Aeg-Electrolux E4105-7-M Handleiding

Type
Handleiding
E4105-7
Gebruiksaanwijzing Oven
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van
optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in
staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten
verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan
kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een
eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
INHOUD
VEILIGHEIDSINFORMATIE 2
Veiligheid van kinderen en kwetsbare
mensen 3
Algemene veiligheid 3
Montage 3
Aansluiting op het elektriciteitsnet 4
Gebruik 4
Onderhoud en reiniging 4
Brandgevaar 5
Ovenlampje 5
Service-afdeling 5
Afvalverwerking van het apparaat 5
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 6
Algemeen overzicht 6
Ovenaccessoires 6
Stoomuitgang oven 7
DAGELIJKS GEBRUIK 7
Eerste reiniging 7
Tijd instellen 7
Oven in- en uitschakelen 7
Koelventilator 8
Kookzones 8
Temperatuurinstellingen 8
Ovenfuncties 8
Ovenaccessoires plaatsen 9
Grillset 10
Display 10
De klokfuncties instellen 11
De klokfuncties uitschakelen 11
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS 11
Binnenkant van de deur 12
Bakken 12
Braden 17
Grillen 19
Inmaken 20
Roosteren 21
Ontdooien 21
ONDERHOUD EN REINIGING 22
Plafond van de oven 23
Ovenlampje 23
Ovendeur 24
PROBLEMEN OPLOSSEN 25
MILIEUBESCHERMING 25
Wijzigingen voorbehouden
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens het apparaat te installeren of te gebruiken:
• Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen
• Uit respect voor het milieu
• Voor de correcte werking van het apparaat.
Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of verkoopt.
2
Inhoud
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installa-
tie of foutief gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen
met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan
ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over
het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Kin-
deren mogen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking of
lichamelijk letsel.
• Houd kinderen en dieren uit de buurt van het apparaat als de deur openstaat of als
het apparaat in gebruik is. Gevaar voor letsel of ander permanent lichamelijk letsel.
• Gebruik het kinderslot of de Key lock-functie als het apparaat hiermee uitgerust is. Dit
voorkomt dat kinderen en dieren het apparaat per ongeluk aanzetten.
Algemene veiligheid
• Verander de specificaties van dit product niet. Risico op letsel en beschadiging van het
apparaat.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
• Schakel het apparaat na elk gebruik uit.
Montage
• Alleen een bevoegd elektriciën mag het apparaat installeren en aansluiten. Neem con-
tact op met een erkend servicecentrum. Dit om lichamelijk letsel of structurele schade
te voorkomen.
• Controleer of het apparaat niet is beschadigd tijdens het transport Sluit geen bescha-
digd apparaat aan. Neem indien nodig contact op met de leverancier.
• Verwijder al het verpakkingsmateriaal, stickers en folie van het apparaat voordat u het
voor het eerst in gebruik neemt. Verwijder niet het typeplaatje. Dit kan de garantie on-
geldig maken.
• Zorg ervoor dat de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken tijdens
de installatie.
• Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat. Het apparaat is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen. Trek het apparaat nooit omhoog aan de handgreep.
• De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat
volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contac-
topening hebben met een minimale breedte van 3mm.
• U dient te beschikken over de juiste isolatievoorzieningen: stroomonderbrekers, zeke-
ringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschake-
laars en contactgevers.
• Zorg dat de keukenkast de benodigde afmetingen heeft voordat u met de installatie
begint.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd.
• Houd de minimumafstanden naar andere apparaten en units in acht.
• Het apparaat kan niet op een voetstuk worden geplaatst.
Veiligheidsinformatie
3
• Ingebouwde ovens en ingebouwde fornuizen worden bevestigd met een speciaal aan-
sluitsysteem. Om schade aan het apparaat te voorkomen dient u alleen een apparaat
te gebruiken met apparaten van dezelfde fabrikant.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
• Dit apparaat moet worden geaard.
• Controleer of de elektrische gegevens op het typeplaatje overeenkomen met de stroom-
voorziening in uw woning.
• Informatie over het voltage vindt u op het typeplaatje.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers, -aansluitingen en verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
• Vervang of verander het netsnoer niet zelf. Neem contact op met het servicecentrum.
• Zorg ervoor dat de stroomsnoeren (indien van toepassing) en kabel niet knakken of
beschadigd raken achter het apparaat.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker -
indien van toepassing.
Gebruik
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Gebruik het apparaat
niet voor commerciële of industriële doeleinden.
• Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk gebruik. Zo voorkomt u lichame-
lijk letsel of schade aan eigendommen.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
• De binnenkant van het apparaat en de accessoires worden heet tijdens gebruik. Er kun-
nen brandwonden ontstaan. Gebruik ovenhandschoenen wanneer u toebehoren of pan-
nen plaatst of verwijdert.
• Wees voorzichtig bij het verwijderen of installeren van toebehoren om schade aan de
emaille van de oven te voorkomen.
• Sta niet te dicht bij het apparaat als u de deur van het apparaat opent als deze aan
staat. Er kan hete stoom ontsnappen. Hierdoor kunnen brandwonden ontstaan.
• Om schade of verkleuring van het emaille te voorkomen:
– plaats geen voorwerpen direct op de bodem van het apparaat en bedek het niet
met aluminiumfolie;
– plaats heet water niet direct in het apparaat;
– haal vochtige schotels en eten uit het apparaat als u klaar bent met koken.
• Verkleuring van het emaille heeft geen ongewenst effect op de werking van het apparaat
• Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
• De deur dient altijd gesloten te worden bij het koken, ook tijdens het grillen.
Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhouds-
handelingen verricht.
• Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld voordat u onderhoud verricht. Er kunnen
brandwonden ontstaan. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken.
• Houd het apparaat altijd schoon. Opeenhopingen van vetten of andere voedselresten
kunnen brand veroorzaken.
• Regelmatig reinigen voorkomt dat het oppervlaktemateriaal van de oven achteruitgaat.
4
Veiligheidsinformatie
• Gebruik een diep bakblik voor vochtige taarten om te voorkomen dat het fruitsap per-
manente vlekken maakt.
• Voor uw persoonlijke veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen dient u het ap-
paraat alleen met water en zeep te reinigen. Gebruik geen ontvlambare producten of
bijtende producten.
• Reinig het apparaat niet met stoomreinigers, hogedrukreinigers, scherpe voorwerpen,
schuurmiddelen, schuursponzen en vlekverwijderaars
• Volg de aanwijzingen van de ovenfabrikant op als u een ovenspray gebruikt.
• Reinig de glazen ovendeur niet met schurende reinigingsmiddelen of een metalen schra-
per. Het hittebestendige oppervlak van de binnenruit kan hierdoor breken en versplin-
teren.
• Als de glasplaten beschadigd raken, worden ze zwak en kunnen ze breken. U dient ze
te vervangen. Neem contact op met het servicecentrum.
• Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
• Reinig het katalytisch emaille niet (indien van toepassing).
Brandgevaar
• Open de deur voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er een licht
ontvlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Er kan brand ontstaan.
• Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de
deur.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare produc-
ten, en/of onstekingsproducten (gemaakt van plastic of aluminium) in, bij of op het
apparaat.
Ovenlampje
• Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u de ovenlamp vervangt.
Er bestaat risico op elektrische schokken!
Service-afdeling
• Alleen een bevoegd servicemonteur mag dit apparaat repareren. Neem contact op met
de service-afdeling.
• Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Afvalverwerking van het apparaat
• Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen
– Trek de stekker uit het stopcontact.
– Snijd het netsnoer door en gooi het weg.
– Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat kinderen of kleine huisdieren in
het apparaat opgesloten raken. Er bestaat een gevaar voor verstikking.
Veiligheidsinformatie
5
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
1 Bedieningspaneel
2 Indicatielampjes kookzone
3 Stroomindicatielampje
4 Bedieningsstrip voor ovenfuncties
5 Display
6 Temperatuurregelknop
7 Temperatuurlampje
8 Bedieningsknoppen voor de kookzones
9 Verwarmingselement
10 Ovenlampje
11 Ventilator en verwarmingselement achterwand
12 Onderwarmte
Ovenaccessoires
•
Vlakke bakplaat
Voor gebak en koekjes
2
1
23 4 5 6 7
9
10
11
12
8
6
Beschrijving van het product
•
Grillset
Grillset bestaat uit een braadslede en inlegrooster.
Gebruik het inlegrooster alleen in combinatie met de braadslede.
•
Rooster
Voor kookgerei, bakvormen, het braden en grillen van gerechten.
•
Roosterframe
Om het vlakke plateau of de diepe braadslede op te plaatsen.
Stoomuitgang oven
De stoom uit de oven komt naar buiten door de opening in de linker achterhoek van de
kookplaat (zie de Beschrijving van het apparaat in de handleiding voor de kookplaat).
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Eerste reiniging
• Verwijder alle onderdelen van het apparaat.
• Reinig het apparaat voor het eerste gebruik.
Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Tijd instellen
De oven werkt alleen nadat u de tijd hebt ingesteld.
Wanneer u het apparaat op de netvoeding aan-
sluit of na een stroomstoring gaat het symbool
van de tijdfunctie automatisch knipperen.
Gebruik de " + " of " - " toets om de huidige tijd
in te stellen.
Na ongeveer 5 seconden stopt het knipperen en
geeft de klok de ingestelde tijd van de dag weer.
Om het tijdstip te veranderen mag u niet tegelij-
kertijd een automatische functie (Duur
of Ein-
de
) instellen.
Druk op de intrekbare knop om de oven in werking te stellen. De knop beweegt dan naar
buiten.
Oven in- en uitschakelen
1. Draai de functieknop van de oven op een ovenfunctie.
2. Zet de thermostaatknop op de gewenste temperatuur.
Dagelijks gebruik
7
Het bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is.
Het temperatuurdisplay is aan zolang de oventemperatuur toeneemt.
3. Voor het uitschakelen van de oven de schakelaar Ovenfuncties en de temperatuur-
knop in de stand Uit draaien.
Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de opper-
vlakken van het apparaat koel te houden. Als u het apparaat uitschakelt, blijft de koelven-
tilator werken tot de oven is afgekoeld.
Kookzones
U bedient de kookplaat die u met de oven hebt geïnstalleerd met behulp van de knoppen
voor de kookzones. Lees voor meer informatie over de kookplaat de gebruiksaanwijzing
bij de kookplaat.
Temperatuurinstellingen
Kookzonelampjes (zie "Algemeen overzicht ") geven aan welke zone u hebt ingesteld.
Bedieningsknop Functie
Warmhoudstand
1-9 Kookstanden
(1 = laagste kookstand; 9 = hoogste kookstand)
1. Draai de bedieningsknop op de gewenste temperatuurinstelling.
2. Draai, na afloop van het bereidingsproces, de bedieningsknop op de stand "0".
Automatische opwarmfunctie
Deze informatie is alleen van toepassing als u de kookplaat met de Automatische opwarm-
functie installeert!
De automatische opwarmfunctie verhit de kookzone gedurende enige tijd op maximaal
vermogen.
1. Om de functie in te schakelen, de bedieningsknop zo ver mogelijk met de klok mee
draaien (voorbij de instelling voor de hoogste temperatuur).
2. Om door te gaan met het bereidingsproces, de bedieningsknop op de gewenste tem-
peratuurinstelling draaien.
3. Draai, na afloop van het bereidingsproces, de bedieningsknop op de stand "0".
Ovenfuncties
Ovenfunctie Toepassing
Licht Gebruik deze functie om de binnenkant van de oven te ver-
lichten.
Hetelucht Met Ring Voor het maximaal bakken op drie ovenniveaus tegelijker-
tijd. Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in
dan bij boven-/onderwarmte. En om voedsel te drogen.
8
Dagelijks gebruik
Ovenfunctie Toepassing
Pizza Hetelucht Voor het bakken op één niveau van gerechten met een
meer intensieve bruinering en een krokante korst. Stel de
temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij bo-
ven-/onderwarmte.
Conventioneel Voor bakken en braden op één ovenniveau.
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een krokante of knappe-
rige bodem en het bewaren van voedsel.
Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Grill Klein Voor het roosteren van plat voedsel in het midden van het
rooster en voor het maken van toast.
Grill Groot Voor het roosteren van plat voedsel in grote hoeveelhe-
den en voor het maken van toast.
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte
op één niveau. Ook om te gratineren en te bruineren.
Ovenaccessoires plaatsen
Aan de binnenkant van de oven zitten vijf inschuifniveaus (van beneden naar boven ge-
teld) voor het plaatsen van de accessoires.
Het rooster plaatsen: Plaats het rooster (1) op
het gewenste inschuifniveau. Duw het rooster
(2) naar beneden tot het op zijn plaats vastklikt.
Het plaatsen van de vlakke bakplaat of de
diepe braadslede in het roosterframe: Zet de
vlakke bakplaat of de diepe braadslede op het
roosterframe.
Gebruik het roosterframe alleen voor het plaat-
sen van de vlakke bakplaat of de diepe braadslede.
Het plaatsen van het rooster en de diepe
braadslede tegelijk: Om het rooster en de die-
pe braadslede tegelijk te gebruiken, eerst de die-
pe braadslede op het roosterframe plaatsen en
vervolgens het rooster op het niveau daarboven
plaatsen.
Dagelijks gebruik
9
Grillset
De grillset bestaat uit een inlegrooster en een braadslede.
U kunt het inlegrooster in twee posities gebruiken: naar boven of naar beneden gekeerd.
Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één niveau.
1. Plaats het inlegrooster in de braadslede.
De steunen van het inlegrooster moeten
naar boven wijzen.
2. Plaats de braadslede in het apparaat op
het juiste rekniveau.
Voor het grillen van platte gerechten in grotere hoeveelheden en voor het maken van toast:
1. Plaats het inlegrooster in de braadslede.
De steunen van het inlegrooster moeten
naar beneden wijzen.
2. Plaats de braadslede in het apparaat op
het juiste rekniveau.
Display
1 2 3
456
1 Functie-indicatielampjes
2 Tijdindicatie
3 Functie-indicatielampjes
4
Toets " + "
5 Keuzetoets
6
Toets '' - "
10
Dagelijks gebruik
De klokfuncties instellen
1. Ovenfunctie en temperatuur instellen (alleen nodig voor Bereidingsduur en Einde).
2. Druk meerdere malen op de keuzetoets
tot het gewenste functielampje knippert.
3. Om de tijd in te stellen voor de kookwek-
ker
, Bereidingsduur of Einde ,
gebruikt u de " + " of " - "-toets.
Het controlelampje voor de betreffende
functie gaat branden.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert
het functielampje en klinkt er gedurende
2 minuten een geluidsignaal.
Bij de functies Bereidingsduur en Einde schakelt de oven automatisch uit.
4. Druk op een willekeurige toets om het signaal uit te zetten.
5. Draai de temperatuur- en functieknoppen in de UIT-stand.
Klokfunctie Toepassing
Tijdstip van de dag Toont de tijd. Met deze functie kunt u de tijd instellen, veranderen
of opvragen.
Kookwekker Voor het instellen van een afteltijd.
Als de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal.
Deze functie is niet van invloed op de werking van de oven.
Duur Om in te stellen hoelang de oven gebruikt moet worden.
Einde Hier stelt u de tijd in waarna u wilt dat de oven uitschakelt.
Bereidingsduur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt, wanneer de oven op
een later tijdstip automatisch wordt in- en uitgeschakeld. Stel in dit geval eerst de Berei-
dingsduur
in en daarna Einde .
De klokfuncties uitschakelen
1. Druk meerdere malen op de keuzetoets tot het gewenste functielampje knippert.
2.
Houd de " - " toets ingedrukt.
Na enkele seconden gaat de klokfunctie uit.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Voorbeelden van kooktoepassingen
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Nuttige aanwijzingen en tips
11
Tem-
pera-
tuurin-
stel-
ling
Gebruik om: Tijdstip Tips
1
Bereide gerechten warmhouden naar be-
hoefte
Afdekken
1-2 Hollandaise saus, smelten: boter, cho-
colade, gelatine
5-25
min
Tussendoor mengen
1-2 Stollen: luchtige omeletten, gebakken
eieren
10-40
min
Met deksel bereiden
2-3 Zachtjes aan de kook brengen van rijst
en gerechten op melkbasis Reeds berei-
de gerechten opwarmen
25-50
min
Voeg minstens tweemaal zoveel
vloeistof toe als rijst, melkgerech-
ten tijdens het bereiden tussen-
door roeren
3-4 Groenten stomen, vis smoren vlees 20-45
min
Voeg een paar eetlepels vocht toe
4-5 Aardappelen stomen 20-60
min
Gebruik max. ¼ l water voor 750 g
aardappelen
4-5 Bereiden van grotere hoeveelheden
voedsel, stoofschotels en soepen
60-150
min
Tot 3 l vloeistof plus ingrediënten
6-7 Licht gebraden: kalfsoester, kalfs cor-
donbleu, koteletten, rissoles, worstjes,
lever, roux, eieren, pannenkoeken, do-
nuts
naar be-
hoefte
Halverwege de bereidingstijd om-
draaien
7-8 Door-en-door gebraden, opgebakken
aardappelen, lendenbiefstukken, steaks
5-15
min
Halverwege de bereidingstijd om-
draaien
9 Aan de kook brengen van grotere hoeveelheden water, pasta koken, aanbraden van
vlees (goulash, stoofvlees), frituren van patates frites
Binnenkant van de deur
Aan de binnenkant van de ovendeur vindt u het volgende:
• de nummers van de ovenniveaus
• informatie over de ovenfuncties, aanbevolen niveaus en temperaturen voor karakteris-
tieke gerechten.
De temperaturen en baktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn
afhankelijk van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte ingrediënten.
Bakken
Algemene aanwijzingen
• Uw nieuwe oven kan een andere bak-/braadverhouding hebben dan het apparaat dat
u tot nu toe gebruikt heeft. Pas uw normale instellingen (temperatuur, gaartijden) en
de ovenniveaus aan de tabelwaarden aan.
12
Nuttige aanwijzingen en tips
• Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om te profiteren van de restwarmte.
Wanneer u diepgevroren levensmiddelen gebruikt, kunnen de platen in de oven
tijdens het bakken vervormen. Wanneer de platen afkoelen, verdwijnt de vervor-
ming.
Aanwijzigen bij de baktabellen
• Wij raden aan om de eerste keer de lagere temperatuur in te stellen.
• Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een
soortgelijk product.
• Bij het bakken van gebak op meerdere niveaus kan de baktijd ca. 10-15 minuten lan-
ger zijn.
• Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces
niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. De verschil-
len verminderen tijdens het bakproces.
Bakken op één ovenniveau - Bakken in bakblikken.
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Tulband of brioche Hetelucht Met
Ring
1 150 - 160 0:50 - 1:10
Moskovisch gebak/
vruchtencake
Hetelucht Met
Ring
1 140 - 160 1:10 - 1:30
Biscuitgebak Hetelucht Met
Ring
1 140 0:25 - 0:40
Biscuitgebak Conventioneel 1 160 0:25 - 0:40
Taartbodem van zand-
taartdeeg
1)
Hetelucht Met
Ring
3 170-180 0:10 - 0:25
Taartbodem van roer-
deeg
Hetelucht Met
Ring
3 150 - 170 0:20 - 0:25
Appeltaart Conventioneel 1 170 - 190 0:50 - 1:00
Appeltaart (2 vormen
Ø 20 cm, diagonaal
geplaatst)
Hetelucht Met
Ring
1 160 1:10 - 1:30
Appeltaart (2 vormen
Ø 20 cm, diagonaal
geplaatst)
Conventioneel 1 180 1:10 - 1:30
1) Oven voorverwarmen
Bakken op één ovenniveau - Taarten/gebak/brood op bakplaten
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Vlechtbrood/brood-
krans
Conventioneel 3 170 - 190 0:30 - 0:40
Kerststol
1)
Conventioneel 3 160 - 180 0:40 - 1:00
Nuttige aanwijzingen en tips
13
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Brood (roggebrood) Conventioneel 1
- eerst
1)
230 0:25
- Vervolgens 160 - 180 0:30 - 1:00
Roomsoezen/tom-
poezen
1)
Conventioneel 3 160 - 170 0:15 - 0:30
Opgerolde cake met
jam
1)
Conventioneel 3 180 - 200 0:10 - 0:20
Kruimeltaart (droog) Hetelucht Met
Ring
3 150 - 160 0:20 - 0:40
Boter-/suikerkoek
1)
Conventioneel 3 190 - 210 0:15 - 0:30
Vruchtentaart (op
gistdeeg/roerdeeg)
2)
Hetelucht Met
Ring
3 150 0:35 - 0:50
Vruchtentaart (op
gistdeeg/roerdeeg)
2)
Conventioneel 3 170 0:35 - 0:50
Vruchtencake met
kruimeldeeg
Hetelucht Met
Ring
3 160 - 170 0:40 - 1:20
Plaatkoek met kwets-
bare garnering (bij-
voorbeeld kwark,
room, puddingvul-
ling)
1)
Conventioneel 3 160 - 180 0:40 - 1:20
Ongedesemd brood Hetelucht Met
Ring
1 200 - 200 0:08 - 0:15
1) Oven voorverwarmen
2) Gebruik de diepe braadpan
Bakken op één ovenniveau - Koekjes
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Zandkoekjes Hetelucht Met
Ring
3 150 - 160 0:06 - 0:20
Spritsgebak Hetelucht Met
Ring
3 140 0:20 - 0:30
Spritsgebak
1)
Conventioneel 3 160 0:20 - 0:30
Roerdeegkoekjes Hetelucht Met
Ring
3 150 - 160 0:15 - 0:20
Eiwitgebak, schuim-
gebak
Hetelucht Met
Ring
3 80 - 100 2:00 - 2:30
14
Nuttige aanwijzingen en tips
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Bitterkoekjes Hetelucht Met
Ring
3 100 - 120 0:30 - 0:60
Klein gerezen gebak Hetelucht Met
Ring
3 150 - 160 0:20 - 0:40
Bladerdeeg
1)
Hetelucht Met
Ring
3 170 - 180 0:20 - 0:30
Broodjes
1)
Hetelucht Met
Ring
3 160 0:20 - 0:35
Broodjes
1)
Conventioneel 3 180 0:20 - 0:35
Kleine cakejes (20 per
bakblik)
1)
Hetelucht Met
Ring
3 140 0:20 - 0:30
Kleine cakejes (20 per
bakblik)
1)
Conventioneel 3 170 0:20 - 0:30
1) Oven voorverwarmen
Bakken op meer dan één niveau - Cakes/taarten/brood op bakplaten
Soort gebak
Hete lucht
2 niveaus
Hete lucht
3 niveaus
Temperatuur (°C)
Tijd (u:min)
Roomsoezen /Éclairs
1)
1 / 4 --- 160 - 180 0:35 - 0:60
Kruimeltaart 1 / 3 --- 140 - 160 0:30 - 0:60
1) Oven voorverwarmen
Bakken op meer dan één niveau - Koekjes/kleine cakes/taartjes, pasteitjes/broodjes
Soort gebak
Hete lucht
2 niveaus
Hete lucht
3 niveaus
Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Zandkoekjes 1 / 3 1 / 3 /5 150 - 160 0:15 - 0:35
Spritsgebak 1 / 3 1 / 3 /5 140 0:20 - 0:60
Roerdeegkoekjes 1 / 3 --- 160 - 170 0:25 - 0:40
Eiwitgebak, schuimge-
bak
1 / 3 --- 80 - 100 2:10 - 2:50
Bitterkoekjes 1 / 3 --- 100 - 120 0:40 - 1:20
Klein gerezen gebak 1 / 3 --- 160 - 170 0:30 - 0:60
Bladerdeeg
1)
1 / 3 --- 170 - 180 0:30 - 0:50
Broodjes 1 /4 --- 160 0:30 - 0:45
Kleine cakejes (20 per
bakblik)
1)
1 /4 --- 140 0:25 - 0:40
1) Oven voorverwarmen
Nuttige aanwijzingen en tips
15
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de
cake is te licht van
kleur.
Onjuist ovenniveau. Plaats de cake op een lager ovenniveau.
De cake zakt in (wordt
klef, klonterig, strepe-
rig).
Te hoge oventemperatuur Stel de temperatuur lager in
De cake zakt in (wordt
klef, klonterig, strepe-
rig).
Te korte baktijd. Baktijd verlengen.
Stel geen hogere temperaturen in
voor kortere baktijden
De cake zakt in (wordt
klef, klonterig, strepe-
rig).
Te veel vocht in het deeg. Minder vocht gebruiken. Houd de mixtij-
den aan, met name als u mixers gebruikt
De cake is te droog. Te lage oventemperatuur Stel een hogere oventemperatuur in.
De cake is te droog. Te lange baktijd. De baktijd verkorten.
De cake wordt niet ge-
lijkmatig bruin.
Te hoge oventemperatuur
en te korte baktijd
De oventemperatuur lager instellen en de
baktijd verlengen
De cake wordt niet ge-
lijkmatig bruin.
Geen gelijkmatig mengsel. Het deeg gelijkmatig over de bakplaat ver-
delen.
De cake wordt niet
gaar binnen de aange-
geven baktijd.
Te lage temperatuur. Stel de oventemperatuur iets hoger in
Baktabel voor hete lucht
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Soort gebak Rekstand Temperatuur °C Tijd in min
Pizza (dunne bodem)
1)
1 180 - 200 20 - 30
Pizza (met veel garne-
ring)
1 180 - 200 20 - 30
Taarten 1 180 - 200 45 - 60
Spinazietaart 1 160 - 180 45 - 60
Quiche lorraine 1 170 - 190 40 - 50
Kwarktaart, rond 1 140 - 160 60 - 90
Kwarktaart op plaat 1 140 - 160 50 - 60
Appeltaart, bedekt 1 150 - 170 50 - 70
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
Ongedesemd brood
1)
1 250 - 270 10 - 20
16
Nuttige aanwijzingen en tips
Soort gebak Rekstand Temperatuur °C Tijd in min
Bladerdeegtaart
1)
1 160 - 180 40 - 50
Flammekuchen (pizza-
achtig gerecht uit de
Elzas)
1)
1 250 - 270 12 - 20
Piroggen (Russische
variant op calzone)
1)
1 180 - 200 15 - 25
1) Oven voorverwarmen
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Schotel Ovenfunctie Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd in uren : Mi-
nimaal
Pastaschotel Conventioneel 1 180-200 0:45-1:00
Lasagne Conventioneel 1 180-200 0:25-0:40
Groentegratin
1)
Infratherm 1 160-170 0:15-0:30
Stokbrood bedekt met
smeltkaas
1)
Infratherm 1 160-170 0:15-0:30
Zoete ovenschotels Conventioneel 1 180-200 0:40-0:60
Visschotels Conventioneel 1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groente Infratherm 1 160-170 0:30-1:00
1) Oven voorverwarmen
Kant-en-klaargerechten
Gerecht Ovenfunctie Rekstand Temperatuur °C Tijd
Friet
1)
Infratherm 3 200-220 Zie de instruc-
ties van de fa-
brikant
1) Opmerking: Patat frites tijdens bakken 2 tot 3 keer omkeren
Braden
Braadservies
• Gebruik hittebestendig servies om te braden (lees de instructies van de fabrikant).
• Grote braadstukken kunt u direct in de diepe braadpan braden of op een rooster met
boven een braadpan. (Indien aanwezig)
• Braad mager vlees in een braadpan met deksel. Op die manier blijft het vlees sappiger.
• Alle soorten vlees, die een korst moeten krijgen, kunt u in de braadschaal zonder dek-
sel braden.
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Aanwijzingen met betrekking tot de braadtabel.
• Braden van vlees en vis met een gewicht van meer dan 1 kg.
Nuttige aanwijzingen en tips
17
• Giet een beetje water op de roosterplaat om het inbranden van vrijkomende vleessap-
pen of vet te voorkomen.
• Braadstukken naar behoefte (na 1/2 - 2/3 van de bereidingstijd) omkeren.
• Voor een optimaal resultaat grote braadstukken en gevogelte tijdens de bereiding meer-
maals met braadvocht begieten.
• Zet de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit, om te profiteren van de
restwarmte.
Rundvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Suddervlees 1 – 1.5 kg Conventio-
neel
1 200 - 250 2:00 - 2:30
Rosbief of ossenhaas per cm dik-
te
- van binnen rood
1)
per cm dikte Infratherm 1 190 - 200 0:05 - 0:06
- binnen roze (medium) per cm dikte Infratherm 1 180 - 190 0:06 - 0:08
- helemaal gaar per cm dikte Infratherm 1 170 - 180 0:08 - 0:10
1) Oven voorverwarmen
Varkensvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Schouderstuk, nekstuk,
hamlap
1 – 1,5 kg Infratherm 1 160 - 180 1:30 - 2:00
Tussenribstuk, casseler-
rib
1 – 1,5 kg Infratherm 1 170 - 180 1:00 - 1:30
Gehaktbrood 750 g - 1 kg Infratherm 1 160 - 170 0:45 - 1:00
Varkensribstuk (voorge-
kookt)
750 g - 1 kg Infratherm 1 150 - 170 1:30 - 2:00
Kalfsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Geroosterd kalfsvlees 1 kg Infratherm 1 160 - 180 1:30 - 2:00
Kalfsbout 1,5 -2 kg Infratherm 1 160 - 180 2:00 - 2:30
18
Nuttige aanwijzingen en tips
Lamsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Lamsbout, lamsgebraad 1 – 1.5 kg Infratherm 1 150 - 170 1:15 - 2:00
Lamsrug 1 – 1.5 kg Infratherm 1 160 - 180 1:00 - 1:30
Wild
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Hazenrug, hazenbout
1)
tot 1 kg Conventio-
neel
3 220 - 250 0:25 - 0:40
Reerug, hertenrug 1,5 – 2 kg Conventio-
neel
1 210 - 220 1:15 - 1:45
Reebout, hertenbout 1,5 – 2 kg Conventio-
neel
1 200 - 210 1:30 - 2:15
1) Oven voorverwarmen
Gevogelte
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Stukken gevogelte 200 – 250 g
p.p.
Infratherm 1 200 - 220 0:35 - 0:50
Halve kip 400 – 500 g
p.p.
Infratherm 1 190 - 210 0:35 - 0:50
Kip, braadkip 1 – 1.5 kg Infratherm 1 190 - 210 0:45 - 1:15
Eend 1,5 – 2 kg Infratherm 1 180 - 200 1:15 - 1:45
Gans 3,5 – 5 kg Infratherm 1 160 - 180 2:30 - 3:30
Kalkoen 2,5 – 3,5 kg Infratherm 1 160 - 180 1:45 - 2:30
Kalkoen 4 – 6 kg Infratherm 1 140 - 160 2:30 - 4:00
Vis (stoven)
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Hele vissen 1 – 1.5 kg Conventio-
neel
1 210 - 220 0:45 - 1:15
Grillen
Gebruik de grilfunctie altijd met maximale temperatuurinstelling
Nuttige aanwijzingen en tips
19
Tijdens het grillen moet de ovendeur altijd gesloten zijn
Lege oven met grilfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen.
• Bakplaat op inzetniveau plaatsen, zoals aangeraden in grilleertabel.
• Altijd de pan plaatsen om vet op te vangen op het eerste inzetniveau.
• Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Voedsel om te grillen Rekstand Tijd
1e kant 2e kant
Burgers 4 8 - 10 min. 6 - 8 min.
Varkenshaas 4 10 - 12 min. 6 - 10 min.
Worstjes 4 8 - 10 min. 6 - 8 min.
Runderhaas, kalfsfilet 4 6 - 7 min. 5 - 6 min.
Rundsfilet, rosbief (ca.
1 kg)
3 10 - 12 min. 10 - 12 min.
Geroosterd brood
1)
3 4 - 6 min. 3 - 5 min.
Sandwiches 3 6 - 8 min. -------
1) Niet voorverwarmen
Inmaken
• Gebruik uitsluitend normale wekglazen van dezelfde afmeting.
• Gebruik geen wekglazen met een draai- of bajonetsluiting en metalen bakken.
• Gebruik het eerste inzetniveau vanaf de bodem.
• Gebruik de bakplaat. U kunt max. zes 1 liter wekglazen plaatsen.
• Vul alle wekglazen tot hetzelfde niveau en sluit deze correct.
• Plaats de wekglazen los van elkaar op het rooster.
• Vul ca. 1/2 liter water op de plaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
• Zodra de vloeistof in de eerste wekglazen begint te borrelen (na. ca. 35-60 minuten bij
1 liter glazen) de oven uitschakelen of de temperatuur verlagen tot 100°C (zie tabel).
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Bessen
In te maken eetwaar Temperatuur in °C Tijd in min. tot aan
sudderen
Doorkoken bij 100
°C in min.
Aardbeien, bosbessen, frambo-
zen, rijpe kruisbessen
160 - 170 35 - 45 ---
Onrijpe kruisbessen 160 - 170 35 - 45 10 - 15
20
Nuttige aanwijzingen en tips
Steenvruchten
In te maken eetwaar Temperatuur in °C Tijd in min. tot aan
sudderen
Doorkoken bij 100
°C in min.
Peren, kweeperen, pruimen 160 - 170 35 - 45 10 - 15
Groenten
In te maken eetwaar Temperatuur in °C Tijd in min. tot aan
sudderen
Doorkoken bij 100
°C in min.
Wortelen
1)
160 - 170 50 -60 5 - 10
Komkommers 160 - 170 50 - 60 ---
Gemengde pickles 160 - 170 50 - 60 15
Koolrabi, erwten, asperges 160 - 170 50 - 60 15 - 20
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
Roosteren
• Dek de roosters met bakpapier af.
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Groenten
Gerecht Temperatuur
in °C
Rekstand Tijd in uren (richt-
waarde)
1 niveau 2 niveaus
Bonen 60 - 70 3 1 / 4 6 - 8
Paprika (reepjes) 60 - 70 3 1 / 4 5 - 6
Soepgroenten 60 - 70 3 1 / 4 5 - 6
Paddenstoelen 50 - 70 3 1 / 4 6 - 8
Zuurkool 40 - 50 3 1 / 4 2 - 3
Fruit
Gerecht Temperatuur
in °C
Rekstand Tijd in uren (richt-
waarde)
1 niveau 2 niveaus
Pruimen 60 - 70 3 1 / 4 8 - 10
Abrikozen 60 - 70 3 1 / 4 8 - 10
Schijfjes appel 60 - 70 3 1 / 4 6 - 8
Peren 60 - 70 3 1 / 4 6 - 9
Ontdooien
• Haal de etenswaren uit de verpakking en leg deze op een plaat op het rooster.
Nuttige aanwijzingen en tips
21
• Gebruik voor het afdekken geen borden of schotels. Hierdoor kan de ontdooitijd aan-
zienlijk worden verlengd.
• Zet het rooster op het eerste inzetniveau vanaf de bodem.
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Schotel Ontdooitijd in min. Verdere ontdooitijd in
min.
Opmerkingen
Kip 1000 g 100-140 20-30 Kip op een omge-
draaid schoteltje in
een groot bord leg-
gen, halverwege de
tijd omdraaien
Vlees, 1000 g 100-140 20-30 Halverwege de berei-
dingstijd omdraaien
Vlees, 500 g 90-120 20-30 Halverwege de berei-
dingstijd omdraaien
Forel, 150 g 25-35 10-15 -------
Aardbeien, 300 g 30-40 10-20 -------
Boter, 250 g 30-40 10-15 -------
Room, 2 x 200 g 80-100 10-15 Room kan ook met
nog licht bevroren
deeltjes goed worden
geklopt
Taart, 1400 g 60 60 -------
Informatie over acrylamides
Belangrijk! Volgens recente wetenschappelijke informatie kan het intensief bruinen van
levensmiddelen (met name in producten die zetmeel bevatten), een gezondheidsrisico
vormen tengevolge van acrylamides. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel
mogelijk bij lage temperaturen gaar te laten worden en de gerechten niet te veel te bruinen.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
• Maak de voorkant van het apparaat schoon met een zachte doek en een warm sopje.
• Gebruik voor de metalen oppervlakken een universeel reinigingsmiddel.
• Reinig de binnenkant van de oven na elk gebruik. Verontreinigingen laten zich dan het
makkelijkst verwijderen en kunnen dan niet aanbranden.
• Verwijder hardnekkig vuil met een speciale ovenreiniger.
• Maak alle oventoebehoren na elk gebruik schoon met een zachte doek en een warm
sopje en een reinigingsmiddel en laat ze drogen.
22
Onderhoud en reiniging
• Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet worden schoon gemaakt met een agres-
sieve reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of afwasautomaat. Hierdoor
kan de antiaanbaklaag onherstelbaar worden beschadigd!
Plafond van de oven
Het verwarmingselement kan worden neergeklapt om het plafond van de oven gemakke-
lijker te reinigen.
WAARSCHUWING!
Schakel de oven uit voor het neerklappen van het verwarmingselement. Zorg ervoor dat
het apparaat is afgekoeld.
Gevaar voor brandwonden!
Neerklappen van het verwarmingselement
1. Houd het verwarmingselement aan de
voorzijde met beide handen vast.
2. Trek het naar voren tegen de drukveer
aan langs de steun aan beide zijden.
3. Het verwarmingselement klapt omlaag.
Het plafond in de oven kan nu worden
schoongemaakt.
Installeer het verwarmingselement in omge-
keerde volgorde.
Installeer het verwarmingselement naar be-
horen aan beide zijden, boven de steun aan
de binnenwand van de oven.
Ovenlampje
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken!
Voordat u het ovenlampje vervangt:
•Schakel de oven uit.
• Verwijder de zekeringen in de zekeringenkast of schakel de stroomonderbreker uit.
Leg een doek op de bodem van de oven om het ovenlampje en het afdekglaasje te be-
schermen.
Het ovenlampje vervangen
1. Het afdekglas van het lampje bevindt zich in de achterkant van de ovenruimte.
Draai het afdekglas van de lamp naar rechts en verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang de ovenlamp met de relevante tegen 300°C warmte bestendige ovenlamp.
Gebruik hetzelfde ovenlamptype.
4. Plaats het afdekglas terug.
Onderhoud en reiniging
23
Ovendeur
Om de ovendeur schoon te maken moet hij verwijderd worden.
Til de ovendeur niet op aan de handgreep. Deze kan daardoor afbreken.
Uitnemen van de ovendeur
1. Zet de deur van de oven open.
2. Houd de deur met beide handen aan de zijkanten goed vast.
3. Til de ovendeur op en schuif hem uit de geleiders.
4. Plaats de ovendeur met de buitenkant omlaag op een zachte en egale ondergrond.
Hierdoor voorkomt u krassen.
Nu kunt u de binnenste glasplaten verwijderen en ze schoonmaken. Altijd eerst de oven-
deur verwijderen.
Glasplaten van de ovendeur
De ovendeur heeft twee glasplaten die achter elkaar gemonteerd zijn.
Wees voorzichtig met het glas, het kan breken.
Het verwijderen van de glasplaten
1. Verwijder de ovendeur en leg hem op een zachte, egale ondergrond. De handgreep
moet naar beneden gericht zijn.
2. Druk op beide kanten van de deurafdek-
king om hem los te maken.
3. Duw in de richting van de handgreep. Ver-
wijder de deurafdekking van de rechter-
en linkerkant.
4. Til de glasplaat een klein stukje op. Houd
de randen vast en verwijder de glaspla-
ten één voor één van de geleider.
Maak de glasplaten schoon met een sopje.
24
Onderhoud en reiniging
Wanneer u de glasplaten terugzet, eerst de kleinste plaat, daarna de grotere plaat plaat-
sen. Monteer de deur in omgekeerde volgorde van het verwijderen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De kookzone functioneert niet. Raadpleeg de bedieningsinstructies voor het ingebouwde fornuis.
De oven wordt niet warm. De oven is niet ingeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld Stel de klok in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Controleer de kookstanden.
De oven wordt niet warm. De zekering in de zekeringkast
is doorgebrand.
Controleer de zekering. Als de
zekering meer dan een keer
doorslaat, raadpleeg dan een
bevoegde elektricien.
Het ovenlampje brandt niet. Het ovenlampje is kapot. Vervang het ovenlampje.
Stoom en condens slaan neer
op de gerechten en in de oven-
ruimte.
Het gerecht heeft te lang in de
oven gestaan.
Laat gerechten na het berei-
den niet langer dan 15-20 mi-
nuten in de oven staan.
Op het display verschijnt
"12.00".
Een stroomonderbreking. Stel de klok opnieuw in.
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de
klantenservice.
De benodigde gegevens voor de service-afdeling staan op het typeplaatje. Het typepla-
tje bevindt zich aan de voorkant van de binnenkant van de oven.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit
Problemen oplossen
25
product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel
waar u het product hebt gekocht.
Verpakkingsmateriaal
Het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en geschikt voor hergebruik Kunststofonder-
delen worden aangeduid met internationale afkortingen, zoals PE, PS, etc. Gooi het ver-
pakkingsmateriaal weg in de daarvoor bestemde containers van uw vuilnisophaaldienst.
26
27
www.aeg-electrolux.com/shop
892946069-A-052010
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

Aeg-Electrolux E4105-7-M Handleiding

Type
Handleiding