnen verschillen van de gespecificeerde waarden. Extreem inhomogene media
veroorzaken fluctuaties in de meetwaarde en verhogen de meetfout.
Herhaalbaarheid < 0,2% van uitlezing
Fabriekskalibratie FNU en NTU conform de toepassingstabel
Standaard: 3 punten
Drift Vanwege de werking op basis van elektronische regelingen, is de sensor in hoge mate vrij
van drift.
Detectiegrenswaarden Applicatie Meetbereik Detectiegrenswaarde
Formazine 0 tot 50 FNU 0,006 FNU
0 tot 4000 FNU 0,4 FNU
Kaolin 0 tot 5000 mg/l 0,85 mg/l
13.4 Omgeving
Omgevingstemperatuurber
eik
–20 … 60 °C (–4 … 140 °F)
Opslagtemperatuur –20 … 70 °C (–4 … 158 °F)
Relatieve luchtvochtigheid Luchtvochtigheid 0 … 100 %
Gebruikshoogte 3 000 m (9 842,5 ft) maximum
Vervuiling Vervuilingsgraad 2 (micro omgeving)
Omgevingscondities • Voor binnen- en buitentoepassing
Voor gebruik in vochtige omgeving
Voor continu bedrijf onder water →  16
Beschermingsklasse • IP 68 (1,83 m (6 ft) waterkolom gedurende 24 uur)
IP 66
Type 6P
Turbimax CUS51D Technische gegevens
Endress+Hauser 45
Elektromagnetische
compatibiliteit (EMC)
Interferentie-emissie en interferentie-ongevoeligheid conform:
EN 61326-1:2013
EN 61326-2-3:2013
NAMUR NE21: 2012
13.5 Proces
Procestemperatuurbereik –5 … 50 °C (23 … 122 °F)
Tot 80 °C (176 °F) gedurende een korte periode (1 uur)
Procesdrukbereik 0,5 … 10 bar (7,3 … 145 psi) (abs.)
Persluchtreiniging
Druk: 1,5 … 2 bar (21,8 … 29 psi)
Minimum debiet Geen minimum debiet nodig.
Voor vaste stoffen die neigen tot afzetting, waarborg dat voldoende menging wordt
uitgevoerd.
13.6 Mechanische constructie
Afmetingen → Hoofdstuk "Installatie"
Gewicht Circa 0,7 kg (1,5 lb)zonder kabel
Materialen Sensor Roestvast staal 1.4404 (AISI 316 L)
Roestvast staal 1.4571 (AISI 316 Ti)
Optisch venster Saffier
O-ringen EPDM
Procesaansluitingen G1 en NPT ¾'
Persluchtreiniging
6 mm (0,24 in) of 8 mm (0,31 in) of 6,35 mm (0,25 in) (¼")
Trefwoordenregister Turbimax CUS51D
46 Endress+Hauser
Trefwoordenregister
0 … 9
4-straals pulslichtmethode .................... 10
90° strooilichtmethode ....................... 11
135° terugstrooilicht methode .................. 11
A
Accessoires ................................ 41
Afmetingen ............................... 15
Afvoeren ..................................40
B
Bedoeld gebruik ............................. 6
Bedrading .................................24
C
Certificaten, goedkeuringen ....................14
Controles voor de aansluiting ...................26
Controles voor de montage .................... 23
Cyclische reiniging ...........................37
D
Diagnose ..................................38
Dompelbedrijf .............................. 20
E
Elektrische aansluiting ....................... 24
G
Gebruik ....................................6
Goederenontvangst .......................... 13
I
Ingang ................................... 43
Installatie ................................. 16
Installatiecontrole ........................... 27
Installatievoorbeelden ........................ 18
K
Kalibratie ................................. 29
L
Leidinginstallatie ............................18
Leveringsomvang ........................... 14
M
Mechanische constructie ...................... 45
Meetmethoden ............................. 10
Meetprincipe ................................8
Meetsysteem ...............................16
Montage ..................................15
O
Omgeving ................................. 44
Onderhoud ................................ 39
Oplossen van storingen ....................... 38
P
Proces ....................................45
Productbeschrijving ...........................8
Productidentificatie ..........................13
Productopbouw ..............................8
Productveiligheid ............................ 7
R
Reiniging .............................. 37, 39
Reparatie ................................. 40
Reservedelen ...............................40
Retour zenden ..............................40
S
Sensoropbouw ...............................8
Signaalfilter ............................... 37
Specificaties ............................... 43
Stabiliteitscriterium ..........................36
Symbolen .................................. 4
T
Technische gegevens .........................43
Toepassingen .............................. 29
Typeplaat ................................. 13
V
Veiligheidsinformatie ......................... 4
Veiligheidsinstructies ......................... 6
Voedingsspanning ...........................43
www.addresses.endress.com
*71624513*
71624513
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

Endres+Hauser BA Turbimax CUS51D Handleiding

Type
Handleiding

Andere documenten